BE1031035A1 - Werkwijze en kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal - Google Patents

Werkwijze en kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal Download PDF

Info

Publication number
BE1031035A1
BE1031035A1 BE20225952A BE202205952A BE1031035A1 BE 1031035 A1 BE1031035 A1 BE 1031035A1 BE 20225952 A BE20225952 A BE 20225952A BE 202205952 A BE202205952 A BE 202205952A BE 1031035 A1 BE1031035 A1 BE 1031035A1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
central part
flush
mounted box
electrical
sheet material
Prior art date
Application number
BE20225952A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1031035B1 (nl
Inventor
Thibault Renson
Original Assignee
Shiver Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Shiver Nv filed Critical Shiver Nv
Priority to PCT/IB2023/061564 priority Critical patent/WO2024105598A1/en
Priority to PCT/IB2023/061566 priority patent/WO2024105600A1/en
Publication of BE1031035A1 publication Critical patent/BE1031035A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1031035B1 publication Critical patent/BE1031035B1/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H02GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
    • H02GINSTALLATION OF ELECTRIC CABLES OR LINES, OR OF COMBINED OPTICAL AND ELECTRIC CABLES OR LINES
    • H02G3/00Installations of electric cables or lines or protective tubing therefor in or on buildings, equivalent structures or vehicles
    • H02G3/02Details
    • H02G3/08Distribution boxes; Connection or junction boxes
    • H02G3/14Fastening of cover or lid to box
    • HELECTRICITY
    • H02GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
    • H02GINSTALLATION OF ELECTRIC CABLES OR LINES, OR OF COMBINED OPTICAL AND ELECTRIC CABLES OR LINES
    • H02G3/00Installations of electric cables or lines or protective tubing therefor in or on buildings, equivalent structures or vehicles
    • H02G3/02Details
    • H02G3/08Distribution boxes; Connection or junction boxes
    • H02G3/12Distribution boxes; Connection or junction boxes for flush mounting
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01RELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
    • H01R24/00Two-part coupling devices, or either of their cooperating parts, characterised by their overall structure
    • H01R24/76Two-part coupling devices, or either of their cooperating parts, characterised by their overall structure with sockets, clips or analogous contacts and secured to apparatus or structure, e.g. to a wall
    • H01R24/78Two-part coupling devices, or either of their cooperating parts, characterised by their overall structure with sockets, clips or analogous contacts and secured to apparatus or structure, e.g. to a wall with additional earth or shield contacts

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Connection Or Junction Boxes (AREA)

Abstract

De huidige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal, omvattende de stappen van het maken van een doorgang in het plaatmateriaal, het plaatsen van een inbouwdoos op een achterzijde van het plaatmateriaal, het losneembaar vastklikken van een elektrisch basiselement in de inbouwdoos, waarbij een centraaldeel het basiselement afdekt, waarbij een voorste oppervlak van het centraaldeel in de doorgang of in een vlak gevormd door een voorzijde van het plaatmateriaal gelegen is, waarbij tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang over een afstand van minstens 0.8 mm en hoogstens 10 mm een tussenruimte is, waarbij na het plaatsen van het basiselement in de inbouwdoos, een opvulelement losneembaar in de tussenruimte wordt geplaatst en de tussenruimte over de volledige afstand opvult. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal.

Description

WERKWIJZE EN KIT VOOR HET VLAK MONTEREN VAN SCHAKELMATERIAAL
EN STOPCONTACTEN IN PLAATMATERI AAL
TECHNISCH DOMEIN
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten, meer bepaald het vlak monteren van schakelmaterialen en stopcontacten in plaatmateriaal.
STAND DER TECHNIEK
Inbouwdozen voor schakelmateriaal en stopcontacten zijn alomtegenwoordig in een moderne woning of een ander gebouw. Typisch worden in de inbouwdozen een of meer onderling verwisselbare elektrische stopcontacten of schakelaars gemonteerd, waarnaar vanuit de omringende wandstructuur elektrische bekabeling loopt. In sommige gevallen worden andere elektrische basiselementen, zoals sensoren, lichten en andere componenten in de inbouwdozen gemonteerd.
Ondanks vooruitgang op andere gebieden van de technologie, zijn stopcontacten en schakelmateriaal gedurende ten minste het grootste deel van een eeuw weinig veranderd. Zoals bekend hebben inbouwdozen gewoonlijk de vorm van een balk of een cilinder, waarvan de voorkant open is. De inbouwdoos is met cement of pleister in een muur vastgemaakt of met behulp van klemmen achter een gipswand of ander plaatmateriaal vastgehaakt, waarbij de open zijde van de inbouwdoos naar een kamer gericht is. Elektrische bekabeling wordt naar de inbouwdoos geleid en aan het elektrische basiselement bevestigd. Vervolgens wordt het stopcontact, het schakelmateriaal of een ander elektrisch basiselement binnenin de inbouwdoos geïnstalleerd. De open voorzijde van de inbouwdoos wordt dan door een afdekraam met een of meer openingen waar het werkzame gedeelte van het stopcontact, het schakelmateriaal of het andere elektrische basiselement uitsteekt, afgedekt. Dit type installatie wordt al zoveel jaren gebruikt dat, vanuit esthetisch oogpunt, de meeste mensen de aanwezigheid van een zichtbaar afdekraam eenvoudigweg als een noodzakelijk kwaad accepteren. Natuurlijk zijn er talloze pogingen gedaan om het uiterlijk van afdekramen te verbeteren, maar met zeer gemengde resultaten. In het beste geval is het afdekraam in een min of meer decoratief artikel veranderd, terwijl in het slechtste geval het afdekraam een nog meer uitgesproken doorn in het oog is. De laatste jaren is de trend geweest om de afdekplaat eenvoudig en
© BE2022/5952 praktisch van uiterlijk te maken, in een poging de visuele impact zo veel mogelijk te minimaliseren. Woningen en commerciële gebouwen, waar een verfijnde uitstraling wordt gezocht, zouden kunnen profiteren van het weglaten van zichtbare afdekramen. Tegelijkertijd moet er rekening mee worden gehouden dat inbouwdozen belangrijke structurele en veiligheidsfuncties hebben. De inbouwdoos biedt ondersteuning voor het stopcontact, het schakelmateriaal of het andere elektrische basiselement en omsluit ook de draadeinden en contacten die anders bloot zouden komen te liggen. De functionele vereisten worden vaak beschreven in regelgeving, waarvan afwijking niet wenselijk of praktisch is. Bijgevolg mag geen enkele esthetische verbetering ten koste van het overtreden van deze regelgeving worden aangebracht.
BE 1 020 913 (BE ‘913) beschrijft een werkwijze voor het aanbrengen van stopcontacten in een hard materiaal dat als bodem-, plafond- of wandbekleding dient. Hiertoe worden in het harde materiaal doorboringen voor de pennen van een stekker voor dat stopcontact en een blinde opening voor het ontvangen van de stekker aangebracht. Het contactbehuizingsdeel van het stopcontact wordt rechtstreeks op een achterzijde van het harde materiaal geplaatst. De werkwijze volgens BE ‘913 vermijdt het gebruik van een afdekraam volledig. Een nadeel van deze werkwijze is dat deze enkel voor hard materiaal geschikt is, zoals bijvoorbeeld steen en composiet, dat op zichzelf voldoende isoleert en brandveilig is. Hierdoor is een werkwijze volgens BE ‘913 niet aangewezen voor het aanbrengen van stopcontacten in plaatmateriaal zoals dat bijvoorbeeld in meubelen gebruikt wordt.
Daarnaast beschrijft BE ‘913 een werkwijze die enkel bruikbaar is voor het aanbrengen van stopcontacten, maar niet voor andere elektrische basiselementen, zoals schakelmateriaal, sensoren, lichten en andere componenten. Een ander belangrijk nadeel van de oplossing uit BE ‘913 is dat indien het stopcontact moet vervangen worden of er een fout aan de elektrische bekabeling is, er toegang tot de achterzijde van het harde materiaal moet zijn. Dit is gewoonlijk niet realiseerbaar.
In een andere uitvoeringsvorm van BE ‘913 wordt het elektrische basiselement in een behuizing op de achterzijde van het harde materiaal vastgeklikt en wordt uit het harde materiaal een schijf gesneden. In de schijf worden de doorboringen voor de pennen van de stekker en de blinde opening aangebracht. De schijf wordt vast aan het contactbehuizingsdeel bevestigd. Bij deze uitvoeringsvorm is het mogelijk om met behulp van een klem de schijf en dus het stopcontact langs de voorzijde uit het harde materiaal te verwijderen, waarna het stopcontact kan vervangen of hersteld worden. Deze uitvoeringsvorm heeft als belangrijk nadeel dat de klem
9 BE2022/5952 tegen een zichtbaar deel van de schijf geplaatst wordt, waardoor kleine beschadigingen aan de schijf kunnen voorkomen. Bijkomend is het noodzakelijk om in de schijf op twee bevestigingspunten geïsoleerde draadstangen te verankeren.
Deze draadstangen zijn noodzakelijk om het contactbehuizingsdeel aan de schijf te bevestigen. Dit is een risicovolle bewerking, want dit kan leiden tot barsten of breken van de schijf. Doordat de schijf uit het harde materiaal vervaardigd is, en er bij steen vaak een doorlopende tekening in het materiaal is, kan in geval van breuk de schijf niet zomaar vervangen worden. Het aanbrengen van de draadstangen is ook arbeidsintensief.
De huidige uitvinding beoogt minstens een oplossing te vinden voor enkele van bovenvermelde problemen of nadelen.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
In een eerste aspect betreft de huidige uitvinding een werkwijze volgens conclusie 1.
Deze werkwijze is bijzonder voordelig omdat het toelaat om na plaatsing het elektrische basiselement voor vervanging of herstelling langs de voorzijde van het plaatmateriaal uit de inbouwdoos te verwijderen, zonder dat hierbij een klem op zichtbare delen van het centraaldeel moet geplaatst worden. Doordat er tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang een tussenruimte is, kan het elektrische basiselement met behulp van een gereedschapje dat in de tussenruimte wordt aangebracht, uit de inbouwdoos worden losgeklikt. Het gereedschapje komt hierbij enkel met zijden van het centraaldeel in contact die naar de doorgang gericht zijn. Er is dus geen kans op zichtbare beschadigingen van het centraaldeel.
Dit is in het bijzonder voordelig bij centraaldelen die uit het plaatmateriaal zelf gemaakt zijn, zoals bijvoorbeeld steen met een doorlopende tekening, waar het centraaldeel niet eenvoudig kan vervangen worden. Eveneens bijzonder voordelig is dat het centraaldeel en het elektrische basiselement door het gebruik van het opvulelement in de doorgang gecentreerd zijn. Nadat het elektrische basiselement in de inbouwdoos is vastgeklikt, is het mogelijk dat het elektrische basiselement door het duwen van elektrische bekabeling op het elektrische basiselement, een beetje schuin in de doorgang komt te staan. Hierdoor is de tussenruimte tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang niet gelijk of niet regelmatig omheen de doorgang, waardoor het esthetische effect van een afwezig afdekraam
4 BE2022/5952 gedeeltelijk verloren gaat. Door het plaatsen van een opvulelement in de tussenruimte, wordt de tussenruimte over de volledige afstand op minstens één punt tussen het centraaldeel en elke zijwand en op minstens drie punten tussen een doorlopende zijwand en het centraaldeel opgevuld en wordt het elektrische basiselement automatisch in de doorgang gecentreerd.
Voorkeursvormen van de inrichting worden weergegeven in de conclusies 2 tot en met 7.
Een specifieke voorkeursvorm betreft een werkwijze volgens conclusie 2.
Deze voorkeursvorm is voordelig om te vermijden dat er vuil of stof in de tussenruimte opstapelt, waardoor een kliksysteem waarmee het elektrische basiselement in de inbouwdoos is vastgeklikt, bereikbaar blijft. Daarnaast vermijdt het opvulelement dat ongewild het elektrische basiselement uit de inbouwdoos kan losgeklikt worden door een voorwerp in de tussenruimte te proppen, waarmee een mogelijk veiligheidsrisico vermeden is.
Een andere specifieke voorkeursvorm betreft een werkwijze volgens conclusie 3.
Deze voorkeursvorm is voordelig omdat hierdoor de aanwezigheid van een tussenruimte volledig verborgen is, waardoor een persoon geen aanwijzing heeft hoe het elektrische basiselement uit het plaatmateriaal kan verwijderd worden en niet ongewild een veiligheidsrisico kan ontstaan.
In een tweede aspect betreft de huidige uitvinding een kit volgens conclusie 8.
Deze kit heeft onder meer als voordeel dat op eenvoudige wijze een elektrisch basiselement zonder afdekraam vlak in plaatmateriaal kan worden ingebouwd, waarbij het elektrische basiselement zonder kans op kleine beschadigingen aan het centraaldeel voor herstelling of vervanging kan verwijderd worden. Bijkomend voordelig is dat het elektrische basiselement en het centraaldeel door het opvulelement automatisch gecentreerd in een doorgang in het plaatmateriaal geplaatst wordt, zelfs indien elektrische bekabeling op het elektrische basiselement drukt. Hierdoor gaat het esthetische effect van het afwezige afdekraam niet verloren.
Voorkeursvormen van de kit worden beschreven in de volgconclusies 9 tot en met 13.
BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN
5
Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een afgewerkt stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 2 toont een perspectivisch aanzicht van een stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding voor plaatsing van het opvulelement.
Figuur 3 toont een bovenaanzicht van een stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 4 toont een doorsnede van een afgewerkt stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 5 toont een perspectivisch aanzicht van een stopcontact na vastklikken in een inbouwdoos volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 6 toont een bovenaanzicht van een stopcontact na vastklikken in een inbouwdoos volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 7 toont een doorsnede van een stopcontact na vastklikken in een inbouwdoos volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 8 toont een perspectivisch aanzicht vanuit een andere richting van een stopcontact na vastklikken in een inbouwdoos volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 9 toont een perspectivisch aanzicht van een afgewerkt stopcontact volgens een alternatieve uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 10 toont een doorsnede van een afgewerkt stopcontact volgens een alternatieve uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
© BE2022/5952
Figuur 11 toont een perspectivisch aanzicht vanuit een andere richting van een afgewerkt stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING
Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd. “Een”, ”de” en “het” refereren in dit document aan zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment.
De termen “omvatten”, “omvattende”, “bestaan uit”, “bestaande uit”, “voorzien van”, “bevatten”, “bevattende”, “inhouden”, “inhoudende” zijn synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.
Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen.
In de context van dit document is een elektrisch basiselement een element dat doorheen een opening in een inbouwdoos in de inbouwdoos wordt geplaatst, waarbij een functioneel deel van het elektrisch basiselement doorheen de opening in de inbouwdoos bereikbaar is. Niet-limitatieve voorbeelden van elektrische basiselementen zijn stopcontacten, schakelmateriaal zoals schakelaars, drukknoppen, sensoren, oriëntatieverlichting, dataconnecties, multimedia- aansluitingen, etc. Het elektrische basiselement omvat typisch voorzieningen voor het losneembaar bevestigen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos, zoals bijvoorbeeld klemmen, sleutelgatsleuven, inkepingen of nokken voor interactie met flexibele armen van een kliksysteem, …
7 BE2022/5952
In de context van dit document is een centraaldeel een afdekplaatje voor het afdekken van een centraal deel van een elektrisch basiselement. Het afdekplaatje heeft zowel een esthetische functie als een veiligheidsfunctie. Het centraaldeel dekt na plaatsing onder spanning staande delen van het elektrische basiselement af. Het centraaldeel dekt gebruikelijk niet de voorzieningen voor het losneembaar bevestigen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos af. Niet-limitatieve voorbeelden van een centraaldeel zijn een drukgedeelte van een schakelaar of drukknop, een afdekplaatje van een stopcontact, een lens van een sensor of oriëntatielampje, ...
In de context van dit document is een afdekraam een afdekplaat met minstens gen opening voor een centraaldeel. Na plaatsing van het afdekraam bevindt het centraaldeel zich in de minstens één opening van het afdekraam. Het afdekraam sluit bij voorkeur omheen het centraaldeel in de minstens één opening aan. Het afdekraam dekt na plaatsing een inbouwdoos en nog niet-afgedekte voorzieningen voor het losneembaar bevestigen van een elektrisch basiselement in de inbouwdoos van een in de inbouwdoos geplaatst elektrisch basiselement af.
In de context van dit document betekent concentrisch het hebben van een gemeenschappelijk centrum, bijvoorbeeld een gemeenschappelijk middelpunt in het geval van cirkels, een gemeenschappelijk midden in het geval van vierkanten of rechthoeken, waarbij omtrekken van bijvoorbeeld de cirkels, vierkanten of rechthoeken elkaar niet raken of snijden, waarbij een afstand tussen een omtrek van een eerste concentrische cirkel, vierkant of rechthoek en een omtrek van een tweede concentrische cirkel, vierkant of rechthoek gelijk blijft langs de omtrek van de eerste concentrische cirkel, vierkant of rechthoek en waarbij de genoemde afstand dwars op de omtrek van de eerste concentrische cirkel, vierkant of rechthoek gemeten is.
In de context van dit document betekent plaatmateriaal een vlak stuk materiaal, geschikt voor vloer-, wand- of plafondbekleding of als een meubelwand. Nie- limitatieve voorbeelden zijn platen uit gips, steen, composiet, keramiek, MDF- platen, spaanderplaten, …
In een eerste aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de werkwijze de stappen van: — maken van een doorgang voor een elektrisch basiselement in het plaatmateriaal; — plaatsen van een inbouwdoos met een opening op een achterzijde van het plaatmateriaal, waarbij de opening van de inbouwdoos aan de doorgang ligt; en — plaatsen van het elektrische basiselement doorheen de doorgang in de inbouwdoos.
Het plaatmateriaal is als vloerbekleding, wandbekleding, plafondbekleding, meubelwand of als een andere geschikte wand voor het inbouwen van elektrische basiselementen gebruikt. Het plaatmateriaal is al of niet bekleed, bijvoorbeeld met behangpapier in het geval van wandbekleding of bijvoorbeeld met textiel of leder in het geval van een meubelwand.
De doorgang heeft in een vlak gevormd door de achterzijde van het plaatmateriaal een cirkelvormige omtrek. De doorgang is in dit geval een cilindrische doorgang. De doorgang omvat een doorlopende zijwand dwars op de achterzijde van het plaatmateriaal die de doorgang begrenst. De doorgang is in het plaatmateriaal geboord of uit het plaatmateriaal gefreesd of gezaagd. Bij voorkeur is de doorgang in het plaatmateriaal geboord.
Alternatief heeft de doorgang in het vlak gevormd door de achterzijde van het plaatmateriaal een rechthoekige omtrek. De doorgang is in dit geval een balkvormige doorgang. De doorgang omvat minstens vier zijwanden dwars op de achterzijde van het plaatmateriaal die de doorgang begrenst. De doorgang is uit het plaatmateriaal gefreesd of gezaagd.
Het is duidelijk dat voor de doorgang nog andere geschikte vormen mogelijk zijn.
De opening van de inbouwdoos ligt in een vlak. De opening van de inbouwdoos is begrensd door zijwanden dwars op het vlak van de opening. Het vlak van de opening is het genoemde vlak waarin de opening van de inbouwdoos ligt. Een inbouwdoos met een cirkelvormige opening omvat een doorlopende zijwand die een cilindervormig lichaam vormt. Een inbouwdoos met een rechthoekige opening omvat minstens vier zijwanden die een balkvormig lichaam vormen. De inbouwdoos kan, maar hoeft geen bodem tegenover de opening te omvatten. De opening van
3 BE2022/5952 de inbouwdoos heeft bij voorkeur eenzelfde vorm als de doorgang in het plaatmateriaal. Dit is voordelig voor het correct plaatsen en uitlijnen van de inbouwdoos op de achterzijde van het plaatmateriaal.
Op het elektrische basiselement is een centraaldeel geplaatst. Het centraaldeel kan voor of na het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos op het elektrische basiselement geplaatst worden. Bij plaatsing van het centraaldeel voor het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos, wordt het centraaldeel bij voorkeur op het elektrische basiselement bevestigd. Het centraaldeel dekt het elektrische basiselement af. Een voorste oppervlak van het centraaldeel is in de doorgang of in een vlak gevormd door een voorzijde van het plaatmateriaal gelegen. Het voorste oppervlak van het centraaldeel is gezien in een richting dwars op de voorzijde van het plaatmateriaal en naar de achterzijde van het plaatmateriaal. Tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang is een tussenruimte. Elke zijwand is in het geval van een cilindrische doorgang de doorlopende zijwand die de doorgang begrenst. Tussen elke zijwand van de doorgang en het centraaldeel is er in het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal een afstand van minstens 0.8 mm en hoogstens 10 mm. De afstand is bij voorkeur hoogstens 9 mm, bij meer voorkeur hoogstens 8 mm, bij nog meer voorkeur hoogstens 7 mm, bij zelfs nog meer voorkeur hoogstens 6 mm en bij de meeste voorkeur hoogstens 5 mm. De afstand wordt dwars op elke zijwand gemeten. Het centraaldeel en zijwanden van de doorgang zijn gezien in een vlak evenwijdig met het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal concentrisch. De doorgang omvat een centrale as, dwars op het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal en door een centrum van de doorgang. De inbouwdoos omvat een centrale as, dwars op de opening van de inbouwdoos en door een centrum van de opening van de inbouwdoos. Het centraaldeel omvat een centrale as, dwars op het voorste oppervlak van het centraaldeel en door een centrum van het centraaldeel. De afstand tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang wordt bij een ideale plaatsing van het elektrische basiselement gemeten. Een ideale plaatsing betekent dat de centrale as van de doorgang, de centrale as van de inbouwdoos en de centrale as van het centraaldeel samenvallen.
Een centraaldeel dat op het elektrische basiselement wordt geplaatst is voordelig omdat gelijke elektrische basiselementen verschillend kunnen afgewerkt worden door het plaatsen van een centraaldeel met een andere kleur of uit een ander materiaal. Het centraaldeel kan uit een materiaal verschillend of gelijk aan het plaatmateriaal vervaardigd zijn. Een centraaldeel vervaardigd uit het plaatmateriaal
19 BE2022/5952 is in het bijzonder voordelig indien het plaatmateriaal elektrisch isolerend en brandveilig is, zoals bijvoorbeeld maar niet beperkt tot steen en composiet, omdat hierdoor het centraaldeel in het plaatmateriaal quasi onzichtbaar is.
Indien het elektrische basiselement op elektrische bekabeling achter het plaatmateriaal moet worden aangesloten, dan gebeurt dit bij voorkeur voor het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos. Het elektrische basiselement is losneembaar in de inbouwdoos vastgeklikt. De inbouwdoos omvat flexibele armen in zijwanden langs de opening van de inbouwdoos. Het elektrische basiselement omvat inkepingen of nokken voor interactie met de flexibele armen.
Optioneel omvatten de flexibele armen weerhaken. Het is eveneens duidelijk dat uitvoeringen waarbij de flexibele armen in het elektrische basiselement omvat zijn en waarbij de inkepingen of nokken voor interactie met de flexibele armen in de inbouwdoos omvat zijn, ook tot de beschreven uitvinding horen. Met andere woorden, in de beschrijving zijn de flexibele armen en de inkepingen of nokken voor interactie met de flexibele armen uitwisselbaar. De inbouwdoos omvat bij voorkeur stoppen op zijwanden langs de opening of op de bodem van de inbouwdoos voor het beperken van een translerende beweging van het elektrische basiselement in een richting dwars op de opening gericht naar de inbouwdoos.
Hierdoor wordt vermeden dat het elektrische basiselement bij het drukken op het elektrische basiselement, in het bijzonder stopcontacten en schakelmateriaal, dieper in de inbouwdoos gedrukt wordt.
Het losneembaar vastklikken van het elektrische basiselement is voordelig omdat hierdoor het elektrische basiselement bij defect eenvoudig kan vervangen worden of bij een bekabelingsprobleem eenvoudig kan verwijderd worden om elektrische bekabeling of elektrische aansluitingen te herstellen. Het vastklikken van het elektrische basiselement is bijzonder voordelig om het gebruik van een afdekraam te vermijden. Elektrische basiselementen worden traditioneel met behulp van een bevestigingsplaat met sleutelgatsleuven losneembaar in de inbouwdoos bevestigd.
De bevestigingsplaat steunt hierbij op het plaatmateriaal en het elektrische basiselement wordt met schroeven doorheen de sleutelgatsleuven aan zijwanden langs de opening van de inbouwdoos vastgeschroefd. Een afdekraam is noodzakelijk om de bevestigingsplaat te verbergen. Een gekende alternatieve oplossing is het losneembaar bevestigen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos met behulp van klemmen. Dergelijke klemmen worden met schroeven tegen zijwanden langs de opening van de inbouwdoos uitgeklapt. Deze schroeven moeten hiervoor langs het elektrische basiselement vrij toegankelijk zijn, waardoor een grotere tussenruimte moet voorzien worden, wat niet wenselijk is. Deze klemmen zijn gewoonlijk deel van een zoals voorheen beschreven bevestigingsplaat, waardoor opnieuw een afdekraam nodig is. Klemmen zijn daarnaast niet aangewezen bij montage van het elektrische basiselement in plaatmateriaal omdat deze klemmen in de zijwanden langs de opening van de inbouwdoos moeten kunnen aangrijpen. Door de dikte van het plaatmateriaal is het mogelijk dat de klemmen niet ver genoeg reiken.
Na het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos, wordt een opvulelement losneembaar in de tussenruimte tussen elke zijwand van de doorgang en het centraaldeel geplaatst. Het opvulelement kan zowel uit flexibel, samendrukbaar materiaal, als uit een rigide materiaal, of een combinatie van beide zijn vervaardigd. Niet-limitatieve voorbeelden van geschikte materialen zijn metaal, kunststof en rubber. Het rubber is al of niet synthetisch. Bij het gebruik van metaal als opvulelement moet de nodige aandacht besteed worden aan een voldoende afstand of isolatie tussen het opvulelement en elektrische delen van het elektrische basiselement of van elektrische bekabeling. De tussenruimte wordt over de volledige afstand op minstens één punt tussen elke zijwand van de doorgang en het centraaldeel en op minstens drie punten tussen een doorlopende zijwand van de doorgang en het centraaldeel opgevuld. In het geval van een doorlopende zijwand is elke zijwand gelijk aan de doorlopende zijwand. Het is duidelijk dat op minstens één punt tussen elke zijwand en het centraaldeel en op minstens drie punten tussen een doorlopende zijwand en het centraaldeel met elkaar compatibel zijn. Het opvulelement heeft bij voorkeur een minimale hoogte van 2 mm, waarbij de hoogte van het opvulelement na plaatsing in de tussenruimte gemeten wordt in een richting dwars op het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal. Bij meer voorkeur heeft het opvulelement een minimale hoogte van 3 mm, bij nog meer voorkeur een minimale hoogte van 4 mm. Het opvulelement strekt zich in de genoemde richting dwars op het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal al of niet tot aan het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal uit. Indien het opvulelement zich niet tot aan het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal uitstrekt, is het opvulelement in de inbouwdoos verzonken.
Deze werkwijze is bijzonder voordelig omdat het toelaat om na plaatsing het elektrische basiselement voor vervanging of herstelling langs de voorzijde van het
18 BE2022/5952 plaatmateriaal uit de inbouwdoos te verwijderen, zonder dat hierbij een klem op zichtbare delen van het centraaldeel moet geplaatst worden. Doordat er tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang een tussenruimte is, kan het elektrische basiselement met behulp van een gereedschapje dat in de tussenruimte wordt aangebracht, uit de inbouwdoos worden losgeklikt. Het gereedschapje drukt hierbij de flexibele armen van de inbouwdoos of de flexibele armen van het elektrische basiselement opzij, zodat deze niet langer interageren met inkepingen of nokken omvat in respectievelijk het elektrische basiselement of de inbouwdoos.
Het gereedschapje komt hierbij enkel met zijden van het centraaldeel in contact die naar de doorgang gericht zijn. Er is dus geen kans op zichtbare beschadigingen van het centraaldeel. Dit is in het bijzonder voordelig bij centraaldelen die uit het plaatmateriaal zelf gemaakt zijn, zoals bijvoorbeeld steen met een doorlopende tekening, waar het centraaldeel niet eenvoudig kan vervangen worden. Bij vervanging van het centraaldeel zou een tekening in het plaatmateriaal immers verstoord worden. Eveneens bijzonder voordelig is dat het centraaldeel en het elektrische basiselement door het gebruik van het opvulelement in de doorgang gecentreerd zijn. Nadat het elektrische basiselement in de inbouwdoos is vastgeklikt, is het mogelijk dat het elektrische basiselement door het duwen van elektrische bekabeling op het elektrische basiselement, een beetje schuin in de doorgang komt te staan. Hierdoor is de tussenruimte tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang niet gelijk of niet regelmatig omheen de doorgang, waardoor het esthetische effect van een afwezig afdekraam gedeeltelijk verloren gaat. Door het plaatsen van een opvulelement in de tussenruimte, wordt de tussenruimte over de volledige afstand op minstens één punt tussen het centraaldeel en elke zijwand en op minstens drie punten tussen een doorlopende zijwand en het centraaldeel opgevuld en wordt het elektrische basiselement automatisch in de doorgang gecentreerd.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt de tussenruimte in een vlak evenwijdig met het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal langs een omtrek gevormd door de zijwanden van de doorgang in het genoemde vlak over de volledige afstand tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang door het opvulelement opgevuld. Het is duidelijk dat in het geval van een doorlopende zijwand, elke zijwand gelijk is aan de doorlopende zijwand.
Deze uitvoeringsvorm is voordelig om te vermijden dat er vuil of stof in de tussenruimte opstapelt, waardoor een kliksysteem waarmee het elektrische
9 BE2022/5952 basiselement in de inbouwdoos is vastgeklikt, bereikbaar blijft. Daarnaast vermijdt het opvulelement dat ongewild het elektrische basiselement uit de inbouwdoos kan losgeklikt worden door een voorwerp in de tussenruimte te proppen, waarmee een mogelijk veiligheidsrisico vermeden is.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is een voorste oppervlak van het opvulelement in het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal gelegen.
Het voorste oppervlak van het opvulelement is gezien in een richting dwars op het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal en naar de achterzijde van het plaatmateriaal. Deze uitvoeringsvorm is bijzonder voordelig voor het vlak monteren van een elektrisch basiselement in plaatmateriaal. Dit is bijzonder voordelig in gevallen waarin het voorste oppervlak van het centraaldeel eveneens in het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal gelegen is, zoals bijvoorbeeld een drukoppervlak van een schakelaar of druktoets of een lens van een oriëntatieverlichting, waardoor een visueel doorlopende vloer-, wand- of plafondbekleding of meubelwand bekomen wordt, in tegenstelling tot een traditioneel afdekraam, waar de centraaldelen uit het plaatmateriaal komen. Zelfs bij een voorste oppervlak dat in de doorgang gelegen is, zoals bij een stopcontact, wordt een visueel doorlopende wand bekomen, met lokaal een verzinking voor het opnemen van een stekker van een netsnoer. Een verzonken opvulelement zou een zichtbare spleet omheen het centraaldeel benadrukken, waardoor het centraaldeel in het plaatmateriaal meer benadrukt zou worden. Deze uitvoeringsvorm is eveneens voordelig omdat hierdoor de aanwezigheid van de tussenruimte volledig verborgen is, waardoor een persoon geen aanwijzing heeft hoe het elektrische basiselement uit het plaatmateriaal kan verwijderd worden en niet ongewild een veiligheidsrisico kan ontstaan.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt voor het plaatsen van het elektrische basiselement het centraaldeel aan het elektrische basiselement vastgemaakt. Het vastmaken van het centraaldeel aan het elektrische basiselement is voordelig omdat het centraaldeel door het vastklikken van het elektrische basiselement ook meteen vast in de inbouwdoos en in de doorgang geplaatst is.
Het centraaldeel wordt bij voorkeur op het elektrische basiselement vastgeklikt. Het vastklikken van het centraaldeel op het elektrische basiselement is voordelig om verstoring van het voorste oppervlak van het centraaldeel door een
18 BE2022/5952 bevestigingsmiddel te vermijden. Alternatief wordt het centraaldeel met behulp van minstens één schroef op het elektrische basiselement vastgeschroefd. Bij voorkeur is de minstens één schroef in het voorste oppervlak van het centraaldeel niet zichtbaar, bijvoorbeeld doordat de minstens één schroef langs een achterzijde doorheen het elektrische basiselement in het centraaldeel is geschroefd. Alternatief wordt het centraaldeel met behulp van minstens één magneet aan het elektrische basiselement vastgemaakt. Het centraaldeel of het elektrisch basiselement omvat de minstens één magneet, terwijl respectievelijk het elektrische basiselement of het centraaldeel een ferromagnetisch materiaal omvat. De minstens één magneet is voordelig voor het losneembaar vastmaken van het centraaldeel aan het elektrische basiselement, zonder dat het voorste oppervlak van het centraaldeel door een bevestigingsmiddel verstoord is.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt het centraaldeel na het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos los op het elektrische basiselement geplaatst. Het centraaldeel is door het plaatsen van het opvulelement in de doorgang geklemd.
Bij voorkeur is het opvulelement uit een flexibel, samendrukbaar materiaal. Een niet-limitatief voorbeeld van een geschikt materiaal is rubber, al of niet synthetisch.
Een flexibel, samendrukbaar materiaal is voordelig voor het opvangen van eventuele marges bij afmetingen van de doorgang of het centraaldeel. Een niet- limitatief voorbeeld van een opvulelement uit een flexibel, samendrukbaar materiaal is een cilindervorm uit rubber die omheen het centraaldeel geplaatst is.
De cilindervorm omvat al of niet een bodem uit rubber, waarbij de bodem tussen het centraaldeel en het elektrische basiselement gepositioneerd is of waarbij de bodem een opening voor het elektrische basiselement omvat. Alternatief is het opvulelement uit een rigide materiaal, zoals kunststof, metaal of hout, vervaardigd en is aan een zijde van het opvulelement dat in contact is met de doorgang, aan een zijde van het opvulelement dat in contact is met het centraaldeel of aan beide genoemde zijden een flexibel, samendrukbaar materiaal aangebracht. Een alternatief voor een flexibel, samendrukbaar materiaal is een ringvormige spiraalveer die omheen het opvulelement is aangebracht.
Deze uitvoeringsvorm is voordelig om verstoring van het voorste oppervlak van het centraaldeel door een bevestigingsmiddel te vermijden. Deze uitvoeringsvorm is bijzonder voordelig omdat het toelaat om het centraaldeel te vervaardigen uit een
15 BE2022/5952 materiaal dat niet geschikt is voor het gebruik van bijvoorbeeld kliksystemen, schroeven of magneten, zoals bijvoorbeeld natuursteen, keramiek, glas, … Door het klemmen van het centraaldeel door het opvulelement wordt vermeden dat het centraaldeel in deze gevallen verder bewerkt moet worden, waardoor deze centraaldelen zouden kunnen barsten of breken. Deze uitvoeringsvorm is uiterst voordelig voor het vlak en quasi onzichtbaar plaatsen van een elektrisch basiselement in plaatmateriaal uit bijvoorbeeld natuursteen, keramiek, glas en gelijkaardige materialen, door een centraaldeel te voorzien dat uit hetzelfde materiaal gemaakt is.
Volgens een uitvoeringsvorm is het opvulelement in het centraaldeel geïntegreerd.
Bij voorkeur zijn het opvulelement en het centraaldeel uit één stuk. Deze uitvoeringsvorm is in het bijzonder voordelig in gevallen waarbij het centraaldeel na het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos op het elektrische basiselement wordt geplaatst. Doordat het opvulelement in het centraaldeel geïntegreerd is, hoeft na plaatsing van het elektrische basiselement slechts één bijkomend element geplaatst te worden, in plaats van twee bijkomende elementen.
Het centraaldeel met het geïntegreerde opvulelement kan magnetisch aan het elektrische basiselement worden bevestigd, zoals voorheen beschreven. Alternatief kan het centraaldeel met geïntegreerd opvulelement door het vastklikken van het opvulelement in de tussenruimte in de inbouwdoos bevestigd worden, zoals voorheen beschreven. Alternatief kan het centraaldeel met geïntegreerd opvulelement in de tussenruimte geklemd worden, zoals voorheen beschreven.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt het opvulelement in de tussenruimte vastgeklikt. Bij voorkeur omvat het opvulelement meerdere protrusies die in uitsparingen in het centraaldeel, het elektrische basiselement of beiden worden opgenomen. Het is duidelijk dat de protrusies en de uitsparingen uitwisselbaar zijn. Bij voorkeur omvat het opvulelement een inkeping voor het losklikken van het opvulelement uit de tussenruimte. Alternatief omvat het centraaldeel een inkeping voor het losklikken van het opvulelement uit de tussenruimte.
Deze uitvoeringsvorm is voordelig omdat het opvulelement zonder gebruik van werktuigen losneembaar in de tussenruimte kan geplaatst worden.
1 BE2022/5952
Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm wordt het opvulelement in de tussenruimte geklemd. Deze uitvoeringsvorm is eveneens voordelig om het opvulelement zonder gebruik van werktuigen losneembaar in de tussenruimte te plaatsen. Deze uitvoeringsvorm is in het bijzonder voordelig in combinatie met een opvulelement dat uit een flexibel, samendrukbaar materiaal vervaardigd is of met een opvulelement uit een rigide materiaal, waarbij aan één of twee zijden een flexibel, samendrukbaar materiaal is aangebracht, zoals in een voorheen beschreven uitvoeringsvorm. Een alternatief voor een flexibel, samendrukbaar materiaal is een ringvormige spiraalveer die omheen het opvulelement is aangebracht. Bij een opvulelement uit een rigide materiaal, omvat het opvulelement bij voorkeur een inkeping voor het losmaken van het opvulelement uit de tussenruimte. Alternatief omvat het centraaldeel een inkeping voor het losmaken van het opvulelement uit de tussenruimte.
Volgens een uitvoeringsvorm omvat de inbouwdoos meerdere openingen. Bij uitvoering van de werkwijze wordt in elk van de openingen een elektrisch basiselement en een centraaldeel geplaatst, zoals beschreven in voorgaande uitvoeringsvormen. Deze uitvoeringsvorm is voordelig voor het dicht bij elkaar plaatsen van elektrische basiselementen, waarbij de elektrische basiselementen automatisch gealigneerd zijn.
Volgens een uitvoeringsvorm omvat de werkwijze voor het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos de bijkomende stap van het oriënteren van het elektrische basiselement in de inbouwdoos. Het elektrische basiselement is in discrete stappen van minstens 30° omheen de centrale as van het elektrische basiselement roteerbaar, vooraleer het elektrische basiselement in de inbouwdoos vastgeklikt wordt. De discrete stappen zijn bij voorkeur minstens 36°, bij meer voorkeur minstens 45°. De discrete stappen zijn bij voorkeur hoogstens 180°, bij meer voorkeur hoogstens 90°, bij nog meer voorkeur hoogstens 60°. Deze uitvoeringsvorm is voordelig voor het onder een hoek ten opzichte van een horizontaal vloeroppervlak monteren van een elektrisch basiselement. Deze uitvoeringsvorm is in het bijzonder voordelig bij het plaatsen van een stopcontact in een inbouwdoos, in het bijzonder bij dicht bij elkaar geplaatste stopcontacten of stopcontacten dicht bij een oppervlak. Door het roteren van het stopcontact kan meer vrije ruimte voor het wegleiden van een netsnoer bekomen worden.
7 BE2022/5952
Volgens een uitvoeringsvorm is het centraaldeel uit hetzelfde materiaal als het plaatmateriaal vervaardigd. Het plaatmateriaal is bij voorkeur elektrisch isolerend en brandveilig, zoals bijvoorbeeld maar niet beperkt tot steen, keramiek, glas, composiet, … Deze uitvoeringsvorm is voordelig voor het quasi onzichtbaar monteren van elektrische basiselementen in het plaatmateriaal.
Volgens een uitvoeringsvorm is het centraaldeel uit een materiaal vervaardigd dat verschillend van het plaatmateriaal is. Deze uitvoeringsvorm is voordelig in het geval het plaatmateriaal niet voldoende elektrisch isolerend of onvoldoende brandveilig is, zoals bijvoorbeeld sommige plaatmaterialen die als meubelwand gebruikt worden.
Volgens een uitvoeringsvorm is de doorgang een cilindrische doorgang in het plaatmateriaal, waarbij de doorgang een diameter van hoogstens 55 mm heeft, bij voorkeur hoogstens 52.5 mm, bij meer voorkeur hoogstens 50 mm, bij nog meer voorkeur hoogstens 49 mm en bij zelfs nog meer voorkeur hoogstens 48 mm. Deze uitvoeringsvorm is voordelig omdat hierdoor de doorgang minimale afmetingen heeft, waardoor een voorzijde van het plaatmateriaal zo weinig mogelijk verstoord is, terwijl de doorgang nog steeds voldoende groot is voor plaatsing van een centraaldeel dat een stekker volgens de standaard CEE 7 — Modification 4 (1983- 03) kan ontvangen.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat de kit een inbouwdoos, een elektrisch basiselement, een centraaldeel en verder een opvulelement voor opvulling van een tussenruimte in een doorgang voor het elektrische basismateriaal in het plaatmateriaal.
De inbouwdoos omvat een opening voor het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos. De inbouwdoos omvat een bevestigingsvlak voor het plaatsen van de inbouwdoos met het bevestigingsvlak op een achterzijde van het plaatmateriaal. De opening van de inbouwdoos ligt in het bevestigingsvlak. De opening van de inbouwdoos is begrensd door zijwanden dwars op het bevestigingsvlak. De inbouwdoos kan, maar hoeft geen bodem tegenover de opening te omvatten. De inbouwdoos omvat bevestigingsmiddelen voor het
13 BE2022/5952 losneembaar bevestigen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos. De bevestigingsmiddelen zijn geschikt voor het vastklikken van het elektrische basiselement in de inbouwdoos. Bij voorkeur omvat de inbouwdoos als bevestigingsmiddelen flexibele armen in zijwanden langs de opening van de inbouwdoos en omvat het elektrische basiselement inkepingen of nokken voor interactie met de flexibele armen. Optioneel omvatten de flexibele armen weerhaken. Het is duidelijk dat uitvoeringen waarbij de flexibele armen in het elektrische basiselement omvat zijn en waarbij de inkepingen of nokken voor interactie met de flexibele armen in de inbouwdoos omvat zijn ook tot de beschreven uitvinding horen. De inbouwdoos omvat bij voorkeur stoppen op zijwanden langs de opening van de inbouwdoos of op de bodem van de inbouwdoos voor het beperken van een translerende beweging van het elektrische basiselement in een richting dwars op de opening gericht naar de inbouwdoos. Het centraaldeel is op het elektrische basiselement plaatsbaar. Het centraaldeel dekt, na bevestiging van het elektrische basiselement in de inbouwdoos en na plaatsing van het centraaldeel op het elektrische basiselement, het elektrische basiselement af. Een voorste oppervlak van het centraaldeel is, na bevestiging van het elektrische basiselement in de inbouwdoos en na plaatsing van het centraaldeel op het elektrische basiselement, buiten de inbouwdoos gelegen. Het voorste oppervlak van het centraaldeel is gezien in een richting dwars op het bevestigingsvlak en naar de inbouwdoos.
Het centraaldeel heeft na plaatsing van het elektrische basiselement in de inbouwdoos, na plaatsing van het centraaldeel op het elektrische basiselement en na plaatsing van het opvulelement in de tussenruimte in de doorgang in een vlak evenwijdig met het bevestigingsvlak van de inbouwdoos een omtrek, waarbij het opvulelement op de genoemde omtrek van het centraaldeel aansluit. Het opvulelement strekt zich vanaf het centraaldeel op minstens één punt van elke zijwand van het centraaldeel of op minstens drie punten van een doorlopende zijwand van het centraaldeel over een afstand van minstens 0.8 mm uit. In het geval van een doorlopende zijwand van het centraaldeel is elke zijwand gelijk aan de doorlopende zijwand. Het is duidelijk dat vanaf minstens één punt van elke zijwand van het centraaldeel en vanaf minstens drie punten van een doorlopende zijwand van het centraaldeel met elkaar compatibel zijn. Het opvulelement kan zowel uit flexibel, samendrukbaar materiaal, als uit een rigide materiaal zijn vervaardigd. Niet-limitatieve voorbeelden zijn metaal, kunststof en rubber. Het rubber is al of niet synthetisch. Het opvulelement strekt zich vanaf het centraaldeel langs de genoemde omtrek over een afstand van hoogstens 10 mm uit. De afstand is bij voorkeur hoogstens 9 mm, bij meer voorkeur hoogstens 8 mm, bij nog meer voorkeur hoogstens 7 mm, bij zelfs nog meer voorkeur hoogstens 6 mm en bij de meeste voorkeur hoogstens 5 mm. De afstand vanaf een zijwand van het 5 centraaldeel wordt dwars op de genoemde zijwand van het centraaldeel gemeten.
Het opvulelement heeft bij voorkeur een minimale hoogte van 2 mm, waarbij de hoogte van het opvulelement na opvulling van de tussenruimte gemeten wordt in een richting dwars op het bevestigingsvlak van de inbouwdoos. Bij meer voorkeur heeft het opvulelement een minimale hoogte van 3 mm, bij nog meer voorkeur een minimale hoogte van 4 mm.
Deze kit heeft onder meer als voordeel dat op eenvoudige wijze een elektrisch basiselement zonder afdekraam vlak in plaatmateriaal kan worden ingebouwd, waarbij het elektrische basiselement zonder kans op kleine beschadigingen aan het centraaldeel voor herstelling of vervanging kan verwijderd worden. Bijkomend voordelig is dat het elektrische basiselement en het centraaldeel door het opvulelement automatisch gecentreerd in een doorgang in het plaatmateriaal geplaatst wordt, zelfs indien elektrische bekabeling op het elektrische basiselement drukt. Hierdoor gaat het esthetische effect van het afwezige afdekraam niet verloren.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm strekt het opvulelement zich na plaatsing vanaf het centraaldeel langs de genoemde omtrek over een afstand van minstens 0.8 mm uit. Dit is voordelig omdat hierdoor het opvulelement langsheen de volledige genoemde omtrek zich voldoende uitstrekt om bij een minimale tussenruimte de tussenruimte over de volledige afstand op te vullen. Dit is voordelig om te vermijden dat na plaatsing vuil of stof in de minimale tussenruimte tussen het elektrische basiselement en zijwanden van de doorgang kan ophopen, waardoor het elektrische basiselement niet meer uit de inbouwdoos zou kunnen worden losgeklikt. Bijkomend voordelig is dat het opvulelement in de kit ervoor zorgt dat na plaatsing het elektrische basiselement niet ongewild uit de inbouwdoos kan worden losgeklikt door een voorwerp in de minimale tussenruimte te proppen.
Hiermee wordt een mogelijk veiligheidsrisico vermeden.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm strekt het opvulelement zich vanaf het centraaldeel langs de genoemde omtrek over een gelijke afstand uit. Deze
9 BE2022/5952 uitvoeringsvorm is voordelig omdat hierdoor automatisch een omtrek van de doorgang en de genoemde omtrek van het centraaldeel concentrisch zijn.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat het opvulelement middelen voor het vastklemmen van het opvulelement in een doorgang in het plaatmateriaal.
Het opvulelement is uit een flexibel, samendrukbaar materiaal vervaardigd.
Alternatief is het opvulelement uit een rigide materiaal vervaardigd, waarbij aan één of twee zijden een flexibel, samendrukbaar materiaal is aangebracht. Een alternatief voor een flexibel, samendrukbaar materiaal is een ringvormige spiraalveer die omheen het opvulelement is aangebracht. Door het opvulelement iets groter dan de doorgang te dimensioneren, zal het flexibele, samendrukbare materiaal of de spiraalveer worden samengedrukt en is het opvulelement in de doorgang vastgeklemd. Bij een opvulelement uit een rigide materiaal, omvat het opvulelement bij voorkeur een inkeping voor het losmaken van het opvulelement uit de tussenruimte. Alternatief omvat het centraaldeel een inkeping voor het losmaken van het opvulelement uit de tussenruimte. Deze uitvoeringsvorm is voordelig omdat het opvulelement zonder gebruik van werktuigen losneembaar in de tussenruimte kan geplaatst worden.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat het opvulelement voor het vastklikken van het opvulelement op het centraaldeel. Bij voorkeur omvat het opvulelement meerdere protrusies die in uitsparingen in het centraaldeel, het elektrische basiselement of beiden worden opgenomen. Het is duidelijk dat de protrusies en de uitsparingen uitwisselbaar zijn. Bij voorkeur omvat het opvulelement een inkeping voor het losklikken van het opvulelement uit de tussenruimte. Alternatief omvat het centraaldeel een inkeping voor het losklikken van het opvulelement uit de tussenruimte. Deze uitvoeringsvorm is voordelig omdat het opvulelement zonder gebruik van werktuigen losneembaar in de tussenruimte kan geplaatst worden.
Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is het opvulelement op het centraaldeel klembaar. Het opvulelement is uit een flexibel, samendrukbaar materiaal vervaardigd. Alternatief is het opvulelement uit een rigide materiaal vervaardigd, waarbij aan een zijde gericht naar het centraaldeel een flexibel, samendrukbaar materiaal is aangebracht. Een alternatief voor een flexibel, samendrukbaar materiaal is een ringvormige spiraalveer die langs een binnenomtrek van het opvulelement is aangebracht. Door het opvulelement iets a BE2022/5952 kleiner dan het centraaldeel te dimensioneren, zal het flexibele, samendrukbare materiaal of de spiraalveer worden samengedrukt en is het opvulelement op het centraaldeel geklemd.
Een vakman geschoold in het technische veld zal appreciëren dat een werkwijze volgens het eerste aspect bij voorkeur uitgevoerd wordt met een kit volgens het tweede aspect en dat een kit volgens het tweede aspect bij voorkeur geschikt is voor uitvoering van een werkwijze volgens het eerste aspect. Elk kenmerk, beschreven in dit document, hierboven zowel als hieronder, kan bijgevolg betrekking hebben op elk van de twee aspecten van de huidige uitvinding.
In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende figuren die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.
FIGUURBESCHRIJVING
Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een afgewerkt stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
In plaatmateriaal (18) is een doorgang (19) voor een elektrisch basiselement (6) gemaakt. Het elektrische basiselement (6) is in deze uitvoeringsvorm een stopcontact waarvan enkel een aardingspin zichtbaar is. De doorgang (19) is een cilindrische doorboring van het plaatmateriaal (18). Aan een achterzijde (20) van het plaatmateriaal (18) is een inbouwdoos (1) geplaatst. De inbouwdoos (1) is op
Figuur 1 niet zichtbaar, maar zal op latere figuren duidelijk worden weergegeven.
De inbouwdoos (1) omvat een opening (2) die aan de doorgang (19) ligt. Het elektrische basiselement (6) is doorheen de doorgang (19) in de inbouwdoos (1) vastgeklikt. Op het elektrische basiselement (6) is een centraaldeel (9) geplaatst.
Het centraaldeel (9) dekt het elektrische basiselement (6) af. Een voorste oppervlak (12) van het centraaldeel (9) ligt in de doorgang (19). De doorgang (19) is door een doorlopende zijwand (15), dwars op een vlak gevormd door een voorzijde (21) van het plaatmateriaal (18), begrensd. Tussen de doorlopende zijwand (15) en het centraaldeel is een tussenruimte (13). Een opvulelement (16) is losneembaar in de tussenruimte (13) geplaatst. Het opvulelement (16) vult in deze uitvoeringsvorm de tussenruimte (13) in het vlak gevormd door de voorzijde (21) van het plaatmateriaal (18) langs een omtrek, gevormd door de doorlopende zijwand (15) van de doorgang (19) in het genoemde vlak, over een volledige afstand (14) tussen het centraaldeel (9) en de doorlopende zijwand (15) op. Een voorste oppervlak (22) van het opvulelement (16) ligt in het vlak gevormd door de voorzijde (21) van het plaatmateriaal (18), waardoor de doorgang (19), de doorlopende zijwand (15) en de tussenruimte (13) niet zichtbaar zijn.
Figuur 2 toont een perspectivisch aanzicht van een stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding voor plaatsing van het opvulelement.
Deze uitvoeringsvorm stemt met de uitvoeringsvorm in Figuur 1 overeen. Het verschil is dat het opvulelement (16) uit de tussenruimte (13) is losgenomen.
Hierdoor zijn nu de doorgang (19), de doorlopende zijwand (15) en de tussenruimte (13) zichtbaar. Het opvulelement (16) omvat een ringvormige spiraalveer (17) voor het klemmen van het opvulelement (16) in de doorgang (19).
Eveneens zichtbaar zijn gleuven (11) in het centraaldeel (9) die het inbrengen van een gereedschapje voor het losmaken van het elektrische basiselement (6) vereenvoudigen. Het gereedschapje heeft langwerpige uitsteeksels die doorheen de gleuven (11) langs het centraaldeel (9) en langs het elektrische basiselement (6) worden geleid. Deze langwerpige uitsteeksels drukken flexibele armen (4) omvat in de inbouwdoos (1) naar buiten, waardoor deze niet meer in interactie met nokken (7) van het elektrische basiselement (6) zijn en waardoor het elektrische basiselement (6) uit de inbouwdoos (1) kan worden losgeklikt. De inbouwdoos (1), de flexibele armen (4) en de nokken (7) zijn in verdere figuren duidelijk weergegeven.
Figuur 3 toont een bovenaanzicht van een stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Deze uitvoeringsvorm stemt met de uitvoeringsvorm in Figuur 1 en Figuur 2 overeen. Op Figuur 1 is zichtbaar hoe flexibele armen (4) naar binnen zijn voorgespannen. Hierdoor zijn twee van de drie zichtbare flexibele armen (4) in interactie met nokken (7) van het elektrische basiselement (6) waardoor het elektrische basiselement in de inbouwdoos (1) is vastgeklikt. Eveneens zichtbaar zijn stoppen (5) voor het beperken van een translerende beweging van het elektrische basiselement (6) in een richting dwars op de opening (2) gericht naar de inbouwdoos (1). Op de doorsnede van Figuur 4 is de interactie van de stoppen (5) met een rand (8) van het elektrische basiselement (6) duidelijk weergegeven.
Figuur 4 toont een doorsnede van een afgewerkt stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Deze uitvoeringsvorm stemt met de uitvoeringsvorm in Figuur 1, Figuur 2 en Figuur 3 overeen. Duidelijk zichtbaar is hoe het opvulelement (16) de tussenruimte (13) tussen de doorlopende zijwand (15) en het centraaldeel (9) over een volledige afstand (14) opvult. De afstand (14) wordt dwars op de doorlopende zijwand (15) gemeten. Eveneens zichtbaar is hoe de opening (2) van de inbouwdoos (1) aan de doorgang (19) ligt en hoe het voorste oppervlak (12) van het centraaldeel (9) in de doorgang (19) gelegen is. Een rand (8) van het elektrische basiselement (6) ligt tegen de stoppen (5) van de inbouwdoos (1) aan, waardoor een translerende beweging van het elektrische basiselement (6) in de richting dwars op de opening (2) gericht naar de inbouwdoos (1) beperkt is.
Figuur 5 toont een perspectivisch aanzicht van een stopcontact na vastklikken in een inbouwdoos volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
De inbouwdoos (1), het elektrische basiselement (6) en het centraaldeel (9) stemmen met de uitvoeringsvormen in de voorgaande figuren overeen. Door het weglaten van het plaatmateriaal (18) en het opvulelement (16) is het bevestigingsvlak (23) van de inbouwdoos (1) duidelijk zichtbaar. Het bevestigingsvlak (23) ligt na plaatsing van de inbouwdoos tegen de achterzijde (20) van het plaatmateriaal (18) aan. Het bevestigingsvlak (23) wordt tegen de achterzijde (20) gelijmd of wordt met behulp van schroeven of nagels door de schroefgaten (3) aan het plaatmateriaal bevestigd. Het centraaldeel (9) is in deze uitvoeringsvorm op het elektrische basiselement (6) vastgeklikt. Het centraaldeel (9) omvat daartoe protrusies (10) die met niet zichtbare inkepingen in het elektrische basiselement (6) interageren.
Figuur 6 toont een bovenaanzicht van een stopcontact na vastklikken in een inbouwdoos volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
De inbouwdoos (1), het elektrische basiselement (6) en het centraaldeel (9) stemmen met Figuur 5 overeen. De middelste flexibele arm (4) is niet in interactie met een nok (7) van het elektrische basiselement (6). De inbouwdoos (1) omvat twee groepen van vier flexibele armen (4) die ten opzichte van elkaar over een hoek van 45° verdraaid zijn. Hierdoor is het elektrische basiselement (6) in discrete stappen van 45° omheen een centrale as van het elektrische basiselement (6) roteerbaar vooraleer het elektrische basiselement (6) in de inbouwdoos wordt vastgeklikt. Telkens zal slechts één groep van vier flexibele armen (4) met de nokken (7) van het elektrische basiselement (6) interageren. Eenzelfde is van toepassing voor de stoppen (5) en de randen (8).
Figuur 7 toont een doorsnede van een stopcontact na vastklikken in een inbouwdoos volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
De inbouwdoos (1), het elektrische basiselement (6) en het centraaldeel (9) stemmen met Figuur 5 en Figuur 6 overeen. Zichtbaar is hoe omheen de opening (2) een kleine opstaande rand is. Deze opstaande rand is voordelig voor het correct aligneren van de opening (2) met de doorgang (19).
Figuur 8 toont een perspectivisch aanzicht vanuit een andere richting van een stopcontact na vastklikken in een inbouwdoos volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
De inbouwdoos (1), het elektrische basiselement (6) en het centraaldeel (9) stemmen met Figuur 5, Figuur 6 en Figuur 7 overeen. Duidelijk zichtbaar zijn de twee groepen van vier flexibele armen (4) die ten opzichte van elkaar over een hoek van 45° verdraaid zijn. Eveneens zichtbaar zijn de twee groepen van vier stoppen (5) die ten opzichte van elkaar over een hoek van 45° verdraaid zijn.
Hierdoor is het elektrische basiselement (6) in discrete stappen van 45° omheen een centrale as van het elektrische basiselement (6) roteerbaar vooraleer het elektrische basiselement (6) in de inbouwdoos wordt vastgeklikt. De inbouwdoos (1) heeft geen bodem tegenover de opening (2). Het is duidelijk dat indien vereist de inbouwdoos (1) een halfgesloten volume met een bodem kan omvatten waarbinnen het elektrische basiselement (6) gelegen is.
Figuur 9 toont een perspectivisch aanzicht van een afgewerkt stopcontact volgens een alternatieve uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Deze uitvoeringsvorm is in zeer grote mate gelijk aan de voorheen besproken figuren. Het verschilpunt is de specifieke uitvoering van het centraaldeel (9) en het opvulelement (16). Het opvulelement is in dit geval een verzonken opvulelement
(16) en daardoor niet zichtbaar. Er is in deze alternatieve uitvoeringsvorm een minimale tussenruimte (13) tussen de doorlopende zijwand (15) van de doorgang (19) en het centraaldeel (9) zichtbaar. Het centraaldeel (9) is los op het elektrische basiselement (6) geplaatst en wordt door het verzonken opvulelement (16) in de 5 tussenruimte (13) geklemd. Dit is duidelijk op Figuur 10.
Figuur 10 toont een doorsnede van een afgewerkt stopcontact volgens een alternatieve uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Deze uitvoeringsvorm stemt met de uitvoeringsvorm van Figuur 9 overeen. Het opvulelement (16) is uit een flexibel en samendrukbaar materiaal zoals synthetisch rubber vervaardigd. Het opvulelement (16) is een cilindervorm dat omheen het centraaldeel (9) aansluit. Door het los plaatsen van het centraaldeel (9) in de tussenruimte (13) wordt het opvulelement (16) samengedrukt en is het centraaldeel (9) in de tussenruimte geklemd. Deze uitvoeringsvorm is bijzonder voordelig in combinatie met een centraaldeel (9) uit een materiaal dat niet materiaal dat niet geschikt is voor het gebruik van bijvoorbeeld kliksystemen, schroeven of magneten, zoals bijvoorbeeld natuursteen, keramiek, glas, … Door het klemmen van het centraaldeel (9) door het opvulelement (16) wordt vermeden dat het centraaldeel (9) verder bewerkt moet worden, waardoor deze centraaldelen (9) zouden kunnen barsten of breken. Deze uitvoeringsvorm is uiterst voordelig voor het vlak en quasi onzichtbaar plaatsen van een elektrisch basiselement (6) in plaatmateriaal (18) uit bijvoorbeeld natuursteen, keramiek, glas en gelijkaardige materialen, door een centraaldeel (9) te voorzien dat uit hetzelfde materiaal gemaakt is.
Figuur 11 toont een perspectivisch aanzicht vanuit een andere richting van een afgewerkt stopcontact volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.
Figuur 11 is voor alle vorige figuren van toepassing. Duidelijk zichtbaar is hoe het bevestigingsvlak (13) tegen de achterzijde (20) van het plaatmateriaal (18) aanligt.
De genummerde elementen in de figuren zijn: 1. Inbouwdoos 2. Opening 3. Schroefgat
© BE2022/5952
4. Flexibele arm
5. Stop
6. Elektrisch basiselement
7. Nok 8. Rand
9. Centraaldeel
10. Protrusie
11. Gleuf
12. Voorste oppervlak centraaldeel 13. Tussenruimte
14. Afstand
15. Zijwand
16. Opvulelement
17. Ringvormige spiraalveer 18. Plaatmateriaal
19. Doorgang
20. Achterzijde
21. Voorzijde
22. Voorste oppervlak opvulelement 23. Bevestigingsvlak

Claims (13)

CONCLUSI ES
1. Werkwijze voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal, omvattende de stappen van: — maken van een doorgang voor een elektrisch basiselement in het plaatmateriaal; — plaatsen van een inbouwdoos met een opening op een achterzijde van het plaatmateriaal, waarbij de opening van de inbouwdoos aan de doorgang ligt; en — plaatsen van het elektrische basiselement doorheen de doorgang in de inbouwdoos, waarbij op het elektrische basiselement een centraaldeel geplaatst is, waarbij het centraaldeel het elektrische basiselement afdekt, waarbij een voorste oppervlak van het centraaldeel in de doorgang of in een vlak gevormd door een voorzijde van het plaatmateriaal gelegen is en waarbij het elektrische basiselement losneembaar in de inbouwdoos vastgeklikt is; met het kenmerk, dat tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang een tussenruimte is, waarbij er in het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal tussen elke zijwand van de doorgang en het centraaldeel een afstand van minstens 0.8 mm en hoogstens 10 mm is en dat na het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos, een opvulelement losneembaar in de tussenruimte wordt geplaatst, waarbij de tussenruimte over de volledige afstand op minstens één punt tussen elke zijwand en het centraaldeel en op minstens drie punten tussen een doorlopende zijwand en het centraaldeel door het opvulelement wordt opgevuld.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tussenruimte in een vlak evenwijdig met het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal langs een omtrek, gevormd door alle zijwanden van de doorgang in het genoemde vlak, over de volledige afstand tussen het centraaldeel en elke zijwand van de doorgang door het opvulelement opgevuld wordt.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat een voorste oppervlak van het opvulelement in het vlak gevormd door de voorzijde van het plaatmateriaal gelegen is.
4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-3, met het kenmerk, dat voor het plaatsen van het elektrische basiselement het centraaldeel aan het elektrische basiselement wordt vastgemaakt.
5. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-3, met het kenmerk, dat het centraaldeel na het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos los op het elektrische basiselement geplaatst wordt, waarbij het centraaldeel door het plaatsen van het opvulelement in de doorgang geklemd is.
6. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-5, met het kenmerk, dat het opvulelement in de tussenruimte wordt vastgeklikt.
7. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies 1-5, met het kenmerk, dat het opvulelement in de tussenruimte wordt geklemd.
8. Kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal, omvattende een inbouwdoos, een elektrisch basiselement en een centraaldeel, waarbij de inbouwdoos een opening voor het plaatsen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos en een bevestigingsvlak voor het plaatsen van de inbouwdoos met het bevestigingsvlak op een achterzijde van het plaatmateriaal omvat, waarbij de opening van de inbouwdoos in het bevestigingsvlak ligt, waarbij de inbouwdoos bevestigingsmiddelen omvat voor het losneembaar bevestigen van het elektrische basiselement in de inbouwdoos, waarbij het centraaldeel op het elektrische basiselement plaatsbaar is, waarbij het centraaldeel na bevestiging van het elektrische basiselement in de inbouwdoos en na plaatsing van het centraaldeel op het elektrische basiselement het elektrische basiselement afdekt, waarbij een voorste oppervlak van het centraaldeel buiten de inbouwdoos gelegen is, met het kenmerk, dat de kit verder een opvulelement omvat voor opvulling van een tussenruimte in een doorgang voor het elektrische basismateriaal in het plaatmateriaal, waarbij het centraaldeel na plaatsing van het elektrische basiselement in de inbouwdoos, na plaatsing van het centraaldeel op het elektrische basiselement en na plaatsing van het opvulelement in de tussenruimte in de doorgang in het bevestigingsvlak van de inbouwdoos een omtrek heeft, waarbij het opvulelement op de genoemde omtrek van het centraaldeel aansluit, waarbij het opvulelement zich vanaf het centraaldeel op minstens gen punt van elke zijwand van het centraaldeel of op minstens drie punten van een doorlopende zijwand van het centraaldeel over een afstand van minstens 0.8 mm uitstrekt en waarbij het opvulelement zich vanaf het centraaldeel langs de genoemde omtrek over een afstand van hoogstens 10 mm uitstrekt.
9. Kit volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat het opvulelement zich vanaf het centraaldeel langs de genoemde omtrek over een afstand van minstens
0.8 mm uitstrekt.
10.Kit volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat het opvulelement zich vanaf het centraaldeel langs de genoemde omtrek over een gelijke afstand uitstrekt.
11.Kit volgens één der voorgaande conclusies 8-10, met het kenmerk, dat het opvulelement middelen omvat voor het vastklemmen van het opvulelement in een doorgang in het plaatmateriaal.
12.Kit volgens één der voorgaande conclusies 8-11, met het kenmerk, dat het opvulelement middelen omvat voor het vastklikken van het opvulelement op het centraaldeel.
13.Kit volgens één der voorgaande conclusies 8-11, met het kenmerk, dat het opvulelement op het centraaldeel klem baar is.
BE20225952A 2022-11-15 2022-11-24 Werkwijze en kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal BE1031035B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
PCT/IB2023/061564 WO2024105598A1 (en) 2022-11-15 2023-11-15 Method and kit for flush mounting of switches and sockets
PCT/IB2023/061566 WO2024105600A1 (en) 2022-11-15 2023-11-15 Method and kit for flush mounting of switches and sockets in board material

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20225919A BE1031037B1 (nl) 2022-11-15 2022-11-15 Werkwijze en kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1031035A1 true BE1031035A1 (nl) 2024-06-07
BE1031035B1 BE1031035B1 (nl) 2024-06-10

Family

ID=84361198

Family Applications (2)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20225919A BE1031037B1 (nl) 2022-11-15 2022-11-15 Werkwijze en kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten
BE20225952A BE1031035B1 (nl) 2022-11-15 2022-11-24 Werkwijze en kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal

Family Applications Before (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20225919A BE1031037B1 (nl) 2022-11-15 2022-11-15 Werkwijze en kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten

Country Status (1)

Country Link
BE (2) BE1031037B1 (nl)

Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1020913A3 (nl) 2013-04-05 2014-09-02 Bvba Tanguy Van Quickenborne Werkwijze voor het aanbrengen van een stopcontact.

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US8209921B2 (en) * 2006-09-11 2012-07-03 Dana Innovations Flush mount panels with multiple aligned receiving brackets
EP1953888B1 (de) * 2007-02-02 2018-01-03 Michael Dr. Gerloff Schalter einer Steuerung einer elektrischen Thermostatarmatur zur Betätigung der Armatur
US7956295B2 (en) 2007-03-30 2011-06-07 Bocci Design & Manufacturing Inc. Method and apparatus for finished installation of electrical outlet box without use of external cover plate
US8232482B2 (en) * 2007-03-30 2012-07-31 Bocci Design & Manufacturing, Inc. Method and apparatus for finished installation of electrical outlet box without use of external cover plate
JP6449053B2 (ja) * 2015-03-05 2019-01-09 ミネベアミツミ株式会社 平面スイッチ及びその平面スイッチの取付方法

Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1020913A3 (nl) 2013-04-05 2014-09-02 Bvba Tanguy Van Quickenborne Werkwijze voor het aanbrengen van een stopcontact.

Also Published As

Publication number Publication date
BE1031035B1 (nl) 2024-06-10
BE1031037B1 (nl) 2024-06-10
BE1031037A1 (nl) 2024-06-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7074078B2 (en) Receptacle-mounted cover plate to hide electrical socket face
US8062072B2 (en) Tamper resistant convenience outlet
US5012043A (en) Adjustable outlet box assembly and method of application
US7476112B2 (en) Safety cover
RU2357340C2 (ru) Устанавливаемое заподлицо в стену опорное устройство для электрических или электронных элементов
US8480420B2 (en) Outlet and light assembly with internal wiring connection
US8222521B2 (en) Multi-piece coverplate assembly and modular device assembly
US9091403B2 (en) Night light
CA2442238C (en) Exterior mounting block for electrical fixtures
US6511343B1 (en) Receptacle-mounted cover plate to hide electrical socket face
BE1031035B1 (nl) Werkwijze en kit voor het vlak monteren van schakelmateriaal en stopcontacten in plaatmateriaal
US4731511A (en) Decorative wall plates and slider caps for toggle-type electrical switches
EP3059825B1 (en) Frame for flush boxes and kit for flush supports for mounting components of electric or home automation installations
US7875798B2 (en) Rain shielded box for exiting through siding
WO2024105600A1 (en) Method and kit for flush mounting of switches and sockets in board material
GB2317628A (en) Skirting board system
JP2001177941A (ja) 埋め込み型器具及び直付け器具装置
BE1027477B1 (nl) Opbouwsysteem voor de frontplaat van een inbouwmodule
US20240195108A1 (en) Flush-mounted box with reduced dimensions and kit and method for installing an electrical basic element in a hollow wall
GB2613827A (en) Back box
JPH0436485Y2 (nl)
JPS6225811A (ja) 配線器具
KR200238682Y1 (ko) 천정매입형 형광등 장착용 프레임의 고정스크류 가림장치
CA2638245C (en) Rain shielded box for exiting through siding
KR200474280Y1 (ko) 옥내 배선기구의 플레이트타입 커버조립체

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20240610