BE1028103B1

BE1028103B1 - cladding

Info

Publication number: BE1028103B1
Application number: BE20205135A
Authority: BE
Inventors: Ralph Rogge
Original assignee: Xalu Nv
Priority date: 2020-02-28
Filing date: 2020-02-28
Publication date: 2021-09-27
Also published as: BE1028103A1

Abstract

Gevelbekleding (1) omvattende bekledingselementen (2a, 2b, 2c) die opeenvolgend verbindbaar zijn met elkaar, waarbij deze bekledingselementen (2a, 2b, 2c) omvatten corresponderende eerste en tweede verbindingsonderdelen (3a, 3b), waarbij het eerste verbindingsonderdeel (3a) omvat een verbindingsplaat (4) en het tweede verbindingsonderdeel (3b) omvat een achterste been (5), een voorste been waarbij het achterste been (5) een eerste gedeelte omvat dat overlapt met het voorste been (6) en een op het eerste gedeelte aansluitend tweede gedeelte dat zich uitstrekt voorbij het voorste been (6), en een verbindingsstuk (7) dat samen met het voorste been (6) en het eerste gedeelte van het achterste been (5) een goot (8) vormt waarin de verbindingsplaat (4) van een opeenvolgend bekledingselement (2a, 2b, 2c) schuifbaar opneembaar is, waarbij de afmeting van de verbindingsplaat (4) minstens even groot is als de corresponderende afmeting van het achterste been (5), en dat de verbindingsplaat (4) voorzien is voor het innemen van verschillende posities in de goot (8).Facade cladding (1) comprising cladding elements (2a, 2b, 2c) which are successively connectable to each other, said cladding elements (2a, 2b, 2c) comprising corresponding first and second connecting parts (3a, 3b), the first connecting part (3a) comprising a connecting plate (4) and the second connecting part (3b) comprises a rear leg (5), a front leg wherein the rear leg (5) comprises a first portion overlapping with the front leg (6) and adjoined with the first portion second part extending beyond the front leg (6), and a connecting piece (7) which, together with the front leg (6) and the first part of the rear leg (5), forms a trough (8) in which the connecting plate (4 ) of a successive cladding element (2a, 2b, 2c) can be slidably received, wherein the dimension of the connecting plate (4) is at least as great as the corresponding dimension of the rear leg (5), and that the connecting plate (4) orzien is for taking up different positions in the gutter (8).

Description

GEVELBEKLEDING Deze uitvinding betreft een gevelbekleding omvattende meerdere bekledingselementen die opeenvolgend verbindbaar zijn met elkaar voor het bekleden van geveloppervlakken, waarbij deze bekledingselementen hiervoor omvatten corresponderende eerste en tweede verbindingsonderdelen voor het opeenvolgend verbinden van twee bekledingselementen volgens een eerste richting, waarbij een genoemd bekledingselement omvat een genoemd eerste verbindingsonderdeel en/of een genoemd tweede verbindingsonderdeel die respectievelijk gevormd worden door, gezien volgens de eerste richting, een eerste en/of een tweede einddeel van het bekledingselement, waarbij het eerste verbindingsonderdeel omvat een rechthoekige verbindingsplaat die zich uitstrekt volgens de eerste richting en een tweede richting loodrecht op de eerste richting, en die het respectievelijke bekledingselement begrenst gezien volgens de eerste richting, waarbij het vlak waarin de eerste richting en de tweede richting zich uitstrekt voorzien is om zich nagenoeg evenwijdig uit te strekken aan het te bekleden geveloppervlak en waarbij het tweede verbindingsonderdeel omvat ° een achterste been en een voorste been die zich elk uitstrekken volgens de eerste en de tweede richting, en dit op een afstand van elkaar gezien volgens een derde richting loodrecht op het vlak waarin de eerste richting en de tweede richting zich uitstrekken, waarbij, gezien volgens de eerste richting, het achterste been een rechthoekig plaatvormig eerste gedeelte omvat dat overlapt met het voorste been en een op het eerste gedeelte aansluitend tweede gedeelte dat zich uitstrekt voorbij het voorste been en het respectievelijke bekledingselement begrenst gezien volgens de eerste richting, ° een verbindingsstuk dat het voorste been zo verbindt met het achterste been dat het tweede verbindingsonderdeel een goot omvat gevormd door achtereenvolgens het voorste been, het verbindingsstuk en het eerste gedeelte van het achterste been, waarbij deze goot zich uitstrekt volgens de tweede richting en bereikbaar is volgens de eerste richting en dit volgens een zin van het tweede gedeelte naar het eerste gedeelte toe; waarbij de verbindingsplaat van een genoemd bekledingselement schuifbaar opneembaar is in de genoemde goot van een opeenvolgend bekledingselement voor het verbinden van deze bekledingselementen.This invention relates to a facade cladding comprising a plurality of cladding elements which are sequentially connectable to each other for cladding facade surfaces, said cladding elements therefor comprising corresponding first and second connecting parts for sequentially connecting two cladding elements along a first direction, wherein said cladding element comprises a said cladding element. first connecting part and/or a said second connecting part which are respectively formed by, viewed in the first direction, a first and/or a second end part of the cladding element, the first connecting part comprising a rectangular connecting plate extending along the first direction and a second direction perpendicular to the first direction, and bounding the respective cladding element viewed along the first direction, the plane in which the first direction and the second direction extend kt is arranged to extend substantially parallel to the facade surface to be clad and wherein the second connecting part comprises ° a rear leg and a front leg each extending along the first and the second directions, and this as viewed at a distance from each other according to a third direction perpendicular to the plane in which the first direction and the second direction extend, wherein, viewed along the first direction, the rear leg comprises a rectangular plate-shaped first portion overlapping the front leg and a second portion adjacent to the first portion extending beyond the front leg and defining the respective cover element viewed in the first direction, ° a connecting piece connecting the front leg to the rear leg such that the second connecting part comprises a gutter formed by successively the front leg, the connecting piece and the first portion of the back leg, where this goo t extends in the second direction and is reachable in the first direction and this in a sense from the second part to the first part; wherein the connecting plate of said cladding element is slidably receivable in said trough of a successive cladding element for connecting these cladding elements.

Het bekleden van geveloppervlakken vindt plaats bij nieuwbouw, maar ook bij renovatie.Façade surfaces are covered in new construction, but also in renovation.

De te bekleden geveloppervlakken strekken zich meestal uit volgens een lengterichting en een hoogterichting en zijn dus opstaande geveloppervlakken.The facade surfaces to be clad usually extend in a longitudinal direction and a height direction and are therefore upright facade surfaces.

Geveloppervlakken die zich horizontaal of schuin uitstrekken zijn ook mogelijk.Facade surfaces that extend horizontally or obliquely are also possible.

De afmetingen van te bekleden oppervlakken kunnen sterk verschillen.The dimensions of surfaces to be coated can vary greatly.

Ook wordt er meestal geen gebruik gemaakt van standaardmaten.Also, standard sizes are usually not used.

Om aan dit probleem te verhelpen voorziet men nu reeds in bekledingselementen met verschillende afmetingen en/of voorziet men in bekledingselementen met complexe verbindingsonderdelen die verschillende onderlinge posities kunnen innemen gezien volgens een eerste richting, zodat speling volgens deze eerste richting mogelijk is.In order to remedy this problem, cladding elements of different dimensions are already provided and/or cladding elements with complex connecting parts are provided which can assume different mutual positions viewed in a first direction, so that play in this first direction is possible.

Deze complexe verbindingsonderdelen zijn vaak minder vlot met elkaar verbindbaar.These complex connecting parts are often less easy to connect to each other.

Het is dan ook een doel van de uitvinding om een gevelbekleding te vervaardigen omvattende bekledingselementen, die op eenvoudige wijze speling toelaat volgens een eerste richting.It is therefore an object of the invention to manufacture a facade cladding comprising cladding elements, which allows play in a first direction in a simple manner.

Dit doel wordt bereikt door te voorzien in een gevelbekleding zoals weergegeven in de eerste paragraaf van deze beschrijving waarbij, gezien volgens de eerste richting, de afmeting van de verbindingsplaat minstens even groot is als de corresponderende afmeting van het achterste been, waarbij in een verbonden toestand van twee bekledingselementen, de verbindingsplaat zich deels in de goot uitstrekt en zich tussen het voorste en het achterste been uitstrekt gezien volgens de derde richting en dat, gezien volgens de eerste richting, de verbindingsplaat voorzien is voor het innemen van verschillende posities in de goot, zodat meerdere verbonden posities van twee opeenvolgende bekledingselementen mogelijk zijn.This object is achieved by providing a facade cladding as shown in the first paragraph of this description wherein, viewed according to the first direction, the dimension of the connecting plate is at least as large as the corresponding dimension of the rear leg, whereby in a connected condition of two cladding elements, the connecting plate extends partly in the gutter and extends between the front and the rear leg viewed according to the third direction and that, viewed according to the first direction, the connecting plate is provided for taking up different positions in the gutter, so that multiple connected positions of two successive cladding elements are possible.

Bij deze meerdere verbonden posities, zijn twee opeenvolgende bekledingselementen onderling verschoven ten opzichte van elkaar gezien volgens de eerste richting.At these multiple connected positions, two successive cladding elements are mutually offset from each other as viewed along the first direction.

Dit betreft een zeer eenvoudige uitvoering van de eerste en de tweede verbindingsonderdelen.This concerns a very simple embodiment of the first and the second connecting parts.

De verbindingsplaat dekt in een verbonden toestand van twee bekledingselementen, steeds het tweede gedeelte van het achterste been af en minstens een deel van het eerste gedeelte van het achterste been. Het eerste gedeelte van het achterste been wordt volledig afgedekt door het voorste been, zodat in een verbonden toestand het achterste been niet zichtbaar is. Het tweede gedeelte van het achterste been is dan ook zeer geschikt om één of meerdere gevelbevestigingsmiddelen, zoals schroeven of dergelijke, te ontvangen. Gezien de verbindingsplaat genoemde verschillende posities in de goot kan innemen, zijn de bekledingselementen onderling positioneerbaar volgens de eerste richting, waardoor deze bekledingselementen geschikt zijn voor het bekleden van geveloppervlakken met allerhande afmetingen. De bekledingselementen hebben steeds een achterkant die voorzien is om gericht te zijn naar een geveloppervlak en een tegenover deze achterkant gelegen voorkant. Het achterste been vormt dan bij voorkeur mee deze achterkant en het voorste been vormt dan bij voorkeur mee deze voorkant. Verder bij voorkeur heeft de gevelbekleding een bepaald wederkerend doorlopend patroon. Zo kunnen de bekledingselementen voorzien zijn van dwarse platen die zich uitstrekken volgens de tweede richting en de derde richting, waarbij deze platen zich nagenoeg op gelijke afstanden van elkaar uitstrekken. Tussen deze platen kan het dan voorzien zijn om houten latten of dergelijke aan te brengen om een bepaald uitzicht te creëren. Eventueel kunnen de bekledingselementen dan bijvoorbeeld aangrijpelementen omvatten die aansluiten op de dwarse platen en die voorzien zijn om aan te grijpen in deze latten.In a connected state of two covering elements, the connecting plate always covers the second part of the rear leg and at least part of the first part of the rear leg. The first portion of the back leg is completely covered by the front leg, so that when connected, the back leg is not visible. The second part of the rear leg is therefore very suitable for receiving one or more facade fastening means, such as screws or the like. Since the connecting plate can assume the various positions in the gutter, the cladding elements can be mutually positioned in the first direction, as a result of which these cladding elements are suitable for cladding facade surfaces with all kinds of dimensions. The cladding elements always have a rear side which is provided to face a facade surface and a front side located opposite this rear side. The rear leg then preferably also forms this back and the front leg then preferably also forms this front. Furthermore, the facade cladding preferably has a specific recurring continuous pattern. For instance, the cladding elements can be provided with transverse plates extending along the second direction and the third direction, these plates extending substantially at equal distances from each other. It can then be provided between these plates to fit wooden slats or the like in order to create a certain appearance. Optionally, the cladding elements can then for instance comprise engaging elements which connect to the transverse plates and which are provided for engaging in these slats.

De genoemde benen hebben bij voorkeur een rechthoekige plaatvorm. De genoemde bekledingselementen hebben hier één of twee genoemde verbindingsonderdelen. Zo kunnen er bekledingselementen zijn die slechts een eerste verbindingsonderdeel of slechts een tweede verbindingsonderdeel omvatten. Er kunnen ook bekledingselementen zijn die zowel een eerste en een tweede verbindingsonderdeel omvatten. Bekledingselementen die twee eerste verbindingsonderdelen hebben of die twee tweede verbindingsonderdelen hebben, zijn ook mogelijk. Bij voorkeur is het tweede gedeelte van het achterste been van het tweede verbindingsonderdeel, voorzien voor het ontvangen van een gevelbevestigingsmiddel. Dit achterste been is voorzien om afgedekt te worden door de verbindingsplaat van het opeenvolgende bekledingselement, waardoor dan ook het gevelbevestigingsmiddel afgedekt is en dus onzichtbaar is, wat het uitzicht van de gevelbekleding ten goede komt.The said legs preferably have a rectangular plate shape. The said cladding elements here have one or two said connecting parts. For example, there may be cladding elements comprising only a first connecting part or only a second connecting part. There may also be cladding elements comprising both a first and a second connecting member. Cladding elements having two first connecting members or having two second connecting members are also possible. Preferably, the second portion of the rear leg of the second connecting member is provided for receiving a gable fastener. This rear leg is provided to be covered by the connecting plate of the successive cladding element, whereby the facade fastening means is also covered and thus invisible, which improves the appearance of the facade cladding.

Om deze gevelbekleding te bevestigen aan een geveloppervlak voorziet men bijvoorbeeld meerdere liggers die zich uitstrekken volgens de eerste richting en dit op een afstand van elkaar volgens de tweede richting en die verbonden zijn met het geveloppervlak.In order to fix this facade cladding to a facade surface, for instance, several beams are provided which extend according to the first direction and this at a distance from each other according to the second direction and which are connected to the facade surface.

De bekledingselementen worden dan met behulp van schroeven of dergelijke bevestigd aan deze liggers om zo het geveloppervlak te bekleden.The cladding elements are then attached to these beams by means of screws or the like in order to clad the facade surface.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvatten de verbindingsplaat en de genoemde benen elk een achterzijde die voorzien is om gericht te zijn naar een geveloppervlak en een tegenover deze achterzijde gelegen voorzijde en omvat de verbindingsplaat een eindrand die zich uitstrekt volgens de tweede richting, waarbij deze eindrand het respectievelijk bekledingselement begrenst gezien volgens de eerste richting, waarbij de verbindingsplaat een aangrijpdeel omvat dat zich uitstrekt aan de achterzijde van de plaat en volgens de tweede richting en dit, gezien volgens de eerste richting, op een afstand van de genoemde eindrand die groter is dan de corresponderende afmeting van het eerste gedeelte van het achterste been, en omvat het tweede gedeelte van het achterste been een stootrand die zich uitstrekt volgens de tweede richting en zich uitstrekt aan de voorzijde van het tweede gedeelte en dit op een afstand van het verbindingsstuk gezien volgens de eerste richting die groter is dan de corresponderende afstand tussen de genoemde eindrand en het aangrijpdeel van de verbindingsplaat, waarbij dit aangrijpdeel en deze stootrand verschuiving van bekledingselementen ten opzichte van elkaar, wanneer de verbindingsplaat van het ene bekledingselement zich deels uitstrekt in de goot van het andere bekledingselement, beperkt.In a preferred embodiment, the connecting plate and said legs each comprise a rear side which is provided to face a facade surface and a front side opposite this rear side, and the connecting plate comprises an end edge extending along the second direction, said end edge being the respective cladding element defined according to the first direction, the connecting plate comprising an engagement part extending at the rear of the plate and according to the second direction and this, viewed according to the first direction, at a distance from said end edge which is greater than the corresponding dimension of the first portion of the rear leg, and the second portion of the rear leg includes a fender extending along the second direction and extending in front of the second portion and this at a distance from the connector when viewed along the first direction greater than the corr extending distance between said end edge and the engagement part of the connecting plate, said engaging part and this fender limiting displacement of cladding elements relative to each other when the connecting plate of one cladding element extends partly in the gutter of the other cladding element.

Tijdens de montage van de gevelbekleding worden genoemde verbindingsplaten deels aangebracht in respectievelijke goten en wordt de verbindingsplaat bij voorkeur verschoven tot de respectievelijke bekledingselementen zich in de gewenste positie ten opzichte van elkaar bevinden gezien volgens de eerste richting.During the assembly of the facade cladding, said connecting plates are partly arranged in respective gutters and the connecting plate is preferably shifted until the respective cladding elements are in the desired position with respect to each other viewed according to the first direction.

Gezien het aangrijpdeel en de stootrand verschuiving volgens de eerste richting beperken, dragen zij bij tot een goede en snelle montage van deze gevelbekleding.Since the gripping part and the fender limit shift in the first direction, they contribute to a good and quick installation of this facade cladding.

Dit zorgt er ook voor dat de mogelijke speling bij twee verbonden bekledingselementen, beperkt wordt tot een constante afstand volgens de eerste richting.This also ensures that the possible play in two connected cladding elements is limited to a constant distance along the first direction.

Verder bij voorkeur omvat de verbindingsplaat een aan de achterzijde uitstrekkend 5 langwerpig uitsteeksel dat zich uitstrekt volgens de tweede richting en waarvan de afmeting, gezien volgens de eerste richting, kleiner is dan 0,2 maal de corresponderende afmeting van de verbindingsplaat en nog meer bij voorkeur kleiner is dan 0,1 maal de genoemde corresponderende afmeting en het meest bij voorkeur kleiner is dan 0,07 maal de genoemde corresponderende afmeting, waarbij dit langwerpige uitsteeksel het genoemde aangrijpdeel vormt en bij voorkeur het genoemde aangrijpdeel 1s.Further preferably, the connecting plate comprises a rearwardly extending elongate projection extending along the second direction and having a dimension, viewed according to the first direction, which is less than 0.2 times the corresponding size of the connecting plate, and more preferably is less than 0.1 times said corresponding dimension and most preferably is smaller than 0.07 times said corresponding dimension, said elongate projection forming said engagement portion and preferably said engagement portion 1s.

Ook verder bij voorkeur omvat het tweede gedeelte van het achterste been een aan de voorzijde uitstrekkend langwerpig uitsteeksel dat zich uitstrekt volgens de tweede richting en waarvan de afmeting, gezien volgens de eerste richting, kleiner is dan 0,2 maal de corresponderende afmeting van het achterste been, en nog meer bij voorkeur kleiner is dan 0,1 maal de genoemde corresponderende afmeting en het meest bij voorkeur kleiner is dan 0,07 maal de genoemde corresponderende afmeting, waarbij dit langwerpige uitsteeksel de genoemde stootrand vormt en bij voorkeur de genoemde stootrand is.Also further preferably, the second portion of the rear leg includes a frontally extending elongate projection extending along the second direction and having a dimension, when viewed along the first direction, which is less than 0.2 times the corresponding rearmost dimension. leg, and more preferably is less than 0.1 times said corresponding dimension and most preferably is less than 0.07 times said corresponding dimension, said elongate projection forming said bumper and preferably said bumper .

Ook verder bij voorkeur is, gezien volgens de eerste richting, de afstand van het eerste gedeelte tot de stootrand nagenoeg gelijk aan de afstand van de genoemde eindrand van de verbindingsplaat tot het aangrijpdeel, en is het verschil tussen de genoemde afstanden kleiner is dan 1 mm, bij voorkeur kleiner is dan 0,5 mm en nog meer bij voorkeur kleiner dan 0,1 mm.Also further preferably, viewed according to the first direction, the distance from the first portion to the fender is substantially equal to the distance from said end edge of the connecting plate to the engaging portion, and the difference between said distances is less than 1 mm. , preferably less than 0.5 mm and more preferably less than 0.1 mm.

Wanneer de verbindingsplaat zich deels in de respectievelijke goot uitstrekt en zowel de benen en de verbindingsplaat zich uitstrekken volgens de eerste en de tweede richting, kan de verbindingsplaat zich hier niet uit de goot begeven bij een verschuiving van de verbindingsplaat volgens de eerste richting.When the connecting plate extends partly in the respective gutter and both the legs and the connecting plate extend in the first and the second direction, the connecting plate cannot move out of the gutter here when the connecting plate is shifted in the first direction.

Tijdens het verbinden van twee bekledingselementen is het hierdoor eenvoudig om de gevelbekleding in hun gewenste onderlinge positie te brengen, eens de verbindingsplaat zich in de goot bevindt en dit omdat de kans klein is dat de verbindingsplaat terug uit de goot gaat tijdens het onderling positioneren van de bekledingselementen volgens de eerste richting.During the connection of two cladding elements, it is therefore easy to bring the facade cladding into their desired mutual position, once the connecting plate is in the gutter, because the chance is small that the connecting plate will move back out of the gutter during mutual positioning of the gutter. cladding elements according to the first direction.

Ook bij voorkeur omvat de verbindingsplaat opeenvolgend, gezien volgens de eerste richting, een eerste sector begrensd door de eindrand en het aangrijpdeel, en een tweede sector, waarbij de afmeting van deze tweede sector volgens de derde richting, kleiner of nagenoeg gelijk is aan de corresponderende afstand tussen de stootrand en het voorste been, en is het verschil tussen de genoemde afstand en afmeting kleiner dan 1 mm, bij voorkeur kleiner dan 0,5 mm en nog meer bij voorkeur kleiner dan 0,1 mm. Dit beperkt de bewegingsvrijheid van twee met elkaar verbonden bekledingselementen en dit volgens de derde richting. De verbinding tussen twee bekledingselementen is hierdoor stabiel.Also preferably, the connecting plate successively comprises, viewed along the first direction, a first sector bounded by the end edge and the engagement part, and a second sector, the dimension of this second sector according to the third direction being less than or substantially equal to the corresponding distance between the fender and the front leg, and the difference between said distance and dimension is less than 1 mm, preferably less than 0.5 mm and even more preferably less than 0.1 mm. This limits the freedom of movement of two cladding elements connected to each other and this in the third direction. The connection between two cladding elements is therefore stable.

Ook bij voorkeur omvat het tweede gedeelte van het achterste been een tweede stootrand die zich uitstrekt volgens de tweede richting en dit op een afstand van de eerstgenoemde stootrand gezien volgens de een zin van het eerste gedeelte naar het tweede gedeelte toe en is, gezien volgens de derde richting, de afstand tussen de genoemde stootrand en het voorste been nagenoeg gelijk aan de afstand tussen de genoemde tweede stootrand en het voorste been, waarbij het verschil tussen de genoemde afstanden kleiner is dan 1 mm, bij voorkeur kleiner is dan 0,5 mm en nog meer bij voorkeur kleiner is dan 0,1 mm. Dit beperkt de bewegingsvrijheid van twee met elkaar verbonden bekledingselementen bijkomend en dit volgens de derde richting. De verbinding tussen twee bekledingselementen is hierdoor zeer stabiel.Also preferably, the second portion of the rear leg comprises a second fender extending along the second direction and spaced from the first-mentioned fender as viewed along the direction of the first portion toward the second portion and as viewed along the third direction, the distance between said bumper and the front leg is substantially equal to the distance between said second bumper and the front leg, the difference between said distances being less than 1 mm, preferably less than 0.5 mm and even more preferably is less than 0.1 mm. This additionally limits the freedom of movement of two cladding elements connected to each other and this in the third direction. The connection between two cladding elements is therefore very stable.

Nog meer bij voorkeur is de sector van het tweede gedeelte van het achterste been, die zich uitstrekt tussen de genoemde stootranden gezien volgens de eerste richting, dan voorzien voor het ontvangen van een gevelbevestigingsmiddel. Deze sector omvat dan bijvoorbeeld uitsparingen/onderdelen die voorzien zijn om onderdelen van gevelbevestigingsmiddelen te ontvangen zoals de kop van een schroef, een moer, enz.Even more preferably, the sector of the second portion of the rear leg, which extends between said bumpers when viewed in the first direction, is then provided for receiving a gable fastener. This sector then comprises, for example, recesses/parts provided to receive parts of facade fasteners such as the head of a screw, a nut, etc.

Ook verder voorkeurdragend omvat de verbindingsplaat opeenvolgend, gezien volgens de eerste richting, de genoemde eerste sector, de genoemde tweede sector, en een derde sector, waarbij de voorzijdes van deze sectoren zich uitstrekken in hetzelfde vlak en dat de afmeting van de tweede sector gezien volgens de eerste richting groter is dan de corresponderende afstand tussen de twee genoemde stootranden en dat de afmeting van de derde sector gezien volgens de derde richting groter is dan de corresponderende afmeting van de tweede sector zodat de tweede stootrand en de genoemde derde sector verschuiving van bekledingselementen ten opzichte van elkaar, wanneer de verbindingsplaat van het ene bekledingselement zich deels uitstrekt in de goot van het andere bekledingselement, beperkt.Also further preferably, the connecting plate comprises successively, as viewed in the first direction, said first sector, said second sector, and a third sector, the faces of these sectors extending in the same plane and that the size of the second sector as viewed in accordance with the first direction is greater than the corresponding distance between the two said bumpers and that the dimension of the third sector viewed according to the third direction is larger than the corresponding dimension of the second sector such that the second bumper and said third sector shift cladding elements by relative to each other, when the connecting plate of one cladding element extends partly in the gutter of the other cladding element.

De tweede stootrand en de verdikking van de verbindingsplaat tussen de tweede en derde sector dragen bij tot een goede en snelle montage van deze gevelbekleding.The second bumper and the thickening of the connecting plate between the second and third sector contribute to a good and quick installation of this facade cladding.

Gezien volgens de eerste richting, is de afstand van het verbindingsstuk tot de tweede stootrand, bij voorkeur nagenoeg gelijk aan de afstand van de eindrand van de verbindingsplaat tot de derde sector van de verbindingsplaat.Viewed along the first direction, the distance from the connector to the second fender is preferably substantially equal to the distance from the terminal edge of the connector plate to the third sector of the connector plate.

Het verschil tussen deze afstanden is dan kleiner dan 1 mm, bij voorkeur kleiner dan 0,5 mm.The difference between these distances is then less than 1 mm, preferably less than 0.5 mm.

In een zeer voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvatten de bekledingselementen, één of meerdere basisbekledingselementen die zowel een genoemd eerste als een genoemd tweede verbindingsonderdeel omvatten, waarbij deze basisbekledingselementen opeenvolgend omvatten volgens de eerste richting, het eerste einddeel, een basisdeel en het tweede einddeel, waarbij het basisdeel omvat een plaat die zich uitstrekt volgens de eerste richting en de tweede richting.In a very preferred embodiment, the cladding elements comprise one or more base cladding elements comprising both a said first and a said second connecting part, said base cladding elements successively comprising the first direction, the first end part, a base part and the second end part, the base part comprising a plate extending along the first direction and the second direction.

Dit basisdeel heeft dan bij voorkeur een bepaald uitzicht zodat een gevelbekleding met een bepaald uitzicht wordt verkregen.This base part then preferably has a certain appearance, so that a facade cladding with a certain appearance is obtained.

Het eerste einddeel vormt hier dan het eerste verbindingsonderdeel en het tweede einddeel vormt hier dan het tweede verbindingsonderdeel.Here the first end part then forms the first connecting part and the second end part then forms the second connecting part.

Het voorste been van het tweede verbindingsonderdeel en ook een deel van de verbindingsplaat is zichtbaar in een verbonden toestand van twee bekledingselementen.The front leg of the second connecting part and also a part of the connecting plate is visible in a connected state of two cladding elements.

Het uitzicht van de zichtbare onderdelen van de verbindingsonderdelen is dan bij voorkeur ook aangepast aan het uitzicht van het basisdeel zodat een esthetische gevelbekleding wordt verkregen.The appearance of the visible parts of the connecting parts is then preferably also adapted to the appearance of the basic part, so that an aesthetic facade cladding is obtained.

Naast de genoemde basisbekledingselementen kunnen de bekledingselementen dan bijvoorbeeld bijkomende hoekvormende bekledingselementen omvatten voor het bekleden van binnenhoeken en buitenhoeken gevormd door twee op elkaar aansluitende geveloppervlakken die op elkaar aansluiten onder een hoek. Geveloppervlakken sluiten in de praktijk vaak aan op elkaar onder een hoek van 90°. Deze hoekvormende bekledingselementen hebben dan ook bijvoorbeeld een eerste gedeelte dat zich uitstrekt volgens de genoemde eerste richting en de tweede richting en een tweede gedeelte dat zich uitstrekt volgens de derde richting en de tweede richting. Het eerste gedeelte is dan voorzien om een eerste geveloppervlak te bedekken dat zich uitstrekt volgens de eerste en de tweede richting en het tweede gedeelte is dan voorzien om een tweede geveloppervlak te bedekken dat loodrecht aansluit op het eerste geveloppervlak. Dit tweede geveloppervlak strekt zich dan uit volgens de tweede en de derde richting. De bekledingselementen kunnen ook startbekledingselementen of stopbekledingselementen omvatten die slechts één genoemd verbindingsonderdeel omvatten en voorzien zijn een eindgedeelte van de gevelbekleding te vormen gezien volgens de eerste richting. De gevelbekleding kan bijkomend start- en/of stopelementen omvatten die bijvoorbeeld niet voorzien zijn van een genoemd eerste of een genoemd tweede verbindingsonderdeel, maar die dan bijvoorbeeld wel in staat zijn om onderdelen van eerste of tweede verbindingsonderdelen van de bekledingselementen af te dekken.In addition to the basic cladding elements mentioned, the cladding elements can then, for instance, comprise additional corner-forming cladding elements for covering inner corners and outer corners formed by two adjoining facade surfaces that connect to each other at an angle. In practice, facade surfaces often connect to each other at an angle of 90°. These corner-forming cladding elements therefore have, for example, a first portion extending along the said first direction and the second direction and a second portion extending along the third direction and the second direction. The first portion is then provided to cover a first facade surface extending along the first and second directions and the second portion is then provided to cover a second facade surface which is perpendicular to the first facade surface. This second facade surface then extends along the second and the third directions. The cladding elements may also comprise start cladding elements or stop cladding elements comprising only one said connecting member and provided to form an end portion of the facade cladding viewed along the first direction. The facade cladding can additionally comprise start and/or stop elements which are for instance not provided with a said first or a said second connecting part, but which are then for instance capable of covering parts of first or second connecting parts of the cladding elements.

Verder bij voorkeur omvatten de genoemde verbindingsplaat, de genoemde benen en de plaat van het basisdeel elk een achterzijde die voorzien is om gericht te zijn naar een geveloppervlak en een tegenover deze achterzijde gelegen voorzijde, waarbij de voorzijde van de plaat van het basisdeel zich uitstrekt in het vlak van de voorzijde van de verbindingsplaat en waarbij de achterzijde van het genoemde voorste been zich uitstrekt in het vlak van de voorzijde van de plaat van het basisdeel. Het voorste been is wat naar voren verschoven ten opzichte van de plaat van het basisdeel waardoor men eenvoudig de verbindingsplaat van een opeenvolgend bekledingselement achter dit voorste been kan schuiven en men dus eenvoudig de verbindingsplaat deels in de genoemde goot kan schuiven. In een verbonden toestand zullen de voorzijdes van de verbindingsplaten en de basisplaten van opeenvolgende bekledingselementen zich nagenoeg elk in één vlak uitstrekken waardoor een esthetisch uitzicht wordt verkregen. Ook verder bij voorkeur heeft, gezien volgens de eerste richting, het voorste been een afmeting x en heeft de plaat van het basisdeel een afmeting van nagenoeg n keer x, n zijnde een geheel getal, waarbij het basisbekledingselement n+2 opdeelplaten omvat die zich uitstrekken volgens de tweede en de derde richting, en die aansluiten op respectievelijk de plaat van het basisdeel en het voorste been en dit ter hoogte van de respectievelijke posities 0, x, 2x, enz. gezien volgens de eerste richting, zodat de bekomen gevelbekleding een bepaald patroon heeft. Deze opdeelplaten vormen hier esthetische tussenschotten. Wanneer de tweede richting zich verticaal uitstrekt in gebruik, dan heeft de bekomen gevelbekleding verticale tussenschotten. Dergelijke opdeelplaten zijn ook zeer geschikt voor het aanbrengen van elementen, zoals houten latten, tussen twee opeenvolgende opdeelplaten. Eventueel kunnen de bekledingselementen bijkomend met de opdeelplaten verbonden aangrijpdelen omvatten die voorzien zijn om aan te grijpen in corresponderende uitsparingen/groeven van houten latten. Ook andere genoemde bekledingselementen, of start- of stopelementen, kunnen voorzien zijn van gelijkaardige opdeelplaten om zo een gevelbekleding met een uniform uitzicht te bekomen. De genoemde posities 0, x, 2x, enz. zijn zodanig dat 0 overeenkomt met de rand van de plaat van het basisdeel gezien volgens de eerste richting, die aansluit op het eerste einddeel. De bekledingselementen omvatten in een specifieke uitvoeringsvorm aangrijpelementen, ter verbinding van esthetische elementen met de gevelbekleding.Further preferably, said connecting plate, said legs and the plate of the base part each comprise a rear side arranged to face a facade surface and a front facing this rear side, the front side of the plate of the base part extending in the plane of the front side of the connecting plate and wherein the rear side of said front leg extends in the plane of the front side of the plate of the base part. The front leg is shifted somewhat forward relative to the plate of the base part, so that one can simply slide the connecting plate of a successive covering element behind this front leg and thus simply slide the connecting plate partly into the said gutter. In a connected condition, the front sides of the connecting plates and the base plates of successive cladding elements will substantially each extend in one plane, so that an aesthetic appearance is obtained. Also further preferably, viewed along the first direction, the front leg has a dimension x and the base member plate has a dimension of substantially n times x, n being an integer, the base cladding element comprising n+2 dividing plates extending according to the second and third directions, and which connect to the plate of the base part and the front leg respectively and this at the height of the respective positions 0, x, 2x, etc. viewed according to the first direction, so that the facade cladding obtained has a certain has a pattern. These partition plates form aesthetic partitions here. When the second direction extends vertically in use, the resulting facade cladding has vertical partitions. Such dividing plates are also very suitable for arranging elements, such as wooden slats, between two successive dividing plates. Optionally, the cladding elements can also comprise engaging parts connected to the dividing plates and which are provided for engaging in corresponding recesses/grooves of wooden slats. Other cladding elements mentioned, or start or stop elements, can also be provided with similar dividing plates in order to obtain a facade cladding with a uniform appearance. Said positions 0, x, 2x, etc. are such that 0 corresponds to the edge of the plate of the base part seen in the first direction, which adjoins the first end part. In a specific embodiment, the cladding elements comprise gripping elements for connecting aesthetic elements to the facade cladding.

Deze aangrijpelementen sluiten dan bij voorkeur aan op genoemde opdeelplaten zodat esthetische elementen, opneembaar zijn tussen twee op elkaar volgende opdeelplaten. Verder bij voorkeur omvat de gevelbekleding houten latten en zijn deze houten latten voorzien om opgenomen te worden tussen twee op elkaar volgende opdeelplaten met behulp van genoemde aangrijpelementen.These engaging elements then preferably adjoin the said dividing plates, so that aesthetic elements can be accommodated between two successive dividing plates. The facade cladding further preferably comprises wooden slats and these wooden slats are provided for being received between two successive dividing plates by means of said gripping elements.

De genoemde basisbekledingselementen omvatten in een specifieke uitvoeringsvorm afstandhoudende elementen, om de plaat op een afstand van een geveloppervlak te verbinden.In a specific embodiment, said basic cladding elements comprise spacer elements for connecting the panel at a distance from a facade surface.

Deze afstandhoudende elementen zijn bijvoorbeeld plaatvormig en strekken zich dan bijvoorbeeld uit in het verlengde van de opdeelplaten.These spacer elements are, for example, plate-shaped and then, for example, extend in line with the dividing plates.

Ook andere genoemde bekledingselementen of start- of stopelementen, kunnen dergelijke afstandhoudende elementen omvatten.Also other mentioned cladding elements or start or stop elements may comprise such spacer elements.

Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hiernavolgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een gevelbekleding volgens deze uitvinding.This invention will now be further elucidated with reference to the following detailed description of a preferred embodiment of a facade cladding according to this invention.

De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.The purpose of this description is only to give illustrative examples and to indicate further advantages and particulars, and thus can in no way be interpreted as limiting the scope of the invention or of the patent rights claimed in the claims.

In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen waarbij -figuur 1 een perspectiefvoorstelling is van een gevelbekleding volgens een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij deze gevelbekleding is aangebracht tegenaan een geveloppervlak; -figuur 2 een perspectiefvoorstelling is van een eerste type basisbekledingselement van de gevelbekleding volgens de eerste uitvoeringsvorm; -figuur 3 een bovenaanzicht is van het basisbekledingselement weergegeven in figuur 2; -figuur 4 een perspectiefvoorstelling is van twee basisbekledingselementen zoals weergegeven in figuur 2, waarbij deze twee basisbekledingselementen met elkaar verbonden zijn; -figuur 5 een bovenaanzicht is van de twee basisbekledingselementen weergegeven in figuur 4;In this detailed description, reference is made to the accompanying drawings in which - Figure 1 is a perspective representation of a facade cladding according to a first embodiment of the invention, this facade cladding being applied against a facade surface; figure 2 is a perspective representation of a first type of basic cladding element of the facade cladding according to the first embodiment; figure 3 is a top view of the base cladding element shown in figure 2; figure 4 is a perspective representation of two base cladding elements as shown in figure 2, wherein these two base cladding elements are connected to each other; Figure 5 is a plan view of the two base cladding elements shown in Figure 4;

-figuur 6 een perspectiefvoorstelling is van een gevelbekleding volgens de eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding; -figuur 7 een bovenaanzicht is van de gevelbekleding weergegeven in figuur 6; -figuur 8 een detailweergave is van figuur 7; -figuur 9 een andere detailweergave is van figuur 7; -figuur 10 een detailweergave is van figuur 5; -figuur 11 een perspectiefvoorstelling is van een basisbekledingselement volgens een tweede uitvoeringsvorm van een gevelbekleding volgens de uitvinding; -figuur 12 een perspectiefvoorstelling is van een tweede type basisbekledingselement van de gevelbekleding volgens de eerste uitvoeringsvorm; -figuur 13 een weergave is van een gevelbekleding volgens de eerste uitvoeringsvorm en dit tijdens het aanbrengen van de gevelbekleding tegenaan een geveloppervlak; -figuur 14 een detailweergave is van figuur 13 ter hoogte van de weergegeven cirkel in figuur 13. De hier weergegeven gevelbekleding (1) volgens de eerste uitvoeringsvorm omvat meerdere bekledingselementen (2a, 2b, 2c) die opeenvolgend verbindbaar zijn met elkaar volgens een eerste richting (A). Met behulp van deze gevelbekleding (1) kan men één of meerdere op elkaar aansluitende geveloppervlakken (100) bekleden.figure 6 is a perspective representation of a facade cladding according to the first embodiment of the invention; figure 7 is a top view of the facade cladding shown in figure 6; figure 8 is a detail view of figure 7; figure 9 is another detail view of figure 7; figure 10 is a detail view of figure 5; figure 11 is a perspective representation of a basic cladding element according to a second embodiment of a facade cladding according to the invention; figure 12 is a perspective representation of a second type of basic cladding element of the facade cladding according to the first embodiment; figure 13 shows a facade cladding according to the first embodiment and this during the application of the facade cladding against a facade surface; figure 14 is a detail view of figure 13 at the height of the circle shown in figure 13. The facade cladding (1) shown here according to the first embodiment comprises several cladding elements (2a, 2b, 2c) which can be connected successively to each other in a first direction (A). With the aid of this facade cladding (1) one or more adjoining facade surfaces (100) can be clad.

Deze gevelbekleding (1) is vooral geschikt om verticale geveloppervlakken (100) te bekleden, maar zou echter ook gebruikt kunnen worden om andere geveloppervlakken (100) te bekleden.This facade cladding (1) is especially suitable for cladding vertical facade surfaces (100), but could also be used to clad other facade surfaces (100).

Deze geveloppervlakken (100) strekken zich elk uit volgens een lengterichting (A) een hoogterichting (B) en de genoemde eerste richting (A) komt hier dan overeen met de lengterichting (A) na installatie.These facade surfaces (100) each extend along a longitudinal direction (A) and a height direction (B) and the said first direction (A) here corresponds to the longitudinal direction (A) after installation.

Deze bekledingselementen (24, 2b, 2c) omvatten alleszins basisbekledingselementen (2a) en eventueel bijkomend, naargelang de te bekleden geveloppervlakken (100), hoekvormende bekledingselementen (2b), en dit om twee onder een hoek op elkaar aansluitende geveloppervlakken (100) te bekleden, en afwijkende bekledingselementen (2c) zoals passtukbekledingselementen (2c) met een geringere afmeting dan de basisbekledingselementen (2a) en dit om geveloppervlakken (100) met verschillende lengtes te kunnen bekleden of stopbekledingselementen (2c). De gevelbekleding (1) omvat bij voorkeur steeds een startelement (18) waarachter het voorzien is een eerste verbindingsonderdeel (3a) van een bekledingselement (2a, 2b, 2c) aan te brengen.These cladding elements (24, 2b, 2c) in any case comprise basic cladding elements (2a) and possibly additionally, depending on the facade surfaces (100) to be clad, corner-forming cladding elements (2b), in order to clad two facade surfaces (100) connecting at an angle. and different cladding elements (2c) such as fitting cladding elements (2c) with a smaller size than the basic cladding elements (2a) in order to be able to clad facade surfaces (100) of different lengths or stop cladding elements (2c). The facade cladding (1) preferably always comprises a starting element (18) behind which it is provided to fit a first connecting part (3a) of a cladding element (2a, 2b, 2c).

De basisbekledingselementen (2a) en de passtukbekledingselementen (2c) omvatten elk een eerste verbindingsonderdeel (3a) en een tweede verbindingsonderdeel (3b), die respectievelijk gevormd worden door een eerste einddeel en een tweede einddeel van de bekledingselementen (2a, 2c) gezien volgens de eerste richting (A). De basisbekledingselementen (2a) bevatten verder opeenvolgend elk het eerste einddeel, een basisdeel (22) en het tweede einddeel. Het eerste verbindingsonderdeel (3a) is het eerste einddeel en omvat een rechthoekige verbindingsplaat (4) die zich uitstrekt volgens de eerste richting (A) en een tweede richting (B) loodrecht op de eerste richting (A). De verbindingsplaat (4) omvat een eindrand (9) die het respectievelijke bekledingselement (24, 2b, 2c) begrenst gezien volgens de eerste richting (A) en de tweede richting (B) komt na installatie overeen met de hoogterichting (B). Deze verbindingsplaat (4) omvat een achterzijde die voorzien is gericht te zijn naar het geveloppervlak (100) en een tegenover de achterzijde gelegen voorzijde. Gezien vanaf de eindrand (9) en volgens de eerste richting (A) omvat de verbindingsplaat (4) een eerste sector, een tweede sector en een derde sector. De eerste en de tweede sector zijn dunner uitgevoerd dan de derde sector, zodat de afmeting volgens een derde richting (C) loodrecht op het vlak waarin de eerste en de tweede richting (A, B) zich uitstrekken, groter is bij de derde sector dan bij de eerste en de tweede sector. De voorzijde strekt zich uit in eenzelfde vlak en bij de achterzijde is er bult bij de overgang van de tweede sector naar derde sector. Verder omvat de verbindingsplaat (4) een uitsteeksel (10) dat zich uitstrekt volgens de tweede richting (B) over de volledige afmeting van de verbindingsplaat (4) en zich uitstrek ter hoogte van de achterzijde van de verbindingsplaat (4). Dit uitsteeksel (10) doet dienst als aangrijpdeel (10) (zie verder) en vormt de scheiding tussen de eerste en de tweede sector. De afmeting van dit uitsteeksel (10) gezien volgens de eerste richting (A), is beperkt en is kleiner dan 0,07 keer de corresponderende afmeting van de verbindingsplaat (4). Het tweede verbindingsonderdeel (3b) omvat een achterste been (5) en een voorste plaatvormig been (6) die zich elk uitstrekken volgens de eerste (A) en de tweede richting (B), en dit op een afstand van elkaar gezien volgens de derde richting (C) waarbij, gezien volgens de eerste richting (A), het achterste been (5) een rechthoekig plaatvormig eerste gedeelte omvat dat overlapt met het voorste been (6) en een op het eerste gedeelte aansluitend tweede gedeelte dat het respectievelijke bekledingselement (2a, 2b, 2c) begrenst gezien volgens de eerste richting (A), ° een plaatvormig verbindingsstuk (7) dat het voorste been (6) zo verbindt met het achterste been (5) dat het tweede verbindingsonderdeel (3b) een goot (8) omvat gevormd door achtereenvolgens het voorste been (6), het verbindingsstuk (7) en het eerste gedeelte van het achterste been (5), waarbij deze goot (8) zich uitstrekt volgens de tweede richting (B) en bereikbaar is volgens de eerste richting (A) en dit volgens een zin van het tweede gedeelte naar het eerste gedeelte toe.The base cladding elements (2a) and the shim cladding elements (2c) each comprise a first connecting part (3a) and a second connecting part (3b), which are respectively formed by a first end part and a second end part of the cladding elements (2a, 2c) seen according to the first direction (A). The base cladding elements (2a) further each successively include the first end portion, a base portion (22) and the second end portion. The first connecting part (3a) is the first end part and comprises a rectangular connecting plate (4) extending along the first direction (A) and a second direction (B) perpendicular to the first direction (A). The connecting plate (4) comprises an end edge (9) which delimits the respective cladding element (24, 2b, 2c) seen according to the first direction (A) and the second direction (B) corresponds to the height direction (B) after installation. This connecting plate (4) comprises a rear side which is provided to face the facade surface (100) and a front side opposite the rear side. Viewed from the end edge (9) and along the first direction (A), the connecting plate (4) comprises a first sector, a second sector and a third sector. The first and second sectors are made thinner than the third sector, so that the dimension according to a third direction (C) perpendicular to the plane in which the first and second directions (A, B) extend is larger at the third sector than in the first and second sectors. The front extends in the same plane and at the back there is a bump at the transition from the second sector to the third sector. Furthermore, the connecting plate (4) comprises a projection (10) extending along the second direction (B) over the full dimension of the connecting plate (4) and extending at the rear of the connecting plate (4). This projection (10) serves as an engaging part (10) (see below) and forms the separation between the first and the second sector. The size of this protrusion (10) viewed along the first direction (A) is limited and is smaller than 0.07 times the corresponding size of the connecting plate (4). The second connecting member (3b) comprises a rear leg (5) and a front plate-shaped leg (6) each extending along the first (A) and the second (B) directions and spaced apart according to the third direction (C) wherein, viewed along the first direction (A), the rear leg (5) comprises a rectangular plate-shaped first portion overlapping the front leg (6) and a second portion adjacent to the first portion and comprising the respective cover element ( 2a, 2b, 2c), viewed along the first direction (A), ° defines a plate-shaped connecting piece (7) connecting the front leg (6) to the rear leg (5) such that the second connecting piece (3b) forms a channel (8 ) is formed by successively the front leg (6), the connecting piece (7) and the first part of the rear leg (5), said gutter (8) extending according to the second direction (B) and being accessible according to the first direction (A) and this according to a sentence of h the second part to the first part.

De verbindingsplaat (4) is schuifbaar opneembaar in de genoemde goot (8) voor het verbinden van twee respectievelijke bekledingselementen (2a, 2b, 2c). Gezien volgens de eerste richting (A), is de verbindingsplaat (4) voorzien voor het innemen van verschillende posities in de goot (8), zodat meerdere verbonden posities van twee opeenvolgende bekledingselementen (2a, 2b, 2c) mogelijk zijn waarbij de twee opeenvolgende bekledingselementen (2a, 2b, 2c) verschoven zijn ten opzichte van elkaar gezien volgens de eerste richting (A). Het tweede gedeelte van het achterste been (5) omvat een eerste en een tweede stootrand (11, 12) die zich uitstrekken volgens de tweede richting (B), aan de voorzijde van dit tweede gedeelte en dit op een afstand van elkaar gezien volgens de eerste richting (A). Deze stootranden (11, 12) zijn uitsteeksels met een geringe afmeting volgens de eerste richting (A) die kleiner is dan 0,7 keer de corresponderende afmeting van het achterste been (5). De afstand tussen de eindrand (9) van de verbindingsplaat (4) en het aangrijpdeel (10) is nagenoeg gelijk aan de afstand van het eerste gedeelte tot de eerste stootrand (11), waarbij het verschil tussen deze afstanden kleiner is dan 0,5 mm.The connecting plate (4) is slidably receivable in said gutter (8) for connecting two respective cladding elements (2a, 2b, 2c). Viewed according to the first direction (A), the connecting plate (4) is provided to occupy different positions in the gutter (8), so that several connected positions of two successive cladding elements (2a, 2b, 2c) are possible with the two successive cladding elements cladding elements (2a, 2b, 2c) are offset from each other as viewed along the first direction (A). The second portion of the rear leg (5) comprises a first and a second bumper (11, 12) extending along the second direction (B), in front of this second portion and spaced apart according to the first direction (A). These bumpers (11, 12) are protrusions with a small dimension along the first direction (A) which is smaller than 0.7 times the corresponding dimension of the rear leg (5). The distance between the end edge (9) of the connecting plate (4) and the engaging part (10) is substantially equal to the distance from the first part to the first bumper (11), the difference between these distances being less than 0.5 mm.

De afstand van het verbindingsstuk (7) tot de tweede stootrand (12) is nagenoeg gelijk aan de afstand van de eindrand (9) tot de derde sector.The distance from the connecting piece (7) to the second bumper (12) is almost equal to the distance from the end edge (9) to the third sector.

Het aangrijpdeel (10) en de eerste stootrand (11) en ook de tweede stootrand (12) en de bult ter hoogte van de overgang van de tweede sector naar de derde sector van de verbindingsplaat (4), gaan hier dan de verschuiving van de verbindingsplaat (4) in de goot (8) gaan beperken volgens de eerste richting (A) en dit wanneer de verbindingsplaat (4) zich in de goot (8) bevindt en de genoemde eerste richtingen (A) zich uitstrekken volgens de lengterichting (A) en de genoemde tweede richtingen (B) zich uitstrekken volgens de hoogterichting (B). Tussen de genoemde stootranden (11, 12) bevindt zich een uitsparing die geschikt is voor het ontvangen van schroeven en dergelijke om zo de bekledingselementen (2a, 2b, 2c) te kunnen vastschroeven met behulp van gevelbevestigingsmiddelen aan bijvoorbeeld een ligger (19) die bevestigd is aan het geveloppervlak (100). In een verbonden toestand van de bekledingselementen (2a, 2b, 2c), bedekt de verbindingsplaat (4) steeds het volledige tweede gedeelte van het achterste been (5) en minstens een deel van het eerste gedeelte van het achterste been (5). Het voorste been (6) bedekt het eerste gedeelte, zodat bij deze gevelbekleding (1) het achterste been (5) en dus ook de gevelbevestigingsmiddelen afgedekt worden en niet zichtbaar zijn.The engagement part (10) and the first bumper (11), as well as the second bumper (12) and the hump at the transition from the second sector to the third sector of the connecting plate (4), the displacement of the connection plate (4) in the gutter (8) will start to restrict along the first direction (A) and this when the connection plate (4) is located in the gutter (8) and the said first directions (A) extend along the longitudinal direction (A) ) and said second directions (B) extend along the height direction (B). Between said bumpers (11, 12) there is a recess which is suitable for receiving screws and the like in order to be able to screw the cladding elements (2a, 2b, 2c) by means of facade fastening means to, for example, a beam (19) which is fastened. is on the facade surface (100). In a connected state of the cladding elements (2a, 2b, 2c), the connecting plate (4) always covers the entire second part of the rear leg (5) and at least part of the first part of the rear leg (5). The front leg (6) covers the first part, so that with this facade cladding (1) the rear leg (5) and thus also the facade fastening means are covered and are not visible.

De bekledingselementen (24, 2b, 2c) omvatten al dan niet bijkomend afstandhoudende elementen (17) om de bekledingselementen (2a, 2b, 2c) gewenst te positioneren ten opzichte van genoemde liggers (19). Zoals zichtbaar in de figuren 2 tot 5 en 10, is het eerste type basisbekledingselement (2a) als volgt opgebouwd gezien volgens de eerste richting (A): het eerste einddeel, het basisdeel (22), het tweede einddeel.The cladding elements (24, 2b, 2c) may or may not additionally comprise spacer elements (17) to position the cladding elements (2a, 2b, 2c) as desired with respect to said beams (19). As can be seen in Figs. 2 to 5 and 10, the first type of base cladding element (2a) is constructed as follows viewed along the first direction (A): the first end portion, the base portion (22), the second end portion.

Het eerste verbindingsonderdeel (3a) is hier het eerste einddeel en omvat hier enkel de hierboven beschreven verbindingsplaat (4), het tweede einddeel omvat hier het hierboven beschreven tweede verbindingsonderdeel (3b) en een opdeelplaat (14) die verbonden is met de eindrand van het voorste been (6). Het basisdeel (22) zelf omvat een plaat (13) met een afmeting volgens de eerste richting (A) van nagenoeg tweemaal de corresponderende afmeting van het voorste been (6) en het basisdeel (22) omvat drie opdeelplaten (14), zijnde twee ter hoogte van de eindranden van de plaat (13) en één centraal gelegen, gezien volgens de eerste richting (A). Deze opdeelplaten (14) strekken zich allen uit volgens de tweede en de derde richting (B, C) en voorzien de gevelbekleding (1) van een bepaald patroon.The first connecting part (3a) is here the first end part and here comprises only the connecting plate (4) described above, the second end part here comprises the above-described second connecting part (3b) and a dividing plate (14) which is connected to the end edge of the front leg (6). The base part (22) itself comprises a plate (13) having a dimension according to the first direction (A) of approximately twice the corresponding dimension of the front leg (6) and the base part (22) comprises three dividing plates (14), being two at the level of the end edges of the plate (13) and one centrally located, seen along the first direction (A). These dividing plates (14) all extend according to the second and third directions (B, C) and provide the facade cladding (1) with a specific pattern.

Zoals goed zichtbaar in figuren 10 en 14, is er wat speling mogelijk bij het verbinden van twee basisbekledingselementen (2a). Dit omdat de verbindingsplaat (4) nog wat kan opschuiven naar rechts of naar links in een verbonden toestand van de basisbekledingselementen (2a). De gevelbekleding (1) weergegeven in figuur 1 omvat een startelement (18), meerdere op elkaar volgende en met elkaar verbonden basisbekledingselementen (2a) en een hoekvormend bekledingselement (2b). Figuren 6 tot 9 geven een deel van een gevelbekleding (1) weer dat voorzien is om drie geveloppervlakken (100) af te dekken, zijnde een eerste geveloppervlak (100) dat zich uitstrekt volgens een eerste vlak, een tweede geveloppervlak (100) dat aansluit onder een hoek van 90° met het eerste geveloppervlak (100) en zich uitstrekt volgens een tweede vlak loodrecht op dit eerste vlak en een derde geveloppervlak (100) dat aansluit onder een hoek van 90° met het tweede geveloppervlak (100) en zich uitstrekt volgens een derde vlak, evenwijdig aan het eerste vlak en loodrecht op het tweede vlak.As can be seen clearly in Figures 10 and 14, some play is possible when joining two base cladding elements (2a). This is because the connecting plate (4) can still move slightly to the right or to the left in a connected state of the basic cladding elements (2a). The facade cladding (1) shown in figure 1 comprises a starting element (18), a plurality of successive and interconnected basic cladding elements (2a) and a corner-forming cladding element (2b). Figures 6 to 9 show a part of a facade cladding (1) provided to cover three facade surfaces (100), being a first facade surface (100) extending along a first plane, a second facade surface (100) adjoining at an angle of 90° to the first facade surface (100) and extending along a second plane perpendicular to this first plane and a third facade surface (100) abutting at an angle of 90° to the second facade surface (100) and extending along a third plane, parallel to the first plane and perpendicular to the second plane.

Hiervoor omvat het weergegeven deel van de gevelbekleding (1) twee hoekvormende bekledingselementen (2b), basisbekledingselementen (2a), een passtukbekledingselement (2c) en een stopbekledingselement (2c). Zoals zichtbaar in figuur 6, omvat dit deel van de gevelbekleding (1) achtereenvolgens, van links naar rechts van de figuur -een tweede type basisbekledingselement (2a) dat ietwat afwijkt van het basisbekledingselement (2a) weergegeven in figuren 2 tot 5 en 10. Dit tweede type basisbekledingselement (2a) (zie ook figuur 12) omvat namelijk bijkomend aangrijpelementen (15) die aansluiten op opdeelplaten (14) en voorzien zijn om houten latten (16) vast te houden en te positioneren tussen twee opdeelplaten (14). De hier weergegeven houten latten (16) maken dan deel uit van de gevelbekleding (1) -een hoekvormend bekledingselement (2b) voor het bekleden van een binnenhoek omvattende achtereenvolgens een tweede verbindingsonderdeel (3b), een hoekvormende kern (20) met daarop aansluitend een bijkomend tweede verbindingsonderdeel (3b); -een tweede hoekvormend bekledingselement (2b) voor het bekleden van een buitenhoek omvattende achtereenvolgens een eerste verbindingsonderdeel (3a), een hoekvormende kern (20) en een tweede verbindingsonderdeel (3b); -een basisbekledingselement (2a) zoals weergegeven in figuren 2 tot 5; -een passtukbekledingselement (2c) omvattende achtereenvolgens een eerste einddeel dat een genoemd eerste verbindingsonderdeel (3a) vormt en een tweede einddeel dat een genoemd tweede verbindingsonderdeel (3b) vormt; -een stopbekledingselement (2c) omvattende een eerste einddeel dat een eerste verbindingsonderdeel (3a) vormt en een tweede einddeel dat voorzien is een gevelbevestigingsmiddel te ontvangen en een afdekplaatje (21) om een gevelbevestigingsmiddel af te dekken. Dit eerste verbindingsonderdeel (3a) wijkt wat af van het hierboven beschreven eerste verbindingsonderdeel (3a) in die zin dat het eerste verbindingsonderdeel (3a) van dit stopbekledingselement (2c) slechts een simpele plaat is zonder aangrijpdeel (10).To this end, the part of the facade cladding (1) shown comprises two corner-forming cladding elements (2b), base cladding elements (2a), a fitting piece cladding element (2c) and a stop cladding element (2c). As can be seen in figure 6, this part of the facade cladding (1) successively comprises, from left to right of the figure - a second type of basic cladding element (2a) slightly different from the basic cladding element (2a) shown in figures 2 to 5 and 10. This second type of basic cladding element (2a) (see also figure 12) additionally comprises gripping elements (15) which connect to dividing plates (14) and are provided for holding and positioning wooden slats (16) between two dividing plates (14). The wooden slats (16) shown here then form part of the facade cladding (1) - an angle-forming cladding element (2b) for cladding an inner corner, comprising successively a second connecting part (3b), a corner-forming core (20) followed by a additional second connecting part (3b); - a second corner-forming cladding element (2b) for coating an outer corner, comprising successively a first connecting part (3a), a corner-forming core (20) and a second connecting part (3b); - a base cladding element (2a) as shown in figures 2 to 5; - a shim cladding element (2c) comprising successively a first end portion forming a said first connecting member (3a) and a second end portion forming a said second connecting member (3b); - a stopper cladding element (2c) comprising a first end portion forming a first connecting part (3a) and a second end portion provided to receive a facade fastener and a cover plate (21) to cover a facade fastener. This first connecting part (3a) differs somewhat from the above-described first connecting part (3a) in that the first connecting part (3a) of this plug cladding element (2c) is just a simple plate with no engagement part (10).

Figuur 11 geeft een alternatieve uitvoering van een basisbekledingselement (2a) weer.Figure 11 shows an alternative embodiment of a base cladding element (2a).

Claims

CONCLUSIONS

Facade cladding (1) comprising a plurality of cladding elements (2a, 2b, 2c) which are successively connectable to each other for cladding facade surfaces (100), said cladding elements (2a, 2b, 2c) comprising corresponding first and second connecting parts (34) for this purpose. , 3b) for connecting two cladding elements (24, 2b, 2c) sequentially along a first direction (A), said cladding element (2a, 2b, 2c) comprising a said first connecting member (3a) and/or a said second connecting part (3b) which, viewed along the first direction (A), are respectively formed by a first and/or a second end part of the cladding element (2a, 2b, 2c), the first connecting part (3a) comprising a rectangular connecting plate ( 4) extending along the first direction (A) and a second direction (B) perpendicular to the first direction (A), and delimiting the respective cladding element (2a, 2b, 2c) seen according to d the first direction (A), wherein the plane in which the first direction (A) and the second direction (B) extend is provided to extend substantially parallel to the facade surface (100) to be clad and wherein the second connecting part (3b) ) comprises a rear leg (5) and a front leg (6) each extending along the first (A) and the second direction (B), and this spaced apart along a third direction (C) perpendicular on the plane in which the first direction (A) and the second direction (B) extend, wherein, viewed along the first direction (A), the rear leg (5) comprises a rectangular plate-shaped first portion overlapping the front leg ( 6) and a second portion adjacent to the first portion and extending beyond the front leg (6) and defining the respective cover element (24, 2b, 2c) viewed along the first direction (A),

e a connecting piece (7) connecting the front leg (6) to the rear leg (5) such that the second connecting piece (3b) comprises a gutter (8) formed by successively the front leg (6), the connecting piece (7) and the first part of the rear leg (5), said gutter (8) extending according to the second direction (B) and being reachable according to the first direction (A) in a sense from the second part to the first part admit; wherein the connecting plate (4) of a said cladding element (2a, 2b, 2c) is slidably receivable in said trough (8) of a successive cladding element (2a, 2b, 2c) for connecting these cladding elements (24, 2b, 2c ), characterized in that, seen in the first direction (A), the dimension of the connecting plate (4) is at least as great as the corresponding dimension of the rear leg (5), whereby in a connected state two covering elements (24 , 2b, 2c) the connecting plate (4) extends partly in the gutter (8) and extends between the front and the rear leg (5, 6) viewed according to the third direction (C) and that when viewed according to the first direction (A), the connecting plate (4) is provided to occupy different positions in the gutter (8), so that several connected positions of two successive cladding elements (24, 2b, 2c) are possible.

Façade cladding (1) according to claim 1, characterized in that the second part of the rear leg (5) of the second connecting part (3b) is provided for receiving a facade fastening means.

Facade cladding (1) according to claim 1 or 2, characterized in that the connecting plate (4) and said legs (5, 6) each have a rear side provided to face a facade surface (100) and an opposite front side located at this rear and that the connecting plate (4) comprises an end edge (9) extending along the second direction (B), said end edge (9) being the respective cladding element (2a, 2b, 2c)

defined along the first direction (A), the connecting plate (4) comprising an engagement portion (10) extending at the rear of the connecting plate (4) and along the second direction (B) and this as viewed along the first direction (A), at a distance from said end edge (9) that is greater than the corresponding dimension of the first portion of the rear leg (5), and that the second portion of the rear leg (5) has a bumper (11) which extends along the second direction (B) and extends in front of this second portion and this at a distance from the connecting piece (7), viewed along the first direction (A), which is greater than the corresponding distance between the said end edge (9) and the engagement part (10) of the connecting plate (4), wherein this engaging part (10) and this fender (11) shift cladding elements (24, 2b, 2c) relative to each other, when the connecting plate ( 4) from one cladding element (2 a, 2b, 2c) extends partly in the gutter (8) of the other cladding element (24, 2b, 2c), limited.

Facade cladding (1) according to claim 3, characterized in that the connecting plate (4) comprises a rearwardly extending elongate projection (10) extending according to the second direction (B) and whose dimension, viewed according to the first direction (A), is less than 0.2 times the corresponding size of the connecting plate (4), this elongate protrusion (10) forming said engagement part (10).

Façade cladding (1) according to claim 3 or 4, characterized in that the second portion of the rear leg (5) comprises a front-extending elongate projection (11) which extends along the second direction (B) and whose dimension, viewed along the first direction (A), is less than 0.2 times the corresponding dimension of the rear leg (5), this elongate projection (11) forming said bumper (11).

Façade cladding (1) according to one of Claims 3 to 5, characterized in that, viewed in the first direction (A), the distance from the first part of the rear leg (5) to the bumper (11) is almost equal. is at the distance from said end edge (9) of the connecting plate (4) to the engagement part (10), and that the difference between said distances is less than 1 mm, preferably less than 0.5 mm.

Facade cladding (1) according to any one of claims 3 to 6, characterized in that the connecting plate (4) comprises successively, viewed according to the first direction (A), a first sector delimited by the end edge (9) and the engagement part ( 10) and a second sector, the dimension of this second sector according to the third direction (C) being smaller or almost equal to the corresponding distance between the bumper (11) and the front leg (6), and that the difference between said distance and dimension is less than 1 mm, preferably less than 0.5 mm.

Facade cladding (1) according to any one of claims 3 to 7, characterized in that the second portion of the rear leg (5) comprises a second bumper (12) extending along the second direction (B) at a distance from the first-mentioned fender (11) seen in a sense from the first part to the second part, and that, seen according to the third direction (C), the distance between the first-mentioned fender (11) and the front leg (6 ) is substantially equal to the distance between said second bumper (12) and the front leg (6), the difference between said distances being less than 1 mm, preferably less than 0.5 mm.

Facade cladding (1) according to claims 7 and 8, characterized in that the connecting plate (4) successively comprises, viewed according to the first direction (A), said first sector, said second sector, and a third sector, the front sides of these sectors extend in the same plane and that the dimension of the second sector viewed along the first direction

(A) is greater than the corresponding distance between the two said bumpers (11, 12) and that the dimension of the third sector viewed along the third direction (C) is greater than the corresponding dimension of the second sector so that the second bumper ( 12) and said third sector displacement of cladding elements (24, 2b, 2c) relative to each other, when the connecting plate (4) of the one cladding element (24, 2b, 2c) extends partly in the gutter (8) of the other cladding element (2a, 2b, 2c), limited.

Facade cladding (1) according to any one of the preceding claims, characterized in that the cladding elements (2a, 2b, 20), comprise one or more base cladding elements (2a) comprising both a said first and a said second connecting part (3a, 3b). these base cladding elements (2a) successively comprising, viewed along the first direction (A), the first end portion, a base portion (22) and the second end portion, the base portion (22) comprising a plate (13) extending along the first direction (A) and the second direction (B).

Facade cladding (1) according to claim 10, characterized in that said connecting plate (4), said legs (5, 6) and the plate (13) of the base part (22) each have a rear side which is provided to to a facade surface (100) and a front facing this rear, the front of the plate (13) of the base part (22) extending in the plane of the front of the connecting plate (4) and the rear of the said front leg (6) extends in the plane of the front side of the plate (13) of the base part (22).

Façade cladding (1) according to claim 10 or 11, characterized in that, viewed according to the first direction (A), the front leg (6) has a dimension x and the plate (13) of the base part (22) has a dimension of substantially n times x, n being an integer, and that the base cladding element (2a) comprises n+2 dividing plates (14) extending along the second (B) and the third direction (C), and connecting to the front sides of the plate (13) of the base part (22) and the front leg (6) respectively and this at the respective positions 0, x, 2x, etc. seen according to the first direction (A), so that the facade cladding obtained (1) has a particular pattern.

Facade cladding (1) according to any one of the preceding claims, characterized in that the cladding elements (2a, 2b, 2c) comprise engaging elements (15) for connecting aesthetic elements (16) to the cladding elements (24, 2b, 2c). .

Façade cladding (1) according to one of claims 10 to 12 and according to claim 13, characterized in that engaging elements (15) connect to respective dividing plates (14) so that aesthetic elements (16) can be accommodated between two successive dividing plates ( 14).

Facade cladding (1) according to claim 14, characterized in that the facade cladding (1) comprises wooden battens (16) and these wooden battens (16) are provided to be received between two successive dividing panels (14) by means of said engagement elements (15) and thus form said aesthetic elements (16).

Facade cladding (1) according to any one of claims 10 to 15, characterized in that the base cladding elements (2a) comprise spacer elements (17) around the sheet (13) of the base part (22) at a distance from a facade surface (100) position.

Facade cladding (1) according to any one of the preceding claims, characterized in that the cladding elements (24, 2b, 2c) comprise corner-forming cladding elements (2b), which are provided to rest against two facade surfaces (100) which together form a corner shapes and this at the height of this corner.