BE1027870B1

BE1027870B1 - Improved method for manufacturing a multi-wall module, in particular a multi-wall roof device

Info

Publication number: BE1027870B1
Application number: BE20195918A
Authority: BE
Inventors: Jean Marc Gilles Glorieux
Original assignee: Skylux Nv
Priority date: 2019-12-17
Filing date: 2019-12-17
Publication date: 2021-07-14
Also published as: BE1027870A1

Abstract

Werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige module, omvattende het voorzien van ten minste twee wandelementen met elk een eerste vlak en tweede vlak; welke bedoeld zijn om ten minste met een omtreksdeel evenwijdig aan elkaar geplaatst te worden; het met behulp van een extrusiekop aanbrengen van een eerste uithardbaar materiaal op het omtreksdeel, op het eerste vlak en/of op het tweede vlak, van de ten minste twee wandelementen, zodanig dat, na het ten minste met hun omtreksdelen evenwijdig aan elkaar plaatsen van de ten minste twee wandelementen, tussen elk paar naast elkaar gelegen wandelementen daarvan een afstandhouder wordt gevormd die gehecht is aan een wandelement daarvan; het met hun omtreksdelen evenwijdig aan elkaar aanbrengen van de ten minste twee wandelementen ter vorming een meerwandig samenstel, in een mal, en zodanig dat een ruimte wordt gevormd die begrensd is door ten minste de mal en de één of meer afstandhouders.Method for manufacturing a multi-walled module, comprising providing at least two wall elements, each having a first face and a second face; which are intended to be placed parallel to each other at least with a circumferential portion; applying a first curable material to the circumferential part, to the first surface and/or to the second surface of the at least two wall elements by means of an extrusion head, such that, after placing at least their circumferential parts parallel to each other, the at least two wall elements, between each pair of adjacent wall elements thereof, a spacer is formed which is bonded to a wall element thereof; arranging the at least two wall elements parallel to each other with their circumferential parts to form a multi-walled assembly, in a mould, and such that a space is formed which is bounded by at least the mold and the one or more spacers.

Description

Verbeterde werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige module, in het bijzonder een meerwandige dakinrichting Vakgebied De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige module, in het bijzonder een meerwandige dakinrichting, nog meer in het bijzonder cen meerwandige koepelinrichting. Daarnaast heeft de uitvinding betrekking op meerwandige modules, in het bijzonder meerwandige koepelinrichtingen.Field of the Art The present invention relates to a method for manufacturing a multi-wall module, especially a multi-wall roofing device, still more particularly a multi-wall dome device. In addition, the invention relates to multi-wall modules, in particular multi-wall dome devices.

Achtergrond Dakinrichtingen waarin één of meerdere vlakke en/of koepelvormige kunststof- of glaselementen gecombineerd worden, zijn bekend. Zo zijn bijvoorbeeld meerwandige kunststofkoepels bekend waarin een aantal koepelschalen op een afstand van elkaar aangebracht worden. Ook zijn koepelinrichtingen bekend waarin een vlakke transparante kunststofplaat gecombineerd wordt met een koepelschaal. Voorbeelden hiervan worden beschreven in de volgende octrooipublicaties op naam van Aanvraagster: Belgische octrooiaanvrage nr. 2016/5645, Belgisch octrooi nr. 1020769 en Belgisch octrooi nr. 1019311. De tekst van deze octrooipublicaties is hier opgenomen door verwijzing. Dergelijke dakinrichtingen worden typisch voorzien van een frame voor montage op cen opstand of op een andere geschikte steunstructuur.Background Roof devices in which one or more flat and/or domed plastic or glass elements are combined are known. For instance, multi-walled plastic domes are known in which a number of dome shells are arranged at a distance from each other. Dome devices are also known in which a flat transparent plastic sheet is combined with a dome shell. Examples thereof are described in the following patent publications in the name of Applicant: Belgian Patent Application No. 2016/5645, Belgian Patent No. 1020769 and Belgian Patent No. 1019311. The text of these patent publications is incorporated herein by reference. Such roofing devices are typically provided with a frame for mounting on a curb or other suitable support structure.

Verder zijn werkwijzen bekend voor het voorzien van een dichting rond een paneel, bijvoorbeeld een glaspaneel voor voertuigen. Zo beschrijft EP 2 799 201 een werkwijze voor het vervaardigen van een paneelsamenstel met een paneel en een dichting waarbij de dichting gehecht is aan een omtreksdeel van het paneel. Een dergelijke techniek is bijvoorbeeld nuttig voor glaspanelen die op dichte wijze in voertuigen gemonteerd worden of voor zonnepanelen die op dichte wijze aangebracht worden in een frame. Belgische octrooiaanvrage nr. 2017/5664 op naam van Aanvraagster, waarvan de tekst hier opgenomen is door verwijzing, beschrijft reeds een verbeterde werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige module. De onderhavige uitvinding zal toelaten deze werkwijze verder te optimaliseren. Samenvatting van de uitvinding Uitvoeringsvormen van de uitvinding hebben als doel een werkwijze te verschaffen voor het vervaardigen van een meerwandige inrichting waarmee de wandelementen van de meerwandige inrichting op een verbeterde wijze samengebracht kunnen worden ter vorming van een samengesteld meerwandig geheel. Volgens een eerste aspect van de uitvinding wordt een werkwijze verschaft voor het vervaardigen van een meerwandige module, in het bijzonder een meerwandige dakinrichting. In een eerste stap worden ten minste twee wandelementen voorzien. Elk wandelement heeft een eerste vlak en tweede vlak, welke bedoeld zijn om ten minste met een omtreksdeel evenwijdig aan elkaar geplaatst te worden. In een volgende stap wordt met behulp van een extrusiekop een eerste uithardbaar materiaal aangebracht op het omtreksdeel, op het eerste vlak en/of op het tweede vlak, van de ten minste twee wandelementen, zodanig dat, na het ten minste met hun omtreksdelen evenwijdig aan elkaar plaatsen van de ten minste twee wandelementen, tussen elk paar naast elkaar gelegen wandelementen daarvan een afstandhouder wordt gevormd die gehecht is aan een wandelement daarvan. Vervolgens worden de ten minste twee wandelementen met hun omtreksdelen evenwijdig aan elkaar aangebracht ter vorming cen meerwandig samenstel, in een mal, en zodanig dat een ruimte wordt gevormd die begrensd is door ten minste de mal en de één of meer afstandhouders. Daarna wordt een tweede uithardbaar materiaal aangebracht in de genoemde ruimte, zodanig dat het tweede uithardbaar materiaal zich uitstrekt langs de omtrek van het meerwandig samenstel, en na uitharden is gehecht aan de ten minste twee wandelementen.Furthermore, methods are known for providing a seal around a panel, for example a glass panel for vehicles. Thus EP 2 799 201 discloses a method of manufacturing a panel assembly having a panel and a seal wherein the seal is bonded to a peripheral portion of the panel. Such a technique is useful, for example, for glass panels that are tightly mounted in vehicles or for solar panels that are tightly mounted in a frame. Belgian Patent Application No. 2017/5664 in the name of Applicant, the text of which is incorporated herein by reference, already describes an improved method for manufacturing a multi-wall module. The present invention will allow to further optimize this method. Summary of the Invention It is an object of embodiments of the invention to provide a method for manufacturing a multi-wall device with which the wall elements of the multi-wall device can be brought together in an improved manner to form a composite multi-wall unit. According to a first aspect of the invention, a method is provided for manufacturing a multi-walled module, in particular a multi-walled roof device. In a first step, at least two wall elements are provided. Each wall element has a first face and second face, which are intended to be placed parallel to each other at least with a peripheral portion. In a next step, by means of an extrusion head, a first curable material is applied to the circumferential part, to the first face and/or to the second face, of the at least two wall elements, such that, after being at least with their circumferential parts parallel to placing the at least two wall elements together, a spacer is formed between each pair of adjacent wall elements thereof, which is bonded to a wall element thereof. Subsequently, the at least two wall elements are arranged with their circumferential parts parallel to each other to form a multi-walled assembly, in a mould, and such that a space is formed which is bounded by at least the mold and the one or more spacers. Thereafter, a second curable material is applied in said space, such that the second curable material extends along the periphery of the multi-walled assembly, and after curing is adhered to the at least two wall elements.

Bijvoorbeeld, wanneer twee wandelementen worden samengebracht kan één van beide wandelementen voorzien worden van een afstandhouder. Optioneel kunnen beide elementen voorzien worden van een afstandhouder, waarbij de tweede afstandhouder dan bijvoorbeeld een afstandhouder kan vormen tussen een opstand en het onderste wandelement. Op analoge wijze, wanneer drie wandelementen worden samengebracht, kunnen twee of drie van de wandelementen voorzien zijn van een afstandhouder. Na het vormen van de afstandhouders op de één of meer wandelementen, worden deze met hun omtreksdelen evenwijdig aan elkaar aangebracht ter vorming een meerwandig samenstel, in cen mal, en wordt een tweede uithardbaar materiaal aangebracht in de genoemde ruimte, zodanig dat het tweede uithardbaar materiaal zich uitstrekt langs de omtrek van het meerwandig samenstel, en na uitharden gehecht is aan de ten minste twee wandelementen, ter vorming van een dichtingskader.For example, when two wall elements are brought together, one of the two wall elements can be provided with a spacer. Optionally, both elements can be provided with a spacer, wherein the second spacer can then, for instance, form a spacer between an upstand and the lower wall element. Analogously, when three wall elements are brought together, two or three of the wall elements may be provided with a spacer. After forming the spacers on the one or more wall elements, they are arranged with their circumferential parts parallel to each other to form a multi-walled assembly, in a mold, and a second curable material is placed in said space such that the second curable material extends along the periphery of the multi-wall assembly, and after curing is bonded to the at least two wall elements, to form a sealing frame.

Gebruikmakend van een dergelijke werkwijze kan op eenvoudige wijze een dichtingskader worden gevormd door respectievelijk een eerste en tweede uithardbaar materiaal aan te brengen zonder dat losse afstandhouders moeten worden voorzien. Door aan de mal een geschikte vorm te geven, kan aan het gevormde dichtingskader een gewenste vorm worden gegeven al naargelang de toepassing waarvoor de meerwandige inrichting bedoeld is. Tijdens het proces zorgen de één of meer afstandhouders niet alleen voor een geschikte afstand tussen het eerste wandelement en het tweede wandelement, maar ook voor een stop die ervoor zorgt dat het tweede uithardbaar materiaal dat tussen het eerste en het tweede wandelement vloeit, wordt tegengehouden. Voordelige uitvoeringsvormen worden beschreven in de afhankelijke conclusies.Using such a method, a sealing frame can be formed in a simple manner by applying a first and second curable material, respectively, without having to provide separate spacers. By giving the mold a suitable shape, the sealing frame formed can be given a desired shape depending on the application for which the multi-walled device is intended. During the process, the one or more spacers not only provide a suitable distance between the first wall element and the second wall element, but also provide a stop which ensures that the second curable material flowing between the first and second wall element is stopped. Advantageous embodiments are described in the dependent claims.

Bij voorkeur is het eerste uithardbaar materiaal een thermoplastisch elastomeer, meer bij voorkeur cen thermoplastisch vulcanisaat (TPV), i.e. een thermoplastisch elastomeer dat bestaat uit gevulkaniseerde (vernette / gecrosslinkte) rubber deeltjes in een thermoplastisch verwerkbare matrix. De thermoplastisch verwerkbare matrix kan bijvoorbeeld polypropyleen (PP) of ethyleen- Propyleen-Dieen-Monomeer (EPDM) zijn of een blend van deze materialen. Een TPV kan bijvoorbeeld bestaan uit een gevulkaniseerd EPDM rubber in een PP matrix. Volgens andere mogelijke uitvoeringen kan het eerste uithardbaar materiaal een thermoplastisch polyolefine (TPO), bijvoorbeeld een TPO compound, een schuimmateriaal, bijvoorbeeld een polyurethaanschuim, een polyvinylchloride (PVC) schuim of een polyethyleen (PE) schuim, zijn. Het eerste uithardbaar materiaal heeft na uitharden bij voorkeur een Shore A hardheid die groter is dan 35, meer bij voorkeur groter dan 40, meest bij voorkeur groter dan 45, waarbij de Shore A hardheid gemeten is volgens de standaard ISO 868 (15s, 23°C). De Shore A hardheid kan bijvoorbeeld gelegen zijn tussen 40 en 100, bij voorkeur tussen 45 en 70, meer bij voorkeur tussen 45 en 65. Bij voorkeur wordt het eerste uithardbaar materiaal zodanig gekozen dat dit na uitharding een dichtheid heeft tussen 800 en 1200 kg/m3, meer bij voorkeur tussen 900 en 1100 kg/m3, bijvoorbeeld gemeten volgens de standaard ISO 1183.Preferably, the first curable material is a thermoplastic elastomer, more preferably a thermoplastic vulcanizate (TPV), i.e. a thermoplastic elastomer consisting of vulcanized (cross-linked/cross-linked) rubber particles in a thermoplastically processable matrix. The thermoplastically processable matrix can be, for example, polypropylene (PP) or ethylene-Propylene-Diene-Monomer (EPDM) or a blend of these materials. For example, a TPV can consist of a vulcanized EPDM rubber in a PP matrix. According to other possible embodiments, the first curable material can be a thermoplastic polyolefin (TPO), for example a TPO compound, a foam material, for example a polyurethane foam, a polyvinyl chloride (PVC) foam or a polyethylene (PE) foam. The first curable material after curing preferably has a Shore A hardness greater than 35, more preferably greater than 40, most preferably greater than 45, the Shore A hardness being measured according to the standard ISO 868 (15s, 23° C). The Shore A hardness can for instance be between 40 and 100, preferably between 45 and 70, more preferably between 45 and 65. Preferably, the first curable material is chosen such that it has a density after curing between 800 and 1200 kg/ m 3 , more preferably between 900 and 1100 kg/m 3 , for example measured according to the standard ISO 1183.

Het eerste uithardbaar materiaal heeft na uitharden bij voorkeur een treksterkte, gemeten volgens de standaard ASTM D412 (23°C) tussen 1,2 en 1,6 MPa. Bij voorkeur wordt het tweede uithardbaar materiaal minder dan 30 min na het aanbrengen van het eerste uithardbaar materiaal aangebracht, bij voorkeur minder dan 10 minuten na het aanbrengen van het eerste uithardbaar materiaal. Op die manier kan een afgewerkt dakelement worden verkregen in een korte tijdsspanne. Bij voorkeur heeft het tweede uithardbaar materiaal na uitharden een shore A hardheid gelegen tussen 50 en 100, bij voorkeur tussen 60 en 100, meer bij voorkeur tussen 70 en 95.The first curable material after curing preferably has a tensile strength measured according to standard ASTM D412 (23°C) between 1.2 and 1.6 MPa. Preferably, the second curable material is applied less than 30 minutes after application of the first curable material, preferably less than 10 minutes after application of the first curable material. In this way a finished roof element can be obtained in a short period of time. Preferably, the second curable material after curing has a shore A hardness of between 50 and 100, preferably between 60 and 100, more preferably between 70 and 95.

Het tweede uithardbaar materiaal heeft bij het aanbrengen bij voorkeur een dynamische viscositeit die gelegen is tussen 100 mPa.s en 1500 mPa.s bij 25°C, bijvoorbeeld gemeten volgens de G 133- 07 methode van BASF. Een dergelijke viscositeitswaarde zorgt voor een voldoende vloei zodat het tweede uithardbaar materiaal tot aan de afstandhouder kan stromen alvorens uit te harden.When applied, the second curable material preferably has a dynamic viscosity of between 100 mPa.s and 1500 mPa.s at 25°C, measured, for example, according to the G 133-07 method of BASF. Such a viscosity value provides sufficient flow so that the second curable material can flow as far as the spacer before curing.

Het tweede uithardbaar materiaal is bij voorkeur een uithardbare polymeersamenstelling, bijvoorbeeld een twee-componenten mengsel omvattende een polyol-component en isocyanaat- component. Bij voorkeur wordt het tweede uithardbaar materiaal zodanig gekozen dat dit na uitharding een dichtheid heeft tussen 800 en 1300 kg/m3.The second curable material is preferably a curable polymer composition, for example a two-component mixture comprising a polyol component and isocyanate component. Preferably, the second curable material is chosen such that it has a density between 800 and 1300 kg/m 3 after curing.

In een voordelige uitvoeringsvorm is het tweede uithardbaar materiaal een polyurethaanmateriaal. Bij voorkeur is het eerste uithardbaar materiaal zodanig gekozen is dat dit binnen een bepaalde tijd (bijvoorbeeld 2 à 3 minuten) na het aanbrengen daarvan voldoende uitgehard is om het tweede materiaal aan te brengen.In an advantageous embodiment, the second curable material is a polyurethane material. Preferably, the first curable material is chosen such that it has cured sufficiently within a certain time (for instance 2 to 3 minutes) after its application to apply the second material.

In een mogelijke uitvoeringsvorm is de mal voorzien van een flexibel deel dat zich uitstrekt in een omtreksrichting van het meerwandig samenstel, waarbij het drukloos aanbrengen gebeurt door een injectiestuk te bewegen langs het flexibel deel. Volgens een alternatief kan echter ook met een open mal worden gewerkt, waarbij het injecteren op een goed gecontroleerde wijze gebeurt. Het tweede uithardbaar materiaal is bij voorkeur een uithardbare polymeersamenstelling, bijvoorbeeld een PUR materiaal. Het uithardbaar materiaal is bij bijvoorbeeld een polyurethaan reactiemengsel omvattende een polyol en een isocyanaat. De uithardbare samenstelling is bij voorkeur zodanig samengesteld dat deze een elastomeer copolymeermateriaal met een voldoende hoge dichtheid kan produceren. Dergelijke materialen kunnen eenvoudig drukloos aangebracht worden in een open mal. In een mogelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding is de mal enkel open ter hoogte van het flexibel deel, zodanig dat de vorm van het dichtingskader grotendeels bepaald is door de mal, maar men kan ook een open mal zonder flexibel deel gebruiken.In a possible embodiment, the mold is provided with a flexible part which extends in a circumferential direction of the multi-walled assembly, wherein the pressureless application takes place by moving an injection piece along the flexible part. According to an alternative, however, it is also possible to work with an open mold, wherein the injection takes place in a well-controlled manner. The second curable material is preferably a curable polymer composition, for example a PUR material. The curable material is, for example, a polyurethane reaction mixture comprising a polyol and an isocyanate. The curable composition is preferably formulated so as to produce an elastomeric copolymer material of sufficiently high density. Such materials can easily be applied without pressure in an open mould. In a possible embodiment of the invention, the mold is only open at the level of the flexible part, such that the shape of the sealing frame is largely determined by the mould, but an open mold without a flexible part can also be used.

In een voordelige uitvoeringsvorm omvat de mal een eerste langwerpig maldeel en een in hoofdzaak evenwijdig tweede langwerpig maldeel, en is ten minste één van het eerste en het tweede maldeel voorzien is van cen flexibele lip voor het afsluiten van een ruimte tussen het eerste maldeel en het tweede maldeel.In an advantageous embodiment, the mold comprises a first elongate mold part and a substantially parallel second elongate mold part, and at least one of the first and the second mold part is provided with a flexible lip for closing a space between the first mold part and the second mold part.

In een voordelige uitvoeringsvorm heeft elk wandelement een veelhoekige omtrek heeft, en resulteert het ten minste met hun omtreksdelen evenwijdig aan elkaar aanbrengen van de ten minste twee wandelementen in een veelhoekig samenstel. De mal wordt voorzien langs een eerste zijde of een eerste paar aangrenzende zijden van het veelhoekig samenstel, waarna een injectiestap uitgevoerd wordt voor het injecteren van tweede uithardbaar materiaal, waarna het veelhoekig samenstel wordt gedraaid en een tweede zijde of een tweede paar aangrenzende zijden van het 5 veelhoekig samenstel in de mal wordt geplaatst, en de injectiestap wordt herhaald langs de tweede zijde of het tweede paar aangrenzende zijden, waarna deze stappen eventueel worden herhaald voor elke volgende zijde of voor elk volgend paar aangrenzende zijden van het veelhoekig samenstel.In an advantageous embodiment, each wall element has a polygonal periphery, and arranging the at least two wall elements parallel to each other at least with their peripheral parts results in a polygonal assembly. The mold is provided along a first side or a first pair of adjacent sides of the polygonal assembly, after which an injection step is performed to inject a second curable material, after which the polygonal assembly is rotated and a second side or a second pair of adjacent sides of the The polygonal assembly is placed in the mold, and the injection step is repeated along the second side or pair of adjacent sides, after which these steps are optionally repeated for each subsequent side or for each subsequent pair of adjacent sides of the polygonal assembly.

Indien het tweede uithardbaar materiaal in de hoeken tussen de eerste zijde of het eerste paar aangrenzende zijden en de tweede zijde of het tweede paar aangrenzende zijden niet op elkaar aansluit na deze injectiestappen, kan men vervolgens deze hoeken, hoek per hoek afwerken. Een dergelijke manier van werken heeft het voordeel dat wandelementen met verschillende afmetingen in dezelfde machine behandeld kunnen worden. Merk op dat het ook mogelijk is om het tweede uithardbaar materiaal in één keer aan te brengen met een daartoe geschikte mal.If the second curable material in the corners between the first side or the first pair of adjacent sides and the second side or the second pair of adjacent sides does not meet after these injection steps, these corners can then be finished corner by corner. Such a working method has the advantage that wall elements with different dimensions can be treated in the same machine. Note that it is also possible to apply the second curable material in one go with a suitable mold.

In een voorkeursuitvoeringsvorm heeft elk wandelement een in hoofdzaak rechthoekige omtrek zodanig dat een rechthoekig samenstel wordt gevormd door de ten minste twee wandelementen. Wanneer elk wandelement een in hoofdzaak rechthoekige omtrek heeft, kan men dus de eerste, tweede, derde en vierde zijde achtereenvolgens voorzien van tweede uithardbaar materiaal door de hierboven beschreven stappen uit te voeren voor elke zijde. Volgens een alternatief, kan men eerst de eerste en tweede zijde voorzien van tweede uithardbaar materiaal, waarna men het samenstel draait en de derde en vierde zijde worden voorzien van tweede uithardbaar materiaal, door de hierboven beschreven stappen uit te voeren telkens per twee zijden. Wanneer gewerkt wordt per paar zijden, kunnen optioneel de twee hoeken daartussen verder afgewerkt worden. Op die manier wordt een rechthoekige meerwandige inrichting verkregen waarvan de wandelementen verankerd zijn in een in hoofdzaak rechthoekig dichtingskader vervaardigd uit het tweede uithardbaar materiaal.In a preferred embodiment, each wall element has a substantially rectangular perimeter such that a rectangular assembly is formed by the at least two wall elements. Thus, when each wall element has a substantially rectangular perimeter, the first, second, third and fourth sides can be successively provided with second curable material by performing the above-described steps for each side. According to an alternative, the first and second side can first be provided with second curable material, after which the assembly is rotated and the third and fourth side can be provided with second curable material, by performing the above-described steps each time per two sides. When working per pair of sides, the two corners in between can optionally be further finished. In this way a rectangular multi-walled device is obtained, the wall elements of which are anchored in a substantially rectangular sealing frame made of the second curable material.

In een alternatieve uitvoeringsvorm heeft elk wandelement een ronde omtrek, zodanig dat een rond samenstel wordt gevormd door de ten minste twee wandelementen. De vorm van de ten minste één afstandhouder kan ook verschillend zijn van de vorm van de wandelementen. Zo kan bijvoorbeeld cen ronde afstandhouder voorzien worden tussen twee zeshoekige wandelementen.In an alternative embodiment, each wall element has a round circumference, such that a round assembly is formed by the at least two wall elements. The shape of the at least one spacer can also be different from the shape of the wall elements. For example, a round spacer can be provided between two hexagonal wall elements.

In een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de wandelementen één van de volgende of een combinatie daarvan: een glasplaat, een glaskoepel, een kunststofplaat zoals een polycarbonaatplaat, een kunststofkoepel zoals een polycarbonaatkoepel. In een mogelijke uitvoeringsvorm is een eerste wandelement van de ten minste twee wandelementen een plaat en is een tweede wandelement een koepel. Sommige uitvoeringsvormen kunnen enkel koepelelementen bevatten, terwijl andere enkele vlakke elementen of een combinatie van één of meer koepelelementen en één of meer vlakke elementen kan bevatten. Het is dus mogelijk om meer dan twee wandelementen te voorzien in de meerwandige inrichting. Zo kunnen meerwandige inrichtingen gevormd worden met drie of meer wandelementen. Verder kunnen ook één of meer bijkomende folies voorzien worden tussen aangrenzende wandelementen.In a preferred embodiment, the wall elements are one of the following or a combination thereof: a glass sheet, a glass dome, a plastic sheet such as a polycarbonate sheet, a plastic dome such as a polycarbonate dome. In a possible embodiment, a first wall element of the at least two wall elements is a plate and a second wall element is a dome. Some embodiments may contain only dome elements, while others may contain single planar elements or a combination of one or more dome elements and one or more planar elements. It is thus possible to provide more than two wall elements in the multi-walled device. Thus, multi-walled devices can be formed with three or more wall elements. Furthermore, one or more additional foils can also be provided between adjacent wall elements.

Ineen voorkeursuitvoeringsvorm zijn in de mal één of meer inzetstukken opgenomen, bij voorkeur één of meer van de volgende inzetstukken: een sensor, zoals een regendetector, een ventilatie- onderdeel, een verlichtingselement, een beugel, een scharnier, een inschroef-inzetstuk, één of meer kabels of draden, een vocht absorberend materiaal, een ventiel.In a preferred embodiment one or more inserts are included in the mold, preferably one or more of the following inserts: a sensor, such as a rain detector, a ventilation element, a lighting element, a bracket, a hinge, a screw-in insert, one or more more cables or wires, a moisture absorbing material, a valve.

Volgens een voorbeelduitvoeringsvorm wordt een gas G geïnjecteerd tussen aangrenzende wandelementen van de ten minste twee wandelementen. Op die manier kan de isolatiewaarde van de meerwandige inrichting verhoogd worden. Dit gas kan bijvoorbeeld geïnjecteerd worden tijdens het vormen van het meerwandig samenstel voorafgaand aan het injecteren van het tweede uithardbaar materiaal, of tijdens het injecteren van het tweede uithardbaar materiaal, en meer bepaald net voor de volledige omtrek van het eerste en tweede wandelement voorzien is van dichtingsmateriaal. Volgens een alternatief wordt een ventiel aangebracht zodanig dat het ventiel doorheen het eerste en tweede uitgehard materiaal steekt. Dit ventiel kan bijvoorbeeld aanbracht worden vóór het aanbrengen van het eerste uithardbaar materiaal, waarbij de extrusiekop eerste uithardbaar materiaal aanbrengt rondom het ventiel. Vervolgens wordt in de mal tweede uithardbaar materiaal aangebracht rond het ventiel. Dit ventiel kan dan gebruikt worden om een gas aan te brengen tussen twee wandelementen.According to an exemplary embodiment, a gas G is injected between adjacent wall elements of the at least two wall elements. In this way, the insulation value of the multi-walled device can be increased. For example, this gas may be injected during the formation of the multi-wall assembly prior to injecting the second curable material, or while injecting the second curable material, and in particular just before the full periphery of the first and second wall elements is provided with sealing material. In an alternative, a valve is arranged such that the valve extends through the first and second cured material. For example, this valve can be applied before applying the first curable material, with the extrusion head applying first curable material around the valve. Subsequently, a second curable material is applied around the valve in the mould. This valve can then be used to apply a gas between two wall elements.

Volgens een voordelige uitvoeringsvorm stemt de omtrek van de wandelementen in hoofdzaak overeen met elkaar. De vakman begrijpt dat deze omtrekken ook verschillend kunnen zijn, maar een min of meer gelijke omtrek heeft het voordeel dat de mal een eenvoudige vorm kan aannemen, en dat met relatief weinig uithardbaar materiaal een dicht kader kan worden verkregen rond de omtrek van de wandelementen.According to an advantageous embodiment, the perimeter of the wall elements substantially corresponds to each other. The skilled person understands that these perimeters can also be different, but a more or less equal perimeter has the advantage that the mold can assume a simple shape, and that a dense frame can be obtained around the perimeter of the wall elements with relatively little hardenable material.

Volgens een voordelige uitvoeringsvorm is een buitenomtrek van de afstandhouder ten hoogste 10% kleiner dan een buitenomtrek van de wandelementen. Op die manier wordt vermeden dat teveel tweede uithardbaar materiaal tussen de wandelementen vloeit. In een mogelijke uitvoeringsvorm worden de afstandhouder en het tweede uithardbaar materiaal zodanig aangebracht dat het dichtingsmateriaal zich tot tegen de ten minste één afstandhouder uitstrekt, en bij voorkeur hecht aan de ten minste één afstandhouder. Op die manier wordt een nog stevigere meerwandige inrichting verkregen waarin het tweede uithardbaar materiaal gehecht is aan de ten minste één afstandhouder. De hoogte van een afstandhouder, gemeten loodrecht op het oppervlak van een wandelement is bij voorkeur gelegen tussen 2 mm en 30 mm, meer bij voorkeur tussen 5 mm en 15 mm. Volgens een andere variant kan een vocht-absorberend materiaal, zoals een silicagel, aangebracht worden rondom de afstandhouder, i.e. tussen de afstandhouder en het dichtingskader gevormd door het twee uithardbare materiaal. Volgens een alternatief kan het vocht-absorberend materiaal aan cen binnenkant van de afstandhouder aangebracht worden. Volgens nog een ander alternatief kunnen een eerste en een tweede afstandhouder voorzien zijn tussen twee aangrenzende wandelementen, waarbij de tweede afstandhouder rondom de eerste is gelegen op een afstand daarvan, en een vocht-absorberend materiaal aangebracht is tussen de eerste en de tweede afstandhouder.According to an advantageous embodiment, an outer circumference of the spacer is at most 10% smaller than an outer circumference of the wall elements. In this way it is avoided that too much second curable material flows between the wall elements. In a possible embodiment, the spacer and the second curable material are arranged such that the sealing material extends against the at least one spacer, and preferably adheres to the at least one spacer. In this way an even more robust multi-walled device is obtained in which the second curable material is adhered to the at least one spacer. The height of a spacer, measured perpendicular to the surface of a wall element, is preferably between 2 mm and 30 mm, more preferably between 5 mm and 15 mm. According to another variant, a moisture-absorbing material, such as a silica gel, can be applied around the spacer, i.e. between the spacer and the sealing frame formed by the two curable material. Alternatively, the moisture-absorbing material may be applied to an interior of the spacer. According to yet another alternative, a first and a second spacer may be provided between two adjacent wall elements, the second spacer being spaced around the first at a distance therefrom, and a moisture absorbing material being disposed between the first and the second spacer.

Verder heeft de uitvinding betrekking op een meerwandige module, in het bijzonder een meerwandige dakinrichting, nog meer in het bijzonder een meerwandige koepelinrichting, verkregen volgens één van de hierboven beschreven uitvoeringsvormen van de werkwijze. Volgens een aspect van de uitvinding wordt een meerwandige module, in het bijzonder een meerwandige dakinrichting, verschaft, omvattende: ten minste twee wandelementen met elk een eerste vlak en tweede vlak, welke ten minste met een omtreksdeel evenwijdig aan elkaar geplaatst zijn; een afstandhouder uit een eerste uitgehard materiaal tussen elk paar naast elkaar gelegen wandelementen, welke afstandhouder gehecht is aan een wandelement daarvan; een dichtingskader uit een tweede uitgehard materiaal, dat zich uitstrekt langs de omtrek van de meerwandig module tot tegen de afstandhouder.Furthermore, the invention relates to a multi-walled module, in particular a multi-walled roof device, still more in particular a multi-walled dome device, obtained according to one of the above-described embodiments of the method. According to an aspect of the invention, a multi-wall module, in particular a multi-wall roof device, is provided, comprising: at least two wall elements each having a first face and second face, which are placed parallel to each other at least with a circumferential portion; a spacer of a first cured material between each pair of adjacent wall elements, the spacer being bonded to a wall element thereof; a sealing frame of a second cured material extending along the periphery of the multi-wall module up to the spacer.

Voordelige kenmerken van de werkwijze zijn mutatis mutandis van toepassing voor de meerwandige module.Advantageous features of the method apply mutatis mutandis to the multi-wall module.

Korte figuurbeschrijving Bovenstaande en andere voordelige eigenschappen en doelen van de uitvinding zullen duidelijker worden en de uitvinding zal beter begrepen worden aan de hand van de volgende gedetailleerde beschrijving wanneer deze wordt gelezen in combinatie met de tekeningen in bijlage, waarinBrief Description of the Drawings The above and other advantageous features and objects of the invention will become more apparent and the invention will be better understood from the following detailed description when read in conjunction with the accompanying drawings, in which

Figuren 1A,1B en 1C schematisch een deel van een eerste uitvoeringsvorm van een werkwijze voor het vervaardigen van een koepelinrichting volgens de uitvinding illustreren, waarbij figuur 1A cen schematisch perspectivisch aanzicht van het vormen van de afstandhouder illustreert en figuur IC het resultaat illustreert, en waarbij figuur 1B een doorsnede van de afstandhouder illustreert doorheen een vlak loodrecht op de omtreksrichting; Figuur 2 een schematische doorsnede illustreert van een uitvoeringsvorm van een meerwandig samenstel zoals dit in een mal kan worden aangebracht; Figuur 3 een schematisch perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm voor het in een mal vormen van een dichtingskader rondom een meerwandig samenstel illustreert; Figuur 4A een doorsnede van een eerste uitvoeringsvorm van een mal illustreert; Figuur 4B een doorsnede van een tweede uitvoeringsvorm van een mal illustreert; Figuur 5 een schematisch bovenaanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van het in een mal vormen van een dichtingskader illustreert; Figuur 6 een schematisch bovenaanzicht van een derde uitvoeringsvorm van het in een mal vormen van een dichtingskader illustreert; Figuren 7-10 schematische doorsneden van vier verschillende uitvoeringsvorm van een meerwandige module volgens de uitvinding illustreren; en Figuren 11A en 11B schematische bovenaanzichten van een vierde uitvoeringsvorm van het in een mal vormen van een dichtingskader illustreren. Gedetailleerde uitvoeringsvormen Figuren 1 A-1C illustreren schematisch een eerste stap van een uitvoeringsvorm van een werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige module, hier een meerwandige dakinrichting.Figures 1A, 1B and 1C schematically illustrate part of a first embodiment of a method for manufacturing a dome device according to the invention, wherein Figure 1A illustrates a schematic perspective view of forming the spacer and Figure 1C illustrates the result, and wherein Figure 1B illustrates a section of the spacer through a plane perpendicular to the circumferential direction; Figure 2 illustrates a schematic cross-section of an embodiment of a multi-wall assembly as it can be fitted in a mould; Figure 3 illustrates a schematic perspective view of an embodiment for molding a sealing frame around a multi-wall assembly; Figure 4A illustrates a cross-section of a first embodiment of a mold; Figure 4B illustrates a cross-section of a second embodiment of a mold; Figure 5 illustrates a schematic plan view of a second embodiment of the molding of a sealing frame; Figure 6 illustrates a schematic plan view of a third embodiment of the molding of a sealing frame; Figures 7-10 illustrate schematic cross-sections of four different embodiments of a multi-wall module according to the invention; and Figures 11A and 11B illustrate schematic top views of a fourth embodiment of the molding of a sealing frame. Detailed Embodiments Figures 1A-1C schematically illustrate a first step of an embodiment of a method for manufacturing a multiwall module, here a multiwall roof device.

Er worden ten minste twee wandelementen 10, 20, 20’ voorzien die elk een eerste vlak 11, 21, 21° en tweede vlak 12, 22, 22’ hebben en bedoeld zijn om ten minste met een omtreksdeel 15, 25, 25’ evenwijdig aan elkaar geplaatst te worden, zie verder. Wanneer de wandelementen 10, 20, 20° platen zijn, zullen deze typisch volledig evenwijdig aan elkaar voorzien worden, terwijl bij een koepelvormig wandelement ten minste een omtreksdeel zoals een kadervormige strook of rand evenwijdig zal zijn aan een omtreksdeel van een daarnaast gelegen koepelvormig element of aan cen daarnaast gelegen plaat. Met behulp van een extrusiekop 100 wordt een eerste uithardbaar materiaal aangebracht op het omtreksdeel 15, 25, 25’, hier op het tweede vlak 12, 22, 22’, van een wandelement 10, 20, 20°, zodanig dat, een afstandhouder 30, 30” wordt gevormd die gehecht is aan het wandelement 10, 20,At least two wall elements 10, 20, 20' are provided, each having a first face 11, 21, 21° and a second face 12, 22, 22' and are intended to be parallel to at least one circumferential part 15, 25, 25'. to be placed together, see below. When the wall elements 10, 20, 20° are plates, they will typically be provided completely parallel to each other, while in the case of a domed wall element, at least a peripheral portion such as a frame-shaped strip or edge will be parallel to a peripheral portion of an adjacent dome-shaped element or on an adjacent plate. With the aid of an extrusion head 100, a first curable material is applied to the circumferential part 15, 25, 25', here on the second face 12, 22, 22', of a wall element 10, 20, 20°, such that a spacer 30 , 30” is formed which is bonded to the wall element 10, 20,

20°. Wanneer het wenselijk is om een tweewandige dakinrichting te maken met twee wandelementen 10, 20 kan volstaan worden met één afstandhouder 30 die aangebracht kan worden op het eerste vlak 11 van wandelement 10 of op het tweede vlak 22 van wandelement 20. Het kan echter voordelig zijn om twee afstandhouders 30, 70 te voorzien, bijvoorbeeld op het tweede vlak 22 van het tweede wandelement 20, en op het tweede vlak 12 van het eerste wandelement 10, zie figuur 2. Figuur 2 illustreert een meerwandig samenstel 40 met drie wandelementen 10, 20, 20°, maar de vakman begrijpt dat het wandelement 20° met afstandhouder ook kan worden weggelaten voor het vormen van een meerwandig samenstel 40 met twee wandelementen 10, 20. De afstandhouder 70 op het tweede vlak 12 van het eerste wandelement 10 kan dan gebruikt worden als afdichting tussen het meerwandig samenstel 40 en een opstand O, zie ook figuur 7 en de beschrijving hieronder van figuur 7. Al naar gelang het nodig is om een afstandhouder 30, 30°, 70 te voorzien kan men dus op één of meerdere wandelementen met behulp van extrusiekop 100 eerste uithardbaar materiaal aanbrengen.20°. When it is desired to make a two-walled roof device with two wall elements 10, 20, one spacer 30 will suffice, which can be arranged on the first face 11 of wall element 10 or on the second face 22 of wall element 20. However, it can be advantageous to provide two spacers 30, 70, for example on the second face 22 of the second wall element 20, and on the second face 12 of the first wall element 10, see figure 2. Figure 2 illustrates a multi-walled assembly 40 with three wall elements 10, 20 , 20°, but the skilled person understands that the wall element 20° with spacer can also be omitted to form a multi-walled assembly 40 with two wall elements 10, 20. The spacer 70 on the second face 12 of the first wall element 10 can then be used be used as a seal between the multi-walled assembly 40 and an upstand O, see also figure 7 and the description below of figure 7. Depending on whether it is necessary to use a spacer 30, 30° 70, it is therefore possible to apply first curable material to one or more wall elements with the aid of extrusion head 100.

Bij voorkeur is het eerste uithardbaar materiaal een thermoplastisch elastomeer, meer bij voorkeur cen thermoplastisch vulcanisaat (TPV), i.e. een thermoplastisch elastomeer dat bestaat uit gevulkaniseerde (vernette / gecrosslinkte) rubber deeltjes in een thermoplastisch verwerkbare matrix. De thermoplastisch verwerkbare matrix kan bijvoorbeeld polypropyleen (PP) of ethyleen- Propyleen-Dieen-Monomeer (EPDM) zijn of een blend van deze materialen. Een TPV kan bijvoorbeeld bestaan uit een gevulkaniseerd EPDM rubber in een PP matrix. Het eerste uithardbaar materiaal heeft na uitharden bij voorkeur een Shore A hardheid die groter is dan 35, meer bij voorkeur groter dan 40, meest bij voorkeur groter dan 45, waarbij de Shore A hardheid gemeten is volgens de standaard ISO 868 (15s, 23°C). De Shore A hardheid kan bij voorbeeld gelegen zijn tussen 40 en 100, bij voorkeur tussen 45 en 70, meer bij voorkeur tussen 45 en 65. Bij voorkeur wordt het eerste uithardbaar materiaal zodanig gekozen dat dit na uitharding een dichtheid heeft tussen 800 en 1200 kg/m3, meer bij voorkeur tussen 900 en 1100 kg/m3, bijvoorbeeld gemeten volgens de standaard ISO 1183.Preferably, the first curable material is a thermoplastic elastomer, more preferably a thermoplastic vulcanizate (TPV), i.e. a thermoplastic elastomer consisting of vulcanized (cross-linked/cross-linked) rubber particles in a thermoplastically processable matrix. The thermoplastically processable matrix can be, for example, polypropylene (PP) or ethylene-Propylene-Diene-Monomer (EPDM) or a blend of these materials. For example, a TPV can consist of a vulcanized EPDM rubber in a PP matrix. The first curable material after curing preferably has a Shore A hardness greater than 35, more preferably greater than 40, most preferably greater than 45, the Shore A hardness being measured according to the standard ISO 868 (15s, 23° C). The Shore A hardness can for instance be between 40 and 100, preferably between 45 and 70, more preferably between 45 and 65. Preferably, the first curable material is chosen such that it has a density after curing between 800 and 1200 kg. /m 3 , more preferably between 900 and 1100 kg/m 3 , for example measured according to the standard ISO 1183.

Het eerste uithardbaar materiaal kan in één beweging aangebracht worden langs de volledige omtrek, waarbij de extrusiekop 100 beweegt langs de omtrek. Volgens een alternatief kan zijde per zijde gewerkt worden, waarbij na elke zijde, het veelhoekig wandelement 10, 20, 20” wordt gedraaid waarna eerste uithardbaar materiaal op een volgende zijde van het veelhoekig wandelement 10, 20, 20° wordt aangebracht. Volgens een andere niet-geïllustreerde variant kan gewerkt worden in paren van aangrenzende zijden, waarbij in een eerste stap een eerste paar aangrenzende zijden wordt voorzien van eerste uithardbaar materiaal, waarna het veelhoekig wandelement 10, 20, 20’ wordt gedraaid, typisch over 180° in het geval van een rechthoekig samenstel, en een volgend paar aangrenzende zijden wordt voorzien van eerste uithardbaar materiaal. Verder kan gewerkt worden met meerdere extrusiekoppen 100 om het proces te versnellen.The first curable material may be applied in one pass along the entire circumference, with the extrusion head 100 moving circumferentially. According to an alternative, work can be done side by side, wherein after each side, the polygonal wall element 10, 20, 20" is rotated, after which first curable material is applied to a next side of the polygonal wall element 10, 20, 20°. According to another variant not illustrated, it is possible to work in pairs of adjacent sides, wherein in a first step a first pair of adjacent sides is provided with first curable material, after which the polygonal wall element 10, 20, 20' is rotated, typically through 180°. in the case of a rectangular assembly, and a next pair of adjacent sides is provided with first curable material. Furthermore, multiple extrusion heads 100 can be used to speed up the process.

In een tweede stap die geïllustreerd is in figuur 3 worden de wandelementen 10, 20 met hun omtreksdelen evenwijdig aan elkaar aangebracht ter vorming een meerwandig samenstel, in cen mal 200 voor het aanbrengen van een tweede uithardbaar materiaal. Bij voorkeur wordt het tweede uithardbaar materiaal minder dan 30 min na het aanbrengen van het eerste uithardbaar materiaal aangebracht, bij voorkeur minder dan 10 minuten na het aanbrengen van het eerste uithardbaar materiaal. Op die manier kan een afgewerkt dakelement worden verkregen in een korte tijdsspanne. Figuur 3 toont een voorbeeld met twee wandelementen 10, 20 maar de vakman begrijpt dat dit ook drie of meer wandelementen kunnen zijn. De mal 200 strekt zich uit van het eerste vlak 21 van het tweede wandelement 20 tot het tweede vlak 12 van het eerste wandelement 10. De mal 200 strekt zich hier uit langs een eerste zijde 41 van het samenstel 40 dat gevormd is door het eerste wandelement 10, het tweede wandelement 20 en de afstandhouder 30. De mal 200 begrenst samen met de eerste zijde 41 een ruimte waarin een tweede uithardbaar materiaal geïnjecteerd wordt door een injectiestuk 230. Daartoe is de mal 200 voorzien van een flexibel deel (niet getoond in figuur 3) dat zich uitstrekt in een omtreksrichting P1 van het samenstel 40, hier in een richting evenwijdig aan de eerste zijde 41. Via het flexibel deel kan het injectiestuk 230 in de ruimte R gebracht worden voor het drukloos aanbrengen van een tweede uithardbaar materiaal in de genoemde ruimte terwijl het injectiestuk 230 bewogen wordt ten opzichte van de eerste zijde 41 in de richting P1. Het tweede uithardbaar materiaal heeft bij voorkeur een dynamische viscositeit gemeten bij een © afschuifsnelheid van 1/s, die kleiner is dan 35000 mPa.s. Bij voorkeur heeft het tweede uithardbaar materiaal bij het aanbrengen een dynamische viscositeit heeft die gelegen is tussen 100 mPa.s en 1500 mPa.s gemeten bij 25°C. Het tweede uithardbaar materiaal is bij voorkeur een uithardbare polymeersamenstelling, bijvoorbeeld een PUR-materiaal. Het tweede materiaal strekt zich uit langs de omtrek van het meerwandig samenstel 40, en is na uitharden gehecht aan de ten minste twee wandelementen 10, 20. Het tweede uithardbaar materiaal heeft na uitharden een shore A hardheid gelegen tussen 50 en 100, bij voorkeur tussen 60 en 100, meer bij voorkeur tussen 70 en 95. De afstandhouder 30 en het dichtingskader 80 kunnen één geïntegreerd geheel vormen, zie ook figuur 7, dat zich uitstrekt tussen de wandelementen 10, 20, 20’, en tot aan de bovenste omtreksrand (25° in de variant met drie wandelementen van figuur 7) en tot aan de onderste omtreksrand 15. Bij voorkeur strekt het dichtingskader zich uit tot over het eerste vlak 21° van het bovenste wandelement 20 en over het tweede vlak 12 van het onderste wandelement 10. In de variant van figuur 3 hebben de wandelementen 10, 20 een rechthoekige omtrek, en resulteert het ten minste met hun omtreksdelen evenwijdig aan elkaar aanbrengen van de ten minste twee wandelementen 10, 20 in een rechthoekig samenstel 40. De mal 200 is voorzien langs een eerste zijde 41 van het rechthoekig samenstel 40, waarna een injectiestap uitgevoerd wordt voor het injecteren van tweede materiaal, waarna het rechthoekig samenstel wordt gedraaid en een tweede zijde 42 van het veelhoekig samenstel in de mal wordt geplaatst, en de injectiestap wordt herhaald langs de tweede zijde 42, waarna deze stappen worden herhaald voor elke volgende zijde van het rechthoekig samenstel 40. Het is echter ook mogelijk om een mal 200 te voorzien die zich langs de volledige omtrek van het samenstel 40 uitstrekt.In a second step illustrated in Figure 3, the wall elements 10, 20 are arranged with their circumferential parts parallel to each other to form a multi-walled assembly, in a mold 200 for applying a second curable material. Preferably, the second curable material is applied less than 30 minutes after application of the first curable material, preferably less than 10 minutes after application of the first curable material. In this way a finished roof element can be obtained in a short period of time. Figure 3 shows an example with two wall elements 10, 20, but the skilled person understands that these can also be three or more wall elements. The mold 200 extends from the first face 21 of the second wall element 20 to the second face 12 of the first wall element 10. The mold 200 here extends along a first side 41 of the assembly 40 formed by the first wall element. 10, the second wall element 20 and the spacer 30. The mold 200, together with the first side 41, defines a space into which a second curable material is injected by an injection piece 230. For this purpose, the mold 200 is provided with a flexible part (not shown in Fig. 3) which extends in a circumferential direction P1 of the assembly 40, here in a direction parallel to the first side 41. Via the flexible part, the injection piece 230 can be introduced into the space R for the pressureless application of a second curable material in the said space while the injector 230 is moved relative to the first side 41 in the direction P1. The second curable material preferably has a dynamic viscosity measured at a shear rate of 1/s, which is less than 35000 mPa.s. Preferably, the second curable material on application has a dynamic viscosity of between 100 mPa.s and 1500 mPa.s measured at 25°C. The second curable material is preferably a curable polymer composition, for example a PUR material. The second material extends along the periphery of the multiwall assembly 40, and after curing is bonded to the at least two wall elements 10, 20. The second curable material after curing has a shore A hardness of between 50 and 100, preferably between 60 and 100, more preferably between 70 and 95. The spacer 30 and the sealing frame 80 can form one integrated whole, see also figure 7, which extends between the wall elements 10, 20, 20', and up to the upper peripheral edge ( 25° in the variant with three wall elements of figure 7) and up to the lower peripheral edge 15. Preferably, the sealing frame extends over the first face 21° of the upper wall element 20 and over the second face 12 of the lower wall element 10 In the variant of figure 3, the wall elements 10, 20 have a rectangular circumference, and the arrangement of the at least two wall elements 10, 20 at least with their circumferential parts parallel to each other results in a rec Rectangular assembly 40. The mold 200 is provided along a first side 41 of the rectangular assembly 40, after which an injection step is performed to inject second material, after which the rectangular assembly is rotated and a second side 42 of the polygonal assembly is placed in the mold is placed, and the injection step is repeated along the second side 42, after which these steps are repeated for each subsequent side of the rectangular assembly 40. However, it is also possible to provide a mold 200 which extends along the entire circumference of the assembly 40 extends.

Verder kan gewerkt worden met meerdere injectiestukken 230 om het proces te versnellen.Furthermore, multiple injectors 230 can be used to speed up the process.

Echter, het voordeel van de mal 200 van figuur 3 is dat deze gebruikt kan worden voor wandelementen met verschillende afmetingen zonder dat noemenswaardige aanpassingen nodig zijn.However, the advantage of the mold 200 of figure 3 is that it can be used for wall elements of different dimensions without requiring significant adjustments.

Figuur 4A illustreert in meer detail een mogelijke uitvoeringsvorm van de mal 200 van figuur 3. In deuitvoeringvorm van figuren 4A en 4B omvat de mal 200 een eerste langwerpig maldeel 210 en een tweede langwerpig maldeel 220. Hierbij kan het eerste maldeel 210 en/of het tweede maldeel 220 voorzien zijn van een flexibele lip 221 die zich uitstrekt in de omtreksrichting van het samenstel 40. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm is het tweede maldeel 220 voorzien van een flexibele lip 221, maar de vakman begrijpt dat het ook mogelijk is om het eerste maldeel 210 te voorzien van een flexibele lip, of om beide maldelen 210, 220 te voorzien van een flexibele lip.Figure 4A illustrates in more detail a possible embodiment of the mold 200 of figure 3. In the embodiment of figures 4A and 4B, the mold 200 comprises a first elongate mold part 210 and a second elongate mold part 220. In this case, the first mold part 210 and/or the second mold part 220 may be provided with a flexible lip 221 extending in the circumferential direction of the assembly 40. In the illustrated embodiment, the second mold part 220 is provided with a flexible lip 221, but the skilled person understands that it is also possible to use the first mold part 210 with a flexible lip, or to provide both mold parts 210, 220 with a flexible lip.

In een onbelaste toestand drukt de flexibele lip 221 tegen een rand van het eerste maldeel 210. Deze flexibele lip 221 kan opgetild worden voor het inbrengen van een injectiestuk 230, voor het aanbrengen van het tweede uithardbaar materiaal in de ruimte R.In an unloaded condition, the flexible lip 221 presses against an edge of the first mold part 210. This flexible lip 221 can be lifted for inserting an injection piece 230, for applying the second curable material in the space R.

In de variant van figuur 4A sluit het onderste maldeel 210 aan tegen een tweede vlak 12 van het eerste wandelement 10, en sluit het tweede maldeel 220 aan tegen een eerste vlak 21 van het tweede wandelement 20. Figuur 4B illustreert een andere mogelijke uitvoeringsvorm van een mal 200. In deze uitvoeringsvorm is de mal 200 vervaardigd uit één deel dat voorzien is van een flexibele lip 221, welke in een normale toestand aansluit op het eerste vlak 21 van het tweede wandelement 20 en opgetild kan worden voor het inbrengen van het injectiestuk 230. De vakman begrijpt dat nog andere ontwerpen mogelijk zijn voor de mal 200, waarbij de mal 200 gevormd kan zijn uit één,In the variant of figure 4A, the lower mold part 210 abuts against a second face 12 of the first wall element 10, and the second mold part 220 abuts against a first face 21 of the second wall element 20. Figure 4B illustrates another possible embodiment of a mold 200. In this embodiment, the mold 200 is made of one part which is provided with a flexible lip 221, which in a normal condition connects to the first face 21 of the second wall element 20 and can be lifted for insertion of the injection piece 230 Those skilled in the art understand that still other designs are possible for the mold 200, wherein the mold 200 may be formed from one,

twee of meer dan twee delen, en waarbij één of meer van deze delen ingericht zijn om toe te laten dat een injectiestuk 230 ingebracht wordt in de ruimte R die begrensd wordt door de mal 200 enerzijds en een omtreksdeel van het samenstel gevormd door het eerste wandelement 10, het tweede wandelement 20 en de afstandhouder 30, anderzijds.two or more parts, and one or more of these parts being arranged to allow an injection piece 230 to be inserted into the space R bounded by the mold 200 on the one hand and a peripheral part of the assembly formed by the first wall element 10, the second wall element 20 and the spacer 30, on the other hand.

In de varianten van figuur 4A en 4B is de mal 200 voorzien van een flexibel deel 221 dat zich uitstrekt in een omtreksrichting P1 van het meerwandig samenstel 40; waarbij het drukloos aanbrengen gebeurt door een injectiestuk 230 te bewegen langs het flexibel deel in de omtreksrichting P1.In the variants of figures 4A and 4B, the mold 200 is provided with a flexible part 221 which extends in a circumferential direction P1 of the multi-walled assembly 40; wherein the pressureless application is done by moving an injection piece 230 along the flexible portion in the circumferential direction P1.

Volgens nog een andere niet getoonde variant kan met een open mal 200 worden gewerkt. Figuur 5 illustreert een uitvoeringsvorm van de werkwijze voor een eerste en tweede wandelement 10, 20 met een veelhoekige omtrek, hier een zeshoekige omtrek. Ook de afstandhouder 30 beschrijft een overeenkomstig veelhoekig kader, hier een zeshoekig kader. Opgemerkt wordt dat de afstandhouder 30 gevormd kan zijn als één integraal kader, of gevormd kan zijn uit meerdere delen, bijvoorbeeld zes afzonderlijke langwerpige delen die voorzien zijn tussen het eerste wandelement 10 en het tweede wandelement 20, en een in hoofdzaak zeshoekig kader vormen. De mal 200 is hier voorzien langs een eerste zijde 51 van het samenstel 50 dat gevormd is door het eerste wandelement 10, het tweede wandelement 20 en de afstandhouder 30. In een eerste stap wordt injectiemateriaal geïnjecteerd door een injectiestuk 230 in een ruimte begrensd door de mal 200 en de eerste zijde 51, ter vorming van een eerste deel van een afdichtingskader rondom het samenstel 50. Na deze eerste stap wordt het samenstel 50 verdraaid in de richting van de pijl P2 zodanig dat de tweede zijde 52 van het samenstel 50 in de mal wordt gebracht. Vervolgens wordt opnieuw tweede uithardbaar materiaal geïnjecteerd via het injectiestuk 230 zodanig dat een tweede deel van het dichtingskader gevormd wordt langs de tweede zijde 52. Deze stappen worden herhaald voor de derde, vierde, vijfde en zesde zijde van het samenstel 50, zodanig dat het geïnjecteerde tweede uithardbaar materiaal een dichtingskader vormt dat zich uitstrekt langs de volledige omtrek van het samenstel 50. Figuur 5 illustreert een variant waarin het samenstel zeshoekig is, maar de vakman begrijpt dat een gelijkaardige werkwijze gebruikt kan worden voor elk willekeurig veelhoekig samenstel. Verder begrijpt de vakman dat het eerste en tweede wandelement 10, 20 niet noodzakelijk dezelfde vorm moet hebben als de afstandhouder 30. Zo kunnen het eerste en het tweede wandelement bijvoorbeeld zeshoekig zijn, terwijl een ronde afstandhouder 30 voorzien wordt tussen het eerste en het tweede wandelement 10, 20.According to yet another variant, not shown, it is possible to work with an open mold 200. Figure 5 illustrates an embodiment of the method for a first and second wall element 10, 20 having a polygonal outline, here a hexagonal outline. The spacer 30 also describes a corresponding polygonal frame, here a hexagonal frame. It should be noted that the spacer 30 may be formed as one integral frame, or may be formed from multiple parts, e.g. six separate elongate members provided between the first wall element 10 and the second wall element 20, forming a substantially hexagonal frame. The mold 200 is here provided along a first side 51 of the assembly 50 which is formed by the first wall element 10, the second wall element 20 and the spacer 30. In a first step, injection material is injected through an injection piece 230 into a space defined by the mold 200 and the first side 51, to form a first part of a sealing frame around the assembly 50. After this first step, the assembly 50 is rotated in the direction of the arrow P2 such that the second side 52 of the assembly 50 is in the mal is brought. Second curable material is then injected again through the injector 230 such that a second portion of the sealant is formed along the second side 52. These steps are repeated for the third, fourth, fifth and sixth sides of the assembly 50 such that the injected The second curable material forms a sealing frame extending along the entire perimeter of the assembly 50. Figure 5 illustrates a variation in which the assembly is hexagonal, but those skilled in the art will appreciate that a similar method can be used for any polygonal assembly. Furthermore, the skilled person understands that the first and second wall elements 10, 20 must not necessarily have the same shape as the spacer 30. For example, the first and second wall elements can be hexagonal, while a round spacer 30 is provided between the first and second wall elements. 10, 20.

Figuur 6 illustreert nog een andere uitvoeringsvorm van een werkwijze voor het vervaardigen van cen meerwandige inrichting, waarbij het eerste en het tweede wandelement een ronde omtrek hebben, zodanig dat een rond samenstel 60 wordt gevormd door het eerste en het tweede wandelement 10, 20, en de daartussen aangebrachte afstandhouder 30. De mal 200 is hier eveneens rond uitgevoerd.Figure 6 illustrates yet another embodiment of a method of manufacturing a multiwall device wherein the first and second wall elements have a circular perimeter such that a circular assembly 60 is formed by the first and second wall elements 10, 20, and the spacer 30 arranged therebetween. The mold 200 is also designed around this.

De mal 200 kan hier voorzien zijn van een ringvormige flexibele lip (niet getoond) die toelaat om het injectiestuk 230 in te brengen in een ruimte die begrensd wordt door de mal 200 en het omtreksdeel 61 van het samenstel 60. In deze uitvoeringsvorm kan ofwel de mal 200 met het samenstel 60 geroteerd worden in de richting van de pijl P2, terwijl tweede uithardbaar materiaal aangebracht wordt door het injectiestuk 30. Volgens een variant kan het injectiestuk 230 een cirkelvormige beweging uitvoeren voor het drukloos aanbrengen van tweede uithardbaar materiaal in de ruimte R die begrensd wordt door de mal 200 en het omtreksdeel 61 van het samenstel 60. Figuren 11A en 11B illustreren nog een andere uitvoeringsvorm van een werkwijze voor het vervaardigen van een meerwandige inrichting, waarbij het eerste en het tweede wandelement een rechthoekige omtrek hebben, zodanig dat een rechthoekig samenstel 50 wordt gevormd door het eerste en het tweede wandelement 10, 20, en de daartussen aangebrachte afstandhouder 30. De mal 200 wordt voorzien langs een eerste paar aangrenzende zijden 51, 52 van het rechthoekig meerwandig samenstel 50, waarna een injectiestap uitgevoerd wordt voor het injecteren van tweede uithardbaar materiaal langs deze twee zijden 51, 52, zie het gearceerde gedeelte in figuur 12A, en de pijlen P1. Daarna wordt het veelhoekig meerwandig samenstel 50 gedraaid en wordt een tweede paar aangrenzende zijden 53, 54 van het veelhoekig samenstel in de mal 200 geplaatst.The mold 200 may here be provided with an annular flexible lip (not shown) which allows the insertion of the injector 230 into a space bounded by the mold 200 and the peripheral portion 61 of the assembly 60. In this embodiment, either the mold 200 with the assembly 60 can be rotated in the direction of the arrow P2, while second curable material is applied through the injection piece 30. According to a variant, the injection piece 230 can perform a circular movement for the pressureless application of second curable material in the space R bounded by the mold 200 and the peripheral portion 61 of the assembly 60. Figures 11A and 11B illustrate yet another embodiment of a method for manufacturing a multi-wall device, wherein the first and second wall members have a rectangular outline such that a rectangular assembly 50 is formed by the first and the second wall elements 10, 20, and the panels applied therebetween real spacer 30. The mold 200 is provided along a first pair of adjacent sides 51, 52 of the rectangular multiwall assembly 50, after which an injection step is performed to inject second curable material along these two sides 51, 52, see the hatched portion in figure 12A, and the arrows P1. Thereafter, the polygonal multiwall assembly 50 is rotated and a second pair of adjacent sides 53, 54 of the polygonal assembly is placed in the mold 200 .

De injectiestap wordt herhaald langs het tweede paar aangrenzende zijden 53, 54 (niet getoond in figuur 11A, maar het gearceerde deel in figuur 11B toont het tweede uithardbaar materiaal langs zijden 53, 54). Indien het tweede uithardbaar materiaal in de hoeken 55, 56 tussen het eerste paar aangrenzende zijden 51, 52 en het tweede paar aangrenzende zijden 53, 54 niet op elkaar aansluit na deze injectiestappen, kan men vervolgens deze hoeken, hoek per hoek afwerken.The injection step is repeated along the second pair of adjacent sides 53, 54 (not shown in Figure 11A, but the hatched portion in Figure 11B shows the second curable material along sides 53, 54). If the second curable material in the corners 55, 56 between the first pair of adjacent sides 51, 52 and the second pair of adjacent sides 53, 54 does not match after these injection steps, these corners can then be finished corner by corner.

Dit is geïllustreerd in figuur 11B waar een derde mal 300 en een injectiestuk 330 zijn getoond voor het afwerken van de hoeken.This is illustrated in Figure 11B where a third mold 300 and an injector 330 are shown for finishing the corners.

Een dergelijke manier van werken heeft het voordeel dat wandelementen met verschillende afmetingen met dezelfde tweede en derde mal behandeld kunnen worden.Such a working method has the advantage that wall elements with different dimensions can be treated with the same second and third mould.

In een veel voorkomende uitvoeringsvorm zal elk wandelement een in hoofdzaak rechthoekige omtrek hebben.In a common embodiment, each wall element will have a substantially rectangular circumference.

Wanneer elk wandelement een in hoofdzaak rechthoekige omtrek heeft, kan men dus een eerste paar aangrenzende zijden, en een tweede paar aangrenzende zijden achtereenvolgens voorzien van een dichtingslaag, en vervolgens de twee hoeken daartussen afwerken, door de hierboven beschreven stappen uit te voeren.Thus, when each wall element has a substantially rectangular perimeter, a first pair of adjacent sides, and a second pair of adjacent sides can be successively coated with a sealing layer, and then finish the two corners between them, by performing the steps described above.

Op die manier wordt een rechthoekige meerwandige inrichting verkregen waarvan de wandelementen verankerd zijn in een in hoofdzaak rechthoekig dichtingskader vervaardigd uit het tweede dichtingsmateriaal. Figuur 7 illustreert een mogelijke uitvoeringsvorm van een meerwandige inrichting volgens de uitvinding. De meerwandige inrichting van figuur 7 omvat een eerste wandelement 10, een tweede wandelement 20 dat aangebracht is boven het eerste wandelement 10, en een derde wandelement 20’. Elk wandelement 10, 20, 20° is op een omtreksdeel 15, 25, 25” daarvan voorzien van een afstandhouder 70, 30, 30° welke aangebracht kan zijn op de wijze die beschreven werd aan de hand van figuur 1A-1C. De wandelementen 10, 20, 20’ kunnen bijvoorbeeld gethermoformeerde koepelelementen zijn (zoals getoond), maar kunnen ook glasplaten of polycarbonaatplaten zijn. De wandelementen 10, 20, 20° en de afstandhouders 70, 30, 30’ vormen samen een samenstel 40 met een omtreksdeel waarrond een dichtingsmateriaal 80 is voorzien. Het dichtingsmateriaal 80 hecht aan de wandelementen 10, 20, 20’ en de afstandhouders 30, 30’ tussen de wandelementen 10, 20, 20°, en vormt een dichtingskader rondom het volledige omtreksdeel van het samenstel 40. Het dichtingsmateriaal 80 strekt zich uit vanaf een eerste vlak 21’ van het derde wandelement 20° tot een tweede vlak 12 van het onderste wandelement 10. Figuur 8 illustreert een mogelijke uitvoeringsvorm van een meerwandige inrichting volgens de uitvinding. De meerwandige inrichting van figuur 8 omvat een eerste wandelement 10, een bijkomend eerste wandelement 10° dat aangebracht is onder het eerste wandelement 10, een tweede wandelement 20, en een afstandhouder 30. De wandelementen 10, 10°, 20 kunnen bijvoorbeeld glasplaten of polycarbonaatplaten zijn. Het eerste wandelement 10 en het bijkomend wandelement 10° kunnen bijvoorbeeld een glasplaat zijn. De glasplaat 10 is dan bij voorkeur gehecht aan de glasplaat 10°. Daartoe kan bijvoorbeeld een folie voorzien zijn tussen de glasplaat 10 en de glasplaat 10°, bijvoorbeeld een polyvinylbutyral (PVB) folie. Volgens een alternatief kan cen lichtdoorlatende kunststoflaag, bijvoorbeeld een polycarbonaatlaag, voorzien zijn tussen de glasplaat 10 en de glasplaat 10°. Een dergelijke uitvoering heeft het voordeel dat de impactweerstand wordt verbeterd, dat deze uitvoering lichtgewicht is (de kunststoflaag draagt bij aan de sterkte van het geheel en is lichter dan glas), en een betere brandclassificatie mogelijk maakt. Het gebruik van een kunststoflaag zorgt ervoor dat wanneer het glas in stukken springt als gevolg van brand, de kunststoflaag ervoor zorgt dat toch geen opening ontstaat. Volgens een variant kan één onderste glasplaat 10 worden voorzien uit gehard glas, en kan het wandelement 10° dus weggelaten worden.In this way a rectangular multi-walled device is obtained, the wall elements of which are anchored in a substantially rectangular sealing frame made of the second sealing material. Figure 7 illustrates a possible embodiment of a multi-walled device according to the invention. The multi-wall device of Figure 7 includes a first wall element 10, a second wall element 20 mounted above the first wall element 10, and a third wall element 20'. Each wall element 10, 20, 20° is provided on a circumferential part 15, 25, 25" thereof with a spacer 70, 30, 30° which may be arranged in the manner described with reference to figures 1A-1C. For example, the wall elements 10, 20, 20' may be thermoformed dome elements (as shown), but may also be glass plates or polycarbonate plates. The wall elements 10, 20, 20° and the spacers 70, 30, 30' together form an assembly 40 with a circumferential part around which a sealing material 80 is provided. The sealing material 80 adheres to the wall members 10, 20, 20' and the spacers 30, 30' between the wall members 10, 20, 20°, forming a sealing frame around the entire circumferential portion of the assembly 40. The sealing material 80 extends from a first face 21' of the third wall element 20° to a second face 12 of the lower wall element 10. Figure 8 illustrates a possible embodiment of a multi-wall device according to the invention. The multi-walled device of figure 8 comprises a first wall element 10, an additional first wall element 10° arranged below the first wall element 10, a second wall element 20, and a spacer 30. The wall elements 10, 10°, 20 can be, for example, glass plates or polycarbonate plates. are. The first wall element 10 and the additional wall element 10° can be, for example, a glass plate. The glass plate 10 is then preferably bonded to the glass plate 10°. To this end, for instance, a foil can be provided between the glass plate 10 and the glass plate 10°, for example a polyvinyl butyral (PVB) foil. According to an alternative, a translucent plastic layer, for example a polycarbonate layer, can be provided between the glass plate 10 and the glass plate 10°. Such an embodiment has the advantage that the impact resistance is improved, that this embodiment is lightweight (the plastic layer contributes to the strength of the whole and is lighter than glass), and allows a better fire classification. The use of a plastic layer ensures that when the glass breaks into pieces as a result of a fire, the plastic layer ensures that no opening is created. According to a variant, one lower glass plate 10 can be provided from toughened glass, and the wall element 10° can thus be omitted.

De wandelementen 10, 10°, 20 en de afstandhouder 30 vormen samen een samenstel 40 met een omtreksdeel (waarvan slechts één zijde 41 is getoond) waarrond een dichtingsmateriaal 80 is voorzien. Het dichtingsmateriaal 80 hecht aan de wandelementen 10, 10°, 20 en de afstandhouder 30 en vormt een dichtingskader rondom het volledige omtreksdeel (waarvan slechts één zijde 41 is getoond) van het samenstel 40. Het dichtingsmateriaal 80 strekt zich uit vanaf een eerste vlak 21 van het tweede wandelement 20 tot een tweede vlak 12’ van het onderste bijkomend wandelement 10°. In het dichtingsmateriaal 80 is een inzetstuk, hier een inschroefinzetstuk 71 opgenomen.The wall elements 10, 10°, 20 and the spacer 30 together form an assembly 40 with a circumferential part (only one side 41 of which is shown) around which a sealing material 80 is provided. The sealing material 80 adheres to the wall elements 10, 10°, 20 and the spacer 30 and forms a sealing frame around the entire circumferential portion (only one side 41 of which is shown) of the assembly 40. The sealing material 80 extends from a first face 21 from the second wall element 20 to a second face 12' of the lower additional wall element 10°. An insert, here a screw-in insert 71, is accommodated in the sealing material 80.

Volgens een andere variant kan een ventiel opgenomen zijn in het dichtingsmateriaal 80. Met behulp van een dergelijk ventiel kan dan een gas zoals argon ingebracht worden tussen de wandelementen 10, 20. Het dichtingsmateriaal 80 is gehecht aan de wandelementen 10, 10°, 20 en aan de afstandhouder 30. Het inzetstuk kan enerzijds vastgehouden worden door hechting aan het dichtingsmateriaal, en anderzijds door aan het inzetstuk een gepaste vorm te geven die zorgt voor een verankering van het inzetstuk in het dichtingsmateriaal 80. De geïllustreerde uitvoeringsvorm met inschroefinzetstuk 71 heeft het voordeel dat accessoires eenvoudig bevestigd kunnen worden aan de meerwandige inrichting. Zo kan bijvoorbeeld een zonnewering bevestigd worden met behulp van een schroef 72 die in het inschroefinzetstuk 71 gedraaid wordt. Figuur 8 toont de meerwandige inrichting in doorsnede, en de vakman begrijpt dat meerdere inschroefinzetstukken 71 voorzien kunnen zijn verspreid over de omtrek van de meerwandige inrichting. Verder kunnen ook andere inzetstukken zoals een sensor, een ventilatie-onderdeel, een verlichtingselement, een beugel, scharnieren, kabels of draden, een vocht absorberend materiaal, een ventiel, enz. opgenomen worden in het dichtingsmateriaal 80. Optioneel kunnen deze inzetstukken ook door het eerste uithardbaar materiaal van de afstandhouder 30 steken. Figuur 9 illustreert een verder ontwikkelde uitvoeringsvorm van een meerwandige inrichting die gelijkaardig is aan deze van figuur 8, met dit verschil dat een bijkomend bovenste wandelement 20° voorzien is boven het tweede wandelement 20. Tussen het bijkomend bovenste wandelement 20’ en het tweede wandelement 20 is een bijkomende afstandhouder 30” voorzien. Het samenstel 40 gevormd door wandelementen 10, 10°, 20, 20° en afstandhouders 30, 30° heeft een omtreksdeel (waarvan slechts één zijde 41 is getoond) dat voorzien is van een dichtingsmateriaal 80 dat zich uitstrekt vanaf een eerste vlak 21’ van het bijkomend bovenste wandelement 20° tot een tweede vlak 12’ van het onderste bijkomend wandelement 10°. Het dichtingsmateriaal 80 is gehecht aan de wandelementen 10, 10°, 20 en aan de afstandhouders 30, 30°. In het dichtingskader gevormd door het dichtingsmateriaal 80 is een regendetector 73 en een beugel 74 opgenomen. De beugel 74 is bijvoorbeeld bedoeld voor het monteren van een opbouwmotor voor het openen/sluiten van de meerwandige inrichting. De bespreking hierboven van wandelementen 10, 10° van figuur 8 geldt ook voor wandelementen 10, 10° in figuur 9.According to another variant, a valve can be incorporated in the sealing material 80. Using such a valve, a gas such as argon can then be introduced between the wall elements 10, 20. The sealing material 80 is bonded to the wall elements 10, 10°, 20 and to the spacer 30. The insert can be retained on the one hand by bonding to the sealing material and on the other hand by giving the insert a suitable shape which ensures anchoring of the insert in the sealing material 80. The illustrated embodiment with screw-in insert 71 has the advantage that accessories can be easily attached to the multi-walled device. For example, a sunblind can be attached by means of a screw 72 which is screwed into the screw-in insert 71. Figure 8 shows the multi-wall device in cross-section, and those skilled in the art understand that a plurality of screw-in inserts 71 may be provided distributed around the perimeter of the multi-wall device. Furthermore, other inserts such as a sensor, a ventilation part, a lighting element, a bracket, hinges, cables or wires, a moisture-absorbing material, a valve, etc. can also be incorporated in the sealing material 80. Optionally, these inserts can also be first curable material from the spacer 30. Figure 9 illustrates a further developed embodiment of a multi-wall device similar to that of Figure 8, except that an additional top wall element 20° is provided above the second wall element 20. Between the additional top wall element 20' and the second wall element 20 an additional 30” spacer is provided. The assembly 40 formed by wall elements 10, 10°, 20, 20° and spacers 30, 30° has a peripheral portion (only one side 41 of which is shown) provided with a sealing material 80 extending from a first face 21' of the additional upper wall element 20° to a second face 12' of the lower additional wall element 10°. The sealing material 80 is adhered to the wall elements 10, 10°, 20 and to the spacers 30, 30°. A rain detector 73 and a bracket 74 are accommodated in the sealing frame formed by the sealing material 80. The bracket 74 is, for example, intended for mounting a surface-mounted motor for opening/closing the multi-walled device. The above discussion of wall elements 10, 10° of Figure 8 also applies to wall elements 10, 10° in Figure 9.

Figuur 10 illustreert nog een andere variant van een meerwandige koepelinrichting. De meerwandige koepelinrichting van figuur 10 omvat een eerste wandelement 20 met een eerste vlak 11 en een tweede vlak 12, een tweede wandelement 20 met een eerste vlak 21 en een tweede vlak 22, en een afstandhouder 30. De afstandhouder 30 bevindt zich tussen het tweede vlak 22 van het tweede wandelement 20 en het eerste vlak 11 van het eerste wandelement 10. Een omtreksdeel (waarvan slechts één zijde 41 is getoond) van het samenstel 40 gevormd door het eerste en tweede wandelement 10, 20 en de afstandhouder 30, is voorzien van een dichtingsmateriaal 80. Het dichtingsmateriaal 80 strekt zich uit vanaf een eerste vlak 21 van het tweede wandelement 20 tot een tweede vlak 12 van het eerste wandelement 10, en verder tussen het tweede vlak 22 van het tweede wandelement 20 en de eerste zijde 11 van het eerste wandelement 10, tot tegen de afstandhouder 30. Het dichtingsmateriaal 80 strekt zich uit langs de volledige omtrek van de koepelinrichting zodanig dat het dichtingsmateriaal 80 een afdichtingskader vormt voor het samenstel 40. In het dichtingsmateriaal 80 kunnen één of meer inzetstukken opgenomen zijn. In de variant van figuur 10 is een scharnier 75 en een stel elektrische draden 76 opgenomen in het dichtingsmateriaal 80. De elektrische draden 76 kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden voor het voeden van verlichtingselementen en/of van andere elektronische componenten zoals sensoren. Met behulp van het scharnier 75 kan de meerwandige koepelinrichting scharnierend bevestigd worden.Figure 10 illustrates yet another variant of a multi-wall dome arrangement. The multi-wall dome device of Figure 10 includes a first wall element 20 having a first face 11 and a second face 12, a second wall element 20 having a first face 21 and a second face 22, and a spacer 30. The spacer 30 is located between the second face 22 of the second wall element 20 and the first face 11 of the first wall element 10. A peripheral portion (only one side 41 of which is shown) of the assembly 40 formed by the first and second wall elements 10, 20 and the spacer 30, is provided of a sealing material 80. The sealing material 80 extends from a first face 21 of the second wall element 20 to a second face 12 of the first wall element 10, and further between the second face 22 of the second wall element 20 and the first side 11 of the first wall element 10, up against the spacer 30. The sealing material 80 extends along the entire periphery of the dome arrangement such that the sealing material 80 forms a seal. sealing frame for the assembly 40. The sealing material 80 may include one or more inserts. In the variant of Figure 10, a hinge 75 and a pair of electrical wires 76 are accommodated in the sealing material 80. The electrical wires 76 can be used, for example, to power lighting elements and/or other electronic components such as sensors. With the aid of the hinge 75, the multi-walled dome device can be mounted in a hinged manner.

De vakman begrijpt dat vele varianten denkbaar zijn binnen het kader van de uitvinding, dat enkel bepaald wordt door de hiernavolgende conclusies.The skilled person understands that many variants are conceivable within the scope of the invention, which is determined solely by the following claims.

Claims

Conclusions

A method for manufacturing a multi-walled module, in particular a multi-walled roof device, comprising: - providing at least two wall elements (10, 20, 20") each with a first face (11, 21, 21°) and second plane (12, 22, 22'); which are intended to be placed parallel to each other at least with a peripheral portion (15, 25, 25'); - applying a first curable material to the circumferential part, to the first face and/or to the second face of the at least two wall elements by means of an extrusion head, such that, after placing at least with their circumferential parts parallel to each other, of the at least two wall elements, a spacer (30, 30°) is formed between each pair of adjacent wall elements thereof, which is bonded to a wall element thereof; - arranging the at least two wall elements parallel to each other with their circumferential parts to form a multi-walled assembly, in a mold (200), and in such a way that a space (R) is formed which is bounded by at least the mold and the one or more spacers; - arranging a second curable material in said space, such that the second curable material extends along the periphery of the multi-walled assembly and is bonded to the at least two wall elements after curing.

The method of claim 1, wherein the first curable material is a thermoplastic elastomer.

A method according to claim 1 or 2, wherein the first curable material is a thermoplastic vulcanizate TPV.

A method according to any one of the preceding claims, wherein the first curable material after curing has a Shore A hardness greater than 35, preferably greater than 40, more preferably greater than 45.

A method according to any one of the preceding claims, wherein the first curable material after curing has a density between 800 and 1200 kg/m 3 , preferably between 900 and 1100 kg/m 3

A method according to any one of the preceding claims, wherein the second curable material is applied less than 30 minutes after application of the first curable material, preferably less than 10 minutes after application of the first curable material.

A method according to any one of the preceding claims, wherein the second curable material after curing has a shore A hardness of between 50 and 100, preferably between 60 and 100, more preferably between 70 and 95.

A method according to any one of the preceding claims, wherein the second curable material upon application has a dynamic viscosity comprised between 100 mPa.s and 1500 mPa.s measured at 25°C.

9. A method according to any one of the preceding claims, wherein the second curable material is applied without pressure.

A method according to any one of the preceding claims, wherein the second curable material is a polyurethane material.

The method of the preceding claim, wherein the mold (200) includes a flexible portion (221) extending in a circumferential direction of the multi-wall assembly; wherein the pressureless application is effected by moving an injection piece (230) along the flexible member.

A method according to any one of the preceding claims, wherein the mold comprises a first elongate mold part (210) and a substantially parallel second elongate mold part (220), and at least one of the first and second mold parts is provided with a flexible lip ( 221) for closing a space between the first mold part and the second mold part.

A method according to any one of the preceding claims, wherein each wall element has a polygonal periphery, and arranging the at least two wall elements at least with their peripheral parts parallel to each other results in a polygonal assembly (50); wherein the mold is provided along a first side (51) or a first pair of adjacent sides (51, 52) of the polygonal assembly (50), after which an injection step is performed to inject second curable material, after which the polygonal assembly is rotated and a second side (52) or a second pair of adjacent sides (53, 54) of the polygonal assembly is placed in the mold, and the injection step is repeated along the second side (52) or the second pair of adjacent sides, after which these steps optionally repeated for each subsequent side or for each subsequent pair of adjacent sides of the polygonal assembly (50).

A method according to any one of the preceding claims, wherein each wall element has a substantially rectangular perimeter such that a rectangular assembly is formed by the at least two wall elements.

A method according to any one of claims 1-14, wherein each wall element has a circular perimeter such that a circular assembly (60) is formed by the at least two wall elements.

A method according to any preceding claim, wherein each wall element (10, 20, 20") is one of the following: a glass sheet, a glass dome, a plastic sheet such as a polycarbonate sheet, a plastic dome such as a polycarbonate dome.

A method according to any one of the preceding claims, wherein a first wall element (10) of the at least two wall elements is a plate and a second wall element (20) is a dome.

A method according to any one of the preceding claims, wherein one or more inserts are included in the mold, preferably one or more of the following inserts: a sensor, such as a rain detector (73), a ventilation part, a lighting element, a bracket (74), a hinge (75), a screw-in insert (71), one or more cables or wires (76), a moisture absorbing material, a valve.

19. A multi-walled module, in particular a multi-walled roof device, comprising: at least two wall elements each having a first face and a second face, which are placed parallel to each other at least with a circumferential part; a spacer of a first cured material between each pair of adjacent wall elements, the spacer being bonded to a wall element thereof; a sealing frame of a second cured material extending along the periphery of the multi-wall module up to the spacer.

The multi-wall module of claim 19, wherein the first cured material is a thermoplastic vulcanizate TPV.

A multi-wall module according to any one of claims 19-20, wherein the first cured material has a Shore A hardness greater than 35, preferably greater than 40, more preferably greater than 45.

A multi-wall module according to any one of claims 19-21, wherein the first cured material after curing has a density between 800 and 1200 kg/m3, preferably between 900 and 1100 kg/m3

A multi-wall module according to any one of claims 19-22, wherein the second cured material has a shore A hardness of between 50 and 100, preferably between 60 and 100, more preferably between 70 and 95.

A multi-wall module according to any one of claims 19-23, wherein the second cured material is a polyurethane material.