BE1027818B1

BE1027818B1 - ROOF OR WINDOW ASSEMBLY WITH INSERT

Info

Publication number: BE1027818B1
Application number: BE20195847A
Authority: BE
Inventors: Jean Marc Gilles Glorieux
Original assignee: Skylux Nv
Priority date: 2019-11-29
Filing date: 2019-11-29
Publication date: 2021-07-01
Also published as: EP3828361A1; BE1027818A1

Abstract

Dak- of raamsamenstel omvattende een frame (100) en één of meer daarin opgenomen plaat- en/of koepelelementen (200), waarbij in het frame ten minste één inzetstuk (300) is opgenomen, en waarbij ten minste één functioneel stuk (400) mechanisch bevestigd is in het inzetstuk. Het inzetstuk heeft een eerste gedeelte (301) dat verzonken aangebracht is in het frame, en een tweede gedeelte (302) dat uitsteekt uit het frame, waarbij het tweede gedeelte een eerste zijwand (310) en een daartegenover gelegen tweede zijwand (320) omvat die via het eerste gedeelte met elkaar zijn verbonden. De eerste en tweede zijwanden vergrendelen in hoofdzaak het functioneel stuk (400) in een eerste en tweede richting (X, Y). Een verend element (500) werkt samen met ten minste één van de eerste en twee zijwand en met het functioneel stuk om het functioneel stuk vast te zetten in het inzetstuk.Roof or window assembly comprising a frame (100) and one or more plate and/or dome elements (200) received therein, wherein the frame accommodates at least one insert (300), and wherein at least one functional piece (400) mechanically secured in the insert. The insert has a first portion (301) recessed into the frame, and a second portion (302) projecting from the frame, the second portion including a first sidewall (310) and an opposing second sidewall (320) which are connected via the first section. The first and second side walls substantially lock the functional piece (400) in a first and second direction (X, Y). A resilient member (500) cooperates with at least one of the first and second sidewalls and with the functional piece to secure the functional piece in the insert.

Description

DAK- OF RAAMSAMENSTEL MET INZETSTUK Vakgebied De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een dak- of raamsamenstel omvattende een frame en één of meer daarin opgenomen plaat- en/of koepelelementen. Meer in het bijzonder betreft de onderhavige uitvinding cen dak- of raamsamenstel met een frame waarin ten minste één inzetstuk is opgenomen. Achtergrond Dakinrichtingen waarin één of meerdere vlakke en/of koepelvormige kunststof- of glaselementen gecombineerd worden, zijn bekend. Zo zijn bijvoorbeeld meerwandige kunststofkoepels bekend waarin een aantal koepelschalen op een afstand van elkaar aangebracht worden. Ook zijn koepelinrichtingen bekend waarin een vlakke transparante kunststofplaat gecombineerd wordt met cen koepelschaal. Voorbeelden hiervan worden beschreven in de volgende octrooipublicaties op naam van Aanvraagster: Belgische octrooiaanvrage nr. 2016/5645, Belgisch octrooi nr. 1020769 en Belgisch octrooi nr. 1019311. De tekst van deze octrooipublicaties is hier opgenomen door verwijzing. Dergelijke dakinrichtingen worden typisch voorzien van een frame of omtrekskader voor montage op een opstand of op een andere geschikte steunstructuur. Europese octrooiaanvraag EP 3 460 160 A1 op naam van Aanvraagster beschrijft een daksamenstel met ten minste twee plaat- en/of koepelelementen, die langs hun omtrek met elkaar zijn verbonden door middel van een frame uit kunststof, bij voorkeur een uitgehard dichtingsmateriaal, zoals een polyurethaanmateriaal. In dit frame kunnen functionele elementen zoals een inzetstuk zijn opgenomen.FIELD OF THE INVENTION The present invention relates to a roof or window assembly comprising a frame and one or more plate and/or dome elements received therein. More particularly, the present invention relates to a roof or window assembly having a frame incorporating at least one insert. Background Roof devices in which one or more flat and/or domed plastic or glass elements are combined are known. For instance, multi-walled plastic domes are known in which a number of dome shells are arranged at a distance from each other. Dome devices are also known in which a flat transparent plastic sheet is combined with a dome shell. Examples thereof are described in the following patent publications in the name of Applicant: Belgian Patent Application No. 2016/5645, Belgian Patent No. 1020769 and Belgian Patent No. 1019311. The text of these patent publications is incorporated herein by reference. Such roofing devices are typically provided with a frame or perimeter frame for mounting on a curb or other suitable support structure. European patent application EP 3 460 160 A1 in the name of the Applicant describes a roof assembly with at least two plate and/or dome elements, which are connected together along their periphery by means of a frame made of plastic, preferably a cured sealing material, such as a polyurethane material . Functional elements such as an insert can be incorporated in this frame.

Samenvatting van de uitvinding Uitvoeringsvormen van de uitvinding hebben als doel een dak- of raamsamenstel van het in de aanhef genoemde type te verschaffen, dat toelaat om op een eenvoudige en robuuste wijze functionele stukken, zoals scharnieren, beugels, sensoren etc, te bevestigen aan het frame.Summary of the invention Embodiments of the invention have as object to provide a roof or window assembly of the type mentioned in the preamble, which makes it possible to fix functional pieces, such as hinges, brackets, sensors, etc., to the roof in a simple and robust manner. frame.

Volgens een eerste aspect van de uitvinding wordt een dak- of raamsamenstel verschaft met een frame en één of meer daarin opgenomen plaat- en/of koepelelementen. In het frame is ten minste één inzetstuk opgenomen, waarbij ten minste één functioneel stuk mechanisch bevestigd is in het inzetstuk. Het inzetstuk heeft een eerste gedeelte dat verzonken aangebracht is in het frame, en een tweede gedeelte dat uitsteekt uit het frame. In het geval van een daksamenstel kan het tweede gedeelte bijvoorbeeld uitsteken aan een onderzijde van het daksamenstel. De uitvinding laat echter ook toe om een inzetstuk te voorzien in een omtrekswand van het frame of aan een buitenzijde van het frame. Het tweede gedeelte omvat een eerste zijwand en een daartegenover gelegen tweede zijwand. De eerste zijwand is bij voorkeur parallel aan de tweede zijwand voorzien. De eerste en tweede zijwanden zijn ingericht om het functioneel stuk in een eerste richting, gericht van de eerste naar de tweede zijwand, en in een tweede richting parallel aan de eerste en/of tweede zijwand, in hoofdzaak te vergrendelen. Verder omvat het dak- of raamsamenstel een verend element dat samenwerkt met ten minste één van de eerste en tweede zijwand en met het functioneel stuk om het functioneel stuk vast te zetten in het inzetstuk.According to a first aspect of the invention there is provided a roof or window assembly having a frame and one or more plate and/or dome elements received therein. At least one insert is accommodated in the frame, wherein at least one functional piece is mechanically secured in the insert. The insert has a first portion recessed into the frame and a second portion projecting from the frame. In the case of a roof assembly, the second part can for instance project from an underside of the roof assembly. However, the invention also makes it possible to provide an insert in a circumferential wall of the frame or on an outside of the frame. The second portion includes a first sidewall and an opposite second sidewall. The first side wall is preferably provided parallel to the second side wall. The first and second sidewalls are arranged to substantially lock the functional piece in a first direction directed from the first to the second sidewall and in a second direction parallel to the first and/or second sidewall. Further, the roof or window assembly includes a resilient member that cooperates with at least one of the first and second sidewalls and with the functional piece to secure the functional piece in the insert.

Door een combinatie van een inzetstuk met tweede aangepaste zijwanden enerzijds, en een verend element anderzijds, kan een functioneel stuk stevig verankerd worden in het inzetstuk. Daarnaast laat het gebruik van een verend element een eenvoudige bevestiging toe van het functioneel stuk in het inzetstuk.By a combination of an insert with second adapted side walls on the one hand, and a resilient element on the other, a functional piece can be firmly anchored in the insert. In addition, the use of a resilient element allows easy attachment of the functional piece in the insert.

Het functioneel stuk is een separaat stuk en kan elke willekeurige functie hebben, bijvoorbeeld de functie van een bevestigingsplaat, een scharnierstuk, etc.The functional piece is a separate piece and can have any function, for example the function of a mounting plate, a hinge piece, etc.

In een voordelige uitvoeringsvorm is de eerste en/of de tweede zijwand voorzien van een aantal uitsparingen of openingen waarin overeenstemmende flenzen van het functioneel stuk opgenomen zijn.In an advantageous embodiment, the first and/or the second side wall is provided with a number of recesses or openings in which corresponding flanges of the functional piece are received.

Volgens een mogelijke uitvoeringsvorm is de eerste en/of de tweede zijwand voorzien is van een vleugel die gericht is naar respectievelijk de overstaande tweede en/of de eerste zijwand, en is het functioneel stuk ingericht is om aan één kant onder de vleugel aangebracht te worden. De vleugel van de eerste of tweede zijwand zorgt dan mede voor een verankering loodrecht op de eerste en tweede richting, samen met het verend element.According to a possible embodiment, the first and/or the second side wall is provided with a wing which is directed towards the opposite second and/or the first side wall, respectively, and the functional piece is arranged to be fitted on one side below the wing . The wing of the first or second side wall then also provides an anchoring perpendicular to the first and second direction, together with the resilient element.

De uitsparingen kunnen ten minste gedeeltelijk voorzien zijn in de vleugel. Het functioneel stuk kan dan voorzien zijn van een eerste en tweede overeenstemmende flens die in hoofdzaak loodrecht op de eerste en tweede richting zijn gericht en door een eerste en tweede uitsparing in de vleugel steken. Op die manier wordt gezorgd voor een vergrendeling in de tweede richting.The recesses may be provided at least partially in the wing. The functional piece may then include first and second mating flanges directed substantially perpendicular to the first and second directions and extending through a first and second recess in the wing. In this way a locking in the second direction is ensured.

In een voordelige uitvoeringsvorm zijn de eerste en tweede zijwand voorzien van respectievelijk cen eerste en tweede vleugel die respectievelijk gericht is naar de overstaande tweede en eerste zijwand, en is het functioneel stuk ingericht om aan een eerste kant onder de eerste vleugel aangebracht te worden en aan een tweede tegenoverliggende kant boven de tweede vleugel aangebracht te worden.In an advantageous embodiment, the first and second sidewalls are provided with a first and second wing, respectively, which are directed towards the opposite second and first sidewalls, respectively, and the functional piece is adapted to be arranged on a first side under the first wing and on a second opposite side above the second wing.

In een andere voordelige uitvoeringsvorm is de eerste zijwand voorzien van een aantal openingen waardoor overeenstemmende flenzen van het functioneel stuk steken.In another advantageous embodiment, the first side wall is provided with a number of openings through which corresponding flanges of the functional piece project.

De openingen zijn bij voorkeur gevormd als langwerpige sleuven, die zich bij voorkeur in hoofdzaak parallel aan een vlak van het frame uitstrekken.The openings are preferably formed as elongate slots, which preferably extend substantially parallel to a plane of the frame.

Het functioneel stuk heeft bij voorkeur een plaatvormig deel dat zich tussen de eerste en tweede zijwand bevindt, en een dergelijk plaatvormig deel kan eenvoudig voorzien worden van flenzen die passen in overeenkomstig gevormde sleuven.The functional piece preferably has a plate-shaped part located between the first and second side walls, and such a plate-shaped part can easily be provided with flanges that fit into correspondingly shaped slots.

De tweede zijwand is dan bij voorkeur voorzien van een uitsparing, bij voorkeur tegenover één of meer openingen van het aantal openingen in de eerste zijwand, waarbij een deel van het functioneel stuk door de uitsparing doorheen de tweede zijwand steekt.The second side wall is then preferably provided with a recess, preferably opposite one or more openings of the plurality of openings in the first side wall, wherein a part of the functional piece extends through the recess through the second side wall.

Verder grijpt het verend element aan in de uitsparing om het functioneel stuk vast te zetten.Furthermore, the resilient element engages in the recess to secure the functional piece.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm heeft het verend element een eerste verend been en een tweede verend been, welke respectievelijk aangrijpen op een eerste en tweede aanslaglocatie van het functioneel stuk en/of van het inzetstuk.According to a preferred embodiment, the resilient element has a first resilient leg and a second resilient leg, which respectively engage a first and second stop location of the functional piece and/or of the insert.

De eerste en tweede aanslaglocaties zijn in de tweede richting op een afstand van elkaar gelegen.The first and second stop locations are spaced apart in the second direction.

Volgens een mogelijke uitvoeringsvorm zijn het eerste en het tweede verend been gekoppeld met de eerste en tweede overeenstemmende flens.According to a possible embodiment, the first and the second resilient leg are coupled to the first and second corresponding flange.

Het verend element kan dan verbonden worden met het functioneel stuk, en dit samenstel kan dan eenvoudig in een verankerd worden in het inzetstuk.The resilient element can then be connected to the functional piece, and this assembly can then simply be anchored in one in the insert.

Hierbij heeft het verend element bij voorkeur een middengedeelte dat het eerste en het tweede verend been met elkaar verbindt, en is het middengedeelte ingericht om gedeeltelijk onder de vleugel aan te grijpen.In this case, the resilient element preferably has a central portion connecting the first and second resilient legs to each other, and the central portion is adapted to partially engage under the wing.

Het functioneel stuk met het verend element kan aangebracht worden door eerst de eerste kant van het functioneel stuk onder de eerste vleugel aan te brengen in een schuine stand van het functioneel stuk en door vervolgens de tweede kant van het functioneel stuk naar onder te bewegen tussen de eerste en tweede zijwand.The functional piece with the resilient element can be fitted by first placing the first side of the functional piece under the first wing in an oblique position of the functional piece and then moving the second side of the functional piece downwards between the first and second side walls.

Het eerste been grijpt aan tussen een eerste rand van de uitsparing en het functioneel stuk.The first leg is engaged between a first edge of the recess and the functional piece.

Het tweede been grijpt aan tussen een tweede rand van de uitsparing en het functioneel stuk.The second leg is engaged between a second edge of the recess and the functional piece.

Op die manier wordt het functioneel stuk dus op twee plaatsen vastgezet door respectievelijk het eerste en tweede been van het verend element.In this way, the functional piece is thus secured in two places by the first and second leg of the resilient element, respectively.

In een voordelige uitvoeringsvorm is het verend element in hoofdzaak U-vormig, waarbij het eerste verend been dus verbonden is met het tweede verend been door een middendeel.In an advantageous embodiment the resilient element is substantially U-shaped, whereby the first resilient leg is thus connected to the second resilient leg by a central part.

Volgens een mogelijke uitvoeringsvorm kan het eerste been en/of het tweede been aan een vrij uiteinde daarvan voorzien zijn van een U-vormig gedeelte.According to a possible embodiment, the first leg and/or the second leg can be provided with a U-shaped portion at a free end thereof.

Het U-vormig gedeelte aan een vrij uiteinde van het eerste been strekt zich uit onder de eerste bovenrand van de uitsparing, uit het inzetstuk, en vervolgens over een bovenrand van de tweede zijwand. Het U- vormig gedeelte aan een vrij uiteinde van het tweede been strekt zich uit over de tweede bovenrand van de uitsparing, uit het inzetstuk, en vervolgens over een bovenrand van de tweede zijwand. Op die manier wordt het functioneel stuk nog steviger verankerd in het inzetstuk.The U-shaped portion at a free end of the first leg extends below the first upper edge of the recess, out of the insert, and then over an upper edge of the second side wall. The U-shaped portion at a free end of the second leg extends over the second upper edge of the recess, out of the insert, and then over an upper edge of the second side wall. In this way, the functional piece is anchored even more firmly in the insert.

Volgens een voordelige uitvoeringsvorm omvat het dak- of raamsamenstel verder een veerhouder waarin het verend element is opgenomen. De veerhouder strekt zich bij voorkeur uit tussen de eerste en de tweede zijwand. Optioneel kan de eerste zijwand voorzien zijn van een bovenrand die zich over de veerhouder uitstrekt. Bij voorkeur is de veerhouder aan een naar het functioneel stuk gerichte zijde voorzien van een aantal uitstekende delen, zoals pinnen of ribben, waarbij het verend element aangebracht is rond en/of tussen deze uitstekende delen. Deze uitstekende delen vergemakkelijken dus de montage van het verend element in de veerhouder. Optioneel kunnen een aantal uitstekende delen zich uitstrekken tot in gaten in het functioneel stuk. Op die manier wordt de veerhouder verder verankerd in het functioneel stuk.According to an advantageous embodiment, the roof or window assembly further comprises a spring holder in which the resilient element is accommodated. The spring holder preferably extends between the first and second sidewalls. Optionally, the first side wall may be provided with a top edge extending over the spring holder. Preferably, the spring holder is provided with a number of projecting parts, such as pins or ribs, on a side facing the functional piece, wherein the resilient element is arranged around and/or between these projecting parts. These protruding parts thus facilitate the mounting of the resilient element in the spring holder. Optionally, a number of projections may extend into holes in the functional piece. In this way, the spring holder is further anchored in the functional piece.

Bij voorkeur is het functioneel stuk aan tegenoverliggende zijden telkens voorzien van een inkeping die samenwerkt met een wanddeel van de tweede zijwand. Op die manier kan een verankering in de tweede richting parallel aan de tweede zijwand worden verkregen.The functional piece is preferably provided on opposite sides with a notch which cooperates with a wall part of the second side wall. In this way an anchorage in the second direction parallel to the second side wall can be obtained.

Volgens een voordelige uitvoeringsvorm is het frame vervaardigd uit een kunststofmateriaal, bij voorkeur een uitgeharde polymeersamenstelling, bijvoorbeeld een uitgehard polyurethaan materiaal. Het eerste gedeelte van het inzetstuk is bij voorkeur voorzien van meerdere openingen waarin zich kunststofmateriaal uitstrekt.According to an advantageous embodiment, the frame is manufactured from a plastic material, preferably a cured polymer composition, for instance a cured polyurethane material. The first part of the insert is preferably provided with a plurality of openings into which plastic material extends.

Volgens een voordelige uitvoeringsvorm is het inzetstuk langwerpig en strekt dit zich uit over ten minste 20% van een lengte van een zijde van het frame, en/of over ten minste 10% van een omtrek van het frame. Hierbij wordt opgemerkt dat het frame een willekeurige vorm kan hebben. Zo kan het frame veelhoekig zijn, bijvoorbeeld rechthoekig, of rond zijn.According to an advantageous embodiment, the insert is elongate and extends over at least 20% of a length of one side of the frame, and/or over at least 10% of a circumference of the frame. It is noted here that the frame can have an arbitrary shape. For example, the frame can be polygonal, for example rectangular, or round.

Het inzetstuk is bij voorkeur vervaardigd uit metaal of uit een vezel-versterkt materiaal. Het inzetstuk kan bijvoorbeeld een gestanst en gerold profiel zijn.The insert is preferably made of metal or of a fibre-reinforced material. For example, the insert may be a punched and rolled profile.

Volgens een voordelige uitvoeringsvorm omvatten de één of meer plaat- en/of koepelelementen ten minste twee plaat- en/of koepelelementen die evenwijdig aan elkaar zijn aangebracht in het frame.According to an advantageous embodiment, the one or more plate and/or dome elements comprise at least two plate and/or dome elements which are arranged parallel to each other in the frame.

Verdere voordelige uitvoeringsvormen worden beschreven in de conclusies in bijlage.Further advantageous embodiments are described in the appended claims.

De uitvinding betreft verder een inzetstuk met één of meer van de hierboven beschreven kenmerken, in het bijzonder voor gebruik in een uitvoeringsvorm van een dak- of raamsamenstel zoals hierboven beschreven. 5 Daarnaast betreft de uitvinding een samenstel van een inzetstuk, een functioneel stuk en een verend element met één of meer van de hierboven beschreven kenmerken, in het bijzonder voor gebruik in cen dak- of raamsamenstel volgens één van de hierboven beschreven uitvoeringsvormen.The invention further relates to an insert having one or more of the features described above, in particular for use in an embodiment of a roof or window assembly as described above. In addition, the invention relates to an assembly of an insert, a functional piece and a resilient element with one or more of the above-described features, in particular for use in a roof or window assembly according to one of the embodiments described above.

Korte figuurbeschrijving Bovenstaande en andere voordelige eigenschappen en doelen van de uitvinding zullen duidelijker worden en de uitvinding zal beter begrepen worden aan de hand van de volgende gedetailleerde beschrijving wanneer deze wordt gelezen in combinatie met de tekeningen in bijlage, waarin Figuur 1 een schematisch perspectivisch aanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een daksamenstel toont; Figuur 2A een opengewerkt schematisch perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm van een samenstel van een inzetstuk, een functioneel stuk en een verend element, toont, kijkend naar de bovenzijde van het inzetstuk; Figuur 2B een schematisch perspectivisch aanzicht van de uitvoeringsvorm van figuur 2A toont, in de geassembleerde toestand; Figuur 3A een schematisch perspectivisch aanzicht toont van de uitvoeringsvorm van figuur 2A kijkend naar de onderzijde van het inzetstuk; Figuur 3B een schematisch perspectivisch aanzicht toont van de uitvoeringsvorm van figuur 3A, in de geassembleerde toestand; Figuur 4A een opengewerkt schematisch perspectivisch aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een samenstel van een inzetstuk, een functioneel stuk en een verend element, toont, kijkend naar de bovenzijde van het inzetstuk; Figuur 4B een schematisch perspectivisch aanzicht van de tweede uitvoeringsvorm van figuur 4A toont, in de geassembleerde toestand; Figuur 5A een schematisch perspectivisch aanzicht toont van de uitvoeringsvorm van figuur 4A kijkend naar de onderzijde van het inzetstuk; Figuur 5B een schematisch perspectivisch aanzicht toont van de uitvoeringsvorm van figuur 5A, in de geassembleerde toestand; Figuur 6 een doorsnede toont van een uitvoeringsvorm van een daksamenstel dat aangebracht is op een opstand en dat voorzien is van een scharnier en een beugel,BRIEF DESCRIPTION OF THE DRAWINGS The above and other advantageous features and objects of the invention will become more apparent and the invention will be better understood from the following detailed description when read in conjunction with the accompanying drawings, in which Figure 1 is a schematic perspective view of shows a first embodiment of a roof assembly; Figure 2A shows an exploded schematic perspective view of an embodiment of an assembly of an insert, a functional piece and a resilient element, looking at the top of the insert; Figure 2B shows a schematic perspective view of the embodiment of Figure 2A, in the assembled state; Figure 3A shows a schematic perspective view of the embodiment of Figure 2A looking at the underside of the insert; Figure 3B shows a schematic perspective view of the embodiment of Figure 3A, in the assembled state; Figure 4A shows an exploded schematic perspective view of a second embodiment of an assembly of an insert, a functional piece and a resilient element, looking at the top of the insert; Figure 4B shows a schematic perspective view of the second embodiment of Figure 4A, in the assembled state; Figure 5A shows a schematic perspective view of the embodiment of Figure 4A looking at the underside of the insert; Figure 5B shows a schematic perspective view of the embodiment of Figure 5A, in the assembled state; Figure 6 shows a cross-section of an embodiment of a roof assembly arranged on a curb and provided with a hinge and a bracket,

Figuur 7 een doorsnede toont van een andere uitvoeringsvorm van een daksamenstel dat aangebracht is op cen opstand en dat voorzien is van een scharnier, en Figuur 8 een doorsnede toont van nog een andere uitvoeringsvorm van een daksamenstel dat aangebracht is op een opstand.Figure 7 shows a cross-section of another embodiment of a roof assembly mounted on a curb and provided with a hinge, and Figure 8 shows a cross-section of yet another embodiment of a roof assembly mounted on a curb.

Gedetailleerde uitvoeringsvormen Figuur 1 illustreert een daksamenstel met een frame 100 en één of meer daarin opgenomen plaat- en/of koepelelementen 200. Hoewel de uitvoering van figuur 1 hier beschreven wordt als een daksamenstel, begrijpt de vakman dat dit samenstel ook gebruikt kan worden als een raamsamenstel in een verticale of schuine wand. Wanneer de uitvoering van figuur 1 gebruikt wordt als daksamenstel kijkt men in figuur 1 naar de onderzijde van het daksamenstel. Het daksamenstel omvat één of meer plaat- en/of koepelelementen, zoals één of meer glasplaten, één of meer glaskoepels, één of meer kunststofplaten zoals polycarbonaatplaten, één of meer kunststofkoepels zoals polycarbonaatkoepels. In een daksamenstel worden bij voorkeur meerdere plaat- en/of koepelelementen gecombineerd. Om een eenvoudige montage van de één of meer plaat- en/of koepelelementen toe te laten, worden deze opgenomen in een gemeenschappelijk frame 100 dat zich uitstrekt langs een omtrek van de één of meer plaat- en/of koepelelementen. Het aanbrengen van het frame 100 rond de één of meer plaat- en/of koepelelementen kan bijvoorbeeld gebeuren zoals beschreven in de Europese octrooiaanvraag EP 3 460 160 op naam van Aanvraagster, of zoals beschreven in de Belgische octrooiaanvraag BE 2018/5805 op naam van Aanvraagster, welke octrooiaanvragen hier door verwijzing zijn opgenomen. In het frame 100 is ten minste één inzetstuk 300 opgenomen, bij voorkeur een langwerpig inzetstuk 300 dat zich uitstrekt lans een deel van de omtrek van het frame 100, bijvoorbeeld langs één of meer zijden van het frame 100 wanneer dit een veelhoekig frame is. In figuur 1 zijn twee inzetstukken 300 getoond, aan weerszijden van een frame. Deze inzetstukken 300 zijn gedeeltelijk geïntegreerd in het frame 100 (niet weergegeven in figuur 1; in figuur 1 is de onderzijde 301 van het inzetstuk te zien, terwijl deze onderzijde 301 opgenomen is in het materiaal van het frame 100 en dus normaal niet zichtbaar is). In figuur 1 zijn de twee inzetstukken 300 verschillend, maar deze kunnen ook identiek zijn. Het frame 100 kan ook rond zijn (niet getoond), en in dit geval kunnen ook meerdere kortere inzetstukken 300 zijn opgenomen in het frame 100.Detailed Embodiments Figure 1 illustrates a roof assembly having a frame 100 and one or more plate and/or dome elements 200 received therein. While the embodiment of Figure 1 is described herein as a roof assembly, those skilled in the art understand that this assembly may also be used as a window assembly in a vertical or sloping wall. When the embodiment of figure 1 is used as a roof assembly, one looks in figure 1 at the underside of the roof assembly. The roof assembly comprises one or more sheet and/or dome elements, such as one or more glass sheets, one or more glass domes, one or more plastic sheets such as polycarbonate sheets, one or more plastic domes such as polycarbonate domes. Preferably, several plate and/or dome elements are combined in a roof assembly. To allow easy mounting of the one or more plate and/or dome elements, they are received in a common frame 100 which extends along a perimeter of the one or more plate and/or dome elements. The mounting of the frame 100 around the one or more plate and/or dome elements can be done, for example, as described in the European patent application EP 3 460 160 in the name of the Applicant, or as described in the Belgian patent application BE 2018/5805 in the name of the Applicant , which patent applications are incorporated herein by reference. At least one insert 300 is housed in the frame 100, preferably an elongate insert 300 that extends along part of the periphery of the frame 100, for example along one or more sides of the frame 100 when it is a polygonal frame. In Figure 1, two inserts 300 are shown on either side of a frame. These inserts 300 are partially integrated in the frame 100 (not shown in figure 1; in figure 1 the underside 301 of the insert can be seen, while this underside 301 is incorporated in the material of the frame 100 and is therefore not normally visible) . In Figure 1, the two inserts 300 are different, but they may also be identical. The frame 100 may also be round (not shown), and in this case a plurality of shorter inserts 300 may also be included in the frame 100.

Het inzetstuk 300 is bedoeld om een polyvalent inzetstuk te zijn dat geschikt is voor het bevestigen van meerdere types functionele stukken 4004, 400b, 400c zoals een scharnier, een beugel, een ventilatie-onderdeel, een sensor zoals een regendetector, een verlichtingselement, een draagstructuur, bijvoorbeeld voor één of meer kabels of draden, etc. Figuur 1 toont vier functionele stukken 4004, 400b, 400c: twee functionele stukken 400a die zijn bevestigd in een eerste inzetstuk 300 en twee functionele stukken 400b, 400c die zijn bevestigd in een tegenoverliggend tweede inzetstuk 300. Zoals schematisch getoond is, kan een separaat functioneel stuk 4004, 400b, 400c naar binnen of naar buiten uitsteken: stuk 400b steekt naar binnen uit en kan bijvoorbeeld bedoeld zijn voor het bevestigen van een sensor, een verlichtingselement, een scherm, en meer algemeen elk element dat nodig kan zijn aan de binnenzijde van het daksamenstel. Stukken 4004 en 400c steken naar buiten uit, en zijn bedoeld om een functie te vervullen aan de buitenzijde van het daksamenstel. In figuur 1 zijn de stukken 40024, 400b, 400c schematisch getoond als in hoofdzaak plaatvormige stukken maar deze stukken 4004, 400b, 400c zullen typisch een vorm hebben die aangepast is aan de gewenste functie van het stuk. De naar buiten uitstekende stukken 4004 kunnen bijvoorbeeld gevormd zijn om scharnieren te vormen, zie ook figuren 6-8 die hierna zullen worden besproken.The insert 300 is intended to be a polyvalent insert suitable for fixing multiple types of functional pieces 4004, 400b, 400c such as a hinge, a bracket, a ventilation part, a sensor such as a rain detector, a lighting element, a support structure e.g. for one or more cables or wires, etc. Figure 1 shows four functional pieces 4004, 400b, 400c: two functional pieces 400a mounted in a first insert 300 and two functional pieces 400b, 400c mounted in an opposing second insert 300. As shown schematically, a separate functional piece 4004, 400b, 400c may protrude inwardly or outwardly: piece 400b protrudes inwardly and may, for example, be intended for mounting a sensor, a lighting element, a screen, and more generally any element that may be needed on the inside of the roof assembly. Pieces 4004 and 400c project outwardly, and are intended to perform a function on the outside of the roof assembly. In Figure 1, the pieces 40024, 400b, 400c are schematically shown as substantially plate-shaped pieces but these pieces 4004, 400b, 400c will typically have a shape adapted to the desired function of the piece. For example, the outwardly projecting pieces 4004 may be shaped to form hinges, see also Figures 6-8 which will be discussed below.

Het inzetstuk 300 heeft een eerste gedeelte 301 dat verzonken in het frame 100 is aangebracht, en een tweede gedeelte 302 dat uitsteekt uit het frame 100. In de getoonde uitvoeringsvorm is het inzetstuk 300 zodanig aangebracht dat het tweede gedeelte 302 uitsteekt aan een onderzijde van het frame 100. De onderzijde is gerefereerd aan een gebruik als daksamenstel. Wanneer het getoonde samenstel gebruikt wordt als raamsamenstel zal dit dus een verticale of schuine binnenzijde zijn. De uitvinding is echter niet beperkt tot het gebruik van een inzetstuk 300 aan de onderzijde van het frame 100. Meer algemeen kan het inzetstuk 300 op een willekeurig plaats bevestigd zijn in het frame 100, en in het bijzonder daar waar functionele stukken 400a, 400b, 400c nodig zijn.The insert 300 has a first portion 301 recessed into the frame 100, and a second portion 302 projecting from the frame 100. In the illustrated embodiment, the insert 300 is mounted such that the second portion 302 projects from an underside of the insert. frame 100. The underside is referred to as a roof assembly use. When the assembly shown is used as a window assembly, this will therefore be a vertical or oblique inner side. However, the invention is not limited to the use of an insert 300 on the underside of the frame 100. More generally, the insert 300 may be mounted anywhere in the frame 100, particularly where functional pieces 400a, 400b, 400c are needed.

Rondom de één of meer inzetstukken 300 is bij voorkeur een afdichting 190 aangebracht. Dit kan bijvoorbeeld één integrale afdichting 190 zijn waarin uitsparingen zijn voorzien ter hoogte van de inzetstukken 300. Volgens een alternatief kan een eerste afdichtingskader zijn voorzien langs de buitenomtrek van de onderzijde van het frame 100, rondom de inzetstukken 300, en een tweede afdichtingskader langs een binnenomtrek van de onderzijde van het frame 100, zodanig dat de één of meer inzetstukken 300 tussen het eerste en tweede afdichtingskader liggen. Verder begrijpt de vakman dat de afdichting optioneel verder afgewerkt kan worden ter hoogte van de functionele stukken 4004, 400b, 400c.A seal 190 is preferably disposed around the one or more inserts 300. This may, for example, be one integral seal 190 in which recesses are provided at the inserts 300. Alternatively, a first sealing frame may be provided along the outer periphery of the underside of the frame 100, around the inserts 300, and a second sealing frame along a inner circumference of the underside of the frame 100 such that the one or more inserts 300 lie between the first and second sealing frames. Furthermore, the skilled person understands that the seal can optionally be further finished at the level of the functional pieces 4004, 400b, 400c.

Een eerste uitvoeringsvorm van het inzetstuk 300 is in meer detail getoond in figuren 2A, 2B, 3A, 3B. Een tweede uitvoeringsvorm van het inzetstuk 300 is in meer detail getoond in figuren 4A, 4B, SA, 5B. Gelijkaardige onderdelen zijn aangeduid met dezelfde verwijzingscijfers.A first embodiment of the insert 300 is shown in more detail in Figures 2A, 2B, 3A, 3B. A second embodiment of the insert 300 is shown in more detail in Figures 4A, 4B, SA, 5B. Similar parts are designated with the same reference numerals.

Het tweede gedeelte 302 van het inzetstuk 300 dat uitsteekt uit het frame 100 omvat een eerste zijwand 310 en een daartegenover gelegen tweede zijwand 320. De eerste en tweede zijwanden 310, 320 zijn ingericht om het functioneel stuk 400 in een eerste richting X gaande van de eerste zijwand 310 naar de tweede zijwand 320, en in een tweede richting Y parallel aan de eerste en/of tweede zijwand 310, 320, in hoofdzaak te vergrendelen.The second portion 302 of the insert 300 protruding from the frame 100 includes a first side wall 310 and an opposite second side wall 320. The first and second side walls 310, 320 are arranged to move the functional piece 400 in a first direction X from the first sidewall 310 to the second sidewall 320, and substantially lock in a second direction Y parallel to the first and/or second sidewalls 310, 320.

Of, met andere woorden, de zijwanden 310, 320 en het functioneel stuk 440 zijn zodanig ingericht dat het functioneel stuk 400 nagenoeg onbeweeglijk is in de X- en Y-richting nadat dit aangebracht is in het inzetstuk 300. Merk op dat het mogelijk is om nog enige speling (bijvoorbeeld een speling kleiner dan 5 mm, bij voorkeur kleiner dan 3 mm) te voorzien, maar het inzetstuk 300 zal wel een aanslag vormen die een beweging van het functioneel stuk 400 in de X- en in de Y-richting tegengaat, na plaatsing van een verend element 500, zie verder.Or, in other words, the sidewalls 310, 320 and the functional piece 440 are arranged such that the functional piece 400 is substantially immobile in the X and Y directions after it is installed in the insert 300. Note that it is possible to provide some more play (e.g. a play less than 5 mm, preferably less than 3 mm), but the insert 300 will form a stop which prevents movement of the functional piece 400 in the X and in the Y directions after fitting a resilient element 500, see below.

Het verend element 500 werkt samen met de eerste en/of tweede zijwand 310, 320 en met het functioneel stuk 400 om het functioneel stuk 400 vast te zetten in het inzetstuk 300, en meer bepaald om een vergrendeling in de Z-richting teweeg te brengen.The resilient member 500 cooperates with the first and/or second sidewalls 310, 320 and with the functional piece 400 to secure the functional piece 400 in the insert 300, and in particular to effect a locking in the Z direction. .

Het verend element 500 heeft een eerste verend been 501 en een tweede verend been 502 die verbonden zijn door een middengedeelte 503. Het eerste en tweede verend been 501, 502 grijpen aan op een eerste en twee aanslaglocatie A1, A2 van het functioneel stuk en/of van het inzetstuk, welke eerste en tweede aanslaglocaties Al, A2 in de Y richting op een afstand van elkaar zijn gelegen.The resilient member 500 has a first resilient leg 501 and a second resilient leg 502 connected by a center portion 503. The first and second resilient legs 501, 502 engage a first and second abutment location A1, A2 of the functional piece and/ or of the insert, the first and second abutment locations A1, A2 being spaced from each other in the Y direction.

In de uitvoeringsvorm van figuren 2A, 2B, 3A, 3B is de eerste en de tweede zijwand 310, 320 voorzien is van een aantal uitsparingen 311’ waarin overeenstemmende flenzen 411’ van het functioneel stuk 400 zijn opgenomen.In the embodiment of Figures 2A, 2B, 3A, 3B, the first and second side walls 310, 320 are provided with a plurality of recesses 311' in which corresponding flanges 411' of the functional piece 400 are received.

Meer in het bijzonder is de eerste en de tweede zijwand 310,More specifically, the first and second sidewalls 310,

320 respectievelijk voorzien van een eerste en een tweede vleugel 313, 323 die gericht is naar binnen gericht is, respectievelijk de overstaande tweede en de eerste zijwand 310, 320. Deze vleugels 313, 323 strekken zich aldus uit over het verzonken eerste gedeelte 310. Het functioneel stuk 400 is ingericht om aan een eerste kant 413 onder de vleugel 313 aangebracht te worden, en aan een andere kant 414 boven de tweede vleugel 323 aangebracht te worden.320 respectively provided with a first and a second wing 313, 323 facing inwardly, the opposite second and the first side walls 310, 320, respectively. These wings 313, 323 thus extend over the recessed first portion 310. functional piece 400 is arranged to be fitted on a first side 413 below the wing 313, and to be fitted on another side 414 above the second wing 323.

Aan deze andere kant 414 kan dan een bepaalde functie (niet getoond) zijn voorzien, zoals bijvoorbeeld een scharnierdeel of een drager waarop een sensor bevestigbaar is.A specific function (not shown) can then be provided on this other side 414, such as for instance a hinge part or a carrier on which a sensor can be mounted.

Merk op dat de “andere kant 414” naar wens kan uitsteken aan een buitenzijde en/of binnenzijde van het daksamenstel zoals hierboven werd beschreven voor figuur 1. De uitsparingen 311’ zijn voorzien zijn in de eerste en tweede vleugel 313, 323, op een steekafstand van elkaar gezien in de Y-richting.Note that the "other side 414" may extend as desired from an outside and/or inside of the roof assembly as described above for Figure 1. The recesses 311' are provided in the first and second wings 313, 323, at a pitch from each other in the Y direction.

Deze steekafstand is zodanig dat een eerste en tweede overeenstemmende flens 411’ van een functioneel stuk 400 door een eerste en tweede uitsparing 311’ in de tweede vleugel 323 steken.This pitch is such that a first and second mating flange 411' of a functional piece 400 extend through a first and second recess 311' in the second wing 323 .

De eerste en tweede overeenstemmende flens 411’ stekken zich in hoofdzaak in de Z-richting uit, en zijn afgemeten op een vergrendeling in de X-en Y richting te weeg te brengen. Het functioneel stuk 400 kan aangebracht worden door eerst de eerste kant 413 onder de eerste vleugel 313 aan te brengen in een schuine stand van het functioneel stuk en door vervolgens de tweede kant 414 naar onder te bewegen tussen de eerste en tweede zijwand 310, 320.The first and second mating flange 411' protrude substantially in the Z direction, and are sized to effect locking in the X and Y directions. The functional piece 400 can be installed by first locating the first side 413 below the first wing 313 in an oblique position of the functional piece and then moving the second side 414 down between the first and second sidewalls 310, 320.

Het verend element 500 is in hoofdzaak U-vormig. Het eerste en het tweede verend been 501, 502 van het verend element 500 zijn gekoppeld met de eerste en tweede overeenstemmende flens 411’. Daartoe kan het eerste en tweede been 501, 502 voorzien zijn van een eerste en tweede einddeel 531, 532 die door een eerste en tweede gat 431, 432 in de eerste en tweede overeenstemmende flens 411’ steken. Het verend element 500 heeft een middengedeelte 503 dat het eerste en het tweede verend been 501, 502 met elkaar verbindt, en het middengedeelte 503 is ingericht is om gedeeltelijk onder de vleugel 313 aan te grijpen. Daartoe vertoont het middengedeelte 503 een aangepaste kromming.The resilient element 500 is substantially U-shaped. The first and second resilient legs 501, 502 of the resilient member 500 are coupled to the first and second mating flange 411'. To this end, the first and second leg 501, 502 may be provided with a first and second end portion 531, 532 projecting through a first and second hole 431, 432 in the first and second corresponding flange 411'. The resilient member 500 has a center portion 503 connecting the first and second resilient legs 501, 502, and the center portion 503 is adapted to partially engage under the wing 313 . To this end, the central portion 503 has an adapted curvature.

Optioneel kunnen in de flenzen 411’ bijkopende gaten 443, 444 zijn voorzien voor het aanbrengen van één of meer assen. Deze één of meer assen kunnen optioneel verder door gaten in bijkomende lipjes 441, 442 steken. Door de mogelijkheid te bieden om één of meer assen te bevestigen in het functioneel stuk 400 kunnen bijkomende functionaliteiten worden gerealiseerd.Optionally, additional holes 443, 444 can be provided in the flanges 411' for mounting one or more shafts. These one or more shafts may optionally extend through holes in additional tabs 441, 442. By providing the option of mounting one or more shafts in the functional piece 400, additional functionalities can be realized.

In de uitvoeringsvorm van figuren 4A, 4B, 5A, 5B is, om de vergrendeling in de X/Y-richting te verwezenlijken, de eerste wand 310 voorzien van een aantal openingen 311 waardoor overeenstemmende flenzen 411 van het functioneel stuk steken. De openingen 311 zijn bij voorkeur gevormd als langwerpige sleuven die zich bij voorkeur in hoofdzaak evenwijdig aan een vlak van het frame 100 uitstrekken, i.e. in de Y-richting. Deze sleufvormige openingen 311 zijn met name geschikt om samen te werken met een plaatvormig functioneel stuk 400 dat op eenvoudige wijze kan zijn voorzien van flenzen 411 die aangepast zijn om in de sleuven 311 te passen. In de tweede zijwand 320 is een uitsparing 330 voorzien die gelegen is tegenover één of meer openingen 311 in de eerste zijwand 310. Het functioneel stuk 400, bij voorkeur een stuk met een plaatvormig deel, kan zich dan uitstrekken doorheen uitsparing 330 naar de eerste zijwand 310, waarbij de flenzen 411 aangebracht worden in de overeenstemmend openingen 311. Om de vergrendeling in de Y-richting te verwezenlijken, is het functioneel stuk voorzien van inkepingen 421, 422 waarin wanddelen 353 van de tweede zijwand 320 zijn aangebracht. Meer in het bijzonder kan de tweede zijwand 320 zijn voorzien van een aantal op een steekafstand van elkaar aangebrachte opstaande vergrendelflenzen 350 met een middendeel 351 dat, gezien in een longitudinale richting van het inzetstuk 300, smaller is dan twee aangrenzende buitendelen 352,In the embodiment of Figures 4A, 4B, 5A, 5B, in order to achieve the locking in the X/Y direction, the first wall 310 is provided with a plurality of openings 311 through which corresponding flanges 411 of the functional piece project. The openings 311 are preferably formed as elongated slots that preferably extend substantially parallel to a plane of the frame 100, i.e. in the Y direction. These slot-shaped openings 311 are particularly suitable for cooperating with a plate-shaped functional piece 400, which can easily be provided with flanges 411 adapted to fit into the slots 311 . A recess 330 is provided in the second side wall 320 which is located opposite one or more openings 311 in the first side wall 310. The functional piece 400, preferably a piece with a plate-shaped portion, may then extend through recess 330 to the first side wall. 310, wherein the flanges 411 are fitted in the corresponding openings 311. To realize the locking in the Y direction, the functional piece is provided with notches 421, 422 in which wall parts 353 of the second side wall 320 are arranged. More particularly, the second sidewall 320 may include a plurality of spaced upstanding locking flanges 350 having a center portion 351 which, viewed in a longitudinal direction of the insert 300, is narrower than two adjacent outer portions 352,

353. Het onderste buitendeel 353 is ingericht om samen te werken met de inkeping 421, 422 in het functioneel stuk 400. Het verend element 500 strekt zich uit tussen het onderste en bovenste buitendeel 352, 353. Het verend element 500 heeft een eerste verend been 501 en een tweede verend been 502 welke onderling verbonden zijn door een middengedeelte 503, zie figuur 4A. Het eerste been 501 grijpt aan tussen een eerste bovenste buitendeel 352 en het functioneel stuk 400, en het tweede been 502 grijpt aan tussen een tweede bovenste buitendeel 352 en het functioneel stuk 400. Op die manier kan het verend element 500 het functioneel stuk 400 in hoofdzaak in de Z-richting vergrendelen in het inzetstuk 300. Dit verend element 500 kan eenvoudig aangebracht worden in het inzetstuk 300 na het aanbrengen van het functioneel stuk 400. In een voordelige uitvoeringsvorm is het verend element 500 in hoofdzaak U-vormig. Verder kan het eerste been 501 en/of het tweede been 502 aan een uiteinde voorzien zijn van een U-vormig of anders gekromd deel 511, 512. De U-vormige of anders gekromde delen 511, 512 zijn bedoeld om zich uit te strekken tot voorbij een buitenzijde van de tweede zijwand 320 en om aan te grijpen tegen een buitenzijde van de vergrendelflenzen353. The lower outer part 353 is adapted to cooperate with the notch 421, 422 in the functional piece 400. The resilient element 500 extends between the lower and upper outer parts 352, 353. The resilient element 500 has a first resilient leg 501 and a second resilient leg 502 interconnected by a center portion 503, see Figure 4A. The first leg 501 engages between a first upper outer portion 352 and the functional piece 400, and the second leg 502 engages between a second upper outer portion 352 and the functional piece 400. In this way, the resilient member 500 can engage the functional piece 400. substantially in the Z-direction in the insert 300. This resilient element 500 can be easily fitted in the insert 300 after fitting the functional piece 400. In an advantageous embodiment, the resilient element 500 is substantially U-shaped. Furthermore, the first leg 501 and/or the second leg 502 may be provided at one end with a U-shaped or otherwise curved portion 511, 512. The U-shaped or otherwise curved portions 511, 512 are intended to extend until beyond an outer side of the second sidewall 320 and to engage an outer side of the locking flanges

350. Op die manier kan het verend element 500 dus stevig verankerd worden tussen twee vergrendelflenzen 350, om het daaronder gelegen functioneel stuk 400 vast te zetten. Het verend element 500 is bij voorkeur opgenomen in een veerhouder 600, waarbij de veerhouder zich uitstrekt tussen de eerste zijwand 310 en de tweede zijwand 320. De eerste zijwand 310 is bij voorkeur voorzien van een bovenrand 315, Zie figuur 4A, die zich optioneel over de veerhouder 600 uitstrekt (niet getoond). De veerhouder 600 zorgt ervoor dat het verend element 500 in de juiste positie blijft, en vergemakkelijkt verder het aanbrengen van het verend element 500. Figuur 4B toont de veerhouder 600 in de gemonteerde toestand. Figuur 5A toont de veerhouder 600 in de gedemonteerde toestand, waarin de achterzijde 610 van de veerhouder 600 zichtbaar is. De veerhouder 600 is aan een naar het functioneel stuk 400 gerichte onderzijde 610 voorzien van een aantal uitstekende delen 611, 612, en het verend element 500 is aangebracht rond en/of tussen deze uitstekende delen. De uitstekende delen kunnen bijvoorbeeld een aantal pinnen 612 en/of een aantal ribben 611 omvatten. De uitstekende delen 611, 612 zorgen ervoor dat het verend element 500 vastgezet kan worden in de veerhouder 600. Daarnaast kunnen de uitstekende delen verder zorgen voor een verankering van de veerhouder 600 in het functioneel stuk 400. In het geïllustreerde voorbeeld strekken de pinnen 612 zich uit in overeenstemmende gaten 412 in het functioneel stuk 400, zie figuur 5A. Op die manier kan de veerhouder 600 dus verankerd worden in het functioneel stuk 400 met tussenvoeging van het verend element 500. De U-vormige delen 511, 512 steken uit van onder de veerhouder 600, en zijn bedoeld om door de vergrendelflenzen 350 te lopen, zoals hierboven werd uiteengezet.350. In this way, the resilient element 500 can thus be firmly anchored between two locking flanges 350, to secure the functional piece 400 located thereunder. The resilient member 500 is preferably received in a spring retainer 600, the spring retainer extending between the first sidewall 310 and the second sidewall 320. The first sidewall 310 is preferably provided with a top edge 315, see Figure 4A, which optionally extends over the spring holder 600 extends (not shown). The spring retainer 600 ensures that the resilient element 500 remains in the correct position, and further facilitates the mounting of the resilient element 500. Figure 4B shows the spring retainer 600 in the assembled state. Figure 5A shows the spring holder 600 in the disassembled state, in which the rear side 610 of the spring holder 600 is visible. The spring holder 600 is provided with a number of projecting parts 611, 612 on a bottom side 610 which is directed towards the functional piece 400, and the resilient element 500 is arranged around and/or between these projecting parts. For example, the projections may include a plurality of pins 612 and/or a plurality of ribs 611. The projections 611, 612 allow the resilient element 500 to be secured in the spring holder 600. In addition, the projections can further anchor the spring holder 600 in the functional piece 400. In the illustrated example, the pins 612 extend out into corresponding holes 412 in the functional piece 400, see Figure 5A. In this way, the spring holder 600 can thus be anchored in the functional piece 400 with the insertion of the resilient element 500. The U-shaped parts 511, 512 project from below the spring holder 600, and are intended to pass through the locking flanges 350, as explained above.

Het frame 100 is bij voorkeur vervaardigd uit een kunststof materiaal, bij voorkeur een uitgeharde polymeersamenstelling en bijvoorbeeld een uitgehard polyurethaan (PUR) materiaal. Om een goede verankering van het inzetstuk 300 in het frame 100 te verkrijgen, kan het inzetstuk 300 voorzien zijn van een groot aantal openingen 360 waarin zich kunststofmateriaal uitstrekt, zie bijvoorbeeld figuur 3A en figuur 5A. Het inzetstuk 300 is bij voorkeur gevormd als een U-profiel met een bodemdeel 305 dat niet volledig vlak is. In de geïllustreerde varianten heeft het bodemdeel 305 een centraal deel 3054 met een eerste reeks openingen 360 en twee verdiepte delen 305b met openingen 360 aan weerszijden van het centraal deel 305a.The frame 100 is preferably made of a plastic material, preferably a cured polymer composition and, for example, a cured polyurethane (PUR) material. In order to obtain a good anchoring of the insert 300 in the frame 100, the insert 300 can be provided with a large number of openings 360 into which plastic material extends, see for instance figure 3A and figure 5A. The insert 300 is preferably formed as a U-profile with a bottom portion 305 that is not completely flat. In the illustrated variants, the bottom portion 305 has a central portion 3054 with a first series of apertures 360 and two recessed portions 305b with apertures 360 on either side of the central portion 305a.

Het inzetstuk 300 is bij voorkeur langwerpig en strekt zich bij voorkeur uit over ten minste 20% van een lengte van een zijde van het frame 100, wanneer dit frame veelhoekig is, en/of over ten minste 10% van een omtrek van het frame 100. Zoals geïllustreerd is in figuur 1 kunnen meerdere functionele stukken 400a, 400b, 400c verankerd zijn in hetzelfde inzetstuk 300. Zo kunnen bijvoorbeeld twee scharnierstukken 4004 opgenomen zijn in een eerste inzetstuk 300 aan een eerste zijde van het daksamenstel, en kan een derde en vierde inzetstuk 400b, 400c bijvoorbeeld in de vorm van een beugel verankerd zijn in een tweede inzetstuk 300 dat voorzien is aan een tweede zijde van het daksamenstel. Verder wordt opgemerkt dat het inzetstuk 300 niet voorzien moet zijn op een onderzijde van het daksamenstel, maar ook voorzien kan zijn voorzien aan een bovenzijde of aan een omtrekswand van het frame 100. Meer algemeen kan het inzetstuk 300 voorzien zijn op elke geschikte locatie in het frame 100. Verder kunnen ook verschillende types inzetstukken 300 voorzien zijn in het frame 100.The insert 300 is preferably elongate and preferably extends over at least 20% of a length of one side of the frame 100, when this frame is polygonal, and/or over at least 10% of a circumference of the frame 100 As illustrated in Figure 1, multiple functional pieces 400a, 400b, 400c may be anchored in the same insert 300. For example, two hinge pieces 4004 may be received in a first insert 300 on a first side of the roof assembly, and a third and fourth insert 400b, 400c, for example in the form of a bracket, are anchored in a second insert 300 provided on a second side of the roof assembly. It is further noted that the insert 300 need not be provided on an underside of the roof assembly, but may also be provided on a top or peripheral wall of the frame 100. More generally, the insert 300 can be provided at any suitable location in the frame 100. Furthermore, different types of inserts 300 may also be provided in the frame 100.

In een voordelige uitvoeringsvorm is het inzetstuk 300 vervaardigd uit metaal of uit een vezel- versterkt materiaal. Het inzetstuk 300 kan bijvoorbeeld een gestanst en gerold profiel zijn.In an advantageous embodiment, the insert 300 is made of metal or of a fibre-reinforced material. For example, the insert 300 may be a punched and rolled profile.

Figuren 6, 7 en 8 illustreren verder ontwikkelde voorbeelduitvoeringen van daksamenstellen volgens de uitvinding.Figures 6, 7 and 8 illustrate further developed exemplary embodiments of roof assemblies according to the invention.

Figuren 6 en 7 tonen twee mogelijke uitvoeringen van een daksamenstel met drie licht doorlatende wandelementen 201, 202, 203, bijvoorbeeld uit glas of uit kunststof, die op een afstand van elkaar zijn aangebracht in een frame 100 met tussenvoeging van afstandhouders 180. In figuur 6 zijn twee licht doorlatende platen en één koepelschaal gecombineerd, terwijl in figuur 7 drie koepelschalen gecombineerd zijn. De afstandhouders 180 die gebruikt worden aan de onderzijde van een Kkoepelschaal kunnen bijvoorbeeld gevormd zijn zoals beschreven in Belgische octrooiaanvraag BE2019/5474 op naam van aanvraagster. Optioneel kan tussen de plaatelementen 201, 202, 203 een gas, zoals lucht of argon, zijn aangebracht.Figures 6 and 7 show two possible embodiments of a roof assembly with three light-transmitting wall elements 201, 202, 203, for example made of glass or plastic, which are arranged at a distance from each other in a frame 100 with interposition of spacers 180. In figure 6 two translucent plates and one dome shell are combined, while in figure 7 three dome shells are combined. For example, the spacers 180 used on the underside of a K dome shell may be shaped as described in Belgian Patent Application BE2019/5474 in the name of Applicant. Optionally, a gas, such as air or argon, may be disposed between the plate members 201, 202, 203.

Het frame 100 kan bijvoorbeeld voorzien worden gebruik makend van de werkwijze beschreven in de Europese octrooiaanvraag EP 3 460 160 A1 op naam van Aanvraagster, welke hier door verwijzing is opgenomen.For example, the frame 100 may be provided using the method described in the European Patent Application EP 3 460 160 A1 in the name of Applicant, which is incorporated herein by reference.

Het frame 100 strekt zich uit tot tegen een onderzijde van het onderste plaatelement 201. In het frame is een inzetstuk 300 opgenomen, bijvoorbeeld op de hierboven beschreven wijze.The frame 100 extends against an underside of the lower plate element 201. An insert 300 is included in the frame, for instance in the manner described above.

Het daksamenstel is aangebracht op een omtreksdeel van de opstand 700 die bijvoorbeeld vervaardigd is uit PVC.The roof assembly is arranged on a circumferential part of the upstand 700, which is made, for example, of PVC.

Optioneel kan een kern 710 voorzien zijn in de opstand, bijvoorbeeld vervaardigd uit EPS.Optionally, a core 710 may be provided in the curb, for example made of EPS.

In de varianten van figuren 6 en 7 is een scharnierstuk 400 bevestigd in het inzetstuk 300 op de in figuren 2A, 2B, 3A, 3B geïllustreerde manier.In the variants of Figures 6 and 7, a hinge piece 400 is mounted in the insert 300 in the manner illustrated in Figures 2A, 2B, 3A, 3B.

Het scharnierstuk 400 werkt samen met een tweede scharnierstuk 800 dat bevestigd is aan de opstand 700. Verder is aan weerszijden van het inzetstuk 300 een afdichting 190 voorzien, bijvoorbeeld een schuimmateriaal zoals een (ethyleen-propyleen-dieen-monomeer (EPDM) schuim.The hinge piece 400 cooperates with a second hinge piece 800 which is attached to the upstand 700. Furthermore, a seal 190 is provided on either side of the insert 300, for example a foam material such as an (ethylene-propylene-diene-monomer (EPDM) foam.

Figuur 8 toont een uitvoering die gelijkaardig is aan deze van figuur 7, met dit verschil dat in het frame 100 eerste, tweede en derde glas- of kunststofplaten 201, 202, 203 zijn opgenomen.Figure 8 shows an embodiment which is similar to that of figure 7, with the difference that first, second and third glass or plastic plates 201, 202, 203 are accommodated in the frame 100.

Tussen de eerste, tweede en derde platen 201, 202, 203 kan bijvoorbeeld argon zijn voorzien.For example, argon may be provided between the first, second and third plates 201, 202, 203.

De vakman begrijpt dat vele varianten denkbaar zijn binnen het kader van de uitvinding, dat enkel bepaald wordt door de hiernavolgende conclusies.The skilled person understands that many variants are conceivable within the scope of the invention, which is determined solely by the following claims.

Claims

CONCLUSIONS

A roof or window assembly comprising a frame (100) and one or more plate and/or dome elements (200) received therein, wherein the frame receives at least one insert (300), and wherein at least one functional piece ( 400, 4004, 400b, 400c) is mechanically secured in the insert, characterized in that the insert has a first portion (301) recessed in the frame, and a second portion (302) projecting from the frame, the second portion comprising a first side wall (310) and an opposite second side wall (320) connected to each other via the first portion, the first and second side walls (310, 320) being arranged about the functional piece (400) substantially lockable in a first direction (X) going from the first to the second side wall, and in a second direction (Y) parallel to the first and/or second side wall, further comprising a resilient element (500) cooperating with at least one of the first and two side wall and with the functional piece to fix the functional piece in the insert.

The roof or window assembly of claim 1, wherein the first and/or the second side wall (310, 320) is provided with a plurality of recesses or openings (311', 311) in which corresponding flanges (411', 411) of the functional piece are included.

Roof or window assembly according to claim 1 or 2, wherein the first and/or the second side wall (310, 320) is provided with a wing (313, 323) directed towards the opposite second and/or the first side wall, respectively. (310, 320), and the functional piece is arranged to be fitted on one side (413) below the wing (313).

The roof or window assembly of claims 2 and 3, wherein the recesses (311") are provided at least partially in the sash (313, 323).

The roof or window assembly of the preceding claim, wherein the functional piece includes a first and second mating flange (411") oriented substantially perpendicular to the first and second directions (X, Y) and passing through a first and insert the second recess (311°) into the leaf (323).

A roof or window assembly according to any one of claims 3-5, wherein the first and second sidewalls (310,320) comprise a first and second wing (313,323) respectively directed towards the opposite second and first sidewalls. (310, 320), and the functional piece is adapted to be fitted on one side (413) below the first wing (313) and on another side (414) above the second wing (323).

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the first side wall (310) is provided with a plurality of apertures (311) through which corresponding flanges (411) of the functional piece project.

A roof or window assembly according to the preceding claim, wherein the openings (311) are formed as elongate slots, preferably extending substantially parallel to a plane of the frame (100).

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the second side wall (320) includes a recess (330) through which a portion of the functional piece (400) extends and into which the resilient element (500) engages to engage the functional piece. piece to fix.

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the resilient element (500) has a first resilient leg (501) and a second resilient leg (502) which respectively engage a first and second abutment location (A1, A2) of the functional piece and/or of the insert, the first and second abutment locations being spaced apart in the second direction (Y).

The roof or window assembly of claims 5 and 10, wherein the first and second resilient legs are coupled to the first and second mating flange (411°).

A roof or window assembly according to claim 3 and 10 or 11, wherein the resilient member comprises a center portion (503) connecting the first and second resilient legs (501, 502) to each other, and the center portion is adapted to be partially positioned under the wing (313).

The roof or window assembly of claims 9 and 10, wherein the first and second resilient legs are respectively between a first edge of the recess (330) and the functional piece and between a second edge of the recess (330) and the functional piece .

A roof or window assembly according to any one of claims 10-13, wherein the resilient element is substantially U-shaped.

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, further comprising a spring holder (600) in which the resilient element is received, which spring holder extends between the first and the second side walls.

16. Roof or window assembly according to the preceding claim, wherein the first and/or the second side wall is provided with an upper edge which extends over the spring holder.

A roof or window assembly according to claim 15 or 16, wherein the spring holder (600) is provided with a number of projecting parts (611, 612), such as pins or ribs, on a side (610) facing the functional piece (400). wherein the resilient element (500) is arranged around and/or between these projecting parts.

The roof or window assembly of the preceding claim, wherein the projections (612) extend into holes (412) in the functional piece.

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the functional piece (400) is provided on opposite sides with a notch (421, 422) which cooperates with a wall part (353) of the second side wall (320).

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the frame (100) is made of a plastic material, preferably a cured polymer composition, for example a cured PUR material, and wherein the first part of the insert is provided with a plurality of openings (361, 362, 363) into which extends plastic material.

The roof or window assembly of any preceding claim, wherein the insert (300) is elongate and extends over at least 20% of a length of one side of the frame, and/or over at least 10% of a circumference of the frame.

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the insert is a punched and rolled profile.

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the insert is made of metal or of a fibre-reinforced material.

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the one or more plate and/or dome elements (200) comprise at least two plate and/or dome elements (201, 202, 203) arranged parallel to each other in the frame.

A roof or window assembly according to the preceding claim, wherein a spacer is arranged between the at least two plate and/or dome elements, and the frame is formed from a cured sealing material extending along the entire circumference of the at least two plate and/or dome elements up to the spacer, wherein the sealing material is adhered to the entire periphery of the at least two plate and/or dome elements and to the spacer.

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the frame (100) extends to an underside (210) of the one or more plate and/or dome elements (200), and the insert (300) is provided in the part of the frame located at the bottom.

The roof or window assembly of any preceding claim, wherein the frame (100) has a substantially rectangular perimeter.

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the one or more sheet and/or dome elements comprise one or more of the following: a glass sheet, a glass dome, a polycarbonate sheet, a polycarbonate dome.

A roof or window assembly according to any one of the preceding claims, wherein the one or more plate and/or dome elements comprise a plate and a dome.

An insert for use in a roof or window assembly according to any one of the preceding claims.

An assembly of an insert (300), a functional piece (400), and a resilient element (500) for use in a roof or window assembly according to any one of claims 1 to 22.