BE1027199B1 - Polymeerverbinding en gebruik daarvan voor het stabiliseren van fluorvrij brandblusschuim - Google Patents

Polymeerverbinding en gebruik daarvan voor het stabiliseren van fluorvrij brandblusschuim Download PDF

Info

Publication number
BE1027199B1
BE1027199B1 BE20195261A BE201905261A BE1027199B1 BE 1027199 B1 BE1027199 B1 BE 1027199B1 BE 20195261 A BE20195261 A BE 20195261A BE 201905261 A BE201905261 A BE 201905261A BE 1027199 B1 BE1027199 B1 BE 1027199B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
alkyl
polymer compound
foam
fire
extinguishing
Prior art date
Application number
BE20195261A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1027199A1 (nl
Inventor
Stéphane Szonyi
Saïd Rachidi
Original Assignee
Incendin Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Incendin Nv filed Critical Incendin Nv
Priority to BE20195261A priority Critical patent/BE1027199B1/nl
Priority to PCT/EP2020/060895 priority patent/WO2020212591A1/en
Priority to EP20719195.8A priority patent/EP3956382A1/en
Publication of BE1027199A1 publication Critical patent/BE1027199A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1027199B1 publication Critical patent/BE1027199B1/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08GMACROMOLECULAR COMPOUNDS OBTAINED OTHERWISE THAN BY REACTIONS ONLY INVOLVING UNSATURATED CARBON-TO-CARBON BONDS
    • C08G73/00Macromolecular compounds obtained by reactions forming a linkage containing nitrogen with or without oxygen or carbon in the main chain of the macromolecule, not provided for in groups C08G12/00 - C08G71/00
    • C08G73/02Polyamines
    • C08G73/0206Polyalkylene(poly)amines
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A62LIFE-SAVING; FIRE-FIGHTING
    • A62DCHEMICAL MEANS FOR EXTINGUISHING FIRES OR FOR COMBATING OR PROTECTING AGAINST HARMFUL CHEMICAL AGENTS; CHEMICAL MATERIALS FOR USE IN BREATHING APPARATUS
    • A62D1/00Fire-extinguishing compositions; Use of chemical substances in extinguishing fires
    • A62D1/0071Foams
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08GMACROMOLECULAR COMPOUNDS OBTAINED OTHERWISE THAN BY REACTIONS ONLY INVOLVING UNSATURATED CARBON-TO-CARBON BONDS
    • C08G73/00Macromolecular compounds obtained by reactions forming a linkage containing nitrogen with or without oxygen or carbon in the main chain of the macromolecule, not provided for in groups C08G12/00 - C08G71/00
    • C08G73/02Polyamines
    • C08G73/0206Polyalkylene(poly)amines
    • C08G73/0213Preparatory process
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C08ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
    • C08LCOMPOSITIONS OF MACROMOLECULAR COMPOUNDS
    • C08L79/00Compositions of macromolecular compounds obtained by reactions forming in the main chain of the macromolecule a linkage containing nitrogen with or without oxygen or carbon only, not provided for in groups C08L61/00 - C08L77/00
    • C08L79/02Polyamines

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Medicinal Chemistry (AREA)
  • Polymers & Plastics (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Business, Economics & Management (AREA)
  • Emergency Management (AREA)
  • Fire-Extinguishing Compositions (AREA)

Abstract

In een eerste aspect biedt de onderhavige uitvinding een polymeerverbinding, die geschikt is voor gebruik in een brandblusschuim, omvattende een polyethyleeniminebasis met een eerste helft die is geselecteerd uit lineair of vertakt C2-C15-alkyl, CH3-O-(C2-alkyl-O)r-C2-alkyl, C2-C15-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2,C3-C15-cycloalkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, C6-C15-aryl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, lineair of vertakt C2-C15-alkyl-C(=O), C4-C18-alkyl-NH-C(=O), trimethoxysilaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2 en combinaties daarvan; een tweede helft die is geselecteerd uit de groep van CH2- C(=O), lineair of vertakt (C2-C3-alkyl-O)r, lineair of vertakt CH2(-OH)-CH-CH2-O- C2-C15-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, lineair of vertakt CH2(-OH)-CH-CH2-O-(C2-C3- alkyl-O)r-CH2-CH(-OH)-CH2,(O=)C-C2-C8-alkyl-C(=O), (O=)C-NH-C4-C8-alkyl- NH-C(=O), CH2-CH(-OH)-CH2-O-bisfenolA-O-CH2-CH(-OH)-CH2, CH2-CH(-OH)- CH2-O-C3-alkyl-polydimethyl-siloxaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, en combinaties daarvan; een derde helft die is geselecteerd uit de groep van C1-C5-alkyl-C(=O)-OH, C1-C5-alkyl-S(=O)2-OH, en combinaties daarvan; en waarbij ten minste de genoemde eerste helft propyl-polydimethylsiloxaan-propyl is en / of de genoemde tweede helft O-propyl-polydimethylsiloxaan-propyl-O is. Een tweede aspect heeft betrekking op een gebruik van de genoemde polymeerverbinding in een brandblusschuim.

Description

POLYMEERVERBINDING EN GEBRUIK DAARVAN VOOR HET STABILISEREN VAN FLUORVRIJ BRANDBLUSSCHUIM
GEBIED VAN DE UITVINDING De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een polymeerverbinding, meer in het bijzonder een verbinding voor het stabiliseren van brandblusschuim.
ACHTERGROND Brandblussamenstellingen bevatten in het algemeen mengsels van oppervlakteactieve stoffen die optreden als schuimmiddelen, samen met solventen en andere additieven die de gewenste mechanische en chemische eigenschappen bieden aan het schuim. In het bijzonder waterige brandblusschuimsoorten die geschikt zijn voor het bestrijden van branden van klassen A en B omvatten een veelvoud aan gefluoreerde producten zoals gefluoreerde oppervlakteactieve stoffen of fluoropolymeren, voor het verbeteren van de fysicochemische eigenschappen ervan, bijv. verbeterde schuimkenmerken. Deze verbindingen worden vaak schuimstabilisatorschuimstabilisatoren genoemd. Het werkelijke fluorgehalte in het genoemde brandbestrijdende schuim is afhankelijk van de vereiste prestatiespecificaties, waarbij een hoger fluorgehalte een snelle blusprestatie beidt en een grotere weerstand tegen terugbranden. Een schuimstabilisator die voor dit doel geschikt is omvattende een poly-perfluoro- alkyl gesubstitueerd polyethyleen-imine is beschreven in WO 2014 153 122. Fluorhoudende oppervlakteactieve stoffen zijn recent echter onder vuur komen te liggen in het licht van de veiligheid voor het milieu. Perfluoro-octaan sulfonaten (PFOS) bijvoorbeeld worden beschouwd als bio-accumulatief en toxisch door milieu- autoriteiten. Bijgevolg is er afgezien van het gebruik van PFOS door het merendeel van de fabrikanten van blusschuim. Daarom hebben fabrikanten van blusschuim beslist om te zoeken naar mogelijke alternatieven om fluorhoudende oppervlakteactieve stoffen en fluorhoudende polymeren in brandblussamenstellingen te verlagen of te elimineren. US 9 669 246 beschrijft een waterige filmvormende brandblussamenstelling, die een C6 perfluoro-alkyl oppervlakteactieve stof, ten minste één niet-fluorhoudende oppervlakteactieve stof en een schuimstabiliserend middel omvat. De samenstelling bevat minder dan 0,8% fluor en wordt daarom beschouwd als een grote stap in de juiste richting.
Dit schuim met verminderd fluorgehalte of zonder fluor heeft twee grote nadelen. Ten eerste worden de brandbluseigenschappen in grote mate gereduceerd, en ten tweede is watertoxiciteit geobserveerd omwille van het gebruik van een grote hoeveelheid koolwaterstofhoudende oppervlakteactieve stoffen ter compensatie voor het verwijderen van de fluorhoudende producten. Door fluorhoudende verbindingen te elimineren wordt de doeltreffendheid van blusschuim bovendien mogelijks verlaagd naar verschillende types branden toe, bijv. branden van klasse A of van klasse B. Bijgevolg is er nood aan een verbinding of additief dat fluorhoudende oppervlakteactieve stoffen en fluorhoudende polymeren in blusschuim kan vervangen, zonder de brandbluseigenschappen van het genoemde schuim en de schuimstabiliteit in het gedrang te brengen. Een hoge brandbluscapaciteit naar verschillende types branden toe moet worden gegarandeerd zonder dat het genoemde blusschuim een extra risico voor het milieu veroorzaakt.
De onderhavige uitvinding heeft als doel ten minste sommige van de bovengenoemde problemen en nadelen op te lossen.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING De onderhavige uitvinding en uitvoeringsvormen daarvan dienen voor het bieden van een oplossing voor een of meerdere van de bovengenoemde nadelen. Daartoe heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een polymeerverbinding volgens conclusie
1.
De polymeerverbinding is voorzien van een amfifiel karakter. Bijgevolg vertoont de genoemde polymeerverbinding uitstekende schuimeigenschappen in op water gebaseerde samenstellingen. De polymeerverbinding voorziet verder in een verbeterde oplosbaarheid in water. Dit aspect is erg belangrijk met betrekking tot het beoogde gebruik ervan in op water gebaseerde brandblussamenstellingen. In het bijzonder heeft de verbinding met de algemene formule (II), waar crosslinking aan de orde is, het voordeel dat het een dichter en stabieler schuim biedt, in het bijzonder op vloeistofoppervlakken. De opname van een polydimethylsiloxaanhelft biedt een betere schuimstabilisatie en een verlaging van de oppervlaktespanning.
Voorkeur dragende uitvoeringsvormen van de genoemde polymeerverbinding zijn getoond in enige der conclusies 2 tot 4. In een tweede aspect heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een gebruik van ten minste één polymeerverbinding in een brandblusschuim volgens conclusie 5. Voorkeur dragende uitvoeringsvormen van het genoemde gebruik zijn getoond in enige der conclusies 6 tot 10.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een polymeerverbinding met de algemene formule (I)
X Z / | >? 7
N N N 2 2
H H n-2 (I) of de volgende algemene formule (II)
H H
MOSS SNS OS DSNSASSOSN , \ ; HN NH, an \ Z
Y Z / / A ? 2 ?
DT N
H n'-2 (ID waarbij X een deel is datdeel is dat is geselecteerd uit de groep van lineair of vertakt C2-C15-alkyl, CH3-0-(C2-alkyl-O)r-C2-alkyl, C2-C15-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, C3-C15-cycloalkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, C6-C15-aryl-0-CH2-CH(-OH)-CH2, lineair of vertakt C2-C15-alkyl-C(=0O), C4-C18-alkyl-NH-C(=0O}), trimethoxysilaan-C3-alkyl- O-CH2-CH(-OH)-CH2, polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, en combinaties daarvan; Y een deel is dat is geselecteerd uit de groep van CH2-C(=0), lineair of vertakt (C2-C3-alkyl-O)r, lineair of vertakt CH2(-OH)-CH-CH2-O-C2-C15- alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, lineair of vertakt CH2(-OH)-CH-CH2-O-(C2-C3-alkyl- O)r-CH2-CH(-OH)-CH2, (O=)C-C2-C8-alkyl-C(=0), (0=)C-NH-C4-C8-alkyl-NH- C(=0), CH2-CH(-OH)-CH2-O-bisfenolA-O-CH2-CH(-OH)-CH2, CH2-CH(-OH)-CH2-O- C3-alkyl-polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, en combinaties daarvan; Z een deel is dat is geselecteerd uit de groep van C1-C5-alkyl-C(=0)-OH, C1-C5-alkyl-S(=0)2-OH, en combinaties daarvan; waarbij r een geheel getal is van 3 tot 10, en waarbij n-2, n’-2 gehele getallen zijn van 1 tot 40. Volgens de onderhavige uitvinding is ten minste de genoemde helft X trimethoxysilaan-C3-alkyl- O-CH2-CH(-OH)-CH2 of polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2 en / of is de genoemde helft Y CH2-CH(-OH)-CH2-O-C3-alkyl-polydimethylsiloxaan-C3- alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2. De aanwezigheid van silaan en/of siloxaan geeft uitstekende alcoholbestendige eigenschappen aan de polymeerverbinding volgens de onderhavige uitvinding. De verbinding produceert een dampafdichtingsfilm die snel spreidt over koolwaterstofoppervlakken om een snelle controle en blussing te bieden. Op polaire solventen, in het bijzonder in combinatie met een gompolymeer zoals xanthaangom, wordt een onoplosbaar polymeermembraan gevormd tussen het brandoppervlak en het schuim, hetgeen het schuim beschermt en de afbraak ervan voorkomt. Bijgevolg is de polymeerverbinding zoals hier opgenomen in het bijzonder doeltreffend voor het blussen en beveiligen van brandbare koolwaterstof- en polaire solventbranden.
Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die zijn gebruikt in de beschrijving 5 van de uitvinding, inclusief technische en wetenschappelijke termen, de betekenis die algemeen wordt begrepen door een vakman in het gebied waarop deze uitvinding betrekking heeft. Verder zijn de definities van de termen opgenomen om de beschrijving van de onderhavige uitvinding beter te begrijpen. Zoals hier gebruikt, hebben de volgende termen de volgende betekenis: “Een”, “de” en “het” zoals hier gebruikt, verwijzen zowel naar het enkelvoud als het meervoud, tenzij de context anders aangeeft. “Een compartiment” verwijst, bij wijze van voorbeeld, naar één of meer dan één compartiment.
“Ongeveer” zoals hier gebruikt, dat verwijst naar een meetbare waarde zoals een parameter, een hoeveelheid, een tijdsduur en dergelijke, is bedoeld om variaties te omvatten van +/-20% of minder, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, zelfs meer bij voorkeur +/-1% of minder, en nog meer bij voorkeur +/-0,1% of minder van de gespecificeerde waarde, voor zover dergelijke variaties geschikt zijn om uit te voeren in de beschreven uitvinding. Het zal echter duidelijk zijn dat de waarde waarop de modificeerder “ongeveer” betrekking heeft, zelf ook specifiek beschreven wordt. Het citeren van numerieke bereiken door eindpunten omvat alle getallen en breuken die zijn opgenomen binnen dat bereik, evenals de genoemde eindpunten. De uitdrukking "% in gewicht”, “gewichtsprocent”, “% gew.” of “gew.%"” verwijzen, hier en doorheen de beschrijving tenzij anders gedefinieerd, naar het relatieve gewicht van de respectievelijke component gebaseerd op het totale gewicht van de formule. Zoals te zien is op de algemene formules (I) en (II) zijn de genoemde samenstellingen derivaten van polyethyleenimine. Polymeerverbindingen volgens de onderhavige uitvinding zijn in het bijzonder nuttig als additieven in brandblussamenstellingen, met het doel het verlagen, meer bij voorkeur het uitsluiten, van het gebruik van fluorhoudende verbindingen in de genoemde brandblussamenstellingen.
De uitdrukkingen “brandblussamenstellingen” en “blusschuim” in de context van de onderhavige uitvinding moeten worden geïnterpreteerd als enige samenstelling of schuim dat geschikt is voor het bestrijden van een brand. Binnen de soorten blusschuim wordt er een onderscheid gemaakt tussen schuimtypes en/of brandklassen. In de context van de onderhavige uitvinding ligt de nadruk op branden van klasse A en branden van klasse B. Branden van klasse A omvatten de verbranding van vaste materialen, terwijl branden van klasse B branden in brandbare vloeistoffen omvatten. Het blusschuim heeft overeenkomstig verschillende eigenschappen nodig om een hoge brandbluscapaciteit te vertonen.
In dit licht is schuim geschikt voor branden van klasse A bedoeld voor het verlagen van de oppervlaktespanning van water, dat helpt bij het bevochtigen en de saturatie van vaste materialen. Dit helpt bij de brandbestrijding in deze materialen en kan ook terugbranden voorkomen. Schuim dat geschikt is voor branden van klasse B anderzijds is ontworpen om explosieve dampen in te sluiten die zijn geproduceerd door brandbare vloeistof en is overeenkomstig bedoeld voor het insluiten van vloeistofbranden binnen een klein gebied. Eigenschappen zoals stroming en spreiding van vloeistofoppervlakken zijn wenselijk in dit geval, evenals vorming van een beschermende film die bestand is tegen de actie van bijv. alcoholen in de brandbare vloeistof. Verschillende gunstige effecten zijn toegewezen aan de aanwezigheid van de substituenten volgens de onderhavige beschrijving. Er is gevonden dat helft X een amfifiel karakter biedt aan de polymeerverbinding. Bijgevolg vertoont de genoemde polymeerverbinding uitstekende schuimeigenschappen in op water gebaseerde samenstellingen. In de context van de onderhavige uitvinding is het mogelijk, omwille van de genoemde amfifiele aard van de polymeerverbinding, de totale hoeveelheid koolwaterstofhoudende oppervlakteactieve stoffen in schuimformules, of meer in het bijzonder, blusschuim te verminderen. De genoemde polymeerverbinding vertoont bovendien een verbeterd associatief karakter. In het bijzonder is er gevonden dat sommige delen van de genoemde polymeerverbinding bijzonder oplosbaar zijn in water, terwijl er is gevonden dat sommige delen bijzonder hydrofoob zijn. Bijgevolg heeft de genoemde polymeerverbinding de neiging te interageren en assembleren met zowel zichzelf en/als andere moleculen, dewelke moleculen zowel hydrofiel als _ hydrofoob kunnen zijn van aard.
De opname van helft Z draagt bij tot dit gunstige effect aangezien de genoemde helft Z verantwoordelijk is voor de verbetering van de oplosbaarheid in water van de polymeerverbinding. Dit aspect is erg belangrijk met betrekking tot het beoogde gebruik ervan in op water gebaseerde brandblussamenstellingen. Verder heeft helft Z het effect dat het de pH van de genoemde polymeerverbinding in op water gebaseerde oplossingen verlaagt, hetgeen mogelijk de schuimstabiliteit verbetert. De opname van de helft Y biedt bovendien een gecrosslinkte structuur aan de polymeerverbinding, in het bijzonder de verbinding met de algemene formule (IT). Crosslinking heeft het voordeel dat het een dichter en stabieler schuim biedt, in het bijzonder op vloeistofoppervlakken. Er is gevonden dat er een synergistisch effect bestaat tussen de opname van de helften X, Y en Z, aangezien de polymeerverbinding volgens de onderhavige uitvinding uitzonderlijk goede schuimeigenschappen vertoont in op water gebaseerde brandbestrijdingssamenstellingen. X is bij voorkeur een helft die is geselecteerd uit de groep van 2-ethylhexyl-0-CH2- CH(-OH)-CH2, octyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, decyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, dodecyl-O- CH2-CH(-OH)-CH2, tetradecyl-0-CH2-CH(-OH)-CH2, neodecyl-O-CH2-CH(-OH)- CH2, trimethoxysilaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, polydimethylsiloxaan-C3- alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, en combinaties daarvan. Er is gevonden dat de polymeerverbinding met deze opgenomen helften een bijzonder uitgesproken amfifiel karakter heeft, hetgeen voordelig is voor stromings- en bevochtigingskenmerken van de samenstelling waarin het wordt gebruikt. In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm is X een dodecyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2- en / of tetradecyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2-helft. De polymeerverbinding vertoont uitzonderlijk goede stroombaarheid.
In een andere voorkeur dragende uitvoeringsvorm is X een trimethoxysilaan-C3- alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2- of polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2- helft. De introductie van een siloxaan- of silaansegment binnen de macromoleculaire structuur van de polymeerverbinding volgens de uitvinding geeft een betere vloeibaarheid en een betere spreiding van het schuim, in het bijzonder op het oppervlak van niet-polaire vloeistoffen zoals koolwaterstoffen. De aanwezigheid van silaan en/of siloxaan geeft uitstekende alcoholbestendige eigenschappen aan de polymeerverbinding volgens de onderhavige uitvinding.
De verbinding produceert een dampafdichtingsfilm die snel spreidt over koolwaterstofoppervlakken om een snelle controle en blussing te bieden.
Op polaire solventen, in het bijzonder in combinatie met een gompolymeer zoals xanthaangom, wordt een onoplosbaar polymeermembraan gevormd tussen het branden oppervlak en het schuim, hetgeen het schuim beschermt en de afbraak ervan voorkomt.
Volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is Y een helft die is geselecteerd uit de groep van CH2(-OH)-CH-CH2-O-CH2-CH(-CH3)2-CH2-O-CH2- CH(-OH)-CH2, CH2(-OH)-CH-CH2-O-C4-C6-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, (O-CH2- CH(-CH3)-O)r, (O-CH2-CH2-O)r, waarbij r ligt tussen 8 en 10, CH2-CH(-OH)-CH2- O-bisfenolA-O-CH2-CH(-OH)-CH2, CH2-CH(-OH)-CH2-O-C3-alkyl- polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, en combinaties daarvan.
De introductie van crosslinking binnen de macromoleculaire structuur van de polymeerverbinding volgens de uitvinding laat toe een oleofobe barrière binnen het schuim te vormen, hetgeen de contaminatie ervan door niet-polaire vloeistoffen zoals koolwaterstoffen voorkomt.
Deze barrière vertraagt ook de decantatie van het schuim en verbetert dus de stabiliteit ervan op het oppervlak van niet-polaire vloeistoffen zoals koolwaterstoffen.
Deze eigenschap is in het bijzonder belangrijk in het licht van de brandklasse B.
In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat Y een CH2(-OH)-CH-CH2-O-C4- C6-alkyl-0-CH2-CH(-OH)-CH2- en / of (O-CH2-CH(-CH3)-O)r-helft, waarbij r ligt tussen 8 en 10. De polymeerverbinding vertoont een snelle vorming van een oleofobe barrière binnen het schuim en verbetert verder de stabiliteit van het schuim.
In een andere voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat Y een CH2-CH(-OH)-CH2- O-bisfenolA-O-CH2-CH(-OH)-CH2 of CH2-CH(-OH)-CH2-O-C3-alkyl- polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2. De introductie van een siloxaan- of silaansegment via di-epoxiden van het glycidische type binnen de macromoleculaire structuur van de polymeerverbinding volgens de uitvinding geeft een betere vloeibaarheid en een betere spreiding van het schuim, in het bijzonder op het oppervlak van niet-polaire vloeistoffen zoals koolwaterstoffen.
Ondertussen vermindert de vorming van een oleofobe barrière het risico op brandverspreiding, waardoor aldus geprobeerd wordt de brand in een klein gebied te houden.
In de context van de onderhavige uitvinding, voor het optimaliseren van schuimstabilisatie van brandblusschuim, volgens sommige uitvoeringsvormen is X polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2. Een andere bijzonder voorkeur dragende uitvoeringsvorm voor de stabilisatie van het blusschuim heeft betrekking op de polymeerverbinding, waarbij helft Y CH2-CH(- OH)-CH2-0-C3-alkyl-polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-0-CH2-CH(-OH)-CH2 is en X een deel is dat is geselecteerd uit de groep van 2-ethylhexyI-O-CH2-CH(-OH)-CH2, octyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, decyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, dodecyl-O-CH2-CH(-OH)- CH2, tetradecyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, neodecyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, en combinaties daarvan.
De specifieke combinatie van de genoemde helften geeft aanleiding tot een polymeerverbinding die alle bovenstaande gunstige effecten combineert.
Bovendien werken deze effecten synergistisch samen, hetgeen een uitstekende schuimstabilisatie en een opmerkelijk lage oppervlaktespanning biedt.
Volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is de genoemde polymeerverbinding een schuimstabilisator.
In een verdere of een andere uitvoeringsvorm is Z geselecteerd uit de groep van C1- C2-alkyl-C(=0)-OH, C3-alkyl-S(=0)2-OH, en combinaties daarvan.
Dit laat toe de oppervlaktespanning van de op water gebaseerde samenstelling te verlagen waarin de polymeerverbinding wordt toegepast, waarbij het perfect geschikt is voor het bestrijden van branden van klasse A.
Z is bij voorkeur een acetylhelft.
Een tweede aspect van de onderhavige uitvinding heeft betrekking op het gebruik van ten minste één polymeerverbinding volgens een van de bovenstaande uitvoeringsvormen in een brandblussamenstelling, bij voorkeur in een brandblusschuim.
Meer bij voorkeur is genoemde polymeerverbinding een schuimstabilisator.
Een uitvoeringsvorm van de uitvinding heeft betrekking op het gebruik van de genoemde polymeerverbinding gericht op het blussen van branden van klasse A en/of B met een fluorvrije brandblussamenstelling.
Gebruik van de genoemde polymeerverbinding in de genoemde samenstelling laat het gebruik toe van lagere hoeveelheden van andere oppervlakteactieve stoffen dan deze die gewoonlijk worden gebruikt in vergelijkbare samenstellingen, waarbij de gevaarlijke aard voor de omgeving van bekende samenstellingen wordt verlaagd.
In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm is de genoemde brandblussamenstelling een brandblusschuim.
Volgens een verdere of een andere uitvoeringsvorm heeft de genoemde polymeerverbinding een concentratie tussen 0,10 en 20,00 % in gewicht van de totale brandblussamenstelling.
Binnen dit bereik werd er gevonden dat de polymeerverbinding aan het genoemde schuim uitstekende stroomkenmerken gaf terwijl een stabiel schuim werd verkregen.
Dit laat toe vaak gebruikte koolwaterstofhoudende oppervlakteactieve stoffen in de samenstelling te verlagen zonder een invloed te hebben op de brandbluscapaciteit van het schuim.
Twee polymeerverbindingen zijn bij voorkeur aanwezig in het brandblusschuim, waarbij de genoemde polymeerverbindingen respectievelijk een concentratie tussen 0,10 en 2,00 % in gewicht en tussen 0,50 en 5,00 % in gewicht hebben.
Het gecombineerde gebruik van twee verbindingen biedt een synergistisch effect ter bevordering van schuimstabiliteit, stroomkenmerken en amfoteer karakter aangezien een diverse groep van X-, Y- en Z-helften mogelijk wordt toegepast in de samenstelling.
De onderhavige uitvinding beschrijft verder een brandblussamenstelling omvattende ten minste één polymeerverbinding volgens een der voorgaande uitvoeringsvormen.
De brandblussamenstelling die hier beschreven is, heeft verbeterde eigenschappen ten opzichte van bekende samenstellingen doordat het een verbeterde capaciteit biedt voor het doeltreffend bestrijden van branden van zowel klasse A als B.
Dit effect is te wijten aan, onder andere, verbeterde stroomeigenschappen en een betere schuimstabiliteit.
Bovendien laat de brandblussamenstelling omvattende de genoemde polymeerverbinding een lagere concentratie van oppervlakteactieve stoffen in de samenstelling toe zonder de gunstige eigenschappen naar het blussen van branden en het onder controle houden van branden toe in het gedrang te brengen.
De brandblussamenstelling is bij voorkeur vrij van fluor.
Deze eigenschap wordt als erg belangrijk beschouwd in het licht van de milieu- en gezondheidsproblemen die vandaag bekend zijn.
Gefluoreerde verbindingen zijn een groep chemische stoffen die worden geproduceerd en gebruikt in een verscheidenheid aan industrieën wereldwijd, die erg persistent zijn in het milieu en in het menselijk lichaam.
Bovendien is er bewijs dat blootstelling aan gefluoreerde verbindingen kan leiden tot nadelige effecten voor de menselijke gezondheid.
Studies geven aan dat gefluoreerde verbindingen mogelijk problemen met de voortplanting en ontwikkeling, lever en nieren, en immunologische problemen veroorzaken.
De meest consistente bevindingen zijn verhoogde cholesterolgehaltes onder blootgestelde populaties, met beperktere bevindingen met betrekking tot een laag geboortegewicht bij kinderen, effecten op het immuunsysteem, kanker, en verstoorde schildklierhomonen. Het spreekt voor zich dat het gebruik van brandblussamenstellingen omvattende gefluoreerde verbindingen erg ongewenst is in deze context. De onderhavige uitvinding voorziet daarom in fluorvrije formuleringen, die veel minder risico veroorzaken naar het milieu en de menselijke gezondheid toe, zonder de brandbluscapaciteit van de genoemde samenstellingen in het gedrang te brengen.
In een uitvoeringsvorm heeft de genoemde polymeerverbinding een concentratie tussen 0,10 en 60,00 % in gewicht in de totale brandblussamenstelling. Binnen dit bereik werd er gevonden dat de polymeerverbinding aan de genoemde samenstelling uitstekende stroomkenmerken geeft terwijl een stabiel schuim werd verkregen. Dit laat toe vaak gebruikte koolwaterstofhoudende oppervlakteactieve stoffen in de samenstelling te verlagen zonder een invloed te hebben op de brandbluscapaciteit van het schuim. Volgens een verdere of een andere uitvoeringsvorm heeft de genoemde polymeerverbinding een concentratie tussen 0,10 en 20,00 % in gewicht, hetgeen een gebruiksklare brandblussamenstelling oplevert. De genoemde polymeerverbinding heeft bij voorkeur een concentratie tussen 0,50 en 15,00 % in gewicht, meer bij voorkeur tussen 5,00 en 10,00 % in gewicht. In een verdere of een andere uitvoeringsvorm is de brandblussamenstelling een brandblusconcentraat of brandblusschuimconcentraat, en omvat het 20,00 tot 60,00 % in gewicht van de genoemde polymeerverbinding. Het genoemde concentraat omvat bij voorkeur 25,00 tot 50,00 % in gewicht van de genoemde polymeerverbinding. Schuimconcentraten kunnen de controle over een brand sneller en met lagere productvolumes verkrijgen dan gelijkaardige middelen, hetgeen schade aan eigendom en de impact op de omgeving aanzienlijk kan verminderen. In sommige uitvoeringsvormen omvat de genoemde samenstelling ten minste twee polymeerverbindingen volgens het eerste aspect van de uitvinding, waarbij de genoemde polymeerverbindingen beide aanwezig zijn in een concentratie tussen 0,05 en 30,00% in gewicht. Het gecombineerde gebruik van twee verbindingen biedt een synergistisch effect ter bevordering van schuimstabiliteit, stroomkenmerken en amfoteer karakter aangezien een diverse groep van X-, Y- en Z-helften mogelijk wordt toegepast in de samenstelling. Er is gevonden dat wanneer een combinatie van ten minste twee polymeerverbindingen wordt gebruikt, één van de genoemde verbindingen kan optreden als oppervlakteactieve stof, terwijl een andere van de genoemde verbindingen kan optreden als een schuimstabilisator.
Verdere uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding omvatten ten minste 3 polymeerverbindingen, bij voorkeur ten minste 4 polymeerverbindingen, meer bij voorkeur ten minste 5 polymeerverbindingen. Door een veelheid aan verschillende polymeerverbindingen op te nemen kan de brandblussamenstelling volgens de onderhavige uitvinding afgestemd worden op erg specifieke condities, hetgeen optimale controle en doeltreffendheid in een erg diverse verscheidenheid aan condities toelaat. De brandblussamenstelling volgens een uitvoeringsvorm omvat ten minste één oppervlakteactieve stof die is gekozen uit de groep van niet-ionische oppervlakteactieve stoffen, anionische oppervlakteactieve stoffen en amfotere oppervlakteactieve stoffen. De genoemde oppervlakteactieve stoffen, in het bijzonder in combinatie, laten toe dat de brandblussamenstelling een homogeen mengsel vormt, voor het produceren van een stabiel schuim met een breed bereik aan materialen en het bieden van uitstekende brandbluseigenschappen. Geschikte niet-ionische oppervlakteactieve stoffen voor de onderhavige beschrijving omvatten, maar zijn niet beperkt tot, polyethyleenderivaten van alkylfenolen, lineaire of vertakte alcoholen, vetzuren, alkylamines, alkylamiden, en acetylenische glycols, alkylglycosiden en alkylpolyglycosiden, blokpolymeren van polyethyleen- en polypropyleeneenheden. Anionische oppervlakteactieve stoffen kunnen zijn geselecteerd uit de voorbeeldgroep van alkyloppervlakteactieve stoffen, alkylcarboxylaten, alkylsulfaten, sulfonaten, en geëthoxyleerde derivaten daarvan. Amfotere oppervlakteactieve stoffen die toepasselijk zijn in de onderhavige samenstelling omvatten, maar zijn niet beperkt tot, oppervlakteactieve stoffen die in dezelfde molecule, amino- en carboxy-, sulfon- en zwavelesterhelften, zoals amineoxiden, aminopropionaten, sultaïnes, sulfobetaïnes, alkylsulfobetaïnes, alkylbetaïnes, alkylaminobetaïnes, dihydroxyethylglycinaten, imidazolineacetaten, imidazolinepropionaten, en imidazolinesulfonaten.
Bij voorkeur omvat de genoemde samenstelling 0,50 tot 10,00 % in gewicht van een niet-ionische oppervlakteactieve stof, 0,50 tot 10,00 % in gewicht van een anionische oppervlakteactieve stof, en 0,25 tot 10,0 % in gewicht van een amfotere oppervlakteactieve stof. De genoemde combinatie biedt uitstekende brandbestrijdende eigenschappen, mobiliteit, visco-elasticiteit en schuimstabiliteit aan de samenstelling, terwijl de genoemde samenstelling een minimaal gevaar vormt voor het milieu en/of de menselijke gezondheid. Bij voorkeur omvat de genoemde samenstelling 2,50 tot 6,00 % in gewicht van een niet-ionische oppervlakteactieve stof, 2,50 tot 6,00 % in gewicht van een anionische oppervlakteactieve stof, en 0,10 tot 2,50 % in gewicht van een amfotere oppervlakteactieve stof.
De onderhavige uitvinding in een vierde aspect biedt een werkwijze voor de productie van een polymeerverbinding met de algemene formule (I) of met de algemene formule (II). De werkwijze volgens de onderhavige uitvinding is gebaseerd op de reactiviteit van de aminefuncties van polyethyleenimines die verschillende molecuulgewichten hebben.
Volgens een uitvoeringsvorm reageren de genoemde aminefuncties met reactieve verbindingen van de volgende klassen: - monofunctionele verbindingen zoals alkyltosylaten, polyethyleenglycol methylether tosylaten, epoxiden, acylchloriden en/of alkylisocyanaten; - difunctionele verbindingen zoals ethylmonochlooracetaat, di-tosylaten, dicarboxylzuurchloriden, di-epoxiden en/of di-isocyanaten; - natriummonochlooracetaat, acrylzuur, bèta-propiolacton, 1,3-propaansulton en / of 1,4-butaansulton.
Volgens een uitvoeringsvorm omvat de werkwijze de volgende stappen: a. het voorzien van een polyethyleenimine met formule (CH2-N(-CH2-CH2- NH2)-CH2-CH2-NH-CHz)n.2, omvattende een veelvoud aan reactieve NHz- groepen, b. het reageren van de genoemde polyethyleenimine met een glycidylether met de algemene formule (III), een tosylaat met de algemene formule X- O-Ts, een acyl chloride met de algemene formule CI-C(=0)-C1-C12-alkyl, een isocyanaat met de algemene formule O=C=N-C1-C12-alkyl, of combinaties daarvan, 7 vo” X Ö (HD waarbij X een deel is dat is geselecteerd uit de groep van lineair of vertakt C2-C15-alkyl, CH3-O-(C2-alkyl-O)r-C2-alkyl, C3-C15-cycloalkyl, C6-C15- aryl, lineair of vertakt C2-C15-alkyl-C(=O), C4-C18-alkyl-NH-C(=O), trimethoxysilaan-C3-alkyl, polydimethyl-siloxaan-C3-alkyl, en combinaties daarvan,
c. optioneel, het reageren van het reactieproduct van stap b met een diglycidylether met de algemene formule (IV), een di-tosylaat met de algemene formule Ts-O-(CH2-CH2-O)r-Ts, een dicarboxylzuurchloride met de algemene formule CI-C(=0)-(CH2)r-C-(=0)-CI of CI-C(=0)-(0-
CH2-CH2)r-C-(=0)-CI, een di-isocyanaat met de algemene formule O=C=N-(CH2)r-N=C=0, of combinaties daarvan, en en, ee, eo es ©” == X # \ # 5 © (IV) waarbij Y een deel is dat is geselecteerd uit de groep van CH2-C(=0), lineair of vertakt (C2-C3-alkyl-O)r, lineair of vertakt C2-C15-alkyl, lineair of vertakt (C2-C3-alkyl-O)r, (O=)C-C2-C8-alkyl-C(=0), (O=)C-NH-C4- C8-alkyl-NH-C(=0O), bisfenolA, C3-alkyl-polydimethylsiloxaan-C3-alkyl, waarbij r een geheel getal is tussen 3 en 10, en combinaties daarvan, en d. het reageren van het reactieproduct van stap b en c met een verbinding die is geselecteerd uit de groep van natriumchlooracetaat, acrylzuur, bèta- propiolacton, 1,3-propaansulton, en combinaties daarvan.
De synthesewijze die is gekozen, is erg veelzijdig, aangezien de structuur van de resulterende polymeerverbindingen gemakkelijk kan worden gemoduleerd volgens de eigenschappen die men wenst te verkrijgen met het fluorvrije blusschuim.
Volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding heeft de genoemde polyethyleenimine een molecuulgewicht van tussen 800 en 25000 Da.
X is, bij voorkeur, een helft die is geselecteerd uit de groep van 2-ethylhexyl glycidyl ether, octyl glycidyl ether, decyl glycidyl ether, dodecyl glycedyl ether, tetradecyl — glycidyl ether, glycidyl neodecanoaat, en combinaties daarvan.
Gebruikt in fluorvrije brandblussamenstellingen maken de lange op koolwaterstoffen gebaseerde ketens geënt op de polyethyleenimineprecursorpolymeren via monoepoxideverbindingen van het glycidische type het mogelijk de brandblussamenstelling betere schuimbaarheid, mobiliteit en visco-elasticiteit te geven.
Het doel is de resulterende polymeerverbinding een amfifiel karakter te geven, waarbij het uitstekende schuimeigenschappen van de resulterende polymeerverbinding in op water gebaseerde samenstellingen biedt. Omwille van de genoemde amfifiele aard van de polymeerverbinding is het mogelijk de totale hoeveelheid koolstofhoudende oppervlakteactieve stoffen in schuimformuleringen, of meer in het bijzonder, blusschuim te verminderen, terwijl nog steeds uitstekende stroom- en bevochtigingskenmerken van de samenstellingen waarin het wordt gebruikt, worden verkregen.
In een uitvoeringsvorm van de werkwijze is Y een helft die is geselecteerd uit de groep van neoptentyl glycol diglycidyl ether, 1-4-butanediol diglycidyl ether, 1,6- hexanodiol diglycidyl ether, polypropyleneglycol diglycidyl ether, en combinaties daarvan. De introductie van een crosslinkingmiddel via glycidische diepoxideverbindingen laat aan de polymeren volgens de uitvinding toe een oleofobe barrière binnen het schuim te vormen, hetgeen de contaminatie door niet-polaire vloeistoffen zoals koolwaterstoffen voorkomt. Deze barrière vertraagt ook de decantatie van het schuim en verbetert dus de stabiliteit ervan op het oppervlak van niet-polaire vloeistoffen zoals koolwaterstoffen.
Een verdere of een andere uitvoeringsvorm van de werkwijze omvat het reactieproduct van stap b dat wordt gereageerd met een glycidyl ether-terminus propyl-polydimethylsiloxaan of propyl-trimethoxysilaan alvorens stap c uit te voeren. De introductie van een siloxaan- of silaansegment via mono-epoxiden van het glycidische type binnen de macromoleculaire structuur van de polymeren volgens de uitvinding geeft een beter vloeibaarheid en een betere spreiding van het schuim op het oppervlak van niet-polaire vloeistoffen zoals koolwaterstoffen. De aanwezigheid van silaan en/of siloxaan geeft uitstekende alcoholbestendige eigenschappen aan de resulterende polymeerverbinding. De verbinding produceert een dampafdichtingsfilm die snel spreidt over koolwaterstofoppervlakken om een snelle controle en blussing — te bieden. Op polaire solventen, in het bijzonder in combinatie met een gompolymeer zoals xanthaangom, wordt een onoplosbaar polymeermembraan gevormd tussen het brandend oppervlak en het schuim, hetgeen het schuim beschermt en de afbraak ervan voorkomt.
Het reactieproduct van stap b of c wordt, volgens een verdere of een andere uitvoeringsvorm, gereageerd met een diglycidyl ether-terminus propyl- polydimethylsiloxaan alvorens stap d uit te voeren. De genoemde reactie draagt bij tot het verlagen van oppervlaktespanning en verbetert de schuimstabiliteit, terwijl een gecrosslinkte polymeerverbinding met verbeterde brandbestrijdende eigenschappen wordt verkregen.
In stap b wordt de genoemde polyethyleenimine gereageerd met het glicidyl ether met de algemene formule (II) bij een temperatuur tussen 45,0 en 80,0°C. Volgens een uitvoeringsvorm wordt het polyethyleenimine gereageerd met het glycidyl ether in de aanwezigheid van butyldiglycol of propyleenglycol. Butyldiglycol of propyleenglycol worden toegevoegd aan het polyethyleenimine bij een temperatuur tussen 45,0 en 60,0 °C. Butyldiglycol of propyleenglycol worden bij voorkeur toegevoegd bij een temperatuur tussen 45,0 en 55,0 °C, meest bij voorkeur bij 50,0°C. Er wordt opgemerkt dat de reactie mogelijk licht exotherm is en dat na het toevoegen van het glycidyl ether, de reactie bij voorkeur plaatsvindt bij een temperatuur tussen 60,0 en 80,0 °C gedurende 30 tot 90 minuten. In een meer voorkeur dragende uitvoeringsvorm, na additie van het glycidyl ether, vindt de genoemde reactie plaats bij 70,0°C gedurende 60 minuten.
Het reactieproduct van stap c wordt gereageerd met het diglycidyl ether met algemene formule (IV) in stap c bij een temperatuur tussen 60,0 en 80,0°C gedurende 30 tot 90 minuten. Volgens een voorkeur dragende uitvoeringsvorm vindt de genoemde reactie plaats bij een temperatuur van 70,0°C gedurende 60 minuten. In stap d wordt het reactieproduct van stap c gereageerd met natriumchlooracetaat, bèta-propiolacton of 1,3-priopiosulton bij een temperatuur tussen 75,0 en 85,0°C gedurende 30 tot 90 minuten. Het genoemde natriumchlooracetaat, bèta- propiolacton of 1,3-propiosulton volgens een uitvoeringsvorm wordt toegevoegd als een waterige oplossing aan het reactiemengsel. De reactie vindt bij voorkeur plaats bij 75,0 tot 80,0°C gedurende 60 minuten.
In een verdere of een andere uitvoeringsvorm wordt een polymeerverbinding volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding geproduceerd door de werkwijze zoals hier is beschreven.
De uitvinding zal verder beschreven worden door de volgende niet-limitatieve voorbeelden die de uitvinding verder illustreren, en die niet zijn bedoeld, en niet mogen worden geïnterpreteerd als zijn een beperking van het bereik van de uitvinding.
VOORBEELDEN De onderhavige uitvinding zal nu verder geïllustreerd worden met verwijzing naar de volgende voorbeelden.
Voorbeeld 1 De onderstaande tabel toont mogelijke combinaties van helften X, Y en Z die de polymeerverbinding volgens de onderhavige uitvinding voorzien van uitstekende brandbluseigenschappen. helft X helft Y helft zZ 1 propyl-polydimethylsiloxaan- - acetyl O-CH2-CH(-OH)-CH2 2 dodecyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2 CH2-CH(-OH)-CH2-O-propyl acetyl polydimethylsiloxaan-propyl-O-CH2- CH(-OH)-CH2 3 tetradecyl-O-CH2-CH(-OH)- CH2-CH(-OH)-CH2-O-propyl acetyl CH2 polydimethylsiloxaan-propyl-O-CH2- CH(-OH)-CH2 De polymeerverbindingen zijn geschikt voor gebruik in een brandblussamenstelling, waarbij het uitstekende brandbluseigenschappen, een goede mobiliteit, visco- elasticiteit en schuimstabiliteit biedt.
Voorbeeld 2 De onderstaande tabel toont een typische fluorvrije formulering bevattende twee polymeren volgens uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding, en bruikbaar als een wateradditief in brandblussers voor het bestrijden van branden van klasse A en B. component % in gewicht water 81,0 - 61,0 glycolether 0,0 - 0,5 biopolymeer 0,0 - 0,3 suikerverbinding 10,0 - 20,0 antigelmiddel 1,0 - 3,0 polymeerverbinding volgens de 0,2 — 1,0 uitvinding A polymeerverbinding volgens de 0,6 - 3,0 uitvinding B niet-ionische oppervlakteactieve stof 3,0 — 5,0 amfotere oppervlakteactieve stof 0,5 - 1,0 anionische oppervlakteactieve stof 4,0 — 5,0 bufferoplossing 0,0 - 0,1 corrosiebestrijdend middel 0,0 - 0,2 schuimstabilisator 0,0 - 0,2 De brandblussamenstelling levert een stabiel schuim op met uitstekende brandbestrijdende eigenschappen, zonder de nood aan gefluoreerde oppervlakteactieve stoffen of gefluoreerde polymeren.
De genoemde samenstelling wordt als milieuvriendelijker beschouwd dan andere samenstelling die momenteel bekend zijn.
De brandbestrijdende samenstelling is in het bijzonder geschikt voor het bestrijden van branden van klasse A en B en heeft een bijzonder hoge schuimstabiliteit.
Voorbeeld 3 De onderstaande tabel toont typische fluorvrije schuimconcentraten bevattende polymeren volgens de uitvinding en bruikbaar bij 1 % en 3 % in water voor het bestrijden van koolwaterstofbranden, hetgeen een uitzonderlijk hoge schuimstabiliteit biedt. component 1% concentraat 3% concentraat (% in gewicht) (% in gewicht) water 3,7 70,9 suikerverbinding 8,5 2,3 glycerine 8,0 1,4 polyethyleenglycol 9,5 1,4 anionische oppervlakteactieve stof 8,0 1,9 niet-ionische oppervlakteactieve stof 8,0 3,0 amfotere oppervlakteactieve stof 6,0 2,3 polymeerverbinding volgens de uitvinding 48,0 16,6 bufferoplossing 0,1 0,1 corrosiebestrijdend middel 0,2 0,1

Claims (9)

CONCLUSIES
1. Polymeerverbinding met de algemene formule (I)
X Z | X 7 >
N N N 2 2
H H n-2 (I) of de volgende algemene formule (IT)
NT TT NN HN NH, HN \ Z
Y VA / / A 7 7 7
N N N Sy US 2
H H n'-2 (IT) waarbij - X een deel is dat is geselecteerd uit de groep van lineair of vertakt C2-C15- alkyl, CH3-0-(C2-alkyl-O)r-C2-alkyl, C2-C15-alkyl-0-CH2-CH(-OH)-CH2, C3- C15-cycloalkylI-0-CH2-CH(-OH)-CH2, C6-C15-aryl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, lineair of vertakt C2-C15-alkyl-C(=O), C4-C18-alkyl-NH-C(=0O), trimethoxysilaan-C3- alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-0-CH2-CH(-OH)-CH2, en combinaties daarvan, - Y een deel is dat is geselecteerd uit de groep van CH2-C(=O), lineair of vertakt (C2-C3-alkyl-O)r, lineair of vertakt CH2(-0H)-CH-CH2-0-C2-C15-alkyl-0-CH2- CH(-OH)-CH2, lineair of vertakt CH2(-OH)-CH-CH2-O-(C2-C3-alkyl-O)r-CH2- CH(-OH)-CH2, (O=)C-C2-C8-alkyl-C(=O), (O=)C-NH-C4-C8-alkyl-NH-C(=0),
CH2-CH(-OH)-CH2-O-bisfenolA-O-CH2-CH(-OH)-CH2, CH2-CH(-OH)-CH2-O-C3- alkyl-polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-0-CH2-CH(-OH)-CH2, en combinaties daarvan, - Z een deel is dat is geselecteerd uit de groep van C1-C5-alkyl-C(=0)-OH, C1- C5-alkyl-S(=0)2-OH, en combinaties daarvan, en - waarbij r een geheel getal is van 3 tot 10, - waarbij n-2, n’-2 gehele getallen zijn van 1 tot 40, en - waarbij ten minste de genoemde helft X trimethoxysilaan-C3-alkyl-O-CH2-CH(- OH)-CH2 of polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-0-CH2-CH(-OH)-CH2 is en / of de genoemde helft Y CH2-CH(-OH)-CH2-O-C3-alkyl-polydimethylsiloxaan-C3-alkyl- O-CH2-CH(-OH)-CH2 is.
2. Polymeerverbinding volgens conclusie 1, waarbij X polydimethylsiloxaan-C3- alkyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2 is.
3. Polymeerverbinding volgens conclusie 1, waarbij Y CH2-CH(-OH)-CH2-O-C3- alkyl-polydimethylsiloxaan-C3-alkyl-0-CH2-CH(-OH)-CH2 is en X een deel is dat is geselecteerd uit de groep van 2-ethylhexyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, octyl-O-CH2- CH(-OH)-CH2, decyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, dodecyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, tetradecyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, neodecyl-O-CH2-CH(-OH)-CH2, en combinaties daarvan.
4. Polymeerverbinding volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 3, waarbij de genoemde polymeerverbinding een schuimstabilisator is.
5. Gebruik van ten minste één polymeerverbinding volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 4 in een brandblusschuim.
6. Gebruik volgens conclusie 5, waarbij de genoemde polymeerverbinding een schuimstabilisator is.
7. Gebruik volgens conclusie 5 of 6, waarbij het genoemde brandblusschuim een fluorvrij schuim is voor het blussen van branden van klassen A en / of B.
8. Gebruik volgens een der voorgaande conclusies 5 tot 7, waarbij de genoemde polymeerverbinding een concentratie heeft tussen 0,10 en 20,00 m% van de totale brandblussamenstelling.
9. Gebruik volgens een der voorgaande conclusies 5 tot 8, waarbij de genoemde ten minste twee verschillende polymeerverbindingen aanwezig zijn, waarbij de genoemde polymeerverbindingen beide aanwezig zijn in een concentratie tussen 0,05 en 30,00 m%.
BE20195261A 2019-04-18 2019-04-18 Polymeerverbinding en gebruik daarvan voor het stabiliseren van fluorvrij brandblusschuim BE1027199B1 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20195261A BE1027199B1 (nl) 2019-04-18 2019-04-18 Polymeerverbinding en gebruik daarvan voor het stabiliseren van fluorvrij brandblusschuim
PCT/EP2020/060895 WO2020212591A1 (en) 2019-04-18 2020-04-17 Polymeric compound for stabilizing fluorine-free fire extinguishing foam and method of making same
EP20719195.8A EP3956382A1 (en) 2019-04-18 2020-04-17 Polymeric compound for stabilizing fluorine-free fire extinguishing foam and method of making same

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20195261A BE1027199B1 (nl) 2019-04-18 2019-04-18 Polymeerverbinding en gebruik daarvan voor het stabiliseren van fluorvrij brandblusschuim

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1027199A1 BE1027199A1 (nl) 2020-11-13
BE1027199B1 true BE1027199B1 (nl) 2020-11-17

Family

ID=67296901

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20195261A BE1027199B1 (nl) 2019-04-18 2019-04-18 Polymeerverbinding en gebruik daarvan voor het stabiliseren van fluorvrij brandblusschuim

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1027199B1 (nl)

Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2019027456A1 (en) * 2017-08-02 2019-02-07 Amerex Corporation HYDROCARBON SURFACTANTS WITH DOUBLE TAIL FOR FOAM COMPOSITIONS

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN103237577B (zh) 2010-10-01 2016-11-30 泰科消防产品有限合伙公司 具有减低的氟含量的水性灭火泡沫
CA2910174A1 (en) 2013-03-14 2014-09-25 Tyco Fire Products Lp Poly-perfluoroalkyl substituted polyethyleneimine foam stabilizers and film formers

Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2019027456A1 (en) * 2017-08-02 2019-02-07 Amerex Corporation HYDROCARBON SURFACTANTS WITH DOUBLE TAIL FOR FOAM COMPOSITIONS

Also Published As

Publication number Publication date
BE1027199A1 (nl) 2020-11-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0595772B1 (en) Low viscosity polar-solvent fire-fighting foam compositions
US10369394B2 (en) Use of high molecular weight acrylic polymers in fire fighting foams
RU2595689C2 (ru) Водные пены для огнетушения со сниженным содержанием фтора
US9956447B2 (en) Perfluoroalkyl functionalized polyacrylamide for alcohol resistant-aqueous film-forming foam (AR-AFFF) formulation
AU729298B2 (en) Fire-fighting agents containing polysaccharides and fluorochemical oligomeric surfactants
EP2969053B1 (en) Low molecular weight polyethylene glycol (peg) in fluorine containing fire fighting foam concentrates
AU2018203966A1 (en) Perfluoroalkyl composition with reduced chain length
AU2014236292A1 (en) Poly-perfluoroalkyl substituted polyethyleneimine foam stabilizers and film formers
CN110507944B (zh) 一种高浓缩型环保无氟压缩空气泡沫灭火剂
CN112206459A (zh) 一种无pfos水成膜泡沫灭火剂及其制备方法
WO2019027456A1 (en) HYDROCARBON SURFACTANTS WITH DOUBLE TAIL FOR FOAM COMPOSITIONS
KR101723833B1 (ko) 다목적 친환경 포소화약제
WO2021191706A1 (en) Fire-fighting foam concentrate with silicone surfactant
FR3068042A1 (fr) Nouveau melange tensioactif, nouvelle composition en comprenant et son utilisation dans les emulseurs pour combattre les incendies
BE1027199B1 (nl) Polymeerverbinding en gebruik daarvan voor het stabiliseren van fluorvrij brandblusschuim
US20040260017A1 (en) Inverter mixtures for polymer dispersions with improved environmental impact
BE1027198B1 (nl) Polymeerverbinding voor het stabiliseren van fluorvrij brandblusschuim en wekwijze voor het maken daarvan
EP3956382A1 (en) Polymeric compound for stabilizing fluorine-free fire extinguishing foam and method of making same
JPS5838569A (ja) 泡消火剤
JPH0379030B2 (nl)
JPS6368502A (ja) 水性懸濁状殺生剤組成物
EP0255731A1 (en) Fire-extinguishing composition
AU643601B2 (en) Aqueous film-forming foamable solution useful as fire extinguishing concentrate
JPS59203575A (ja) 水成膜泡消火剤用添加剤
JPS6154424B2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20201117