BE1026140A1 - Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel - Google Patents

Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel Download PDF

Info

Publication number
BE1026140A1
BE1026140A1 BE20185203A BE201805203A BE1026140A1 BE 1026140 A1 BE1026140 A1 BE 1026140A1 BE 20185203 A BE20185203 A BE 20185203A BE 201805203 A BE201805203 A BE 201805203A BE 1026140 A1 BE1026140 A1 BE 1026140A1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
valve
minimum pressure
pressure valve
subassembly
housing
Prior art date
Application number
BE20185203A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1026140B1 (nl
Inventor
Kristof Adrien Laura Martens
Schamphelaere Pieter De
Original Assignee
Atlas Copco Airpower Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority to BE2018/5203A priority Critical patent/BE1026140B1/nl
Application filed by Atlas Copco Airpower Nv filed Critical Atlas Copco Airpower Nv
Priority to PCT/IB2018/057628 priority patent/WO2019186258A1/en
Priority to US16/979,043 priority patent/US11859616B2/en
Priority to JP2020552402A priority patent/JP7303824B2/ja
Priority to PL18788912T priority patent/PL3781817T3/pl
Priority to ES18788912T priority patent/ES2912391T3/es
Priority to BR112020019374-7A priority patent/BR112020019374B1/pt
Priority to EP18788912.6A priority patent/EP3781817B1/en
Priority to CN201821745393.9U priority patent/CN209761726U/zh
Priority to CN201811253734.5A priority patent/CN110307161B/zh
Priority to TW108109251A priority patent/TWI734086B/zh
Publication of BE1026140A1 publication Critical patent/BE1026140A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1026140B1 publication Critical patent/BE1026140B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04CROTARY-PISTON, OR OSCILLATING-PISTON, POSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; ROTARY-PISTON, OR OSCILLATING-PISTON, POSITIVE-DISPLACEMENT PUMPS
    • F04C28/00Control of, monitoring of, or safety arrangements for, pumps or pumping installations specially adapted for elastic fluids
    • F04C28/24Control of, monitoring of, or safety arrangements for, pumps or pumping installations specially adapted for elastic fluids characterised by using valves controlling pressure or flow rate, e.g. discharge valves or unloading valves
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04BPOSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS
    • F04B53/00Component parts, details or accessories not provided for in, or of interest apart from, groups F04B1/00 - F04B23/00 or F04B39/00 - F04B47/00
    • F04B53/10Valves; Arrangement of valves
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04BPOSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS
    • F04B49/00Control, e.g. of pump delivery, or pump pressure of, or safety measures for, machines, pumps, or pumping installations, not otherwise provided for, or of interest apart from, groups F04B1/00 - F04B47/00
    • F04B49/22Control, e.g. of pump delivery, or pump pressure of, or safety measures for, machines, pumps, or pumping installations, not otherwise provided for, or of interest apart from, groups F04B1/00 - F04B47/00 by means of valves
    • F04B49/24Bypassing
    • F04B49/243Bypassing by keeping open the inlet valve
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04CROTARY-PISTON, OR OSCILLATING-PISTON, POSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; ROTARY-PISTON, OR OSCILLATING-PISTON, POSITIVE-DISPLACEMENT PUMPS
    • F04C29/00Component parts, details or accessories of pumps or pumping installations, not provided for in groups F04C18/00 - F04C28/00
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04CROTARY-PISTON, OR OSCILLATING-PISTON, POSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; ROTARY-PISTON, OR OSCILLATING-PISTON, POSITIVE-DISPLACEMENT PUMPS
    • F04C29/00Component parts, details or accessories of pumps or pumping installations, not provided for in groups F04C18/00 - F04C28/00
    • F04C29/02Lubrication; Lubricant separation
    • F04C29/026Lubricant separation

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Safety Valves (AREA)
  • Details Of Valves (AREA)
  • Compressor (AREA)
  • Control Of Fluid Pressure (AREA)
  • Valve Housings (AREA)

Abstract

De uitvinding betreft een minimum drukventiel (10) omvattende een behuizing (17) met de ventielinlaat (11) en de ventieluitlaat (12) met elkaar verbonden door middel van een kamer en verbindingsruimte (22a, 22b), het minimum drukventiel (10) verder omvattende een ventiellichaam (21) beweegbaar opgesteld in een kamer (20) tussen een gesloten positie waarin de ventielinlaat (11) is afgesloten en een open positie waarin de ventielinlaat (11) open is, het minimum drukventiel (10) verder omvattende onderdelen die zijn voorzien van afdichting en/ of glijdelen (24 , 26 , 30), waarbij een subassembly (22) van het minimum drukventiel (10) via een opening (31) in de behuizing (17) kan worden gedemonteerd en/of gemonteerd.

Description

Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel.
De uitvinding betreft een minimum drukventiel, in het bijzonder voor gebruik met een compressorinstallatie.
Het is bekend dat compressorinstallaties een minimum drukventiel omvatten, vaak gemonteerd bij de uitlaat van een drukvat, dat kan dienen met het oog op het scheiden van vloeistof, zoals olie in het geval van een olie-ingespoten compressor, van het gecomprimeerde gas dat het compressorelement verlaat.
Door het injecteren van een vloeistof, zoals bijvoorbeeld olie, in het element van de compressor tijdens de compressie van het gas, kan de stijging van de temperatuur van het gecomprimeerde gas onder controle worden gehouden. De koelvloeistof wordt meestal gescheiden van de gecomprimeerde gasstroom in een vloeistofscheider, die vaak is opgenomen in een drukvat gemonteerd stroomafwaarts van het compressorelement. De koelvloeistof wordt dan meestal gerecycleerd en teruggevoerd vanuit het drukvat of vloeistofscheider, doorheen een koeler, naar het compressorelement.
Terwijl de koelvloeistof door het koelcircuit stroomt, zal de druk van de koelvloeistof afnemen. Om ervoor te zorgen dat de druk van de koelvloeistof nog steeds voldoende hoog is om opnieuw in het compressorelement te worden geïnjecteerd, moet de druk in het drukvat op een voldoende hoog niveau worden gehandhaafd.
BE2018/5203
Een minimum drukventiel verzekert dat de druk in het drukvat, tijdens het laden van de compressorinstallatie, nooit onder een bepaalde minimum waarde daalt. Deze minimale waarde is het 'setpoint' van het minimum drukventiel.
Het setpoint is zodanig gekozen dat de injectie van koelvloeistof altijd gewaarborgd is onder alle omstandigheden. Dit betekent dat ook tijdens tijdelijke condities de druk voldoende hoog blijft om temperatuurspieken te voorkomen. Het setpoint is ook gekozen op een wijze dat de doorstroomsnelheid door het drukvat of de vloeistof scheider niet te hoog is, meer bepaald dat de doorstroomsnelheid door de (coalescentie)filter gemonteerd in de vloeistofafscheider of in een drukvat na de vloeistofafscheider niet te hoog is om schade aan deze component te voorkomen.
Bijkomend wordt in het minimum drukventiel gewoonlijk ook een terugslagklep voorzien. Deze terugslagklep zorgt ervoor dat het klantnet aangesloten op de compressor onder druk blijft wanneer de compressor is gestopt of onbelast draait, zodat geen energie uit het klantnet verloren gaat.
Dergelijke minimum drukventielen worden gebruikt in de industrie, zoals bijvoorbeeld uiteengezet in CN 101,520,103 Ά.
Er zijn echter enkele problemen gerelateerd aan minimum drukventielen.
Een minimum drukventiel vereist van tijd tot tijd
BE2018/5203 onderhoud. Meer in het bijzonder verslijten na verloop van tijd de glijringen van de zuiger en/of de stam van het ventiel, en/of de dichtingen, indien aanwezig. Dit kan leiden tot luchtlekken, wat de druk en/of het voorziene drukevenwicht op de beweegbare delen kan verstoren en kan leiden tot de onjuiste werking van het ventiel. In het ergste geval, kunnen sommige beweegbare delen vast komen te zitten, waardoor een slechte werking van het ventiel ontstaat.
Daarom worden de glijringen en/of de dichtingen regelmatig vervangen, bijvoorbeeld in combinatie met ander onderhoud van de compressor, zoals een oliewissel, nieuwe inlaatfliter, oliefilter, enz. Voor een olie-ingespoten compressor zou dit bijvoorbeeld na elke 8000 werkuren kunnen zijn.
Ter vervanging van de glijringen en/of de dichtingen demonteert de technieker eerst het minimum drukventiel. De inlaat van het minimum drukventiel is meestal gemonteerd bovenop het olieafscheidingsvat en aangesloten op de uitgang van het olieafscheidingsvat, waar de lucht, na gescheiden te worden van het merendeel van de olie, het olieafscheidingsvat verlaat. De uitlaat van het minimum drukventiel is meestal verbonden met de nakoeler. Beide verbindingen kunnen worden gemaakt, rechtstreeks of via extra leidingen. De verbindingen worden doorgaans gerealiseerd met een geboute flens of meer flexibele aansluiting.
De technieker zal de uitgang van het minimum drukventiel losmaken van de nakoeler, vaak ook de leidingen tussen het
BE2018/5203 minimum drukventiel en de nakoeler verwijderen, vervolgens het minimum drukventiel losmaken aan de kant van de uitgang van het olieafscheidingsvat en ten slotte het minimum drukventiel uit de compressor nemen. Het is duidelijk dat heel wat werk nodig is om het minimum drukventiel te demonteren.
Afhankelijk van de grootte van het minimum drukventiel, kan het gewicht van het minimum drukventiel zeer aanzienlijk zijn. Het is niet ongewoon dat het minimum drukventiel meer dan 20kg weegt. Ter plaatse beschikt de technieker echter niet altijd over hefmiddelen en zelfs met hefmiddelen is het uitnemen van het minimum drukventiel midden in de compressor een uitdaging. Vaak werkt de technieker alleen en heeft geen collega om gevallen zal de technieker uitnemen met de hand. Dit is standpunt en kan soms teweegbrengen.
hem te helpen. Dus in veel zelf het minimum drukventiel niet ideaal vanuit ergonomisch zelfs gevaarlijke situaties
Vervolgens zal de technieker het minimum drukventiel naar een plaats brengen waar het kan nagezien worden. Dit kan zijn in een workshop, indien beschikbaar, in zijn dienstwagen of soms gewoon in een open ruimte op de vloer. De technieker moet hoe dan ook het minimum drukventiel naar een geschikte locatie brengen. Soms heeft de technieker
wellicht een kar beschikbaar voor het verplaatsen van het
minimum drukventiel, maar vaak zal hij ook gewoon het
minimum drukventiel zelf dragen. Dit is ook niet ideaal
vanuit een ergonomisch standpunt.
Vervolgens zal de technieker het minimum drukventiel
BE2018/5203 demonteren, de glijringen en/of dichtingen vervangen en opnieuw het minimum drukventiel monteren. Bijgevolg zal de technieker het minimum drukventiel weer in de compressor monteren, opnieuw met dezelfde ongemakken zoals hierboven vermeld.
Het is duidelijk dat het onderhoud van het minimum drukventiel tijdrovend is, vaak niet zo ergonomisch en soms zelfs gevaarlijk is.
Een extra probleem is dat na het demonteren van het minimum drukventiel, de uitgang van het olieafscheidingsvat wordt blootgelegd (vooral in het geval dat het minimum drukventiel rechtstreeks op het olieafscheidingsvat wordt gemonteerd) . Vuil en vocht kunnen in het vat en in het oliecircuit terechtkomen, wat verschillende gevolgen kan hebben, gaande van kleine (vuil in de oliefilter) tot grote (bijvoorbeeld versneld falen van de lagers van het compressorelement) . Het kan ook gebeuren dat voorwerpen in het olieafscheidingsvat vallen, zoals bouten of moeren. Proberen om deze uit het olieafscheidingsvat te krijgen is vaak ingewikkeld, maar misschien wel nodig als de technieker geen extra reserveonderdelen heeft en bovendien moet ten allen prijze vermeden worden dat er voorwerpen in het olieafscheidingsvat blijven liggen.
De technieker kan dit allemaal voorkomen door tijdelijk de uitgang van de olieaf scheider af te sluiten, maar dat vereist extra gereedschap en werk.
BE2018/5203
De huidige uitvinding heeft tot doel een oplossing te bieden voor minstens één van de voornoemde en andere nadelen.
Het is een doel van de huidige uitvinding om te voorzien in een minimum drukventiel waarbij de reparatie of het onderhoud minder tijdrovend is, meer ergonomisch, minder gevaarlijk en minder blootgesteld aan vuil en andere vervuiling tijdens het onderhoud.
De huidige aanvraag heeft aldus betrekking op een verbeterd ontwerp van een minimum drukventiel.
Hiertoe betreft de uitvinding een minimum drukventiel bestaande uit een behuizing met een ventielinlaat en een ventieluitlaat die met elkaar verbonden zijn door middel van een verbindingsruimte; het minimum drukventiel omvat verder een ventiellichaam dat beweegbaar is opgesteld in een kamer tussen, enerzijds, een gesloten positie waarin de ventielinlaat is afgesloten en anderzijds, een open positie waarin de ventielinlaat open is; het minimum drukventiel omvat verder onderdelen die zijn voorzien van een afdichting en/of glijdelen, waarbij een subassembly van het minimum drukventiel via een opening in de behuizing kan worden gedemonteerd en/of gemonteerd.
Bij voorkeur kan voornoemde subassembly van het minimum drukventiel via een opening in de zijwand van de behuizing van het minimum drukventiel worden gedemonteerd en/of gemonteerd.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een minimum
BE2018/5203 drukventiel volgens de uitvinding, omvat de subassembly meestal de componenten die zijn voorzien van een afdichting en/of glijdelen, zoals afdichtringen en/of glijringen.
Het voordeel is dat de afdichting en/of glijdelen die blootgesteld zijn aan slijtage en/of veroudering gemakkelijk gecontroleerd kunnen worden en indien nodig, vervangen kunnen worden zonder het zware werk en tijdverlies van het demonteren van het volledige minimum drukventiel.
Bovendien is de subassembly van het minimum drukventiel die wordt uitgenomen aanzienlijk lichter in gewicht dan het volledige minimum drukventiel, waardoor het uitnemen en terugplaatsen veel ergonomischer kan. Alle andere handelingen van de subassembly zijn dan ook veel eenvoudiger en handiger.
Een ander voordeel is dat voor het afdichten van de verbinding tussen het minimum drukventiel en het olieafscheidingsvat en/of de nakoeler (of pijp naar het olieafscheidingsvat en/of de nakoeler), dichtingen gebruikt kunnen worden die niet geschikt moeten zijn voor hergebruik, gezien deze niet meer verbroken moeten worden. Dus ook metaallijm of vlakke afdichtingen kunnen worden gebruikt, die misschien goedkoper zijn en/of een langere levensduur hebben.
Nog een ander voordeel is dat de verbinding met het olieafscheidingsvat en/of de nakoeler op zijn minst gedeeltelijk afgedekt is wanneer de subassembly van het minimum drukventiel is afgenomen.
BE2018/5203
In een eerste uitvoeringsvorm van een minimum drukventiel volgens de uitvinding, wordt de opening in de zijwand van de behuizing van het minimum drukventiel afgedekt door een deksel.
Dit deksel is bij voorkeur gemonteerd door bouten of een andere soort van bevestiging die kan worden losgemaakt en opnieuw vastgemaakt.
Bij voorkeur wordt een dichting gelegd tussen het deksel en de behuizing van het minimum drukventiel om luchtdichtheid te garanderen.
In een andere voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een minimum drukventiel volgens de uitvinding kan de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen door de opening in de zijwand van de behuizing van het minimum drukventiel passeren.
In nog een andere voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een minimum drukventiel volgens de uitvinding, kan de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen worden vastgemaakt binnen het minimum drukventiel, bijvoorbeeld door klemmen of een ander type van bevestiging, dat kan worden losgemaakt en opnieuw vastgemaakt.
Het voordeel is dat de verbinding met het olieafscheidingsvat ten minste gedeeltelijk afgedekt blijft waardoor het risico vermindert op binnendringend vuil en/of vocht, of andere objecten die in het olieafscheidingsvat binnendringen/va11en.
BE2018/5203
De subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen heeft bij voorkeur een specifieke vorm, zodat het slechts op één manier in de behuizing van het minimum drukventiel kan passen.
In een tweede uitvoeringsvorm van een minimum drukventiel volgens de uitvinding, zijn het deksel en de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen, verbonden, zodat de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen kan worden uitgenomen samen met het deksel.
Bij voorkeur kan de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen en/of het deksel, uitgerust zijn met extra functies ter vergemakkelijking van het hanteren, zoals een handvat op het deksel.
Een ander voorbeeld is extra benen/pootjes op de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen, zodat de subassembly stabiel op een oppervlak kan worden geplaatst voor het verstrekken van gemakkelijke toegang voor een technieker voor inspectie en/of herziening.
In een andere uitvoeringsvorm van een minimum drukventiel volgens de uitvinding, kan de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen worden uitgerust van een verbinding, zodat een bepaalde luchtdruk kan worden toegepast op de componenten, bijvoorbeeld een bepaalde druk uitgeoefend op de zuiger.
In een eerste uitvoeringsvorm van een dergelijke
BE2018/5203 verbinding, kan deze verbinding worden aangesloten op een verbinding in de behuizing van het minimum drukventiel.
In een bepaalde uitvoeringsvorm van een dergelijke verbinding zou dit een verbinding kunnen zijn, gerealiseerd door klemmen tegen de behuizing van de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen, waarbij een uitlaat in de behuizing wordt verbonden met een inlaat van de subassembly, waarbij bij voorkeur de verbinding ook een dichting heeft geschikt voor een bepaalde speling en voor het waarborgen van de luchtdichtheid.
In een tweede uitvoeringsvorm van een dergelijke verbinding, kan deze verbinding aangesloten worden op een verbinding in de behuizing van het minimum drukventiel via een flexibele buis en schroef of via een bajonetsluiting.
In een derde uitvoeringsvorm van een dergelijke verbinding volgens de uitvinding, kan deze verbinding worden geïntegreerd in het deksel verbonden met de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen, zodat na montage van de subassembly met het deksel, een externe flexibele buis kan worden aangesloten op de dekselopening om luchtdruk te bezorgen naar de subassembly met de onderdelen die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen.
In een tweede aspect betreft de uitvinding een compressor omvattende een compressorelement met een gasinlaat en een uitlaat voor een samengeperst gas, de compressor omvat verder een drukvat met een inlaat aangesloten op de uitlaat
BE2018/5203 voor een samengeperst gas, waarbij een minimum drukventiel, zoals hierboven beschreven, rechtstreeks of op zekere afstand (d.m.v. een tussenliggend verbindingsstuk) op een uitlaat van het drukvat wordt voorzien, het minimum drukventiel met de ventielinlaat aangesloten op de uitlaat van het drukvat en de ventieluitlaat aangepast om te worden aangesloten op een gebruikersnetwerk, waarbij het minimum drukventiel een behuizing omvat waarbij de ventielinlaat en de ventieluitlaat zijn verbonden door middel van een kamer en verbindingsruimte, het minimum drukventiel omvat verder een ventiellichaam dat beweegbaar is opgesteld in een kamer tussen een gesloten positie waarin de ventielinlaat is afgesloten en een open positie waarin de ventielinlaat open is, waarbij een deel (de subassembly) van het minimum drukventiel dat de componenten omvat die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen, zoals afdichtringen en/of glijringen via een opening in de behuizing, bij voorkeur in de zijwand van de behuizing, kan worden gedemonteerd en/of gemonteerd.
De compressor is bij voorkeur een vloeistof- of oliegeïnjecteerde compressor.
In een derde aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor het onderhoud van een minimum drukventiel van een compressor zoals hierboven beschreven, de compressor omvat een compressorelement met een gas inlaat en een uitlaat voor een samengeperst gas, de compressor omvat verder een drukvat met een inlaat aangesloten op de uitlaat van samengeperst gas, waarbij een minimum drukventiel, zoals hierboven beschreven, rechtstreeks of op zekere afstand (d.m.v. een tussenliggend verbindingsstuk) wordt voorzien
BE2018/5203 op een uitlaat van het drukvat, het minimum drukventiel omvat de ventielinlaat aangesloten op de uitlaat van het drukvat en de ventieluitlaat is aangepast om te worden aangesloten op een gebruikersnetwerk, waarbij het minimum drukventiel een behuizing omvat waarbij de ventielinlaat en de ventieluitlaat zijn verbonden door middel van een kamer en verbindingsruimte; het minimum drukventiel omvat verder een ventiellichaam beweegbaar opgesteld in een kamer tussen een gesloten positie waarin de ventielinlaat is afgesloten en een open positie waarin de ventielinlaat open is, waarbij een subassembly van het minimum drukventiel dat de componenten omvat die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen, zoals afdichtringen en/of glijringen via een opening in de behuizing, bij voorkeur in de zijwand van de behuizing, kan worden gedemonteerd en/of gemonteerd, de subassembly omvat de onderdelen die zijn voorzien van afdichting en/of glijdelen voor vervanging van deze afdichting en/of glijringen.
De werkwijze bevat de volgende stappen: a) het losmaken van de bouten (of andere verbindingsmiddelen) van de subassembly, b) het uitnemen van de subassembly, bijvoorbeeld via het handvat, uit de opening in het minimum drukventiel, c) het uitnemen van het ventiellichaam, d) het vervangen van de dichting(en) en glijring(en), e) het uitnemen van de terugslagklep en vervangen van de glijring(en), f) het terug monteren van de terugslagklep en het ventiellichaam, g) het vastmaken van de bouten van de subassembly op de behuizing van het minimum drukventiel.
In het kader van de huidige uitvinding moet duidelijk zijn dat de voordelen hierboven met betrekking tot het minimum
BE2018/5203 drukventiel ook geldig zijn voor de compressor en de werkwij ze.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van een minimum drukventiel volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin:
figuur 1 schematisch een compressor volgens de uitvinding weergeeft;
figuren 2 en 3 schematisch een doorsnede weergeven van een minimum drukventiel van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding;
figuren 4 en 5 schematisch een dichting illustreren die kan worden gebruikt met het minimum drukventiel volgens de uitvinding; en figuren 6 en 7 schematisch een aanzicht en doorsnede weergeven van een minimum drukventiel volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de uitvinding.
Figuur 1 illustreert een compressor 1 bestaande uit een compressorelement 2 met een gasinlaat 3 en een samengeperst gasuitlaat 4. Meestal is de compressor 1 aangedreven door een vaste of een variabele snelheidsmotor 5.
Het compressorelement 2 moet worden opgevat als de behuizing waarin het compressorproces plaatsvindt door middel van een rotor of via een zuigercompressor beweging.
BE2018/5203
De compressor 1 omvat een drukvat 6 met een inlaat 7 verbonden met de samengeperste gasuitlaat 4 en een uitlaat 8 aangesloten op een gebruikersnetwerk 9. Dit drukvat 6 wordt ook wel vloeistofafschelder genoemd, omdat hierin de lucht gescheiden wordt van het merendeel van de vloeistof. De afgescheiden vloeistof wordt vervolgens teruggebracht naar het compressorelement via terugvoerleiding 16.
Verder omvat de compressor 1 een ( coalescentie)filter die ofwel gemonteerd wordt in de vloeistofafscheiden 6, ofwel in een afzonderlijk drukvat 13 na de vloeistofafscheider 6.
Een minimum drukventiel 10 is voorzien aan de uitlaat 8, op de vloeistofleiding voorzien tussen het drukvat 6 en het gebruikersnetwerk 9.
Het minimum drukventiel 10 heeft een ventielinlaat aangesloten op de uitlaat 8 ventieluitlaat 12 aangepast om gebruikersnetwerk 9.
van het drukvat 6 en een te worden aangesloten op een
Een leiding 14 verbindt de uitlaat 8 van het drukvat 6 met de drukregelingang van het minimum drukventiel 10; in deze leiding is een regeleenheid 15 voorzien die de druktoevoer via de aanvoerleiding 14 regelt.
Figuren 2 en 3 tonen een doorsnede van een minimum drukventiel 10 volgens de uitvinding.
Het minimum drukventiel 10 omvat een behuizing 17 met een behuizinginlaat 18, een behuizinguitlaat 19, een kamer 22a voor het ontvangen van een uitneembare subassembly 22 en
BE2018/5203 een verbindingsruimte 22b tussen de kamer 22a en de behuizinguitlaat 19.
De behuizinginlaat 18 wordt in vloeistofverbinding gebracht met de ventielinlaat 11 en de behuizinguitlaat 19 in vloeistofverbinding met de ventieluitlaat 12 wanneer het minimum drukventiel gemonteerd is binnen de compressor 1.
Het minimum drukventiel 10 omvat een ventiellichaam 21 beweegbaar in een kamer 20 tussen een gesloten positie waarin de ventielinlaat 11 is afgesloten en een open positie waarin de ventielinlaat 11 is geopend.
Wanneer de ventielinlaat 11 is afgesloten, is geen of praktisch geen vloeistof toegestaan te stromen doorheen het minimum drukventiel 10, dus vanaf de behuizinginlaat 18 naar de behuizinguitlaat 19 en verder naar het gebruikersnetwerk 9. Overwegende dat, wanneer de ventielinlaat 11 open is, vloeistof toegestaan is te stromen doorheen het minimum drukventiel 10, van de behuizinginlaat 18 naar de behuizinguitlaat 19 en verder het gebruikersnetwerk 9 bereikend.
De druk die bepaalt of het ventiellichaam 21 naar een open positie beweegt, wordt bepaald door een regeleenheid 15.
In veelal gebruikte minimum drukventielen 10, wordt een veer gebruikt voor het instellen van de drukwaarde waarbij het minimum drukventiel wordt geopend en afhankelijk van de capaciteit en het drukbereik van de compressor 1, wordt een dergelijke veer gekozen.
BE2018/5203
In de uitvoeringsvorm van de figuren vervangt een regeleenheid 15 voornoemde veer, hierbij componenten vermijdend die moeilijk ter plaatse te monteren of te vervangen zouden zijn, zoals beschreven in BE 2018/5011.
De regeleenheid 15 omvat een leiding 14 die een verbinding vormt tussen de uitlaat 8 van het drukvat 6 en een ruimte begrensd tussen het ventiellichaam 21 en de kamer 20.
Het kanaal 40 zal worden gebruikt voor het transport van lucht naar een eerste einde 21a van het ventiellichaam 21.
De kamer 20 omvat een groef 27 of uitsparing boven een eerste einde 21a van het ventiellichaam 21.
Dergelijke groef 27 creëert een holle ruimte tussen de binnenkant van de kamer 20 en het ventiellichaam 21 op het niveau van het eerste einde 21a.
Met het oog op deze uitvinding moet het duidelijk zijn dat minimum drukventielen die enerzijds een veer of anderzijds een regeleenheid 15 omvatten, binnen de scope van de uitvinding vallen.
Het ventiellichaam 21 omvat een dichting 24 die aangepast is om te worden gemonteerd op de buitenomtrek 24a van het ventiellichaam 21, zodus tussen het ventiellichaam 21 en de interne zijde van de kamer 20.
De dichting 24 is gemonteerd tussen het eerste einde 21a en het tweede einde 21b van het ventiellichaam 21.
BE2018/5203
Bijgevolg is een dergelijke dichting 24 gepositioneerd zodat er een scheiding is tussen enerzijds de ruimte begrensd tussen de dichting 24, de groef 27 en het eerste einde 21a, waarbij de drukwaarde wordt bepaald door de druk van de vloeistof die stroomt door het kanaal 40 en anderzijds de ruimte begrensd tussen de dichting 24, het tweede einde 21b en de verbindingsruimte in de behuizing 17 tussen de behuizinginlaat 18 en de behuizinguitlaat 19, waarbij de drukwaarde wordt bepaald door de druk toegevoerd naar de behuizinginlaat 18 in het geval dat het ventiellichaam zich in zijn geopende positie bevindt of door de druk heersend in de ventieluitlaat 19 in het geval dat het ventiellichaam zich in zijn gesloten positie bevindt.
Afhankelijk van de vereisten voor het minimum drukventiel 10, kunnen meer dan één dichting 24 gemonteerd worden, zoals bijvoorbeeld 2, 3 of meer dichtingen.
Bij voorkeur wordt een bidirectionele dichting gebruikt. Dit is een dichting die in beide richtingen zal werken. Figuren 4 en 5 tonen een dwarsdoorsnede van een dergelijke dichting.
Twee enkelwerkende dichtingen kunnen als alternatief worden gebruikt, die rug-op-rug of voorkant-op-voorkant in serie zijn geplaatst.
Hoewel in de figuren de dichting geplaatst is rond het ventiellichaam 21, zou het ook mogelijk zijn om deze te plaatsen in de behuizing 17 van het minimum drukventiel 10 door het voorzien van een groef in de kamer 20.
BE2018/5203
Bij voorkeur, maar niet limiterend, kunnen deze dichtingen worden gekenmerkt door zeer lage wrijving en weinig stickslip.
Het ventiellichaam 21 omvat een geleidend element 26, aangepast om te worden gemonteerd op de buitenomtrek 26a van het ventiellichaam 21, tussen het ventiellichaam 21 en de binnenkant van de kamer 20.
Dergelijk geleidend element 26 vermindert de slijtage van het ventiellichaam 21 en van de binnenkant van de kamer 20. Deze slijtage wordt veroorzaakt door de beweging van het ventiellichaam 21 binnen de kamer 20 en de wrijving die daarop wordt gegenereerd.
Er kunnen één of meerdere geleidende elementen worden voorzien. Bovendien absorberen de geleidende elementen 26 de dwarse krachten die zich voordoen tijdens de beweging van het ventiellichaam 21 binnen de kamer 20. Bijgevolg voorkomen deze geleidende elementen 26 een kanteling van het ventiellichaam 21 binnen de kamer 20 en daaropvolgend vast komen te zitten van het ventiellichaam 21 in de kamer 20.
De dichting 24 wordt aangebracht tussen twee geleidende elementen 26.
Het geleidende element 26 kan worden uitgevoerd in de vorm van een dichting, een glijring of een geleidende tape.
Hoewel in de figuren het geleidende element 26 geplaatst is rond het ventiellichaam 21, zou het ook mogelijk zijn om
BE2018/5203 dit te plaatsen in de behuizing 17 van het minimum drukventiel 10 door het voorzien van een groef in de kamer 20.
Het ventiellichaam 21 omvat een boring 28 waarin de zuiger 23 van de terugslagklep 36 is gemonteerd. Deze terugslagklep is beweegbaar tussen een gesloten positie waarin de behuizinginlaat 18 wordt afgesloten en een open positie waarin de behuizinginlaat 18 is geopend.
In de zuiger 23 is een kanaal 25 aangebracht om ervoor te zorgen dat zich geen lucht ophoopt tussen het uiteinde van de zuiger 23 en het uiteinde van de inwendige boring 28 in het ventiellichaam 21 waarin de zuiger 23 zich beweegt.
Voor een stabiele en evenwichtige werking van de terugslagklep ligt de as van de boring 28 gelijk of quasi gelijk met de as van het ventiellichaam 21.
De stapsectie 29 van de terugslagklep 36 zorgt voor de afdichting tussen de uitlaat 12 van het minimum drukventiel 10 en de uitlaat van het drukvat 6.
Voor een vloeiende beweging tussen de zuiger 23 en het ventiellichaam 21 en voor het beschermen van de zuiger 23 en het ventiellichaam 21 tegen de schadelijke effecten van de wrijving die daarop wordt gegenereerd, omvat de zuiger 23 verder een tweede geleidend element 30 die aangepast is opdat deze kan worden gemonteerd op plaats 30a tussen de zuiger 23 en het ventiellichaam 21.
Hoewel in de figuren het tweede geleidende element 30
BE2018/5203 geplaatst is rond de zuiger 23, zou het ook mogelijk zijn om deze te plaatsen in het vent iellichaam 21 van het minimum drukventiel 10 door het voorzien van een groef in de centrale boring 28 van het ventiellichaam 21.
Afhankelijk van het ontwerp kan het minimale drukventiel 10 bestaan uit sommige of zelfs alle technische kenmerken en functies hierin vermeld en in elke gewenste combinatie ervan. Met 'technische kenmerken en functies' wordt hier bedoeld: alle onderdelen van de compressor 1 en de regeleenheid 15 (kan ook vervangen zijn door een veer), de leiding 14, het ventiellichaam 21, het kanaal 25, de zuiger 23, de dichting 24, de geleidende eenheid 26, de groef 27, de stapsectie 29 en de tweede geleidende eenheid 30. Deze functies dienen niet allemaal aanwezig te zijn.
Zoals aangegeven in de figuren 2, 3, 6 en 7 is een deel van het minimum drukventiel 10 uitneembaar (de subassembly 22) via een opening 31 in de behuizing 17; we noemen dit verwijderbare deel de subassembly. Met subassembly wordt hier bedoeld: het deksel 32, het ventiellichaam 21, de dichting 24, de geleidende eenheid 26, de zuiger 23, de stapsectie 29 en de tweede geleidende eenheid 30. Deze onderdelen dienen niet allemaal aanwezig te zijn.
De subassembly heeft een geïntegreerde afdekplaat of deksel 32 die de opening 31 in de behuizing 17 van het minimum drukventiel 10 afdekt, bij voorkeur in de zijwand van de behuizing 17. Een optioneel handvat 33 om de subassembly eenvoudig te verwijderen is vastgemaakt op de buitenkant van het deksel 32.
BE2018/5203
De subassembly is bevestigd aan de buitenkant van de behuizing 17 van het minimum drukventiel 10 met behulp van vier bouten 34.
Verder is de subassembly welke uit het minimum drukventiel genomen kan worden, voorzien van een verbinding 40 zodat een bepaalde luchtdruk kan worden toegepast op de componenten.
Het onderhoud van het minimum drukventiel 10, volgens de uitvinding, gebeurt als volgt:
Allereerst worden de vier bouten 34 van de subassembly en de aansluiting van de druktoevoerleiding komende van het regelorgaan 15 op de verbinding 40 in de behuizing 17 losgemaakt. Vervolgens wordt de subassembly uit de behuizing 17 genomen via het handvat 33. Daarna wordt het ventiellichaam 21 uit de kamer 20 genomen.
De dichting 24 en de twee glijringen 26 zijn nu gemakkelijk toegankelijk voor vervanging.
De terugslagklep 36 (inclusief de zuiger 23) wordt uit het ventiellichaam 21 genomen waarbij de twee glijringen 30 kunnen worden vervangen.
De zuiger 23 en de terugslagklep 36 worden in het ventiellichaam 21 gemonteerd via een zelfuitlijning; hetzelfde gebeurt met het ventiellichaam 21 in de kamer 20.
Tenslotte worden de vier bouten 34 van de subassembly aangespannen op de behuizing 17 van het minimum drukventiel
BE2018/5203 en wordt de druktoevoerleiding komende van het regelorgaan 15 terug vastgemaakt op de verbinding 40 in de behuizing 17.
In het weergegeven voorbeeld is er een dichting 38 voorzien tussen het deksel 32 en de behuizing 17 van het minimum drukventiel 10 om luchtdichtheid te garanderen. Ook deze dichting 38 zal gemakkelijk toegankelijk zijn voor vervanging wanneer de subassembly uit de behuizing 17 is 10 genomen via het handvat 33.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een minimum drukventiel, compressor 15 en werkwijze volgens de uitvinding zoals gedefinieerd door de conclusies, kunnen volgens allerlei varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (21)

Conclusies .
1. Minimum drukventiel (10) omvattende een behuizing (17) met een ventielinlaat (11) en een ventieluitlaat (12) met elkaar verbonden door middel van een kamer en verbindingsruimte (22a, 22b), waarbij het minimum drukventiel (10) verder een ventiellichaam (21) omvat dat beweegbaar is opgesteld in een kamer (20), tussen, enerzijds, een gesloten positie waarin de ventielinlaat (11) is afgesloten en anderzijds, een open positie waarin de ventielinlaat (11) open is, waarbij het minimum drukventiel (10) verder onderdelen omvat die zijn voorzien van afdichting en/of glijdelen (24, 26, 30), daardoor gekenmerkt dat een subassembly (22) van het minimum drukventiel (10) via een opening (31) in de behuizing (17) kan worden gedemonteerd en/of gemonteerd.
2. Minimum drukventiel (10) volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de opening (31) zich in de zijwand van de behuizing (17) van het minimum drukventiel (10) bevindt.
3. Minimum drukventiel (10) volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat voornoemde subassembly (22) de componenten omvat die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen (24, 26, 30), zoals afdichtringen en/of glijringen, voornoemde componenten omvattende de kamer (20), het ventiellichaam (21) en de terugslagklep (36).
BE2018/5203
4. Minimum drukventiel (10) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de opening (31) in de behuizing (17) van het minimum drukventiel (10) afgedekt wordt door een deksel (32).
5. Minimum drukventiel (10) volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat dit deksel (32) is gemonteerd op de behuizing (17) door bouten (34) of een andere soort van bevestiging die kan worden losgemaakt en opnieuw vastgemaakt.
6. Minimum drukventiel (10) volgens conclusie 4 of 5, daardoor gekenmerkt dat een dichting (38) voorzien is tussen het deksel (32) en de behuizing (17) van het minimum drukventiel (10) om luchtdichtheid te garanderen.
7. Minimum drukventiel (10) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de subassembly (22) met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen (24, 26, 30) door de opening (31) in de zijwand van de behuizing (17) van het minimum drukventiel (10) kan passeren.
8. Minimum drukventiel (10) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de subassembly (22) met de onderdelen die voorzien zijn met dichting en/of glijdelen (24, 26, 30) kan worden vastgemaakt binnen het minimum drukventiel (10), bijvoorbeeld door klemmen of een ander type van bevestiging dat kan worden losgemaakt en opnieuw vastgemaakt.
BE2018/5203
9. Minimum drukventiel (
10) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de subassembly (22) een specifieke vorm heeft zodat het slechts op
één manier drukventiel in de behuizing ( (10) kan passen. 17) van het minimum 10. Minimum drukventiel (10) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het
deksel (32) en de subassembly (22) met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen (24,26, 30), verbonden zijn, zodat voornoemde subassembly (22) kan worden uitgenomen samen met het deksel (32).
11. Minimum drukventiel (10) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat voornoemde subassembly (22) en/of het deksel (32) uitgerust zijn met extra functies, zoals een handvat (33) op het deksel (32), om het hanteren te vergemakkelij ken.
12. Minimum drukventiel (10) volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de subassembly (22) wordt voorzien van een verbinding (40) zodat een bepaalde luchtdruk kan worden toegepast op de componenten.
13. Minimum drukventiel (10) volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat voornoemde verbinding (40) is aangesloten op een verbinding in de behuizing (17) van het minimum drukventiel (10).
14 .
Minimum drukventiel (10) volgens conclusie 13,
BE2018/5203 daardoor gekenmerkt dat voornoemde verbinding (40), een verbinding is gerealiseerd door klemmen tegen de behuizing (17) van de subassembly (22) met de onderdelen die zijn voorzien met dichting en/of glijdelen (24, 26, 30), waarbij een uitlaat in de behuizing wordt verbonden met een inlaat van de subassembly (22), waarbij bij voorkeur de verbinding ook een dichting heeft geschikt voor een bepaalde speling en voor het waarborgen van de luchtdichtheid.
15. Minimum drukventiel daardoor gekenmerkt dat aangesloten wordt op een (17) van het minimum (10) volgens conclusie 12, voornoemde verbinding (40) verbinding in de behuizing drukventiel (10) via een flexibele buis en schroef of bajonetsluiting.
16. Minimum drukventiel (10) volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat voornoemde verbinding (40) geïntegreerd is in het deksel (32), welk deksel (32) verbonden is met de subassembly (22) met de onderdelen die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen (24, 26, 30), zodat na montage van de subassembly (22) voorzien van het deksel (32), een externe flexibele buis kan worden aangesloten op het deksel (32) om luchtdruk te bezorgen naar de subassembly (22) met de onderdelen die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen (24, 26, 30).
17. Compressor (1) omvattende een compressorelement (2) met een gas inlaat (3) en een uitlaat (4) voor een samengeperst gas, de compressor (1) verder omvattende een drukvat (6) met een inlaat (7) aangesloten op de
BE2018/5203 uitlaat (4) voor samengeperst gas, waarbij een minimum drukventiel (10) volgens één van de conclusies 1 tot 16 wordt voorzien op een uitlaat (8) van het drukvat (6), het minimum drukventiel (10) met de ventielinlaat (11) aangesloten op de uitlaat (8) van het drukvat (6) en de ventieluitlaat (12) aangepast om te worden aangesloten op een gebruikersnetwerk (9), waarbij het minimum drukventiel (10) een behuizing (17) omvat waarbij de ventielinlaat (11) en de ventieluitlaat (12) zijn verbonden door middel van een kamer en verbindingsruimte (22a & 22b) , het minimum drukventiel (10) verder omvattende een ventiellichaam (21) beweegbaar opgesteld in een kamer (20) tussen een gesloten positie waarin de ventielinlaat (11) is afgesloten en een open positie waarin de ventielinlaat (11) open is, waarbij een subassembly (22) van het minimum drukventiel (10) via een opening (31) in de behuizing (17), bij voorkeur in de zijwand van de behuizing (17), kan worden gedemonteerd en/of gemonteerd.
18. Compressor (1) volgens conclusie 17, daardoor gekenmerkt dat de compressor een vloeistof- of oliegeïnjecteerde compressor is.
19. Compressor (1) volgens conclusies 17 of 18, daardoor gekenmerkt dat de compressor (1) een minimum drukventiel (10) volgens één van de conclusies 1 tot 16 omvat.
20. Werkwijze voor het onderhoud van een minimum drukventiel (6) van een compressor (1), de compressor
BE2018/5203 (I) omvattende een compressorelement (2) met een gas inlaat (3) en een uitlaat (4) voor een samengeperst gas, de compressor (1) verder omvattende een drukvat (6) met een inlaat (7) aangesloten op de uitlaat (4) voor samengeperst gas, waarbij een minimum drukventiel (10) volgens één van de conclusies 1 tot 16 wordt voorzien op een uitlaat (8) van het drukvat (6), het minimum drukventiel (10) met de ventielinlaat (11) aangesloten op de uitlaat (8) van het drukvat (6) en de ventieluitlaat (12) aangepast om te worden aangesloten op een gebruikersnetwerk (9), waarbij het minimum drukventiel (10) een behuizing (17) omvat waarbij de ventielinlaat (11) en de ventieluitlaat (12) zijn verbonden door middel van een kamer en verbindingsruimte (22a, 22b), het minimum drukventiel (10) verder omvattende een ventiellichaam (21) beweegbaar opgesteld in een kamer (20) tussen een gesloten positie waarin de ventielinlaat (11) is afgesloten en een open positie waarin de ventielinlaat (II) open is, daardoor gekenmerkt dat een subassembly (22) van het minimum drukventiel (10) via een opening (31) in de behuizing (16), bij voorkeur in de zijwand van de behuizing, kan worden gedemonteerd en/of gemonteerd, voornoemde subassembly (22) omvattende de componenten die zijn voorzien met afdichting en/of glijdelen (24, 26, 30), zoals afdichtringen en/of glij ringen.
21. Werkwijze volgens conclusie 20, bevattende de volgende stappen:
a. het losmaken van de bouten (34) van de subassembly (22),
BE2018/5203
b. het uitnemen van de subassembly (22) uit de opening (31) in het minimum drukventiel (10),
c. het uitnemen van het ventiellichaam (21),
d. het vervangen van de dichting (24) en glijringen (35) ,
e. het uitnemen van de terugslagklep (36) en het vervangen van de glijringen (37),
f. het terug monteren van de terugslagklep (36) en het ventiellichaam (21),
g. het vastmaken van de bouten (34) van de subassembly (22) OP de behuizing (17) van het minimum drukventiel ( NO) .
BE2018/5203A 2018-03-27 2018-03-27 Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel BE1026140B1 (nl)

Priority Applications (11)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2018/5203A BE1026140B1 (nl) 2018-03-27 2018-03-27 Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel
US16/979,043 US11859616B2 (en) 2018-03-27 2018-10-02 Minimum pressure valve and method for servicing such a valve
JP2020552402A JP7303824B2 (ja) 2018-03-27 2018-10-02 改良された最小圧力弁及び当該最小圧力弁を点検整備する方法
PL18788912T PL3781817T3 (pl) 2018-03-27 2018-10-02 Ulepszony zawór minimalnego ciśnienia i sposób serwisowania takiego zaworu
PCT/IB2018/057628 WO2019186258A1 (en) 2018-03-27 2018-10-02 Improved minimum pressure valve and method for servicing such a valve
ES18788912T ES2912391T3 (es) 2018-03-27 2018-10-02 Válvula de presión mínima mejorada y método para dar mantenimiento a dicha válvula
BR112020019374-7A BR112020019374B1 (pt) 2018-03-27 2018-10-02 Válvula de pressão mínima, compressor e método para manutenção de uma válvula de pressão mínima de um compressor
EP18788912.6A EP3781817B1 (en) 2018-03-27 2018-10-02 Improved minimum pressure valve and method for servicing such a valve
CN201821745393.9U CN209761726U (zh) 2018-03-27 2018-10-26 一种最小压力阀和压缩机
CN201811253734.5A CN110307161B (zh) 2018-03-27 2018-10-26 改进的最小压力阀和用于维护此种阀的方法
TW108109251A TWI734086B (zh) 2018-03-27 2019-03-19 改進的最小壓力閥、壓縮機和用於維護此種閥的方法

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2018/5203A BE1026140B1 (nl) 2018-03-27 2018-03-27 Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1026140A1 true BE1026140A1 (nl) 2019-10-21
BE1026140B1 BE1026140B1 (nl) 2019-10-29

Family

ID=61868100

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2018/5203A BE1026140B1 (nl) 2018-03-27 2018-03-27 Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel

Country Status (10)

Country Link
US (1) US11859616B2 (nl)
EP (1) EP3781817B1 (nl)
JP (1) JP7303824B2 (nl)
CN (2) CN209761726U (nl)
BE (1) BE1026140B1 (nl)
BR (1) BR112020019374B1 (nl)
ES (1) ES2912391T3 (nl)
PL (1) PL3781817T3 (nl)
TW (1) TWI734086B (nl)
WO (1) WO2019186258A1 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1026140B1 (nl) * 2018-03-27 2019-10-29 Atlas Copco Airpower Naamloze Vennootschap Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel
GB2598315A (en) * 2020-08-25 2022-03-02 Atlas Copco Airpower Nv Seal for a vacuum valve

Family Cites Families (30)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2208261A (en) * 1937-11-15 1940-07-16 Sherman Jackson Roose Company Gas pressure regulator
US2934307A (en) * 1957-12-11 1960-04-26 Walter P Henderson Valves
GB953755A (en) * 1960-05-23 1964-04-02 Atlas Copco Ab A minimum pressure delivery valve assembly
US3347259A (en) * 1966-11-10 1967-10-17 Parker Hannifin Corp Valve assembly
US3526246A (en) * 1968-02-26 1970-09-01 Burckhardt Ag Maschf Concentric suction and delivery valve for high pressure compressors and pumps
US4172466A (en) * 1977-07-01 1979-10-30 Target Rock Corporation Self-actuated pilot-controlled safety valve
DE3107775A1 (de) * 1981-02-28 1982-09-16 Mannesmann Rexroth GmbH, 8770 Lohr "druckventil"
US4362475A (en) * 1981-03-16 1982-12-07 Joy Manufacturing Company Compressor inlet valve
EP0121999B2 (en) * 1983-04-08 1991-01-02 Cash Engineering Co. Pty. Limited Improvements in flooded compressor separators
DE3342427A1 (de) * 1983-11-24 1985-06-05 Alfred Teves Gmbh, 6000 Frankfurt Druckventil
US5286095A (en) * 1992-11-27 1994-02-15 Tramec Corporation Air brake emergency control valves
AT403948B (de) * 1994-07-29 1998-06-25 Hoerbiger Ventilwerke Ag Ansaugregelventil für rotationsverdichter
US5540558A (en) * 1995-08-07 1996-07-30 Ingersoll-Rand Company Apparatus and method for electronically controlling inlet flow and preventing backflow in a compressor
ATE503950T1 (de) * 1998-12-23 2011-04-15 Goyen Controls Co Steuerventil zum durchflussmengenregelung von luft
BE1013293A3 (nl) * 2000-02-22 2001-11-06 Atlas Copco Airpower Nv Werkwijze voor het besturen van een compressorinstallatie en aldus bestuurde compressorinstallatie.
ITVI20010086A1 (it) * 2001-04-19 2002-10-19 Virgilio Mietto Regolatore di aspirazione dell'aria compressa in un serbatorio
GB0221554D0 (en) 2002-09-17 2002-10-23 Boc Group Plc Cylinder valve
GB0228294D0 (en) * 2002-12-04 2003-01-08 F X K Patents Ltd Improvements in or relating to valves
CN2599344Y (zh) * 2003-01-27 2004-01-14 纬凡金属股份有限公司 多通式球阀
BE1018073A3 (nl) * 2008-03-27 2010-04-06 Atlas Copco Airpower Nv Minimum-drukventiel.
CN101520103B (zh) * 2009-02-10 2011-01-19 南通市红星空压机配件制造有限公司 平衡式最小压力阀
JP2010270839A (ja) 2009-05-21 2010-12-02 Kowa Kogyo Kk 逆止弁ユニット
CN201568619U (zh) * 2009-08-31 2010-09-01 中国人民解放军62153部队 油罐自动换气阀
CN102192152A (zh) * 2010-03-09 2011-09-21 上海汉钟精机股份有限公司 用于带油分半封压缩机的压力维持阀
DE102010044336A1 (de) * 2010-09-03 2012-03-08 A. Kayser Automotive Systems Gmbh Entlüftungsanordnung für einen Kraftstofftank
WO2014183173A1 (en) 2013-05-14 2014-11-20 Atlas Copco Airpower, Naamloze Vennootschap Minimum pressure valve
BE1021737B1 (nl) 2013-09-11 2016-01-14 Atlas Copco Airpower, Naamloze Vennootschap Vloeistofgeinjecteerde schroefcompressor, sturing voor de overgang van een onbelaste naar een belaste situatie van zulke schroefcompressor en werkwijze daarbij toegepast
CN205370987U (zh) * 2016-01-14 2016-07-06 阿特拉斯·科普柯(无锡)压缩机有限公司 最小压力阀
CN206786094U (zh) * 2017-04-24 2017-12-22 成都华西流体控制科技有限公司 一种侧阀盖阀门
BE1026140B1 (nl) * 2018-03-27 2019-10-29 Atlas Copco Airpower Naamloze Vennootschap Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel

Also Published As

Publication number Publication date
US20210054838A1 (en) 2021-02-25
JP7303824B2 (ja) 2023-07-05
CN110307161A (zh) 2019-10-08
US11859616B2 (en) 2024-01-02
TWI734086B (zh) 2021-07-21
EP3781817A1 (en) 2021-02-24
EP3781817B1 (en) 2022-02-09
BE1026140B1 (nl) 2019-10-29
BR112020019374A2 (pt) 2020-12-29
CN209761726U (zh) 2019-12-10
TW202004022A (zh) 2020-01-16
BR112020019374B1 (pt) 2023-09-26
CN110307161B (zh) 2021-11-16
JP2021519891A (ja) 2021-08-12
WO2019186258A1 (en) 2019-10-03
ES2912391T3 (es) 2022-05-25
PL3781817T3 (pl) 2022-05-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5456583A (en) Liquid pump
BE1026140B1 (nl) Verbeterd minimum drukventiel en werkwijze voor onderhoud van dergelijk ventiel
EP2853744B1 (de) Kompressor mit und Verfahren zur Spülung des Kompressorgehäuses mit Spülgas
JP6615523B2 (ja) 水素圧縮装置および水素充填システム
RU2485348C2 (ru) Насос высокого давления
US20170368559A1 (en) Centrifugal Screening Apparatus
US8057193B2 (en) Screw compressor comprising a relief valve
EP3749860B1 (en) Unloader for a compressor and the maintenance thereof and compressor provided with an unloader
EP2728190B1 (en) A hydraulic piston pump
US10293281B2 (en) Fluid filter system with auto drain
US2958394A (en) Automatic moisture extractor for compressed air lines
US20110008192A1 (en) Front Pull-Out Hydraulics For Pumps
KR20030000735A (ko) 개선된 시일구조를 가지는 진공펌프 장치
EP3327296B1 (de) Hydrauliköltank mit integrierter kühlung
EP4026599B1 (en) An engine oil system and a lid
CN106837883B (zh) 多级离心泵
WO2015140162A1 (en) Valve body and valve comprising thereof
KR100641398B1 (ko) 유압기기 작동유의 이물질 제거 및 수집장치
SE537126C2 (sv) Bränslesystem
AT519397A1 (de) Hydrauliköltank mit integrierter Kühlung

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20191029