BE1026091B1

BE1026091B1 - Een samenstel voor een dentale precisieverankering

Info

Publication number: BE1026091B1
Application number: BE20180136A
Authority: BE
Inventors: Venturini Giuseppe Walther
Original assignee: Nobil Metal Spa
Priority date: 2018-11-08
Filing date: 2018-11-08
Publication date: 2020-01-07
Also published as: BE1026091A1

Abstract

Een precisieverankering voor het bevestigen van een dentale prothese in de mond van een patiënt omvattende een Matrix (1) component welke in de uitneembare prothese is ingewerkt en een Patrix (2) component als deel van een pijler in de mond. De Matrix (1) heeft een Uitstulping (1b) welke een contact maakt met een Depressie (2a) in het Centrum Contact (3) van de Patrix (2) voor afsteuning en om de totale hoogte te reduceren. De Radius van de Uitstulping (1c) van de Matrix (1) is kleiner dan de Radius van de Depressie (2b) van de Patrix (2) en creëert een Tussenruimte (4) zodat het parallel aligneren van Matrixen (1) over divergerende Patrixen (2) mogelijk is, en alsook een scharnierbeweging tussen Matrix (1) en Patrix (2) toelaat.

Description

EEN SAMENSTEL VOOR REN DENTALE PRECISIEVERANKERING

TOEPASSINGSGEBIED VAN DE UITVINDING

Deze uitvinding heeft betrekking tot een hulpmiddel voor hef verankeren van een gebitsprothése in de mend, algemeen bekend als een precisievorankering. Meer In haf bijzonder heeft deze uitvinding betrekking tot componenten van een precisieverankering voor het ultneembaar 10 bevestigen van een gebitsprothese.

Het mannelijke deel is in de mond bevestigd, typisch op implantaten of op stegen die implantaten verbinden of op wortels van tanden. Een passend vrouwelijk: deel is verwerkt in de uitneembare tandprothese.

Het mannelijk en vrouweiijk component verbinden zich door middel van 15 een klikmechanisme om de uitneembare tandprothese stevig in de mond te bevestigen,

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING

Een sferisehe mannelijk component van een precieieverankenngen is algemeen pairtx genoemd in de dentale industrie.

Een veelgebruikte toepassing van deze preoisieverankeringen is dat de patrix deel uitmaakt van een tandheelkundig implantaat of een deel van een pijler is dat in een tandheelkundig implantaat bevestigd is.

Aangezien implantaten vaak divergeren, is het van het grootste belang om de vrouwelijke delen die gewoonlijk matrixen genoemd worden parallel aan elkaar uit te lijnen, zodat de uitneembare tandprothese kan worden geplaatst zonder breuken of abnormale slijtage.

Het is voor de gebruiker belangrijk dat de precisieveran kering zo klein 30 mogelijk is om in de uitneembare tandprothese te verwerken zonder de uitneembare tandprothese breukgevoelig te maken of te overdimensioneren.

Vaak zijn slechts twee precisieverankerlngen voorzien in de uitneembare tandprothese. Sijtkrachten wordt in dat geval cvergebracht naar de kaak 35 door de precisieverankaring met de pijlers en door de uitneembare tandprothese op de samendrukbare zachte weefsels.

Het is bekend dat het onderliggende bot van de zachte weefsels resorbeert. Het zachte weefsel en de botresorptie vereisen een scharnierende beweging tussen de patrix en de matrix van de 40 p reel s ie vera n kering.

Een typische sferische precisie-bevestlging is ontworpen door Dr. Dalia Bona en is commercieel verkrijgbaar als DALBO door Cendres et Métaux SA in Zwitserland. De bolvormige metalen patrix verbindt zich uitneembaar met een matrix die is voorzien van lamellen,

De preoisieverankering van DALBO is ook gewijzigd zoals beschreven in EPW21999 door Cendres et Métaux SA in Zwitserland. De hoogte van deze precisieverankering is vaak moeilijk in te werken in de kunststof van

BE2018/0136 de. uitneembare tandprothese en zeer divergerende implantaten bemoeilijken het parallelliseren van de matrlxen.

Vete andere boivormige p reels ieveranke ringen met een kunststofmatrix zijn in de handel verkrijgbaar. Een typische uitvoeringsvorm is beschreven 5 in het US5Ô30Ô94 octrooi van Ezio Mardi. De matrix is een elastisch vervormbaar kunetstotnaWiaal en is omkapseld in een rigide metalen behuizing.

Het kunststof matenaal van de matrix moet voldoende dikte hebben om te vervormen en over de patrix. te klikken. Ook is deze precisteverankering 10 vaak moeilijk te verwerken in de kunststof van de dtneembare tandprotheserothèse vanwege de hoogte en de parallelle plaatsing van de matóxen op zeer divergerende pijlers is belemmerd.

Een verdere ontwikkeling van de sterische precisieverantering is beschreven in het WO 2015/180148 octrooi van Zest IP Holdings. De 15 matrix bestaat uit een combinatie van een vrouwelijke behuizing en een vrouwe lijk Inzetstuk.

Het externe bovenoppervlak van het vrouwelijke inzetstuk is in contact met een centrale projectie van het interne bovenoppervlak van de vrouwelijke behuizing. De centrale projectie creëert een concave tussenruimte dat zich 2Û radiaal uitstrekt langs een buitenomtrek van het binnenste bovenoppervlak van de holte van de behuizing.

De patrix heeft twee axiaal op elkaar geplaatste afgeplatte bolvormige delen en een afgeplat superieur aspect tegenover het binnenste bovenoppervlak van het vrouwelijke inzetstuk. De straal van da afgeplatte 25 sferoïde patrix is complementair aan de binnenzijde van het concave vrouwelijke inzetstuk, zodat het vrouwalijk inzetstuk kan scharnieren over het mannelijk deal om te compenseren voor divergerende implantaatopzetstukken of implantaten.

Het concept van deze precisieverankering vereist voor de matrix een 30 combinatie van twee componenten om een schamierbeweging te verkrijgen of om te compenseren voor divergerende pijlers die de kosten en complexiteit voor de gebruiker beïnvloeden.

Het tweecomponentenconoept vereist ook extra hoogte voor de precisiebevestiging. De patrix heeft in het platte buitenste bovenoppervlak een 35 zeskantige interne opening om een passend Instrument te ontvangen om het implantaatcpzetetuk in het implantaat te schroeven.

Verder .bevindt de centrale projectie van de vrouwelijke behuizing zich axiaal boven de opening voor het instrument in de patrix. Gezien de bijtkrachten en de dunne omtrek van het bovenoppervlak van het 40 vrouwelijk deel, wordt de projectie in de opening voor het instrument in de patrix gedrukt. Deze waarschijnlijke vervorming vermindert de beweerde sohamiereigensohap tussen patrix en matrix.

GEDETAILLEERDE OMSCHRIJVING VAN DE UITVINDING

De precisteverankenng in deze uitvinding omvat een patrix die in het algemeen sterisch is en een depressie heeft in het centrum van het supérieure aspect» De precisieverankering in deze uitvinding omvat ook

BE2018/0136 een matrix dié over de patrix past en een uitstulping in hef midden heeft die contact maakt met het centrum van de depressie van de patrix.

De patrix kan in metaal worden geproduceerd orn ingewerkt te worden in een gecementeerde worteikap. Als alternatief kan de patrix worden 5 vervaardigd in een gietbare kunststof die moet worden verwerkt In da was van een worteikap en vervolgens in metaal gegoten met verloren was techniek. Ais alternatief kan de patrix deel ultmaken van een tandheelkundig implantaat of een opzetstuk vooreen iandimplantaat

De patrix kan ook beschikbaar worden gestekt als een digitaal bestand 10 voor freesdoeleinden en wordt opgenomen in de vaste prothese welke aan de kaak van de patiënt is bevestigd. De patrix heeft bij voorkeur een diameter van 2,2S mm en heeft op zijn superieur aspect een depressie. Deze depressie is bij voorkeur sterisch.

De matrix kan worden geproduceerd in een stijve elastische kunststof, in 15 metaal of in een iechno-polymeer zoals Peek. De matrix koppelt met de buitenzijde van de patrix om retentie te verkrijgen, zodat de uitneembare tandprothese door een klikwerking in de mond wordt vastgehouden. Voor de retentie van de matrix met de patrix is de matrix voorzien van bij voorkeur 4 flexibele lamellen,

De straal van de uitstulping in dit octrooi is altijd kleiner - bij voorkeur 0,73 mm » dan de straal van de depressie « bij voorkeur 1,83 mm -,

Dentale implantaten zijn vaak divergerend en matrixes moeten parallel worden uitgelijnd urn abnormale slijtage of breuken te voorkomen.

Het verschil in straal van de depressie en de bijhorende straal van 25 uitstulping creëert een centraal contact en creëert ook voldoende tussenruimte dat zich radiaal langs een buitenomtrek van het binnenste bovenoppefvlak van de matrix uitstrakt zodat matrixen tot 20* rondom het centrum contact te schamieran en zodat de matrixen kunnen parallel aan elkaar in de prothese worden opgenomen wanneer patrixen divergeren en 30 scharnier eigenschappen tot 20^e van de tandprothese toelaten wanneer de tandprothese ook op zacht weefsel wordt ondersteund.

Als alternatief kunnen de depressie van de patrix en de uitstulping van de matrix een afgeronde conische uitstulping van de matrix en een afgeronde conische depressie van de patrix zijn.

KORTE BESCHRUVIHG VAM DE TEKENINGEN

De kenmerken van de uitvinding zuilen duidelijk worden uit de volgende beschrijving van een voorkeumuitvoeringsvorm, gegeven als een niet» 4Q beperkend voorbeeld.

FIG 1 is een Matrix

FIG 2 is een Patrix

FIG 3 is een axiale opstelling van een Matrix met een Patrix

FIG 4 is een geïnclineerde opstelling van een Matrix mat een Patrix

FIG 5 is een axiale opstelling van een Matrix met een Afgeronde Conische Uitstulping en een Patrix met Afgeronde Conische Depressie.

BE2018/0136

Nummers komen overeen met de volgende beschrijving;

1. Matrix la Lamel

1b Uitstulping

1c Radius van de Uitstulping td Afgeronde Conische Uitstulping

2, Patrix

2e Depressie

2b Radius van de Depressie

2o Afgeronde Conische Depressie

3. Centrum Contact

4. Tussenruimte

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

Het deel van deze uitvinding is om een precisieverankering beschikbaar te stellen met een minimale hoogte, een minimale breedte, een minimum aan componenten en die in grote mate kan compenseren voor de divergentie 20 van Patrixen (2), typisch op dentale implantaten. In deze uitvinding omvat de precisieverankering een Patrix (2) die in het algemeen sterisch Is met een Depressie (2a) in het midden van het superieure aspect.

De precisieverankering in deze uitvinding omvat ook een Matrix (1) die omvat wordt in de uitneembare tandprothese en die over de Patrix (2) past 25 om verwijderbaar te worden verbonden door een klikmechanisme met de

Patrix (2). De Matrix (1) heeft een boivormige Uitstulping (1b) die zich radiaal uststrekt aan het intern oppervlak en een Centrum Contact (3) heeft met de boivormige Depressie (2a) van de Patrix (2) wanneer deze zijn geassembleerd. De Radius van de Uitstulping (1c) van de Matrix (1). Is 30 kleiner dan de Radius van de Depressie (2b) van de Patrix (2).

Wanneer de Matrix (1) axiaal wordt geassembleerd met de Patrix (2) met de Lamellen (Ta) en met het Centrum Contact (3), wordt een Tussenruimte (4) gecreëerd dat zich radiaal langs de bolvormige Uitstulping (1b) uitstrekt De Tussenruimte (4) maakt een schuine ullijning 35 mogslijk tot 20' alsook een soharnierbeweging tot 20 van de Matrix (1) bovenop de Patrix (2).

Wanneer de Matrix (1) schuin gemonteerd is met de Patrix (2) mei de Lamellen (1a) en met het Centrum Contact (3), laat de Tussenruimte (4) een schuine uitlijning tot 20 toe.

De precisie wan kering met Uitstulping (1b) dat deel uitmaakt van de Matrix (1) en Depressie (2a) dat deel uitmaakt van de Patrix (2) vermindert de hoogte en de breedte van de precisieverankering aanzienlijk in vergelijking met andere bekende precisieverankeringen. Deze preoisieverankering samenstelling heeft minder componenten nodig die de

BE2018/0136 kosten en de complexiteit beïnvloeden dan vergelijkbare preGisieverankeringen die ook een scharnierbeweging mogekjk maken.

De Depressie (2a) van de Patrix (2) kan ook een Afgeronde Conische Depressie (2c) met een bolvormig Centrum Contact (3) zijn en de Uitstulping (1b) van de Matrix (1) kan een Afgeronde Conische Uitstulping (ld) zijn. De Radius (1c) van de Afgeronde Conische Uitstulping (ld) is kleiner dan de Radius (2b) van de tip van de Afgeronde Conische Depressie (2c) van de Patrix (2).

Claims

CONCLUSIES

1, Een tandheelkundige precisieverankering om een patiënt- uitneembare tandprothese te bevestigen in de mond, omvattende

5 * een over het algemeen sferisch gevormde Patrix (2) ♦ een passende Matrix (1 ) met een uitneembare verbinding met. de Patrix. (2) gekenmerkt doordat de Patrix (2) een Depressie (2a) in het centrum van het boven aspect heeft en de Matrix (1) een Uitstulping (1b) 10 heeft in de inwendige tóp rakende in een Centrum Contact (3) van de Depressie (2a) van de Patrix (2) en dat de Radius van de

Depressie (2b) van de Patrix (2) groter is den de Radius van de Uitstulping (1c) van de Matrix (1), waardoor een Tussenruimte (4) tussen Matrix (1) en Patrix (2) ontstaat
2. Een tandheelkundige precisieverankering volgens conclusie 1 gekenmerkt doordat de Tussenruimte (4) tussen Matrix (1) en Patrix (2) oen scharnierbeweging mogelijk maakt tot 20“ van de Matrix (1) op de Patrix (2)
3 Een tandheelkundige precisieverankermg volgens conclusie 1 en 2 gekenmerkt doordat de Tussenruimte (4) tussen Matrix (1 ) en Patrix (2) een montage met divergentie tot 20° van de Matrix (1) op de Patrix (2) mogelijk maakt.
4. Een tandheelkundige precisieverankering volgens conclusie 1 en conclusie 2 en conclusie 3 gekenmerkt doordat de Matrix (1 ) gesegmenteerd is in ten minste twee Lamellen (1 a).

30 5. Een tandheelkundige precisieverankering volgens conclusie 1 en conclusie 2 en conclusie 3 en conclusie 4 gekenmerkt doordat de Depressie (2a) van de Patrix (2) een Afgeronde Conische Depressie (2c) is en de Uitstulping (1b) van de Matrix (1) een Afgeronde Conische Uitstulping (ld) is.