BE1024683B1 - CUTTERBOARD WITH A SET OF DRIVING ELEMENTS - Google Patents

CUTTERBOARD WITH A SET OF DRIVING ELEMENTS Download PDF

Info

Publication number
BE1024683B1
BE1024683B1 BE2016/5791A BE201605791A BE1024683B1 BE 1024683 B1 BE1024683 B1 BE 1024683B1 BE 2016/5791 A BE2016/5791 A BE 2016/5791A BE 201605791 A BE201605791 A BE 201605791A BE 1024683 B1 BE1024683 B1 BE 1024683B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
torque
power transmission
transmission shaft
agricultural vehicle
header
Prior art date
Application number
BE2016/5791A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
BE1024683A1 (en
Inventor
Mathieu M.A. Terryn
Stijn Borry
Yvan C.C. Vandergucht
Maarten Ysebaert
Original Assignee
Cnh Industrial Belgium Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cnh Industrial Belgium Nv filed Critical Cnh Industrial Belgium Nv
Priority to BE2016/5791A priority Critical patent/BE1024683B1/en
Publication of BE1024683A1 publication Critical patent/BE1024683A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1024683B1 publication Critical patent/BE1024683B1/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01BSOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
    • A01B61/00Devices for, or parts of, agricultural machines or implements for preventing overstrain
    • A01B61/02Devices for, or parts of, agricultural machines or implements for preventing overstrain of the coupling devices between tractor and machine
    • A01B61/025Devices for, or parts of, agricultural machines or implements for preventing overstrain of the coupling devices between tractor and machine the driving connections
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01BSOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
    • A01B61/00Devices for, or parts of, agricultural machines or implements for preventing overstrain
    • A01B61/02Devices for, or parts of, agricultural machines or implements for preventing overstrain of the coupling devices between tractor and machine
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D75/00Accessories for harvesters or mowers
    • A01D75/18Safety devices for parts of the machines
    • A01D75/182Avoiding overload
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D45/00Harvesting of standing crops
    • A01D45/02Harvesting of standing crops of maize, i.e. kernel harvesting
    • A01D45/021Cornheaders

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Soil Sciences (AREA)
  • Hydraulic Clutches, Magnetic Clutches, Fluid Clutches, And Fluid Joints (AREA)

Abstract

Landbouwvoertuig (1) met een maaibord (5) dat een reeks eenheden bevat waarbij elke rijeenheid een toevoer-/grijpeenheid (10) en een hakseleenheid (11) bevat, waarbij het maaibord een eerste vermogentransmissieas (16) bevat om de toevoer-/grijpeenheden (10) aan te drijven en het maaibord een tweede vermogentransmissieas (17) bevat die via een aandrijflijn (18) verbonden is met een aandrijving (19) van het landbouwvoertuig, waarbij elke hakseleenheid (11) een veiligheidskoppeling (22) bevat en verbonden is d.m.v. de veiligheidskoppeling met de tweede vermogentransmissieas (17), waarbij minstens één koppelopnemer (29) aangebracht is op de tweede vermogentransmissieas (17), de aandrijflijn (18) of de aandrijving (19), waarbij de koppelopnemer (19) operationeel verbonden is met een toestel voor het bewaken van de koppelschommeling, dat een voorafbepaalde verandering in de koppelschommeling kan herkennen die aangeeft dat een veiligheidskoppeling (22) slipt, waarbij dit toestel voor het bewaken van de koppelschommeling operationeel verbonden is met een gebruikersinterface om het slippen van een veiligheidskoppeling te melden.Agricultural vehicle (1) with a header (5) containing a series of units, each row unit including a feed / grab unit (10) and a chopping unit (11), the header containing a first power transmission axis (16) around the feed / grab units (10) and the header comprises a second power transmission shaft (17) which is connected via a drive line (18) to a drive (19) of the agricultural vehicle, wherein each chopping unit (11) contains a safety coupling (22) and is connected by means of the safety coupling with the second power transmission shaft (17), wherein at least one torque sensor (29) is arranged on the second power transmission shaft (17), the drive line (18) or the drive (19), the torque sensor (19) being operatively connected to a device for monitoring the coupling swing, which can recognize a predetermined change in the coupling swing that indicates that a safety coupling (22) is slipping, wherein this device for monitoring the coupling swing is operatively connected to a user interface to report the slipping of a safety coupling .

Description

(30) Voorrangsgegevens :(30) Priority data:

(73) Houder(s) :(73) Holder (s):

CNH Industrial Belgium nv 8210, ZEDELGEM België (72) Uitvinder(s) :CNH Industrial Belgium nv 8210, ZEDELGEM Belgium (72) Inventor (s):

TERRYN Mathieu M.A. 8610 KORTEMARK BelgiëTERRYN Mathieu M.A. 8610 KORTEMARK Belgium

BORRY Stijn 8740 PITTEM BelgiëBORRY Stijn 8740 PITTEM Belgium

VANDERGUCHT Yvan C.C. 8647 LO-RENINGE BelgiëVANDERGUCHT Yvan C.C. 8647 LO-RENINGE Belgium

YSEBAERT Maarten 8700 TIELT België (54) MAAIBORD MET EEN REEKS RIJELEMENTEN (57) Landbouwvoertuig (1) met een maaibord (5) dat een reeks eenheden bevat waarbij elke rijeenheid een toevoer-/grijpeenheid (10) en een hakseieenheid (11) bevat, waarbij het maaibord een eerste vermogentransmissieas (16) bevat om de toevoer-/grijpeenheden (10) aan te drijven en het maaibord een tweede vermogentransmissieas (17) bevat die via een aandrijflijn (18) verbonden is met een aandrijving (19) van het landbouwvoertuig, waarbij elke hakseieenheid (11) een veiligheidskoppeling (22) bevat en verbonden is d.m.v. de veiligheidskoppeling met de tweede vermogentransmissieas (17), waarbij minstens één koppelopnemer (29) aangebracht is op de tweede vermogentransmissieas (17), de aandrijflijn (18) of de aandrijving (19), waarbij de koppelopnemer (19) operationeel verbonden is met een toestel voor het bewaken van de koppelschommeling, dat een voorafbepaalde verandering in de koppelschommeling kan herkennen die aangeeft dat een veiligheidskoppeling (22) slipt, waarbij dit toestel voor het bewaken van de koppelschommeling operationeel verbonden is met een gebruikersinterface om het slippen van een veiligheidskoppeling te melden.YSEBAERT Maarten 8700 TIELT Belgium (54) CUTTER WITH A RANGE OF ELEMENTS (57) Agricultural vehicle (1) with a cutterbar (5) containing a series of units, each row unit containing a feed / grab unit (10) and a chopping unit (11), the header comprising a first power transmission shaft (16) to drive the feed / gripping units (10) and the header comprising a second power transmission shaft (17) connected to a drive (19) of the agricultural vehicle via a drivetrain (18) wherein each chop egg unit (11) contains a safety coupling (22) and is connected by means of the safety clutch to the second power transmission shaft (17), with at least one torque sensor (29) mounted on the second power transmission shaft (17), the drivetrain (18) or the drive (19), the torque sensor (19) being operationally connected to a Torque swing monitoring device, which can recognize a predetermined torque swing change indicating that a safety clutch (22) is slipping, this torque swing monitoring unit operatively connected to a user interface to report a safety clutch slip .

Figure BE1024683B1_D0001

FIG. 1FIG. 1

BELGISCH UITVINDINGSOCTROOIBELGIAN INVENTION PATENT

FOD Economie, K.M.O., Middenstand & EnergieFPS Economy, K.M.O., Self-employed & Energy

Publicatienummer: 1024683 Nummer van indiening: BE2016/5791Publication number: 1024683 Filing number: BE2016 / 5791

Dienst voor de Intellectuele EigendomIntellectual Property Office

Internationale classificatie: A01D 75/18 A01B 61/02 A01D 45/02 Datum van verlening: 25/05/2018International classification: A01D 75/18 A01B 61/02 A01D 45/02 Date of issue: 25/05/2018

De Minister van Economie,The Minister of Economy,

Gelet op het Verdrag van Parijs van 20 maart 1883 tot Bescherming van de industriële Eigendom;Having regard to the Paris Convention of 20 March 1883 for the Protection of Industrial Property;

Gelet op de wet van 28 maart 1984 op de uitvindingsoctrooien, artikel 22, voor de voor 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;Having regard to the Law of March 28, 1984 on inventive patents, Article 22, for patent applications filed before September 22, 2014;

Gelet op Titel 1 Uitvindingsoctrooien van Boek XI van het Wetboek van economisch recht, artikel XI.24, voor de vanaf 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;Having regard to Title 1 Invention Patents of Book XI of the Economic Law Code, Article XI.24, for patent applications filed from September 22, 2014;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 december 1986 betreffende het aanvragen, verlenen en in stand houden van uitvindingsoctrooien, artikel 28;Having regard to the Royal Decree of 2 December 1986 on the filing, granting and maintenance of inventive patents, Article 28;

Gelet op de aanvraag voor een uitvindingsoctrooi ontvangen door de Dienst voor de Intellectuele Eigendom op datum van 21/10/2016.Having regard to the application for an invention patent received by the Intellectual Property Office on 21/10/2016.

Overwegende dat voor de octrooiaanvragen die binnen het toepassingsgebied van Titel 1, Boek XI, van het Wetboek van economisch recht (hierna WER) vallen, overeenkomstig artikel XI.19, § 4, tweede lid, van het WER, het verleende octrooi beperkt zal zijn tot de octrooiconclusies waarvoor het verslag van nieuwheidsonderzoek werd opgesteid, wanneer de octrooiaanvraag het voorwerp uitmaakt van een verslag van nieuwheidsonderzoek dat een gebrek aan eenheid van uitvinding als bedoeld in paragraaf 1, vermeldt, en wanneer de aanvrager zijn aanvraag niet beperkt en geen afgesplitste aanvraag indient overeenkomstig het verslag van nieuwheidsonderzoek.Whereas for patent applications that fall within the scope of Title 1, Book XI, of the Code of Economic Law (hereinafter WER), in accordance with Article XI.19, § 4, second paragraph, of the WER, the granted patent will be limited. to the patent claims for which the novelty search report was filed, when the patent application is the subject of a novelty search report indicating a lack of unity of invention as referred to in paragraph 1, and when the applicant does not limit his filing and does not file a divisional filing in accordance with the search report.

Besluit:Decision:

Artikel 1. - Er wordt aanArticle 1

CNH Industrial Belgium nv, Leon Claeysstraat 3A, 8210 ZEDELGEM België;CNH Industrial Belgium nv, Leon Claeysstraat 3A, 8210 ZEDELGEM Belgium;

vertegenwoordigd doorrepresented by

BEETZ Joeri, Leon Claeysstraat 3A, 8210, ZEDELGEM;BEETZ Joeri, Leon Claeysstraat 3A, 8210, ZEDELGEM;

een Belgisch uitvindingsoctrooi met een looptijd van 20 jaar toegekend, onder voorbehoud van betaling van de jaartaksen zoals bedoeld in artikel XI.48, § 1 van het Wetboek van economisch recht, voor: MAAIBORD MET EEN REEKS RIJELEMENTEN.a Belgian invention patent with a term of 20 years, subject to payment of the annual fees as referred to in Article XI.48, § 1 of the Economic Law Code, for: HEADER WITH RANGE OF ELEMENTS.

UITVINDER(S):INVENTOR (S):

TERRYN Mathieu M.A., Hoogledestraat 53, 8610, KORTEMARK;TERRYN Mathieu M.A., Hoogledestraat 53, 8610, KORTEMARK;

BORRY Stijn, Kwiekmotestraat 6, 8740, PITTEM;BORRY Stijn, Kwiekmotestraat 6, 8740, PITTEM;

VANDERGUCHT Yvan C.C., Lo Straat 4, 8647, LO-RENINGE;VANDERGUCHT Yvan C.C., Lo Street 4, 8647, LO-RENINGE;

YSEBAERT Maarten, Hooitstraat 4, 8700, TIELT;YSEBAERT Maarten, Hooitstraat 4, 8700, TIELT;

VOORRANG:PRIORITY:

AFSPLITSING :BREAKDOWN:

Afgesplitst van basisaanvraag : Indieningsdatum van de basisaanvraag :Split from basic application: Filing date of the basic application:

Artikel 2. - Dit octrooi wordt verleend zonder voorafgaand onderzoek naar de octrooieerbaarheid van de uitvinding, zonder garantie van de Verdienste van de uitvinding noch van de nauwkeurigheid van de beschrijving ervan en voor risico van de aanvrager(s).Article 2. - This patent is granted without prior investigation into the patentability of the invention, without warranty of the Merit of the invention, nor of the accuracy of its description and at the risk of the applicant (s).

Brussel, 25/05/2018,Brussels, 25/05/2018,

Bij bijzondere machtiging:With special authorization:

5338953389

BE2016/5791BE2016 / 5791

Maaibord met een reeks rijelementenCutting table with a series of driving elements

ACHTERGROND VAN DE UITVINDINGBACKGROUND OF THE INVENTION

Deze uitvinding heeft betrekking op een oogstmachine voor landbouwtoepassingen (verder kortweg oogstmachine genoemd), bestaande uit een maaibord met een reeks rijelementen die zieh längs de breedte van het maaibord uitstrekken.This invention relates to a harvester for agricultural applications (hereinafter referred to simply as harvester) consisting of a header with a series of row elements extending along the width of the header.

De term maaidorser (of pikdorser, combine in het Engels) voor een oogstmachine îs historisch gegroeid doordat deze machine in een enkele oogsteenheid een aantal oogstfuncties combineert, zoals pîukken, dorsen, scheiden en reinigen. Een maaidorser bevat zodoende een maaibord op een voorste uiteinde dat geschikt is om het afgesneden oogstmateriaal van een veld af te snijden, Het landbouwvoertuig draagt het maaibord via een toevoersysteem, dat geschikt is om het oogstmateriaal, dat door het maaibord verwijderd werd van het veld naar het hoofddeel van het voertuig te transporteren. In het hoofddeel van het voertuig zijn gewoonlijk dorsrotoren aangebracht om dorsbewerkingen op het gewas uit te voeren. Verdere reinigingssystemen zijn in het hoofddeel van het voertuig inbegrepen, zodat gewas en restanten optimaal gescheiden kunnen worden.The term combine harvester (or picker, combine in English) for a harvester has grown historically because this machine combines a number of harvesting functions in a single harvesting unit, such as picking, threshing, separation and cleaning. Thus, a combine harvester contains a header on a front end which is suitable for cutting the cut crop material from a field. The agricultural vehicle carries the cutter bar through a feed system suitable for removing the crop material removed from the field by the header. transport the main body of the vehicle. Threshing rotors are usually mounted in the main body of the vehicle to perform threshing operations on the crop. Further cleaning systems are included in the main body of the vehicle, so that crop and remains can be optimally separated.

Deze uitvinding heeft meer bepaald betrekking op een oogstmachine die een maaibord draagt met een reeks rijelementen in de breedteriehting van het maaibord. Zulke maaiborden zijn volgens de stand van de techniek bijvoorbeeld bekend als maïsmaaiborden of zonnebloemmaaiborden. Elk rijelement bevat een toevoer-/grijpeenheid. De toevoer/grijpeenheid bevat gewoonlijk een paar stripperplaten die op een zekere afstand van elkaar geplaatst zijn en die zieh uitstrekken in een voorwaartse rijrichting van het landbouwvoertuig dat het maaibord draagt. De toevoer-/grijpeenheid bevat verder een paar stengelrollen die onder de stripperplaten gepositioneerd zijn, en een paar verzamelkettingen om de stengels naar de ruimte tussen de stripperplaten te bewegen. De toevoer-/grijpeenheid trekt de Stengel naar beneden door het paar stripperplaten heen. Daarbij is de afstand tussen de stripperplaten zo gekozen dat de koppen van het oogstmateriaal, bijvoorbeeld de maïs·· of zonnebloemkoppen, te groot zijn om door de stripperplaten te passeren zodat ze van de stengel getrokken kunnen worden.More particularly, this invention relates to a harvester carrying a header with a series of row elements in the width of the header. Such headers are known in the art, for example, as maize headers or sunflower headers. Each row element contains a feeding / gripping unit. The feed / grab unit usually includes a pair of stripper plates spaced apart and extending in a forward direction of travel of the agricultural vehicle carrying the header. The feed / gripping unit further includes a pair of stem rollers positioned below the stripper plates, and a pair of collection chains for moving the stems into the space between the stripper plates. The feeding / gripping unit pulls the stem down through the pair of stripper plates. In addition, the distance between the stripper plates is chosen so that the heads of the harvesting material, for example the maize ·· or sunflower heads, are too large to pass through the stripper plates so that they can be pulled from the stem.

Elk rijelement bevat verder een hakseleenheid. Wanneer de stengels door de stripperplaten naar beneden getrokken zijn, hakt de hakseleenheid de stengels in stukken.Each row element further includes a chopping unit. When the stems are pulled down through the stripper plates, the chopping unit chops the stems into pieces.

5338953389

TT

BE2016/5791BE2016 / 5791

Daarbij zai het duideiijk zijn dat ook andere restanten zoals bladeren samen met de stengels in stukken fijngehakt (gehakseld) worden. Deze stukken worden daama over het veld verstrooid.It is also clear that other remnants such as leaves are chopped into pieces (chopped) together with the stems. These pieces are then scattered across the field.

US-octrooi 2015/0305240 beschrijft een landbouwvoertuig met een maaibord met zulke opstelling. In dit document wordt beschreven hoe de toevoer-/grijpeenheid en de hakseleenheden afzonderlijk aangedreven worden. Door deze eenheden afzonderlijk aan te drijven, kan de bedrijfssnelheid van de toevoer-Zgrijpeenheid onafhankelijk van de bedrijfssnelheid van de hakseleenheid geregeld worden. Van de hakseleenheden is meer bepaald bekend dat ze veel energie verbruiken. Door in staat te zijn de bedrijfssnelheid van de hakseleenheid in voorafbepaalde situaties te verminderen, zou dit dan ook een aanzienlijke vermindering van het energieverbruik mogelijk maken.US patent 2015/0305240 describes an agricultural vehicle with a header with such an arrangement. This document describes how the feeding / gripping unit and the chopping units are driven separately. By driving these units separately, the operating speed of the feed gripping unit can be controlled independently of the operating speed of the chopping unit. More specifically, the chopping units are known to consume a lot of energy. Therefore, being able to reduce the operating speed of the chopping unit in predetermined situations would allow a significant reduction in energy consumption.

Een nadeel van het afzonderlijk aandrij ven van de toevoer-/grijpeenheden en de hakseleenheden heeft betrekking op de veiligheidskoppeling die gewoonlijk aangebracht is tussen een aandrijilijn en de hakseleenheden. De veiligheidskoppeling is tussen elke hakseleenheid en de aandrijfas aangebracht en kan slippen wanneer de belasting van de hakselaar een bepaaide drempel overschrijdt. Vanuit de cabine van het landbouwvoertuig kan de werking van de toevoer-/grijpeenheid visueel gecontroleerd worden. Met andere woorden kan een operator zien of de toevoer-/grijpeenheid correct werkt. Aangezien de hakseleenheden onder de toevoer-/grijpeenheden gelegen zijn, zijn ze echter niet te zien vanuit de cabine van het landbouwvoertuig. Wanneer de toevoer-Zgrijpeenheden fysiek gekoppeld zijn aan de hakseleenheden, kan het slippen van een veiligheidskoppeling visueel gedetecteerd worden door de operator aangezien zulk slippen van een veiligheidskoppeling zowel de toevoer-/grijpeenheid als de hakseleenheid zou stoppen. Wanneer het aandrijfsysteem van de toevoer-/grijpeenheid gescheiden wordt van het aandrijfsysteem voor de hakseleenheid, kan het slippen van een veiligheidskoppeling in de hakseleenheid door de operator visueel niet gedetecteerd worden. Als gevolg daarvan zal een operator blijven rijden met een slippende veiligheidskoppeling en daarbij het mechanisme van de veiligheidskoppeling permanent beschädigen. Het vervangen van een beschadigde veiligheidskoppeling is omslachtig en tijdrovend, en dus erg duur.A disadvantage of separately driving the feeding / gripping units and the chopping units relates to the safety coupling usually arranged between a driving line and the chopping units. The safety clutch is fitted between each chopping unit and the drive shaft and can slip when the chopper load exceeds a defined threshold. The operation of the feeding / gripping unit can be visually checked from the cabin of the agricultural vehicle. In other words, an operator can see if the feeding / gripping unit is working correctly. However, since the chopping units are located below the feed / gripping units, they cannot be seen from the cab of the agricultural vehicle. When the feed gripping units are physically coupled to the chopping units, slipping of a safety clutch can be visually detected by the operator since such slipping of a safety clutch would stop both the feeding / gripping unit and the chopping unit. When the feed / gripping unit drive system is separated from the chopper drive system, slippage of a safety clutch in the chopper unit cannot be visually detected by the operator. As a result, an operator will continue to drive with a slipping safety clutch, permanently damaging the safety clutch mechanism. Replacing a damaged safety coupling is laborious and time consuming, and therefore very expensive.

Het is een oogmerk van deze uitvinding om een mechanisme te verschaffen dat het mogelijk maakt een activering van de koppeling vroegtijdig te detecteren.It is an object of this invention to provide a mechanism that allows early detection of coupling activation.

5338953389

BE2016/5791BE2016 / 5791

SAMENVATTING VAN DE UITVINDINGSUMMARY OF THE INVENTION

Daartoe verschaft de uitvinding een landbouwvoertuig met een maaibord dat een reeks rijeenheden bevat in de breedterichting van het maaibord, waarbij elke rijeenheid van de reeks rijeenheden een toevoer-/'grijpeenheid en een hakseleenheid bevat waarbij het maaibord een eerste vermogentransmissieas bevat die zieh längs de reeks rijeenheden uitstrekt om. de toevoer-/grijpeenheden van de reeks rijeenheden aan te drijven en het maaibord een tweede vermogentransmissieas bevat die via een aandrijflijn verbonden is met een aandrijving van het landbouwvoertuig, waarbij elke hakseleenheid een yeiiigheidskoppeling bevat en verbonden is d.m.v. de veiligheidskoppeling met de tweede vermogentransmissieas, waarbij minstens één koppelopnemer aangebracht is op één van de volgende elementen: de tweede vermogentransmissieas, de aandrijflijn en de aandrijving, waarbij de koppelopnemer operationeel verbonden is met een toestel voor het bewaken van de koppelschommeling, waardoor een voorafbepaalde verandering in de koppelschommeling herkend kan worden, die het slippen van een veiligheidskoppeling aangeeft, waarbij dit toestel voor het bewaken van de koppelschommeling operationeel verbonden is met een gebruikersinterface om het slippen van een veiligheidskoppeling te melden.To this end, the invention provides an agricultural vehicle with a header comprising a series of row units in the width of the header, each row unit of the series of row units comprising a feed / gripping unit and a chopping unit, where the header contains a first power transmission shaft along the series driving units extends around. drive the feed / gripping units of the row unit series and the header comprises a second power transmission shaft connected via a drive train to an agricultural vehicle drive, each chopping unit including a safety clutch and connected by the safety coupling to the second power transmission shaft, with at least one torque sensor mounted on one of the following elements: the second power transmission shaft, the drivetrain and the drive, the torque sensor being operationally connected to a torque fluctuation monitoring device, causing a predetermined change can be recognized in the torque swing, indicating the slip of a safety clutch, this torque swing monitoring device being operationally connected to a user interface to report a safety clutch slip.

De uitvinding is gebaseerd op het inzicht dat het slippen van een veiligheidskoppeling de koppelschommeling verändert. Door het bewaken van de koppelschommeling kan het slippen van een veiligheidskoppeling dus gedeteeteerd worden wanneer een verandering van de koppelschommeling herkend wordt. Dit kan aan een gebruiker medegedeeid worden via een gebruikersinterface. Daarbij kunnen situaties voorkomen worden waarbij een veiligheidskoppeling geactiveerd wordt zonder dat de operator dit merkt, waardoor de veiligheidskoppeling permanent wordt beschadigd. In het landbouwvoertuig volgens de uitvinding wordt het slippen van een veiligheidskoppeling gemeld via een gebruikersinterface, zodat een operator van het voertuig meteen op het slippen kan reageren. De uitvinding heeft als volgend voordeel dat ze geen sensor vereist in elite individuele veiligheidskoppeling. Het aanbrengen van zuike sensor in elke veiligheidskoppeling zou als gevolg hebben dat over het hele maaibord een passende bedrading aangebracht moet worden, waarbij deze bedrading gemakkelijk beschadigd kan raken door de ruwe werkvoorwaarden waarin zuike maaiborden gewoonlijk werken. In de uitvinding is een enkelvoudige koppehneting voldoende om het slippen van een veiligheidskoppeling te detecteren. Voor een operator en om schade aan de slippendeThe invention is based on the insight that the slipping of a safety coupling changes the torque fluctuation. By monitoring the torque fluctuation, the slip of a safety clutch can therefore be detected when a change in the torque fluctuation is recognized. This can be communicated to a user via a user interface. In addition, situations can be prevented in which a safety coupling is activated without the operator noticing it, whereby the safety coupling is permanently damaged. In the agricultural vehicle according to the invention, the slipping of a safety coupling is reported via a user interface, so that an operator of the vehicle can immediately respond to the slipping. The invention has the additional advantage that it does not require a sensor in elite individual safety coupling. Fitting a sensor in any safety clutch would result in appropriate wiring being fitted across the entire header, this wiring being easily damaged by the harsh working conditions in which header headers usually operate. In the invention, a single torque measurement is sufficient to detect the slip of a safety coupling. For an operator and for damage to the skidding

5338953389

BE2016/5791 veiligheidskoppeling te voorkomen, is het irrelevant te weten welke van de reeks veiligheidskoppelingen slipt. Proeven hebben aangetoond dat via de koppelopnemer in één van de twee eiementen, ni. de aandrijflijn van de vermogentransmissieas en de aandrijving, op een betrouwbare wijze gemeten kan worden wanneer minstens één veiligheidskoppeling slipt. Bovendien zijn de technische eiementen die vereist zijn om zo'n slip te detecteren gemakkelijk te installeren. Het meehanisme van de uitvinding informeert een operator over het slippen van een veiligheidskoppeling zodat schade kan worden voorkomen.BE2016 / 5791 safety coupling, it is irrelevant to know which of the series of safety coupling slips. Tests have shown that via the torque sensor in one of the two elements, ni. the powertrain of the power transmission shaft and the drive, can be reliably measured when at least one safety clutch slips. In addition, the technical elements required to detect such a slip are easy to install. The inventive mechanism informs an operator about the slip of a safety clutch so that damage can be prevented.

Bij voorkeur bevat de koppelopnemer minstens één belastingssensor. Een belastingssensor is gewoonlijk aangebracht op een buitenste oppervlak van een as. Een belastingssensor kan bijvoorbeeld de vorm hebben van een rekstrookje. Verder is de koppelopnemer bij voorkeur bevestigd aan minstens één van twee eiementen, ni. de vermogentransmissieassen en de aandrijflijn. Dit is gebaseerd op het inzicht dat de belasting op de as en/of de aandrijflijn recht evenredig is met het koppel dat overgebracht wordt door de as en/of de aandrijflijn. Aangezien de belasting recht evenredig is met het koppel, kan het koppel gemeten worden d.m.v. een belastingssensor. Dit maakt van een belastingssensor een soort van koppelopnemer.The torque sensor preferably contains at least one load sensor. A load sensor is usually mounted on an outer surface of an axle. For example, a load sensor can take the form of a strain gauge. Furthermore, the torque sensor is preferably attached to at least one of two elements, ni. the power transmission shafts and the drivetrain. This is based on the understanding that the load on the shaft and / or the drivetrain is directly proportional to the torque transmitted by the shaft and / or the drivetrain. Since the load is directly proportional to the torque, the torque can be measured by a load sensor. This makes a load sensor a kind of torque sensor.

Bij voorkeur is het toestel voor het bewaken van de koppelschommeling in staat om een amplitude van de koppelschommeling in minstens één frequentiebereik te meten, waarbij het toestel voor het bewaken van de koppelschommeling de verandering herkent door een amplitudeafwijking in de loop van de tijd binnen het minstens één frequentiebereik. Het minstens één frequentiebereik kan bepaald worden op basis van kennis en/of ervaring als het minstens één frequentiebereik waarbij een amplitude verändert wanneer een koppeling slipt.Preferably, the torque swing monitoring device is capable of measuring an amplitude of the torque swing in at least one frequency range, the torque swing monitoring device recognizing the change by an amplitude deviation over time within the at least one frequency range. The at least one frequency range can be determined based on knowledge and / or experience as the at least one frequency range at which an amplitude changes when a coupling slips.

Bij voorkeur wordt voor minstens één frequentiebereik een amplitudedrempel ingesteld, en herkent het toestel voor het bewaken van de koppelschommeling de verandering wanneer de amplitude binnen het bereik de drempel overschrijdt. Proeven en metingen hebben aangetoond dat één of meer frequentiebereiken gekozen kunnen worden waarin de amplitude een voorafbepaalde drempel overschrijdt wanneer een veiligheidskoppeling slipt. Door elektronische signaalverwerkingsmiddelen te gebruiken, kan het overschrijden van een drempel binnen een voorafbepaald bereik gemakkelijk bepaald worden.Preferably, an amplitude threshold is set for at least one frequency range, and the torque fluctuation monitoring device recognizes the change when the amplitude within the range exceeds the threshold. Tests and measurements have shown that one or more frequency ranges can be selected in which the amplitude exceeds a predetermined threshold when a safety clutch slips. By using electronic signal processing means, crossing a threshold within a predetermined range can be easily determined.

5338953389

BE2016/5791BE2016 / 5791

Bij voorkeur is de vermogentransmissieas verbonden via een verdere aandrijflijn met een tweede aandrijving van het landbouwvoertuig. De vennogentransmissieas drijft de toevoer-/grijpeenheid aan. Door ze te verbinden met een afzonderlijke aandrijving van het landbouwvoertuig, kan de bedrijfssnelheid van de toevoer-/'grijpeenheid onafhankelijk van de bedrijfssnelheid van de hakseleenheden gekozen worden.Preferably, the power transmission shaft is connected via a further drive train to a second drive of the agricultural vehicle. The power transmission shaft drives the feed / gripping unit. By connecting them to a separate drive of the agricultural vehicle, the operating speed of the feeding / gripping unit can be selected independently of the operating speed of the chopping units.

De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het detecteren van het slîppen van de veiligheidskoppeling tussen een hakselaar en een rijeenheid van een maaibord van een landbouwvoertuig, waarbij de werkwijze de volgende stappen bevat:The invention further relates to a method for detecting the slipping of the safety coupling between a forage harvester and a row unit of an cutterbar of an agricultural vehicle, the method comprising the following steps:

het aandrijven van de hakselaar via de veiligheidskoppeling door een vermogentransmissieas die d.m.v. een aandrijflijn verbonden îs met een aandrijving van het landbouwvoertuig;driving the forage harvester via the safety clutch through a power transmission shaft which can be a drivetrain connected to a drive of the agricultural vehicle;

het meten van een koppel in minstens één van drie elementen: ni. de vennogentransmissieas, de aandrijflijn en de aandrijving;measuring a torque in at least one of three elements: ni. the power transmission shaft, the drivetrain and the drive train;

het detecteren van een voorafbepaalde verandering van de koppelschommeling die het slîppen van een veiligheidskoppeling aangeefl; en het melden van het gedetecteerde slîppen van een veiligheidskoppeling via een gebruikersinterface.detecting a predetermined change in the torque fluctuation indicating the slip of a safety clutch; and reporting the detected slipping of a safety link through a user interface.

De werkwijze van de uitvinding bevat de stappen die hoofdzakelijk overeenkomen met het gebruik van het hierboven beschreven landbouwvoertuig. Zodoende zijn veel van de effecten en voordelen die hierboven beschreven zijn m.b.t. het landbouwvoertuig eveneens van toepassing op de werkwijze van de uitvinding. Door de werkwijze van de uitvinding te gebruiken, kan het slîppen van een veiligheidskoppeling gedetecteerd worden en gemeld worden aan een operator via een gebruikersinterface. Dit maakt het mogelijk om, in de constructie van het maaibord, de aandrijfelementen van de toevoer-/grijpeenheid zonder operationele nadelen te scheiden van de aandrijfelementen van de hakseleenheid. Als gevolg van deze scheiding, kan het maaibord met hoger energetisch rendement worden gebruikt, zoals hierboven beschreven. Wegens de scheiding kan het slîppen van een veiligheidskoppeling echter niet visueel gedetecteerd wanden door een operator vanuit de cabine van het landbouwvoertuig. Via de werkwijze van de uitvinding wordt de operator in een vroeg stadium gemformeerd over het slîppen van een veiligheidskoppeling. Dit stelt de operator in staat om op een passende wijze te reageren om blijvende schade aan de veiligheidskoppeling te vermijden.The method of the invention includes the steps mainly corresponding to the use of the above-described agricultural vehicle. Thus, many of the effects and advantages described above with respect to the agricultural vehicle also apply to the method of the invention. By using the method of the invention, slipping of a safety clutch can be detected and reported to an operator via a user interface. This makes it possible, in the construction of the header, to separate the driving elements of the feed / gripping unit from the driving elements of the chopping unit without any operational disadvantages. As a result of this separation, the header with higher energetic efficiency can be used, as described above. However, due to the separation, slipping of a safety coupling cannot visually detect walls by an operator from the cab of the agricultural vehicle. By means of the method of the invention, the operator is informed at an early stage about the slipping of a safety coupling. This allows the operator to respond appropriately to avoid permanent damage to the safety coupling.

5338953389

BE2016/5791BE2016 / 5791

Bij voorkeur word! het koppei gemeten door een belasting te meten via minstens één belastingssensor die aan minstens één van de twee elementen, ni. de vermogentransmissieas en de aandrijflijn, bevestigd is. De belasting op de vermogentransmissieas of de aandrijflijn is recht evenredig met het koppei dat overgebracht wordt via de vermogentransmissieas en de aandrijflijn. Zodoende kan een belastingsmeting informatie verschaffen m.b.t. het koppei.Preferably word! the torque measured by measuring a load through at least one load sensor connected to at least one of the two elements, ni. the power transmission shaft and drivetrain are attached. The load on the power transmission shaft or drivetrain is directly proportional to the torque transmitted through the power transmission shaft and drivetrain. Thus, a load measurement can provide information about the torque.

Het koppei wordt bij voorkeur gemeten door het meten van een koppelschommelingsamplitude in minstens één frequentiebereik. Verder bevat het detecteren van een voorafbepaalde verandering van de koppelsehommeling bij voorkeur het herkennen van een voorafbepaalde verandering van de koppelschommelingsamplitude in minstens één frequentiebereik. Verder bestaat bij voorkeur het herkennen van een voorafbepaalde afwijking in het detecteren van een overschrijden van een voorafbepaalde amplitudedrempel. Zoals hierboven beschreven, kan minstens één frequentiebereik bepaald worden waarbij de amplitude van de koppelsehommeling boven een voorafbepaalde drempei toeneemt wanneer een veiligheidskoppeling slipt. Een eenvoudig signaalverwerkingsmiddel kan gebruikt worden om zulke overschrijding van een voorafbepaalde amplitudedrempel binnen een voorafbepaald frequentiebereik te detecteren.The torque is preferably measured by measuring a torque fluctuation amplitude in at least one frequency range. Furthermore, detecting a predetermined change of the torque wobble preferably includes recognizing a predetermined change of the torque wobble amplitude in at least one frequency range. Furthermore, preferably recognizing a predetermined deviation consists in detecting exceeding a predetermined amplitude threshold. As described above, at least one frequency range can be determined in which the amplitude of the torque oscillation increases above a predetermined threshold when a safety clutch slips. A simple signal processing means can be used to detect such exceeding of a predetermined amplitude threshold within a predetermined frequency range.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGENBRIEF DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

Sommige uitvoeringsvormen van toestellen en/of werkwijzen in overeenstemming met uitvoeringsvormen van deze uitvinding worden nu beschreven, enkei bij wijze van voorbeeid en met verwijzing naar de bijbehoren.de tekeningen, waarin:Some embodiments of devices and / or methods in accordance with embodiments of this invention are now described, by way of example, and with reference to the accompanying drawings, in which:

Figuur 1 een bovenaanzicht toont van een landbouwvoertuig dat een maaibord draagt;Figure 1 shows a top view of an agricultural vehicle carrying a header;

Figuur 2 een aanzicht toont van de dwarsdoorsnede van het maaibord;Figure 2 shows a cross-sectional view of the header;

Figuur 3 de koppelsehommeling toont in het tijdsdomein;Figure 3 shows the torque swing in the time domain;

Figuur 4 de koppelsehommeling toont in het frequentiedomein; enFigure 4 shows the torque swing in the frequency domain; and

Figuur 5 de stappen illustreert van de werkwijze volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding.Figure 5 illustrates the steps of the method according to an embodiment of the invention.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGENDETAILED DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

5338953389

BE2016/5791BE2016 / 5791

Figuur 1 toont een bovenaanzieht van een voorste deel van een iandbouwvoertuig 1. De figuur toont een deel van het hoofddeel 2 van het voertuig 1. Het hoofddeel 2 van het landbouwvoertuig Î bevat dors- en/of gewasverwerkingsinechanismen die bekend zijn volgens de stand van de techniek en die daarom in deze beschrijving niet verder beschreven worden. Aan een voorste uiteinde van hoofddeel 2, is een operatorcabine 3 aangebracht. Via de operatorcabine 3 kan een operator het grondoppervlak aan de voorkant van het voertuig 1 zien, om het landbouwvoertuig 1 in de juiste richting te sturen. Vanuit de operatorcabine 3 kan de operator verder de werking van het maaibord 5 visueel regelen en bewaken. Maaibord 5 is verbonden aan een voorste uiteinde van het landbouwvoertuig 1, met een toevoersysteem 4. Het toevoersysteem strekt zieh uit tussen het maaibord 5 en de hoofddeel 2 van het landbouwvoertuig 1 om oogstmateriaal vanuit het maaibord 5 naar het hoofddeel 2 te transporteren.Figure 1 shows a top view of a front part of an agricultural vehicle 1. The figure shows a part of the main part 2 of the vehicle 1. The main part 2 of the agricultural vehicle Î contains threshing and / or crop processing mechanisms which are known according to the state of the art. technique and are therefore not further described in this description. An operator cabin 3 is arranged at a front end of main part 2. Via the operator cabin 3, an operator can see the ground surface in front of the vehicle 1, to steer the agricultural vehicle 1 in the correct direction. From the operator's cabin 3, the operator can further visually control and monitor the operation of the header 5. Header 5 is connected to a front end of the agricultural vehicle 1, with a feed system 4. The feed system extends between the header 5 and the main body 2 of the agricultural vehicle 1 to transport crop material from the header 5 to the main body 2.

Het maaibord 5 bevat een reeks rijeenheden 6 die längs een voorste uiteinde van het maaibord 5 gepositioneerd zijn. In Figuur 1 wordt met referentienummer 7 verwezen naar individuele rijeenheden. Tussen aangrenzende rijeenheden 7 zijn kappen 8 aangebraeht. De kappen 8 steken voorwaarts t.o.v. het maaibord 5 uit en zijn geschikt om gewas op een veld naar een ingang van de rijeenheden 7 te geleiden. Aan een achterste uiteinde van de reeks rijeenheden 6 is een vijzel 9 aangebraeht om oogstmateriaal zijdelings te transporteren naar een centraal deel van het maaibord 5, waar het maaibord 5 uitmondt in het toevoersysteem 4 zodat het oogstmateriaal door het maaibord 5 naar het hoofddeel 2 van het voertuig getransporteerd kan worden.The header 5 includes a series of row units 6 positioned along a front end of the header 5. In Figure 1, reference number 7 refers to individual row units. Hoods 8 are fitted between adjacent row units 7. The hoods 8 protrude forward from the header 5 and are suitable for guiding crop in a field to an entrance of the row units 7. At the rear end of the series of row units 6, a jack 9 is provided to laterally transport crop material to a central part of the header 5, where the header 5 opens into the feed system 4 so that the crop material passes through the header 5 to the main part 2 of the header. vehicle can be transported.

De onderdelen van een rijeenheid 7 zijn beschreven met verwijzing naar Figuur 2.The parts of a row unit 7 are described with reference to Figure 2.

Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede van het maaibord 5. Daarbij toont Figuur 2 de kap 8 aan een voorste uiteinde van het maaibord 5. Naast de kap 8 zijn de rijeenheden opgesteld. Elke rijeenheid 7 bevat een toevoer-/grijpeenheid 10 die een bovenste deel van de rijeenheid vormt, en een hakseleenheid 11 die een onderste deel van de rijeenheid 7 vormt. De toevoer-/grijpeenheid 10 bevat drie hoofdelementen bestaande uit een paar stengelrollen 12, een paar verzamelkettingen 13 en een paar stripperplaten 14. Tijdens de werking, wanneer het maaibord 5 over een veld wordt bewogen, verwerkt de toevoer/grijpeenheid gewasstengels door de gewasstengels vast te pakken aan een voorste uiteinde van de toevoer-/grijpeenheid 10 d.m.v. het paar verzamelkettingen 13. Het paar verzamelkettingen 13 voorkomt dat de stengels uit elkaar gedreven worden of van de rijeenheid 7 weg bewegen. De stengel wordt daarna verder gegrepen tussen het paarFigure 2 shows a cross section of the header 5. Figure 2 shows the hood 8 at a front end of the header 5. The row units are arranged next to the hood 8. Each row unit 7 includes a feed / gripping unit 10 which forms an upper part of the row unit, and a chopping unit 11 which forms a lower part of the row unit 7. The feeding / gripping unit 10 includes three main elements consisting of a pair of stem rollers 12, a pair of gathering chains 13 and a pair of stripper plates 14. During operation, when the header 5 is moved across a field, the feeding / gripping unit processes crop stems through the crop stems to be grabbed at a front end of the feeding / gripping unit 10 by means of the pair of collection chains 13. The pair of collection chains 13 prevents the stems from being drifted apart or moving away from the row unit 7. The stem is then further gripped between the pair

5338953389

BE2016/5791 stengelrollen, terwijl de stengelrollen zo draaien dat de Stengel door een paar stengeirollen naar beneden wordt getrokken. Boven de stengelrollen is op een afstand van elkaar een paar stripperplaten 14 aangebracht zodat de stengel en bladeren van het gewas door het paar stripperplaten kunnen passeren, terwijl de koppen van het oogstmateriaal, bijvoorbeeld de maïskolven, verhinderd worden door de stripperplaten te passeren. Dit stelt de toevoer-/grijpeenheid in Staat de stengels en restanten van de koppen van het oogstmateriaal te scheiden. Zulke toevoer-/grijpeenheid en de werkingsprincipes ervan zijn bekend, en worden daarom niet verder in detail beschreven.BE2016 / 5791 Stem Rollers, while the Stem Rollers rotate so that the Stem is pulled down by a pair of Stem Rollers. Above the stalk rollers, a pair of stripper plates 14 is spaced so that the stalk and leaves of the crop can pass through the pair of stripper plates, while the heads of the crop material, for example, the corncobs, are prevented from passing through the stripper plates. This allows the feeding / gripping unit to separate the stems and remnants of the heads from the crop material. Such feeding / gripping unit and its operating principles are known, and are therefore not described in further detail.

De bewegende elementen 12, 13, 14 van de toevoer-/grijpeenheid 10 zijn bij voorkeur verbonden met een eerste vermogentransmissieas 16 die zieh längs de breedte van het maaibord 5 uitstrekt. Elke toevoer-/grijpeenheid 10 van de reeks rijeenheden 6 is verbonden met deze eerste vermogentransmissieas 16 om aangedreven te worden door deze as 16. Als gevolg daarvan zijn de bedrijfssnelheden van alle toevoer-/grijpeenheden 10 van de reeksen rijeenheden 6 dezelfde.The moving elements 12, 13, 14 of the feed / gripping unit 10 are preferably connected to a first power transmission shaft 16 which extends along the width of the header 5. Each feed / gripper unit 10 of the row unit 6 series is connected to this first power transmission shaft 16 to be driven by this shaft 16. As a result, the operating speeds of all the feed / gripper units 10 of the row unit 6 series are the same.

De hakseleenheid 11 bevat één of meer hakmessen 15. De hakmessen 15 zijn aangebracht om ten minste gedeeltelijk uit te steken, bij voorkeur vlak onder ten minste een deel van de paar stengelrollen 12. De hakmessen 15 zijn aangebracht om de stengels in kleine stukken te snijden wanneer de stengels tussen het paar stengelrollen naar beneden getrokken worden. Het spreekt vanzelf dat andere elementen, zoals bladeren, ook door de hakmessen 15 in kleinere stukken gesneden worden. De hakseleenheden 11 van de reeks rijeenheden 6 zijn verbonden met een tweede vermogentransmissieas 16 die zieh in de breedte van het maaibord 5 uitstrekt. De tweede vermogentransmissieas 17 is gescheiden van de eerste vermogentransmissieas 16. De tweede vermogentransmissieas 17 wordt onafhankelijk van de eerste vermogentransmissieas 16 aangedreven. Via de tweede vermogentransmissieas worden hakseleenheden 11 met dezelfde bedrijfssnelheden aangedreven. De bedrijfssnelheid van de hakseleenheden is regelbaar, onafhankelijk van de bedrijfssnelheid van de toevoer-/grijpeenheden, aangezien ze verbonden zijn met verschillende vermogentransmissieassen 22, 16. Zoals hierboven beschreven, maakt zo’n scheiding aanzienlijke operationele verbeteringen mogelijk.The chopping unit 11 includes one or more chopping knives 15. The chopping knives 15 are arranged to protrude at least partially, preferably just below at least a portion of the pair of stem rollers 12. The chopping knives 15 are arranged to cut the stems into small pieces when the stems are pulled down between the pair of stem rollers. It goes without saying that other elements, such as leaves, are also cut into smaller pieces by the chopping knives 15. The chopping units 11 of the row of row units 6 are connected to a second power transmission shaft 16 extending across the width of the header 5. The second power transmission shaft 17 is separated from the first power transmission shaft 16. The second power transmission shaft 17 is driven independently of the first power transmission shaft 16. Chopping units 11 are driven at the same operating speeds via the second power transmission shaft. The operating speed of the chopping units is controllable independently of the operating speed of the feed / gripping units, since they are connected to different power transmission shafts 22, 16. As described above, such separation allows for significant operational improvements.

Om veiligheidsredenen is elke hakseleenheid 11 via een veiligheidskoppeling 22 met de tweede vermogentransmissieas 17 verbonden. De veiligheidskoppeling 22 is bijvoorbeeld aangebracht op de tweede vermogentransmissieas 17. Dit betekent dat het vervangen van zo’n koppeling 22 zou vereisen dat de volledige tweedeFor safety reasons, each chopping unit 11 is connected to the second power transmission shaft 17 via a safety clutch 22. For example, the safety clutch 22 is mounted on the second power transmission shaft 17. This means that replacing such a clutch 22 would require the full second

5338953389

BE2016/5791 vermogentransmissieas 17, die zieh längs de in wezen volledige breedte van het maaibord uitstrekt, gedemonteerd zou moeten worden. Zodoende is een beschermingsmechanisme, die hieronder wordt beschreven, aangebracht zodat het slippen van een veiligheidskoppeling in een vroege fase gedetecteerd kan worden door de operator van het voertuig.BE2016 / 5791 power transmission shaft 17, which should extend along the essentially full width of the header, should be disassembled. Thus, a protection mechanism, described below, is provided so that an early clutch slip clutch can be detected by the vehicle operator.

Vanuit de operatorcabine is enkel het bovenste deel van het maaibord 5 met het blote oog contreleerbaar. De werking van de hakseieenheid is niet te zien vanuit de operatorcabine, aangezien ze aan eert onderkant van het maaibord 5 gelegen zijn. Daarom zijn het slippen van een veiligheidskoppeling en de rechtstreekse effecten ervan door de operator vanuit de operatorcabine 3 niet te zien. Het slippen van een veiligheidskoppeling kan alleen gedetecteerd worden zonder aanvullende signaleringsmechanismen wanneer niet-afgesneden stengels aan het achterste uiteinde van het voertuig toekomen. Wanneer dit gebeurt, is de koppeling 22 al een tijdje aan het slippen, zodat er veel kans is dar de koppeling 22 permanent beschadigd is en vervangen moet worden,From the operator's cab, only the top part of the header 5 is controllable with the naked eye. The operation of the chopping unit cannot be seen from the operator's cabin, since they are located at the bottom of the header 5. Therefore, the slip coupling of a safety coupling and its direct effects by the operator cannot be seen from the operator cabin 3. Slip clutch slippage can only be detected without additional signaling mechanisms when uncut stems arrive at the rear end of the vehicle. When this happens, clutch 22 has been slipping for a while, so there is a high probability that clutch 22 is permanently damaged and needs to be replaced,

Met verwijzing naar Figuur 1 worden de aandrijfmechanismen voor het aandrijven van de eerste vermogentransmissieas 16 en de tweede vermogentransmissieas 17 verder beschreven. De tweede vermogentransmissieas 17 is via een aandrijflijn 18 verbonden met een aandrijving 19 op het landbouwvoertuig 1. De eerste vermogentransmissieas 16 is verbonden via een verdere aandrijflijn 20 met een tweede aandrijving van het landbouwvoertuig 1. De aandrijflijnen 18 en 20 strekken zieh uit tussen een respectieve aandrijving op het landbouwvoertuig en een zijkant van het maaibord 5, waar dit verbonden is met de vermogentransmissieas. ln Figuur 1 wordt een voorbeeld weergegeven waar de tweede vermogentransmissieas 17 verbonden is met de aandrijflijn 18 aan de rechterkant van het maaibord 5, terwijl de verdere aandrijflijn 20 verbonden is met de eerste vermogentransmissieas 16 aan de linkerkant van het maaibord 5. Het zal voor een vakman duidelijk zijn dat deze opstelling ook omgekeerd kan worden, of dat een reeks aandrijflijnen verbonden kan worden met de overeenkomstige vermogentransmissieassen vanaf dezelfde kant van het maaibord 5. Elke aandrijflijn 18, 20 bevat b ij voorkeur één of meer assen, connectors, tandwieikasten, kettingen, tandwielen en andere elementen om een rotatie van de aandrijving 19,21 van het landbouwvoertuig naar de vermogentransmissieas 17, 16 op het maaibord 5 over te brengen.With reference to Figure 1, the driving mechanisms for driving the first power transmission shaft 16 and the second power transmission shaft 17 are further described. The second power transmission shaft 17 is connected via a drivetrain 18 to a drive 19 on the agricultural vehicle 1. The first power transmission shaft 16 is connected via a further drivetrain 20 to a second drive of the agricultural vehicle 1. The drivelines 18 and 20 extend between a respective drive on the agricultural vehicle and one side of the header 5, where it is connected to the power transmission shaft. Figure 1 shows an example where the second power transmission shaft 17 is connected to the drivetrain 18 on the right side of the header 5, while the further drivetrain 20 is connected to the first power transmission shaft 16 on the left of the header 5. It will Those skilled in the art will appreciate that this arrangement can also be reversed, or that a series of drivelines can be connected to the corresponding power transmission shafts from the same side of the header 5. Each drivetrain 18, 20 preferably includes one or more shafts, connectors, gear boxes, chains , gears and other elements for transmitting a rotation of the agricultural vehicle drive 19,21 to the power transmission shaft 17, 16 on the header 5.

De uitvinding is gebaseerd op het inzieht dat het slippen van een veiligheidskoppeling 22 die verbonden is met de tweede vermogentransmissieas 17 eenThe invention is based on the recognition that the slipping of a safety clutch 22 connected to the second power transmission shaft 17 is a

5338953389

BE2016/5791 effect heeft op de koppelschommeling. Het koppel wordt overgebracht van de aandrij ving 19 op het landbouwvoertuig, via de aandrijflijn 18 naar de tweede vermogentransmissieas 17. De tweede vermogentransmissieas 17 is verbonden via de reeks veiligheidskoppelingen 22 met de reeks hakseleenheden 11 van de reeks rijeenheden 6. In dit opzicht hebben proeven aangetoond dat de verandering van koppelschommeling als resultaat van het slippen van één van de veiligheidskoppelingen 22, in wezen in het volledige aandrijfinechanisme gevoeld kan worden. Dit ontslaat de fabrikant van de noodzaak om een slipdetectiesensor te plaatsen op elk van de veiligheidskoppelingen 22 en biedt de mogelijkheid om één of verscheidene “centrale” sensors in het aandrijfinechanisme aan te brengen om de verandering in koppelschommeling te detecteren.BE2016 / 5791 has an effect on the torque fluctuation. The torque is transmitted from the drive 19 to the agricultural vehicle, via the drivetrain 18, to the second power transmission shaft 17. The second power transmission shaft 17 is connected via the series of safety clutches 22 to the series of chopping units 11 of the series of driving units 6. In this regard, tests demonstrated that the change in torque fluctuation resulting from slipping of one of the safety clutches 22 can be felt essentially in the entire drive mechanism. This relieves the manufacturer of the need to place a slip detection sensor on each of the safety clutches 22 and allows one or several "central" sensors to be fitted in the drive mechanism to detect the change in torque fluctuation.

Figuur 1 iilustreert hoe een koppelopnemer 29 op de aandrijving 19 en in verschillende posities van de aandrijflijn 18 is aangebracht. Het zal duidelijk zijn voor een vakman dat de mogelijkheden voor het aanbrengen van zulke koppelopnemer niet beperkt zijn tot de geïllustreerde posities. Bovendien zai het ook duidelijk zijn dat de één of de reeks weergegeven sensors kunnen gekozen worden, en dat het niet nodig is ora alle weergegeven sensors te hebben. Als altematief kunnen extra sensors 29 toegevoegd worden. De koppelopnemer kan uitgevoerd zijn als een belastingssensor, zoals hierboven beschreven, aangezien de belasting recht evenredig is met het koppel. Een vakman zal begrijpen dat een koppel op verscheidene manieren gemeten kan worden, en kan een geschikte manier kiezen afhankelijk van de situatie om tot de geclaimde uitvinding te komen.Figure 1 illustrates how a torque sensor 29 is mounted on the drive 19 and in different positions of the drive train 18. It will be apparent to a person skilled in the art that the options for mounting such a torque sensor are not limited to the illustrated positions. Moreover, it will also be clear that the one or the set of displayed sensors can be selected, and that it is not necessary to have all the displayed sensors. As an alternative, additional sensors 29 can be added. The torque sensor can be designed as a load sensor, as described above, since the load is directly proportional to the torque. A person skilled in the art will understand that a torque can be measured in several ways, and can choose an appropriate one depending on the situation to arrive at the claimed invention.

Figuur 3 iilustreert een koppelschommeling 23 in de loop van de tijd. Daarbij is de horizontale as de tijdsas terwijl de verticale as het koppel voorstelt. In het eerste segment van Figuur 3 werkt het maaibord onder normale omstandigheden. Dit eerste segment is aangeduid met referentienummer 24. Een koppelschommeling is weergegeven tijdens deze normale werking 24, en is in Figuur 4 in het frequentiedomein weergegeven met krommeFigure 3 illustrates a torque swing 23 over time. The horizontal axis is the time axis while the vertical axis represents the torque. In the first segment of Figure 3, the header operates under normal conditions. This first segment is denoted with reference number 24. A torque fluctuation is shown during this normal operation 24, and is shown in curve in Figure 4 in the frequency domain

27. Figuur 3 toont een tweede segment 25 dat de koppelschommeling weergeeft wanneer één van de koppel ingen 2,2 slipt. Het verschil tussen de koppelschommeling, van Figuur 3 tussen de normale werking 24 en tijdens het slippen van een veiligheidskoppeling 25 is aanzienlijk. Figuur 4 toont de sehommeling in het slippen van een veiligheidskoppeling met referentienummer 28. De figuur toont dat de schommelingsamplitude in veel ffequentiebereiken aanzienlijk hoger is in vergelijking met een normale werking 27. Ter27. Figure 3 shows a second segment 25 showing the torque fluctuation when one of the clutches 2,2 slips. The difference between the torque fluctuation, of Figure 3, between normal operation 24 and during slip of a safety clutch 25 is significant. Figure 4 shows the swing in a safety clutch with reference number 28. The figure shows that the swing amplitude in many frequency ranges is significantly higher compared to normal operation 27.

5338953389

BE2016/5791 volledigheid toont Figuur 3 verder een segment 26 overeenkomstig de gestopte werking.BE2016 / 5791 for completeness Figure 3 further shows a segment 26 corresponding to the stopped operation.

Op basis van deze Figuren 3 en 4 zai de vakman direct begrijpen en in staat zijn om elektrische, elektronische en/of digitale gereedschappen te ontwerpen om het siippen van een veiligheidskoppeling op basis van de koppeimeting te detecteren.Based on these Figures 3 and 4, those skilled in the art will immediately understand and be able to design electrical, electronic and / or digital tools to detect the slip coupling of a safety coupling based on the torque measurement.

Figuur 5 illustreert de stappen van de werkwijze voor het detecteren en het meiden van het siippen van een veiligheidskoppeling. Stap SI illustreert het rijden van het Iandbouwvoertuig. Wanneer met het iandbouwvoertuig voorwaarts gereden word! in stap 1, kunnen de toevoer-/grijpeenheden aangeduid met stap S2, aangedreven wurden.Figure 5 illustrates the steps of the method of detecting and guiding the slip coupling of a safety clutch. Step SI illustrates driving the agricultural vehicle. When driving the agricultural vehicle forward! in step 1, the feed / gripping units indicated by step S2 can be driven.

Daarbij bevat stap S2 het aandrijven van de tweede aandrijving 21 zodat via het volgende deel van de aandrijflijn de eerste vermogentransmissieas 16 aangedreven wordt ora de elementen van de toevoer-/grijpeenheid aan te drijven. In stap S3 worden de hakseleenheden aangedreven. Het aandrijven van de hakseleenheden S3 bestaat daarom uit de volgende stappen, te beginnen met de aandrijving 19, zodat via de aandrijflijn 18 de tweede vermogentransmissieas 17 wordt gestart. Deze tweede vermogentransmissieas 17 is via respectieve veiligheidskoppelingen 22 met de hakseleenheden 11 verbonden, zodat de hakseleenheden wurden aangedreven.Step S2 herein comprises driving the second drive 21 so that the first power transmission shaft 16 is driven via the next part of the drive train or to drive the elements of the feed / gripping unit. In step S3, the chopping units are driven. The driving of the chopping units S3 therefore consists of the following steps, starting with the drive 19, so that the second power transmission shaft 17 is started via the drive line 18. This second power transmission shaft 17 is connected to the chopping units 11 via respective safety couplings 22, so that the chopping units are driven.

De toevoer-Zgrijpeenheden, die aangedreven wurden in stap S2, kunnen visueel geregeld worden vanuit de operatorcabine. De hakseleenheden, aangedreven in stap S3, zijn niet zichtbaar voor een operator in de operatorcabine. Zodoende bevat de werkwijze verder het meten van een koppelschommeling in stap S4. De koppelschommeling kan gemeten wurden via de koppei- of belastingssensors 29. De koppel/belastingssensors meten een koppelschommeling, zoals getoond in Figuur 3.The feed gripping units, which were driven in step S2, can be visually controlled from the operator's cabin. The chopping units, driven in step S3, are not visible to an operator in the operator cabin. Thus, the method further includes measuring a torque fluctuation in step S4. The torque fluctuation can be measured via the torque or load sensors 29. The torque / load sensors measure a torque fluctuation, as shown in Figure 3.

In stap S5 wordt de koppelschommeling geanalyseerd. Het analyseren van de koppelschommeling S5 zou, bijvoorbeeld elke seconde, bestaan in het periodiek omzetten van de koppelschommeling in het tijdsdomein naar het frequentiedomein zoals getoond in Figuur 4. Een vakman zal begrijpen dat andere koppelschommelinganalyses gedaan kunnen worden, bijvoorbeeld om een voorafbepaaide karakteristiek van het schommelingssignaal te filteren, ln stap C wordt de koppelschommeling vergeleken om een verandering in koppelschommeling te herkennen. In het voorbeeld van Figuur 5 wordt de vergelijking gemaakt tussen het koppelschommelingssignaal dat geanalyseerd werd in stap S5, en een voorafbepaaide verandering van referentiegegevens D. Deze voorafbepaaide verandering van referentiegegevens zou een amplitudedrempel kunnen bevatten voor een bepaald frequentiebereik. Andere meer geavanceerdeIn step S5, the torque fluctuation is analyzed. Analyzing the torque fluctuation S5 would, for example every second, consist in periodically converting the torque fluctuation in the time domain to the frequency domain as shown in Figure 4. One skilled in the art will understand that other torque fluctuation analyzes can be done, for example, to provide a predetermined characteristic of the fluctuation signal, in step C the torque fluctuation is compared to recognize a change in torque fluctuation. In the example of Figure 5, the comparison is made between the torque fluctuation signal analyzed in step S5 and a predetermined change of reference data D. This predetermined change of reference data may contain an amplitude threshold for a given frequency range. Other more advanced

5338953389

BE2016/5791 referentiemechanismen kunnen gebruikt worden onr een verandering van de koppelschommeling te detecteren.BE2016 / 5791 reference mechanisms can be used to detect a change in the torque fluctuation.

Wanneer de vergelijkingsstap geen verandering (NEEN) herkent, wordt de meting van de koppelschommeling voortgezet zoals in stap 4. In dit opzicht, wordt opgemerkt dat stappen S4, S5 en de vergelijkingsstap C op een continue of een periodieke wijze toegepast kunnen worden. Als de vergelijkingsstap een verschil oplevert (JA), gaat de werkwijze over naar stap S6 waar het slippen van een veiligheidskoppeling gesignaleerd wordt via een gebruikersinterface. De gebruikersinterface is bij voorkeur beschikbaar voor de operator, bijvoorbeeld geïntegreerd in de operatorcabine, zodat het slippen van een veiligheidskoppeling die S6 signaleert de operator onmiddellijk meldt dat een veiligheidskoppeling aan het slippen is. De operator kan op deze signalering reageren op basis van deze kennis en zijn ervaring om schade aan de slipkoppeling te voorkomen.If the comparison step does not recognize a change (NO), the measurement of the torque fluctuation is continued as in step 4. In this regard, it is noted that steps S4, S5 and the comparison step C can be applied in a continuous or periodic manner. If the comparison step yields a difference (YES), the method proceeds to step S6 where the slip of a safety link is signaled via a user interface. Preferably, the user interface is available to the operator, for example integrated into the operator's cab, so that slipping a safety clutch signaling S6 immediately informs the operator that a safety clutch is slipping. The operator can respond to this alert based on his knowledge and experience to prevent damage to the slip clutch.

Op basis van de figuren en de beschrijving zal de vakman in Staat zijn de werking en de voordelen van de uitvinding aisook de verschillende uitvoeringsvormen ervan te begrijpen. Er dient evenwel te worden opgemerkt dat de beschrijving en de Figuren enkel en aileen bedoeld zijn om de uitvinding te laten begrijpen. en niet om de uitvinding te beperken tot bepaalde uitvoeringsvormen of voorbeelden die hierin gebruikt worden. Daarom wordt benadrukt dat de reikwijdte van de uitvinding aileen bepaald zal worden in de conclusies.On the basis of the figures and the description, the skilled person will be able to understand the operation and advantages of the invention as well as the different embodiments thereof. It should be noted, however, that the description and Figures are only for the purpose of understanding the invention. and not to limit the invention to certain embodiments or examples used herein. Therefore, it is emphasized that the scope of the invention will only be defined in the claims.

5338953389

BE2016/5791BE2016 / 5791

Claims (11)

CONCLUSIES:CONCLUSIONS: 1. Landbouwvoertuig (1) met een maaibord (5) dat een reeks rijeenheden (6) bevat in de breedterichting van het maaibord, waarbij elke rijeenheid van de reeks rijeenheden een toevoer-/grijpeenheid (10) en een hakseleenheid (11) bevat, waarbij het maaibord een eerste vermogentransmissieas (16) bevat die zieh uitstrekt längs de reeks rijeenheden om de toevoer-Zgrijpeenheid (10) van de reeks rijeenheden aan te drijven, waarbij het maaibord een tweede vermogentransmissieas (17) bevat die via een aandrijflijn (18) verbonden is met een aandrijving (19) van het landbouwvoertuig, waarbij elke hakseleenheid ( 11) een veiligheidskoppeling (22) bevat en verbonden is d.m.v. de veiligheidskoppeling (22) met de tweede vermogentransmissieas (17), en minstens één koppelopnemer (29) aangebraeht is op één van de volgende elementen: de tweede vermogentransmissieas (17), de aandrijflijn (18) en de aandrijving (19), waarbij de koppelopnemer (29) operationeel verbonden is met een toestel voor het bewaken van de koppelschommeling, waardoor een voorafbepaalde verandering in de koppelschommeling herkend kan worden, die aangeeft dat een veiligheidskoppeling (22) slipt, waarbij dit toestel voor het bewaken van de koppelschommeling operationeel verbonden is met een gebruikersinterface om het slippen van een veiligheidskoppeling te meiden.An agricultural vehicle (1) with a header (5) containing a series of row units (6) in the width direction of the header, each row unit of the series of row units including a feed / grab unit (10) and a chopping unit (11), the header comprising a first power transmission shaft (16) extending along the series of row units to drive the feeder gripping unit (10) of the series of row units, the header comprising a second power transmission shaft (17) via a drivetrain (18) connected to a drive (19) of the agricultural vehicle, each cutting unit (11) containing a safety coupling (22) and connected by the safety clutch (22) with the second power transmission shaft (17), and at least one torque sensor (29) is fitted to one of the following elements: the second power transmission shaft (17), the drivetrain (18) and the drive (19), the torque sensor (29) is operationally connected to a torque swing monitoring device, whereby a predetermined change in torque swing can be recognized, indicating a safety clutch (22) is slipping, this torque swing monitoring device being operationally connected with a user interface to avoid slipping a safety clutch. 2. Landbouwvoertuig voigens conclusie 1, waarbij de koppelopnemer (29) minstens één belastingssensor bevat.Agricultural vehicle according to claim 1, wherein the torque sensor (29) contains at least one load sensor. 3. Landbouwvoertuig volgens conclusie 2, waarbij de minstens één belastingssensor bevestigd is aan minstens één van twee elementen, ni. de vermogentransmissieas (17) en de aandrijflijn (18).Agricultural vehicle according to claim 2, wherein the at least one load sensor is attached to at least one of two elements, ni. the power transmission shaft (17) and the drivetrain (18). 4. Landbouwvoertuig volgens een of meerdere van de vorige conclusies, waarbij het toestel voor het bewaken van de koppelschommeling in Staat is om een amplitude van de koppelschommeling in minstens één frequentiebereik te meten, en waarbij het toestel voor het bewaken van de koppelschommeling in Staat is de verandering te herkennen door een amplitudeafwijking in de loop van de tijd in bet minstens één frequentiebereik.Agricultural vehicle according to one or more of the preceding claims, wherein the torque swing monitoring device is capable of measuring an amplitude of the torque swing in at least one frequency range, and wherein the torque swing monitoring device is capable of recognize the change by an amplitude deviation over time in at least one frequency range. 5338953389 BE2016/5791BE2016 / 5791 5. Landbouwvoertuig volgens conclusie 4, waarbij een amplitudedrempel ingesteld wordt voor minstens één frequentiebereîk, en waarbij het toestel voor het bewaken van de koppelschommeling in staat is de verandering te herkennen wanneer de amplitude in het bereik de drempel overschrijdt.Agricultural vehicle according to claim 4, wherein an amplitude threshold is set for at least one frequency range, and wherein the torque fluctuation monitoring device is able to recognize the change when the amplitude in the range exceeds the threshold. 6. Landbouwvoertuig volgens de vorige conclusie, waarbij de eerste vermogentransmissieas (16) verbonden is via een verdere aandrijflijn (20) met een tweede aandrijving (21) van het landbouwvoertuig.Agricultural vehicle according to the preceding claim, wherein the first power transmission shaft (16) is connected via a further drive train (20) to a second drive (21) of the agricultural vehicle. 7. Werkwijze voor het detecteren van het slippen van een veiligheidskoppeling (22) tussen een hakselaar (i î) en een rijeenheid (7) van een maaibord (5) van een landbouwvoertuig ( 1 ), waarbij de werkwijze bestaat uit:A method for detecting the slip of a safety clutch (22) between a chopper (i î) and a row unit (7) of a cutterbar (5) of an agricultural vehicle (1), the method comprising: het aandrijven (S3) van de hakselaar via de veiligheidskoppeling door een vermogentransmissieas (17) die d.m.v. een aandrijflijn (18) verbonden is met een aandrijving (19);driving (S3) the shredder via the safety clutch through a power transmission shaft (17) which can be a drivetrain (18) is connected to a drive (19); het meten (S4) van een koppel in minstens één van drie elementen: ni. de vermogentransmissieas (17), de aandrijflijn (18) en de aandrijving (19):measuring (S4) a couple in at least one of three elements: ni. the power transmission shaft (17), the drivetrain (18) and the drive (19): het detecteren (C) van een voorafbepaalde verandering van de koppelschommeling (23) die het slippen van een veiligheidskoppeling (22) aangeeft; en het melden (S6) van het gedetecteerde slippen van een veiligheidskoppeling (2,2) via een gebruikersinterface.detecting (C) a predetermined change of the torque swing (23) indicating the slip of a safety clutch (22); and reporting (S6) the detected slip of a safety clutch (2,2) via a user interface. 8. Werkwijze volgens conclusie 7, waarbij het koppel gemeten wordt door een belasting te meten via. minstens één belastingssensor die aan minstens één van de twee elementen, ni. de vermogentransmissieas (18) en de aandrijflijn (19), bevestigd is,The method of claim 7, wherein the torque is measured by measuring a load via. at least one load sensor attached to at least one of the two elements, ni. the power transmission shaft (18) and the drivetrain (19) is attached, 9. Werkwijze volgens conclusie 7 of 8, waarbij het koppel wordt gemeten door het meten van een koppelsehommelingsamplitude in minstens één frequentiebereîk.The method of claim 7 or 8, wherein the torque is measured by measuring a torque oscillation amplitude in at least one frequency range. 10. Werkwijze volgens conclusie 9, waarbij het detecteren van een voorafbepaalde verandering van de koppelschommeling bestaat uit het herkennen van een voorafbepaalde afwijking in de amplitude van de koppelschommeling in minstens één frequentiebereîk.The method of claim 9, wherein detecting a predetermined change of the torque fluctuation consists of recognizing a predetermined deviation in the amplitude of the torque fluctuation in at least one frequency range. 5338953389 BE2016/5791BE2016 / 5791 11. Werkwijze voigens conclusie 10, waarbij het herkennen van een voorafbepaalde afwijking bestaat uit het deteeteren van het overschrijden van een voorafbepaalde amplitudedrempel.The method according to claim 10, wherein the recognition of a predetermined deviation consists of detecting the exceeding of a predetermined amplitude threshold. 53389 be2016/579153389 be2016 / 5791 53389 be2016/579153389 be2016 / 5791 53389 be2016/579153389 be2016 / 5791 ON <4 cn <ON <4 cn < NmNm CNCN CNCN CO mCO m on rn· cn oon rncn o mm CNCN N3N3 OnOn CMCM -CM-CM CMCM CNCN COCO CN cm oCN cm o X— on ^-£5X - on ^ - £ 5 OO ON co onON co on COCO O'O' NtNt O' on oO 'on o NO mNO m cmcm CN on cm coCN on cm co CM onCM on NJ* onNJ * on CM oCM o cmcm CN \OCN \ O CNCN CM cm co oCM cm co o ONON NJ* o·NJ * o CM oCM o oO ON n0 oON n0 o O'O' CNCN O' \£>O '\ £> <o co co<o co co CM <r·;CM <r; •nt• nt CO oCO o co x CN O x co NC \£> r~ N3co x CN O x co NC \ £> r ~ N3 Vj ''S.Vj '' S. 53389 be2016/579153389 be2016 / 5791 O'O' Ln!nm co oLn! Nm co o oO A(Mm)A (Mm) 53389 be2016/579153389 be2016 / 5791 5338953389 BE2016/5791BE2016 / 5791
BE2016/5791A 2016-10-21 2016-10-21 CUTTERBOARD WITH A SET OF DRIVING ELEMENTS BE1024683B1 (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2016/5791A BE1024683B1 (en) 2016-10-21 2016-10-21 CUTTERBOARD WITH A SET OF DRIVING ELEMENTS

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2016/5791A BE1024683B1 (en) 2016-10-21 2016-10-21 CUTTERBOARD WITH A SET OF DRIVING ELEMENTS

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1024683A1 BE1024683A1 (en) 2018-05-18
BE1024683B1 true BE1024683B1 (en) 2018-05-25

Family

ID=57544149

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2016/5791A BE1024683B1 (en) 2016-10-21 2016-10-21 CUTTERBOARD WITH A SET OF DRIVING ELEMENTS

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1024683B1 (en)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4282702A (en) * 1980-06-19 1981-08-11 Deere & Company Picker drum slip clutch monitor
EP2084953A2 (en) * 2008-01-29 2009-08-05 Deere & Company Corn head clutch monitor
EP2687079A2 (en) * 2012-07-20 2014-01-22 CLAAS Hungaria Kft. Row-independent auxiliary device for harvesting stalk crops

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4282702A (en) * 1980-06-19 1981-08-11 Deere & Company Picker drum slip clutch monitor
EP2084953A2 (en) * 2008-01-29 2009-08-05 Deere & Company Corn head clutch monitor
EP2687079A2 (en) * 2012-07-20 2014-01-22 CLAAS Hungaria Kft. Row-independent auxiliary device for harvesting stalk crops

Also Published As

Publication number Publication date
BE1024683A1 (en) 2018-05-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7739861B2 (en) Corn head clutch monitor
US10694671B2 (en) Header with multiple row elements
US7555882B2 (en) Drive for a crop picking head
US6032444A (en) Non-row-sensitive forage harvester
CN105432227B (en) Power take-off drive assembly for a corn header of an agricultural harvester
EP2436258B1 (en) Agricultural selfpropelled chopper having device for determining the sharpness of cutting blades
US20110191001A1 (en) Device For Monitoring The Correct Functioning Of A Crop Pick-Up Mechanism
US9775292B2 (en) Non-row sensitive forage harvester header
BE1024683B1 (en) CUTTERBOARD WITH A SET OF DRIVING ELEMENTS
EP3556197B1 (en) Header with multiple row elements
BE1024379B1 (en) Double header
EP2084953B1 (en) Corn head clutch monitor
CA2530169C (en) Drive for a crop picking head
JP5780625B2 (en) Combine management system
JP2015223092A (en) combine
JP2015223095A (en) Combine-harvester
JP2016067263A (en) Combine-harvester
JP5837836B2 (en) Combine management system
CN2627805Y (en) Plant stalks cutter for silage
CN201774836U (en) Corn straw harvesting machine
EP4344526A2 (en) Condition monitoring of a continuous knife assembly of an agricultural harvester
DE102014109688B4 (en) Method and control device for operating a harvesting machine
CN201365417Y (en) Corn harvesting apparatus
BE1021801B1 (en) FRONT PIECE FOR MAIZE FORMER
WO2020218123A1 (en) Work vehicle, harvesting machine, and work machine

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20180525