BE1023165B1 - Antibacterial composition comprising an acetal or a long chain alkyl hexane ether - Google Patents

Antibacterial composition comprising an acetal or a long chain alkyl hexane ether Download PDF

Info

Publication number
BE1023165B1
BE1023165B1 BE2015/5831 BE1023165B1 BE 1023165 B1 BE1023165 B1 BE 1023165B1 BE 2015/5831 BE2015/5831 BE 2015/5831 BE 1023165 B1 BE1023165 B1 BE 1023165B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
alkyl
bacteria
gram
sorbitan
isomers
Prior art date
Application number
BE2015/5831
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Charlotte Gozlan
Dorine Belmessieri
Marie-Christine Duclos
Nicolas Duguet
Marc Lemaire
Gérard Lina
Oana Dumitrescu
Andreas Redl
Original Assignee
Syral Belgiumnv
Université Claude Bernard Lyon 1 Domaine Scientifique de la Doua
Centre National De La Recherche Scientifique
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Syral Belgiumnv, Université Claude Bernard Lyon 1 Domaine Scientifique de la Doua, Centre National De La Recherche Scientifique filed Critical Syral Belgiumnv
Application granted granted Critical
Publication of BE1023165B1 publication Critical patent/BE1023165B1/en

Links

Abstract

De onderhavige uitvinding betreft een bactéricide of bacteriostatische samenstelling omvattende een acetaai of een hexaan ether bij voorkeur van sorbitaan, arlitaan of mannitaan met langketen alkylen, zijn gebruik in de behandeling of preventie van infecties met Gram-positieve bacteriën, zijn gebruik als hygiëne of dermatologische product voor uitwendig gebruik alsook een werkwijze voor de desinfectie vanoppervlakken.The present invention relates to a bactericidal or bacteriostatic composition comprising an acetal or a hexane ether, preferably of sorbitan, arlitane or mannitan with long-chain alkyls, its use in the treatment or prevention of infections with Gram-positive bacteria, its use as a hygiene or dermatological product for external use as well as a method for disinfecting surfaces.

Description

Antibaeteriële samenstelling omvattende een acetaal of een langketen alkyl hexaanetherAntibacterial composition comprising an acetal or a long chain alkyl hexane ether

Technisch gebiedTechnical area

De onderhavige uitvinding betreft het gebruik van een bactéricide of bacteriostatische samenstelling omvattende een acetaal of een langketen alkyl hexaanether, zijn gebruik in de behandeling of preventie van infecties met Gram-positieve bacteriën, zijn gebruik als hygiëne of dermatologisch product bij uitwendig gebruik alsook een werkwijze voor de desinfectie van oppervlakken.The present invention relates to the use of a bactericidal or bacteriostatic composition comprising an acetal or a long-chain alkyl hexane ether, its use in the treatment or prevention of infections with Gram-positive bacteria, its use as a hygiene or dermatological product for external use and a method for the disinfection of surfaces.

Stand van de techniekState of the art

De antimicrobiële verbindingen worden gedefinieerd als moleculen die in staat zijn om de groei van micro-organismen te remmen of te stoppen of ze te doden. In deze context, worden zij gewoonlijk gebruikt ter voorkoming of behandeling van humane en dierlijke infecties, en in de voedingsindustrie om de vermeerdering van pathogene bacteriën in voedsel te voorkomen. Het brede gamma van het gebruik van antimicrobiële verbindingen heeft geleid tot de opkomst van resistente infectieuze middelen. De verspreiding van bacteriën die resistentie mechanismen hebben verworven tegen de meest gebruikte antimicrobiële verbindingen zijn een probleem voor de volksgezondheid dat verontrustender wordt (J.S. Bradley et al Lancet Infect Dis 2007; 7: 68-78).The antimicrobial compounds are defined as molecules that are capable of inhibiting or stopping the growth of microorganisms or killing them. In this context, they are commonly used to prevent or treat human and animal infections, and in the food industry to prevent the propagation of pathogenic bacteria in food. The wide range of use of antimicrobial compounds has led to the emergence of resistant infectious agents. The proliferation of bacteria that have acquired resistance mechanisms to the most commonly used antimicrobial compounds are a public health problem that is becoming more worrying (J.S. Bradley et al. Lancet Infect Dis 2007; 7: 68-78).

Ter illustratie, vele antibiotica resistente stammen van de pathogene species van het genus Staphylococcus, namelijk Staphylococcus aureus zijn geïsoleerd. Echter, stafylokokkenbesmettingen vormen een aanzienlijk percentage van ernstige infecties. Bovendien, zijn bijna de helft van nosocomiale infecties gekoppeld aan een stafylokok. Men kan ook noemen de vele stammen van Enterococcus faecalis of Enterococcus faecium resistent tegen veel gebruikte antibiotica. Hoewel ze minder virulent zijn in vergelijking met stafylokokken, telt men steeds meer multiresistente enterokokken stammen en meer recent epidemieën van enterokokken resistent aan glycopeptiden, de gebruikte antibiotica ten opzichte van deze bacteriële familie.For example, many antibiotic-resistant strains of the pathogenic species of the genus Staphylococcus, namely Staphylococcus aureus, have been isolated. However, staph infections are a significant percentage of serious infections. In addition, nearly half of nosocomial infections are linked to a staph. One can also mention the many strains of Enterococcus faecalis or Enterococcus faecium resistant to commonly used antibiotics. Although they are less virulent compared to staphylococci, more and more multi-resistant enterococci strains and more recently epidemics of enterococci resistant to glycopeptides, the antibiotics used against this bacterial family, are counted.

Een ander verschijnsel van antibioticaresistentie is beschreven dat niet enkel gebonden is aan het overmatig gebruik van antibiotica, maar aan conserveringstechnieken van voedsel. Zo is aangetoond dat Listeria monocytogenes resistenter is tegen antibiotica na het overleven van een osmotische stress, bij een lage temperatuur of in een zuur medium (Ana A. et al. (2015) Microbiology, Volume 46, april, pagina’s 154-160). Of de menselijke besmetting is voedsel overgedragen. Bovendien, hoewel het relatief zeldzaam is, humane listeriose is een ernstige infectie met een geschatte sterfte van 50%. Zo is het ontstaan van resistentie tegen antibiotica bij L. monocytogenes, die kan worden veroorzaakt door moderne methoden van conservatie of de verwerking van voedsel, een grote bedreiging voor de volksgezondheid.Another phenomenon of antibiotic resistance has been described that is not only linked to the excessive use of antibiotics, but to food preservation techniques. For example, Listeria monocytogenes has been shown to be more resistant to antibiotics after surviving an osmotic stress, at a low temperature or in an acidic medium (Ana A. et al. (2015) Microbiology, Volume 46, April, pages 154-160). Or the human infection is food transferred. In addition, although it is relatively rare, human listeriosis is a serious infection with an estimated mortality rate of 50%. For example, the emergence of antibiotic resistance in L. monocytogenes, which can be caused by modern methods of conservation or food processing, is a major threat to public health.

Hoewel verschillende mechanismen vaak tegelijkertijd betrokken zijn bij resistentie tegen antibiotica, is het gebruikelijk om ze in te delen in drie categorieën: (a) het ontbreken van penetratie van het antibioticum in de bacterie (b) inactivering of uitscheiding van het antibioticum door bacteriële enzymsystemen en (c) het ontbreken van affiniteit tussen bacteriële doel en antibiotica. Deze drie categorieën van resistentiemechanisme hebben een constructiedeel, de mechanismen zijn afhankelijk van de structuur van de betreffende molecule.Although different mechanisms are often involved in antibiotic resistance at the same time, it is common to classify them into three categories: (a) lack of antibiotic penetration into the bacterium (b) inactivation or secretion of the antibiotic by bacterial enzyme systems and (c) the lack of affinity between bacterial target and antibiotics. These three categories of resistance mechanism have a structural component, the mechanisms depend on the structure of the molecule in question.

Dus, om een antibiotische samenstelling te verkrijgen met verminderde kans op het ontwikkelen van een resistentie, hebben de uitvinders overwogen het gebruik van een samenstelling omvattende een mengsel van verbindingen met een antibiotische werking, maar met kleine structurele verschillen die in staat zijn om de kans op ontwikkeling van bacteriële resistentie te verminderen. Ze hebben derhalve een samenstelling overwogen omvattende een isomeer mengsel van verbindingen met antibiotische werking.Thus, in order to obtain an antibiotic composition with a reduced chance of developing a resistance, the inventors have considered using a composition comprising a mixture of compounds with an antibiotic action but with small structural differences that are capable of reducing the chance of developing a resistance. reduce the development of bacterial resistance. They have therefore considered a composition comprising an isomeric mixture of compounds with antibiotic action.

De uitvinders wensten om een antibiotische samenstelling te ontwikkelen hebbende ook een lage toxiciteit en een lage milieu-impact. Een biologisch afbreekbare antibiotische samenstelling die verkrijgbaar is in grote hoeveelheden uit hernieuwbare bronnen tegen lage kosten om volledig toegankelijk te zijn voor een industrieel gebruik, maar ook zo effectief als niet-bio-gebaseerde antimicrobiële stoffen.The inventors also wished to develop an antibiotic composition having a low toxicity and a low environmental impact. A biodegradable antibiotic composition that is available in large quantities from renewable sources at low cost to be fully accessible for industrial use, but also as effective as non-bio-based antimicrobials.

Echter geen methode van de stand der techniek laat toe een isomeer mengsel van bio-gebaseerde verbindingen te verkrijgen met lage toxiciteit en tegen lage kosten.However, no prior art method allows obtaining an isomeric mixture of bio-based compounds with low toxicity and at low cost.

Echter, bio-gebaseerde verbindingen worden beschreven de stand van de techniek. Dus de stand van de techniek beschrijft verschillende verbindingen gebruikt als antimicrobiële stoffen zoals de vetzuren en hun overeenkomstige actieve gepolyhydroxeerde esters actief tegen Gram-positieve bacteriën en omvattende lange alifatische ketens. Ter informatie, een van de meest actieve antimicrobiële stoffen is monolaurine, een glycerol mono-ester met een C12 alifatische keten. Zijn handelsmerk is de Lauricidin®. Deze verbinding wordt gebruikt als voedseladditief met het oog op de inhibitie van de groei van bacteriën (£. Freese, C.W. Sheu, E. Galliërs. Nature 1973, 241, 321-325;. E.G.A. Verhaegh, D.L. Marshall, D.-H. Oh. Int. J. Food Microbiol.1996, 29, 403-410). De esterfunctie van monolaurine is echter gevoelig voor esterasen, deze verbinding wordt snel afgebroken en heeft een lage halfwaardetijd.However, bio-based compounds are described in the prior art. Thus, the prior art describes various compounds used as antimicrobials such as the fatty acids and their corresponding active polyhydroxized esters active against Gram-positive bacteria and including long aliphatic chains. For information, one of the most active antimicrobials is monolaurin, a glycerol monoester with a C12 aliphatic chain. His trademark is the Lauricidin®. This compound is used as a food additive for the purpose of inhibiting the growth of bacteria (Freese, CW Sheu, E. Gauls. Nature 1973, 241, 321-325; EGA Verhaegh, DL Marshall, D.-H. Oh, Int. J. Food Microbiol (1996, 29, 403-410). However, the ester function of monolaurin is sensitive to esterases, this compound is rapidly degraded and has a low half-life.

De stand van de techniek beschrijft ook antimicrobiële stoffen verkregen uit suiker als bijzonder aantrekkelijk vanwege hun biologische afbreekbaarheid, hun lage toxiciteit en milieu-impact.The prior art also describes antimicrobials obtained from sugar as particularly attractive due to their biodegradability, their low toxicity and environmental impact.

Voorbeelden van antimicrobiële stoffen verkregen uit suiker zijn esters verkregen uit suiker die ook industrieel gebruikt worden bij antimicrobiële toepassingen omdat hun grondstoffen en hun productiekosten relatief laag blijven. Genoemd kunnen ook worden bijvoorbeeld sorbitaan caprylaat beschreven in de internationale octrooiaanvraag WO2014/025413 gemengd met hinokitiol in een antimicrobiële formule. Volgens deze aanvraag zou deze formule toelaten Gram-positieve en Gram-negatieve bacteriën, schimmels en/of mycosen te remmen ofte doden.Examples of antimicrobial substances obtained from sugar are esters obtained from sugar that are also used industrially in antimicrobial applications because their raw materials and their production costs remain relatively low. Mention may also be made, for example, of sorbitan caprylate described in international patent application WO2014 / 025413 mixed with hinokitiol in an antimicrobial formula. According to this application, this formula would allow to inhibit or kill Gram-positive and Gram-negative bacteria, fungi and / or mycoses.

De stand van de techniek beschrijft ook het gebruik van disaccharide esters als antimicrobieel middel in de voedingsindustrie. Sucrose dodecanoyl is een van de meest gebruikte. De laatste zou vooral actief zijn tegen L. monocytogenes (M. Ferrer, J. Soliveri, F.J. Plou, N. López-Cortés, D. Reyes-Duarte, M. Christensen, J.L. Copa-Patino, A. Ballesteros, Enz. Microb. Tech., 2005, 36, 391-398). Toch wordt hij ook beschreven als zwakke remmer van de groei van S. aureus, voor toepassingen in ziekenhuizen (J.D. Monk, L.R. Beuchat, A.K. Hathcox, J. Appl. Microbiol., 1996, 81, 7-18). Dus de sucrose ester heeft bacteriostatisch eigenschappen (stopt bacteriegroei), maar geen bactéricide eigenschappen (doodt bacteriën).The prior art also describes the use of disaccharide esters as an antimicrobial agent in the food industry. Sucrose dodecanoyl is one of the most used. The latter would be particularly active against L. monocytogenes (M. Ferrer, J. Soliveri, FJ Plou, N. López-Cortés, D. Reyes-Duarte, M. Christensen, JL Copa-Patino, A. Ballesteros, Etc. Microb Tech., 2005, 36, 391-398). Yet it is also described as a weak inhibitor of S. aureus growth, for use in hospitals (J.D. Monk, L.R. Beuchat, A.K. Hathcox, J. Appl. Microbiol., 1996, 81, 7-18). So the sucrose ester has bacteriostatic properties (stops bacterial growth), but no bactericidal properties (kills bacteria).

Bovendien heeft de synthese van suikeresters veel nadelen. Eerst, ondanks de lage productiekosten, de synthese van esters, in het bijzonder di- en trisacchariden, is problematisch vanwege de hoge functionaliteit van suikers die leiden tot de vorming van een mengsel van mono-, di- en polyesters en de aanwezigheid van polaire oplosmiddelen, zoals dimethylformamide (DMF) en pyridine, wordt algemeen vereist om de zeer polaire reagentia beter oplosbaar te maken. Echter, deze oplosmiddelen worden ingedeeld als kankerverwekkend, mutagene en reprotoxische (KMR) en het gebruik ervan moet worden vermeden. Om dit probleem op te lossen, is enzymatische synthese gebruikt, maar de noodzaak om zich te zetten in sterk verdunde condities, maakt de productie beperkt.Moreover, the synthesis of sugar esters has many disadvantages. First, despite the low production costs, the synthesis of esters, in particular di- and trisaccharides, is problematic because of the high functionality of sugars that lead to the formation of a mixture of mono-, di- and polyesters and the presence of polar solvents , such as dimethylformamide (DMF) and pyridine, is generally required to make the highly polar reagents more soluble. However, these solvents are classified as carcinogenic, mutagenic and reprotoxic (KMR) and their use must be avoided. Enzymatic synthesis has been used to solve this problem, but the need to turn into highly diluted conditions makes production limited.

Bovendien zijn de ester functionele groepen van deze verbindingen gemakkelijk hydrolyseerbaar door esterasen aanwezig in de cellen. Maar de moleculen vrijgegeven na deze hydrolyse te weten, suiker en vetzuur, hebben geen of weinig antimicrobiële eigenschappen (het vetzuur is licht actief). Dit veroorzaakt een instabiliteit verantwoordelijk voor een vermindering van de tijd van de activiteit van deze verbindingen.In addition, the ester functional groups of these compounds are easily hydrolyzable by esterases present in the cells. But the molecules released after this hydrolysis, namely sugar and fatty acid, have little or no antimicrobial properties (the fatty acid is slightly active). This causes an instability responsible for a reduction in the time of the activity of these compounds.

Dus, om een antibiotische samenstelling te verkrijgen die minder bevorderlijk is voor de ontwikkeling van een resistentie omvattende effectieve en stabiele antimicrobiële stoffen, verschaft de uitvinding een alkyl acetaal of een langketen alkyl sorbitaan alkylether met een zeer goede antimicrobiële activiteit hetzij in zuivere vorm of als mengsel van isomeren, een dergelijk product kan met name worden verkregen in minder dure omstandigheden en zijnde respecterend voor het milieu en geen gevaar vertegenwoordigend voor topicale toepassing of opname.Thus, in order to obtain an antibiotic composition that is less conducive to the development of a resistance comprising effective and stable antimicrobials, the invention provides an alkyl acetal or a long chain alkyl sorbitan alkyl ether with very good antimicrobial activity either in pure form or as a mixture of isomers, such a product can in particular be obtained in less expensive circumstances and being respectful of the environment and not representing a danger for topical application or uptake.

Gedetailleerde beschrijving van de uitvindingDetailed description of the invention

Bactéricide of bacteriostatische samenstellingBacterial or bacteriostatic composition

De uitvinding betreft het gebruik van een bactéricide of bacteriostatische samenstelling omvattende een alkyl acetaal of een hexitaan alkylether bij voorkeur van sorbitaan, arlitaan of mannitaan waarbij de alkylgroep 11 tot 18 koolstofatomen omvat, een farmaceutisch aanvaardbaar zout, een isomeer of mengsel van isomeren ervan. Bij voorkeur is het genoemde alkyl acetaal radicaal of alkylether radicaal op positie 2-0, 3-0, 5-0 en/of 6-0. Met voordeel, het genoemde alkyl acetaal radicaal is op positie 2,3- O; 3,5-O of 5,6-0. Met voordeel is het genoemde de alkylether radicaal op positie 2-0, 3-0, 5-0 of 6-0.The invention relates to the use of a bactericidal or bacteriostatic composition comprising an alkyl acetal or a hexitane alkyl ether preferably of sorbitan, arlitane or mannitan wherein the alkyl group comprises 11 to 18 carbon atoms, a pharmaceutically acceptable salt, an isomer or mixture of isomers thereof. Preferably, said alkyl is acetal radical or alkyl ether radical at position 2-0, 3-0, 5-0 and / or 6-0. Advantageously, said alkyl acetal radical is at position 2,3-O; 3.5-O or 5.6-0. Advantageously, said alkyl ether is radical at position 2-0, 3-0, 5-0 or 6-0.

De uitdrukking "farmaceutisch aanvaardbare zouten" heeft betrekking op gelijk welk zout dat na toediening aan de patiënt in staat is (direct of indirect) een verbinding zoals hier beschreven te vormen. De bereiding van zouten kan worden uitgevoerd volgens in de stand van de techniek gekende werkwijzen.The term "pharmaceutically acceptable salts" refers to any salt capable of forming (directly or indirectly) a compound as described herein after administration to the patient. The preparation of salts can be carried out according to methods known in the art.

Volgens de uitvinding wordt een "hexaan" verkregen door dehydratatie van een gehydrogeneerd hexose (of hexitol) zoals een sorbitol of een mannitol. Typisch wordt de hexaan gekozen uit sorbitaan, arlitaan of mannitaan. Met voordeel wordt de hexaan gekozen uit 1,4-anhydro-D-sorbitol (1,4-arlitaan of sorbitaan); 1,5-anhydro-D-sorbitol (polygalitol); 3,6-anhydro-D-sorbitol (3,6-sorbitaan); 1,4 (3,6) -anhydro-D-mannitol (mannitaan); 1,5-anhydro-D-mannitol (styracitol); 3,6-anhydro-D-galactitol; 1,5-anhydro-D-galactitol; 1,5-anhydro-D-talitol en 2,5-anhydro-L-iditol.According to the invention, a "hexane" is obtained by dehydration of a hydrogenated hexose (or hexitol) such as a sorbitol or a mannitol. Typically the hexane is selected from sorbitane, arlitane or mannitane. Advantageously, the hexane is selected from 1,4-anhydro-D-sorbitol (1,4-arlitane or sorbitane); 1,5-anhydro-D-sorbitol (polygalitol); 3,6-anhydro-D-sorbitol (3,6-sorbitane); 1,4 (3,6) -anhydro-D-mannitol (mannitan); 1,5-anhydro-D-mannitol (styracitol); 3,6-anhydro-D-galactitol; 1,5-anhydro-D-galactitol; 1,5-anhydro-D-talitol and 2,5-anhydro-L-iditol.

Een dergelijke sorbitaan acetaal kan worden verkregen door werkwijzen gekend bij de deskundige zoals directe acetalisering, bijvoorbeeld transacetalisering. Voorts kan een sorbitaan alkylether worden verkregen door werkwijzen gekend bij de deskundige, zoals de Williamson ether synthese, epoxide opening, condensatie van alcoholen, de telomerisatie van alcoholen, de reductie van acetalen, de directe of indirecte reductieve alkylering.Such a sorbitan acetal can be obtained by methods known to those skilled in the art such as direct acetalization, e.g. transacetalization. Furthermore, a sorbitan alkyl ether can be obtained by methods known to those skilled in the art, such as the Williamson ether synthesis, epoxide gap, condensation of alcohols, telomerization of alcohols, reduction of acetals, direct or indirect reductive alkylation.

De uitvinders hebben een bijzonder voordelige werkwijze ontwikkeld voor het verkrijgen van deze verbinding in zuivere vorm of in de vorm van een mengsel van isomeren van mono-ethers of alkyl mono-acetalen van hexaan, bij voorkeur zijn de isomeren positionele isomeren en/of diastereomeren.The inventors have developed a particularly advantageous process for obtaining this compound in pure form or in the form of a mixture of isomers of mono-ethers or alkyl mono-acetals of hexane, preferably the isomers are positional isomers and / or diastereomers.

De uitvinding betreft ook een bactéricide of bacteriostatische samenstelling omvattende een mono-ether of alkyl mono-acetaal van hexaan of een mengsel van isomeren de laatste bij voorkeur positionele, verkregen door een werkwijze omvattende de volgende stappen: a) een dehydratatie van een hexitol om een mono-anhydrohexitol te verkrijgen; b) een acetalisering of transacetalisering van hexitol of mono-anhydrohexitol verkregen bij a) met een alifatische aldehyde met 11 tot 18 koolstofatomen of het acetaal daarvan, typisch door i. een alifatische aldehyde met 11 tot 18 koolstofatomen, door acetalisering, of ii. een derivaat van een alifatisch aldehyde met 11 tot 18 koolstofatomen, door transacetalisering; c) eventueel, katalytische hydrogenolyse van het hexaan alkyl acetaal verkregen in stap b) bij voorkeur, zonder zure katalysator, djterugwinnen van een mengsel van isomeren van alkyl mono-ethers van hexaan verkregen in c) waarbij de alkylgroep (R) 11 tot 18 koolstofatomen omvat of terugwinnen van een mengsel van isomeren van alkyl mono-acetalen van hexaan verkregen in b) waarbij de alkylgroep (R) tussen 11 tot 18 koolstofatomen omvat, en e) eventueel, zuivering van het ene of het andere van mengsels verkregen in d), met name door chromatografie.The invention also relates to a bactericidal or bacteriostatic composition comprising a monoether or alkyl monoacetal of hexane or a mixture of isomers, the latter preferably positional, obtained by a method comprising the following steps: a) a dehydration of a hexitol to a mono-anhydrohexitol; b) an acetalization or transacetalization of hexitol or mono-anhydrohexitol obtained in a) with an aliphatic aldehyde with 11 to 18 carbon atoms or the acetal thereof, typically by i. an aliphatic aldehyde with 11 to 18 carbon atoms, by acetalization, or ii. a derivative of an aliphatic aldehyde with 11 to 18 carbon atoms, by transacetalization; c) optionally, catalytic hydrogenolysis of the hexane alkyl acetal obtained in step b) preferably, without acid catalyst, recovery of a mixture of isomers of alkyl monoethers of hexane obtained in c) wherein the alkyl group (R) is 11 to 18 carbon atoms includes or recovering a mixture of isomers of alkyl monoacetals of hexane obtained in b) wherein the alkyl group (R) comprises between 11 to 18 carbon atoms, and e) optionally, purification of one or the other of mixtures obtained in d) , in particular by chromatography.

Bij voorkeur heeft de uitvinding ook betrekking op een bactéricide of bacteriostatische samenstelling omvattende een mono-ether of alkyl mono-acetaal van sorbitaan of een mengsel van isomeren de laatste bij voorkeur positionele, verkregen door een werkwijze omvattende de volgende stappen: a) een dehydratatie van een sorbitol om een mono-anhydrosorbitol te verkrijgen; b) een acetalisering of transacetalisering van sorbitol of mono-anhydrosorbitol verkregen bij a) met een alifatische aldehyde met 11 tot 18 koolstofatomen of het acetaal daarvan, typisch door i. een alifatische aldehyde met 11 tot 18 koolstofatomen, door acetalisering, of ii. een derivaat van een alifatische aldehyde met 11 tot 18 koolstofatomen, door transacetalisering; c) eventueel, katalytische hydrogenolyse van het sorbitaan alkylacetaal verkregen in stap b) bij voorkeur, zonder zure katalysator, d) terugwinnen van een mengsel van isomeren van alkyl mono-ethers van sorbitaan verkregen bij c) waarbij de alkylgroep (R) 11 tot 18 koolstofatomen omvat of terugwinnen van een mengsel van isomeren van alkyl mono-acetalen van sorbitaan verkregen in stap b) waarbij de alkylgroep (R) 11 tot 18 koolstofatomen omvat, en e) eventueel, zuivering van het ene of het andere van mengsels verkregen in d), met name door chromatografie.Preferably, the invention also relates to a bactericidal or bacteriostatic composition comprising a monoether or alkyl monoacetal of sorbitan or a mixture of isomers, the latter preferably positional, obtained by a process comprising the following steps: a) a dehydration of a sorbitol to obtain a mono-anhydrosorbitol; b) an acetalization or transacetalization of sorbitol or mono-anhydrosorbitol obtained in a) with an aliphatic aldehyde with 11 to 18 carbon atoms or the acetal thereof, typically by i. an aliphatic aldehyde with 11 to 18 carbon atoms, by acetalization, or ii. a derivative of an aliphatic aldehyde with 11 to 18 carbon atoms, by transacetalization; c) optionally, catalytic hydrogenolysis of the sorbitan alkyl acetal obtained in step b) preferably, without acid catalyst, d) recovering a mixture of isomers of alkyl monoethers of sorbitan obtained in c) wherein the alkyl group (R) is 11 to 18 comprises carbon atoms or recovering a mixture of isomers of alkyl monoacetals of sorbitan obtained in step b) wherein the alkyl group (R) comprises 11 to 18 carbon atoms, and e) optionally, purification of one or the other of mixtures obtained in d ), in particular by chromatography.

Typisch kan het derivaat van een alifatisch aldehyde een dialkyl acetaal van het overeenkomstige aldehyde zijn. De dimethyl acetalen en de diethyl acetalen hebben de voorkeur.Typically, the derivative of an aliphatic aldehyde may be a dialkyl acetal of the corresponding aldehyde. The dimethyl acetals and the diethyl acetals are preferred.

Een "mono-anhydrohexitol" of een "mono-anhydrosorbitol" moet worden verstaan als zijnde verkregen door dehydratatie, door de verwijdering van één of meerdere moleculen water uit een hexitol of sorbitol. Een geschikt voorbeeld mono-anhydrosorbitol kan 1,4-anhydro-D-sorbitol (1,4-arlitaan of sorbitaan); 1,5-anhydro-D-sorbitol (polygalitol) of 3,6-anhydro-D-sorbitol (3,6-sorbitaan) zijn.A "mono-anhydrohexitol" or a "mono-anhydrosorbitol" is to be understood as having been obtained by dehydration, by the removal of one or more molecules of water from a hexitol or sorbitol. A suitable example mono-anhydrosorbitol can be 1,4-anhydro-D-sorbitol (1,4-arlitane or sorbitane); 1,5-anhydro-D-sorbitol (polygalitol) or 3,6-anhydro-D-sorbitol (3,6-sorbitane).

De voorkeurdragende mono-anhydrosorbitol is afgeleid van de dehydratatie van sorbitol om bijvoorbeeld te vormen, 1,4-sorbitaan, 3,6-sorbitaan of 2,5-sorbitaan.The preferred mono-anhydrosorbitol is derived from the dehydration of sorbitol to form, for example, 1,4-sorbitane, 3,6-sorbitane or 2,5-sorbitane.

Met "positioneel isomeer" worden regio-isomeren bedoeld, meer in het bijzonder isomeren van mono-ethers of alkyl mono-acetalen van hexaan en met name sorbitaan, waarbij het mono-ether radicaal of alkyl mono-acetaal radicaal op verschillende koolstofatomen van hexaan is gepositioneerd. Gewoonlijk zijn de positionele isomeren van alkyl mono-acetaal van sorbitaan 2,3-0-; 3,5-0- of 5,6-O-alkyl mono-ether van sorbitaan. De isomeren van alkyl mono-ether sorbitaan zijn de 2-0, 3-0, 5-0- of 6-O-alkyl mono-ether van sorbitaan.By "positional isomer" is meant regioisomers, more particularly isomers of mono-ethers or alkyl mono-acetals of hexane and in particular sorbitane, wherein the mono-ether radical or alkyl mono-acetal radical is on different carbon atoms of hexane positioned. Usually the positional isomers of alkyl monoacetal of sorbitan are 2.3-0-; 3,5-O or 5,6-O-alkyl monoether of sorbitane. The isomers of alkyl mono-ether sorbitane are the 2-O, 3-O, 5-O or 6-O-alkyl mono-ether of sorbitan.

De term "diastereomeren" betekent optische isomeren die niet superponeerbaar zijn, noch eikaars spiegelbeeld zijn. Voorbeelden, van diastereomeren van alkyl mono-acetaal van sorbitaan zijn:The term "diastereomers" means optical isomers that are not superimposable or mirror image. Examples of diastereomers of alkyl monoacetal of sorbitane are:

Volgens een uitvoeringsvorm, kan de werkwijze van de uitvinding een stap van dehydratatie van hexitol omvatten om een mono-anhydrohexitol te verkrijgen. Typisch wordt sorbitol gesmolten voorafgaand aan de dehydratatiestap. De dehydratatie stap kan worden uitgevoerd met een katalysator, bijvoorbeeld een zure katalysator.According to an embodiment, the method of the invention may comprise a step of dehydrating hexitol to obtain a mono-anhydrohexitol. Typically, sorbitol is melted prior to the dehydration step. The dehydration step can be carried out with a catalyst, for example an acid catalyst.

Volgens de uitvinding wordt de dehydratatie uitgevoerd onder waterstofatmosfeer bij een druk van bij voorkeur ongeveer 20 tot 50 bar.According to the invention, the dehydration is carried out under a hydrogen atmosphere at a pressure of preferably about 20 to 50 bar.

Met voordeel wordt de dehydratatie stap uitgevoerd bij een temperatuur gelegen tussen 120 en 170 °C, bij voorkeur tussen 130 en 140 °C.The dehydration step is advantageously carried out at a temperature between 120 and 170 ° C, preferably between 130 and 140 ° C.

Typisch wordt de sorbitol gezuiverd na de dehydratatie stap, bijvoorbeeld door kristallisatie, herkristallisatie of chromatografie.Typically, the sorbitol is purified after the dehydration step, for example by crystallization, recrystallization or chromatography.

Volgens de uitvinding omvat de acetalisering stap of de transacetalisering stap i) eventueel een voorverwarmingsstap van sorbitol, bij voorkeur bij een temperatuur gelegen tussen 70 en 130 °C, gewoonlijk tussen 90 en 110 °C, ii) een stap van toevoeging van het alifatische aldehyde of alifatische aldehyde derivaat zoals sorbitol en iii) een toevoegstap van een katalysator bij voorkeur een zure katalysator.According to the invention, the acetalization step or the transacetalization step i) optionally comprises a pre-heating step of sorbitol, preferably at a temperature between 70 and 130 ° C, usually between 90 and 110 ° C, ii) a step of adding the aliphatic aldehyde or aliphatic aldehyde derivative such as sorbitol and iii) an addition step of a catalyst, preferably an acid catalyst.

Stap i) is bijzonder voordelig doordat zij bij afwezigheid van oplosmiddel kan worden uitgevoerd.Step i) is particularly advantageous in that it can be carried out in the absence of solvent.

Bij voorkeur kan de zure katalysator gebruikt tijdens de acetalisering of transacetalisering stap en eventueel tijdens de dehydratatiestap een homogene of heterogene zure katalysator zijn. De term "homogeen" zoals gebruikt in de uitdrukking "homogene zure katalysator" verwijst naar een katalysator die zich in dezelfde fase (vast, vloeistof of gas) bevindt of in dezelfde aggregatietoestand als het reagens. Omgekeerd, de term "heterogeen" zoals gebruikt in de uitdrukking "heterogene zure katalysator" verwijst naar een katalysator die zich in een andere fase (vast, vloeistof of gas) als de reagentia bevindt.Preferably, the acid catalyst used during the acetalization or transacetalization step and optionally during the dehydration step may be a homogeneous or heterogeneous acid catalyst. The term "homogeneous" as used in the expression "homogeneous acid catalyst" refers to a catalyst that is in the same phase (solid, liquid or gas) or in the same aggregation state as the reagent. Conversely, the term "heterogeneous" as used in the term "heterogeneous acid catalyst" refers to a catalyst that is in a different phase (solid, liquid or gas) as the reagents.

De genoemde zure katalysator gebruikt tijdens de acetalisering of transacetalisering stap en eventueel tijdens de dehydratatiestap kan onafhankelijk worden gekozen uit vaste of vloeibare zuren, organische of anorganische, vaste zuren hebben de voorkeur. In het bijzonder wordt de voorkeurdragende zure katalysator gekozen uit para-tolueensulfonzuur, methaansulfonzuur, kamfersulfonzuur (CSA) en de sulfon- harsen.Said acid catalyst used during the acetalization or transacetalization step and optionally during the dehydration step can be independently selected from solid or liquid acids, organic or inorganic, solid acids are preferred. In particular, the preferred acid catalyst is selected from para-toluenesulfonic acid, methanesulfonic acid, camphorsulfonic acid (CSA) and the sulfone resins.

Kenmerkend wordt de acetalisering of transacetalisering stap bij temperaturen gelegen tussen 70 en 130 °C uitgevoerd, gewoonlijk tussen 70 en 90 °C. De temperatuur van de reactiemengsels kan variëren afhankelijk van de gebruikte reagentia en oplosmiddelen. De reactietijd wordt bepaald door de bereikte omzettingsgraad.Typically, the acetalization or transacetalization step is carried out at temperatures between 70 and 130 ° C, usually between 70 and 90 ° C. The temperature of the reaction mixtures can vary depending on the reagents and solvents used. The reaction time is determined by the degree of conversion achieved.

Volgens een uitvoeringsvorm, kan de acetalisering of transacetalisering stap worden uitgevoerd met een alifatische aldehyde of acetaal daarvan, typisch een lineaire of vertakte alifatische aldehyde of het acetaal daarvan. De acetalisering of transacetalisering stap kan typisch worden uitgevoerd met een alifatische aldehyde of acetaal daarvan met 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17 of 18 koolstofatomen, bijvoorbeeld gekozen tussen de undecanal, dodecanal, tridecanal, tetradecanal, pentadecanal, hexadecanal, heptadecanal, octodecanalet acetaal. Bij voorkeur is de C11-C13 alifatische aldehyde of het acetaal daarvan een C12 alifatische aldehyde of acetaal daarvan, bijvoorbeeld een dodecanal of het acetaal daarvan.According to an embodiment, the acetalization or transacetalization step can be carried out with an aliphatic aldehyde or acetal thereof, typically a linear or branched aliphatic aldehyde or the acetal thereof. The acetalization or transacetalization step can typically be performed with an aliphatic aldehyde or acetal thereof having 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17 or 18 carbon atoms, for example selected between the undecanal, dodecanal, tridecanal, tetradecanal, pentadecanal, hexadecanal, heptadecanal, octodecanal acetal. Preferably, the C 11 -C 13 aliphatic aldehyde or the acetal thereof is a C 12 aliphatic aldehyde or acetal thereof, for example a dodecanal or the acetal thereof.

De term "acetaal daarvan" of "hun acetalen”, zoals hierin gebruikt omvat de dialkyl acetaal van de overeenkomstige C11-C18 alifatische aldehyde. Meer in het bijzonder de dimethyl of di-ethyl acetalen van de C11-C18 alifatische aldehyde zijn voorkeurdragend.The term "acetal thereof" or "their acetals" as used herein includes the dialkyl acetal of the corresponding C11-C18 aliphatic aldehyde, more particularly the dimethyl or diethyl acetals of the C11-C18 aliphatic aldehyde are preferred.

Volgens een uitvoeringsvorm, kan de acetalisering of transacetalisering stap worden uitgevoerd met of zonder oplosmiddel. Wanneer de reactie wordt uitgevoerd in aanwezigheid van een oplosmiddel, is het oplosmiddel bij voorkeur een polair oplosmiddel.According to an embodiment, the acetalization or transacetalization step can be carried out with or without solvent. When the reaction is carried out in the presence of a solvent, the solvent is preferably a polar solvent.

Typisch kan het oplosmiddel gekozen zijn uit dimethylformamide (DMF), dimethylsulfoxide (DMSO), dimethylaceetamide (DMA), acetonitril (CH3CN), tetrahydrofuraan (THF), 2-methyltetrahydrofuraan (2 Me-THF), methylether van cyclopentyl (CPME), methanol (MeOH), ethanol (EtOH), propanol (PrOH), isopropanol (iPrOH), butanol (BuOH), dibutylether (DBE), methyl-tert-butylether (MTBE) en triméthoxypropaan (TMP).Typically, the solvent may be selected from dimethylformamide (DMF), dimethyl sulfoxide (DMSO), dimethylacetamide (DMA), acetonitrile (CH3 CN), tetrahydrofuran (THF), 2-methyltetrahydrofuran (2 Me-THF), methyl ether of cyclopentyl (CPME), methanol (MeOH), ethanol (EtOH), propanol (PrOH), isopropanol (iPrOH), butanol (BuOH), dibutyl ether (DBE), methyl tert-butyl ether (MTBE) and trimethoxypropane (TMP).

Uitgebreide experimentele werken hebben geleid tot een selectie van voorwaarden toelatend voor de observatie van omzettingsgraden en optimale rendementen tijdens de acetalisering of transacetalisering stappen. De beste resultaten werden verkregen wanneer de molaire verhouding [(C11-C18 alifatisch aldehyde of hun acetaal): monosaccharide] ligt tussen 5:1 en 1:5, bij voorkeur tussen 4:1 en 1:4, en meer bij voorkeur tussen 3:1 en 1:3.Extensive experimental works have led to a selection of conditions permitting the observation of conversion rates and optimal yields during the acetalization or transacetalization steps. The best results were obtained when the molar ratio [(C 11 -C 18 aliphatic aldehyde or their acetal): monosaccharide] is between 5: 1 and 1: 5, preferably between 4: 1 and 1: 4, and more preferably between 3 : 1 and 1: 3.

De uitvinders hebben bijkomend aangetoond dat tijdens een acetaliseringsreactie, de molverhouding C11-C18 alifatische aldehyde: monosaccharide gelegen tussen 1:1 en 1: 5, bij voorkeur tussen 1:1 en 1:4, en bij voorkeur tussen 1:3 en 1:2 de rendementen verbeterd en zorgt voor een optimale conversie.The inventors have additionally demonstrated that during an acetalization reaction, the mole ratio of C11-C18 aliphatic aldehyde: monosaccharide is between 1: 1 and 1: 5, preferably between 1: 1 and 1: 4, and preferably between 1: 3 and 1: 2 improved yields and ensures optimum conversion.

De uitvinders hebben ook aangetoond dat verder in transacetaliseringsreacties een molverhouding C11-C18 alifatische acetaal: monosaccharide gelegen tussen 1:1 en 5:1, bij voorkeur tussen 5:4 en 4:1, bij voorkeur tussen 3:1 en 4:3, liever tussen 3:2 en 2:5 de rendementen verbetert en zorgt voor een optimale conversie. De gebruikte katalysatoren zijn dezelfde als in de acetaliseringsreactie.The inventors have also shown that further in transacetalization reactions a molar ratio of C11-C18 aliphatic acetal: monosaccharide is between 1: 1 and 5: 1, preferably between 5: 4 and 4: 1, preferably between 3: 1 and 4: 3, preferably between 3: 2 and 2: 5 improves the returns and ensures optimum conversion. The catalysts used are the same as in the acetalization reaction.

Een dergelijke werkwijze volgens de uitvinding kan bijkomend ten minste een stap van neutralisatie en/of filtratie en/of zuivering omvatten na een van de stappen van dehydratatie eventueel, acetalisering of transacetalisering.Such a method according to the invention may additionally comprise at least one step of neutralization and / or filtration and / or purification after one of the steps of dehydration optionally, acetalization or transacetalization.

Wanneer een zuiveringsstap is voorzien, kan de genoemde zuiveringsstap bijvoorbeeld zijn, een kristallisatie, een herkristallisatie of een chromatografie. Bij voorkeur is de chromatografie uitgevoerd gebruik makend van een niet-waterig polair oplosmiddel. In het algemeen, wanneer een filtratiestap en/of zuiveringsstap voorzien wordt voor de hydrogenolyse stap, kan het niet-waterig polaire oplosmiddel identiek zijn aan die welke tijdens de hydrogenolyse stap is gebruikt.When a purification step is provided, said purification step may be, for example, a crystallization, a recrystallization or a chromatography. The chromatography is preferably carried out using a non-aqueous polar solvent. Generally, when a filtration step and / or purification step is provided for the hydrogenolysis step, the non-aqueous polar solvent may be identical to that used during the hydrogenolysis step.

Met voordeel wordt de hydrogenolyse stap uitgevoerd bij een temperatuur gelegen tussen 80 °C en 140 °C, en/of bij een waterstofdruk gelegen tussen 15 en 50 bar, bij voorkeur tussen 20 en 40 bar.The hydrogenolysis step is advantageously carried out at a temperature between 80 ° C and 140 ° C, and / or at a hydrogen pressure between 15 and 50 bar, preferably between 20 and 40 bar.

De hydrogenolyse stap wordt bij voorkeur uitgevoerd in een aprotisch polair oplosmiddel, bij voorkeur een niet-waterig oplosmiddel. Inderdaad, aprotische oplosmiddelen bieden betere conversies. Voorbeelden van aprotische oplosmiddelen zijn onder andere, maar niet beperkt tot, alkanen, 1,2,3-triméthoxypropaan (TMP), methyl-tert-butylether (MTBE), tetrahydrofuraan (THF), 2-methyl tetrahydrofuraan (2 Me-THF), dibutylether (DBE) en cyclopentylméthyléther (CPME). Bij voorkeur is het aprotische oplosmiddel CPME. De alkanen zijn voordelig omdat ze betere oplossing van waterstof in het medium mogelijk maken. Echter, de omzetting is lager dan bij andere aprotische oplosmiddelen zoals CPME. In het algemeen, bij alkanen, zijn dodecaan en heptaan voorkeurdragend.The hydrogenolysis step is preferably carried out in an aprotic polar solvent, preferably a non-aqueous solvent. Indeed, aprotic solvents offer better conversions. Examples of aprotic solvents include, but are not limited to, alkanes, 1,2,3-trimethoxypropane (TMP), methyl tert-butyl ether (MTBE), tetrahydrofuran (THF), 2-methyl tetrahydrofurane (2 Me-THF) , dibutyl ether (DBE) and cyclopentyl methyl ether (CPME). Preferably the aprotic solvent is CPME. The alkanes are advantageous because they allow better dissolution of hydrogen in the medium. However, the conversion is lower than with other aprotic solvents such as CPME. In general, with alkanes, dodecane and heptane are preferred.

De hydrogenolyse wordt bij voorkeur uitgevoerd in een polair aprotisch oplosmiddel bij een temperatuur gelegen tussen 80 °C en 140 °C en/of onder een waterstofdruk gelegen tussen 15 en 50 bar, in aanwezigheid van een katalysator geschikt voor hydrogenolysereacties.The hydrogenolysis is preferably carried out in a polar aprotic solvent at a temperature between 80 ° C and 140 ° C and / or under a hydrogen pressure between 15 and 50 bar, in the presence of a catalyst suitable for hydrogenolysis reactions.

Bij voorkeur wordt de hydrogenolyse stap in een niet-waterig polair oplosmiddel bij een temperatuur gelegen tussen 100 °C en 130 °C en/of bij een druk gelegen tussen 25 en 35 bar uitgevoerd.The hydrogenolysis step is preferably carried out in a non-aqueous polar solvent at a temperature between 100 ° C and 130 ° C and / or at a pressure between 25 and 35 bar.

In het algemeen wordt hydrogenolyse uitgevoerd in aanwezigheid van een geschikte katalysator zoals een katalysator op basis van edelmetalen of onedele metalen. Specifiek kunnen de onedele metalen ferro- of non-ferro zijn. Typisch wordt de hydrogenolyse uitgevoerd in aanwezigheid van een katalysator op basis van ferrometalen.In general, hydrogenolysis is carried out in the presence of a suitable catalyst such as a catalyst based on noble metals or base metals. Specifically, the base metals may be ferrous or non-ferrous. Typically, the hydrogenolysis is carried out in the presence of a ferrous metal-based catalyst.

Ter indicatie kan een metaalkatalysator behoren tot de groep ferrometalen zoals bijvoorbeeld nikkel, kobalt of ijzer.As an indication, a metal catalyst may belong to the group of ferrous metals such as, for example, nickel, cobalt or iron.

Bij voorkeur wordt de hydrogenolyse uitgevoerd gebruik makende van een katalysator op basis van edelmetaal, zoals palladium, rhodium, ruthenium, platina of iridium.Preferably, the hydrogenolysis is carried out using a catalyst based on noble metal, such as palladium, rhodium, ruthenium, platinum or iridium.

In het algemeen kan de katalysator die tijdens een hydrogenolyse wordt gebruikt, worden gefixeerd op een drager zoals koolstof, aluminium, zirkonium of silicium of elk mengsel daarvan. Dergelijke steun is bijvoorbeeld een bal. Aldus kan een palladiumkatalysator op koolballen (Pd/C) bij voorkeur worden toegepast. Deze katalysatoren kunnen worden gedopeerd door toevoeging van edelmetalen of onedele metalen. Men spreekt van een dopingmiddel. Typisch representeert het dopingmiddel 1 tot 10% per gewicht van de katalysator.In general, the catalyst used during a hydrogenolysis can be fixed on a support such as carbon, aluminum, zirconium or silicon or any mixture thereof. Such a support is, for example, a ball. Thus, a palladium catalyst on carbon balls (Pd / C) can preferably be used. These catalysts can be doped by adding noble metals or base metals. One speaks of a doping agent. Typically, the doping agent represents 1 to 10% by weight of the catalyst.

Typisch is het gebruik van de samenstelling bactéricide of bacteriostatisch tegen Gram-positieve bacteriën.Typically the use of the composition is bactericidal or bacteriostatic against Gram-positive bacteria.

Met voordeel wordt de bactericide of bacteriostatische samenstelling omvattende een alkyl acetaal of een hexitaan alkylether bij voorkeur arlitaan sorbitaan of mannitaan sorbitaan waarbij de alkylgroep tussen 11 tot 18 koolstofatomen omvat, een farmaceutisch aanvaardbaar zout, een isomeer of een mengsel van isomeren daarvan, bij voorkeur is de alkyl acetyl radicaal of alkylether radicaal in positie 2-O, 3-O, 5-O- en/of 6-O-, de isomeren worden bij voorkeur gekozen uit de regio-isomeren en/of diastereomeren opgenomen in een levensmiddel, cosmetica, geneesmiddelen, fytosanitaire samenstelling, veterinaire samenstelling of oppervlaktebehandeling samenstelling. Zoals bijvoorbeeld een cosmetische en/of dermatologische reiniging samenstelling en/of verzorging van de huid samenstelling, met name in de vorm van een crème, een gel, een poeder, een lotion, een boter, een douchegel, zeep, shampoo, doucheschuim, deodorant, anti-transpirant, vochtig doekje, zonnebrandcrème formulering of decoratieve cosmetische formulering.Advantageously, the bactericidal or bacteriostatic composition comprising an alkyl acetal or a hexitane alkyl ether is preferably arlitane sorbitan or mannitan sorbitane wherein the alkyl group comprises between 11 to 18 carbon atoms, a pharmaceutically acceptable salt, an isomer or a mixture of isomers thereof, is preferably the alkyl acetyl radical or alkyl ether radical in position 2-O, 3-O, 5-O and / or 6-O-, the isomers are preferably selected from the regioisomers and / or diastereomers included in a foodstuff, cosmetics , medicines, phytosanitary composition, veterinary composition or surface treatment composition. Such as, for example, a cosmetic and / or dermatological cleansing composition and / or skin care composition, in particular in the form of a cream, a gel, a powder, a lotion, a butter, a shower gel, soap, shampoo, shower foam, deodorant , antiperspirant, moist cloth, sunscreen formulation or decorative cosmetic formulation.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een gebruik van een bactericide of bacteriostatische samenstelling volgens de uitvinding als hygiëne of dermatologisch product voor uitwendig gebruik.The invention also relates to a use of a bactericidal or bacteriostatic composition according to the invention as a hygiene or dermatological product for external use.

Typisch een "hygiëne product" verwijst naar een product gebruikt voor de reiniging, de desinfectie of de hygiëne, waaronder bijvoorbeeld een lotion, mousse, spray en vloeistof, maar ook doekjes of elk medium dat kan worden geïmpregneerd met de samenstelling volgens de uitvinding. De term “dermatologisch product” verwijst naar een product dat bestemd is voor toepassing op de huid of slijmvliezen.Typically a "hygiene product" refers to a product used for cleaning, disinfection or hygiene, including, for example, a lotion, mousse, spray and liquid, but also wipes or any medium that can be impregnated with the composition of the invention. The term "dermatological product" refers to a product intended for application to the skin or mucous membranes.

Gebruik bij de behandeling of preventie van een Gram-positieve bacteriële infectie.Use in the treatment or prevention of a Gram-positive bacterial infection.

De uitvinding betreft verder een samenstelling omvattende een alkyl acetaal of een hexitaan alkylether bij voorkeur arlitaan sorbitaan of mannitaan sorbitaan waarbij de alkylgroep tussen 11 tot 18 koolstofatomen omvat, een farmaceutisch aanvaardbaar zout, een isomeer of een mengsel van isomeren daarvan, bij voorkeur is de alkyl acetyl radicaal of alkylether radicaal in positie 2-O, 3-O, 5-O- en/of 6-O-, de isomeren worden bij voorkeur gekozen uit de regio-isomeren en/of diastereomeren voor een toepassing bij de behandeling of de preventie van bacteriële infecties door Gram-positieve bacteriën.The invention further relates to a composition comprising an alkyl acetal or a hexitane alkyl ether, preferably arlitane sorbitan or mannitan sorbitane wherein the alkyl group comprises between 11 to 18 carbon atoms, a pharmaceutically acceptable salt, an isomer or a mixture of isomers thereof, preferably the alkyl acetyl radical or alkyl ether radical in position 2-O, 3-O, 5-O and / or 6-O-, the isomers are preferably selected from the regioisomers and / or diastereomers for use in the treatment or the prevention of bacterial infections by Gram-positive bacteria.

Met "behandeling" wordt een curatieve behandeling bedoeld (om ten minste het verminderen, elimineren of stoppen van de ontwikkeling van infectie) bij een patiënt. Met "preventie" worden profylactische behandelingen bedoeld (om het risico op het ontstaan van infectie te verminderen) bij een patiënt.By "treatment" is meant a curative treatment (including at least reducing, eliminating or stopping the development of infection) in a patient. By "prevention" is meant prophylactic treatments (to reduce the risk of developing an infection) in a patient.

De "patiënt" kan zijn, bijvoorbeeld een mens of niet-menselijk zoogdier (bijvoorbeeld een knaagdier (muis, rat), een kat, een hond of een primaat) getroffen door of vatbaar om getroffen te worden door bacteriële infecties met name Gram-positieve. Bij voorkeur is het subject een mens.The "patient" may be, for example, a human or non-human mammal (e.g., a rodent (mouse, rat), a cat, a dog, or a primate) affected by or prone to being affected by bacterial infections, in particular Gram positive . Preferably the subject is a human.

De term "Gram-positieve" verwijst naar bacteriën die donkerblauw of violet gekleurd worden door Gram kleuring, int tegenstelling tot Gram-negatieve bacteriën die de violette kleurstof niet kunnen behouden. De Gram kleuring techniek berust op de membraan eigenschappen en wand eigenschappen van de bacterie.The term "Gram-positive" refers to bacteria that are dark blue or violet stained by Gram staining, in contrast to Gram-negative bacteria that cannot retain the violet dye. The Gram staining technique is based on the membrane properties and wall properties of the bacteria.

Typisch, zijn de Gram-positieve bacteriën bacteriën van de stam Firmicutes, typisch van de klasse van Bacilli met name gekozen uit de bacteriën van de orde Lactobacillales of Bacillales.Typically, the Gram-positive bacteria are bacteria of the Firmicutes strain, typically of the Bacilli class particularly selected from the bacteria of the order Lactobacillales or Bacillales.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, worden de bacteriën van de orde van Bacillales gekozen uit de familie van Alicyclobacillaceae, Bacillaceae, Caryophanaceae, Listeriaceae, Paenibacillaceae, Pasteuriaceae, Planococcaceae, Sporolactobacillaceae, Staphylococcaceae, Thermoactinomycetacea en TuricibacteraceaeAccording to an embodiment of the invention, the bacteria of the order of Bacillales are selected from the family of Alicyclobacillaceae, Bacillaceae, Caryophanaceae, Listeriaceae, Paenibacillaceae, Pasteuriaceae, Planococcaceae, Sporolactobacillaceae, Staphylococcaceae, Theraceaaceabiceabacteric

Kenmerkend zijn de bacteriën van de familie van Listeriaceae bijvoorbeeld van het genus Brochothrix of Listeria en worden typisch gekozen uit L. fleischmannii, L. grayi, L. innocua, L. ivanovii, L. marthii, L. monocytogenes, L. rocourtiae, L. seeligeri, L. weihenstephanensis en L. welshimeri.Typically, the bacteria of the Listeriaceae family are, for example, of the genus Brochothrix or Listeria and are typically selected from L. fleischmannii, L. grayi, L. innocua, L. ivanovii, L. marthii, L. monocytogenes, L. rocourtiae, L seeligeri, L. weihenstephanensis and L. welshimeri.

Daar de Gram-positieve bacteriën bacteriën zijn van de familie van Staphylococcaceae, worden zij met name gekozen uit bacteriën van het genus Staphylococcus, Gemella, Jeotgalicoccus, Macrococcus, Salinicoccus en Nosocomiicoccus.Since the Gram-positive bacteria are bacteria from the family of Staphylococcaceae, they are specifically selected from bacteria of the genus Staphylococcus, Gemella, Jeotgalicoccus, Macrococcus, Salinicoccus and Nosocomiicoccus.

De bacteriën van het genus van Staphylococcus bijvoorbeeld gekozen uit S. arlettae, S. agnetis, S. aureus, S. auricularis, S. capitis, S. caprae, S. carnosus, S. caseolyticus, S. chromogenes, S. cohnii, S. condimenti, S. Delphini, S. devriesei, S. epidermidis, S. equorum, S. felis, S. fleurettii, S. gallinarum, S. haemolyticus, S. hominis, S. hyicus, S. intermedius, S. kloosii, S. leei, S. lentus, S. Lugdunensis, S. lutrae, S. massiliensis, S. microti, S. muscae, S. nepalensis, S. pasteuri, S. pettenkoferi, S. piscifermentans, S. pseudintermedius. S. pseudolugdunensis, S. pulvereri, S. rostri, S. saccharolyticus, S. saprophvticus. S. schleifen, S. sciuri, S. simiae, S. simulans, S. stepanovicii, S. succinus, S. vitulinus, S. wameri en S. xylosus.For example, the bacteria of the genus of Staphylococcus selected from S. arlettae, S. agnetis, S. aureus, S. auricularis, S. capitis, S. caprae, S. carnosus, S. caseolyticus, S. chromogenes, S. cohnii, S. condimenti, S. Delphini, S. devriesei, S. epidermidis, S. equorum, S. felis, S. fleurettii, S. gallinarum, S. haemolyticus, S. hominis, S. hyicus, S. intermedius, S. kloosii, S. leei, S. lentus, S. Lugdunensis, S. lutrae, S. massiliensis, S. microti, S. muscae, S. nepalensis, S. pasteuri, S. pettenkoferi, S. piscifermentans, S. pseudintermedius. S. pseudolugdunensis, S. pulvereri, S. rostri, S. saccharolyticus, S. saprophvticus. S. schleifen, S. sciuri, S. simiae, S. simulans, S. stepanovicii, S. succinus, S. vitulinus, S. wameri and S. xylosus.

Volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn de bacteriën van de orde van Lactobacillales gekozen uit een familie van /Aerococcaceae, Carnobacteriaceae, Enterococcaceae, Lactobacillaceae, leuconostocaceae en Streptococcaceae.According to another embodiment of the invention, the bacteria of the order of Lactobacillales are selected from a family of / Aerococcaceae, Carnobacteriaceae, Enterococcaceae, Lactobacillaceae, leuconostocaceae and Streptococcaceae.

Kenmerkend zijn de bacteriën van de familie van Enterococcaceae gekozen uit bacteriën van het geslacht Bavariicoccus, Catellicoccus, Enterococcus, Melissococcus, Pilibacter, Tetragenococcus, Vagococcus.Typically, the bacteria of the Enterococcaceae family are selected from bacteria of the genus Bavariicoccus, Catellicoccus, Enterococcus, Melissococcus, Pilibacter, Tetragenococcus, Vagococcus.

Bacteriën van het genus van Enterococcus worden geselecteerd uit bijvoorbeeld, E. malodoratus, E. avium, E. Durans, E. faecalis, E. faecium, E. gallinarum, E. hirae, E. solitarius bij voorkeur E. avium, E. Durans, E. faecalis en E. faecium.Bacteria of the genus of Enterococcus are selected from, for example, E. malodoratus, E. avium, E. Durans, E. faecalis, E. faecium, E. gallinarum, E. hirae, E. solitarius, preferably E. avium, E. Durans, E. faecalis and E. faecium.

De bacteriën van het genus Staphylococcus en meer in het bijzonder S. aureus zijn verantwoordelijk voor vele infecties van de huid of slijmvliezen zoals vaginale en nasale mucosa. Bijvoorbeeld, infecties zoals folliculitis, abcessen, paronychia, steenpuisten, baardschurft, interdigitale infecties, anthrax (anthrax staphylococcique), cellulitis, secundaire infecties van wonden, otitis sinusitis, de hydradenitis, besmettelijke mastitis, post-traumatische huidinfecties of infecties van de verbrande huid.The bacteria of the genus Staphylococcus and more particularly S. aureus are responsible for many infections of the skin or mucous membranes such as vaginal and nasal mucosa. For example, infections such as folliculitis, abscesses, paronychia, boils, scabies, interdigital infections, anthrax (anthrax staphylococcique), cellulite, secondary wounds infections, otitis sinusitis, hydradenitis, infectious mastitis, post-traumatic skin infections or skin infections.

De bacteriën van het geslacht van Enterococcus met name E. faecalis zijn met name verantwoordelijk voor endocarditis, infecties van de blaas, prostaat of bijbal.The bacteria of the genus of Enterococcus, in particular E. faecalis, are particularly responsible for endocarditis, infections of the bladder, prostate or ulcer.

De uitvinding betreft ook een werkwijze voor het behandelen of het voorkomen van een bacteriële infectie met Gram-positieve bacteriën bij voorkeur een infectie van de huid of slijmvliezen, door topicale toediening aan een individu dat behoefte heeft aan een therapeutisch effectieve hoeveelheid van de samenstelling volgens de uitvinding.The invention also relates to a method for treating or preventing a bacterial infection with Gram-positive bacteria, preferably an infection of the skin or mucous membranes, by topical administration to an individual in need of a therapeutically effective amount of the composition according to the invention. invention.

Bij een persoon geïnfecteerd met een Gram-positieve bacterie, betekent de term "therapeutisch effectieve hoeveelheid" een voldoende hoeveelheid om te voorkomen dat de infectie evolueert tot verslechtering of voldoende om de infectie achteruit te doen gaan. Bij een niet-geïnfecteerde persoon, de "therapeutisch effectieve hoeveelheid" is de hoeveelheid voldoende om een persoon die in contact komt met een Gram-positieve bacterie te beschermen en zou voorkomen dat het optreden van infectie gebeurt door de Gram-positieve bacterie.In a person infected with a Gram-positive bacterium, the term "therapeutically effective amount" means a sufficient amount to prevent the infection from progressing to deterioration or sufficient to reverse the infection. In an uninfected person, the "therapeutically effective amount" is the amount sufficient to protect a person who comes into contact with a Gram-positive bacterium and would prevent the occurrence of infection by the Gram-positive bacterium.

Typisch is de topicale toediening door aanbrengen op de huid of slijmvliezen van de samenstelling volgens de uitvinding.Typically, topical administration is by application to the skin or mucous membranes of the composition of the invention.

Werkwijze voor het desinfecteren of het voorkomen van bacteriële kolonisatie van een substraatMethod for disinfecting or preventing bacterial colonization of a substrate

De uitvinding betreft verder een werkwijze voor het desinfecteren of het voorkomen van bacteriële kolonisatie door Gram-positieve bacteriën van een substraat omvattende het in contact brengen van het substraat met een samenstelling volgens de uitvinding.The invention further relates to a method for disinfecting or preventing bacterial colonization by Gram-positive bacteria of a substrate comprising contacting the substrate with a composition according to the invention.

Typisch is de drager een medium vatbaar om gekoloniseerd te worden door Gram-positieve bacteriën en vatbaar om de infectie over te brengen op een dier door contact of inname.Typically, the carrier is a medium prone to be colonized by Gram positive bacteria and prone to transfer the infection to an animal through contact or ingestion.

Bijvoorbeeld kan het substraat een levensmiddel van plantaardige of dierlijke oorsprong zijn of een voedingssamenstelling omvattende dergelijke levensmiddelen of een extract van deze levensmiddelen met name granen, fruit, groenten, vlees, vis, orgaanvlees.For example, the substrate may be a food of vegetable or animal origin or a food composition comprising such food or an extract of these food, in particular grains, fruit, vegetables, meat, fish, organ meats.

Het substraat kan echter ook één of meerdere elementen gekozen uit metalen, kunststoffen, glas, beton en steen zijn.However, the substrate can also be one or more elements selected from metals, plastics, glass, concrete and stone.

Bij voorkeur is het substraat een gereedschap, werktuig of apparaat dat wordt gebruikt in de voedingsindustrie (keukengerei, container, systeem van koude opslag, koelkast, koude ruimtes...) in ziekenhuismilieu, zoals bijvoorbeeld chirurgie instrumenten of protheses of in openbaar vervoer (vasthoudbaar in openbaar vervoer, stoelen, ...).The substrate is preferably a tool, tool or device used in the food industry (kitchen utensils, container, cold storage system, refrigerator, cold rooms ...) in a hospital environment, such as, for example, surgical instruments or prostheses or in public transport (tenable). in public transport, seats, ...).

De uitvinding betreft eveneens een samenstelling omvattende een alkyl acetaal of een hexitaan alkylether bij voorkeur arlitaan sorbitaan of mannitaan sorbitaan waarbij de alkylgroep tussen 11 tot 18 koolstofatomen omvat, een farmaceutisch aanvaardbaar zout, een isomeer of een mengsel van isomeren daarvan, bij voorkeur is de alkyl acetyl radicaal of alkylether radicaal in positie 2-O, 3-O, 5-O- en/of 6-O-, de isomeren worden bij voorkeur gekozen uit de regio-isomeren en/of diastereomeren voor het desinfecteren, reinigen, sterilisatie of zuiveren van oppervlakken.The invention also relates to a composition comprising an alkyl acetal or a hexitane alkyl ether, preferably arlitane sorbitan or mannitan sorbitane wherein the alkyl group comprises between 11 to 18 carbon atoms, a pharmaceutically acceptable salt, an isomer or a mixture of isomers thereof, preferably the alkyl is acetyl radical or alkyl ether radical in position 2-O, 3-O, 5-O and / or 6-O-, the isomers are preferably selected from the regioisomers and / or diastereomers for disinfecting, cleaning, sterilizing or cleaning surfaces.

Hoewel zij verschillende betekenissen hebben, worden de termen "omvattende", "bevattende", "hebben" en "bestaande uit" uitwisselbaar gebruikt in de beschrijving van de uitvinding en kunnen ze worden verwisseld door elkaar.Although they have different meanings, the terms "comprising", "containing", "having" and "consisting of" are used interchangeably in the description of the invention and may be interchanged.

De uitvinding zal beter worden begrepen na het lezen van de volgende figuren en voorbeelden bij wijze van voorbeeld.The invention will be better understood after reading the following figures and examples by way of example.

VoorbeeldenExamples

De sorbitaan acetalen werden bereid door acetalisering of transacetalisering van suikers volgens de eerder beschreven procedure in het octrooi 13/01375 "Werkwijze voor het bereiden van cyclische langketen alkyl acetalen, op basis van suikers." suiker acetalen worden vervolgens gereduceerd gebruik makende van reductieomstandigheden zonder zure katalysator zoals eerder beschreven in octrooi 14/01346. Ter informatie is de synthese van acetalen en sorbitaan ethers hieronder beschreven. VOORBEELD 1: Algemene procedure voor de synthese van sorbitaan acetalen (A)The sorbitan acetals were prepared by acetalizing or transacetalizing sugars according to the previously described procedure in patent 13/01375 "Process for preparing cyclic long chain alkyl acetals, based on sugars." sugar acetals are then reduced using reduction conditions without acid catalyst as previously described in patent 14/01346. For information, the synthesis of acetals and sorbitan ethers is described below. EXAMPLE 1: General procedure for the synthesis of sorbitan acetals (A)

De dehvdratie van sorbitol: D-sorbitol (20 g, 110 mmol) en 0,1 mol% van kamfersulfonzuur werden toegevoegd aan een 150 ml autoclaaf van roestvrij staal. De reactor wordt hermetisch afgedicht, driemaal gespoeld met waterstof en vervolgens werd waterstof ingebracht tot een druk van 50 bar. Het systeem wordt vervolgens verwarmd tot 140 °C en geroerd met een mechanische roerder gedurende 15 uur. Na afkoelen tot kamertemperatuur, werd de waterstofdruk vrijgegeven en het reactiemengsel ruwe stof werd verdund in ethanol (200 ml) om een geel homogeen mengsel te verkrijgen. Het oplosmiddel werd onder verlaagde druk geëvaporeerd en het residu werd vervolgens gekristalliseerd uit koude methanol en luchtledig gefiltreerd. Het kristallijne materiaal werd gewassen met koude methanol om het 1,4-sorbitaan (5,88 g, 35% theoretisch) als een witte vaste stof te geven. De zuiverheid is > 98% zoals bepaald met HPLC, terwijl de kristallen een smeltpunt van 113-114 °C vertoonden. De omzettingsgraad van de reactie werd bepaald op 73%, waarbij men een mengsel van sorbitol, 1,4-sorbitaan, isosorbide en sommige bijproducten in zeer beperkte hoeveelheid verkrijgt, zodat de verhouding 1,4-sorbitan: isosorbide werd bepaald op 80: 20.The dehydration of sorbitol: D-sorbitol (20 g, 110 mmol) and 0.1 mol% of camphorsulfonic acid were added to a 150 ml autoclave of stainless steel. The reactor is hermetically sealed, flushed three times with hydrogen, and then hydrogen is introduced to a pressure of 50 bar. The system is then heated to 140 ° C and stirred with a mechanical stirrer for 15 hours. After cooling to room temperature, the hydrogen pressure was released and the crude reaction mixture was diluted in ethanol (200 mL) to obtain a yellow homogeneous mixture. The solvent was evaporated under reduced pressure and the residue was then crystallized from cold methanol and filtered vacuum. The crystalline material was washed with cold methanol to give the 1,4-sorbitane (5.88 g, 35% theoretical) as a white solid. The purity is> 98% as determined by HPLC, while the crystals had a melting point of 113-114 ° C. The degree of conversion of the reaction was determined to be 73%, whereby a mixture of sorbitol, 1,4-sorbitane, isosorbide and some by-products was obtained in a very limited amount, so that the ratio of 1,4-sorbitan: isosorbide was determined at 80: 20 .

Algemene procedure voor de acetalisering van sorbitaanGeneral procedure for the acetalization of sorbitan

In een rondbodemkolf voorzien van een koeler en een afscherming van CaCI2, onder een argonatmosfeer, de 1,4-D-sorbitaan (5,00 g, 30,5 mmol, 3 equiv) werd opgelost in droge ethanol (15 ml). Het aldehyde (10,2 mmol, 1 equiv) wordt vervolgens druppelsgewijs toegevoegd, gevolgd door kamfersulfonzuur (CSA, 10 massa% ten opzichte van het aldehyde). Het reactiemengsel wordt verwarmd bij 80 °C gedurende 15 uur onder magnetisch roeren. Het reactiemengsel wordt afgekoeld en het oplosmiddel wordt onder verminderde druk geëvaporeerd. Het residu wordt getitreerd in ethylacetaat en de overmaat van sorbitaan wordt geëlimineerd door filtratie en wassen met koude ethylacetaat. Deze bewerking kan worden herhaald om alle sporen van sorbitaan te elimineren. Het filtraat werd geconcentreerd onder verminderde druk. Het residu wordt gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom om de sorbitaan alkyl acetalen te geven. De samenstelling van het mengsel van regio-isomeren 5,6-O-alkylideen- en 3,5-0-alkylideen-1,4-D-sorbitaan werd bepaald met HPLC. Bovendien werd elk regio-isomeer verkregen onder de vorm van een mengsel van twee diastereomeren.In a round bottom flask equipped with a cooler and a shielding of CaCl 2, under an argon atmosphere, the 1,4-D sorbitane (5.00 g, 30.5 mmol, 3 equiv) was dissolved in dry ethanol (15 ml). The aldehyde (10.2 mmol, 1 equiv) is then added dropwise, followed by camphorsulfonic acid (CSA, 10 mass% relative to the aldehyde). The reaction mixture is heated at 80 ° C for 15 hours with magnetic stirring. The reaction mixture is cooled and the solvent is evaporated under reduced pressure. The residue is titrated in ethyl acetate and the excess of sorbitane is eliminated by filtration and washing with cold ethyl acetate. This operation can be repeated to eliminate all traces of sorbitan. The filtrate was concentrated under reduced pressure. The residue is purified by chromatography on a silica gel column to give the sorbitan alkyl acetals. The composition of the mixture of regioisomers 5,6-O-alkylidene and 3,5-O-alkylidene-1,4-D-sorbitane was determined by HPLC. In addition, each regioisomer was obtained in the form of a mixture of two diastereomers.

Procedure voor transacetaliserina van sorbitaan:Procedure for transacetaliserina of sorbitan:

In een rondbodemkolf werd 1,4-sorbitaan (0,5 g, 3 mmol) opgelost in ethanol (7,5 ml) en 1,1-diethoxypentaan (1,15 ml, 6 mmol ) werd onder een argonstroom toegevoegd, gevolgd door kamfersulfonzuur (50 mg; 10% p/p). Het mengsel wordt verwarmd tot 80 °C en onder magnetisch roeren. Na 3 uur werd het mengsel geneutraliseerd en geconcentreerd onder verminderde druk. Het residu werd gezuiverd door flashchromatografie (ethylacetaat/cyclohexaan 80:20 tot 100: 0) om het sorbitaan acetaal te geven (0,43 g, 66% geïsoleerde opbrengst) onder de vorm van een kleurloze olie. De HPLC toonde een mengsel van 4 isomeren.In a round bottom flask, 1,4-sorbitane (0.5 g, 3 mmol) was dissolved in ethanol (7.5 ml) and 1,1-diethoxypentane (1.15 ml, 6 mmol) was added under an argon stream, followed by camphorsulfonic acid (50 mg; 10% p / p). The mixture is heated to 80 ° C and with magnetic stirring. After 3 hours, the mixture was neutralized and concentrated under reduced pressure. The residue was purified by flash chromatography (ethyl acetate / cyclohexane 80:20 to 100: 0) to give the sorbitan acetal (0.43 g, 66% isolated yield) as a colorless oil. The HPLC showed a mixture of 4 isomers.

Voorbeeld 1a:Example 1a:

5,6-0-Pentylideen-1,4-D-sorbitaan 1a en 1a’ en 3,5-0-pentylideen-1,4-D-sorbitaan 1a” et 1a’”: De verbindingen werden verkregen uit het 1,4-D-sorbitaan (0,49 g, 3 mmol) en valeraldehyde (0,107 ml, 1 mmol) volgens de algemene procedure (A). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 80:20 -> 100: 0) om een mengsel van 43:57 van regio-isomeren van sorbitaan acetalen met positie 5,6-0- en 3,5-0- (0,189 g, 81%) te geven onder de vorm van een kleurloze olie. Het verkregen product is een mengsel van regio-isomeren 5,6-0-en 3,5-0- sorbitaan acetalen, elk regio-isomeer is een mengsel van diastereomeren (26:17:47:10) zoals bepaald met HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ voor alle isomeren: 0.85 (3H, t, J = 7.2), 1.16-1.35 (4H, m), 1.35-1.60 (2H, m), 3.30-4.30 (8H, sorbitaan protonen), 4.67-5.33 (3H, 3m, 1H acetaal en 2 OH); RMN 13C (75 MHz, d6-DMSO) 5C voor de regio-isomeren 5,6-0- 1a en 1a’ : 13.90 (CH3), 22.06 (CH2), 25.68 en 25.81 (CH2), 33.16 (CH2), 66.59 en 66.93 (CH2), 72.79 en 73.19 (CH), 73.43 (CH2), 75.46 en 75.68 (CH), 76.55 en 76.61 (CH), 80.74 en 81.01 (CH), 103.29 en 103.37 (CH); 5C voor de regio-isomeren 3,5-0- 1a” en 1a’”: 13.92 en 13.93 (CH3), 21.95 en 22.00 (CH2), 25.53 en 25.75 (CH2), 33.73 en 34.13 (CH2), 60.78 en 61.92 (CH2), 72.37 en 73.55 (CH2), 72.58 en 72.99 (CH), 73.19 en 73.96 (CH), 74.87 en 76.45 (CH), 78.38 en 79.08 (CH), 93.83 en 96.06 (CH); IR v max: 3386 (OH), 2954, 2873, 1716, 1412, 1145, 1461, 1061, 1029, 967; HRMS (ESI+) berekend CnH2oNa05: 255.1208 [M+Na]+; gemeten : 255.1203 (+1.8 ppm); HPLC (isocratisch 80:20 H20/CH3CN + 0.1% H3P04): Rt voor de regio-isomeren 3,5-0- = 9.70 min (1a”, 47%) en 11.25 min (1a”’, 10%); Rt voor de regio-isomeren 5,6-0- = 12.50 min (1a, 26%) en 14.49 (1a’, 17%).5,6-O-pentylidene-1,4-D-sorbitan 1a and 1a 'and 3,5-O-pentylidene-1,4-D-sorbitan 1a "and 1a": The compounds were obtained from the 1, 4-D-sorbitane (0.49 g, 3 mmol) and valeraldehyde (0.107 ml, 1 mmol) according to the general procedure (A). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 80:20 -> 100: 0) to obtain a mixture of 43:57 of regioisomers of sorbitan acetals with positions 5.6-0- and 3, 5-0- (0.189 g, 81%) in the form of a colorless oil. The product obtained is a mixture of regioisomers 5,6-0 and 3,5-0 sorbitan acetals, each regioisomer is a mixture of diastereomers (26: 17: 47: 10) as determined by HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ for all isomers: 0.85 (3H, t, J = 7.2), 1.16-1.35 (4H, m), 1.35-1.60 (2H, m), 3.30-4.30 (8H, sorbitan protons), 4.67-5.33 (3H, 3m, 1H acetal and 2 OH); RMN 13 C (75 MHz, d 6 -DMSO) 5 C for the regioisomers 5,6-0-1a and 1a ': 13.90 (CH3), 22.06 (CH2), 25.68 and 25.81 (CH2), 33.16 (CH2), 66.59 and 66.93 (CH2), 72.79 and 73.19 (CH), 73.43 (CH2), 75.46 and 75.68 (CH), 76.55 and 76.61 (CH), 80.74 and 81.01 (CH), 103.29 and 103.37 (CH); 5C for the regional isomers 3,5-0-1a "and 1a": 13.92 and 13.93 (CH3), 21.95 and 22.00 (CH2), 25.53 and 25.75 (CH2), 33.73 and 34.13 (CH2), 60.78 and 61.92 (CH2), 72.37 and 73.55 (CH2), 72.58 and 72.99 (CH), 73.19 and 73.96 (CH), 74.87 and 76.45 (CH), 78.38 and 79.08 (CH), 93.83 and 96.06 (CH); IR ν max: 3386 (OH), 2954, 2873, 1716, 1412, 1145, 1461, 1061, 1029, 967; HRMS (ESI +) calculated C 11 H 20 Na 5 O 5: 255.1208 [M + Na] +; measured: 255.1203 (+1.8 ppm); HPLC (isocratic 80:20 H 2 O / CH 3 CN + 0.1% H 3 PO 4): Rt for the regioisomers 3.5-0- = 9.70 min (1a ', 47%) and 11.25 min (1a' ', 10%); Rt for the regional isomers 5.6-0- = 12.50 min (1a, 26%) and 14.49 (1a ', 17%).

Voorbeeld 1 b :Example 1b:

5,6-0-Hexylideen-1,4-D-sorbitaan 1b en 1b’ et 3,5-0-hexylideen-1,4-D-sorbitaan 1b” en 1b’”: De verbindingen werden gekregen uit de 1,4-D-sorbitaan (0.49 g, 3 mmol) en het hexanaal (0.124 ml_, 1 mmol) volgens de algemene procedure (A). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 80:20 -> 100:0) om een mengsel 57:43 van regio-isomeren van sorbitaan acetalen met positie 5,6-0- en 3,5-0- (0.144 g, 58%) te geven onder de vorm van gele olie. Het verkregen product is een mengsel van regio-isomeren 5,6-0- en 3,5-0-van sorbitaan acetalen, elk regio-isomeer is een mengsel van diasteriomeren (32:25:31:12) zoals bepaald met HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ voor alle isomeren: 0.85 (3H, t, J= 6.5), 1.12-1.40 (6H, m), 1.45-1.58 (2H, m), 3.30^1.30 (8H, m, sorbitaan protonen), 4.72-4.90 (1H, m, acetaal proton), 5.07-5.28 (2H, 2m, OH); RMN 13C (75 MHz, cfe-DMSO) öc voor de regio-isomeren 5,6-0- 1b en 1b’: 13.91 (CH3), 22.12 (CH2), 23.24 en 23.38 (CH2), 31.24 (CH2), 33.50 (CH2), 66.64 en 66.98 (CH2), 72.86 en 73.24 (CH), 73.48 (CH2), 75.50 en 75.73 (CH), 76.60 en 76.66 (CH), 80.78 en 81.06 (CH), 103.34 en 103.42 (CH); 5C voor de regio-isomeren 3,5-0- 1b” en 1b’”: 13.93 (CH3), 22.12 (CH2), 23.09 en 23.31 (CH2), 31.17 (CH2), 34.06 en 34.48 (CH2), 60.85 en 61.97 (CH2), 72.42 en 73.61 (CH2), 72.64 en 72.86 (CH), 73.08 en 74.01 (CH), 74.94 en 76.48 (CH), 78.40 en 79.13 (CH), 93.90 en 96.13 (CH); IR v max: 3386 (OH), 2929 (CH3), 2871 (CH2), 2360, 2341, 1465, 1407, 1143, 1034; HRMS (ESI+): [M+Na]+C12H22Na05 berekend 269.1359, gemeten 269.1360 (-0.4 ppm); HPLC (isocratisch 80:20 H20/CH3CN + 0.1% H3PO4): Rtvoor de regio-isomeren 3,5-0- = 20.77 min (1b”, 31%) en 24.65 min (1b’”, 12%); Rtvoor de regio-isomeren 5,6-0- = 28.28 min (1b, 32%) en 33.90 (1b’, 25%).5,6-O-hexylidene-1,4-D-sorbitan 1b and 1b and 3,5-O-hexylidene-1,4-D-sorbitan 1b "and 1b": The compounds were obtained from 1, 4-D-sorbitane (0.49 g, 3 mmol) and the hexanal (0.124 ml, 1 mmol) according to the general procedure (A). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 80:20 -> 100: 0) to a mixture 57:43 of regioisomers of sorbitan acetals with positions 5.6-0- and 3.5 -0- (0.144 g, 58%) in the form of yellow oil. The product obtained is a mixture of regioisomers 5,6-0 and 3,5-0 of sorbitan acetals, each regioisomer is a mixture of diastiomers (32: 25: 31: 12) as determined by HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ for all isomers: 0.85 (3H, t, J = 6.5), 1.12-1.40 (6H, m), 1.45-1.58 (2H, m), 3.30 ^ 1.30 (8H, m, sorbitan protons), 4.72-4.90 (1H, m, acetal proton), 5.07-5.28 (2H, 2m, OH); RMN 13 C (75 MHz, cfe-DMSO) δ for the regioisomers 5,6-0-1b and 1b ': 13.91 (CH3), 22.12 (CH2), 23.24 and 23.38 (CH2), 31.24 (CH2), 33.50 (CH2), 66.64 and 66.98 (CH2), 72.86 and 73.24 (CH), 73.48 (CH2), 75.50 and 75.73 (CH), 76.60 and 76.66 (CH), 80.78 and 81.06 (CH), 103.34 and 103.42 (CH) ; 5C for the region isomers 3,5-0-1b "and 1b": 13.93 (CH3), 22.12 (CH2), 23.09 and 23.31 (CH2), 31.17 (CH2), 34.06 and 34.48 (CH2), 60.85 and 61.97 (CH2), 72.42 and 73.61 (CH2), 72.64 and 72.86 (CH), 73.08 and 74.01 (CH), 74.94 and 76.48 (CH), 78.40 and 79.13 (CH), 93.90 and 96.13 (CH); IR ν max: 3386 (OH), 2929 (CH 3), 2871 (CH 2), 2360, 2341, 1465, 1407, 1143, 1034; HRMS (ESI +): [M + Na] + C 12 H 22 Na 5 O calculated 269.1359, measured 269.1360 (-0.4 ppm); HPLC (isocratic 80:20 H 2 O / CH 3 CN + 0.1% H 3 PO 4): Rt for the regioisomers 3.5-0- = 20.77 min (1b ", 31%) and 24.65 min (1b", 12%); Rt for the region isomers 5.6-0- = 28.28 min (1b, 32%) and 33.90 (1b ", 25%).

Voorbeeld 1c :Example 1c:

5,6-0-Octylideen-1,4-D-sorbitaan 1c en 1c’ en 3,5-0-octylideen-1,4-D-sorbitaan 1c” en 1c’”: De verbindingen werden verkregen uit het 1,4-D-sorbitaan (1,00 g, 6 mmol) en het octanaal (0,317 ml, 2 mmol) volgens de algemene procedure (A). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 60:40 -> 100: 0) om een mengsel 61:39 van regio-isomeren van sorbitaan acetalen met positie 5,6-0- en 3,5-0- (0,102 g, 37%) te geven onder de vorm van een witte pasta. Het verkregen product is een mengsel van regio-isomeren 5,6-0- en 3,5-0- van sorbitaan acetalen, elk regio-isomeer is een mengsel van diastereomeren (32: 29: 28: 11) zoals bepaald met HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ voor alle isomeren: 0.86 (3H, t, J= 8.7), 1.10-1.42 (10H, m), 1.43-1.62 (2H, m), 3.38-4.31 (8H, m, sorbitaan protonen), 4.70-4.90 (1H, m, acetaal proton), 5.02-5.28 (2H, 2m, OH); RMN 13C (75 MHz, cfe-DMSO) 5C voor de regio-isomeren 5,6-0- 1c en 1c’: 13.96 (CH3), 22.13 (CH2), 23.40 en 23.58 (CH2), 28.72 (2 CH2), 31.26 (CH2), 33.54 (CH2), 66.22 en 66.96 (CH2), 72.85 en 73.24 (CH), 73.47 (CH2), 75.49 en 75.72 (CH), 76.59 en 76.64 (CH), 80.77 en 81.05 (CH), 103.31 en 103.40 (CH); 5C voor de regio-isomeren 3,5-0- 1c” en 1c’”: 13.96 (CH3), 22.13 (CH2), 23.62 en 23.70 (CH2), 28.92 en 28.99 (2 CH2), 31.26 (CH2), 34.09 en 34.51 (CH2), 60.85 en 61.95 (CH2), 72.42 en 73.60 (CH2), 72.62 en 72.90 (CH), 73.10 en 73.99 (CH), 74.93 en 76.46 (CH), 78.36 en 79.10 (CH), 93.88 en 96.09 (CH); IR v max: 3425 (OH), 2953 (CH3), 2920 (CH2), 2855, 1467, 1414, 1257, 1047; HRMS (ESI+): [M+Na]+ Ci4H26Na05 berekend 297.1672, gemeten 297.1670 (+1.0 ppm); HPLC (isocratisch 60:40 H20/CH3CN + 0.1% H3P04): Rtvoor de regio-isomeren 3,5-0- = 11.50 min (1c”, 28%) en 12.93 min (1c’”, 11%); Rt voor de regio-isomeren 5,6-0-= 14.83 min (1c, 32%) en 16.56 (1c’, 29%).5,6-O-octylidene-1,4-D-sorbitan 1c and 1c 'and 3,5-O-octylidene-1,4-D-sorbitan 1c "and 1c": The compounds were obtained from 1, 4-D-sorbitane (1.00 g, 6 mmol) and the octanal (0.317 ml, 2 mmol) according to the general procedure (A). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 60:40 -> 100: 0) to a mixture 61:39 of regioisomers of sorbitan acetals with positions 5.6-0- and 3.5 -0- (0.102 g, 37%) in the form of a white paste. The product obtained is a mixture of regioisomers 5,6-0 and 3,5-0 of sorbitan acetals, each regioisomer is a mixture of diastereomers (32: 29: 28: 11) as determined by HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ for all isomers: 0.86 (3H, t, J = 8.7), 1.10-1.42 (10H, m), 1.43-1.62 (2H, m), 3.38-4.31 (8H, m, sorbitan protons), 4.70-4.90 (1H, m, acetal proton), 5.02-5.28 (2H, 2m, OH); RMN 13 C (75 MHz, cfe-DMSO) 5 C for the regioisomers 5,6-0-1c and 1c ': 13.96 (CH3), 22.13 (CH2), 23.40 and 23.58 (CH2), 28.72 (2 CH2), 31.26 (CH2), 33.54 (CH2), 66.22 and 66.96 (CH2), 72.85 and 73.24 (CH), 73.47 (CH2), 75.49 and 75.72 (CH), 76.59 and 76.64 (CH), 80.77 and 81.05 (CH), 103.31 and 103.40 (CH); 5C for the regional isomers 3,5-0-1c "and 1c": 13.96 (CH3), 22.13 (CH2), 23.62 and 23.70 (CH2), 28.92 and 28.99 (2 CH2), 31.26 (CH2), 34.09 and 34.51 (CH2), 60.85 and 61.95 (CH2), 72.42 and 73.60 (CH2), 72.62 and 72.90 (CH), 73.10 and 73.99 (CH), 74.93 and 76.46 (CH), 78.36 and 79.10 (CH), 93.88 and 96.09 (CH); IR ν max: 3425 (OH), 2953 (CH 3), 2920 (CH 2), 2855, 1467, 1414, 1257, 1047; HRMS (ESI +): [M + Na] + C 14 H 26 Na 5 O calculated 297.1672, measured 297.1670 (+1.0 ppm); HPLC (isocratic 60:40 H 2 O / CH 3 CN + 0.1% H 3 PO 4): R t for the regioisomers 3.5-0 = 11.50 min (1c ", 28%) and 12.93 min (1c", 11%); Rt for the region isomers 5.6-0- = 14.83 min (1c, 32%) and 16.56 (1c ’, 29%).

Voorbeeld 1d :Example 1d:

5,6-0-Decylideen-1,4-D-sorbitaan 1d en 1d’ en 3,5-0-decylideen-1,4-D-sorbitaan 1d” en 1 d’”: De verbindingen werden verkregen uit het 1,4-D-sorbitaan (1,00 g, 6 mmol) en het decanaal (0,382 ml, 2 mmol) volgens de algemene procedure (A). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 50:50 80: 20) om een mengsel 64:36 van regio-isomeren van sorbitaan acetalen met positie 5,6-0- en 3,5-0- (0,098 g, 32%) te geven onder de vorm van een witte vaste stof (smeltpunt = 72 °C). Het verkregen product is een mengsel van regio-isomeren 5,6-0- en 3,5-0- sorbitaan acetalen, elk regio-isomeer is een mengsel van diastereomeren (35: 29: 25: 11) zoals bepaald met HPLC. RMN 1H (300 MHz, CDCI3) δΗ vooralle isomeren: 0.85 (3H, t, J= 6.9), 1.10-1.45 (14H, m), 1.47-1.70 (2H, m), 3.45 (2H, br s, OH protonen), 3.60-4.39 (8H, m, sorbitaan protonen), 4.75 (t, 29%H acetaal, J = 5.1), 4.83 (t, 11%H acetaal, J = 4.8), 4.85 (t, 35%H acetaal, J = 5.3), 4.97 (t, 26%H acetaal, J = 4.8); RMN 13C (75 MHz, CDCI3) 5C voor de regio-isomeren 5,6-0- 1d en 1d’: 14.19 (CH3), 22.76 (CH2), 24.12 en 24.17 (CH2), 29.40 (CH2), 29.63 (3 CH2), 31.97 (CH2), 33.98 en 34.12 (CH2), 68.17 en 68.57 (CH2), 73.57 en 73.66 (CH), 73.77 en 74.13 (CH2), 75.51 en 75.91 (CH), 77.30 en 77.56 (CH), 79.64 en 81.15 (CH), 104.99 en 105.14 (CH); 5C voor de regio-isomeren 3,5-0- 1d” en 1d”’: 14.19 (CH3), 22.76 (CH2), 23.84 en 24.12 (CH2), 29.40 (CH2), 29.63 (3 CH2), 31.97 (CH2), 34.19 en 34.83 (CH2), 61.76 en 63.41 (CH2), 72.80 en 73.14 (CH), 73.81 (CH2), 75.15 en 75.34 (CH), 77.25 en 77.90 (CH), 81.37 (CH), 95.73 en 97.92 (CH); IR v max: 3433 (OH), 2918 (CH3), 2851 (CH2), 1739, 1123, 1080, 1048; HRMS (ESI+): [M+Na]+ C16H30NaO5 berekend 325.1985, gemeten 325.1991 (-1.7 ppm); HPLC (isocratisch 50:50 H20/CH3CN + 0.1% H3P04): Rt voor de isomeren 3,5-0- = 11.97 min (1d”, 25%) en 13.27 min (1d”’, 11%); Rt voor de regio-isomeren 5,6-0- = 15.21 min (1d, 35%) en 16.60 (1d’, 29%).5,6-O-decylidene-1,4-D-sorbitan 1d and 1d 'and 3,5-O-decylidene-1,4-D-sorbitan 1d "and 1 d'": The compounds were obtained from 1 4-D-sorbitane (1.00 g, 6 mmol) and the decanal (0.382 ml, 2 mmol) according to the general procedure (A). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 50:50 80:20) to a mixture 64:36 of regioisomers of sorbitan acetals with positions 5.6-0- and 3.5-0 - (0.098 g, 32%) in the form of a white solid (m.p. = 72 ° C). The resulting product is a mixture of regioisomers 5,6-0 and 3,5-0 sorbitan acetals, each regioisomer is a mixture of diastereomers (35: 29: 25: 11) as determined by HPLC. RMN 1H (300 MHz, CDCl 3) δΗ especially isomers: 0.85 (3H, t, J = 6.9), 1.10-1.45 (14H, m), 1.47-1.70 (2H, m), 3.45 (2H, br s, OH protons ), 3.60-4.39 (8H, m, sorbitan protons), 4.75 (t, 29% H acetal, J = 5.1), 4.83 (t, 11% H acetal, J = 4.8), 4.85 (t, 35% H acetal , J = 5.3), 4.97 (t, 26% H acetal, J = 4.8); RMN 13 C (75 MHz, CDCl 3) 5 C for the regioisomers 5,6-0-1d and 1d ': 14.19 (CH3), 22.76 (CH2), 24.12 and 24.17 (CH2), 29.40 (CH2), 29.63 (3 CH2), 31.97 (CH2), 33.98 and 34.12 (CH2), 68.17 and 68.57 (CH2), 73.57 and 73.66 (CH), 73.77 and 74.13 (CH2), 75.51 and 75.91 (CH), 77.30 and 77.56 (CH), 79.64 and 81.15 (CH), 104.99 and 105.14 (CH); 5C for the regioisomers 3.5-0-1d "and 1d": 14.19 (CH3), 22.76 (CH2), 23.84 and 24.12 (CH2), 29.40 (CH2), 29.63 (3 CH2), 31.97 (CH2) ), 34.19 and 34.83 (CH2), 61.76 and 63.41 (CH2), 72.80 and 73.14 (CH), 73.81 (CH2), 75.15 and 75.34 (CH), 77.25 and 77.90 (CH), 81.37 (CH), 95.73 and 97.92 (CH); IR ν max: 3433 (OH), 2918 (CH3), 2851 (CH2), 1739, 1123, 1080, 1048; HRMS (ESI +): [M + Na] + C 16 H 30 NaO 5 calculated 325.1985, measured 325.1991 (-1.7 ppm); HPLC (isocratic 50:50 H 2 O / CH 3 CN + 0.1% H 3 PO 4): Rt for the isomers 3.5-0- = 11.97 min (1d ", 25%) and 13.27 min (1d", 11%); Rt for the regional isomers 5.6-0- = 15.21 min (1d, 35%) and 16.60 (1d ", 29%).

Voorbeeld 1e:Example 1st:

5,6-0-Dodecylideen-1,4-D-sorbitaan 1e en 1e’ en 3,5-0-dodecylideen-1,4-D-sorbitaan 1e” en 1e’”: De verbindingen werden verkregen uit het 1,4-D-sorbitaan (1,00 g, 6 mmol) en het dodecanaal (0,450 ml, 2 mmol) volgens de algemene procedure (A). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 50:50 -> 70:30) om een mengsel 48:52 van regio-isomeren van sorbitaan acetalen met positie 5,6-0- en 3,5-0- (0,095 g, 29%) te geven onder de vorm van een witte vaste stof (smeltpunt = 82 °C). Het verkregen product is een mengsel van regio-isomeren 5,6-0- en 3,5-0- sorbitaan acetalen, elk regio-isomeer is een mengsel van diastereomeren (25: 23: 40: 12) zoals bepaald met HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ voor alle isomeren: 0.85 (3H, t, J = 6.9), 1.12-1.42 (18H, m), 1.43-1.59 (2H, m), 3.41-4.30 (8H, m, sorbitaan protonen), 4.72-4.89 (1H, m, acetaal proton), 5.00-5.12 en 5.17-5.33 (2H, 2m, OH protonen); RMN 13C (75 MHz, cfe-DMSO) 5C voor de regio-isomeren 5,6-0- 1e en 1e’: 13.95 (CH3), 22.15 (CH2), 23.60 en 23.69 (CH2), 28.79 (CH2), 28.93 (CH2), 29.05 (CH2), 29.07 (CH2), 29.08 (CH2), 29.10 (CH2), 31.37 (CH2), 33.54 (CH2), 66.59 en 66.93 (CH2), 72.87 en 73.26 (CH), 73.46 (CH2), 75.49 en 75.72 (CH), 76.58 en 76.63 (CH), 80.75 en 81.04 (CH), 103.29 en 103.38 (CH); 5C voor de regio-isomeren 3,5-O- 1e” en 1e’”: 13.95 (CH3), 22.15 (CH2), 23.38 en 23.60 (CH2), 28.79 (CH2), 28.93 (CH2), 29.05 (CH2), 29.07 (CH2), 29.08 (CH2), 29.10 (CH2), 31.37 (CH2), 34.10 en 34.51 (CH2), 60.84 en 61.94 (CH2), 72.60 en 72.95 (CH), 72.43 en 73.59 (CH2), 73.17 en 73.98 (CH), 74.92 en 76.43 (CH), 78.31 en 79.07 (CH), 93.87 en 96.06 (CH); IR v max: 3412 (OH), 2917 (CH3), 2849 (CH2), 1468, 1418, 1256, 1082, 1050; HRMS (ESI+): [M+Na]+ C18H34Na05 berekend 353.2298, gemeten 353.2300 (-0.3 ppm); HPLC (isocratisch 50:50 H20/CH3CN + 0.1% H3P04): Rtvoor de regio-isomeren 3,5-0- = 31.89 min (1e”, 40%) en 35.77 min (1e’”, 12%); Rtvoor de regio-isomeren 5,6-0- = 41.72 min (1e, 25%) en 46.18 (1e’, 23%).5,6-O-dodecylidene-1,4-D-sorbitan 1st and 1st 'and 3,5-O-dodecylidene-1,4-D-sorbitan 1st "and 1st": The compounds were obtained from the 1, 4-D-sorbitane (1.00 g, 6 mmol) and the dodecanal (0.450 ml, 2 mmol) according to the general procedure (A). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 50:50 -> 70:30) to a mixture 48:52 of regioisomers of sorbitan acetals with positions 5.6-0- and 3.5 -0- (0.095 g, 29%) in the form of a white solid (m.p. = 82 ° C). The product obtained is a mixture of regioisomers 5,6-0 and 3,5-0 sorbitan acetals, each regioisomer is a mixture of diastereomers (25: 23: 40: 12) as determined by HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ for all isomers: 0.85 (3H, t, J = 6.9), 1.12-1.42 (18H, m), 1.43-1.59 (2H, m), 3.41-4.30 (8H, m, sorbitan protons), 4.72-4.89 (1H, m, acetal proton), 5.00-5.12 and 5.17-5.33 (2H, 2m, OH protons); RMN 13 C (75 MHz, cfe-DMSO) 5 C for the regioisomers 5,6-0- 1st and 1st ': 13.95 (CH3), 22.15 (CH2), 23.60 and 23.69 (CH2), 28.79 (CH2), 28.93 (CH2), 29.05 (CH2), 29.07 (CH2), 29.08 (CH2), 29.10 (CH2), 31.37 (CH2), 33.54 (CH2), 66.59 and 66.93 (CH2), 72.87 and 73.26 (CH), 73.46 (CH2) CH2), 75.49 and 75.72 (CH), 76.58 and 76.63 (CH), 80.75 and 81.04 (CH), 103.29 and 103.38 (CH); 5C for the regional isomers 3,5-O- 1st "and 1st": 13.95 (CH3), 22.15 (CH2), 23.38 and 23.60 (CH2), 28.79 (CH2), 28.93 (CH2), 29.05 (CH2) , 29.07 (CH2), 29.08 (CH2), 29.10 (CH2), 31.37 (CH2), 34.10 and 34.51 (CH2), 60.84 and 61.94 (CH2), 72.60 and 72.95 (CH), 72.43 and 73.59 (CH2), 73.17 and 73.98 (CH), 74.92 and 76.43 (CH), 78.31 and 79.07 (CH), 93.87 and 96.06 (CH); IR ν max: 3412 (OH), 2917 (CH 3), 2849 (CH 2), 1468, 1418, 1256, 1082, 1050; HRMS (ESI +): [M + Na] + C18 H34 Na5 O5 calcd 353.2298, measured 353.2300 (-0.3 ppm); HPLC (isocratic 50:50 H 2 O / CH 3 CN + 0.1% H 3 PO 4): Rt for the regional isomers 3.5-0- = 31.89 min (1st ", 40%) and 35.77 min (1st", 12%); Rt for the region isomers 5.6-0- = 41.72 min (1st, 25%) and 46.18 (1st, 23%).

Voorbeeld 2: Algemene procedure voor de synthese van een sorbitaan ether (B)Example 2: General procedure for the synthesis of a sorbitan ether (B)

In een autoclaaf van 300 ml in roestvrij staal, wordt het mengsel van regio-isomeren en diastereomeren van acetalen van 1,4-D-sorbitaan (20 mmol) verdund in cyclopentylméthyléther (CPME, 200 ml) en 5% -Pd/C (1,00 g, 5 mol% palladium) wordt toegevoegd. De reactor wordt hermetisch afgesloten, driemaal gespoeld met waterstof en de waterstof wordt ingebracht bij een druk van 30 bar. Het reactiemengsel werd mechanisch geroerd en verhit tot 120 °C gedurende 15 uur. Na terugkeer tot kamertemperatuur wordt de waterstofdruk vrijgegeven en het reactiemengsel wordt verdund in absolute ethanol (EtOH, 100 ml) en gefiltreerd (filter Millipore Durapore 0,01 pm). Het filtraat werd geconcentreerd onder verlaagde druk om het mengsel van regio-isomeren van sorbitaan ethers te geven.In a 300 ml autoclave in stainless steel, the mixture of regioisomers and diastereomers of acetals of 1,4-D-sorbitane (20 mmol) is diluted in cyclopentyl methyl ether (CPME, 200 ml) and 5% -Pd / C ( 1.00 g, 5 mol% palladium) is added. The reactor is hermetically sealed, flushed three times with hydrogen and the hydrogen is introduced at a pressure of 30 bar. The reaction mixture was stirred mechanically and heated to 120 ° C for 15 hours. After returning to room temperature, the hydrogen pressure is released and the reaction mixture is diluted in absolute ethanol (EtOH, 100 ml) and filtered (Millipore Durapore 0.01 µm filter). The filtrate was concentrated under reduced pressure to give the mixture of regioisomers of sorbitan ethers.

Voorbeeld 2a:Example 2a:

Pentyl-1,4-D-sorbitaan 2a, 2a’ en 2a”: De verbindingen werden verkregen uit het 43:57 mengsel van 5,6-0-pentylideen-1,4-D-sorbitaan 1a en 1a ' en 3,5-O-pentylideen-1,4-D-sorbitaan 1a" en 1a (0,98 g, 4,22 mmol) volgens de algemene procedure (B). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 90:10 -> 100: 0 vervolgens EtOH/EtOAc 10:90) om een mengsel van sorbitaan ethers regio-isomeren 2a, 2a' en 2a" (0,686 g, 69%) onder de vorm van een witte pasta te geven. Het product is een mengsel 26:33:41 van 5-O-pentyl- 2a, 3-O-pentyl-2a’ en 6-0-pentyl-1,4-D-sorbitaan 2a” zoals bepaald door HPLC. RMN 1H (300 MHz, d6-DMSO) öHvoor alle isomeren: 0.86 (3H, t, J= 6.9), 1.19-1.35 (4H, m), 1.39-1.56 (2H, m), 3.22-3.99 en 4.05-4.11 (10H, m, sorbitaan protonen + OCH2 ethers), δΗ voor het isomeer 2a: 4.31 (1H, t, J = 5.8, OH6), 4.84 (1H, d, J = 4.3, OH3), 5.00 (1H, d, J = 2.9, OH2), δΗ voor het isomeer 2a’ 14b: 4.31 (1 H, t, J = 5.2, OH6), 4.37 (1 H, d, J = 5.4, OH5), 5.06 (1H, d, J = 3.3, OH2), δΗ voor het isomeer 2a”: 4.55 (1 H, d, J = 5.8, OH5), 4.82 (1 H, d, J = 4.3, OH3), 4.99 (1 H, d, J = 2.8, OH2); RMN 13C (75 MHz, d6-DMSO) δ0 voor het minderheid isomeer (26%) 2a: 14.03 (CH3), 22.06 (CH2), 27.88 (CH2), 29.55 (CH2), 62.02 (CH2), 69.79 (CH2), 73.15 (CH2), 75.53 (CH), 76.46 (CH), 77.38 (CH), 79.29 (CH); öc voor het intermediair isomeer (33%) 2a’: 13.99 (CH3), 22.03 (CH2), 27.91 (CH2), 29.22 (CH2), 64.20 (CH2), 68.72 (CH), 69.52 (CH2), 73.23 (CH), 73.61 (CH2), 80.10 (CH), 83.96 (CH); 5cvoor het meerderheid isomeer (41%) 2a”: 13.99 (CH3), 22.02 (CH2), 27.87 (CH2), 28.99 (CH2), 67.50 (CH), 70.60 (CH2), 73.36 (CH2), 73.49 (CH2), 75.66 (CH), 76.38 (CH), 80.34 (CH); HRMS (ESI+): [M+Na]+ CnH22Na05 berekend 257.1359, gemeten 257.1363 (-1.4 ppm); H PLC (C18 kolom, isocratisch 80:20 H20/CH3CN + 0.1% H3P04): Rt 7.20 min (2a, 26%), 9.25 min (2a’, 33%) en 10.79 min (2a”, 41%).Pentyl-1,4-D-sorbitane 2a, 2a 'and 2a': The compounds were obtained from the 43:57 mixture of 5,6-O-pentylidene-1,4-D-sorbitane 1a and 1a 'and 3, 5-O-pentylidene-1,4-D-sorbitane 1a "and 1a (0.98 g, 4.22 mmol) according to the general procedure (B). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 90:10 -> 100: 0 then EtOH / EtOAc 10:90) to give a mixture of sorbitan ethers regioisomers 2a, 2a 'and 2a "(0.686 g, 69%) in the form of a white paste . The product is a mixture 26:33:41 of 5-O-pentyl-2a, 3-O-pentyl-2a "and 6-O-pentyl-1,4-D-sorbitane 2a" as determined by HPLC. RMN 1 H (300 MHz, d 6 -DMSO) δ H for all isomers: 0.86 (3 H, t, J = 6.9), 1.19-1.35 (4 H, m), 1.39-1.56 (2 H, m), 3.22-3.99 and 4.05-4.11 (10H, m, sorbitan protons + OCH2 ethers), δΗ for the isomer 2a: 4.31 (1H, t, J = 5.8, OH6), 4.84 (1H, d, J = 4.3, OH3), 5.00 (1H, d, J = 2.9, OH2), δΗ for the isomer 2a, 14b: 4.31 (1H, t, J = 5.2, OH6), 4.37 (1H, d, J = 5.4, OH5), 5.06 (1H, d, J = 3.3, OH2), δΗ for the isomer 2a ”: 4.55 (1H, d, J = 5.8, OH5), 4.82 (1H, d, J = 4.3, OH3), 4.99 (1H, d, J = 2.8, OH 2); RMN 13 C (75 MHz, d 6 -DMSO) δ0 for the minority isomer (26%) 2a: 14.03 (CH 3), 22.06 (CH 2), 27.88 (CH 2), 29.55 (CH 2), 62.02 (CH 2), 69.79 (CH 2) , 73.15 (CH2), 75.53 (CH), 76.46 (CH), 77.38 (CH), 79.29 (CH); cc for the intermediate isomer (33%) 2a ': 13.99 (CH3), 22.03 (CH2), 27.91 (CH2), 29.22 (CH2), 64.20 (CH2), 68.72 (CH), 69.52 (CH2), 73.23 (CH ), 73.61 (CH 2), 80.10 (CH), 83.96 (CH); 5c for the majority isomer (41%) 2a ': 13.99 (CH3), 22.02 (CH2), 27.87 (CH2), 28.99 (CH2), 67.50 (CH), 70.60 (CH2), 73.36 (CH2), 73.49 (CH2) 75.66 (CH), 76.38 (CH), 80.34 (CH); HRMS (ESI +): [M + Na] + C 11 H 22 Na 5 O calculated 257.1359, measured 257.1363 (-1.4 ppm); H PLC (C18 column, isocratic 80:20 H2 O / CH3 CN + 0.1% H3 PO4): Rt 7.20 min (2a, 26%), 9.25 min (2a ', 33%) and 10.79 min (2a', 41%).

Voorbeeld 2b :Example 2b:

Hexyl-1,4-D-sorbitaan 2b, 2b’ en 2b”: De verbindingen werden verkregen uit het mengsel 57:43 van 5,6-0-hexylideen-1,4-D-sorbitaan 1b en 1b’ en 3,5-0-hexylideen-1,4-D-sorbitaan 1b” en 1b’” (4.92 g, 20.0 mmol) volgens de algemene procedure (B). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 80:20 -> 100: 0 vervolgens EtOH/EtOAc 10:90) om een mengsel van sorbitaan ethers regio-isomeren 2b, 2b’ en 2b” (3.25 g, 65%) onder de vorm van een witte pasta te geven. Het product is een mengsel 33:16:51 van 5-O-hexyl- 2b, 3-O-hexyl-2b’ en 6-O-hexyl-l ,4-D-sorbitaan 2b” zoals bepaald door HPLC. RMN 1H (300 MHz, de-DMSO) δΗ voor alle isomeren: 0.86 (3H, t, J= 6.9), 1.16-1.36 (6H, m), 1.38-1.56 (2H, m), 3.25-4.00 en 4.05-4.11 (10H, m, sorbitaan protonen + OCH2 ethers), δΗ voor het isomeer 2b: 4.31 (1H, t, J = 5.5, OH6), 4.83 (1H, d, J = 4.4, OH3), 4.99 (1H, d, J = 2.9, OH2), δΗ voor het isomeer 2b’: 4.31 (1 H, t, J = 5.5, OH6), 4.36 (1 H, d, J = 5.4, OH5), 5.06 (1 H, d, J = 3.3, OH2), δΗ voor het isomeer 2b”: 4.54 (1H, d, J = 5.8, OH5), 4.81 (1H, d, J = 4.3, OH3), 4.99 (1 H, d, J = 2.9, OH2); RMN 13C (75 MHz, cfe-DMSO) öc voor het isomeer 2b (33%): 14.00 (CH3), 22.14 (CH2), 25.36 (CH2), 29.87 (CH2), 31.27 (CH2), 62.03 (CH2), 69.84 (CH2), 73.17 (CH2), 75.57 (CH), 76.49 (CH), 77.40 (CH), 79.31 (CH); 5C voor het isomeer 2b’ (16%): 13.97 (CH3), 22.17 (CH2), 25.34 (CH2), 29.52 (CH2), 31.19 (CH2), 64.21 (CH2), 68.74 (CH), 69.56 (CH2), 73.27 (CH), 73.62 (CH2), 80.11 (CH), 83.98 (CH); 5C voor het isomeer 2b” (51%): 13.97 (CH3), 22.17 (CH2), 25.40 (CH2), 29.31 (CH2), 31.23 (CH2), 67.54 (CH), 70.65 (CH2), 73.38 (CH2), 73.50 (CH2), 75.70 (CH), 76.40 (CH), 80.35 (CH); HRMS (ESI+): [M+Na]+ C12H24Na05 berekend 271.1516, gemeten 271.1521 (-1.7 ppm); HPLC (C18 kolom, isocratisch 80:20 H20/CH3CN + 0.1% H3P04): Rt 17.49 min (2b, 33%), 24.45 min (2b’, 16%) en 29.58 min (2b”, 51%).Hexyl-1,4-D-sorbitane 2b, 2b 'and 2b': The compounds were obtained from the mixture 57:43 of 5,6-O-hexylidene-1,4-D-sorbitane 1b and 1b 'and 3, 5-O-hexylidene-1,4-D-sorbitane 1b "and 1b '" (4.92 g, 20.0 mmol) according to the general procedure (B). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 80:20 -> 100: 0 then EtOH / EtOAc 10:90) to give a mixture of sorbitan ethers regioisomers 2b, 2b 'and 2b' (3.25 g, 65%) in the form of a white paste. The product is a mixture 33:16:51 of 5-O-hexyl-2b, 3-O-hexyl-2b "and 6-O-hexyl-1,4-D-sorbitane 2b" as determined by HPLC. RMN 1H (300 MHz, de-DMSO) δΗ for all isomers: 0.86 (3H, t, J = 6.9), 1.16-1.36 (6H, m), 1.38-1.56 (2H, m), 3.25-4.00 and 4.05- 4.11 (10H, m, sorbitan protons + OCH2 ethers), δΗ for the isomer 2b: 4.31 (1H, t, J = 5.5, OH6), 4.83 (1H, d, J = 4.4, OH3), 4.99 (1H, d , J = 2.9, OH2), δΗ for the isomer 2b ': 4.31 (1H, t, J = 5.5, OH6), 4.36 (1H, d, J = 5.4, OH5), 5.06 (1H, d, J = 3.3, OH2), δΗ for the isomer 2b ”: 4.54 (1H, d, J = 5.8, OH5), 4.81 (1H, d, J = 4.3, OH3), 4.99 (1 H, d, J = 2.9 OH2); RMN 13 C (75 MHz, cfe-DMSO) δ c for the isomer 2b (33%): 14.00 (CH 3), 22.14 (CH 2), 25.36 (CH 2), 29.87 (CH 2), 31.27 (CH 2), 62.03 (CH 2), 69.84 (CH2), 73.17 (CH2), 75.57 (CH), 76.49 (CH), 77.40 (CH), 79.31 (CH); 5C for the isomer 2b '(16%): 13.97 (CH3), 22.17 (CH2), 25.34 (CH2), 29.52 (CH2), 31.19 (CH2), 64.21 (CH2), 68.74 (CH), 69.56 (CH2) , 73.27 (CH), 73.62 (CH2), 80.11 (CH), 83.98 (CH); 5C for the isomer 2b '(51%): 13.97 (CH3), 22.17 (CH2), 25.40 (CH2), 29.31 (CH2), 31.23 (CH2), 67.54 (CH), 70.65 (CH2), 73.38 (CH2) 73.50 (CH 2), 75.70 (CH), 76.40 (CH), 80.35 (CH); HRMS (ESI +): [M + Na] + C 12 H 24 Na 5 O calculated 271.1516, measured 271.1521 (-1.7 ppm); HPLC (C18 column, 80:20 H 2 O / CH 3 CN + 0.1% H 3 PO 4): Rt 17.49 min (2b, 33%), 24.45 min (2b ", 16%) and 29.58 min (2b", 51%).

Voorbeeld 2c:Example 2c:

Octyl-1,4-D-sorbitaan 2c, 2c’ en 2c”: De verbindingen werden verkregen uit het mengsel 61:39 van 5,6-0-octylideen-1,4-D-sorbitaan 1c en 1c’ en 3,5-0-octylideen-1,4-D-sorbitaan 1c” en 1c’” (5.61 g, 20.4 mmol) volgens de algemene procedure (B). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 80:20 -> 100: 0 vervolgens EtOH/EtOAc 10:90) om een mengsel van sorbitaan ethers regio-isomeren 2c, 2c’ en 2c” (4.79 g, 85%) onder de vorm van een witte vaste stof te geven. Het product is een mengsel 33:22:45 van 5-O-octyl- 2c, 3-0-octyl- 2c’ en 6-0-octyl-1,4-D-sorbitaan 2c” zoals bepaald door HPLC. RMN 1H (300 MHz, de-DMSO) δΗ vooralle isomeren: 0.86 (3H, t, J= 6.8), 1.13-1.35 (10H, m), 1.36-1.55 (2H, m), 3.27-3.99 en 4.05-^4.11 (10H, m, sorbitaan protonen + OCH2 ethers), δΗ voor het isomeer 2c: 4.31 (1H, t, J = 5.8, OH6), 4.84 (1H, d, J = 4.5, OH3), 5.00 (1H, d, J = 2.8, OH2), δΗ voor het isomeer 2c’: 4.31 (1 H, t, J = 5.2, OH6), 4.37 (1 H, d, J = 5.4, OH5), 5.06 (1 H, d, J = 3.3, OH2), δΗ voor het isomeer 2c”: 4.54 (1H, d, J= 5.8, OH5), 4.81 (1H, d, J = 4.3, OH3), 4.99 (1 H, d, J = 2.8, OH2); RMN 13C (75 MHz, d6-DMSO): öc voor het isomeer 2c (33%): 13.98 (CH3), 22.13 (CH2), 25.66 (CH2), 28.78 (CH2), 28.99 (CH2), 29.89 (CH2), 31.32 (CH2), 62.01 (CH2), 69.83 (CH2), 73.15 (CH2), 75.53 (CH), 76.45 (CH), 77.38 (CH), 79.29 (CH); δ0 voor het isomeer 2c’ (22%): 13.98 (CH3), 22.13 (CH2), 25.70 (CH2), 28.75 (CH2), 28.90 (CH2), 29.53 (CH2), 31.30 (CH2), 64.18 (CH2), 68.71 (CH), 69.52 (CH2), 73.23 (CH), 73.60 (CH2), 80.08 (CH), 83.95 (CH); öc voor het isomeer 2c” (45%): 13.98 (CH3), 22.13 (CH2), 25.70 (CH2), 28.75 (CH2), 28.93 (CH2), 29.32 (CH2), 31.30 (CH2), 67.49 (CH), 70.61 (CH2), 73.36 (CH2), 73.49 (CH2), 75.66 (CH), 76.37 (CH), 80.34 (CH); HRMS (ESI+): [M+Na]+ C14H28Na05 berekend 299.1829, gemeten 299.1832 (-1.2 ppm); HPLC (C18 kolom, isocratisch 60:40 H20/CH3CN + 0.1% H3P04): Rt 8.79 min (2c, 33%), 9.80 min (2c’, 22%) en 11.77 min (2c”, 45%).Octyl-1,4-D-sorbitane 2c, 2c 'and 2c': The compounds were obtained from the mixture 61:39 of 5,6-O-octylidene-1,4-D-sorbitane 1c and 1c 'and 3, 5-O-octylidene-1,4-D-sorbitane 1c "and 1c" (5.61 g, 20.4 mmol) according to the general procedure (B). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 80:20 -> 100: 0 then EtOH / EtOAc 10:90) to a mixture of sorbitan ethers regioisomers 2c, 2c 'and 2c' (4.79 g, 85%) in the form of a white solid. The product is a mixture 33:22:45 of 5-O-octyl-2c, 3-O-octyl-2c "and 6-O-octyl-1,4-D-sorbitane 2c" as determined by HPLC. RMN 1H (300 MHz, de-DMSO) δΗ especially isomers: 0.86 (3H, t, J = 6.8), 1.13-1.35 (10H, m), 1.36-1.55 (2H, m), 3.27-3.99 and 4.05- ^ 4.11 (10H, m, sorbitan protons + OCH2 ethers), δΗ for the isomer 2c: 4.31 (1H, t, J = 5.8, OH6), 4.84 (1H, d, J = 4.5, OH3), 5.00 (1H, d , J = 2.8, OH2), δΗ for the isomer 2c ': 4.31 (1 H, t, J = 5.2, OH6), 4.37 (1 H, d, J = 5.4, OH5), 5.06 (1 H, d, J = 3.3, OH2), δΗ for the isomer 2c ": 4.54 (1H, d, J = 5.8, OH5), 4.81 (1H, d, J = 4.3, OH3), 4.99 (1 H, d, J = 2.8 OH2); RMN 13 C (75 MHz, d 6 -DMSO): δ for the isomer 2c (33%): 13.98 (CH 3), 22.13 (CH 2), 25.66 (CH 2), 28.78 (CH 2), 28.99 (CH 2), 29.89 (CH 2) 31.32 (CH2), 62.01 (CH2), 69.83 (CH2), 73.15 (CH2), 75.53 (CH), 76.45 (CH), 77.38 (CH), 79.29 (CH); δ0 for the isomer 2c '(22%): 13.98 (CH3), 22.13 (CH2), 25.70 (CH2), 28.75 (CH2), 28.90 (CH2), 29.53 (CH2), 31.30 (CH2), 64.18 (CH2) , 68.71 (CH), 69.52 (CH2), 73.23 (CH), 73.60 (CH2), 80.08 (CH), 83.95 (CH); voorc for the isomer 2c '(45%): 13.98 (CH3), 22.13 (CH2), 25.70 (CH2), 28.75 (CH2), 28.93 (CH2), 29.32 (CH2), 31.30 (CH2), 67.49 (CH) 70.61 (CH 2), 73.36 (CH 2), 73.49 (CH 2), 75.66 (CH), 76.37 (CH), 80.34 (CH); HRMS (ESI +): [M + Na] + C 14 H 28 Na 5 O calculated 299.1829, measured 299.1832 (-1.2 ppm); HPLC (C18 column, isocratic 60:40 H2 O / CH3 CN + 0.1% H3 PO4): Rt 8.79 min (2c, 33%), 9.80 min (2c ", 22%) and 11.77 min (2c", 45%).

Voorbeeld 2d:Example 2d:

Décyl-1,4-d-sorbitaan 2d, 2d’ en 2d”: De verbindingen werden verkregen uit het mengsel 64:36 van 5,6-0-décylideen-1,4-D-sorbitaan 1d en 1d’ en 3,5-0-décylideen-1,4-D-sorbitaan 1d” en 1d”’ (6.12 g, 20.2 mmol) volgens de algemene procedure (B). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 70:30 -> 100: 0 vervolgens EtOH/EtOAc 10:90) om een mengsel van sorbitaan ethers regio-isomeren 2d, 2d’ et 2d” (3.66 g, 59%) onder de vorm van een witte vaste stofte geven. Het product is een mengsel 32:16:52 van 5-O-décyl- 2d, 3-O-décyl-2d’ en 6-O-décyl-l ,4-D-sorbitaan 2d” zoals bepaald door HPLC. RMN 1H (300 MHz, cf6-DMSO) δΗ voor alle isomeren: 0.85 (3H, t, J = 6.9), 1.14-1.35 (14H, m), 1.37-1.55 (2H, m), 3.25-3.98 en 4.05-4.11 (10H, m, sorbitaan protonen + OCH2 ethers), δΗ voor het isomeer 2d: 4.31 (1H, t, J = 5.4, OH6), 4.82 (1H, d, J = 4.3, OH3), 4.99 (1H, d, J = 2.9, OH2), δΗ voor het isomeer 2d’: 4.31 (1H, t, J= 5.4, OH6), 4.35 (1H, d, J= 5.5, OH5), 5.06 (1H, d, J = 3.3, OH2), δΗ voor het isomeer 2d”: 4.53 (1H, d, J = 5.8, OH5), 4.80 (1H, d, J = 4.3, OH3), 4.98 (1H, d, J = 1.9, OH2); RMN 13C (75 MHz, cf6-DMSO) δ0 voor het isomeer 2d (32%): 13.98 (CH3), 22.16 (CH2), 25.69 (CH2), 28.79 (CH2), 29.07 (CH2), 29.10 (CH2), 29.17 (CH2), 29.92 (CH2), 31.37 (CH2), 62.01 (CH2), 69.84 (CH2), 73.16 (CH2), 75.56 (CH), 76.48 (CH), 77.41 (CH), 79.30 (CH); 5C voor het isomeer 2d’ (16%): 13.98 (CH3), 22.16 (CH2), 25.72 (CH2), 28.79 (CH2), 28.98 (CH2), 29.07 (CH2), 29.12 (CH2), 29.57 (CH2), 31.37 (CH2), 64.18 (CH2), 68.72 (CH), 69.55 (CH2), 73.27 (CH), 73.60 (CH2), 80.08 (CH), 83.96 (CH); 5C voor het isomeer 2d” (52%): 13.98 (CH3), 22.16 (CH2), 25.72 (CH2), 28.79 (CH2), 29.01 (CH2), 29.07 (CH2), 29.14 (CH2), 29.35 (CH2), 31.37 (CH2), 67.53 (CH), 70.64 (CH2), 73.37 (CH2), 73.50 (CH2), 75.69 (CH), 76.40 (CH), 80.35 (CH); HRMS (ESI+): [M+Na]+ C16H32Na05 berekend 327.2142, gemeten 327.2135 (+2.1 ppm); HPLC (C18 kolom, isocratisch 50:50 H20/CH3CN + 0.1% H3P04): Rt 9.03 min (2d, 32%), 9.67 min (2d’, 16%) en 11.61 min (2d”, 52%).Decyl-1,4-d-sorbitane 2d, 2d 'and 2d': The compounds were obtained from the mixture 64:36 of 5,6-O-decylidene-1,4-D-sorbitane 1d and 1d 'and 3, 5-O-decylidene-1,4-D-sorbitane 1d "and 1d" (6.12 g, 20.2 mmol) according to the general procedure (B). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 70:30 -> 100: 0 then EtOH / EtOAc 10:90) to a mixture of sorbitan ethers regioisomers 2d, 2d and 2d "(3.66 g, 59%) in the form of a white solid. The product is a mixture 32:16:52 of 5-O-decyl-2d, 3-O-decyl-2d "and 6-O-decyl-1,4-D-sorbitane 2d" as determined by HPLC. RMN 1H (300 MHz, cf6-DMSO) δΗ for all isomers: 0.85 (3H, t, J = 6.9), 1.14-1.35 (14H, m), 1.37-1.55 (2H, m), 3.25-3.98 and 4.05- 4.11 (10H, m, sorbitan protons + OCH2 ethers), δΗ for the isomer 2d: 4.31 (1H, t, J = 5.4, OH6), 4.82 (1H, d, J = 4.3, OH3), 4.99 (1H, d , J = 2.9, OH2), δΗ for the isomer 2d ': 4.31 (1H, t, J = 5.4, OH6), 4.35 (1H, d, J = 5.5, OH5), 5.06 (1H, d, J = 3.3 , OH2), δΗ for the isomer 2d ': 4.53 (1H, d, J = 5.8, OH5), 4.80 (1H, d, J = 4.3, OH3), 4.98 (1H, d, J = 1.9, OH2); RMN 13 C (75 MHz, cf 6 -DMSO) δ0 for the isomer 2d (32%): 13.98 (CH 3), 22.16 (CH 2), 25.69 (CH 2), 28.79 (CH 2), 29.07 (CH 2), 29.10 (CH 2), 29.17 (CH2), 29.92 (CH2), 31.37 (CH2), 62.01 (CH2), 69.84 (CH2), 73.16 (CH2), 75.56 (CH), 76.48 (CH), 77.41 (CH), 79.30 (CH); 5C for the isomer 2d '(16%): 13.98 (CH3), 22.16 (CH2), 25.72 (CH2), 28.79 (CH2), 28.98 (CH2), 29.07 (CH2), 29.12 (CH2), 29.57 (CH2) 31.37 (CH2), 64.18 (CH2), 68.72 (CH), 69.55 (CH2), 73.27 (CH), 73.60 (CH2), 80.08 (CH), 83.96 (CH); 5C for the isomer 2d '(52%): 13.98 (CH3), 22.16 (CH2), 25.72 (CH2), 28.79 (CH2), 29.01 (CH2), 29.07 (CH2), 29.14 (CH2), 29.35 (CH2) 31.37 (CH2), 67.53 (CH), 70.64 (CH2), 73.37 (CH2), 73.50 (CH2), 75.69 (CH), 76.40 (CH), 80.35 (CH); HRMS (ESI +): [M + Na] + C16 H32 Na5 O5 calculated 327.2142, measured 327.2135 (+2.1 ppm); HPLC (C18 column, isocratic 50:50 H2 O / CH3 CN + 0.1% H3 PO4): Rt 9.03 min (2d, 32%), 9.67 min (2d ", 16%) and 11.61 min (2d", 52%).

Voorbeeld 2e:Example 2e:

Dodécyl-1,4-d-sorbitaan 2e, 2e’ en 2e”: De verbindingen werden verkregen uit het mengsel 48:52 van 5,6-0-dodécylideen-1,4-D-sorbitaan 1e en 1e’ en 3,5-0-dodécylideen-1,4-D-sorbitaan 1e” en 1e’” (1.29 g, 3.92 mmol) volgens de algemene procedure (B). Na de reactie wordt het residu gezuiverd door chromatografie op een silicagelkolom (EtOAc/cyclohexaan 70:30 -> 100: 0 vervolgens EtOH/EtOAc 10:90) om een mengsel van sorbitaan ethers regio-isomeren 2e, 2e’ en 2e” (0.72 g, 55%) onder de vorm van een kleurloze olie te geven. Het product is een mengsel 27:33:40 van 5-0-dodécyl- 2e, 3-O-dodécyl- 2e’ en 6-0-dodécyl-1,4-D-sorbitaan 2e” zoals bepaald door HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ voor alle isomeren: 0.85 (3H, t, J = 6.9), 1.16- 1.34 (18H, m), 1.38-1.54 (2H, m), 3.26-3.98 en 4.05-4.11 (10H, m, sorbitaan protonen + OCH2 ethers), δΗ voor het isomeer 2e: 4.32 (1H, t, J = 5.5, OH6), 4.84 (1H, d, J = 3.7, OH3), 5.00 (1 H, d, J = 2.8, OH2), δΗ voor het isomeer 2e’: 4.32 (1 H, t, J = 5.5, OH6), 4.37 (1H, d, J= 5.4, OH5), 5.06 (1H, d, J= 3.3, OH2), öHvoor het isomeer 2e”: 4.55 (1H, d, J = 5.8, OH5), 4.82 (1 H, d, J = 4.1, OH3), 4.99 (1H, d, J = 2.1, OH2); RMN 13C (75 MHz, d6-DMSO) δ0 voor het isomeer 2e (27%): 13.97 (CH3), 22.11 (CH2), 25.64 (CH2), 28.74 (CH2), 29.05 (3 CH2), 29.08 (2 CH2), 29.88 (CH2), 31.32 (CH2), 62.00 (CH2), 69.81 (CH2), 73.14 (CH2), 75.52 (CH), 76.44 (CH), 77.38 (CH), 79.27 (CH); öc voor het isomeer 2e’ (33%): 13.97 (CH3), 22.11 (CH2), 25.68 (CH2), 28.74 (CH2), 29.05 (3 CH2), 29.08 (2 CH2), 29.52 (CH2), 31.32 (CH2), 64.16 (CH2), 68.69 (CH), 69.51 (CH2), 73.22 (CH), 73.58 (CH2), 80.06 (CH), 83.93 (CH); öc voor het isomeer 2e” (40%): 13.97 (CH3), 22.11 (CH2), 25.68 (CH2), 28.74 (CH2), 28.92 (CH2), 28.96 (CH2), 29.05 (2 CH2), 29.08 (CH2), 29.31 (CH2), 31.32 (CH2), 67.47 (CH), 70.59 (CH2), 73.35 (CH2), 73.48 (CH2), 75.63 (CH), 76.35 (CH), 80.34 (CH); HRMS (ESI+): [M+Na]+ C18H36Na05 berekend 355.2455, gevonden 355.2458 (-0.9 ppm); HPLC (C18 kolom, isocratisch 50:50 H20/CH3CN + 0.1% H3P04): Rt22.65 min (2e, 27%), 25.04 min (2e’, 33%) en 30.81 min (2e”, 40%). VOORBEELD 3: Procedure "one-pot" voor de synthese van een sorbitaan etherDodecyl-1,4-d-sorbitane 2e, 2e 'and 2e': The compounds were obtained from the mixture 48:52 of 5,6-O-dodecylidene-1,4-D-sorbitane 1e and 1e 'and 3, 5-O-dodecylidene-1,4-D-sorbitane 1st "and 1st" (1.29 g, 3.92 mmol) according to the general procedure (B). After the reaction, the residue is purified by chromatography on a silica gel column (EtOAc / cyclohexane 70:30 -> 100: 0 then EtOH / EtOAc 10:90) to a mixture of sorbitan ethers regioisomers 2e, 2e 'and 2e' (0.72 g, 55%) in the form of a colorless oil. The product is a mixture 27:33:40 of 5-O-dodecyl-2e, 3-O-dodecyl-2nd "and 6-O-dodecyl-1,4-D-sorbitane 2nd" as determined by HPLC. RMN 1H (300 MHz, cfe-DMSO) δΗ for all isomers: 0.85 (3H, t, J = 6.9), 1.16-1.34 (18H, m), 1.38-1.54 (2H, m), 3.26-3.98 and 4.05- 4.11 (10H, m, sorbitan protons + OCH2 ethers), δΗ for the isomer 2e: 4.32 (1H, t, J = 5.5, OH6), 4.84 (1H, d, J = 3.7, OH3), 5.00 (1H, d, J = 2.8, OH2), δΗ for the isomer 2e ': 4.32 (1H, t, J = 5.5, OH6), 4.37 (1H, d, J = 5.4, OH5), 5.06 (1H, d, J = 3.3, OH 2), "for the isomer 2e": 4.55 (1 H, d, J = 5.8, OH 5), 4.82 (1 H, d, J = 4.1, OH 3), 4.99 (1 H, d, J = 2.1, OH 2) ); RMN 13 C (75 MHz, d 6 -DMSO) δ0 for the isomer 2e (27%): 13.97 (CH 3), 22.11 (CH 2), 25.64 (CH 2), 28.74 (CH 2), 29.05 (3 CH 2), 29.08 (2 CH 2) ), 29.88 (CH2), 31.32 (CH2), 62.00 (CH2), 69.81 (CH2), 73.14 (CH2), 75.52 (CH), 76.44 (CH), 77.38 (CH), 79.27 (CH); voorc for the isomer 2e '(33%): 13.97 (CH3), 22.11 (CH2), 25.68 (CH2), 28.74 (CH2), 29.05 (3 CH2), 29.08 (2 CH2), 29.52 (CH2), 31.32 ( CH2), 64.16 (CH2), 68.69 (CH), 69.51 (CH2), 73.22 (CH), 73.58 (CH2), 80.06 (CH), 83.93 (CH); óc for the isomer 2e '(40%): 13.97 (CH3), 22.11 (CH2), 25.68 (CH2), 28.74 (CH2), 28.92 (CH2), 28.96 (CH2), 29.05 (2 CH2), 29.08 (CH2) ), 29.31 (CH2), 31.32 (CH2), 67.47 (CH), 70.59 (CH2), 73.35 (CH2), 73.48 (CH2), 75.63 (CH), 76.35 (CH), 80.34 (CH); HRMS (ESI +): [M + Na] + C 18 H 36 Na 5 O calculated 355.2455, found 355.2458 (-0.9 ppm); HPLC (C18 column, 50:50 H 2 O / CH 3 CN + 0.1% H 3 PO 4): Rt22.65 min (2nd, 27%), 25.04 min (2nd, 33%) and 30.81 min (2nd, 40%). EXAMPLE 3: "One-pot" procedure for the synthesis of a sorbitan ether

Synthese « one-pot » van sorbitaan ethers startend van 1,4-sorbitaan:«One-pot» synthesis of sorbitan ethers starting from 1,4-sorbitane:

In een rondbodem kolf van 100 ml, werd 1,4-sorbitaan (10 g, 62 mmol) opgelost in droge CPME (30 ml) in aanwezigheid van Na2SO4 (6,5 g, 50 mmol), onder een argonatmosfeer. Valeraldehyde (3,3 ml, 31 mmol) werd druppelsgewijs toegevoegd, gevolgd door Amberlyst 15 (530 mg, 20 gew% in valeraldehyde). Het mengsel werd verwarmd tot 80 °C onder magnetisch roeren. Na 3 uren werd het warme mengsel gefiltreerd, gewassen met CPME (2 x 25 ml) en het filtraat werd onder verminderde druk geconcentreerd. Zonder verdere zuivering wordt het mengsel verdund in CPME (300 ml), gedroogd boven MgSO4 en gefiltreerd. Het filtraat wordt in een roestvast stalen autoclaaf van 500 ml geïntroduceerd, en 5% -Pd/C (3,3 mg) werd toegevoegd. De reactor wordt goed gesloten, driemaal gespoeld met waterstof voordat de waterstof onder druk (30 bar) wordt ingebracht. Het systeem wordt verwarmd tot 120 °C en geroerd gedurende 15 uur. Na te zijn afgekoeld tot kamertemperatuur, wordt de waterstof onder druk vrijgegeven, het reactiemengsel werd opgelost in absolute ethanol (250 ml) en gefiltreerd (Millipore Durapore 0,01 micron filter). Het filtraat wordt onder verlaagde druk geëvaporeerd en het residu (5,8 g) werd gezuiverd door flashchromatografie (EtOAc/cyclohexaan 90:10 tot 100: 0, vervolgens EtOH/EtOAc 10:90). Zo wordt een mengsel van ethers van pentyl (1,4) sorbitaan (3,97 g, 56%) verkregen onder de vorm van een kleurloze olie (> 98% zuiverheid met 1H NMR). VOORBEELD 4: Meting van de bacteriostatische eigenschappen van derivaten van sorbitaan acetalen en ethers op Gram-positieve bacteriënIn a 100 ml round bottom flask, 1,4-sorbitane (10 g, 62 mmol) was dissolved in dry CPME (30 ml) in the presence of Na 2 SO 4 (6.5 g, 50 mmol), under an argon atmosphere. Valeraldehyde (3.3 ml, 31 mmol) was added dropwise, followed by Amberlyst 15 (530 mg, 20 wt% in valeraldehyde). The mixture was heated to 80 ° C with magnetic stirring. After 3 hours the warm mixture was filtered, washed with CPME (2 x 25 ml) and the filtrate was concentrated under reduced pressure. Without further purification, the mixture is diluted in CPME (300 ml), dried over MgSO 4 and filtered. The filtrate is introduced into a 500 ml stainless steel autoclave, and 5% Pd / C (3.3 mg) was added. The reactor is properly closed, flushed three times with hydrogen before the hydrogen is introduced under pressure (30 bar). The system is heated to 120 ° C and stirred for 15 hours. After being cooled to room temperature, the hydrogen is released under pressure, the reaction mixture is dissolved in absolute ethanol (250 ml) and filtered (Millipore Durapore 0.01 micron filter). The filtrate is evaporated under reduced pressure and the residue (5.8 g) is purified by flash chromatography (EtOAc / cyclohexane 90:10 to 100: 0, then EtOH / EtOAc 10:90). A mixture of ethers of pentyl (1.4) sorbitane (3.97 g, 56%) is thus obtained in the form of a colorless oil (> 98% purity with 1 H NMR). EXAMPLE 4: Measurement of bacteriostatic properties of derivatives of sorbitan acetals and ethers on Gram-positive bacteria

De bacteriostatische eigenschappen van de derivaten worden geëvalueerd door het meten van de minimale remmende concentratie (MRC) ten opzichte van de geteste bacteriën. Een dergelijke meting wordt uitgevoerd door de methode van microdilutie uitgevoerd in 96-well microplaat bij de onderstaande voorwaarden.The bacteriostatic properties of the derivatives are evaluated by measuring the minimum inhibitory concentration (MRC) relative to the bacteria tested. Such a measurement is performed by the method of microdilution performed in 96-well microplate under the conditions below.

De geteste bacteriën:The tested bacteria:

De minimale remmende groei (MRG) worden uitgevoerd op bacteriële Gram-positieve stammen, zoals aanbevolen door de "Clinical Laboratory Standards Institute” (Clinical-Laboratory-Standards-Institute, 6th ed. Approved standard M100-S17. CLSI, Wayne, PA, 2007).The minimal inhibitory growth (MRG) is performed on bacterial Gram-positive strains, as recommended by the Clinical Laboratory Standards Institute, 6th ed. Approved standard M100-S17. CLSI, Wayne, PA, 2007).

De bestudeerde Gram-positieve bacteriën zijn de volgende: L. monocytogenes (CIP 103.575), E. faecalis (ATCC® 29212TM) en S. aureus (ATCC® 292.213 TM).The Gram-positive bacteria studied are the following: L. monocytogenes (CIP 103.575), E. faecalis (ATCC® 29212 ™) and S. aureus (ATCC® 292.213 TM).

Bereiding van het entmateriaal:Preparation of the inoculum:

De bestudeerde culturen, vers geïsoleerd (na incubatie op een bloedagar bij 37 °C gedurende 18 uur) werden opgenomen in steriel water (10 ml) tot het verkrijgen van een suspensie van 0,5 Mac Farland (Mc) volgens 1 à 2 x 108 KVE (bacteriën)/cm3. De bacteriële suspensie werd vervolgens verdund om een eindconcentratie van 5 x 105 KVE/cm3 te verkrijgen.The cultures studied, freshly isolated (after incubation on a blood agar at 37 ° C for 18 hours) were taken up in sterile water (10 ml) to obtain a suspension of 0.5 Mac Farland (Mc) according to 1 to 2 x 108 CFU (bacteria) / cm3. The bacterial suspension was then diluted to obtain a final concentration of 5 x 10 5 CFU / cm 3.

Bereiding van de multiwell platen voor het lezen van de MRC:Preparation of the multiwell plates for reading the MRC:

Elke well bevat een identieke hoeveelheid Mueller-Hinton medium (rijk medium voor het kweken van bacteriën) bacteriën en bacterie van 5 x 105 KVE/cm3 finaal.Each well contains an identical amount of Mueller-Hinton medium (rich medium for growing bacteria) bacteria and bacterium of 5 x 105 CFU / cm3 final.

De van belang zijnde te testen verbindingen werden opgelost in 2,5%m ethanol alvorens te worden verdund tot verschillende concentraties van twee aan twee.The compounds of interest to be tested were dissolved in 2.5% ethanol before being diluted to different concentrations two to two.

Op de multiwell plaat, wordt een eerste serie voorzien omvattende het cultuurmedium zonder de van belang zijnde te testen verbinding. Het correspondeert met de groeicontrole (controle wells). Deze controles dienen als referentie voor de vergelijking van bacteriegroei met die van de volgende wells omvattende verschillende concentraties van de belang zijnde te testen verbinding. De tweede reeks van wells omvat de voorraadoplossing van de van belang zijnde te testen verbinding voor een concentratie in de wells van 4 mM. Elke reeks van wells wordt verdund twee aan twee tot de laatste reeks tot een uiteindelijke concentratie van 0,003 mM. Elke concentratie wordt gerepliceerd binnen dezelfde plaat. De plaat wordt geïncubeerd 18 uur bij 37 °C. Het lezen na de incubatie toont een afwijking in de controle wells (indicatie van bacteriegroei). In het geval van antibacteriële activiteit, wordt de bacteriegroei geremd, wat wordt vertaald in de afwezigheid van optreden van afwijking of bacteriële pellet. De remming van deze bacteriële groei door de testverbinding kan corresponderen met een bacteriostatische activiteit van het molecuul (remt de bacteriegroei) of bactéricide activiteit van het molecuul (veroorzaakt de dood van de bacteriën).On the multiwell plate, a first series is provided comprising the culture medium without the connection of interest to be tested. It corresponds to the growth control (control wells). These controls serve as a reference for comparing bacterial growth with those of the following wells comprising different concentrations of the compound to be tested. The second set of wells comprises the stock solution of the compound of interest to be tested for a concentration in the wells of 4 mM. Each series of wells is diluted two by two to the final series to a final concentration of 0.003 mM. Each concentration is replicated within the same plate. The plate is incubated for 18 hours at 37 ° C. Reading after the incubation shows a deviation in the control wells (indication of bacterial growth). In the case of antibacterial activity, bacterial growth is inhibited, which is translated into the absence of occurrence of abnormality or bacterial pellet. The inhibition of this bacterial growth by the test compound may correspond to a bacteriostatic activity of the molecule (inhibits bacterial growth) or bactericidal activity of the molecule (causes the death of the bacteria).

Kiemoetal:Germinal:

Om te bepalen of de geteste middelen bactéricide zijn, wordt de minimale bactéricide concentratie (MBC) bepaald. De MCB is de concentratie die het aantal overlevende bacteriën <4 log laat. Om dit te doen wordt een bacteriële telling gemaakt uitgaande van de heldere of zonder bacteriële pellet (C<MRC) wells. Hiervoor werd een 1/100 verdunning uitgevoerd met de twee putten van dezelfde concentratie voor enting op een bloedagar met behulp van de spiraaltechniek. Na incubatie gedurende 24 uur bij 37 °C, werd de visuele telling gebruikt om de minimale concentratie, waarbij er geen bacteriegroei is, te kunnen bepalen.To determine whether the agents tested are bactericidal, the minimum bactericidal concentration (MBC) is determined. The MCB is the concentration that leaves the number of surviving bacteria <4 log. To do this, a bacterial count is made from the clear or without bacterial pellet (C <MRC) wells. For this a 1/100 dilution was performed with the two wells of the same concentration for inoculation on a blood agar using the spiral technique. After incubation for 24 hours at 37 ° C, the visual count was used to determine the minimum concentration at which there is no bacterial growth.

De testen worden gerealiseerd op Gram-positieve bacteriën met de sorbitaan derivaten. De oplossingen van de testverbindingen worden verdund in ethanol bij een concentratie oplosmiddel die geen invloed heeft op de bacteriële groei (2,5% m). De oplossingen na sterilisatie worden verdund in water. De resultaten van de antimicrobiële testen verkregen op de 3 bacteriestammen L. monocytogenes (CIP 103575), E. faecalis (ATCC® 29212TM) en S. aureus (ATCC® 292.213 TM) worden samengevat in tabel 1.The tests are performed on Gram-positive bacteria with the sorbitan derivatives. The solutions of the test compounds are diluted in ethanol at a concentration of solvent that has no influence on bacterial growth (2.5% m). The solutions after sterilization are diluted in water. The results of the antimicrobial tests obtained on the 3 bacterial strains L. monocytogenes (CIP 103575), E. faecalis (ATCC® 29212 ™) and S. aureus (ATCC® 292.213 TM) are summarized in Table 1.

Tabel 1. Antimierobiële resultaten voor de sorbitaan derivaten op Gram-positieve: Minimale remmende concentratie (MRC) in mmol/LTable 1. Antimierobial results for the sorbitan derivatives on Gram positive: Minimum inhibitory concentration (MRC) in mmol / L

Na de waarneming van de 96-well microplaten, de ethers en acetalen van sorbitaan met alifatische ketens lager of gelijk aan 10 koolstofatomen, bezitten geen antimicrobiële eigenschappen omdat alle wells een afwijking of een bacteriële pellet bevatten. De enkele bacteriële remming wordt waargenomen voor de verbindingen afgeleid van dodecyl (ingang 5).After the observation of the 96-well microplates, the ethers and acetals of sorbitan with aliphatic chains lower or equal to 10 carbon atoms, have no antimicrobial properties because all wells contain a defect or a bacterial pellet. The single bacterial inhibition is observed for the compounds derived from dodecyl (input 5).

Inderdaad, met concentraties van minder dan 12 mM, het acetaal en de ether met C12 sorbitaan remmen de onderzochte bacteriestammen. VOORBEELD 5: Bactéricide eigenschap van de derivaten van sorbitaan aeetalen of esters op Gram-positieve bacteriënIndeed, with concentrations of less than 12 mM, the acetal and the ether with C12 sorbitan, the bacterial strains investigated inhibit. EXAMPLE 5: Bacterial property of the derivatives of sorbitan acetals or esters on Gram-positive bacteria

Om het bactericide effect van de verbindingen met bacteriostatische eigenschappen te bepalen, worden de wells die geen afwijking vertonen opnieuw uitgezet op agar. De verkregen resultaten na incubatie over nacht worden weergegeven in tabel 2.To determine the bactericidal effect of the compounds with bacteriostatic properties, the wells that do not exhibit aberration are again plotted on agar. The results obtained after overnight incubation are shown in Table 2.

Tabel 2. Antimicrobiële resultaten voor derivaten van sorbitaan op Gram-positieve: Minimale remmende concentratie (MRC) in mmol/L, Minimale bactericideconcentratie (MBC) in mmol/L (in cursief)Table 2. Antimicrobial results for derivatives of sorbitan on Gram positive: Minimum inhibitory concentration (MRC) in mmol / L, Minimum bactericidal concentration (MBC) in mmol / L (in italics)

Betreffende de sorbitaan derivaten, alleen de verbindingen met ketens van 12 koolstoffen en vertonende een bacteriële remming worden geanalyseerd. Het sorbitaan dodecylideen acetaal bleek een bactericide verbinding te zijn voor stammen L. monocytogenes en E. faecalis bij 0,03 mM en bacteriostatische verbinding voor S. aureus bij 0,12 mM. Om te bevestigen dat de gemeten eigenschappen van de acetalen deze zijn van de amfifilische verbinding en niet van de hydrolyseproducten, werden de dodecanal eigenschappen getest op de verschillende bacteriestammen en geen antimicrobiële activiteit werd waargenomen bij concentraties lager of gelijk aan 4 mM. Zo is het C12 sorbitaan acetaal actief als zodanig en komt de activiteit niet uit het overeenkomstige aldehyde. Het mengsel van dodecyl sorbitaan ethers bezit een MBC van 0,12 mM voor alle Gram-positieve geteste stammen.Regarding the sorbitan derivatives, only the compounds with chains of 12 carbons and showing a bacterial inhibition are analyzed. The sorbitan dodecylidene acetal was found to be a bactericidal compound for strains L. monocytogenes and E. faecalis at 0.03 mM and bacteriostatic compound for S. aureus at 0.12 mM. To confirm that the measured properties of the acetals are those of the amphiphilic compound and not of the hydrolysis products, the dodecanal properties were tested on the different bacterial strains and no antimicrobial activity was observed at concentrations lower than or equal to 4 mM. Thus, the C12 sorbitan is acetally active as such and the activity does not come from the corresponding aldehyde. The dodecyl sorbitan ethers mixture has an MBC of 0.12 mM for all Gram-positive strains tested.

We kunnen daarom concluderen dat de C12 sorbitaan acetalen en ethers, ook in de vorm van een mengsel van regio-isomeren en diastereomeren, zeer interessante antimicrobiële en bactericide eigenschappen vertonen.We can therefore conclude that the C12 sorbitan acetals and ethers, also in the form of a mixture of regioisomers and diastereomers, exhibit very interesting antimicrobial and bactericidal properties.

Deze resultaten tonen aan dat sorbitaan derivaten een nieuwe lijn van zeer actieve bio-gebaseerde bacteriostatische en bactericide producten kunnen introduceren. VOORBEELD 6: Evaluatie van oppervlakte-actieve en antimicrobiële eigenschappenThese results show that sorbitan derivatives can introduce a new line of highly active bio-based bacteriostatic and bactericidal products. EXAMPLE 6: Evaluation of surfactant and antimicrobial properties

De fysisch-chemische en antimicrobiële eigenschappen van de beste gesynthetiseerde producten worden getest. Deze analyses tonen verschillende profielen van oppervlakteactieve stoffen aan, alsmede de waarden van de minimale remmende concentraties (MRC) van elke verbinding op Gram-positieve bacteriën. De beste oppervlakteactieve en antimicrobiële resultaten worden vergeleken in Tabel 3.The physico-chemical and antimicrobial properties of the best synthesized products are tested. These analyzes demonstrate different profiles of surfactants, as well as the values of the minimum inhibitory concentrations (MRC) of each compound on Gram-positive bacteria. The best surfactant and antimicrobial results are compared in Table 3.

Tabel 3. Vergelijkende resultaten tussen de kritische micel concentraties (CMC) en de minimale remmende concentraties (MRC) in (mmol/L) op producten die van belang zijn: Minimale remmende concentratie (MRC) in mmol/LTable 3. Comparative results between the critical micelle concentrations (CMC) and the minimum inhibitory concentrations (MRC) in (mmol / L) on products of interest: Minimum inhibitory concentration (MRC) in mmol / L

Voor het dodecylamine sorbitaan (ingang 1), de waarde van de CMC bevindt zich in de reeks van MRC. Het dodecyl sorbitaan ether bezit, ondertussen, een iets lagere CMC (0,09 mmol) als MRC (0,12 mmol), maar deze concentraties zijn nog steeds relatief dicht (ingang 2). VOORBEELD 7: Vergelijkende proeven met verbindingen uit de stand van de techniekFor the dodecylamine sorbitane (input 1), the value of the CMC is in the range of MRC. The dodecyl sorbitan ether, meanwhile, has a slightly lower CMC (0.09 mmol) as MRC (0.12 mmol), but these concentrations are still relatively dense (input 2). EXAMPLE 7: Comparative tests with compounds of the prior art

De activiteit van sorbitaan derivaten werd vergeleken met die van verbindingen met structuren dichtbij of commerciële verbindingen als monolaurine (ML) in onderstaande tabel.The activity of sorbitan derivatives was compared with that of compounds with structures close by or commercial compounds such as monolaurin (ML) in the table below.

Tabel 4. Vergelijkende resultaten tussen de referentie-producten (ML) en de acetalen en ethers van sorbitaan: Minimale remmende concentratie (MRC) in mmol/LTable 4. Comparative results between the reference products (ML) and the acetals and ethers of sorbitan: Minimum inhibitory concentration (MRC) in mmol / L

De verkregen resultaten laten zien dat de derivaten volgens de uitvinding even effectief als monolaurine (ML) zijn, daar het verschil tussen de MRC verkregen tussen de mengsels van acetalen (C12AcSorb) of C12 suikerethers (C12EthSorb) en monolaurine laag is.The results obtained show that the derivatives of the invention are as effective as monolaurin (ML), since the difference between the MRC obtained between the mixtures of acetals (C12AcSorb) or C12 sugar ethers (C12EthSorb) and monolaurin is low.

Bovendien, is de stabiliteit van de etherfuncties in biologische media hoger dan de esters (gevoelig aan esterasen), de verbindingen omvattende een ether functie hebben dus een verlengde werking wat deze verbindingen bijzonder voordelige verbindingen maakt. VOORBEELD 8: Meting van de bacteriostatische eigenschappen van een C12 sorbitaan ether op Gram-positieve bacteriënIn addition, the stability of the ether functions in biological media is higher than the esters (sensitive to esterases), so the compounds comprising an ether function have an extended effect, making these compounds particularly advantageous compounds. EXAMPLE 8: Measurement of the bacteriostatic properties of a C12 sorbitan ether on Gram-positive bacteria

De beste resultaten zijn waargenomen met verbindingen met een C12 alkylgroep, de proeven weren op een groter aantal Gram-positieve stammen uitgevoerd met een mengsel van sorbitaan ethers zoals verkregen volgens de voorgaande voorbeelden. - Bereiding van het entmateriaal:The best results have been observed with compounds having a C12 alkyl group, the tests were carried out on a larger number of Gram-positive strains carried out with a mixture of sorbitan ethers as obtained according to the preceding examples. - Preparation of the seeding material:

De bestudeerde culturen, vers geïsoleerd (na incubatie op een bloedagar bij 37 °C gedurende 18 uur), werden opgenomen in steriel water (10 ml) tot een suspensie van 0,5 Mac Farland (Mc) werd bekomen volgens 1 à 2 x 108 KVE (bacteriën)/cm3. De bacteriële suspensie werd vervolgens verdund om een eindconcentratie te bekomen van 1 x 106 KVE/cm3. - Bereiding van de multiwell platen voor het lezen van de MRC:The cultures studied, freshly isolated (after incubation on a blood agar at 37 ° C for 18 hours), were taken up in sterile water (10 ml) until a suspension of 0.5 Mac Farland (Mc) was obtained according to 1 to 2 x 108 CFU (bacteria) / cm3. The bacterial suspension was then diluted to obtain a final concentration of 1 x 10 6 CFU / cm 3. - Preparation of the multiwell plates for reading the MRC:

Elke well bevat een identieke hoeveelheid Mueller-Hinton medium (rijk medium voor het kweken van bacteriën) en bacterie van 0,5 x 106 KVE/cm3 finaal.Each well contains an identical amount of Mueller-Hinton medium (rich medium for growing bacteria) and bacteria of 0.5 x 10 6 CFU / cm3 final.

De van belang zijnde te testen verbindingen werden opgelost in ethanol of DMSO bij 25 mg/ml alvorens te worden verdund tot verschillende concentraties van twee aan twee. Op de multiwell plaat, werd een eerste reeks voorzien omvattende het kweekmedium zonder de van belang zijnde te testen verbinding. Het correspondeert met de groeicontrole (controle wells). Deze indicatoren dienen als referentie voor de vergelijking van bacteriegroei met die van de volgende wells omvatten verschillende concentraties van de van belang zijnde te testen verbinding. De tweede reeks van wells omvat de voorraadoplossing van de van belang zijnde te testen verbinding voor een concentratie in de well van 256 mg/L (7 mM). Elke reeks van wells werd verdund twee aan twee tot de laatste reeks tot een uiteindelijke concentratie van 0,25 mg/L (0,0007 mM). Elke concentratie wordt gerepliceerd binnen dezelfde plaat. De plaat wordt geïncubeerd 18 uur bij 37 °C. Het lezen na incubatie toont een afwijking van de controleputjes (indicatie van bacteriegroei). In het geval van antibacteriële activiteit, wordt de bacteriegroei geremd wat zich vertaalt in het gebrek aan optreden van afwijking of bacteriële pellet.The compounds of interest to be tested were dissolved in ethanol or DMSO at 25 mg / ml before being diluted to different concentrations two to two. On the multiwell plate, a first series was provided comprising the culture medium without the compound of interest to be tested. It corresponds to the growth control (control wells). These indicators serve as a reference for comparing bacterial growth with those of the following wells comprising different concentrations of the compound of interest to be tested. The second set of wells comprises the stock solution of the compound of interest to be tested for a concentration in the well of 256 mg / L (7 mM). Each series of wells was diluted two by two to the final series to a final concentration of 0.25 mg / L (0.0007 mM). Each concentration is replicated within the same plate. The plate is incubated for 18 hours at 37 ° C. Reading after incubation shows a deviation from the control wells (indication of bacterial growth). In the case of antibacterial activity, bacterial growth is inhibited which translates into the lack of occurrence of abnormality or bacterial pellet.

De minimale remmende groei (MRG) werd uitgevoerd op bacteriële Gram-positieve stammen, volgens de aanbevelingen van de "Clinical Laboratory Standards Institute” (Clinical-Laboratory-Standards-Institute, 6th ed. Approved standard M100-S17. CLSI, Wayne, PA, 2007). De klinische stammen werden geïsoleerd in het ziekenhuis van Lyon.The minimal inhibitory growth (MRG) was performed on bacterial Gram-positive strains, according to the recommendations of the "Clinical Laboratory Standards Institute" (Clinical-Laboratory-Standards-Institute, 6th ed. Approved standard M100-S17. CLSI, Wayne, PA , 2007) The clinical strains were isolated at the Lyon hospital.

De Gram-positieve bestudeerde bacteriën zijn de volgende: - Staphylocoques S. aureus. ATCC®29213™, ATCC 25923,The Gram-positive bacteria studied are the following: - Staphylocoques S. aureus. ATCC®29213 ™, ATCC 25923,

Stammen van Staphylocoques S. aureus resistent aan methicilline (Lac-Deleo USA 300), (MU 3), (HT 2004-0012), LY 199-0053, (HT 2002-0417), (HT 2006-1004),Strains of Staphylocoques S. aureus resistant to methicillin (Lac-Deleo USA 300), (MU 3), (HT 2004-0012), LY 199-0053, (HT 2002-0417), (HT 2006-1004),

Stammen van Staphylocoques S. aureus resistent aan daptomycine (ST 2015-0188), (ST 2014 1288). - Enterokokken: E. faecalis (ATCC® 29212™), klinische enterokokken stammen £. faecalis geïsoleerd uit urine: De stam 015206179901 (hierna 9901), De stam 015205261801 (hierna 1801) - Enterokokken: E. faecium (CIP 103510), klinische enterokokken stammen E. faecium : Van A 0151850763 (hierna Van A) ; de stam 015 205731401 (hierna 1401), - Listeria: L. monocytogenes (CIP 103575), klinische stammen geïsoleerd uit bloedcultuur (015189074801, LM1), stam geïsoleerd uit de cerobrospinale vloeistof (015170199001, LM2), klinische stam geïsoleerd uit bloedcultuur (015181840701, LM3).Strains of Staphylocoques S. aureus resistant to daptomycin (ST 2015-0188), (ST 2014 1288). - Enterococci: E. faecalis (ATCC® 29212 ™), clinical enterococci strains £. faecalis isolated from urine: The strain 015206179901 (hereinafter 9901), The strain 015205261801 (hereinafter 1801) - Enterococci: E. faecium (CIP 103510), clinical enterococci strains E. faecium: Van A 0151850763 (hereinafter Van A); the strain 015 205731401 (hereafter 1401), - Listeria: L. monocytogenes (CIP 103575), clinical strains isolated from blood culture (015189074801, LM1), strain isolated from the cerobrospinal fluid (015170199001, LM2), clinical strain isolated from blood culture (015181840701 , LM3).

Bereiding van het entmateriaal:Preparation of the inoculum:

De bestudeerde culturen, vers geïsoleerde (na incubatie op bloedagar bij 37 °C gedurende 18 uur) werden uitgezet in steriel water (10 ml) tot een suspensie van 0,5 Mac Farland (Mc) verkregen werd met 108 KVE (bacteriën)/cm3. De bacteriële suspensie werd vervolgens verdund om een eindconcentratie van 106 KVE/cm3 te verkrijgen. - Resultaten van de stammen van het Staphylokokken genusThe cultures studied, freshly isolated (after incubation on blood agar at 37 ° C for 18 hours) were seeded in sterile water (10 ml) until a suspension of 0.5 Mac Farland (Mc) was obtained with 108 CFU (bacteria) / cm3 . The bacterial suspension was then diluted to obtain a final concentration of 10 6 CFU / cm 3. - Results of the strains of the Staphylokoccus genus

Tabel 5. Antimicrobiële resultaten voor een sorbitaan ether op verschillende stammen van Staphylococcus Aureus: minimale remmende concentratie (MRC) in mg/L.Table 5. Antimicrobial results for a sorbitan ether on different strains of Staphylococcus Aureus: minimum inhibitory concentration (MRC) in mg / L.

Volgens de waarneming van 96-well microplaten, de C12 sorbitaan ether (C12-Eth-Sorb) is actief tegen de geteste stammen van stafylokokken (32 <MIC <64 mg/l). - Resultaten voor de stammen van het genus van des EnterokokkenAccording to the observation of 96-well microplates, the C12 sorbitan ether (C12-Eth-Sorb) is active against the strains tested for staphylococci (32 <MIC <64 mg / l). - Results for the strains of the genus of des Enterococci

Tabel 6. Antimicrobiële resultaten voor sorbitaan ether op verschillende stammen van enterokokken. Minimale remmende concentratie (MRC) in mg/lTable 6. Antimicrobial results for sorbitan ether on different strains of enterococci. Minimum inhibitory concentration (MRC) in mg / l

We observeren een goede antibacteriële activiteit van C12 sorbitaan ether voor alle geteste stammen van enterokokken 8 <MIC <16 mg/L. - Resultaten voor de stammen van het genus ListeriaWe observe good antibacterial activity of C12 sorbitan ether for all strains of enterococci 8 <MIC <16 mg / L tested. - Results for the strains of the genus Listeria

Tabel 7. Antimicrobiële resultaten voor een sorbitaan ether van verschillende stammen van Listeria minimale remmende concentratie (MRC) in mg/L.Table 7. Antimicrobial results for a sorbitan ether from different strains of Listeria minimal inhibitory concentration (MRC) in mg / L.

Men observeert een goede antibacteriële activiteit van C12 sorbitaan ether op alle geteste Listeria stammen 16 <MIC <32 mg/L.Good antibacterial activity of C12 sorbitan ether was observed on all Listeria strains 16 <MIC <32 mg / L tested.

Claims (18)

ConclusiesConclusions 1. Het gebruik van een bactéricide of bacteriostatische samenstelling, met het kenmerk dat deze een alkyl acetaal of een hexitaan alkylether omvat bij voorkeur arlitaan sorbitaan of mannitaan sorbitaan waarbij de alkylgroep tussen 11 tot 18 koolstofatomen omvat, een farmaceutisch aanvaardbaar zout, een isomeer of een mengsel van isomeren daarvan, bij voorkeur is de alkyl acetyl radicaal of alkylether radicaal in positie 2-O, 3-O, 5-O- en/of 6-O-, de isomeren worden bij voorkeur gekozen uit de regio-isomeren en/of diastereomeren.The use of a bactericidal or bacteriostatic composition, characterized in that it comprises an alkyl acetal or a hexitane alkyl ether, preferably arlitane sorbitan or mannitan sorbitane wherein the alkyl group comprises between 11 to 18 carbon atoms, a pharmaceutically acceptable salt, an isomer or an mixture of isomers thereof, preferably the alkyl is acetyl radical or alkyl ether radical in position 2-O, 3-O, 5-O- and / or 6-O-, the isomers are preferably selected from the regioisomers and / or diastereomers. 2. Gebruik volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de alkylgroep tussen 11 tot 13 koolstofatomen omvat.Use according to claim 1, characterized in that the alkyl group comprises between 11 to 13 carbon atoms. 3. Gebruik volgens één van de conclusies 1 en 2, met het kenmerk dat het alkyl acetaal radicaal in positie 2,3-O-; 3,5-O- of 5,6-O- is of het alkylether radicaal in positie 2-O, 3-O, 5-O- of 6-O- is.Use according to one of claims 1 and 2, characterized in that the alkyl acetal radical in position 2,3-O-; Is 3,5-O- or 5,6-O- or the alkyl ether is radical in position 2-O, 3-O, 5-O- or 6-O-. 4. Gebruik volgens één van de conclusies 1 tot 3, met het kenmerk dat het bactericide of bacteriostatisch is ten opzichte van Gram-positieve bacteriën.Use according to any of claims 1 to 3, characterized in that it is bactericidal or bacteriostatic relative to Gram-positive bacteria. 5. Gebruik volgens conclusie 4 met het kenmerk dat de Gram-positieve bacteriën bacteriën zijn van de stam van Firmicutes, typisch van de Bacilli klasse met name gekozen uit bacteriën van de orde van Lactobacillales of Bacillales.Use according to claim 4, characterized in that the Gram-positive bacteria are bacteria of the Firmicutes strain, typically of the Bacilli class, in particular selected from bacteria of the order of Lactobacillales or Bacillales. 6. Gebruik volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de Gram-positieve bacteriën bacteriën zijn van de orde van Bacillales gekozen uit de familie van Alicyclobacillaceae, Bacillaceae, Caryophanaceae, listeriaceae, Paenibacillaceae, Pasteuriaceae, Planococcaceae, Sporolactobacillaceae, Staphylococcaceae, Thermoactinomycetacea en Turicibacteraceae.The use according to claim 5, characterized in that the Gram-positive bacteria are bacteria of the order of Bacillales selected from the family of Alicyclobacillaceae, Bacillaceae, Caryophanaceae, listeriaceae, Paenibacillaceae, Pasteuriaceae, Planococcaceae, Sporolactobacillaceae, Staphylococacaceaceacicacaceaceacicacaceaceacicacaceaceacaceaceacaceacea 7. Gebruik volgens één van de conclusies 5 en 6, met het kenmerk dat de Gram-positieve bacteriën bacteriën zijn van de familie van listeriaceae zoals een bacterie van het genus van Brochothrix of Listeria typisch gekozen uit L. fleischmannii, L. grayi, L. innocua, L. ivanovii marthii, L. monocytogenes, L. rocourtiae, L. seeligeri, L. weihenstephanensis en L. welshimeri.Use according to any of claims 5 and 6, characterized in that the Gram-positive bacteria are bacteria of the family of listeriaceae such as a bacterium of the genus of Brochothrix or Listeria typically selected from L. fleischmannii, L. grayi, L innocua, L. ivanovii marthii, L. monocytogenes, L. rocourtiae, L. seeligeri, L. weihenstephanensis and L. welshimeri. 8. Gebruik volgens één van de conclusies 5 en 6 met het kenmerk dat de Gram-positieve bacteriën bacteriën zijn van de familie van Staphylococcaceae gekozen uit bacteriën van het genus van Staphylococcus, Gemella, Jeotgalicoccus, Macrococcus, Salinicoccus en Nosocomiicoccus.Use according to any of claims 5 and 6, characterized in that the Gram-positive bacteria are bacteria from the family of Staphylococcaceae selected from bacteria of the genus of Staphylococcus, Gemella, Jeotgalicoccus, Macrococcus, Salinicoccus and Nosocomiicoccus. 9. Gebruik volgens conclusie 8, met het kenmerk dat de Gram-positieve bacteriën bacteriën zijn van het genus van Staphylococcus gekozen uit S. arlettae, S. agnetis, S. aureus, S. auricularis, S. capitis, S. caprae, S. carnosus, S. caseolyticus, S. chromogenes, S. cohnii, S. condimenti, S. delphini, S. devriesei, S. epidermidis, S. equorum, S. felis, S. fleurettii, S. gallinarum, S. haemolyticus, S. hominis, S. hyicus, S. intermedius, S. kloosii, S. leei, S. lentus, S. lugdunensis, S. lutrae, S. massiliensis, S. microti, S. muscae, S. nepalensis, S. pasteuri, S. pettenkoferi, S. piscifermentans, S. pseudintermedius, S. pseudolugdunensis, S. pulvereri, S. rostri, S. saccharolyticus, S. saprophyticus, S. schleiferi, S. sciuri, S. simiae, S. simulans, S. stepanovicii, S. succinus, S. vitulinus, S. warneri en S. xylosus.Use according to claim 8, characterized in that the Gram-positive bacteria are bacteria of the genus of Staphylococcus selected from S. arlettae, S. agnetis, S. aureus, S. auricularis, S. capitis, S. caprae, S carnosus, S. caseolyticus, S. chromogenes, S. cohnii, S. condimenti, S. delphini, S. devriesei, S. epidermidis, S. equorum, S. felis, S. fleurettii, S. gallinarum, S. haemolyticus , S. hominis, S. hyicus, S. intermedius, S. kloosii, S. leei, S. lentus, S. lugdunensis, S. lutrae, S. massiliensis, S. microti, S. muscae, S. nepalensis, S pasteuri, S. pettenkoferi, S. piscifermentans, S. pseudintermedius, S. pseudolugdunensis, S. pulvereri, S. rostri, S. saccharolyticus, S. saprophyticus, S. schleiferi, S. sciuri, S. simiae, S. simulans , S. stepanovicii, S. succinus, S. vitulinus, S. warneri and S. xylosus. 10. Gebruik volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de Gram-positieve bacteriën Lactobacillales zijn gekozen uit een familie van Aerococcaceae, Carnobacteriaceae, Enterococcaceae, Lactobacillaceae, Leuconostocaceae en Streptococcaceae.Use according to claim 5, characterized in that the Gram-positive bacteria Lactobacillales are selected from a family of Aerococcaceae, Carnobacteriaceae, Enterococcaceae, Lactobacillaceae, Leuconostocaceae and Streptococcaceae. 11. Gebruik volgens conclusie 10, met het kenmerk dat de Gram-positieve bacteriën bacteriën zijn van de familie van Enterococcaceae gekozen uit bacteriën van het genus van Bavariicoccus, Catellicoccus, Enterococcus, Melissococcus, Pilibacter, Tetragenococcus, Vagococcus.Use according to claim 10, characterized in that the Gram-positive bacteria are bacteria from the family of Enterococcaceae selected from bacteria of the genus of Bavariicoccus, Catellicoccus, Enterococcus, Melissococcus, Pilibacter, Tetragenococcus, Vagococcus. 12. Gebruik volgens conclusie 11, met het kenmerk dat de Gram-positieve bacteriën bacteriën zijn van het genus van Enterococcus gekozen uit E. malodoratus, E. avium, E. durans, E. faecalis, E. faecium, E. gallinarum, E. hirae, E. solitarius, bij voorkeur, E. avium, E. durans, E. faecalis en E. faecium.Use according to claim 11, characterized in that the Gram-positive bacteria are bacteria of the genus of Enterococcus selected from E. malodoratus, E. avium, E. durans, E. faecalis, E. faecium, E. gallinarum, E hirae, E. solitarius, preferably, E. avium, E. durans, E. faecalis and E. faecium. 13. Gebruik volgens één van de conclusies 1 tot 12, met het kenmerk dat de genoemde samenstelling is opgenomen in een voedingsmiddel, cosmeticamiddel, geneesmiddel, fytosanitair middel, veterinair middel of oppervlaktebehandelingsmiddel.Use according to any of claims 1 to 12, characterized in that said composition is included in a food, cosmetic, drug, phytosanitary, veterinary or surface treatment agent. 14. Samenstelling met het kenmerk dat deze een alkyl acetaal of een hexitaan alkylether omvat bij voorkeur arlitaan sorbitaan of mannitaan sorbitaan waarbij de alkylgroep tussen 11 tot 18 koolstofatomen omvat, een farmaceutisch aanvaardbaar zout, een isomeer of een mengsel van isomeren daarvan, bij voorkeur is de alkyl acetyl radicaal of alkylether radicaal in positie 2-O, 3-O, 5-O-en/of 6-O-, de isomeren worden bij voorkeur gekozen uit de regio-isomeren en/of diastereomeren, voor zijn gebruik als hygiëne of dermatologisch product voor uitwendig gebruik.A composition characterized in that it comprises an alkyl acetal or a hexitane alkyl ether, preferably arlitane sorbitan or mannitan sorbitane wherein the alkyl group comprises between 11 to 18 carbon atoms, a pharmaceutically acceptable salt, an isomer or a mixture of isomers thereof, preferably the alkyl acetyl radical or alkyl ether radical in position 2-O, 3-O, 5-O and / or 6-O-, the isomers are preferably selected from the regioisomers and / or diastereomers, for its use as hygiene or dermatological product for external use. 15. Samenstelling met het kenmerk dat deze een alkyl acetaal of een hexitaan alkylether omvat bij voorkeur arlitaan sorbitaan of mannitaan sorbitaan waarbij de alkylgroep tussen 11 tot 18 koolstofatomen omvat, een farmaceutisch aanvaardbaar zout, een isomeer of een mengsel van isomeren daarvan, bij voorkeur is de alkyl acetyl radicaal of alkylether radicaal in positie 2-O, 3-O, 5-O-en/of 6-O-, de isomeren worden bij voorkeur gekozen uit de regio-isomeren en/of diastereomeren, voor gebruik bij de desinfectie, reiniging, sterilisatie of zuivering van oppervlakken.A composition characterized in that it comprises an alkyl acetal or a hexitane alkyl ether, preferably arlitane sorbitan or mannitan sorbitane wherein the alkyl group comprises between 11 to 18 carbon atoms, a pharmaceutically acceptable salt, an isomer or a mixture of isomers thereof, is preferably the alkyl acetyl radical or alkyl ether radical in position 2-O, 3-O, 5-O and / or 6-O-, the isomers are preferably selected from the regioisomers and / or diastereomers, for use in disinfection , cleaning, sterilization or purification of surfaces. 16. Samenstelling met het kenmerk dat deze een alkyl acetaal of een hexitaan alkylether omvat bij voorkeur arlitaan sorbitaan of mannitaan sorbitaan waarbij de alkylgroep tussen 11 tot 18 koolstofatomen omvat, een farmaceutisch aanvaardbaar zout, een isomeer of een mengsel van isomeren daarvan, bij voorkeur is de alkyl acetyl radicaal of alkylether radicaal in positie 2-O, 3-O, 5-O-en/of 6-O-, de isomeren worden bij voorkeur gekozen uit de regio-isomeren en/of diastereomeren, voor een toepassing bij de behandeling of preventie van bacteriële infecties door Gram-positieve bacteriën.A composition characterized in that it comprises an alkyl acetal or a hexitane alkyl ether, preferably arlitane sorbitan or mannitan sorbitane wherein the alkyl group comprises between 11 to 18 carbon atoms, a pharmaceutically acceptable salt, an isomer or a mixture of isomers thereof, preferably the alkyl acetyl radical or alkyl ether radical in position 2-O, 3-O, 5-O and / or 6-O-, the isomers are preferably selected from the regioisomers and / or diastereomers, for use in the treatment or prevention of bacterial infections by Gram-positive bacteria. 17. Samenstelling volgens conclusie 16, waarbij de infectie met Gram-positieve bacteriën een infectie is van de huid of de slijmvliezen, bij voorkeur een infectie gekozen uit een folliculitis, een abces, paronychia, een steenpuist, baardschurft, een interdigitale infectie, een anthrax (anthrax staphylococcique), cellulitis, een secundaire infectie van wonden, een otitis sinusitis, een hydradenitis, een besmettelijke mastitis, een post-traumatische huidinfectie en een infectie van de verbrande huid.The composition of claim 16, wherein the infection with Gram-positive bacteria is an infection of the skin or mucous membranes, preferably an infection selected from a folliculitis, an abscess, paronychia, a boil, beard scabies, an interdigital infection, an anthrax (anthrax staphylococcique), cellulite, a secondary infection of wounds, a sinusitis otitis, a hydradenitis, a contagious mastitis, a post-traumatic skin infection and a burned skin infection. 18. Werkwijze voor het desinfecteren of voorkomen van bacteriële kolonisatie door Gram-positieve bacteriën van een substraat omvattende het in contact brengen van het substraat met een samenstelling omvattende een alkyl acetaal of een hexitaan alkylether bij voorkeur arlitaan sorbitaan of mannitaan sorbitaan waarbij de alkylgroep tussen 11 tot 18 koolstofatomen omvat, een farmaceutisch aanvaardbaar zout, een isomeer of een mengsel van isomeren daarvan, bij voorkeur is de alkyl acetyl radicaal of alkylether radicaal in positie 2-O, 3-O, 5-O-en/of 6-O-, de isomeren worden bij voorkeur gekozen uit de regio-isomeren en/of diastereomeren.A method for disinfecting or preventing bacterial colonization by Gram-positive bacteria of a substrate comprising contacting the substrate with a composition comprising an alkyl acetal or a hexitane alkyl ether, preferably arlitane sorbitan or mannitan sorbitane wherein the alkyl group is between 11 up to 18 carbon atoms, a pharmaceutically acceptable salt, an isomer or a mixture of isomers thereof, preferably the alkyl is acetyl radical or alkyl ether radical in position 2-O, 3-O, 5-O- and / or 6-O- the isomers are preferably selected from the regioisomers and / or diastereomers.
BE2015/5831 2014-12-17 2015-12-17 Antibacterial composition comprising an acetal or a long chain alkyl hexane ether BE1023165B1 (en)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
FR1402894 2014-12-17

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1023165B1 true BE1023165B1 (en) 2016-12-07

Family

ID=

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1023165A1 (en) Antibacterial composition comprising an acetal or a long chain alkyl hexane ether
BE1023234B1 (en) Antibacterial composition comprising an isomeric mixture of mono-ethers or mono-alkyl acetals of monosaccharides
BE1023165B1 (en) Antibacterial composition comprising an acetal or a long chain alkyl hexane ether
BE1023858B1 (en) ANTIBACTERIAL COMPOSITION CONTAINING A MONO-ETHER OR MONO-ACETAL OF ALKYLESOXYHEXOSE
US20060100291A1 (en) Antibacterial compounds
US10653664B2 (en) Antibacterial compositions of mono-alkyl ethers of monoanhydro-hexitols and antibacterial methods using of the same
JP7153969B1 (en) antibacterial agent
RU2259369C2 (en) 5-aryl-1-phenyl-4-heteroyl-3-hydroxy-3-pyrroline-2-ones eliciting antibacterial activity
JP2011006346A (en) Antibacterial agent
Veeramanikandan et al. Synthesis and biological applications of (E)-4-Methoxy-N′-(2, 3, 4-trimethoxybenzylidene) benzohydrazide monohydrate
UA89570C2 (en) 1-[4-(1-adamantyl-phenoxy]-3-(n-benzene,n-dimethylamino)-2-propanol chloride