BE1021743B1

BE1021743B1 - FLOORING AND MANUFACTURING METHOD

Info

Publication number: BE1021743B1
Application number: BE2013/0824A
Authority: BE
Original assignee: Unilin Bvba
Priority date: 2013-12-10
Filing date: 2013-12-10
Publication date: 2016-01-14
Also published as: PL2883712T3; PT2883712T; EP2883712B1; EP2883712A1

Abstract

Vloerbekleding met minstens een substraatlaag (9A), een decorlaag (7) en een transparante slijtlaag (6), waarbij in voornoemde slijtlaag (6) een reliëf is gerealiseerd, waarbij dit reliëf uitsparingen (24) omvat, daardoor gekenmerkt dat voornoemde transparante slijtlaag (6) minstens twee laklagen (25-26) omvat, namelijk een eerste laklaag (25) die zich minstens op de bodem van minstens één van voornoemde uitsparingen (24) bevindt, en een tweede laklaag (26) die onderbroken is ter plaatse van de betreffende uitsparing (24). De uitvinding omvat verder nog een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke vloerbekleding.Floor covering with at least a substrate layer (9A), a decor layer (7) and a transparent wear layer (6), wherein a relief is realized in said wear layer (6), this relief comprising recesses (24), characterized in that said transparent wear layer ( 6) comprises at least two lacquer layers (25-26), namely a first lacquer layer (25) located at least on the bottom of at least one of the aforementioned recesses (24), and a second lacquer layer (26) which is interrupted at the location of the respective recess (24). The invention further comprises a method for manufacturing such a floor covering.

Description

Vloerbekleding en werkwijze voor het vervaardigen van een vloerbekleding.Floor covering and method for manufacturing a floor covering.

Deze uitvinding heeft betrekking op een vloerbekleding en een werkwijze voor het vervaardigen van een vloerbekleding.This invention relates to a floor covering and a method for manufacturing a floor covering.

Meer speciaal heeft de uitvinding betrekking op een vloerbekleding met minstens een substraatlaag, een decorlaag en een doorschijnende of doorzichtige slijtlaag omvatten, De uitvinding is bijzonder interessant om te worden toegepast bij vloerbekledingen waarbij minstens voornoemde substraatlaag en voornoemde transparante slijtlaag thermoplastisch kunststofmateriaal omvatten.More specifically, the invention relates to a floor covering comprising at least one substrate layer, a decorative layer and a transparent or transparent wear layer. The invention is particularly interesting for use in floor coverings in which at least said substrate layer and said transparent wear layer comprise thermoplastic plastic material.

Dergelijke vloerbekledingen zijn op zich reeds ruim gekend. Het kan bijvoorbeeld gaan om zogenaamde vinyl tegels, of om zogenaamd LVT (luxe vinyl tegels), of om kamerbrede bekledingen. In voomoemde gevallen betreft het thermoplastisch materiaal zogenaamd zacht PVC (Polyvinylchloride), of PVC dat een aandeel weekmakers bevat, bijvoorbeeld van 5 tot 20 gewichtspercent, of zelfs tot 35 gewichtspercent of meer. De decorlaag betreft hierbij een bedrukking, waarvan het decor een weergave kan vormen van een hout of steen patroon of eender welk ander patroon, zoals een fantasiepatroon. Aan het oppervlak van het paneel, namelijk in de voomoemde slijtlaag kan een reliëf of structuur zijn voorzien, zoals respectievelijk een hout- of steenstructuur. De thermoplastische natuur van de transparante slijtlaag van dergelijke panelen leidt tot problemen bij het structureren ervan en zonder bijzondere maatregelen laat de tot nog toe bereikbare scherpte en glansverschillen van de structuur te wensen over. Het gebrek aan onderscheid in glansgraad levert een artificieel aandoend uitzicht van de vloerbekleding op.Such floor coverings are already widely known. It may, for example, be so-called vinyl tiles, or so-called LVT (luxury vinyl tiles), or room-wide coverings. In the aforementioned cases, the thermoplastic material is so-called soft PVC (polyvinyl chloride), or PVC containing a proportion of plasticizers, for example from 5 to 20 weight percent, or even up to 35 weight percent or more. The decorative layer here is a print, the decor of which can form a representation of a wood or stone pattern or any other pattern, such as a fantasy pattern. At the surface of the panel, namely in the aforementioned wear layer, a relief or structure can be provided, such as a wood or stone structure, respectively. The thermoplastic nature of the transparent wear layer of such panels leads to problems in structuring them and without special measures the sharpness and gloss differences of the structure that have hitherto been achieved leave something to be desired. The lack of distinction in gloss level results in an artificial-looking appearance of the floor covering.

Het US 2003/138,617 beschrijft een werkwijze waarbij een chemische techniek wordt aangewend voor het structuren van een kamerbrede vloerbekleding. Hierbij resulteert een selectief opschuimen van thermoplastisch materiaal in een reliëf aan het oppervlak van de vloerbekleding. Deze techniek kan gecombineerd worden met mechanische indrukkingen gerealiseerd aan de hand van een gestructureerde wals. Reliëf gerealiseerd aan de hand van een chemische techniek is ongecontroleerd en mist scherpte, bovendien levert de techniek geen oplossing voor het verwezenlijken van structuurgedeelten met onderling verschillende glans.US 2003 / 138,617 describes a method in which a chemical technique is used to structure a room-wide floor covering. A selective foaming of thermoplastic material results in a relief on the surface of the floor covering. This technique can be combined with mechanical impressions realized on the basis of a structured roller. Relief realized by means of a chemical technique is uncontrolled and lacks sharpness, moreover the technique does not provide a solution for the realization of structural parts with mutually different gloss.

Uit het EP 1 938 963 Al is het gekend een UV uitgeharde laklaag toe te passen op het oppervlak van soepele vloerpanelen. Uit het EP2 154 184A1 is het gekend een Excimeer uitgeharde laklaag toe te passen op het oppervlak van dergelijke vloerbekledingen. Aan de hand van dit laatste procédé kunnen matte afwerkingslagen worden bereikt. Ook deze technieken bieden geen oplossing voor het verwezenlijken van structuurgedeelten met onderling verschillende glans.From EP 1 938 963 A1 it is known to use a UV-cured lacquer layer on the surface of flexible floor panels. From EP2 154 184A1 it is known to use an Excimer-cured lacquer layer on the surface of such floor coverings. Matt finish layers can be achieved using this last process. These techniques also do not offer a solution for the realization of structural sections with mutually different gloss.

Uit het EP 2 123 476 Al zijn verschillende technieken bekend om in het oppervlak van laminaatvloerpanelen een houtstructuur te realiseren met verschillende glansgraden. Deze technieken zijn niet toereikend voor andere typen vloerpanelen, zoals voor soepele vloerpanelen.Various techniques are known from EP 2 123 476 A1 to realize a wood structure with different gloss levels in the surface of laminate floor panels. These techniques are not sufficient for other types of floor panels, such as for flexible floor panels.

De huidige uitvinding beoogt in de eerste plaats vloerbekledingen met een alternatieve opbouw, zodanig dat nieuwe mogelijkheden ontstaan voor de visuele aspecten van het oppervlak, zoals voor het reliëf, en/of voor de fysische eigenschappen van de vloerbekleding of panelen.The present invention primarily aims at floor coverings with an alternative construction, such that new possibilities arise for the visual aspects of the surface, such as for the relief, and / or for the physical properties of the floor covering or panels.

Hiertoe betreft de uitvinding een vloerbekleding met minstens een substraatlaag, een decorlaag en een transparante slijtlaag, waarbij in voomoemde slijtlaag een reliëf is gerealiseerd, waarbij dit reliëf uitsparingen omvat, met als kenmerk dat voomoemde transparante slijtlaag minstens twee laklagen omvat, namelijk een eerste laklaag die zich minstens op de bodem van voomoemde uitsparing bevindt, en een tweede laklaag die onderbroken is ter plaatse van de betreffende uitsparing. De uitvinding laat zo toe afzonderlijke eigenschappen te bekomen in de dieper liggende reliëfgedeelten of uitsparingen, waar de eerste laklaag aanwezig is, en gedeelten aan het eigenlijke oppervlak van het vloerpaneel, waar de tweede laklaag aanwezig is.To this end, the invention relates to a floor covering with at least one substrate layer, a decorative layer and a transparent wear layer, wherein a relief is realized in said wear layer, said relief comprising recesses, characterized in that said transparent wear layer comprises at least two lacquer layers, namely a first lacquer layer which is at least on the bottom of the above-mentioned recess, and a second layer of lacquer that is interrupted at the location of the relevant recess. The invention thus allows individual properties to be obtained in the deeper lying relief portions or recesses, where the first lacquer layer is present, and portions on the actual surface of the floor panel, where the second lacquer layer is present.

Bij voorkeur strekt de voomoemde eerste laklaag zich continu uit over hoofdzakelijk het volledige vloeroppervlak en/of strekt de voomoemde tweede laklaag zich uit over de gedeelten van het vloeroppervlak die zich tussen de voomoemde uitsparingen bevinden. Het is duidelijk dat beide laklagen zich, volgens deze voorkeurdragende uitvoeringsvorm, op elkaar kunnen bevinden over het grootste deel van het vloeroppervlak, en dat, de eerste laklaag louter ter plaatse van de uitsparingen aan het oppervlak kan komen.Preferably, the aforementioned first lacquer layer extends continuously over substantially the entire floor surface and / or the aforementioned second lacquer layer extends over the portions of the floor surface that are located between the aforementioned recesses. It is clear that, according to this preferred embodiment, both lacquer layers can be on top of each other over the majority of the floor surface, and that the first lacquer layer can only come to the surface at the recesses.

Bij voorkeur vertoont de vloerbekleding van de uitvinding een verschil in glansgraad tussen de dieper liggende reliëfgedeelten en het eigenlijke oppervlak van de vloerbekleding. Dergelijk verschil in glansgraad is dan volgens de uitvinding bekomen doordat de eerste en tweede laklaag met een verschil in glansgraad zijn uitgevoerd. Bij voorkeur betreft het verschil in glansgraad minstens een verschil van 6 of beter nog minstens 10 punten gemeten volgens DIN 67530. Bij voorkeur is het verschil zodanig dat de ene laklaag als mat wordt waargenomen, terwijl de andere als glanzend wordt waargenomen.The floor covering of the invention preferably has a difference in the degree of gloss between the deeper lying relief sections and the actual surface of the floor covering. Such a difference in the degree of gloss is then achieved according to the invention in that the first and second lacquer layer are designed with a difference in the degree of gloss. The difference in degree of gloss preferably relates to at least a difference of 6 or more preferably to at least 10 points measured according to DIN 67530. Preferably, the difference is such that one layer of lacquer is perceived as a mat, while the other is perceived as glossy.

Het is niet uitgesloten dat aan de hand van de uitvinding andere verschillen dan een verschil in glansgraad worden bereikt. Het eigenlijke oppervlak kan bijvoorbeeld slijtvast of krasvast zijn uitgevoerd door een geschikte keuze van het materiaal van de tweede laklaag of zijn additieven, terwijl de dieper liggende reliëfgedeelten minder slijt- of krasvast zijn, bijvoorbeeld doordat diezelfde additieven niet of minder beschikbaar zijn in de eerste laklaag. Een voorbeeld van additieven die een zekere krasvastheid kunnen leveren zijn aluminiumoxidepartikels.It is not excluded that with the aid of the invention other differences than a difference in gloss level are achieved. The actual surface may, for example, be made wear-resistant or scratch-resistant by a suitable choice of the material of the second lacquer layer or its additives, while the deeper-lying relief portions are less wear-resistant or scratch-resistant, for example because those same additives are not or less available in the first lacquer layer . An example of additives that can provide a certain scratch resistance are alumina articles.

De uitvinding is voornamelijk interessant wanneer het soepele vloerbekledingen betreft, bij voorkeur gebaseerd op Polyvinylchloride. Het is bij dergelijke vloerbekledingen dat het artificieel uitzicht kan worden beperkt aan de hand van het samenspel van de laklagen.The invention is especially interesting when it concerns flexible floor coverings, preferably based on polyvinyl chloride. It is with such floor coverings that the artificial appearance can be limited on the basis of the interplay of the lacquer layers.

Bij voorkeur bestaat de transparante slijtlaag in hoofdzaak uit een thermoplastische laag waarop minstens voornoemde twee laklagen zijn aangebracht. Bij voorkeur omvat voomoemde thermoplastische laag zacht Polyvinylchloride. Bij dit type thermoplastische lagen is het interessant de glansgraad of glansgraden te bestemmen door middel van afzonderlijke laklagen. Immers, de gestructureerde thermoplastische laag geeft soms blijk van ongewenste glansgraden die dan volgens de laklagen van de uitvinding op afdoende wijze worden geneutraliseerd.The transparent wear layer preferably consists essentially of a thermoplastic layer on which at least the aforementioned two lacquer layers are applied. Preferably, said thermoplastic layer comprises soft polyvinyl chloride. With this type of thermoplastic layers it is interesting to assign the degree of gloss or degree of gloss by means of separate lacquer layers. After all, the structured thermoplastic layer sometimes shows undesirable gloss levels which are then adequately neutralized according to the lacquer layers of the invention.

De vloerbekleding van de uitvinding kan uitgevoerd zijn als een kamerbrede bekleding of als meerdere soepele vloerpanelen die naast elkaar dienen te worden geïnstalleerd, bijvoorbeeld door deze aan de ondergrond vast te hechten, of door ze zwevend te installeren. Aan één of meerdere paren van tegenoverliggende randen kunnen zij voorzien zijn van koppelmiddelen die toelaten dat twee of meer van dergelijke panelen aan de betreffende randen aan elkaar gekoppeld kunnen worden. Het kan bijvoorbeeld gaan om vergrendelende tand en groefverbindingen, zoals beschreven in het WO 97/47834 of het EP 1 938 963.The floor covering of the invention can be designed as a room-wide covering or as a plurality of flexible floor panels to be installed next to each other, for example by attaching them to the substrate or by installing them floatingly. At one or more pairs of opposite edges they can be provided with coupling means that allow two or more of such panels to be coupled to each other at the relevant edges. It may for example be locking tongue and groove connections, such as described in WO 97/47834 or EP 1 938 963.

Bij voorkeur betreft de vloerbekleding van de uitvinding een vloerbekleding die een houten vloer imiteert. In dergelijk geval betreft het voomoemde reliëf bij voorkeur een imitatie van houtporen. Volgens de uitvinding kan dan een reliëf worden bereikt waarbij de dieper liggende poren glanzend zijn uitgevoerd, terwijl het eigenlijke oppervlak mat is uitgevoerd. Het omgekeerde is ook mogelijk. Zoals voomoemd bedraagt het glansverschil bij voorkeur 6 punten of meer, gemeten volgens DIN 67530. In het geval van een vloerbekleding bestaande uit meerdere soepele vloerpanelen, betreft elk vloerpaneel bij voorkeur de imitatie van één houten ééndelige plank.The floor covering of the invention preferably relates to a floor covering which imitates a wooden floor. In such a case, the aforementioned relief preferably concerns an imitation of wood traces. According to the invention, a relief can then be achieved in which the deeper-lying pores are glossy, while the actual surface is matt. The reverse is also possible. As mentioned above, the gloss difference is preferably 6 points or more, measured according to DIN 67530. In the case of a floor covering consisting of several flexible floor panels, each floor panel preferably relates to the imitation of one wooden one-piece board.

Het is duidelijk dat de eerste en de tweede laklaag dunner zijn uitgevoerd dan de eventuele overige lagen van de transparante slijtlaag. De totale dikte van de transparante slijtlaag bedraagt bij voorkeur minstens 0,15 of 0,2 millimeter, terwijl de dikte van de eerste laklaag, zowel als van de tweede laklaag 0,05 millimeter of minder bedraagt, of zelfs beter nog 0,025 millimeter of minder.It is clear that the first and the second lacquer layer are made thinner than the possible other layers of the transparent wear layer. The total thickness of the transparent wear layer is preferably at least 0.15 or 0.2 millimeter, while the thickness of the first lacquer layer, as well as the second lacquer layer, is 0.05 millimeter or less, or even better still 0.025 millimeter or less .

De uitvinding betreft verder nog een werkwijze die onder andere toelaat de vloerbekleding van de uitvinding te produceren. Hiertoe betreft de uitvinding verder nog een werkwijze voor het vervaardigen van een vloerbekleding, waarbij deze werkwijze de volgende stappen omvat: - de stap van het bereiden van een halfproduct met minstens een substraatlaag, een erop aangebrachte decorlaag en een transparante slijtlaag; - de stap van het structureren van de voomoemde slijtlaag en het aanbrengen en uitharden van een eerste laklaag; waarbij het structuren voor, na of tijdens het aanbrengen en/of uitharden van de eerste laklaag kan worden uitgevoerd; met als kenmerk dat de werkwijze verder nog de stap omvat van het aanbrengen en uitharden van een tweede laklaag, waarbij de eerste en tweede laklaag afzonderlijk en aan de hand van verschillende technieken worden uitgehard. Bij voorkeur betreft het gerichte technieken die telkens in hoofdzaak slechts één van beide laklagen uitharden.The invention further relates to a method which makes it possible, inter alia, to produce the floor covering of the invention. To this end the invention further relates to a method for manufacturing a floor covering, said method comprising the following steps: - the step of preparing a semi-finished product with at least one substrate layer, a decorative layer applied thereon and a transparent wear layer; - the step of structuring the aforementioned wear layer and applying and curing a first lacquer layer; wherein structures can be carried out before, after or during the application and / or curing of the first lacquer layer; characterized in that the method further comprises the step of applying and curing a second lacquer layer, wherein the first and second lacquer layer are cured separately and on the basis of various techniques. Preferably, these are targeted techniques that in each case essentially cure only one of the two lacquer layers.

Bij voorkeur betreffen de afzonderlijke technieken bestralingstechnieken aan de hand van verschillende golflengten, zodat telkens, gericht, slechts in hoofdzaak één van beide laklagen wordt uitgehard. Het spreekt voor zich dat hiertoe de laklagen van verschillende foto-initiatoren kunnen worden voorzien die actief worden bij de respectieve golflengte. Bij voorkeur wordt één van de voomoemde twee laklagen aan de hand van UV straling uitgehard, terwijl de andere van de voomoemde twee laklagen aan de hand van Excimeer straling wordt uitgehard. De laklaag die aan de hand van excimeerstraling wordt uitgehard kan dan bijvoorbeeld mat worden uitgevoerd, terwijl de andere laklaag glanzend wordt uitgevoerd. Het bekomen van een mat oppervlak aan de hand van een excimeer uitgeharde laklaag is op zich bekend uit het hoger nog vermelde EP 2 154 184 Al.The individual techniques preferably concern irradiation techniques on the basis of different wavelengths, so that in each case only one of the two layers of paint is cured in a targeted manner. It is obvious that for this purpose the lacquer layers can be provided with different photoinitiators which become active at the respective wavelength. Preferably one of the aforementioned two lacquer layers is cured on the basis of UV radiation, while the other of the aforementioned two lacquer layers is cured on the basis of Excimer radiation. The lacquer layer that is cured on the basis of excimer radiation can then, for example, be matted, while the other lacquer layer is glossy. The obtaining of a matte surface on the basis of an excimer-cured lacquer layer is known per se from the aforementioned EP 2 154 184 A1.

De tweede laklaag wordt bij voorkeur aangebracht op het halfproduct terwijl dit reeds van het relevante reliëf is voorzien, en terwijl de eerste laklaag zich al op het halfproduct bevindt. De eerste laklaag kan al dan niet reeds zijn uitgehard aan de hand van de relevante techniek.The second lacquer layer is preferably applied to the semi-finished product while it is already provided with the relevant relief, and while the first lacquer layer is already present on the semi-finished product. The first lacquer layer may or may not already have been cured on the basis of the relevant technique.

Voor het bekomen van een houtstructuur met een mat oppervlak en glanzende poriën kan specifiek als volgt te werk worden gegaan: - bereiden van een halfproduct met minstens een substraatlaag, een erop aangebrachte decorlaag en een transparante slijtlaag: structuren van de transparante slijtlaag aanbrengen van de eerste laklaag en uitharden van de eerste laklaag aan de hand van UV straling. De aangewende aanbrengtechniek en/of lak wordt zo gekozen dat de eerste laklaag ook aanwezig is in de diepere structuurgedeelten. Hiertoe kan gekozen worden voor een walsapplicatie met zachte walsen en/of een laklaag met een relatief lage viscositeit. - aanbrengen van de tweede laklaag en uitharden van de tweede laklaag aan de hand van excimeerstraling. De aangewende aanbrengtechniek en/of lak wordt zo gekozen dat de tweede laklaag ontbreekt in de diepere structuurgedeelten. Hiertoe kan gekozen worden voor een walsapplicatie met harde walsen en/of een laklaag met een relatief hogere viscositeitTo obtain a wood structure with a matt surface and glossy pores, the following can be done specifically: - preparation of a semi-finished product with at least one substrate layer, a decorative layer applied thereon and a transparent wear layer: applying structures of the transparent wear layer to the first coating and curing of the first coating on the basis of UV radiation. The applied application technique and / or lacquer is chosen such that the first lacquer layer is also present in the deeper structural sections. For this purpose, a roller application with soft rollers and / or a lacquer layer with a relatively low viscosity can be chosen. - applying the second lacquer layer and curing the second lacquer layer on the basis of excimer radiation. The applied application technique and / or lacquer is chosen such that the second lacquer layer is missing in the deeper structural sections. For this purpose, a roller application with hard rollers and / or a lacquer layer with a relatively higher viscosity can be chosen

Voor het bekomen van een houtstructuur met een glanzend oppervlak en matte poriën kan specifiek als volgt te werk worden gegaan: - bereiden van een halfproduct met minstens een substraatlaag, een erop aangebrachte decorlaag en een transparante slijtlaag: - structuren van de transparante slijtlaag - aanbrengen van de eerste laklaag en uitharden van de eerste laklaag aan de hand van excimeerstraling. De aangewende aanbrengtechniek en/of lak wordt zo gekozen dat de tweede laklaag ontbreekt in de diepere structuurgedeelten. Hiertoe kan gekozen worden voor een walsapplicatie met harde walsen en/of een laklaag met een relatief hogere viscositeit - aanbrengen van de tweede laklaag en uitharden van de tweede laklaag aan de hand van UV straling. De aangewende aanbrengtechniek en/of lak wordt zo gekozen dat de tweede laklaag ook aanwezig is in de diepere structuurgedeelten. Hiertoe kan gekozen worden voor een walsapplicatie met zachte walsen en/of een laklaag met een relatief lage viscositeit.To obtain a wood structure with a glossy surface and matte pores, the following can be done specifically: - preparation of a semi-finished product with at least one substrate layer, a decorative layer applied thereon and a transparent wear layer: - structures of the transparent wear layer - applying the first lacquer layer and curing of the first lacquer layer on the basis of excimer radiation. The applied application technique and / or lacquer is chosen such that the second lacquer layer is missing in the deeper structural sections. For this purpose, a roll application with hard rollers and / or a lacquer layer with a relatively higher viscosity can be chosen - applying the second lacquer layer and curing the second lacquer layer on the basis of UV radiation. The applied application technique and / or lacquer is chosen such that the second lacquer layer is also present in the deeper structural sections. For this purpose, a roller application with soft rollers and / or a lacquer layer with a relatively low viscosity can be chosen.

Het is duidelijk dat de werkwijze met name interessant is voor het verwezenlijken van de hoger genoemde vloerbekleding.It is clear that the method is particularly interesting for realizing the aforementioned floor covering.

Volgens de uitvinding vertoont voomoemde transparante slijtlaag bij voorkeur een reliëf in overeenstemming met een gedrukt decor, zodat een zogenaamde structuur, en eventueel glansgraad, in register met het gedrukte decor wordt bekomen. In het geval van een gedrukt decor dat een houtpatroon weergeeft met houtnerven, kan het gaan om een structuur van meerdere indrukkingen in de vorm van houtporiën die het verloop van de houtnerven volgen en/of een met het verloop van de houtnerven overeenstemmende lijnenstructuur. Volgens een ander voorbeeld kan het gaan om een structuur die voegen of afkantingen tussen meerdere panelen imiteert en overeenstemt met een in het gedrukte decor weergegeven voeg of grens tussen panelen.According to the invention, said transparent wear layer preferably has a relief in accordance with a printed decor, so that a so-called structure, and possibly degree of gloss, is obtained in register with the printed decor. In the case of a printed decor representing a wood pattern with wood grain, it may be a structure of multiple impressions in the form of wood pores that follow the course of the wood grain and / or a line structure corresponding to the course of the wood grain. According to another example, it may be a structure that imitates joints or chamfers between multiple panels and corresponds to a joint or boundary between panels shown in the printed decor.

Bij voorkeur omvat de vloerbekleding tevens minstens één glasvezellaag, bij voorkeur een glasvezelvlies of een zogenaamde “non-woven”. Bij voorkeur is dergelijke glasvezellaag voorafgaandelijk aan de stap van het structureren reeds ingebed in het materiaal van de substraatlaag.The floor covering preferably also comprises at least one glass fiber layer, preferably a glass fiber fleece or a so-called "non-woven". Preferably, such a glass fiber layer is already embedded in the material of the substrate layer prior to the structuring step.

Bij voorkeur is het voornoemde gedrukte decor voorzien op een thermoplastische kunststoffolie die dan de decorlaag vormt. Het kan bijvoorbeeld gaan om een harde of zachte PVC folie van 0,03 tot 0,15 millimeter dik. Volgens een alternatief kan het gedrukte decor zijn voorzien op voomoemde substraatlaag, door dit decor aan de hand van eender welke bedrukkingstechniek rechtstreeks op de betreffende substraatlaag te vormen. In dergelijk geval is het wenselijk de betreffende substraatlaag voor te bereiden aan de hand van bijvoorbeeld een plastisol van het betreffende thermoplastische materiaal ter vorming van een uniforme achtergrondkleur voor het gedrukte decor. Bij voorkeur wordt dergelijk decor gedrukt aan de hand van UV gedragen inkten. Volgens nog een alternatief is het voomoemde decor voorzien op de voornoemde slijtlaag, meer speciaal aan de zijde ervan die bedoeld is naar de substraatlaag te worden gewend. Het betreft hierbij een zogenaamde “reverse” druk, waarbij de gebruikelijke kleurenvolgorde van de inkten wordt omgekeerd. Ook in dergelijk geval is het wenselijk de substraatlaag met een dergelijk plastisol voor te bereiden, of om op enige andere manier een uniforme achtergrondkleur voor het gedrukte decor te voorzien, bijvoorbeeld door het voorzien van een gekleurde of witte thermoplastische folie onder de bedrukte slijtlaag. Ook hier wordt dergelijk decor bij voorkeur gedrukt aan de hand van UV gedragen inkten.Preferably, the aforementioned printed decor is provided on a thermoplastic plastic film which then forms the decor layer. It may, for example, be a hard or soft PVC film of 0.03 to 0.15 millimeters thick. According to an alternative, the printed decor can be provided on the aforementioned substrate layer by forming this decor directly on the relevant substrate layer on the basis of any printing technique. In such a case it is desirable to prepare the relevant substrate layer on the basis of, for example, a plastisol of the relevant thermoplastic material to form a uniform background color for the printed decor. Such a decor is preferably printed on the basis of UV-supported inks. According to yet another alternative, the aforementioned decor is provided on the aforementioned wear layer, more particularly on the side thereof intended to be turned towards the substrate layer. This is a so-called "reverse" print, in which the usual color order of the inks is reversed. Also in such a case it is desirable to prepare the substrate layer with such a plastisol, or to provide a uniform background color for the printed decor in some other way, for example by providing a colored or white thermoplastic film under the printed wear layer. Here too, such a decor is preferably printed on the basis of UV-supported inks.

Opgemerkt wordt dat het aanwenden van een harde PVC folie als decorlaag, namelijk van een PVC folie zonder weekmakers, of van een PVC folie met een aandeel weekmakers lager dan 5 gewichtspercent, bijzonder voordelig is voor het bekomen van een goede registratie tussen het gedrukte decor en de structuur van de slijtlaag. Dergelijke PVC folies zijn door het lage aandeel weekmaker minder onderhevig aan dimensionele verandering.It is noted that the use of a hard PVC film as a decorative layer, namely a PVC film without plasticizers, or a PVC film with a proportion of plasticizers lower than 5% by weight, is particularly advantageous for obtaining a good registration between the printed decor and the structure of the wear layer. Such PVC films are less subject to dimensional change due to the low proportion of plasticizer.

Bij voorkeur betreft het voomoemde thermoplastische materiaal Polyvinylchloride, en beter nog zacht Polyvinylchloride, dat bijvoorbeeld een aandeel weekmakers bevat van 5 tot 20 gewichtspercent, of zelfs tot 35 gewichtspercent of meer. Als weekmaker kan gekozen worden voor DINP of DOP. Het is duidelijk dat in de plaats van PVC ook gewerkt kan worden met polypropyleen (PP), polyethyleen (PET) of polyurethaan (PUR).Preferably, the aforementioned thermoplastic material is polyvinyl chloride, and more preferably soft polyvinyl chloride, which contains, for example, a proportion of plasticizers of 5 to 20 weight percent, or even up to 35 weight percent or more. DINP or DOP can be chosen as the plasticizer. It is clear that polypropylene (PP), polyethylene (PET) or polyurethane (PUR) can also be used instead of PVC.

De slijtlaag vertoont bij voorkeur een dikte van minimaal 0,15 millimeter, en beter nog minimaal 0,3 millimeter, doch bij voorkeur minder dan 1 millimeter, waarbij 0,2 tot 0,4 millimeter een goede waarde is. Met deze goede waarde kan aan de hand van het thermoplastisch materiaal van de slijtlaag alleen, dus zonder eventuele vaste additieven in rekening te brengen, al een afdoende slijtvastheid worden bekomen voor residentiële toepassingen. Zo bijvoorbeeld is het mogelijk een IP waarde (initial wear point) van 2000 of meer te halen met de tabertesten, zoals beschreven in het EN 13329, annex E. De beperkte dikte van de slijtlaag, namelijk tussen 0,2 en 0,4 millimeter, leidt tot een betere definitie van de bekomen structuren, vermits in dergelijk geval het terugveren van de slijtlaag eveneens beperkt is.The wear layer preferably has a thickness of at least 0.15 millimeters, and more preferably at least 0.3 millimeters, but preferably less than 1 millimeter, with 0.2 to 0.4 millimeters being a good value. With this good value, a sufficient wear resistance can already be obtained for residential applications on the basis of the thermoplastic material of the wear layer alone, that is without taking into account any solid additives. For example, it is possible to achieve an IP value (initial wear point) of 2000 or more with the tabertests, as described in EN 13329, annex E. The limited thickness of the wear layer, namely between 0.2 and 0.4 millimeters , leads to a better definition of the obtained structures, since in such a case the springback of the wear layer is also limited.

In het bijzonder betreft de huidige uitvinding panelen van het type dat aan twee of meer tegenovereenliggende randen koppelmiddelen of koppeldelen bevat, waarmede twee van dergelijke vloerpanelen aan de betreffende randen kunnen worden gekoppeld zodanig dat zij aan elkaar zijn vergrendeld zowel in een horizontale richting loodrecht op de betreffende rand en in het vlak van de vloerpanelen, als in een verticale richting loodrecht op het vlak van de vloerpanelen. Dergelijke vloerpanelen kunnen worden aangewend voor het samenstellen van een zogenaamde zwevende vloerbekleding, waarbij de vloerpanelen bij hun randen aan elkaar zijn verbonden, doch vrij op de ondergrond liggen.In particular, the present invention relates to panels of the type comprising coupling means or coupling parts at two or more opposite edges, with which two such floor panels can be coupled to the relevant edges such that they are locked to each other both in a horizontal direction perpendicular to the edge and in the plane of the floor panels, as in a vertical direction perpendicular to the plane of the floor panels. Such floor panels can be used to assemble a so-called floating floor covering, wherein the floor panels are connected to each other at their edges, but lie freely on the substrate.

De vloerpanelen van de uitvinding vertonen bij voorkeur een dikte van 2 tot 6 millimeter en bezitten bij voorkeur een hoge densiteit, bijvoorbeeld een densiteit van meer dan 1000 kilogram per kubieke meter, en bij voorkeur minder dan 1800 kilogram per kubieke meter. Voor het bereiken van deze densiteit kunnen de substraatlagen gevuld worden met partikelvormige materialen zoals kalk of zand.The floor panels of the invention preferably have a thickness of 2 to 6 millimeters and preferably have a high density, for example a density of more than 1000 kilograms per cubic meter, and preferably less than 1800 kilograms per cubic meter. To achieve this density, the substrate layers can be filled with particulate materials such as lime or sand.

Bij voorkeur vertoont het substraat, welke één of meerdere substraatlagen omvat, een dikte van 1,3 tot 5 millimeter. Het volledige vloerpaneel vertoont bij voorkeur een dikte gelegen tussen 2 en 6 millimeter. Bij voorkeur vormt het substraat minstens de helft van de dikte van het vloerpaneel.The substrate, which comprises one or more substrate layers, preferably has a thickness of 1.3 to 5 millimeters. The entire floor panel preferably has a thickness between 2 and 6 millimeters. The substrate preferably forms at least half the thickness of the floor panel.

Panelen die voorzien zijn van koppelmiddelen vertonen bij voorkeur een dikte van minstens 2,5 millimeter, en beter nog minstens 3 millimeter. Het is niet uitgesloten dat de uitvinding wordt toegepast voor panelen die aan hun randen vrij zijn van koppelmiddelen, waarbij deze panelen dan bij voorkeur bedoeld zijn om met hun onderzijde tegen de ondergrond te worden verlijmd. Dergelijke panelen vertonen bij voorkeur een dikte van minder dan 4 millimeter, doch bij voorkeur van meer dan 1,5 millimeter.Panels provided with coupling means preferably have a thickness of at least 2.5 millimeters, and more preferably at least 3 millimeters. It is not excluded that the invention is applied to panels which are free of coupling means at their edges, wherein these panels are then preferably intended to be glued with their underside against the substrate. Such panels preferably have a thickness of less than 4 millimeters, but preferably of more than 1.5 millimeters.

De panelen van de uitvinding vertonen bij voorkeur een breedte van 8 centimeter of meer. Bijzonder voorkeurdragende afmetingen betreffen een breedte gelegen tussen 14 en 22 centimeter en een lengte gelegen tussen 118 en 220 centimeter. Het is duidelijk dat het hierbij gaat om paneelvormige elementen. Het is echter niet uitgesloten dat de uitvinding zou worden toegepast bij kamerbrede vloerbekledingen. De paneelvormige elementen dienen niet noodzakelijk star te zijn, maar kunnen oprolbaar zijn. In het bijzonder betreft de uitvinding zogenaamde LVT (luxury vinyl tile) in plankformaat of in tegelformaat.The panels of the invention preferably have a width of 8 centimeters or more. Particularly preferred dimensions relate to a width between 14 and 22 centimeters and a length between 118 and 220 centimeters. It is clear that this concerns panel-shaped elements. However, it is not excluded that the invention would be applied to room-wide floor coverings. The panel-shaped elements do not necessarily have to be rigid, but can be rolled up. In particular, the invention relates to so-called LVT (luxury vinyl tile) in plank format or in tile format.

Aan de onderzijde van het substraat kan een tegenlaag of onderlaag, zoals een dampdichte laag, zijn aangebracht. Dergelijke tegenlaag of onderlaag bestaat bij voorkeur uit een thermoplastische kunststoflaag. De tegenlaag functioneert bij voorkeur als balanceerlaag, zodanig dat een evenwichtige sandwichstructuur kan worden bekomen, namelijk zonder of met slechts minimale schoteling van de panelen.A back layer or bottom layer, such as a vapor-tight layer, may be provided on the underside of the substrate. Such a back layer or bottom layer preferably consists of a thermoplastic plastic layer. The counter layer preferably functions as a balancing layer, such that a balanced sandwich structure can be obtained, namely without or with only minimal plating of the panels.

Zoals voomoemd omvat het voomoemde thermoplastisch materiaal van het substraat of de substraatlaag, bij voorkeur verder nog vulmiddelen, zoals krijt of kalksteen.As aforementioned, the aforementioned thermoplastic material of the substrate or substrate layer, preferably further comprises fillers, such as chalk or limestone.

Het is duidelijk dat, volgens de uitvinding, met “substraat” een interne laag van het vloerpaneel zelf wordt bedoeld, die op zich één of meerlagig kan zijn uitgevoerd, doch waarbij de betreffende laag of lagen bij voorkeur een gezamenlijke dikte vertonen die groter is dan de helft van de dikte van het volledige betreffende paneel en/of waarbij de betreffende laag of lagen een gezamenlijk gewicht vertonen dat bij voorkeur groter is dan de helft van het gewicht van het volledige betreffende paneel. Bij voorkeur is de contour van de eventuele koppeldelen hoofdzakelijk of volledig uitgevoerd in het substraat, bijvoorbeeld door ze daarin te frezen.It is clear that, according to the invention, by "substrate" is meant an internal layer of the floor panel itself, which may per se be of one or more layers, but wherein the layer or layers in question preferably have a joint thickness that is greater than half the thickness of the entire panel in question and / or wherein the layer or layers in question have a combined weight that is preferably greater than half the weight of the entire panel in question. Preferably, the contour of the optional coupling parts is mainly or completely designed in the substrate, for example by milling them therein.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 een paneel van een vloerbekleding met de kenmerken van de uitvinding weergeeft; figuur 2 op grotere schaal een dwarsdoorsnede weergeeft volgens de op figuur 1 aangeduide lijn II-II; figuur 3 op nog grotere schaal een dwarsdoorsnede weergeeft volgens de op figuur 2 aangeduide lijn III-III, doch voor een variante; figuur 4 schematisch enkele stappen weergeeft uit een werkwijze volgens de uitvinding.With the insight to better demonstrate the features of the invention, a few preferred embodiments are described below as an example without any limiting character, with reference to the accompanying drawings, in which: figure 1 shows a panel of a floor covering with the features of the invention displays; figure 2 represents a cross-section on a larger scale according to the line II-II indicated in figure 1; figure 3 represents on an even larger scale a cross-section according to the line III-III indicated in figure 2, but for a variant; figure 4 schematically shows a few steps from a method according to the invention.

Figuur 1 geeft een rechthoekig en langwerpig vloerpaneel 1 weer met een paar lange zijden 2-3 en een paar korte zijden 4-5.Figure 1 shows a rectangular and elongated floor panel 1 with a pair of long sides 2-3 and a pair of short sides 4-5.

Figuur 2 geeft weer dat het betreffende vloerpaneel 1 uit verschillende lagen 6-7-8-9 A-9B-10 is opgebouwd.Figure 2 shows that the relevant floor panel 1 is made up of different layers 6-7-8-9 A-9B-10.

Het substraat 11 is gevormd door de substraatlagen 9A en 9B uit thermoplastisch materiaal, in dit geval zachte PVC. Dergelijke substraatlagen 9A-9B kunnen hoofdzakelijk bestaan uit gestrooid en verperst of gesinterd granulaat. Het substraat 11 omvat verder een ingesloten glasvezellaag, meer speciaal een glasvezelvlies 12. Boven de betreffende lagen 9A-9B is een toplaag 13 voorzien, die op zich een bedrukte decorfolie 7 en een transparante slijtlaag 6 op basis van thermoplastisch materiaal omvat. De toplaag 13 omvat verder, in dit voorbeeld, nog een zich onder de decorfolie 7 bevindende ruglaag 8. In het voorbeeld zijn zowel de ruglaag 8, de decorfolie 7 en de slijtlaag 6 op basis van Polyvinylchloride uitgevoerd.The substrate 11 is formed by the substrate layers 9A and 9B of thermoplastic material, in this case soft PVC. Such substrate layers 9A-9B can mainly consist of scattered and pressed or sintered granules. The substrate 11 further comprises an enclosed glass fiber layer, more particularly a glass fiber film 12. A top layer 13 is provided above the respective layers 9A-9B, which top layer comprises a printed decorative film 7 and a transparent wear layer 6 based on thermoplastic material. The top layer 13 further comprises, in this example, a back layer 8 located under the decorative film 7. In the example, both the back layer 8, the decorative film 7 and the wear layer 6 are made on the basis of polyvinyl chloride.

In het voorbeeld is de decorfolie 7 voorzien van een bedrukking met een houtpatroon 14, waarbij per paneel 1 telkens de afbeelding is voorzien van één enkele houten plank.In the example, the decorative foil 7 is provided with a print with a wood pattern 14, wherein for each panel 1 the image is each provided with a single wooden board.

Aan de onderzijde 15 van het substraat 11 is een tegenlaag 10, eveneens op basis van zachte PVC, aangebracht. Volgens de uitvinding is het ook mogelijk dat één van de twee voomoemde substraatlagen 9A-9B, namelijk de onderste substraatlaag 9B, de onderzijde van het paneel 1 vormt.On the underside 15 of the substrate 11 a counter layer 10, also based on soft PVC, is applied. According to the invention, it is also possible that one of the two aforementioned substrate layers 9A-9B, namely the lower substrate layer 9B, forms the underside of the panel 1.

Figuur 2 geeft weer dat minstens één van de substraatlagen 9A-9B minstens in het midden van de dikte T van het substraat 11 aanwezig is. In dit geval vormen de betreffende lagen 9A-9B, en de ingesloten glasvezellaag 12, het volledige substraat 11.Figure 2 shows that at least one of the substrate layers 9A-9B is present at least in the middle of the thickness T of the substrate 11. In this case, the respective layers 9A-9B, and the enclosed glass fiber layer 12, form the entire substrate 11.

Figuur 2 geeft verder nog weer dat de betreffende lagen 9A-9B minstens 40 percent, en hier zelfs meer dan de helft van de dikte Tl van het paneel 1 uitmaken.Figure 2 furthermore shows that the layers 9A-9B concerned represent at least 40 percent, and here even more than half the thickness T1 of the panel 1.

Het paneel 1 van het voorbeeld is verder aan beide tegenoverliggende randen 2-3 voorzien van mechanische koppelmiddelen of koppeldelen 16. Figuur 2 toont dat minstens de mechanische koppelmiddelen 16 aan het lange paar zijden 2-3 toelaten dat twee van dergelijke vloerpanelen 1 aan elkaar kunnen worden gekoppeld zodanig dat ; een vergrendeling ontstaat zowel in een verticale richting VI loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen 1, als in een horizontale richting Hl loodrecht op de gekoppelde randen 2-3 en in het vlak van de panelen 1. De afgebeelde koppelmiddelen 16 vertonen de eigenschap dat zij hoofdzakelijk zijn uitgevoerd als een tand 17 en een groef 18 begrensd door een bovenlip 19 en een onderlip 20, waarbij deze tand 17 en groef 18 ) hoofdzakelijk verantwoordelijk zijn voor de vergrendeling in voomoemde verticale richting VI, en waarbij de tand 17 en de groef 18 van bijkomstige vergrendeldelen 21-22, hoofdzakelijk verantwoordelijk voor de vergrendeling in voomoemde horizontale richting Hl, zijn voorzien. In dit geval omvatten de vergrendeldelen een uitsteeksel 21 aan de onderzijde van de tand 17 en een ermee samen werkende uitsparing 22 in de > onderlip 20.The panel 1 of the example is further provided on both opposite edges 2-3 with mechanical coupling means or coupling parts 16. Figure 2 shows that at least the mechanical coupling means 16 on the long pair of sides 2-3 allow two of such floor panels 1 to be connected to each other be coupled such that; a locking occurs both in a vertical direction VI perpendicular to the plane of the coupled panels 1, and in a horizontal direction H1 perpendicular to the coupled edges 2-3 and in the plane of the panels 1. The illustrated coupling means 16 have the property that they are essentially designed as a tooth 17 and a groove 18 bounded by an upper lip 19 and a lower lip 20, said tooth 17 and groove 18) being primarily responsible for locking in the aforementioned vertical direction VI, and wherein the tooth 17 and the groove 18 are provided with additional locking parts 21-22, mainly responsible for the locking in the aforementioned horizontal direction H1. In this case the locking parts comprise a protrusion 21 on the underside of the tooth 17 and a recess 22 in the lower lip 20 cooperating therewith.

De hier weergegeven koppelmiddelen 16 laten minstens een koppeling toe aan de hand van een wentelbeweging W langs de betreffende randen 2-3. ) De mechanische koppelmiddelen 16 zijn hoofdzakelijk uitgevoerd in de substraatlagen 9A-9B. In het voorbeeld zijn zij voorzien aan de hand van een freesbewerking, bijvoorbeeld met roterende gereedschappen.The coupling means 16 shown here permit at least one coupling on the basis of a turning movement W along the relevant edges 2-3. The mechanical coupling means 16 are mainly made in the substrate layers 9A-9B. In the example, they are provided on the basis of a milling operation, for example with rotating tools.

Er wordt nog opgemerkt dat het bijzonder voordelig is wanneer de glasvezellaag 12 5 zich ononderbroken uitstrekt van in het substraat 11 tot voorbij de uitsparing 23 aan de onderzijde van de tand 17, namelijk tot voorbij de uitsparing 23 die het vergrendeldeel 22 begrenst. Op die manier wordt een bijzonder stabiel koppeldeel 16 bekomen, dat bijvoorbeeld minder onderhevig is aan opkrullen van de rand 2 wat zou kunnen leiden tot ongewenste visuele aftekeningen in het vloeroppervlak. Dergelijke opkrulling is ) door de uitvinders vastgesteld wanneer een vloerbekleding bestaande uit meerdere aan elkaar gekoppelde vloerpanelen 1 wordt blootgesteld aan direct zonlicht, bijvoorbeeld bij een venster in een kamer. Bij voorkeur strekt deze glasvezellaag 12 zich ononderbroken uit tot in het uitstekende gedeelte van de tand 17, of zelfs tot aan het distale uiteinde van de tand 17.It is further noted that it is particularly advantageous if the glass fiber layer 12 extends uninterruptedly from in the substrate 11 to beyond the recess 23 on the underside of the tooth 17, namely beyond the recess 23 which defines the locking part 22. In this way a particularly stable coupling part 16 is obtained, which is for example less susceptible to curling of the edge 2, which could lead to undesired visual markings in the floor surface. Such curling has been determined by the inventors when a floor covering consisting of a plurality of interconnected floor panels 1 is exposed to direct sunlight, for example at a window in a room. Preferably, this glass fiber layer 12 extends continuously into the projecting portion of the tooth 17, or even to the distal end of the tooth 17.

Het is duidelijk dat de positie van een versterkingslaag of een glasvezellaag 12 zoals hierboven beschreven ook interessant is wanneer geen gebruik gemaakt wordt van de bijzondere laklagen van de in de inleiding vermelde uitvinding. Op onafhankelijke wijze heeft de uitvinding dan ook betrekking op een vloerbekleding bestaande uit aan elkaar gekoppelde vloerpanelen 1, waarbij deze vloerpanelen 1 minstens een substraat 11 op basis van thermoplastisch materiaal, een decorlaag 7 en een transparante slijtlaag 6 omvatten, waarbij de vloerpanelen 1 aan minstens twee tegenoverliggende randen 2-3 voorzien zijn van mechanische koppelmiddelen 16, hoofdzakelijk in de vorm van een tand 17 en een groef 18 begrensd door een bovenlip 19 en een onderlip 20, waarbij deze tand 17 en groef 18 hoofdzakelijk verantwoordelijk zijn voor een vergrendeling van de panelen in een verticale richting VI loodrecht op het vlak van de gekoppelde vloerpanelen, en waarbij de tand 17 en de groef 18 van bijkomstige vergrendeldelen 21-22, hoofdzakelijk verantwoordelijk voor een vergrendeling in een horizontale richting Hl in het vlak van de gekoppelde vloerpanelen en loodrecht op de betreffende rand, zijn voorzien, waarbij de vergrendeldelen een uitsteeksel 21 aan de onderzijde van de tand 17 en een ermee samenwerkende uitsparing 22 in de onderlip 20 omvatten, waarbij het voomoemde substraat verder nog een versterkingslaag, zoals een glasvezellaag 12, omvat, daardoor gekenmerkt dat deze versterkingslaag 12 zich ononderbroken uitstrekt van in het substraat 11 tot voorbij een uitsparing 23 aan de onderzijde van de tand 17, namelijk tot voorbij de uitsparing 23 die het vergrendeldeel 22 begrenst.It is clear that the position of a reinforcement layer or a glass fiber layer 12 as described above is also interesting when no use is made of the special lacquer layers of the invention mentioned in the introduction. The invention therefore independently relates to a floor covering consisting of floor panels 1 coupled to each other, wherein these floor panels 1 comprise at least a substrate 11 based on thermoplastic material, a decorative layer 7 and a transparent wear layer 6, wherein the floor panels 1 have at least two opposite edges 2-3 are provided with mechanical coupling means 16, mainly in the form of a tooth 17 and a groove 18 bounded by an upper lip 19 and a lower lip 20, said tooth 17 and groove 18 being mainly responsible for locking the panels in a vertical direction VI perpendicular to the plane of the coupled floor panels, and wherein the tooth 17 and the groove 18 of additional locking parts 21-22, mainly responsible for locking in a horizontal direction H1 in the plane of the coupled floor panels and perpendicular on the relevant edge, the locking parts extending cover 21 on the underside of the tooth 17 and a cooperating recess 22 in the lower lip 20, the aforementioned substrate further comprising a reinforcement layer, such as a glass fiber layer 12, characterized in that this reinforcement layer 12 extends uninterruptedly from the substrate 11 extends beyond a recess 23 on the underside of the tooth 17, namely beyond the recess 23 which defines the locking part 22.

Figuur 3 geeft de essentie weer van de in de inleiding genoemde uitvinding. Deze bestaat erin dat in voomoemde slijtlaag 6 een reliëf is gerealiseerd, waarbij dit reliëf uitsparingen 24 omvat, en dat voomoemde transparante slijtlaag 6 minstens twee laklagen 25-26 omvat, namelijk een eerste laklaag 25 die zich minstens op de bodem van minstens één van voomoemde uitsparingen 24 bevindt, en een tweede laklaag 26 die onderbroken is ter plaatse van de betreffende uitsparing 24.Figure 3 shows the essence of the invention mentioned in the introduction. This consists in that a relief is realized in the aforementioned wear layer 6, said relief comprising recesses 24, and that said transparent wear layer 6 comprises at least two lacquer layers 25-26, namely a first lacquer layer 25 which is located at least on the bottom of at least one of the aforementioned recesses 24, and a second lacquer layer 26 which is interrupted at the location of the relevant recess 24.

In het voorbeeld strekt de voomoemde eerste laklaag 25 zich continu over het volledige vloeroppervlak uit en strekt de voomoemde tweede laklaag 26 zich uit over de gedeelten van het vloeroppervlak die zich tussen de voomoemde uitsparingen 24 bevinden. In het voorliggende geval zijn de eerste laklaag 25 en de tweede laklaag 26 met een verschil in glansgraad uitgevoerd.In the example, the aforementioned first lacquer layer 25 extends continuously over the entire floor surface and the aforementioned second lacquer layer 26 extends over the portions of the floor surface that are located between the aforementioned recesses 24. In the present case, the first lacquer layer 25 and the second lacquer layer 26 are designed with a difference in degree of gloss.

Er wordt nog opgemerkt dat, in onderscheid met figuur 2, de uitvoeringsvorm van figuur 3 een variante is waar geen ruglaag 8 is toegepast. Het is duidelijk dat zowel uitvoeringsvormen met als zonder ruglaag het voorwerp van de uitvinding uitmaken.It is further noted that, in contrast to Figure 2, the embodiment of Figure 3 is a variant where no backing layer 8 is applied. It is clear that both with and without backing layer form the object of the invention.

Figuur 4 geeft een werkwijze weer met de kenmerken van de uitvinding. In een eerste stap SI wordt een halfproduct 27 bereidt met minstens een substraatlaag 11, een erop aangebrachte decorlaag 7 en een transparante slijtlaag 6. In een daaropvolgende stap S2 wordt de voomoemde slijtlaag 6 gestructureerd. Het is echter ook mogelijk dat de stap van het structureren gelijktijdig met de stap SI van het bereiden van het halfproduct 27 wordt uitgevoerd. In het voorbeeld wordt het structureren uitgevoerd aan de hand van een mechanisch perselement 28. In dit geval betreft het een gestructureerd persblek; het kan echter ook gaan om een gestructureerde wals. In de stap S3 wordt een eerste laklaag 25, in dit geval aan de hand van één of meerdere walsen 29, aangebracht en uitgehard. De toegepaste walsen 29 omvatten een rubberen wals 30 zodanig dat de laklaag 25 ook op de bodem van de uitsparingen 24 kan worden aangebracht. Het betreft hier een UV-uithardende laklaag 25 die aan de hand van een batterij UV lampen 31 wordt uitgehard. De uitgeharde laklaag is glanzend.Figure 4 shows a method with the features of the invention. In a first step S1, a semi-finished product 27 is prepared with at least one substrate layer 11, a decorative layer 7 applied thereto and a transparent wear layer 6. In a subsequent step S2, the aforementioned wear layer 6 is structured. However, it is also possible that the step of structuring is carried out simultaneously with the step S1 of preparing the semi-finished product 27. In the example, the structuring is carried out on the basis of a mechanical pressing element 28. In this case, it concerns a structured pressing blank; however, it can also be a structured roller. In the step S3, a first lacquer layer 25, in this case on the basis of one or more rollers 29, is applied and cured. The rollers 29 used comprise a rubber roller 30 such that the lacquer layer 25 can also be applied to the bottom of the recesses 24. This is a UV-curing lacquer layer 25 which is cured on the basis of a battery of UV lamps 31. The cured lacquer layer is glossy.

In de stap S4 wordt dan een tweede laklaag 26 aangebracht en uitgehard. In dit geval worden terug walsen 29 toegepast, doch dit keer met harde walsen. De tweede laklaag 26 krijgt hierdoor niet de kans tot in de uitsparingen 24 te vloeien. Het betreft hier een laklaag 26 die wordt uitgehard door middel van excimeerstraaleenheden 32, bij voorkeur onder inerte atmosfeer. De uitgeharde laklaag is mat.In the step S4, a second lacquer layer 26 is then applied and cured. In this case, rollers 29 are used again, but this time with hard rollers. As a result, the second lacquer layer 26 does not get the chance to flow into the recesses 24. This relates to a lacquer layer 26 which is cured by means of excimer blasting units 32, preferably under an inert atmosphere. The cured lacquer layer is matte.

De verkregen vloerbekleding vertoont een mat oppervlak gevormd door de voomoemde tweede laklaag 26 en vertoont glanzende uitsparingen 24 gevormd door de voornoemde eerste laklaag 25.The resulting floor covering has a matte surface formed by the aforementioned second lacquer layer 26 and has glossy recesses 24 formed by the aforementioned first lacquer layer 25.

Het spreekt voor zich dat de stappen van de werkwijze van de uitvinding zowel op grotere vellen of banen kunnen worden uitgevoerd, waarvan in een daaropvolgende stap met een opdelingsbewerking eventueel panelen kunnen worden gevormd, als op panelen met afmetingen die nagenoeg de afmetingen van de uiteindelijke panelen bezitten.It goes without saying that the steps of the method of the invention can be carried out both on larger sheets or webs, panels of which can optionally be formed in a subsequent step with a dividing operation, and on panels with dimensions which are substantially the dimensions of the final panels. to own.

Uit het bovenstaande is het duidelijk dat in de uitvoeringsvorm van figuur de eerste laklaag 25 en de tweede laklaag 26 afzonderlijk en aan de hand van verschillende technieken worden uitgehard, namelijk enerzijds door middel van een UV bestraling met UV lampen 31 en anderzijds door middel van excimer straling van de eenheden 32.From the above it is clear that in the embodiment of figure the first lacquer layer 25 and the second lacquer layer 26 are cured separately and by means of different techniques, namely on the one hand by means of UV irradiation with UV lamps 31 and on the other hand by means of excimer radiation from the units 32.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen, doch dergelijke vloerbekledingen en werkwijzen kunnen volgens verschillende varianten worden gerealiseerd zonder buiten het kader van de huidige uitvinding te treden. Bovendien kunnen de bekledingen en panelen in de plaats van als vloerbekleding, ook worden uitgevoerd als wandbekledingen of plafondbekledingen.The present invention is by no means limited to the embodiments described above, but such floor coverings and methods can be realized according to different variants without departing from the scope of the present invention. Moreover, instead of being a floor covering, the coverings and panels can also be designed as wall coverings or ceiling coverings.

Claims

Conclusions.

Floor covering with at least one substrate layer (9A-9B), a decorative layer (7) and a transparent wear layer (6), wherein a relief is realized in said wear layer (6), said relief comprising recesses (24), characterized in that said transparent wear layer (6) comprises at least two lacquer layers (25-26), namely a first lacquer layer (25) which is at least on the bottom of one of the said recesses (24), and a second lacquer layer which is interrupted at the location of the relevant recess (24).

Floor covering according to claim 1, characterized in that the aforementioned first lacquer layer (25) extends continuously over substantially the entire floor surface and / or that the said second lacquer layer (26) extends over the portions of the floor surface between the aforementioned recesses (24).

Floor covering according to claim 1 or 2, characterized in that the first lacquer layer (25) and the second lacquer layer (26) are designed with a difference in gloss level.

Floor covering according to one of the preceding claims, characterized in that it is a flexible floor covering, preferably based on polyvinyl chloride.

Floor covering according to one of the preceding claims, characterized in that the transparent wear layer (6) consists essentially of a thermoplastic layer on which at least the aforementioned two lacquer layers (25-26) are applied.

Floor covering according to claim 5, characterized in that said thermoplastic layer (6) comprises soft polyvinyl chloride.

Floor covering according to one of the preceding claims, characterized in that the aforementioned relief is an imitation of wood traces.

Floor covering according to one of the preceding claims, characterized in that it is designed in the form of flexible floor panels (1).

9. - Method for manufacturing a floor covering, said method comprising the following steps: - the step (S1) of preparing a semi-finished product (27) with at least one substrate layer (9A-9B-11), a decorative layer applied to it (7) and a transparent wear layer (6); - the steps (S2-S3) of structuring the aforementioned wear layer (6) and applying and curing a first lacquer layer (25); characterized in that the method further comprises the step (S4) of applying and curing a second lacquer layer (26), wherein the first lacquer layer (25) and second lacquer layer (26) are cured separately and by various techniques.

Method according to claim 9, characterized in that one of the aforementioned two lacquer layers (25) is cured on the basis of UV radiation, while the other of the aforementioned two lacquer layers (26) is cured on the basis of excimer radiation.

Method according to claim 9 or 10, characterized in that the method is used for manufacturing a floor covering according to one of claims 1 to 8.

12. - Floor covering consisting of interconnected floor panels, said floor panels (1) comprising at least one substrate (11) based on thermoplastic material, a decorative layer (7) and a transparent wear layer (6), the floor panels (1) adhering to at least two opposite edges (2-3) are provided with mechanical coupling means (16), mainly in the form of a tooth (17) and a groove (18) bounded by an upper lip (19) and a lower lip (20), wherein this tooth (17) and groove (18) are mainly responsible for locking the panels in a vertical direction (VI) perpendicular to the plane of the coupled floor panels (1), and wherein the tooth (17) and the groove (18) provided with additional locking parts (21-22), mainly responsible for locking in a horizontal direction (H1) in the plane of the coupled floor panels (1) and perpendicular to the relevant edge (2-3), the locking parts being provided with a protrusion (21) the underside of the tooth (17) and a recess (22) cooperating with it in the lower lip (20), said substrate (11) further comprising a reinforcement layer, such as a glass fiber layer (12), characterized in that it reinforcement layer (12) extends uninterruptedly from inside the substrate (11) to beyond a recess (23) on the underside of the tooth (17), namely beyond the recess (23) that defines the locking member (22).