BE1021528B1 - Valdetectiesysteem en werkwijze voor het detecteren van een val van een bewaakte persoon - Google Patents

Abstract

De uitvinding betreft een valdetectiesysteem (1) voor het detecteren van een val van een bewaakte persoon (10), waarbij een infraroodbron voorzien is voor het bestralen van de persoon (10) met een infraroodpuntenpatroon dat detecteerbaar is door een diepte infraroodsensor om een beeld van het infraroodpuntenpatroon te genereren, waarbij een beeldverwerkingseenheid voorzien is om minstens een identificatiepunt (10a) dat zich ter hoogte van het hoofd bevindt op basis van het infraroodpuntenpatroon te genereren en toe te voegen aan het beeld ontvangen van de infraroodsensor, en een valverwerkingseenheid voorzien is voor het detecteren van de val. De uitvinding betreft verder een werkwijze voor het detecteren van een dergelijke val.

Description

VALDETECTIESYSTEEM EN WERKWIJZE VOOR HET DETECTEREN VAN EEN VAL VAN EEN BEWAAKTE PERSOON

[01] De uitvinding betreft in het algemeen een valdetectiesysteem en een werkwijze voor het detecteren van een val van een bewaakte persoon.

[02] De uitvinding betreft meer specifiek een valdetectiesysteem voor het detecteren van een val van een bewaakte persoon, waarbij het genoemde valdetectiesysteem minstens één infraroodbron en minstens één diepte infraroodsensor omvat, waarbij de genoemde infraroodbron voorzien is voor het bestralen van de genoemde gewaakte persoon met een vooraf bepaald infraroodpuntenpatroon dat detecteerbaar is door de genoemde diepte infraroodsensor om een beeld van het genoemde infraroodpuntenpatroon te genereren.

[03] Verder betreft de uitvinding meer specifiek een werkwijze voor het detecteren van een val van een bewaakte persoon, waarbij de genoemde werkwijze de volgende stappen omvat - het bestralen van de genoemde bewaakte persoon met een vooraf bepaald infraroodpuntenpatroon dat detecteerbaar is door minstens één diepte infraroodsensor gebruik makend van minstens één infraroodbron; en - het genereren van een beeld van het genoemde infraroodpuntenpatroon.

[04] Valdetectiesystemen worden meestal toegepast in de ouderenzorg. Valincidenten komen bijzonder vaak voor bij ouderen. In de thuiszorg komt één of drie ouderen minstens één keer per jaar ten val, in rusthuizen valt ongeveer vijftig tot zeventig procent van de ouderen minstens één keer per jaar. Dit kan leiden tot zware fysieke letsels bij ouderen zoals heupfracturen. Bovendien is het zo dat als een oudere valt, het cruciaal is dat dit snel opgemerkt wordt aangezien ouderen die te lang, soms wel een hele nacht, blijven liggen, bijvoorbeeld onderkoeld of uitgedroogd raken, wat erg traumatiserend is voor deze oudere. Vooral op zichzelf wonende ouderen lopen door gezondheidskwalen een groter risico om ten val te komen.

[05] Bijgevolg bestaat er een nood aan valdetectiesystemen die voorzien zijn voor het detecteren en alarmeren van een val van een persoon. Dergelijke valdetectiesystemen laten ook toe dat ouderen langer zelfstandig kunnen wonen.

[06] Tot op heden zijn er reeds verschillende soorten valdetectiesystemen gekend.

[07] Een eerste type van valdetectiesystemen zijn draagbare sensorgebaseerde toestellen. Voorbeelden daarvan zijn het Zeniosysteem van Vitaltronics of het bewakings- en alarmsysteem zoals omschreven in CN 201853320. De meeste van deze systemen maken gebruik van versnellingsmeters en gyroscopen die abnormale versnellingen detecteren en een alarm triggeren. Een eerste groot nadeel van dergelijke systemen is echter dat er een grote kans bestaat dat ouderen deze toestellen vergeten aan te doen of vergeten de batterijen te heropladen of lege batterijen in de toestellen te vervangen. Een tweede groot nadeel van dergelijke draagbare sensorgebaseerde toestellen is dat deze toestellen oncomfortabel zijn om te dragen wat ouderen ontmoedigt om deze toestellen te gebruiken.

[08] Een tweede type van valdetectiesystemen zijn videogebaseerde valdetectiesystemen. In video gebaseerde valdetectie wordt menselijke activiteit vastgelegd in een video die verder geanalyseerd wordt gebruikmakend van beeldverwerking en computerbeeldanalysesystemen om een val te detecteren en een alarm te genereren. Zowel in de vak- als in de octrooiliteratuur zijn reeds een diversiteit van dergelijke videogebaseerde valdetectiesystemen beschreven die gebruik maken van een diversiteit aan valdetectietechnieken.

[09] De meest gebruikte en meest eenvoudige techniek om een val te detecteren is de aspect ratio van de omhullende rechthoek die rond de persoon die valt getrokken wordt, ook ‘bounding box’ genoemd. De aspect ratio is de verhouding van de breedte en de hoogte van de omhullende rechthoek rond het object. Een rechtopstaande persoon heeft een lage waarde, terwijl een liggende persoon een brede platte rechthoek geeft, welke overeenkomt met een hoge aspect ratio.

[10] In FR 2 870 378 wordt een valdetectiemethode omschreven voor het detecteren van personen met een beperkte autonomie die gebruik maakt van deze valdetectietechniek. Daarbij worden beeldopnamemiddelen zoals een camera voorzien voor het nemen van opeenvolgende beelden van eenzelfde vlak. Tijdens deze beeldopname wordt een beweging gedetecteerd die de vorm van een persoon vertegenwoordigt. Rond de vorm die de beweging vertegenwoordigt wordt een rechthoekige omtrek gelokaliseerd. De reductie in de hoogte van de omtrek wordt gedetecteerd, dewelke reductie representatief is voor een val van de persoon.

[11] Een eerste nadeel van de valdetectietechniek die in dit Franse octrooi wordt omschreven is dat pas een persoon gedetecteerd wordt op het moment dat deze beweegt in zijn omgeving. Een verder nadeel van de valdetectietechniek zoals daarin omschreven is dat deze, gezien daarin de reductie in de hoogte van een rechthoekige omtrek die rond een persoon wordt gelokaliseerd representatief is voor een val, niet geschikt voor het detecteren van elke soort val. Een dergelijke valdetectietechniek is bijvoorbeeld niet altijd accuraat voor detectie van een val van een persoon die gedeeltelijk ergens overheen valt, bijvoorbeeld over een zetel, of voor detectie van een val van een rolstoelpatiënt.

[12] Een andere valdetectietechniek maakt gebruik van een omhullende ellips die rond een deel van de vallende persoon of de volledige vallende persoon getrokken wordt. Wanneer deze ellips met een bepaalde snelheid beweegt, dan wordt een val geregistreerd.

[13] Zo bijvoorbeeld wordt in het artikel ‘Fall détection using 3D head trajectory extracted from a single camera video sequence’, C Rougier, J Meunier, Journal of Telemedicine and Telecare, 2005 een valdetectiemethode omschreven die gebruik maakt van deze techniek. Deze valdetectiemethode is gebaseerd op drie stappen, met name: 1/ hoofd tracking: Het hoofd van een persoon wordt gevolgd aangezien het hoofd van de persoon meestal zichtbaar is in het beeld en een grote beweging ondervindt gedurende een val. Het hoofd wordt daarbij gemodelleerd als een ellipsoïde in 3D die geprojecteerd wordt als een ellips in een 2D beeldvlak. Om het hoofd te lokaliseren wordt het algoritme van De Menthon gebruikt dewelke drie input argumenten, met name de 3D punten van het hoofdmodel, de 2D overeenkomstige punten geprojecteerd in het beeldvlak en de intrinsieke parameters van de camera verkregen uit een kalibratie van de camera gebruikt. 2/ 3D tracking: het hoofd wordt getraceerd door middel van een deeltjesfilter om een 3D traject te extraheren; en 3/ valdetectie: een val wordt gedetecteerd gebruik makende van 3D snelheden die berekend worden uit het 3D traject van het hoofd. Daarbij worden de vertikale en de horizontale snelheid in het wereldcoördinatensysteem gebruikt om een val van normale activiteiten te onderscheiden.

[14] Het nadeel van de valdetectietechniek zoals omschreven in het hierboven vermelde artikel is echter dat er geen automatische tracking van het hoofd kan gebeuren wanneer een te volgen persoon een ruimte waarin het valdetectiesysteem is geïnstalleerd binnenkomt. Dit wordt nog steeds manueel uitgevoerd. Pas op het moment dat de ellips manueel rond het hoofd van de persoon is aangebracht kan de verdere tracking gebeuren.

[15] Nog andere gekende valdetectiealgoritmes maken gebruik van het volgende: - de valhoek: de valhoek wordt gedefinieerd als de hoek tussen het vloeroppervlak en de persoon van waar het zeker is dat de persoon zal vallen. Alhoewel deze valhoek kan verschillen van persoon tot persoon, is een goede schatting daarvoor 45°; - de centroïde van de vallende persoon: de centroïde is het geometrische centrum van een vlakke figuur. Tijdens een val verandert de centroïde significant en snel; - het verticale projectiehistogram: het verticale projectiehistogram telt pixelwaarden per kolom van een silhouet van een persoon. Als men een verticaal projectiehistogram van een persoon uitzet in een grafiek, dan zullen hierin 3 pieken zichtbaar zijn die van links naar rechts overeenkomen met respectievelijk het hoofd, de handen en de heup van de persoon. Dit verticale projectiehistogram van een persoon verandert significant wanneer een persoon valt; - de horizontale en verticale gradiënt: wanneer een val start, dan vindt er een belangrijke verandering ofwel in X- ofwel in Y-richting plaats. Voor elke pixel wordt daarbij zowel horizontaal als verticaal de gradiëntwaarde berekend. Bij een val is de verticale gradiënt kleiner dan de horizontale gradiënt.

[16] Een groot nadeel van het gebruik van de valhoek is dat dit valdetectiealgoritme niet werkt wanneer de persoon valt in de richting van de camera.

[17] Het nadeel van alle hierboven opgesomde gekende valdetectiealgoritmes is dat deze enkel werken in specifieke omstandigheden.

[18] Een ander meer geavanceerd valdetectiealgoritme maakt gebruik van het Hidden Markov Model (HMM). Zo bijvoorbeeld wordt in CN 102289911 een valdetectiesysteem omschreven waarbij gebruik wordt gemaakt van twee pyroelektrische infrarood sensoren om signaalverwerving te doen, en waarbij voor de valdetectie gebruik wordt gemaakt van HMM patroon matching. Het gebruik van HMM patroon matching voor de valdetectie is daarbij onderverdeeld in twee fasen, i.e. een HMM trainingsfase en een HMM herkenningsfase.

[19] Het grote nadeel van valdetectiealgoritmes die gebruik maken van HMM is de nood aan het verkrijgen van trainingsdata die nodig is voor de traingsfase (ook leerfase genoemd) van dit algoritme.

[20] Bij deze videogebaseerde valdetectiesystemen kunnen ook verschillende types van camera’s of sensoren gebruikt worden. Een veel toegepast type van camera’s / sensoren zijn daarbij infrarood (IR) camera’s of -sensoren.

[21] Zo bijvoorbeeld wordt in WO 2012/119903 een valdetectiesysteem omschreven dat gebruik maakt van passieve optische sensoren waaronder een infraroodcamera. Met behulp van een aantal passieve optische sensor worden permanent beelden van een persoon onder toezicht genomen. Een server waarin zich logica bevindt analyseert de beelden afkomstig van deze passieve optische sensoren in geometrische primitieve en bepaalt zo door middel van algoritmes of er zich al dan niet een val of een andere bijzondere noodsituatie voordoet. De valdetectiealgoritmes zijn voorafgaand gedefinieerd en maken deel uit van een bibliotheek met geaktiveerde valdetectiealgoritmes. De herkenningsalgoritmes bestaan er in dat een persoon van de achtergrond van het beeld wordt verwijderd en wordt gevektoriseerd en vervolgens wordt gedemonteerd in een beeld van een persoon in geometrische primitieve. Vervolgens wordt de positie van deze persoon in de ruimte bepaald door middel van de server of in de passief optische sensor. De valdetectie gebruikt daarbij de dynamiek van een val. Met andere woorden wordt daarbij geanalyseerd hoe snel zich de locatie van de geometrische primitieve binnen een beeldsequentie verandert. Wanneer er een val wordt gedetecteerd, dan wordt een alarm gegenereerd. De persoon onder toezicht kan dit alarm invalideren en dus klassificeren als een vals alarm. Wanneer dit na een bepaalde tijd niet is gebeurd, dan volgt een overdracht van het beeld van de persoon onder toezicht of een sequentie van beelden naar een geautoriseerde groep personen.

[22] Het grote nadeel van dit valdetectiesysteem is echter dat er spookbeelden gecreëerd worden. De reden daarvoor is dat het beeld wordt opgesplitst in een voor- en een achtergrond, waarbij de te volgen persoon van de achtergrond van het beeld wordt verwijderd. Wanneer nu echter op de achtergrond iets wordt veranderd, bijvoorbeeld een stoel of een kast wordt verplaatst, dan klopt de informatie op de achtergrond niet meer, wat leidt tot een spookbeeld en een onterechte detectie van een val.

[23] In het artikel ‘Development of a fall détection System with Microsoft Kinect’, Christopher Kawatsu, Jiaxing Li and CJ Chung, Department of Mathematics and Computer Science, Lawrence Technological University, 2012, wordt een valdetectiesysteem omschreven dat gebruik maakt van de Microsoft Kinect. Deze Kinect bevat drie types van sensoren, met name een standaardcamera, een diepte infraroodcamera en een microfoon. De diepte infraroodcamera detecteert punten geprojecteerd door een infraroodbron, meer bepaald een laser, en converteert deze automatisch in een dieptemap. De camera’s zijn zo gekalibreerd dat de pixels van de dieptemap overeenkomen met de pixels in de beelden van de standaardcamera. De Kinect SDK software detecteert automatisch de 3D-locatie van 21 gewrichten van twee personen. Bovendien wordt het vloeroppervlak automatisch gedetecteerd. Een val van een persoon onder toezicht wordt gedetecteerd gebruikmakend van twee algoritmes, met name - een positie-algoritme dat gebruik maakt van de positiedata van de gewrichten. Daarbij wordt de afstand van het vloeroppervlak tot elk gewricht van de persoon onder toezicht berekend. Wanneer de maximum afstand kleiner is dan een bepaalde grenswaarde wordt een val gedetecteerd; en - een snelheidsalgoritme dat de snelheid van elk gewricht in de normale richting ten opzichte van het vloeroppervlak. De snelheden worden gemiddeld over alle gewrichten en een aantal frames. Wanneer deze gemiddelde snelheid lager (naar beneden gerichte snelheden worden als negatief gedefinieerd) dan een bepaalde grenswaarde wordt een val gedetecteerd.

Ten einde vals positieve valrapporten uit te schakelen, wordt stemherkenning gebruikt. Nadat een val is gedetecteerd, wordt de microfoon en het stemherkenningssyteem van de Microsoft Kinect gebruikt om de val de valideren.

[24] Het nadeel van dit valdetectiesysteem is echter dat tijdens het positie-algoritme het vloeroppervlak als referentie wordt gebruikt, waardoor bijvoorbeeld een val van een persoon die op een bed of aan een tafel zit niet gedetecteerd wordt aangezien deze persoon dan in de meeste gevallen niet op de grond terecht zal komen. Een verder nadeel is dat stemherkenning gebruikt wordt om de val te valideren. Bijgevolg dient de gevallene nog in staat te zijn om auditief te reageren wat niet altijd mogelijk is, bijvoorbeeld na het krijgen van een beroerte.

[25] Bijgevolg bestaat er een nood aan een eenvoudig en betrouwbaar valdetectiesysteem waarbij geen spookbeelden en zo weinig mogelijk vals positieve valdetecties gegenereerd worden.

[26] Volgens een eerste aspect van de uitvinding, wordt er voorzien in een valdetectiesysteem voor het detecteren van een val van een persoon, waarbij het genoemde valdetectiesysteem minstens één infraroodbron en een diepte infraroodsensor omvat, waarbij de genoemde infraroodbron voorzien is voor het bestralen van de genoemde persoon met een vooraf bepaald infraroodpuntenpatroon dat detecteerbaar is door de genoemde diepte infraroodsensor om een beeld van het genoemde infraroodpuntenpatroon te genereren, en waarbij het genoemde valdetectiesysteem voorzien is van een besturingseenheid die - een beeldverwerkingseenheid omvat die geconfigureerd is om minstens een identificatiepunt dat zich ter hoogte van het hoofd van de genoemde persoon bevindt op basis van het genoemde infraroodpuntenpatroon te genereren en toe te voegen aan het genoemde beeld ontvangen van de genoemde diepte infraroodsensor; en - een valverwerkingseenheid omvat die geconfigureerd is voor • het ontvangen van minstens een eerste en een tweede genoemd beeld van het genoemde infraroodpuntenpatroon van de genoemde beeldverwerkingseenheid op een verschillend tijdstip binnen een vooraf bepaald tijdsinterval, waarbij de genoemde identificatiepunten op de genoemde beelden een vertikale Y-positie omvatten; en • het detecteren van de genoemde val wanneer, voor het genoemde identificatiepunt dat zich ter hoogte van het hoofd bevindt, de mate van verandering van de genoemde Y-positie tussen het genoemde eerste en het genoemde tweede beeld een vooraf bepaalde minimum drempelwaarde overschrijdt.

[27] Een diepte infraroodsensor is een infraroodsensor die voorzien is van een zender en sensoren die volgens het ‘LightCoding’- of ‘Structured Light’-principe de afstand tussen de infraroodsensor en objecten kan meten. Met de ontvangen data worden de objecten in lagen opgebouwd op de Z-as en ontstaat er een dieptemap van de objecten. Bij ’LightCoding’ wordt door patroonherkenning op de infraroodpunten en triangulatie tussen de infraroodbron en de diepte infraroodsensor een infraroodpuntenpatroon geconverteerd in een dieptemap. ‘Structured Light’ is het proces van het projecteren van een gekend patroon van pixels (meestal rasters of horizontale strepen) op een beeld. De manier waarop deze patronen vervormen wanneer deze botsen met oppervlakken laat een beeldanalysesysteem toe om de diepte en de oppervlakte-informatie van de objecten in het beeld te berekenen.

[28] Een dergelijk valdetectiesysteem volgens de uitvinding heeft als grote voordeel dat de val van een persoon vanuit om het even welke positie van deze persoon gedetecteerd kan worden, dit zowel vanuit een rechtstaande, zittende als liggende positie. Bovendien is het zo dat, aangezien in dit valdetectiesysteem gebruik wordt gemaakt van identificatiepunten die in de beelden gegenereerd worden en die zich ter hoogte van bepaalde lichaamsdelen van een persoon bevinden, in dit valdetectiesysteem geen spookbeelden gegenereerd worden. Een dergelijke valdetectiesysteem volgens de uitvinding is dus zeer betrouwbeer.

[29] Een verder voordeel van het valdetectiesysteem volgens de uitvinding is dat dit een relatief eenvoudig systeem is en hierin geen gebruik moet worden gemaakt van ingewikkelde berekeningsformules, vergelijkende tabellen en dergelijke.

[30] In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, is de genoemde beeldverwerkingseenheid geconfigureerd om minstens een identificatiepunt dat zich ter hoogte van het heupcenter van de genoemde bewaakte persoon bevindt op basis van het genoemde infraroodpuntenpatroon te genereren en toe te voegen aan het genoemde beeld ontvangen van de genoemde infraroodsensor, waarbij de genoemde beeldverwerkingseenheid geconfigureerd is om de genoemde bewaakte persoon te detecteren in het genoemde beeld van de diepte infraroodsensor wanneer de genoemde identificatiepunten die zich ter hoogte van het hoofd en het heupcenter van de genoemde bewaakte persoon bevinden gegenereerd zijn en toegevoegd zijn aan het genoemde beeld ontvangen van de genoemde diepte infraroodsensor.

[31] Bijgevolg wordt een persoon die een ruimte waarin het valdetectiesysteem volgens de uitvinding is geïnstalleerd binnenwandelt, gedetecteerd als zijnde een persoon wanneer een identificatiepunt ter hoogte van het hoofd van de persoon en ter hoogte van het heupcenter van de persoon wordt toegevoegd aan het beeld ontvangen van de infraroodsensor door de beeldverwerkingseenheid.

[32] In een voordelige uitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, is de genoemde valverwerkingseenheid geconfigureerd om de genoemde vooraf bepaalde minimum drempelwaarde aan te passen in functie van de afstand tussen het hoofd van de genoemde bewaakte persoon en de genoemde diepte infraroodsensor.

[33] Meer specifiek is de genoemde minimum drempelwaarde daarbij lineair proportioneel met de genoemde afstand tussen het hoofd van de genoemde bewaakte persoon en de genoemde diepte infraroodsensor.

[34] In een voordelige uitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, wordt de genoemde mate van verandering van de genoemde Y-positie tussen het genoemde eerste en tweede beeld uitgedrukt in een aantal pixels per seconde.

[35] In een meer specifieke uitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, omvatten de genoemde beelden een welbepaald aantal pixels op de horizontale X-as en de vertikale Y-as, en een welbepaalde resolutie op de vertikale Y-as omvatten, en dat de genoemde minimum drempelwaarde lineair proportioneel is met - het genoemde aantal pixels op de horizontale X- en de vertikale Y-as; en - de genoemde resolutie op de vertikale Y-as.

[36] In een voorkeursuitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, omvat de genoemde besturingseenheid een alarmverwerkingseenheid die geconfigureerd is voor het automatisch alarmeren van één of meerdere externe personen op het moment dat een genoemde val van de genoemde bewaakte persoon wordt gedetecteerd.

[37] Dit heeft het voordeel dat de bewaakte persoon geen enkele manuele actie dient uit te voeren op het moment dat er zich een val voordoet. De val wordt geregistreerd door de valverwerkingseenheid en de alarmverwerkingseenheid zorgt ervoor dat automatisch de nodige waarschuwingen naar één of meerdere externe personen wordt gestuurd.

[38] In een voordelige uitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, is de genoemde alarmverwerkingseenheid geconfigureerd om automatisch verbinding te maken met een extern toestel dat zich bij de genoemde één of meerdere externe personen bevindt op het moment dat een genoemde val van de genoemde bewaakte persoon wordt gedetecteerd.

[39] In een meer voordelige uitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, omvat het genoemde valdetectiesysteem een kleurencamera die geconfigureerd is voor het nemen van kleurbeelden van de genoemde bewaakte persoon op verschillende tijdstippen en het genoemde externe toestel een beeldscherm omvat, en dat de genoemde alarmverwerkingseenheid geconfigureerd is om een genoemd kleurenbeeld van de genoemde bewaakte persoon door te sturen naar het genoemde externe toestel op het moment van de genoemde val.

[40] In een nog meer voordelige uitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, is de genoemde alarmverwerkingseenheid geconfigureerd om de genoemde externe persoon toe te laten de genoemde bewaakte persoon via live-stream op het genoemde beeldscherm visueel te observeren.

[41] Het genoemde valdetectiesysteem omvat bij voorkeur een microfoon, waarbij de genoemde alarmverwerkingseenheid geconfigureerd is om de genoemde één of meerdere externe personen toe te laten auditief contact op te nemen met de genoemde bewaakte persoon.

[42] In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, omvat het genoemde valdetectiesysteem een sociaal contact-eenheid die geconfigureerd is om de genoemde bewaakte persoon toe te laten visueel en / of audititef contact te hebben met de genoemde één of meerdere externe personen.

[43] In een meer voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding, is de genoemde sociaal contact-eenheid geconfigureerd om de genoemde bewaakte en de genoemde één of meerdere externe personen toe te laten om via een scherm dat zich enerzijds bij de genoemde bewaakte persoon en anderzijds bij de genoemde één of meerdere externe personen bevindt visueel en/of auditief contact met elkaar te hebben.

[44] Volgens een tweede aspect van de uitvinding, wordt voorzien in een werkwijze voor het detecteren van een val van een bewaakte persoon, waarbij de genoemde werkwijze de volgende stappen omvat - het bestralen van de genoemde bewaakte persoon met een vooraf bepaald infraroodpuntenpatroon dat detecteerbaar is door een diepte infraroodsensor gebruik makend van een infraroodbron; - het genereren van een beeld van het genoemde infraroodpuntenpatroon; waarbij de genoemde werkwijze verder de volgende stappen omvat - het genereren van minstens één identificatiepunt dat zich ter hoogte van het hoofd van de genoemde bewaakte persoon bevindt op basis van het genoemde infraroodpuntenpatroon gebruik makend van een beeldverwerkingseenheid; - het toevoegen van het genoemde identificatiepunt aan het genoemde beeld ontvangen van de genoemde diepte infraroodsensor; - het ontvangen van minstens een eerste en een tweede genoemde beeld van het genoemde infraroodpuntenpatroon van de genoemde beeldverwerkingseenheid op een verschillend tijdstip binnen een vooraf bepaald tijdsinterval gebruik makende van een valverwerkingseenheid, waarbij de genoemde identificatiepunten op de genoemde beelden een vertikale Y-positie omvatten; en - het detecteren van de genoemde val door middel van de genoemde valverwerkingseenheid wanneer, voor het genoemde identificatiepunt dat zich ter hoogte van het hoofd bevindt, de mate van verandering van de genoemde vertikale Y-positie tussen het genoemde eerste en het genoemde tweede beeld een vooraf bepaalde minimum drempelwaarde overschrijdt.

[45] In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de uitvinding, maakt de genoemde werkwijze gebruik van een valdetectiesysteem volgens de uitvinding zoals hierboven omschreven.

[46] De uitvinding zal nu verder worden beschreven aan de hand van de tekeningen waarin: • Fig. 1a - 1c een schematische voorstelling zijn van de verschillende stappen dat een voorkeurdragend valdetectiesysteem volgens de uitvinding uitvoert om een val te detecteren en na detectie van een val; • Fig. 2 een schematische voorstelling is van de 20 identificatiepunten die gegenereerd worden ter hoogte van de beenderen en de gewrichten van de bewaakte persoon op basis van het infraroodpuntenpatroon waarmee de bewaakte persoon door de infraroodbron van het voorkeurdragende valdetectiesysteem volgens de uitvinding wordt bestraald; • Fig. 3 een grafische voorstelling is van een voorbeeld van de mate van verandering van de vertikale Y-positie van het identificatiepunt dat zich ter hoogte van het hoofd van de bewaakte persoon bevindt tussen opeenvolgende beelden 1 tot en met 4; en • Fig. 4 een grafische voorstelling is van het verband tussen de minimum drempelwaarde van de mate van verandering van de vertikale Y-positie tussen verschillende beelden ontvangen door de valverwerkingseenheid, uitgedrukt in aantal pixels / s, ten opzichte van de afstand d tussen het hoofd van de bewaakte persoon en diepte infraroodsensor.

[47] Een valdetectiesysteem (1) volgens de uitvinding voor het detecteren van een val van een bewaakte persoon (10), zoals schematisch is voorgesteld op de figuur 1, omvat minstens één infraroodbron (niet voorgesteld op de figuren), bij voorkeur een infrarood laserlichtbron dewelke het voordeel heeft dat deze onzichtbaar licht uitstraalt. Deze infraroodbron bestraalt de omgeving met een bekend infraroodpuntenpatroon (niet voorgesteld op de figuren). Dit infraroodpuntenpatroon is detecteerbaar door minstens één diepte infraroodsensor (niet voorgesteld op de figuren), bij voorkeur een 3D diepte infraroodsensor. Dit infraroodpuntenpatroon bestaat bij voorkeur uit een semi-willekeurig, constant patroon van kleine stippen die vóór de diepte infraroodsensor geprojecteerd worden op de omgeving. Dit infraroodpuntenpatroon wordt door de diepte infraroodsensor geanalyseerd en geconverteerd in een dieptemap. Op deze manier genereert de diepte infraroodsensor een beeld van het infraroodpuntenpatroon.

[48] Deze infraroodbron en de diepte infraroodsensor zijn bij voorkeur ondergebracht in dezelfde behuizing (2).

[49] Het valdetectiesysteem (1) omvat verder een besturingseenheid die een beeldverwerkingseenheid omvat die geconfigureerd is om op basis van het infraroodpuntenpatroon identificatiepunten (10a - 10t) op de bewaakte persoon (10) te genereren en deze toe te voegen aan het beeld ontvangen van de diepte infraroodsensor. De beeldverwerkingseenheid is geconfigureerd om minstens een identificatiepunt (10a) ter hoogte van het hoofd van de bewaakte persoon (10) te genereren (zie figuur 2). Verder is deze beeldverwerkingseenheid geconfigureerd om ook minstens een identificatiepunt (10b) ter hoogte van het heupcenter van de bewaakte persoon (10) te genereren (zie figuur 2) en toe te voegen aan het beeld ontvangen van de diepte infraroodsensor.

[50] De beeldverwerkingseenheid is bovendien bij voorkeur uitgevoerd om identificatiepunten ter hoogte van een aantal andere beenderen en gewrichten van de bewaakte persoon (10) te genereren. Naast de hiervoor vermelde identificatiepunten (10a ,10b) ter hoogte van het hoofd en het heupcenter van de bewaakte persoon (10), worden bij voorkeur de volgende hierna vermelde identificatiepunten gegenereerd: - de rechterhand (10c); - de rechterpols (10d); - de rechterelleboog (10e); - de rechterschouder (1 Of); - het schoudercenter (1 Og); - de linkerschouder (1 Oh); - de linkerelleboog (1 Oi); - de linkerpols (1 Oj); - de linkerhand (1 Ok); - de wervelkolom (101); - de linkerheup (1 Om); - de rechterheup (1 On); - de linkerknie (1 Oo); - de rechterenkel (1 Op); - de linkerenkel (10q); - de rechterenkel (1 Or); - de rechtervoet (10s); en - de linkervoet (1 Ot).

Op de figuur 1 wordt de bewaakte persoon (10) ook voorgesteld aan de hand van de hierboven vermelde identificatiepunten (10a - 10t).

[51] Het genereren van de hierboven vermelde identificatiepunten (10a -10t) gebeurt bij voorkeur gebruik makend van een daartoe speciaal ontwikkeld softwareprogramma. Een typisch voorbeeld daarvan is het softwareprogramma genaamd SDK dat ontwikkeld werd door Microsoft en waarin de hierboven omschreven identificatiepunten (10a - 10t) gevormd worden door “skeleton tracking”, zoals onder andere wordt omschreven in US 2010/0199228.

[52] Verder omvat de besturingseenheid van het valdetectiesysteem (1) een valverwerkingseenheid (niet voorgesteld op de figuren) die verantwoordelijk is voor de valdetectie. Daarbij is, zoals te zien is op de figuur 1b, de valverwerkingseenheid (1) geconfigureerd voor het ontvangen van minstens een eerste beeld (3a) en een tweede beeld (3b) van het infraroodpuntenpatroon van de beeldverwerkingseenheid op een verschillend tijdstip binnen een vooral bepaald tijdsinterval. Bij voorkeur worden door de infraroodsensor 30 beelden per seconde gemaakt die door de beeldverwerkingseenheid worden verwerkt en waarbij door deze beeldverwerkingseenheid de hierboven vermelde identificatiepunten worden gegenereerd en toegevoegd aan deze beelden. Daarbij hebben, zoals te zien is op de figuur 3, elk van de identificatiepunten (10a - 10t) op de beelden een vertikale Y-positie. De valverwerkingseenheid is verder voorzien voor het met elkaar vergelijken van de vertikale Y-posities van het identificatiepunt (10a) dat zich ter hoogte van het hoofd van de bewaakte persoon (10) bevindt op de verschillende beelden ontvangen van de beeldverwerkingseenheid.

[53] Op de figuren 1 a tot en met 1 c wordt de detectie van een val door een bewaakte persoon (10) geïllustreerd.

[54] Zoals te zien is op de figuur 1a, zal, wanneer de bewaakte persoon (10) een ruimte betreedt waarin het valdetectiesysteem (1) volgens de uitvinding is geïnstalleerd, de infraroodbron die in de behuizing (2) is aangebracht, de bewaakte persoon (10) bestralen met het gekende infraroodpuntenpatroon. Dit infraroodpuntenpatroon zal dan worden gedetecteerd door de diepte infraroodsensor die, zoals hierboven omschreven, dit infraroodpuntenpatroon zal omzetten in een dieptemap. Deze beeldverwerkingseenheid zal dan de hierboven vermelde identificatiepunten (10a - 10t) genereren en toevoegen aan het beeld ontvangen van deze beeldverwerkingseenheid. Op het moment dat de identificatiepunten (10a, 10b) die zich ter hoogte van het hoofd en het heupcenter van de bewaakte persoon (10) bevinden zijn gegenereerd, dan is de bewaakte persoon (10) gedetecteerd.

[55] Zoals te zien is op de figuur 1b, zal de hierboven vermelde valverwerkingseenheid de beelden ontvangen van de beeldverwerkingseenheid met elkaar vergelijken. Een beeld heeft daarbij een welbepaald aantal pixels op de horizontale X-as, een welbepaald aantal pixel op de vertikale Y-as en een welbepaalde resolutie op de vertikale Y-as. Meer specifiek worden door de valverwerkingseenheid de verschillende vertikale Y-posities van het identificatiepunt (10a) dat zich ter hoogte van het hoofd van de bewaakte persoon (10) bevindt in de verschillende beelden met elkaar vergeleken. Wanneer nu de mate van verandering van de vertikale Y-positie tussen een eerste en een tweede beeld (3a, 3b), bijvoorbeeld tussen beeld 2 (3a) en beeld 3 (3b) zoals weergegeven op de figuur 3, met een vooraf bepaalde minimum drempelwaarde overschrijdt, dan wordt een val gedetecteerd. Deze mate van verandering van de vertikale Y-positie wordt daarbij uitgedrukt in aantal pixels per seconde.

[56] Zoals te zien is op de figuur 4, is deze minimum drempelwaarde lineair proportioneel met de afstand (d) tussen het hoofd van de bewaakte persoon (10) en de diepte infraroodsensor (zie figuur 1a). De valverwerkingseenheid is daarbij bij voorkeur geconfigureerd om deze vooraf bepaalde minimum drempelwaarde aan te passen in functie van deze afstand (d).

[57] Verder is deze vooraf bepaalde minimum drempelwaarde lineair proportioneel met het aantal pixels op de horizontale X- en de vertikale Y-as en de resolutie op de vertikale Y-as.

[58] Voorbeeld

Voor een persoon die zich op een afstand van 1,5 m van de infraroodsensor bevindt: - Aantal pixels op de vertikale Y-as: 1024 pixels - Aantal pixels op de horizontale X-as: 768 pixels - Resolutie op de vertikale Y-as: 320 x 240 pixels - Minimum drempelwaarde van de mate van verandering van de vertikale Y-positie tussen twee beelden (3a, 3b) ontvangen door de valverwerkingseenheid op een verschillend tijdstip: 10 pixels tussen de twee beelden (3a, 3b) of 300 pixels / s (aangezien er 30 beelden per seconde worden gemaakt) (zie figuur 4)

Wanneer deze persoon zich op een afstand van 3 m van de infraroodsensor bevindt, is de minimum drempelwaarde dus 20 pixels tussen de twee beelden (3a, 3b) of 600 pixels / s (zie figuur 4).

[59] De besturingseenheid van het valdetectiesysteem (1) volgens de uitvinding omvat verder bij voorkeur een alarmeringseenheid (niet voorgesteld op de figuren) waardoor deze uiterst geschikt is om geïnstalleerd te worden in één of meerdere ruimtes waarin een zorgbehoevende persoon, meestal een oudere persoon, zich verplaatst. Daarbij worden in deze ruimtes één of meerdere infraroodbronnen en infraroodsensoren zoals hierboven omschreven geplaatst. Deze alarmverwerkingseenheid is daarbij geconfigureerd om automatisch één of meerdere externe personen zoals een familielid, buur, mantelzorgpersoon, verpleger / verpleegster, persoon in hulpcentrale (niet voorgesteld op de figuren) te alarmeren op het moment dat een val van de bewaakte persoon (10) wordt gedetecteerd, en dit zonder enige manuele tussenkomst van de bewaakte persoon (10). Daarbij is deze alarmverwerkingseenheid geconfigureerd om automatisch verbinding te maken met één of meerdere externe toestellen, bijvoorbeeld een smartphone, tv, computer,... die zich bij de één of meerdere externe personen bevinden en die voorzien zijn van een onafhankelijk platform zoals IOS, Microsoft, Androïd met een app. Deze automatische melding bestaat bij voorkeur uit een foto of een beeld van de situatie bij de val die doorgestuurd wordt naar één of meerdere van een beeldscherm voorziene externe toestellen. Voor het nemen van deze beelden is het valdetectiesysteem (1) bij voorkeur voorzien van één of meerdere kleurencamera’s, meer bij voorkeur RGB-kleurencamera’s.

[60] Verder kan het valdetectiesysteem (1) volgens de uitvinding een luidspreker omvatten ten einde de één of meerdere externe personen toe te laten om auditief contact op te nemen met de bewaakte persoon (10). Langs de zijde van de bewaakte persoon (10) is daarbij bij voorkeur een microfoon aanwezig.

[61] De alarmverwerkingseenheid is verder bij voorkeur geconfigureerd om de één of meerdere externe personen toe te laten via livestream op een van een beeldscherm voorzien extern toestel de bewaakte persoon (10) te observeren, dit gebruik makend van de hiervoor vermelde kleurencamera.

[62] Het valdetectiesysteem (1) volgens de uitvinding omvat bij voorkeur verder een sociaal contact-eenheid die geconfigureerd is om de één of meerdere externe personen toe te laten visueel en / or auditief contact op te nemen met de bewaakte persoon (10). Daartoe dienen de hierboven vermelde éénof meerdere kleurencamera’s op zich verbonden te zijn met een beeldscherm (computer, tablet, tv, ...). Deze sociaal contact-eenheid kan daarbij zo geconfigureerd dat de bewaakte persoon (10) door één druk op de foto van de één of meerdere externe personen, die bij voorkeur vooraf zijn bepaald, visueel en / of auditief extern contact te hebben, wat een kostenbesparing op het gebied van telefonie met zich meebrengt.

[63] De werkwijze volgens de uitvinding zal typisch computer-geïmplementeerd zijn op een systeem of platform met een client-server architectuur. De beelden, rapporten en taken worden centraal bewaard of verdeeld over één of meerdere servers. Gebruikers zullen typisch toegang hebben tot hun taaklijsten en beelden consulteren die opgelaan zijn in het systeem via een cliënt inrichting. De besturing- of dataverwerkingseenheid of een computerapparaat dat bestuurd wordt volgens een werkwijze volgens de uitvinding kan een werkstation, een server, een laptop, een desktop, een draagbaar besturingssysteem zoals een hand-held apparaat of een mobiel apparaat, een tablet computer of elk ander computerapparaat zoals gekend door de vakman omvatten.

[64] De besturings- of dataverwerkingseenheid kan een bus of een netwerk voor connectiviteit tussen verschillende componenten, dit direct of indirect, een geheugen of database, één of meerdere processors, input / output poorten, een voeding en dergelijk omvatten. Het weze duidelijk voor een vakman dat de bus of het netwerk één of meerdere bussen, zoals een adresbus, een databus of een combinatie daarvan kan omvatten, of één fo meerdere netwerklinken kan omvatten. Het weze verder duidelijk voor een vakman dat, afhankelijk van de bedoelde toepassing en het gebruik van een bepaalde uitvoeringsvorm, een veelvoud van deze componenten geïmplementeerd kan worden in een enkele inrichting.

[65] De besturings- of dataverwerkingseenheid kan een variëteit van computerleesbare media omvatten of daarmee interageren. Zo bijvoorbeeld kunnen dergelijke computerleesbare media Random Access Memory (RAM), Read Only Memory (ROM), Electronically Erasable Programmable Read Only Memory (EEPROM), flash memory of elke andere geheugentechnologie, CDROM, Digitial Versatile Disks (DVD) of elke andere soort optische of holografische media, magnetische cassettes, magnetische tapes, magnetisch schijfopslag of elke andere magnetische opslag apparaten die gebruik kunnen worden om informatie te encoderen en waar toegang tot verkregen kan worden door de besturings- of dataverwerkingseenheid of het computerapparaat omvatten.

[66] Het geheugen kan computer-opslag media in de vorm van vluchtig en/of niet-vluchtig geheugen omvatten. Het geheugen kan daarbij vewijderbaar, niet-verwijderbaar of elke combinatie daarvan zijn. Voorbeelden van hardware apparaten zijn apparaten zoals HDD (hard drive disks), SSD (solid-state disk), ODD (optical disk drive), en dergelijke. De besturings- of dataverwerkingseenheid of het computerapparaat kan één of meerdere processors die data van componenten zoals geheugen, de verschillende l/O-componenten en dergelijke lezen omvatten.

[67] De l/O-poorten kunnen toelaten dat de besturings- of dataverwerkingseenheid of het computerapparaat logisch gekoppeld zijn aan andere toestellen zoals l/O-componenten. Sommige van de l/O-componenten kunnen ingebouwd zijn in een computerapparaat. Voorbeelden van dergelijke l/O-componenten omvatten een microfoon, een joystick, een opname-apparaat, een game pad, een schotelantenne, een scanner, een printer, een draadloos apparaat, een netwerkapparaat, en dergelijke.

[68] Hoewel de onderhavige uitvinding werd geïllustreerd aan de hand van specifieke uitvoeringsvormen, zal het voor de vakman duidelijk zijn dat de uitvinding niet is beperkt tot de details van de voorgaande illustratieve uitvoeringsvormen, en dat de onderhavige uitvinding kan worden uitgevoerd met verschillende wijzigingen en aanpassingen zonder daarbij het toepassingsgebied van de uitvinding te verlaten. De onderhavige uitvoeringsvormen moeten daarom op alle vlakken worden beschouwd als illustratief en niet restrictief, waarbij het toepassingsgebied van de uitvinding wordt beschreven door de bijgevoegde conclusies en niet door de voorgaande beschrijving, en alle wijzigingen die binnen de betekenis en de reikwijdte van de conclusies vallen, zijn hier derhalve mee opgenomen. Er wordt met andere woorden van uitgegaan dat hieronder alle wijzigingen, variaties of equivalenten vallen die binnen het toepassingsgebied van de onderliggende basisprincipes vallen en waarvan de essentiële attributen worden geclaimd in deze octrooiaanvraag. Bovendien zal de lezer van deze octrooiaanvraag begrijpen dat de woorden "omvattende" of "omvatten" andere elementen of stappen niet uitsluiten, dat het woord "een" geen meervoud uitsluit, en dat een enkelvoudig element, zoals een computersysteem, een processor of een andere geïntegreerde eenheid de functies van verschillende hulpmiddelen kunnen vervullen die in de conclusies worden vermeld. Eventuele verwijzingen in de conclusies mogen niet worden opgevat als een beperking van de conclusies in kwestie. De termen "eerste", "tweede", "derde", "a", "b", "c" en dergelijke, wanneer gebruikt in de beschrijving of in de conclusies, worden gebruikt om het onderscheid te maken tussen soortgelijke elementen of stappen en beschrijven niet noodzakelijk een opeenvolgende of chronologische volgorde. Op dezelfde manier worden de termen "bovenkant", "onderkant", "over", "onder" en dergelijke gebruikt ten behoeve van de beschrijving en verwijzen ze niet noodzakelijk naar relatieve posities. Het moet worden begrepen dat die termen onderling verwisselbaar zijn onder de juiste omstandigheden en dat uitvoeringsvormen van de uitvinding in staat zijn om te functioneren volgens de onderhavige uitvinding in andere volgordes of oriëntaties dan hierboven beschreven of geïllustreerd.

Claims (15)

1. CONCLUSIES

   1. Valdetectiesysteem (1) voor het detecteren van een val van een bewaakte persoon (10), waarbij het genoemde valdetectiesysteem (1) minstens één infraroodbron en minstens één diepte infraroodsensor omvat, waarbij de genoemde infraroodbron voorzien is voor het bestralen van de genoemde bewaakte persoon (10) met een vooraf bepaald infraroodpuntenpatroon dat detecteerbaar is door de genoemde diepte infraroodsensor om een beeld van het genoemde infraroodpuntenpatroon te genereren, MET HET KENMERK DAT het genoemde valdetectiesysteem (1) voorzien is van een besturingseenheid die - een beeldverwerkingseenheid omvat die geconfigureerd is om minstens een identificatiepunt (10a) dat zich ter hoogte van het hoofd van de genoemde bewaakte persoon (10) bevindt op basis van het genoemde infraroodpuntenpatroon te genereren en toe te voegen aan het genoemde beeld ontvangen van de genoemde diepte infraroodsensor; en - een valverwerkingseenheid omvat die geconfigureerd is voor • het ontvangen van minstens een eerste en een tweede genoemd beeld (3a, 3b) van het genoemde infraroodpuntenpatroon van de genoemde beeldverwerkingseenheid op een verschillend tijdstip binnen een vooraf bepaald tijdsinterval, waarbij de genoemde identificatiepunten (10a - 10t) op de genoemde beelden een vertikale Y-positie omvatten; en • het detecteren van de genoemde val wanneer, voor het genoemde identificatiepunt (10a) dat zich ter hoogte van het genoemde hoofd bevindt, de mate van verandering van de genoemde vertikale Y-positie tussen het genoemde eerste en het genoemde tweede beeld (3a, 3b) een vooraf bepaalde minimum drempelwaarde overschrijdt.
2. 2. Valdetectiesysteem volgens conclusie 1, MET HET KENMERK DAT de genoemde beeldverwerkingseenheid geconfigureerd is om minstens een identificatiepunt (10b) dat zich ter hoogte van het heupcenter van de genoemde bewaakte persoon (10) bevindt op basis van het genoemde infraroodpuntenpatroon te genereren en toe te voegen aan het genoemde beeld (3a, 3b) ontvangen van de genoemde infraroodsensor, waarbij de genoemde beeldverwerkingseenheid geconfigureerd is om de genoemde bewaakte persoon te detecteren in het genoemde beeld (3a, 3b) van de diepte infraroodsensor wanneer de genoemde identificatiepunten (10a, 10b) die zich ter hoogte van het hoofd en het heupcenter van de genoemde bewaakte persoon (10) bevinden gegenereerd zijn en toegevoegd zijn aan het genoemde beeld (3a, 3b) ontvangen van de genoemde diepte infraroodsensor.
3. 3. Valdetectiesysteem volgens conclusie 1 of 2, MET HET KENMERK DAT de genoemde valverwerkingseenheid geconfigureerd is om de genoemde vooraf bepaalde minimum drempelwaarde aan te passen in functie van de afstand (d) tussen het hoofd van de genoemde bewaakte persoon (10) en de genoemde diepte infraroodsensor.
4. 4. Valdetectiesysteem volgens conclusie 3, MET HET KENMERK DAT de genoemde minimum drempelwaarde lineair proportioneel is met de genoemde afstand (d) tussen het hoofd van de genoemde bewaakte persoon (10) en de genoemde diepte infraroodsensor.
5. 5. Valdetectiesysteem volgens één van de conclusies 1 tot en met 4, MET HET KENMERK DAT de genoemde mate van verandering van de genoemde Y-positie tussen het genoemde eerste en tweede beeld (3a, 3b) uitgedrukt wordt in een aantal pixels per seconde.
6. 6. Valdetectiesysteem volgens één van de conclusies 1 tot en met 5, MET HET KENMERK DAT de genoemde beelden (3a, 3b) een welbepaald aantal pixels op de horizontale X-as en de vertikale Y-as omvatten, en een welbepaalde resolutie op de vertikale Y-as omvatten, en dat de genoemde minimum drempelwaarde lineair proportioneel is met - het genoemde aantal pixels op de horizontale X- en de vertikale Y-as; en - de genoemde resolutie op de vertikale Y-as.
7. 7. Valdetectiesysteem volgens één van de conclusies 1 tot en met 6, MET HET KENMERK DAT de genoemde besturingseenheid een alarmverwerkingseenheid omvat die geconfigureerd is voor het automatisch alarmeren van één of meerdere externe personen op het moment dat een genoemde val van de genoemde bewaakte persoon (10) wordt gedetecteerd.
8. 8. Valdetectiesysteem volgens conclusie 7, MET HET KENMERK DAT de genoemde alarmverwerkingseenheid geconfigureerd is om automatisch verbinding te maken met één of meerdere externe toestellen die zich bij de genoemde één of meerdere externe personen bevinden op het moment dat een genoemde val van de genoemde bewaakte persoon (10) wordt gedetecteerd.
9. 9. Valdetectiesysteem volgens conclusie 8, MET HET KENMERK DAT het genoemde valdetectiesysteem een kleurencamera omvat die geconfigureerd is voor het nemen van kleurbeelden van de genoemde bewaakte persoon (10) op verschillende tijdstippen en het genoemde externe toestel een beeldscherm omvat, en dat de genoemde alarmverwerkingseenheid geconfigureerd is om een genoemd kleurenbeeld van de genoemde bewaakte persoon (10) door te sturen naar het genoemde externe toestel op het moment van de genoemde val.
10. 10. Valdetectiesysteem volgens conclusie 9, MET HET KENMERK DAT de genoemde alarmverwerkingseenheid geconfigureerd is om de genoemde één of meerdere externe personen toe te laten de genoemde bewaakte persoon (10) via livestream op het genoemde beeldscherm visueel te observeren.
11. 11. Valdetectiesysteem volgens conclusie 10, MET HET KENMERK DAT het genoemde valdetectiesysteem een microfoon omvat en dat de genoemde alarmverwerkingseenheid geconfigureerd is om de genoemde één of meerdere externe personen toe te laten auditief contact op te nemen met de genoemde bewaakte persoon (10).
12. 12. Valdetectiesysteem volgens één van de conclusies 7 tot en met 11, MET HET KENMERK DAT het genoemde valdetectiesysteem een sociaal contact-eenheid omvat die geconfigureerd is om de genoemde bewaakte persoon toe te laten visueel en / of audititef contact te hebben met de genoemde één of meerdere externe personen.
13. 13. Valdetectiesysteem volgens conclusie 12, MET HET KENMERK DAT de genoemde sociaal contact-eenheid geconfigureerd is om de genoemde bewaakte en de genoemde één of meerdere externe personen toe te laten om via een scherm dat zich enerzijds bij de genoemde bewaakte persoon (10) en anderzijds bij de genoemde één of meerdere externe personen bevindt visueel en / of auditief contact met elkaar te hebben.
14. 14. Werkwijze voor het detecteren van een val van een bewaakte persoon (10), waarbij de genoemde werkwijze de volgende stappen omvat - het bestralen van de genoemde bewaakte persoon (10) met een vooraf bepaald infraroodpuntenpatroon dat detecteerbaar is door minstens één diepte infraroodsensor gebruik makend van minstens één infraroodbron; - het genereren van een beeld (3a, 3b) van het genoemde infraroodpuntenpatroon; MET HET KENMERK DAT de genoemde werkwijze verder de volgende stappen omvat - het genereren van minstens één identificatiepunt (10a) dat zich ter hoogte van het hoofd van de genoemde bewaakte persoon (10) bevindt op basis van het genoemde infraroodpuntenpatroon gebruik makend van een beeldverwerkingseenheid; - het toevoegen van het genoemde identificatiepunt aan het genoemde beeld (3a, 3b) ontvangen van de genoemde diepte infraroodsensor; - het ontvangen van minstens een eerste en een tweede genoemde beeld (3a, 3b) van het genoemde infraroodpuntenpatroon van de genoemde beeldverwerkingseenheid op een verschillend tijdstip binnen een vooraf bepaald tijdsinterval gebruik makende van een valverwerkingseenheid, waarbij de genoemde identificatiepunten (10a - 10t) op de genoemde beelden (3a, 3b) een vertikale Y-positie omvatten; en - het detecteren van de genoemde val door middel van de genoemde valverwerkingseenheid wanneer, voor het genoemde identificatiepunt (10a) dat zich ter hoogte van het hoofd bevindt, de mate van verandering van de genoemde vertikale Y-positie tussen het genoemde eerste en het genoemde tweede beeld (3a, 3b) een vooraf bepaalde minimum drempelwaarde overschrijdt.
15. 15. Werkwijze volgens conclusie 14, MET HET KENMERK DAT de genoemde werkwijze gebruik maakt van een valdetectiesysteem (1) volgens één van de conclusies 1 tot en met 13.