BE1021521B1

BE1021521B1 - METHOD OF MANUFACTURING A SCHEDULE OF A DOMOTICS INSTALLATION

Info

Publication number: BE1021521B1
Application number: BE2012/0500A
Authority: BE
Original assignee: IDGS, besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Priority date: 2012-07-18
Filing date: 2012-07-18
Publication date: 2015-12-07

Abstract

Werkwijze om een schema van een domotica-installatie te vervaardigen. Werkwijze om een schema (1), dat één of meer deelschema's (2,16,22) omvat, van een domotica-installatie of een ontwerp daarvoor te vervaardigen, waarin de domotica- installatie actoren omvat om verbruikers aan te sturen, daardoor gekenmerkt dat een deelschema gevormd wordt door een ééndraadschema (16) voor de actoren, waarbij de afzonderlijke actoren worden weergegeven als afzonderlijke elementen (17) en waarbij de afzonderlijke elementen (17) op het ééndraadschema (16) voor de actoren worden voorzien van een unieke identificatiecode (7).Method of producing a schematic of a home automation installation. Method of producing a scheme (1) comprising one or more sub-schemes (2,16,22) of a home automation installation or a design therefor, in which the home automation installation comprises actors for controlling consumers, characterized in that a sub-diagram is formed by a one-wire diagram (16) for the actors, wherein the individual actors are represented as separate elements (17) and wherein the individual elements (17) on the one-wire diagram (16) are provided with a unique identification code for the actors ( 7).

Description

Werkwijze om een schema van een domotica-installatie te vervaardigen.Method of producing a diagram of a home automation installation.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze om een schema van een bestaande domotica-installatie te vervaardigen, of een schema van een ontwerp van een domotica-installatie te vervaardigen.The present invention relates to a method for producing a diagram of an existing home automation system, or for producing a diagram of a design of a home automation system.

Het belang van een goed schema van een elektrische installatie van een gebouw, dus van de bedrading en componenten die een dergelijke installatie vormen, is groot.The importance of a good diagram of an electrical installation of a building, ie of the wiring and components that make up such an installation, is great.

Een dergelijk goed schema laat onder andere toe om een ontwerp goed te laten uitvoeren door een uitvoerder, en om later gemakkelijk en veilig aanpassingen of herstellingen te kunnen doen aan de installatie. Daarom is er in de meeste landen een wetgeving voor de aanwezigheid van een schema van een elektrische installatie van een gebouw, evenals een aantal minimumvereisten aan dit schema.Such a good scheme makes it possible, among other things, to have a design carried out properly by an operator, and to be able to make adjustments or repairs to the installation easily and safely at a later date. Therefore, in most countries there is legislation for the presence of a diagram of an electrical installation of a building, as well as a number of minimum requirements for this diagram.

Een goed schema is in nog grotere mate van belang voor een domotica-installatie, vanwege de veel grotere complexiteit van een domotica-installatie vergeleken met een klassieke elektrische installatie.A good diagram is even more important for a home automation installation, because of the much greater complexity of a home automation installation compared to a traditional electrical installation.

Juist door de grotere complexiteit van domotica-installaties voldoen de bestaande werkwijzen om schema's van domotica-installaties te vervaardigen niet. Volgens bestaande werkwijzen vervaardigde schema's geven niet voldoende informatie van de ontwerper naar de uitvoerder, waardoor de uitvoerder tijdens het uitvoeren een aantal vrijheden heeft, en dus niet gespecificeerde zaken naar eigen inzicht dient in te vullen, waardoor deze door verschillende uitvoerders verschillend worden uitgevoerd.It is precisely because of the greater complexity of home automation installations that the existing methods of producing diagrams for home automation installations are insufficient. Schemes produced according to existing methods do not provide sufficient information from the designer to the performer, as a result of which the performer has a number of freedoms during execution, and therefore has to fill in unspecified matters according to his own insight, so that different performers perform them differently.

Tevens geven deze schema's niet genoeg informatie wanneer later, mogelijkerwijs vele jaren later, eventueel wanneer de ontwerper en uitvoerder niet meer actief zijn, een domotica-installatie dient te worden aangepast of hersteld.These schemes also do not provide enough information when a home automation installation needs to be adjusted or repaired later, possibly many years later, possibly when the designer and performer are no longer active.

De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden, doordat zij voorziet in een werkwijze om een schema, dat één of meer deelschema's omvat, van een domotica-installatie of een ontwerp daarvoor te vervaardigen, waarin de domotica-installatie actoren omvat om verbruikers aan te sturen, waarin een deelschema gevormd wordt door een ééndraadschema voor de actoren, waarbij de afzonderlijke actoren worden weergegeven als afzonderlijke elementen en waarbij de afzonderlijke elementen op het ééndraadschema voor de actoren worden voorzien van een unieke identificatiecode.The present invention has for its object to provide a solution to at least one of the aforementioned and other disadvantages in that it provides a method for producing a diagram, comprising one or more partial diagrams, of a home automation installation or a design therefor, in which the home automation installation comprises actuators for controlling consumers, in which a sub-diagram is formed by a one-wire diagram for the actors, the individual actors being represented as separate elements and the individual elements on the one-wire diagram for the actors being provided with a unique identification code .

Hierbij is 'verbruiker' een in het vakgebied gebruikelijke term voor een component die een gewenste actie of toestand bewerkstelligt, en daarbij normaal gesproken energie verbruikt, bijvoorbeeld een lamp, een slot of een motor, en is een 'actor' een door middel van een signaal in een bepaalde staat te brengen aansturingsmiddel voor een verbruiker, bijvoorbeeld een relais of een dimmer.Here, "consumer" is a term commonly used in the art for a component that accomplishes a desired action or condition, and thereby normally consumes energy, for example, a lamp, a lock, or a motor, and an "actor" is a signal for bringing a consumer to a certain state, for example a relay or a dimmer.

Een ééndraadsschema is hierbij een schematische voorstelling van een elektrische installatie die geen rekening houdt met de plaats van de elektrische componenten maar die, met behulp van symbolen, de samenstelling van iedere elementaire stroombaan geeft alsmede hun onderlinge verbinding om een elektrische installatie te vormen.A one-wire diagram is here a schematic representation of an electrical installation that does not take into account the location of the electrical components but which, by means of symbols, gives the composition of each elementary current path and their mutual connection to form an electrical installation.

De uitvinding laat toe om dezelfde identificatiecode te gebruiken op andere deelschema's of in lijsten, of op of nabij de actor, zodat een actor altijd ondubbelzinnig geïdentificeerd kan worden.The invention makes it possible to use the same identification code on other sub-schemes or in lists, or on or near the actor, so that an actor can always be unambiguously identified.

Dit draagt bij aan het verbeteren van de bruikbaarheid van het gevormde schema.This contributes to improving the usability of the formed scheme.

In een voorkeurdragende variant wordt een deelschema gevormd door een situatieschema dat een weergave is van de verbruikers in hun werkelijke positie, waarbij de weergave van een verbruiker in het tweede deelschema voorzien wordt van de identificatiecode van het element dat de actor weergeeft die de verbruiker aanstuurt.In a preferred variant, a sub-diagram is formed by a situation diagram that is a representation of the consumers in their actual position, wherein the representation of a consumer in the second sub-diagram is provided with the identification code of the element representing the actor controlling the consumer.

Op deze manier kan bij later gebruik van het schema altijd een relatie gemaakt worden tussen een actor en een verbruiker, zodat de aanpassingen gemakkelijk gemaakt kunnen worden.In this way a relationship can always be made between an actor and a consumer with later use of the scheme, so that the adjustments can be made easily.

In een verdere voorkeurdragende variant worden, in het ééndraadschema voor de actoren, de elementen die actoren weergeven voorzien van een aanduiding die hun positie in het situatieschema weergeeft.In a further preferred variant, in the one-wire diagram for the actors, the elements representing actors are provided with an indication that represents their position in the situation diagram.

Op deze manier is de relatie tussen een actor en een verbruiker in twee richtingen, dus uitgaande van zowel het ééndraadsschema als het situatieschema gemakkelijk vast te stellen, en wordt de bruikbaarheid van het schema verder verhoogd.In this way, the relationship between an actor and a consumer in two directions, thus starting from both the one-wire scheme and the situation scheme, is easy to determine, and the usability of the scheme is further increased.

In voorkeurdragende varianten zijn een of meer van de volgende kenmerken aanwezig: - de elementen die actoren weergeven worden voorzien van een aanduiding die het actortype voorstelt, - de elementen die actoren weergeven worden voorzien van een aanduiding die het type weergeeft van een op een actor aangesloten verbruiker, - minimaal één actor is op een buslijn aangesloten, waarbij de elementen die actoren weergeven worden voorzien van een aanduiding die aangeeft op welke buslijn zij zijn aangesloten, waarbij de aanduidingen deel kunnen uitmaken of niet van de identificatiecode.In preferred variants, one or more of the following features are present: - the elements representing actuators are provided with an indication representing the type of actuator, - the elements representing actuators are provided with an indication representing the type of an actuator connected to an actuator. consumer, - at least one actor is connected to a bus line, the elements representing the actors being provided with an indication that indicates to which bus line they are connected, whereby the indications may form part of the identification code or not.

Al deze varianten geven een verbeterde bruikbaarheid van het schema doordat relaties tussen componenten gemakkelijker vast te stellen zijn.All these variants provide improved usability of the scheme because relationships between components are easier to determine.

In een verdere voorkeurdragende variant omvat de domotica-installatie sensoren om een actuele toestand of een gewenste toestand te detecteren, welke sensoren via een buslijn verbonden zijn met een centrale verwerkingseenheid, waarbij een ééndraadsschema van minimaal één buslijn en daarop aangesloten sensoren vervaardigd wordt, dat een deelschema vormt.In a further preferred variant, the home automation installation comprises sensors for detecting a current state or a desired state, which sensors are connected via a bus line to a central processing unit, wherein a one-wire diagram of at least one bus line and sensors connected thereto is manufactured, partial scheme.

Ook deze variant geeft een verder verbeterde praktische bruikbaarheid van het gevormde schema, doordat relaties tussen componenten gemakkelijker vast te stellen zijn.This variant also gives a further improved practical usability of the formed scheme, because relationships between components are easier to determine.

In een verdere voorkeurdragende variant zijn in de domotica-installatie minimaal twee actoren van eenzelfde type uitgevoerd als een actormodule met minimaal twee uitgangen.In a further preferred variant, at least two actuators of the same type are designed in the home automation installation as an actuator module with at least two outputs.

Dit is een in de praktijk veel voorkomende situatie, bijvoorbeeld een relaisblok met één aansluiting op een buslijn, maar met acht onafhankelijk schakelbare uitgangen, waarbij in het bijzonder de werkwijzen volgens de uitvinding een voordeel bieden in het vormen van een overzichtelijk en bruikbaar schema.This is a situation which is common in practice, for example a relay block with one connection to a bus line, but with eight independently switchable outputs, wherein in particular the methods according to the invention offer an advantage in forming a well-arranged and usable diagram.

In voorkeurdragende varianten hiervan zijn een of meer van de volgende kenmerken aanwezig: - de elementen die actoren weergeven worden voorzien van een aanduiding die een volgnummer van de actormodule weergeeft, - de elementen die actoren weergeven worden voorzien van een aanduiding die het volgnummer weergeeft van de uitgang van de actormodule waarop het element betrekking heeft, waarbij de aanduidingen deel kunnen uitmaken of niet van de identificatiecode.In preferred variants thereof, one or more of the following features are present: - the elements representing actuators are provided with an indication representing a sequence number of the actuator module, - the elements representing actuators are provided with an indication representing the sequence number of the actuator module. output of the actuator module to which the element relates, where the designations can form part of the identification code or not.

In een verdere voorkeurdragende variant wordt de werkwijze minimaal deels door middel van een daartoe geprogrammeerde computer uitgevoerd.In a further preferred variant, the method is carried out at least partly by means of a computer programmed for this purpose.

Bij voorkeur omvat hierbij de werkwijze een definitiestap, waarin een beschrijving wordt gemaakt van de verbruikers en actoren en hun onderlinge verbindingen van een te installeren of geïnstalleerde domotica-installatie, waarbij in de definitiestap de afzonderlijke actoren en de afzonderlijke verbruikers aan elkaar gerelateerd worden.The method herein preferably comprises a definition step, in which a description is made of the consumers and actors and their interconnections of a home automation installation to be installed or installed, wherein the individual actors and the individual consumers are related to each other in the definition step.

Op deze manier kan een met een computer gemaakt ontwerp van een domotica-installatie op een gemakkelijke wijze worden omgezet in een bruikbaar en volledig schema van een domotica-installatie.In this way, a computer-generated design of a home automation installation can easily be converted into a usable and complete diagram of a home automation installation.

Een verder voordeel van alle varianten van de werkwijze volgens de uitvinding is dat deze op alle domotica-systemen van alle fabrikanten kunnen worden toegepast, en dus universeel, met andere woorden systeemonafhankelijk, zijn.A further advantage of all variants of the method according to the invention is that they can be applied to all home automation systems from all manufacturers, and are therefore universal, in other words system-independent.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende variant beschreven van de werkwijze, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin :With the insight to better demonstrate the features of the invention, a preferred variant of the method is described below as an example without any limiting character, with reference to the accompanying drawings, in which:

Figuur 1 een schema weergeeft dat het resultaat is van een werkwijze volgens de uitvinding; figuur 2 een deelschema van figuur 1 weergeeft; figuur 3 een weergave op grotere schaal is van het met F3 aangeduide deel van het deelschema van figuur 1; figuren 4A en 4B samen een tweede deelschema van figuur 1 weergeven; en figuur 5 een verder aanvullend deelschema van figuur 1 weergeeft.Figure 1 shows a diagram that is the result of a method according to the invention; Figure 2 represents a partial diagram of Figure 1; Figure 3 is a larger-scale representation of the part of the sub-scheme of Figure 1 indicated by F3; figures 4A and 4B together represent a second sub-scheme of figure 1; and figure 5 represents a further additional sub-scheme of figure 1.

De hierna beschreven werkwijze betreft het vervaardigen van een schema 1 van een domotica-installatie met een aantal types actoren, te weten motorsturingen, dimmers, en relais; een aantal types verbruikers, waaronder lampen en motoren, en een aantal types sensoren, waaronder rookmelders, drukknoppen en bewegingssensoren.The method described below relates to the production of a diagram 1 of a home automation installation with a number of types of actuators, namely motor controllers, dimmers, and relays; a number of types of consumers, including lamps and motors, and a number of types of sensors, including smoke detectors, push buttons and motion sensors.

Zoals gebruikelijk in domotica-installaties zijn de actoren per type ondergebracht in actormodules, met in dit geval acht uitgangen.As usual in home automation installations, the actors are accommodated per type in actor modules, with in this case eight outputs.

Een schema 1 zoals weergegeven in figuur 1 kan gemaakt worden van een bestaande, reeds gebouwde domotica- installatie, maar ook samen met een ontwerp van een installatie, dus voor een nog te bouwen domotica- installatie. Deze laatste werkwijze wordt hier beschreven.A diagram 1 as shown in figure 1 can be made of an existing home automation installation that has already been built, but also together with a design of an installation, ie for a home automation installation that is yet to be built. This latter method is described here.

De werkwijze wordt in dit voorbeeld uitgevoerd door middel van een computerprogramma. Dit kan gebeuren op basis van een bestaande plattegrond van een gebouw of op basis van een te maken plattegrond.The method is carried out in this example by means of a computer program. This can be done on the basis of an existing floor plan of a building or on the basis of a floor plan to be made.

Eerst wordt een definitiestap uitgevoerd, waarin de componenten, dus de sensoren en verbruikers, van het domoticasysteem en hun onderlinge verbindingen worden beschreven. Hiertoe wordt een situatieschema 2 gemaakt, dat in figuren 2 en 3 is weergegeven.First, a definition step is performed in which the components, that is, the sensors and consumers, of the home automation system and their interconnections are described. A situation diagram 2 is made for this purpose, which is shown in figures 2 and 3.

Hierin worden de diverse ruimtes voorzien van een volgnummer 3 en een aanduiding 4 van hun functie.The various rooms are provided with a sequence number 3 and an indication 4 of their function.

In de diverse ruimtes van een gebouw worden de gewenste verbruikers en sensoren weergegeven. Dit kan bijvoorbeeld een weergave 5 van een lamp of een weergave 6 van een bewegingssensor zijn.The desired consumers and sensors are displayed in the various rooms of a building. This can be, for example, a display 5 of a lamp or a display 6 of a motion sensor.

Iedere weergave van een verbruiker of sensor wordt voorzien van een unieke identificatiecode, in dit voorbeeld identificatiecode 7 'REL2.2' bij de weergave 5 van de verbruiker en identificatiecode 8 'M3-1' bij de weergave 6 van de sensor.Each display of a consumer or sensor is provided with a unique identification code, in this example identification code 7 'REL2.2' in the display 5 of the consumer and identification code 8 'M3-1' in the display 6 of the sensor.

Ook wordt bij de weergave 5 van de verbruiker een code 9 geplaatst die weergeeft in welke gezekerde kring in de domotica-installatie de betreffende verbruiker geplaatst zal worden, en wat zijn volgnummer daarin zal zijn, zodat de verbruikers gegroepeerd worden op basis van de kring waarin zij geplaatst gaan worden.Also in the display 5 of the consumer a code 9 is placed which indicates in which secured circuit in the home automation installation the relevant consumer will be placed, and what his serial number will be therein, so that the consumers are grouped on the basis of the circuit in which they are going to be placed.

De identificatiecode 7 bestaat uit drie aanduidingen. De eerste aanduiding 10 is een aanduiding van het type actor waaraan de betreffende verbruiker gekoppeld is, in dit voorbeeld: 'REL' voor relais, maar andere codes zoals DIM voor dimmer of M voor motorsturing zijn ook mogelijk.The identification code 7 consists of three indications. The first designation 10 is an indication of the type of actuator to which the relevant load is connected, in this example: "REL" for relays, but other codes such as DIM for dimmer or M for motor control are also possible.

De tweede aanduiding 11 is een aanduiding van het volgnummer van de actormodule waarin deze actor zich, na uitvoering van het ontwerp, bevindt: in dit voorbeeld '2'.The second designation 11 is an indication of the sequence number of the actor module in which this actor is located, after execution of the design: '2' in this example.

De derde aanduiding 12 is een aanduiding van het volgnummer van de uitgang die de betreffende actor heeft in de betreffende actormodule: in dit voorbeeld '2'.The third designation 12 is an indication of the sequence number of the output that the relevant actor has in the relevant actor module: in this example '2'.

De identificatiecode 8 bestaat ook uit drie aanduidingen. De eerste aanduiding 13 is een aanduiding van het type sensor, in dit voorbeeld: 'M' voor bewegingssensor.The identification code 8 also consists of three indications. The first designation 13 is an indication of the sensor type, in this example: "M" for motion sensor.

De tweede aanduiding 14 is het volgnummer 3 van de ruimte waarin de sensor zich bevindt, in dit voorbeeld: '3'.The second designation 14 is the sequence number 3 of the room in which the sensor is located, in this example: '3'.

De derde aanduiding 15 is een volgnummer van de sensor binnen de ruimte, in dit voorbeeld: Ί'The third designation 15 is a sequence number of the sensor within the space, in this example:

De aanduidingen 10-15 en de keuze in welke kring de betreffende verbruiker geïnstalleerd dient te worden, welke laatste keuze aan de basis ligt van code 9, liggen deels al vast op basis van eerdere keuzes, en worden voor het overige deel door de ontwerper van de domotica-installatie bepaald.The designations 10-15 and the choice in which circle the relevant consumer is to be installed, which last choice is the basis of code 9, are already partly determined on the basis of previous choices, and the remainder are determined by the designer of the home automation installation determined.

Zij vormen ontwerpkeuzes die de ontwerper moet maken voor het ontwerpen van de domotica-installatie volgens opgelegde randvoorwaarden. In de definitiestap wordt een relatie tussen de specifieke verbruikers en de specifieke actoren gemaakt.They form design choices that the designer must make for designing the home automation installation according to imposed preconditions. In the definition step, a relationship is made between the specific consumers and the specific actors.

Het computerprogramma dat gebruikt wordt kan hierbij voorstellen doen voor aanduidingen 10-15 aan de ontwerper, of conflicten tussen aanduidingen 10-15 signaleren of zelfs onmogelijk maken.The computer program that is used can make proposals for designations 10-15 to the designer, or signal conflicts between designations 10-15 or even make them impossible.

Vervolgens wordt een ééndraadsschema 16 voor de actoren gemaakt, waarop ook de verbruikers staan aangeven, zowel de verbruikers die via een actor werken als de verbruikers die niet via een actor werken.A one-wire diagram 16 is then made for the actors, on which the consumers are also indicated, both the consumers who work via an actor and the consumers who do not work via an actor.

Op dit ééndraadsschema 16 voor de actoren wordt iedere actor weergegeven als een rechthoekig element 17, zoals getoond in figuren 4A en 4B.On this one-wire scheme 16 for the actors, each actor is represented as a rectangular element 17, as shown in Figures 4A and 4B.

Ieder van deze elementen 17 is voorzien van een afzonderlijke identificatiecode 7. De identificatiecodes 7 van de elementen 17 komen overeen met de in het situatieschema 2 gebruikte identificatiecodes 7 bij de verbruikers.Each of these elements 17 is provided with a separate identification code 7. The identification codes 7 of the elements 17 correspond to the identification codes 7 used in situation diagram 2 at the consumers.

Zoals gebruikelijk bij een domotica-installatie is iedere actor aangesloten op een buslijn voor signaaloverdracht. Ieder element 17 is daarom tevens voorzien van een buslijnaanduiding 18, in dit geval 'Bl', waarbij Ί' het volgnummer van de buslijn is.As usual with a home automation installation, every actor is connected to a bus line for signal transmission. Each element 17 is therefore also provided with a bus line designation 18, in this case 'B1', where Ί 'is the sequence number of the bus line.

Verder is onder ieder element 17 een plaatsaanduiding 19 weergeven, die overeenkomt met het volgnummer 3 en de aanduiding van de functie 4 van de ruimte waarin de verbruiker die door de actor wordt aangestuurd zich bevindt.Furthermore, under each element 17 a location indication 19 is shown, which corresponds to the sequence number 3 and the indication of the function 4 of the room in which the consumer controlled by the actuator is located.

In dit ééndraadschema 16 staan de actoren, en de daardoor aangestuurde verbruikers, per gezekerde kring gegroepeerd weergegeven.In this single-wire diagram 16 the actors, and the consumers controlled thereby, are grouped per fused circuit.

Opgemerkt dient te worden dat in werkelijkheid een aantal actoren samen een actormodule vormen. De verschillende actoren in een actormodule worden echter onafhankelijk van elkaar weergegeven door elementen 17 in het ééndraadsschema 16 voor de actoren.It should be noted that in reality a number of actors together form an actor module. The different actors in an actor module, however, are represented independently of each other by elements 17 in the one-wire diagram 16 for the actors.

De elementen 17 zijn gegroepeerd weergegeven per gezekerde kring 20, waarbij per kring 20 een kringaanduiding 21 wordt weergegeven, die overeenkomt met het eerste deel van de code 9.The elements 17 are shown in groups per fused circuit 20, whereby per circuit 20 a circuit designation 21 is shown, which corresponds to the first part of the code 9.

De sensoren van de domotica-installatie worden in een apart ééndraadsschema 22 van een buslijn weergegeven, zoals getoond in figuur 5.The sensors of the home automation system are shown in a separate one-wire diagram 22 of a bus line, as shown in Figure 5.

In dit ééndraads schema 22 van een buslijn zijn de verschillende sensoren die aan de buslijn gekoppeld zijn weergegeven, met hun identificatiecodes 8.In this one-wire diagram 22 of a bus line, the various sensors that are coupled to the bus line are shown with their identification codes 8.

Het situatieschema 2, het ééndraadschema 16 van de actoren en het ééndraadschema 22 van de buslijn vormen deelschema's van het totale schema 1 van de domotica-installatie.The situation diagram 2, the one-wire diagram 16 of the actors and the one-wire diagram 22 of the bus line form part diagrams of the total diagram 1 of the home automation installation.

Afhankelijk van de omstandigheden kunnen nog andere deelschema's deel uitmaken van het schema. Bijvoorbeeld kan een apart deelschema voor contactoren worden samengesteld.Depending on the circumstances, other sub-schemes may also form part of the scheme. For example, a separate sub-scheme for contactors can be compiled.

Ook een zogenaamde DALI installatie voor lichtsturing in grotere gebouwen kan door middel van de werkwijze volgens de uitvinding in een schema 2, dat een aantal deelschema's 1, 16, 22 omvat, worden weergegeven.A so-called DALI installation for light control in larger buildings can also be represented by means of the method according to the invention in a diagram 2, which comprises a number of sub-schemes 1, 16, 22.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven variant, doch een werkwijze volgens de uitvinding kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.The present invention is by no means limited to the variant described as an example, but a method according to the invention can be realized in all shapes and dimensions without departing from the scope of the invention.

Claims

Conclusions.

1. - Method of manufacturing a scheme (1) comprising one or more sub-schemes (2.16, 22) of a home automation system or a design for it, wherein the home automation system comprises actors for controlling consumers, characterized in that a sub-schematic is formed by a one-wire diagram (16) for the actors, the individual actors being represented as separate elements (17) and the individual elements (17) being provided with a single-wire diagram (16) for the actors unique identification code (7).

Method according to claim 1, characterized in that a sub-diagram is formed by a situation diagram (2) representing the consumers in their actual position, wherein the display (5) of a consumer in the situation diagram (2) is provided with the identification code (7) of the element (17) representing the actor controlling the consumer.

Method according to claim 2, characterized in that in the one-wire diagram (2) for the actors, the elements (17) that represent the actors are provided with an indication (19) which indicates their position in the situation diagram (2).

Method according to one of the preceding claims, characterized in that the consumers are grouped per fused circuit and displayed in the single-wire diagram (2) for the actors per fused circuit (20).

Method according to one of the preceding claims, characterized in that the elements (17) representing actuators are provided with an indication (10) representing the actuator type, whereby this indication (10) can form part of the identification code (7) .

Method according to one of the preceding claims, characterized in that the elements (17) which represent actuators are provided with an indication which indicates the type of a consumer connected to an actuator, wherein this indication can form part of the identification code (7) ).

Method according to one of the preceding claims, characterized in that at least one actor is connected to a bus line, wherein the elements (17) representing the actors are provided with an indication (18) which indicates to which bus line they are connected, this designation can form part of the identification code (7).

Method according to one of the preceding claims, characterized in that the home automation installation comprises sensors for detecting a current state or a desired state, which sensors are connected via a bus line to a central processing unit, wherein a one-wire diagram (22) of at least one bus line and sensors connected to it is produced, which forms a partial diagram.

Method according to one of the preceding claims, characterized in that at least two actuators of the same type are designed in the home automation system as an actuator module with at least two outputs.

Method according to one of the preceding claims, characterized in that the elements (17) representing actuators are provided with an indication (11) which represents a sequence number of the actuator module, wherein this indication (11) can form part of the identification code (7).

Method according to one of the preceding claims, characterized in that the elements (17) representing actuators are provided with an indication (12) which indicates the sequence number of the output of the actuator module to which the element (17) relates, this designation (12) can form part of the identification code (7).

Method according to one of the preceding claims, characterized in that it is carried out at least partly by means of a computer programmed for this purpose.

Method according to claim 12, characterized in that it comprises a definition step in which a description is made of the consumers and actuators and their interconnections of a home automation installation to be installed or installed, wherein in the definition step the individual actuators and the individual consumers related to each other.