BE1019312A3 - Verbeterd profielsamenstel en werkwijze voor het monteren van een dergelijk profielsamenstel. - Google Patents

Abstract

Profielsamenstel omvattende een eerste en een tweede profiel en een afstandhouder met goede thermisch isolerende eigenschappen, die ingericht is om zich uit te strekken tussen het eerste en het tweede profiel, en een bovenwand een eerste zijwand heeft, waarbij het eerste profiel voorzien is van een kamer met een eerste kamerwand, een tweede kamerwand en een open zijde daartussen die grenst aan de eertse zijwand van de afstandhouder, waarbij de eerste kamerwand gevormd is met een eertseklemflens ingericht om aan te grijpen tegen de bovenwand en met een tweede klemflens die ombuigbaar is tegen de eerste zijwand.

Description

Verbeterd profielsamenstel en werkwijze voor het monteren van een dergelijk profielsamenstel

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een profielsamenstel omvattende een eerste profiel en een tweede profiel waartussen een thermisch isolerende afstandhouder is opgenomen, in het bijzonder voor gebruik in raam-, deur-, veranda- of geveltoepassingen, waarbij het profielsamenstel typisch voorzien is tussen twee ruimtes waar een verschillende temperatuur heerst. De uitvinding heeft verder betrekking op een profiel voor gebruik in een dergelijk samenstel, op een steegstructuur voor gebruik in een dergelijk samenstel en op een werkwijze voor het monteren van een dergelijk samenstel.

De onderhavige uitvinding heeft als doel om een verbeterd profielsamenstel van het hierboven genoemde type te verschaffen dat thermisch beter isoleert en tegelijkertijd voldoende sterk is. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding als doel een profielsamenstel te verschaffen met betere thermisch isolerende eigenschappen dan deze van profielsamenstellen van de stand van de techniek met vergelijkbare afmetingen. Volgens voordelige uitvoeringsvormen kan de hoogte van de afstandhouder eenvoudig gevarieerd worden.

Daartoe onderscheidt het profielsamenstel volgens de uitvinding zich daarin dat het eerste profiel voorzien is van een kamer met een eerste kamerwand, een tweede kamerwand en een open zijde tussen de eerste en de tweede kamerwand.

De open zijde is bedoeld om te grenzen aan een eerste zijwand van de isolerende afstandhouder. De eerste en de tweede kamerwand strekken zich typisch uit over de volledige lengte van het eerste profiel. De eerste kamerwand is gevormd met een eerste klemflens die zich typisch uitstrekt over de volledige lengte van het eerste profiel en die ingericht is om aan te grijpen tegen de bovenwand van de afstandhouder. Verder is de eerste kamerwand gevormd met een tweede klemflens die zich typisch uitstrekt over de volledige lengte van het eerste profiel en die ombuigbaar is tot tegen de eerste zijwand van de afstandhouder. Op analoge wijze kan de tweede kamerwand voorzien zijn van een eerste klemflens die ingericht is om aan te grijpen tegen een aan de eerste zijwand grenzende onderwand van de afstandhouder en van een tweede klemflens die ombuigbaar is tegen de eerste zijwand van de afstandhouder. Merk echter op dat het ook mogelijk is om deze tweede kamerwand te voorzien van een profilering waarin de afstandhouder klikbaar of schuifbaar is. Hoewel hierboven enkel het eerste profiel werd gedetailleerd, zal de vakman begrijpen dat het tweede profiel op analoge wijze gevormd kan zijn om samen te werken met een tweede zijwand van de isolerende afstandhouder.

Merk op dat de bovenwand en onderwand geen vlakke of horizontale wand moeten zijn, maar verwijzen naar een wand die respectievelijk bovenaan en onderaan aan de eerste zijwand grenst. Ook de eerste zijwand moet geen vlakke wand zijn en kan hoeken vertonen. Verder begrijpt de vakman dat, in de gemonteerde stand van het samenstel, het samenstel zich in een gekantelde of omgekeerde stand kan bevinden waarin de bovenwand onderaan gelegen is of schuin of verticaal gericht is.

Het voorzien van enerzijds een dergelijke kamer in het eerste profiel en anderzijds een eerste klemflens en een ombuigbare tweede klemflens die bedoeld is om aan te grijpen tegen een eerste zijwand van de isolerende afstandhouder, laten toe dat de isolerende afstandhouder stevig verankerd kan worden aan het eerste profiel door het toepassen van een ombuigmiddel in de kamer voor het ombuigen van de tweede klemflens. Het ombuigen van de tweede klemflens zal hierbij tevens zorg dragen voor een stevig vastzetten van de eerste klemflens tegen de bovenwand van de isolerende afstandhouder. Verder zorgt de kamer die met zijn open zijde grenst aan de isolerende afstandhouder voor een bijkomende isolatie.

Volgens een voordelige uitvoeringsvorm zijn het eerste en het tweede profiel vervaardigd uit metaal, bij voorkeur uit aluminium of uit een aluminiumlegering. De eerste en tweede profielen zijn typisch extrusieprofielen of profielen die door een andere techniek zijn gevormd, zoals pultrusieprofielen of rolvormen.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm is de bovenwand en de onderwand van de afstandhouder voorzien van een uitstekende ribbe, in de nabijheid van de eerste zijwand van de afstandhouder. De eerste klemflens van de eerste en tweede kamerwanden hebben dan bij voorkeur een aangepaste haakvorm zodanig dat deze kan aangrijpen achter de respectievelijke uitstekende ribben op de boven- en onderwand van de afstandhouder. Op die manier kan de afstandhouder verbonden worden met het eerste profiel, waarna de tweede klemflenzen omgebogen kunnen worden. De uitstekende ribben strekken zich bij voorkeur uit over de volledige lengte van de afstandhouder.

Volgens een verder ontwikkelde uitvoeringsvorm is de eerste zijwand van de afstandhouder nabij de bovenwand en nabij de onderwand voorzien van een uitstekende ribbe. De tweede klemflenzen van de eerste en tweede kamerwand zijn dan bij voorkeur ingericht om aan te grijpen achter deze uitstekende ribben. Op die manier kunnen de tweede klemflenzen na ombuiging daarvan zorgen voor een stevige verankering van de a f s t andhoude r.

Volgens een voordelige uitvoeringsvorm omvat de afstandhouder een steegstructuur uit een eerste thermisch isolerend materiaal en een volumestuk uit een tweede thermisch isolerend materiaal. Het eerste thermisch isolerend materiaal is typisch harder en/of sterker dan het tweede thermisch isolerend materiaal, waarbij het eerste materiaal bij voorkeur zodanig is dat voldaan kan worden aan de geldende normen voor metalen profielen met een thermische onderbreking, bijvoorbeeld de Europese norm EN 14024. Met name voor de treksterkte test en de afschuifsterkte test die beschreven worden in EN 14024 zullen de eigenschappen van het materiaal van de steegstructuur mede een rol spelen. Verder worden bepaalde testen in EN 14024 uitgevoerd in een temperatuurbereik gaande van ongeveer -20 tot 80 graden Celsius, en de eerste en tweede materialen moeten dus bij voorkeur mechanisch voldoende sterk zijn bij deze temperaturen. Merk op dat het ook mogelijk is dat de afstandhouder uit één stuk is vervaardigd, bijvoorbeeld uit een thermisch isolerend keramisch materiaal of uit HDPU. Ook is het mogelijk om enkel een steegstructuur te voorzien zonder volumestuk. Dit kan bijvoorbeeld een meerwandige steegstructuur zijn.

De steegstructuur is bij voorkeur voorzien langs ten minste een gedeelte van de omtrek van het volumestuk en is ingericht om samen te werken met de eerste en tweede klemflens. De steegstructuur strekt zich bij voorkeur uit over in hoofdzaak de volledige bovenwand en onderwand van de afstandhouder. Verder strekt de steegstructuur zich bij voorkeur tevens uit over ten minste een gedeelte van de eerste en/of tweede zijwand van de afstandhouder, en met name nabij de bovenwand en onderwand daarvan. Op die manier kan het volumestuk op een handige manier gepositioneerd worden in de steegstructuur. Verder kan voorafgaand aan het ombuigen van de klemflens lijm aangebracht worden op een naar de klemflens gerichte buitenzijde van de steegstructuur of op een binnenzijde van de klemflens. De langs de eerste en/of tweede zijwanden gelegen delen van de steegstructuur hebben dus het voordeel dat deze voor een groter lijmoppervlak zorgen.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de steegstructuur een bovenste steeg die zich uitstrekt over de bovenwand van de afstandhouder en een onderste steeg die zich uitstrekt over de onderwand van de afstandhouder, waarbij het volumestuk is opgenomen tussen de onderste en de bovenste steeg. Deze uitvoeringsvorm heeft het voordeel dat de hoogte van de afstandhouder eenvoudig gewijzigd kan worden door de hoogte van het volumestuk te wijzigen. Volgens een andere variant bestaat de steegstructuur uit een kokervormig steegelement waarin het volumestuk opgenomen is.

De steegstructuur is bij voorkeur vervaardigd uit een thermoplastisch copolymeer, bijvoorbeeld ABS. De steegstructuur zou echter ook vervaardigd kunnen zijn uit een synthetisch harsmateriaal, (glasvezel gevulde) polyamide, polyurethaanharsen, een keramisch materiaal, een rubber, of een combinatie daarvan. De steegstructuur kan bijvoorbeeld vervaardigd zijn door extrusie of co-extrusie.

Het volumestuk is bij voorkeur vervaardigd uit een hard schuimmateriaal zoals een PUR schuim, een fenolschuim, een PE schuim, een PS schuim, of een PIR schuim.

De onderhavige uitvinding betreft verder een profiel voor gebruik in een uitvoeringsvorm van een profielsamenstel zoals hierboven beschreven. Dit profiel kan één of meer van de hierboven beschreven maatregelen voor het eerste profiel hebben. De uitvinding betreft tevens een steegstructuur voor gebruik in een uitvoeringsvorm van een profielsamenstel zoals hierboven beschreven. De steegstructuur kan één of meer van de hierboven beschreven maatregelen hebben.

Ten slotte betreft de uitvinding een werkwijze voor het monteren van een isolerende afstandhouder tussen een eerste en een tweede profiel. De afstandhouder wordt in de lengterichting geplaatst tussen het eerste en het tweede profiel. Het eerste profiel wordt voorzien van een kamer met een zich in de lengterichting daarvan uitstrekkende eerste en tweede kamerwand en een open zijde tussen de eerste en tweede kamerwand. Het eerste profiel wordt met zijn open zijde tegen de eerste zijwand van de afstandhouder gebracht. De eerste kamerwand is gevormd met een eerste klemflens die aangebracht wordt over de bovenwand van de afstandhouder. Verder wordt de eerste kamerwand gevormd met een tweede klemflens die omgebogen wordt tegen de eerste zijwand van de afstandhouder. Op analoge wijze kan de tweede kamerwand gevormd zijn met een eerste en een tweede klemflens, waarbij de eerste klemflens aangebracht wordt over de onderwand van de afstandhouder en de tweede klemflens tevens omgebogen wordt tegen de eerste zijwand van de afstandhouder. De verbinding van het tweede profiel met de afstandhouder kan op analoge wijze gebeuren aan de tweede zijwand van de a f s t andhoude r.

Volgens een voordelige uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding wordt het ombuigen van de tweede klemflenzen uitgevoerd door een doorn te bewegen doorheen de kamer van het eerste profiel. Op analoge wijze kunnen de tweede klemflenzen van het tweede profiel omgebogen worden door een doorn te bewegen doorheen de kamer van het tweede profiel.

De onderhavige uitvinding zal nader toegelicht worden aan de hand van een aantal geenszins beperkende uitvoeringsvoorbeelden van een profielsamenstel, een profiel en een steegstructuur voor gebruik in een dergelijk samenstel, en van een werkwijze volgens de uitvinding met verwijzing naar de tekeningen in bijlage waarin:

Figuur 1 een perspectivisch aanzicht toont van een eerste uitvoeringsvorm van een profielsamenstel volgens de uitvinding; waarbij figuren IA en 1B detailaanzichten tonen van de tweede kamerwand van het eerste en tweede profiel daarvan;

Figuren 2A, 2B en 2C respectievelijke doorsneden tonen van het profielsamenstel van figuur 1 tijdens het ombuigen van de tweede klemflens van de profielen, in drie opeenvolgende stappen;

Figuur 3 een perspectivisch aanzicht toont van een tweede uitvoeringsvorm van een profiel volgens de uitvinding; waarbij figuur 3A een detailaanzicht toont van een kamerwand daarvan;

Figuur 4 een doorsnede toont van een derde uitvoeringsvorm van een isolerende afstandhouder;

Figuur 5A, 5B en 5C respectievelijk een perspectivisch aanzicht, een zijaanzicht en een bovenaanzicht toont van een eerste uitvoeringsvorm van een doorn volgens de uitvinding; Figuren 6 en 7 tonen nog twee andere uitvoeringsvoorbeelden van profielsamenstellen volgens de uitvinding.

Hieronder zullen dezelfde verwijzingscijfers gebruikt worden om te verwijzen naar identieke of gelijkaardige onderdelen van de verschillende uitvoeringsvormen van het profielsamenstel volgens de uitvinding.

Een eerste uitvoeringsvorm van het profielsamenstel volgens de uitvinding zal in detail beschreven worden met verwijzing naar figuren 1, IA, IB en 2A-2C. Het profielsamenstel omvat een eerste langwerpig profiel 1 en een tweede langwerpig profiel 2. Dit zijn typisch extrusieprofielen die bijvoorbeeld vervaardigd zijn uit aluminium of een aluminiumlegering. Om het eerste profiel 1 thermisch te isoleren van het tweede profiel 2 is een isolerende afstandhouder 3a, 3b 4 aangebracht tussen deze profielen. Deze afstandhouder 3a, 3b, 4 strekt zich over de volledige lengte van de eerste en tweede profielen 1, 2 uit, en vormt aldus een hoge thermische weerstand tussen het eerste profiel en het tweede profiel. De eerste en tweede profielen kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden in raam-, deur, veranda-of geveltoepassingen, waarbij het profielsamenstel typisch gebruikt wordt tussen ruimtes waar een verschillende temperatuur heerst.

De isolerende afstandhouder 3a, 3b, 4 omvat in de eerste uitvoeringsvorm een steegstructuur 3 uit een mechanisch sterk thermisch isolerend materiaal en een volumestuk 4, ook genaamd isolerende massa of isolatiekern, uit een minder sterk thermisch isolerend materiaal. Onder mechanisch sterk wordt in het bijzonder een materiaal begrepen dat toelaat om te voldoen aan de hierboven genoemde Europese norm EN 14024. De steegstructuur 3 bestaat hier uit een bovenste steeg 3a en een onderste steeg 3b. De steegstructuur 3 kan bijvoorbeeld vervaardigd zijn uit een thermoplastisch copolymeer zoals een ABS materiaal, maar ook uit andere materialen zoals één van de hierboven genoemde materialen voor de steegstructuur. Het volumestuk 4 kan bijvoorbeeld vervaardigd zijn uit een hard schuimmateriaal zoals PUR schuim, PIR schuim, PS schuim, PE schuim, Fenol schuim.

Het eerste profiel 1 en het tweede profiel 2 zijn elk voorzien van een zich over de volledige lengte van de profielen 1, 2 uitstrekkende kamer 9. Elke kamer 9 heeft een eerste kamerwand 11, een tweede kamerwand 12, een bodem 13 en een open zijde 14. De open zijde 14 bevindt zich tussen de eerste kamerwand 11 en de tweede kamerwand 12 en grenst aan de isolerende afstandhouder 3a, 3b, 4. Elke kamerwand 11, 12 van het eerste profiel 1 is voorzien van een eerste klemflens 5 en een tweede klemflens 6. Voor het tweede profiel is enkel de eerste kamerwand 11 voorzien van een eerste en tweede klemflens 5, 6. De eerste klemflens 5 van de eerste kamerwand 11 is bedoeld om aan te grijpen tegen de bovenzijde van de bovenste steeg 3a, en de tweede klemflens 6 van de kamerwand 11 is bedoeld om nabij de bovenzijde aan te grijpen tegen een zijwand van de isolerende afstandhouder 3a, 3b, 4. Op analoge wijze is de eerste klemflens 5 van de tweede kamerwand 12 bedoeld om aan te grijpen tegen de onderste steeg 3b en is de tweede klemflens 6 van de kamerwand 12 bedoeld om nabij de onderzijde aan te grijpen tegen de zijwand van de isolerende afstandhouder 3a, 3b, 4. Merk op dat de tweede kamerwand 12 van het tweede profiel 2 in de geïllustreerde uitvoering niet is voorzien van een ombuigbare klemflens maar van een profilering 15 waarin een zijde van een onderste steeg 3b van de afstandhouder klikbaar of schuifbaar is.

Voor het monteren van het profielsamenstel van figuur 1 wordt eerst het volumestuk 4 aangebracht tussen de bovenste steeg 3a en de onderste steeg 3b. De aldus gevormde isolerende afstandhouder wordt vervolgens aangebracht tussen het eerste profiel 1 en het tweede profiel 2, waarbij de eerste klemflenzen 5 aangrijpen tegen de steegstructuur 3a, 3b, zie figuur 2A. Vervolgens worden de tweede klemflenzen omgebogen, zie figuren 2B en 2C. Dit ombuigen wordt typisch uitgevoerd door een doorn te bewegen doorheen de kamers 9 van het eerste profiel 1 en het tweede profiel 2, maar zou ook door een ander ombuigmiddel kunnen plaatsvinden.

De bovenzijde 23 van de bovenste steeg 3a is nabij beide langsranden telkens voorzien van een uitstekende ribbe 7 welke bedoeld is om samen te werken met een eerste klemflens 5 van respectievelijk het eerste en het tweede profiel 1, 2. In de in figuur 1 geïllustreerde uitvoering zijn de eerste klemflenzen 5 in hoofdzaak haakvormig en ingericht om aan te grijpen achter een uitstekende ribbe 7. Op analoge wijze is de onderzijde 24 van de onderste steeg 3b voorzien van uitstekende ribben 7 die samenwerken met de onderste haakvormige klemflenzen 5. Op die manier zal de isolerende afstandhouder 3a, 3b, 4 in de profielen 1, 2 geschoven of geklikt kunnen worden, waarna de tweede klemflenzen 6 omgebogen kunnen worden. Verder zijn de zijwanden 21, 22 van de isolerende afstandhouder, nabij de bovenwand 23 en nabij de onderzijde 24 telkens voorzien van een naar buiten uitstekende ribbe 8. De tweede klemflenzen 6 zijn gevormd om na ombuigen aan te grijpen achter deze uitstekende ribben 8.

Figuren 2B en 2C illustreren het ombuigproces. In een eerste stap grijpt de tweede klemflens 6 achter de uitstekende ribbe 8, zie figuur 2B, en vervolgens wordt de klemflens 6 verder omgebogen om aan te sluiten tegen de zijwanden 21, 22 van de isolerende afstandhouder 3a, 3b, 4, zie figuur 2C. Daartoe is de tweede klemflens 6 gevormd met een eerste in de richting van de afstandhouder uitstekend deel 31 en een tweede in de richting de afstandhouder uitstekend deel 33. Het eerste deel 31 is bedoeld om aan te grijpen over de uitstekende ribbe 8. De bovenste steeg 3a is bij zijn langsranden telkens voorzien van een naar onder uitstekend wanddeel 33. Op analoge wijze is de onderste steeg 3b bij zijn langsranden telkens voorzien van een naar boven uitstekend wanddeel 34. De tweede uitstekende delen 32 van de tweede klemflens 6 zijn bedoeld om tot onder de naar onder/naar boven uitstekende wanddelen 33, 34 aan te grijpen. Op die manier wordt een stevige verankering van de afstandhouder 3a, 3b, 4 in de profielen 1, 2 verkregen.

De vakman zal begrijpen dat zowel de profielen als de steegstructuur voorzien kunnen zijn van bijkomende profileringen (bijvoorbeeld flenzen 36) voor andere doeleinden.

Om deze verankering verder te verbeteren, kan de eindrand 35 van de eerste klemflens 5 over de volledige lengte voorzien zijn van een vertanding 45, zie figuur 3A. Ook de tweede klemflens 6 kan in de lengterichting, over de volledige lengte, en in het bijzonder op en/of nabij het uitstekend deel 31, voorzien zijn van een vertanding 46. Volgens een variant hiervan kunnen de klemflenzen 5, 6 slechts op een aantal locaties voorzien zijn van een vertanding. Verder kan lijm aangebracht worden op de binnenzijde van de klemflenzen 5, 6 om de hechting met de afstandhouder verder te verbeteren.

Voor de profielen van figuur 1 en 3 kan de hoogte h van het volumestuk 4 en dus ook de hoogte van de kamers 9 gevarieerd worden al naargelang de gewenste hoogte. Verder kan de bodem 13 van de kamer 9 van een profiel 1 voorzien zijn van twee in de kamer 9 uitstekende geleideribben 10a, 10b. Deze geleideribben 10 zijn bedoeld voor het geleiden van een doorn op de bodem 13 tussen de eerste kamerwand 11 en geleideribbe 10a en tussen de tweede kamerwand 12 en geleideribbe 10b. Door het voorzien van dergelijke geleideribben 10a, 10b kan men dezelfde doorn hanteren voor het ombuigen van de tweede klemflenzen 6 voor profielsamenstellen met een verschillende afstand d, zie figuur 1, en dus met een verschillende hoogte h.

Figuur 4 illustreert een derde uitvoeringsvorm van een isolerende afstandhouder 3, 4 volgens de uitvinding. In deze derde uitvoeringsvorm bestaat de steegstructuur 3 uit een holle koker waarin een al dan niet zachter isolatiemateriaal is aangebracht. Dit isolatiemateriaal kan bijvoorbeeld ingespoten worden of ingeschoven worden. De holle koker kan zoals beschreven voor de eerste en tweede uitvoeringsvorm voorzien zijn van een eerste uitstekende ribbe 7 die bedoeld is om samen te werken met een eerste klemflens en een tweede uitstekende ribbe 8 die bedoeld is om samen te werken met een tweede klemflens. In vergelijking met de eerste en tweede uitvoeringsvormen heeft de variant van figuur 4 het nadeel dat de hoogte van de isolerende afstandhouder 3, 4 minder eenvoudig aangepast kan worden. Volgens een variant kan de steegstructuur bijkomende inwendige wanden (zie de stippellijn in figuur 4) omvatten.

Ten slotte illustreren figuren 5A, B en C een uitvoeringsvorm van een doorn volgens de uitvinding, welke bedoeld is voor het ombuigen van een tweede klemflens. De doorn 50 heeft een vooreinde 51 en een achtereinde 52. Een dergelijke doorn 50 is bedoeld om doorheen een kamer 9 van een profiel getrokken te worden waarbij men eerst het vooreinde 51 in de kamer 9 brengt. De doorn 50 is voorzien van een aantal eerste wielen 53a die zodanig gemonteerd zijn dat de hoogte van hun bovenste loopvlak geleidelijk toeneemt vanaf het vooreinde 51 tot het achtereinde 52. Verder is een stel tweede loopwielen 53b voorzien die bedoeld zijn om contact te maken met de wand 13 van de kamer 9. Verder kan het vooreinde 51 voorzien zijn van een spievormig element.

De in figuur 5 geïllustreerde uitvoeringsvorm is een enkelvoudige doorn welke bedoeld is voor het ombuigen van één tweede klemflens 6. De vakman zal begrijpen dat het ook mogelijk is om een dubbele variant te gebruiken welke bedoeld is om gelijktijdig een tweede klemflens 6 van een eerste kamerwand en van een tweede kamerwand om te buigen.

De vakman zal begrijpen dat ook andere varianten van doornen bruikbaar zijn in de onderhavige uitvinding, bijvoorbeeld al naargelang de hoogte van de profielen en de vormgeving van de tweede klemflens 6.

Figuur 6 en 7 tonen nog twee andere mogelijke varianten van een profielsamenstel volgens de uitvinding, waarin gelijkaardige onderdelen aangeduid zijn met dezelfde verwijzingscijfers. Merk op dat de onderwand van de afstandhouder (de onderste steeg 3b) in de variant van figuur 6 schuin gericht is en in de variant van figuur 7 verticaal gericht is. Verder vertonen de eerste en tweede zijwanden van de afstandhouder een hoek.

De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen en de vakman zal begrijpen dat vele modificaties en varianten denkbaar zijn binnen het kader van de onderhavige uitvinding dat enkel bepaald wordt door de hiernavolgende conclusies.

Claims (25)

1. Profielsamenstel omvattende een langwerpig eerste en een tweede profiel (1, 2) met een lengterichting en een afstandhouder (3,3a,3b;4) met goede thermisch isolerende eigenschappen, welke afstandhouder ingericht is om zich in de lengterichting uit te strekken tussen het eerste en het tweede profiel, welke afstandhouder een bovenwand (23), en een aan de bovenwand grenzende eerste zijwand (21) heeft, met het kenmerk, dat het eerste profiel voorzien is van een kamer (9) met een eerste kamerwand (11), een tweede kamerwand (12) en een open zijde (14) tussen de eerste en de tweede kamerwand, welke open zijde grenst aan de eerste zijwand van de afstandhouder, waarbij de eerste en de tweede kamerwand zich uitstrekken in de lengterichting, en dat de eerste kamerwand in de lengterichting gevormd is met een , eerste klemflens (5) die ingericht is om aan te grijpen tegen de bovenwand van de afstandhouder en met een tweede klemflens (6) die ombuigbaar is tegen de eerste zijwand van de afstandhouder.

2. Profielsamenstel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tweede kamerwand (12) in de lengterichting voorzien is van een eerste klemflens die ingericht is om aan te grijpen tegen een aan de eerste zijwand grenzende onderwand van de afstandhouder en met een tweede klemflens die ombuigbaar is tegen de eerste zijwand van de afstandhouder.

3. Profielsamenstel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het eerste en tweede profiel vervaardigd zijn uit metaal, bij voorkeur uit aluminium of uit een aluminiumlegering.

4. Profielsamenstel volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bovenwand van de afstandhouder voorzien is van een uitstekende ribbe (7), en dat de eerste klemflens (5) van de eerste kamerwand haakvormig is en ingericht is om aan te grijpen achter de uitstekende ribbe.

5. Profielsamenstel volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de onderwand van de afstandhouder voorzien is van een uitstekende ribbe (7), en dat de eerste klemflens (5) van de tweede kamerwand haakvormig is en ingericht is om aan te grijpen achter de uitstekende ribbe.

6. Profielsamenstel volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk, dat de uitstekende ribbe (7) zich uitstrekt in de lengterichting, nabij de eerste zijwand van de afstandhouder, bij voorkeur over de volledige lengte van de a f s t andhoude r.

7. Profielsamenstel volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste zijwand van de afstandhouder nabij de bovenwand en/of nabij de onderwand daarvan voorzien is van een uitstekende ribbe (8), en dat de tweede klemflens (6) van de eerste en/of tweede kamerwand ingericht is om aan te grijpen achter de respectievelijke uitstekende ribbe.

8. Profielsamenstel volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de afstandhouder een steegstructuur (3) uit een eerste thermisch isolerend materiaal en een volumestuk (4) uit een tweede thermisch isolerend materiaal omvat, welk steegstructuur ingericht is om samen te werken met de eerste en de tweede klemflens, waarbij het eerste thermisch isolerend materiaal mechanisch sterker is dan het tweede thermisch isolerend materiaal.

9. Profielsamenstel volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de steegstructuur voorzien is langs de omtrek van het volumestuk.

10. Profielsamenstel volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk, dat de steegstructuur zich ten minste langs de boven- en onderwand van de afstandhouder uitstrekt.

11. Profielsamenstel volgens conclusie 7 en één der conclusies 8-10, met het kenmerk, dat de steegstructuur voorzien is van de respectievelijke uitstekende ribbe(n) (8), en dat de tweede klemflens (6) van de eerste kamerwand en/of van de tweede kamerwand ingericht is om na ombuigen respectievelijk te klemmen tegen de respectievelijke uitstekende ribbe (8).

12. Profielsamenstel volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de steegstructuur een eerste langsrand heeft die grenst aan de eerste en/of tweede klemflens van de eerste kamerwand, en dat de steegstructuur bij deze eerste langsrand voorzien is van een naar onder uitstekend wanddeel (33) dat bedoeld is om aan te sluiten tegen het volumestuk.

13. Profielsamenstel volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de steegstructuur een tweede langsrand heeft die grenst aan de eerste en tweede klemflens van de tweede kamerwand, en dat de steegstructuur bij deze tweede langsrand voorzien is van een naar boven uitstekend wanddeel (34) dat bedoeld is om aan te sluiten tegen het volumestuk.

14. Profielsamenstel volgens één der conclusies 9-13, met het kenmerk, dat de steegstructuur een bovenste steeg (3a) en een onderste steeg (3b) omvat, waarbij het volumestuk (4) is opgenomen tussen de onderste en bovenste steeg.

15. Profielsamenstel volgens één der conclusies 9-13, met het kenmerk, dat de steegstructuur (3) bestaat uit een kokervormig steegelement waarin een volumestuk opneembaar is.

16. Profielsamenstel volgens één der conclusies 9-15, met het kenmerk, dat de steegstructuur (3) vervaardigd is uit één van de volgende materialen: een thermoplastisch copolymeer, zoals ABS, een synthetisch harsmateriaal, een (glasvezelgevuld) synthetisch materiaal, zoals (glasvezel gevuld) polyamide, een keramisch materiaal, of een combinatie daarvan.

17. Profielsamenstel volgens één der conclusies 9-16, met het kenmerk, dat het volumestuk vervaardigd is uit een schuimmateriaal zoals een polyurethaanschuim, of een fenolschuim, of een polyethyleenschuim, of een polystyreen schuim.

18. Profielsamenstel volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de kamer voorzien is van een steunmiddel ter ondersteuning van een door de kamer te bewegen doorn voor het ombuigen van de of elke tweede klemflens.

19. Profielsamenstel volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat de kamer een bodem (13) heeft tussen de eerste en de tweede kamerwand en dat het steunmiddel gevormd is door de bodem.

20. Profielsamenstel volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste en/of de tweede klemflens aan een binnenzijde die bedoeld is om aan te grijpen tegen de afstandhouder voorzien is van een vertanding.

21. Profielsamenstel volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de eerste en/of de tweede klemflens aan een binnenzijde die bedoeld is om aan te grijpen tegen de afstandhouder voorzien is van een lijmlaag; en/of dat de afstandhouder aan een buitenzijde die bedoeld is om aan te grijpen tegen de eerste en/of tweede klemflens voorzien is van een lijmlaag.

22. Profiel voor gebruik in een samenstel volgens één der voorgaande conclusies, welk profiel voorzien is van een kamer (9) met een eerste kamerwand (11), een tweede kamerwand (12) en een open zijde (14) tussen de eerste en de tweede kamerwand, welke open zijde grenst aan de eerste zijwand van de afstandhouder, waarbij de eerste en de tweede kamerwand zich uitstrekken in de lengterichting, waarbij de eerste kamerwand in de lengterichting voorzien is van een eerste klemflens (5) die ingericht is om aan te grijpen tegen de bovenwand van de afstandhouder en van een tweede klemflens (6) die ombuigbaar is tegen de eerste zijwand van de afstandhouder.

23. Steegstructuur (3) voor gebruik in een profielsamenstel volgens één der conclusies 9-17, welke steegstructuur vervaardigd is uit een thermisch isolerend materiaal en ingericht is om samen te werken met de eerste en de tweede klemflens (5, 6) van de eerste kamerwand.

24. Werkwijze voor het monteren van een afstandhouder met goede thermisch isolerende eigenschappen tussen een langwerpig eerste en tweede profiel (1, 2) met een lengterichting, welke afstandhouder in de lengterichting geplaatst wordt tussen het eerste en het tweede profiel, welke afstandhouder een bovenwand (23) en een aan de bovenwand grenzende eerste zijwand (21) heeft, met het kenmerk, dat het eerste profiel voorzien wordt van een kamer (9) met een zich in de lengterichting uitstrekkende eerste en tweede kamerwand (11, 12) en een open zijde (14) tussen de eerste en de tweede kamerwand; het eerste profiel met zijn open zijde tegen de eerste zijwand van de afstandhouder wordt gebracht; en de eerste kamerwand (11) in de lengterichting gevormd wordt met een eerste klemflens die over de bovenwand van de afstandhouder wordt geplaatst en met een tweede klemflens die omgebogen wordt tegen de eerste zijwand van de afstandhouder.

25. Werkwijze volgens conclusie 24, met het kenmerk, dat het ombuigen van de tweede klemflens uitgevoerd wordt door een doorn te bewegen doorheen de kamer.