BE1018948A5 - Mosselbestek. - Google Patents
Mosselbestek. Download PDFInfo
- Publication number
- BE1018948A5 BE1018948A5 BE2009/0612A BE200900612A BE1018948A5 BE 1018948 A5 BE1018948 A5 BE 1018948A5 BE 2009/0612 A BE2009/0612 A BE 2009/0612A BE 200900612 A BE200900612 A BE 200900612A BE 1018948 A5 BE1018948 A5 BE 1018948A5
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- fork
- mussel
- shell
- cutlery
- teeth
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47G—HOUSEHOLD OR TABLE EQUIPMENT
- A47G21/00—Table-ware
- A47G21/06—Combined or separable sets of table-service utensils; Oyster knives with openers; Fish servers with means for removing bones
Landscapes
- Table Equipment (AREA)
- Food-Manufacturing Devices (AREA)
Abstract
Deze uitvinding betreft een bestek (1) voor het eten van mosselen waarbij het genoemde bestek (1) een klemvork (2) met minstens drie tanden (a,b,c) omvat, die voorzien is voor het vasthouden van een mosselschelp (4) en verder een prikvork (3) omvat, die voorzien is om een mossel (5) uit de schelp (4) te halen. Door gebruik te maken van een klemvork (2) die samenwerkt met een prikvork (3) kunnen mossels op een praktische en elegante manier gegeten worden en dit zonder dat men de handen dient vuil te maken.
Description
MOSSELBESTEK
Deze uitvinding betreft enerzijds een bestek voor het eten van mosselen omvattende een klemvork met minstens drie tanden, die voorzien is voor het vasthouden van een mosselschelp en een prikvork, die voorzien is om een mossel uit de schelp te halen. Anderzijds betreft deze uitvinding een werkwijze voor het gebruik van dergelijk bestek. Deze uitvinding betreft in het bijzonder een bestek voor het eten van gegaarde mosselen uit een typische mosselpot met schaaldeksel.
Mosselen zijn één van de meest bekende schelpdieren. Ze behoren tot de tweekleppigen wat wil zeggen dat ze omsloten worden door twee kleppen (schelpelementen) die via een scharnier (type “pianoscharnier” die zich uitstrekt over een lengte van 10 tot 15mm) met elkaar verbonden zijn. Ze zijn gemiddeld 5-8 cm., hebben een blauwzwarte schelp en het mosselvlees is geel tot oranje van kleur.
Mosselen zijn voor veel mensen een lekkernij en kunnen op verschillende manieren gegeten worden. De meeste mensen opteren om ze te eten m.b.v. de mosselschelpen, waarbij twee lege mosselschelpen gebruikt wordt om zowel de mossel vast te houden als het vlees uit de schelp te halen. Deze manier van eten is echter niet praktisch en levert bovendien vuile handen, een vuile mond en vuile wijnglazen op. Bovendien zullen de lege schelpen na een aantal keer, niet meer bruikbaar zijn en dient men er nieuwe te zoeken.
Deze uitvinding heeft tot doel een bestek voor mosselen te verschaffen waarmee het mogelijk wordt om mosselen op een praktische en elegante manier te consumeren.
Het doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een bestek voor het eten van mosselen omvattende een klemvork met minstens drie tanden, die voorzien is voor het vasthouden van een mosselschelp en een prikvork, die voorzien is om een mossel uit de schelp te halen, waarbij de klemvork minstens drie naast elkaar gelegen tanden omvat, waarbij minstens de eindgedeelten van de buitenste tanden divergeren, waarbij ze zich van de lengteas van de genoemde vork verwijderen. Door gebruik te maken van een klemvork die samenwerkt met een prikvork kunnen mosselen op een praktische en elegante manier gegeten worden en dit zonder dat men de handen dient vuil te maken.
Dergelijke uitvoering laat toe de mosselschelp perfect te gaan centeren en vast te klemmen op de klemvork. Hierbij dient te worden opgemerkt dat de mosselschelp nog beter kan vast geklemd worden op de klemvork door dat ze gestuit wordt door de prikvork, dus door de samenwerking van beide vorken.
De klemvork laat toe de mosselschelp op een stevige (stabiele) manier vast te houden ter hoogte van het scharnier, terwijl men met de prikvork het mosselvlees kan vastprikken en verwijderen uit de mosselschelp.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van het bestek volgens de uitvinding omvat de prikvork een steel en een wigvormig kopgedeelte. Het wigvormig kopgedeelte wordt gevormd doordat de flanken van het kopgedeelte uiteen lopen in de richting van de steel. In het bijzonder lopen de flanken van het kopgedeelte uiteen in de richting van de steel, van een smaller deel naar een breder deel, waarbij de breedte in het smaller deel gelegen is tussen 8 en 10 mm. en de breedte in het breder deel gelegen is tussen 12 en 14 mm.
Een prikvork met een wigvormig kopgedeelte heeft het voordeel dat onvoldoende geopende mosselschelpen die vastgehouden worden door de vork met minstens drie tanden, op een eenvoudige en snelle manier open gewrikt kunnen worden m.b.v. het wigvormig kopgedeelte van de prikvork.
Volgens een meer voorkeurdragende uitvoeringsvorm van het bestek volgens de uitvinding omvat het kopgedeelte van de prikvork twee naast elkaar gelegen tanden, waarbij de afstand tussen de tanden van de prikvork ter hoogte van hun tanduiteinden, gelegen is tussen 8 en 12 mm.
In een meer bijzondere uitvoeringsvorm van het bestek volgens de uitvinding is de afstand tussen de buitenste tanden van de vork met minstens drie tanden, ter hoogte van de tanduiteinden, gelegen tussen 25 en 35 mm.
Volgens een voordelige uitvoeringsvorm van het bestek volgens de uitvinding zijn de klemvork en de prikvork, vervaardigd uit metaal of kunststof. Door de verschillende bestekonderdelen te gaan vervaardigen uit een duurzaam materiaal, heeft het bestek een lange levensduur.
Een ander onderwerp van deze octrooiaanvraag betreft een werkwijze voor het gebruik van het hierboven beschreven bestek, waarbij de mosselschelp in een stabiele positie wordt gehouden door de middelste tand in de schelp te plaatsen ter hoogte van het scharnier van de mosselschelp en met de buitenste tanden de schelp te ondersteunen en waarbij de prikvork gebruikt wordt om een mossel vast te prikken en te verwijderen uit de mosselschelp. Door toepassing van deze werkwijze in combinatie met het bestek volgens de uitvinding, zit de mosselschelp ter hoogte van zijn scharnier als het ware vast tussen een driepunten systeem.
In een meer bijzondere werkwijze volgens de uitvinding wordt de mosselschelp open gewrikt door het wigvormig kopgedeelte van de prikvork.
Om de eigenschappen van deze uitvinding verder te verduidelijken en om bijkomende voordelen en bijzonderheden ervan aan te duiden, volgt nu een meer gedetailleerde beschrijving van het mosselbestek en het gebruik ervan volgens de uitvinding. Het weze duidelijk dat niets in de hierna volgende beschrijving kan geïnterpreteerd worden als een beperking van de in de conclusies opgeëiste bescherming.
In deze beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen waarbij: figuur 1: een voorstelling is van het bestek overeenkomstig de uitvinding gedurende het gebruik; figuur 2: een perspectiejvoorstelling is van de vork voorzien voor het vasthouden van een mosselschelp; figuur 3: een perspectiejvoorstelling is van de prikvork; figuur 4: een detailvoorstelling is van het kopgedeelte van de vork voorzien voor het vasthouden van een mosselschelp; figuur 5: een detailvoorstelling is van het kopgedeelte van de prikvork; figuur 6: de positie toont van de vork voorzien voor het vasthouden van een mosselschelp tijdens het gebruik, waarbij fig. 6.1 een zicht is op de buikzijde van de mosselschelp en fig. 6.2 een zicht is op de rugzijde van de mosselschelp.
Het bestek (1) overeenkomstig deze uitvinding en zoals afgebeeld op figuur 1, wordt gevormd door enerzijds een vork (2) voorzien voor het vasthouden van een mosselschelp (4), een zogenaamde klemvork (2) en anderzijds een prikvork (3) voorzien om een mossel (5) uit de mosselschelp (4) te halen.
De klemvork (2) (zie o.a. fig. 2 en fig. 4) omvat een steel (9) en een kopgedeelte (10). Het kopgedeelte (10) omvat drie naast elkaar gelegen (vork)tanden (a,b,c). De tanden (a,b,c) van deze vork strekken zich in principe allen uit in hetzelfde horizontale vlak. Het is echter tevens mogelijk om een dergelijke vork te gaan vervaardigen waarbij één of meerdere tanden zich in verschillende horizontale vlakken uitstrekken. Deze laatste uitvoeringsvorm wordt niet afgebeeld maar valt tevens binnen de beschermingsomvang van deze uitvinding.
In de afgebeelde figuren van de klemvork (2) strekt de middelste tand (b) zich uit volgens de lengteas (A) van deze vork (2) en strekken de buitenste tanden (a,c) zich uit volgens een as symmetrisch aan deze lengteas (A). Door deze opstelling zullen bij gebruik, de buitenste tanden (a,c) de mosselschelp (4) centeren en zal de middelste tand (b) zich feilloos langs het scharnier richten, waardoor tevens vermeden wordt dat het mosselvlees door de middelste tand (b) doorprikt wordt.
Zoals blijkt uit figuur 4, divergeren de eindgedeelten van de buitenste tanden (a,c) van de klemvork (2), waarbij ze zich van de lengteas (A) van de genoemde vork (2) verwijderen. Hierdoor zijn de vorkuiteinden van de buitenste tanden (a en c) als het ware afgebogen van de middelste tand (b). De afstand tussen de tanden en de graad van ombuiging van de buitenste tanden (a,c) zijn zo gekozen dat een mosselschelp (4) probleemloos en stevig kan vast gehouden worden.
Standaard is de afstand tussen de buitenste tanden (a en c) ter hoogte van de tanduiteinden, gelegen tussen 25 en 35 mm. en hebben de afzonderlijke tanden (a,c) elk een lengte gelegen tussen 30 en 60 mm., bij voorkeur 50 mm.
De prikvork (3) voorzien om een mossel (5) uit een mosselschelp (4) te halen omvat zoals o.a. blijkt uit figuren 3 en 5, een steel (6) en een kopgedeelte (7). Het kopgedeelte (7) omvat meer in het bijzonder twee naast elkaar gelegen tanden (d en e). De lengte van de tanden en hun onderlinge afstand is zo gekozen dat ze enerzijds makkelijk de mossel (5) van tussen de schelp (4) kunnen vast prikken en eruit kunnen halen om te consumeren en anderzijds de mosselschelp perfect te oriënteren door samenwerking met de klemvork (2).
Standaard is de afstand tussen de tanden (d,e) van de prikvork (3) ter hoogte van hun tanduiteinden, gelegen tussen 8 en 12 mm. en hebben de afzonderlijke tanden (d,e) elk een lengte gelegen tussen 25 en 35 mm., bij voorkeur 30 mm.
Het profiel van de hals en de steel van de klem (2) - en prikvork (3) is bij voorkeur plat, dit om een goede wendbaarheid te verzekeren.
In wat hierna volgt zullen we a.d.h.v. figuren 1, 6.1 en 6.2 het gebruik van het bestek (1) overeenkomstig deze uitvinding beschrijven. Hierbij dienen de volgende termen (onderdelen) van de mosselschelp als volgt begrepen te worden: buikzijde: is de geopende bovenkant van de mossel (zie fig. 6.1); rugzijde: gesloten onderkant van de mossel (zie fig. 6.2); voorzijde: de zijde van de mossel waar de schelpelementen via het scharnier met elkaar verbonden zijn; achterzijde: ligt tegenover de voorzijde en staat meest open gericht na het garen van de mosselen.
In gebruik, zal de mosselschelp (4) zoals afgebeeld op figuur 1, vastgehouden worden door de klemvork (2). Hierbij glijdt de klemvork (2) (bij voorkeur vastgehouden in de linkerhand) langs de open achterzijde, van achter naar voor de mosselschelp (4) binnen, maar zo dat alleen de middelste tand (b) langs het scharnier naar binnen glijdt (zie fig. 6.1) en de twee buitenste tanden (a,c) de mosselschelp (4) langs de buitenkant ondersteunen (zie fig. 6.2). De divergentie van de buitenste tanden (a,c) helpt daarbij om de mosselschelp (4) te centeren. Daarbij wordt de mosselschelp (4) aan de voorzijde gestuit door de prikvork (3).
Eens de mosselschelp (4) stevig vastzit op de klemvork (2), wordt de prikvork (3) (bij voorkeur vastgehouden in de rechterhand) van voor naar achter in de mosselschelp (4) gebracht. Het mosselvlees (5) wordt vastgeprikt en komt probleemloos los van de grote sluitspier (11) als de mossel voldoende gegaard is.
Nadat de mossel (5) uit de mosselschelp (4) gehaald werd, kan de lege mosselschelp (4) m.b.v. de prikvork, bijvoorbeeld door een tikje erop te geven, van de klemvork (2) verwijderd worden.
Zoals eerder beschreven bestaat een mosselschelp (4) uit twee schelpelementen die scharnierend met elkaar zijn verbonden. Normaal gezien worden de schelpelementen t.g.v. het koken volledig geopend en is de mossel (5) (het mosselvlees) makkelijk bereikbaar. Echter, gebeurt het soms dat de mosselschelp (4) gedurende het koken (garen) onvoldoende geopend wordt. In dit geval kan men de mosselschelp (4) verder krachtig open wrikken m.b.v. de prikvork (2), meer in het bijzonder door de specifieke vorm van het kopgedeelte (7). Hiertoe lopen de flanken (8) van het kopgedeelte (7) uiteen in de richting van de steel (6), waardoor een wigvormig kopgedeelte (7) gevormd wordt.
Wanneer de mosselen niet goed georiënteerd liggen (bij een goede oriëntatie liggen de mosselen met de open achterzijde gericht naar de tanden van de klemvork), dan kan men ze met behulp van beide vorken (2 en 3) draaien en wenden tot ze gunstig liggen. Het is niet van belang of de scharnier naar boven of naar onder gericht ligt, men draait gewoon de klemvork (2) in functie van de ligging.
Ook kan men met beide vorken (2 en 3) gemakkelijk de licht afgekoelde mosselen halverwege de pot nog eens flink omroeren doorheen het hete kookvocht. Het is evident dat de bovenbeschreven werkwijze eveneens omgekeerd van toepassing is, d.w.z. wanneer de klemvork (2) in de rechterhand wordt gehouden en de prikvork (3) in de linkerhand.
De hierboven beschreven bestekonderdelen (2,3) zijn zoals blijkt uit het voorgaande complementair en zullen bijgevolg samen verkocht worden. Ze worden bij voorkeur vervaardigd uit metaal, bijv. inox, staal, al dan niet verzilverd, of kunststof, zoals bijv. polycarbonaat. In het bijzonder zal geopteerd worden de bestekonderdelen (2,3) te vervaardigen uit een vaatwasbestendig materiaal.
Aangezien de bestekonderdelen (2,3) geen verende, draaiende of scharnierende onderdelen omvat, kunnen ze op een economische manier vervaardigd, bijvoorbeeld via stansen, vervaardigd worden.
Het bestek (1) volgens de uitvinding is niet beperkt tot de in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen. Zo kunnen de vorm, het materiaal en de afmetingen van de verschillende bestekonderdelen (2,3) vrijelijk gevarieerd worden.
Claims (8)
1. Bestek (1) voor het eten van mosselen, omvattende een klemvork (2) met minstens drie tanden (a,b,c), die voorzien is voor het vasthouden van een mosselschelp (4) en een prikvork (3), die voorzien is om een mossel (5) uit de schelp (4) te halen, met het kenmerk dat de klemvork (2) minstens drie naast elkaar gelegen tanden (a,b,c) omvat, waarbij minstens de eindgedeelten van de buitenste tanden (a,c) divergeren, waarbij ze zich van de lengteas (A) van de genoemde vork (2) verwijderen.
2. Bestek (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de prikvork (3) een steel (6) en een wigvormig kopgedeelte (7) omvat.
3. Bestek (1) volgens conclusie 2, met het kenmerk dat de flanken (8) van het wigvormig kopgedeelte (7) uiteen lopen in de richting van de steel (6) van een smaller deel naar een breder deel, waarbij de breedte in het smaller deel gelegen is tussen 8 en 10 mm. en de breedte in het breder deel gelegen is tussen 12 en 14 mm.
4. Bestek (1) volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk dat het wigvormige kopgedeelte (7) van de prikvork (3) twee naast elkaar gelegen tanden (d,e) omvat waarbij de afstand tussen de tanden (d,e) van de prikvork (3) ter hoogte van hun tanduiteinden, gelegen is tussen 8 en 12 mm.
5. Bestek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de afstand tussen de buitenste tanden (a,c) van de vork (2) met minsten drie tanden, ter hoogte van de tanduiteinden, gelegen is tussen 25 en 35 mm.
6. Bestek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de klemvork (2) en de prikvork (3), vervaardigd zijn metaal of kunststof.
7. Werkwijze voor het gebruik van een bestek (1) volgens één van de conclusies 1 t/m 6, met het kenmerk dat de mosselschelp (4) in een stabiele positie wordt gehouden door de middelste tand (b) in de schelp (4) te plaatsen ter hoogte van het scharnier van de mosselschelp (4) en met de buitenste tanden (a,c) de schelp (4) te ondersteunen en waarbij de prikvork (3) gebruikt wordt om een mossel (5) vast te prikken en te verwijderen uit de mosselschelp (4).
8. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk dat de mosselschelp open gewrikt wordt door het wigvormig kopgedeelte (7) van de prikvork (3).
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2009/0612A BE1018948A5 (nl) | 2009-10-08 | 2009-10-08 | Mosselbestek. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE200900612 | 2009-10-08 | ||
BE2009/0612A BE1018948A5 (nl) | 2009-10-08 | 2009-10-08 | Mosselbestek. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1018948A5 true BE1018948A5 (nl) | 2011-11-08 |
Family
ID=42136246
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE2009/0612A BE1018948A5 (nl) | 2009-10-08 | 2009-10-08 | Mosselbestek. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE1018948A5 (nl) |
Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR444287A (fr) * | 1912-05-25 | 1912-10-14 | Charles Henri Joseph Nicolas D | Couvert à asperges |
FR732693A (fr) * | 1932-03-05 | 1932-09-23 | Couvert à moules | |
US2244590A (en) * | 1940-06-22 | 1941-06-03 | Int Silver Co | Table flatware |
FR2352523A1 (fr) * | 1976-05-26 | 1977-12-23 | Ugine Aciers | Fourchette a huitres |
FR2878694A1 (fr) * | 2004-12-06 | 2006-06-09 | Robert Laurent | Outils et procede pour decortiquer les crevettes et ecrevisses |
-
2009
- 2009-10-08 BE BE2009/0612A patent/BE1018948A5/nl active
Patent Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR444287A (fr) * | 1912-05-25 | 1912-10-14 | Charles Henri Joseph Nicolas D | Couvert à asperges |
FR732693A (fr) * | 1932-03-05 | 1932-09-23 | Couvert à moules | |
US2244590A (en) * | 1940-06-22 | 1941-06-03 | Int Silver Co | Table flatware |
FR2352523A1 (fr) * | 1976-05-26 | 1977-12-23 | Ugine Aciers | Fourchette a huitres |
FR2878694A1 (fr) * | 2004-12-06 | 2006-06-09 | Robert Laurent | Outils et procede pour decortiquer les crevettes et ecrevisses |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
USD536222S1 (en) | Knife, fork and spoons set | |
USD609525S1 (en) | Hamburger grill basket | |
USD754545S1 (en) | Gold bar-shaped container for alcoholic and non-alcoholic beverages | |
CA2628943A1 (fr) | Etui protecteur pour carte de credit ou similaire | |
BE1018948A5 (nl) | Mosselbestek. | |
USD564304S1 (en) | Transparent chef's knife holder | |
USD567583S1 (en) | Food holder having a shaft element with a removable food pusher for a device for mincing food | |
USD485328S1 (en) | Fish bait cutter | |
WO2012168672A1 (fr) | Système d'étiquetage universel intégrant au moins deux étiquettes | |
US20150289693A1 (en) | Cookie-Dunking spoon | |
EP2229049B1 (fr) | Boucle auriculaire de marquage favorisant la cicatrisation | |
EP1283816A1 (fr) | Decapsuleur de bouchon couronne | |
CN204837147U (zh) | 一种熟玉米的玉米粒脱粒装置 | |
WO2014056062A1 (pt) | Abridor multifuncional 21 em 1 | |
BE1012280A6 (fr) | Pince a moules | |
USD557576S1 (en) | Fish hook bottle opener | |
FR3022106A1 (fr) | Support d'elevage et procede d'elevage ostreicole | |
US20120305439A1 (en) | FOOD CONTAINER WITH cutlery | |
NL1035660C2 (nl) | Plastic deksel dat een theezakje opbergt en een lepeltje opbergt. | |
KR200467359Y1 (ko) | 생선가시 제거용 가위 | |
EP2832312B1 (fr) | Boite de transport de dispositifs dentaires, tels que des empreintes, protheses et modeles dentaires | |
USD631975S1 (en) | Sample buffer unit for clinical analyzer | |
Save | Harvest | |
NL1011409C1 (nl) | Informatiedrager. | |
FR2855732A1 (fr) | Porte-couteau comprenant un bouchon |