BE1014594A3 - KART WITH AND lifter assembly lifter assembly THEM AND WERKIJZE FOR RAISING THE BACK OF KART. - Google Patents

KART WITH AND lifter assembly lifter assembly THEM AND WERKIJZE FOR RAISING THE BACK OF KART. Download PDF

Info

Publication number
BE1014594A3
BE1014594A3 BE2002/0052A BE200200052A BE1014594A3 BE 1014594 A3 BE1014594 A3 BE 1014594A3 BE 2002/0052 A BE2002/0052 A BE 2002/0052A BE 200200052 A BE200200052 A BE 200200052A BE 1014594 A3 BE1014594 A3 BE 1014594A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
kart
lifting
support member
rear wheels
frame
Prior art date
Application number
BE2002/0052A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Kuperus Gjalt
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Kuperus Gjalt filed Critical Kuperus Gjalt
Application granted granted Critical
Publication of BE1014594A3 publication Critical patent/BE1014594A3/en

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62DMOTOR VEHICLES; TRAILERS
    • B62D25/00Superstructure or monocoque structure sub-units; Parts or details thereof not otherwise provided for
    • B62D25/20Floors or bottom sub-units
    • B62D25/2081Jack receiving devices
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60SSERVICING, CLEANING, REPAIRING, SUPPORTING, LIFTING, OR MANOEUVRING OF VEHICLES, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B60S9/00Ground-engaging vehicle fittings for supporting, lifting, or manoeuvring the vehicle, wholly or in part, e.g. built-in jacks
    • B60S9/02Ground-engaging vehicle fittings for supporting, lifting, or manoeuvring the vehicle, wholly or in part, e.g. built-in jacks for only lifting or supporting
    • B60S9/04Ground-engaging vehicle fittings for supporting, lifting, or manoeuvring the vehicle, wholly or in part, e.g. built-in jacks for only lifting or supporting mechanically
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62DMOTOR VEHICLES; TRAILERS
    • B62D21/00Understructures, i.e. chassis frame on which a vehicle body may be mounted
    • B62D21/18Understructures, i.e. chassis frame on which a vehicle body may be mounted characterised by the vehicle type and not provided for in groups B62D21/02 - B62D21/17
    • B62D21/183Understructures, i.e. chassis frame on which a vehicle body may be mounted characterised by the vehicle type and not provided for in groups B62D21/02 - B62D21/17 specially adapted for sports vehicles, e.g. race, dune buggies, go-karts

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Handcart (AREA)

Abstract

Kart met een handbediend hefsamenstel voor het van de bodem heffen van achterwielen van de kart. Het hefsamenstel is uitgerust met een handmatig bedienbaar bedieningsorgaan en een daarmee gekoppeld steunorgaan. Het steunorgaan is, bediend door het bedieningsorgaan, ten opzichte van het frame beweegbaar van een ingetrokken rijstand (11';41';71',101') naar een omlaag tot voorbij onderzijden van genoemde achterwielen reikende hefstand. Het hefsamenstel vormt ten minste bij verplaatsing van het steunorgaan nabij de hefstand een vertragende overbrenging tussen beweging van het bedieningsorgaan en neerwaartse beweging van een onderste uiteinde van het steunorgaan voor het opheffen van de kart. De voorgestelde kart kan met menskracht gemakkelijk maar toch snel opgelicht worden voor het van de grond brengen van de achterwielen. Tevens zijn een hefinrichting en een werkwijze voor het van de boden heffen van een achterzijde van een kart beschreven..Kart with a manually operated lifting assembly for lifting rear wheels of the kart from the bottom. The lifting assembly is equipped with a manually operable operating member and a supporting member coupled thereto. The support member, operated by the operating member, is movable relative to the frame from a retracted driving position (11 '; 41'; 71 ', 101') to a lifting position extending downwardly beyond the undersides of said rear wheels. At least when the support member is moved near the lifting position, the lifting assembly forms a delaying transfer between movement of the operating member and downward movement of a lower end of the support member for lifting the kart. The proposed kart can be easily and quickly lifted with manpower for lifting the rear wheels off the ground. A lifting device and method for lifting a rear side of a go-kart are also described.

Description

       

   <Desc/Clms Page number 1> 
 



   Korte aanduiding : Kart met hefsamenstel en hefsamenstel daarvoor alsmede werkwijze voor het opheffen van achterzijde van een kart 
De uitvinding heeft betrekking op een kart volgens het inleidende gedeelte van conclusie   l,   op een hefsamenstel voor toepassing als onderdeel van een dergelijke kart alsmede op een werkwijze volgens het inleidende gedeelte van conclusie 14. 



   Een dergelijke kart en een dergelijke werkwijze zijn uit de praktijk bekend en worden in kartcentra die voor algemeen publiek toegankelijk zijn toegepast. Daarbij worden motoren van karts gestart waarna enige tijd verstrijkt, voordat met de kart gereden wordt. Anders dan karts voor wedstrijdsport zijn karts bestemd voor recreatief gebruik door incidentele berijders in het algemeen voorzien van een koppeling, zoals een   centrifugaÅalkoppeling   of een droge plaat koppeling. Toch is het veelal nodig de achterwielen enige tijd van de grond te houden.

   Indien de kart is voorzien van een centrifugaalkoppeling dient dit, onder meer om ongewenst voorwaarts kruipen van de karts te voorkomen en om het mogelijk te maken afslaan van een nog koude motor te voorkomen door deze met verhoogd toerental te laten draaien zonder dat de kart wegrijdt of sterke slijtage optreedt doordat de kart met verhoogd motortoerental op zijn plaats wordt gehouden door bijvoorbeeld het rempedaal ingetrapt te houden.   Bi)   toepassing van een plaatkoppeling kan bij van de grond gelichte achterwielen de motor draaiende worden gehouden zonder dat de koppeling voortdurend in ontkoppelde toestand wordt gehouden. 



   Derhalve worden de karts veelal met een achtergedeelte van het frame op een houten blokje gezet, welk blokje zo dik is dat beide achterwielen van de grond worden gehouden. Het op het houten blok tillen van de kart en het van het blok af verplaatsen van de kart nadat de bestuurder is ingestapt is zwaar werk, waarbij bovendien in een ongunstige 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 houding getild moet worden. Een verder bezwaar van deze werkwijze is, dat blokken ingezameld moeten worden nadat de karts zijn vertrokken. 



   Het is een doel van de uitvinding een oplossing te verschaffen die het opheffen van achterzijden van de karts vergemakkelijkt zonder dat dit wezenlijk extra tijd vergt en het inzamelen van steunblokken overbodig maakt. 



   Dit doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt door een kart uit te voeren overeenkomstig conclusie 1. De uitvinding voorziet verder in een hefsamenstel volgens conclusie 13, dat speciaal is ingericht voor toepassing in een dergelijke kart alsmede in werkwijze volgens conclusie 14 voor het van de bodem heffen van een achterzijde van een kart. Bijzonder voordelige uitvoeringsvormen van de kart volgens de uitvinding zijn beschreven in de afhankelijke conclusies. 



   Navolgend wordt de uitvinding nader geïllustreerd en toegelicht aan de hand van een aantal uitvoeringsvoorbeelden, waarbij wordt verwezen naar de tekening. Daarbij toont :   fig. l   een achteraanzicht van een kart volgens een eerste uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding ; fig. 2 een achteraanzicht van een kart volgens een tweede uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding ; fig. 3 een afgesneden achteraanzicht van een kart volgens een derde uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding ; en fig. 4 een achteraanzicht van een kart volgens een vierde uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding. 



   De uitvinding wordt allereerst toegelicht aan de hand van het in fig. 1 weergegeven, op dit moment de meeste voorkeur genietende uitvoeringsvoorbeeld. 



   De m fig. 1 getoonde kart l is samengesteld uit onder meer een frame 2 en, verbonden met dat frame 2, een aandrijfeenheid 3 met een verbrandingsmotor en voorwielen 4 en achterwielen 5. De achterwielen   5   

 <Desc/Clms Page number 3> 

 zijn gekoppeld met de aandrijfeenheid 3 voor het aandrijven van de achterwielen 5. Op het frame 2 zijn verder een brandstoftank 6 en een stoel
7 gemonteerd. Een dergelijke stoel is meer in detail beschreven in aanvraagster'e Nederlandse octrooiaanvrage 1016316. Voor het starten van de motor is voorzien in een trekkoord met daaraan een handgreep 8. Door aan de handgreep 8 te trekken wordt de krukas van de motor geroteerd en wordt de motor gestart.

   Vooral wanneer de motor koud is en een verhoogd stationair toerental nodig is om de motor betrouwbaar draaiende te houden is het wenselijk de achterwielen 5 van de kart 1 van de grond te houden. 



   Hierdoor wordt slijtage van de koppeling van de aandrijfeenheid voorkomen. 



  Verder wordt daardoor voorkomen dat de kart door lichte aangrijping van de koppeling voorwaarts kruipt en wordt verhinderd dat bestuurders wegrijden, voordat de baan vrijgegeven is. 



   De kart 1 is voorzien van een met de hand bedienbaar hefsamenstel 9 voor het van de bodem heffen van achterwielen 5 van de kart 1. Het hefsamenstel 9 heeft een handmatig bedienbaar bedieningsorgaan 10 en een daarmee gekoppeld steunorgaan 11. Het steunorgaan 11 is bedienbaar door het bedieningsorgaan 10 voor het ten opzichte van het frame 1 bewegen van het steunorgaan 11 van een ingetrokken rijstand 11'naar een omlaag tot voorbiJ onderzijden van genoemde achterwielen 5 reikende hefstand 11. De verbinding van het bedieningsorgaan 10 met het steunorgaan 11 vormt, althans bij verplaatsing van het steunorgaan 11 nabij de hefstand, een vertragende overbrenging. 



   Doordat de achterzijde van de kart 1 opgelicht wordt met behulp van een vertragende overbrenging wordt het opheffen van de kart 1 vergemakkelijkt. Het hefsamenstel 9 is daarbij steeds beschikbaar, want het maakt deel uit van de kart 1 en is steeds functioneel, want aansluiting op een energiebron is dankzij de bedienbaarheid uitsluitend aangedreven door menskracht niet nodig.

   Doordat een kart een betrekkelijk gering gewicht heeft en de wielophanging nauwelijks veerweg heeft kan het 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 opheffen van de kart met menskracht, ondanks een vertragende overbrenging, met menselijke spierkracht of door met het   lichaam gewicht   op het bedieningsorgaan te drukken toch zeer snel worden uitgevoerd en kan het hefsamenstel zodanig licht en compact worden uitgevoerd dat dit geen wezenlijk negatieve invloed op de handelbaarheid en compactheid van de kart heeft. 



   Bij de kart volgens het getoonde voorbeeld kan het steunorgaan 11 door een enkelvoudige beweging van het als een handmatig bedienbare hendel uitgevoerde bedieningsorgaan 10 van een eerste stand 10'naar een tweede stand 10 van de rijstand naar de hefstand gebracht worden. Een dergelijke beweging is zeer snel uitvoerbaar, zodat het van de grond heffen van de achterwielen van de kart 5 zeer snel uitgevoerd kan worden en niet wezenlijk meer tijd kost dan het simpelweg optillen van de achterzijde van een kart. Dit laatste vormt een zeer zware belasting voor het lichaam en met name de rug van de persoon die de kart optilt. Voor het neerlaten van de kart kan het bedieningsorgaan 10 desgewenst met de voet bediend worden.

   Een veer 12 zorgt er daarbij voor, dat het steunorgaan 11 van de hefstand 11 naar de ingetrokken rijstand 11'gebracht wordt en tijdens het njden m die ingetrokken rijstand   11'wordt   gehouden. 



   De richtingaverandering van het bedieningsorgaan 10 bij het bewegen van de eerste stand naar de tweede stand is betrekkelijk gering, waardoor de enkelvoudige beweging van het bedieningsorgaan 10 zeer snel uitgevoerd kan worden. Voor het snel doen bewegen van het bedieningsorgaan alsook voor het over het gehele bewegingstraject van het bedieningsorgaan effectief uitoefenen van een grote kracht daarop is het in het algemeen voordelig indien de richtingsverandering bij het bewegen van de eerste stand naar de tweede stand kleiner is dan   1800 en   bij voorkeur kleiner is dan   900.   



   De baan 13 waarlangs het bedieningsorgaan 10 tussen de eerste stand 10'en de tweede stand 10 beweegbaar   ia.   is dwars op de rijrichting van de kart 1 georienteerd, waarbij het bedieningsorgaan bij een 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 achteruiteinde van de kart 1 is gelegen. Hierdoor is achter de kart 1 zeer weinig ruimte nodig voor het bedienen van het bedieningsorgaan 10. Karts kunnen daardoor dicht achter elkaar in een rij geparkeerd worden, zonder dat dit het bedienen van het bedieningsorgaan 10 onmogelijk maakt. Verder steekt het hefsamenstel daardoor in geen enkele stand ver achterwaarts uit ten opzichte van de kart 1. Dit is voordelig voor het voorkomen van verwondingen bij kop-staart botsingen en voor het voorkomen, dat personen die achter de kart 1   langslopen   over het bedieningsorgaan 10 kunnen struikelen. 



   De overbrenging tussen het bedieningsorgaan 10 en het steunorgaan 11 vormt een vertraging die wanneer het steunorgaan 11 zich bevindt in een gedeelte van het bewegingstraject daarvan waarin dit onder de achterwielen 5 uitsteekt groter is dan wanneer het steunorgaan 11 zich bevindt in een gedeelte van het traject daarvan waarin het niet onder de, achterwielen 5 uitsteekt. Hierdoor beweegt het steunorgaan 11, zolang het zonder de kart 1 op te heffen van de ingetrokken rijstand tot nabij de bodem beweegt, sneller ten opzichte van de snelheid van het bedieningsorgaan dan gedurende het gedeelte van het bewegingstraject van het steunorgaan 11, waarbij het steunorgaan 11 de achterzijde van de kart 1 van de grond tilt.

   Bij een gelijkmatige beweging van het bedieningsorgaan 10 vanuit de eerste stand 10'naar de tweede stand 10 beweegt het steunorgaan 11 aldus, gemiddeld, eerst snel. hetgeen gemakkelijk kan omdat daarop geen kracht hoeft te worden uitgeoefend voor het optillen van de kart   l,   en, gemiddeld, langzamer gedurende het gedeelte van zijn bewegingstraject waarbij daarop kracht voor het doen optillen van de achterzijde van de kart 1 uitgeoefend wordt. Aldus kan een betrekkelijk korte slag van het bedieningsorgaan 10 gecombineerd worden met een beperkte maximaal noodzakelijke krachtsuitoefening daarop. 



   De overbrenging met een variabele vertraging is volgens dit voorbeeld op constructief eenvoudige wijze gerealiseerd, door de overbrenging uit te 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 voeren als een kniehefboomsamenstel. Het kniehefboomsamenstel wordt gevormd door het bedieningsorgaan 10 dat bij 14 zwenkbaar aan het frame
2 is bevestigd en een tussenarm 16 die bij 15 scharnierend is gekoppeld aan het bedieningsorgaan 10 en bij 17 scharnierend aan het steunorgaan 11 is gekoppeld. Het steunorgaan 11 is bij 18 scharnierend aan het frame 2 bevestigd. 



   De hefinrichting 9 voor het van een boden heffen van een achterzijde van een kart kan behalve als onderdeel van een kart 1 ook afzonderlijk worden aangeboden. Deze kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden om bestaande karts te voorzien van een hefinrichting 9 of om de hefinnchting 9 van een kart 1 te vervangen als deze is beschadigd of versleten. 



   Het steunorgaan 11 is voorzien van een wiel 19, waarvan een as in hoofdzaak evenwijdig aan de rijrichting van de kart 1 is georiënteerd. Dit wiel 19 maakt het mogelijk de kart 1 indien deze bijvoorbeeld"gespind"is en dwars of achterstevoren op de baan staat aan de achterzijde met de achterwielen 5 van de grond te tillen en vervolgens de achterzijde in een richting dwars op de rijrichting van de kart 1 om de voorzijde te zwenken totdat de kart 1 in een richting is gericht die het mogelijk maakt in de omlooprichting van de kartbaan verder te rijden. Het opheffen van de achterzijde van de kart gebeurt daarbij door bedienend personeel van de kartbaan zonder dat de bestuurder van de kart 1 uitstapt.

   In het bijzonder voor het m weer in de rijrichting van de kartbaan zetten van   gepinde   karts is het van bijzonder belang, dat het opheffen van de achterzijde van de kart 1 zeer snel kan geschieden, omdat bij langdurig verblijf van de gespinde kart 1 en personeel op de kartbaan het gevaar door andere op de baan rondrijdende karts te worden aangereden toeneemt. 



   Doordat het aan het steunorgaan 11 bevestigde wiel 19 af kan rollen in de bewegingsrichting over de bodem van het onderuiteinde van het   steunorgaan 11 bl)   het uitzetten en intrekken, kan het uiteinde van het steunorgaan 11 bij het uitzetten en intrekken over de bodem worden 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 verplaatst zonder dat het daarbij veel weerstand ondervindt of de kart wordt verplaatst. 



   Het wiel van het steunorgaan kan eventueel als een zwenkwiel zijn uitgevoerd, maar montage van het wiel 19 met een as daarvan in een vaste oriëntatie ten opzichte van het steunorgaan 11 geniet de voorkeur vanwege een eenvoudige constructie en omdat het de kart 1 verhindert in rijrichting te verrijden wanneer de achterwielen 5 van de kart 1 van de grond zijn getild en de kart   l   zich bijvoorbeeld op een hellend gedeelte van een kartbaan bevindt. 



   Op het frame 2 gemonteerde aanslagen 20,21 bepalen uiterste standen 10,10'van het bedieningsorgaan. Deze zijn bij voorkeur vervaardigd uit of bekleed met zacht materiaal, zoals rubber teneinde het bedieningsorgaan 10 zacht op te vangen en tijdens het rijden klapperen van het bedieningsorgaan 10 tegen de aanslag 20 te voorkomen. Voor efficiënte montage kunnen de aanslagen 20, 21 ook deel uitmaken van een als subsamenstel uitgevoerd hefsamenstel, dat als en geheel aangeleverd wordt en op een beperkt aantal punten aan de kart bevestigde wordt. 



   Bij de in fig. 2 getoonde kart is het hefsamenstel 39 uitgevoerd met een steunpoot 41 die tussen en een met onderbroken lijnen weergegeven, ingetrokken rij stand 41'naar een met doorgetrokken lijnen weergegeven uitstekende hefatand 41 verplaatsbaar is. Voor het ten opzichte van het frame 2 geleiden van de steunpoot 41 is voorzien in aan het frame 2 bevestigde geleiders 56, 57. Het bedieningsorgaan 40 is bij 45 zwenkbaar aan de steunpoot 41 gekoppeld en steunt bij 44 tegen een nok 58 op het frame   2.   Als het bedieningsorgaan vanuit de met onderbroken lijnen weergegeven stand 40'naar de met   doorgetrokken   lijnen weergegeven stand 40 wordt gezwenkt, wordt de steunpoot 41 ten opzichte van het frame   2   omlaag verplaatst tot in de onder de achterwielen 5 uitstekende stand verplaatst.

   Daarbij drukt de steunpoot 41 via het bedieningsorgaan 40 en de 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 nok 58 het frame 2 van de kart va de grond, zodat de achterwielen loskomen van de grond. 



   Op het frame 2 is verder een verbaal 59 bevestigd die samenwerkt met een vertanding 60 van de steunpoot 41 voor het in de hefstand vasthouden van de steunpoot 41. 



   Het bedieningsorgaan 40 is voorzien van een uitsteeksel 46 dat de veerpal 59 indrukt en daardoor de steunpoot vrijgeeft indien het bedieningsorgaan 40 in de met onderbroken lijnen weergegeven stand 40' wordt gebracht. Aldus kan ook het neerlaten van de kart met het bedieningsorgaan bediend worden. Bij het opheffen van de kart beweegt het bedieningsorgaan 40 omlaag. Dit maakt het mogelijk het lichaamsgewicht van de bedienende persoon te benutten voor het opheffen van de kart. Deze kan daartoe bijvoorbeeld met een voet op het bedieningsorgaan 40 drukken en hoeft dan niet te bukken om het bedieningsorgaan te bedienen. Ook het omhoog bewegen van het bedieningsorgaan 40 kan desgewenst met de voet worden uitgevoerd, zodat ook daartoe bukken niet nodig is. 



   Om de steunpoot 41 in de ingetrokken rijstand te houden is voorzien in een veer 42 tussen de geleider 57 een uitsteeksel 50 aan een bovenste uiteinde van de steunpoot 41. 



   In fig. 3 is een kart met een hefsamenstel 39 volgens een alternatief voorbeeld weergegeven. Ook in dit voorbeeld is het heforgaan 39 behalve in een hefstand ook in een ingetrokken rijstand 39'weergegeven. Het hefsamenstel 39 is bij 48 zwenkbaar aan het frame 2 bevestigd. 



   Het hefsamenstel 69 heeft een bedieningsorgaan 70 in de vorm van een losneembare hefboom die voor het opheffen van een kart over een uiteinde 82 van de het steunorgaan 71 wordt geplaatst. De variabele vertraging tussen beweging van het   bedieningaorgaan   70 en de mate waarin het steunorgaan 71 omlaag reikt wordt hier verkregen, doordat de overbrenging een nokprofiel 83 omvat dat zwenkbaar aan het frame 2 is bevestigd. Het nokprofiel 83 wordt bepaald door een serie wielen 84 die in 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 een gekromde rij zijn opgesteld, waarvan de   oriëntatie   met het toenemen van de afstand tot het draaipunt 78 ten opzichte van het draaipunt 47 meer tangentieel verloopt.

   Dit biedt het voordeel dat bij het zwenken van het steunorgaan 71 het steunorgaan ook in dwarsrichting van de kart over de grond kan verplaatsen, zodat de kart daarbij niet zijwaarts hoeft te bewegen. 



   Tussen het laatste wiel van de serie 84 en een verder wiel 85 is een grotere afstand in tangentiële richting ten opzichte van het draaipunt 78 aanwezig, waarbij deze beide wielen zich op ongeveer gelijke afstand van het draaipunt 78 bevinden. Hierdoor wordt een platte sectie in het nokprofiel 83 verkregen die een dood punt bepaalt waarin het steunorgaan uit zichzelf blijft staan. 



   Doordat het bedieningsorgaan 70 ten opzichte van het steunorgaan 71 losneembaar is, kan een bedienende persoon met een enkel bedieningsorgaan het opheffen en neerlaten van achterzijden van meerdere karts bedienen. Het bedieningsorgaan hoeft aldus tijdens het rijden niet meegevoerd te worden en voor het bedienen van meerdere hefsamenstellen kan met een bedieningsorgaan worden volstaan. 



   Dit hefsamenstel 69 is voorzien van een aanslag 80 die de ingetrokken njstand van het steunorgaan 71 bepaalt. Dit steunorgaan 71 is voorzien van een magneet die het uit staal vervaardigde steunorgaan 71 bovendien tegen de aanslag 80 in de ingetrokken rijstand houdt. 



   In fig. 4 is een kart weergegeven met een hefsamenstel dat een vereenvoudigde variant op het in fig. 3 weergeven voorbeeld vormt. Het nokprofiel 113 maakt daarbij deel uit van een nokschijf 101 die bij 108 zwenkbaar aan het frame is bevestigd. Voor het draaien van de nokschijf 101 kan deze bediend worden door een bedieningsstang 100 die in de nokschijf 101 gestoken is. De bedieningsstang kan eenvoudig uit de nokschijf 101 worden getrokken nadat het bedienen van de nokschijf 101 is 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 voltooid. Voor het in de ingetrokken rijstand houden van de nokschijf kan bijvoorbeeld zijn voorzien in een veer, een vergrendeling of frictie. 



   Het zal de deskundige duidelijk zijn, dat binnen het kader van de onderhavige uitvinding nog vele andere uitvoeringsmogelijkheden dan de bij wijze van voorbeeld getoonde uitvoeringsvoorbeelden bestaan. Zo kan de overbrenging bijvoorbeeld een stel onderling gekoppelde hydraulische cilinders en kleppen bevatten, zoals op zichzelf bekend is bij garage-kriks. 
 EMI10.1 
 



  De hefcihnder daarbij bijvoorbeeld in fig. 1 in plaats van de armen 10. 11 tussen de aangrijpingspunten   14.   17 worden aangebracht, terwijl de door het bedieningsorgaan bediende pompcilinder tussen het bedieningsorgaan en een bovenste arm van het frame kan zijn geplaatst. Door de plaatsing van de cilinders, het bedieningsorgaan en het steunorgaan geschikt te kiezen, kan een geschikte variatie in de overbrenging over de slag van het steunorgaan worden verkregen, zodat de kart met een enkele of eventueel een beperkt aantal bewegingen van het bedieningsorgaan aan de achterzijde daarvan zeer snel zover opgeheven kan worden dat de achterwielen vrij komen van de grond.



   <Desc / Clms Page number 1>
 



   Brief indication: Kart with lifting assembly and lifting assembly therefor as well as method for lifting the rear of a kart
The invention relates to a kart according to the introductory part of claim 1, to a lifting assembly for use as part of such a kart, and to a method according to the introductory part of claim 14.



   Such a kart and such a method are known from practice and are used in karting centers that are accessible to the general public. In addition, karts engines are started, after which some time passes before the kart is driven. Unlike karts for competitive sports, karts intended for recreational use by occasional riders are generally provided with a coupling, such as a centrifugal coupling or a dry plate coupling. Yet it is often necessary to keep the rear wheels off the ground for some time.

   If the kart is equipped with a centrifugal clutch, this serves, among other things, to prevent unwanted forward crawling of the go-karts and to make it possible to prevent a still cold engine from stopping by running it at increased speed without the kart running away or strong wear occurs because the kart is held in place with increased engine speed by, for example, depressing the brake pedal. In the case of the use of a plate coupling, the rear wheels lifted from the ground can keep the engine running without the coupling constantly being kept in the uncoupled state.



   The karts are therefore often placed on a wooden block with a rear part of the frame, which block is so thick that both rear wheels are kept off the ground. Lifting the go-kart on the wooden block and moving the go-kart away from the block after the driver has stepped in is a heavy job, and moreover an unfavorable

 <Desc / Clms Page number 2>

 attitude must be lifted. A further drawback of this method is that blocks must be collected after the karts have left.



   It is an object of the invention to provide a solution which facilitates the lifting of the rear sides of the karts without this requiring substantially additional time and making the collection of supporting blocks superfluous.



   This object is achieved according to the present invention by carrying out a kart according to claim 1. The invention further provides a lifting assembly according to claim 13, which is specially adapted for use in such a kart as well as a method according to claim 14 for lifting the bottom lifting a rear of a kart. Particularly advantageous embodiments of the kart according to the invention are described in the dependent claims.



   In the following the invention is further illustrated and elucidated on the basis of a number of exemplary embodiments, with reference to the drawing. In the drawings: Fig. 1 shows a rear view of a kart according to a first exemplary embodiment of the invention; Fig. 2 is a rear view of a kart according to a second exemplary embodiment of the invention; Fig. 3 is a cut-away rear view of a kart according to a third exemplary embodiment of the invention; and Fig. 4 is a rear view of a kart according to a fourth exemplary embodiment of the invention.



   The invention is first explained with reference to the embodiment shown in Fig. 1, currently the most preferred embodiment.



   The kart 1 shown in fig. 1 is composed of, inter alia, a frame 2 and, connected to that frame 2, a drive unit 3 with a combustion engine and front wheels 4 and rear wheels 5. The rear wheels 5

 <Desc / Clms Page number 3>

 are coupled to the drive unit 3 for driving the rear wheels 5. On the frame 2 are furthermore a fuel tank 6 and a seat
7 mounted. Such a chair is described in more detail in applicant's Dutch patent application 1016316. For starting the engine, a pull cord is provided with a handle 8 thereon. By pulling on the handle 8, the crankshaft of the engine is rotated and the engine is rotated. engine started.

   Especially when the engine is cold and an increased idling speed is required to keep the engine running reliably, it is desirable to keep the rear wheels 5 of the kart 1 off the ground.



   This prevents wear of the coupling of the drive unit.



  Furthermore, this prevents the go-kart from creeping forward due to slight engagement of the coupling and prevents drivers from moving away before the track is released.



   The kart 1 is provided with a manually operable lifting assembly 9 for lifting rear wheels 5 of the kart 1 from the bottom. The lifting assembly 9 has a manually operable operating member 10 and a supporting member 11 coupled thereto. The supporting member 11 is operable by the operating member 10 for moving the supporting member 11 relative to the frame 1 from a retracted driving position 11 to a lifting position 11 extending downwards to the front of said rear wheels 5. The connection of the operating member 10 to the supporting member 11 forms, at least when displaced of the support member 11 near the lifting position, a delaying transmission.



   Because the rear side of the kart 1 is lifted with the aid of a delayed transmission, the lifting of the kart 1 is facilitated. The lifting assembly 9 is thereby always available, because it forms part of the kart 1 and is always functional, because connection to an energy source is, thanks to the operability, only necessary driven by manpower.

   Because a kart has a relatively low weight and the wheel suspension hardly has any spring travel, it is possible

 <Desc / Clms Page number 4>

 lifting the kart with manpower, despite a delayed transmission, with human muscle force or by pressing the body weight on the control member, can nevertheless be carried out very quickly and the lifting assembly can be made so light and compact that this does not have a substantially negative influence on maneuverability and compactness of the kart.



   In the kart according to the example shown, the support member 11 can be moved from a first position 10 to a second position 10 from the driving position to the lifting position by a single movement of the operating element 10 designed as a manually operable handle. Such a movement can be carried out very quickly, so that lifting the rear wheels of the go-kart from the ground can be carried out very quickly and does not take substantially more time than simply lifting the rear of a go-kart. The latter forms a very heavy burden on the body and in particular on the back of the person lifting the go-kart. For lowering the kart, the operating member 10 can be operated with the foot if desired.

   A spring 12 thereby ensures that the support member 11 is brought from the lifting position 11 to the retracted driving position 11 'and is held in the retracted driving position 11' during the nm period.



   The change in direction of the control member 10 when moving from the first position to the second position is relatively small, so that the single movement of the control member 10 can be carried out very quickly. For causing the operating member to move quickly as well as for effectively exerting a large force thereon over the entire range of movement of the operating member, it is generally advantageous if the change of direction when moving from the first position to the second position is less than 1800 and is preferably less than 900.



   The path 13 along which the operating member 10 is movable between the first position 10 and the second position 10. is oriented transversely to the direction of travel of the go-kart 1, wherein the operating member is at a

 <Desc / Clms Page number 5>

 rear end of the kart 1 is located. As a result, very little space is required behind the kart 1 for operating the operating member 10. As a result, karts can be parked closely behind each other in a row, without this making operating the operating member 10 impossible. Furthermore, the lifting assembly therefore does not protrude far backwards in any position relative to the kart 1. This is advantageous for preventing injuries in the case of head-to-tail collisions and for preventing persons walking past behind the kart 1 from being able to cross the operating member 10. to trip.



   The transmission between the control member 10 and the support member 11 forms a delay which, when the support member 11 is located in a part of the movement path thereof in which it protrudes below the rear wheels 5, is greater than when the support member 11 is located in a part of the path thereof wherein it does not protrude below the rear wheels 5. As a result, as long as it moves from the retracted driving position to near the bottom without lifting the go-kart 1, the support member 11 moves faster relative to the speed of the operating member than during the part of the path of movement of the supporting member 11, the supporting member 11 lifts the rear of the kart 1 off the ground.

   With an even movement of the operating member 10 from the first position 10 to the second position 10, the support member 11 thus, on average, first moves rapidly. which is easy because no force needs to be exerted on it for lifting the kart 1, and, on average, slower during the part of its trajectory where force is exerted on it for lifting the rear of the kart 1. A relatively short stroke of the operating member 10 can thus be combined with a limited maximum necessary force exerted thereon.



   According to this example, the variable-delay transmission is realized in a constructively simple manner by carrying out the transmission

 <Desc / Clms Page number 6>

 perform like a knee lever assembly. The knee lever assembly is formed by the operating member 10 which is pivotable at 14 to the frame
2 and an intermediate arm 16 is pivotally coupled to the operating member 10 and 15 is pivotally coupled to the supporting member 11 at 17. The support member 11 is hinged to the frame 2 at 18.



   The lifting device 9 for lifting a rear side of a kart from a bottom can be offered separately as part of a kart 1. These can for instance be used to provide existing karts with a lifting device 9 or to replace the lifting device 9 of a kart 1 if it is damaged or worn.



   The support member 11 is provided with a wheel 19, an axis of which is oriented substantially parallel to the driving direction of the kart 1. This wheel 19 makes it possible to lift the kart 1 if it is, for example, "spun" and is positioned transversely or backwards on the track at the rear with the rear wheels 5 from the ground and then the rear in a direction transverse to the direction of travel of the kart 1 to pivot the front side until the kart 1 is directed in a direction that makes it possible to continue traveling in the direction of circulation of the kart track. The lifting of the rear side of the go-kart is thereby done by operators of the go-kart track without the driver of the go-kart 1 getting out.

   Particularly for putting pinned karts back in the direction of travel of the go-kart track, it is of particular importance that the lifting of the rear of the go-kart 1 can take place very quickly, because during a prolonged stay of the spun go-kart 1 and personnel on the go-kart track increases the risk of being hit by other karts traveling around the track.



   Because the wheel 19 attached to the support member 11 can roll in the direction of movement over the bottom of the lower end of the support member 11b1), the expansion and retraction of the support member 11 can become over the bottom during expansion and retraction.

 <Desc / Clms Page number 7>

 moved without encountering much resistance or the kart is moved.



   The wheel of the support member may optionally be designed as a pivot wheel, but mounting of the wheel 19 with a shaft thereof in a fixed orientation relative to the support member 11 is preferred because of a simple construction and because it prevents the kart 1 from moving in the direction of travel. moving when the rear wheels 5 of the go-kart 1 have been lifted off the ground and the go-kart 1 is, for example, on a sloping part of a go-kart track.



   Stops 20, 21 mounted on the frame 2 define extreme positions 10, 10 of the operating member. These are preferably made from or coated with soft material, such as rubber, in order to gently catch the operating member 10 and prevent the operating member 10 from crashing against the stop 20 while driving. For efficient mounting, the stops 20, 21 can also form part of a lifting assembly designed as a sub-assembly, which is supplied as a whole and is attached to the kart at a limited number of points.



   In the kart shown in Fig. 2, the lifting assembly 39 is provided with a support leg 41 which can be moved between and in a retracted row position 41, shown in broken lines, to a protruding lifting tooth 41 shown by solid lines. For guiding the support leg 41 relative to the frame 2, guides 56, 57 are attached to the frame 2. The operating member 40 is pivotally coupled to the support leg 41 at 45 and is supported at 44 against a cam 58 on the frame 2. When the operating member is pivoted from the position 40 shown by broken lines to the position 40 shown by solid lines, the support leg 41 is moved downwards relative to the frame 2 until it moves into the position projecting below the rear wheels 5.

   The supporting leg 41 thereby presses via the operating member 40 and the

 <Desc / Clms Page number 8>

 ridge 58 the frame 2 of the ground kart, so that the rear wheels are released from the ground.



   A verbal 59 is furthermore mounted on the frame 2 which cooperates with a toothing 60 of the support leg 41 for holding the support leg 41 in the lifting position.



   The operating element 40 is provided with a protrusion 46 which presses the spring pawl 59 and thereby releases the supporting leg when the operating element 40 is brought into the position 40 'shown in broken lines. The lowering of the go-kart can thus also be operated with the operating member. When lifting the kart, the operating member 40 moves downwards. This makes it possible to use the body weight of the operator for lifting the go-kart. To this end, it can for instance press the operating member 40 with a foot and then does not have to stoop to operate the operating member. The operating member 40 can also be raised with the foot if desired, so that bending over is also not necessary for this purpose.



   To keep the support leg 41 in the retracted driving position, a spring 42 is provided between the guide 57 and a protrusion 50 at an upper end of the support leg 41.



   Fig. 3 shows a kart with a lifting assembly 39 according to an alternative example. In this example too, the lifting member 39 is shown not only in a lifting position but also in a retracted driving position 39 '. The lifting assembly 39 is pivotally attached to the frame 2 at 48.



   The lifting assembly 69 has a control member 70 in the form of a releasable lever which is placed over an end 82 of the support member 71 for lifting a cart. The variable delay between movement of the operating member 70 and the extent to which the supporting member 71 lowers is obtained here, in that the transmission comprises a cam profile 83 which is pivotally attached to the frame 2. The cam profile 83 is defined by a series of wheels 84 which are in

 <Desc / Clms Page number 9>

 a curved row is arranged whose orientation runs more tangentially with increasing distance from the pivot 78 to the pivot 47.

   This offers the advantage that when the support member 71 is pivoted, the support member can also move across the ground in the transverse direction of the kart, so that the kart does not thereby have to move sideways.



   Between the last wheel of the series 84 and a further wheel 85 there is a greater distance in tangential direction with respect to the pivot point 78, these two wheels being located at approximately the same distance from the pivot point 78. A flat section in the cam profile 83 is hereby obtained which defines a dead point in which the support member remains standing by itself.



   Because the operating member 70 is releasable relative to the supporting member 71, a single person operating an operator can control the raising and lowering of the rear sides of a plurality of karts. The operating member thus does not have to be carried along while driving and a operating member will suffice for operating a plurality of lifting assemblies.



   This lifting assembly 69 is provided with a stop 80 which determines the retracted position of the support member 71. This support member 71 is provided with a magnet which moreover holds the support member 71 made of steel against the stop 80 in the retracted driving position.



   Fig. 4 shows a kart with a lifting assembly that forms a simplified variant of the example shown in Fig. 3. The cam profile 113 herein forms part of a cam disc 101 which is pivotally attached to the frame at 108. For rotating the cam disc 101, it can be operated by an operating rod 100 which is inserted into the cam disc 101. The operating rod can simply be pulled out of the cam disk 101 after the cam disk has been operated 101

 <Desc / Clms Page number 10>

 completed. For keeping the cam disc in the retracted driving position, a spring, a locking or friction can be provided, for example.



   It will be clear to those skilled in the art that within the scope of the present invention there are still many other possibilities of implementation than the exemplary embodiments shown. For example, the transmission may comprise a pair of interconnected hydraulic cylinders and valves, as is known per se with garage jacks.
 EMI10.1
 



  For example, in Fig. 1 the lifting cylinder is arranged between the points of engagement 14.17 instead of the arms 10.11, while the pump cylinder operated by the control member can be placed between the control member and an upper arm of the frame. By appropriately choosing the placement of the cylinders, the control member and the support member, a suitable variation in the transmission over the stroke of the support member can be obtained, so that the kart with a single or possibly a limited number of movements of the control member at the rear can be raised very quickly so that the rear wheels are released from the ground.


    

Claims (1)

CONCLUSIES 1. Kart met een frame (2) en, verbonden met dat frame (2), een verbrandingsmotor (3) en voor-en achterwielen (5) waarvan de achterwielen (5) gekoppeld zijn met de motor (3) voor het aandrijven van de achterwielen (5). gekenmerkt door een handbediend hefsamenstel (9 ; 39 ; 69 ; 99) voor het van de bodem heffen van achterwielen (5) van de kart (1) welk hefsamenstel (9 ; 39 ; 69 ; 99) een handmatig bedienbaar bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100) en een daarmee gekoppeld steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101) omvat, waarbij her steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101) ten opzichte van het frame (2) is bevestigd en, bediend door het bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ;  CONCLUSIONS Kart with a frame (2) and, connected to that frame (2), a combustion engine (3) and front and rear wheels (5) whose rear wheels (5) are coupled to the engine (3) for driving the rear wheels (5). characterized by a manually operated lifting assembly (9; 39; 69; 99) for lifting rear wheels (5) of the ridge (1) from the bottom, which lifting assembly (9; 39; 69; 99) a manually operable operating member (10; 40) ; 70; 100) and a supporting member (11; 41; 71; 101) coupled thereto, the supporting member (11; 41; 71; 101) being mounted relative to the frame (2) and operated by the operating member ( 10; 40; 70; 100), ten EMI11.1 opzichte van het frame (2) beweegbaar is van een ingetrokken rijstand (11' 41' 101') op afstand boven onderzijden van genoemde achterwielen (5) naar een omlaag tot voorbij onderzijden van genoemde achterwielen (5) reikende hefstand en waarbij het hefsamenstel (9 ; 39 ; 69 ; 99) ten minste bij verplaatsing van het steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101) nabij genoemde hefstand een vertragende overbrenging tussen beweging van het bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100) en neerwaartse beweging van een onderste uiteinde (19 ; 84 ; 113) van het steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101) voor het door het steunorgaan EMI11.2 (11 : 41 ; 71 ; 101) opheffen van de kart (1) vormt.  100)  EMI11.1  is movable relative to the frame (2) from a retracted driving position (11 '41' 101 ') at a distance above the undersides of said rear wheels (5) to a lifting position extending downwardly beyond the undersides of said rear wheels (5) and wherein the lifting assembly ( 9; 39; 69; 99) at least when the support member (11; 41; 71; 101) is moved near said lifting position, a delayed transfer between movement of the control member (10; 40; 70; 100) and downward movement of a lower end (19; 84; 113) of the support member (11; 41; 71; 101) for passing through the support member  EMI11.2  (11: 41; 71; 101) lifting the kart (1). 2. Kart volgens conclusie l, waarbij het steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101, door een enkelvoudige beweging van het bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100) van een eerste stand naar een tweede stand van genoemde rijstand (11' ; 41' ; 71' ; 101') naar genoemde hefatand brengbaar is.  Kart as claimed in claim 1, wherein the support member (11; 41; 71; 101), by a single movement of the operating member (10; 40; 70; 100), from a first position to a second position of said driving position (11 '; 41 '; 71'; 101 ') can be brought to said lifting gear. 3. Kart volgens conclusie 1 of 2, waarbij een aangrijpgedeelte van genoemd bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100) van een eerste stand behorend bij de ingetrokken rijstand van het steunorgaan naar een tweede stand behorend bij de onder de achterwielen uitstekende hefstand van het steunorgaan brengbaar is langs een baan waarbinnen <Desc/Clms Page number 12> richtingsveranderingen kleiner dan 180 en bij voorkeur kleiner dan 900 zijn.  Kart as claimed in claim 1 or 2, wherein an engaging portion of said operating member (10; 40; 70; 100) moves from a first position associated with the retracted driving position of the support member to a second position associated with the lifting position of the lifting member projecting below the rear wheels. support member can be brought along a path within which  <Desc / Clms Page number 12>  directional changes are less than 180 and preferably less than 900. 4. Kart volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de kart (1) een rijrichting heeft en waarbij genoemd bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100) van een eerste stand behorend bij de ingetrokken rijstand van het ateunorgaan naar een tweede stand behorend bij de onder de achterwielen uitstekende hefstand van het steunorgaan brengbaar is langs een baan in een vlak dat dwars op genoemde rijrichting is georiënteerd.  Kart as claimed in any of the foregoing claims, wherein the kart (1) has a direction of travel and wherein said operating member (10; 40; 70; 100) moves from a first position associated with the retracted driving position of the support member to a second position associated with the lifting position of the support member protruding under the rear wheels can be brought along a path in a plane which is oriented transversely to said driving direction. 5. Kart volgens conclusie 4, waarbij het bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100) bij een achteruiteinde van de kart is gelegen.  The kart of claim 4, wherein the operating member (10; 40; 70; 100) is located at a rear end of the kart. 6. Kart volgens een der voorgaande conclusies, waarbij genoemde vertraging in genoemde overbrenging wanneer genoemd steunorgaan (11 ; 71 ; 101) onder de achterwielen (5) van de kart (1) uitsteekt groter is dan wanneer genoemd steunorgaan (11 ; 71 ; 101) zich in een meer ingetrokken stand bevindt.  Kart according to one of the preceding claims, wherein said delay in said transmission when said support member (11; 71; 101) protrudes below the rear wheels (5) of the kart (1) is greater than when said support member (11; 71; 101) ) is in a more retracted position. 7. Kart volgens conclusie 6, waarbij genoemde overbrenging een kniehefboomsamenstel omvat.  The kart of claim 6, wherein said transmission comprises a knee lever assembly. 8. Kart volgens conclusie 6, waarbij genoemde overbrenging een nokprofiel (83 ; 113) omvat dat zwenkbaar aan het frame (2) is bevestigd.  The kart of claim 6, wherein said transmission comprises a cam profile (83; 113) pivotally attached to the frame (2). 9. Kart volgens een der voorgaande conclusies, welke een rijrichting heeft, waarbij het steunorgaan (11 ; 71) is voorzien van een wiel (19 ; 84,85) ingericht voor oriëntatie met een rotatie-as daarvan in hoofdzaak in rijrichting van de kart (1).  Kart as claimed in any of the foregoing claims, which has a direction of travel, wherein the support member (11; 71) is provided with a wheel (19; 84,85) adapted for orientation with an axis of rotation thereof substantially in the direction of travel of the kart (1). 10. Kart volgens conclusie 9, waarbij genoemd wiel (19 ; 84. 85) met een rotatie-as daarvan in een, althans wanneer het steunorgaan (11 ; 71) zich in de hefstand bevindt, in hoofdzaak vaste oriëntatie ten opzichte van het steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101) is opgehangen.  Kart as claimed in claim 9, wherein said wheel (19; 84. 85) with its axis of rotation in a, at least when, the support member (11; 71) is in the lifting position, substantially fixed orientation with respect to the support member (11; 41; 71; 101) is suspended. 11. Kart volgens een der voorgaande conclusies, verder omvattende een veer (i2 ; 42) gekoppeld met het steunorgaan (11 ; 41) voor het naar genoemde rijstand dringen van het steunorgaan (11 ; 41). <Desc/Clms Page number 13>  11. Kart according to one of the preceding claims, further comprising a spring (12; 42) coupled to the support member (11; 41) for urging the support member (11; 41) to said driving position.  <Desc / Clms Page number 13>   12. Kart volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten minste een gedeelte van genoemd bedieningsorgaan (70 ; 100) ten opzichte van genoemd steunorgaan (71 ; 101) losneembaar is.  A kart according to any one of the preceding claims, wherein at least a portion of said operating member (70; 100) is releasable relative to said support member (71; 101). 13. Hefsamenstel voor het van een boden heffen van een achterzijde van een kart (1), welk hefsamenstel (9 ; 39 ; 69 ; 99) een handmatig bedienbaar bedieningaorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100) en een daarmee gekoppeld steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101) ingericht voor bevestiging aan een frame (2) van een kart (1) omvat, zodanig dat in aan genoemd frame (2) bevestigde toestand het steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101), bediend door het bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100), ten opzichte van het frame (2) beweegbaar is van een van de bodem af ingetrokken rijstand (11' ; 41' ; 71' ; 101') naar een omlaag tot voorbij onderzijden van genoemde achterwielen (5) reikende hefstand en waarbij tussen het bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100) en neerwaartse verplaatsing van een onderste uiteinde van het steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ;  A lifting assembly for lifting a rear side of a go-kart (1) from a bottom, said lifting assembly (9; 39; 69; 99) a manually operable operating member (10; 40; 70; 100) and a supporting member (11) coupled thereto ; 41; 71; 101) adapted for attachment to a frame (2) of a kart (1), such that in the condition attached to said frame (2) the support member (11; 41; 71; 101) operated by the operating member (10; 40; 70; 100), is movable relative to the frame (2) from a driving position (11 '; 41'; 71 '; 101') retracted from the bottom to a downward past the underside of said rear position (5) and wherein between the operating member (10; 40; 70; 100) and downward displacement of a lower end of the support member (11; 41; 71; 101) voor het opheffen van de kart (1), ten minste bij verplaatsing van het steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101) nabij genoemde hefstand een vertragende overbrenging aanwezig is.  101) for lifting the kart (1), at least when the support member (11; 41; 71; 101) is displaced, a delaying transmission is present near said lifting position. 14. Werkwijze voor het van een bodem heffen van achterwielen (5) van een kart (1) met een frame (2) en. verbonden met dat frame (2), een verbrandingsmotor (3) en voor-en achterwielen (5) waarvan achterwielen (5) gekoppeld zijn met die motor (3) voor het aandrijven van die wielen (5), gekenmerkt door het met menskracht bedienen van een aan de kart (1) bevestigd hefsamenstel (9 ; 39 ; 69 ; 99) voor het van de bodem heffen van achterwielen (5) van de kart (1), waarbij een bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100) van het hefsamenstel (9 ; 39 ; 69 ; 99) door menskracht wordt verplaatst en waarbij een steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101) van het hefsamenstel (9 ; 39 ; 69 ; 99), bediend door het bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ;  Method for lifting rear wheels (5) from a bottom of a go-kart (1) with a frame (2) and. connected to said frame (2), a combustion engine (3) and front and rear wheels (5) whose rear wheels (5) are coupled to said engine (3) for driving said wheels (5), characterized by operating with human force of a lifting assembly (9; 39; 69; 99) attached to the kart (1) for lifting rear wheels (5) of the kart (1) from the bottom, wherein an operating member (10; 40; 70; 100) of the lifting assembly (9; 39; 69; 99) is displaced by manpower and wherein a support member (11; 41; 71; 101) of the lifting assembly (9; 39; 69; 99) operated by the operating member (10; 40; 70; 100) ten opzichte van het frame (2) beweegt van een van de bodem af ingetrokken rijstand (11' ; 41' ; 71' ; 101') naar een omlaag tot voorbij onderzijden van genoemde achterwielen (5) reikende hefstand en een ondergelegen uiteinde van het <Desc/Clms Page number 14> steunorgaan (11 ; 41 ; 71 ; 101) ten minste bij neerwaartse verplaatsing daarvan nabij genoemde hefstand vertraagd neerwaarts beweegt ten opzichte van het bedieningsorgaan (10 ; 40 ; 70 ; 100).  100) moves with respect to the frame (2) from a driving position (11 '; 41'; 71 '; 101') retracted from the bottom to a lifting position extending downwardly beyond the bottom sides of said rear wheels (5) and a lower end from the  <Desc / Clms Page number 14>  support member (11; 41; 71; 101) at least upon its downward movement near said lifting position, it moves downwards in a delayed manner relative to the operating member (10; 40; 70; 100).
BE2002/0052A 2001-02-01 2002-01-31 KART WITH AND lifter assembly lifter assembly THEM AND WERKIJZE FOR RAISING THE BACK OF KART. BE1014594A3 (en)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1017264A NL1017264C2 (en) 2001-02-01 2001-02-01 Kart with lifting assembly and lifting assembly therefor as well as method for lifting the rear side of a kart.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1014594A3 true BE1014594A3 (en) 2004-01-13

Family

ID=19772836

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2002/0052A BE1014594A3 (en) 2001-02-01 2002-01-31 KART WITH AND lifter assembly lifter assembly THEM AND WERKIJZE FOR RAISING THE BACK OF KART.

Country Status (3)

Country Link
BE (1) BE1014594A3 (en)
DE (1) DE20201492U1 (en)
NL (1) NL1017264C2 (en)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN102310845B (en) * 2011-06-15 2013-09-04 徐州重型机械有限公司 Wheel crane and bearing structure thereof

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2054842A (en) * 1933-06-26 1936-09-22 Walker Brooks Vehicle lifting and traversing device
FR2297755A3 (en) * 1975-01-20 1976-08-13 Gripon Claude Telescopic gokart caster wheel - is extensible to lift driving wheels clear of ground when push-starting

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2054842A (en) * 1933-06-26 1936-09-22 Walker Brooks Vehicle lifting and traversing device
FR2297755A3 (en) * 1975-01-20 1976-08-13 Gripon Claude Telescopic gokart caster wheel - is extensible to lift driving wheels clear of ground when push-starting

Also Published As

Publication number Publication date
DE20201492U1 (en) 2002-07-11
NL1017264C2 (en) 2002-09-05
NL1017264A1 (en) 2002-08-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4858888A (en) Platform lifting mechanism
US5007655A (en) Variable speed lever propelled wheelchair
RU2284177C2 (en) Device for making set rollable go-cart in motion easier and the go-cart provided with the device
US5779598A (en) Pedal-type exerciser
US9775276B2 (en) Working vehicle
US4152007A (en) Ski brake
US6659190B2 (en) Aerator sulky
US4930801A (en) Front mounted implement
NZ207937A (en) Lever operated wheelchair drive:lever pivoted at seat level drives main wheel by chain drive
US5951234A (en) Pallet loader
BE1014594A3 (en) KART WITH AND lifter assembly lifter assembly THEM AND WERKIJZE FOR RAISING THE BACK OF KART.
NL1014610C1 (en) Exercise bike.
US4858348A (en) Automatic ejection snow plow
US20030178801A1 (en) Motorized wheelbarrow with handle elevating feature
JP4189781B2 (en) Drum transporter
US3604399A (en) Animal race starting apparatus
JPS6216812Y2 (en)
JP2003304701A (en) Walking type plower
WO2021156741A1 (en) In-line skate
JPS6222093Y2 (en)
Bashford et al. Tractor Modification for Paraplegics
DE3940311C2 (en) Stack rod drive for a vehicle
FI75080B (en) ANORDNING FOER UPPSAMLING AV BALAR ELLER MOTSVARANDE.
JPS62118814A (en) Rice planter
JPH0753049B2 (en) Combine harvesting control device

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Effective date: 20120131