<Desc/Clms Page number 1>
Bier Bier is een drank die wordt verkregen door alkoholische gisting van wort, bereid van zetmeel- of suikerhoudende grondstoffen, van hop, met inbegrip van hoppoeder en hopextract, en van drinkwater.
Onder zetmeelhoudende grondstoffen worden verstaan : tarwe, mais, rijst, sorgho, gerst, enz. en hun onderscheiden verwerkte vormem.
Onder suikerhoudende grondstoffen wordt verstaan : saccharose, invertsuiker, dextrose en glucosestropen.
Het bereiden van bier is een wel bekend werkwijze.
De hergisting en rijping van het bier op fies is ook bekend voor speciale bieren. In die bieren bereid volgens een traditioneel rouwproces (gisting + hergisting), blijft de gist (voor de hergistingstap) in de flessen. Die gist plakt op de bodem of op een zijwand van de fies.
Na een paar maanden hergisting, stijgt de druk in het bierfles tot een druk van minder dan 4 bars (4 105Pa) op 10 C.
Men heeft nu opgemerkt dat door het gebruiken van speciale gisten, het mogelijk is bier op flessen te bereiden met een hogere druk.
Huidige uitvinding betreft dus een koolzuurstofbevattend bier dat zich bevindt in een fies onder een druk van meer dan 4 105 Pa (4bar) op 10 C. Het bier bevindt zieh bijvoorbeeld onder een druk tussen 4 105Pa en 10 105Pa (10 bar) op 10 C, bij voorkeur tussen 5 105 en 8 105Pa, liever tussen 5, 5 105 en 7 105 Pa.
<Desc/Clms Page number 2>
In een voordelige uitvoeringsvorm, bezit het bier een reële vergistingsgraad (gemeten volgens de methode SM00312) van meer dan 85%, bij voorkeur van meer dan 90%, liever meer dan 95%, bijvoorbeeld van meer dan 96%, zoals 97%, 98% of 99%.
Volgens een kenmerk van een uitvoeringsvorm, bezit het bier een alcoholgehalte (gemeten volgens de methode SM00891) van meer dan 4% volume, bij voorkeur tussen 4 en 16% volume, liever tussen 8 en 16%, bijvoorbeeld ongeveer 11 % volume.
Volgens een ander kenmerk van een uitvoeringsvorm bevat het bier na een mengelingsstap minder dan 5 gist kiemgetal per ml, bij voorkeur minder dan 1 gist kiemgetal per ml (gemeten volgens de methode NF V08-059').
Volgens een detail van een voordelig bier volgens de uitvinding, bevat het bier sporen van Saccharomyces cerevisiae gist die bruikbaar is om champagne te bereiden. In het bijzonder bevat het bier sporen van Saccharomyces cerevisiae B0213 (stam die gedeponeerd is bij Collection de levures d'intérêts biotechnologique de INA - Paris).
Bijvoorbeeld bevat het bier meer dan 10g C02/1. Bij voorkeur, na het inschenken van het bier in een langvormig glas, komen C02 gas bolletjes vrij met een gemiddelde grootte van minder dan lmm, liever minder dan 0, 5mm. In een voordelige uitvoeringsvorm komen de CO2 gas bolletjes vrij in de vorm van bolletjes die van elkaar verwijderd zijn en die zich naar boven bewegen langs meerdere vertikale lijnen die van elkaar verwijderd zijn.
Volgens een kenmerk van een bier volgens de uitvinding, plakt. er geen gist op de bodem van de fies.
<Desc/Clms Page number 3>
Bijvoorbeeld bezit de fies een volume van 0, 3 1 tot en met 12 I, bij voorkeur van 0, 7 I tot en met 3 1.
Het bier bezit bijvoorbeeld een droge stofgehalte tussen 4 en 10g per 100 ml (gemeten volgens de methode SM00449).
De uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het bereiden van een bier volgens de uitvinding, waarbij die werkwijze de opeenvolgende stappen bevat : een gebrouwd bier die met een gistoplossing gemengd wordt, een gist dat bruikbaar is voor het bereiden van Champagne, met tenminste een klaarmiddel, en eventueel met suiker om een suikergehalte (gemeten als droge suiker) in het bier tussen 1, 5 en 8g/l te bekomen, dit gebrouwde bier met gist en klaarmiddel in flessen gebotteld wordt, waarbij die flessen onderworpen kunnen worden aan een druk van meer dan 4 105 Pa op 10 C, bij voorkeur van meer dan 5 105 Pa, liever van meer dan 5, 5 105 Pa (De flessen kunnen ook voldoende stevig zijn voor drukken van 6 bars, 8 bars, 10 bars en zelf meer), de flessen afgesloten worden met een vingerhoedje en een kurk,
. het bier met gist aan een hergisting op fies onderworpen wordt, na een voldoende hergisting, de flessen zijn onderworpen aan een linkse/rechtse draaiende beweging en aan een opheffingsbeweging om de bodem van de flessen opwaards te bewegen ten opzichte van de hals zodat de gist in het vingerhoedje terecht komt, tenminste de gist die zieh in het vingerhoedje bevindt bevrozen wordt om een ijskegel te vormen, de fles in een schuine toestand geplaatst is met de hals gericht naar boven ten opzichte van de bodem, w in die schuine toestand de bevrozen ijskegel verwijderd wordt, de fles met een champagnekurk afgesloten wordt en de afgesloten fies bij voorkeur in horizontale toestand rust.
<Desc/Clms Page number 4>
Tenminste een zetmeel houdende grondstof is gebrouwd (bij voorkeur volgens een traditionele methode) om het bier te bereiden. Voorbeelden van zetmeel houdend grondstoffen zijn granen, tarwe, rijst, sorgo, maïs, enz., en mengelingen ervan.
Volgens een uitvoeringsvorm, wordt er tussen 1, 5 à 4, 5 g suiker/1 bier toegevoegd voor de hergistingstap.
Bij voorkeur wordt de hergistingstap uitgevoerd tot het bekomen van een druk in
EMI4.1
de fies tussen 4 105Pa en 10 105Pa op 10 C, bij voorkeur tussen 5 105 en 8 105Pa, liever tussen 5, 5 105 en 7 105 Pa op 10 C.
Bijvoorbeeld, gedurende de ganse hergistingstap, ligt de temperatuur van het bier tussen 5 C en 25 C, bij voorkeur tussen 5 C en 15 C.
De hergistingstap kan een termijn in beslag nemen van 15 dagen tot 1 jaar, bij voorkeur tussen 1 maand en 6 maanden, liever tussen 2 en 3 maanden.
Volgens een uitvoeringsvorm, wordt de linkse/rechtse draaiende beweging met een opheffingsbeweging bij tussenpozen uitgevoerd gedurende een termijn van 2 dagen t/m 1 maand, bij voorkeur tussen 4 en 15 dagen, liever tussen 5 en 10 dagen.
De bevrozen ijskegel van de fies wordt bij voorkeur verwijderd in een toestand waarin een hoek tussen de axiale as van de fies en een horizontale lijn gevormd wordt, waarbij die hoek tussen 30en 85 , bij voorkeur tussen 30 en 60 ligt. Bij voorkeur, wordt de bevrozen ijskegel verwijderd op een temperatuur van ongeveer OOC t/m 15OC, bij voorkeur van 0 C t/m 10oC.
Bij voorkeur, rust de met de kurk afgesloten fies (na verwijdering van de gist) tenminste 10 dagen alvorens de fies geopend wordt voor het drinken van het bier.
<Desc/Clms Page number 5>
Details en kenmerken van de uitvinding zullen uit de volgende beschrijving voortvloeien, waarin een uitvoeringsvorm van een werkwijze voor het bereiden van een bier volgens de uitvinding beschreven is.
Eerste fase : het brouwen Volgens een traditioneel brouwproces (met lage gisting, met spontane gisting of met hoge gisting) wordt een bier bereid. Bijvoorbeeld wordt het blonde bier Malheur 10 gebrouwen, gewoon volgens de klassieke werkwijze. Andere type bieren kunnen ook gebruikt worden. Toch gebruikt men liever een bier dat tenminste volgens een werkwijze met een hoge gisting gebrouwen wordt. Het gebrouwen bier is dan gefilterd en eventueel gesteriliseerd.
Tweede fase Het suikergehalte van het bier wordt dan gemeten. Bijvoorbeeld ligt het suikergehalte van het bier tussen 1 à 3g/l.
Men bereid dan een gistoplossing door het mengen van gedroogde gist (Saccharomyces cerevisiae stam B0213-Collection de levures d'intérêts biotechnologique de INA - Paris) in water aan 35 C-40 C.
Die gistoplossing is dan gemengd met basisbier en met een suikeroplossing (suikergehalte van 30 à 70 gewichts%). De densiteit van de oplossing wordt op
1000-1030 geregeld door toevoeging van water en/of suikeroplossing.
6 liter van die mengeling wordt dan gemengd met 50 à 100 liter basisbier en met een suikeroplossing (bijvoorbeeld voor het toevoegen van 5 à 10 kg suiker, bij voorkeur via een wateroplossing).
De temperatuur van die samenstelling is op 15 C-30 C, bij voorkeur op 20 C gehouden. Bij tussenpozen wordt de mengeling geroerd (bijvoorbeeld om de 6 à 24 uren, bij voorkeur om de 9 a 15 uren, zoals om de 12 uren, roeren gedurende 5 à
<Desc/Clms Page number 6>
30minuten). Die vermenigvuldigingsstap neemt 2 à 10 dagen in beslag, bij voorkeur van 3 à 7 dagen, zoals 3 à 4 dagen. De vermenigvuldigingsstap is gestopt zodra de densiteit van 10 à 20 eenheden daalt (bijvoorbeeld van 10 à 14 eenheden).
De densiteit is bij voorkeur hoger dan 1000.
100 I van de zo bekomen vermenigvuldingsstap worden dan gemengd met 40 à 100 Hl bier. Suiker wordt toegevoegd (+/- 2 à 3 g suiker per liter bier) en klaarmiddel (bruikbaar voor het bereiden van champagne, bijvoorbeeld 6 à 25 cl (liever meer
EMI6.1
dan 8cl) Clarifiant S (Institut Oenologique de Champagne, ZI Mardeuil, Route de Cumière, Epemay EMB 51344A) per liter bier en/of (bij voorkeur en) 0, 10 cl phosphate mazuur (Institut Oenologique de Champagne) (bij voorkeur ongeveer 1 5 àà 2 cl) per liter bier.
De mengeling bier + additieven is dan homogeen gehouden in een tank bijoorbeeld
EMI6.2
door middel van rondpompen. Het suikergehalte (gemeten als droge stof) van die mengeling ligt dan tussen 3, 5 (bijvoorbeeld ongeveer 4) g/liter bier.
Derde fase De afvulling van de tank (met rondpompen om altijd over een homogeen bier te kunnen beschikken) gebeurt dan in champagneflessen van 75 cl, flessen die aan een druk van meer dan 15 bars kunnen onderworpen worden.
De gevulde flessen zijn afgedicht door middel van een plastiek vingerhoedje (bekend als bidule in de Champagne streek) en een kroonkurk. Dit vingerhoedje heeft meerdere functies, namelijk afdichtingsmiddel, na het keren van de flessen wordt de gist en andere additieven erin opgevangen, en bij het bevriezen van de flessenhals een ijskegel in het vingerhoedje gevormd wordt, waarbij die ijskegel aan de kroonkurk niet vastvriest.
<Desc/Clms Page number 7>
Vierde fase De hergisting op fles is een vrij trage stap, die bijvoorbeeld twee ä drie maanden in beslag neemt. Die hergisting gebeurt bij een temperatuur van 5 à 15 C, bijvoorbeeld ongeveer 100C in een vrijwel donkere kamer. Door de aanwezigheid van de suiker in de bierflessen, wordt koolzuurgas gevormd, waardoor de druk in de fles tot 4 - 10 bars op 10 C stijgt. Er wordt ook meer alcohol gevormd, zodat het alcoholgehalte van het bier aan het einde van de hergistingsstap tussen 4 en 16% volume kan liggen. Voor die hergisting liggen de flessen horizontaal of vrijwel horizontaal, zodat een gistdepot zieh neerzet langs een zijkant van de fles.
Vijfde fase In die stap gebeurt een langzame kering van de flessen zodat de hals naar beneden gericht is ten opzichte van de bodem van de fies.
Die kering kan manueel of automatisch uitgevoerd worden. Die kering gebeurt bijvoorbeeld op een temperatuur van 5 à 15 C, bij voorkeur ongeveer 10 C.
De flessen worden aan een linkse/rechtse draaiende beweging met een opheffingsbeweging bij tussenpozen onderworpen gedurende 5 à 10 dagen.
Gedurende die stap (bekend als remuage in de Champagne streek) zinken alle gistresten en additieven in de vingerhoedjes van de flessen.
Zesde fase De ondersteboven staande flessen worden nu aan een visueel controle onderworpen om te bepalen of vrijwel alle gistresten werkelijk in de hals van de fies zijn gezonken. Flessen waarbij gist nog op de zijkant merkbaar is worden verwijderd.
De andere flessen met de hals naar beneden worden verder behandeld. De hals van de flessen wordt dan in een koud bad gestoken (bijvoorbeeld een bad met een temperatuur van-25 C t/m-60 C, bij voorkeur van ongeveer-40 C, bijvoorbeeld
<Desc/Clms Page number 8>
een glycolbad). De hals van de flessen is dan op een korte tijd bevrozen. Een ijskegel wordt zo in de hals gevormd. De gistresten zijn in de ijskegel bevroren.
Zevende fase De flessen met bevrozen hals worden nu op een lopende band geplaatst. De flessen zijn in schuine toestand geplaatst (bijvoorbeeld een hoek tussen de centrale as van de fies en een horizontale lijn van 300 à 600. De kroonkurk van de fies wordt op lage temperatuur (0 C t/m 15 C, bij voorkeur kleiner dan 5 C) verwijderd. Door de druk worden dan de ijskegel en het vingerhoedje verwijderd met een knal.
Achtste fase Door de verwijdering van de ijskegel, kunnen de flessen niet meer voldoende gevuld zijn Een bijvulling van de flössen kan dan gebeuren met jong hier, met een ander alcohol, met wijn, enz.
Negende fase De flessen worden nu afgesloten met champagnekurk en een muilbandje. Na reiniging worden dan de flessen van een etiket voorzien. De flessen worden dan in bakken gestapeld. Men laat dan de flessen rusten gedurende ongeveer 1 maand, zodat de gevormde C02 (die door het schudden van het bier in de flessen) zieh weer met het bier bindt.
Het bier is bij voorkeur gedronken in een langvormig glas. Kleine C02 gasbolletjes zijn in de bodem van het bier gevormd. Die gasbolletjes bewegen zich naar boven langs meerdere lijnen die van elkaar verwijderd zijn.
Mogelijke eigenschappen van een bier volgens de uitvinding kunnen de volgende zijn :
<Desc/Clms Page number 9>
Druk in de fles op 10 C : 5, 5 ä 7 105 Pa Reële vergistingsgraad : 95% en meer (SM00312) sporen van Saccharomyces cerevisiae Sulfitegehalte (als Sou : kleiner dan 10 mg/l (SM00087) Schuimstabiliteit : groter dan 180 (SM00316) Kleur:vanaf2, bijvoorbeeld tussen 5 en 100 EBC (SM00314) (de kleur van het bier kan aangepast worden door middel van additieven, zoals voedsel, kleurstoffen, enz. pH : van 4 t/m 6, bijvoorbeeld ongeveer 4, 5 (SM00744) bitterheid : tussen 20 en 40, bijvoorbeeld ongeveer 30 EBC (SM00315) droge stof : tussen 3 en 10 g/100ml, bijvoorbeeld ongeveer 5, 7 g/l 00ml (SM00449) ethanol :
tussen 4 en 16% volume (bijvoorbeeld 1l-12% volume) (SM00891) aeroob mesofiel kiemgetal bij 30 C : < 1 per ml (NF V08-051') sehimmels : < 1 per ml (NF V08-059') gisten : < 1 per ml (NF V08-059') lactobacillen : < 1 per ml (SM00405') eiwit : tussen 0, 5 en 2 g/lOOml (SM00579) relatieve densiteit : tussen 1 en 1, 05, bijvoorbeeld ongeveer 1, 01 (SM00192)
<Desc / Clms Page number 1>
Beer Beer is a beverage obtained by the alcoholic fermentation of wort, prepared from starchy or sugary raw materials, from hops, including hop powder and hop extract, and from drinking water.
Starchy raw materials are understood to mean: wheat, corn, rice, sorghum, barley, etc. and their various processed forms.
Sugar-containing raw materials are understood to mean: sucrose, invert sugar, dextrose and glucose syrups.
The preparation of beer is a well-known method.
The re-fermentation and maturation of beer on fies is also known for special beers. In those beers prepared according to a traditional mourning process (fermentation + re-fermentation), the yeast (for the re-fermentation step) remains in the bottles. That yeast sticks to the bottom or to a side wall of the fies.
After re-fermenting for a few months, the pressure in the beer bottle rises to a pressure of less than 4 bars (4 105 Pa) at 10 C.
It has now been noted that by using special yeasts, it is possible to prepare bottled beer with a higher pressure.
The present invention therefore relates to a carbon-containing beer which is contained in a container under a pressure of more than 4 105 Pa (4 bar) at 10 C. The beer is, for example, under a pressure between 4 105 Pa and 10 105 Pa (10 bar) at 10 C , preferably between 5 105 and 8 105 Pa, more preferably between 5 105 5 and 7 105 Pa.
<Desc / Clms Page number 2>
In an advantageous embodiment, the beer has a real degree of fermentation (measured according to the method SM00312) of more than 85%, preferably of more than 90%, more preferably more than 95%, for example of more than 96%, such as 97%, 98 % or 99%.
According to a feature of an embodiment, the beer has an alcohol content (measured according to the method SM00891) of more than 4% volume, preferably between 4 and 16% volume, more preferably between 8 and 16%, for example about 11% volume.
According to another feature of an embodiment, after a mixing step, the beer contains less than 5 yeast bacterial count per ml, preferably less than 1 yeast germ count per ml (measured according to the method NF V08-059 ').
According to a detail of an advantageous beer according to the invention, the beer contains traces of Saccharomyces cerevisiae yeast useful for preparing champagne. In particular, the beer contains traces of Saccharomyces cerevisiae B0213 (strain deposited at Collection de levures d'intérêts biotechnologique de INA - Paris).
For example, the beer contains more than 10 g of CO2 / 1. Preferably, after pouring the beer into a long glass, CO2 gas beads are released with an average size of less than 1 mm, more preferably less than 0.5 mm. In an advantageous embodiment, the CO2 gas beads are released in the form of beads that are separated from each other and that move upwards along a plurality of vertical lines that are separated from each other.
According to a characteristic of a beer according to the invention, sticks. there is no yeast at the bottom of the fies.
<Desc / Clms Page number 3>
For example, the fies has a volume of 0, 3 1 to 12 I, preferably from 0, 7 I to 3 1.
For example, the beer has a dry matter content of between 4 and 10 g per 100 ml (measured according to the SM00449 method).
The invention also relates to a method for preparing a beer according to the invention, wherein said method comprises the successive steps: a brewed beer mixed with a yeast solution, a yeast useful for preparing Champagne, with at least one clarifier, and optionally with sugar to obtain a sugar content (measured as dry sugar) in the beer between 1, 5 and 8 g / l, this brewed beer is bottled with yeast and clarifier in bottles, whereby these bottles can be subjected to a pressure from more than 4 105 Pa to 10 C, preferably from more than 5 105 Pa, more preferably from more than 5. 105 Pa (The bottles can also be sufficiently strong for pressures of 6 bars, 8 bars, 10 bars and even more ), the bottles are closed with a thimble and a cork,
. the beer with yeast is subjected to a re-fermentation on fies, after a sufficient re-fermentation, the bottles are subjected to a left / right turning movement and a lifting movement to move the bottom of the bottles upwards relative to the neck so that the yeast in the thimble ends up, at least the yeast contained in the thimble is frozen to form an icicle, the bottle is placed in an oblique condition with the neck facing upwards with respect to the bottom, w in that oblique condition the frozen icicle is removed, the bottle is closed with a champagne cork and the sealed bottle preferably rests in a horizontal state.
<Desc / Clms Page number 4>
At least one starch-containing raw material is brewed (preferably according to a traditional method) to prepare the beer. Examples of starch-containing raw materials are grains, wheat, rice, sorgo, corn, etc., and mixtures thereof.
According to one embodiment, between 1, 5 to 4, 5 g of sugar / 1 beer is added for the re-fermentation step.
The re-fermentation step is preferably carried out until a pressure is obtained
EMI4.1
the fies between 4 105 Pa and 10 105 Pa at 10 C, preferably between 5 105 and 8 105 Pa, more preferably between 5, 105 5 and 7 105 Pa at 10 C.
For example, during the entire re-fermentation step, the temperature of the beer is between 5 C and 25 C, preferably between 5 C and 15 C.
The re-fermentation step can take a period of 15 days to 1 year, preferably between 1 month and 6 months, more preferably between 2 and 3 months.
According to an embodiment, the left / right turning movement with a canceling movement is performed intermittently for a period of 2 days to 1 month, preferably between 4 and 15 days, more preferably between 5 and 10 days.
The frozen icicle of the fies is preferably removed in a state in which an angle is formed between the axial axis of the fies and a horizontal line, said angle being between 30 and 85, preferably between 30 and 60. Preferably, the frozen icicle is removed at a temperature of about 0 ° C to 15 ° C, preferably from 0 ° C to 10 ° C.
Preferably, the bottle sealed with the cork (after removal of the yeast) rests for at least 10 days before the bottle is opened for drinking the beer.
<Desc / Clms Page number 5>
Details and characteristics of the invention will result from the following description, in which an embodiment of a method for preparing a beer according to the invention is described.
First phase: brewing According to a traditional brewing process (with low fermentation, with spontaneous fermentation or with high fermentation) a beer is prepared. For example, the blonde beer Malheur 10 is brewed, simply according to the traditional method. Other types of beers can also be used. Yet people prefer to use a beer that is brewed at least according to a process with a high fermentation. The brewed beer is then filtered and possibly sterilized.
Second phase The sugar content of the beer is then measured. For example, the sugar content of the beer is between 1 and 3 g / l.
A yeast solution is then prepared by mixing dried yeast (Saccharomyces cerevisiae strain B0213-Collection de l'intérêts biotechnologique de INA - Paris) in water at 35 C-40 C.
This yeast solution is then mixed with basic beer and with a sugar solution (sugar content of 30 to 70% by weight). The density of the solution is used up
1000-1030 regulated by adding water and / or sugar solution.
6 liters of that mixture is then mixed with 50 to 100 liters of base beer and with a sugar solution (for example for adding 5 to 10 kg of sugar, preferably via a water solution).
The temperature of that composition is kept at 15 ° C-30 ° C, preferably at 20 ° C. The mixture is stirred at intervals (e.g. every 6 to 24 hours, preferably every 9 to 15 hours, such as every 12 hours, stirring for 5 to
<Desc / Clms Page number 6>
30 minutes). This multiplication step takes 2 to 10 days, preferably 3 to 7 days, such as 3 to 4 days. The multiplication step is stopped as soon as the density drops from 10 to 20 units (for example from 10 to 14 units).
The density is preferably higher than 1000.
100 l of the multiplication step thus obtained are then mixed with 40 to 100 hl of beer. Sugar is added (+/- 2 to 3 g of sugar per liter of beer) and clarifying agent (usable for preparing champagne, for example 6 to 25 cl (more preferably)
EMI6.1
than 8cl) Clarifiant S (Institut Oenologique de Champagne, ZI Mardeuil, Route de Cumière, Epemay EMB 51344A) per liter of beer and / or (preferably and) 0.10 cl phosphate acid (Institut Oenologique de Champagne) (preferably about 1 5 to 2 cl) per liter of beer.
The beer + additives mix is then kept homogeneous in a tank, for example
EMI6.2
by circulating around. The sugar content (measured as dry matter) of that mixture is then between 3, 5 (e.g. about 4) g / liter of beer.
Third phase The filling of the tank (with pumping around to always have a homogeneous beer) is then done in champagne bottles of 75 cl, bottles that can be subjected to a pressure of more than 15 bars.
The filled bottles are sealed by means of a plastic thimble (known as a bidule in the Champagne region) and a crown cap. This thimble has several functions, namely sealant, after turning the bottles the yeast and other additives are caught in it, and when freezing the bottle neck an icicle is formed in the thimble, whereby the icicle does not freeze on the crown cork.
<Desc / Clms Page number 7>
Fourth phase Re-fermentation in the bottle is a fairly slow step, which takes two to three months, for example. This re-fermentation takes place at a temperature of 5 to 15 C, for example around 100 C in an almost dark room. Due to the presence of the sugar in the beer bottles, carbon dioxide is formed, so that the pressure in the bottle rises to 4 - 10 bars at 10 ° C. More alcohol is also formed, so that the alcohol content of the beer at the end of the re-fermentation step can be between 4 and 16% volume. For this re-fermentation, the bottles are located horizontally or almost horizontally, so that a yeast depot is positioned along one side of the bottle.
Fifth phase In that step a slow reversal of the bottles occurs so that the neck is directed downwards with respect to the bottom of the fies.
This barrier can be carried out manually or automatically. This reversal occurs, for example, at a temperature of 5 to 15 C, preferably about 10 C.
The bottles are subjected to a left / right turning movement with a lifting movement intermittently for 5 to 10 days.
During that step (known as remuage in the Champagne region) all yeast residues and additives sink into the thimble of the bottles.
Sixth phase The bottles upside down are now subjected to a visual inspection to determine whether virtually all of the yeast residues have actually sunk into the neck of the fies. Bottles where yeast is still noticeable on the side are removed.
The other bottles with the neck down are treated further. The neck of the bottles is then inserted into a cold bath (e.g. a bath with a temperature of -25 C to -60 C, preferably of about -40 C, e.g.
<Desc / Clms Page number 8>
a glycol bath). The neck of the bottles is then frozen in a short time. An icicle is thus formed in the neck. The yeast residues are frozen in the icicle.
Seventh phase The bottles with frozen neck are now placed on a conveyor belt. The bottles are placed in an inclined state (for example, an angle between the central axis of the fies and a horizontal line of 300 to 600. The crown cap of the fies becomes low temperature (0 C to 15 C, preferably less than 5). C) The pressure will then remove the icicle and the thimble with a bang.
Eighth phase Due to the removal of the icicle, the bottles can no longer be sufficiently filled. A refilling of the bottles can then be done with juveniles here, with another alcohol, with wine, etc.
Ninth phase The bottles are now closed with champagne cork and a muzzle. After cleaning, the bottles are then labeled. The bottles are then stacked in bins. The bottles are then allowed to rest for about 1 month so that the CO2 formed (which, by shaking the beer in the bottles) binds to the beer again.
The beer is preferably drunk in a long glass. Small CO2 gas balls are formed in the bottom of the beer. The gas balls move upwards along several lines that are separated from each other.
Possible properties of a beer according to the invention can be the following:
<Desc / Clms Page number 9>
Pressure in the bottle at 10 C: 5, 5 to 7 105 Pa Real fermentation rate: 95% and more (SM00312) traces of Saccharomyces cerevisiae Sulfite content (as Sou: less than 10 mg / l (SM00087) Foam stability: greater than 180 (SM00316 ) Color: from 2, for example between 5 and 100 EBC (SM00314) (the color of the beer can be adjusted by means of additives such as food, dyes, etc. pH: from 4 to 6, for example about 4, 5 ( SM00744) bitterness: between 20 and 40, for example approximately 30 EBC (SM00315) dry matter: between 3 and 10 g / 100 ml, for example approximately 5, 7 g / 100 ml (SM00449) ethanol:
between 4 and 16% volume (for example 11-12% volume) (SM00891) aerobic mesophilic bacterial count at 30 C: <1 per ml (NF V08-051 ') yeast fungi: <1 per ml (NF V08-059') yeasts: <1 per ml (NF V08-059 ') lactobacilli: <1 per ml (SM00405') protein: between 0, 5 and 2 g / 100ml (SM00579) relative density: between 1 and 1.05, for example approximately 1.01 (SM00192)