<Desc/Clms Page number 1>
Vijverconstructie.
Deze uitvinding heeft betrekking op een vijverconstructie die minstens één vijver bevat, een daarop aangesloten waterzuiveringsinrichting, en minstens één pomp tussen beide.
De vijver kan zowel een visvijver of een plantenvijver als een zwemvijver zijn of een combinatie ervan.
Het grootste probleem bij deze vijvers is het water zuiver en helder te houden.
Organisch afval dat in de vijver terechtkomt, gaat naar de bodem zinken en ontbinden, waardoor het water rijk aan voedingsstoffen wordt, hetgeen de algengroei sterk bevordert. Het water wordt op korte termijn troebel.
Het is bekend aan het water ontsmettingsmiddelen en dergelijke toe te voegen. Deze stoffen zijn meestal schadelijk voor vissen en planten, zeker in grote hoeveelheden, en laten niet toe het probleem op een bevredigende manier op te lossen.
Vandaar dat de vijver meestal op een waterzuiveringsinrichting aangesloten wordt.
Bij dergelijke bekende vijverconstructies bestaat de waterzuiveringsinrichting uit een filter die buiten de vijver gelegen is, terwijl de pomp die in de vijver opgesteld is, vervuild water uit de vijver naar de filter pompt. Het gefilterde water stroomt dan van de filter opnieuw in de vijver.
<Desc/Clms Page number 2>
Het nadeel van deze bekende vijverconstructies is dat het vuil eerst in het water moet zweven alvorens naar de filter gepompt kan worden. Pas in het water gevallen en nog bovendrijvend organisch afval moet dus eerst zinken en kan al ontbinden alvorens het afgezogen wordt. Niet alle op de bodem gezonken afval wordt opgepompt en van tijd tot tijd moet deze bodem uitgebaggerd worden.
Bij deze bekende vijverconstructies is het dan ook moeilijk helder zuiver water in de vijver te verkrijgen. Voor zwemvijvers blijft een nabehandeling van het gefilterde water met ontsmettingsstoffen zoals chloor noodzakelijk.
Doordat de pomp verontreinigd water pompt, is ze ook relatief sterk aan slijtage onderhevig.
Onderhavige uitvinding heeft een vijverconstructie als doel die deze en andere nadelen verhelpt en waarbij het water in de vijver gemakkelijk helder en zuiver kan gehouden worden.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de waterzuiveringsinrichting een biologische filter is die een waterfiltrerende laag bevat en daaronder of daarin minstens een draineerslang, waarbij de aanzuigzijde van de pomp aansluit op een put waarin de draineerslang uitmondt terwijl de perszijde van de pomp via een leiding in verbinding staat met de vijver.
Het water uit de vijver wordt biologisch gezuiverd en de pomp is niet voor maar na de zuivering opgesteld en pompt dus enkel gezuiverd water opnieuw naar de vijver. Door de juiste constructie van de biologische filter kan het water zodanig gezuiverd worden dat zelfs voor een zwemvijver ontsmettingsmiddelen overbodig worden.
<Desc/Clms Page number 3>
De draineerslang is bij voorkeur een van openingen voorziene slang, bijvoorbeeld uit kunststof, die omgeven is door een vezelmateriaal, bijvoorbeeld door kokosvezels.
De waterfiltrerende laag kan eventueel met moerasplanten begroeid zijn, bij voorkeur minstens op de randen, meer in het bijzonder met gele lissen.
De bodem en de wand van de vijver kunnen bedekt zijn met een waterdichte bedekking zoals een folie uit bijvoorbeeld kunststof of rubber.
In dit geval is de vijver dan van een overloop voorzien naar de waterfiltrerende laag.
Hierdoor zullen de bovendrijvende verontreinigingen, bijvoorbeeld pas gevallen bladeren en dergelijke, onmiddellijk uit de vijver worden afgevoerd zodat ze geen tijd hebben om te bezinken en/of te ontbinden.
Deze waterfiltrerende laag is bij voorkeur een grindbed.
Dit grindbed kan een moeraszone vormen naast de vijver, eventueel in de grond omgeven door een waterdichte bekleding, bijvoorbeeld door een folie waarbij dan de put een verticale, onderaan gesloten buis is die in deze zone opgesteld is.
Dit grindbed kan ook een strook rondom de vijver vormen.
In een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding is de vijver niet van een waterdichte bedekking voorzien en bevat de waterfiltrerende laag de grond naast de vijver.
<Desc/Clms Page number 4>
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen van een vijverconstructie volgens de uitvinding beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 een bovenaanzicht weergeeft van een vijverconstructie volgens de uitvinding ;
figuur 2 schematisch een doorsnede weergeeft van de vijverconstructie van figuur 1 ; figuur 3 een bovenaanzicht weergeeft analoog aan dit
EMI4.1
van figuur 1, maar met betrekking tot een andere uitvoeringsvorm van de vijverconstructie figuur 4 een bovenaanzicht weergeeft analoog aan dit van de figuren 1 en 3, maar met betrekking tot een nog een andere uitvoeringsvorm.
De vijverconstructie weergegeven in de figuren bevat in het algemeen in hoofdzaak een vijver 1 en een daarop aangesloten waterzuiveringsinrichting die een waterfiltrerende laag 2 bevat waarin één of meer draineerslangen 3 aangebracht zijn die op een put 4 uitmonden waarin een pomp 5 opgesteld is waarvan de perszijde via een leiding 6 in verbinding staat met de vijver 1.
In de uitvoeringsvorm weergegeven in figuren 1 en 2, zijn de bodem en de zijwanden van de vijver 1 bekleed met een waterondoorlatende folie uit bijvoorbeeld polyethyleen, polyvinyl chloride of rubber, en is de waterfiltrerende laag 2 een grindbed 20, bij voorkeur met grind met een kaliber 16/32, die in een kuil 7 met een diepte van bijvoorbeeld ongeveer 100 cm, naast de vijver 1 is aangebracht en door een overloop 8 met de vijver 1 in verbinding staat.
<Desc/Clms Page number 5>
EMI5.1
Deze overloop 8 is plaatselijk, bijvoorbeeld op één uiteinde van de vijver 1, gelegen en gevormd door een geul waarin bijvoorbeeld een aantal loopstenen 9 geplaatst zijn, met openingen ertussen. Deze openingen hebben een venturi-effect dat de stroming van de vijver 1 naar de waterfiltrerende laag 2 bevordert.
In de grond is de kuil 7 bekleed met een waterondoorlatende folie 10 uit bijvoorbeeld kunststof of rubber waarvan de bovenste randen over een aluminium strook 11 gaan die in de grond steekt en door middel van in de grond geslagen palen 12 vastgehouden wordt.
De oppervlakte van het grindbed 20 bedraagt bij voorkeur ongeveer 10% of 20% van de oppervlakte van de vijver 1, naargelang het een vis-of siervijver dan wel een zwemvijver is.
Het grindbed 20 is vooral op de randen begroeid met moerasplanten 13, in het bijzonder gele lissen.
Voornoemde put 4 is binnenin dit grindbed 20, in het midden van de kuil 7, gelegen en is gevormd door een verticale buis 14 uit kunststof, bijvoorbeeld PVC, die onderaan nabij de bodem van de kuil 7 door een wand 15, bijvoorbeeld uit hout, en bovenaan, juist onder het oppervlak door een afneembaar deksel 16 afgesloten is.
Het onderste gedeelte van deze buis 14 is omringd door een viertal draineerslangen 3 die zieh spiraalvormig rond de buis 14 in het grindbed 20 uitstrekken en met een uiteinde via een opening 17 in de binnenkant van de buis 14 uitmonden.
<Desc/Clms Page number 6>
Deze draineerslangen 3 zijn kunststofslangen die van kleine openingen, bijvoorbeeld sleufjes voorzien zijn en die omgeven zijn door vezelmateriaal, in het bijzonder kokosvezels.
De pomp 5 is onderaan in de buis 14 opgesteld. De aanzuigopening van de pomp 5 geeft dus uit in de buis 14 terwijl op de persopening een buis 18 aansluit waarop een buiten de buis 14 gelegen soepele slang 19 aansluit. De buis 18 en de slang 19 vormen voornoemde leiding 6 die uitmondt in de vijver 1, bijvoorbeeld op de spuitkop van een fontein of op een borrelsteen 21.
De werking van de vijverconstructie is als volgt.
Via de overloop 8 stroomt water uit de vijver 1 in het moerasvormende grindbed 20. Daar wordt dit water gefiltreerd door het grindbed 20 en tijdens zijn verblijf hierin vooral biologisch gezuiverd door micro-organismen die zieh op dit grind hebben vastgezet en mede door de aanwezigheid van de moerasplanten 13. Dit grindbed 20 vormt dus in hoofdzaak een biologische filter.
Het biologisch gezuiverde water sijpelt in de draineerslangen 3, en via deze draineerslangen 3 komt het gezuiverde en gefiltreerde water in de buis 14 terecht van waaruit het door de pomp 5 via de leiding 6 naar de vijver 1 gepompt wordt.
Door deze watertoevoer aan de vijver 1 zal hij overlopen zodat dus continu water uit de vijver 1 overloopt, in het grindbed 20 gezuiverd wordt en opnieuw naar de vijver 1 gepompt wordt. Bovendrijvend vuil zal door deze continue
<Desc/Clms Page number 7>
stroming onmiddellijk uit de vijver 1 verwijderd worden zonder dat het tijd heeft te bezinken.
Het debiet van de pomp 5 kan zo aangepast worden dat de volledige inhoud van de vijver 1 elke 2 tot 6 uur ververst wordt.
Zonder het gebruik van chemische middelen kan het water op een eenvoudige en relatief goedkope manier zuiver en helder gehouden worden. Doordat geen organisch materiaal de gelegenheid heeft te bezinken en door de doelmatige zuivering in het grindbed 20, is mits voldoende grootte van de waterfiltrerende laag de kwaliteit van het water zelfs voldoende om erin te zwemmen.
De uitvoeringsvorm weergegeven in figuur 3 verschilt in hoofdzaak van de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm doordat het grindbed 20 niet in een kuil ligt die op een plaats naast de vijver 1 gelegen is maar deze vijver 1 volledig omringt.
De overloop is gevormd door de rand van de vijver 1 en strekt zich over de volledige omtrek van de vijver 1 uit.
In dit geval is de put 4 niet noodzakelijk in het grindbed 20 gelegen maar kan het, zoals in figuur 3 weergegeven, buiten dit grindbed 20 gelegen zijn. Deze put 4 kan dan ook gemetseld of uit beton zijn.
De draineerslangen 3 omringen de vijver 1 en sluiten met een uiteinde op de put 4 aan waarin de pomp 5 opgesteld is.
Bij grotere vijvers 1 kunnen meer dan een dergelijke putten 4 aangebracht zijn, op elk waarvan een of meer draineer-
<Desc/Clms Page number 8>
slangen 3 aansluiten en in elk waarvan een pomp 5 opgesteld is die door een leiding 6 water naar de vijver 1 kan pompen.
In een nog andere uitvoeringsvorm, die in figuur 4 is weergegeven, zijn de bodem en de wanden van de vijver 1 niet bekleed met een waterdichte bekleding, maar zijn in de grond rondom de vijver 1 draineerslangen 3 aangebracht die aansluiten op één of meer putten 4 waarin een pomp 5 is opgesteld, terwijl de vijver 1 ook door middel van een sas 22 in verbinding staat met een grindbed 20 waarin eveneens draineerslangen 3 aangebracht zijn die uitmonden in een put 4 waarin een pomp 5 opgesteld is.
Alle pompen 5 staan met hun uitgang via een leiding 6 met de vijver 1 in verbinding.
In deze uitvoeringsvorm bevat de vijverconstructie dus twee waterfiltrerendelagen 2, waarvan de eerste gevormd wordt door de grond die rond de vijver 1 is gelegen en de tweede door het grindbed 20.
Water uit de vijver 1 sijpelt door de grond en vloeit na een bijkomende filtratie door de vezels van de draineerslangen 3 via deze draineerslangen 3 naar de put 4 waarop ze aansluiten. Door de pomp 5 in deze put 4 wordt het gezuiverde water opnieuw naar de vijver 1 gepompt.
Indien nodig wordt het sas 22 opengezet en stroomt een gedeelte van het water uit de vijver 1 naar het grindbed 20 waar het op analoge manier als in de hoger beschreven uitvoeringsvormen gezuiverd wordt en via de draineerslangen 3 in de put 4 in deze grindlaag 20 terechtkomt. Van daaruit wordt ook dit water opnieuw naar de vijver 1 gepompt.
<Desc/Clms Page number 9>
De uitvoeringsvormen volgens de figuren 3 en 4 zijn vooral voor grote vijvers 1 geschikt en laten ook op een eenvoudige en economische manier een uitstekende zuivering van het water toe.
De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch dergelijke vijverconstructie kan in verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
<Desc / Clms Page number 1>
Pond construction.
This invention relates to a pond construction comprising at least one pond, a water purification device connected thereto, and at least one pump between the two.
The pond can be a fish pond or a plant pond as well as a swimming pond or a combination thereof.
The biggest problem with these ponds is to keep the water pure and clear.
Organic waste that ends up in the pond will sink to the bottom and decompose, making the water rich in nutrients, which greatly promotes algae growth. The water becomes turbid in the short term.
It is known to add disinfectants and the like to the water. These substances are usually harmful to fish and plants, certainly in large quantities, and do not allow a satisfactory solution to the problem.
That is why the pond is usually connected to a water purification device.
With such known pond constructions, the water purification device consists of a filter located outside the pond, while the pump arranged in the pond pumps contaminated water from the pond to the filter. The filtered water then flows from the filter back into the pond.
<Desc / Clms Page number 2>
The disadvantage of these known pond constructions is that the dirt must first float in the water before it can be pumped to the filter. Only fallen into the water and still floating organic waste must first sink and can decompose before it is suctioned off. Not all waste sunk to the soil is pumped up and from time to time this soil has to be dredged.
With these known pond constructions it is therefore difficult to obtain clear pure water in the pond. For swimming ponds, an after-treatment of the filtered water with disinfectants such as chlorine remains necessary.
Because the pump pumps contaminated water, it is also subject to relatively high wear.
The present invention has for its object a pond construction that overcomes these and other disadvantages and wherein the water in the pond can easily be kept clear and pure.
This object is achieved according to the invention in that the water purification device is a biological filter which contains a water-filtering layer and at least below it or therein a drainage hose, the suction side of the pump connecting to a well into which the drainage hose opens while the discharge side of the pump via a pipe is connected to the pond.
The water from the pond is biologically purified and the pump is set up not before but after the purification and therefore only pumps purified water back to the pond. Due to the correct construction of the biological filter, the water can be purified in such a way that disinfectants become unnecessary even for a swimming pond.
<Desc / Clms Page number 3>
The drainage hose is preferably an apertured hose, for example made of plastic, which is surrounded by a fiber material, for example by coconut fibers.
The water-filtering layer can optionally be overgrown with marsh plants, preferably at least on the edges, more in particular with yellow irises.
The bottom and the wall of the pond can be covered with a watertight covering such as a foil from for instance plastic or rubber.
In this case the pond is then provided with an overflow to the water-filtering layer.
As a result, the supernatant contaminants, for example newly fallen leaves and the like, will be immediately discharged from the pond so that they have no time to settle and / or decompose.
This water-filtering layer is preferably a gravel bed.
This gravel bed can form a swamp zone next to the pond, possibly surrounded in the ground by a watertight covering, for example by a foil, in which case the well is a vertical, bottom-closed pipe arranged in this zone.
This gravel bed can also form a strip around the pond.
In another embodiment of the invention, the pond is not provided with a watertight cover and the water-filtering layer contains the soil next to the pond.
<Desc / Clms Page number 4>
With the insight to better demonstrate the characteristics of the invention, a few preferred embodiments of a pond construction according to the invention are described below as an example without any limiting character, with reference to the accompanying drawings, in which: figure 1 shows a top view of a pond construction according to the invention;
figure 2 schematically represents a cross-section of the pond construction of figure 1; Figure 3 shows a top view analogous to this
EMI4.1
of figure 1, but with regard to another embodiment of the pond construction figure 4 shows a top view analogous to that of figures 1 and 3, but with regard to yet another embodiment.
The pond construction shown in the figures generally comprises essentially a pond 1 and a water purification device connected thereto which comprises a water-filtering layer 2 in which one or more drainage hoses 3 are arranged which open onto a well 4 in which a pump 5 is arranged whose a pipe 6 is connected to the pond 1.
In the embodiment shown in Figs. 1 and 2, the bottom and the side walls of the pond 1 are covered with a water-impermeable foil from, for example, polyethylene, polyvinyl chloride or rubber, and the water-filtering layer 2 is a gravel bed 20, preferably with gravel having a caliber 16/32, which is arranged next to the pond 1 in a pit 7 with a depth of, for example, about 100 cm and which is connected to the pond 1 through an overflow 8.
<Desc / Clms Page number 5>
EMI5.1
This overflow 8 is located locally, for example on one end of the pond 1, and is formed by a trench in which, for example, a number of tread blocks 9 are placed, with openings between them. These openings have a venturi effect that promotes the flow from the pond 1 to the water-filtering layer 2.
In the ground, the pit 7 is covered with a water-impermeable foil 10 of, for example, plastic or rubber, the upper edges of which pass over an aluminum strip 11 which protrudes into the ground and is retained by piles 12 which have been driven into the ground.
The surface of the gravel bed 20 is preferably about 10% or 20% of the surface of the pond 1, depending on whether it is a fish pond or ornamental pond or a swimming pond.
The gravel bed 20 is mainly overgrown on the edges with marsh plants 13, in particular yellow irises.
Said pit 4 is located inside this gravel bed 20, in the middle of the pit 7, and is formed by a vertical tube 14 of plastic, for example PVC, which at the bottom near the bottom of the pit 7 through a wall 15, for example of wood, and at the top, just below the surface, is closed by a removable cover 16.
The lower part of this tube 14 is surrounded by four drainage hoses 3 which extend spirally around the tube 14 in the gravel bed 20 and open with an end through an opening 17 into the inside of the tube 14.
<Desc / Clms Page number 6>
These drainage hoses 3 are plastic hoses which are provided with small openings, for example slots, which are surrounded by fiber material, in particular coconut fibers.
The pump 5 is arranged at the bottom of the tube 14. The suction opening of the pump 5 thus opens into the tube 14, while a tube 18 connects to the discharge opening, to which a flexible hose 19 located outside the tube 14 connects. The tube 18 and the hose 19 form the aforementioned conduit 6 which flows into the pond 1, for example on the spray head of a fountain or on a bubble stone 21.
The operation of the pond construction is as follows.
Via the overflow 8, water flows from the pond 1 into the marsh-forming gravel bed 20. There, this water is filtered through the gravel bed 20 and, during its stay therein, primarily biologically purified by microorganisms that have been attached to this gravel and partly due to the presence of the marsh plants 13. This gravel bed 20 thus essentially forms a biological filter.
The biologically purified water seeps into the drainage hoses 3, and via these drainage hoses 3 the purified and filtered water ends up in the tube 14 from which it is pumped through the pump 5 via the pipe 6 to the pond 1.
As a result of this water supply to the pond 1, it will overflow so that water continuously overflows from the pond 1, is purified in the gravel bed 20 and is pumped again to the pond 1. Floating dirt will pass through this continuously
<Desc / Clms Page number 7>
current can be immediately removed from pond 1 without the time having to settle.
The flow rate of the pump 5 can be adjusted so that the entire content of the pond 1 is refreshed every 2 to 6 hours.
Without the use of chemical agents, the water can be kept pure and clear in a simple and relatively inexpensive way. Because no organic material has the opportunity to settle and due to the efficient purification in the gravel bed 20, the quality of the water is even sufficient to swim in it provided that the size of the water-filtering layer is sufficient.
The embodiment shown in Figure 3 differs substantially from the embodiment described above in that the gravel bed 20 does not lie in a pit which is situated at a location next to the pond 1 but completely surrounds this pond 1.
The overflow is formed by the edge of the pond 1 and extends over the entire circumference of the pond 1.
In this case, the well 4 is not necessarily located in the gravel bed 20, but, as shown in Figure 3, it may be located outside this gravel bed 20. This well 4 can therefore be bricked or concrete.
The drainage hoses 3 surround the pond 1 and connect with one end to the well 4 in which the pump 5 is arranged.
With larger ponds 1, more than one such well 4 may be provided, on each of which one or more draining
<Desc / Clms Page number 8>
connecting hoses 3 and in each of which a pump 5 is arranged which can pump water through a pipe 6 to the pond 1.
In yet another embodiment, which is shown in Figure 4, the bottom and the walls of the pond 1 are not covered with a watertight covering, but drainage hoses 3 are arranged in the ground around the pond 1 which connect to one or more wells 4 in which a pump 5 is arranged, while the pond 1 is also connected by means of a lock 22 to a gravel bed 20 in which also drainage hoses 3 are arranged which open into a well 4 in which a pump 5 is arranged.
All pumps 5 are connected with their output via a pipe 6 to the pond 1.
In this embodiment, the pond construction thus comprises two water-filtering layers 2, the first of which is formed by the ground around the pond 1 and the second by the gravel bed 20.
Water from the pond 1 seeps through the soil and after an additional filtration flows through the fibers from the drainage hoses 3 via these drainage hoses 3 to the well 4 to which they connect. The purified water is pumped back to the pond 1 by the pump 5 in this well 4.
If necessary, the sluice 22 is opened and a portion of the water flows from the pond 1 to the gravel bed 20 where it is purified in the same way as in the above-described embodiments and enters the gravel layer 20 via the drainage hoses 3 in the well 4. From there, this water is also pumped to pond 1 again.
<Desc / Clms Page number 9>
The embodiments according to figures 3 and 4 are particularly suitable for large ponds 1 and also allow excellent water purification in a simple and economic manner.
The invention is in no way limited to the embodiments described above and shown in the figures, but such pond construction can be realized in various variants without departing from the scope of the invention.