BE1011800A6 - Inrichting voor het grijpen en oplichten van voorwerpen zoals onder water gelegen voorwerpen. - Google Patents

Inrichting voor het grijpen en oplichten van voorwerpen zoals onder water gelegen voorwerpen. Download PDF

Info

Publication number
BE1011800A6
BE1011800A6 BE9800458A BE9800458A BE1011800A6 BE 1011800 A6 BE1011800 A6 BE 1011800A6 BE 9800458 A BE9800458 A BE 9800458A BE 9800458 A BE9800458 A BE 9800458A BE 1011800 A6 BE1011800 A6 BE 1011800A6
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
arms
gripping
gripping members
support frame
frame
Prior art date
Application number
BE9800458A
Other languages
English (en)
Inventor
Tom Verhoeff
Theodorus Meno Haak
Original Assignee
Smit Engineering Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Smit Engineering Bv filed Critical Smit Engineering Bv
Application granted granted Critical
Publication of BE1011800A6 publication Critical patent/BE1011800A6/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/28Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with digging tools mounted on a dipper- or bucket-arm, i.e. there is either one arm or a pair of arms, e.g. dippers, buckets
    • E02F3/36Component parts
    • E02F3/40Dippers; Buckets ; Grab devices, e.g. manufacturing processes for buckets, form, geometry or material of buckets
    • E02F3/413Dippers; Buckets ; Grab devices, e.g. manufacturing processes for buckets, form, geometry or material of buckets with grabbing device
    • E02F3/4131Dippers; Buckets ; Grab devices, e.g. manufacturing processes for buckets, form, geometry or material of buckets with grabbing device mounted on a floating substructure
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66CCRANES; LOAD-ENGAGING ELEMENTS OR DEVICES FOR CRANES, CAPSTANS, WINCHES, OR TACKLES
    • B66C3/00Load-engaging elements or devices attached to lifting or lowering gear of cranes or adapted for connection therewith and intended primarily for transmitting lifting forces to loose materials; Grabs
    • B66C3/04Tine grabs
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66CCRANES; LOAD-ENGAGING ELEMENTS OR DEVICES FOR CRANES, CAPSTANS, WINCHES, OR TACKLES
    • B66C3/00Load-engaging elements or devices attached to lifting or lowering gear of cranes or adapted for connection therewith and intended primarily for transmitting lifting forces to loose materials; Grabs
    • B66C3/14Grabs opened or closed by driving motors thereon
    • B66C3/16Grabs opened or closed by driving motors thereon by fluid motors

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Load-Engaging Elements For Cranes (AREA)

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het grijpen en oplichten van voorwerpen, met name van onder water gelegen wrakken. Een langwerpig draagframe is ter weerszijden van de hartlijn voorzien van klauwen die in een scharnierpunt aan het draagframe zijn bevestigd. Iedere klauw wordt bediend door een respectieve aandrijfeenheid zoals een hydraulische cilinder. Het scharnierpunt en de aandrijfinrichting van iedere klauw zijn op een respectieve slede geplaatst die in de dwarsrichting langs het draagframe kan bewegen. Door verplaatsing van de sleden kan de slag van de klauwen worden gevarieerd.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Inrichting voor het grijpen an oplichten van voorwerpen zoals onder water gelegen voorwerpen. 



   De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het grijpen en oplichten van voorwerpen, omvattende een langwerpig frame met een hartlijn en aan weerszijden van de hartlijn in een scharnierpunt daaraan bevestigd ten minste een tweetal grijporganen, die ieder met een uiteinde zijn verbonden met een respectieve aandrijfeenheid, zoals een hydraulische cilinder, die met een bevestigingsuiteinde is bevestigd aan het draagframe, waarbij het scharnierpunt van ieder grijporgaan op een respectieve slede is geplaatst, welke sleden langs het draagframe in een dwars op de hartlijn gelegen dwarsrichting verplaatsbaar zijn. 



   Een dergelijke grijper is bekend uit het Duitse "Offenlegungsschrift" DE 2840206. in deze aanvrage wordt een grijper beschreven waarbij de scharnierpunten van de bekken tijdens het openen en sluiten daarvan dwars op de hartlijn worden verplaatst. 



  Hiertoe is het uiteinde van iedere bek nabij zijn scharnierpunt voorzien van een tandwieldeel dat afrolt op een horizontaal geplaatste tandheugel waarlangs het tandwieldeel van de bekken afrolt bij openen of sluiten, waardoor verplaatsing van het scharnierpunt wordt bewerkstelligd. Met een dergelijke inrichting is een variatie van de maximaal geopende positie en van de gesloten positie van de bekken niet mogelijk. Verder is de complexe constructie met de vele stangen, scharnieren en de tandoverbrenging relatief kwetsbaar en gevoelig voor vervuiling. 



   Uit Amerikaans octrooi nr. 5, 066, 189 is een grijper bekend met langs iedere langszijde van het frame een   veelheid   van grijporganen die ieder hydraulisch worden bediend. Iedere arm is opgebouwd uit een aantal segmenten die met behulp van een in het inwendige van de arm gelegen cilinder en een daarmee verbonden ketting kunnen worden gestrekt of gebogen. Met de bekende inrichting kunnen lasten met verschillende vorm zoals bijvoorbeeld stapels zakken worden opgeheven, waarbij de armen aansluitend rondom de last kunnen worden geplaatst. 



   De uit het Amerikaanse octrooi bekende hefinrichting heeft als nadeel dat bij zwaardere lasten de segmenten van de armen zwaar worden belast en onderhevig kunnen zijn aan uitknikken. Verder kunnen 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 met de bekende inrichting lasten met een hoofdzakelijk constante afmeting worden   opgebeven.   Met name kleinere voorwerpen kunnen met de bekende inrichting moeilijk op veilige en bedrijfszekere wijze worden gegrepen. 



   Het is een doel van de onderhavige uitvinding te voorzien in een inrichting die geschikt is voor het grijpen van voorwerpen met een variabele afmeting. Het is met name een doel van de onderhavige uitvinding te voorzien in een inrichting waarbij relatief grote voorwerpen, zoals bijvoorbeeld scheepswrakken, met verschillende afmetingen op een   bedrijfszeker   wijze van een onderwaterbodem kunnen worden opgetild. 



   Hiertoe is de inrichting volgens de onderhavige uitvinding gekenmerkt doordat het bevestigingsuiteinde van iedere met een grijporgaan verbonden aandrijfeenheid op een respectieve slede is geplaatst. 



   Door verplaatsing van de scharnierpunten en van de armen in de dwarsrichting, wordt op eenvoudige en effectieve wijze het bereik van de grijper gevarieerd. In de meest uiteengelegen positie van de sleden, of   subframe,   van een paar tegenover elkaar gelegen armen kan de inrichting volgens de uitvinding werken als een klemgrijper voor het aangrijpen op de zijwanden van voorbeeld een scheepswrak. In de meest nabij gelegen posities van de sleden of subframes van tegenover elkaar gelegen armen kunnen de armen in gesloten toestand tegen elkaar liggen en functioneert de inrichting als een grijper waarmee relatief kleine voorwerpen op de tegen elkaar gelegen delen van de armen kunnen worden   afgesteund   en opgeheven. 



   Verder wordt door de constructie van het relatief vlakke draagframe en de zijdelingse positie van de grijparmen een stabiele grijper verkregen die in geopende toestand op een te grijpen voorwerp kan worden afgesteund. 



   De zijdelingse positie van iedere arm ten opzichte van het frame kan afzonderlijk worden ingesteld, zowel centrisch als excentrisch. De armen worden direct aangedreven zonder een veelheid van kwetsbare verbindingen en de slag en kracht per arm kan afzonderlijk wodren bepaald. Verder wordt een voordelige, lage bouwhoogte verkregen. 



   Het bevestigingsuiteinde van iedere met een arm verbonden cilinder is eveneens op een respectieve slede geplaatst, zodat bij 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 een gelijkblijvende stand van de aandrijfeenheden, of aandrijfcilinders, deze gezamenlijk met de armen in de dwarsrichting van het frame worden verplaatst. Hierdoor wordt een grote vrijheid in het positioneren van de afzonderlijke armen verkregen terwijl door de ongewijzigde relatieve positie van de armen ten opzichte van hun respectieve cilinders, de sluitkracht van de armen maximaal blijft. 



  De inrichting volgens de onderhavige uitvinding kan relatief licht worden uitgevoerd en heeft bijvoorbeeld een maximaal gewicht van 200 ton. 



   Bij voorkeur zijn de sleden afzonderlijk verplaatsbaar zodat de armen van de grijper ook in een asymmetrische positie ten opzichte van de hartlijn kunnen worden geplaatst. Verder verdient het de voorkeur iedere aandrijfeenheid, of cilinder van de armen afzonderlijk te bedienen. Hierbij kan iedere arm zijn voorzien van een krachtopnemer en een positiesensor on de slag en de kracht van de arm afzonderlijk in te stellen. 



   Door de sleden van de armen op verschillende posities langs de hartlijn van het draagframe te plaatsen kunnen de sleden van twee tegenovergelegen armen tot voorbij de hartlijn langs elkaar worden verplaatst. Hierdoor kunnen de armen tot op zeer kleine afstand van elkaar worden gebracht. Verder verdient het de voorkeur de krachtbron voor iedere aandrijfeenheid of cilinder te bevestigen aan het draagframe. Dit heeft als voordeel dat geen separate hydraulische slangen en elektrische signaal- en vermogensleidingen vanaf bijvoorbeeld een schip of bok naar de grijper hoeven te worden toegevoerd, maar dat kan worden volstaan met signaal en krachtstroomleidingen naar de electro-hydraulische vermogensbronnen en diverse organen op het frame.

   Deze vermogensbronnen zijn niet getekend. vanuit de vermogensbronnen worden de diverse organen (hydraulische cilinders, thrusters, pompen) van energie voorzien en bewaakt. 



   Het draagframe van de inrichting volgens de uitvinding kan zijn voorzien van propellers voor onderwatertoepassingen. Aan het uiteinde van iedere grijparm kan een uitstroomopening zijn aangebracht voor toevoer van een onder druk staand fluidum naar een onderwaterbodem. Door toevoer van bijvoorbeeld water of perslucht, met optioneel daarin abrasieve deeltjes, onder hoge druk naar de waterbodem kunnen de grijparmen van de inrichting volgens de uitvinding zieh in de 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 onderwaterbodem ingraven en kunnen deze onder bijvoorbeeld een gedeeltelijk in de onderwaterbodem verzonken scheepswrak aangrijpen. 



  De armen van de grijper kunnen zijn voorzien van een snijrand   om   op te heffen objecten te kunnen doorknippen. Dit is met name nuttig bij toepassing van de grijper voor het lichten van scheepswrakken van een onderwaterbodem. 



   Een verdere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de onderhavige uitvinding zal bij wijze van voorbeeld nader worden beschreven aan de hand van de bijgevoegde tekening. In de tekening toont :
Figuur 1 een zijaanzicht van een drijvende bok voorzien van een hefinrichting volgens de onderhavige uitvinding,
Figuur 2 een bovenaanzicht van de hefinrichting volgens de onderhavige uitvinding, en
Figuur 3 en 4 een zijaanzicht van de hefinrichting in een toestand waarbij de scharnierpunten van twee tegenovergelegen armen zieh respectievelijk in de meest uiteen gelegen positie en in de dichtst bijeen gelegen positie bevinden. 



   Figuur 1 toont een hefinrichting of grijper 1 die via een of meer takels 2, zoals een normale hijstakel is bevestigd aan het Aframe of arm 3 van een drijvende bok 4. De grijper 1 omvat een draagframe 5 met aan de langszijden daarvan een viertal grijparmen   7, 7'.   zoals blijkt uit figuur 2 en 3 zijn de grijparmen 7, 7' ter weerszijden van de longitudinale hartlijn 6 aan het frame 5 bevestigd in scharnierpunten   10, 10'. Iedere arm 7, 7'   is met een uiteinde 11, 11' verbonden met een respectieve aandrijfeenheid, of cilinder 12, 12'. De cilinders 12, 12' zijn met een   bevestigingsui teinde 13, 1 3'bevestigd   aan een slede 14, 14'.

   Door bediening van de   cilinders 12, 12'   kunnen de armen 7, 7' tussen een met de streep-stippellijn weergegeven geopende positie en een klempositie aangrijpen op een wrak, scheepsdeel of op een lading 16. Doordat de onderzijde 15 van het draagframe 5 vlak is uitgevoerd, kan het draagframe 5 in de geopende toestand van de armen 7, 7' op stabiele wijze worden afgesteund op een onder de waterspiegel gelegen voorwerp.

   Aan de bovenzijde van het draagframe 5 is een hydraulische en of elektrische vermogensbron 17 aangebracht voor het bedienen van de cilinders 12, 12', eventueel voor verplaatsing van de sleden 14, 14', alsmede voor bediening van eventuele kruislings geplaatste schroeven of thrusters 18, 18' en van 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 een pomp voor het toevoeren van een fluidum onder druk, eventueel   l1et   abrasieve deeltjes naar spuitmonden 19 aan de uiteinden van de grijparmen 7, 7'. Met behulp van een dergelijke fluidumleiding, die in de figuren niet is getoond, kan bij het grijpen van een op de onderwaterbodem gelegen voorwerp, de   bodem   bij de uiteinden van de armen 7, 7' worden weggespoeld zodat de armen 7, 7' tot onder het voorwerp 16 kunnen reiken.

   Met behulp van de kruislings geplaatste schroeven 18, 18' kan de grijper 1 in de juiste positie worden gebracht bijvoorbeeld door besturing vanaf de bok 4, visuele inspectie met behulp van onderwatercamera's en een onderwater plaatsbepalingssysteem. 



   Het vermogen en de regelsignale worden aan de vermogensbron 17 toegevoerd via een in de tekening niet nader weergegeven leiding, of een umbilical. 



   Figuur 2 toont een bovenaanzicht van de grijper 1 waarbij het draagframe 5 is opgebouwd uit twee langsdragers 20, 20' en twee dwarsdragers 21, 21'. Hierbij zijn de posities langs de hartlijn 6 van de voorste sleden 14, 14' en van de   achterste sleden 22,22'   zodanig gekozen dat deze sleden langs elkaar kunnen bewegen en hierbij de hartlijn 6 kunnen passeren. Dit is met name van voordeel voor een knipwerking van de grijparmen   7, 7',   die daartoe kunnen zijn voorzien van een scherpe   sni) rand 16, 16'. Met   behulp van de knipfunctie van de grijper 1 kunnen op de bodem gelegen wrakken in stukken worden geknipt alvorens te worden opgeheven. Aan de bovenzijde van het draagframe 5 zijn twee bevestigingsorganen 23, 23' voor de haken van de hijstakels van de bok gelegen.

   De haken van de hijstakels van de bok 4 kunnen mechanisch met de bevestigingsorganen 23, 23' worden verbonden. Dit kan ook op afstand bestuurd, hydraulisch gebeuren. Hierbij is het van voordeel dat, aangezien de grijper hydraulisch sluit, de sluitweg voor de sluitdraad van een grijper, zoals op conventionele wijze wordt toegepast in samenwerking met een bok 4, komt te vervallen waardoor de onderhavige grijper een veel grotere verticale weg tot zijn beschikking heeft dan een conventionele grijper die wordt gesloten door middel van de extra sluitdraad. 



   De breedte a van de grijper 1 volgens de getoonde uitvoeringsvorm bedraagt bijvoorbeeld 20 meter. De afstand b tussen de voorste en achterste armen 7 en 8 aan de linkerzijde bedraagt bijvoorbeeld 11 meter terwijl de afstand c tussen de voorste en 

 <Desc/Clms Page number 6> 

   achterste armen 7',8'   aan de rechterzijde bijvoorbeeld 14 meter bedraagt. De hoogte van de grijper volgens de uitvinding bedraagt bijvoorbeeld 16 meter. Met de inrichting kunnen voorwerpen met een gewicht van bijvoorbeeld 600 ton klemmend worden gegrepen en opgetild. In het geval van scheepswrakken kan dit plaatsvinden vanaf een onderwaterbodem op een diepte van bijvoorbeeld 50 meter. 



   Figuur 3 toont een zijaanzicht van de grijper 1 waarbij de scharnierpunten 10, 10' zieh in hun meest uiteen gelegen positie bevinden. In de geopende toestand, die is weergegeven met de streepstippellijn, bedraagt de afstand tussen de onderzijden van de armen 7, 7' bijvoorbeeld 24, 5 meter. in de gesloten toestand bedraagt deze afstand bijvoorbeeld 9, 9 meter. Door verplaatsing van de sleden 14, 14' kunnen de scharnierpunten   10, 10' dicht bijeen   worden gebracht zoals getoond in figuur 4. Hierbij kunnen de armen 7, 7' geheel worden gesloten en kunnen de onderste uiteinden van de armen een overlap van ongeveer 10 cm hebben.

   Hierdoor wordt een gesloten ruimte gevormd en kunnen ook relatief kleine voorwerpen zonder klemmend te worden vastgegrepen door de armen   7, 7'worden opgeheven.   In de in figuur 4 getoonde toestand bedraagt een maximale afstand tussen de onderste uiteinden van de armen 7, 7' bijvoorbeeld 14 meter. 



   De armen 7, 7' kunnen met een instelbare lengte zijn uitgevoerd. verder kan ieder van de cilinders 12, 12' en 24, 24' zijn voorzien van een krachtopnemer en van een druksensor om de klemkracht en de slag van de armen 7, 7' te meten. Iedere cilinder 12, 12' en   24, 24' kan   afzonderlijk worden aangestuurd op een wijze waarbij de maximale sluitkracht van de armen 7, 7' bijvoorbeeld 100 ton bedraagt. Verder kan iedere arm   7, 7' ; 8, 8' zijn voorzien van   een mechanisch of hydraulisch vergrendelsysteem om de armen in gesloten toestand te vergrendelen. Iedere arm 7, 7' ; 8, 8' heeft een stalen punt van gehard materiaal om in harde bodems te kunnen grijpen zoals bijvoorbeeld   rotsbodem,   en/of om door een scheepswand heen te kunnen dringen.

   Verder kan de grijper 1 zijn voorzien van onderwatercamera's om de positie daarvan te bepalen door de aansturing van de propellers   18, 18'.    



   Hoewel de inrichting is beschreven aan de hand van een grijper voor onderwatertoepassingen kan de constructie volgens de onderhavige uitvinding eveneens op voordelige wijze op het droge worden toegepast voor het opheffen van voorwerpen met een grote variatie in 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 afmetingen. De bij wijze van voorbeeld getoonde inrichting omvat een viertal armen   7,7's8,8' saar   kan eveneens op voordelige wijze met twee amen of met meer dan vier armen worden uitgevoerd. Hierbij kunnen de armen van een zijde onderling zijn gekoppeld en beweegbaar of vast zijn opgesteld. Tevens is het mogelijk om de armen te voorzien van een vertanding om de grijpwerking of de snijwerking daarvan te verhogen.

   Tevens kunnen op de tegenover elkaar gelegen armen 7, 7' uitsteeksels zijn aangebracht, zoals in elkaar grijpende vingers die in gesloten toestand van de armen   een "schaal" vormen   rond het te heffen object. Verder kan in plaats van een hydraulische bediening van de armen, deze bediening tevens plaatsvinden door middel van een elektrische aandrijfinrichting. Ook kunnen de sleden 14, 14' en 24, 24' zowel op hydraulische als handmatige wijze worden verplaatst. Tenslotte kunnen de dimensies van de inrichting worden gevarieerd zonder buiten de reikwijdte van de uitvinding te treden.

Claims (10)

  1. conclusies 1. Inrichting (1) voor het grijpen en oplichten van voorwerpen, omvattende een langwerpig frame (5) met een hartlijn (6) en aan weerszijden van de hartlijn in een scharnierpunt (10, 10') daaraan bevestigd ten minste een tweetal grijporganen (7, 7' ; 8, 8'), die ieder met een uiteinde (11, 11') zijn verbonden met een respectieve aandrijfeenheid (12, 12' ; 24, 24'), zoals een hydraulische cilinder, die met een bevestigingsuiteinde (13, 13') is bevestigd aan het draagframe, waarbij het scharnierpunt (10, 10') van ieder grijporgaan (7, 7' ;
  2. 2. Inrichting (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de EMI8.1 sleden (14, afzonderlijk verplaatsbaar zijn.
  3. 3. Inrichting (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kanmerk, dat de aandrij kunnen worden bediend.
  4. 4. Inrichting (1) volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk. dat de sleden (14, 14') van twee tegenover elkaar gelegen grijporganen (7, 7', 8, B') in positie langs de hartlijn (6) verschillen, waarbij de sleden (14, 14') in de dwarsrichting langs elkaar kunnen bewegen.
  5. 5. Inrichting (1) volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk. dat het draagframe (5) een hoofdzakelijk vlakke onderzijde (15) omvat, en waarbij de sleden (14, 14') van de grijporganen (7,7';8,8') aan een tegenover de onderzijde (15) gelegen bovenzijde van het draagframe (5) zijn geplaatst.
  6. 6. Inrichting (1) volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de grijporganen (7, 7' ; 8, 8') een vanaf het scharnierpunt (10, 10') gezien <Desc/Clms Page number 9> nagenoeg rechte arm omvatten en een onder een hoek daarmee verbonden einddeel, welk einddeel is gelegen tussen het scharnierpunt (10, 10') en een aandrijfeenheid (12, 12' ; 24, 24'), waarbij de rechte arm nagenoeg parallel aan de vlakke onderzijde (15) van het dragerframe (5) kan worden geplaatst.
  7. 7. Inrichting (1) volgens een der voorgaande conclusies, net het kenmerk, dat een krachtbron (17) voor het bedienen van de aandrijfeenheden (12, 12' ; 24, 24') aan het draagframe (5) is bevestigd.
  8. 8. inrichting (1) volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan het uiteinde van ieder grijporgaan is voorzien in een uitstroomopening voor toevoer van een onder druk staand fluidum naar een onderwaterbodem.
    8, 8') op een respectieve slede (14, 14') is geplaatst, welke sleden (14, 14') langs het draagframe in een dwars op de hartlijn (6) gelegen dwarsrichting verplaatsbaar zijn, met het kenmerk, dat het bevestigingsuiteinde (13, 13') van iedere met een grijporgaan (7, 7' ; 8, 8') verbonden aandrijfeenheid (12, 12' ; 24, 24') op een respectieve slede (14, 14') is geplaatst.
  9. 9. Inrichting (1) volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste twee tegenover elkaar gelegen grijporganen (7, 7') zijn voorzien van een snijkant (16, 16') ten behoeve van een knipwerking van de grijporganen.
  10. 10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting op een drijvende kraan of bok is geplaatst voor het opheffen van onder water gelegen voorwerpen.
BE9800458A 1997-06-12 1998-06-12 Inrichting voor het grijpen en oplichten van voorwerpen zoals onder water gelegen voorwerpen. BE1011800A6 (nl)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1006301A NL1006301C2 (nl) 1997-06-12 1997-06-12 Inrichting voor het grijpen en oplichten van voorwerpen zoals onder water gelegen voorwerpen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1011800A6 true BE1011800A6 (nl) 2000-01-11

Family

ID=19765153

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9800458A BE1011800A6 (nl) 1997-06-12 1998-06-12 Inrichting voor het grijpen en oplichten van voorwerpen zoals onder water gelegen voorwerpen.

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1011800A6 (nl)
NL (1) NL1006301C2 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1870372A3 (en) * 2006-06-23 2008-02-13 The Stanley Works A grappling system, a combination and a method of grappling
WO2021075965A1 (en) * 2019-10-18 2021-04-22 Martens En Van Oord Groep B.V. Device, method and assembly for approaching and if so desired removing or moving soil-foreign apparatuses, such as unexploded explosives

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
RU2634599C1 (ru) * 2016-11-07 2017-11-01 Федеральное государственное унитарное предприятие "Крыловский государственный научный центр" Грузозахватное устройство для подъема лежащего на морском дне подводного объекта
DE102017010793B4 (de) 2017-08-12 2019-06-13 Timo Heiser Schneidgreifer für die Verladung und Zerkleinerung von Schwachholz

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1114623B (de) * 1957-01-14 1961-10-05 Wilhelm Ludowici Dr Ing Greifer
US3041755A (en) * 1960-05-31 1962-07-03 Ferwerda Ray Clamshell type bucket
US3693274A (en) * 1970-09-10 1972-09-26 Ugo Piccagli Clam shell excavator
FR2190709B2 (nl) * 1972-06-29 1976-08-06 Etu Realisa Meca Appliqu
FR2209014B1 (nl) * 1972-08-22 1976-10-29 Lespinasse Pier9E
DE2840206C3 (de) * 1978-09-15 1981-09-24 Franz X. Kibler, Maschinenfabrik Bad Waldsee, 7967 Bad Waldsee Greifer für landwirtschaftliches Gut
DE3508406A1 (de) * 1985-03-08 1986-09-11 Mohammad Mohsen Dr.-Ing. 5600 Wuppertal Saadat Mehrschalen-greifmechanismus fuer bagger o.dgl. maschinen fuer den erdaushub
GB9523639D0 (en) * 1995-11-18 1996-01-17 Atomic Energy Authority Uk Grab mechanism

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1870372A3 (en) * 2006-06-23 2008-02-13 The Stanley Works A grappling system, a combination and a method of grappling
WO2021075965A1 (en) * 2019-10-18 2021-04-22 Martens En Van Oord Groep B.V. Device, method and assembly for approaching and if so desired removing or moving soil-foreign apparatuses, such as unexploded explosives

Also Published As

Publication number Publication date
NL1006301C2 (nl) 1998-12-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3152706A (en) Grapple device
US3647185A (en) Power-operated pulling implement
US2535099A (en) Brush puller
US4861218A (en) Mobile boat hoist
KR100839983B1 (ko) 중량물 이송을 위한 푸시풀 장치 및 방법
BE1011800A6 (nl) Inrichting voor het grijpen en oplichten van voorwerpen zoals onder water gelegen voorwerpen.
NL194039C (nl) Laadinrichting voor het laden van fluida in een schip op zee.
WO2009048342A2 (en) Mooring system and related means
IE45718B1 (en) Apparatus for supporting pipelines, and method of using the same
US20170218658A1 (en) Mini Pole Removal Apparatus
US3479077A (en) Hydraulically actuated bucket closing means
MXPA97006445A (en) Sism cable recovery system
US2889062A (en) Trailer boat hoist
CN208803863U (zh) 一种煤矿液压支架调向回收装置
US3613923A (en) Pickup attachments for loaders and bulldozers
US4016993A (en) Load clamping apparatus
CN114475929A (zh) 布放回收装置
RU65832U1 (ru) Машина погрузочно-разгрузочная
US4841853A (en) Apparatus for compacing garbage and salvage
CN113562607B (zh) 一种无人化重型龙门转运夹爪
NL8900607A (nl) Kabel-bestuurde sleufwandgrijper.
CN217126679U (zh) 一种夹钳
CN221050912U (zh) 一种翻转式夹抱取物装置
SU965834A1 (ru) Транспортное средство дл перевозки длинномерных цилиндрических грузов
GB2187681A (en) Apparatus for launching a boat

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: SMIT ENGINEERING B.V.

Effective date: 20010630