<Desc/Clms Page number 1>
Draagsysteem voor kabels, alsmede draagbeugel en kabelgoot voor toepassing in een dergelijk draagsysteem.
De uitvinding heeft betrekking op een draagsysteem voor kabels.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een draagbeugel en een kabelgoot voor toepassing in een dergelijk draagsysteem.
Bij plaatsing van kabelgoten langs plafonds, is het bekend om deze kabelgoten met beugels aan het plafond te bevestigen. Deze beugels worden bijvoorbeeld aan het plafond gemonteerd door middel van bouten of schroeven. Een dergelijke bevestigingswijze is relatief omslachtig en arbeidsintensief. Voorts is na bevestiging van de kabelgoten het niet meer mogelijk deze op een eenvoudige wijze te verplaatsen. Hierdoor kan bij veranderingen aan het interieur van gebouwen waarin de kabelgoten zijn geplaatst veelal niet worden voldaan aan de eisen van flexibiliteit ten aanzien van de positie van de bekabeling.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding te voorzien in een draagsysteem voor kabels, zoals kabels voor voedingspanning of communicatiekabels (telefoon, televisie, datatransmissie), dat op eenvoudige wijze langs een plafond kan worden bevestigd en dat relatief flexibel is ten aanzien van de positionering.
Hiertoe is een draagsysteem volgens de uitvinding gekenmerkt doordat het ten minste twee langwerpige draagbeugels omvat met ieder twee langsranden, met een langs de eerste langsrand verlopende langssleuf voor plaatsing om een rand van een plafondprofiel en met ten minste een bevestigingsdholte die zieh vanaf de tweede langsrand uitstrekt in de richting van de eerste langsrand, en ten minste een kabelgoot die met zijn uiteinden in de bevestigingsholten van twee op onderlinge afstand tegenover elkaar geplaatste draagbeugels plaatsbaar is.
De uitvinding berust op het inzicht dat bij de bevestiging van kabelgoten op voordelige wijze gebruik kan worden gemaakt van de reeds aanwezige dragers van een systeemplafond. Deze dragers worden permanent met behulp van beugels aan een plafond bevestigd en omvatten veelal relatief vlakke, T-vormige profielen. Deze profielen bevinden zieh op een afstand van ongeveer tussen 10 à 20 centimeter van een plafond. Op het zijwaarts uitstekende deel van twee tegenover elkaar gelegen T-profielen worden losneembare plafondpanelen
<Desc/Clms Page number 2>
geplaatst. De draagbeugels van het draagsysteem volgens de uitvinding kunnen met hun langssleuf op de bovenrand van deze T-profielen van het systeemplafond worden geplaatst, waarbij een tweetal draagbeugels op twee tegenover elkaar gelegen profielen worden geplaatst.
Vervolgens kunnen de kabelgoten in de bevestigingsholten van de draagbeugels worden geplaatst en kunnen de kabels door de goten worden getrokken. Hierbij is geen gereedschap benodigd.
Aangezien de draagbeugels zonder verdere mechanische bevestigingsmiddelen stabiel kunnen worden bevestigd, en op eenvoudige wijze langs de plafondprofielen kunnen worden aangebracht, kan op snelle wijze een systeem van kabelgoten worden geïnstalleerd.
Hierdoor wordt een aanzienlijke kostenbesparing bereikt.
Eveneens kan de positie van de kabelgoten vrij worden gekozen, en op eenvoudige wijze worden aangepast indien noodzakelijk.
Bij voorkeur zijn de draagbeugels gevormd uit een plaatmateriaal uit metaal of kunststof en omvatten deze twee parallelle zijwanden. Iedere draagbeugel kan bijvoorbeeld zijn gevormd uit een plaatlichaam dat is dubbelgebogen langs de tweede langsrand, waarbij twee plaatranden de eerste langsrand vormen. Het
T-vormige plafondprofiel kan tussen de beide plaatwanden worden opgenomen.
In een uitvoeringsvorm van een systeem volgens de uitvinding omvat de bevestigingsholte een omtreksrand en een langs de omtreksrand gelegen sleuf die zich in het vlak van de draagbeugel uitstrekt, waarbij de ten minste ene kabelgoot aan beide uiteinden is voorzien van dwars op de wanden van de goot gelegen lippen die in de sleuven van de bevestigingsholten kunnen worden geplaatst.
Een dergelijke kabelgoot kan op eenvoudige wijze, zonder verdere mechanische bevestigingsmiddelen aan de draagbeugel worden bevestigd. Door de lippen in de sleuven van de draagbeugels te plaatsen, wordt voorkomen dat de kabelgoten ten opzichte van de draagbeugels kunnen verschuiven.
Een uitvoeringsvoorbeeld van een draagsysteem volgens de uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de bijgevoegde tekening. In de tekening toont :
Figuur 1 een perspectivische weergave van een draagsysteem volgens de uitvinding, waarbij slechts een draagbeugel wordt getoond en waarbij een gedeelte van de kabelgoten is weggesneden,
<Desc/Clms Page number 3>
Figuur 2 een vooraanzicht van een draagbeugel en daaraan bevestigde kabelgoten volgens de uitvinding, na plaatsing op een Tprofiel van een systeemplafond, en
Figuur 3 een dwarsdoorsnede langs de lijn III-III van figuur 2.
Figuur 1 toont een deel van het draagsysteem 1 omvattende een draagbeugel 2 en een tweetal kabelgoten 3,4. De draagbeugel 2 wordt op een kruispunt van twee T-profielen 6, 6'van een systeemplafond geplaatst. In een dergelijk systeemplafond zijn de T-profielen 6 aan een plafond bevestigd, bijvoorbeeld door middel van in het beton van het plafond geschroefde haken 13. Dwarsprofielen 6'zijn met behulp van bevestigingsorganen die in holten in de zijwanden van profielen 6 grijpen, aan deze profielen 6 bevestigd. Een onderlinge afstand tussen twee parallelle profielen 6 bedraagt bijvoorbeeld 1, 2 meter.
De afstand tussen twee dwarsprofielen 6'bedraagt bijvoorbeeld 60 centimeter. Op het T-vormig gedeelte van de profielen 6, 6'kunnen plafondpanelen 14 worden geplaatst zoals getoond in figuren 2 en 3.
De draagbeugel 2 is in de getoonde uitvoeringsvorm gevormd uit een plaatlichaam met een eerste langsrand 5 en een tweede langsrand 7. Het plaatslichaam is langs de tweede langsrand 7 omgebogen zodat een onderste langssleuf 9 wordt gevormd langs de onderrand 5, welke langssleuf 9 over de bovenrand 8 van het profiel 6 kan worden geplaatst.
Langs de bovenste langsrand 7 zijn een drietal bevestigingsholten 10,11 en 12 uitgespaard. Langs de omtreksranden van de bevestigingsholten 10,11 en 12 zijn door de twee tegenover elkaar gelegen wanden van de draagbeugel 2 sleuven gevormd die voor bevestigingsholte 10 zijn aangeduid met 21,23 en 24. Aan de uiteinden 15 van de kabelgoten 3,4 zijn omgezette lippen 17,18 en 19 aangebracht, die passen in de sleuven 21,23 en 24 van de bevestigingsholten. Langs de zijranden 28 en 29 van de draagbeugel 2 zijn eindplaten 30,31 aangebracht.
Zoals kan worden gezien uit figuur 2, omvatten de eindplaten 30,31 ieder een bovendeel 33 en een onderdeel 35. Deze beide delen 33, 35 zijn onderling verbonden via een omgezette schouder 36. Het bovendeel 33 ligt aan tegen de zijrand 28 van de draagbeugel 2. Het onderdeel 35 bevindt zich op een zodanige afstand van de zijrand 28 van de draagbeugel 2 dat de bovenrand 8'van het plafondprofiel 6' wordt opgenomen tussen de zijrand 28 en het onderdeel 35, en afsteunt
<Desc/Clms Page number 4>
tegen de schouder 36. Zoals duidelijk is uit figuur 1 bevindt zich in het onderdeel 35 een sleuf 38 die om de bovenrand 8 van het plafondprofiel 6 grijpt.
Zoals wordt getoond in figuur 3, kan in de sleuf 25 van de bevestigingsholte 11 een tweetal kabelgoten 3, 3'worden geplaatst, waarbij de lippen 18, 18'van de kabelgoten 3, 3'in de sleuf 25 vallen. De voor-en achterwanden 26,27 van de draagbeugel 2 strekken zich over een voldoende grote lengte langs het plafondprofiel 6 uit om een stabiele plaatsing te verkrijgen. Hiertoe bedraagt de lengte van het onderdeel 35 van de eindplaten 30,31 bijvoorbeeld 3, 5 centimeter. De onderlinge afstand tussen de voorwand 26 en de achterwand 27 van de draagbeugel 2 bedraagt bijvoorbeeld 6 milimeter.
De hoogte van de draagbeugel 2 bedraagt bijvoorbeeld 8 centimeter bij een lengte van bijvoorbeeld 60 centimeter.
De draagbeugel 2 en de kabelgoten 3, 3'kunnen zijn gevormd uit plaatstaal met een dikte van 0, 6 millimeter. Echter, de draagbeugel 2 kan eveneens zijn gevormd uit kunststof, uit hout of uit andere geschikte materialen. Hierbij is het niet noodzakelijk dat de draagbeugel 2 is gevormd uit plaatmateriaal, maar kan deze bijvoorbeeld eveneens zijn gevormd uit een geëxtrudeerd materiaal, een spuitgegoten materiaal uit kunststof en dergelijke.
Bij voorkeur wordt de drager 2 op zodanige wijze op de plafondprofielen 6, 6'geplaatst dat de schouders 36 van de eindplaten 30, 31'afsteunen op de bovenrand 8'van dwarsprofielen 6' zodat een voldoende stevigheid wordt verkregen. Echter, de draagbeugels 2 kunnen op een willekeurige positie langs de profielen 6, 6'worden geplaatst, zonder dat overige mechanische bevestigingsmiddelen zijn benodigd.
<Desc / Clms Page number 1>
Carrying system for cables, as well as carrying bracket and cable tray for use in such a carrying system.
The invention relates to a carrying system for cables.
The invention also relates to a carrying handle and a cable tray for use in such a carrying system.
When installing cable trays along ceilings, it is known to fix these cable trays to the ceiling with brackets. These brackets are, for example, mounted on the ceiling by means of bolts or screws. Such a fastening method is relatively laborious and labor-intensive. Furthermore, after the cable ducts have been fastened, it is no longer possible to move them in a simple manner. As a result, changes in the interior of buildings in which the cable ducts are placed often cannot meet the requirements of flexibility with regard to the position of the cabling.
It is an object of the present invention to provide a carrying system for cables, such as cables for supply voltage or communication cables (telephone, television, data transmission), which can be easily mounted along a ceiling and which is relatively flexible with regard to positioning .
To this end, a support system according to the invention is characterized in that it comprises at least two elongated support brackets, each with two longitudinal edges, with a longitudinal slot running along the first longitudinal edge for placement around an edge of a ceiling profile and with at least one mounting cavity extending from the second longitudinal edge in the direction of the first longitudinal edge, and at least one cable tray which can be placed with its ends in the mounting cavities of two mutually opposed carrying brackets.
The invention is based on the insight that the existing supports of a system ceiling can advantageously be used in the fixing of cable trays. These supports are permanently attached to a ceiling with the aid of brackets and usually comprise relatively flat, T-shaped profiles. These profiles are at a distance of approximately between 10 and 20 centimeters from a ceiling. Detachable ceiling panels become on the laterally projecting part of two opposite T-profiles
<Desc / Clms Page number 2>
placed. The support brackets of the support system according to the invention can be placed with their longitudinal slot on the top edge of these T-profiles of the suspended ceiling, whereby two support brackets are placed on two opposite profiles.
Then the cable trays can be placed in the mounting cavities of the carrying brackets and the cables can be pulled through the gutters. No tools are required for this.
Since the support brackets can be stably fixed without further mechanical fasteners, and can easily be fitted along the ceiling profiles, a system of cable trays can be quickly installed.
Substantial cost savings are hereby achieved.
Likewise, the position of the cable trays can be freely selected and easily adjusted if necessary.
Preferably, the support brackets are formed from a sheet material of metal or plastic and comprise two parallel side walls. Each carrying handle can be formed, for example, from a plate body that is double bent along the second longitudinal edge, with two plate edges forming the first longitudinal edge. It
T-shaped ceiling profile can be placed between the two panel walls.
In an embodiment of a system according to the invention, the mounting cavity comprises a peripheral edge and a slot located along the peripheral edge which extends in the plane of the carrying handle, the at least one cable tray being provided at both ends transversely to the walls of the channel located lips that can be placed in the slots of the mounting cavities.
Such a cable tray can be attached to the carrying handle in a simple manner without further mechanical fastening means. Placing the lips in the slots of the carrying braces prevents the cable trays from sliding relative to the carrying brackets.
An exemplary embodiment of a carrying system according to the invention will be further elucidated with reference to the annexed drawing. In the drawing shows:
Figure 1 shows a perspective view of a carrying system according to the invention, showing only a carrying handle and in which a part of the cable trays is cut away,
<Desc / Clms Page number 3>
Figure 2 shows a front view of a carrying handle and attached cable ducts according to the invention, after placement on a T-profile of a system ceiling, and
Figure 3 shows a cross-section along the line III-III of figure 2.
Figure 1 shows a part of the support system 1 comprising a support bracket 2 and two cable trays 3,4. The carrying handle 2 is placed at an intersection of two T-profiles 6, 6 'of a suspended ceiling. In such a system ceiling, the T-profiles 6 are attached to a ceiling, for instance by means of hooks 13. screwed into the concrete of the ceiling. Transverse profiles 6 'are attached to these by means of fasteners that engage in cavities in the side walls of profiles 6. profiles 6 attached. A mutual distance between two parallel profiles 6 is, for example, 1.2 meters.
The distance between two transverse profiles 6 'is, for example, 60 centimeters. Ceiling panels 14 can be placed on the T-shaped part of the profiles 6, 6 as shown in figures 2 and 3.
In the embodiment shown, the carrying handle 2 is formed from a plate body with a first longitudinal edge 5 and a second longitudinal edge 7. The place body is bent along the second longitudinal edge 7 so that a bottom longitudinal slot 9 is formed along the bottom edge 5, which longitudinal slot 9 extends over the top edge 8 of the profile 6 can be placed.
Three mounting cavities 10, 11 and 12 are recessed along the upper longitudinal edge 7. Along the circumferential edges of the mounting cavities 10, 11 and 12, slots are formed by the two opposite walls of the carrying bracket 2, which are indicated for the mounting cavity 10 by 21, 23 and 24. At the ends 15 of the cable trays 3,4 are turned lips 17, 18 and 19 which fit into the slots 21, 23 and 24 of the mounting cavities. End plates 30,31 are arranged along the side edges 28 and 29 of the carrying handle 2.
As can be seen from Figure 2, the end plates 30,31 each comprise an upper part 33 and a part 35. These two parts 33, 35 are interconnected via a bent shoulder 36. The upper part 33 abuts the side edge 28 of the carrying handle. 2. The part 35 is located at such a distance from the side edge 28 of the carrying handle 2 that the top edge 8 'of the ceiling profile 6' is received between the side edge 28 and the part 35, and supports
<Desc / Clms Page number 4>
against the shoulder 36. As is clear from figure 1, in the part 35 there is a slot 38 which engages around the top edge 8 of the ceiling profile 6.
As shown in Figure 3, two cable trays 3, 3 'can be placed in the slot 25 of the mounting cavity 11, the lips 18, 18' of the cable trays 3, 3 'falling into the slot 25. The front and rear walls 26, 27 of the carrying handle 2 extend along a sufficient length along the ceiling profile 6 to obtain a stable placement. For this purpose, the length of the part 35 of the end plates 30, 31 is, for example, 3.5 centimeters. The mutual distance between the front wall 26 and the rear wall 27 of the carrying handle 2 is, for example, 6 millimeters.
The height of the carrying handle 2 is, for example, 8 centimeters with a length of, for example, 60 centimeters.
The carrying handle 2 and the cable trays 3, 3 'can be made of sheet steel with a thickness of 0.6 millimeters. However, the carrying handle 2 can also be formed from plastic, from wood or from other suitable materials. It is not necessary here that the carrying handle 2 is formed from sheet material, but it may also be formed, for example, from an extruded material, an injection-molded material from plastic and the like.
Preferably, the carrier 2 is placed on the ceiling profiles 6, 6 'in such a way that the shoulders 36 of the end plates 30, 31' rest on the top edge 8 'of cross profiles 6' so that a sufficient strength is obtained. However, the carrying brackets 2 can be placed at any position along the profiles 6, 6 ', without the need for other mechanical fasteners.