BE1010348A3 - Samenstel voor het controleren en bewaken van de koppeling van leidingen. - Google Patents

Samenstel voor het controleren en bewaken van de koppeling van leidingen. Download PDF

Info

Publication number
BE1010348A3
BE1010348A3 BE9600539A BE9600539A BE1010348A3 BE 1010348 A3 BE1010348 A3 BE 1010348A3 BE 9600539 A BE9600539 A BE 9600539A BE 9600539 A BE9600539 A BE 9600539A BE 1010348 A3 BE1010348 A3 BE 1010348A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
coupling
switch
detector
level
lines
Prior art date
Application number
BE9600539A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Elaflex
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Elaflex filed Critical Elaflex
Priority to BE9600539A priority Critical patent/BE1010348A3/nl
Priority to EP97870085A priority patent/EP0813016A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1010348A3 publication Critical patent/BE1010348A3/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L37/00Couplings of the quick-acting type
    • F16L37/08Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members
    • F16L37/12Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members using hooks, pawls or other movable or insertable locking members
    • F16L37/138Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members using hooks, pawls or other movable or insertable locking members using an axially movable sleeve
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L37/00Couplings of the quick-acting type
    • F16L37/002Couplings of the quick-acting type which can be controlled at a distance
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L37/00Couplings of the quick-acting type
    • F16L37/08Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members
    • F16L37/12Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members using hooks, pawls or other movable or insertable locking members
    • F16L37/18Joints tightened by eccentrics or rotatable cams

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Quick-Acting Or Multi-Walled Pipe Joints (AREA)

Abstract

De uitvinding betreft een samenstel van een eerste leiding (1), een tweede leiding (2) en een koppelingsdetector (5), waarbij de eerste (1), respectievelijk tweede (2) leiding voorzien is van een eerste (3), respectievelijk tweede (4) koppelstuk, die voorzien zijn om bij het koppelen van de leidingen (1) en (2) in elkaar te grijpen, waarbij de koppelingsdetector (5) voorzien is voor montage op de eerste leiding (1) en een schakelaar (10) bevat voor het schakelen van de koppelingsdetector (5) naar een stand corresponderend met een gekoppeld zijn van de leidingen (1,2) waarbij de schakelaar (10) bij het koppelen van de leidingen (1,2) bedienbaar is door het tweede koppelstuk (4).

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  "Samenstel voor het controleren en bewaken van de koppeling van leidingen" 
Deze uitvinding heeft betrekking op een samenstel van een eerste leiding, een tweede leiding en een koppelingsdetector, waarbij de eerste, respectievelijk tweede leiding voorzien is van een eerste, respectievelijk tweede koppelstuk, die voorzien zijn om bij het koppelen van de leidingen in elkaar te grijpen, waarbij de koppelingsdetector voorzien is voor montage op de eerste leiding en een schakelaar bevat voor het schakelen van de koppelingsdetector naar een stand corresponderend met een gekoppeld zijn van de leidingen. 



   Dergelijke samenstellen worden gebruikt om te controleren of twee leidingen aan elkaar gekoppeld zijn, bijvoorbeeld in procesopstellingen waarin vloeistoffen door de betreffende leidingen getransporteerd worden. Bij dergelijke procesopstellingen worden diverse processtappen, bijvoorbeeld het verpompen of transporteren van vloeistoffen vaak vanuit een centrale controlekamer aangestuurd. Het is bijgevolg wenselijk dat de centrale controlekamer informatie ontvangt over het al dan niet gekoppeld zijn van de betreffende leidingen. 



   Veel gebruikte koppelingssystemen om leidingen aan elkaar te koppelen zijn de Cam & Groove snelkoppelingssystemen. 



   Bij de bekende inrichting wordt vooraf een koppelingsdetector op   een   van de leidingen aangebracht, meestal op de vaste leiding. Wanneer 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 vervolgens bij het bouwen van een procesopstelling, twee leidingen met elkaar gekoppeld worden, wordt de koppelingsdetector manueel door de monteur ingeschakeld, nadat de koppeling tot stand werd gebracht. De koppelingsdetector stuurt een signaal door naar een centraal controlebord in de controlekamer, dat aangeeft dat de betreffende leidingen gekoppeld zijn. 



  De koppelingsdetector blijft aangeschakeld tot hij manueel door een monteur weer wordt uitgeschakeld. 



   De bekende inrichting heeft het nadeel dat de koppelingsdetector door de monteur moet worden ingeschakeld en bijgevolg voor de monteur toegankelijk moet blijven, ook na het bouwen van de procesopstelling. 



   Het doel van onderhavige uitvinding bestaat erin een inrichting te verschaffen waarmee het mogelijk is om op een eenvoudige en betrouwbare wijze, de koppeling tussen twee leidingen te controleren en te bewaken, zonder dat het schakelen van de koppelingsdetector afhankelijk is van de handeling van de monteur. 



   Dit wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de schakelaar bij het koppelen van de leidingen bedienbaar is door het tweede koppelstuk. 



   In een dergelijk samenstel geeft de koppelingsdetector op een correcte en betrouwbare wijze weer of de betreffende leidingen met elkaar gekoppeld zijn, aangezien de schakelaar die de koppelingsdetector bedient, zelf bediend wordt door de tweede leiding bij het tot stand brengen van de koppeling van de leidingen. Het moment van inschakelen van de koppelingsdetector in het samenstel volgens de uitvinding wordt bijgevolg niet beïnvloed door externe omstandigheden, zoals bijvoorbeeld de handeling van de monteur, een mechanische beweging of een toevallige 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 aanraking door een vreemd voorwerp. 



   In een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding is de schakelaar bij voorkeur bedienbaar door een rand van het tweede koppelstuk. 



   Met een dergelijk samenstel wordt de normale werking van de koppeling niet beïnvloed door de aanwezigheid van de koppelingsdetector. 



   In een tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding is de schakelaar bij voorkeur beweegbaar in langsrichting van de eerste leiding. 



   Een dergelijke schakelaar wordt bediend door de beweging die gepaard gaat met het koppelen van de leidingen. 



   In een derde uitvoeringsvorm van de uitvinding is de koppelingsdetector bij voorkeur grenzend aan het eerste koppelstuk gemonteerd. 



   In een vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding bevat de schakelaar een veer, door middel waarvan de schakelaar schakelbaar is naar een stand corresponderend met een ontkoppeld zijn van de leidingen
In een dergelijk samenstel kunnen de betreffende leidingen meerdere keren gekoppeld en weer ontkoppeld worden. De schakelaar en bijgevolg de koppelingsdetector, geven steeds correct aan of de betreffende leidingen al dan niet gekoppeld zijn. 



   In een vijfde uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat de koppelingsdetector een in langsrichting van de eerste leiding beweegbare ring, die rondom de eerste leiding is aangebracht, welke ring aan zijn van het tweede koppelstuk afgewende zijde voorzien is van een eerste niveau en een tweede niveau, die door middel van een schuine rand met elkaar verbonden zijn, welke koppelingsdetector eveneens een stift omvat voor het aan-en uitschakelen van een 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 signaalgenerator, welke stift voorzien is om door beweging van de ring verplaatsbaar te zijn langs de schuine rand van genoemd eerste niveau naar genoemd tweede niveau, waarbij het eerste niveau correspondeert met een uitgeschakelde stand van de signaalgenerator voor het afgeven van een eerste signaal corresponderend met een uitgeschakelde stand van de schakelaar,

   en waarbij genoemd tweede niveau correspondeert met een aangeschakelde stand van de signaalgenerator voor het afgeven van een tweede signaal corresponderend met een aangeschakelde stand van de schakelaar. 



   De signaalgenerator kan bijvoorbeeld met een centraal controlebord verbonden worden, waarop een eerste signaal wordt gegenereerd bij het koppelen en een tweede signaal bij het ontkoppelen van de leidingen. 



   Volgens een zesde uitvoeringsvorm van de uitvinding bevindt de koppelingsdetector zich bij voorkeur in een gesloten behuizing, waarbij de schakelaar deel uitmaakt van de behuizing. 



   De in een behuizing ingebouwde koppelingsdetector wordt minder gemakkelijk beschadigd, bijvoorbeeld tijdens het bouwen van een procesopstelling, is minder gevoelig voor vervuiling en kan in een groot aantal omstandigheden ingezet worden, zoals bijvoorbeeld corrosieve omstandigheden, zonder dat beschadiging of vervuiling van de koppelingsdetector optreedt. 



   In het samenstel volgens de uitvinding kunnen diverse typen signaalgenerators geschikt worden gebruikt, zoals bijvoorbeeld een mechanische schakelaar, een contactschakelaar of een naderingsschakelaar. 



   Volgens de uitvinding is de signaalgenerator bij voorkeur een naderingsschakelaar. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 Dergelijke naderingsschakelaars verzekeren een langdurige bedrijfszekerheid, ze zijn weinig gevoelig voor slijtage en kunnen gemakkelijk in een behuizing worden ingebouwd. 



   Volgens de uitvinding wordt de behuizing bij voorkeur op de koppeling gelast om een stevige constructie te realiseren. 



   Deze uitvinding heeft eveneens betrekking op een koppelingsdetector als onderdeel van een samenstel zoals hierboven beschreven. 



     Een dergelijke koppelingsdetector   bevat een schakelaar voor het schakelen van de koppelingsdetector naar een stand corresponderend met een gekoppeld zijn van de leidingen, waarbij de schakelaar bij het koppelen van de leidingen bedienbaar is door een tweede koppelstuk op de tweede leiding. 



   Volgens de uitvinding zijn de koppelstukken, de detector en de behuizing bij voorkeur uitgevoerd in roestvrij staal. 



   De uitvinding wordt verder toegelicht aan de hand van onderstaand uitvoeringsvoorbeeld, de figuren en figuurbeschrijving. 



   In de hiernavolgende figuren verwijzen dezelfde referentienummers steeds naar dezelfde onderdelen. 



     Fig. l   toont een dwarsdoorsnede van twee niet aan elkaar gekoppelde leidingen, met de koppelingsdetector in rusttoestand ;
Fig. 2 toont een dwarsdoorsnede van twee gekoppelde leidingen met de koppelingsdetector in de ingeschakelde stand. 



   Het samenstel zoals weergegeven in Figuur 1, omvat een eerste leiding 1, voorzien van een eerste koppelstuk 3 en een tweede leiding 2, voorzien van een tweede koppelstuk 4. De koppelstukken 3 en 4 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 vormen samen de koppeling voor het koppelen van de leidingen 1 en 2. Binnen in het tweede koppelstuk 4 bevindt zieh een dichtingsring 13 voor het lekvrij afdichten van de koppeling. 



   De eerste leiding 1 is bij voorkeur een vaste leiding, de tweede leiding 2 is bij voorkeur een flexibele leiding. 



   Het tweede koppelstuk 4 is voorzien van twee op de buitenomtrek aangebrachte hendels 14 en 15 die kantelbaar zijn van en naar de tweede leiding 2 toe. De hendels 14 en 15 bevatten aan hun onderkant afgeronde koppen 16 en 17, die in overeenkomstige uitsparingen 18 en 19 in de buitenmantel 6 van het eerste koppelstuk 3 passen. 



   Het eerste koppelstuk 3 heeft een buitenmantel 6, voorzien van aanzetten 22 en 23 voor de afgeronde koppen 16 en 17 van respectievelijk de hendels 14 en 15. 



   De koppelingsdetector 5 voor het controleren en bewaken van de koppeling van de leidingen 1 en 2, bevindt zieh op het eerste koppelstuk 3. 



   De koppelingsdetector 5 omvat een schakelaar 10 die bedienbaar is door het tweede koppelstuk 4. De schakelaar 10 is bij voorkeur gevormd door een in de langsrichting van de eerste leiding 1 verplaatsbare ring die rondom de eerste leiding 1 is aangebracht, waarbij de ring 10 bedienbaar is door het tweede koppelstuk 4. De schakelaar 10 kan eveneens een halve ring zijn of een deel van een ring die op de eerste leiding is geklemd of in langsrichting van de eerste leiding 1 verplaatsbaar is door middel van een groef in de buitenmantel 6 van het eerste koppelstuk 3. In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm maakt de ring 10 deel uit van de gesloten behuizing 29 waarin de 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 koppelingsdetector 5 zieh bevindt. 



   De koppelingsdetector 5 omvat eveneens een beweegbare stift 8, die bediend wordt door ring 10. Stift 8 is bijvoorbeeld beweegbaar in de richting loodrecht op de as van leiding 1. 



   De koppelingsdetector 5 bevat eveneens een signaalgenerator 9, die bedienbaar is door stift 8. 



   Ring 10 omvat eveneens een zijde die afgewend is van het tweede koppelstuk, en gelegen is aan de binnenkant van de behuizing. Deze van het tweede koppelstuk afgewende zijde omvat een eerste niveau 20 en een tweede niveau 24, die met elkaar verbonden zijn door een schuine rand 28. Het eerste en tweede niveau 20 en 24 zijn bij voorkeur in hoofdzaak evenwijdig met de as van de eerste leiding 1, of de as van het eerste koppelstuk 3. In de uitgeschakelde, respectievelijk ingeschakelde stand van de koppelingsdetector bevindt stift 8 zieh op het eerste niveau 20, respectievelijk tweede niveau 24. 



   Veer 11 is rondom de eerste leiding 1 aangebracht en werkt in op ring 10. Veer 11 is met haar ene uiteinde bevestigd aan ring 10 en met haar andere uiteinde bevestigd in een uitsparing 25 in de behuizing 29 van de koppelingsdetector 5. Indien de leidingen niet gekoppeld zijn, is veer 11 in rust. Indien de leidingen gekoppeld zijn, is veer 11 samengedrukt. 



   Veer 12 bevindt zieh rondom stift 8. 



    Een   uiteinde van veer 12 is bevestigd aan een verdikking 26 op stift 8, het andere uiteinde is bevestigd aan een steunplaatje 27, op stift 8. 



  Steunplaatje 27 fungeert eveneens als geleiding tijdens de beweging van de stift 8. In de uitgeschakelde stand van de schakelaar 10 bevindt stift 8 zieh op eerste niveau 20 en is veer 12 in rust. In de ingeschakelde stand van de schakelaar 10 bevindt veer 12 zieh op 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 tweede niveau 24 en is veer 12 samengedrukt. 



   Stift 8 is aan de bovenkant voorzien van een plaatje 21 voor het schakelen van een signaalgenerator 9 naar een eerste en een tweede stand. De eerste stand correspondeert met een uitgeschakelde stand van de signaalgenerator 9 voor het afgeven van een eerste signaal corresponderend met de uitgeschakelde stand van de schakelaar 10. De tweede stand correspondeert met een aangeschakelde stand van de signaalgenerator 9 voor het afgeven van een tweede signaal corresponderend met de aangeschakelde stand van de schakelaar 10. De naderingsschakelaar 9 is bijvoorbeeld verbonden met een centraal controlebord voor het controleren en bewaken van de koppeling tussen de leidingen. 



   De koppelingsdetector 5 bevindt zich bij voorkeur in een afgesloten behuizing 29. De behuizing 29 is bij voorkeur op het eerste koppelstuk 3 gelast. 



   Bij het koppelen van de eerste leiding 1 met de tweede leiding 2 worden het eerste en het tweede koppelstuk 3,4 in elkaar gebracht, manueel of met behulp van hendels 14 en 15. De afgeronde koppen 16 en 17 worden daarbij vanop de aanzetten 22 en 23 afgezet en door de beweging van de hendels 14 en 15 verder verplaatst tot ze in de overeenkomstige uitsparingen 18 en 19 in de buitenmantel 21 van het eerste koppelstuk 3 liggen. De koppeling wordt tot stand gebracht door de hendels 14 en 15 naar de leiding 2 te kantelen. In de gekoppelde stand grijpen het eerste koppelstuk 3 en het tweede koppelstuk 4 in elkaar. 



   Door het eerste koppelstuk 3 over het tweede koppelstuk 4 te brengen, wordt ring 10 door de rand 7 van het tweede koppelstuk 4 verplaatst in de 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 langsrichting van de eerste leiding 1. De kracht op de hendels 14 en 15 overwint de kracht van veer 11 en veer 11 wordt samengedrukt. 



   De beweging van ring 10 wordt overgebracht op stift 8, waardoor stift 8 langs de zijde van ring 10 wordt verplaatst die zich aan de binnenkant van de behuizing 29 bevindt, en die van het tweede koppelstuk 4 is afgewend. Stift 8 wordt daarbij verplaatst vanaf het eerste niveau 20 langs de schuine rand 28, naar het tweede niveau 24, waarbij steunplaatje 27 als geleiding voor boven beschreven verplaatsing fungeert. Gelijktijdig met de verplaatsing van stift 8 wordt veer 12 samengedrukt en wordt het plaatje 21 naar de naderingsschakelaar 9 verplaatst. 



  Naderingsschakelaar 9 schakelt aan en veroorzaakt bijvoorbeeld een signaal op een (hier niet getoond) centraal controlebord, dat correspondeert met een gekoppeld zijn van de leidingen 1 en 2. 



   Bij het ontkoppelen van de leidingen 1 en 2, worden hendels 14 en 15 bewogen weg van de tweede koppeling 4. Tweede leiding 2 en tweede koppeling 4 worden achteruit verplaatst, veer 11 ontspant en dwingt ring 10 in tegengestelde zin van de pijl. De beweging van ring 10 wordt overgebracht op stift 8. Veer 12 ontspant en dwingt stift 8 van tweede niveau 24 langs schuine rand 28, naar eerste niveau 20. Naderingsschakelaar 9 schakelt   uit. Op   het centrale controlebord wordt een signaal gegenereerd dat aangeeft dat de leidingen 1 en 2 niet meer gekoppeld zijn. 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 
 EMI10.1 
 



  Referenties ------------ 1 eerste leiding (vaste leiding) 2 tweede leiding (flexibele leiding) 3 eerste koppelstuk 4 tweede koppelstuk 5 koppelingsdetector 6 buitenmantel eerste koppelstuk 7 rand tweede koppelstuk 8 beweegbare stift 9 signaalgenerator 10 schakelaar 11 veer 12 veer 13 dichtingsring 14 hendel 15 hendel 16 afgeronde kop 17 afgeronde kop 18 uitholling 19 uitholling 20 eerste niveau 21 plaatje 22 aanzet 23 aanzet 24 tweede niveau 25 uitsparing 26 verdikking 27 steunplaatje 28 schuine rand 29 gesloten behuizing

Claims (9)

CONCLUSIES.
1. Samenstel van een eerste leiding (1), een tweede leiding (2) en een koppelingsdetector (5), waarbij de eerste (1), respectievelijk tweede (2) leiding voorzien is van een eerste (3), respectievelijk tweede (4) koppelstuk, die voorzien zijn om bij het koppelen van de leidingen (1, 2) in elkaar te grijpen, waarbij de koppelingsdetector (5) voorzien is voor montage op de eerste leiding (1) en een schakelaar (10) bevat voor het schakelen van de koppelingsdetector (5) naar een stand corresponderend met een gekoppeld zijn van de leidingen (1, 2), daardoor gekenmerkt, dat de schakelaar (10) bij het koppelen van de leidingen (1, 2) bedienbaar is door het tweede koppelstuk (4).
2. Samenstel volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt, dat de schakelaar (10) bedienbaar is door een rand (7) van het tweede koppelstuk (4).
3. Samenstel volgens een der conclusies 1 of 2, daardoor gekenmerkt, dat de schakelaar (10) EMI11.1 beweegbaar is in langsrichting van de eerste leiding (1).
4. Samenstel volgens een der conclusies 1 tot en met 3, daardoor gekenmerkt, dat de koppelingsdetector (5) grenzend aan het eerste koppelstuk (3) gemonteerd is.
5. Samenstel volgens een der conclusies 1 tot en met 4, daardoor gekenmerkt, dat de schakelaar (10) een veer (11) bevat, door middel waarvan de schakelaar (10) schakelbaar is naar een stand corresponderend met een ontkoppeld zijn van de leidingen (1, 2).
6. Samenstel volgens een der conclusies 1 tot en met 5, daardoor gekenmerkt, dat de koppelingsdetector (5) een in langsrichting van de eerste leiding (1) beweegbare ring (10) omvat, die <Desc/Clms Page number 12> rondom de eerste leiding (1) is aangebracht, welke ring (10) aan zijn van het tweede koppelstuk afgewende zijde voorzien is van een eerste niveau (20) en een tweede niveau (24), die door middel van een schuine rand (28) met elkaar verbonden zijn, welke koppelingsdetector (5) eveneens een stift (8) omvat voor het aan-en uitschakelen van een signaalgenerator (9), welke stift (8) voorzien is om door beweging van de ring (10) verplaatsbaar te zijn langs de schuine rand (28) van genoemd eerste niveau (20) naar genoemd tweede niveau (24), waarbij het eerste niveau (20)
correspondeert met een uitgeschakelde stand van de signaalgenerator (9) voor het afgeven van een eerste signaal corresponderend met een uitgeschakelde stand van de schakelaar (10), en waarbij genoemd tweede niveau (24) correspondeert met een aangeschakelde stand van de signaalgenerator (9) voor het afgeven van een tweede signaal corresponderend met een aangeschakelde stand van de schakelaar (10).
7. Samenstel volgens één der conclusies 1 tot en met 6, daardoor gekenmerkt, dat de koppelingsdetector (5) zieh in een gesloten behuizing (29) bevindt, waarbij de schakelaar (10) deel uitmaakt van de behuizing (29).
8. Samenstel volgens een der conclusies 1 tot en met 7, daardoor gekenmerkt, dat de signaalgenerator (9) een naderingsschakelaar is.
9. Koppelingsdetector als onderdeel van een samenstel volgens één der conclusies 1 tot en met 8, daardoor gekenmerkt, dat de koppelingsdetector (5) een schakelaar (10) bevat voor het schakelen van de koppelingsdetector (5) naar een stand corresponderend met een gekoppeld zijn van leidingen (1, 2) waarbij de schakelaar (10) bij het koppelen van de leidingen (1) en (2) bedienbaar is door een tweede koppelstuk (4) op de leiding (2).
BE9600539A 1996-06-12 1996-06-12 Samenstel voor het controleren en bewaken van de koppeling van leidingen. BE1010348A3 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9600539A BE1010348A3 (nl) 1996-06-12 1996-06-12 Samenstel voor het controleren en bewaken van de koppeling van leidingen.
EP97870085A EP0813016A1 (en) 1996-06-12 1997-06-12 Composition for controlling the coupling of pipes

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9600539A BE1010348A3 (nl) 1996-06-12 1996-06-12 Samenstel voor het controleren en bewaken van de koppeling van leidingen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1010348A3 true BE1010348A3 (nl) 1998-06-02

Family

ID=3889805

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9600539A BE1010348A3 (nl) 1996-06-12 1996-06-12 Samenstel voor het controleren en bewaken van de koppeling van leidingen.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP0813016A1 (nl)
BE (1) BE1010348A3 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US8752597B2 (en) 2008-09-17 2014-06-17 Franklin Fueling Systems, Inc. Fuel dispensing nozzle

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE10205841B4 (de) * 2002-02-13 2006-11-30 Continental Aktiengesellschaft Kraftfahrzeug-Luftfederanlage mit einem Reifenfüllanschluss
FR3002021B1 (fr) * 2013-02-12 2015-02-27 Boccard Raccord manuel pour raccorder deux conduits de fluide sous pression

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2010429A (en) * 1977-12-19 1979-06-27 Pusnes Mek Verksted Flanged Pipe Couplings
GB2145181A (en) * 1983-08-17 1985-03-20 Shell Int Research Retractable flow line connector
FR2603973A1 (fr) * 1986-09-17 1988-03-18 Schlumberger Cie Dowell Raccord a deconnection rapide a securite positive
US5368343A (en) * 1993-03-25 1994-11-29 Dover Corporation Pull rings for the operating levers of quick connect/disconnect couplings

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2010429A (en) * 1977-12-19 1979-06-27 Pusnes Mek Verksted Flanged Pipe Couplings
GB2145181A (en) * 1983-08-17 1985-03-20 Shell Int Research Retractable flow line connector
FR2603973A1 (fr) * 1986-09-17 1988-03-18 Schlumberger Cie Dowell Raccord a deconnection rapide a securite positive
US5368343A (en) * 1993-03-25 1994-11-29 Dover Corporation Pull rings for the operating levers of quick connect/disconnect couplings

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US8752597B2 (en) 2008-09-17 2014-06-17 Franklin Fueling Systems, Inc. Fuel dispensing nozzle

Also Published As

Publication number Publication date
EP0813016A1 (en) 1997-12-17

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4170731A (en) Fiber optic control modules and system employing the same
BR0101908A (pt) Intertravamento mecânico com compensação desobre-percurso para coordenar operação dedisjuntores
DK0408865T3 (da) Ventilpistol, især til et højtryksrenseapparat
BE1010348A3 (nl) Samenstel voor het controleren en bewaken van de koppeling van leidingen.
TW339445B (en) Electromagnetic relay assembly
US4236189A (en) Enclosed switchboard
KR101880586B1 (ko) 선로전환기
JP4638290B2 (ja) アース用スイッチ
EP0237821A3 (en) Control device for valves and the like
US20040031670A1 (en) Method of actuating a high power micromachined switch
JPH10115384A (ja) 弁作動器
ES2095538T3 (es) Interruptor electrico con control de corriente.
SE8600138L (sv) Kretsbrytare innefattande en elektromagnet for fjerrkontroll av en tillbakadragbar omkopplingskontakt och medel for overforing av rorelsen av elektromagnetens ankare vid en punkt av denna kontakt centrerad pa den geomet
JPH0226105B2 (nl)
MY103444A (en) Control mechanism for applying a brake and neutralizing a transmission of a vehicle
US4621175A (en) Drive for a vacuum switch
US7030723B2 (en) Electromagnetic switching device
US20180102231A1 (en) Electrical Switch Having A Direct Armature Coupling
US2898423A (en) Switch actuator
SU994325A1 (ru) Межсекционное соединение подвижного состава
US7162117B2 (en) Piezo-electric apparatus for acting on an optical path
US1223223A (en) Automatic car, air, and electric coupling mechanism.
CA2161719A1 (en) Measuring pin for switching forces
JPH05177569A (ja) 自動工具交換用カップラー
US3570323A (en) Motion-transmitting apparatus

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Effective date: 20030630