BE1010074A6

BE1010074A6 - METHOD AND APPARATUS FOR GENERATING PRESSURE IN AN AEROSOL AND THE LIKE, AND AEROSOL EQUIPPED WITH SUCH ANY DEVICE.

Info

Publication number: BE1010074A6
Application number: BE9600778A
Authority: BE
Original assignee: Belgium Spray Accessory Factor
Priority date: 1996-04-02
Filing date: 1996-09-17
Publication date: 1997-12-02
Also published as: WO1997036801A3; AU2281997A; EP0892747A2; CA2250752A1; JP2000507530A; WO1997036801A2

Abstract

Werkwijze voor het genereren van druk in een spuitbus en dergelijke, waarbij minstens twee producten (8-9) zodanig met elkaar in contact worden gebracht dat hierdoor een gas wordt geproduceerd en zodoende een gasdruk wordt gecreëerd, daardoor gekenmerkt dat de producten (8-9) worden samengebracht via een doorgang (12), waarbij de doorlating via deze doorgang (12) bevolen wordt door middel van een beweegbaar element (22-56) dat op zijn beurt bevolen wordt door de gasdruk die rond de inrichting heerst.A method for generating pressure in an aerosol or the like, wherein at least two products (8-9) are brought into contact with each other in such a way that a gas is produced thereby and a gas pressure is thus created, characterized in that the products (8-9 ) are brought together via a passage (12), the passage through which this passage (12) is ordered by means of a movable element (22-56) which in turn is commanded by the gas pressure prevailing around the device.

Description

Werkwijze en inrichting voor het genereren van druk in een spuitbus en dergelijke, en spuitbus die met zulke inrichting is uitgerust.A method and device for generating pressure in an aerosol can and the like, and an aerosol equipped with such an device.

Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een inrichting voor het genereren van druk in een spuitbus en dergelijke, alsmede op een spuitbus die met zulke inrichting is uitgerust.This invention relates to a method and an apparatus for generating pressure in an aerosol can and the like, as well as an aerosol equipped with such an apparatus.

Meer speciaal heeft zij betrekking op een werkwijze voor het genereren van druk van het type waarbij minstens twee producten zodanig met elkaar in contact worden gebracht dat hierdoor een gas wordt geproduceerd en zodoende een gasdruk wordt gecreëerd.More specifically, it relates to a method of generating pressure of the type in which at least two products are brought into contact with each other to produce a gas thereby creating a gas pressure.

Volgens een bekende techniek, die beschreven is in het Europees oktrooi nr 0 033 377, worden de voornoemde producten in verschillende compartimenten van een zak gestockeerd. Nadat deze zak in een spuitbus is aangebracht worden de producten door het opeenvolgend verbreken van scheidingswanden tussen de voornoemde compartimenten met elkaar in contact gebracht, waardoor een gas in de zak wordt gecreëerd en deze zak uitzet. De uitzetting van de zak wordt benut om het in de spuitbus aanwezige product te verdringen, alsmede om de scheidingswanden van de volgende compartimenten systematisch te verbreken.According to a known technique, which is described in European patent no. 0 033 377, the aforementioned products are stored in different compartments of a bag. After this bag has been applied in an aerosol, the products are contacted by successively breaking partitions between the aforementioned compartments, thereby creating a gas in the bag and expanding this bag. The expansion of the bag is utilized to displace the product contained in the aerosol as well as to systematically break the partitions of the following compartments.

Deze techniek heeft als minder gunstige eigenschap dat de druk in de spuitbus niet constant is en fluctueert. Telkens wanneer twee compartimenten met elkaar worden verbonden, onstaat een gasproductie die een drukverhoging veroorzaakt. De volgende twee compartimenten worden pas met elkaar verbonden wanneer de zak een bepaalde uitzetting heeft gerealiseerd, waarbij de druk inmiddels echter daalt.This technique has the less favorable property that the pressure in the spray can is not constant and fluctuates. Every time two compartments are connected to each other, a gas production occurs which causes an increase in pressure. The next two compartments are only connected when the bag has achieved a certain expansion, but the pressure has now dropped.

Aangezien het aantal compartimenten om constructieve redenen beperkt is, zijn de voornoemde drukfluctuaties relatief groot.Since the number of compartments is limited for constructional reasons, the aforementioned pressure fluctuations are relatively large.

Deze bekende techniek vertoont eveneens het nadeel dat de zak met de compartimenten vrij accuraat dient te worden samengesteld opdat de scheidingen tussen de compartimenten op de juiste ogenblikken verbreken.This known technique also has the disadvantage that the bag with the compartments has to be assembled fairly accurately so that the partitions between the compartments break at the right moment.

De uitvinding heeft een werkwijze en inrichting tot doel waarmee één of meer van voornoemde nadelen kunnen worden uitgesloten.The object of the invention is a method and device with which one or more of the above-mentioned drawbacks can be excluded.

Hiertoe betreft de uitvinding in de eerste plaats een werkwijze voor het genereren van druk in een spuitbus, waarbij minstens twee producten zodanig met elkaar in contact worden gebracht dat hierdoor een gas wordt geproduceerd en zodoende een gasdruk wordt gecreëerd, met als kenmerk dat de producten worden samengebracht via een doorgang, waarbij de doorlating via deze doorgang bevolen wordt door middel van een beweegbaar element dat op zijn beurt bevolen wordt door de gasdruk die rond de inrichting heerst.To this end, the invention primarily relates to a method for generating pressure in an aerosol, wherein at least two products are brought into contact with each other in such a way that a gas is produced thereby and a gas pressure is thus created, characterized in that the products are brought together via a passageway, the passageway being ordered through this passageway by means of a movable element which in turn is commanded by the gas pressure prevailing around the device.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt de doortocht van de doorgang geregeld door middel van een drukgevoelige regelaar, meer speciaal een drukgevoelig ventiel dat progressief reageert op de druk in de spuitbus, zodanig dat de doorgang wordt afgesloten telkens wanneer de druk in de spuitbus een bepaalde waarde heeft bereikt, doch terug wordt geopend telkens wanneer de druk terug lager wordt dan de voornoemde waarde.According to a preferred embodiment, the passage of the passage is controlled by means of a pressure-sensitive regulator, more specifically a pressure-sensitive valve that reacts progressively to the pressure in the aerosol, such that the passage is closed every time the pressure in the aerosol has a certain value but is opened again whenever the pressure falls back below the aforementioned value.

Hierdoor wordt verkregen dat de twee producten progressief bij elkaar worden gevoegd, waardoor de gasproductie precies in funktie gebeurt van de hoeveelheid gas die nodig is om na iedere activering van de spuitbus terug de normale uitdrijfdruk te herstellen.This ensures that the two products are progressively combined, so that the gas production is exactly in function of the amount of gas required to restore normal expulsion pressure after each activation of the spray can.

Volgens een variante, die het voordeel biedt dat zij met een merkelijk goedkopere inrichting kan worden gerealiseerd, wordt de doorgang initieel afgesloten en wordt door middel van het beweegbaar element eenmalig een blijvende doorlaat gecreëerd, waardoor de betreffende producten volledig opreageren.According to a variant, which offers the advantage that it can be realized with a considerably cheaper device, the passage is initially closed and a permanent passage is created once by means of the movable element, whereby the products in question react completely.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een inrichting voor het verwezenlijken van de voornoemde werkwijze. Zij bestaat hiertoe uit een recipiënt waarin een eerste van voornoemde twee producten beschikbaar is; een afsluitbare of gesloten doorgang via dewelke het eerste product en het tweede product, door het openen of het realiseren van een open doorgang, met elkaar in contact kunnen worden gebracht; en een beweegbaar element dat door middel van de druk die de inrichting omgeeft kan worden bevolen en dat het openen, en eventueel sluiten van de doorgang, respectievelijk het maken van zulke doorgang! bewerkstelligt.The invention also relates to a device for realizing the aforementioned method. It consists for this purpose of a container in which a first of the above two products is available; a lockable or closed passage through which the first product and the second product can be brought into contact with each other by opening or realizing an open passage; and a movable element which can be ordered by means of the pressure surrounding the device and which opens, and optionally closes, the passage, respectively making such a passage! accomplishes.

Het eerste product is bij voorkeur een vloeistof, zodat voor het beweegbaar element gebruik kan worden gemaakt van een ventiel. Dit ventiel zorgt er voor dat de vloeistof uit de recipiënt kan ontsnappen en in contact kan komen met het tweede product.The first product is preferably a liquid, so that a valve can be used for the movable element. This valve ensures that the liquid can escape from the container and come into contact with the second product.

De uitdrijving van de vloeistof uit de voornoemde recipiënt, althans in de geopende stand van het ventiel, kan op verschillende wijzen gebeuren. Volgens een voordelige mogelijkheid van de uitvinding vertoont de inrichting middelen die toelaten dat de vloeistof in de recipiënt onder druk wordt geplaatst met behulp van de druk die in de spuitbus wordt gecreëerd, zodanig dat geen afzonderlijke drukmiddelen voor het uitdrijven van de vloeistof noodzakelijk zijn. In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm worden deze middelen gevormd door een wand van de voornoemde recipiënt die tot dat doel vervaardigd is uit een langzaam gasdoorlatend materiaal.The expulsion of the liquid from the aforementioned container, at least in the open position of the valve, can take place in various ways. According to an advantageous possibility of the invention, the device has means which allow the liquid in the container to be pressurized using the pressure created in the aerosol such that no separate pressure means for expelling the liquid are necessary. In a preferred embodiment, these means are formed by a wall of the aforesaid container, which for that purpose is made of a slowly gas-permeable material.

De producten die via de doorlaat met elkaar in contact worden gebracht, kunnen de producten zijn die met elkaar tot vorming van een gas reageren, doch kunnen ook producten zijn die niet met elkaar reageren, doch een reactie uitlokken.The products which are brought into contact with each other via the passage may be the products which react with each other to form a gas, but may also be products that do not react with each other, but which provoke a reaction.

Volgens eerste interessante mogelijkheid bestaat het eerste product uit een vloeibaar zuur, terwijl het tweede product bestaat uit zout in vaste toestand.According to the first interesting possibility, the first product consists of a liquid acid, while the second product consists of solid-state salt.

Volgens een tweede interessante mogelijkheid, die het voordeel biedt dat geen vloeibaar zuur dient te worden gehanteerd, bestaat het eerste product uit een oplosmiddel, bijvoorbeeld water, en het tweede product uit een droge samenstelling van een zuur en een zout, zodanig dat pas een reactie met vorming van een gas tot stand wordt gebracht wanneer het zuur en/of zout door toevoeging van het eerste product aan het tweede product in opgeloste toestand komt.According to a second interesting possibility, which offers the advantage that no liquid acid has to be handled, the first product consists of a solvent, for example water, and the second product consists of a dry composition of an acid and a salt, such that only a reaction a gas is formed when the acid and / or salt is dissolved by adding the first product to the second product.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is de inrichting uitgerust met een drukgevoelige doorlaatregelaar die zodanig is uitgevoerd dat de doorgang zowel gesloten wordt van zodra de druk een waarde bereikt die groter of gelijk is aan de uitdrijf druk van de spuitbus waartoe de inrichting bedoeld is, en minstens ook gesloten wordt bij een druk die kleiner of gelijk is aan de atmosferische druk. Hierdoor kan de inrichting zonder meer in atmos ferische omgeving worden bewaard alvorens in een spuitbus te worden geïnstalleerd, zonder dat de gasgeneratie start. Bovendien kan de inrichting eenvoudig worden geaktiveerd door initieel op externe wijze een druk in het reservoir van de spuitbus te creëren.In a preferred embodiment, the device is equipped with a pressure-sensitive flow regulator designed to close the passage both as soon as the pressure reaches a value greater than or equal to the expulsion pressure of the aerosol for which the device is intended, and at least also closed at a pressure less than or equal to atmospheric pressure. This allows the device to be stored in an atmospheric environment without any problem before being installed in an aerosol can, without the gas generation starting. In addition, the device can be easily activated by initially creating an external pressure in the aerosol reservoir.

De uitvinding heeft ook betrekking op een inrichting voor het genereren van druk in een spuitbus, waarbij minstens twee producten zodanig met elkaar in contact worden gebracht dat hierdoor een gas wordt geproduceerd en zodoende een gasdruk wordt gecreëerd, daardoor gekenmerkt dat het eerste product bestaat uit een oplosmiddel en het tweede product bestaat uit een droge samenstelling van zout en een zuur, bij voorkeur in de vorm van een blok uit samengedrukt poeder, ongeacht op welke wijze deze producten bij elkaar worden gebracht.The invention also relates to a device for generating pressure in an aerosol in which at least two products are brought into contact with each other in such a way that a gas is produced thereby and a gas pressure is thus created, characterized in that the first product consists of a solvent and the second product consists of a dry composition of salt and an acid, preferably in the form of a block of compressed powder, regardless of how these products are brought together.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 schematisch een spuitbus weergeeft die met een inrichting volgens de uitvinding is uitgerust; figuur 2 een praktische uitvoeringsvorm weergeeft; figuur 3 op een grotere schaal en in doorsnede het deel weergeeft dat in figuur 2 met pijl F3 is aangeduid; figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur 3; figuren 5, 6 en 7 op een grotere schaal het gedeelte weergeven dat in figuur 3 met F5 is aangeduid, voor verschillende standen; figuur 8 een variante weergeeft van het gedeelte dat in figuur 3 met F8 is aangeduid; figuur 9 in doorsnede een variante van een inrichting volgens de uitvinding weergeeft; figuren 10 en 11 op een grotere schaal en voor verschillende standen het gedeelte weergeven dat in figuur 9 met F10 is aangeduid; figuren 12 en 13 het onderste gedeelte van nog twee varianten weergeven; figuren 14 tot 16 de inrichting van de figuur 13 in verschillende standen weergeven; figuren 17 en 18 voor twee verschillende standen nog een inrichting volgens de uitvinding weergeven; figuren 19 tot 21 eveneens voor verschillende standen nog een verdere uitvoeringsvorm weergeven.With the insight to better demonstrate the features of the invention, some preferred embodiments are described hereinafter without any limitation, with reference to the accompanying drawings, in which: figure 1 schematically represents an aerosol equipped with a device according to the invention ; figure 2 represents a practical embodiment; figure 3 shows on a larger scale and in cross-section the part indicated by arrow F3 in figure 2; figure 4 represents a section according to line IV-IV in figure 3; figures 5, 6 and 7 show on a larger scale the part indicated by F5 in figure 3, for different positions; figure 8 represents a variant of the part indicated by F8 in figure 3; figure 9 shows in cross section a variant of a device according to the invention; figures 10 and 11 show on a larger scale and for different positions the part indicated by F10 in figure 9; figures 12 and 13 show the bottom part of two more variants; figures 14 to 16 represent the device of figure 13 in different positions; figures 17 and 18 represent another device according to the invention for two different positions; figures 19 to 21 also represent a further embodiment for different positions.

Zoals weergegeven in figuur 1 heeft de uitvinding betrekking op een inrichting 1 die in een spuitbus 2 kan worden aangebracht, die toelaat om in het reservoir 3 van de spuitbus 2 een overdruk P te creëren, zodanig dat het in de spuitbus aanwezige te verspuiten product 4 uit het reservoir 3 wordt verdrongen, bijvoorbeeld via een stijgbuis 5, van zodra het gebruikelijke ventiel 6 of dergelijke wordt geactiveerd, meer speciaal wordt geopend door het indrukken van een drukknop 7.As shown in figure 1, the invention relates to a device 1 that can be applied in an aerosol 2, which allows to create an overpressure P in the reservoir 3 of the aerosol 2, such that the product 4 to be sprayed present in the aerosol is displaced from the reservoir 3, for example via a riser 5, as soon as the usual valve 6 or the like is activated, more particularly is opened by pressing a push button 7.

Volgens de schematisch in figuur 1 weergegeven uitvoeringsvorm wordt gebruik gemaakt van twee producten 8 en 9 die reageren tot een gas 10 wanneer ze bij elkaar worden gebracht. Bij voorkeur worden producten aangewend die met elkaar reageren tot de vorming van koolstofdioxidegas. Het eerste product 8 bestaat hiertoe bij voorkeur uit een zuur in vloeibare toestand, of een in een vloeistof opgelost zuur, bijvoorbeeld citroenzuur. Het tweede product 9 bestaat bij voorkeur uit een zout, bijvoorbeeld calciumcarbonaat, bariumcarbonaat of natriumbicarbonaat.According to the embodiment schematically shown in figure 1, two products 8 and 9 are used which react to a gas 10 when they are brought together. Preferably, products are used that react with each other to form carbon dioxide gas. For this purpose, the first product 8 preferably consists of an acid in a liquid state, or an acid dissolved in a liquid, for example citric acid. The second product 9 preferably consists of a salt, for example calcium carbonate, barium carbonate or sodium bicarbonate.

Zoals weergegeven is de inrichting 1 voor het genereren van het gas 10 hoofdzakelijk samengesteld uit een recipiënt 11 waarin het eerste product 8 is aangebracht; een doorgang 12 via dewelke het eerste product 8 in contact kan komen met het tweede product 9; en een drukgevoelige doorlaatregelaar 13, met een beweegbaar element, zoals een afsluitventiel, waarmee de doorgang 12 in funktie van de omgevingsdruk rond de inrichting 1, dus de druk in het reservoir 3, al dan niet wordt afgesloten.As shown, the gas generating device 10 is mainly composed of a receptacle 11 in which the first product 8 is arranged; a passage 12 through which the first product 8 can come into contact with the second product 9; and a pressure-sensitive passage controller 13, with a movable element, such as a shut-off valve, with which the passage 12 is closed or not, in function of the ambient pressure around the device 1, i.e. the pressure in the reservoir 3.

De drukgevoelige doorlaatregelaar 13 is in dit geval van zulke aard dat de doorgang 12 wordt afgesloten van zodra de waarde van de druk in het reservoir 3 groter of gelijk is aan een vooropgestelde waarde, en terug wordt geopend van zodra zich terug een drukdaling in het reservoir 3 voordoet. Hierbij is de voornoemde vooropgestelde waarde gelijk aan de vereiste uitdrijfdruk.In this case, the pressure-sensitive flow regulator 13 is of such a nature that the passage 12 is closed as soon as the value of the pressure in the reservoir 3 is greater than or equal to a predetermined value, and is opened again as soon as a pressure drop in the reservoir again 3 occurs. The aforementioned predetermined value here is equal to the required expulsion pressure.

In wezen hoeven de voornoemde producten 8 en 9 niet elk in een recipiënt ondergebracht te zijn. Het volstaat immers dat ze van elkaar gescheiden zijn en dat ze door middel van de drukgevoelige doorlaatregelaar op gecontroleerde wijze bij elkaar kunnen worden gebracht. In principe kan één van de beide producten, in dit geval het product 9, vrij in het reservoir 3 van de spuitbus aanwezig zijn.In essence, the aforementioned products 8 and 9 do not each have to be contained in a container. After all, it is sufficient that they are separated from each other and that they can be brought together in a controlled manner by means of the pressure-sensitive flow regulator. In principle, one of the two products, in this case the product 9, can be freely present in the reservoir 3 of the spray can.

De werking en het gebruik van de inrichting 1 is hoofdzakelijk als volgt.The operation and use of the device 1 is mainly as follows.

In rusttoestand is het reservoir 3 gevuld met een bepaalde hoeveelheid te verspuiten product 4 en een hoeveelheid gas 10 waarmee het reservoir 3 onder een druk P wordt gehouden. Bij het indrukken van de drukknop 7 wordt het ventiel 6 geopend en wordt het product 4 via de stijgbuis 5 en een uitlaatopening 14 naar buiten gedrukt en eventueel verstoven. Als een gevolg hiervan daalt de druk in het reservoir 3. De drukdaling wordt waargenomen door de drukgevoelige doorlaatregelaar 13, die hierdoor de doorgang 12 opent. Als een gevolg hiervan komt het product 8 uit de recipiënt 11 in contact met het product 9, waardoor gas 10 wordt gegenereerd en waardoor de druk P wordt hersteld.In the rest state, the reservoir 3 is filled with a certain amount of product 4 to be sprayed and an amount of gas 10 with which the reservoir 3 is kept under a pressure P. When the push button 7 is pressed, the valve 6 is opened and the product 4 is pressed out through the riser 5 and an outlet opening 14 and, if necessary, atomized. As a result, the pressure in the reservoir 3 drops. The pressure drop is sensed by the pressure-sensitive port regulator 13, which thereby opens the port 12. As a result, the product 8 from the receptacle 11 comes into contact with the product 9, generating gas 10 and restoring the pressure P.

Van zodra de druk P terug zijn normale waarde heeft bereikt, sluit de doorlaatregelaar 13 de doorgang 12 terug af. De toevoer van product 8 naar product 9 wordt zodoende onderbroken, waardoor de gasproductie ophoudt en de druk in het reservoir 3 niet meer verder stijgt.As soon as the pressure P has returned to its normal value, the flow regulator 13 closes the passage 12 again. The supply of product 8 to product 9 is thus interrupted, as a result of which gas production ceases and the pressure in the reservoir 3 no longer increases.

Om het product 8 uit de recipiënt 11 te drijven, kunnen volgens de uitvinding verschillende technieken worden aangewend.According to the invention, various techniques can be used to drive the product 8 out of the container 11.

Volgens een mogelijkheid wordt de recipiënt 11 onder druk geplaatst door hierin naast het product 8 ook een hoeveelheid gas onder druk aan te brengen, met een druk die bij voorkeur hoger is dan de uitdrijfdruk van de spuitbus.According to one possibility, the container 11 is pressurized by applying a quantity of gas under pressure in addition to the product 8, with a pressure which is preferably higher than the expulsion pressure of the aerosol can.

In de figuren 2 tot 7 is een praktische uitvoeringsvorm van de inrichting 1 weergegeven.Figures 2 to 7 show a practical embodiment of the device 1.

Het tweede product 9 is hierbij in een kamer 15 ondergebracht die aansluit op de voornoemde doorgang 12, wat het voordeel biedt dat het uit de doorgang stromende product 8 direkt met het product 9 in contact komt, wat een vlugge reactie verzekert. Het gegenereerde gas 10 kan de kamer 15 verlaten via uitlaatopeningen 16.The second product 9 is hereby housed in a chamber 15 which adjoins the aforementioned passage 12, which offers the advantage that the product 8 flowing out of the passage comes into direct contact with the product 9, which ensures a rapid reaction. The generated gas 10 can leave the chamber 15 through outlet openings 16.

De drukgevoelige doorlaatregelaar 13 bestaat uit een drukgevoelig element 17 en een hiermee samenwerkend beweegbaar element, meer speciaal een ventiel 18, dat in de doorgang 12 is gemonteerd.The pressure-sensitive passage controller 13 consists of a pressure-sensitive element 17 and a movable element cooperating therewith, more specifically a valve 18, which is mounted in passage 12.

Het drukgevoelige element 17 kan in principe uit eender welke elastisch samendrukbare constructie bestaan. In het weergegeven voorbeeld bestaat het uit een behuizing 19, waarvan één wand gevormd is door een onder invloed van de in de spuitbus heersende druk beweegbaar diafragma 20, dat bijvoorbeeld bestaat uit een dunne stalen gegolfde plaat. De reactiekracht bij het indrukken van het diafragma 20 wordt in hoofdzaak geleverd door middel van een in de behuizing 19 ingesloten elastisch element 21.The pressure-sensitive element 17 can in principle consist of any elastically compressible construction. In the example shown, it consists of a housing 19, one wall of which is formed by a diaphragm 20 movable under the influence of the pressure prevailing in the aerosol, which for example consists of a thin steel corrugated plate. The reaction force when the diaphragm 20 is pressed is mainly supplied by means of an elastic element 21 enclosed in the housing 19.

Het is duidelijk dat de behuizing 19 gasdicht is. Het in de behuizing 19 aanwezige gas, bijvoorbeeld lucht onder atmosferische druk, en de elasticiteit van het diafragma 20 leveren uiteraard ook een krachtcomponent op die de verplaatsing van het diafragma 20 beïnvloedt.It is clear that the housing 19 is gastight. The gas present in the housing 19, for example air under atmospheric pressure, and the elasticity of the diaphragm 20 naturally also provide a force component that influences the displacement of the diaphragm 20.

In een bijzonder eenvoudig te realiseren uitvoeringsvorm zal het elastisch element 21 gevormd worden door een stuk rubber- of kunststofslang dat ofwel recht ofwel in opgerolde toestand in de behuizing 19 wordt ingesloten in een samengedrukte toestand.In a particularly simple to realize embodiment, the elastic element 21 will be formed by a piece of rubber or plastic hose which is enclosed either in a straight position or in a rolled-up state in the housing 19 in a compressed state.

Het ventiel 18 bestaat bij voorkeur uit een naaldvormig kleplichaam 22, waarin een uitsparing 23 is aangebracht, en een klepzitting 24 waarin het kleplichaam 22 axiaal kan verschuiven, zodanig dat de doorgang 12 geopend is wanneer de uitsparing 23 zich tegenover de klepzitting 24 bevindt.The valve 18 preferably consists of a needle-shaped valve body 22, in which a recess 23 is provided, and a valve seat 24 in which the valve body 22 can slide axially, such that the passage 12 is opened when the recess 23 is opposite the valve seat 24.

De klepzitting 24 kan hierbij bestaan uit een in de doorgang 12 gemonteerde O-ring.The valve seat 24 can here consist of an O-ring mounted in the passage 12.

Het kleplichaam 22 werkt aan één uiteinde samen met het diafragma 20 en kan hieraan al dan niet bevestigd zijn.The valve body 22 cooperates with the diaphragm 20 at one end and may or may not be attached thereto.

In de uitvoeringsvorm van figuur 3 vertoont de recipiënt 11 een wand 25 die is vervaardigd uit een materiaal dat een langzame doorlating van gas, bij het aanleggen van een drukverschil, toelaat. Deze wand 25 hoeft niet doorlaatbaar te zijn voor alle gassen, doch het volstaat dat hij doorlaatbaar is voor het geproduceerde gas 10, in eerste instantie voor koolstofdioxide.In the embodiment of Figure 3, the receptacle 11 has a wall 25 made of a material that allows slow transmission of gas when a pressure differential is applied. This wall 25 need not be permeable to all gases, but it is sufficient that it be permeable to the produced gas 10, in the first instance to carbon dioxide.

Meer speciaal zal deze wand 25 bestaan uit half-stijf materiaal, bijvoorbeeld polyurethaan.More specifically, this wall 25 will consist of semi-rigid material, for example polyurethane.

Om een voldoende doorlaatbaarheid te verkrijgen zal de wand 25 relatief dun worden gefabriceerd, bijvoorbeeld door middel van een thermisch vormingsproces. Om hem evenwel voldoende stevigheid te geven kan hij getrapt worden uitgevoerd.In order to obtain a sufficient permeability, the wall 25 will be manufactured relatively thin, for instance by means of a thermal forming process. However, in order to give it sufficient strength, it can be performed in steps.

De configuratie van de recipiënt 11, de kamer 15 en de behuizing 19 is bij voorkeur zoals is weergegeven in figuur 3, waarmee bedoeld wordt dat de kamer 15 gesitueerd is tussen de recipiënt 11 en de behuizing 19, dat het ventiel 18 zich in de wand 26 tussen de recipiënt 11 en de kamer 15 bevindt en dat het diafragma 20 gesitueerd is tegenover de wand 26 waarin het ventiel 18 is aangebracht. Het product 9 wordt bij voorkeur gevormd door een ringvormig samengeperst zoutblok dat rond het kleplichaam 22 wordt gepositioneerd.The configuration of the receptacle 11, the chamber 15 and the housing 19 is preferably as shown in Figure 3, which means that the chamber 15 is located between the receptacle 11 and the housing 19, that the valve 18 is located in the wall 26 is located between the receptacle 11 and the chamber 15 and that the diaphragm 20 is located opposite the wall 26 in which the valve 18 is arranged. The product 9 is preferably formed by an annularly compressed salt block positioned around the valve body 22.

De werking van de inrichting 1 is zoals hierna beschreven.The operation of the device 1 is as described below.

Wanneer de inrichting 1 zich in atmosferische omgeving bevindt, neemt het kleplichaam 22 een positie in zoals is afgebeeld in figuur 5, doordat het diafragma 20 naar boven uitbuigt. De doorgang 12 is hierbij gesloten en het eerste product 8 kan de recipiënt 11 niet verlaten.When the device 1 is in atmospheric environment, the valve body 22 assumes a position as shown in Figure 5, because the diaphragm 20 deflects upward. The passage 12 is hereby closed and the first product 8 cannot leave the container 11.

Nadat de inrichting 1 in een spuitbus 2 is aangebracht, kan eerst via een externe toevoer een druk in de spuitbus 2 worden aangelegd, die bijvoorbeeld iets groter is dan de normale uitdrijfdruk. Deze druk werkt in op het diafragma 20, waardoor het kleplichaam 22 verschuift tot in de stand die is weergegeven in figuur 6.After the device 1 has been placed in an aerosol 2, a pressure can first be applied via an external supply in the aerosol 2, which is, for example, slightly greater than the normal expulsion pressure. This pressure acts on the diaphragm 20, causing the valve body 22 to shift to the position shown in Figure 6.

Aangezien de wand 25 permeabel is voor gas, wordt ook een druk opgebouwd in de ruimte 27 van de recipiënt 11. Na verloop van tijd zijn de drukken in het reservoir 3 en in de ruimte 27 aan elkaar gelijk.Since the wall 25 is permeable to gas, a pressure is also built up in the space 27 of the receptacle 11. Over time, the pressures in the reservoir 3 and in the space 27 are equal.

Wanneer vervolgens product 4 wordt verspoten, daalt de druk in het reservoir 3. Deze drukdaling wordt echter niet onmiddellijk opgevolgd door een gelijkaardige drukdaling in de ruimte 27. Wanneer de druk in het reservoir 3 lager wordt dan de normale uitdrijfdruk, bereikt het kleplichaam 22 een positie zoals is afgebeeld in figuur 7. Aangezien de druk in de ruimte 27 op dat ogenblik nog groter is dan in het reservoir 3, wordt het product 8 via het geopende ventiel 18 uit de recipiënt 11 gedrukt.When product 4 is subsequently sprayed, the pressure in the reservoir 3 drops. However, this pressure drop is not immediately followed by a similar pressure drop in the space 27. When the pressure in the reservoir 3 becomes lower than the normal expulsion pressure, the valve body 22 achieves a position as shown in figure 7. Since the pressure in the space 27 at that time is even greater than in the reservoir 3, the product 8 is forced out of the container 11 via the opened valve 18.

Doordat het vrijgekomen product 8 reageert met het product 9, wordt gas geproduceerd dat via de uitlaatopeningen 16 in het reservoir 3 terechtkomt. Hierdoor neemt de druk terug toe, waardoor het diafragma 20 terug ingedrukt wordt. Bij het bereiken van de gewenste uitdrijfdruk is het diafragma 20 zodanig ingedrukt dat terug de toestand van figuur 6 wordt bereikt, waardoor de doorgang 12 gesloten wordt en de gasgeneratie ophoudt.Because the released product 8 reacts with the product 9, gas is produced which passes through the outlet openings 16 into the reservoir 3. As a result, the pressure increases again, so that the diaphragm 20 is depressed again. When the desired expulsion pressure is reached, the diaphragm 20 is pressed in such a way that it returns to the state of figure 6, whereby the passage 12 is closed and the gas generation ceases.

Het is duidelijk dat op deze wijze automatisch een constante druk in het reservoir 3 wordt gehandhaafd.It is clear that in this way a constant pressure is automatically maintained in the reservoir 3.

In de plaats van een permeabele wand 25 kunnen ook drukdoorlaatmiddelen van een andere soort worden aangewend. Volgens een variante is de wand 25 niet permeabel voor gas en wordt, zoals schematisch in de figuur 3 is aangeduid, een terugslagklep 28 aangewend die toelaat dat het gas 10 van het reservoir 3 in de recipiënt 11 kan stromen, telkens wanneer de druk in het reservoir 3 groter is dan de druk in de recipiënt 11.Instead of a permeable wall 25, pressure-transmitting means of another type can also be used. According to a variant, the wall 25 is not permeable to gas and, as schematically indicated in Figure 3, a non-return valve 28 is used which allows the gas 10 to flow from the reservoir 3 into the receptacle 11 whenever the pressure in the reservoir 3 is greater than the pressure in the container 11.

Uiteraard zijn nog andere uitvoeringsvormen mogelijk. In figuur 8 is bijvoorbeeld een variante weergegeven waarbij het elastisch element 21 bestaat uit een ringvormig blok uit elastisch samendrukbaar materiaal, bijvoorbeeld schuimkunststof of rubber.Of course, other embodiments are also possible. Figure 8 shows, for example, a variant in which the elastic element 21 consists of an annular block of elastically compressible material, for example foam plastic or rubber.

Volgens een niet weergegeven variante zal geen elastisch element 21 worden aangewend en wordt de reactiekracht uitsluitend door de eigen elasticiteit van het diafragma 20 geleverd en door de gasdruk die hierop wordt uitgeoefend.According to a variant not shown, an elastic element 21 will not be used and the reaction force is supplied solely by the inherent elasticity of the diaphragm 20 and by the gas pressure exerted thereon.

Figuur 8 toont eveneens dat het kleplichaam 22 aan het diafragma 20 kan bevestigd zijn, in dit geval door inklemming in een zitting 29 in het center van het diafragma.Figure 8 also shows that the valve body 22 can be attached to the diaphragm 20, in this case by clamping in a seat 29 in the center of the diaphragm.

Zoals nog in figuur 8 is weergegeven kan ieder van de uitlaatopeningen 16 met een terugslagklep 30 worden voorzien. Deze kan bestaan uit een met een zeer lichte spankracht over de uitlaatopeningen 16 gespannen elastische band, zoals bijvoorbeeld de weergegeven O-ring 31.As is still shown in figure 8, each of the outlet openings 16 can be provided with a non-return valve 30. This can consist of an elastic band stretched over the outlet openings 16 with a very slight tension, such as, for example, the O-ring 31 shown.

Door de aanwezigheid van de terugslagklep 30 kan het gegenereerde gas 10 ontsnappen, doch kunnen de producten 4 en 9 niet in direkt contact komen met elkaar wat in bepaalde toepassingen wenselijk kan zijn. Op deze wijze kan het product 9 zich ook niet verspreiden in het reservoir 3, bijvoorbeeld door oplossing in het product 4. Het nog niet opgereageerde product 9 blijft hierdoor in de nabijheid van de doorgang 12, zodat het vrijgeven van een hoeveelheid product 8 steeds in een onmiddellijke gasgeneratie resulteert.The presence of the non-return valve 30 allows the generated gas 10 to escape, but products 4 and 9 cannot come into direct contact with one another, which may be desirable in certain applications. In this way, the product 9 can also not spread in the reservoir 3, for example by dissolving it in the product 4. The product 9, which has not yet reacted, therefore remains in the vicinity of the passage 12, so that the release of an amount of product 8 is always an immediate gas generation results.

Zulke terugslagklep kan ook bestaan uit een zeer kleine opening of een poreus deel in de wand van de kamer 15, waarbij deze opening of dit poreus deel toelaten dat gas 10 uit de kamer 15 kan lekken, doch geen vloeistof kan binnendringen in omgekeerde richting.Such a non-return valve may also consist of a very small opening or a porous part in the wall of the chamber 15, this opening or this porous part allowing gas 10 to leak from the chamber 15, but not to penetrate liquid in the reverse direction.

In figuur 9 is een uitvoeringsvorm weergegeven waarbij het tweede product 9 bestaat uit een samenstelling van componenten die in onopgeloste toestand niet met elkaar reageren, doch in opgeloste toestand wel met elkaar gaan reageren, terwijl het eerste product 8 gevormd wordt door een oplosmiddel, bijvoorbeeld water, waarmee één of beide van de voornoemde componenten kunnen worden opgelost.Figure 9 shows an embodiment in which the second product 9 consists of a composition of components which do not react with each other in the undissolved state, but which do react with each other in the dissolved state, while the first product 8 is formed by a solvent, for instance water with which one or both of the aforementioned components can be solved.

De inrichting 1 vertoont een gelijkaardige opbouw als de uitvoering van figuur 8. Overeenstemmende delen zijn dan ook met dezelfde referenties aangeduid.The device 1 has a similar construction as the embodiment of figure 8. Corresponding parts are therefore indicated with the same references.

In plaats dat de recipiënt 11 gevuld is met een vloeibaar zuur, is hij nu gevuld met een oplosmiddel, bij voorkeur water.Instead of the container 11 being filled with a liquid acid, it is now filled with a solvent, preferably water.

Het product 9 bestaat bij voorkeur uit een mengsel van droge componenten die met elkaar gaan reageren wanneer zij in een vloeistof, meer speciaal in het product 8, worden opgelost. Meer speciaal nog geniet het de voorkeur dat deze componenten zijn samengeperst tot één blok of dergelijke. De componenten kunnen hierbij bestaan uit, enerzijds, een zout en, anderzijds, een zuur in droge toestand, bijvoorbeeld in korrel- en/of poedervorm.The product 9 preferably consists of a mixture of dry components that react with each other when they are dissolved in a liquid, more specifically in the product 8. More specifically, it is preferred that these components are compressed into one block or the like. The components can consist of, on the one hand, a salt and, on the other hand, an acid in a dry state, for example in granular and / or powder form.

De inrichting 1 van figuur 9 is, analoog als in de uitvoeringen van figuren 3 tot 8, voorzien van een ventiel 18 dat bevolen wordt met behulp van een drukgevoelig element 17.The device 1 of figure 9, analogous to the embodiments of figures 3 to 8, is provided with a valve 18 which is ordered using a pressure-sensitive element 17.

Het drukgevoelige element 17 is in dit geval gevormd door een samendrukbare behuizing 19 die los staat van de kamer 15, en die bestaat uit twee metalen diafragma's 32-33 die een ruimte 34 omsluiten en bij hun randen aan elkaar gelast zijn.The pressure-sensitive element 17 in this case is formed by a compressible housing 19 separate from the chamber 15, which consists of two metal diaphragms 32-33 enclosing a space 34 and welded together at their edges.

In figuur 9 is, uitsluitend als voorbeeld, een ventiel 18 weergegeven dat enigzins anders is uitgevoerd dan in de figuur 3. Het ventiel 18 vertoont een naaldvormig kleplichaam 22, dat doorheen de doorgang 12 past, en dat is voorzien van twee sluitorganen 35-36 die met twee klepzittingen 37-38 kunnen samenwerken, zodanig dat een afsluiting wordt bekomen wanneer het kleplichaam hetzij in de ene uiterste stand, hetzij in de andere uiterste stand wordt gedrukt, en zodanig dat een doorgang wordt verkregen wanneer het kleplichaam een positie inneemt die gelegen is tussen deze twee uiterste standen.In figure 9, as an example only, a valve 18 is shown which is slightly different from that in figure 3. The valve 18 has a needle-shaped valve body 22, which fits through the passage 12, and which is provided with two closing members 35-36 which can cooperate with two valve seats 37-38, such that a closure is obtained when the valve body is pressed either in one extreme position or in the other extreme position, and such that a passage is obtained when the valve body occupies a position which is located is between these two extremes.

De sluitorganen 35-36 bestaan in het weergegeven voorbeeld uit verdikkingen in het kleplichaam 22, terwijl de klepzittingen 37-38 gevormd worden door de aan weerszijden van de wand 26 gelegen randen van de in deze wand 26 aangebrachte doorgang 12. Tussen de sluitorganen 35-36 kunnen uitsparingen 39 in het kleplichaam 22 zijn aangebracht om de doorstroming van vloeistof in de geopende toestand van het ventiel te vergemakkelijken.In the example shown, the closing members 35-36 consist of thickenings in the valve body 22, while the valve seats 37-38 are formed by the edges of the passage 12 arranged in this wall 26 on either side of the wall 26. Between the closing members 35- 36, recesses 39 can be provided in the valve body 22 to facilitate the flow of liquid in the opened state of the valve.

In de uitvoering van figuur 9 wordt het kleplichaam 22 belast door middel van een elastisch element, zoals een beugel 40, dat ervoor zorgt dat het kleplichaam 22 niet loskomt van het drukgevoelige element 17.In the embodiment of figure 9, the valve body 22 is loaded by means of an elastic element, such as a bracket 40, which ensures that the valve body 22 does not separate from the pressure-sensitive element 17.

De werking is grotendeels analoog aan deze van de voornoemde uitvoeringsvormen en wordt hierna stapgewijs beschreven aan de hand van figuren 9 tot 11.The operation is largely analogous to that of the aforementioned embodiments and will be described step by step with reference to Figures 9 to 11.

In figuur 9 bevindt de inrichting 1 zich onder atmosferische omstandigheden. De druk geleverd door het element 17 is hierbij zodanig dat het kleplichaam 22 wordt omhoog gedrukt en een afdichting van de doorgang 12 ontstaat, doordat het sluitorgaan 36 tegen de klepzitting 38 komt te zitten.In Figure 9, the device 1 is under atmospheric conditions. The pressure supplied by the element 17 is hereby such that the valve body 22 is pushed upwards and a seal of the passage 12 is created, because the closing member 36 comes to rest against the valve seat 38.

Wanneer de inrichting 1 is aangebracht in een spuitbus 2 en deze initieel wordt geactiveerd door het via externe weg realiseren van een gasdruk, wordt het drukgevoelige element 17 ingedrukt, wordt het kleplichaam 22 verplaatst en wordt de doorgang 12 afgesloten, in dit geval doordat het sluitorgaan 36 op de klepzitting 37 komt te zitten, zoals weergegeven in figuur 10.When the device 1 is arranged in an aerosol 2 and it is initially activated by realizing a gas pressure externally, the pressure-sensitive element 17 is pressed, the valve body 22 is moved and the passage 12 is closed, in this case by the closing member 36 will sit on the valve seat 37, as shown in Figure 10.

Wanneer de druk in het reservoir 3 van de spuitbus 2 afneemt, doordat product 4 wordt verspoten, daalt ook de druk in de kamer 15, waardoor het drukgevoelige element 17 uitzet en het kleplichaam 22 in een positie komt zoals weergegeven in figuur 11, waardoor het product 8, in dit geval water, via de doorgang 12 in de kamer 15 stroomt, onder toedoen van de druk die in de ruimte 27 heerst en die op dezelfde wijze ontstaat als is beschreven aan de hand van figuur 3.When the pressure in the reservoir 3 of the spray can 2 decreases, because product 4 is sprayed, the pressure in the chamber 15 also decreases, as a result of which the pressure-sensitive element 17 expands and the valve body 22 comes into a position as shown in figure 11, whereby the product 8, in this case water, flows through the passage 12 into the chamber 15 under the pressure of the space 27 which arises in the same manner as described with reference to figure 3.

Doordat het water in contact komt met het mengsel van zuur en zout, gaan één of beide van deze componenten oplossen en gaan zij onderling reageren, waardoor gas ontstaat en een drukverhoging in de kamer 15 en bijgevolg ook in de recipiënt 3 wordt gecreëerd. Bij de toename van deze druk wordt het drukgevoelige element 17 opnieuw samengedrukt en komt, wanneer een bepaalde druk bereikt is, het kleplichaam 22 opnieuw in de stand van figuur 10, waarbij de toevoer van water onderbroken wordt en bijgevolg ook de voornoemde reactie wordt beëindigd.Because the water comes into contact with the mixture of acid and salt, one or both of these components dissolve and react with each other, whereby gas is created and a pressure increase is created in the chamber 15 and consequently also in the container 3. As this pressure increases, the pressure-sensitive element 17 is again compressed and, when a certain pressure is reached, the valve body 22 returns to the position of Figure 10, interrupting the supply of water and thus also terminating the aforementioned reaction.

Aangezien bij bepaalde reacties van deze aard soms water wordt geproduceerd, kan het nodig zijn dat aan het product 9 nog andere stoffen worden toegevoegd, teneinde te voorkomen dat een kettingreactie ontstaat. Dit kan echter eenvoudig worden bepaald uit de betreffende reactievergelijkingen, als ook op proefondervindelijke wijze.Since water is sometimes produced in certain reactions of this nature, it may be necessary to add other substances to product 9 in order to avoid a chain reaction. However, this can be easily determined from the respective reaction equations, as well as experimentally.

Wanneer de inrichting 1 van figuur 9 bedoeld is te worden aangewend in een product 4 dat ook een oplosmiddel vormt voor de componenten waaruit het product 9 is opgebouwd, zullen de uitlaatopeningen 16 worden voorzien van een terugslagklep 30, zoals bijvoorbeeld een elastische band 41. In dat geval moeten wel maatregelen worden getroffen om te verkrijgen dat de kamer 15 onder druk kan worden gezet bij het initieel onder druk plaatsen van het reservoir 3.When the device 1 of figure 9 is intended to be used in a product 4 which also forms a solvent for the components of which the product 9 is built up, the outlet openings 16 will be provided with a non-return valve 30, such as for instance an elastic band 41. In in that case, measures must be taken to ensure that the chamber 15 can be pressurized when the reservoir 3 is initially pressurized.

In figuur 12 is een variante weergegeven waarbij de doorgang 12 gedeeltelijk gevormd wordt door een uitholling 42 in het kleplichaam 22. Deze uitholling 42 geeft uit in de recipiënt 11. In de wand 43 die de uitholling omgeeft is een radiale opening 44 aangebracht die door de verplaatsing van het kleplichaam 22 hetzij gesitueerd wordt tegenover een wanddeel 45, hetzij tegenover een wanddeel 46, hetzij tegenover een opening 47 die uitgeeft in de kamer 15, waarbij in de eerste twee gevallen een afdichting tot stand wordt gebracht. De werking van de uitvoering van figuur 12 is vergelijkbaar met deze van figuur 9.Figure 12 shows a variant in which the passage 12 is partly formed by a recess 42 in the valve body 22. This recess 42 opens into the receptacle 11. In the wall 43 surrounding the recess a radial opening 44 is provided which passes through the displacement of the valve body 22 is either situated opposite a wall part 45, or opposite a wall part 46, or opposite an opening 47 which opens into the chamber 15, whereby in the first two cases a sealing is effected. The operation of the embodiment of figure 12 is comparable to that of figure 9.

In de figuren 13 tot 16 is een uitvoeringsvorm weergegeven waarmee in een eenmalige generatie van gas wordt voorzien. Deze inrichting, die een "One Shot" gasgenerator kan worden genoemd, zorgt ervoor dat halverwege de levensduur van een spuitbus de druk in deze spuitbus opnieuw verhoogd wordt. De druk in de spuitbus is dus niet constant, doch door het feit dat gebruik gemaakt wordt van een drukgevoelig beweegbaar element, zoals een ventiel, wordt wel het voordeel verkregen dat het ogenblik waarop gas wordt bijgegenereerd zeer precies kan worden vastgelegd in functie van de druk in de spuitbus, wat niet het geval is bij de bekende inrichtingen die gebruik maken van een zak met compartimenten waarvan de scheidingswanden door destructie worden verbroken.Figures 13 to 16 show an embodiment with which a one-off generation of gas is provided. This device, which can be called a "One Shot" gas generator, ensures that the pressure in this aerosol is increased again halfway through the life of an aerosol. The pressure in the aerosol can therefore not be constant, but the fact that use is made of a pressure-sensitive movable element, such as a valve, does give the advantage that the moment at which gas is generated can be recorded very precisely in function of the pressure in the aerosol can, which is not the case with the known devices which use a bag with compartments, the partition walls of which are broken by destruction.

Zoals weergegeven in de figuren 13 tot 16 maakt de inrichting 1 gebruik van een bewegingssysteem 48 dat hoofdzakelijk gevormd wordt door een wanddeel 49 in de vorm van een diafragma dat de kamer 15 begrenst en dat mits een bepaald drukverschil kan overgaan van de positie A naar B en omgekeerd.As shown in Figures 13 to 16, the device 1 uses a motion system 48 which is mainly formed by a diaphragm wall part 49 delimiting the chamber 15 and which can change from position A to B provided a certain pressure difference and vice-versa.

Het bewegingssysteem 48 werkt samen met een beweegbaar element waarmee de doorgang 12 kan worden afgesloten, respectievelijk kan worden geopend, dat in dit geval bestaat uit een afsluitelement, zoals een ventiel 50. Dit ventiel 50 vertoont een afsluitgedeelte 51 dat naar onder uit de doorgang 12 kan worden getrokken, doch naar boven toe verhinderd wordt om uit de doorgang 12 te schuiven door middel van een aanslagvormend gedeelte 52.The movement system 48 cooperates with a movable element with which the passage 12 can be closed or opened, which in this case consists of a closing element, such as a valve 50. This valve 50 has a closing section 51 which extends downwards from the passage 12. can be pulled, but is prevented upwards from sliding out of the passage 12 by means of a stop-forming part 52.

Verder zijn in de uitvoeringsvorm van figuren 13 tot 16 koppelmiddelen 53 voorzien die toelaten om het wanddeel 49 aan het ventiel 50 te koppelen. Deze koppelmiddelen 53 bestaan in het weergegeven voorbeeld uit een snapkoppeling, met haakvormige koppeldelen 54 die achter een koppeldeel 55 kunnen aangrijpen.Furthermore, in the embodiment of figures 13 to 16 coupling means 53 are provided which allow to couple the wall part 49 to the valve 50. In the example shown, these coupling means 53 consist of a snap coupling, with hook-shaped coupling parts 54 which can engage behind a coupling part 55.

De werking van de inrichting 1 uit figuren 13 tot 16 is als volgt.The operation of the device 1 of Figures 13 to 16 is as follows.

In een atmosferische omgeving doet zich een toestand voor zoals afgebeeld in figuur 13.In an atmospheric environment, a condition as shown in figure 13 occurs.

Wanneer de spuitbus 2 wordt geactiveerd door ze via externe weg onder druk te zetten, wordt het wanddeel 49 ingedrukt, waardoor de koppeldelen 54 over het koppeldeel 55 worden gedrukt en een toestand ontstaat zoals is afgebeeld in figuur 14.When the aerosol 2 is activated by pressurizing it externally, the wall part 49 is pressed, whereby the coupling parts 54 are pressed over the coupling part 55 and a condition as shown in figure 14 is created.

Door de permeatie van gas in de recipiënt 11, en eventueel in de kamer 15 kan een kleine verschuiving van het kleplichaam 22 optreden, bijvoorbeeld tot in de positie die is afgebeeld in figuur 15.Due to the permeation of gas in the receptacle 11, and possibly in the chamber 15, a small displacement of the valve body 22 can occur, for instance to the position shown in figure 15.

Wanneer tijdens het gebruik van de spuitbus 2 de druk in het reservoir 3 tot een bepaalde waarde is gedaald, die in een praktische uitvoering zodanig gekozen is dat zij ongeveer 3 bar bedraagt, bereikt het afsluitgedeelte 51 een positie waardoor vloeistof uit de recipiënt 11 in de kamer 15 terechtkomt en gas wordt geproduceerd, waardoor uiteindelijk het wanddeel 49 opnieuw naar buiten uitbuigt en de producten 8 en 9 vrij bij elkaar komen. Hierdoor wordt een grote hoeveelheid gas geproduceerd, die dan voldoende is om de volledige hoeveelheid aan product 4 te verstuiven. Het ventiel 50 neemt hierbij een stand in zoals weergegeven in figuur 16.When, during use of the aerosol 2, the pressure in the reservoir 3 has dropped to a certain value, which in a practical embodiment has been chosen to be approximately 3 bar, the closing part 51 reaches a position through which liquid from the container 11 in the chamber 15 and gas is produced, as a result of which the wall part 49 again bends outwards and the products 8 and 9 come together freely. This produces a large amount of gas, which is then sufficient to spray the entire amount of product 4. The valve 50 hereby assumes a position as shown in figure 16.

In figuren 17 en 18 is een variante weergegeven waarbij de doorlaat 12 is voorzien van een door middel van een beweegbaar element 56 wegdrukbare afsluiting 57. Deze afsluiting 57 bestaat uit een afdichtplaatje 58 dat in een zitting 59 vastgeklemd is.Figures 17 and 18 show a variant in which the passage 12 is provided with a closure 57 which can be pushed away by means of a movable element 56. This closure 57 consists of a sealing plate 58 which is clamped in a seat 59.

Het beweegbaar element 56 bestaat uit een klepsteel met een uiteinde 60 waarmee de doorlaat 12 kan worden afgesloten.The movable element 56 consists of a valve stem with an end 60 with which the passage 12 can be closed.

Het onderste uiteinde 61 van de klepsteel werkt samen met een kliksysteem 62 met een gebogen wanddeel 63 dat over een dood punt heen naar binnen, respectievelijk naar buiten, kan worden geklikt.The lower end 61 of the valve stem cooperates with a click system 62 with a curved wall part 63 that can be snapped in and out over a dead center.

De klepsteel wordt centraal gepositioneerd door middel van een uitsparing 64 in het uiteinde 61 die met een vervorming 65 in het wanddeel 63 samenwerkt, alsmede door middel van een rond de klepsteel aanwezig elastisch verbuigbare flens 66 die tot aan de omtrek van de kamer 15 reikt. Deze verbuigbare flens 66 oefent tevens een terugroepkracht uit op de klepsteel wanneer deze laatste in de richting van de doorgang 12 wordt gedrukt.The valve stem is positioned centrally by means of a recess 64 in the end 61 which cooperates with a deformation 65 in the wall part 63, as well as by means of an elastically bendable flange 66 provided around the valve stem which extends to the circumference of the chamber 15. This bendable flange 66 also exerts a recall force on the valve stem when the latter is pressed toward the passage 12.

In een atmosferische omgeving bevindt de inrichting zich in een toestand zoals afgebeeld in figuur 17.In an atmospheric environment, the device is in a state as shown in Figure 17.

Wanneer de inrichting 1 in een spuitbus 2 is aangebracht en via externe weg een druk in deze spuitbus wordt opgebouwd, klikt het wanddeel 6 3 over in een positie zoals afgebeeld in figuur 18. Hierdoor wordt de klepsteel, tegen de kracht van de flens 66 in, omhoog gedrukt en wordt het afdichtplaatje 58 uit de zitting 59 gedrukt. De afsluiting van de doorgang 12 blijft evenwel verzekerd doordat het uiteinde 60 nu de doorgang 12 afsluit.When the device 1 is arranged in an aerosol 2 and a pressure is built up in this aerosol via an external route, the wall part 6 snaps over into a position as shown in figure 18. This causes the valve stem, against the force of the flange 66 , pressed up and the sealing plate 58 is pushed out of the seat 59. The closure of the passage 12 remains ensured, however, because the end 60 now closes the passage 12.

Wanneer, ingevolge het verspuiten van het product 4, de overdruk in het reservoir 3 onder een bepaalde waarde komt, bijvoorbeeld 3 bar, klikt het wanddeel 63 terug in de positie van figuur 17 en komt de klepsteel ook terug in de positie van figuur 17 onder invloed van de kracht uitgeoefend door de flens 66.When, as a result of spraying the product 4, the overpressure in the reservoir 3 falls below a certain value, for example 3 bar, the wall part 63 snaps back into the position of figure 17 and the valve stem also returns into the position of figure 17 below. influence of the force exerted by the flange 66.

Hierdoor stroomt oplosmiddel, bijvoorbeeld water van de recipiënt 11 door de doorgang 12 en door openingen 67 die in de flens 66 zijn aangebracht. Dit oplosmiddel komt zodoende in contact met de componenten van het product 9, waardoor deze zoals voornoemd gaan reageren tot een gas.As a result, solvent, for example water, flows from the container 11 through the passage 12 and through openings 67 which are arranged in the flange 66. This solvent thus comes into contact with the components of the product 9, as a result of which these react as mentioned above to form a gas.

Deze reageren tot dat alle product 8 of 9 is opgebruikt. Hierdoor wordt een drukverhoging in de kamer 15 en het reservoir 3 gecreëerd, waardoor een tweede lading drukgas ter beschikking komt.These respond until all product 8 or 9 has been used up. This creates a pressure increase in the chamber 15 and the reservoir 3, whereby a second load of pressure gas is made available.

In de figuren 19 tot 21 is nog een variante afgebeeld, waarbij gebruik wordt gemaakt van een beweegbaar element, meer speciaal een ventiel 68 met een holle klepsteel 69 met, enerzijds, een ingang 70 die kan samenwerken met de wand 26 en een uitgang 71 die in de kamer 15 uitmondt en die kan worden afgesloten door middel van een beweegbaar wanddeel 63, dat analoog is uitgevoerd als het wanddeel 63 in de uitvoering van figuren 17 en 18.Figures 19 to 21 show another variant, in which use is made of a movable element, more specifically a valve 68 with a hollow valve stem 69 with, on the one hand, an inlet 70 which can cooperate with the wall 26 and an outlet 71 opens into chamber 15 and can be closed by means of a movable wall part 63, which is analogous to the wall part 63 in the embodiment of figures 17 and 18.

In een atmosferische omgeving bevindt deze inrichting 1 zich in een toestand zoals is afgebeeld in figuur 19.In an atmospheric environment, this device 1 is in a state as shown in figure 19.

Bij het onder druk plaatsen van de spuitbus 2 neemt het wanddeel 63 een positie in zoals afgebeeld in figuur 20, waardoor de klepsteel 69 met de ingang 70 in de recipiënt 11 wordt gedrukt. Een doorstroming van vloeistof is echter nog niet mogelijk, daar de uitgang 71 nog afgedicht is.When the aerosol 2 is pressurized, the wall part 63 assumes a position as shown in figure 20, whereby the valve stem 69 with the inlet 70 is pressed into the container 11. However, a flow of liquid is not yet possible, since the outlet 71 is still sealed.

Van zodra de druk in het reservoir 3 onder een bepaalde waarde komt, klikt het wanddeel 63 terug in de positie van figuur 19, waardoor de vloeistof uit de recipiënt 11 via de klepsteel 69 in de kamer 15 kan stromen, met als resultaat dat gas wordt gecreëerd.As soon as the pressure in the reservoir 3 falls below a certain value, the wall part 63 snaps back into the position of figure 19, whereby the liquid from the container 11 can flow through the valve stem 69 into the chamber 15, with the result that gas is created.

In de plaats dat, zoals weergegeven in de uitvoeringsvormen van figuren 13 tot 21, gebruik wordt gemaakt van een beweegbaar element dat bestaat uit een drukgevoelig ventiel dat ervoor zorgt dat de doorgang 12 bij een bepaalde drukdaling geopend wordt en vervolgens open blijft, zal volgens een variante van de uitvinding ook gebruik kunnen worden gemaakt van een beweegbaar element dat door zijn verplaatsing een nog niet aanwezige doorgang gaat vormen. Hierbij wordt in het bijzonder gedacht aan een naald of dergelijke die een perforatie maakt tussen de recipiënt 11 en de kamer 15.Instead of using, as shown in the embodiments of Figures 13 to 21, a movable element consisting of a pressure-sensitive valve which causes passage 12 to open at a given pressure drop and then remain open, according to a variant of the invention, use can also be made of a movable element which, due to its displacement, will form a passage which is not yet present. In particular, this involves a needle or the like making a perforation between the receptacle 11 and the chamber 15.

In de inrichtingen die afgebeeld zijn in de figuren 9 tot 21 kan voor het eerste product 8 in de plaats van een oplosmiddel ook gebruik worden gemaakt van een vloeibaar zuur, terwijl voor het tweede product 9 dan in de plaats van een droog mengsel van een zuur en een zout gebruik kan worden gemaakt van uitsluitend een zout.The devices shown in Figures 9 to 21 may also use a liquid acid for the first product 8 instead of a solvent, while for the second product 9 instead use a dry mixture of an acid and a salt can be made use of only a salt.

Volgens een met weergegeven variante kan de volledige inrichting 1 in een gasdichte uitzetbare zak worden gestoken alvorens ze in het reservoir 3 te installeren. Op deze wijze kan elk contact tussen, enerzijds, het product 4, en anderzijds, de producten 8 en 9 en het gas 10 worden uitgesloten.According to a variant shown, the entire device 1 can be put into a gastight expandable bag before installing it in the reservoir 3. In this way, any contact between, on the one hand, the product 4, and on the other hand, the products 8 and 9 and the gas 10 can be excluded.

De compacte opbouw van de inrichting 1, met slechts één hoeveelheid aan product 8 en één hoeveelheid aan product 9, biedt het voordeel dat met een relatief kleine inrichting 1 toch een grote hoeveelheid gas kan worden geproduceerd, dit in tegenstelling tot de bekende uitvoeringen waarbij de producten in meerdere compartimenten zijn ondergebracht. Door het feit dat gemakkelijk grote hoeveelheden gas kunnen worden gegenereerd, is de uitvinding bijzonder geschikt voor toepassingen waarbij het gas 10 niet alleen aangewend wordt om een druk op het product 4 uit te oefenen, doch zich ook dient te mengen met het te verspuiten product 4, bijvoorbeeld om schuimvorming te veroorzaken in het geval van een te schuimen product. In dat geval zal de inrichting 1 een zodanige hoeveelheid aan te reageren producten 8-9 bevatten dat het gegenereerde gas 10 zowel in staat is de uitdrijving van het product 4 te verzorgen als in staat is om het schuimeffect te leveren.The compact construction of the device 1, with only one amount of product 8 and one amount of product 9, offers the advantage that a relatively small device 1 can still produce a large amount of gas, in contrast to the known embodiments in which the products are placed in several compartments. Due to the fact that large quantities of gas can easily be generated, the invention is particularly suitable for applications in which the gas 10 is not only used to exert a pressure on the product 4, but must also mix with the product 4 to be sprayed , for example to cause foaming in the case of a product to be foamed. In that case, the device 1 will contain an amount of reactable products 8-9 such that the generated gas 10 is capable both of providing the expulsion of the product 4 and of providing the foaming effect.

De voornoemde inrichting 1 kan zowel los in het reservoir 3 worden aangebracht als vast hierin worden gemonteerd. Volgens de uitvinding is de inrichting 1 niet alleen bedoeld voor het gebruik in klassieke spuitbussen, doch zij kan worden toegepast in alle soorten doseercontainers waarbij het te doseren product onder druk naar buiten wordt gedreven.The aforementioned device 1 can be arranged either loosely in the reservoir 3 or fixedly mounted therein. According to the invention, the device 1 is not only intended for use in classic aerosol cans, but it can be used in all kinds of dosing containers in which the product to be dosed is expelled under pressure.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch de voornoemde werkwijze en inrichting kunnen volgens verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.The present invention is by no means limited to the exemplary embodiments described and shown in the figures, but the aforementioned method and device can be realized in different variants without departing from the scope of the invention.

Claims

1 · - Method for generating pressure in an aerosol or the like, in which at least two products (8-9) are brought into contact with each other in such a way that a gas is produced thereby and a gas pressure is thus created, characterized in that the products ( 8-9) are brought together via a passage (12), the passage through this passage (12) being ordered by means of a movable element (18-50-56-68) which is in turn ordered by the gas pressure which is around the decor prevails.

Method according to claim 1, characterized in that the aforementioned products (8-9) are added together progressively, the gas production taking place exactly in function of the amount of gas required to return the gas after each activation of the aerosol (2). restore normal expulsion pressure.

Method according to claim 2, characterized in that the passage of the passage (12) is controlled by means of a pressure-sensitive regulator (13), more particularly a pressure-sensitive valve (18) that responds progressively to the pressure in the aerosol (2) such that the passage (12) is closed each time the pressure in the aerosol (2) has reached a certain value, but is opened again each time when the pressure again falls below the aforementioned value.

Method according to claim 1, characterized in that the passage (12) is initially closed and a permanent passage is created once by means of the movable element (50-56-68), whereby the products (8-9) in question react completely said movable element (50-56-68) providing the opening of the passage (12) when the pressure in the aerosol (2) is reduced to a certain value.

Device for implementing the method of claim 1, characterized in that it consists at least of a container (11) in which a first of said two products is available; a lockable or closed passage (12) through which the first product (8) and the second product (9), by opening the aforementioned passage (12) or by realizing an open passage (12), are in contact with each other can be brought; and a movable element (18-50-56-68) which can be ordered by the pressure surrounding the device (1) and which opens, and optionally closes, the passage (12), respectively making such passage (12).

Device according to claim 5, characterized in that the movable element consists of a valve (18) which forms part of a pressure-sensitive flow regulator (13) and which ensures that the products (8-9) are brought together progressively as gas has to be are produced to keep the pressure constant.

Device according to claim 6, characterized in that the flow regulator (13) is provided with a pressure-sensitive element (17) which commands the valve (18), which consists of a housing (19) with at least one wall in the form of a diaphragm (20-32-33) which moves under the influence of pressure changes in the aerosol (2) and which in turn provides for the movement of the valve (18).

Device according to claim 7, characterized in that the housing (19) is gas-tight and encloses an elastic element (21) which exerts a compressive force on the diaphragm (20), such as a piece of rubber or plastic hose which, when compressed is enclosed in the housing (19).

Device according to any one of claims 6 to 8, characterized in that it is equipped with a pressure-sensitive element (17) and a valve (18) which are designed in such a way that the passage (12) is closed as soon as the pressure is reaches a value greater than or equal to the expulsion pressure of the aerosol (2) for which the device is intended, and is at least also closed at a pressure less than or equal to atmospheric pressure.

Device according to claim 5, characterized in that the movable element consists of a pressure-sensitive element (56) or valve (50-68) which, in the event of a certain pressure drop in the aerosol (2), opens and then remains open. , whereby once again the pressure is increased again. 11. Device as claimed in claim 10, characterized in that it is provided with a movement system (48) and a click system (62), respectively, which, when an initial pressure rise from a first position rises, moves into a second position, and subsequently as a result of a specific pressure drop repositioned or snapped back, thereby bringing the valve (18) into an open position, this movement system (48) or click system (62) mainly consisting of a movable wall part (49-63) of a chamber (15) in which the second product ( 9) is fitted.

Device according to claim 11, characterized in that the movement system (48) interacts with the valve (50) by means of coupling means (53), said coupling means (53) automatically coupling the movement system (48) during the first movement. ) and the valve (50) so that the valve (50) is pulled out of the passage (12) when the motion system (48) moves back. Device according to claim 11, characterized in that the passage (12) is provided with a closure (57) which can be pushed away by means of the movable element (56); that the movable element (56) leaves a first passage (12) in a first position and closes this passage (12) in a second position; and that the movable element (56) is connected to the click system (62) such that, when the pressure is initially increased, this movable element (56) takes place in the passage (12) and presses the closure (57), such that in the event of a certain pressure drop, this movable element (56) is pulled out of the passage (12) by snapping the click system (48) back. Device according to claim 11, characterized in that the click system (62) cooperates with a hollow valve stem with, on the one hand, an inlet (70) which is either closed by sliding the valve stem or communicates with the above-mentioned receptacle (11), and on the other hand, an exit (71) which can be closed by means of a wall part (63) that forms part of the click system (62), whereby this click system (62) ensures that in the initial state both the entrance (70) and the outlet (71) are closed, that when the pressure is initially increased, the valve stem is moved by clicking the click system and the inlet (70) is opened and that when the click system (62) is clicked back, the valve stem remains in the same position and the output (71) is opened.

Device according to claim 5, characterized in that the movable element consists of a pressure-sensitive element which, through its displacement, realizes a passage through which the aforementioned two products (8-9) can come together, such as for instance a needle or the like making a perforation in a room divider.

Device according to any one of claims 5 to 15, characterized in that it comprises means allowing to create an overpressure in the said receptacle (11) of the first product (8), such that this product (8) upon opening of the aforementioned passage (12) is pressed out of the said receptacle (11), these means consisting of pressure-transmitting means, which allow a pressure to be built up in the receptacle (11) using the pressure prevailing outside the receptacle (11) .

Device according to claim 16, characterized in that the pressure-transmitting means are formed by a wall (25) of the container (11), which is made of a material which allows a slow passage of gas when applying a pressure difference.

Device according to any one of claims 5 to 17, characterized in that the second product (9) is housed in a chamber (15) which connects to the aforementioned passage (12) and which is provided with one or more outlet openings (16) , which may be provided with a non-return valve (30).

Device according to any one of claims 5 to 18, characterized in that the first product (8) and the second product (9) are products which themselves react to form a gas.

Device according to any one of claims 5 to 18, characterized in that the first product (8) consists of a solvent and the second product (9) consists of undissolved components which can react with each other to form a gas when said solvent is added thereto. is added.

Device according to any one of claims 5 to 20, characterized in that products (8-9), respectively components, are used which correspond to one or more of the following data: - products (8-9) or components which, when assembled form carbon dioxide; - a first product (8) consisting of an acid in a liquid state, or an acid dissolved in a liquid and a second product (9) consisting of a salt; - a first product (8) or component consisting of citric acid; - a second product (9) or component consisting of calcium carbonate, barium carbonate or sodium bicarbonate; - a second product (9) consisting of a compressed salt block; - a first product (8) consisting of a solvent, such as water, and a second product (9) consisting of a dry composition of a salt and an acid, preferably in the form of a compressed block.

A device for generating pressure in an aerosol, wherein at least two products (8-9) are brought into contact with each other in such a way that a gas is produced thereby and a gas pressure is thus created, characterized in that the first product (8) consists of a solvent and the second product (9) consists of a dry composition of a salt and an acid, preferably in the form of a block of compressed powder.

Aerosol dispenser equipped with a device according to any one of claims 5 to 21, characterized in that the product to be sprayed (4) contained in the aerosol (2) is a foamable product and that the aforementioned device (1 ) contains an amount of reactable products (8-9) such that the generated gas is capable of both expelling the product (4) and providing the foaming effect.