<Desc/Clms Page number 1>
Voederinrichting voor varkens
De uitvinding heeft betrekking op een voederinrichting voor varkens, waarbij het voederen van de dieren plaats heeft volgens het principe van zelfbediening van voermengsels in vloei- bare vorm, respectievelijk met een brijachtige consistentie vanuit onder druk staande buisleidingen.
In het bijzonder in de varkensfokkerij zijn verschillende zelfbedieningsinrichtingen voor voer in vloeibare vorm bekend, waarbij het voer uit centrale buisleidingen of voorraadhouders aan de afzonderlijke aftapinrichtingen wordt toegevoerd.
Het aftappen van voer door het dier geschiedt steeds door het bedienen van een doseer-respectievelijk afsluitelement in de vorm van door veerkracht, druk-, of door het gewicht belaste kleppen, slangklemmen of dergelijke afsluitelementen.
Bij deze inrichtingen, bijvoorbeeld volgens GB-PS 1400736, DE-OS 1507131 of DD-PS 84513, kan echter door verstoppingen, uitzakken en afzetting van voerbestanddelen, vastkleven van de glijen afdichtvlakken of door mechanische slijtage van afgeefmechanismen, een onvoldoende bedrijfszekerheid worden verwacht.
Een ander wezenlijk gebrek van de bekende constructies is de ongestuurde voeruittreding bij bediening van de afgeefmechanismen, hetgeen leidt tot voerverspilling door de dieren en zelfs tot overvulling van de trog.
Ook de instelbare uitvoering van de bedieningsmechanismen, bijvoorbeeld de slaglengte voor een kogelklep volgens DE-GM 80 33 026, heeft in dit opzicht geen uitkomst gebracht.
Enige van de bekende voeafgifte-elementen zijn verder gecompliceerd opgebouwd en als gevolg daarvan constructief kostbaar.
Tegen de zware belastingen tijdens bedrijf in een stal zijn deze inrichtingen niet bestand.
Een portiegewijze voerafgifte wordt gerealiseerd met de voederinrichtingen volgens DE-AS 2225967 en DD-PS 223621. Bij de eerstgenoemde constructie wordt de afgifte van voer echter door de druk in de voertoevoerleidingsbuis automatisch gestuurd, zodat een verschillende voerafgifte afhankelijk van de behoefte van een bepaald dier, niet meer mogelijk is. Beide constructies zijn uitgerust met
<Desc/Clms Page number 2>
technisch ingewikkelde en storingsgevoelige portie-afgiftemechanismen.
Bij gebrekkige functionering wordt te weinig of te veel voer afgegeven.
De inrichting volgens DD-PS 223621 loopt enigszins zwaar zodat deze slechts geschikt is voor dieren met een bepaalde massa.
Door de traagheid van het systeem wordt de doseerbaarheid beïnvloed.
Het doel van de uitvinding is het bij zelfbediening van vloeibaar voer uit onder druk staande buisleidingen, de voerverliezen door ongecontroleerde voeruittreding te verlagen, de technische investering voor het doseermechanisme te verminderen, alsmede de bedrijfszekerheid daarvan te verbeteren en over een lange gebruikstijd te behouden.
Aan de uitvinding ligt derhalve de doelstelling ten grondslag een zelfbedienings-voederinrichting voor varkens te verschaffen met geringe technische kosten en grote betrouwbaarheid, die bij bediening van een element door een dier, een verstoppingsvrij functioneren, een gedoseerde afgifte uit een drukleiding in een trog waarborgt.
Volgens de uitvinding wordt dit doel door een doseermechanisme zodanig bereikt, dat op een stangelement binnen een voervalbuis twee, bij voorkeur kegelvormige, spiegelsymmetrisch met de kegeltoppen naar elkaar toegekeerde afsluitelementen zijn aangebracht. Bij de bovenrand van de voervalbuis is daarmee strokend een ring met een aan de boven-en onderzijde scherpe binnenrand aangebracht, waarvan de binnendiameter kleiner is dan de grootste diameter van de afsluitelementen.
Ten opzichte van deze ring zijn de afsluitelementen zodanig aangebracht, dat het bovenste afsluitelement zieh boven en het onderste afsluitelement zieh onder deze ring bevindt.
Aan het ondereinde van de voervalbuis is een bedieningselement voor de dieren aangebracht, dat met het stangelement in de voervalbuis is verbonden.
Volgens een ander kenmerk van de uitvinding is het bedieningselement afhankelijk van het type voedertrog als ring of als ringsegment, bij voorkeur uit rond materiaal uitgevoerd, zodat het vanaf alle voederplaatsen voor de dieren toegankelijk is.
<Desc/Clms Page number 3>
De verbinding tussen het stangelement en het bedienings- element geschiedt door een dwarsrail, waarvoor in de voervalbuis cor- responderende spleten tegenover elkaar zijn aangebracht.
Voor het geleiden van het bedieningselement alsmede voor het daarmee verbonden stangelement zijn in de voervalbuis bij voor- keur twee bussen aangebracht die vertikaal vrij beweegbare doorns op- nemen, die aan het bedieningselement of aan de dwarsrail zijn be- vestigd.
In de ruststand ligt het bovenste afsluitelement door het eigen gewicht van het gehele bedieningsmechanisme op de bovenste binnenrand van de ring en grendelt aldus de voervalbuis van de trans- portbuis af.
Wordt het bedieningselement voor het aftappen van voer door een dier opgeheven, dan heft zieh ook het bovenste afsluit- element van de ring zodat voer uit de voertransportleiding in de voervalbuis kan stromen. Aangezien het onderste afsluitelement bij deze zelfde bewegingsrichting van het stangelement onmiddellijk daar- op tegen de onderste ringrand aanslaat, wordt de voerstroom weer onderbroken zodat een portiegewijze voerafgifte wordt bereikt. Zodra het bedieningselement door het dier weer wordt losgelaten, beweegt het stangelement door het eigen gewicht en door de druk in de trans- portbuis weer omlaag waarbij opnieuw een portie voer door de afsluit- elementen wordt afgegeven.
Bij elke aanslag van de afsluitelementen tegen de binnenranden van de ring worden voerbestanddelen afge- scheurd, respectievelijk afgesneden, zodat een zeker zelfreinigend effect en een bedrijfszekere functionering van het doseermechanisme wordt bereikt.
Ter verduidelijking van de uitvinding zal, onder ver- wijzing naar de tekening, een uitvoeringsvoorbeeld van de voederinrichting voor varkens worden beschreven. In de tekening is een voer-afgifteelement boven een voedertrog afgebeeld.
Onder een uitloopopening in de transportbuis 1 is met be- hulp van een schroefbeugel 2 een klemschaal 3 bevestigd, waarvan de onderste stomp 4 de voorvalbuis 10 met de ring 5 opneemt.
Op het stangelement 7 in de voervalbuis 10 zijn in het
<Desc/Clms Page number 4>
gebied van de ring 5 twee afsluitelementen 6a en 6b zodanig aangebracht, dat het bovenste afsluitelement 6a zich boven en het onderste afsluitelement 6b zich onder de ring 5 bevindt.
Bij de uitloop van de voervalbuis 10 is het bedieningselement 8 voor de dieren aangebracht, welk element via een dwarsrail 9 met het stangelement 7 is verbonden. Voor de vrije beweging van de dwarsrail 9 zijn in de voervalbuis 10 twee tegenover elkaar gelegen spleten 13 aangebracht. Voor de geleiding van het bedieningselement 8 alsmede van het stangelement 7 zijn aan de voervalbuis 10 twee hulzen 11 aangebracht, die de aan het bedieningselement 8 bevestigde doorns 12 opnemen. Rekening houdend met de fysiologische eigenschappen van varkens alsmede met de soort trog, is het bedieningselement 8 als een ring uit rond materiaal vervaardigd.
Wordt dit element door de dieren bediend, dan wordt via het stangelement 7 het bovenste afsluitelement 6a opgeheven, zodat vloeibaar voedsel in de voervalbuis 10 kan stromen. Nog in dezelfde slagfase wordt het onderste afsluitelement 6b tegen de onderste ringrand gedrukt, zodat slechts een gedefinieerde portie voer kan uittreden. Zodra het ringelement 8 door de dieren weer wordt vrijgegeven, valt het gehele bedieningsmechanisme door het eigen gewicht daarvan in zijn uitgangsstand terug, zodat het bovenste afsluitelement 6a de ringopening opnieuw sluit. Daarbij wordt opnieuw een beperkte portie voedsel in de voervalbuis 10 afgegeven.
Op deze wijze is gewaarborgd, dat steeds slechts een geringe hoeveelheid voedsel de trog bereikt. Door de slagbegrenzing van het stangelement 7 op een voor de voerafgifte begrensde minimale maat wordt gewaarborgd, dat de dieren het doseermechanisme niet in geopende toestand kunnen houden en een vervulling van de trog optreedt. De begrenzing van de voerafname door de dieren tot bepaalde voertijden, kan door een tijdsbesturing van het voederorgaan of door een mechanische vergrendeling van het bedieningselement plaatsvinden.
Door de uitvoering van de binnenkant van de ring 5 met scherpe randen wordt een bedrijfszekere afsluiting bereikt, aangezien voerbestanddelen worden afgescheurd, resp. afgesneden, die anders tot het verstoppen of vastklemmen van het doseermechanisme zouden
<Desc/Clms Page number 5>
kunnen leiden. Voor het vermijden van afzettingen boven het doseermechanisme is dit strokend met de onderste binnenrand van de transportbuis 1 aangebracht zodat steeds een ongehinderde toestroming in de voervalbuis 10 is gewaarborgd.
<Desc / Clms Page number 1>
Feeding equipment for pigs
The invention relates to a feeding device for pigs, wherein the feeding of the animals takes place according to the principle of self-service of feed mixtures in liquid form, respectively with a mash-like consistency from pressurized pipelines.
In particular in pig breeding, various self-service devices for feed in liquid form are known, in which the feed is supplied from central pipelines or storage containers to the individual tapping devices.
The animal is drained of feed always by operating a dosing or closing element in the form of valves, hose clamps or similar closing elements that are subject to spring force, pressure or weight.
In these devices, for example according to GB-PS 1400736, DE-OS 1507131 or DD-PS 84513, insufficient operational reliability can be expected due to blockages, sagging and deposition of feed components, sticking of the sliding sealing surfaces or mechanical wear of dispensing mechanisms.
Another essential shortcoming of the known constructions is the uncontrolled feed exit when operating the dispensing mechanisms, which leads to feed waste by the animals and even to overfilling of the trough.
The adjustable design of the operating mechanisms, for example the stroke length for a ball valve in accordance with DE-GM 80 33 026, has also not brought any results in this respect.
Some of the known feed delivery elements have a further complicated construction and are consequently structurally expensive.
These devices cannot withstand the heavy loads during stable operation.
A portion-wise feed delivery is realized with the feeding devices according to DE-AS 2225967 and DD-PS 223621. However, in the former construction, the delivery of feed is automatically controlled by the pressure in the feed supply pipe, so that a different feed delivery depends on the need of a particular animal. is no longer possible. Both constructions are equipped with
<Desc / Clms Page number 2>
technically complex and failure-prone portion dispensing mechanisms.
In case of faulty functioning, too little or too much feed is delivered.
The device according to DD-PS 223621 is slightly heavy so that it is only suitable for animals of a certain mass.
Due to the slowness of the system, the dosability is affected.
The object of the invention is to reduce feed losses through uncontrolled feed exit in self-service liquid feed from pressurized pipelines, to reduce the technical investment for the dosing mechanism, to improve its reliability and to maintain it over a long operating time.
The object of the invention is therefore based on the provision of a self-service feeding device for pigs with low technical costs and high reliability, which ensures a dosed release from a pressure line in a trough when an element is operated by an animal, in a clogging manner.
According to the invention, this object is achieved by a metering mechanism such that two, preferably cone-shaped, mirror-symmetrical closing elements facing the conical tips are arranged on a rod element within a feed drop tube. A ring with a sharp inner edge at the top and bottom, the inner diameter of which is smaller than the largest diameter of the closing elements, is arranged in a flush manner at the top edge of the feed drop tube.
With respect to this ring, the closing elements are arranged such that the top closing element is above and the bottom closing element is below this ring.
At the bottom end of the feed drop tube, an operating element for the animals is arranged, which is connected to the rod element in the feed fall tube.
According to another feature of the invention, the operating element depends on the type of feed trough as a ring or as a ring segment, preferably made of round material, so that it is accessible to the animals from all feeding places.
<Desc / Clms Page number 3>
The connection between the rod element and the operating element is effected by a transverse rail, for which corresponding gaps are arranged opposite one another in the feed drop tube.
For guiding the actuating element as well as for the rod element connected thereto, preferably two bushings are arranged in the feed drop tube which receive vertically freely movable mandrels, which are attached to the actuating element or to the transverse rail.
In the rest position, the upper closing element rests on the upper inner edge of the ring due to the weight of the entire actuating mechanism and thus locks the feed drop tube off the transport tube.
When the operating element for draining feed by an animal is lifted, the upper sealing element of the ring also lifts, so that feed can flow from the feed transport pipe into the feed drop tube. Since the lower closing element immediately strikes the lower ring edge with the same direction of movement of the rod element, the feed flow is interrupted again so that a portion-wise feed delivery is achieved. As soon as the operating element is released again by the animal, the rod element moves down again by its own weight and by the pressure in the transport tube, whereby a portion of feed is again dispensed by the closing elements.
With each stop of the sealing elements against the inner edges of the ring, feed components are torn off or cut off, so that a certain self-cleaning effect and a reliable functioning of the dosing mechanism is achieved.
To clarify the invention, an exemplary embodiment of the feeding device for pigs will be described with reference to the drawing. The drawing shows a feed dispensing element above a feed trough.
Under a discharge opening in the transport tube 1, a clamping shell 3 is fastened with the aid of a screw bracket 2, the lower stub 4 of which accommodates the incident tube 10 with the ring 5.
On the rod element 7 in the feed drop tube 10 are in the
<Desc / Clms Page number 4>
area of the ring 5, two sealing elements 6a and 6b are arranged such that the upper sealing element 6a is above and the lower sealing element 6b is below the ring 5.
At the outlet of the feed drop tube 10, the operating element 8 for the animals is arranged, which element is connected to the rod element 7 via a transverse rail 9. For the free movement of the cross rail 9, two opposite slits 13 are arranged in the feed drop tube 10. For guiding the operating element 8 as well as the rod element 7, two sleeves 11 are arranged on the feed drop tube 10, which receive the mandrels 12 attached to the operating element 8. Taking into account the physiological properties of pigs as well as the type of trough, the operating element 8 is made as a ring of round material.
When this element is operated by the animals, the upper closing element 6a is lifted via the rod element 7, so that liquid food can flow into the feed drop tube 10. In the same striking phase the lower closing element 6b is pressed against the lower ring edge, so that only a defined portion of feed can escape. As soon as the ring element 8 is released again by the animals, the entire operating mechanism falls back into its starting position due to its own weight, so that the top closing element 6a closes the ring opening again. Thereby again a limited portion of food is delivered into the feed drop tube 10.
In this way it is ensured that only a small amount of food always reaches the trough. The stroke limitation of the rod element 7 to a minimum size limited for the supply of feed ensures that the animals cannot keep the dosing mechanism open and that the trough is filled. The limitation of the feed consumption by the animals to certain feeding times can be effected by a time control of the feed member or by a mechanical locking of the operating element.
By designing the inside of the ring 5 with sharp edges, a reliable closure is achieved, since feed components are torn off, respectively. that would otherwise cause the dosing mechanism to become clogged or jammed
<Desc / Clms Page number 5>
can lead. In order to avoid deposits above the dosing mechanism, this is arranged flush with the lower inner edge of the transport tube 1, so that an unobstructed influx in the feed drop tube 10 is always ensured.