BE1001306A3

BE1001306A3 - Verbeteringen aan klasseermappen.

Info

Publication number: BE1001306A3
Application number: BE8701454A
Authority: BE
Original assignee: Unibind Ltd
Priority date: 1987-12-17
Filing date: 1987-12-17
Publication date: 1989-09-19

Abstract

Verbeteringen aan klasseermappen van het type bestaande uit een eigenlijke kaft (1) met voorblad (5), achterblad (6) en rug (7), enerzijds, en een ringmechanisme (3), beugelmechanisme (18) of dergelijke, anderzijds, daardoor gekenmerkt dat de kaft (1) en het ringmechanisme (3) of beugelmechanisme (18) voorzien zijn van koppelelementen, respectievelijk (2, 4) die toelaten een mechanisme (3), respektievelijk (18), zonder tussenkomst van enig gereedschap te verbinden met een kaft (1).

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Verbeteringen aan klasseermappen. 
 EMI1.1 
 --------------------------------- De huidige uitvinding heeft betrekking op verbeteringen aan klasseermappen, meer speciaal zogenaamde ringmappen, dossiers met beugel, en dergelijke die zowel bij de fabrikant als tijdens de verhandeling ervan via   groothandel   en kleinhandel tot verbruiker, relatief veel plaats innemen omwille van de aanwezigheid, vanaf de fabrikate, van de voornoemde ringmechanismen, beugels of dergelijke die in het algemeen in metaal zijn verwezenlijkt. 



  Tevens is het zo dat volgens de traditionele manier waarop zulke mappen worden aangeboden een zeer grote stock nodig is, teneinde te kunnen voldoen aan de grote verscheidenheid van zulke mappen. 



  Inderdaad is het aantal verschillende kaften of mappen, enerzijds, en het aantal verschillende 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 bevestigingssystemen, anderzijds, zodanig groot dat het aantal kombinatiemogelijkheden niet toelaat deze allen in stock te hebben. 



   Een ander nadeel dat verbonden is aan de huidige manier waarop zulke mappen in de handel worden gebracht i8 dat het eventueel bedrukken ervan steeds. moet geschieden vooraleer de ringmechanismen of dergelijk in de kaft worden bevestigd. Inderdaad is een latere bedrukking zeer lastig en kostbaar. 



  De huidige uitvinding heeft als voorwerp een map, dossier of dergelijke, voor het dragen van een ringmechanisme, beugelmechanisme of dergelijke waarbij de voornoemde en andere nadelen totaal worden vermeden. 



  Tot dit doel wordt volgens de huidige uitvinding, enerzijds, een eigenlijke map in alle mogelijke vormen en afmetingen en, anderzijds, een bevestigingsmechanisme, zoals daar zijn, ringmechanismen, beugels, en dergelijke, afzonderlijk eveneens in alle soorten en afmetingen ter beschikking gesteld van de verbruiker, waarbij slechts op het ogenblik van de aankoop of van het gebruik een bepaalde map, dossier of dergelijke met een bepaald bevestigingsmechanisme wordt gekombineerd om de gewenste map, dossier of dergelijke te bekomen. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 



   Volgens de uitvinding zal de verbinding van een welbepaalde map met een welbepaald mechanisme op eenvoudige wijze kunnen geschieden zonder dat gebruik hoeft gemaakt te worden van welk gereedschap dan ook. 



  De verbeterde map die de voornoemde en andere kenmerken vertoont bestaat hoofdzakelijk uit een eigenlijke kaft met voorblad, achterblad en rug, enerzijds, en een ringmechanisme, beugelmechanisme of dergelijke, anderzijds, daardoor gekenmerkt dat de kaft en het ringmechanisme of beugelmechanisme voorzien zijn van koppelelementen die toelaten een mechanisme zonder tussenkomst van enig gereedschap te verbinden met een kaft. 



  Men verkrijgt aldus een map die op het ogenblik van de aankoop door de verbruiker kan gekozen worden, onafhankelijk van het   eigenlijk bevestigingssysteem,   waardoor de verkoper een groter aanbod heeft met minder voorraad en een kleinere opslagruimte. 



  Inderdaad kunnen de mappen of dergelijke in opengeplooide toestand bewaard worden zodat zij zeer weinig plaats innemen, terwijl de mechanismen op om het even welke wijze in de winkelruimte kunnen uitgestalt zijn, steeds met de bedoeling op eenvoudige wijze en op een kleine plaats een 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 zeer groot aantal kombinatiemogelijkheden van voornoemde mappen te bezitten. 



  Met het   inzicht   de uitvinding beter aan te tonen zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur   1   in perspektief en uiteengenomen de twee hoofd- zakelijke delen weergeeft van een klasseermap volgens de uitvinding ; figuur 2 in opengeplooide toestand een bovenaanzicht weergeeft van een eigenlijke map volgens de uitvinding ; figuur 3 op groter schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn 111-111 in figuur   2 ;   figuur 4 op groter schaal het gedeelte weergeeft dat in figuur 3 door F4 is aangeduid ; figuur 5 een zieht weergeeft volgens pijl F5 in figuur   4 ;    figuur 6 een bovenaanzicht weergeeft van een ringmecha- nisme voorzien van koppelelementen volgens de uitvinding ;

   figuur 7 op groter   schaal   een doorsnede weergeeft volgens lijn VII-VII in figuur   6 ;   figuur 8 op groter schaal het gedeelte weergeeft dat in figuur 7 door F8 is aangeduid ; 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 figuur 9 een zicht weergeeft volgens pijl F9 in figuur   8 ;    figuur 10 een zicht is gelijkaardig aan deze van figuren
7 en 3, doch nadat het betreffende ringmechanisme volgens de uitvinding bevestigd is op een map volgens de figuren   l,   2 of   13 ;   figuur 11 op groter schaal het gedeelte weergeeft dat in figuur 10 door Fll is aangeduid ; figuur 12 in bovenaanzicht een variante weergeeft van figuur 6 ;

   figuur 13 een variante weergeeft van de map volgens figuur   2 ;   figuur 14 een ander ringmechanisme, respektievelijk beugelmechanisme weergeeft, voorzien van een koppelelement volgens de uitvinding ; figuren 15 en 16 varianten weergeven van figuur   4 ;   figuren 17 en 18 varianten weergeven van figuur   11 ;   figuur 19 een zieht weergeeft volgens lijn   XIX-XIX   in figuur 18 ; figuur 20 een uitvoeringsvariante weergeeft van figuur 19 ; figuur 21 nog een uitvoeringsvariante weergeeft van figuur   4 ;   figuur 22 de samenwerking toont van de koppelelementen van de uitvoering volgens figuur 21. 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 



   In figuur   1   is in uiteengenomen zicht, enerzijds, een kaft   1   volgens de uitvinding weergegeven die voorzien is van koppelelementen 2 en, anderzijds een ringmechanisme 3 dat voorzien is van koppelelementen 4 volgens de uitvinding. 



   In figuur 2 is een bovenaanzicht weergegeven van een openplooide kaft volgens de uitvinding die bestaat uit een voorblad 5, een achterblad 6 en een rug 7 en waarbij zowel in de rug 7 als in het achterblad 6 koppelelementen 2 zijn voorzien,   een   en ander zodanig dat, hetzij met de rug 7, hetzij met het achterblad 6, een geschikt ringmechanisme 3 door middel van koppelelementen 4 kan verbonden worden. 



  In de figuren 4 en 5 is een zeer eenvoudige vorm weergegeven van een koppelelement 2. Dit bestaat in deze uitvoering uit een potje 8 dat bij voorkeur cylindrisch is verwezenlijkt en waarvan het cylindrisch deel 9 een hoogte vertoont die gelijk is aan of kleiner is dan de dikte E van de kaft   1   en waarvan de uitwendige afmeting juist past in een overeenstemmende uitsparing 10 in de kaft 1. 



  Een uiteinde van het   pot je 8   wordt gevormd door een bodem 11 waarvan de uitwendige afmeting enigzins groter is dan de betreffende afmeting van de uitsparing 10 waarbij in deze bodem 11 een centraal vervormbaar deel 12 is voorzien dat bestaat uit een centrale opening 13 en vertrekkende 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 vanuit deze opening stervormig geplaatste radiaal naar de buitenomtrek van het potje 8 gerichte gleuven 14. 



   In de figuren 1 en 6 is een ringmechanisme 3 met koppelementen 4 volgens de uitvinding weergegeven waarbij deze koppelelementen in deze uitvoering bestaan uit een eenvoudig paddestoelvormig element waarvan het lichaam 15 bevestigd is onder het ringmechanisme 3 en op zijn vrij uiteinde een bredere kop 16 vertoont. 



  In overeenstemming met het centraal vervormbaar deel of diafragma 12 van het hiervoor beschreven koppelelement 2 vertoont het lichaam 15 van het koppelelement 4 een diameter die enigzins kleiner is dan de opening 13 in de bodem 11 van het potje 8 terwijl de kop 16 van het koppelelement 4 een diameter vertoont die enigzins groter is dan de diameter van voornoemde opening 13. 



  Om een ringmechanisme 3 voorzien van koppelelementen 4 te verbinden met een farde volgens de uitvinding volstaat het de kop 16 van de koppelelementen 4 van zulk ringmechanisme doorheen het centraal vervormbaar deel of diafragma 12 te duwen met de bedoeling het in de stand te brengen zoals weergegeven in figuur 11, waaruit blijkt dat de lippen van het deel 12, na induwen van het koppelelement 4, terugveren achter de kop 16 van dit laatste en aldus deze 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 koppelelementen 4, respektievelijk ringmechanisme 3, verbinden met de overeenstemmende koppelelementen 2 van de farde 1. 



  Zoals reeds hiervoor gezegd kunnen voor deze verbinding, hetzij de koppelelementen 2 voorzien in de rug 7, hetzij de koppelelementen 2 voorzien in het achterblad 6, gebruikt worden waarbij om het even welk soort ringmechanisme kan toegepast worden dat overeenstemt met de breedte van de rug 7. 



  Zulk ringmechanisme kan zowel gevormd worden door een mechanisme met grotere ringen, danwel een mechanisme met een verschillend aantal ringen, danwel een mechanisme met   0-ringen,   D-ringen,   U-ringen   of andere. Een voorbeeld van een mechanisme met een kleiner aantal ringen is weergegeven in figuur 12. 



  Het voornoemd potje 8 zal bij voorkeur in een kunststof worden verwezenlijkt en in de dikte van de   kaft 1   worden bevestigd, afhankelijk van het materiaal van deze bevestigd worden door middel van kleven, klemmen, warmtelassen, enz. 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 De koppelelementen 4 zullen bij voorkeur eveneens in een kunststof worden verwezenlijkt en deel uitmaken van een lat 17 waarop de ringen geschikt zijn bevestigd. 



  In figuur 13 is een kaft   1   weergegeven die zieh onderscheid van de kaft volgens figuur 2 doordat in de rug 7 meerdere koppelelementen 2 zijn voorzien, een en ander zodanig dat met zulke kaft, hetzij een ringmechanisme 3, hetzij een zogenaamd klassiek beugelmechanisme 18 kan samenwerken. 



  In de figuren 15 en 16 zijn varianten weergegeven volgens de uitvoering van figuur 4, waarbij in figuur 15 het open uiteinde van het potje 8 voorzien is van een kraag 19 teneinde aldus de mechanische bevestiging van het potje 8 met de kaft   1   te verbeteren, terwijl in figuur 16 een uitvoering is weergegeven waarbij de bodem 11 een uitwendige diameter vertoont die overeenstemt met de uitwendige diameter van het deel 9, terwijl het vrij open uiteinde van het potje 8 in dit geval voorzien is van een kraag 20. 



  In figuur 17 is een variante weergegeven van figuur 11 waarbij in dit geval de koppelelementen 2 gevormd worden door een potje 8 dat geschikt in de kaft 1 wordt aangebracht en bevestigd, bijvoorbeeld op de wijze zoals 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 hiervoor beschreven. In dit geval is dit potje voorzien van twee kamers of uitsparingen respektievelijk 21-22, met daartussen een wand 23 die een centrale doorgang 24 vertoont. 



  De koppelelementen 4 worden in dit geval gevormd door, enerzijds, een verdikking 25 op de lat 17 die bij voorkeur past in de voornoemde uitsparing 21 van het potje 8 en waarin een blind schroefdraadgat 26 is aangebracht, en, anderzijds, een schroef 27 waarvan de kop 28 zieh in de uitsparing 22 kan plaatsen en die kan samenwerken met het voornoemd blind schroefdraadgat 26 teneinde het ringmechanisme op de kaft te bevestigen. 



  In de figuren 18,19 en 20 zijn nog uitvoeringsvarianten weergegeven waarbij in het potje 8 een sleutelgatvormige opening 29 is voorzien waarmede het paddestoelvormig koppelorgaan 15 en 16 kan samenwerken. 



  In het geval van figuur 19 zal het smal gedeelte van de sleutelgatvorm 29 enigzins konisch zijn uitgevoerd teneinde na inbrengen en verschuiven van het koppelelement 4 in de sleutelgatvom een relatieve klemming te bekomen, terwijl in de uitvoering volgens figuur 20 het tussenliggend gedeelte 30 van de   sleutelgatvormige   opening 29 enigzins smaller is dan de diameter van het gedeelte 15 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 van de koppeling 4 zodat in dit geval als het ware een snapverbinding wordt gevormd. 



   Uiteindelijk is in de figuren 21 en 22 een uitvoering weergegeven waarbij het koppelelement 2 uit twee hoofdzakelijke delen bestaat, respektievelijk 31 en 32 waarvan het eerste geschikt met een cylindrisch gedeelte 33 past in een opening 10 in de kaft   1   en een bodem 34 vertoont waarvan de buitendiameter groter is dan de diameter van de opening 10, terwijl het gedeelte 32 een cylindrisch gedeelte 35 vertoont dat op geschikte wijze kan samenwerken, bijvoorbeeld door klemmen, met het ringvormig gedeelte 34 van het element 31, waarbij het element 32 een bodem 36 vertoont waarvan de buitendiameter groter is dan de diameter van de opening 10 en centraal een vervormbaar gedeelte of diafragma 12 vertoont dat bijvoorbeeld overeenstemt met de uitvoering zoals beschreven in de figuren 4 en 5. 



  Zulk dubbel koppelement 4 heeft als voordeel dat het aan beide zijden van de kaft gesloten is. De delen ervan kunnen vanzelfsprekend   t. o. v.   de kaft en t. o. v. elkaar worden bevestigd door klemmen, kleven, schroeven, ineenklikken, thermolassen en dergelijke. 

 <Desc/Clms Page number 12> 

 



   De bevestiging van een ringmechanisme geschiedt op dezelfde wijze als hiervoor beschreven. 



  Het is duidelijk dat voor het bevestigen van een ringmechanisme 3 of beugelmechanisme 18 met een kaft 1, vanzelfsprekend allerlei andere verbindingen mogelijk zijn die, hetzij losmaakbaar zijn zoals hiervoor beschreven, hetzij een definitieve binding vormen waarbij de voornoemde of andere koppelingen bestendig worden gemaakt, bijvoorbeeld door na de koppeling tussen het koppelelement een druppel lijm of dergelijk aan te brengen. 



  Vanzelfsprekend verkrijgt men op deze wijze een eenvoudige, zonder enig gereedschap te verwezenlijken verbinding tussen om het even welke volgens de uitvinding verwezenlijkte kaft of map met om het even welk volgens de uitvinding verwezenlijkt ringmechanisme of dergelijke. 
 EMI12.1 
 N Het is duidelijk dat de uitvinding niet beperkt is tot de hiervoor beschreven uitvoering. Inderdaad kunnen andere mogelijkheden volgens de uitvinging beoogt worden door, enerzijds, in de kaft en, anderzijds, op het ondervlak van het ringmechanisme of dergelijke samenwerkende delen van klitsluitingen of drukknoopmechanismen of dergelijke te voorzien. 

 <Desc/Clms Page number 13> 

 Opgemerkt wordt nog dat in de hiervoor beschreven uitvoering de vrouwelijke koppelelementen 2 op of in de kaft 1 zijn aangebracht en de mannelijke koppelelementen 4 op of in het mechanisme 3 of 18.

   Niets belet echter zulke vrouwelijke koppelelementen 2 te voorzien op of in een mechanisme 3 of 18 en mannelijke koppelelementen op of in de kaft 1.

Claims

Conclusies. EMI14.1 ----------- 1. - Verbeteringen aan klasseermappen van het type bestaande uit een eigenlijke kaft (l) met voorblad (5), achterblad (6) en rug (7), enerzijds, en een ringmechanisme (3), beugelmechanisme (18) of dergelijke, anderzijds, daardoor gekenmerkt dat de kaft (l) en het ringmechanisme (3) of beugelmechanisme (18) voorzien zijn van koppelelementen, respektievelijk (2, 4) die toelaten een mechanisme (3), respektievelijk (18), zonder tussenkomst van enig gereedschap te verbinden met een kaft (1).

2. - Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat ieder ringmechanisme (3), respektievelijk ieder beugelmechanisme (18) naar ieder uiteinde een koppelelement (4) vertoont.

3.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de rug (7) van een kaft (1) voorzien is naar ieder uiteinde van een koppelelement (2).

4.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de rug (7) van een kaft (1) <Desc/Clms Page number 15> in zijn middendeel voorzien is van twee koppelelementen (2).

5.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat in het achterblad (6) van de kaft naar ieder uiteinde en in de omgeving van de rug, voorzien is van een koppelelement (2).

6.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens een der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat op of in de kaft (l) vrouwelijke koppelelementen (2) en op of in het ring- of beugelmechanisme mannelijke koppelelementen (4) zijn voorzien.

7. - Verbeteringen aan klasseermappen volgens én der conclusies 1 tot 5, daardoor gekenmerkt dat op of in de kaft (1) mannelijke koppelelementen (4) en op of in het ring-of beugelmechanisme vrouwelijke koppelelementen (2) zijn voorzien.

8. - Verbeteringen aan klasseermappen volgens één der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de mannelijke koppelelementen (4) gevormd worden door paddestoelvormige elementen met lichaam (15) en kop (16). <Desc/Clms Page number 16> 9. - Verbeteringen aan klasseermappen volgens een der conclusies 1 tot 7, daardoor gekenmerkt dat de mannelijke koppelelementen gevormd worden door een paddestoelvormig element met van schroefdraad voorzien gedeelte (27) en kop (28) waarbij het schroefdraadgedeelte (27) kan samenwerken met een schroefdraadgat (26) in het ringmechanisme (3, 18), respektievelijk kaft (1).

10.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens een of meer der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de vrouwelijke koppelelementen (2) in hoofdzaak gevormd worden door een vervormbaar deel of diafragma (12).

11. - Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat het diafragma (12) gevormd wordt door een centrale opening waarvan de diameter kleiner is dan de diameter van de kop (16) van een koppelelement (4) waarbij vanuit deze opening (13) stervormig geplaatste radiaal naar buiten gerichte gleuven (14) zijn voorzien.

12.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat het voornoemd vervormbaar gedeelte of diafragma (12) in de bodem (11, 36) van een potje (8, 32) is voorzien. <Desc/Clms Page number 17> 13.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat het potje (8) gevormd wordt door een deel (9) dat juist past in een opening (10) in de EMI17.1 kaft (1) of in de lat (17) van een mechanisme (3) of (18) en dat aan één uiteinde de bodem (11) vertoont waarin het diafragma (12) is voorzien.

14.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat het potje (8) aan zijn tweede uiteinde voorzien is van een kraag (19).

15.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens een of meer voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de bodem (11) een uitwendige afmeting vertoont die groter is dan de afmeting van de voornoemde opening (10).

16.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens één of meer der conclusies 1 to 14, daardoor gekenmerkt dat de bodem (11) een uitwendige afmeting vertoont die gelijk is aan de afmeting van de voornoemde opening (10).

17.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens één der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het potje (8) aan ieder uiteinde een kamer of uitsparing, respektievelijk (21, 22) vertoont, die van elkaar gescheiden zijn door een wand (23), waarbij deze kamers <Desc/Clms Page number 18> (21, 22), respektievelijk als logement dienen voor een verdikking (25) en de kop (28) van een schroef (27) die passeert doorheen de wand (23) en kan samenwerken met een schroefdraadgat (26) in de verdikking (25).

18.-Verbeteringen aan klasseermappen, volgens een der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat een vrouwelijk koppelelement gevormd wordt door een sleutelvormige opening (29).

19.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 18, daardoor gekenmerkt dat de wanden van het smal deel van de opening (29) konvergeren.

20.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 18, daardoor gekenmerkt dat de wanden van het smal deel van de opening (29) overgaan in een breder deel waarvan de afmeting gelijk is aan de afmeting van het lichaam (15) van het mannelijk koppelelement (4).

21.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens een der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat een vrouwelijk koppelelement (2) bestaat uit twee delen (31, 32) die, enerzijds en anderzijds, van de kaft (1), respektievelijk van de lat (7) van een mechanisme (3, 18) kunnen aangebracht worden en met elkaar verbonden worden <Desc/Clms Page number 19> door wrijving, klemming, vastlijmen, schroeven, ineenklikken, thermolassen, enz., waarbij een van deze delen een vervormbaar diafragma (12) vertoont.

22. - Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 21, daardoor gekenmerkt dat het deel (31) gevormd wordt door een bodem (34) waarvan de afmeting groter is dan deze van een opening (10) in kaft (l) of lat (17), met daarop een deel (33) dat juist past in deze opening (10).

23.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens conclusie 21, daardoor gekenmerkt dat bet deel (32), dat in de bodem (36) een diafragma (12) vertoont, gevormd wordt door een gedeelte deel (35) dat kan bevestigd worden op het gedeelte (33) van deel (31) waarbij de bodem (36) van dit deel (32) een afmeting vertoont die groter is dan de afmeting van de voornoemde opening (10).

24.-Verbeteringen aan klasseermappen volgens een der conclusies 1 tot 7, daardoor gekenmerkt dat de mannelijke koppelelementen (4), respektievelijk de vrouwelijke koppelelementen (2), gevormd worden door drukknopen.

25. - Verbeteringen aan klasseermappen volgens één der conclusies 1 tot 7, daardoor gekenmerkt dat de mannelijke koppelelementen (4), respektievelijk de vrouwelijke <Desc/Clms Page number 20> koppelelementen (2) gevormd worden door respektievelijk een van haakjes voorziene en van lussen voorziene delen van een klitsluiting.