NL9402249A

NL9402249A - Ice skate, in particular of the competition type

Info

Publication number: NL9402249A
Application number: NL9402249A
Authority: NL
Inventors: Jacob Havekotte
Original assignee: Jacob Havekotte
Priority date: 1994-12-31
Filing date: 1994-12-31
Publication date: 1996-08-01
Also published as: NL194115B; NL194115C

Abstract

The invention relates to an ice skate, more particularly an ice skate of the competition type. According to the invention, the cross-sectional area of the sliding blade, at least in its central section - located between the front and rear ends of the sliding blade - is at least locally reduced at a short distance from the sliding surface of the blade. <IMAGE>

Description

Korte aanduiding: Ijsschaats, in het bijzonder van het type wedstrijdnoor.Short designation: Ice skate, especially of the competition Norwegian type.

Ondanks het vele wetenschappelijke onderzoek dat de laatste jaren met betrekking tot het fencmeen "schaatsen11 is verricht, bestaan er nog steeds grote onzekerheden t.a.v. de aard van het samenspel tussen ijsoppervlak en het gl ij-ijzer. Bekend en erkend is nochtans dat bepaalde factoren van invloed zijn op het meer of minder gemakkelijk glijden van het glij-ijzer over het ijsoppervlak. Een van deze factoren is de warmteinhoud van het glij-ij zer, welke een positieve invloed op het gl ij vermogen heeft. In de bobsleesport is het daarom gebruikelijk de ijzers direct voorafgaande aan een "run" te verwarmen cm daarmede het glijden van de ijzers te vergemakkelijken.Despite the extensive scientific research that has been carried out in recent years with regard to phenolic skating11, there are still major uncertainties regarding the nature of the interplay between the ice surface and the iron. However, it is known and recognized that certain factors have an influence are more or less easy to slide the iron over the ice surface.One of these factors is the heat content of the iron, which has a positive effect on the sliding ability. irons to be heated immediately prior to a run, thereby facilitating the sliding of the irons.

De uitvinding nu beoogt het gl ij vermogen van een ijsschaats en wel in het bijzonder van een wedstri jdnoor te verbeteren, ervan uitgaande dat bij het glijden van het ijzer over het ijsoppervlak warmteontwikkeling in het schaatsijzer zal plaats vinden.The object of the invention is to improve the sliding ability of an ice skate, in particular of a competition ice skating, assuming that as the iron slides over the ice surface heat will develop in the skate iron.

De door de uitvinding voorgestelde verbetering bestaat daarin, dat tenminste over het middelste gedeelte van de lengte van het glij-ij zer het langsdoorsnede-oppervlak op korte afstand van het gl ij vlak van het ijzer tenminste plaatstelijk is gereduceerd.The improvement proposed by the invention consists in that at least along the middle part of the length of the iron the longitudinal cross-sectional area at a short distance from the iron's sliding plane is reduced at least locally.

De tenminste plaatselijke reductie vein het langsdoorsnedeopper-vlak op een korte afstand van en evenwijdig aan het gl ij vlak van dat gedeelte van de schaatsijzerlengte, dat tijdens het glijden met het ijsoppervlak in contact is, beperkt de warmte-overdracht door geleiding 'door het ijzer. Hierdoor wordt de door het wrijvingsoontact tussen ijsoppervlak en glij-ij zer ontwikkelde warmte langer in het direkt aan het glijvlak grenzende randgedeelte van het glij-ijzer vastgehouden en kamt optimaal ten goede aan het glijvermogen van het glij-ijzer.The at least local reduction of the longitudinal cross-sectional area at a short distance from and parallel to the sliding plane of that portion of the skate length that is in contact with the ice surface during sliding limits the heat transfer by conduction through the iron . As a result, the heat generated by the frictional contact between the ice surface and the iron is retained longer in the edge portion of the iron directly adjacent to the sliding surface and optimally benefits the sliding ability of the iron.

Uit een oogpunt van behoud van sterkte verdient het aanbeveling )de dcxDrsnedeverminderingen uit te voeren als een reeks aan tenminste een zijde in het glij-ijzer aangebrachte uitsparingen.From a strength retention point of view, it is recommended that the DCX cut reductions be made as a series of recesses made on at least one side in the iron.

Voorts zijn de uitsparingen bij voorkeur opgevuld roet een warmte-isolerende kunststof, teneinde een aan de flanken volkomen glad glij-ijzer te behouden en te voorkomen dat het gunstige effect van de ^uitsparingen weer zou worden teniet gedaan door een verhoging van de luchtweerstand door de uitsparingen in de flanken van het glij-ijzer.Furthermore, the recesses are preferably padded with a heat-insulating plastic, in order to retain a perfectly smooth iron on the flanks and to prevent the favorable effect of the recesses from being nullified by an increase in the air resistance by recesses in the flanks of the iron.

Verdere kenmerken en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van een tweetal uitvoeringsvoor-beelden.Further features and advantages of the invention will become apparent from the following description of two exemplary embodiments.

Fig. 1 is een zijaanzicht cp ware grootte van het middelste gedeelte van een in een buisvormige houder of "buis” gevat gl ij-ijzer van een wedstrijdnoor volgens de uitvinding; fig. 2 toont een dwarsdoorsnede op sterk vergrote schaal door het glij-ijzer van de wedstrijdnoor volgens fig. 1, waarbij een gedeelte van de buis is weergegeven; en fig. 3 toont een modificatie van het in fig. 2 getoonde glij- ijzer.Fig. 1 is a full-sized side view of the middle portion of a match rod iron in a tubular holder or "tube" according to the invention, FIG. 2 shows a greatly enlarged cross-section through the sliding iron of the match cord according to Fig. 1, showing part of the tube, and Fig. 3 shows a modification of the skid shown in Fig. 2.

In de tekening is met 1 de buisvormige houder of "buis” aangeduid, die veelal uit metaal of koolstofvezels of dergelijk materiaal bestaat en waarin het glij-ijzer 2 is gevat.In the drawing, 1 denotes the tubular container or "tube", which usually consists of metal or carbon fibers or the like, and in which the sliding iron 2 is contained.

Het zijaanzicht volgens fig. 1 betreft slechts het middelste gedeelte van het glij-ijzer, daar het glijden van de schaats over het ijsoppervlak voornamelijk met dit gedeelte van het glij-ij zer plaats vindt en de maatregelen volgens de uitvinding bij voorkeur tot dit gedeelte van het glij-ij zer beperkt blijven.The side view according to Fig. 1 only concerns the middle part of the iron, since the skate slides over the ice surface mainly with this part of the iron and the measures according to the invention are preferably up to this part of the ice. the slider remains limited.

Met 3 is het glijvlak aangegeven, dat in werkelijkheid volgens een "ronding" met een grote kromtestraal verloopt. Zoals de tekening laat zien, is aan beide zijden een reeks uitsparingen 4 in het glij-ijzer 2 aangebracht, welke plaatselijke dikteverminderingen van het glij-ijzer betekenen.Number 3 indicates the sliding surface, which in reality runs according to a "curve" with a large radius of curvature. As the drawing shows, a series of recesses 4 is provided on both sides in the iron 2, which signify local thickness reductions in the iron.

De uitsparingen 4 zijn aan elke zijde gerangschikt in een rij op korte afstand van en evenwijdig aan het glijvlak 3.The recesses 4 are arranged on each side in a row at a short distance from and parallel to the sliding surface 3.

De uitsparingen hebben een ronde vorm met een grootste diameter van c.a. 2 mm en kunnen met békende bewerkingstechnieken worden aangebracht.The recesses have a round shape with a largest diameter of approx. 2 mm and can be made using known machining techniques.

De afstand van de binnenranden van de uitsparingen 4 tot het glijvlak van het bijv. 1-1,5mm dikke glij-ijzer ligt bij voorkeur tussen 1 en 2 mm, terwijl de "dammen" tussen de uitsparingen 4 ongeveer 1 mm breed kunnen zijn.The distance from the inner edges of the recesses 4 to the sliding surface of the, for example, 1-1.5mm thick iron is preferably between 1 and 2 mm, while the "dams" between the recesses 4 may be about 1 mm wide.

De diepte van de uitsparingen 4 is kleiner dan de dikte van het glij-ijzer zodat zij geen doorgaande gaten vormen. In de uitvoeringsvorm volgens fig. 2 lopen de uitsparingen 4a spits toe en reiken deze tot voorbij de halve gl ij -ij zerdikte. De rijen uitsparingen aan weerszijden van het glij-ijzer liggen daarbij in de hoogterichting t.o.v. elkaar versprongen.The depth of the recesses 4 is less than the thickness of the iron, so that they do not form through holes. In the embodiment of Fig. 2, the recesses 4a taper and extend beyond half the gauge thickness. The rows of recesses on either side of the iron are staggered with respect to each other.

In de uitvoeringsvorm volgens fig. 3 zijn de uitsparingen 4b sferisch van vorm en reiken deze tot minder dan de halve glij-ij zerdikte. In dit geval liggen de uitsparingen aan weerszijden van het glij-ijzer cp dezelfde hoogte t.o.v. het glijvlak 3.In the embodiment of Fig. 3, the recesses 4b are spherical in shape and extend to less than half the thickness of the iron. In this case, the recesses on either side of the sliding iron are at the same height with respect to the sliding surface 3.

In belde uitvoeringsvoorbeelden zijn de uitsparingen opgevuld met een warmte-isolerende kunststof, waardoor de flanken van het glij-ijzer ondanks de uitsparingen toch glad zijn afgewerkt.In ringed embodiments, the recesses are filled with a heat-insulating plastic, so that the flanks of the iron are finished smooth despite the recesses.

Claims

1. Ice skate, in particular of the competition competition type, characterized in that the longitudinal cross-sectional area at a short distance from the sliding surface of the iron is at least locally along at least the middle part of the length of the iron. reduced.

2. Ice skate according to claim 1, characterized in that the cross-sections are formed by a series of recesses arranged on at least one side in the iron.

Uskate according to claim 2, characterized in that the recesses extend over a part of the material thickness of the iron.

The ice skate according to claims 2-3, characterized in that the series of recesses are aligned parallel to the sliding surface of the iron.

5. Ice skate according to claims 2-3, characterized in that the recesses are circular, reaching just over half the thickness of the sliding iron and tapering.

6. Ice skate according to claims 2-3, characterized in that the recesses are circular and extend in depth direction to less than half the thickness of the sliding iron and are spherical in shape.

Ice skate according to claim 5, characterized in that the recesses on both sides of the iron are at the same height with respect to the sliding surface of the iron.

8. Ice skate according to claims 2-7, characterized in that the recesses have an opening diameter of the order of 1-2 times the thickness of the iron, while the spacing of the recesses in a series is of the order the size of the sliding iron thickness and the distance to the sliding surface of the sliding iron is 1-3 times the sliding iron thickness.

9. Ice skate according to claims 1-8, characterized in that the recesses are filled with a heat-insulating plastic.