NL9400627A

NL9400627A - Adjustable support device for supporting a workpiece-feed machine on a workbench

Info

Publication number: NL9400627A
Application number: NL9400627A
Authority: NL
Inventors: Ching-Chi Lin
Original assignee: Ching Chi Lin
Priority date: 1994-04-19
Filing date: 1994-04-19
Publication date: 1995-12-01

Abstract

An adjustable support device is used to support a workpiece-feed machine on a workbench and comprises: a hollow base which is placed on the workbench, and a hollow securing seat which is placed on the workpiece- feed machine. The first and second shafts, which are connected to one another, are respectively attached to a first ball, which is placed in a first position- determining seat on the hollow base, and a second ball, which is placed in a second position-determining seat on the hollow securing seat. The supporting device makes it easier to adjust the position of the workpiece-feed machine with respect to the workbench, in order to correspond to the size and shape of the workpiece and the inclination of the surface of the workpiece which is to be machined.

Description

Instelbare steuninrichting voor bet ondersteunen van een werkstuktoevoermachine op een werktafelAdjustable support device for supporting a workpiece feeding machine on a work table

De uitvinding betreft een werkstuktoevoermachine, in het bijzonder een instelbare steuninrichting voor het ondersteunen van een werkstuktoevoermachine op een werktafel.The invention relates to a workpiece feed machine, in particular an adjustable support device for supporting a workpiece feed machine on a work table.

Teneinde mogelijk te maken, dat een bewerkingsma-chine werkstukken met verschillende vormen en afmetingen machinaal kan bewerken, wordt gewoonlijk een steuninrichting toegepast om een werkstuktoevoermachine instelbaar te ondersteunen op een werktafel om overeen te komen met de afmeting en de vorm van het werkstuk.In order to allow a machine tool to machine workpieces of different shapes and sizes, a support device is usually used to adjust a workpiece feeder on a worktable to match the size and shape of the workpiece.

Een bekende steuninrichting voor het ondersteunen van een werkstuktoevoermachine op een werktafel omvat gewoonlijk een op één hoek van de werktafel geplaatste basis en een op de basis geplaatste staande paal. Aan de staande paal is een koppelstuk verschuifbaar aangebracht. Eén zijde van de koppelstuk is voorzien van een holte, welke aan de binnenzijde is voorzien van schroefdraad. Een draaibare staaf, welke is voorzien van schroefdraad, strekt zich door de holte heen uit met in de aangrijpingszijde schroefdraad en is bedienbaar om een op- of neerwaartse beweging van het koppelstuk langs de staande paal te bewerkstelligen. Het koppelstuk is verder voorzien van een zich in horizontale richting uitstrekkende buisvormige doorgang, waardoorheen een horizontale as kan worden gestoken. Eén zijde van de buisvormige doorgang is uitgevoerd met een inwendige holte, welke van schroefdraad is voorzien. Een draaibare staaf, welke van schroefdraad is voorzien, strekt zich door de holte van de buisvormige doorgang heen uit met in de aangrijpingszijde schroefdraad en is bedienbaar om een voor- of achterwaartse beweging van de horizontale as ten opzichte van het koppelstuk te bewerkstelligen. Aan een distaai einde van de horizontale as is een hellend koppelstuk aangebracht. Het hellend koppelstuk helt neerwaarts onder een hoek van 45° ten opzichte van een horizontaal vlak. De werkstuktoe- voermachine is bevestigd aan de onderkant van het hellend koppelstuk. De onderkant van de werkstuktoevoermachine is op afstand van de werktafel geplaatst om de toevoerbeweging van een werkstuk op de werktafel mogelijk te maken.A known support device for supporting a work piece feeder machine on a work table usually comprises a base placed at one corner of the work table and a standing post placed on the base. A coupling piece is slidably mounted on the standing post. One side of the coupling piece is provided with a cavity, which is threaded on the inside. A rotatable threaded rod extends through the cavity with threads in the engagement side and is operable to effect an up or down movement of the connector along the standing post. The coupling piece is further provided with a horizontally extending tubular passage through which a horizontal axis can be inserted. One side of the tubular passage is provided with an internal cavity which is threaded. A threaded rotatable rod extends through the hollow of the tubular passage with threads threaded into the engagement side and is operable to effect forward or backward movement of the horizontal axis relative to the connector. An inclined coupling piece is arranged at a distal end of the horizontal axis. The inclined coupling is inclined downwards at an angle of 45 ° from a horizontal plane. The workpiece feeder is attached to the bottom of the inclined connector. The bottom of the workpiece feeder is spaced from the worktable to allow the feed movement of a workpiece onto the worktable.

Deze bekende steuninrichting is relatief moeilijk samen te stellen, vanwege het grote aantal onderdelen, dat hiermee gemoeid is. In de bekende steuninrichting wordt een instelstaaf bediend om de koppeling tussen de basis en de staande paal, de koppeling tussen de staande paal en het koppelstuk, de koppeling tussen het koppelstuk en de horizontale as, de koppeling tussen de horizontale as en het hellende koppelstuk, en de koppeling tussen het hellende koppelstuk en de werkstuktoevoermachine losser of vaster te maken. Bovendien is het noodzakelijk de staven met in de aangrijpingszijde schroefdraad te bedienen, als het gewenst is de posities van het koppelstuk en de horizontale as te variëren. Als veranderingen moeten worden aangebracht in het machinaal te bewerken oppervlak van het werkstuk of in de dikte of de breedte van het werkstuk, moet derhalve de instelstaaf worden bediend voordat de staven met in de aangrijpingszijde schroefdraad kunnen worden bediend om de positie van de werkstuktoevoermachine in te stellen, teneinde het de laatste mogelijk te maken stevig tegen het werkstuk te drukken. Nadat de werkstuktoevoermachine is ingesteld op de gewenste positie, wordt de instelstaaf weer bediend om de verscheidene koppelingen vast te maken.This known support device is relatively difficult to assemble because of the large number of parts involved. In the known support device, an adjustment rod is operated around the coupling between the base and the standing pole, the coupling between the standing pole and the coupling piece, the coupling between the coupling piece and the horizontal axis, the coupling between the horizontal axis and the inclined coupling piece, and loosen or tighten the coupling between the inclined coupling piece and the workpiece feeding machine. In addition, it is necessary to operate the bars with threads in the engagement side if it is desired to vary the positions of the coupling and the horizontal axis. Therefore, if changes are to be made to the machined surface of the workpiece or to the thickness or width of the workpiece, the adjustment rod must be actuated before the rods can be threaded into the engagement side to adjust the position of the workpiece feeder. to allow the latter to press firmly against the workpiece. After the workpiece feeder is set to the desired position, the adjustment rod is operated again to tighten the various couplings.

Wanneer het gewenst is het machinaal te bewerken oppervlak van het werkstuk te veranderen, moet de werkstuktoevoermachine worden gedraaid en verschoven, teneinde stevig in contact te staan met het nieuwe oppervlak van het werkstuk. Gewoonlijk moeten ook de posities van het koppelstuk en de horizontale as in overeenstemming hiermee worden gevarieerd, teneinde te verzekeren dat de werkstuktoevoermachine stevig tegen het werkstuk drukt. Het instellen van de bekende steuninrichting is derhalve moeilijk en kan niet gemakkelijk worden uitgevoerd.When it is desired to change the machined surface of the workpiece, the workpiece feeder must be turned and shifted to be in firm contact with the new surface of the workpiece. Ordinarily, the positions of the coupling and horizontal axis must also be varied accordingly to ensure that the workpiece feeder presses firmly against the workpiece. Adjustment of the known support device is therefore difficult and cannot be easily performed.

Derhalve heeft de onderhavige uitvinding als doel een instelbare steuninrichting te verschaffen voor het ondersteunen van een werkstuktoevoermachine op een werktafel, met welke inrichting het instellen van de positie van de werkstuktoevoermachine ten opzichte van de werktafel wordt vergemakkelijkt.Therefore, the present invention has for its object to provide an adjustable support device for supporting a work piece feed machine on a work table, which device facilitates adjustment of the position of the work piece feed machine relative to the work table.

In overeenkomst hiermee wordt de instelbare steun-inrichting volgens de onderhavige uitvinding gebruikt om een werkstuktoevoermachine te ondersteunen op een werktafel en omvat: een holle basis, een eerste en een tweede kogel, een eerste en een tweede drukeenheid, een holle borgzitting en een koppelstuk aan de as. De holle basis is geplaatst op de werktafel en bevat een staande, omringende wand met een bovenkant en een holle eerste plaatsbepalende zitting, welke zich in opwaartse richting uitstrekt vanaf de bovenkant van de omringende wand en welke een open bovenkant heeft met een langs de omtrek gevormde, naar binnen gerichte flens. De eerste kogel is aangebracht in de eerste plaatsbepalende zitting. Van een eerste as is één einde bevestigd aan de eerste kogel en de eerste as steekt door de open bovenkant van de eerste plaatsbepalende zitting. De eerste drukeenheid is aangebracht op de holle basis en kan selectief worden bediend naar een eerste toestand, waarin de eerste drukeenheid de eerste kogel zodanig duwt, dat deze stevig in contact staat met de langs de omtrek van de eerste plaatsbepalende zitting gevormde naar binnen gerichte flens om draaiing van de eerste kogel ten opzichte van de eerste plaatsbepalende zitting te beperken, en naar een tweede toestand, waarin de eerste drukeenheid ophoudt de eerste kogel naar de langs de omtrek van de eerste plaatsbepalende zitting gevormde, naar binnen gerichte flens te duwen om draaiing van de eerste kogel ten opzichte van de eerste plaatsbepalende zitting mogelijk te maken. De holle borgzitting is aangebracht op de werkstuktoevoermachine. De borgzitting sluit een horizontaal gericht doorgaand gat in en is voorzien van een holle tweede plaatsbepalende zitting, welke zich uitstrekt vanaf de borgzitting aan één einde van het doorgaande gat en is voorzien van een distaai open einde, welke is gevormd met een naar binnen gerichte flens langs de omtrek. De tweede kogel is aangebracht in de tweede plaats- bepalende zitting. Een tweede as is aan één zijde bevestigd aan de tweede kogel en strekt zich uit door het distale open einde van de tweede plaatsbepalende zitting heen. De tweede drukeenheid is aangebracht op de holle borgzitting en is selectief bedienbaar naar een eerste toestand, waarin de tweede drukeenheid de tweede kogel zodanig duwt, dat deze stevig in contact staat met de langs de omtrek gevormde, naar binnen gerichte flens van de tweede plaatsbepalende zitting om draaiing van de tweede kogel ten opzichte van de tweede plaatsbepalende zitting te beperken, en naar een tweede toestand, waarin de tweede drukeenheid ophoudt de tweede kogel naar de langs de omtrek gevormde, naar binnen gerichte flens van de tweede plaatsbepalende zitting te duwen om draaiing van de tweede kogel ten opzichte van de tweede plaatsbepalende zitting mogelijk te maken. Het koppelstuk van de as bevat: een paar elkaar aanvullende bovenen onderplaten, welke een paar parallelle kanalen insluiten wanneer deze platen op elkaar zijn geplaatst; en een bevestigingsmiddel om de boven- en onderplaten aan elkaar te bevestigen. De eerste en de tweede as strekken zich uit in een afzonderlijk kanaal en worden hierin vastgeklemd.Accordingly, the adjustable support device of the present invention is used to support a work piece feeder machine on a work table and includes: a hollow base, a first and a second ball, a first and a second pressure unit, a hollow lock seat and a connector on the axis. The hollow base is placed on the work table and includes a standing, surrounding wall with a top and a hollow first locating seat, which extends upwardly from the top of the surrounding wall and which has an open top with a circumferentially formed , inwardly facing flange. The first ball is arranged in the first locating seat. One end of a first shaft is attached to the first ball and the first shaft protrudes through the open top of the first locating seat. The first pressure unit is mounted on the hollow base and can be selectively operated to a first state, wherein the first pressure unit pushes the first ball so that it is in firm contact with the inwardly directed flange formed along the circumference of the first locating seat to limit rotation of the first ball relative to the first locating seat, and to a second state, in which the first pressure unit ceases to push the first ball toward the inwardly directed flange formed along the circumference of the first locating seat of the first ball relative to the first locating seat. The hollow locking seat is fitted to the workpiece feeder. The locking seat encloses a horizontally oriented through hole and is provided with a hollow second locating seat which extends from the locking seat at one end of the through hole and has a distally open end formed with an inwardly facing flange along the perimeter. The second ball is arranged in the second locating seat. A second shaft is attached to the second ball on one side and extends through the distal open end of the second locating seat. The second pressure unit is mounted on the hollow locking seat and is selectively operable to a first state, in which the second pressure unit pushes the second ball so that it is in firm contact with the circumferentially inwardly directed flange of the second locating seat to limit rotation of the second ball relative to the second locating seat, and to a second state, wherein the second pressure unit ceases to push the second ball toward the circumferentially formed inwardly flange of the second locating seat for rotation of the second ball relative to the second locating seat. The shaft coupler includes: a pair of complementary top and bottom plates, which enclose a pair of parallel channels when these plates are placed on top of each other; and a fastener for securing the top and bottom plates together. The first and second axes extend in a separate channel and are clamped therein.

Andere eigenschappen en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen duidelijk worden gemaakt aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van de voorkeursuitvoeringsvorm, waarbij wordt gerefereerd aan de bijgaande tekeningen, waarin: fig. 1 een explosie-aanzicht toont van de voorkeursuitvoeringsvorm van een instelbare steuninrichting volgens de onderhavige uitvinding; fig. 2 schematisch en gedeeltelijk in doorsnede een aanzicht toont van de voorkeursuitvoeringsvorm om de samenstelling hiervan weer te geven; fig. 3 weergeeft op welke wijze de voorkeursuitvoeringsvorm wordt bediend om de hoek van de hierop ondersteunde, werkstuktoevoermachine te variëren; fig. 4 weergeeft op welke wijze de voorkeursuitvoeringsvorm wordt bediend om de hoogte van de werkstuktoevoermachine te variëren; fig. 5 weergeeft op welke wijze de voorkeursuit-voeringsvorm wordt bediend om de plaats van de werkstuktoe-voermachine te variëren, teneinde overeen te komen met veranderingen in het oppervlak van het machinaal te bewerken werkstuk; en fig. 6 een perspectivisch aanzicht van de voorkeursuitvoeringsvorm toont.Other features and advantages of the present invention will be made apparent from the following detailed description of the preferred embodiment, referring to the accompanying drawings, in which: Fig. 1 shows an exploded view of the preferred embodiment of an adjustable support device according to the present invention; Fig. 2 is a schematic, partial cross-sectional view of the preferred embodiment to illustrate its composition; FIG. 3 illustrates how the preferred embodiment is operated to vary the angle of the workpiece feed machine supported thereon; FIG. 4 illustrates how the preferred embodiment is operated to vary the height of the workpiece feeding machine; FIG. 5 illustrates how the preferred embodiment is operated to vary the location of the workpiece feeding machine to correspond to changes in the surface of the workpiece to be machined; and Fig. 6 shows a perspective view of the preferred embodiment.

In de figuren 1 en 2 is getoond, dat de voorkeurs-uitvoeringsvorm van een instelbare steuninrichting volgens de onderhavige uitvinding is geplaatst op een werktafel 120 en dient om een werkstuktoevoermachine 100 hierop te ondersteunen. De instelbare steuninrichting omvat: een holle basis 10; een holle eerste plaatsbepalende zitting 20; een eerste kogel 30; een eerste drukeenheid, welke wordt gevormd door een eerste drukstuk 40 en een eerste hendel 50; een koppelstuk van de as 60; een tweede kogel 70; een holle tweede plaatsbepalende zitting 80; en een tweede drukeenheid, welke wordt gevormd door een tweede drukstuk 90; en een tweede hendel 110.Figures 1 and 2 show that the preferred embodiment of an adjustable support device according to the present invention is placed on a work table 120 and serves to support a work piece feed machine 100 thereon. The adjustable support device includes: a hollow base 10; a hollow first locating seat 20; a first bullet 30; a first pressure unit, which is formed by a first pressure piece 40 and a first handle 50; a coupling piece of the shaft 60; a second ball 70; a hollow second locating seat 80; and a second printing unit, which is formed by a second printing piece 90; and a second handle 110.

De holle basis 10 bevat een door middel van bouten lil op de werktafel 120 bevestigde bodemplaat 11, en een staande cilindervormige omringende wand 12, welke is geplaatst boven de bodemplaat 11 en hiermee één geheel vormend is verbonden door middel van drie met tussenruimte geplaatste benen 121. De omringende wand 12 sluit een holle ruimte 13 in, welke toegankelijk is via een open bovenkant hiervan. De omringende wand 12 is uitgevoerd met een radiaal naar binnen gerichte flens 14 aan de open bovenkant, een radiaal doorgaand gat 15 en een radiaal, van schroefdraad voorzien gat 16, welke langs de diameter van de cilinder tegenover het radiaal doorgaande gat 15 is aangebracht.The hollow base 10 includes a base plate 11 secured by bolts 11 to the work table 120, and a standing cylindrical surrounding wall 12, which is positioned above the base plate 11 and integrally connected thereto by means of three spaced legs 121 The surrounding wall 12 encloses a hollow space 13 which is accessible through an open top thereof. The surrounding wall 12 is formed with a radially inwardly directed flange 14 at the open top, a radial through hole 15 and a radial threaded hole 16 which is provided along the diameter of the cylinder opposite the radially through hole 15.

De werkstuktoevoermachine 100 is zodanig aangebracht op een werktafel 120, dat een drukrol 101 aan de onderkant hiervan stevig tegen een werkstuk 120a op de werktafel 120 drukt. De werkstuktoevoermachine 100 is aan de bovenkant voorzien van een holle borgzitting 102. De borg-zitting 102 sluit een horizontaal gericht doorgaand gat 103 in en is voorzien van: een radiaal naar binnen gerichte flens 104, welke uitsteekt vanaf één einde van het doorgaande gat 103; een radiaal doorgaand gat 105; en een radiaal van schroefdraad voorzien gat 106, welke langs de diameter tegenover het radiaal doorgaande gat 105 is aangebracht.The workpiece feeding machine 100 is mounted on a worktable 120 such that a pressure roller 101 at its bottom firmly presses against a workpiece 120a on the worktable 120. The workpiece feeder 100 is provided with a hollow locking seat 102 at the top. The locking seat 102 encloses a horizontally oriented through hole 103 and includes: a radially inwardly directed flange 104 protruding from one end of the through hole 103 ; a radially through hole 105; and a radially threaded hole 106 arranged along the diameter opposite radially through hole 105.

De eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 bevatten een hol cilindervormig lichaam 22, 82, waarvan een eerste einde is uitgevoerd met een radiaal naar buiten gerichte flens 21, 81 en een tweede einde is uitgevoerd met een zich axiaal uitstrekkende inkeping 26, 86. Het cilindervormige lichaam 22 wordt in de holle ruimte 13 van de omringende wand 12 geplaatst via een open onderkant van deze laatste en strekt zich zodanig passend uit door de open bovenkant van de omringende wand 12 heen, dat de radiaal naar buiten gerichte flens 21 nauw is geplaatst tegen de radiaal naar binnen gerichte flens 14. Het cilindervormige lichaam 82 is geplaatst in het doorgaande gat 103 van de borgzitting 102 en strekt zich zodanig passend uit door één einde van het doorgaande gat 103 heen, dat de radiaal naar buiten gerichte flens 81 nauw is geplaatst tegen de radiaal naar binnen gerichte flens 104. De cilindervormige lichamen 22, 82 sluiten elk een holle ruimte 23, 83 in en zijn voorzien van een naar binnen gerichte flens 24, 84 langs de omtrek van het tweede einde hiervan.The first and second locating seats 20, 80 include a hollow cylindrical body 22, 82, a first end of which is formed with a radially outwardly directed flange 21, 81, and a second end is of an axially extending notch 26, 86 The cylindrical body 22 is placed in the hollow space 13 of the surrounding wall 12 through an open bottom of the latter and extends through the open top of the surrounding wall 12 so that the radially outwardly directed flange 21 closely is placed against the radially inwardly directed flange 14. The cylindrical body 82 is placed in the through hole 103 of the retaining seat 102 and extends through one end of the through hole 103 so that the radially outwardly directed flange 81 is closely placed against the radially inwardly directed flange 104. The cylindrical bodies 22, 82 each enclose a hollow space 23, 83 and are provided with a inwardly directed flange 24, 84 along the periphery of the second end thereof.

De eerste kogel 30 is aangebracht in de holle ruimte 23 van de eerste plaatsbepalende zitting 20 en is bevestigd aan één einde van een hexagonale eerste as 31. De hexagonale eerste as 31 strekt zich uit door het tweede einde van de eerste plaatsbepalende zitting 20 heen en kan door de inkeping 26 hiervan worden gestoken.The first ball 30 is disposed in the hollow space 23 of the first locating seat 20 and is attached to one end of a hexagonal first axis 31. The hexagonal first axis 31 extends through the second end of the first locating seat 20 and can be inserted through the notch 26 thereof.

De tweede kogel 70 is aangebracht in de holle ruimte 83 van de tweede plaatsbepalende zitting 80 en is bevestigd aan één einde van een hexagonale tweede as 71. De hexagonale tweede as 71 is voorzien van een gebogen eindge-deelte 711, en vormt hiermee een hoek van 45°. De hexagonale tweede as 71 strekt zich uit door het tweede einde van de tweede plaatsbepalende zitting 80 heen en kan door de inkeping 86 hiervan worden gestoken.The second ball 70 is disposed in the hollow space 83 of the second locating seat 80 and is attached to one end of a hexagonal second shaft 71. The hexagonal second shaft 71 includes a curved end portion 711, thereby forming an angle of 45 °. The hexagonal second shaft 71 extends through the second end of the second locating seat 80 and may be inserted through the notch 86 thereof.

Het eerste en het tweede drukstuk 40, 90 zijn beide uitgevoerd als een ringvormig onderdeel en strekken zich uit in de holle ruimte 23, 83 van respectievelijk de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80. Het eerste en het tweede drukstuk 40, 90 sluiten elk een holle ruimte 41, 91 in en zijn elk voorzien van: een eerste einde, welke nauw is geplaatst tegen de eerste, respectievelijk de tweede kogel 30, 70 in de eerste, respectievelijk de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80; en een taps toelopend tweede einde met hellende binnen- en buitenoppervlakken 42, 92, 43, 93.The first and second gland 40, 90 are both formed as an annular member and extend into the hollow space 23, 83 of the first and second locating seats 20, 80, respectively. The first and second gland 40, 90 close each into a hollow space 41, 91 and each includes: a first end which is placed closely against the first and second balls 30, 70, respectively, in the first and second locating seats 20, 80; and a tapered second end with inclined inner and outer surfaces 42, 92, 43, 93.

De eerste en de tweede hendel 50, 110 bevatten beide: een eerste staafgedeelte 52, 112, welke beide zijn voorzien van een taps toelopende voorkant 521, 1121; en een tweede staafgedeelte 511, 115, welke zich beide axiaal uitstrekken vanaf de taps toelopende voorkant 521, 1121 van elk eerste staafgedeelte 52, 112 en welke een kleinere diameter hebben dan het eerste staafgedeelte 52, 112. De tweede staafgedeelten 511, 115 hebben elk een van schroefdraad voorzien distaai einde 51, 111 en zijn voorzien van een radiaal naar buiten gericht uitstekend deel 54, 114 voor het distale einde 51, 111. Beide radiaal naar buiten gerichte uitstekende delen 54, 114 zijn uitgevoerd met een taps toelopende voorzijde 541, 1141, welke zijn gericht naar de distale einden 51, 111, welke elk van schroefdraad zijn voorzien. De eerste staafgedeelten 52, 112 steken elk draaibaar door het radiale doorgaande gat 15, 105 van respectievelijk de omringende wand 12 van de holle basis 10 en de borgzitting 102, terwijl de tweede staafgedeelten 511, 115 zich elk uitstrekken tot in het radiaal aangebrachte, van schroefdraad voorziene gat 16, 106 van respectievelijk de omringende wand 12 van de holle basis 10 en de borgzitting 102. Elk hellende buitenste oppervlak 43, 93 van het taps toelopende tweede einde van het eerste en het tweede drukstuk 40, 90 rust op de taps toelopende voorkant 521, 1121 van het eerste staafgedeelte 52, 112 van respectievelijk de eerste en de tweede hendel 50, 110, terwijl elk hellende binnenste oppervlak 42, 92 hiervan rust op de taps toelo- pende voorzijde 541, 1141 van het radiaal naar buiten gerichte uitstekende deel 54, 114 op respectievelijk de eerste en de tweede hendel 50, 110. Elk eerste staafgedeelte 52, 112 heeft verder een achterkant met een handvat 53, 113, welke elk loodrecht hierop is aangebracht.The first and second handles 50, 110 both include: a first bar portion 52, 112, both of which include a tapered front 521, 1121; and a second bar portion 511, 115, both of which extend axially from the tapered front 521, 1121 of each first bar portion 52, 112 and which have a smaller diameter than the first bar portion 52, 112. The second bar portions 511, 115 each a threaded distal end 51, 111 and provided with a radially outwardly projecting portion 54, 114 for the distal end 51, 111. Both radially outwardly projecting portions 54, 114 are formed with a tapered front 541, 1141, which face the distal ends 51, 111, each of which is threaded. The first bar portions 52, 112 each rotatably pass through the radial through hole 15, 105 of the surrounding wall 12 of the hollow base 10 and the locking seat 102, respectively, while the second bar portions 511, 115 each extend into the radially disposed threaded hole 16, 106 of the surrounding wall 12 of the hollow base 10 and the securing seat 102, respectively. Each inclined outer surface 43, 93 of the tapered second end of the first and second thrust pieces 40, 90 rests on the tapered front 521, 1121 of the first bar portion 52, 112 of the first and second handles 50, 110, respectively, while each inclined inner surface 42, 92 thereof rests on the tapered front 541, 1141 of the radially outwardly projecting parts 54, 114 on the first and second handles 50, 110, respectively. Each first bar portion 52, 112 further has a back with a handle 53, 113, each of which is perpendicular is applied to it.

Het koppelstuk 60 van de as bevat een paar elkaar aanvullende onder- en bovenplaten 61, 62, welke een paar parallelle kanalen 63, 64 insluiten, wanneer deze platen op elkaar zijn geplaatst. De onderplaat 61 is uitgevoerd met een van schroefdraad voorzien gat 611, welke op één lijn is aangebracht met een doorgaand gat 621 in de bovenplaat 62.The shaft coupler 60 includes a pair of complementary bottom and top plates 61, 62 which enclose a pair of parallel channels 63, 64 when these plates are placed one on top of the other. The bottom plate 61 is formed with a threaded hole 611 aligned with a through hole 621 in the top plate 62.

De eerste as 31 en het gebogen eindgedeelte 711 van de tweede as 71 strekken zich elk uit in respectievelijk de kanalen 63, 64 en worden hierin vastgeklemd met behulp van een schroef 65, welke zich door het doorgaande gat 621 uitstrekt en koppelt in het van schroefdraad voorziene gat 611, teneinde de boven- en de onderplaten 61, 62 aan elkaar vast te maken.The first shaft 31 and the curved end portion 711 of the second shaft 71 each extend into the channels 63, 64, respectively, and are clamped therein by a screw 65, which extends through the through hole 621 and couples into the thread hole 611 provided to secure the top and bottom plates 61, 62 together.

De werking van de voorkeursuitvoeringsvorm wordt als volgt beschreven:The operation of the preferred embodiment is described as follows:

In fig. 2 is getoond, dat de drukrol 101 van de werkstuktoevoermachine 100 stevig tegen het werkstuk 120a op de werktafel 120 drukt. Wanneer de eerste en de tweede hendel 50, 110 zodanig worden gedraaid, dat de taps toelopende voorkanten 521, 1121 en de taps toelopende voorzijden 541, 1141 naar de radiaal, van schroefdraad voorziene gaten 16, 106 bewegen, bewegen het eerste en het tweede drukstuk 40, 90 enigszins omhoog als gevolg van het contact tussen de taps toelopende tweede einden van het eerste en het tweede drukstuk 40, 90, de taps toelopende voorkanten 521, 1121 en de taps toelopende voorzijden 541, 1141, waardoor de eerste en de tweede kogel 30, 70 stevig tegen de naar binnen gerichte flens 24, 28 langs de omtrek van respectievelijk de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 worden geduwd. Draaiing van de eerste en de tweede kogel 30, 70 ten opzichte van respectievelijk de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 is in dit stadium beperkt. Wanneer de drukrol 101 van de werkstuktoevoermachine 100 draait, be- weegt het werkstuk 120a langs de werktafel 120 om aan te vangen met het machinaal bewerken hiervan.In Fig. 2, it is shown that the pressure roller 101 of the workpiece feeding machine 100 presses firmly against the workpiece 120a on the worktable 120. When the first and second levers 50, 110 are rotated such that the tapered fronts 521, 1121 and the tapered fronts 541, 1141 move toward the radially threaded holes 16, 106, the first and second thrust pieces move 40, 90 slightly upward due to the contact between the tapered second ends of the first and second gusset 40, 90, the tapered fronts 521, 1121, and the tapered fronts 541, 1141, leaving the first and second balls 30, 70 are pressed firmly against the inwardly directed flange 24, 28 along the circumference of the first and second locating seats 20, 80, respectively. Rotation of the first and second balls 30, 70 relative to the first and second locating seats 20, 80, respectively, is limited at this stage. As the pressure roller 101 of the workpiece feeding machine 100 rotates, the workpiece 120a moves along the worktable 120 to begin machining thereof.

In fig. 3 is te zien, dat de eerste en de tweede hendel 50, 110 worden gedraaid, wanneer het gewenst is een werkstuk 120b met een hellend oppervlak machinaal te bewerken, zodat het eerste en het tweede drukstuk 40, 90 niet langer de eerste en de tweede kogel 30, 70 naar de naar binnen gerichte flens 24, 84 langs de omtrek van respectievelijk de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 duwen. Draaiing van de eerste en de tweede kogel 30, 70 ten opzichte van respectievelijk de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 is in dit stadium mogelijk. Hierbij wordt opgemerkt, dat de eerste kogel 30, de eerste as 31, het koppelstuk van de as 60, de tweede as 71 en de tweede kogel 70 een eenheid vormen. Indien wordt aangenomen, dat de tweede kogel 70 een stationair voorwerp is, kan de werkstuk-toevoermachine 100 rond de tweede kogel 70 worden gezwenkt, zodat de drukrol 101 in een hellende positie kan worden gebracht om stevig contact met het hellende oppervlak van het werkstuk 120b mogelijk te maken. Als gevolg van de verandering in de positie van de werkstuktoevoermachine 100, wordt de positie van de een geheel vormende eenheid, welke bestaat uit de eerste kogel 30, de eerste as 31, het koppelstuk 60 van de as, de tweede as 71 en de tweede kogel 70, ten opzichte van de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 automatisch ingesteld. In dit stadium kunnen de eerste en de tweede hendel 50, 110 in de tegenovergestelde richting worden gedraaid, zodat de eerste en de tweede kogel 30, 70 stevig in contact komen te staan met de naar binnen gerichte flenzen 24, 84 langs de omtrek van respectievelijk de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80. Onder deze omstandigheden is de werkstuktoevoermachine 100 nu in 'staat het werkstuk 120b stabiel langs de werktafel 120 te bewegen.In Fig. 3, it can be seen that the first and second levers 50, 110 are rotated when it is desired to machine a workpiece 120b with an inclined surface, so that the first and second thrust pieces 40, 90 are no longer the first and pushing the second ball 30, 70 toward the inwardly directed flange 24, 84 along the circumference of the first and second locating seats 20, 80, respectively. Rotation of the first and second balls 30, 70 relative to the first and second locating seats 20, 80, respectively, is possible at this stage. It is noted here that the first ball 30, the first shaft 31, the coupling of the shaft 60, the second shaft 71 and the second ball 70 form a unit. If the second ball 70 is assumed to be a stationary object, the workpiece feeding machine 100 may be pivoted about the second ball 70 so that the pressure roller 101 can be brought into an inclined position to provide firm contact with the inclined surface of the workpiece 120b. possible. Due to the change in the position of the workpiece feeding machine 100, the position of the unitary unit consisting of the first ball 30, the first shaft 31, the shaft coupling piece 60, the second shaft 71 and the second ball 70, automatically adjusted relative to the first and second locating seats 20, 80. At this stage, the first and second handles 50, 110 can be rotated in the opposite direction, so that the first and second balls 30, 70 come into firm contact with the inwardly directed flanges 24, 84 along the circumference of respectively the first and second locating seats 20, 80. Under these conditions, the workpiece feeding machine 100 is now able to stably move the workpiece 120b along the worktable 120.

In fig. 4 is te zien, dat de eerste en tweede hendel 50, 110 worden bediend, wanneer het gewenst is een dikker werkstuk 120c machinaal te bewerken, om beweging van de eerste en de tweede kogel 30, 70 ten opzichte van de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 mogelijk te maken. De werkstuktoevoermachine 100 wordt vervolgens omhoog gebracht, zodat de drukrol 101 stevig tegen het bovenste oppervlak van het werkstuk 120c kan drukken. Als gevolg van de verandering in de positie van de werkstuktoevoermachine 100 wordt de positie van de een geheel vormende eenheid, welke bestaat uit de eerste kogel 30, de eerste as 31, het koppelstuk 60 van de as, de tweede as 71 en de tweede kogel 70, ten opzichte van de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 automatisch ingesteld. In dit stadium kunnen de eerste en de tweede hendel 50, 110 worden bediend om een ongewenste draaiing van de eerste en de tweede kogel 30, 70 te voorkomen, om het de werkstuktoevoermachine 100 mogelijk te maken, het werkstuk 120c stabiel langs de werktafel 120 te bewegen.In Fig. 4, it can be seen that the first and second levers 50, 110 are actuated when it is desired to machine a thicker workpiece 120c to allow movement of the first and second balls 30, 70 relative to the first and enable the second locator seat 20, 80. The workpiece feeding machine 100 is then raised so that the pressure roller 101 can press firmly against the top surface of the workpiece 120c. Due to the change in the position of the workpiece feeding machine 100, the position of the unitary unit consisting of the first ball 30, the first shaft 31, the shaft coupling piece 60, the second shaft 71, and the second ball 70, with respect to the first and second locating seats 20, 80 automatically adjusted. At this stage, the first and second levers 50, 110 can be operated to prevent unwanted rotation of the first and second balls 30, 70, to allow the workpiece feed machine 100 to stably workpiece 120c along worktable 120 to move.

In de figuren 5 en 6 is getoond, dat wanneer het gewenst is een ander oppervlak van het werkstuk 12Od machinaal te bewerken, de werkstuktoevoermachine 100 in overeenstemming hiermee moet worden ingesteld, zodat de drukrol 101 stevig in contact kan komen te staan met het nieuwe werkop-pervlak van het werkstuk 120d. Om een dergelijke instelling uit te voeren, worden de eerste en de tweede hendel 50, 110 bediend om draaiing van de eerste en de tweede kogel 30, 70 ten opzichte van de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 mogelijk te maken. Als wordt aangenomen dat de tweede kogel 70 een stationair voorwerp is, kan de werkstuktoevoermachine 100 rond de tweede kogel 70 worden gezwenkt over een hoek van 90°, zodat de drukrol 101 in contact kan komen te staan met het nieuwe werkoppervlak van het werkstuk 120d. Als gevolg van de verandering in de positie van de werkstuktoevoermachine 100, wordt de positie van de één geheel vormende eenheid, welke bestaat uit de eerste kogel 30, de eerste as 31, het koppelstuk 6*0 van de as, de tweede as 71 en de tweede kogel 70, ten opzichte van de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 automatisch ingesteld. De eerste en de tweede hendel 50, 110 worden vervolgens gebruikt om verdere draaiing van de eerste en de tweede kogel 30, 70 ten opzichte van de eerste en de tweede plaatsbepalende zitting 20, 80 te voorkomen, waarmee de instelprocedure wordt voltooid.Figures 5 and 6 show that when it is desired to machine another surface of the workpiece 12Od, the workpiece feed machine 100 must be adjusted accordingly, so that the pressure roller 101 can come into firm contact with the new workpiece. - surface of the workpiece 120d. To make such an adjustment, the first and second levers 50, 110 are actuated to allow rotation of the first and second ball 30, 70 relative to the first and second locating seats 20, 80. Assuming that the second ball 70 is a stationary object, the workpiece feeding machine 100 can be pivoted about the second ball 70 by an angle of 90 ° so that the pressure roller 101 can come into contact with the new work surface of the workpiece 120d. Due to the change in the position of the workpiece feeding machine 100, the position of the unitary unit consisting of the first ball 30, the first shaft 31, the coupling piece 6 * 0 of the shaft, the second shaft 71 and the second ball 70, with respect to the first and the second locating seat 20, 80 automatically adjusted. The first and second handles 50, 110 are then used to prevent further rotation of the first and second balls 30, 70 relative to the first and second locating seats 20, 80, thereby completing the adjustment procedure.

Op deze wijze is aangetoond, dat de steuninrich-ting volgens de onderhavige uitvinding instellen van de positie van de werkstuktoevoermachine ten opzichte van de werktafel vergemakkelijkt, teneinde overeen te komen met de omvang en de vorm van het werkstuk en de helling van het oppervlak van het machinaal te bewerken werkstuk. Het doel van de onderhavige uitvinding is derhalve bereikt.In this manner, it has been shown that the support device of the present invention facilitates adjustment of the position of the workpiece feeding machine relative to the worktable to match the size and shape of the workpiece and the slope of the surface of the workpiece. machined workpiece. The object of the present invention has therefore been achieved.

Claims

Adjustable support device for supporting a work piece feeder machine (100) on a work table (120), characterized by: a hollow base (10) disposed on the work table (120), the hollow base (10) surrounding an upright wall (12) having a top and a hollow first locating seat (20) which extends upwardly from the top of the surrounding wall (12) and which has an open top, with a circumferentially formed, inwardly directional flange (24); a first ball (30) disposed in the first locating seat (20) and a first shaft (31), one end of which is attached to the first ball (30), the first shaft (31) extending through the open top of the first locating seat (20); a first pressure unit mounted on the hollow base (10) and selectively operable to a first state, wherein the first pressure unit contacts the first ball (30) closely against the inwardly flange (24) along the circumference of the first locating seat (20) pushes, and to a second state, wherein the first pressure unit ceases to push the first ball (30) toward the inwardly flange (24) along the circumference of the first locating seat (20), hollow securing seat (102), which is placed on the work piece feeder (100), the securing seat (102) enclosing a horizontally oriented through hole (103) and in which a hollow second locating seat (80) is provided, extending from the securing seat (102) at one end of the through hole (103) and having a distally open end, which is formed with an inwardly directed flange (84) along the periphery; a second ball (70) disposed in the second locating seat (80) and a second shaft (71), one end of which is attached to the second ball (70), the second shaft (71) extending through the distal open end of the second locating seat (80); a second pressure unit mounted on the hollow lock seat (102) and selectively operable to a first state, wherein the second pressure unit closely contacts the second ball (70) against the inwardly flange (84) along the circumference of the second locating seat (80) pushes, and to a second state, wherein the second pressure unit ceases to push the second ball (70) toward the inwardly flange (84) along the circumference of the second locating seat (80); and a shaft connector (60), which includes a pair of complementary bottom and top plates (61, 62) enclosing a superimposed pair of parallel channels (63, 64), and an attachment means (65) for securing the bottom and top plates (61, 62) together with the first and second shafts (31, 71) extending into and clamped in a respective channel (63, 64).

Adjustable support device according to claim 1, characterized in that: the surrounding wall (12) of the hollow base (10) and the hollow locking seat (102) are formed with a radial through hole (15, 105) and a screw thread providing a radial hole (16, 106) opposite to the radial through hole (15, 105); and the first and second thrust units each include: an annular thrust piece (40, 90) extending into the first and second locating seats (20, 80), each thrust piece (40, 90) having a first end, closely placed against the first and second balls (30, 70), respectively, and having a tapered second end with an inclined outer surface (43, 93); and a handle (50, 110), comprising: a first bar portion (52, 112), which includes a tapered front (521, 1121) and a back with a handle attached to it under a rectangle (53, 113) ; and a second bar portion (511, 115) extending axially from the tapered front (521, 1121) of the first bar portion (52, 112) and having a smaller diameter than the first bar portion (52, 112) the first bar portion (52, 112) pivotally extending through the radial through hole (15, 105) of the surrounding wall (12) of the hollow base (10) and of the locking seat (102), the second bar portion ( 511, 115) has a threaded distal end (51, 111) which extends screwed through the threaded radial hole (16, 106) into the surrounding wall (12) of the hollow base (10) and into the locking seat (102), the inclined outer surface (43, 93) of the tapered second end of the gland (40, 90) resting on the tapered front (521, 1121) of the first rod portion (52, 112) of the lever (50, 110).

Adjustable support device according to claim 2, characterized in that the second bar portion (511, 115) includes a radially outwardly projecting portion (54, 114) for the distal end (51, 115) threaded, and is configured with a tapered front (541, 1141), which faces the distal end (51, 111) that is threaded, and the tapered second end of the gland (40, 90) is further provided with an inclined inner surface (42, 92) resting on the tapered front (541, 1141) of the radially outwardly projecting portion (54, 114).

Adjustable support device according to claim 1, characterized in that the first and second axis (31, 71) have a polygonal cross section.

Adjustable support device according to claim 1, characterized in that the second shaft (71) has a curved end portion (711), which forms an angle of 45 ° therewith.

Adjustable support device according to claim 1, characterized in that the open top of the first locating seat (20) and the distal open end of the second locating seat (80) is formed with an axially extending notch (26, 86), through which it is possible to insert the first and the second axis (31, 71), respectively.