NL9400044A - Door batterijen aangedreven inrichting, die met een accumulator of een andere bijpassende externe, zuiniger stroombron kan worden aangedreven. - Google Patents

Description

Door batterijen aangedreven inrichting, die met een accumulator of een andere bijpassende externe, zuiniger stroombron kan worden aangedreven.

De uitvinding heeft betrekking op een door batterijen aangedreven inrichting, waarbij in plaats van de gebruikelijke batterij een adapter is aangebracht, via welke de inrichting door een accumulator of een andere bijpassende externe, zuiniger stroombron kan worden aangedreven.

Uit de stand der techniek is het bekend, om een gebruikelijke batterij te vervangen door een adapter, waarmee de door batterijen aangedreven inrichting door een accu of een andere bijpassende externe, zuiniger stroombron kan worden aangedreven. Dergelijke oplossingen worden beschreven in bijvoorbeeld de schriften US-H-772, SE-466722, en US-4382220.

De uitvinding heeft tot doel, een verbetering ten opzichte van de thans bekende door batterijen aangedreven inrichtingen te verschaffen. Om dit doel te bereiken gaat de uitvinding uit van het inzicht, een door batterijen aangedreven inrichting te verschaffen, die geschikt is vor de in verschillende inrichtingen aanwezige variërende batterijbe-hoefte.

De doelen van de uitvinding worden bereikt met een door batterijen aangedreven inrichting, die het kenmerk heeft, dat de gebruikelijke standaardbatterijen worden vervangen door afzonderlijke batterijelementen, waarvan het aantal afhankelijk van de bedrijfsspanning vrij te kiezen is, en dat de adapter is uitgerust met een gedrukte schakeling voor het regelen van de betreffende gewenste bedrijfsspanning.

Met de oplossing volgens de uitvinding wordt een reeks belangrijke voordelen behaald. In de inrichting volgens de uitvinding kan bijvoorbeeld de 12 V-spanning van de accu via een adapterbatterijk gemakkelijk worden ingesteld op een gewenste bedri jfsspanning van bijvoorbeeld 6 V of 9 V. Bij de inrichting volgens de uitvinding kan het aantal batterij-elementen overeenkomstig de gewenste bedrijfsspanning gemakkelijk veranderd worden. Bij de inrichting volgens de uitvinding kunnen in plaats van standaardbatterijen batterije- 2 lementen worden aangebracht, waardoor zogezegd "eeuwig" werkende batterijen worden verkregen. Bij de inrichting volgens de uitvinding kan de grootte van de adapterbatteri j worden veranderd, zodat deze geschikt is voor verscheidene 5 batterijelementrijen. De inrichting volgens de uitvinding is bijzonder geschikt voor bijvoorbeeld het vakantiewoningbe-drijf of het bedrijf in motorvoertuigen en boten, waarbij de externe stroombron doelmatig uit een accu of een zonnecel bestaat.

10 De uitvinding wordt onder verwijzing naar enkele in de afbeeldingen van de bijgevoegde tekeningen weergegeven voorkeuruitvoeringsvoorbeelden, waartoe de uitvinding echter niet beperkt is, uitvoerig beschreven.

Fig. 1 toont de principiële oplossing van de door 15 batterijen aangedreven inrichting volgens de uitvinding in een schematische afbeelding.

Fig. 2 toont een schematische doorsnede door een voorkeursuitvoering van het in de inrichting volgens de uitvinding toegepaste batterijelement.

20 Fig. 3 toont een schematische doorsnede door een voorkeursuitvoering van de in de inrichting volgens de uitvinding toegepaste adapterbatterij.

Fig. 4A en 4B tonen een manier voor het instellen van de uitgangsspanning van de inrichting volgens de uitvinding. 25 Fig. 5A en 5B tonen een tweede manier voor het instel len de uitgangsspanning van de inrichting volgens de uitvinding.

Fig. 6A en 6B tonen een derde manier voor het instellen de uitgangsspanning van de inrichting volgens de uitvinding. 30 Fig. 7A en 7B tonen een geprefereerde oplossing voor het opheffen van de polariteitsinvloed van de uitgangsspanning.

Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 1 tot 3 is de door batterijen aangedreven inrichting algemeen aangeduid met 35 verwijzingsgteal 10. De externe stroombron is aangeduid met verwijzingsgetal 11 en de adapter met verwijzingsgetal 12. De batterijelementen volgens de uitvinding zijn aangeduid met verwijzingsgetal 13. Zoals uit fig. 2 blijkt, heeft het batterijelement 13 de buitenmaten van een standaardbatterij 9400044 en bezit een stift 14 en een contactoppervlak 15, die met elkaar zijn verbonden en uit geleidend materiaal bestaan. Het batterijelement 13 kan van massief materiaal of hol zijn.

De adapterbatterij 12 volgens de uitvinding is weergegeven in fig. 3. De adapterbatterij 12 omvat een gedrukte schakeling 16, een stift 14 en een contactoppervlak 15. De adapterbatterij 12 heeft eveneens de buitenmaten van een standaardbatterij. De gedrukte schakeling 16 heeft als taak, de spanning van de externe stroombron, bijvoorbeeld de 12 ν'-spanning van de accu 11 te verlagen naar bijvoorbeeld 9 V-spanning, die meestal bijvoorbeeld bij muziekinstrumenten gebruikt wordt, of bijvoorbeeld naar 6 V-spanning. Een tweede taak van de gedrukte schakeling 16 bestaat daaruit, de spanning onafhankelijk van de polariteit van de ingangs-spanning met de juiste polariteit naar de stift 14 en naar het contactoppervlak 15 te sturen. Daarmee kunnen bijvoorbeeld accuklemmen 18 worden aangesloten op de accu 11, zonder dat men op de polariteit hoeft te letten en bovendien is de polariteit van de door de leiding 17 komende spanning echt onafhankelijk van de polariteit van de ingangsspanning. De inrichting 10 volgens de uitvinding kan bijvoorbeeld in het vakantiewoningbedrijf gemakkelijk toegepast worden, doordat de inrichting 10 met accuklemmen 18 wordt aangesloten op de accu 11. De stekker 19 van de sigarettenaansteker maakt het gebruik in auto's en boten mogelijk.

Bij de meest doelmatige uitvoeringsvorm van de uitvinding worden de batterijelementen 13 en de adapterbatterijen 12 in elementrijen van verschillende grootte vervaardigd. De grootte van elke elementrij komt overeen met de grootte van een gebruikelijke standaardbatterij. Daarbij kan uit de elementrijen, waartoe batterijelementen 13 en adapterbatte-rijen 12 behoren, gemakkelijk de voor het betreffende ge-bruiksdoel geschikte inrichting gevormd worden.

In fig. 2 heeft de grootte van het batteri jelement 13 de buitenmaten van een standaardbatterij, d.w.z. deze komt overeen met de grootte van een R20 standaardbatterij. Dit is echter niet absoluut noodzakelijk. In enkele toepassingen is het echter van voordeel, om bijvoorbeeld voor een 6 V-in- richting een uniform batterijelementenblok 13 te vervaardigen, waarvan de grootte bijvoorbeeld 4-R20 is, d.w.z. de buitendiameter van het batterijelementenblok 13 heeft de grootte van de buitendiameter van een standaardbatterij, maar de lengte van het batterijelementenblok 13 bedraagt het viervoudige van de standaardbatterijlengte. Deze uitvoeringsvorm is bijzonder geschikt, wanneer de inrichting volgens de uitvinding bijvoorbeeld in afspeelapparaten gebruikt wordt, in de gebruikelijke uitvoeringsvorm van de uitvinding is de grootte van het batterijelement 13 daarmee op generlei wijze kritisch en de grootte van het batterijelement 13 hoeft niet per sé overeen te komen met de grootte van de standaardbatterij.

Uit fig. 4A en 4B blijkt, dat de werking van de inrichting volgens de uitvinding berust op een spanningstransfor-mator, waarmee de gewenste waarde van de ingangsspanning via de schakelaar 20 gekozen kan worden. De spanningstransforma-tor is een teruggekoppelde cascaderegelaar, waarvan de uitgangsspanning gewisseld kan worden, doordat de terugkop-pelingscoëfficiënt K ervan met de schakelaar 20 wordt veranderd. Bevindt de schakelaar 20 zich in de stand volgens fig. 4A, dan is de uitgangsspanning Uout = K-VPB = KUj.. Wanneer de schakelaar 20 zich bevindt in de stand volgens fig. 4B, dan is de uitgangsspanning Uout = K-VPB = KU2.

In de uitvoeringsvorm volgens fig. 5A en 5B is de spanningstransformator een niet-terugkoppelende cascaderegelaar, waarbij de uitgangsspanning gekozen kan worden, doordat de waarde van de Zener-diode, die de uitgangsspanning bepaalt, wordt veranderd met de schakelaar 21. Wanneer de schakelaar 21 zich bevindt in de stand volgens fig. 5A, dan is de uitgangsspanning Uout « UZ1 - Ube. Bevindt de schakelaar 21 zich in de stand volgens fig. 5B, dan is de uitgangsspanning Uout « UZ2 - Ube.

In de uitvoeringsvorm volgens Fig. 6A en 6B is de spanningstransformator een zogenaamde shunt-regelaar, waarvan de uitgangsspanning met de schakelaar 22 kan worden veranderd, doordat de waarde van de Zener-diode, die de uitgangsspanning Uou* van de keten bepaald, wordt ingesteld. Wanneer de schakelaar 22 zich bevindt in de stand volgens fig. 6A, dan is de ingangsspanning Uin > UZ1 = uit-gangsspanning Uout. Bevindt de schakelaar 22 zich in de stand volgens fig. 6B, dan is Uin > U21 > UZ2 = Uout.

In de inrichting volgens de uitvinding krijgt de span-ningsregelaar, d.w.z. de adapterbatterij 12, de ingangsspanning volgens fig. 7A en 7B via de gelijkrichterbrug 23. De gelijkrichterbrug 23 garandeert, dat de polariteit van de spanning onafhankelijk van de polariteit van de ingangsspanning goed is. De gelijkrichterbrug 23 kan natuurlijk ook met afzonderlijke dioden worden gerealiseerd.

In het bovenstaande zijn slechts enkele voorkeuruitvoe-ringsvormen van de uitvinding toegelicht en het is de vakman duidelijk, dat binnen de omvang van de in de bijgevoegde conclusies beschreven uitvindingsgedachte als aanvulling talrijke wijzigingen mogelijk zijn.

Claims (11)

1. Door batterijen aangedreven inrichting (10), waarin (10) in plaats van de gebruikelijke batterij een adapter (12) is aangebracht, via welke de inrichting door een accumulator of een andere bijpassende externe, zuiniger stroombron (11) kan worden aangedreven, met het kenmerk, dat de gebruikelijke standaardbatterijen worden vervangen door afzonderlijke batterijelementen (13), waarvan het aantal afhankelijk van de bedrijfsspanning vrij te kiezen is, en dat de adapter (12) is uitgerust met een gedrukte schakeling (16) voor het regelen van de betreffende gewenste bedrijfs-spanning.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de batterijelementen (13) de vorm van een standaardbatterij hebben en batterijelementen zijn, die spanningsmatig overeenkomen met standaardbatterijen.

3. Inrichting volgens conclusie 1 en 2, met het kenmerk, dat de adapter (12) is uitgerust met een inrichting (23), die onafhankelijk van de polariteit van de ingangs-spanning de juiste polariteit van de spanning van de adapter (12) garandeert.

4. Inrichting volgens conclusie 1 tot 3, met het kenmerk, dat de adapter (12) een de vorm van een gebruikelijke standaardbatterij vertonende adapterbatterij is, waarvan de grootte ten opzichte van de betreffende batterij-elementrij (13) passend vrij gekozen kan worden.

5. Inrichting volgens conclusie 1 tot 4, met het kenmerk, dat de batterijelementen (13) binnen de inrichting (10) zijn ondergebracht.

6. Inrichting volgens conclusie 1 tot 4, met het kenmerk, dat de batterijelementen (13) buiten de inrichting (10) zijn aangebracht.

7. Inrichting volgens conclusie 1 tot 6, met het kenmerk, dat de externe stroombron (11) een accu is.

8. Inrichting volgens conclusie 1 tot 6, met het kenmerk, dat de externe stroombron (11) een zonnecel is.

9. Toepassing van de inrichting volgens conclusie 1 tot 8 in het vakantiewoningbedrijf.

10. Toepassing van de inrichting volgens conclusie 1 tot 8 in motorvoertuigen.

11. Toepassing van de inrichting volgens conclusie 1 tot 8 in boten.