NL9201030A

NL9201030A - Fastener (latch, lock) for rail parts of a steel fence

Info

Publication number: NL9201030A
Application number: NL9201030A
Authority: NL
Original assignee: Spinder Stalinrichting Bv
Priority date: 1992-01-14
Filing date: 1992-06-11
Publication date: 1993-08-02

Abstract

1. Fastener 1 for releasably attaching a rail part in a H- shaped post section of a steel fence, the post section being provided with a series of holes, and the fastener comprising first and second holding pins 2,3 for holding the rail part between the holding pins and the post section, the fastener 1 furthermore comprising a separate U-section part 7 which is to be arranged removably on the operating side B of the steel fence and has receiving grooves 9,10 for securing the two holding pins 2,3, as well as a threaded pin 8 in position in the holes, so as to prevent them from moving back outwards, the said threaded pin being held in such a manner that it can be screwed into a U-section part and can be tightened through a hole in the post section onto the rail part, in order to clamp the rail part in place. <IMAGE>

Description

Sluiting voor reaeldelen van een stalhekwerkClosure for real parts of a stable fence

De uitvinding heeft betrekking op een sluiting voor een losmakelijke bevestiging van regeldelen in stijldelen van een stalhekwerk voor vleesvee, alsmede op de onderdelen van die sluiting.The invention relates to a closure for a detachable fastening of control parts in post parts of a stable fence for beef cattle, as well as to the parts of that closure.

Het is bekend om stalhekwerken voor vleesvee zodanig uit te voeren, dat de regeldelen op gewenste en zonodig aanpasbare hoogte in de stijldelen bevestigd kunnen worden. De stijldelen zijn daarbij doorgaans opstaande H-profielen, waarvan de flenzen gelegen zijn in verticale vlakken die evenwijdig zijn aan de richting van uitstrekking van de regeldelen. De flenzen van de H-profielen zijn elk op overeenkomstige plaatsen voorzien van reeksen gaten. Binnen elke rij liggen de gaten op een afstand van elkaar die doorgans althans nagenoeg overeenkomt met de verticale dwarsafmeting van de regeldelen. De van een aanslagkop voorziene opsluitpennen hebben een lengte die groter is dan de breedte van het H-profiel in dwarsdoorsnede, zodat de opsluitpennen aan beide einden ter plaatse van de gaten in de flenzen ondersteund kunnen worden.It is known to design stable fencing for beef cattle in such a way that the control parts can be fixed in the support parts at the desired and, if necessary, adjustable height. The post parts are usually upright H-profiles, the flanges of which are located in vertical planes parallel to the direction of extension of the control parts. The flanges of the H-profiles are each provided with rows of holes in corresponding places. Within each row, the holes are spaced from each other, which at least substantially corresponds to the vertical transverse dimension of the control parts. The locking pins provided with a stop head have a length greater than the width of the H-section in cross-section, so that the locking pins can be supported at both ends at the holes in the flanges.

Bij het installeren van de regeldelen volgens de thans bruikbare methode steekt men eerst een van een kop voorzien opsluitpen in elk van de aan beide uiteinden van het te installeren regeldeel gelegen stijldelen. Deze opsluitpen wordt vanaf de loopzijde van het stalhekwerk in het gewenste gat in de aan de loopzijde gelegen flens van het stijldeel gestoken en doorgedrukt totdat deze pen met zijn kop tegen die flens aankomt en met zijn insteekeind in het tegenoverliggende gat in het tegenoverliggende, aan de stalzijde gelegen flensdeel past. Daarna wordt het regeldeel met zijn beide uiteinden op de betreffende opsluitpennen gelegd en vervolgens opgesloten door het op dezelfde wijze, zoals dat bij de voornoemde onderste opsluitpennen is gebeurd, insteken van bovenste opsluitpennen. Het terugbewegen van deze opsluitpennen uit de gaten wordt doorgaans voorkomen door middel van een bout-moerverbinding, waarbij het insteekeinde van de opsluitpennen voorzien is van een schroefdraad en derhalve de moeren aan de stalzijde opgezet en aangedraaid moeten worden. Dit betekent dat de bedienende persoon een lastige houding in moet nemen tijdens het vastleggen van de opsluitpennen, waarbij eventuele aanwezigheid van veen aan de stalzijde van het hekwerk de installatiehandelnigen mogelijk kunnen bemoeilijken. Daarenboven is voor het installeren van de opsluitpennen hulpgereedschap nodig.When installing the control parts according to the method which can now be used, first insert a headed locking pin into each of the post parts to be installed at both ends of the control part to be installed. This retaining pin is inserted from the running side of the stable fencing into the desired hole in the flange of the post part located on the running side and pushed through until this pin hits its head against that flange and with its insertion end in the opposite hole in the opposite flange part located on the stable side. The control part is then placed with both ends on the relevant locking pins and subsequently locked by inserting the upper locking pins in the same manner as with the aforementioned lower locking pins. The retraction of these locking pins from the holes is usually prevented by means of a bolt-nut connection, wherein the insertion end of the locking pins is threaded and therefore the nuts must be mounted and tightened on the stable side. This means that the operator must have an awkward posture while capturing the retaining pins, with the possible presence of peat on the stable side of the fence potentially complicating the installation process. In addition, auxiliary tools are required to install the locking pins.

Het is verder bekend om de gaten in de stijldelen en de opsluitpennen zodanig ten opzichte van elkaar uit te voeren, dat de opsluitpennen in één rotatiestand in de gaten in het stijldeel gestok-een kunnen worden en vervolgens door een verdraaiing om hun hartlijn in hun positie vastgelegd kunnen worden. Het insteekeinde van een opsluitpen kan hiertoe voorzien zijn van een dwarspennetje, dat door een overeenkomstige toegevoegde opening van de gaten in de stijldelen gevoerd kan worden.It is further known to design the holes in the posts and the locking pins relative to each other, so that the locking pins can be inserted into the holes in the post in one rotation position and then rotated about their axis in their position can be captured. The insertion end of a locking pin can for this purpose be provided with a cross pin, which can be passed through a corresponding additional opening of the holes in the posts.

Bij alle bekende sluitsystemen voor regeldelen in stalhek-werkeen, die boven en onder de regeldelen te plaatsen opsluitpennen omvatten, moeten de opsluitpennen elk apart in hun stand vastgelegd worden.In all known locking systems for control parts in stable gate work, which comprise locking pins to be placed above and below the control parts, the locking pins must each be fixed separately in their position.

De uitvinding heeft tot doel een sluiting volgens de aanhef van conclusie 1 te verschaffen, die op veilige, eenvoudige en snelle wijze te installeren is.The object of the invention is to provide a closure according to the preamble of claim 1, which can be installed in a safe, simple and fast manner.

De sluiting volgens de uitvinding heeft hiertoe het kenmerk dat de sluiting voorts omvat een aan de bedieningszijden van het stalhekwerk aan te brengen tegenhoudmiddel voor het op hun plaats in de gaten, tegen teruggaande beweging daaruit, houden van de beide penvormige opsluitdelen, alsmede een plaatsingsmiddel voor het op zijn plaats op het stijldeel houden van het tegenhoudmiddel.To this end the closure according to the invention is characterized in that the closure further comprises a retaining means to be arranged on the operating sides of the stable fencing for keeping the two pin-shaped locking parts in their holes in their holes, against reverse movement, as well as a positioning means for holding the retaining means in place on the post portion.

Aldus kunnen met een enkel middel, vanaf de veilige bedieningszijde van het hekwerk, de beide penvormige opsluitdelen op hun plaats vastgelegd worden tegen teruggaande beweging uit de gaten in de stijldelen.Thus, with a single means, from the safe operating side of the fence, the two pin-shaped locking parts can be fixed in place against reverse movement from the holes in the post parts.

Het plaatsingsmiddel is bij voorkeur voorzien van middelen op het tegenhoudmiddel voor het aangrijpen van van de bedieningszijde afgekeerde oppervlakken van de stijldelen. Bij een stijldeel dat gevormd is als een H-profiel en een aan de bedieningszijde gelegen voorflens en een aan de stalzijde gelegen achterflens omvat, zullen de voornoemde middelen de achteroppervlakken van de voorflens aan kunnen grijpen. Het heeft hierbij de voorkeur dat het tegenhoudmiddel gevormd is om aangebracht te worden door plaatsing in een richting loodrecht op de hoofdas van de opsluitdelen.The placing means is preferably provided with means on the retaining means for engaging surfaces of the post parts remote from the operating side. In a post part which is formed as an H-profile and comprises a front flange located on the operating side and a rear flange located on the stable side, the aforementioned means will be able to engage the rear surfaces of the front flange. It is preferred here that the retaining means is formed to be applied by placement in a direction perpendicular to the major axis of the containment members.

Het plaatsingsmiddel omvat bij voorkeur tenminste êën opneemgleuf op het tegenhoudmiddel voor het steunend aangrijpen van tenminste één van de penvormige opsluitdelen.The placement means preferably comprises at least one receiving slot on the retaining means for supportingly engaging at least one of the pin-shaped locking parts.

Volgens een uitvoering van de sluiting volgens de uitvinding die in het bijzonder de voorkeur heeft is het tegenhoudmiddel een afzonderlijk onderdeel. Voor de sluiting volgens de uitvinding kunnen dan eenvoudige, identieke pennen gebruikt worden.According to a particularly preferred embodiment of the closure according to the invention, the retaining means is a separate part. Simple, identical pins can then be used for the closure according to the invention.

Het tegenhoudmiddel is bijvoorbeeld een profieldeel met een in hoofdzaak U-vormige dwarsdoorsnede, waarbij het stijldeel voorzien is van een voorflens en een achterflens, waartussen het regeldeel ontvangen wordt en die voorzien zijn van de gaten, waarbij één been van het U-profiel voorzien is van een opneemgleuf voor tenminste een van de beide penvormige opsluitdelen en de bodem van het ü-profiel een breedte heeft die groter is dan de dikte van de voorflens en het uit het gat vooraan uitstekende gedeelte van de penvormige opsluitdelen.The retaining means is, for example, a profile part with a substantially U-shaped cross-section, wherein the post part is provided with a front flange and a rear flange, between which the control part is received and which are provided with the holes, one leg being provided with the U-profile of a receiving slot for at least one of the two pin-shaped locking parts and the bottom of the ü-profile has a width which is greater than the thickness of the front flange and the part of the pin-shaped locking parts protruding from the hole in the front.

Het ü-profiel kan eenvoudig beetgepakt worden en van opzij aan de achterzijde van de voorflens over de penvormige opsluitdelen geschoven worden, waarbij het andere been van het ü-profiel dan zorgt voor afdekking van de koppen van de penvormige opsluitdelen, zodat ze in buitenwaartse richting tegengehouden worden.The ü-profile can be easily grasped and pushed over the pin-shaped retaining parts from the side at the back of the front flange, whereby the other leg of the ü-profile then covers the heads of the pin-shaped retaining parts, so that they go outwards. to be stopped.

Het plaatsingsmiddel omvat voorts bij voorkeur een pen die verbonden is met het tegenhoudmiddel om in een gat van het stijldeel gestoken te kunnen worden. Het tegenhoudmiddel kan daarbij voorzien zijn van tenminste één doorvoeropening voor de pen, welke doorvoerope-ning bestemd is om in lijn te komen liggen met het voor opname van de pen bestemde gat in het stijldeel.The locating means further preferably includes a pin connected to the retaining means for insertion into a hole of the post. The retaining means can herein be provided with at least one passage opening for the pin, which passage opening is intended to align with the hole for receiving the pen in the post part.

Het is tot nu toe vrijwel altijd zo dat het regeldeel enige mate van bewegingsvrijheid heeft tussen de onder- en de bovenpen. Wanneer het regeldeel of de regeldelen nu aan de zijde van het stalhekwerk gelegen zijn alwaar het voer aan de dieren aangeboden zal worden, dan zal door frequent contact van de etende beesten het regeldeel heen en weer bewogen worden en daarbij tegen de flenzen van de stijldelen slaan. Men kan zich voorstellen dat wanneer een vrij grote groep beesten ondergebracht is in dergelijke stalhekwerken en tegelijk gevoederd wordt een bijna ondraaglijk lawaai geproduceerd wordt als gevolg van het heen en weer klappen van de regeldelen.Until now it has almost always been the case that the control part has some freedom of movement between the lower and upper pin. When the control part or the control parts are now located on the side of the stable fence where the feed will be offered to the animals, the control part will be moved back and forth by frequent contact of the eating animals, thereby striking against the flanges of the support parts. . It can be imagined that when a fairly large group of animals is housed in such barn fencing and is fed at the same time, an almost unbearable noise is produced as a result of the control parts flapping back and forth.

Bij voorkeur is de pen volgens de sluiting van de uitvinding daarom voorzien van een kopoppervlak, dat bestemd is om het oppervlak van het regeldeel aan te grijpen voor het klemmen van het regeldeel tussen het kopoppervlak en naar de bedieningszijde gekeerde oppervlakken op het stijldeel, waarbij de pen voorzien is van een schroefdraad en het gat voorzien is van een daarmee samenwerkende schroefdraad.Preferably, the pin according to the closure of the invention is therefore provided with a head surface, which is intended to engage the surface of the control part for clamping the control part between the head surface and surfaces facing the operating side on the post part, wherein the the pin is provided with a screw thread and the hole is provided with a screw thread cooperating therewith.

De uitvinding zal nu nader beschreven worden aan de hand van het in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld. In de tekening toont: fig. 1 een overzicht van een hekwerksamenstel voor een stal, waarbij een aantal sluitingen volgens de uitvinding aangebracht zijn; fig. 2 een overzicht van de delen waaruit de voorkeursuitvoering van de sluiting volgens de uitvinding bestaat; fig. 3 in perspectief de bevestiging van een regeldeel in een stijldeel met de sluiting volgens fig. 2; fig. 4 een doorsnede volgens lijn IV-IV in fig. 3; en fig. 5 een zijaanzicht op een sluiting volgens fig. 2, wanneer deze ontgrendeld wordt, gezien in richting V in fig. 3.The invention will now be described in more detail with reference to the exemplary embodiment shown in the drawing. In the drawing: Fig. 1 shows an overview of a fencing assembly for a stable, wherein a number of closures according to the invention are fitted; Fig. 2 shows an overview of the parts that make up the preferred embodiment of the closure according to the invention; Fig. 3 shows in perspective the fastening of a control part in a post part with the closure according to Fig. 2; fig. 4 shows a section according to line IV-IV in fig. 3; and FIG. 5 is a side view of a closure of FIG. 2 when unlocked, seen in direction V in FIG. 3.

In fig. 1 is met 20 een stalhekwerk aangegeven, dat geschikt is voor vleesvee en een aantal stijldelen 21 in de vorm van opstaande H-liggers omvat. Buisvormige regeldelen 23 zijn aangebracht tussen de stijldelen 21 en daar door middel van sluitingen volgens de uitvinding 1 vastgelegd. Bij het stalhekwerk kan de stalzijde A en de loopzijde of bedieningszijde B onderscheiden worden.In Fig. 1, 20 denotes a stable fence, which is suitable for beef cattle and comprises a number of post parts 21 in the form of upright H-beams. Tubular control parts 23 are arranged between the post parts 21 and are fixed there by means of closures according to the invention 1. With the stable fencing, the stable side A and the running side or operating side B can be distinguished.

De in de figuren 2-5 weergegeven voorbeelduitvoering van de sluiting volgens de uitvinding 1 is driedelig en omvat een eerste pen 2 met aangevormde kop 4, een identieke tweede pen 3 met aangevormde kop 5 en een vergrendeling 6, die bestaat uit een U-vormig profiel 7 en een draaiknop 8. De beide pennen 2 en 3 bezitten een zodanige doorsnedeafmeting dat zij in de gaten 22 (zie figuren 3 en 4) in flenzen 24 en 25 van het H-profiel 21 gestoken kunnen worden. De respectievelijke koppen 4 en 5 dienen hierbij als aanslag tegen de voor flens 24 om te voorkomen dat de pennen 2 en 3 te ver in de gaten 22 gestoken zouden worden.The exemplary embodiment of the closure according to the invention 1 shown in Figures 2-5 is three-part and comprises a first pin 2 with molded head 4, an identical second pin 3 with molded head 5 and a lock 6, which consists of a U-shaped profile 7 and a rotary knob 8. Both pins 2 and 3 have a cross-sectional dimension such that they can be inserted into holes 22 (see figures 3 and 4) in flanges 24 and 25 of H-profile 21. The respective heads 4 and 5 serve as a stop against the front flange 24 in order to prevent the pins 2 and 3 from being inserted too far into the holes 22.

Het ü-profiel 7 omvat een been 26, een bodemdeel 27 en een been 28. Het been 26 is voorzien van uitgestanste gleuven 9 en 10, die bestemd zijn om de pennen 2 respectievelijk 3 te ontvangen. Het been 26 is verder voorzien van een opening 11, die in dit geval midden tussen de gleuven 9 en 10 gelegen is, op een afstand daarvan die overeenkomt met de onderlinge afstand van de gaten 22 in de flenzen 24, 25 van het stijldeel 21. Het been 28 van het U-profiel 7 is voorzien van een gat 12, dat in lijn ligt met het gat 11 in het been 26. Aan de achterzijde van het been 28 is een moer 13 gelast, waarvan de van schroefdraad voorziene binnenwand een opening vormt die in lijn ligt met de gaten 11 en 12. De draaiknop 8 omvat een kunststof greep 16 en een schroefboutdeel 15, die vast opgenomen is in een aan de greep 16 gevormde bus 14. Het schroef boutdeel 15 steekt door het gat 12 tot in de moer 13.The u-profile 7 comprises a leg 26, a bottom part 27 and a leg 28. The leg 26 is provided with punched slots 9 and 10, which are intended to receive the pins 2 and 3, respectively. The leg 26 is further provided with an opening 11, which in this case is located midway between the slots 9 and 10, at a distance thereof corresponding to the mutual distance of the holes 22 in the flanges 24, 25 of the post part 21. The leg 28 of the U-profile 7 is provided with a hole 12, which is in line with the hole 11 in the leg 26. A nut 13 is welded to the back of the leg 28, the threaded inner wall of which has an opening aligned with the holes 11 and 12. The rotary knob 8 comprises a plastic handle 16 and a screw bolt part 15, which is fixedly received in a bush 14 formed on the handle 16. The screw bolt part 15 extends through the hole 12 into the nut 13.

Bij het plaatsen van een regeldeel 23 gaat men als volgt te werk. Eerst plaatst men pennen 3, die bestemd zijn om als oplegging te dienen voor de regeldelen 23, op de gewenste hoogte in twee naburige stijldelen 21 door deze in gaten 22 in de voorste flensplaten 24 van de H-profielen 21 te steken en deze pennen 3 door te duwen totdat deze ook in de daarmee in lijn liggende gaten 22 in de achterste flensplaat 25 van de H-profielen 21 gestoken zijn. De koppen 5 van de pennen 3 komen dan aan tegen de voorvlakken van de aan de loopzijde B gelegen flensplaten 24, waarbij de lengte van de pennen 3 zodanig is dat hun insteekeind althans nagenoeg volledig in de gaten 22 in de achterste flensplaten 25 steken. Voor de zekerheid kan men de pennen 3 (en ook de pennen 2) een zekere overlengte geven, zoals is weergegeven in de figuren. Hierna kan het regeldeel 23 op de in de twee naburige stijldelen 21 gestoken pennen 3 gelegd worden. Daarna wordt in de gaten 22, die zich ter hoogte van de bovenkant van het regeldeel 23 bevinden, pennen 2 ingevoerd, totdat deze met hun insteekeind ook in overeenkomstige, in de achterste flensplaat 25 van het H-profiel 21 gelegen gaten 22 steken. De kop 4 van elke pen 2 vormt hierbij weer een aanslag, die voorkomt dat de pen 2 te ver doorgevoerd kan worden.When placing a control section 23, the procedure is as follows. First pins 3, which are intended to serve as support for the control parts 23, are placed at the desired height in two adjacent post parts 21 by inserting them into holes 22 in the front flange plates 24 of the H-profiles 21 and these pins 3 by pushing until they are also inserted in the holes 22 aligned therewith in the rear flange plate 25 of the H-profiles 21. The heads 5 of the pins 3 then abut against the front surfaces of the flange plates 24 located on the running side B, the length of the pins 3 being such that their insertion end protrudes at least almost completely into the holes 22 in the rear flange plates 25. To be on the safe side, the pins 3 (and also the pins 2) can be given a certain excess length, as shown in the figures. After this, the control part 23 can be placed on the pins 3 inserted in the two neighboring post parts 21. Pins 2 are then inserted into the holes 22, which are located at the level of the top of the control part 23, until their protruding end also protrudes into corresponding holes 22 located in the rear flange plate 25 of the H-profile 21. The head 4 of each pin 2 hereby forms a stop again, which prevents the pin 2 from being carried too far.

Vervolgens pakt men de vergrendeling 6, in de toestand zoals deze weergegeven is in fig. 2, en schuift men het ü-profiel 7 van opzij op de voorste flensplaat 24, waarbij de benen 26 en 28 respectievelijk aan de voorzijde en achterzijde van de flensplaat 24 komen te liggen. De pennen 2 en 3 worden daarbij respectievelijk opgenomen in de gleuven 9 en 10. Dan is reeds een situatie bereikt waarin het U-profiel 7 op zijn plaats kan blijven, doordat het U-profiel met de bovenbegrenzing van de gleuven 9 en 10 op de pennen 2 en 3 kan rusten. Een beweging in de richting C (zie figuur 4) van het U-profiel 7 wordt voorkomen door het aanslaan van het binnenoppervlak van het been 26 tegen de achterzijde van de flensplaat 24. Hierdoor is ook de beweging in de richting C van het been 28 begrensd. Bijgevolg kunnen de pennen 2 en 3 slechts in zeer beperkte mate in de richting c bewegen en zullen ze derhalve in de gaten 22 in de flensplaten 24 en 25 blijven.Then, the lock 6, as shown in fig. 2, is gripped and the u-profile 7 is slid from the side onto the front flange plate 24, the legs 26 and 28 respectively on the front and rear of the flange plate 24 lie down. The pins 2 and 3 are herein respectively received in the slots 9 and 10. Then a situation has already been reached in which the U-profile 7 can remain in place, because the U-profile with the top boundary of the slots 9 and 10 on the pins 2 and 3 can rest. A movement in the direction C (see figure 4) of the U-profile 7 is prevented by striking the inner surface of the leg 26 against the back of the flange plate 24. As a result, the movement in the direction C of the leg 28 is also limited. Consequently, the pins 2 and 3 can only move in the direction c to a very limited extent and will therefore remain in the holes 22 in the flange plates 24 and 25.

Teneinde te voorkomen dat het voornoemde U-profiel 7 onopzettelijk los kan komen van de pennen 2 en 3, in een richting die tegengesteld is aan de richting van plaatsing van het U-profiel 7, is de vergrendeling 6 voorzien van de hierboven besproken draaiknop 8. Door de greep 16 te verdraaien zal het schroefboutdeel 15 naar binnen door het gat 12 en door de moeren 13 bewegen en vervolgens in een daarmee in lijn liggend gat 22 in de voorste flensplaat 24. Wanneer het voorste eind van het schroefboutdeel 15 in dat gat 22 steekt, is het U-profiel verzekerd tegen zijdelingse verwijdering. De plaats van het U-profiel 7 kan nog verder verzekerd worden door de knop 16 verder te verdraaien, totdat het vooreind van het schroefboutdeel in het gat 11 in het been 26 van het U-profiel 7 steekt.In order to prevent the aforementioned U-profile 7 from being accidentally released from the pins 2 and 3, in a direction opposite to the direction of placement of the U-profile 7, the lock 6 is provided with the rotary knob 8 discussed above By rotating the handle 16, the screw bolt part 15 will move in through the hole 12 and through the nuts 13 and then into an aligned hole 22 in the front flange plate 24. When the front end of the screw bolt part 15 is in that hole 22, the U-profile is secured against lateral removal. The position of the U-profile 7 can be further ensured by further turning the knob 16, until the front end of the screw bolt part protrudes into the hole 11 in the leg 26 of the U-profile 7.

Nog verder voortgezette verdraaiing van de greep 16 zal het voorste deel van het schroefboutdeel 15 tot voorbij het gat 11 brengen, totdat het vooroppervlak 17 van het schroefboutdeel 15 in aangrijping komt met het buitenoppervlak 18 van het regeldeel 23. De greep 16 wordt dan zover verdraaid, dat het regeldeel 23 met zijn buitenoppervlak 18 tegen het binnenoppervlak van de achterste flensplaat 15 aankomt. Waar de verticale afmeting in dwarsdoorsnede van het regeldeel 23 overeenkwam met de verticale tussenafstand tussen de pennen 2 en 3 en het regeldeel 23 dus reeds opgesloten was tegen verticale beweging, wordt met behulp van de draaiknop 8 en de achterste flensplaat 25 het regeldeel 23 ook opgesloten gehouden tegen horizontale beweging daarvan. Door het klemmen van het regeldeel wordt voorkomen dat tijdens het voederen de dieren de regeldelen heen en weer kunnen slaan, zodat het geluidsniveau aanzienlijk verlaagd wordt.Continued rotation of the handle 16 will bring the front part of the screw bolt part 15 past the hole 11 until the front surface 17 of the screw bolt part 15 engages the outer surface 18 of the control part 23. The handle 16 is then rotated so far that the control member 23 with its outer surface 18 abuts the inner surface of the rear flange plate 15. Where the vertical cross-sectional dimension of the control part 23 corresponded to the vertical intermediate distance between pins 2 and 3 and the control part 23 was thus already enclosed against vertical movement, the control part 23 is also enclosed with the aid of the rotary knob 8 and the rear flange plate 25. held against horizontal movement thereof. Clamping the control part prevents the animals from hitting the control parts back and forth during feeding, so that the noise level is considerably reduced.

Gezien zal worden dat de sluiting volgens de uitvinding niet alleen veiligheid biedt voor de bedienende persoon, die namelijk vanuit één kant, de loopzijde B, kan werken en met zijn hand niet aan kde zijde van de dieren behoeft te komen, maar ook voor de dieren, daar aan de stalzijde A nauwelijks scherpe kanten en uitstekende delen aanwezig zijn. De dieren kunnen daardoor bovendien niet zelf de sluiting openen, hetgeen bij sommige bekende sluitingen nog wel wil voorkomen.It will be seen that the closure according to the invention not only provides safety for the operator, who can work from one side, the walking side B, and does not have to reach the side of the animals with his hand, but also for the animals , since there are hardly any sharp edges and protruding parts on the stable side A. Moreover, the animals cannot open the closure themselves, which is still the case with some known closures.

Een verder voordeel is dat de bedienende persoon geen hulpgereedschap nodig heeft, daar hij de sluiting met de hand kan bedienen.A further advantage is that the operator does not need auxiliary tools, since he can operate the closure manually.

Claims

1. Closure for releasably attaching a control member to a post of a stable fencing, the post being provided with sets of adjustment holes and the closure comprising first and second pin-shaped retaining members formed to enter the holes of the post from the operating side to be inserted to lock the control member between them, the closure further comprising means for monitoring the pin-shaped locking members in place and the pin-shaped locking members being provided with stop members for preventing them from being passed too far into the holes, characterized in that the closure (1) further comprises a retaining means (7) removably mounted on the operating side (B) of the stable fencing for retaining the holes (22) in place against reverse movement holding therefrom the two pin-shaped locking parts (2, 3) as well as a locating means (26, 8) for holding the counterpart in place on the post part (21) udgent.

Closure according to claim 1, characterized in that the positioning means comprises means (26) on the retaining means for engaging surfaces of the post (21) facing away from the operating side (B).

Closure according to claim 1 or 2, characterized in that the placing means comprises at least one receiving slot (9; 10) on the retaining means (7) for supportingly engaging at least one of the pin-shaped locking parts (2; 3).

Closure according to claim 1, 2 or 3, characterized in that the retaining means (7) forms a separate part of the closure (1).

Closure according to any one of the preceding claims, characterized in that the retaining means (7) is a profile part with a substantially U-shaped cross section, and that the post part (21) is provided with a front flange (24) and a rear flange ( 25), between which the control part (23) is received, and which are provided with the holes (22), one leg of the U-profile (7) being provided with a receiving slot (9, 10) for at least one of the two pin-shaped retaining members (2, 3) and the bottom (27) of the u-profile has a width greater than the thickness of the front flange (24) and the portion of the pin-like retaining members (2, protruding from the hole (22) at the front). 3).

Closure according to any one of the preceding claims, characterized in that the placing means further comprises a pin (15) connected to the retaining means (7) for insertion into a hole (22) of the post (21).

Closure according to claim 6, characterized in that the retaining means (7) is provided with at least one passage opening (11, 12) for the pin (15), which passage opening is intended to align with the for receiving the pin (15) has a hole (22) in the post (21).

Closure according to claim 7, characterized in that the pin (15) is provided with a head surface (17), which is intended to engage the surface (18) of the control part (23) for clamping the control part (23) between the head surface (17) and surfaces facing the operating side (B) on the post (21), the pin (15) being threaded and the hole (11, 12) being threads co-operating therewith.