NL9200244A

NL9200244A - IMPROVED SUPPORT BINDER.

Info

Publication number: NL9200244A
Application number: NL9200244A
Authority: NL
Original assignee: Optimum Tech Inc
Priority date: 1990-10-26
Filing date: 1992-02-11
Publication date: 1993-09-01
Also published as: ES2060497B1; NL194575C; NL194575B; ES2060497A1

Description

Verbeterde steunbinder.Improved support strap.

De uitvinding heeft betrekking op een verbeterde binder voor tapijt en meer in het bijzonder op een verbeterde steunbinder voor het bevestigen van tapijt en luchtmatten op vloeren en ander tapijt.The invention relates to an improved carpet binder and more particularly to an improved support binder for attaching carpet and air mats to floors and other carpets.

De uitvinding is een verbetering ten opzichte van de binder, die wordt beschreven in de Amerikaanse octrooi-schriften 4.234.649 en 4.405.668.The invention is an improvement over the binder described in U.S. Pat. Nos. 4,234,649 and 4,405,668.

Bij het leggen van kamerbreed tapijt of bij het aanbrengen van luchtmat op de vloer of over ander tapijt, worden er vaak vullingen en kussens onder de mat of het tapijt aangebracht, opdat het tapijt of de mat minder slijt en scheurt. Gedurende de jaren heeft men een aantal dergelijke vullingen en kussens voor dit doel gebruikt. Voorbeelden van enige bekende vullingen en kussens worden beschreven in het Duitse Gebrauchsmuster 7.124.118 en in de Amerikaanse octrooischriften 4.557.744 en 4.797.170. Bij gebruik van deze bekende vullingen en kussens doet zich een aantal problemen voor.When installing wall-to-wall carpeting or when applying an air mat to the floor or other carpet, fillings and cushions are often placed under the mat or carpet, to reduce the wear and tear of the carpet or mat. Over the years, a number of such fillings and pillows have been used for this purpose. Examples of some known fillings and pillows are described in German Gebrauchsmuster 7,124,118 and in U.S. Patents 4,557,744 and 4,797,170. A number of problems arise when using these known fillings and cushions.

Sommige legsystemen vereisen extra kleefmiddelen, die bij het leggen op de vloer of op de vulling moeten worden aangebracht en bij nog andere systemen kan het tapijt niet worden verwijderd en opnieuw worden gebruikt zonder schade aan vulling, vloer of tapijt.Some laying systems require additional adhesives, which must be applied to the floor or padding when laying, and still other systems cannot remove the carpet and reuse it without damaging the padding, floor or carpet.

Soms is er bij het oplijmen gevaar voor toxische dampen of geuren, die soms een 11 bouwziektsyndroom" opwekken. In andere gevallen geschied het oplijmen zeer langzaam, aangezien men de juiste te gebruiken lijm en lijmhoe- veelheid moet bepalen en de lijm hetzij op de vloer, hetzij op de vulling, hetzij het tapijt moet worden aangebracht. Ook bestaat er het gevaar, dat er wat lijm op de bovenkant 2van het tapijt terecht komt en het beschadigt. Bovendien moet er met lijmen enige tijd verlopen om de lijm te harden en kan het tapijt om deze reden niet onmiddelijk worden gebruikt. Bij oplijmen kan het tapijt niet gemakkelijk precies worden neergelegd> wat vooral een nadeel is bij het leggen met een patroon, dat bij de naden moet aansluiten. Bij oplijmen is verwijdering van tapijt of vulling duur en moeten de vloeren opnieuw worden bewerkt alvorens met ander tapijt te worden belegd en gebruikt.Sometimes there is a risk of toxic fumes or odors when gluing, which sometimes cause a construction sickness syndrome. In other cases, gluing is very slow, since one has to determine the correct glue and glue quantity to be used and the glue either on the floor. whether to be applied to the padding or the carpet, there is also the risk of some glue getting on the top 2 of the carpet and damaging it, and gluing must take some time to set and for this reason, the carpet should not be used immediately. When gluing, the carpet cannot easily be laid exactly> which is a disadvantage especially when laying with a pattern, which must match the seams. When gluing, removal of carpet or filling is expensive and floors must be reworked before being laid and used with other carpets.

Bij andere legtypen zijn kleefvrije stroken nodig. Daarbij wordt het tapijt over een vulling gelegd en over de kleefvrije stroken gestrekt. Slechts een deskundige kan dit onder gebruik van speciale gereedschappen doen.Non-stick strips are required for other laying types. The carpet is placed over a filling and stretched over the adhesive-free strips. Only an expert can do this using special tools.

Een ander probleem is delaminering en hobbelvorimg van het tapijt, die soms bij bepaalde vullingen optreden. Delaminering treedt op als de tapijtrug loslaat van de tapijtbovenkant.Another problem is delamination and bumpiness of the carpet, which sometimes occur with certain fillings. Delamination occurs when the carpet backing comes off the carpet top.

Ook kan bij kleefvrij leggen en oplijmen het tapijt, als het nat wordt, niet gemakkelijk worden verwijderd om te drogen en kan zelfs blijvend worden beschadigd.Also, when tack-free laying and gluing, the carpet, when it gets wet, cannot be easily removed for drying and can even be permanently damaged.

Een ander probleem bij bekende systemen is, dat zij niet stijf kunnen worden gemaakt, zodat het tapijt of d2e tegel niet ruimtelijk stabiel is.Another problem with known systems is that they cannot be made rigid, so that the carpet or tile is not spatially stable.

Ook heeft bij deze bekende systemen een kant geen grotere kleefkracht dan de andere kant. Er treden enige extra legproblemen op bij kussens of vullingen, bestaande uit een wapeningsbaan, die is aangelegd tussen twee lagen vaste schuimrug, waarover een drukgevoelig kleefmiddel is aangebracht. Deze kunnen niet ademen, aangesien zij massief 2ijn en kunnen ook niet gemakkelijk van de vloer worden verwijderd.Also, in these known systems, one side has no greater adhesive strength than the other side. Some additional laying problems arise with cushions or fillings consisting of a reinforcement web sandwiched between two layers of solid foam backing over which a pressure sensitive adhesive is applied. These cannot breathe, since they are solid and cannot be easily removed from the floor.

Aangezien bestaande kussens of vullingen bovendien massief zijn en geen lucht kunnen doorlaten, kan er geen warmte door heen gaan en kan vocht niet gemakkelijk verdampen en wordt dus onder de vulling ingevangen en veroorzaakt schimmel.In addition, since existing cushions or fillings are solid and cannot let air through, heat cannot pass through and moisture cannot easily evaporate, trapping under the filling and causing mold.

De onderhavige uitvinding overwint boven genoemde nadelen en beoogt een beter steunbinder te geven, waarbij delaminering, hobbelvorimg of andere schade aan het tapijt wordt vermeden.The present invention overcomes the above drawbacks and aims to provide a better support binder, avoiding delamination, bumpy or other damage to the carpet.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steunbinder te geven, die voorkomt, dat schuim van de binder wordt losgescheurd.Another object of the invention is to provide an improved support binder which prevents foam from being torn off from the binder.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steunbinder te geven, die migratie van weekmaker voorkomt.Another object of the invention is to provide an improved support binder that prevents plasticizer migration.

De uitvidning beoogt verder een verbeterde steunbinder te geven, die zo stijf gemaakt kan worden, dat met de binder gelegd tapijt of tegel ruimtelijk stabiel kan zijn.Another object of the invention is to provide an improved support binder, which can be made so rigid that carpet or tile laid with the binder can be spatially stable.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steunbinder te geven, waarin de kleefkracht aan een kant groter kan zijn dan de kleefkracht aan de andere kant.Another object of the invention is to provide an improved support tie, in which the adhesive strength on one side may be greater than the adhesive strength on the other side.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steunbinder te geven, die bij het leggen geen gebruik van extra kleefmiddel op vloer, tapijt of binder vereist.Another object of the invention is to provide an improved support tie, which does not require the use of additional adhesive on the floor, carpet or tie when laying.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steunbinder te geven, die verwijderd en opnieuw gebruikt kan worden zonder schade aan binder, vloer of tapijt.Another object of the invention is to provide an improved support binder, which can be removed and reused without damage to the binder, floor or carpet.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steunbinder te geven, die geen toxische dampen of geuren verspreidt en "bouwziektesyndroom" vermijdt.Another object of the invention is to provide an improved support binder, which does not spread toxic fumes or odors and avoids "construction disease syndrome".

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steunbinder te geven, waarmee het leggen van tapijt veel sneller gaat, aangezien het niet nodig is op vloer, binder of tapijt een lijm aan te brengen.Another object of the invention is to provide an improved support binder, which makes carpet laying much faster, since it is not necessary to apply an adhesive to the floor, binder or carpet.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steunbinder te geven, waarbij het niet nodig is te bepalen welke de juiste te gebruiken lijm is en waarbij geen gevaar bestaat, dat er lijm op de bovenkant van het tapijt recht komt en dit beschadigt.Another object of the invention is to provide an improved support binder, wherein it is not necessary to determine which is the correct adhesive to be used and where there is no danger of adhesive coming onto the top of the carpet and damaging it.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, waarbij het niet nodig is de juiste benodigde hoeveelheid lijm te bepalen, aangezien er op de binder, zelf reeds lijm is aangebracht.Another object of the invention is to provide an improved support binder, wherein it is not necessary to determine the correct amount of glue required, since glue has already been applied to the binder itself.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, die geen tijd voor het laten harden van de lijm vereist.Another object of the invention is to provide an improved support binder that does not require time for the adhesive to set.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, die financiële voordelen biedt boven andere onderlegsystemen, aangezien het gelegde tapijt kan worden verwijderd en opnieuw kan worden gebruikt en dus niet permanent is.Another object of the invention is to provide an improved support binder, which offers financial advantages over other underlay systems, since the laid carpet can be removed and reused and thus not permanent.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, waarbij geen kleefvrije stroken behoeven te worden gebruikt, zodat de binder zonder speciale gereedschappen en gemakkelijk kan worden gelegd, aangezien het tapijt niet te behoeft te worden gestrekt.Another object of the invention is to provide an improved support binder in which no adhesive-free strips need to be used, so that the binder can be laid without special tools and easily, since the carpet does not need to be stretched.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, waarbij een kunststofvoering het bovenoppervlak van de binder bedekt ten einde het tapijt tijdens het uitleggen herhaaldelijk te kunnen verschuiven, wat van buitengewoon belang is wanneer een van een patroon voorzien tapijt bij de naden moet aansluiten.Another object of the invention is to provide an improved support binder, wherein a plastic liner covers the top surface of the binder to allow the carpet to slide repeatedly during lay-out, which is of particular importance when a patterned carpet is to adhere to the seams .

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, waarmee men tapijt goedkoop kan leggen, omdat men het tapijt sneller kan leggen en omdat er geen dure strekinrichting nodig is.Another object of the invention is to provide an improved support binder with which carpet can be laid inexpensively, because the carpet can be laid more quickly and because no expensive stretching device is required.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, waarbij de verwijderingskosten sterk zijn verlaagd als tapijt en binder moeten worden verwijderd.Another object of the invention is to provide an improved support binder, wherein the removal costs are greatly reduced when carpet and binder have to be removed.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, waarbij men vloeren onmiddelijk na verwijdering van het tapijt opnieuw kan beleggen, aangezien de vloer schoon en onmiddelijk gereed voor nieuw tapijt is.Another object of the invention is to provide an improved support binder, in which floors can be reinvested immediately after the carpet has been removed, since the floor is clean and immediately ready for new carpet.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, waarbij men het tapijt zodra het is gelegd kan gebruiken en belopen aangezien er geen lijm is gebruikt en er geen hardingstijd nodig is.Another object of the invention is to provide an improved support binder in which the carpet can be used and walked on as soon as it has been laid, since no glue has been used and no curing time is required.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, waarbij men het tapijt gemakkelijk kan verwijderen en drogen en weer terugleggen, indien het ooit nat wordt.Another object of the invention is to provide an improved support binder in which the carpet can be easily removed and dried and put back again if it ever gets wet.

De uitvinding beoogt verder een verbeterde steun-binder te geven, waarin zich openingen bevinden, waardoor er goed en gemakkelijk lucht door de steunbinder kan gaan. Dit laat toe, dat er warmte door gaat en voorkomt dat er onder vloeistoffen worden ingevangen.Another object of the invention is to provide an improved support binder, in which there are openings, through which air can easily and easily pass through the support binder. This allows heat to pass through and prevents trapping under liquids.

In de bijgaande tekeningen wordt een voorkeursuitvoering van de uitvinding nader toegelicht en beschreven. Van deze tekeningen isIn the accompanying drawings, a preferred embodiment of the invention is further explained and described. Of these drawings is

Figuur la een schematische voorstelling van een gaas, dat wordt gebruikt voor de vorming van de steunbinder van de onderhavige uitvinding.Figure 1a is a schematic representation of a mesh used to form the support tie of the present invention.

Figuur lb is een soortgelijk aanzicht als figuur la, dat het gaas van figuur la toont, dat is bekleed met een opschuimbaar materiaal alvorens het wordt opgeschuimd.Figure 1b is a view similar to Figure 1a showing the mesh of Figure 1a coated with a foamable material before being foamed.

Figuur lc is gelijk aan figuren la en lb en laat de steunbinder zien, nadat het opschuimbare materiaal is opgeschuimd.Figure 1c is similar to Figures 1a and 1b and shows the support binder after the foamable material has been foamed.

Figuur 2 is een doorsnede, genomen over lijn 2-2 van figuur lc.Figure 2 is a section taken on line 2-2 of Figure 1c.

Figuur 3 is een perspectief aanzicht, dat de steunbinder van de uitvinding gebruiksgereed toont.Figure 3 is a perspective view showing the support strap of the invention ready for use.

Figuur 4 is een doorsnede, die een wijze van gebruik van de steunbinder van de uitvinding voor het bevestigen van een tapijt op een vloer toont.Figure 4 is a sectional view showing a method of using the support tie of the invention for securing a carpet to a floor.

Figuur 5 is een soortgelijke doorsnede als figuur 4, die toont hoe een tapijt met een steunbinder op een vloer wordt bevestigd.Figure 5 is a similar section to Figure 4 showing how a carpet is secured to a floor with a support tie.

Figuur 6 is een schematische voorstelling, die een andere uitvoering van de steunbinder van de uitvinding toont.Figure 6 is a schematic representation showing another embodiment of the support tie of the invention.

Figuur 7 is een doorsnede, genomen over lijn 7-7 van figuur 6.Figure 7 is a section taken on line 7-7 of Figure 6.

Gelet op de tekeningen en vooral op figuren la-5 omvat steunbinder B van de uitvinding een gaas 1, dat bij voorkeur is gemaakt van een veelvoud van evenwijdige eerste raamelementen of draden 2 en een veelvoud van evenwijdige tweede raamelementen of draden 3, die elkaar snijden onder vorming van een veelvoud van eerste en tweede elkaar afwisselende vierkante openingen respectievelijk 4 en 5 tussen eerste en tweede draden 2 en 3. Gaas 1 kan worden gevormd door weven, breien of een andere welbekende methode, zodat eerste en tweede raamelementen (2 en 3) elkaar snijden door afwisselend over en onder elkaar te kruisen (figuur 6) of door plat op elkaar te zijn gevormd (figuur la). Eerste en tweede afwisselende openingen 4 en 5 zijn verschillende typen openingen als nader zal worden verklaard. In de tekeningen wordt gaas l getoond met eerste en tweede draden 2 en*3 evenwijdig onder rechte hoeken met elkaar en op gelijke afstanden van elkaar onder vorming van een veelvoud van eerste en tweede afwisselende vierkante openingen 4 en 5. De ligging van eerste en tweede draden 2 en 3 kan echter zodanig worden gewijzigd, dat gaas 1 een andere configuratie heeft dan wordt getoond in figuur la en nog altijd onder de uitvinding valt.Referring to the drawings and especially to Figures 1a-5, support binder B of the invention comprises a mesh 1, which is preferably made of a plurality of parallel first window elements or wires 2 and a plurality of parallel second window elements or wires 3 intersecting forming a plurality of first and second alternating square openings 4 and 5, respectively, between first and second threads 2 and 3. Mesh 1 may be formed by weaving, knitting, or another well known method such that first and second window elements (2 and 3 ) intersect each other by alternately crossing over and under each other (Figure 6) or by being formed flat on top of each other (Figure 1a). First and second alternate openings 4 and 5 are different types of openings as will be explained in more detail. In the drawings, mesh 1 is shown with first and second wires 2 and * 3 parallel at right angles to each other and equidistant from each other to form a plurality of first and second alternating square openings 4 and 5. The location of first and second wires 2 and 3, however, can be modified such that mesh 1 has a different configuration than shown in Figure 1a and is still within the scope of the invention.

Eerste afwisselende openingen 4 zijn overal van verstoken en blijven leeg. Tweede afwisselende openingen 5 zijn echter voorzien van een veelvoud van spandraden 6, die tweede afwisselende openingen 5 overbruggen onder bevestiging van eerste hoofddraden 2 aan elkaar en onder vorming van een veelvoud van rechthoekige ruimten 7, die smal en evenwijdig aan elkaar zijn. spandraden 6 zijn evenwijdig aan elkaar en met tweede draden 3. Dit vormt gaas 1 tot een schaakbordpatroon met tweede afwisselende openingen 5 met spandraden 6 daarin en eerste afwisselende openingen 4, die leeg zijn en geen spandraden bevatten. Hoewel spandraden 6 worden afgebeeld als bij voorkeur loodrecht op eerste spandraden 2 en evenwijdig aan elkaar en tweede draden 3, kunnen spandraden 6 natuurlijk andere standen in tweede afwisselende openingen 5 aannemen zonder buiten het kader van de uitvinding te komen.First alternate openings 4 are devoid of everything and remain empty. However, second alternate openings 5 are provided with a plurality of tension wires 6 bridging second alternate openings 5 while fastening first main wires 2 together and forming a plurality of rectangular spaces 7 which are narrow and parallel to each other. tension wires 6 are parallel to each other and with second wires 3. This forms mesh 1 into a checkerboard pattern with second alternating openings 5 with tension wires 6 therein and first alternate openings 4, which are empty and do not contain tension wires. Although tension wires 6 are depicted as preferably perpendicular to first tension wires 2 and parallel to each other and second wires 3, tension wires 6 can of course assume different positions in second alternate openings 5 without departing from the scope of the invention.

Gaas 1 is bekleed met een opschuimbaar materiaal 10, zodat de gehele omtrek van elke eerste en tweede draad 2 en 3, alsmede de hele omtrek van elke spandraad 6 met opschuimbaar materiaal 10 is bekleed. Bij voorkeur bevindt zich opschuimbaar materiaal in eerste afwisselende openingen 4, die geen spandraden 6 bevatten. Men kan allerlei bekende of gebruikelijke middelen gebruiken om te voorkomen dat opschuimbaar materiaal 10 wordt afgezet in eerste afwisselende openingen 4, waarin zich geen spandraden 6 bevinden. Zo kan men bijvoorbeeld schaakbordvormige mas-keerplaten (niet getoond) tijdens de bekledingsbewerking gebruiken ten einde te voorkomen, dat opschuimbaar materiaal 10 over eerste afwisselende openingen 4 wgrdt uitgestreken. Ook is het mogelijk chemisch te voorkomen, dat het opschuimbare materiaal over eerste afwisselende openingen 4 wordt uitgestreken en ook is het mogelijk de hoeveelheid opschuimbaar materiaal op eerste en tweede draden 2 en 3 zodanig te beperken, dat wanneer het opschuimbare materiaal wordt opgeblazen het niet over eerste afwisselende openingen 4 wordt uitgestreken.Mesh 1 is coated with a foamable material 10, so that the entire circumference of each first and second wire 2 and 3, as well as the entire circumference of each tension wire 6, is coated with foamable material 10. Preferably, foamable material is located in first alternate openings 4, which do not contain tension wires 6. A variety of known or conventional means can be used to prevent foamable material 10 from being deposited in first alternate openings 4 in which there are no tension wires 6. For example, one can use chessboard-shaped mas baffles (not shown) during the coating operation to prevent foamable material 10 from spreading over first alternate openings 4. It is also possible chemically to prevent the foamable material from being spread over first alternate openings 4, and it is also possible to limit the amount of foamable material on first and second threads 2 and 3 such that when the foamable material is inflated it does not first alternate openings 4 are spread out.

Daarbij is het mogelijk de afzetting van opschuimbaar materiaal 10 in eerste afwisselende openingen 4 te beperken door de bekleding door een knijpwals uit te wringen. Daarbij kan het mogelijk zijn gaas 1 te behandelen door dompelbekleding of blaasbekleding en daarna het opschuimbare materiaal uit de eerste afwisselende openingen 4 weg te blazen.In addition, it is possible to limit the deposition of foamable material 10 in first alternate openings 4 by wringing the coating through a pinch roller. In addition, it may be possible to treat gauze 1 by dip coating or blow coating and then blowing the foamable material out of the first alternate openings 4.

Opschuimbaar materiaal 10 wordt daarna gedurende een zekere tijd onderworpen aan warmte of een ander chemisch proces, zodat opschuimbaar materiaal 10 wordt opgeblazen of gaat schuimen onder vorming van een verend steunkussen 11 in elk van tweede afwisselende openingen 5, als getoond in figuur lc. Opgemerkt wordt, dat het schuim-materiaal van steunkussens 11 ruimten 7 tussen spandraden 6 in tweede afwisselende openingen 5 geheel opvult evenals de ruimte tussen eerste en tweede draden 2 en 3 in tweede afwisselende openingen 5. Wanneer opschuimbaar materiaal 10 in tweede afwisselende openingen 5 wordt opgeblazen, expandeert eigenlijk opschuimbaar materiaal 10 op eerste en tweede draden 2 en 3 en op spandraden 6 en versmelt en loopt in elkaar en wordt een enkel geschuimd steunkussen 11, dat tweede afwisselende openingen 5 volledig vult. Opgemerkt wordt, dat hoewel opschuimbaar materiaal 10 op eerste en tweede draden 2 en 3, die eerste afwisselende lege openingen 4 vormen, iets in de eerste afwisselende lege openingen 4 expandeert, openingen 4 vrij van enig schuimmateriaal blijven.Foamable material 10 is then subjected to heat or other chemical process for a period of time, such that foamable material 10 is inflated or foamed to form a resilient support pad 11 in each of second alternate openings 5, as shown in Figure 1c. It should be noted that the foam material of support pads 11 completely fills spaces 7 between tension wires 6 in second alternate openings 5 as well as the space between first and second wires 2 and 3 in second alternate openings 5. When foamable material 10 becomes in second alternate openings 5 inflated, actually foamable material 10 expands on first and second threads 2 and 3 and on tension threads 6 and fuses and wraps together to become a single foamed support pad 11, completely filling second alternate openings 5. It is noted that although foamable material 10 on first and second threads 2 and 3, which form first alternate empty openings 4, expands slightly into the first alternate empty openings 4, openings 4 remain free of any foam material.

Eigenlijk is de resulterende structuur een steun-binder B met platte bovenvlakken respectievelijk 15 en 16 en met een schaakbordpatroon met afwisselende open ruimten 4 zonder enig schuimmateriaal, gescheiden door afwisselende geschuimde steunkussens ll. De afwisseling van steunkussens 11 met open ruimten 4 in een schaakbordpatroon strekt zich vlak in alle richtingen uit. Steunkussens 11 zijn dik vergeleken bij de dikte van eerste en tweede draden 2 en 3 en spandraden 6. Steunkussens 11 zijn sponsachtig, meegaand en veerkrachtig.Actually, the resulting structure is a support binder B with flat top surfaces 15 and 16, respectively, and with a checkerboard pattern with alternating open spaces 4 without any foam material, separated by alternating foamed support pads 11. The alternation of support pads 11 with open spaces 4 extends in a checkerboard pattern extends flat in all directions. Support pads 11 are thick compared to the thickness of first and second wires 2 and 3 and tension wires 6. Support pads 11 are spongy, compliant and resilient.

Bij voorkeur is er op steunbinder B een druk gevoelig kleefmiddel 12 uitgerold over tenminste een vlak van steunbinder B. In de tekening zijn de gehele buitenoppervlakken van steunkussens 11 bekleed met een dunne bekleding van drukgevoelig kleefmiddel 12. Het valt echter onder de uitvinding, wanneer minder dan het gehele oppervlak van steunkussens 11 is bekleed. Desgewenst kan drukgevoelig kleefmiddel 12 ook op steunbinder B worden gesproeid of kan hij in een bad van drukgevoelig kleefmiddel worden gedompeld. Het drukgevoelige kleefmiddel is bij voorkeur een niet oxyderend drukgevoelig kleefmiddel van permanent kleverig, gemodificeerd acrylvinylacetaat-etheencopolymeer. Op de boven- en ondervlakken van steunbinder B zijn los-laatvoeringen 17 en 18 aangebracht teneinde te voorkomen dat steunbinder B hetzij aan zichzelf, hetzij aan enig ander voorwerp kleeft alvorens hij gaat worden gebruikt. Loslaatvoeringen 17-18, die in de tekeningen worden getoond, zijn gemaakt van vinyl of polyethyleen of een ander geschikt materiaal. In de tekeningen wordt een paar loslaatvoeringen 17 en 18 getoond. Hoewel er in de tekening twee loslaatvoeringen 17 en 18 worden getoond, valt het onder de uitvinding een enkele loslaatvoeringen 17 of 18 te gebruiken, die is gebonden aan één vlak 15 of 16 van steunbinder B. Daarbij kunnen loslaatvoeringen 17 of 18 of beide zijn voorzien van openingen.Preferably, a pressure sensitive adhesive 12 has been rolled out on at least one face of support binder B on support binder B. In the drawing, the entire outer surfaces of support pads 11 are coated with a thin coating of pressure sensitive adhesive 12. However, it is within the invention when less then the entire surface of support pads 11 is coated. If desired, pressure-sensitive adhesive 12 can also be sprayed onto support binder B or immersed in a bath of pressure-sensitive adhesive. The pressure-sensitive adhesive is preferably a non-oxidizing pressure-sensitive adhesive of permanently tacky, modified acrylic vinyl acetate-ethylene copolymer. Release liners 17 and 18 are provided on the top and bottom surfaces of support binder B to prevent support binder B from sticking either to itself or to any other object before it is used. Release liners 17-18, shown in the drawings, are made of vinyl or polyethylene or other suitable material. In the drawings, a pair of release liners 17 and 18 are shown. Although two release liners 17 and 18 are shown in the drawing, it is within the invention to use a single release liners 17 or 18 bonded to one face 15 or 16 of support binder B. Release liners 17 or 18 or both may be provided of openings.

Geschuimde steunkussens 11 in openingen 5 kunnen op elke welbekende wijze worden gevormd. Men kan zowel technologie met gesloten cellen als open cellen gebruiken voor het vormen van geschuimde steunkussens 11 in openingen 5. Bij een voorkeurswijze voor het vormen van veerkrachtige geschuimde steunkussens 11 bekleedt men eerste en tweede draden 2 en 3 en spandraden 6 van gaas 1 met opschuimbaar materiaal 10. Opschuimbaar materiaal 10 bestaat bij voorkeur uit een mengsel van polyvinylchloride (hierna PVC), een weekmaker, zoals dioctylftalaat (hierna DOP) en een opblaasmiddel, zoals azodicarbonamide (hierna AZO). Er werd gevonden, dat 100 delen DOP tot ongeveer 100 delen PVC en 2-4 delen AZO uitstekende resultaten geven. Ook is het mogelijk het opschuimbare materiaal te maken uit urethaan, latex of enig ander materiaal, dat hetzij chemisch, hetzij mechanisch tot een schuim wordt opgeblazen. Zo kan men bijvoorbeel binnen het kader van de uitvinding 4, 4'-oxybis (benzeensulfonyl)hydrazine (OBSH) gebruiken. Gaas l met opschuimbaar materiaal 10 wordt ongeveer 1 minuut in een oven geplaatst bij ongeveer 400°F, zodat het wordt opgeblazen en gaat schuimen tot een sponsachtige consistentie onder vorming kussens 11.Foamed support pads 11 in openings 5 can be formed in any well-known manner. Both closed-cell and open-cell technology can be used to form foamed support pads 11 in openings 5. In a preferred manner of forming resilient foamed support pads 11, first and second wires 2 and 3 and mesh wires 6 of mesh 1 are foamed material 10. Foamable material 10 preferably consists of a mixture of polyvinyl chloride (hereinafter PVC), a plasticizer such as dioctyl phthalate (hereinafter DOP) and an blowing agent such as azodicarbonamide (hereinafter AZO). It has been found that 100 parts of DOP to about 100 parts of PVC and 2-4 parts of AZO give excellent results. It is also possible to make the foamable material from urethane, latex or any other material which is blown into a foam either chemically or mechanically. For example, within the scope of the invention it is possible to use 4,4'-oxybis (benzenesulfonyl) hydrazine (OBSH). Mesh 1 with foamable material 10 is placed in an oven at about 400 ° F for about 1 minute to inflate and foam to a spongy consistency to form cushions 11.

Details van andere schuimmiddelen, die men ook in verband met de uitvinding kan gebruiken, worden beschreven in Modern Plastics Mid October 1989-90 Encyclopedia issue 184, 187, 188, 274, 276, 278,· 279, 282, 283 en 286 alsmede op bladzijde 626 van Modern Plastics 1984-84 Encyclopedia issue.Details of other foaming agents which may also be used in connection with the invention are described in Modern Plastics Mid October 1989-90 Encyclopedia issue 184, 187, 188, 274, 276, 278, 279, 282, 283 and 286 as well as page 626 of Modern Plastics 1984-84 Encyclopedia issue.

Men kan eventueel andere polymeren, weekmakers en schuimmiddelen gebruiken. Een lijst van schuimmiddelen voor verschillende thermoplastische stoffen wordt gegeven op bladzijde 628 van Modern Plastics 1984-85 Encyclopedia issue. Speciale chemicaliën, die worden genoemd voor gebruik met flexibel PVC (weekmakerbevattend PVC) uit deze lijst zijn azodicarbonamide, dinitrosopentamethyleentetra-mine, 4,4'-oxybis (benzeensulfonyl)hydrazine en p-tolu-eensulfonyl semicarbazide. Men zou ook andere schuimmiddelen kunnen gebruiken.Optionally, other polymers, plasticizers and foaming agents can be used. A list of foaming agents for various thermoplastics is given on page 628 of Modern Plastics 1984-85 Encyclopedia issue. Special chemicals mentioned for use with flexible PVC (plasticizer-containing PVC) from this list are azodicarbonamide, dinitrosopentamethylene tetramine, 4,4'-oxybis (benzenesulfonyl) hydrazine and p-toluene sulfonyl semicarbazide. Other foaming agents could also be used.

In plaats van DOP kan men een grote verscheidenheid van weekmakers gebruiken. Algemeen criteria voor de selectie van weekmakers worden gegeven op bladzijde 200 en 203 van de Modern Plastics 1989-90 Encyclopedia issue en een lijst van kandidaatweekmakers wordt gegeven op bladzijden 668-677 van dezelfde uitgave. De keuze van de weekmaker en de hoeveelheid daarvan hangen af van de verenigbaarheid met en het buigzaammakende effect op de weekmaker voor het basispolymeer.A wide variety of plasticizers can be used instead of DOP. General criteria for the selection of plasticizers are given on pages 200 and 203 of the Modern Plastics 1989-90 Encyclopedia issue and a list of candidate plasticizers is given on pages 668-677 of the same issue. The selection of the plasticizer and the amount thereof depend on the compatibility with and the plasticizing effect on the plasticizer for the base polymer.

Behalve PVC kan men ook andere polymeren gebruiken. In plaats van weekmakerbevattend PVC kan men thermoplastische elastomeren gebruiken. Ter verkrijging van soortgelijk mechanisch gedrag kan men weekmakerbevattend polymethylmethacrylaat (PMMA) of weekmakerbevattend polystyreen (PS) gebruiken in plaats van weekmakerbevattend PVC. PS en PMMA zijn uit oogpunt van onvlambaarheid minder gewenst dan PVC. Polyalkenen kunnen ook in buigzaam be-schuimen voor gebruik in de steunbinder worden gebruikt.In addition to PVC, other polymers can also be used. Instead of plasticizer-containing PVC, thermoplastic elastomers can be used. To obtain similar mechanical behavior, plasticizer-containing polymethyl methacrylate (PMMA) or plasticizer-containing polystyrene (PS) can be used instead of plasticizer-containing PVC. PS and PMMA are less desirable than PVC from a flammability point of view. Polyolefins can also be used in flexible foams for use in the support binder.

Als boven aangegeven worden methoden voor het produceren van thermoplastische schuimen door extrusie samen gevat op bladzijden 274, 267 en 278 Modern Plastics 1989-90 Encyclopedia issue. Het schuimextrudaat kan rechtstreeks voor het bekleden van de draden worden gebruikt.As indicated above, methods for producing thermoplastic foams by extrusion are summarized on pages 274, 267 and 278 Modern Plastics 1989-90 Encyclopedia issue. The foam extrudate can be used directly for coating the threads.

Voor het maken van de geschuimde kussens kan ook reactief schuimen worden gebruikt. Reagentia ter productie van buigzaam urethaanschuim kunnen op het gaas worden afgestreken. Als de urethaan hardt kan men ter regeling van de vorm van de kussens een vormmatrijs of bewegende van contouren voorziene band gebruiken. Bereiding van polyeur-ethaan schuim wordt samengevat op bladzijden 279-286 van Modern Plastics 1989-90 Encyclopedia issue. In het algemeen kan men ter vorming van een buigzaam schuim en poliol (zoals van polyether) met een isocyanaat laten reageren. Daarbij kan ter voorkoming van migratie van de weekmaker de steunbinder worden gevormd of bekleed met een urethaanbar-riere.Reactive foams can also be used to make the foamed cushions. Reagents for producing flexible urethane foam can be coated on the gauze. When the urethane hardens, a mold or moving contoured belt can be used to control the shape of the pads. Preparation of polyurethane foam is summarized on pages 279-286 of Modern Plastics 1989-90 Encyclopedia issue. Generally, to form a flexible foam and poliol (such as from polyether), one can react with an isocyanate. In addition, to prevent migration of the plasticizer, the support binder can be formed or coated with a urethane barrier.

Steunbinder B kan volgens de uitvinding worden gebruik voor het leggen van kamerbreed tapijt c als getoond in figuren 4 en 5 of kan worden gebruikt voor het leggen van een luchtmat over een vloer of over een andere mat of tapijt. De wijze van leggen van steunbinder B en een tapijt C wordt getoond in figuren 4 en 5 en is nagenoeg identiek aan de wijze van leggen van binder en tapijt als getoond in het Amerikaanse octrooischrift 4.234.649.Support binder B can be used according to the invention for laying broadloom carpet c as shown in Figures 4 and 5 or can be used for laying an air mat over a floor or over another mat or carpet. The method of laying support binder B and a carpet C is shown in Figures 4 and 5 and is substantially identical to the method of laying binder and carpet as shown in U.S. Patent 4,234,649.

Bij het leggen wordt steunbinder B op vloer F gelegd met zijn ondervlak 16 op de vloer en daarop vastgehouden door drukgevoelige kleefbekleding 12 op kussens 11. Daarna wordt een tapijt 'C over steunbinder B gelegd en over bovenste loslaatvoering 17, die zijn bovenvlak 15 bedekt. Al het noodzakelijke snijden, passen, enz. kan aan tapijt C worden uitgevoerd alvorens bovenste loslaatvoering 17 wordt verwijderd van bovenvlak 15 van steunbinder B. Daarna wordt voering 17 verwijderd en wordt tapijt C over bovenvlak 15 van steunbinder B gelegd en daarop vastgehouden door drukgevoelige kleefbekleding 12 op kussens 11.In the laying, support binder B is laid on floor F with its bottom surface 16 on the floor and held thereon by pressure-sensitive adhesive coating 12 on cushions 11. Thereafter, a carpet 'C is placed over support binder B and over top release liner 17 covering its top surface 15. All necessary cutting, fitting, etc. can be performed on carpet C before removing top release liner 17 from top surface 15 of support binder B. Thereafter, liner 17 is removed and carpet C is placed over top surface 15 of support binder B and held thereon by pressure sensitive adhesive coating 12 on cushions 11.

Bij deze constructie draagt steunbinder B een mat of tapijt C en voorkomt dat dit gaat glijden, bewegen, hobbelen, enz. Tapijt C kan gemakkelijk van bovenvlak 15 van steunbinder B worden verwijderd vanwege drukgevoelig kleefmiddel 12, dat tapijt C vasthoudt. Steunbinder B kan ook gemakkelijk van vloer F worden verwijderd, omdat het daarop wordt vastgehouden door drukgevoelige kleefbekleding 12 of kussens 11.In this construction, support binder B carries a mat or carpet C and prevents it from slipping, moving, bumping, etc. Carpet C can be easily removed from top surface 15 of support binder B due to pressure sensitive adhesive 12, which retains carpet C. Backing strap B can also be easily removed from floor F as it is held thereon by pressure sensitive adhesive cover 12 or pads 11.

Figuren 6 en 7 tonen een andere uitvoering van de uitvinding. Bij deze uitvoering omvat gaas 1 eerste en tweede draden 2 en 3, die met rechte hoeken op elkaar staan. Eerste en tweede draden 2 en 3 kunnen geweven, gebreid of op een andere welbekende wijze gemaakt zijn. Bij deze uitvoering heeft gaas 1 niet de schaakbordconfiguratie van de uitvoering van de uitvinding, getoond in figuren la- 5. Bij deze uitvoering zijn daarentegen alle ruimten 30, die door eerste en tweede draden 2 en 3 worden gevormd, open. Elk van eerste en tweede draden 2 en 3 is zodanig bekleed met een opschuimbaar materiaal (gelijk aan het materiaal, beschreven in verband met figuren la-5), dat eerste en tweede draden 2 en 3 worden bedekt. Elk van eerste en tweede draden 2 en 3 is zodanig met het opschuimbaar materiaal bekleed, dat de gehele omtrek van eerste en tweede draden 2 en 3 wordt bedekt.Figures 6 and 7 show another embodiment of the invention. In this embodiment, mesh 1 comprises first and second wires 2 and 3, which are at right angles to each other. First and second threads 2 and 3 can be woven, knitted or made in some other well-known manner. In this embodiment, mesh 1 does not have the checkerboard configuration of the embodiment of the invention shown in Figures 1-5. In this embodiment, on the other hand, all spaces 30 formed by first and second wires 2 and 3 are open. Each of first and second threads 2 and 3 is coated with a foamable material (similar to the material described in connection with Figures 1a-5) to cover first and second threads 2 and 3. Each of first and second threads 2 and 3 is coated with the foamable material to cover the entire circumference of first and second threads 2 and 3.

Als het opschuimbare materiaal wordt opgeblazen, vormt het een sponsachtige schuimbekleding 31, die elk van de elkaar snijdende eerste en tweede draden 2 en 3 omringt en volledig bedekt. Schuimbekleding 31 komt echter slechts gedeeltelijk in elk van open ruimten 30, zodat er een opening 30 overblijft in elk van de open ruimten, gevormd door elkaar snijdende eerste en tweede draden 2 en 3. Op eenzelfde wijze als bij de uitvoering la-5 is sponsachtige schuimbekleding 31 veel dikker dan onderliggende eerste en tweede draden 2 en 3 onder verkrijging van gerede steun-binder BB, die voor het dragen van een tapijt of een luchtmat voldoende veerkrachtig is.When the foamable material is inflated, it forms a sponge-like foam coating 31, which surrounds and completely covers each of the intersecting first and second threads 2 and 3. However, foam liner 31 only partially enters each of open spaces 30, leaving an opening 30 in each of the open spaces formed by intersecting first and second threads 2 and 3. Similarly to embodiment 1a-5, spongy foam cover 31 much thicker than underlying first and second threads 2 and 3 to obtain finished support binder BB, which is sufficiently resilient for carrying a carpet or air mat.

steunbinder BB wordt daarna in een bad drukgevoe-lig kleefmiddel gedompeld ter vorming van een dunne bekleding 32 over dikke schuimbekleding 31. Dit kan ook geschieden door sproeien of rollen. Bovenste en onderste loslaat-voeringen (gelijk aan de beide uitvoering van figuren la-5 getoonde) kunnen dan op boven- en ondervlak gerede steunbinder BB worden aangebracht. Als beschreven bij de uitvoering van figuren la-5, kan men een enkele loslaatvoering gebruiken en kunnen de loslaatvoeringen van openingen zijn voorzien. Steunbinder BB wordt op dezelfde wijze gebruikt als beschreven in verband met de uitvoering van figuren la-5.support strap BB is then dipped in a bath pressure sensitive adhesive to form a thin coating 32 over thick foam coating 31. This may also be done by spraying or rolling. Top and bottom release liners (similar to both embodiments shown in Figures 1a-5) can then be applied to top and bottom surfaces of finished support belt BB. As described in the embodiment of Figures 1a-5, a single release liner may be used and the release liners may be apertured. Support strap BB is used in the same manner as described in connection with the embodiment of Figures 1a-5.

Het blijkt dus, dat de uitvinding een verbeterde steunbinder geeft, die voorkomt dat tapijt gaat delamine-ren, hobbelen of anders wordt beschadigd, voorkomt dat het schuim van de binder wordt losgescheurd, voorkomt dat de weekmaker gaat migreren en zo stijf kan worden gemaakt, dat op de binder gelegd tapijt of tegel ruimtelijk stabiel kan zijn. Bij de verbeterde steunbinder van de uitvinding kan de kleefkracht aan een kant groter zijn dan de kleefkracht aan de andere kant en met de drukgevoelige kleefbekleding op de binder zijn er bij het leggen geen extra kleefmidde-len nodig op vloer, tapijt of binder. De steunbinder kan worden verwijderd en opnieuw worden gebruikt zonder schade aan kussen, vloer of tapijt en verspreidt geen toxische dampen of geuren (ter vermijding van "bouwziektesyndroom"). Bovendien gaat het leggen van tapijten met de uitvinding veel sneller, aangezien het niet nodig is lijm aan te brengen op vloer, bindmiddel of tapijt en het niet nodig is de voor het leggen juiste lijm te bepalen. Ook blijkt, dat de steunbinder volgens de uitvinding openingen kan hebben, die vrije en gemakkelijke doorgang van lucht toelaat.Thus, it has been found that the invention provides an improved support binder, which prevents carpet from delaminating, bumping or otherwise being damaged, prevents the foam from tearing off the binder, prevents the plasticizer from migrating and thus can be made stiff, that carpet or tile placed on the binder can be spatially stable. In the improved support tie of the invention, the adhesive strength on one side may be greater than the adhesive strength on the other side, and with the pressure sensitive adhesive coating on the binder, no additional adhesives are required on the floor, carpet or binder when laying. The support strap can be removed and reused without damaging the cushion, floor or carpet and does not emit toxic fumes or odors (to avoid "construction sickness syndrome"). In addition, carpeting is much faster with the invention since it is not necessary to apply adhesive to the floor, binder or carpet and it is not necessary to determine the correct adhesive for installation. It also appears that the support strap according to the invention can have openings which allow free and easy passage of air.

Claims

Supporting strap, characterized by a mesh having a plurality of window elements, at least some of these window elements being spaced apart to form openings, foam material surrounding at least some of the window elements, which foam material extends at least in some of the openings and that at least part of the support binder is provided with a pressure-sensitive adhesive coating.

Support tie according to claim 1, characterized in that the window elements comprise first and second wires which intersect.

Backing strap according to claim 2, characterized in that the foam material extends in and at least substantially closes these openings.

Support binder according to claim 3, characterized in that the foam material comprises support cushions closing at least some of the openings.

Support tie according to claim 4, characterized in that the support cushions have a greater thickness than the thickness of the window elements.

Support tie according to claim 5, characterized in that the support pads alternately close openings, whereby the support tie obtains a checkerboard-like pattern.

Backing strap according to claim 6, characterized in that some openings contain a plurality of thread segments, which support segments connect first and second threads. Support tie according to claim 7, characterized in that first and second threads are perpendicular to each other.

Support tie according to claim 8, characterized in that the wire segments run parallel to each other and with the second wires and are perpendicular to the first wires.

Backing strap according to claim 9, characterized in that the pressure-sensitive adhesive coating surrounds the foam material.

Support tie according to claim 10, characterized in that the pressure-sensitive adhesive coating covers each of the support pads.

Support tie according to claim 11, characterized in that at least one release liner is arranged on a surface of the support tie.

Support tie according to claim 12, characterized in that the release liner is provided with openings.

Support tie according to claim 12, characterized in that a release liner is provided on each face of the support tie.

Backing strap according to claim 12, characterized in that the foam material is coated with a urethane barrier.

Backing strap according to claim 12, characterized in that the foam material contains polyvinyl chloride and a plasticizer.

Backing strap according to claim 16, characterized in that the foam material contains 100 parts of polyvinyl chloride to 100 parts of plasticizer.

Backing strap according to claim 16, characterized in that the plasticizer is dioctyl phthalate.

Backing strap according to claim 12, characterized in that the pressure-sensitive adhesive is an acrylic acetate-ethylene copolymer.

20. A method of making a gusset from a mesh having a plurality of spaced window elements to form openings, characterized in that at least some of the window elements are lined with a foamable material, the foamable material is expanded to form coating a foam material and at least a portion of the support binder with a pressure sensitive adhesive.

A method according to claim 20, characterized in that the foamable material is allowed to expand in at least some of the openings and to close them substantially.

Method according to claim 21, characterized in that the foamable material is allowed to expand into cushions thicker than the window elements.

Method according to claim 22, characterized in that the cushions are formed in alternating openings in the gauze.

A method according to claim 23, characterized in that the foamable material contains polyvinyl chloride, a plasticizer and an blowing agent.

Process according to claim 24, characterized in that 100 parts of polyvinyl chloride and 10 parts of plasticizer are used.

26. Process according to claim 25, characterized in that 2-4 parts of blowing agent are used.

27. Process according to claim 26, characterized in that the plasticizer is dioctyl phthalate

A method according to claim 27, characterized in that the blowing agent is azodicarbonamide.

A method according to claim 28, characterized in that the foamable material is heated in order to inflate it.

A method according to claim 29, characterized in that the foamable material is heated at a temperature of 400 ° F.

31. Process according to claim 30, characterized in that the foamable material is heated for 1 minute.

A method according to claim 31, characterized in that the pressure-sensitive adhesive is rolled over the gauze.

A method according to claim 32, characterized in that the pressure-sensitive adhesive contains an acrylic acetate-ethylene copolymer.

A method according to claim 33, characterized in that a release liner is provided over at least one face of the support binder.

A method according to claim 23, characterized in that the pressure-sensitive adhesive coating is applied over the support pads.