NL9101299A

NL9101299A - Device for turning long, planar objects which are supplied in their longitudinal direction

Info

Publication number: NL9101299A
Application number: NL9101299A
Authority: NL
Original assignee: Handelmaatschappij En Houtbewe
Priority date: 1991-07-25
Filing date: 1991-07-25
Publication date: 1993-02-16

Abstract

The invention provides a device for turning long, planar objects which are supplied in their longitudinal direction along a feed path, for example profiled laths, in which device a turning path, which is arranged in line with the feed path and is delimited by two opposite longitudinal guide walls and has a tilting rib which extends at a distance from the centre between these two guide walls, beneath which turning path a transverse conveyor for conveying the turned objects onwards in the transverse direction is arranged, while a deceleration unit which can be activated by the passage of the rear end of an object is located at a certain distance upstream of the entry end of the turning path. <IMAGE>

Description

Korte aanduiding: Inrichting voor het keren van volgens hun lengterichting aangevoerde lange platte voorwerpen.Short designation: Device for turning long flat objects supplied along their longitudinal direction.

De uitvinding ligt op het gebied van de behandeling van lange platte voorwerpen, zoals profielschroten.The invention is in the field of the treatment of long flat objects, such as profile sheets.

Bij de vervaardiging van profielschroten komt het voor, dat de schroten moeten worden gekeerd. Een dergelijke noodzaak tot keren doet zich bijvoorbeeld voor, wanneer de schroten, na aan hun naar beneden gerichte zijde te zijn gladgeschaafd, op kwaliteit van het bewerkte oppervlak moeten worden beoordeeld alvorens voor verdere behandeling te worden vrijgegeven.In the production of profile sheets it sometimes happens that the sheets have to be turned. Such a need for turning occurs, for example, when the sheets, after being planed smoothly on their downward side, must be assessed for quality of the machined surface before being released for further treatment.

De uitvinding nu beoogt hiervoor een inrichting te verschaffen, waarmede het keren van volgens hun lengterichting met betrekkelijk grote snelheid over een aanvoerbaan aangevoerde lange platte voorwerpen, zoals profielschroten, automatisch en met grote bedrijfszekerheid plaatsvindt.The invention now aims at providing an apparatus for this purpose, with which the turning of long flat objects, such as profile sheets, supplied along their longitudinal direction at a relatively high speed over a supply track, takes place automatically and with great operational reliability.

De daartoe door de uitvinding voorgestelde inrichting wordt gekenmerkt door een in het verlengde van de aanvoerbaan opgestelde, door twee overstaande langsgeleidingswanden begrensde keerbaan met een zich op een afstand uit het midden tussen de beide geleidingswanden uitstrekkende kantelribbe, onder welke keerbaan een dwarstransporteur bevindt voor het in dwarsrichting verder transporteren van de gekantelde voorwerpen is aangebracht, terwijl zich op enige afstand stroomopwaarts van het invoereinde van de keerbaan een door het passeren van het achtereinde van een voorwerp activeerbare afreminrichting bevindt.The device proposed for this purpose by the invention is characterized by a turning track disposed in line with the supply track and bounded by two opposite longitudinal guide walls with a tilting rib extending at a distance from the center between the two guide walls, under which turning track a transverse conveyor is provided for transverse transport of the tilted objects is arranged transversely, while a brake device which can be activated by passing the rear end of an object is located some distance upstream of the infeed end of the turning track.

Een dergelijke keer inrichting maakt het mogelijk, de te keren platte voorwerpen, in het bijzonder profielschroten, met betrekkelijk grote snelheid, bijvoorbeeld 300 a 400 meter per minuut, over de aanvoerbaan aan de kantel inrichting toe te voeren, waarbij de voorwerpen door de erin aanwezige kinetische energie snel over de kantelribbe als dragende ondergrond heen naar hun kantelpositie worden gébracht, in welke positie zij door het activeren van de afreminrichting snel tot stilstand worden gébracht en dan om de uit het midden liggende kantelribbe kunnen kantelen en vanuit de keerbaan op de zich daaronder bevindende dwarstransporteur kunnen vallen.Such a turning device makes it possible to feed the flat objects to be turned, in particular profile sheets, at a relatively high speed, for instance 300 to 400 meters per minute, over the supply path to the tilting device, the objects being passed through the present kinetic energy is brought quickly over the tilting rib as a supporting surface to their tilting position, in which position they are brought to a rapid stop by activating the braking device and then can tilt around the centering tilting rib and from the turning path on the underneath standing cross conveyor may fall.

De verplaatsingssnelheid op de dwarstransporteur is, gezien de lengte-breedteverhouding van de voorwerpen, die bij profielschroten bijvoorbeeld 60:1 bedraagt, aanzienlijk lager dan in de keerbaan, zodat de kwaliteitscontrole tijdens dit transport op adequate wijze, voorafgaand aan het bundelen van de schroten, kan worden uitgevoerd.The displacement speed on the transverse conveyor is, given the length-width ratio of the objects, which is, for example, 60: 1 for profile sheeting, considerably lower than in the turning lane, so that the quality control during this transport is adequate prior to bundling the sheeting, can be performed.

Verdere kenmerken van de uitvinding worden hieronder aan de hand van de tekening met een uitvoeringsvoorbeeld nader toegelicht.Further features of the invention are explained in more detail below with reference to the drawing with an exemplary embodiment.

Fig. 1 toont een zijaanzicht van het eindgedeelte van een aanvoerbaan en de daarop aansluitende keerbaan van de keer inrichting volgens de uitvinding, en wel met de afremeeriheid in de onwerkzame positie; fig. 2 toont een zijaanzicht als dat volgens fig. 1, doch nu met de afremeenheid in de werkzame positie; fig. 3 is een eindaanzicht, gezien van rechts in fig. 1 en 2, in een uitvoering met een dubbele keerbaan; fig. 4 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn IV-IV in fig. 1; en fig. 5 is een aanzicht in perspectief van het afvoereinde van de aanvoerbaan, uitgerust met twee afremeenheden, en van het daarop aansluitende invoergedeelte van de dubbel uitgevoerde keerbaan.Fig. 1 shows a side view of the end portion of a supply track and the subsequent return track of the turning device according to the invention, with the braking speed in the inoperative position; Fig. 2 shows a side view like that according to Fig. 1, but now with the braking unit in the active position; FIG. 3 is an end view, seen from the right in FIGS. 1 and 2, in a dual-turn embodiment; Fig. 4 is a cross-sectional view taken on the line IV-IV in Fig. 1; and FIG. 5 is a perspective view of the discharge end of the supply track, equipped with two braking units, and of the adjoining input portion of the dual return track.

De in de tekening weergegeven inrichting omvat een aanvoerbaan of aanvoertransporteur 1 met een reeks in een frame 2 gemonteerde transportrollen 3, die op een niet nader aangegeven wijze in de pijl-richting worden aangedreven. Over de transportrollen 3 worden de te keren voorwerpen 4, in dit geval profielschroten, aangevoerd. Daarbij is het toerental van de transportrollen 3 bijvoorbeeld zo gekozen, dat de schroten 4 met een snelheid van 300 a 400 meter/minuut langs de aanvoerbaan 1 worden getransporteerd.The device shown in the drawing comprises a feed path or feed conveyor 1 with a series of transport rollers 3 mounted in a frame 2, which are driven in the arrow direction in an unspecified manner. The objects 4 to be turned, in this case profile sheets, are supplied over the transport rollers 3. The speed of the transport rollers 3 is selected, for example, such that the sheets 4 are transported along the supply track 1 at a speed of 300 to 400 meters / minute.

De aan het afvoereinde van de aanvoerbaan 1 aanwezige transportrol 3a is vrij draaibaar gelegerd en werkt samen met een hieronder nader te beschrijven afremeeriheid 5. De voorlaatste transportrol 3 werkt samen met een vrij draaibaar erboven gemonteerde, bij voorkeur met rubber beklede aandrukrol 6.The transport roller 3a present at the discharge end of the supply track 1 is mounted for free rotation and cooperates with a braking speed 5 to be further described below. The penultimate transport roller 3 cooperates with a freely rotatably mounted, preferably rubber-coated pressure roller 6.

pp enige afstand stroomopwaarts van de aandrukrol 6 is boven de aanvoerbaan een detector 7 aangebracht, die is opgenomen in een niet nader weergegeven stuurcircuit voor de afremeeriheid 5.At some distance upstream from the pressure roller 6, a detector 7 is arranged above the feed path, which is included in a control circuit for the braking unit 5 (not shown in more detail).

Zoals uit fig. 5 is te zien bevat de aanvoerbaan 1 in het getekende aanvoer ingsvoorbeeld twee naast elkaar gelegen transportbanen, die elk voor het transporteren van een reeks in de lengterichting op elkaar volgende profielschroten zijn ingericht en elk zijn uitgerust met een rol 3a een afremeeriheid 5, een aandrukrol 6 en een detector 7. Voor elke transportbaan is een langsgeleidingswand 8 in de aanvoerbaan opgesteld. Voorts liggen de transportrollen 3, zoals duidelijk in fig. 5 is te zien, een weinig schuin tussen de overstaande wanden van het frame 2 gericht, zodat zij tijdens het transport een naar de wanden 8 toegekeerde krachtcairponent op de schroten uitoefenen, waardoor deze schroten met deze geleidingswanden in aanraking worden gehouden en in gerichte positie aan de op het afvoereinde van de aanvoerbaan 1 aansluitende kantelinrichting 9 worden afgegeven.As can be seen from Fig. 5, the supply track 1 in the illustrated supply example comprises two adjacent transport tracks, each of which is arranged for transporting a series of longitudinally successive profile sheets and each is equipped with a roller 3a with a braking force 5, a pressure roller 6 and a detector 7. For each conveyor track, a longitudinal guide wall 8 is arranged in the supply track. Furthermore, as can be clearly seen in Fig. 5, the transport rollers 3 are directed slightly obliquely between the opposite walls of the frame 2, so that during transport they exert a force coupon facing the walls 8, whereby these sheets are these guide walls are kept in contact and are delivered in directed position to the tilting device 9 connecting to the discharge end of the supply path 1.

In het getekende uitvoeringsvoofbeeld bevat de keer inrichting 9 twee, elk in het verlengde van een transportbaan van de aanvoertrans-porteur gelegen keerbanen 10. Deze keerbanen worden elk begrensd door twee overstaande, zich in de aanvoerrichting van de schroten 4 uitstrekkende geleidingswanden 11 en 12. De geleidingswanden 12 zijn daarbij vast opgehangen aan het frame van de keer inrichting, van welk frame in fig. 3 een gedeelte met 15 is aangegeven. De geleidingswanden 11 zijn met draagarmen 14 opgehangen aan zich in dwarsrichting uitstrékkende stangen 16 (waarvan er één in fig. 3 is te zien) en kunnen over deze stangen worden verplaatst csm de afstand tot de vaste geleidingswanden 12 op de gewenste maat in te stellen.In the illustrated exemplary embodiment, the turning device 9 comprises two turning lanes 10, which are in line with a conveying path of the supply conveyor. These turning paths are each bounded by two opposite guide walls 11 and 12 extending in the feeding direction of the plates 4. The guide walls 12 are fixedly suspended from the frame of the turning device, a frame of which a part is indicated by 15 in Fig. 3. The guide walls 11 are suspended with support arms 14 from transversely extending rods 16 (one of which can be seen in Fig. 3) and can be moved over these rods to adjust the distance to the fixed guide walls 12 to the desired size.

De vaste geleidingswanden 12 sluiten elk met hun benedenrand aan op een horizontale draagwand 13, die is bevestigd aan draagarmen 17, die eveneens in dwarsrichting verstelbaar op de stangen 16 zijn gemonteerd. In de praktijk zijn de draagarmen 14 en 17 zo ingesteld, dat de afstand tussen de geleidingswanden 11 en 12 correspondeert met de breedte van de te verwerken profielschroten, terwijl de afstand, waarover de horizontale draagwanden 13 onder de benedenranden van de betreffende vaste geleidingswanden 12 door in de betreffende keerbanen reiken, kleiner is dan de helft van de afstand tussen de geleidingswanden 11 en 12. Op die wijze kunnen de vrije langsranden 13a van de draagwanden 13, zoals nog nader zal worden beschreven, fungeren als kantelribbe.The fixed guide walls 12 each connect with their lower edge to a horizontal supporting wall 13, which is attached to supporting arms 17, which are also mounted transversely adjustable on the rods 16. In practice, the support arms 14 and 17 are adjusted such that the distance between the guide walls 11 and 12 corresponds to the width of the profile sheets to be processed, while the distance over which the horizontal support walls 13 underneath the lower edges of the respective fixed guide walls 12 is in the respective turning paths is smaller than half the distance between the guide walls 11 and 12. In this way, the free longitudinal edges 13a of the supporting walls 13, as will be described in more detail, can function as a tilting rib.

De instelbare geleidingswand 11 zet zich tot onder het niveau van de horizontale draagwand voort met een gedeelte 11a, dat geleidelijk in de richting van het verticale vlak door de vaste geleidingswand 12 afbuigt. Onder de aldus uitgevoerde keerbanen 9 bevindt zich een dwarsafvoertransporteur, die gevormd wordt door een aantal over snaarschijven 17 geleide eindloze snaren 18, die in de pijlrichting worden aangedreven. Uit het bovenstaande zal het duidelijk zijn, dat een over de aanvoerbaar - in los wrijvingscontact met de aangedreven rollen 3 - aangevoerd voorwerp op een gegeven moment, nabij het afvoereinde van de aanvoerbaan, wordt gegrepen tussen de voorlaatste transportrol 3 en de daarmede samenwerkende aandrukrol 6. Vanaf dat moment wordt het voorwerp met een nauwkeurig met het aandrijf toerental van de transportrollen 3 corresponderende snelheid verder getransporteerd en in de betreffende keerbaan van de kantelinrichting gébracht. Door de kinetische energie van het aldus voortbewegende voorwerp zal dit zich in een min of meer zwevende toestand over de in het tran-sportvlak gelegen draagwand 13 bewegen, zonder daarbij een neiging tot kantelen te vertonen. Om een kanteling rond de vrije langsrand 13a van de draagwand 13 te doen plaatsvinden, dient het voorwerp eerst (prac-tisch) tot stilstand te zijn gekomen. Tot dat doel wordt het voorwerp gedurende de laatste fase van het overbrengen daarvan naar de keerbaan afgerend met behulp van de thans nader te beschrijven afremeeriheid 5.The adjustable guide wall 11 continues below the level of the horizontal supporting wall with a portion 11a which gradually deflects in the direction of the vertical plane through the fixed guide wall 12. Among the turning paths 9 thus formed is a transverse discharge conveyor, which is formed by a number of endless belts 18 guided over pulleys 17, which are driven in the direction of the arrow. From the above it will be clear that an object supplied over the feedable - in loose frictional contact with the driven rollers 3 - will at some point, near the discharge end of the feed path, be gripped between the penultimate transport roller 3 and the pressure roller 6 co-acting therewith From that moment on, the object is transported further at a speed corresponding to the driving speed of the transport rollers 3 and is introduced into the relevant turning path of the tilting device. Due to the kinetic energy of the object thus moving, it will move in a more or less floating state over the supporting wall 13 situated in the transport plane, without showing a tendency to tilt. In order for a tilting around the free longitudinal edge 13a of the supporting wall 13 to take place, the object must first have come to a standstill (practically). For this purpose, the object is run off during the last phase of its transfer to the turning track by means of the braking unit 5 to be described hereinafter.

De bij elk der transportbanen respectievelijk keerbanen behorende afremeenheid 5 bevat een vertragingsrol 20, die draaibaar is gemonteerd tussen de vrije einden van een tweetal draagarmen 21, die met hun andere einden draaibaar zijn gelegerd op een zich tussen twee opstaande framedelen 22 uitstrekkende dwarsas 23. De vertragingsrol 20 wordt daarbij in een met de transportrichting overeenkomende inrichting aangedreven, en wel met een snelheid, die aanzienlijk ten opzichte van de volle transportsnelheid is gereduceerd. De aandrijving van de vertragingsrol 20 vindt plaats door een op een horizontale frame-balk 24 gemonteerde electromotor 25, en wel via een tweetal ketting-of snaaroverbrengingen 26 en 27.The braking unit 5 associated with each of the conveyor tracks or turning tracks comprises a retarding roller 20, which is rotatably mounted between the free ends of two supporting arms 21, which are rotatably mounted with their other ends on a transverse shaft 23 extending between two upright frame parts 22. the retarding roller 20 is driven in a device corresponding to the conveying direction, and this at a speed which is considerably reduced from the full conveying speed. The deceleration roller 20 is driven by an electric motor 25 mounted on a horizontal frame beam 24, namely via two chain or belt transmissions 26 and 27.

In fig. 1 bevinden de draagarmen 21 zich in de onwerkzame stand, en wel met de vertragingsrol 20 in zijn van het voorwerp 4 in de betreffende transportbaan vrij liggende positie. Het voorwerp 4 staat hierbij op het punt met zijn kopeinde 4a in de betreffende keerbaan 10 te treden en beweegt met de volle transportsnelheid. De vertragingsrol 20 kan vanuit deze onwerkzame stand naar de in fig. 2 weergegeven werkzame stand worden bewogen met behulp van een bijvoorbeeld met pers- lucht gevoede zuiger-cilinderinrichting 28, die enerzijds op een uitstekende arm 29 van de framebalk 24 aangrijpt en anderzijds scharnierend met het vrije einde van een draagarm 21 is verbonden. Deze beweging nu vindt daadwerkelijk plaats, zodra het achtereinde 46 van het voorwerp de detector 7 passeert. Het voorwerp bevindt zich dan reeds over het grootste deel van zijn lengte in de betreffende keerbaan 10 en de detector geeft pp dat moment een signaal af, als gevolg waarvan de zuiger-cilinderinrichting 28 wordt bekrachtigd en de vertragingsrol 20 op het staartgedeelte van het voorwerp wordt gedrukt. In de praktijk karnt het contact tussen de vertragingsrol 20 en het voorwerp tot stand op het moment waarop het achtereinde 46 vrijkomt van de meer stroomafwaarts gelegen aandrukrol.In Fig. 1, the carrying arms 21 are in the inoperative position, i.e. with the retarding roller 20 in its position which is exposed from the object 4 in the respective transport path. The object 4 is then about to enter the relevant turning path 10 with its head end 4a and moves at full transport speed. The retarding roller 20 can be moved from this inoperative position to the active position shown in Fig. 2 by means of a piston-cylinder device 28, for example, supplied with compressed air, which engages on the one hand on a protruding arm 29 of the frame beam 24 and on the other hinged with the free end of a carrying arm 21 is connected. This movement actually takes place as soon as the rear end 46 of the object passes the detector 7. The object is then already over most of its length in the relevant turning path 10 and the detector gives a signal at that moment, as a result of which the piston-cylinder device 28 is energized and the retarding roller 20 is applied to the tail section of the object. printed. In practice, the contact between the retarding roller 20 and the object churns when the rear end 46 is released from the more downstream pinch roller.

Vanaf dat moment wordt het voorwerp 4 door de met een belangrijk lagere omtrekssnelheid draaiende vertragingsrol 20 sterk afgeremd, en wel zodanig, dat de transportsnelheid van het voorwerp tot practisch nol is teruggebracht qp het moment waarop het achtereinde 4a de betreffende transportbaan verlaat.From that moment on, the object 4 is strongly slowed down by the retarding roller 20 rotating at a substantially lower peripheral speed, such that the transport speed of the object is reduced to practically zero at the moment when the rear end 4a leaves the respective transport path.

De bekrachtiging van de zuiger-cilinderinrichting 29 vindt daarbij plaats gedurende een voorafbepaalde en eventueel instelbare tijdsduur en zal in elk geval weer zijn onderbroken, voordat het kopeinde van een volgend voorwerp ter plaatse van de vertragingsrol 20 is gekomen.The actuation of the piston-cylinder device 29 takes place during a predetermined and optionally adjustable period of time and will in any case be interrupted again before the head end of a next object has reached the retarding roller 20.

Op deze wijze wordt het zich reeds vrijwel geheel in de betreffende keerbaan bevindende voorwerp in een fractie van een seconde van zijn kinetische energie ontdaan, waardoor dit niet langer dynamisch in evenwicht wordt gehouden en om de langsrand 13a van de draagwand 13 gaat kantelen (zie fig. 3, 4 en 5). Het kantelende voorwerp 4 wordt daarbij door het afbuigende geleidingswanddeel 11a geleid naar het door de bovenste parten van de snaren 18 gevormde transportvlak van de dwarstransporteur. Deze dwarstransporteur verplaatst het voorwerp verder naar de volgende behandelingsstations, waarin o.a. het inspecteren van de oppervlaktekwal iteit en het bundelen van de goedgekeurde voorwerpen plaatsvinden.In this way, the object which is already almost entirely in the relevant orbit, is stripped of its kinetic energy in a fraction of a second, so that it is no longer dynamically balanced and tilts around the longitudinal edge 13a of the supporting wall 13 (see fig. 3, 4 and 5). The tilting object 4 is thereby guided through the deflecting guide wall part 11a to the transport surface of the transverse conveyor formed by the upper parts of the strings 18. This transverse conveyor moves the object further to the next treatment stations, which include inspecting the surface quality and bundling the approved objects.

In het in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld, waarin twee transportbanen en keerbanen naast elkaar liggen, is voorts nog een voorziening getroffen om te voorkomen, dat uit verschillende keerbanen op de dwarstransporteur gedeponeerde voorwerpen over elkaar heenvallen. Dit zou zich bijvoorbeeld kunnen voordoen, wanneer een voorwerp in de - gezien in de richting van de dwarstransporteur-stroomafWaartse keerbaan relatief te laat kantelt en zijn keerbaan pas verlaat op een moment, waarop een reeds eerder uit de stroomopwaarts gelegen keerbaan afgevoerd voorwerp onder de eerstgenoemde keerbaan is aangekomen. Om dit samenvallen van twee uit verschillende keerbanen afkomstige voorwerpen te voorkomen, is tussen de beide keerbanen een vertragingsinrichting aangebracht, bestaande uit een aantal zich tussen de snaren 18 uitstrekkende draaghefbcmen 30, die om een juist onder het transportvlak van de dwarstransporteur gelegen langsas 31 kunnen scharnieren en in een werkzame positie in de dwarstransportrich-ting schuin oplopen tot boven het dwarstransportvlak. Qp deze wijze kan van een uit de stroomopwaarts gelegen keerbaan afgeleverd voorwerp het dwarstransport worden "opgehouden" totdat van een nabij de stroomafwaarts gelegen keerbaan opgestelde detector (niet weergegeven) het signaal is ontvangen, dat het in die keerbaan gekantelde voorwerp het onderste gedeelte 11a van de betreffende geleidingswand 11 heeft gepasseerd. Dit signaal kan dan worden benut voor het bekrachtigen van een zuiger-cilinderinrichting 32, waarmede de draaghefbamen 30 in hun onwerkzame stand beneden het dwarstransportvlak kunnen worden teruggetrokken. Zoals de tekening (fig. 3 en 5) laat zien, zijn de draaghefbamen 30 aan hun vrije einden gekarteld en werken deze einden in de werkzame positie samen met vast daarboven opgestelde contra-elementen 33 om ongewild "doorschieten" van de van de stroomopwaarts gelegen keerbaan (links in fig. 3) afkomstige voorwerpen te voorkomen.In the exemplary embodiment shown in the drawing, in which two conveyor tracks and turning tracks lie next to each other, a further provision is made to prevent objects deposited from different turning tracks on the cross conveyor from falling over one another. This could occur, for example, if an object tilts relatively late in the direction of the transverse conveyor downstream track and leaves its path only at a time when an object previously removed from the upstream track under the former turning has arrived. In order to prevent this coincidence of two objects coming from different turning paths, a deceleration device is arranged between the two turning paths, consisting of a number of carrying lifting arms 30 extending between the belts 18, which can pivot about a longitudinal axis 31 located just below the transport surface of the transverse conveyor. and in an operative position in the cross conveying direction slope upwards above the cross conveying plane. In this manner, the transverse transport of an object delivered from the upstream reversing track can be "held up" until a signal is received from a detector disposed near the downstream reversing track (not shown) that the object tilted in that reversing track is the lower portion 11a of the relevant guide wall 11 has passed. This signal can then be used to actuate a piston-cylinder device 32, with which the carrying linkages 30 can be retracted in their inoperative position below the transverse transport plane. As the drawing (FIGS. 3 and 5) shows, the carrying linkages 30 are serrated at their free ends and these ends cooperate in the operative position with fixedly positioned counter-elements 33 to prevent accidental "overshoot" of the upstream to avoid objects coming from the turning path (left in fig. 3).

Claims

Device for turning long flat objects supplied along their lengthwise direction along a supply path, characterized by a turning path disposed in the extension of the supply path and delimited by two opposite longitudinal guide walls with a tilting rib extending at a distance from the center between these two guide walls under which turning track a transverse conveyor for transversely transporting the turned objects is arranged, while a braking unit which can be activated by passing the rear end of an object is located some distance upstream of the infeed end of the turning track.

Device as claimed in claim 1, characterized in that the braking unit comprises a retarding roller which co-operates with a freely rotatable support roller at the end of the supply path, which can move towards and away from the support roller.

3. Device as claimed in claim 2, characterized in that the retarding roller is rotatably mounted at the end of a supporting arm which is movable about a transverse axis between an active lowered position and an inoperative raised position.

Device as claimed in claim 3, characterized in that for moving the support arm up and down there is provided on one side qp the frame of the device and on the other side qp the piston-cylinder device engaging the support arm, which is controlled by an upstream of the retarding roller detector located in the feed path to detect the passage of the rear end of an object.

5. Device as claimed in claims 2-3, characterized in that the retarding roller can be driven in a direction corresponding to the transport direction at a speed which is considerably reduced compared to the normal, uninhibited transport speed.

6. Device as claimed in claims 1-5, characterized in that the tilting rib is formed by the free longitudinal edge of a substantially horizontal supporting wall extending below the lower edge of the one longitudinal guide wall.

Device according to claim 6, characterized in that the other guide wall continues below the plane of the supporting wall with a wall portion which gradually bends towards the vertical plane through the first guide wall.

8. Device as claimed in claims 1-7, characterized in that the cross conveyor is formed by a number of endless strings running side by side, extending transversely of the turning track and guided over pulleys.

9. Device as claimed in claims 1-8, characterized in that in the case of several side-by-side turning lanes, each turning lane cooperates with a separate braking unit, while the cross conveyor is common.

10. Device as claimed in claims 8-9, characterized in that in the discharge area between each two side-by-side turning paths a tube is arranged movable in an active and an inactive position, a retarding device with which the transverse transport of a turning path located upstream Combed turned object can be temporarily held up.

11. Device as claimed in claim 10, characterized in that the retarding device consists of a number of carrying levers arranged between the belts of the transverse conveyor, pivotable about a longitudinal axis just below the transverse conveying surface and sloping in their operative position to above the transverse conveying surface.