NL9100096A

NL9100096A - Load-shifting mechanism - has rope reeved successively round driven pulleys in alternate directions and pressure roller

Info

Publication number: NL9100096A
Application number: NL9100096A
Authority: NL
Original assignee: Muldustries B V
Priority date: 1991-01-21
Filing date: 1991-01-21
Publication date: 1992-08-17

Abstract

The load-shifting mechanism comprises a rope attached to the load at one end and hauled in or paid out by a drive mechanism. The latter comprises pulleys (10 - 13) on parallel axes, and round which the rope (1) is reeved in succession and in alternate directions, and through at least 180 deg. in each case. Some or all the pulleys are driven, the first and fourth ones (11,12) round which the rope passes being situated between the second and third ones (10,13). One or more rollers (22) press against the outgoing portion of the rope when working.

Description

Korte aanduiding : Inrichting voor het verplaatsen van lasten en trekorgaan, in het bijzonder geschikt voor toepassing bij een dergelijke inrichting.Short designation: Device for moving loads and pulling member, in particular suitable for use with such a device.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verplaatsen van lasten voorzien van een trekorgaan, waarvan een uiteinde met behulp van een koppelorgaan met een te verplaatsen last te koppelen is alsmede van een aandrijfmechanisme voor het in zijn lengterichting verplaatsen van het trekorgaan, waarbij het tijdens bedrijf onder trekbelasting staande deel van het trekorgaan afhankelijk van de draairichting van het aandrijfmechanisme in de richting van het aandrijfmechanisme wordt getrokken resp. in een van het aandrijfmechanisme afgekeerde richting wordt gevierd.The invention relates to a device for moving loads provided with a pulling member, one end of which can be coupled to a load to be moved by means of a coupling member, and a driving mechanism for moving the pulling member in its longitudinal direction, wherein the operation, the tensile member of the tension member is pulled or driven in the direction of the drive mechanism depending on the direction of rotation of the drive mechanism. is celebrated in a direction away from the drive mechanism.

Dergelijke inrichtingen in de vorm van hijswerktuigen of dergelijke benutten als trekorgaan in het algemeen een staalkabel. Voor het in zijn lengterichting verplaatsen van het door een staalkabel gevormde trekorgaan wordt in het algemeen gebruik gemaakt van een aangedreven trommel waarom de kabel wordt opgewikkeld resp. waarvan de kabel wordt gevierd. Dit leidt in vele gevallen tot een ongewenst*- zware, veel ruimte in beslag nemende constructie.Such devices in the form of hoists or the like generally use a steel cable as a pulling member. In order to move the pulling member formed by a steel cable in its longitudinal direction, a driven drum is generally used, around which the cable is wound or resp. whose cable is celebrated. In many cases, this leads to an undesirably * - heavy, space-consuming construction.

Met de uitvinding wordt beoogd een inrichting volgens bovengenoemde soort te verkrijgen, waarbij de aan de bekende inrichtingen klevende nadelen kunnen worden vermeden.The object of the invention is to obtain a device of the above-mentioned type, wherein the disadvantages associated with the known devices can be avoided.

Volgens de uitvinding omvat het aandrijfmechanisme een aantal schijven waaromheen het trekorgaan achtereenvolgens is geleid, waarbij van de om zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende draaiingsassen draaibare schijven ten minste enige schijven positief aan te drijven zijn met behulp van een aandrijforgaan en de opstelling van de schijven en de geleiding van het trekorgaan om de schijven zodanig is, dat het tijdens bedrijf onder trekbelasting staande part over een hoek van tenminste 180° is omgeleid om een eerste schijf en vervolgens in tegengestelde richting over een hoek van tenminste 180° is omgeleid om een tweede schijf, waarna het trekorgaan over een hoek van tenminste. 180° om een derde schijf is geleid, in hoofdzaak in dezelfde richting als om de eerste schijf en vervolgens in tegengestelde richting over een hoek van tenminste 180° om een vierde schijf, waarbij gezien in de richting van de draaiingsassen van de schijven de eerste en vierde schijven tussen de tweede en derde schijven zijn opgesteld en tenminste een drukrol is aangebr.acht welke tijdens bedrijf een aandrukkracht op.het van de vierde schijf aflopende part uitoefent.According to the invention, the drive mechanism comprises a number of discs about which the pulling member is guided successively, wherein of the rotatable discs rotating about parallel to each other, at least some discs can be positively driven by means of a drive member and the arrangement of the discs and the the guiding of the pulling member about the discs is such that the part under tensile load during operation is diverted by an angle of at least 180 ° about a first disc and subsequently diverted in an opposite direction by an angle of at least 180 ° about a second disc, after which the pulling member is angled at least. Is guided 180 ° around a third disc, substantially in the same direction as around the first disc, and then in an opposite direction through an angle of at least 180 ° around a fourth disc, with the first and fourth disks are arranged between the second and third disks and at least one pressure roller is applied which, during operation, exerts a pressing force on the part descending from the fourth disk.

Bij toepassing van de constructie volgens de uitvinding kan een eenvoudig en compacte opbouw bezittend aandrijfmechanisme worden toegepast voor het in zijn lengterichting verplaatsen van het trekorgaan, terwijl het part van het trekorgaan, dat het aandrijfmechanisme aan de van het onder trekbelasting staande deel van het trekorgaan afgekeerde zijde verlaat, althans nagenoeg spanningsloos is. Een dergelijk aflopend part kan men bijvoorbeeld opvangen in een geschikte doos op dergelijke.When using the construction according to the invention, a simple and compact constructional drive mechanism can be used for displacing the pulling member in its longitudinal direction, while the part of the pulling member, which faces the driving mechanism away from the part of the pulling member under tensile load leaves at least virtually voltage-free. Such a sloping part can for instance be collected in a suitable box on the like.

Volgens een verder aspect van de uitvinding is een trekorgaan, in het bijzonder geschikt voor· toepassing bij een inrichting van bovengenoemde soort opgebouwd uit èen aantal zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende trekkabels, die zijn ingebed in-een een vlakke band vormend elastomeer materiaal.According to a further aspect of the invention, a tensile member, particularly suitable for use in an apparatus of the above type, is composed of a plurality of tensile cables extending parallel to each other and embedded in a flat-band elastomeric material.

Door toepassing van een dergelijke constructie kan een trekorgaan worden verkregen, dat hoge belastingen kan opnemen, terwijl het toch een vlakke opbouw heeft.By using such a construction, a pulling member can be obtained, which can absorb high loads, while still having a flat construction.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van enige in bijgaande figuren schematisch weergegeven mogelijke uitvoeringsvormen van de constructie volgens de uitvinding.The invention will be explained in more detail below with reference to some possible embodiments of the construction according to the invention schematically shown in the accompanying figures.

Figuur 1 toont schematisch een inrichting volgens de uitvinding in de vorm van een hijsinrichting.Figure 1 schematically shows a device according to the invention in the form of a hoisting device.

Figuur 2 toont op grotere schaal een- doorsnede over een trekorgaan, dat in het bijzonder geschikt is voor toepassing bij de in figuur 1 weergegeven hijsinrichting.Figure 2 is an enlarged cross-sectional view of a pulling member which is particularly suitable for use with the hoisting device shown in Figure 1.

Figuur 3 toont op grotere schaal een aanzicht op een deel van de in figuur 1 afgebeelde hijsinrichting uitmakend aandrijfmechanisme.Figure 3 shows on a larger scale a view of a part of the drive mechanism constituting the hoisting device shown in Figure 1.

' ' Figuur 4 toont een zijaanzicht op figuur 3 waarbij bepaalde delen zijn weggelaten om de achter gelegen delen weer te kunnen geven.Figure 4 shows a side view of Figure 3 with certain parts omitted in order to represent the rear parts.

Figuur 5 toont schematisch een verdere mogelijke uitvoeringsvorm van het aandrijfmechanisme, waarbij de schijven in twee ten opzichte van elkaar verzwenkbare groepen zijn opgesteld.Figure 5 schematically shows a further possible embodiment of the drive mechanism, wherein the discs are arranged in two groups which can pivot relative to each other.

Figuur 6 toont een uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding voor het verplaatsen van voorwerpen.Figure 6 shows an exemplary embodiment of a device according to the invention for moving objects.

Figuur 1 toont schematisch een hijsinrichting, welke is voorzien van een trekorgaan 1 alsmede een aandrijfmechanisme 2 waarmede het trekorgaan in zijn lengterichting verplaatsbaar is. Het trekorgaan 1 is op gebruikelijke wijze geleid langs geleidingsorganen 2', die de vorm van schijven, ophangbeugels of dergelijke kunnen aannemen. Aan het vrije uiteinde van het trekorgaan is een haak 3 bevestigd.Figure 1 schematically shows a hoisting device, which is provided with a pulling member 1 and a driving mechanism 2 with which the pulling member can be moved in its longitudinal direction. The pulling member 1 is guided in the usual manner along guide members 2 ', which can take the form of discs, suspension brackets or the like. A hook 3 is attached to the free end of the pulling member.

Bij voorkeur wordt het trekorgaan 1, zoals weergegeven in figuur 2, gevormd door een vlakke band 4 uit een elastomeer materiaal, zoals rubber of kunststof of dergelijke. In deze vlakke band 4 zijn een aantal zich evenwijdig aan elkaar uitstrékkende trekkabels ingebed. In het in figuur 2 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zijn een tweetal groepen, die ieder zeven trekkabels 5 resp. 6 omvatten symmetrisch ten opzichte van het midden van de band 4 opgesteld. De trekkabels 5 resp. 6 kunnen worden gevormd door gebruikelijke staalkabels, maar uiteraard kunnen deze trekkabels bijvoorbeeld ook zijn samengesteld onder gebruikmaking van kunststof vezels, zoals aramide, kevlar etc. Bij toepassing van zogenaamde geslagen kabels zullen de trekkabels 5 van de ene groep tegengesteld zijn geslagen aan de trekkabels 6 van de andere groep, dus bijvoorbeeld zijn de trekkabels 5 links geslagen, terwijl de staalkabels 6 rechts geslagen zijn. In het midden van de band 4 is verder nog een meet en/of regelkabel 7 aangebracht, welke een aantal stroom geleidende geleiders kan omvatten en welke bijvoorbeeld kan worden benut voor het meten van de belasting in het trekorgaan en/of bijvoorbeeld voor het overbrengen van signalen aan met het trekorganen verbonden voorwerpen.Preferably, the pulling member 1, as shown in Figure 2, is formed by a flat band 4 of an elastomeric material, such as rubber or plastic or the like. A number of pulling cables extending parallel to each other are embedded in this flat belt 4. In the exemplary embodiment shown in Figure 2, two groups, each comprising seven pull cables 5 and 10, respectively. 6 are arranged symmetrically with respect to the center of the belt 4. The pull cables 5 resp. 6 can be formed by conventional steel cables, but of course these pull cables can for instance also be composed using synthetic fibers, such as aramid, kevlar etc. When using so-called stranded cables, the pull cables 5 of the one group will be oppositely stranded to the pull cables 6 of the other group, for example, the pull cables 5 are run on the left, while the steel cables 6 are run on the right. A measuring and / or control cable 7 is further arranged in the middle of the belt 4, which cable can comprise a number of current-conducting conductors and which can be used, for example, for measuring the load in the pulling member and / or, for example, for transmitting signals to objects connected to the pulling members.

Het aandrijfmechanisme is nader schematisch weergegeven in de figuren 3 en 4. Het hier weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is voorzien van een viertal schijven of rollen.The drive mechanism is further schematically shown in Figures 3 and 4. The exemplary embodiment shown here is provided with four discs or rollers.

Zoals uit deze figuren blijkt omvat het aandrijfmechanisme een tweetal zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende steunplaten 8 en 9. Tussen deze steunplaten 8 en 9 zijn een viertal schijven of rollen 10-13 opgesteld. De rol 10 is daarbij bevestigd aan de uitgaande as 14 van een aan dé steunplaat 8 bevestigde aandrijfmotor 15., De schijf of rol 11 is bevestigd aan de uitgaande as 16 van een aan de steunplaat 9 bevestigde motor 17. De schijf of rol 12 is bevestigd aan de uitgaande as 18 van een aan de steunplaat 8 bevestigde motor 19. Tenslotte is de schijf of rol 13 bevestigd aan de uitgaande as 20 van een aan de steunplaat 9 bevestigde motor 21. De vrije uiteinden van de assen 14, 16, 18 en 20 zijn met behulp van legers ondersteund in de steunplaat 8 of 9 welke is gelegen tegenover de steunplaat 9 of 8 waaraan de desbetreffende motor is bevestigd.As can be seen from these figures, the drive mechanism comprises two support plates 8 and 9 extending parallel to each other. Four discs or rollers 10-13 are arranged between these support plates 8 and 9. The roller 10 is attached to the output shaft 14 of a drive motor 15 attached to the support plate 8. The disc or roller 11 is attached to the output shaft 16 of a motor 17 attached to the support plate 9. The disc or roller 12 is attached to the output shaft 18 of a motor 19 attached to the support plate 8. Finally, the disc or roller 13 is attached to the output shaft 20 of a motor 21 attached to the support plate 9. The free ends of the shafts 14, 16, 18 and 20 are supported by bearings in the support plate 8 or 9 which is opposite the support plate 9 or 8 to which the respective motor is attached.

Het trekorgaan is op de in figuur 4 weergegeven wijze om de vier schijven of rollen 10-13 geleid. Het gezien in figuur 4 linker part van het trekorgaan 1 is het zich gezien in figuur 1 vanaf het aandrijfmechanisme omhoog uitstrekkende part, dat onder trekbelasting kan staan onder invloed van bijvoorbeeld een aan de haak 3 opgehangen last.The puller is guided around the four discs or rollers 10-13 in the manner shown in Figure 4. The left part of the pulling member 1 seen in figure 4 is the part extending upwards from the driving mechanism seen in figure 1, which can be under tensile load under the influence of, for instance, a load suspended from the hook 3.

Dit part is eerst in een eerste richting om de schijf of rol 11 geslagen en strekt zich daarbij over een hoek van ongeveer 270° om deze schijf of rol 11 uit, terwijl het daarop aansluitende deel van het trekorgaan in tegengestelde richting is geleid om de nabij de schijf of rol 11 opgestelde schijf of rol 10. Het van de schijf of rol 10 afkomende deel is vervolgens geleid om de schijf of rol 13 en wel over een hoek van ± 270° om vervolgens weer in tegengestelde richting te zijn geleid om de schijf of rol 12, eveneens over een hoek van ongeveer 270°.This part is first wrapped around the disc or roll 11 in a first direction and thereby extends around this disc or roll 11 over an angle of approximately 270 °, while the adjoining part of the pulling member is guided in opposite directions around the the disc or roll 11 disposed disc or roll 10. The part coming off the disc or roll 10 is then guided around the disc or roll 13 at an angle of ± 270 ° and then again guided in the opposite direction around the disc or roll 12, also at an angle of about 270 °.

Het van de schijf of rol 12 aflopende part van het trekorgaan 1 wordt tegen de schijf of rol 12 aangedrukt met behulp van een drukrol 22, die draaibaar is om een draaiingsas, welke zich evenwijdig uitstrekt aan de evenwijdig aan elkaar verlopende draaiingsassen van de schijven of rollen 10-13.The part of the pulling member 1 running down from the disc or roller 12 is pressed against the disc or roller 12 by means of a pressure roller 22 which is rotatable about an axis of rotation, which extends parallel to the parallel axes of rotation of the discs or rolls 10-13.

Voor het ophalen of laten zakken van de haak 3 kan het trekorgaan 1 in zijn lengterichting in de een of de andere richting worden verplaats door de met de schijven of rollen 10-13 verbonden motoren 15, 17, 19 en 21 in de ene of de andere richting te laten draaien.For raising or lowering the hook 3, the pulling member 1 can be moved longitudinally in one direction or the other by the motors 15, 17, 19 and 21 connected to the discs or rollers 10-13 in one or the other direction. rotate in the opposite direction.

De drukrol 22 kan vrij draaibaar zijn en wordt dan door de wrijvingskracht aangedreven, of hij wordt zodanig aangedreven, dat de omtrekssnelheid' van de drukrol 22 althans nagenoeg gelijk zal zijn aan de omtrekssnelheid van de met de drukrol 22 samenwerkende schijf of rol 12.The pressure roller 22 can be freely rotatable and is then driven by the frictional force or it is driven such that the peripheral speed of the pressure roller 22 will be substantially equal to the peripheral speed of the disc or roller 12 cooperating with the pressure roller 22.

Bij toepassing van een dergelijke constructie kan men een viertal verhoudingsgewijs kleine motoren 15, 17, 19, 21 van gelijk vermogen toepassen voor het verplaatsen van het trekorgaan, dat gezien in figuur 4 aan de rechterzijde de inrichting in althans nagenoeg onbelaste toestand verlaat, zodat men een dergelijk trekorgaan bijvoorbeeld in een bak kan opvangen of, zoals schematisch in figuur 1 is weergegeven zichzelf kan laten opwikkelen op een haspel 23 waarin bijvoorbeeld een veer of torquemotor is opgenomen, die tracht de haspel te draaien in een richting geschikt voor het opwikkelen van het trekorgaan.When such a construction is used, four relatively small motors 15, 17, 19, 21 of equal power can be used to move the towing member, which, as seen in figure 4, leaves the device in an at least unloaded state on the right-hand side, so that one such a pulling member can for instance receive in a tray or, as is shown schematically in figure 1, can itself wind up on a reel 23 in which, for instance, a spring or torque motor is included, which tries to rotate the reel in a direction suitable for winding up the reel. pulling member.

In plaats van een drukrol 22 kunnen ook meerdere drukrollen zijn aangebracht, die het trekorgaan 1 tegen de buitenomtrek van de laatste schijf of rol 18 drukken. Ook is het mogelijk om in plaats van een drukrol toe te passen, die het aflopende part van het trekorgaan 1 tegen de laatste schijf of rol 12 drukt, op afstand van deze laatste schijf of rol 12 opgesteld op het aflopende part inwerkende drukrollen 24’ en 25 te gebruiken, zoals met stippellijnen in figuur 4 is wéergegeven, waarbij het aflopende part van het trekorgaan tussen deze met dezelfde omtrekssnelheid als de laatste rol of schijf 12 aangedreven rollen'24 en 25 wordt geklemd.Instead of a pressure roller 22, a plurality of pressure rollers can also be provided, which press the pulling member 1 against the outer circumference of the last disc or roller 18. It is also possible to use instead of a pressure roller, which presses the descending part of the pulling member 1 against the last disc or roller 12, arranged at a distance from this last disc or roller 12 on the descending part of acting pressure rollers 24 'and 25, as shown by dotted lines in Figure 4, clamping the descending portion of the traction member between them at the same circumferential speed as the last roller or disc 12 driven rollers 24 and 25.

Ofschoon de bovenbeschreven inrichting ook toepasbaar is bij gebruikmaken van gebruikelijke staalkabels als trekorgaan verdient de toepassing van een vlak bandvormig trekorgaan zoals afgebeeld in figuur 2 in vele gevallen de voorkeur, daar bij gebruikmaken van een dergelijk vlak uitgevoerd trekorgaan ook verhoudingsgewijs kleine diameters kunnen worden toegepast voor de rollen of schijven 10-13 waaromheen het trekorgaan wordt geleid, hetgeen weer bijdraagt tot een compacte opbouw van het aandrijfmechanisme 2 en geringer benodigd aandrijfkoppel van de motoren.Although the above-described device is also applicable when using conventional steel cables as a pulling member, the use of a flat strip-shaped pulling member as shown in Figure 2 is in many cases preferable, since when using such a flat pulling member also relatively small diameters can be used for the rollers or discs 10-13 around which the pulling member is guided, which in turn contributes to a compact construction of the driving mechanism 2 and less required driving torque of the motors.

Volgens een verder aspect van de uitvinding kunnen de rollen 10 en 11 met de deze rollen aandrijvende motoren worden ondersteund door in figuur 5 schematisch weergegeven steunplaten 8', terwijl de rollen of schijven 12 en 13 met de deze rollen aandrijvende motoren door in figuur 5 schematisch weergegeven steunplaten 9' worden ondersteund, waarbij de steunplaten 8' en de steunplaten 9' verzwenkbaar zijn om een vast opgestelde as 26. De as 26 is bij voorkeur gelegen in het vlak door de in· het aandrijfmechanisme in- en uitlopende parten van het trekorgaan 1.According to a further aspect of the invention, the rollers 10 and 11 with the motors driving these rollers can be supported by support plates 8 'schematically shown in figure 5, while the rollers or discs 12 and 13 with the motors driving these rollers are shown diagrammatically in figure 5 shown support plates 9 ', wherein the support plates 8' and the support plates 9 'are pivotable about a fixed axis 26. The shaft 26 is preferably located in the plane by the parts of the pulling member that run in and out of the drive mechanism. 1.

Gezien in figuur 5 zijn tussen de tegenover elkaar gelegen uiteinden -van de steunplaten 8' en 9' een of meerdere hydraulische drukelementen of verstel cylinders 27 aangebracht met behulp waarvan de stand van de beide groepen rollen of schijven ten opzichte van elkaar in te stellen is. Verder is tussen de beide het dichts bij elkaar gelegen rollen of schijven 11 en 12 van de beide verzwenkbare groepen een afremblok 28 opgesteld waarvan de naar de desbetreffende schijven toegekeerde eindvlakken een met de schijven overeenkomend gekromd verloop hebben.Seen in figure 5, one or more hydraulic pressure elements or adjustment cylinders 27 are arranged between the opposite ends of the support plates 8 'and 9', with the aid of which the position of the two groups of rollers or discs can be adjusted relative to each other . In addition, a braking block 28 is arranged between the two closest rollers or discs 11 and 12 of the two pivotable groups, the end faces of which face the respective discs have a curved course corresponding to the discs.

Door de verzwenkbare opstelling van de groepen rollen of schijven stelt het aandrijfmechanisme zich automatisch in naar de richting van het trekorgaan, waarbij geen momenten in de ondersteuningsconstructie worden geleid.Due to the pivotal arrangement of the groups of rollers or discs, the drive mechanism automatically adjusts to the direction of the pulling member, whereby no moments are guided into the supporting construction.

Bij wegvallen van de druk in de hydraulische drukelementen 27 zal een verzwenking van de beide groepen schijven of rollen om de as 26 optreden, waardoor de om de schijven of rollen 11 en 12 liggende delen van het trekorgaan worden geklemd tegen het afremblok 28 om het trekorgaan af te remmen. Men kan de uitvoering ook zodanig treffen dat een dergelijke verzwenking van de beide groepen schijven of rollen om de as 26 ook optreedt indien de druk in de drukelementen 27. een bepaalde waarde overschrijdt.When the pressure in the hydraulic pressure elements 27 drops, a pivoting of the two groups of discs or rollers about the shaft 26 will occur, whereby the parts of the pulling member lying around the discs or rollers 11 and 12 are clamped against the braking block 28 around the pulling member. to slow down. The embodiment can also be designed such that such pivoting of the two groups of discs or rollers about the shaft 26 also occurs if the pressure in the pressure elements 27. exceeds a certain value.

Het zal duidelijk zijn dat het trekorgaan, zoals afgebeeld in figuur 2 ook- bij andere inrichtingen, die niet zijn uitgerust met een aandrijfmechanisme zoals hierboven omschreven, kan worden toegepast.It will be clear that the pulling member, as shown in figure 2, can also be used with other devices, which are not equipped with a driving mechanism as described above.

Verder is het aandrijfmechanisme in van de inrichting volgens figuur 1 afwijkende inrichtingen toepasbaar.The drive mechanism can furthermore be used in devices deviating from the device according to figure 1.

Zo toont figuur 6 schematisch een deel van een mast 29 van een niet nader weergegeven kraan waarlangs een voorwerp in de vorm van een cabine 30 voor de bediener van de kraan verplaatsbaar is. Een met het trekorgaan 1 overeenkomend trekorgaan 31 strekt zich' evenwijdig aan de mast 29 uit en is met zijn beide uiteinden aan de mast vastgezet, eventueel onder gebruikmaking van een spaninrichting voor het strak maken en strak houden van het trekorgaan 31.For example, figure 6 schematically shows a part of a mast 29 of a crane (not shown in more detail) along which an object in the form of a cabin 30 can be moved for the operator of the crane. A pulling member 31 corresponding to the pulling member 1 extends parallel to the mast 29 and is secured with both ends to the mast, optionally using a tensioning device for tightening and keeping the pulling member 31 taut.

De cabine 30 is bevestigd aan een aandrijfmechanisme 32, waarvan de opbouw overeenkomt met de opbouw van het hierboven beschreven aandrijfmechanisme 2.‘Het trekorgaan 31 is daarbij op dezelfde wijze door het aandrijfmechanisme 31 geleid, als het trekorgaan 1 door het aandrijfmechanisme 2.The cabin 30 is attached to a driving mechanism 32, the construction of which corresponds to the construction of the driving mechanism 2 described above. "The pulling member 31 is guided in this way through the driving mechanism 31 in the same manner as the pulling member 1 through the driving mechanism 2.

Het zal duidelijk zijn, dat bij het in werking stellen van de motoren van het aandrijfmechanisme 32 de cabine langs het trekorgaan 31 en daarmede langs de mast 29 op en neer kan worden verplaatst.It will be clear that when the motors of the driving mechanism 32 are actuated, the cabin can be moved up and down along the pulling member 31 and thereby along the mast 29.

Een dergelijk systeem voor het verplaatsen van voorwerpen zal ook kunnen worden benut bij toepassing van een eindloze uitvoering van het trekorgaan.Such a system for moving objects can also be used when using an endless version of the pulling member.

Hoewel een uitvoeringsvorm van een aandrijfinrichting is beschreven en afgebeeld, waarbij gebruik wordt gemaakt van een viertal rollen of schijven is het binnen de geest en beschermingsomvang van de uitvinding ook denkbaar meer het trekorgaan geleidende schijven of rollen aan te brengen bijvoorbeeld om een grotere trekkracht en/of toepassing van kleinere aandrijfmotoren mogelijk te maken.Although an embodiment of a driving device has been described and shown, using four rollers or discs, it is also conceivable within the spirit and scope of the invention to provide more of the pulling member guiding discs or rollers, for instance in order to have a greater pulling force and / or or allow the use of smaller drive motors.

Ook is een uitvoering denkbaar waarbij niet alle schijven of rollen zijn verbonden met een aandrijfmotor.An embodiment is also conceivable in which not all discs or rollers are connected to a drive motor.

Claims

1. Device for moving loads provided with a pulling member, one end of which is connected by means of a coupling member with a te; displacement load can be coupled as well as of a drive mechanism for displacing the pulling member in its longitudinal direction, wherein the part of the pulling member which is under tensile load during operation is pulled in the direction of the driving mechanism depending on the direction of rotation of the driving mechanism. Celebrated in a direction away from the driving mechanism, characterized in that the driving mechanism comprises a number of discs around which the pulling member is guided successively, of which at least some discs of the rotatable rotary axes extending parallel to each other can be positively driven with by means of a drive member and the arrangement of the disks and the guide of the pulling member around the disks is such that the part under tensile load during operation is diverted by an angle of at least 180 ° about a first disk and then in the opposite direction. an angle of at least 180 ° is diverted about a second disc, after which the pulling member is guided at an angle of at least 180 ° around a third disc, substantially in the same direction as around the first disc and then in an opposite direction over an angle of at least 180 ° about a fourth disc, viewed in the direction of the rotary axes v on the disks the first and fourth disks are arranged between the second and third disks, and at least one pressure roller is provided which, during operation, exerts a pressing force on the descending part.

2. Device for moving an object provided with a pulling member and with a driving mechanism connected to the object for pulling the object along the pulling member, characterized in that the driving mechanism comprises at least four discs around which the pulling member is successively guided , of the rotatable rotational shafts of rotatable shafts, at least some of the disks can be positively driven by means of a driving member and the arrangement of the disks and the guide of the pulling member about the disks is such that during tension-loaded part is diverted about an angle of at least 180 ° about a first disc and then diverted in an opposite direction through an angle of at least 180 ° about a second disc, after which the pulling member is inclined about a third at an angle of at least 180 ° disc has been guided in substantially the same direction as around the first disc and continue in opposite directions at an angle of at least 180 ° about a fourth disc, the first and fourth discs being disposed between the second and third discs, viewed in the direction of the rotational axes of the discs, and at least one pressure roller arranged during operation exerts a pressure on the descending part.

Device according to claim 1 or 2, characterized in that the pulling member is pressed against the outer circumference of the fourth disc by means of the pressure roller.

4. Device as claimed in any of the foregoing claims, characterized in that, at a distance from the fourth disc, two pressure roller interacting with each other acting on the descending part of the pulling member and are arranged between which the descending part is guided, while the pressure rollers are be driven, that the peripheral speed of the pressure rollers is equal to the peripheral speed of the fourth disc.

Device according to any one of the preceding claims, characterized in that the group of discs formed by the first and second discs and the group of discs formed by the third and fourth discs are pivotable about an axis of rotation which is substantially flush with the parts of the pulling member running in and out of the device, while the anti-pivotal means are arranged at a distance from the axis of rotation between the two groups of discs.

6. Device as claimed in claim 5, characterized in that the means for counteracting the pivoting of the groups of discs comprise at least one hydraulic cylinder.

7. Device as claimed in claim 5 or 6, characterized in that a braking member is arranged between the closest discs of the two groups, with which the pulling member comes into contact if the two groups are at a certain angle to each other pivot about the axis of rotation.

8. Tensile member constructed from a plurality of tensile cables extending parallel to each other and embedded in a flat band elastomeric material.

Towing member according to claim 8, characterized in that two groups of stranded pulling cables are arranged symmetrically with respect to the center of the belt, the pulling cables of one group being twisted in opposite directions to the pulling cables of the other group.

Tensile member according to claim 8 or 9, characterized in that a measuring and / or control cable extending in the longitudinal direction of the tape is accommodated in the center of the tape.

Towing member according to any one of claims 8-10 ', characterized in that the pulling cables are formed by steel cables.

A pulling member according to any one of claims 8-10, characterized in that the pulling cables are built up from plastic fibers.