NL9002320A

NL9002320A - BOBBIN TUBE WITH ANGLE CONNECTING PINS.

Info

Publication number: NL9002320A
Application number: NL9002320A
Authority: NL
Original assignee: Philips Nv
Priority date: 1990-10-24
Filing date: 1990-10-24
Publication date: 1992-05-18
Also published as: EP0482694A1; JPH04263405A; EP0482694B1; DE69103372T2; DE69103372D1

Description

N.V. Philips' Gloeilampenfabrieken te Eindhoven "Spoelkoker met haakse aansluitpennen"N.V. Philips' Incandescent light factories in Eindhoven "Bobbin case with angled connecting pins"

De uitvinding heeft betrekking op een spoelkoker bevattende twee flenzen, die verbonden zijn door een buisvormig centraal gedeelte, van welke flenzen er tenminste één voorzien is van een aantal uitsparingen, in tenminste één waarvan een uit elektrisch geleidende draad gevormde aansluitpen geplaatst is, die een eerste gedeelte en een van een kink voorziene tweede gedeelte bevat, die haaks op elkaar staan, en welke uitsparingen de vorm hebben van een haakse gleuf, met een eerste sectie, waarin het eerste gedeelte van de aansluitpen zich bevindt en met een tweede sectie, waarin het tweede gedeelte van de aansluitpen zich bevindt, waarbij de tweede sectie van de gleuf tenminste gedeeltelijk een breedte heeft die correspondeert met de dwarsafmeting van de aansluitpen.The invention relates to a bobbin case containing two flanges, which are connected by a tubular central part, of which flanges at least one is provided with a number of recesses, in at least one of which a connecting pin formed of electrically conducting wire is placed, which has a first section and includes a kinked second section, which are perpendicular to each other, and which have recesses in the form of an angle slot, with a first section, in which the first part of the connecting pin is located, and with a second section, in which the second portion of the terminal pin is located, the second section of the slot at least partially having a width corresponding to the transverse dimension of the terminal pin.

Een dergelijke spoelkoker is bekend uit het Britse octrooischrift GB 2 129 772 A. Hierin wordt een spoelkoker beschreven met automatisch plaatsbare aansluitpennen, die omwille van hun constructie stevig in de spoelkoker bevestigd zijn en bijgevolg geborgd zijn tegen uittrekking. De aansluitpennen worden daartoe vervormd. Een nadeel hierbij is dat het vervormen van de aansluitpennen en het aanbrengen ervan in de spoelkoker betrekkelijk omslachtig is en de procedure daardoor vrij tijdrovend is.Such a bobbin case is known from British patent GB 2 129 772 A. It describes a bobbin case with automatically insertable connecting pins, which, because of their construction, are firmly fixed in the bobbin case and are thus secured against pulling out. The connection pins are deformed for this. A drawback here is that deforming the connecting pins and arranging them in the coil tube is relatively laborious and the procedure is therefore quite time-consuming.

De uitvinding heeft tot doel, een spoelkoker van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarbij bovengenoemd bezwaar ondervangen wordt.The object of the invention is to provide a coil tube of the type mentioned in the preamble, wherein the above drawback is obviated.

De spoelkoker volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk, dat de kink gevormd is in een richting nagenoeg loodrecht op een vlak door het eerste en het tweede gedeelte van de aansluitpen, dat in een wand van de tweede sectie van de uitsparing een kamer uitgespaard is, waarvan de afmetingen zodanig zijn dat de kink erin past en dat door samenwerking tussen de kink en de kamer de aansluitpen in de kamer geblokkeerd is. De uitgespaarde kamer in de spoelkoker kan worden gevormd tijdens het spuiten van de spoelkoker en de aansluitpennen kunnen los van de spoelkoker in grote aantallen vervaardigd worden. Op deze manier kunnen vervolgens de aansluitpennen op een snelle en eenvoudige manier in de spoelkoker aangebracht worden.To this end, the coil case according to the invention is characterized in that the kink is formed in a direction substantially perpendicular to a plane through the first and the second part of the connecting pin, which chamber is recessed in a wall of the second section of the recess, whose dimensions are such that the kink fits into it and that the connection pin in the chamber is blocked by cooperation between the kink and the chamber. The recessed chamber in the bobbin case can be formed during the spraying of the bobbin case and the connecting pins can be manufactured in large numbers separately from the bobbin case. In this way, the connecting pins can then be fitted in the coil tube in a quick and easy way.

De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van de tekening.The invention will now be explained in more detail with reference to the drawing.

Figuur 1 toont een onderaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een spoelkoker volgens de uitvinding.Figure 1 shows a bottom view of a first embodiment of a coil case according to the invention.

Figuur 1a toont een doorsnede in detail van een gedeelte van een flens van de spoelkoker volgens de uitvinding, waarin een haakse gleuf gevormd is.Figure 1a shows a cross section in detail of a part of a flange of the coil case according to the invention, in which an angle slot is formed.

Figuur 2 toont een zijaanzicht van de in figuur 1 getoonde spoelkoker.Figure 2 shows a side view of the coil sleeve shown in Figure 1.

Figuur 3 toont een vooraanzicht van de in figuur 1 getoonde spoelkoker.Figure 3 shows a front view of the coil sleeve shown in Figure 1.

Figuur 4a is een doorsnede in detail van een gedeelte van een flens van de spoelkoker volgens de uitvinding, waarin een aansluitpen bevestigd is.Figure 4a is a detailed cross-sectional view of a portion of a flange of the coil case according to the invention, in which a connecting pin is mounted.

Figuur 4b is een gedeeltelijk onderaanzicht in detail van een flens van de spoelkoker volgens de uitvinding.Figure 4b is a partial bottom view in detail of a flange of the coil case according to the invention.

Figuur 4c is een gedeeltelijk zijaanzicht in detail van een flens van de spoelkoker volgens de uitvinding.Figure 4c is a partial side elevational view of a flange of the coil case according to the invention.

Figuren 5a, 5b en 5c tonen dezelfde aanzichten als figuren 4a, 4b en4c voor een andere uitvoeringsvorm van de aansluitpen.Figures 5a, 5b and 5c show the same views as Figures 4a, 4b and 4c for another embodiment of the terminal pin.

Figuur 6 toont een vooraanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van de in figuur 1 getekende spoelkoker.Figure 6 shows a front view of a second embodiment of the coil sleeve shown in Figure 1.

De in figuur 1 getoonde spoelkoker 1 bevat twee flenzen 3, die met elkaar verbonden zijn via een buisvormig centraal gedeelte 5. De spoelkoker 1 kan bijvoorbeeld gespoten zijn in elektrisch isolerend materiaal. In tenminste één van de flenzen 3 is een aantal uitsparingen 7 aangebracht, die de vorm hebben van een haakse gleuf, zoals blijkt uit figuur 1a. Onder een haakse gleuf wordt verstaan een gleuf met twee zijwanden 6 en een bodem 8, die uit een eerste deel 10 en uit een tweede deel 12 gevormd is, welke delen loodrecht op elkaar staan. Het eerste deel 10 loopt horizontaal en begrenst de eerste sectie 14, terwijl het tweede deel 12 verticaal loopt en de tweede sectie 16 begrenst. De secties 14, 16 zijn open aan de buitenzijde van de flens 3. In tenminste een aantal van de uitsparingen 7 bevinden zich elektrisch geleidende aansluitpennen 9, die bijvoorbeeld uit metaaldraad vervaardigd zijn.The coil sleeve 1 shown in figure 1 contains two flanges 3, which are connected to each other via a tubular central part 5. The coil sleeve 1 can for instance be sprayed in electrically insulating material. In at least one of the flanges 3 a number of recesses 7 are provided, which have the shape of an angle slot, as can be seen from figure 1a. An angle slot is understood to mean a slot with two side walls 6 and a bottom 8, which is formed from a first part 10 and from a second part 12, which parts are perpendicular to each other. The first section 10 runs horizontally and defines the first section 14, while the second section 12 extends vertically and the second section 16. The sections 14, 16 are open on the outside of the flange 3. In at least some of the recesses 7 there are electrically conductive connecting pins 9, which are for instance made of metal wire.

In figuur 2 wordt een zijaanzicht van de spoelkoker 1 getoond. In de spoelkoker 1 bevindt zich een holte 11, waarin een kern van zachtmagnetisch materiaal (niet getekend), bijvoorbeeld ferriet, geplaatst kan worden.Figure 2 shows a side view of the bobbin case 1. In the coil sleeve 1 there is a cavity 11, in which a core of soft magnetic material (not shown), for example ferrite, can be placed.

De aansluitpennen 9 bevatten een eerste gedeelte 13 en een tweede gedeelte 15, die haaks op elkaar staan. Het eerste gedeelte 13 kan bijvoorbeeld gebruikt worden om de spoelkoker 1 op een paneel met oppervlaktebedrading (PCB) te solderen, terwijl op het tweede gedeelte 15 de transformatorwikkelingen (niet getekend) kunnen afgehecht worden. In figuur 1 is het tweede gedeelte 15 van de aansluitpen 9 zichtbaar, terwijl in figuur 2 het eerste gedeelte 13 zichtbaar is.The connecting pins 9 contain a first part 13 and a second part 15, which are perpendicular to each other. For example, the first section 13 can be used to solder the coil sleeve 1 to a surface wiring (PCB) panel, while the second section 15 can be used to tie off the transformer windings (not shown). In figure 1 the second part 15 of the connecting pin 9 is visible, while in figure 2 the first part 13 is visible.

Figuur 3 toont een vooraanzicht van een spoelkoker 1 zoals in figuur 1. Een gedeelte van de spoelkoker 1 is in doorsnede weergegeven. De insteekrichting van de aansluitpennen 9 in de flens 3 wordt aangeduid door de pijl 17. Het eerste gedeelte 13 van de aansluitpennen 9 bevindt zich in de eerste sectie 14 van de uitsparingen 7, terwijl het tweede gedeelte 15 zich in de tweede sectie 16 bevindt.Figure 3 shows a front view of a bobbin case 1 as in Figure 1. A part of the bobbin case 1 is shown in cross-section. The insertion direction of the connecting pins 9 in the flange 3 is indicated by the arrow 17. The first part 13 of the connecting pins 9 is located in the first section 14 of the recesses 7, while the second part 15 is located in the second section 16.

De breedte van de gleuf 7 correspondeert met de dwarsafmeting van de draad van de aansluitpennen 9.The width of the slot 7 corresponds to the transverse dimension of the wire of the connection pins 9.

Figuur 4a toont in detail het gedeelte van de flens 3, waarin de aansluitpen 9 bevestigd is.Figure 4a shows in detail the part of the flange 3 in which the connecting pin 9 is mounted.

Figuur 4b toont een doorsnede volgens de lijn IVb-IVb in figuur 4a. In een zijwand 6 van de tweede sectie 16 van de uitsparing 7 is een kamer 19 uitgespaard. Anderzijds is in het tweede gedeelte 15 van de aansluitpen 9 een kink 21 aangebracht in een richting ongeveer loodrecht op het vlak, gevormd door het eerste gedeelte 13 en het tweede gedeelte 15 van de aansluitpen 9.Figure 4b shows a section along the line IVb-IVb in Figure 4a. A chamber 19 is recessed in a side wall 6 of the second section 16 of the recess 7. On the other hand, a kink 21 is arranged in the second part 15 of the connecting pin 9 in a direction approximately perpendicular to the plane formed by the first part 13 and the second part 15 of the connecting pin 9.

Figuur 4c toont een doorsnede volgens de lijn IVc-IVc in figuur 4a. De in de aansluitpen 9 gevormde kink 21 past in de uitgespaarde kamer 19. Door samenwerking tussen de kink 21 en de kamer 19 wordt uittrekking van de aansluitpen 9 uit de flens 3 in de richting aangeduid door de pijl 23 belet. Bij het afhechten van transformatorwikkelingen (niet getekend) ontstaat er namelijk in deze richting 23 een kracht, waardoor de aansluitpen 9 uit de flens 3 kan getrokken worden. Bovendien wordt rotatie van de aansluitpen 9 in de gleuf 7 volgens een richting aangeduid door de pijl 25 belet. Op het soldeergedeelte 13 daarentegen worden geen krachten uitgeoefend, waarbij er gevaar voor uittrekking ontstaat.Figure 4c shows a section along the line IVc-IVc in Figure 4a. The kink 21 formed in the connecting pin 9 fits into the recessed chamber 19. By cooperation between the kink 21 and the chamber 19, withdrawal of the connecting pin 9 from the flange 3 in the direction indicated by the arrow 23 is prevented. Namely, when sealing transformer windings (not shown), a force is created in this direction 23, whereby the connecting pin 9 can be pulled out of the flange 3. Moreover, rotation of the connecting pin 9 in the slot 7 in a direction indicated by the arrow 25 is prevented. No forces are exerted on the soldering part 13, whereby there is a danger of extraction.

De aansluitpen 9 kan bijvoorbeeld in doorsnede cirkelvormig zijn, zoals in de voorgaande tekeningen is verondersteld, maar de aansluitpen 9 kan bijvoorbeeld ook in doorsnede vierkant zijn, zoals figuren 5a, 5b en 5c tonen.The connecting pin 9 can, for example, be circular in cross-section, as assumed in the preceding drawings, but the connecting pin 9 can, for example, also be square in cross-section, as figures 5a, 5b and 5c show.

Figuur 6 toont een tweede uitvoeringsvorm van de spoelkoker 1. De aansluitpen 9 wordt vanaf de zijde van het centraal gedeelte 5 in de flens 3 gestoken volgens de pijl 27. De aansluitpen 9 is hier automatisch tegen uittrekking uit de flens 3 in de richting 23 geborgd door de vorm van de flens 3. In het geval er ook krachten in een richting, evenwijdig maar tegengesteld aan de insteekrichting 27, op de aansluitpen 9 worden uitgeoefend, wordt uittrekking van de aansluitpen 9 in die richting, belet door de kink 21.Figure 6 shows a second embodiment of the coil sleeve 1. The connecting pin 9 is inserted from the side of the central part 5 into the flange 3 in accordance with the arrow 27. The connecting pin 9 is automatically secured here against withdrawal from the flange 3 in the direction 23 by the shape of the flange 3. In the event that forces in a direction, parallel but opposite to the insertion direction 27, are also exerted on the connection pin 9, extension of the connection pin 9 in that direction is prevented by the kink 21.

Een bijkomend voordeel van de uitvoeringsvormen getoond in figuur 3 en figuur 6, is de aanwezigheid van een schotje 29, dat automatisch gevormd wordt door de vorm van de flens 3. Dit schotje 29 vormt een afscherming tussen het afhechtgedeelte 15 van de aansluitpen 9 en de ferrietkern.An additional advantage of the embodiments shown in figure 3 and figure 6 is the presence of a stiffener 29, which is automatically formed by the shape of the flange 3. This stiffener 29 forms a shield between the sealing part 15 of the connecting pin 9 and the ferrite core.

Claims

1. Bobbin containing two flanges, which are connected by a tubular central part, of which flanges at least one is provided with a number of recesses, in at least one of which is placed a connecting pin formed of electrically conductive wire, which has a first part and one of includes a kinked second section, which are perpendicular to each other, and which have recesses in the form of an angle slot, with a first section, in which the first part of the connecting pin is located and with a second section, in which the second part of the connecting pin the second section of the slot is at least partially of a width corresponding to the transverse dimension of the terminal pin, characterized in that the kink is formed in a direction substantially perpendicular to a plane through the first and second portions of the connecting pin, that in a wall of the second section of the recess a chamber is cut out, the dimensions of which are z Be sure that the kink fits in and that the connection pin in the chamber is blocked due to cooperation between the kink and the chamber.