NL9001243A

NL9001243A - Verpakking.

Info

Publication number: NL9001243A
Application number: NL9001243A
Authority: NL
Original assignee: Kelder Plastibox B V
Priority date: 1990-05-31
Filing date: 1990-05-31
Publication date: 1991-12-16
Also published as: EP0460739A1; NO912055D0; NO912055L

Description

VERPAKKING

De uitvinding heeft betrekking op een verpakking althans in hoofdzaak gevormd door een bodem en een hierop staande wand.

Een dergelijke verpakking is algemeen bekend. Teneinde een economisch en praktisch transport of opslag van de bekende verpakkingen te bewerkstelligen, is het gebruikelijk deze verpakkingen bij dit transport of deze opslag te nesten, dat wil zeggen in elkaar te schuiven.

Een bezwaar van de bekende verpakking is dat bij een dergelijke nesting de verpakkingen zodanig klemmend in elkaar worden geschoven, dat men er in de praktijk veelal met veel moeite in slaagt deze verpakkingen voor gebruik weer uit elkaar te schuiven. Het spreekt voor zich dat een dergelijk lastige en tijdrovende "ontnesting" met name voor de handel zeer ongewenst is.

Het is het doel van de uitvinding een verpakking in hoofdzaak bestaande uit een bodem en een hierop staande wand te verschaffen, waarbij een met name bij transport of opslag gewenste nesting en daarop volgende ontnesting op zeer praktische wijze kan geschieden.

Hiertoe heeft een verpakking van de in de aanhef vermelde soort volgens de uitvinding het kenmerk dat de wand een zich buitenwaarts uitstrekkend nestmiddel bevat. Bij voorkeur is dit nestmiddel althans in hoofdzaak gevormd door een naar buiten toe konisch verlopend wanddeel. Juist door deze konische vorm wordt een klemming van verpakkingen volgens de uitvinding in geneste toestand voorkomen.

Een uitvoeringsvorm van een verpakking volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de wand is voorzien van een onderwanddeel, een het nestmiddel althans in hoofdzaak vormend, naar buiten toe konisch verlopend middenwanddeel, en een bovenwanddeel, waarbij het onderwanddeel en het bovenwanddeel via dit middenwanddeel met elkaar zijn verbonden. In geneste toestand van verpakkingen volgens de uitvinding rust het middenwanddeel van de ene verpakking op de bovenrand van het bovenwanddeel van de andere verpakking.

Een verdere uitvoeringsvorm van een verpakking volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat het onderwanddeel naar buiten toe konisch verloopt, en dat het bovenwanddeel althans nagenoeg recht verloopt. Dit recht verlopen van het bovenwanddeel heeft als voordeel dat op de verpakking volgens de uitvinding gemakkelijk een losneembare deksel kan worden aangebracht. Deze deksel kan eventueel zelfklem— mend of met behulp van bijvoorbeeld tape op praktische en stevige wijze worden bevestigd. Dit tape wordt daarbij bijvoorbeeld als één stuk hechtband op de scheiding tussen dekselrand en bovenwanddeel overlappend rondom aangebracht.

Een verdere uitvoeringsvorm van een verpakking volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat het bovenwanddeel een naar binnen gebogen rand bevat. Deze bij voorkeur een kraalrand zijnde rand zorgt met name voor een rondom aanwezige stevigheid van het bovenwanddeel, hetgeen bovengenoemd aanbrengen van een losneembare deksel (eventueel met tape) vergemakkelijkt. Het naar binnen gebogen zijn van de rand heeft als voordeel dat de rand geen uitwendige ruimte inneemt, zodat een volumebesparing wordt verkregen bij met name transport en/of opslag van verpakkingen volgens de uitvinding.

Een verdere uitvoeringsvorm van een verpakking volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de dikte van de rand nagenoeg correspondeert met de uitstrekbreedte van het middenwanddeel. Hierdoor wordt bewerkstelligd dat er in geneste toestand van verpakkingen volgens de uitvinding een gering aanrakingsoppervlak bestaat tussen het konische middenwanddeel van de ene verpakking en de rand van de andere verpakking, hetgeen een "automatische" ontnesting, dat wil zeggen een nauwelijks of geen kracht vergende ontnesting, mogelijk maakt.

Een verdere uitvoeringsvorm van een verpakking volgens de uitvinding heeft het kenmerk dat de verpakking althans in hoofdzaak met behulp van een vormtechniek is vervaardigd. Onder vormtechniek wordt in dit verband verstaan een vacuüm-, pers-, blaas- of spuittechniek. De vormtechniek is bij voorkeur een vacuümtechniek, daar een dergelijke techniek de mogelijkheid biedt een verpakking overeenkomstig de uitvinding zeer efficiënt en nauwkeurig voor wat betreft de konische vorm van met name het onder- en middenwanddeel en de vorm van de (kraal)rand te vervaardigen.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van in een tekening weergegeven figuren, waarbij - figuur 1 twee geneste verpakkingen volgens de uitvinding in perspektief toont, - figuur 2 op schematische wijze een langsdoorsnede weergeeft van drie geneste verpakkingen overeenkomstig de uitvinding, - figuur 3 een deel van de opstaande wand van een van de in figuur 1 getekende verpakkingen toont, - figuur 4 een bovenaanzicht van een van de in figuur 1 getekende verpakkingen weergeeft.

In figuur 1 onderscheidt men twee geneste verpakkingen (la, lb) in hoofdzaak vervaardigd uit een doorzichtige kunststof, welke verpakkingen (la, lb) ieder een bodem (2a, 2b) en een hierop staande wand (3a, 3b) bevatten. De opstaande wanden (3a/ 3b) zijn elk voorzien van een naar buiten toe konisch verlopend onderwanddeel (4a, 4b), een, een nestmiddel vormend, naar buiten toe konisch verlopend middenwanddeel (5a, 5b), en een althans nagenoeg recht lopend bovenwanddeel (6a, 6b). Een uitstekende nesting, dat wil zeggen een nesting waarbij de verpakkingen (la, lb) gemakkelijk - zonder gebruik van veel kracht - in en uit elkaar kunnen worden geschoven, wordt gerealiseerd doordat in geneste toestand de verpakking (la) met zijn middenwanddeel (5a) rust op een naar binnen gebogen kraalrand (zie figuur 2) van het bovenwanddeel (6b) van de verpakking (lb).

Figuur 2 toont zeer schematisch een langsdoorsnede van drie geneste verpakkingen (la, lb, lc), waarbij delen die met die van figuur 1 overeenkomen, met corresponderende verwijzingscijfers zijn aangeduid. De bovenwanddelen (6a, 6b, 6c) van de verpakkingen (la, lb, lc) bevatten elk een naar binnen gebogen kraalrand (7a, 7b, 7c). Deze kraalran-den (7a, 7b, 7c) hebben bij voorkeur een dikte (8) corresponderend met de uitstrekbreedte (9) van de middenwanddelen (5a, 5b, 5c), zodat bijvoorbeeld de vepakking (lc) in geneste toestand met zijn middenwanddeel (5c) voldoende wordt gesteund door de kraalrand (7b) van het bovenwanddeel (6b) van de verpakking (lb).

In figuur 3 is een deel van de opstaande wand (J3a) van de in figuur 1 getekende verpakking (la) weergegeven. Corresponderende delen zijn met dezelfde verwijzingscijfers aangeduid.

Figuur 4 toont een bovenaanzicht van de verpakking (la) van figuur 1. Men onderscheidt de bodem (2a), het naar buiten toe konisch verlopende onderwanddeel (4a) en de naar binnen omgebogen kraalrand (7a).

Opgemerkt wordt dat verpakkingen overeenkomstig de uitvinding niet alleen uit doorzichtige kunststof, doch ook uit andere materialen, zoals karton enz., kunnen worden vervaardigd.

Claims

60.77.1349 Kelder Plastibox B.V. te ' s-Heereriberg

1. Verpakking althans in hoofdzaak gevormd door een bodem en een hierop staande wand, met het kenmerk dat de wand een zich buitenwaarts uitstrekkend nestmiddel bevat.

2. Verpakking volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het nestmiddel althans in hoofdzaak is gevormd door een naar buiten toe konisch verlopend wanddeel.

3. Verpakking volgens conclusie 2, met het kenmerk dat de wand is voorzien van een onderwanddeel, een het nestmiddel althans in hoofdzaak vormend, naar buiten toe konisch verlopend middenwanddeel, en een bovenwanddeel, waarbij het onderwanddeel en het bovenwanddeel via dit middenwanddeel met elkaar zijn verbonden.

4. Verpakking volgens conclusie 3, met het kenmerk dat het onderwanddeel naar buiten toe konisch verloopt, en dat het bovenwanddeel althans nagenoeg recht verloopt.

5. Verpakking volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk dat het bovenwanddeel een naar binnen gebogen rand bevat.

6. Verpakking volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de dikte van de rand nagenoeg correspondeert met de uitstrekbreedte van het middenwanddeel.

7. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de verpakking althans in hoofdzaak met behulp van een vormtechniek is vervaardigd.

8. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de verpakking althans in hoofdzaak is vervaardigd uit kunststof.

9. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de verpakking een althans in hoofdzaak ronde dwarsdoorsnede heeft.

10. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de verpakking een losneembare deksel bevat.