NL8901958A - ROPE CLAMP. - Google Patents
ROPE CLAMP. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8901958A NL8901958A NL8901958A NL8901958A NL8901958A NL 8901958 A NL8901958 A NL 8901958A NL 8901958 A NL8901958 A NL 8901958A NL 8901958 A NL8901958 A NL 8901958A NL 8901958 A NL8901958 A NL 8901958A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- clamping
- clamping element
- rope
- rope clamp
- clamp according
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16G—BELTS, CABLES, OR ROPES, PREDOMINANTLY USED FOR DRIVING PURPOSES; CHAINS; FITTINGS PREDOMINANTLY USED THEREFOR
- F16G11/00—Means for fastening cables or ropes to one another or to other objects; Caps or sleeves for fixing on cables or ropes
- F16G11/02—Means for fastening cables or ropes to one another or to other objects; Caps or sleeves for fixing on cables or ropes with parts deformable to grip the cable or cables; Fastening means which engage a sleeve or the like fixed on the cable
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16G—BELTS, CABLES, OR ROPES, PREDOMINANTLY USED FOR DRIVING PURPOSES; CHAINS; FITTINGS PREDOMINANTLY USED THEREFOR
- F16G11/00—Means for fastening cables or ropes to one another or to other objects; Caps or sleeves for fixing on cables or ropes
- F16G11/10—Quick-acting fastenings; Clamps holding in one direction only
- F16G11/101—Quick-acting fastenings; Clamps holding in one direction only deforming the cable by moving a part of the fastener
Description
TouwklemRope clamp
Uitvinders: Aloisius Henricus Haria Heister te EnschedeAndreas Jacobus Louis Nijsen te EnschedeReindert Jan Jansen te BaamInventors: Aloisius Henricus Haria Heister in Enschede Andreas Jacobus Louis Nijsen in Enschede Reindert Jan Jansen in Baam
De uitvinding heeft betrekking op een touwklem.Touwklemmen worden onder andere toegepast op zeilboten voorhet vastzetten van zeilschoten en dergelijke. De bekendetouwklemmen bezitten vaak één of meerdere nadelen. Hiervankunnen worden genoemd een lage klemkracht, waardoor het touwkan slippen bij hoge belastingen, het beschadigen van hettouw door zeer hoge lokale klemdrukkrachten, of het tijdenshet losmaken van het vastgeklemde touw ongecontroleerd los¬schieten daarvan.The invention relates to a rope clamp. Rope clamps are used, inter alia, on sailing boats for securing sailing sheets and the like. The known rope clamps often have one or more drawbacks. These can be referred to as a low clamping force, as a result of which the rope can slip under high loads, damage to the rope due to very high local clamping forces, or the uncontrolled release of the clamped rope during it.
De uitvinding beoogt een touwklem te verschaffen,waarbij deze nadelen op eenvoudige, doch niettemin doeltref¬fende wijze zijn opgeheven.The object of the invention is to provide a rope clamp, wherein these drawbacks are eliminated in a simple, yet effective manner.
Hiertoe wordt de touwklem volgens de uitvindinggekenmerkt door een in een stationair huis opgenomen flexibelhulsvormig klemelement waardoorheen het vast te klemmen touwzich kan uitstrekken, welk klemelement vervormbaar is tusseneen vastklemstand waarin de beide uiteinden daarvan zich opeen zodanige onderlinge afstand bevinden dat het inwendigeoppervlak van het klemelement ten gevolge van een dwarssamen-trekking daarvan vastklemmend aangrijpt op het buitenopper¬vlak van het vast te klemmen touw, en een loslaatstand waarinde beide uiteinden zich zodanig dichter bij elkaar bevindendat het inwendige oppervlak van het klemelement het touwvoor een langsverschuiving vrijgeeft.To this end, the rope clamp according to the invention is characterized by a flexible sleeve-shaped clamping element incorporated in a stationary housing through which the rope to be clamped can extend, which clamping element is deformable between a clamping position in which the two ends thereof are spaced such that the internal surface of the clamping element is of a cross-contraction thereof clampingly engages the outer surface of the rope to be clamped, and a release position in which both ends are closer together such that the inner surface of the clamping element releases the rope for longitudinal shift.
Wanneer de beide uiteinden van het flexibele huls¬vormige klemelement uit elkaar worden bewogen, zodat hetklemelement in de vastklemstand komt, wordt dit hulsvormigeklemelement ten gevolge van een dwarssamentrekking versmald,waarbij een zich door dit klemelement uitstrekkend touwwordt vastgeklemd. De vastklemming vindt hierbij plaats overnagenoeg de gehele lengte van het klemelement, zodat ditklemelement slechts een geringe druk op het touw hoeft uit te oefenen voor het verkrijgen van een hoge vastklemkracht.Doordat slechts lage lokale drukken op het vast te klemmentouw worden uitgeoefend zullen beschadigingen van dit touwniet of nauwelijks voorkomen. Tevens blijkt, dat bij hetvanuit de vastklemstand naar de loslaatstand bewegen van hetklemelement het loslaten van het vastgeklemde touw zeergeleidelijk plaatsvindt, zodat bijvoorbeeld dit touw opgecontroleerde wijze door het klemelement kan slippen.Hierbij geldt tevens, dat de kracht, welke nodig is om hetklemelement vanuit de vastklemstand naar de loslaatstand tebewegen zeer laag is, ook wanneer op het vastgeklemde touween zeer hoge uitwendige last werkt.When the two ends of the flexible sleeve-shaped clamping element are moved apart, so that the clamping element enters the clamping position, this sleeve-shaped clamping element is narrowed as a result of a transverse contraction, whereby a rope extending through this clamping element is clamped. The clamping takes place here along the entire length of the clamping element, so that this clamping element only has to exert a small pressure on the rope in order to obtain a high clamping force, because only low local pressures are exerted on the clamping rope to be damaged. rope hardly or not at all. It also appears that when the clamping element moves from the clamping position to the releasing position, the clamped rope is released very gradually, so that, for example, this rope can slip in a controlled manner through the clamping element. moving the clamping position to the release position is very low, even if a very high external load is acting on the clamped rope.
Voor het verkrijgen van een goedé klemwerking vanhet flexibele hulsvormige klemelement op een vast te klemmentouw is het mogelijk, dat dit klemelement een uit spiraal¬vormig gevlochten draden bestaande kous omvat. Hierbijomvatten de draden bij voorkeur staaldraden.In order to obtain a good clamping action of the flexible sleeve-shaped clamping element on a clamping rope to be fixed, it is possible that this clamping element comprises a sleeve consisting of spirally braided wires. The wires preferably include steel wires.
Verder geniet het voorkeur, wanneer de draden vande kous zich zowel links alsmede rechts spiraliserend uit¬strekken. Tengevolge van deze spiraalvorm verkrijgt de touw-klem volgens de uitvinding de hoge klemkracht. Door het uitelkaar bewegen van de beide klemelement-uiteinden ontstaatde dwarssamentrekking, hetgeen op zijn beurt leidt tot eenwrijvingkracht, die door het touw op de kous wordt uitge¬oefend. Doordat elke draad van de kous een aantal keren omhet vast te klemmen touw is gewikkeld ontstaat een zeergrote krachtsversterking, die als resultaat bezit dat dedraden het touw nog verder insnoeren en de klemkracht nogverder toeneemt. Het andere woorden, het opwekken van eeninitiële wrijving is voldoende voor het verkrijgen van deeffectieve werking van de touwklem volgens de uitvinding.It is further preferred if the wires of the stocking extend spirally on both the left and the right. As a result of this spiral shape, the rope clamp according to the invention obtains the high clamping force. Moving the two clamping element ends apart causes cross-contraction, which in turn leads to a frictional force which is exerted on the stocking by the rope. Because each wire of the stocking is wound a number of times around the rope to be clamped, a very large strength gain is created, which results in the wires still further constricting the rope and the clamping force increasing even further. In other words, the generation of an initial friction is sufficient to obtain the effective operation of the rope clamp according to the invention.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de touwklemvolgens de uitvinding geldt, dat één uiteinde van hetklemelement onbeweegbaar in het huis is aangebracht, terwijlhet andere uiteinde door een bedieningselement ten opzichtevan het huis beweegbaar is. Het vanuit de loslaatstand naarde vastklemstand en omgekeerd bewegen van het klemelementkan thans op eenvoudige wijze worden bewerkstelligd door hetmet behulp van het bedieningselement verplaatsen van het beweegbare uiteinde van het klemelement ten opzichte van hethuis.In a preferred embodiment of the rope clamp according to the invention it holds that one end of the clamping element is arranged immovably in the housing, while the other end is movable relative to the housing by an operating element. Moving the clamping element from the release position to the clamping position and vice versa can now be effected in a simple manner by moving the movable end of the clamping element relative to the housing by means of the operating element.
Hierbij is het gunstig, wanneer overeenkomstig eenverdere uitvoeringsvorm van een touwklem volgens de uitvin¬ding het bedieningselement wordt gevormd door een ten op¬zichte van het huis scharnierbare, het beweegbare klemele-ment-uiteinde bekrachtigende bedieningsarm. Het huis, dat isbevestigd aan de ondergrond, bijvoorbeeld het dek van eenzeilboot, dient hierbij als steunpunt voor de bedieningsarm.In this case it is advantageous if, in accordance with a further embodiment of a rope clamp according to the invention, the operating element is formed by an operating arm pivoting the movable clamping element end relative to the housing. The housing, which is attached to the ground, for example the deck of a sailboat, serves as a support for the operating arm.
Verder is het van voordeel, wanneer het bedienings¬element via een veerelement aangrijpt op het beweegbareklemelement-uiteinde. Hierbij is het gunstig, wanneer hetveerelement een, het klemelement althans gedeeltelijkomgevende en tussen het bedieningselement en het beweegbareklemelement-uiteinde voorgespannen drukveer omvat. Metbehulp van deze drukveer wordt telkens reeds een bepaaldekracht op het beweegbare klemelement-uiteinde uitgeoefend,waardoor de touwklem steeds reeds een bepaalde beginklem-kracht op het touw zal uitoefenen. Tengevolge van deze begin-klemkracht zal het klemelement verder uitrekken. Van belangis hierbij, dat de voorspankracht van de drukveer zodanigis, dat deze drukveer ook in de maximaal uitgerekte standvan het klemelement nog steeds een zekere mate vanvoorspanning bezit.It is furthermore advantageous if the actuating element engages the movable clamping element end via a spring element. In this case it is advantageous if the spring element comprises a compression spring, at least partially surrounding the clamping element and biased between the operating element and the movable clamping element end. With the aid of this compression spring, a certain force is always exerted on the movable clamping element end, so that the rope clamp will always exert a certain initial clamping force on the rope. As a result of this initial clamping force, the clamping element will stretch further. It is important here that the pretensioning force of the compression spring is such that this compression spring still has a certain amount of pretension even in the maximally stretched position of the clamping element.
Tevens is het mogelijk, dat het bedieningselementen het beweegbare klemelement-uiteinde zijn verbonden dooreen element, dat in staat is een trekkracht op te nemen.It is also possible that the operating elements are connected to the movable clamping element end by an element capable of absorbing a pulling force.
Op deze wijze kan de touwklem naar de loslaatstand wordenbewogen door bediening van het bedieningselement. Van voor¬deel is het hierbij, wanneer het element een om het bedie¬ningselement of een daarmee verbonden huls en om het beweeg¬bare klemelement-uiteinde of een daarmee verbonden klemhulsgrijpende buis is. Bij het naar de klemstand bewegen van detouwklem oefent deze bus geen enkele invloed uit.In this way, the rope clamp can be moved to the release position by operating the operating element. It is an advantage here if the element is around the operating element or a sleeve connected thereto and around the movable clamping element end or a clamping sleeve-gripping tube connected thereto. When the rope clamp is moved to the clamping position, this bush exerts no influence whatsoever.
Daarnaast is het gunstig, wanneer een instelbareaanslag is toegepast voor het begrenzen van de onderlingeafstand tussen de beide klemelement-uiteinden in de vast-klemstand. Bij een gunstige uitvoeringsvorm hiervan werkt deaanslag samen met het beweegbare klemelement-uiteinde. Met behulp van de aanslag wordt voorkomen, dat het klemelementten gevolge van de krachtsversterking te ver wordt uitgerektmet als gevolg breuk, en kan tevens de maximale klemkrachtvan de touwklem worden ingesteld.In addition, it is advantageous if an adjustable stop is used to limit the mutual distance between the two clamping element ends in the fixed clamping position. In a favorable embodiment of this, the stop cooperates with the movable clamping element end. The stop prevents the clamping elements from being stretched too far as a result of the force reinforcement, resulting in breakage, and the maximum clamping force of the rope clamp can also be set.
Tenslotte is het constructief van voordeel,wanneer de uiteinden van het klemelement elk zijn opgeslo¬ten tussen telkens twee tapse, concentrisch geplaatste, klem-hulzen. Op deze wijze kan het klemelement op eenvoudigewijze in het stationaire huis worden aangebracht.Finally, it is structurally advantageous if the ends of the clamping element are each enclosed between two tapered, concentrically placed clamping sleeves. In this way, the clamping element can be easily mounted in the stationary housing.
De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan dehand van de tekening, waarin een uitvoeringsvoorbeeld van detouwklem volgens de uitvinding is weergegeven.The invention is explained in more detail below with reference to the drawing, in which an embodiment of the rope clamp according to the invention is shown.
Figuur 1 toont een uitvoeringsvorm van de touwklemvolgens de uitvinding gedeeltelijk in doorsnede en in eenvastklemstand,Figure 1 shows an embodiment of the rope clamp according to the invention partly in section and in a clamping position,
Figuur 2 toont de touwklem uit figuur 1 in de los¬laat stand,Figure 2 shows the rope clamp from Figure 1 in the release position,
Figuur 3 toont het principe van het opsluiten vande uiteinden van het klemelement, dat is toegepast in detouwklem volgens figuur 1 en 2,Figure 3 shows the principle of enclosing the ends of the clamping element used in the rope clamp according to Figures 1 and 2,
Figuur 4 toont een tweede uitvoeringsvorm van detouwklem in een vastklemstand, enFigure 4 shows a second embodiment of the rope clamp in a clamping position, and
Figuur 5 toont de touwklem uit figuur 4 in de los- laatstand.Figure 5 shows the rope clamp of Figure 4 in the release position.
De in figuur 1 getoonde touwklem is voorzien vaneen huis 1 dat via montagelippen 2, 3 bevestigbaar is op eenondergrond, bijvoorbeeld het dek van een zeilboot. Het huis1 bestaat uit twee ter plaatse van een montagedeling metelkaar verbonden huishelften 4 en 5. Door het huis 1 strektzich een doorgaande boring 6 uit waarin een flexibel huls¬vormig klemelement 7 is aangebracht.The rope clamp shown in figure 1 is provided with a housing 1 which can be fixed via mounting lips 2, 3 to a surface, for example the deck of a sailing boat. The housing 1 consists of two housing halves 4 and 5 connected together at the location of a mounting section. A through bore 6 extends through the housing 1 in which a flexible sleeve-shaped clamping element 7 is arranged.
Hierbij wordt opgemerkt, dat dit klemelement 7 infiguur 1 en figuur 2 in zijn centrale gedeelte opengewerktis weergegeven voor het zichtbaar maken van een zich doordit klemelement 7 uitstrekkend, vast te klemmen touw 8.It is noted here that this clamping element 7 Figure 1 and figure 2 is shown cut-away in its central part to make visible a clamping rope 8 extending through this clamping element 7.
Het klemelement 7 omvat in hoofdzaak een uitrechtsom en linksom spiraalvormig gevlochten dradenbestaande kous 9. In een gunstige uitvoeringsvorm omvattende draden staaldraden.The clamping element 7 mainly comprises a straightening thread and a counterclockwise spiral braided wire stocking 9. In a favorable embodiment, wires comprise steel wires.
De uiteinden van de kous 9 zijn overeenkomstig hetin figuur 3 getoonde principe elk opgesloten tussen telkenstwee tapse, concentrisch geplaatste klemhulzen 10 en 11.In accordance with the principle shown in Figure 3, the ends of the sleeve 9 are each enclosed between two tapering, concentrically placed clamping sleeves 10 and 11.
Voor het opsluiten van de uiteinden van de kous 9 wordt debinnenste klemhuls 11 via het betreffende uiteinde van dekous 9 in deze kous 9 geschoven, totdat dit uiteinde tussende taps verlopende binnenwand van de buitenste klemhuls 10en de taps verlopende buitenwand van de binnenste klemhuls 11 ligt opgesloten. Hierbij wordt opgemerkt, dat de binnen-diameter van de binnenste klemhuls 11 zodanig moet zijn, dathet vast te klemmen touw vrij verschuifbaar is door dezeklemhuls 11.To enclose the ends of the stocking 9, the inner clamping sleeve 11 is pushed into the stocking 9 via the respective end of the stocking 9, until this end is enclosed between the tapered inner wall of the outer clamping sleeve 10 and the tapered outer wall of the inner clamping sleeve 11. . It is noted here that the inner diameter of the inner clamping sleeve 11 must be such that the rope to be clamped is freely displaceable by this clamping sleeve 11.
Het linker uiteinde van het klemelement 7 is viade buitenste klemhuls 10 opgenomen in een verbreed gedeelte 12 van de boring 6 in het huis 1. Hiertoe bezit de buitensteklemhuls 10 een overeenkomstige kraag 13. Door de samenwer¬king tussen de kraag 13 en het verbrede gedeelte 12 ligt hetlinker uiteinde van het klemelement 7 axiaal onbeweegbaaropgesloten in het huis 1.The left-hand end of the clamping element 7 is received via the outer clamping sleeve 10 in a widened section 12 of the bore 6 in the housing 1. For this purpose, the outer clamping sleeve 10 has a corresponding collar 13. Due to the cooperation between the collar 13 and the widened section 12, the left end of the clamping element 7 is axially immovably enclosed in the housing 1.
Het tegenovergelegen beweegbare uiteinde 10' vanhet klemelement bevindt zich ter plaatse van een het touw 8doorlatende instelbare aanslag 14 in de boring 6 in het huis1, zodat de klemhuls 10' ten opzichte van het huis 1 inaxiale richting beperkt heen en weer beweegbaar is.The opposite movable end 10 'of the clamping element is located at the location of an adjustable stop 14 permeable to the rope 8 in the bore 6 in the housing 1, so that the clamping sleeve 10' can be moved reciprocally in axial direction relative to the housing 1.
Een bedieningsarm 15 is scharnierbaar om een ophet huis 1 bevestigde scharnieras 16. Het zijn binnensteuiteinde grijpt de bedieningsarm 15 door middel van eensleuf 17 aan op een op een huls 19 aangebrachte pen 18. Hetzal direct duidelijk zijn, dat een verzwenking van debedieningsarm 15 om de scharnieras 16 leidt tot een axialeverplaatsing van de betreffende huls 19 ten opzichte van hethuis 1.An operating arm 15 is pivotable about a pivot shaft 16 mounted on the housing 1. Its inner end engages the operating arm 15 by means of a slot 17 on a pin 18 mounted on a sleeve 19. It will be immediately clear that a pivoting of the operating arm 15 around the pivot shaft 16 leads to an axial displacement of the respective sleeve 19 relative to the housing 1.
Tenslotte is zichtbaar, dat zich tussen deklemhuls 10' en de huls 19 een drukveer 20 uitstrekt, welkede beide hulzen 10' en 19 uit elkaar drukt.Finally, it can be seen that a compression spring 20 extends between the clamping sleeve 10 'and the sleeve 19, which presses the two sleeves 10' and 19 apart.
In de in figuur 1 getoonde vastklemstand van hetklemelement 7 bevindt de beweegbare klemhuls 10', die aan derechterzijde is weergegeven, zich zo ver naar rechts, dat dekous 9 van het klemelement 7 ten gevolge van de axiale uit¬ rekking in dwarsrichting is samengetrokken. Hierdoor grijpthet inwendige oppervlak van deze kous 9 aan op het uitwen¬dige oppervlak van het zich door het klemelement 7 uitstrek-kende vast te klemmen touw 8. Door de wrijving tussen hettouw en het inwendige oppervlak van de kous 9 wordt de kous9 door het touw 8 verder uitgerekt, waardoor de klemkrachtopnieuw toeneemt. Dit effect zet zich voort totdat hetrechter uiteinde van de beweegbare klemhuls 10' komt aan teliggen tegen de aanslag 14. Deze stand van het klemelement 7wordt gehandhaafd door de touwkracht en de werking van dedrukveer 20. In deze vastklemstand wordt het touw 8 opeffectieve wijze vastgehouden.In the clamping position of the clamping element 7 shown in Figure 1, the movable clamping sleeve 10 ', which is shown on the right-hand side, is located so far to the right that the stocking 9 of the clamping element 7 is contracted in the transverse direction as a result of the axial extension. As a result, the internal surface of this stocking 9 engages the external surface of the rope 8 to be clamped extending through the clamping element 7. Due to the friction between the rope and the internal surface of the stocking 9, the stocking 9 is trapped by the rope 8 further stretched, increasing the clamping force again. This effect continues until the right end of the movable clamping sleeve 10 'abuts against the stop 14. This position of the clamping element 7 is maintained by the rope force and the action of the compression spring 20. In this clamping position, the rope 8 is effectively retained.
Voor het loslaten van het touw 8 wordt met behulpvan de bedieningsarm 15 de huls 10 naar de in figuur 2weergegeven stand verplaatst. Hierbij wordt de kous 9 tengevolge van een door de veer 20 op de klemhuls 10'uitgeoefende trekkracht axiaal samengedrukt, hetgeen leidttot een zich in dwarsrichting verbredende kous 9, zodat hetinwendige oppervlak hiervan niet langer aangrijpt op hetbuitenoppervlak van het touw 8. Bij deze verplaatsing van debetreffende huls 19 naar links werkt de drukveer 20 alstrekveer. Hiertoe is deze veer zowel aan de huls 19 als aande klemhuls 10' bevestigd. Voor het losmaken van een in detouwklem vastgeklemd touw moet derhalve telkens debedieningsarm 15 worden bekrachtigd.To release the rope 8, the sleeve 10 is moved to the position shown in Figure 2 by means of the operating arm 15. The stocking 9 is axially compressed as a result of a pulling force exerted by the spring 20 on the clamping sleeve 10 ', which results in a transversely widening stocking 9, so that the inner surface thereof no longer engages the outer surface of the rope 8. During this displacement of the relevant sleeve 19 to the left, the compression spring 20 acts as an extension spring. For this purpose, this spring is attached to both the sleeve 19 and the clamping sleeve 10 '. The operating arm 15 must therefore always be actuated in order to release a rope clamped in the rope clamp.
Een andere uitvoeringsvorm van de touwklem isgetoond in de figuren 4 en 5. Deze touwklem komt geheelovereen met de in het voorgaande beschreven touwklem. Hetenige verschil bestaat uit een om de huls 19 en de klemhuls10' grijpende bus 21. Deze bus oefent bij het vanuit devastklemstand volgens figuur 4 naar de loslaatstand volgensfiguur 5 bewegen van de touwklem de functie uit alsbeschreven met betrekking tot de tevens als trekveer uitge¬voerde drukveer 20. Bij het naar links verplaatsen van dehuls 19 met behulp van de bedieningsarm 15 neemt deze de bus21 mee, welke op zijn beurt de klemhuls 10' meeneemt naarlinks, hetgeen het loslaten van het touw 8 door de kous 9met zich meebrengt. In deze uitvoeringsvorm hoeft de druk¬veer 20 niet als trekveer te werken en kan deze voortdurend een voorspanning behouden. Tevens is het dan niet vereistdeze veer 20 aan de huls 19 en/of aan de klemhuls 10' tebevestigen.Another embodiment of the rope clamp is shown in Figures 4 and 5. This rope clamp corresponds completely to the rope clamp described above. The only difference consists of a bush 21 engaging around the sleeve 19 and the clamping sleeve 10 '. This sleeve, when the rope clamp is moved from the fixed clamping position according to Figure 4 to the release position according to Figure 5, performs the function as described with regard to the tension spring, which is also designed as a tension spring compression spring 20. When the sleeve 19 is moved to the left with the aid of the operating arm 15, it takes along the sleeve 21, which in turn takes the clamping sleeve 10 'to the left, which entails the release of the rope 8 through the sleeve 9. In this embodiment, the compression spring 20 does not have to act as a tension spring and can continuously maintain a bias. Nor is it then necessary to attach this spring 20 to the sleeve 19 and / or to the clamping sleeve 10 '.
De bus 21 belemmert de klemwerking geenszins enoefent bij het naar rechts bewegen van de huls 19 en deklemhuls 10' geen enkele invloed uit. Bij het naar linksbewegen echter zorgt deze voor het handhaven van de voor¬spanning in de veer 20.The sleeve 21 in no way impedes the clamping action and does not exert any influence when the sleeve 19 and the clamp sleeve 10 'are moved to the right. When moving to the left, however, it maintains the preload in the spring 20.
De uitvinding is niet beperkt tot de in het voor¬gaande beschreven uitvoeringsvorm, die binnen het kader deruitvinding op velerlei wijze kan worden gevarieerd.The invention is not limited to the embodiment described above, which can be varied in many ways within the scope of the invention.
Claims (12)
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8901958A NL8901958A (en) | 1989-07-28 | 1989-07-28 | ROPE CLAMP. |
AU61462/90A AU6146290A (en) | 1989-07-28 | 1990-07-26 | Rope gripper |
PCT/NL1990/000104 WO1991002179A1 (en) | 1989-07-28 | 1990-07-26 | Rope gripper |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8901958A NL8901958A (en) | 1989-07-28 | 1989-07-28 | ROPE CLAMP. |
NL8901958 | 1989-07-28 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8901958A true NL8901958A (en) | 1991-02-18 |
Family
ID=19855120
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8901958A NL8901958A (en) | 1989-07-28 | 1989-07-28 | ROPE CLAMP. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
AU (1) | AU6146290A (en) |
NL (1) | NL8901958A (en) |
WO (1) | WO1991002179A1 (en) |
Families Citing this family (9)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0610253A4 (en) * | 1991-09-30 | 1995-06-28 | John Russell Place | Linear braking means. |
AU659684B2 (en) * | 1991-09-30 | 1995-05-25 | John Russell Place | Linear braking means |
NL1001139C2 (en) * | 1995-09-06 | 1997-03-11 | Bernardus Johannes Maria Olde | Device for setting a Bowden cable and fixative. |
NL1003968C2 (en) * | 1996-09-05 | 1998-03-06 | Bernardus Johannes Mari Heuvel | Mechanical fastening construction. |
NL1006380C2 (en) * | 1997-06-24 | 1998-12-28 | Petrus Antonius Besselink | Guide for guiding movements in two opposite directions and various devices provided with such a guide. |
FR2978515B1 (en) | 2011-07-29 | 2015-03-13 | Cousin Trestec | DEVICE FOR LOCKING AND UNLOCKING A LONGILINE TUBULAR ELEMENT |
WO2019170206A1 (en) * | 2018-03-09 | 2019-09-12 | Ejendomsselskabet Af 16. Januar 2015 Aps | Remote releasable line lock device and method and a sailboat comprising the spinnaker recovering system with a remote releasable line lock device |
FR3097286B1 (en) * | 2019-06-13 | 2022-12-23 | Thales Sa | DEVICE FOR LOCKING AN OBJECT ALONG A CABLE |
FR3137056A1 (en) * | 2022-06-24 | 2023-12-29 | IFP Energies Nouvelles | Locking and unlocking system for slender element with casing and two fixing elements, one at each end of the casing |
Family Cites Families (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US2318164A (en) * | 1942-01-05 | 1943-05-04 | Kellems Company | Lifting and/or holding device |
US2766501A (en) * | 1951-05-22 | 1956-10-16 | Kellems Company | Cable grips |
US3343231A (en) * | 1964-12-31 | 1967-09-26 | Kellems Company Inc | Mechanical holding device |
US4055875A (en) * | 1976-05-24 | 1977-11-01 | General Dynamics Corporation | Cable gripping device |
NL8101793A (en) * | 1981-04-13 | 1982-11-01 | Philips Nv | COUPLING DEVICE FOR TELESCOPIC SLIDING PARTS. |
-
1989
- 1989-07-28 NL NL8901958A patent/NL8901958A/en not_active Application Discontinuation
-
1990
- 1990-07-26 WO PCT/NL1990/000104 patent/WO1991002179A1/en not_active Application Discontinuation
- 1990-07-26 AU AU61462/90A patent/AU6146290A/en not_active Abandoned
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
AU6146290A (en) | 1991-03-11 |
WO1991002179A1 (en) | 1991-02-21 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL8901958A (en) | ROPE CLAMP. | |
US4055875A (en) | Cable gripping device | |
CA2478019A1 (en) | Arrangement in a gripper mechanism for a free pipe/rodlike end portion of a downhole tool | |
CA2237031A1 (en) | Pipe coupling | |
US3840197A (en) | Reel for coiling strip | |
KR900017860A (en) | Automotive tie rod | |
US4244449A (en) | Tensioning device for tensioning of hydraulic hoses on telescopic lift mast assemblies | |
US4918785A (en) | Mechanical knot for ropes | |
DK0571294T3 (en) | Screw Long Binder. | |
GB2111574A (en) | Longitudinally adjustable scaffold bar | |
US4021130A (en) | Chain to wire rope connector | |
US4575112A (en) | Mechanized hitch for tractor or the like | |
EP0702192B1 (en) | A clamp for supporting optical and photographic equipment | |
US2940345A (en) | Quickly adjustable wrench with inclined washer locking means | |
ES2044383T3 (en) | JOINT DEVICE FOR PRESSURE PIPES OR SIMILAR .. | |
US4040754A (en) | Cable attachment | |
US6119544A (en) | Control half-cable linking device | |
US3981483A (en) | Cable hauling device | |
US4081985A (en) | Tool for forming necks on circumferential surfaces of pipes | |
US3924438A (en) | Hydraulic cable bender | |
US4458389A (en) | Rope widening apparatus | |
US3957261A (en) | Holding device for workpieces and the like | |
IT1244238B (en) | Device for controlling the clamping force of an automatically acting clamp on a suspension/haulage cable in cable-car systems | |
RU2018742C1 (en) | Attachment unit | |
US3718951A (en) | Rope clamp |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BV | The patent application has lapsed |