NL8600360A - Combinatie van step en fiets. - Google Patents

Description

<Γ -1- 25371/CV/tl * *

Korte Aanduiding: Combinatie van step en fiets.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting verkregen door de combinatie van een step en een fiets,welke inrichting wordt bediend 5 door het gewicht van de berijder. Inrichtingen voor transport,amusement en gymnastiek voor zowel kinderen als volwassenen,zoals steppen en fietsen zijn momenteel bekend. Terwijl de step discontinu wordt aangedreven door de druk van de voet van de gebruiker tegen de vloer, de straat of de grond wordt de fiets in werking gesteld door middel 10 van pedalen die het achterwiel aandrijven via een ketting. In beide gevallen wordt de aandrijving bewerkstelligd door de onderbenen van de berijder.

Met de uitvinding wordt beoogd een inrichting te verkrijgen,voor het plezier van zowel kinderen als volwassenen ,en om het gehele spieren-15 stelsel oefeningen te laten doen,terwijl tevens een speciale vorm van voortbeweging wordt verkregen.

De voordelen verkregen door de uitvinding zijn in het bijzonder dat de inrichting geen pedalen heeft en is uitgerust met een voetenplank, zoals een step,welke niet slechts door de voetdruk kan worden bediend, 20 maar ook,zelfs indien discontinu, door het gewicht van de berijder, waardoor het achterwiel in draaiing wordt gebracht via een kettingaan-drijving door het omlaag bewegen van de scharnierende zitting. Deze speciale aandrijving laat de inrichting lijken op een fiets waar anderzijds het aandrijfwiel continu kan worden aangedreven door de onderbenen 25 van de berijder. Andere oogmerken en voordelen,die hieronder nog nader zullen worden uiteengezet,worden allen bereikt door het onderwerp van de uitvinding ,gekenmerkt doordat het is uitgerust met een stijf midden-frame verkregen uit gevormde stalen buisvormige op uit plaatmetaal vervaardigde doosvormige delen,die zo aan elkaar zijn gelast,dat een onver-30 vormbaar frame wordt verkregen,dat wordt gebruikt als een steun voor een voetenplank en een element geeft dat de overblijvende delen van de inrichting tegelijkertijd verbindt. In het bijzonder is er een steun aan de voorzijde van het frame,dat de stuurvork toestaat te draaien,verbonden « met het voorwiel en het stuur dragend instelbaar in overeenstemming met 35 de eisen van de berijder. Het stuur draagt:-op zijn beurt de handgrepen, de remhefboom en de handbel zoals op een gebruikelijke fiets. Een van * -2- 25371/CV/tl de handgrepen kan echter draaien waardoor . de instelbare slagbegrenzer,die later zal worden beschreven,kan worden bediend. Aan de achterzijde van het boven beschreven niet vervormbare frame is er een in tweeën gedeelde staander waarop de achterwielsteun is bevestigd. De in tweeën verdeelde 5 staander vormt een zijde van een scharnierende vierhoek aan de tegenoverliggende zijde waarvan de zitting voor de berijder is bevestigd via steunen. De zitting is zowel verticaal als in lengterichting instelbaar in overeenstemming met de eisen van de bestuurder. De zitting' dragende zijde van de scharnierende vierhoek is · via een terugstelveer verbonden met een 10 ketting,die in ingrijping is in het op de as van het achterwiel bevestigde kettingwiel. Dit kettingwiel heeft een vrijlooporgaan. Het andere einde van de ketting is bevestigd aan de verlening van een van de tweecoverblijvende zijden van de bovengenoemde scharnierende vierhoek. Het gewicht van de berijder 'laat de zitting omlaag bewegen en laat via de scharnie-15 rende vierhoekbeweging de met het achterwiel gekoppelde ketting bewegen waardoor het achterwiel wordt gedraaid en de inrichting in beweging wordt gebracht.

De berijder kan zich nu door drukken op de voetenplank en vasthouden van het stuur weer omhoog bewegen. De terugstelveer trekt de ketting terug 20 waardoor de scharnierende vierhoek evenals de zitting weer in de aanvankelijke 'stand wordt geplaatst waardoor de zitting weer gereed is voor de volgende iwerkingcyclus.

De bovengenoemde vrijloop van het tandwiel staat het mechanisme toe zijn aanvankelijke opstelling in te nemen zonder in conflikt te komen 25 met de beweging van het achterwiel. Het reeds genoemde instelbare slag-einde werkt op de boven beschreven verlenging van een van de zijden van de scharnierende vierhoek of op een andere soort gelijk geschikte plaats.

De slagbegrenzer bestaat uit een nok,scharnierend aangebracht op een steun, die integraal is met de achterste staander van het niet vervormbare frame 30 zodat,indien opgesteld in zijn vrije stand, de slagbegrenzer niet in conflikt komt met de bewegingen van de scharnierende vierhoek terwijl in zijn stopstand de slagbegrenzer de slag van de vierhoekzijde waarop hij inwerkt en als resultaat de slag van de scharnierende vierhoek beperkt.Op deze wijze wordt het omlaag bewegen van de zitting tegengegaan,hetgeen een comfortabelere stand 35 mogelijk maakt voor de berijder indien hij de zitstand wenst te behouden zonder het achterste aandrijfwiel aan te drijven na het bereiken van een o \ ?· ^ -3- 25371/CV/tl * ί goede snelheid of bij het afrijden van een heuvel.

Boven het achterwiel is er het gebruikelijke spatbord waarvan het vooreinde rust op de bovengenoemde verlenging van een zijde van de scharnierende vierhoek .Het achtereinde van het spatbord is verbonden met 5 dezelfde verlening via een stijve stang.

Op deze wijze laat het omlaag bewegen van de zitting het achterste spatbord omhoog draaien hetgsn resulteert in een bepaald visueel effect.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een in bijgaande figuren weergegeven mogelijke uitvoeringsvorm van 10 de constructie volgens de uitvinding.

Fig. 1 toont een zijaanzicht van de inrichting in de ruststand (zitting omhoog).

Fig. 2 toont een ander zijaanzicht van de inrichting tijdens, gebruik (zitting neerwaarts).

15 Fig. 3 toont een doorsnede van de steun integraal met de achterste staander van het niet vervormbare gestel evenals het instelbare slag-einde bij de stopstand.

Fig. 4 toont hetzelfde deel zoals afgebeeld in fig.3 maar met het slageinde vrijgemaakt zijnde.

20 ^ De figuren tonen een inrichting bestaande uit een de voetplank 2 dragend gestel 1. Het voorwiel 3 wordt ondersteund door de voorvork 4, die met het frame 1 is verbonden via een steun 1’. Het voorwiel kan worden verdraaid onder gebruikmaking van het instelbare stuur 5,dat is uitgerust met de remhefboom 6,de handgrepen 7 en de bel 8. Het stuur is 25 verticaal instelbaar met behulp van een klem met spanorgaan 9 en in de gewenste positie vastgezet onder gebruikmaking van een moer 10.

De achterste in tweeën gedeelde staander 11 is verbonden met de steun 13 van het achterwiel 14 op de as waarvan een vrijlooptandwiel 15 is bevestigd. Het achterwiel is verder uitgerust met een rem.

30 Een beschermorgaan 12 is bevestigd aan de voetenplank 2 en aan de staander 11. Het tandwiel 15 is in ingrijping met een ketting 16, die aan een einde is verbonden met een terugstelveer 17. Aan zijn tegenoverliggende einde is de veer verbonden met een steun 20 van een zitting 21, , terwijl het tegenoverliggende einde van de ketting 16 is verbonden met 35 de verlening van de stang 18 van een scharnierende vierhoek. De overblijvende zijden van de vierhoek zijn gevormd door de achterste in tweeën -4- 25371/CV/tl Φ ,ε 1 t gedeelde staander 11,een stang 19, die evenals de stang 18 in tweeën is gedeeld,en door de steun 20 van de zitting 21.

Het achtereinde van spatbord 22 is via een stang 23 vast verbonden met de stang 18,die is bevestigd aan het vooreinde van het spatbord.

5 op deze wijze gaat het spatbord omhootg indien de zitting 21 omlaag beweegt.

Fig. 3 en 4 tonen de wijze waarop de handgreep 7 via een flexibele kabel 24 inwerkt op het instelbare slageinde 25,dat integraal is met de scharnierend op de steun 27 aangebrachte schijf 26.

In overeenstemming met een de -voorkeur gegeven uitvoeringsvorm van 10 de uitvinding kunnen zowel het voorwiel als het achterwiel zijn voorzien van banden,uitgerust met spaken van verschillende vormen,vervaardigd uit metaal (zoals staal en lichte legeringen ) of uit plastic,verder zijn uitgerust met schoenremmen, schijfremmen of trommelremmen. Het voorwiel kan al dan niet zijn voorzien van een spatbord. Zoals reeds vermeld kan 15 het frame zijn vervaardigd uit gevormd buisvormig of doosvormig plaatmateriaal. Het stuur kan zijn gebogen met coaxiale of afzonderlijk gebogen buffers en grote veren. De voetenplank kan zijn vervaardigd uit verschillende materialen,zoals metaal, hout of kunststof met eventueel een rubber of kunststof bedekking of dergelijke. Het frame en de voeten-20 plank kunnen zijn samengesteld uit twee elementen,die met elkaar zijn verbonden door een scharnier,dat kan worden vergrendeld. Ook is het mogelijke dat het frame bestaat uit buisvormige elementen,die geschikt zijn om op elkaar te schuiven ten einde de totale afmetingen te verminderen indien de inrichting niet wordt gebruikt. De zitting kan in verticale 25 en langsrichting instelbaar zijn ter aanpassing aan afmetingen van verschillende berijders. Het slageinde kan worden bediend via hefbomen in plaats van flexibele kabels enz.

30 •i

Claims (6)

1. Inrichting resulterende uit de combinatie van een step en een fiets en in werking gesteld door het gewicht van de berijder voorzien van een stijf middenframe (1) samengesteld uit gevormde stalen buizen of gevormde doosvormige plaatmetalen delen ,een door het frame ondersteunde voeten- 5 plank (2),een voorste stuurvork (4) verbonden met het frame en het voorwiel (3) en het stuur (5) ondersteunend, waarbij het stuur is uitgerust met handgrepen (7), een remhefboom (6) en een bel (8),een achterste staander (11) eveneens verbonden met het frame en het achterwiel (14) ondersteunend, met het kenmerk,dat twee stangen (18,19) scharnierend zijn 10 gekoppeld met de staander en aan hun eind een steun (20) van een zitting (21) dragen,welke steun eveneens scharnierend is aangebracht,terwijl een terugstelveer (17) is bevestigd aan de steun (20) van de zitting (21) met een einde en met zijn andere einde is verbonden met een ketting (16),die in ingrijping is met een kettingwiel (15) welke met een vrijloop 15 is aangebracht op de as (14) van het achterwiel ,waarbij het van de veer afgekeerde uiteinde van de ketting is verbonden met een verlenging van de stang (18).

2. Inrichting volgens conclusie 1,met het kenmerk,dat het stuur in overeenstemming met de eisen van de berijder met betrekking tot hoogte 20 en stand kan worden ingesteld.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk,dat de zitting zowel verticaal en in de lengterichting kan worden ingesteld in overeenstemming met de behoeften van de berijder,

4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, 25 dat het vooreinde van een achterspatbord (22) is verbonden met de stang (18),die scharnierend is aangebracht op de achterste staander (11) van het stijvenmiddenframe (1),terwijl het achtereinde van het spatbord is bevestigd aan de verlenging van dezelfde stang (18) met behulp van een stijve korte stang (23).

5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat een handgreep (7) van het stuur kan worden verdraaid om een instelbare slagbegrenzende nok (25) in werking te steilen,welke nok (25) scharnierend is aangebracht op een steun (27),die is verbonden met de achterste staan-^ der van het stijve middenframe (1),waarbij de slagbegrenzer in zijn stopstand 35 de slag van een van de stangen,die scharnierend is aangebracht op dezelfde staander, beperkt en daardoor de omlaag gaande slag van de zitting -6- 25371/CV/tl , $ * » t? (21) beperkt.

6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies,met het kenmerk, dat het gestel (1) en de voetenplank (2) zijn vervaardigd uit twee delen, die met elkaar zijn verbonden met behulp van een vergrendelbaar scharnier, 5 zodanig dat de totale afmetingen van de inrichting kunnen worden verminderd indien de inrichting niet in gebruik is. 10 % λ /