NL8402029A - Zwaartekrachtmeter voor een boorgat. - Google Patents

Zwaartekrachtmeter voor een boorgat. Download PDF

Info

Publication number
NL8402029A
NL8402029A NL8402029A NL8402029A NL8402029A NL 8402029 A NL8402029 A NL 8402029A NL 8402029 A NL8402029 A NL 8402029A NL 8402029 A NL8402029 A NL 8402029A NL 8402029 A NL8402029 A NL 8402029A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
gravity
measuring device
borehole
control current
gravity measuring
Prior art date
Application number
NL8402029A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Standard Oil Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Standard Oil Co filed Critical Standard Oil Co
Publication of NL8402029A publication Critical patent/NL8402029A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01VGEOPHYSICS; GRAVITATIONAL MEASUREMENTS; DETECTING MASSES OR OBJECTS; TAGS
    • G01V7/00Measuring gravitational fields or waves; Gravimetric prospecting or detecting
    • G01V7/08Measuring gravitational fields or waves; Gravimetric prospecting or detecting using balances
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B47/00Survey of boreholes or wells
    • E21B47/02Determining slope or direction
    • E21B47/022Determining slope or direction of the borehole, e.g. using geomagnetism

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Geology (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Geophysics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Geochemistry & Mineralogy (AREA)
  • Geophysics And Detection Of Objects (AREA)
  • Immobilizing And Processing Of Enzymes And Microorganisms (AREA)

Description

« i -1- i Ti j
Jp**- /
Zwaartekrachtmeter voor een boorgat.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het neten van zwaartekrachten in een boorgat en meer in het bijzonder op zulk een inrichting welke wordt gebruikt voor het meten van het verschil in zwaartekracht tussen twee verschillende plaatsen in een boor-5 gat voor gebruik bij het bereken van het algemene soortelijkgewicht van een onderaardss formatie.
Voor geologische exploratie en voor het produceren van koolwaterstoffen is het zeer belangrijk cm het algemeen soortelijkgewicht. van een onderaarde formatie te weten. Om het algemeen soortelijkgewicht 10 van de formatie te verkrijgen wordt dikwijls een zwaartekrachtmeter in een boorgat neergelaten en een zwaartekrachtmeting wordt verricht op een eerste plaats in het boorgat nabij een deel van de formatie.
De zwaartekrachtmeter wordt dan verder neergelaten en stilgehouden bij een andere plaats in het boorgat nabij de formatie. Een tweede meting 15 van de zwaartekracht wordt verricht en de beide zwaartekrachtmetingen worden gebruikt cm het algemene soortelijkgewdcht van de formatie te berekenen.
Het gebruik van gebruikelijke zwaartekrachtmeters cm een nauwkeurige zwaartekrachtmeting te verkrijgen is in het algemeen een 20 tijdrovende en langdurige handeling welke een deskundige en oplettende uitvoerende persoon vereist. De uitvoerende persoon richt éérst de zwaartekrachtmeter in het boorgat en zet vervolgens de zwaartekrachtmeter op "nul", dat wil zeggen dat een zwaartekracht gevoelig toestel binnen de zwaartekrachtmeter wordt ingesteld cm in evenwicht te zijn 25 tussen de neerwaartse kracht van de zwaartekracht en instelbare evenwicht brengende krachten. Om de zwaartekrachtmeter op nul te zetten, past de bedienende persoon de evenwichtskrachten aan in antwoord cp de beweging van een kaartweergever aan het aardoppervlak welke de relatieve stand van iet zwaartekracht gevoelige toestel aangeeft. Zodra 30 de zwaartekrachtmeter op nul gezet is, berekent de bedienende persoon de zwaartekrachtmeting uit de hoeveelheid evenwichtskrachten welke vereist zijn cm de zwaartekrachtmeter cp nul te zetten. Daarna wordt de zwaartekrachtmeter opgehaald of neergelaten naar de nieuwe standplaats, 8402029 }'· ί - 2 - gericht en op nul gezet en de bedienende persoon verkrijgt een tweeden-zwaartekrachtmeting. De bedienende persoon kan dan het algemene soorte-lijkgewicht van de formatie berekenen.
Andere toestellen zijn ontworpen voor gebruik als zwaarte-5 krachtmeters en êên van deze toestellen wordt een versnellingsmeter genoemd en bestaat uit twee op afstand van elkaar gelegen, evenwijdige en horizontale magneten met dezelfde polariteit, hetzij noord of zuid, nabij elkaar.. Op afstand tussen de magneten is een massa welke aan êên einde schamierbaar verbanden is met het huis van de versnellings-10 meter zodat de massa vertikaal beweegbaar is tussen de magneten. Twee op afstand van elkaar gelegen horizontale en evenwijdige platen zijn aanwezig nabij de magneten en de massa. De platen vormen een deel van een capacitieve positie indicatie (CPI) circuit welke toegepast wordt voor het bepalen van de relatieve stand van de massa tussen de platen. 15 Het toepassen van CPI circuits cm de stand van een massa te bepalen, zoals in een zwaartekrachtmeter, is aangegeven in "Linearization and Calibration of Electrostatically Feedback Gravity Meters", Moore and Farrell, Journal of Geophysical Research, vol. 75, No. 5, Feb. 10, 1979, en "Measurements in the Earth Mede Frequency Range by an 20 Electrostatic Sensing and Feedback Gravimeter" Black and Moore,
Journal of Geophysical Research, Vo. 71, No. 18, Sept. 15, 1966.
De electrische uitgang van het CPI circuit wordt gebruikt on een stuurstroom op te wekken welke wordt gevoerd naar de massa cron electramagnetische krachten op te wekken teneinde de massa naar 25 een nulstand tussen de magneten te bewegen. Deze electrcmagnetische krachten bewegen de massa naar een centrale stand al-waar de massa in evenwicht is tussen de omlaag gerichte kracht van de zwaartekracht cp de massa en de centraliserende electrcmagnetische krachten. Een meting van deze stuurstroom kan worden omgezet in een weergave van 30 de zwaartekracht bij de plaats in het boorgat.
Een belangrijk probleem bij het toepassen van een versnel-lingsmeter als een zwaartekrachtmeter in een boorgat is dat de toestellen welke worden gébruikt voor het meten van de stuurstroom niet de noodzakelijke nauwkeurigheid hebben om. een meting van dit stuur-35 circuit om te zetten ‘ in een weergave van de zwaartekracht 8402029 * * - 3 - met de nauwkeurigheid welke noodzakelijk is voor in boorgaten onderzoeken. van de zwaartekracht en het algemene soortelijkgewicht. Bijvoorbeeld dient bij het meten van de uitgang van een versnellingsmeter de waarde te worden gemeten tot ongeveer 9 bepalende cijfers, zoals 5 980.000.101 microampere. Echter hebben de toestellen welke in staat zijn tot het meten van de uitgang, op hun best een tolerantie van ± 100 microampere, hetgeen een te groter-.- tolerantie is voor gebruik bij het berekeneivan zwaartekrachtmetingen. In zulk een voorbeeld dient de stroom te worden gemeten tot binnen ±0,5 microampere voor gebruik 10 bij ' . berekenoi van. zwaartekrachtrretingen. Cm de nauwkeurigheid van de zwaartekrachtmetingen vanuit een versnellingsmeter te vergroten zijn toestellen ontwikkeld voor het opwekken van een constante of tegenstroom, zoals een constante stroom van 980.000.000 microampere welke in het CPI circuit en de stuurstrocm wordt gevoerd waardoor de resul-15 terende stuurstrocm niet gemeten zou moeten worden tot de 9 bepalende cijfers maar tot slechts twee of drie cijfers. Echter hébben, na v jaren van moeite en grote hoeveelheden geld gespendeerd om zulk een toestel te ontwikkelen cm de tegenstroom cp te wekken, de ontwikkelde toestellen tot nu toe een uitgang-tolerantie van ongeveer ± 20 mticro-20 ampere, hetgeen nog altijd te ' veel is voor gébruik in onderzoeken in zwaartékracht en algemeen soortelijkgewdchten.
Er bestaat béhoefte voor een zwaartekrachtmeter welke niet gericht en cp nul gezet behoeft te worden en welke een zeer accurate meting van het zwaartekrachtverschil levert zender de problemen 25 béhorend bij de hierboven beschreven toestellen.
De onderhavige uitvinding voorziet in een zwaartekrachtmeter voor een boorgat waarbij de bovengenoemde nadelen zijn opgeheven.
De zwaartekrachtmeter voor een boorgat meet de verschillen in de zwaartekracht op verschillende typen in een boorgat en is voorzien van 30 eerste en tweede zwaartekrachtmeettoestellen die vertikaal op afstand van elkaar zijn gelegen. Circuits zijn aanwezig cm een eerste en tweede stuurstrocm te vormen in antwoord op de zwaartekracht welke werkt cp de eerste en tweede zwaartékrachtmeettoestellen. Circuits zijn aanwezig cm de eerste stuurstrocm te voegen bij de tweede stuurstrocm in het 35 tweede toestel, waardoor de waarde van de tweede stuurstrocm proportio- 8402029 - 4 - neel is aan de verschillen in zwaartekracht gemeten door de eerste en tweede zwaartekrachtmeettoestellen.
In een uitvoeringsvorm van de uitgevonden inrichting zijn de zwaartekrachtmeettoestellen versnellingsmeters en zijn opgesloten in 5 een langwerpig huis voor opstellen in een boorgat. De zwaartekrachtmeettoestellen zijn via een draad verbonden met een stuureenheid aan het aardoppervlak t welke voorzien kan zijn van een microprocessor welke wordt gébruikt voor berekenen van het algemene soortelijkgewicht van een formatie uit de meting van de tweede stuurstroom.
10 Fig. 1 is een schematische weergave van twee zwaartekracht meettoestellen en bijbehorende circuits volgens de uitvinding.
Fig. 2 is een gedeeltelijk schematische weergave van de uitvinding met een boorgatgedeelte daarvan cpgehangen in een boorgat en via een kabel verbonden met een stuureenheid aan het aardoppervlak.
15 De onderhavige uitvinding vóórziet in een boorgatzwaarte- krachtmeter welke wordt gebruikt voor het meten van het verschil in zwaartekracht op verschillende plaatsen in een boorgat. De uitgevonden zwaartekrachtmeter omvat een eerste zwaartekrachtmeettoestel welke circuits heeft om de eerste stuurstroom te vormen in antwoord op de 20 zwaartekracht werkend op de eerste zwaartekrachtmeettoestel. Een tweede zwaartekrachtmeettoestel is opgesteld op afstand vertikaal van het eerste zwaartekrachtmeettoestel en omvat circuits cm een tweede stuurstroom te vormen in antwoord op de zwaartekracht werkend op het tweede zwaartekrachtmeettoestel. Electrische circuits zijn aanwezig voor het leveren 25 van de eerste stuurstroom als een tegenstroom aan de tweede stuurstroom zodat een meting van de tweede stuurstroom evenredig is aan het verschil in zwaartekracht gemeten door de eerste en tweede zwaartekrachtmeettoestellen.
Het verschil in zwaartekrachtraetingen van de eerste en 30 tweede zwaartekrachtmeettoestellen kan worden gebruikt in de volgende vergelijking voor algemeen soortelijkgewicht: <1> p * w Vïliir· waarbij p gelijk is aan het algemene soortelijkgewicht, pg het gemiddelde soortelijkgewicht van de aarde is en G de zwaartekracht constante is. 35 Dit geldt omdat de waarde van 3gz/3z in de vergelijking (1) 8402029 - 5 - 4 i gelijk is aan de volgende vergelijking: (2) 3gz ^ g{z2) - g(z1)
Ti ζ - z!j 5 Waarbij g(z^) de zwaartekrachtmeting is op de eerste plaats in het boorgat, g(z2) gelijk is aan de zwaartekrachtmeting cp. de tweede plaats in het boorgat, de diepte is van het zwaartekracht-ineettoestel in het boorgat wanneer g(z^) werd gemeten en z2 gelijk is aan de diepte in het boorgat van het zvaartekrachtmeettoestel wanneer 10 g(z2) werd gemeten. Een bespreking van het belang van deze vergelijkingen zal hierna volgen.
De zwaartekrachtneettoestellen voor gebruik volgens de uitvinding kunnen willekeurig in de handel verkrijgbare zwaartekracht-meettoestellen zijn welke gebruik maken van een electrische stroom cm 15 krachten te scheppen cm de zwaartekrachten tegen te werken. Een soort van dergelijke de voorkeur verdienende zwaartekrachtmeettoestellen worden gewocnlijk versneHingsneters genoemd. Een voorbeeld van dergelijke versnellingsmeters wordt in het verkeer gebracht door Bell Aero Space Corporation als de modellen M-9 en M-ll.
20 Zoals aangegeven in de fig. 1 en 2 zijn een eerste zwaartekraditmeettoestel 10, zoals een versnellingsmeter, en een tweede zwraartekrachtmeettoestel 12 qp enige afstand boven elkaar gemonteerd en beide bevatten een bovenste magneet 14 en een vrij daarvan staande en in horizontale richting evenwijdige identieke 25 magneet 16. Van de magneten 14 en 16 is de gelijknamige pool, hetzij noord of zuid, naar de andere magneet gericht cm zo een magneetveld tot stand te brengen waarin de magneten Aikaa-r afstoten.
Tussen de twee magneten 14 en 16 is een gewicht of massa 18 vrij geplaatst dat is verbonden met een staaf 20 die aan het ene eind 30 scharnierend is verbonden met een steun 22 in het huis (niet getekend), van het betreffende zwaartekrachtmeettoestel 10, respectievelijk 12. In een uitvoeringsvoorbeeld kan een verlenging 24 zijn aangesloten aan de massa 18 parallel aan de staaf 20 en kan deze verlenging in verticale zin vrij bewegen tussen twee uiteengelegen , 35 evenwijdige en horizontale platen 26a en 26b. De platen 26a en 26b zijn 8402029
f V
-6- cnderdeel van een op basis van electrische capaciteit werkende plaatsaanwijzer-keten 28 die een signaalgenerator of. signaalbron 28Ά bevat en een fase-detecterende fout-versterker 28B die wordt gebruikt om de relatieve plaats van de verlenging 24 en de massa 5 18 tussen de platen 26a en 26b op te nemen en on krachten op te wekken die moeten worden aangelegd aan de massa 18 teneinde de massa 18 naar een centrale positie te verplaatsen. Verder is een dergelijke plaatsaanwij zer-keten 30 aanwezig voor het tweede zwaartekrachtmeettoestel 12 die een signaalgenerator of signaal-10 bron 3QA bevat en een fase-detecterende foutversterker 30B, In de plaatsaanwij zerketen 28 voor het eerste zwaartekrachtmeettoestel 10 en de plaatsaanwij zerketen 30 voor het tweede zwaartekrachtmeettoestel 12 wordt een spanning aangelegd aan de platen 26B en wordt de relatieve capaciteit van de platen omgezet in een spanning die 15 evenredig is met de plaats van de verlenging 24 tussen de platen 26a en 26b. De platen 26a en 26b wordt een wisselspanning aangelegd waarbij deze spanning op de ene plaat 180° in fase verschilt met die op de andere plaat, en de plaats van de verlenging 24 tussen de platen 26a en 26b veroorzaakt een verandering in de geïnduceerde 20 spanning op de verlenging 24. Van deze verandering in de geïnduceerde spanning wordt de fase gedetecteerd door de plaatsaanwij zerketens 28, respectievelijk 30 en de verandering is evenredig met de relatieve positie van de verlenging 24 tussen de magneten 14 en -16.
De uitvoer of stroom van de plaatsaanwij zerketen 28 25 wordt via een electrische schakeling 32 op de staaf 20 en de massa 18 overgebracht. Deze stroom vormt electramagnetische krachten op de massa 18 die op dezelfde wijze werken als een torsiespoel teneinde de massa 18 naar een plaats te dringen die in wezen halverwege tussen de magneten 14 en 16 ligt. De meting van deze stroom is een 30 aanwijzing van de kracht die nodig is on de massa 18 te verplaatsen naar een neutrale positie of evenwichtspositie tussen de magneten 14 en 16 en is daardoor rechtevenredig met de zwaartekracht die op de massa 18 werkt.
De uitvoer van de plaatsaanwij zerketen 28 wordt via 35 de schakeling 32 qp de staaf 20 en de massa 18 overgebracht om de magnetische krachten te vormen die nodig zijn voor het verplaatsen 8402029 -7- van de massa 18 en om de massa 18 in de evenwichtspositie te houden. Deze stroan die door de plaatsaanwijzerketen 28 wordt gevormd, zal hierna de eerste besturingsstrocm worden genoemd. Deze eerste besturingsstrocm wordt via een electrische schakeling 34 toege-5 voerd van de staaf 20 en de massa 18 van het tweede zwaartékracht-meettoestel 12. Op vergelijkbare wijze als hierboven beschreven wordt de uitvoer van de plaatsaanwijzerketen 30 via een electrische schakeling 36 medegedeeld, aan de staaf 20 en de massa 18 teneinde de staaf 20 en de massa 18 te verplaatsen en in een evenwichts-10 positie te houden tussen de magneten 14 en 16 van het tweede zwaartekrachtmeettoestel 12.
Nu de werking van de zwaartekrachtmeettoestellen is uitgelegd zal het belang van deze toestellen voor de vergelijkingen (11 en (21 warden besproken. Indien de zwaartekracht-15 meettoestellen 10 en 12 naast elkaar waren geplaatst op precies hetzelfde horizontale niveau en aangenomen dat de zwaartekrachtmeettoestellen 10 en 12 identiek waren, dan zou de eerste besturingsstrocm (gemeten bij I 1 die wordt benut voor het in een evenwichts-positie houden van de massa 18 van het zwaartekraditmeettoestel 10, 20 identiek zijn aan de strocm die nodig is voor het in de evenwichts-positie houden van het tweede zwaartékrachtmeettoestel 12. Indien echter de zwaartekrachtmeettoestellen 10 en 12 op enige afstand Az in verticale zin van elkaar vandaan staan en er een meetbaar verschil was in de zwaartekracht die op de diepte z^ werkt ten 25 opzichte van de zwaartekracht op de diepte z^, verschilt de strocm die nodig is voor het in evenwicht houden van het zwaartekrachtmeettoestel 12 van de strocm bij 1^ met de strocm die gemeten wordt bij I^. In dit geval zal de tweede besturingsstrocm, gemeten bij I^, recht evenredig zijn met het verschil in zwaartekracht, 30 gïz^l ~ g(z1), gemeten over Az en kan hij in de vergelijking (1) worden ingevoerd voor gebruik bij het berekenen van het algemene soortelijk gewicht.
Door de eerste besturingsstrocm aan te leggen aan de tweede besturingsstrocm, zoals hierboven beschreven, zal de 35 meting van de strocm bij I2 het verschil opleveren tussen de zwaarte- 8402029 $ τ< -8- kracht bij Z^, respectievelijk Z^. Aangezien dit verschil normaal gesproken slechts ongeveer * 150 microaitpère zal bedragen, kunnen stroonmeettoestellen worden gebruikt voor het meten van deze stroom in drie decimalen in plaatse van de negen decimalen die 5 tot nu toe nodig worden. Belangrijker is dat een uitrusting voor het meten in drie decimalen gemakkelijk verkrijgbaar is en wel met de nodige nauwkeurigheid als vereist voor zwaartekracht-metingen, bijvoorbeeld 0,5 microampere. Bij gebruik van een uitvoeringsvoorbeeld van de zwaartekrachtmeter volgens de uitvinding 10 zijn de zwaartekrachtmeettoestellen 10 en 12 ingékapseld binnen een langwerpig buisvormig huis 38 of zonder die in een boorgat 40 is opgehangen door middel van een draadlijn 42 voor onderhoud of van het boorgat of het uitvoeren van metingen in het boorgat. Aangesloten aan, de draadlijn 42 is een bovengrondse ~besturings-15 eenheid 41 die een electrische voeding 46 en een uitvoerbeeld-inrichting 48, zoals een kathodestraalbuis, een gasontladings-scherm, een grafiekschrijver of dergelijke bevat. Een aantal verwarmingswikkels (niet getekend! kan aanwezig zijn voor het omgeven van de zwaartekrachtmeettoestellen 10 en 12 om deze op 2Q een gewenste hoge temperatuur te houden. In een uitvoeringsvoorbeeld bevat de bovengrondse besturingseenheid 44 een microprocessor (CP 501 voor besturing en berekening in het geheugen waarvan de vergelijking (11 voor het algemene soortelijk gewicht is geprogrammeerd zodat bij gebruik de waarde van de tweede besturingsstrocm van het 25 zwaartekrachtmeettoestel 12 en de bekende afstand tussen de eenheid 10 en de eenheid 12 (izl kunnen worden benut voor het snel en nauwkeurig berekenen van het algemene soorgeli jk gewicht van de formatie waartegenover de zwaartekrachtmeter is geplaatst.
De zwaartekrachtmetingen met gébruik making van de 30 uitvinding leveren een nauwkeurige voorstelling op van het algemene soorgeli jk gewicht van de formatie voor hengen van het boorgat die minder dan ongeveer 9-10° van de verticaal afwijken. Echter kan voor boorgathellingen die groter zijn dan ongeveer 9-10° in de sonde 38 een hellingmeter 52 worden gemonteerd. De uitvoer 35 van de hellingmeter 52 wordt toegezonden aan de microprocessor 8402029 -9- 50 en woedt gebruikt door middel van bekende, in de mcaxprocessor 50 opgeslagen vergelijkingen voor het corrigeren van de zwaarte-kracht-uitkcmsten uit de zwaartekrachtmeettoestellen 10 en 12 voor de boorgathelling om zo een nauwkeurige waarde van het algenene 5 soorgelijk gewicht te kunnen verkrijgen.
Mat de hier beschreven boorgatzwaartekrachtmeter is het vereiste van het waterpasse! en op nul stellen van een boorgat-2waartekrachtmeter op een bepaalde plaats, het uitvoeren van een eerste zwaartekraditmeting en het vervolgens dnifaoog of 10 omlaag brengen van de zwaartekrachtmeter naar een andere plaats, het herhalen van het waterpass®! en het op nul stellen en het uitroeren van een tweede zwaartekrachtoeting geëlimineerd. Voorts is de noodzaak een voorinstelstrocm voluit een afzonderlijk electxonische schakeling te ontwikkelen geëlimineerd omdat het 15 zwaartëkrachtneetfcoestel 10 dient als de bron van de roorinstel-stroon voor het tweede zwaartekrachtmeettoestel 12 waardoor de behoefte aan een dergelijke aanvullende voorinstelstroon-schakeling wordt geëlimineerd.
Hoewel de uitvinding is beschreven in relatie tot 20 de bijgaande tekening spreekt het wel vanzelf dat andere en verdere wijzigingen naast die zijn getoond of gesuggereerd binnen de strekking en de geest van de uitvinding kunnen worden aangebracht.
8402029

Claims (12)

1. Een bcxorgatzwaartekrachtmeter voor het meten van zwaartekrachtverschillen op verschillende diepten in een boorgat, gekenmerkt door: (al een eerste zwaartekrachtmetertoestel dat in 5 het boorgat is geplaatst en een orgaan bevat voor het tot stand brengen van een eerste besturingsstroom in responsie op de zwaartekracht., die op een eerste diepte werkt op het eerste zwaarte-krachtmeettoestel? (bl een tweede zwaartekrachtmeettoestel dat in het 10 boorgat is geplaatst op enige afstand van het eerste zwaartekracht-meettoestel en een orgaan bevat voor het. tot stand brengen van een tweede besturingsstroom ‘ in responsie op de zwaartekracht die werkt op een tweede diepte op het tweede zwaartekrachtmeettoestel ? en 15 (cl een ketenorgaan voor het leveren van de eerste besturingsstroom als een voorinstelstrocm aan de tweede besturings-s troon waardoor de tweede besturingsstroom evenredig wordt aan het verschil in zwaartekracht opgenomen door respectievelijk het eerste en het tweede zwaartekrachtmeettoestel.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het eerste en het tweede zwaartekrachtmeettoestel een ver-snellingsmeter is.
3. Inrichting volgens conclusie i; met 'het 'kenmerk, dat zowel het eerste als het tweede zwaartekrachtmeettoestel een 25 verplaatsbare massa bevatten.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat zowel het orgaan voor het vormen van de eerste besturingsstroom als dat voor het vormen van de -tweede besturingsstroom bestaat uit: 30. een opneemorgaan voor het detecteren van de plaats van de verplaatsbare massa? en - een verplaatsingsorgaan voor het aanleggen van een electromagnetische kracht aan de verplaatsbare massa in responsie op het opneemorgaan teneinde de verplaatsbare massa te verplaatsen 35 naar een voorafbepaalde plaats. 840202S -11-
5. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het eerste zwaartekrachtmeettoestel en het tweede zwaartekracht-meettoestel verticaal hoven elkaar zijn opgesteld in een langwerpig huis voor het inbrengen in een boorgat.
6. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt door een bovengrondse besturingseenheid die in operatieve verbinding staat met zowel het eerste als het tweede zwaartekrachtmeettoestel.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk/ dat de bovengrondse besturingseenheid een microprocessor bevat 10 voor het omzetten van de waarde van de tweede besturingsstroom in een voorstelling van het algemene soortelijk gewicht van de formatie waartegenover de zwaartekrachtmeter is stilgezet.
8. Inrichting volgens conclusie 6, gekenmerkt door de aanwezigheid van een boorgat-hellingmeetorgaan in verbinding met 15 de bovengrondse besturingseenheid.
9. Werkwijze voor het meten van de zwaartekracht-gradient tussen een eerste zwaartekrachtmeettoestel .op een eerste diepte en een tweede zwaartekrachtmeettoestel qp een tweede diepte in een boorgat, met het kenmerk, dat beide meettoestellen een ver- 20 plaatsbare massa bevatten en dat de volgende stappen worden uitge-voerd: (ai het leveren van een eerste besturingsstroom cm de verplaatsbare massa van het eerste zwaartekrachtmeettoestel in een voorafbepaalde plaats te houden? 25 (bl het leveren van de eerste besturingsstrocm aan het tweede zwaartekrachtmeettoestel voor gebruik als een voorinstel-strocm in het tweede zwaartekrachtmeettoestel? en (c) het tot stand brengen van een tweede besturingsstrocm in het tweede zwaartekrachtmeettoestel dat een aanwijzing 3Q geeft van het verschil in zwaartekracht qp de uiteengelegen plaatsen in het boorgat.
10. Wferkwijze volgens conclusie 9, gekenmerkt door het tot stand brengen van een maat van het algemene soortelijk gewicht van de formatie uit de tweede besturingsstrocm.
11. Werkwijze volgens conclusie 10, gekenmerkt door 8402029 -12- *1 * het compenseren van de maat van het algemene soortelijk gewicht van de formatie voor een afwijking als gevolg van de boorgathelling.
12. Inrichting volgens conclusie 7, gekenmerkt door een orgaan voor het compenseren van de voorstelling van het 5 algemeen soortelijk gewicht van de formatie voor een afwijking als gevolg van de boorgathelling. - ^ 8402023
NL8402029A 1983-07-05 1984-06-27 Zwaartekrachtmeter voor een boorgat. NL8402029A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US06/510,797 US4457077A (en) 1983-07-05 1983-07-05 Borehole gradiometer
US51079783 1983-07-05

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8402029A true NL8402029A (nl) 1985-02-01

Family

ID=24032235

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8402029A NL8402029A (nl) 1983-07-05 1984-06-27 Zwaartekrachtmeter voor een boorgat.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US4457077A (nl)
CA (1) CA1215246A (nl)
DK (1) DK327084A (nl)
EG (1) EG16579A (nl)
GB (1) GB2143047B (nl)
NL (1) NL8402029A (nl)
NO (1) NO162489C (nl)

Families Citing this family (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4602508A (en) * 1984-10-04 1986-07-29 Mobil Oil Corporation Continuous gravity gradient logging
CA1293557C (en) * 1986-05-30 1991-12-24 W.D. Lyle, Jr. Gravimetry logging
US4783742A (en) * 1986-12-31 1988-11-08 Sundstrand Data Control, Inc. Apparatus and method for gravity correction in borehole survey systems
US5821413A (en) * 1997-04-10 1998-10-13 Atlantic Richfield Company Gravity gradiometry in a wellbore using a virtual long-baseline
US5962782A (en) * 1997-06-11 1999-10-05 The Broken Hill Proprietary Company Limited Gravity gradiometer accelerometers
US6776035B2 (en) * 2002-09-12 2004-08-17 Schlumberger Technology Corporation Method and device for calibration of dual-axis tilt meter
WO2004086091A2 (en) * 2003-03-21 2004-10-07 Ander Mark E Gravity techniques for drilling and logging
US20090012741A1 (en) * 2007-07-03 2009-01-08 Hall David R Location Device with a Gravity Measuring Device
US8028577B2 (en) * 2009-01-14 2011-10-04 Micro-G Lacoste, Inc. Gravity survey with relative and absolute gravimeters
US9645267B2 (en) 2014-09-26 2017-05-09 Quartz Seismic Sensors, Inc. Triaxial accelerometer assembly and in-situ calibration method for improved geodetic and seismic measurements
US10288764B2 (en) * 2014-10-20 2019-05-14 Baker Hughes, A Ge Company, Llc Estimate of subsidence and compaction with borehole gravity measurements
US11474126B2 (en) 2020-03-05 2022-10-18 Quartz Seismic Sensors, Inc. High precision rotation sensor and method

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB843475A (en) * 1956-11-27 1960-08-04 Boyd Day Boitnott Improvements in or relating to instrument for and method of airborne gravitational geophysical exploration
FR1540477A (fr) * 1967-08-17 1968-09-27 Dispositif de contrôle de forage
US3693142A (en) * 1969-11-21 1972-09-19 Jack W Jones Borehole orientation tool
US3862499A (en) * 1973-02-12 1975-01-28 Scient Drilling Controls Well surveying apparatus
FR2410725A1 (fr) * 1977-12-02 1979-06-29 Sagem Perfectionnements apportes aux dispositifs pour la mesure de l'azimut et de l'inclinaison d'une ligne de forage
US4199869A (en) * 1978-12-18 1980-04-29 Applied Technologies Associates Mapping apparatus employing two input axis gyroscopic means

Also Published As

Publication number Publication date
US4457077A (en) 1984-07-03
GB8415843D0 (en) 1984-07-25
EG16579A (en) 1994-06-30
NO162489C (no) 1990-01-10
NO162489B (no) 1989-09-25
DK327084D0 (da) 1984-07-04
GB2143047A (en) 1985-01-30
DK327084A (da) 1985-01-06
CA1215246A (en) 1986-12-16
NO842694L (no) 1985-01-07
GB2143047B (en) 1987-03-25

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN101052896B (zh) 改进的地震检波器校准技术
US6612171B1 (en) Gravity measuring apparatus
US4820989A (en) Methods and apparatus for measurement of the resistivity of geological formations from within cased boreholes
Kibble A measurement of the gyromagnetic ratio of the proton by the strong field method
NL8402029A (nl) Zwaartekrachtmeter voor een boorgat.
US3490149A (en) Methods and apparatus for determining depth in boreholes
EP2228669B1 (en) Methods and systems for seismic sensor calibration
Westphal et al. Expendable bubble tiltmeter for geophysical monitoring
US3808697A (en) Inclinometer
Prasad et al. A portable MEMS gravimeter for the detection of the Earth tides
US2674885A (en) Gravity meter motion compensator
US2618156A (en) Gravity and density gradiometer for boreholes
US4095169A (en) Method for locating discontinuities in the electrical conductivity of the sub-soil using a plurality of magnetic detectors in a predetermined spatial arrangement
US2219274A (en) Well survey method and apparatus
US3552025A (en) Apparatus for determining depth of a well tool in a borehole by measurement of tension
US3238631A (en) Method and apparatus for clinometric land measurements
US3465448A (en) Apparatus for determining depth in boreholes
Lynch et al. Shearing stress meter
US3066255A (en) Magnetometers and gravimeters
Hatch et al. Validating the Gedex HD-AGG™ Airborne Gravity Gradiometer
US2868012A (en) Flowmeter
US4422329A (en) Apparatus and method for measuring changes in ambient gravity fields
Casten et al. IMPROVEMENT OF OBSERVATION ACCURACY OF THE LACOSTE‐ROMBERG (MODEL D) GRAVITY METER BY SUPPLEMENTARY INSTALLATION OF ELECTRONIC FEEDBACK1
US2239466A (en) Method of and apparatus for electrical investigation of drill holes
US3554034A (en) Gravimeter

Legal Events

Date Code Title Description
DNT Communications of changes of names of applicants whose applications have been laid open to public inspection

Free format text: AMOCO CORPORATION

BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed