NL8400907A - Avoiding artifacts in NMR fourier zeugmatography - determining nuclear magnetisation distribution by applying inhomogeneous extra magnetic field before and after second HF EM pulse - Google Patents
Avoiding artifacts in NMR fourier zeugmatography - determining nuclear magnetisation distribution by applying inhomogeneous extra magnetic field before and after second HF EM pulse Download PDFInfo
- Publication number
- NL8400907A NL8400907A NL8400907A NL8400907A NL8400907A NL 8400907 A NL8400907 A NL 8400907A NL 8400907 A NL8400907 A NL 8400907A NL 8400907 A NL8400907 A NL 8400907A NL 8400907 A NL8400907 A NL 8400907A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- magnetic field
- pulse
- generated
- gradient
- generating
- Prior art date
Links
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G01—MEASURING; TESTING
- G01R—MEASURING ELECTRIC VARIABLES; MEASURING MAGNETIC VARIABLES
- G01R33/00—Arrangements or instruments for measuring magnetic variables
- G01R33/20—Arrangements or instruments for measuring magnetic variables involving magnetic resonance
- G01R33/44—Arrangements or instruments for measuring magnetic variables involving magnetic resonance using nuclear magnetic resonance [NMR]
- G01R33/48—NMR imaging systems
- G01R33/54—Signal processing systems, e.g. using pulse sequences ; Generation or control of pulse sequences; Operator console
- G01R33/56—Image enhancement or correction, e.g. subtraction or averaging techniques, e.g. improvement of signal-to-noise ratio and resolution
- G01R33/565—Correction of image distortions, e.g. due to magnetic field inhomogeneities
Landscapes
- Physics & Mathematics (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Nuclear Medicine, Radiotherapy & Molecular Imaging (AREA)
- Radiology & Medical Imaging (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Signal Processing (AREA)
- High Energy & Nuclear Physics (AREA)
- Condensed Matter Physics & Semiconductors (AREA)
- General Physics & Mathematics (AREA)
- Magnetic Resonance Imaging Apparatus (AREA)
Abstract
Description
Λ 4 * « ΡΗΝ 10984 1 N.V. Philips’ Gloeilampenfabrieken te Eindhoven* 4 * «ΡΗΝ 10984 1 N.V. Philips ´ Light bulb factories in Eindhoven
Werkwijze voor het verminderen van artefacten bij het met behulp vanMethod for reducing artifacts when using
Fourierzeugmatografie bepalen van beelden.Fourier zeugmatography determination of images.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam, waarbij een stationair, hanogeen magneetveld wordt opgewekt, waarin het lichaam zich bevindt, en 5 a) een hoog-frequent electrcmagnetische puls wordt opgewekt voor het in een precederende beweging brengen van de magnetisatie van kernen in het lichaam, waarbij een resonantiesignaal wordt opgewekt, b) waarna gedurende de voorbereidingstijd ten minste een gradient-magneetveld wordt aangelegd, 10 c) waarna ten minste een verdere hoog-frequent electrcmagnetische puls wordt qpgewakt cm daarmee een kemspinechosignaal op te wekken en een aantal (n) signaalmonsters wordt genoten gedurende een meettijd, die is opgedeeld in een aantal bemonsteringsintervallen voor het periodiek nemen van een aantal (n) signaalmonsters van het kem-15 spinechosignaal, d) waarna telkens na een wachttijd de stappen a), b) en c) een aantal malen (nf) warden herhaald, waarbij de integraal van de sterkte van ten minste een gradientveld over de voorbereidingstijd telkens een verschillende waarde heeft, voor het verkrijgen van een groep 20 signaalmcnsters, waaruit na Fouriertransformatie ervan een beeld van de verdeling van de geïnduceerde kemmagnetisatie wordt bepaald.The invention relates to a method for determining a nuclear magnetization distribution in a part of a body, wherein a stationary, hanogenic magnetic field is generated, in which the body is located, and a) a high-frequency electromagnetic pulse is generated before it is bring a precedent movement of the magnetization of nuclei in the body, whereby a resonance signal is generated, b) after which at least one gradient magnetic field is applied during the preparation time, 10 c) after which at least one further high-frequency electromagnetic pulse is wound. thereby generate a core spin echo signal and a number (n) of signal samples are enjoyed during a measuring time, which is divided into a number of sampling intervals for periodically taking a number (n) of signal samples of the core-15 echo signal, after which each time after a waiting time steps a), b) and c) were repeated a number of times (nf), the integral of the strength of at least one gradient field over the preparation time always has a different value, for obtaining a group of 20 signal samples, from which after Fourier transformation an image of the distribution of the induced core magnetization is determined.
De uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het bepalen van de kernmagnetisatieverdeling in een deel van het lichaam, 25 welke inrichting bevat: a) middelen voor het opwekken van een stationair hanogeen magneetveld, b) middelen voor het opwekken van een hoog-frequent electrcmagnetische straling, c) middelen voor het opwekken van ten minste een gradientmagneetveld, 30 d) bemonsteringsmiddelen voor het bemonsteren gedurende een meettijd van een met de onder a) en b) genoemde middelen opgewekt resonantie-signaal na conditionering van het resanantiesignaal gedurende een 8400907 ______________________________ ,-5¾ PHN 10984 2 voorbereidingstijd met ten minsts een met de order c) genoemde middelen opgemekt gradientveld, e) verwerkingsmiddelen voor het verwerken van de door de bemonster ings-middelen geleverde signalen, en 5 f) besturingsmiddelen voor het besturen van ten minste de onder b) tot en met e) genoemde middelen voor het opwekken, conditioneren, bemonsteren en verwerken van een aantal resonantiesignalen, waarbij resonantiesignaal steeds in een voorbereidingstijd wordt geconditioneerd, waarbij de besturingsmiddelen aan onder c) genoemde middelen 10 stuursignalen toevoeren voor het instellen van de sterkte en/of tijdsduur van ten minste een gradientmagneetveld, waarbij telkens na elke wachttijd de integraal van de sterkte over de tijdsduur van ten minste een gradientmagneetveld verschillend is*The invention further relates to a device for determining the nuclear magnetization distribution in a part of the body, which device comprises: a) means for generating a stationary hanogen magnetic field, b) means for generating a high-frequency electromagnetic radiation, c) means for generating at least a gradient magnetic field, d) sampling means for sampling during a measuring time of a resonance signal generated with the means referred to in a) and b) after conditioning of the resonance signal during an 8400907 ______________________________, -5¾ PHN 10984 2 preparation time with at least one gradient field covered by the order c) means, e) processing means for processing the signals supplied by the sampling means, and 5 f) control means for controlling at least the b) to e) said means for generating, conditioning, sampling and processing calculating a number of resonance signals, wherein the resonance signal is always conditioned in a preparation time, the control means supplying control signals to means referred to under c) 10 for adjusting the strength and / or duration of at least one gradient magnetic field, the integral after each waiting time of the strength over time of at least one gradient magnetic field is different *
Een dergelijke werkwijze (ook wel Fourierzeugmatografie ge-15 noemd) en inrichting zijn bekend uit de Duitse octrooiaanvrage DE-OS 26.11.497. Bij een dergelijke werkwijze wordt een te onderzoeken lichaam aan een sterk, stationair homogeen magneetveld Bo onderworpen, waarvan de veldrichting samenvalt met bijvoorbeeld de z-as van een cartbesischlx,y, z) coördinatenstelsel. Met het stationair magneetveld 20 Bo wordt een kleine polarisatie van de in het lichaam aanwezige kernspins verkregen en wordt de mogelijkheid geschapen om kernspins een precessie-bewsging om de richting van het magneetveld Bo te laten maken. Na het aanleggen van het magneetveld Bo wordt een bij voorkeur 90°-impuls van een hoog-frequente electramagnetische straling opgewekt, (met een 25 hoek-frequentie CO = Bo# ^ de gyramagnetische verhouding en Bo de sterkte van het magneetveld is), die de magnetisatierichting van in het lichaam aanwezige kernen over een hoek (90 )' draait. Na het beëindigen van de 90°-impuls zullen de kernspins gaan precederen rond de veldrichting van het magneetveld Bo en een resonantiesignaal opwekken 30 (FID-signaal) * Met behulp van de gradientmagneetvelden G , G , G , waarvan x y z de veldrichting samenvalt met die van het magneetveld Bo, is het mogelijk een totaal magneetveld B=Eo + G . x + G . y + G . z op te x y z wekken, waarvan de sterkte plaatsafhankelijk is, omdat de sterkte van de gradientmagneetvelden G^, G ,. een gradient heeft in respectieve- 35 lijk de x, y en z-richting.Such a method (also referred to as Fourier zeugmatography) and apparatus are known from German patent application DE-OS 26.11.497. In such a method, a body to be examined is subjected to a strong, stationary homogeneous magnetic field Bo, the field direction of which coincides with, for example, the z-axis of a Cartbesian lx, y, z) coordinate system. With the stationary magnetic field 20 Bo, a small polarization of the nuclear spins present in the body is obtained and the possibility is created to make nuclear spins precess to make the direction of the magnetic field Bo. After applying the magnetic field Bo, a preferably 90 ° pulse of high-frequency electramagnetic radiation is generated (with an angular frequency CO = Bo # ^ the gyramagnetic ratio and Bo is the strength of the magnetic field), which the direction of magnetization of cores present in the body rotates through an angle (90) '. After the 90 ° pulse has ended, the nuclear spins will precede around the field direction of the magnetic field Bo and generate a resonance signal 30 (FID signal) * Using the gradient magnetic fields G, G, G, of which xyz the field direction coincides with that of the magnetic field Bo, it is possible to have a total magnetic field B = Eo + G. x + G. y + G. z to te x y z, the strength of which depends on the location, because the strength of the gradient magnetic fields G ^, G,. a gradient has the x, y, and z directions, respectively.
Er wordt na de 90°-iirpuls een veld G gedurende een tijd ‘tAfter the 90 ° pulse, a field G is formed for a time "t
X XX X
aangelegd en daarna een veld G^ gedurende een tijd t^, waardoor de precessiebeweging van de geëxciteerde kernspins plaatsafhankelijk wordt 8400907 « i PHN 10984 3 beïnvloed. Na deze voorbereidingsfase (dus na tx + t ) wordt een veld Gg aangelegd en wordt hst EED signaal (in feite de som van alle magnetisaties van de kernen) gedurende een tijd t op N meetmomenten bemonsterd. De hiervoor beschreven meetprocedure wordt dan vervolgens 1 x m maal herhaald, 5 waarbij voor t^ en/of t steeds verschillende waarden worden genarren.and then a field G ^ for a time t ^, whereby the precession movement of the excited nuclear spins is influenced by location 8400907 PHN 10984 3. After this preparation phase (i.e. after tx + t), a field Gg is applied and the hst EED signal (in fact the sum of all magnetizations of the cores) is sampled at N measurement moments for a time t. The measuring procedure described above is then repeated 1 x m times, whereby different values are always produced for t ^ and / or t.
Hierdoor verkrijgt men (N x m x 1 )- signaalmonsters, die de informatie over de magnetisatieverdeling in een deel van het lichaam in de x, y, z ruimte bevatten. De lxi gemeten N signaalmonsters worden telkens in een geheugen cpgeslagen (qp N x m x 1 geheugenplaatsen), waarna 10 door een 3-D Fouriertransformatie van de tenons ter ingssignalen van de EED signalen een beeld van de kernmagnetisatieverdeling wordt verkregen.This yields (N x m x 1) signal samples, which contain the information about the magnetization distribution in a part of the body in the x, y, z space. The 1x measured N signal samples are each stored in a memory (qp N x m x 1 memory locations), after which an image of the nuclear magnetization distribution is obtained by a 3-D Fourier transformation of the tenons for the signals of the EED signals.
Het is natuurlijk, ook mogelijk cm met behulp van selectieve excitatie slechts het FID signaal van kemspins in een (willekeurig in oriëntatie te kiezen) 2-dimensianaal vlak qp te wekken, zodat dan bijvoorbeeld 15 slechts m maal een EED signaal behoeft te worden opgewekt cm via een 2-d±mensionale Fouriertransformatie een beeld van de magnetisatieverdeling in m x N punten in het gekozen vlak te verkrijgen.It is of course also possible to generate only the FID signal of nuclear spins in a 2-dimensional plane qp (arbitrarily selectable in orientation) with the aid of selective excitation, so that, for example, it is then only necessary to generate an EED signal cm. obtain a picture of the magnetization distribution in mx N points in the chosen plane via a 2-d ± mensional Fourier transform.
De beelden van de kernmagnetisatieverdeling, die zijn verkregen via de in de voorgaande paragraaf beschreven 2- of 3^dimensionale NMR 20 Fourierzeugmatografie, zijn veelal behept net artefacten, die de in het NMR beeld aanwezige informatie verstoren of zelfs (gedeeltelijk) te niet te doen. De verkregen beelden worden verkregen door een 2-D of 3-D Fouriertransformatie toe te passen op de gemeten gedemoduleerde reso-nantiesignalen, die bestaan uit laagfrequent signalen met een frequentie 25 f, die liggen in een gebied 0 4 [ff 4 f^^. De beeldartefacten zijn veelal te wijten aan ongewenste signalen in dit frequentiegebied. Een artefact is een tweede beeld, dat over het. eerste (gewenste) beeld heen ligt, hierbij liggen in feite twee soorten informatie door elkaar, hetgeen, uitermate hinderlijk en ongewenst is.The images of the nuclear magnetization distribution, obtained via the 2 or 3-dimensional NMR 20 Fourier zeugmatography described in the previous paragraph, are often managed with artifacts, which disturb or even (partially) destroy the information present in the NMR image. . The images obtained are obtained by applying a 2-D or 3-D Fourier transform to the measured demodulated resonance signals, which consist of low-frequency signals with a frequency of 25 f, which lie in a range 0 4 [ff 4 f ^^ . The image artifacts are often due to unwanted signals in this frequency range. An artifact is a second image about it. the first (desired) image is located, in fact two types of information are intertwined, which is extremely annoying and undesirable.
30 De uitvinding heeft tot doel cm in een werkwijze en in een inrichting te voorzien waarmee NMR beelden worden gemaakt, die niet door artefacten worden verstoord.The object of the invention is to provide a method and an apparatus with which NMR images are made which are not disturbed by artifacts.
De werkwijze volgens de uitvindingheeft daartoe tot kenmerk, dat voor het opwekken van een verdere puls een inhamogeen extra magneet-35 veld woedt opgewekt en dat na het opwekken van die verdere puls en voor het nemen van een eerste signaalmonster eenzelfde inhamogeen extra magneetveld wordt opgewekt, zodanig dat de resulterende invloed van de vóór en na de verdere electrcmagnetische puls opgewekte extra magneetvelden op 8400907 ï % PHN 10984 4 de het kernspinechosignaal opwekkende kermagnetisatie nul is.The method according to the invention is therefore characterized in that an additional magnetic field is generated for generating a further pulse and that after generating this further pulse and before taking a first signal sample, the same additional magnetic field is generated, such that the resulting influence of the additional magnetic fields generated before and after the further electromagnetic pulse on 8400907% PHN 10984 4 the nuclear magnetization signal generating nuclear magnetization is zero.
Met de voorgaande beschreven werkwijze is het volgende beoogd. Bij gebruik van de zgn. kernspinecho-techniek wordt een hf. 180°-puls (die hiervoor net tweede eleetromagnetische puls is aangeduid) benut 5 cm een kernspinechos ignaal op te wekken. Echter zal, indien deze 180°-pulsen niet ideaal zijn, dat wil zeggen geen exacte draaiing, over 180° van kernspins bewerkstelligen, in het te bemonsteren kernspinechos ignaal een signaalbijdrage zijn van de kernspins, die door de niet ideale 180°-pulsen geëxciteerd worden en die in feite geen 10 signaalbijdrage in het echosignaal zouden mogen leveren. De ongewenste signaalbijdragen zullen aanleiding geven tot een ongewenst beeld dat op het gewenste beeld is gesuperponeerd. Door nu door het aanleggen van een inhamogeen extra magneetveld na excitatie met de niet ideale 180°-puls ofwel de tweede eleetromagnetische puls zullen de kernspins, die 15 ongewenste geëxciteerd zijn zodanig defaseren, dat de door hun opgewekte signaalbijdragen zo klein worden, dat deze niet groter zijn dan de inner aanwezige ruissignalen. Cm nu te voorkomen, dat ook de kernspins, die het gewenste signaal moeten opwekken, defaseren, wordtin de voorbereidingstijd tussen de 90°-puls en de 180°-puls eenzelfde 20 inhamogeen extra magneetveld opgewekt zodanig dat de resulterende invloed van de beide extra magneetvelden op de kernspinmagnetisatie nul is.The following is intended with the above-described method. When using the so-called nuclear spin echo technique, an HF. 180 ° pulse (previously referred to as the second electromagnetic pulse) uses 5 cm to generate a nuclear spin echo signal. However, if these 180 ° pulses are not ideal, i.e. do not effect exact 180 ° rotation of nuclear spins, a signal contribution from the nuclear spins excited by the non-ideal 180 ° pulses will be signaled in the nuclear spin echo to be sampled. and which in fact should not make a signal contribution in the echo signal. The unwanted signal contributions will give rise to an unwanted image that is superimposed on the desired image. By now applying an additional inhomogeneous magnetic field after excitation with the non-ideal 180 ° pulse or the second electromagnetic pulse, the nuclear spins, which are undesirably excited, will dephase such that the signal contributions generated by them do not become so small. greater than the internal noise signals present. In order to prevent that the nuclear spins, which are to generate the desired signal, also phase out, the same 20 inhalogen magnetic field is generated in the preparation time between the 90 ° pulse and the 180 ° pulse, such that the resulting influence of the two additional magnetic fields on the nuclear spin magnetization is zero.
Een voorkeursuitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de uitvinding heeft tot kenmerk, dat het inhamogeen extra magneetveld een 25 gradientveld is. De voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze heeft tot voordeel, dat de inrichting waarmee de werkwijze wordt uigevoerd, geen verdere middelen nodig heeft voor het opwekken van inhomogene magneetvelden dan de reeds aanwezige (bekende) spoelen voor het opwekken van de gradientvelden.A preferred embodiment of a method according to the invention is characterized in that the inlet magnetic additional magnetic field is a gradient field. The preferred embodiment of the method has the advantage that the device with which the method is carried out does not require any further means for generating inhomogeneous magnetic fields than the existing (known) coils for generating the gradient fields.
30 Een inrichting-volgens de uitvinding heeft tot kenmerk, dat de besturingsmiddelen voorgeprogrammserde conputermiddelen omvatten voor het sequentieel opwekken en toevoeren van stuursignalen aan : I de middelen voor het opwekken van een als inhomogeen magneetveld fungerend gradientveld, 35 ii de middelen voor het opwekken van een 180°-puls van hoogfrequent eleetromagnetische straling, III de middelen voor het opwekken van het als inhamogeen magneetveld 8400907 PHN 10984 5 i % fungerend gradientveld.An apparatus according to the invention is characterized in that the control means comprise preprogrammed computer means for sequentially generating and supplying control signals to: the means for generating a gradient field acting as an inhomogeneous magnetic field, ii the means for generating a 180 ° pulse of high-frequency electromagnetic radiation, III the means for generating the gradient field acting as an inhomogeneous magnetic field 8400907 PHN 10984 5%.
De uitvinding zal -verder worden toegelicht aan de hand van in tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld/ in welke tekening : figuur 1 schematisch een opstelling van een spoelenstelsel 5 van een inrichting voor het uitvoeren van een werkwijze volgens de uitvinding/ figuur 2 een blokschema toont van een inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding/ figuur 3 een eenvoudige uitvoeringsvorm van een werkwijze vol-10 gens de stand van de techniek uitbeeldt/ figuur 4 en 5 uitvoeringsvormen van een werkwijze volgens de uitvinding uitbeelden, en figuur 6 een deel van een inrichting voor het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding toont.The invention will be further elucidated on the basis of an exemplary embodiment shown in the drawing / in which drawing: figure 1 schematically shows an arrangement of a coil system 5 of a device for carrying out a method according to the invention / figure 2 shows a block diagram of a device for carrying out the method according to the invention / figure 3 shows a simple embodiment of a method according to the prior art / figure 4 and 5 represent embodiments of a method according to the invention, and figure 6 shows part of a device for carrying out the method according to the invention.
15 In figuur 1 is een spoelenstelsel 10 af geheeld, dat deel uit maakt van een inrichting 15 (figuur 2), die wordt gebruikt voor het bepalen van een kernmagnetisatieverdeling in een deel van een lichaam 20.In Figure 1, a coil system 10 is healed, which is part of a device 15 (Figure 2), which is used to determine a nuclear magnetization distribution in a part of a body 20.
Het deel heeft bijvoorbeeld een dikte Δζ en ligt in het χ-y vlak van het getekend coördinatenstelsel. De y-as van het stelsel is daarbij lood-20 recht op het vlak van tekening cmhoog gericht. Met het spoelenstelsel 10 woedt een uniform stationair magneetveld Bo met een veldrichting parallel aan de z-as, drie gradientmagneetvelden G , G en G met een x y z veldrichting parallel aan de z-as en met een gradientrichting parallel aan respectievelijk de x, y en z-as en een hoog-frequent magneetveld 25 opgewekt. Het spoelenstelsel 1_0 bevat daartoe enkele hoofdspoelen 1 voor het opwekken van het stationaire uniforme magneetveld Bo met een sterkte tussen 0,1 en 4 Tesla. De hoofdspoelen 1 kunnen bijvoorbeeld op het oppervlak van een bol 2 zijn geplaatst, waarvan het middelpunt in de oorsprong 0 van het weergegeven cartbesisch coördinatenstelsel x, y, z 30 ligt, waarbij de assen van de hoofdspoelen 1 samenvallen met de z-as.For example, the part has a thickness Δζ and lies in the χ-y plane of the drawn coordinate system. The y-axis of the system is oriented perpendicular to the plane of the drawing cm high. With the coil system 10, a uniform stationary magnetic field Bo with a field direction parallel to the z-axis, three gradient magnetic fields G, G and G with an xyz field direction parallel to the z-axis and with a gradient direction parallel to the x, y and z respectively axis and a high-frequency magnetic field 25 is generated. To this end, the coil system 10 contains some main coils 1 for generating the stationary uniform magnetic field Bo with a strength between 0.1 and 4 Tesla. The main coils 1 may, for example, be placed on the surface of a sphere 2, the center of which lies in the origin 0 of the displayed cartbesian coordinate system x, y, z 30, the axes of the main coils 1 coinciding with the z axis.
Verder bevat het spoelenstelsel 10 bijvoorbeeld vier op hetzelfde bolcppervlak geplaatste spoelen 3a, 3b waarmee het gradientmagneetveld G^ wordt opgewekt. Een eerste stel 3a wordt daartoe in tegengestelde zin ten opzichte van de doorstroming van het tweede stel 3b met een stroom 35 bekrachtigd, hetgeen in de figuur met 0 en & is aangebracht. Hierbij betekent O een in de doorsnede van de spoel 3 gaande stroom en <S> een uit de doorsnede van de spoel komende stroom.Furthermore, the coil system 10 comprises, for example, four coils 3a, 3b placed on the same spherical surface, with which the gradient magnetic field G ^ is generated. For this purpose, a first set 3a is energized in the opposite direction with respect to the flow-through of the second set 3b with a current 35, which is indicated by 0 and & in the figure. O means a current flowing in the cross section of the coil 3 and <S> a current flowing out of the cross section of the coil.
Het spoelenstelsel 10 bevat bijvoorbeeld een viertal rechthoek- 8400307 i 4 * PHN 10984 6 spoelen 5 (slechts twee zijn weergegeven) of een viertal andere spoelen zoals bijvoorbeeld "Golay-coils" voor het opwekken van het gradientmag-neetveld G. . Voor het opwekken van bet gradientmgneetveld G dienen y ^ vier spoelen 7, die eenzelfde vorm als de spoelen 5 hebben en die 5 over een hoek van 90° rond de z-as ten opzichte van de spoelen 5 zijn 'verdraaid. In figuur 1 is verder nog. een spoel 11 weergegeven, waarmee een hoog-frequent electromagnetisch veld is op te wekken en te detecteren.The coil system 10 contains, for example, four rectangular 8400307 4 * PHN 10984 6 coils 5 (only two are shown) or four other coils such as, for example, "Golay coils" for generating the gradient magnetic field G.. Four coils 7, which have the same shape as the coils 5 and which are rotated through an angle of 90 ° about the z-axis with respect to the coils 5, serve to generate the gradient magnetic field G. In figure 1 is further. a coil 11 is shown, with which a high-frequency electromagnetic field can be generated and detected.
In figuur 2 is een inrichting J5. voor bet uitvoeren van een werkwijze volgens de uitvinding weergegeven. De inrichting 1_5 bevat 10 spoelen 1, 3, 5, 7 en 11 die aan de hand van figuur 1 reeds werden toegelicht, stroomgeneratoren respectievelijk 17, 19, 21 en 23 voor het bekrachtigen van de spoelen respectievelijk 1, 3, 5 en 7 en een hoogfrequent signaalgenerator 25 voor het bekrachtigen van de spoel 11.In Figure 2 is a device J5. shown for carrying out a method according to the invention. The device 1_5 contains 10 coils 1, 3, 5, 7 and 11 which have already been explained with reference to Figure 1, current generators 17, 19, 21 and 23 respectively for energizing the coils 1, 3, 5 and 7 and a high-frequency signal generator 25 for energizing the coil 11.
De inrichting _1_5 bevat ook een hoog-frequent signaaldetector 27, een 15 demodulator 28, een hemonsteringsschakeling 29, verwerkingsnuddelen zoals een analoog-digitaal omzetter 31, een geheugen 33 en een rekenschakeling 35 voor het uitvoeren van Fouriertransformaties, een stuureenheid 37 voor het sturen van de bemonsteringstijdstippen en verder een weergeef-inrichting 43 en centrale besturingsmiddelen 45, waarvan de functies 20 en onderlinge relaties verder zullen worden toegelicht.The device _1_5 also includes a high-frequency signal detector 27, a demodulator 28, a sampling circuit 29, processing components such as an analog-to-digital converter 31, a memory 33 and a calculation circuit 35 for performing Fourier transforms, a control unit 37 for controlling the sampling times and further a display device 43 and central control means 45, the functions of which and their mutual relations will be further explained.
Met de geschetste inrichting 15. wordt een werkwijze voor het bepalen van de kernmagnetisatieverdeling in een lichaam 20 zoals hieronder beschreven uitgevoerd. De werkwijze omvat een veelvuldig herhalen van een meetcyclus, die op zich weer qp te delen is in verscheidene 25 stappen. Bij een meetcyclus wordt een deel van de in het· lichaam aanwezige kemspins resonant geëxciteerd. Het resonant exciteren van de kern-spins geschiedt door het inschakelen van de stroomgenerator 17 vanuit de centrale besturingseenheid 45 waardoor de spoel 1 wordt bekrachtigd. Hierdoor wordt er een stationair en uniform magneetveld Bo opgewekt.With the outlined device 15., a method for determining the nuclear magnetization distribution in a body 20 as described below is performed. The method comprises frequently repeating a measuring cycle, which in itself can be divided into several steps. During a measuring cycle, part of the core spins present in the body is resonantly excited. Resonant excitation of the core spins is effected by switching on the current generator 17 from the central control unit 45, whereby the coil 1 is energized. This produces a stationary and uniform magnetic field Bo.
30 Verder wordt de hoogfrequent generator 25 gedurende een korte tijd ingeschakeld, zodat de spoel 11 een hoogfrequent electrcmagnetisch veld (r.f. veld) opwekt. Door de aangelegde magnetische velden kunnen de kemspins in het lichaam 20 worden geëxciteerd, waarbij de geëxciteerde kernmagnetisatie een zekere hoek, bijvoorbeeld 90° (90° r.f. puls), 35 maakt met het uniforme magneetveld Bo. Waar en welke kemspins worden geëxciteerd hangt onder meer af van de sterkte van het veld Bo, van een eventueel aan te leggen gradientmagneetveld en van de hoekfrequentie CJQ van het hoogfrequent electroraagnetiscbe veld, daar aan de vergelijking 8400907 BHN 10984 7 «r i tia = É· Bo (1) moet worden voldaan, waarin jS de gyrcmagnetische verhouding is, (voor vrije protonen, bijvoorbeeld H20 protonen is deze cj'/^ = 42.576 MHz/T). Na een excitatietijd wordt, de hoog frequent generator 25 uitgeschakeld door de centrale besturingsraiddelen 5 45. Het resonant exciteren geschiedt telkens aan het begin van elke msetcyclus. Voor sarmige uitvoeringsvormen worden er ook gedurende de meetcyclus ook r.f. pulsen opgewekt. Deze r.f. pulsen zijn bijvoorbeeld 90° r.f. pulsen of een serie samengesteld uit (zowel 90° als) 180° r.f. pulsen, die periodiek worden opgewekt. In dit laatste voor-10 beeld spreekt men van "spin-echo". Spln-^cho is onder andere beschreven in het artikel van I.L. Pykett "NMR in Medicine" gepubliceerd in Scientific American, Mei 1982.Furthermore, the high-frequency generator 25 is switched on for a short time, so that the coil 11 generates a high-frequency electromagnetic field (r.f. field). Due to the applied magnetic fields, the core spins in the body 20 can be excited, the excited nuclear magnetization making a certain angle, for example 90 ° (90 ° r.f. pulse), with the uniform magnetic field Bo. Where and which nuclear spins are excited depends, among other things, on the strength of the field Bo, of a gradient magnetic field to be applied and of the angular frequency CJQ of the high-frequency electro-magnetic field, since the equation 8400907 BHN 10984 7 «ri = = Bo (1) must be satisfied, in which jS is the gyromagnetic ratio, (for free protons, for example H20 protons, this is c1 / ^ = 42,576 MHz / T). After an excitation time, the high frequency generator 25 is turned off by the central control means 45. Resonant excitation takes place at the beginning of each set cycle. For lean embodiments, r.f. pulses generated. This r.f. pulses are, for example, 90 ° r.f. pulses or a series composed of (both 90 ° and) 180 ° r.f. pulses, which are generated periodically. In this last example, one speaks of "spin echo". Spln-cho has been described in the article by I.L. Pykett "NMR in Medicine" published in Scientific American, May 1982.
Tijdens een volgende stap worden er bruikbare bemonsterings-signalen verzameld. Hierbij kan gebruik worden gemaakt van de gradient-15 velden die door de generatoren 19, respectievelijk 21, 23 worden opgewekt cnder besturing van de centrale besturingsmiddelen 45. Het detecteren van het resonantiesignaal (FID-signaal genoemd) geschiedt door het inschakelen van de hoog- frequent detector 27, de demodulator 22, de' bemonsteringsschakeling 29, de analoog-digitaal omzetter 31 en de 20 stuureenheid 37. Dit FID-signaal is ontstaan doordat ten gevolge van de r.f. excitatie puls de kemmagnetisaties zijn gaan precederen rond de veldrichting van het magnetische veld Bo. Deze kernmagnetisatie induceert nu in de detectiespoel een inductiespanning waarvan de amplitude een maat is voor de kernmagnetisatie.Useful sampling signals are collected in the next step. Use can be made here of the gradient-15 fields which are generated by the generators 19 and 21, 23 respectively, while the central control means 45 are controlled. Detection of the resonance signal (called FID signal) is effected by switching on the high frequent detector 27, demodulator 22, sampling circuit 29, analog-to-digital converter 31 and control unit 37. This FID signal is caused by the fact that due to the rf excitation pulse the core magnetizations have started to precede around the field direction of the magnetic field Bo. This nuclear magnetization now induces an induction voltage in the detection coil, the amplitude of which is a measure of the nuclear magnetization.
25 De van de bemonsteringsschakeling 29 afkomstige analoge bemonsterde FID-signalen worden omgezet in digitale vorm (omzetter 31) en zo in een geheugen 33 opgeslagen. Na het natiën van een laatste bemonster ingssignaal (¾) een moment worden door de centrale besturingsmiddelen 45 de generatoren 19, 21 en 23, de bemonsteringsschakeling 29, de 30 stuureenheid 37 en de analoog-digitaal omzetter 31 stopgezet. Het bemonsterde FID-signaal is en blijft in het geheugen 33 opgeslagen. Hierna wordt een volgende meetcyclus uitgevoerd, waarbij een daarbij opgewekt FID-signaal wordt opgewekt, bemonsterd en in het geheugen 33 opgeslagen.The analog sampled FID signals from the sampling circuit 29 are converted into digital form (converter 31) and thus stored in a memory 33. After a final sampling signal (¾) has been nationally instantiated, the central control means 45 stops the generators 19, 21 and 23, the sampling circuit 29, the control unit 37 and the analog-digital converter 31. The sampled FID signal is and remains stored in memory 33. Subsequently, a next measuring cycle is performed, in which an FID signal generated thereby is generated, sampled and stored in the memory 33.
Zijn er voldoende FID-signalen gemeten (het aantal te meten FID-signalen 35 hangt bijvoorbeeld af van de gewenste te behalen resolutie) dan is via een 2-D of 3-D Fouriertransformatie (dit hangt van van het gebruik van de gradientmagneetvelden, waarbij de FID-signalen respectievelijk opgewekt en bemonsterd worden) een beeld te bepalen.If sufficient FID signals have been measured (the number of FID signals to be measured, for example, depends on the desired resolution to be obtained), then via a 2-D or 3-D Fourier transform (this depends on the use of the gradient magnetic fields, where the FID signals are respectively generated and sampled) to determine an image.
8400907 3 ’·· PHN 10984 88400907 3 ’·· PHN 10984 8
In figuur 3 is een voorbeeld van een meetcyclus volgens de stand van de. techniek veer gegeven, die mede aan de hand van de inrichting 15 in figuur 2 zal worden toegelicht. Mat behulp van de hoogfrequent spoel 11 wordt na het inschakelen van de hoofdspoelen 1, die een 5 stationair, homogeen magneetveld Bo opwekken, een 90° puls opgewekt. Het daarna optredende .resonantiesignaal laat men bij toepassing van de spinecho-techniek uitsterven, en na een tijd t ^ wordt met de hoog-frequent spoel 11 een 180° puls P2 gegenereerd. Gedurende een deel van de tijd t^ wordt een net een kromme, aangeduid gradientveld Gx 10 opgewekt om een verderop nog te beschrijven reden. Na een tijdsduur t^,' die even groot is als t^ zal een met de 180° puls. P2 opgewekt echo-resonantiesignaal F2 een piekwaarde bereiken. Het toepassen van de zogenaamde spinecho-techniek (180° puls P2) voorkomt het optreden van fasefouten in de door kernspins opgewekte resonantiesignalen, welke 15 fasefouten vanwege inhomogeniteiten in het stationaire magneetveld Bo optreden. Het echoresonantiesignaal wordt telkens na een bemonsterings-interval tm bemonsterd, waarbij een met een kromme G2 aangeduid gradientveld G aanwezig is.Figure 3 shows an example of a measuring cycle according to the position of the. technology has been given, which will be explained partly with reference to the device 15 in figure 2. With the aid of the high-frequency coil 11, a 90 ° pulse is generated after switching on of the main coils 1, which generate a stationary, homogeneous magnetic field Bo. The subsequent resonance signal is allowed to die out when using the spin echo technique, and after a time t ^ a 180 ° pulse P2 is generated with the high-frequency coil 11. During a part of the time t ^, a curved, indicated gradient field Gx10 is generated for a reason to be described later. After a time t ^, 'which is the same size as t ^, one will start with the 180 ° pulse. P2 generated echo resonance signal F2 reach a peak value. The application of the so-called spin echo technique (180 ° pulse P2) prevents the occurrence of phase errors in the resonance signals generated by nuclear spins, which phase errors occur due to inhomogeneities in the stationary magnetic field Bo. The echo resonance signal is sampled each time after a sampling interval tm, a gradient field G denoted by a curve G2 being present.
XX
Het is'bekend, dat de fasehoek van een magnetisatie op een 20 punt x in een gradientmagneetveld Gx bepaald is door //· G^.x.dt* . Dan is een beeldfrequentie k^ te definiëren : k = ]/. f* G •d®' . Er wordt dus na elke bemonsteringstijd t steeds een 25 bij een andere beeldfrequentie k behorend signaalmonster bepaald. De opIt is known that the phase angle of a magnetization at a point x in a gradient magnetic field Gx is determined by // · G ^ .x.dt *. Then a frame rate k ^ can be defined: k =] /. f * G • d® '. Thus, after each sampling time t, a signal sample associated with a different picture frequency k is always determined. The on
XX
elkaar volgende beeldfrequenties tonen een beeldfrequentieverschilconsecutive frame rates show a frame rate difference
Er is nu in te zien, dat. indien de voorgaand beschreven meet-30 cyclus wordt herhaald, waarbij voordat het bemonsteren plaatsvindt, enige tijd een gradientveld G^ is aangelegd, signaalmonsters worden verkregen, die behoren bij beeldfrequentieparen (kx, k^). Indien geen gradientmagneetveld G^ aanwezig is, dan worden signaalmonsters gewonnen,die behoren bij de beeldfrequenties (k , 0). Er kan bewezen worden, dat indien menIt can now be seen that. if the previously described measuring cycle is repeated, with a gradient field G ^ applied for some time before sampling, signal samples corresponding to image frequency pairs (kx, k ^) are obtained. If no gradient magnetic field G ^ is present, signal samples corresponding to the frame rates (k, 0) are collected. It can be proved that if one
XX
35 een groep van signaalmonsters verzamelt, die behoort bij een matrix van beeldfrequentieparen k^, k , waarbij de beeldfrequenties lopen van -k tot +k en van -k tot +k , uit deze groep van signaalmonsters via x . x y y een 2-D Fouriertransformatie een magnetisatieverdeling in een x-y-vlak is 8400907 ' ·* £ PHN 10984 9 te bepalen. Na ver loep van een tijd T van de met de puls gestarte ireetcyclus wordt een volgende meetcyclus net eenzelfde ireetpuls P’ gestart cm een nieuwe reeks signaalmonsters te nemen, die behoren bij beeldfrequentieparen (k , k ), waarbij k^, constant en van te voren is vastgelegd, doordat in de periode t^j tussen de pulsen P' en P^ behalve een gradientveld een (niet weergegeven) gradientveld G is aangelegd. Omqp let tijdstip t de beeldfrequentie k =0 Y Q - ° x te meten wordt voor de 180 -puls P2 het gradientveld aangelegd. De tijdsintegraal over het veld levert de grootste negatieve beeldfrequentie -kx en is tegengesteld aan de tijdsintegraal over G^ gedurende tv2.35 collects a group of signal samples belonging to a matrix of picture frequency pairs k ^, k, the picture frequencies ranging from -k to + k and from -k to + k from this group of signal samples via x. x y y a 2-D Fourier transform to determine a magnetization distribution in an x-y plane is 8400907 * PHN 10984 9. After a time T of the pulse cycle started with a pulse, a next measuring cycle with the same pulse pulse P 'is started in order to take a new series of signal samples belonging to picture frequency pairs (k, k), where k ^, constant and previously, because in the period t ^ j between the pulses P 'and P ^, in addition to a gradient field, a gradient field (not shown) is applied. In order to measure the frame rate k = 0 Y Q - ° x at time t, the gradient field is applied for the 180 pulse P2. The time integral over the field produces the largest negative frame rate -kx and is opposite to the time integral over G ^ during tv2.
1(J De met de voorgaand beschreven werkwijze verkregen signaalmonstefs in de (kx, k^) beeldfrequentieruimte worden via een 2-D Fouriertransfor- matie cmgêzet in een tweede dimensionale (x-y) kernspirdichtheidsverdeling.1 (J The signal samples in the (kx, k ^) frame frequency space obtained by the method described above are converted into a second dimensional (x-y) nuclear density density distribution via a 2-D Fourier transform.
Bij de voorgaande werkwijze (het toepassen van de zogenaamde kemspin- echotechniek) wordt een beeld verkregen, dat door artefacten is verstoord zoals hiervoor reeds werd toegelicht.In the foregoing method (the use of the so-called nuclear spin echo technique), an image is obtained which has been disturbed by artifacts, as already explained above.
In figuur 4 is een tijdsdiagramvaneen werkwijze volgens de uitvinding weergegeven, waarmee de optredende artefacten warden gereduceerd. Het tijdsdiagram in figuur 4 is afgezien van de toevoeging van de gradientvelden Gg en G^ hetzelfde als het in figuur 3 getoonde tijdsdiagram. Het gradient-20 veld G^ schept een magneetveldinhomogeniteit. Het gevolg is dat de door de ' niet ideale T80°-puls P2 ongewenst geëxciteerde kemspins zodanig def aseren dat de som van hun resonantiesignaalbijdragen (die door het defaseren alle een verschillende over alle ireetcycli genomen fase hebben) niet boven het normale ruisniveau uitkant.-Cm nu te voorkomen dat ook de gewenste 25 geëxciteerde kemspins defaseren dient voor de 180°-pulsP2 (na de 90° excitatiepuls P^) een met een eenzelfde werking hebbende veldinhcmogeniteit met behulp van een gradientveld G^ te worden aangelegd. De invloed van het veld G^ is tegengesteld aan de invloed van het veldG. omdat tussentijds de 180 puls P2 optreedt, die de invloed van het veld op de gewenst geëxci-30 teerde kemspins enikeert. De veldinhomogeniteit wordt verkregen door bij voorbeeld een combinatie van de drie opwekbare gradientmagneetveldenG^, G^., .Figure 4 shows a time diagram of a method according to the invention, with which the occurring artifacts are reduced. The time diagram in Figure 4, except for the addition of the gradient fields Gg and G ^, is the same as the time diagram shown in Figure 3. The gradient-20 field G ^ creates a magnetic field inhomogeneity. As a result, the nuclear spins excited by the 'non-ideal T80' pulse P2 defasate such that the sum of their resonance signal contributions (all of which have a different phase taken over all the cycle cycles by dephasing) does not exceed the normal noise level. In order to prevent the desired excited core spins from also phasing out for the 180 ° pulse P2 (after the 90 ° excitation pulse P ^), a field intensity having a similar effect should be applied by means of a gradient field G ^. The influence of the field G ^ is opposite to the influence of the fieldG. because in the meantime the 180 pulse P2 occurs, which indicates the influence of the field on the desired excited core spins. The field inhomogeneity is obtained by, for example, a combination of the three inducible gradient magnetic fields G ^, G ^.
Bij voorkeur zal hg het toepassen van selectieve excitatie (bijvoorbeeld met behulp van gradientveld G^ van een plak met dikte A z ook voor het opwekken van de veldinhcmgeniteit het gradientveld G2 worden gebruikt.Preferably, the use of selective excitation (for example, using the gradient field G ^ of a slice of thickness A z will also be used to generate the field intensity the gradient field G2.
35 In figuur 5 is een tijdsdiagram van een verdere uitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de uitvinding weergegeven. De in figuren 3, 4 en 5 overeenkomstige pulsen, gradientvelden, tijden etc. zijn met dezelfde verwijzingscijfers aangeduid. Ook bij de met figuur 5 geïllu- 8400907Figure 5 shows a time diagram of a further embodiment of a method according to the invention. The pulses, gradient fields, times, etc., corresponding in Figures 3, 4 and 5 are indicated by the same reference numerals. Also in the figure 8400907
- -I- -I
PHN 10984 10 i v streerde werkwijze worden de defaserende gradientvelden respectievelijk vóór respectievelijk na de 180° puls T?2 aangelegd. Echter is tijdens het bemonsteren van het kemspinechosignaal F2 geen magneetveld-gradient aanwezig. Tijdens de voorbereidingstijd t^ is nu een tweede 5 gradientveld G£ aangelegd, waarvan de gradientrichting loodrecht op de gradientrichting van het gradientveld G^ is gericht. De met deze werkwijze verkregen signaalmonsters zijn als functie van de tijd gemeten en behoren bij een beeldfrequentiepaar (k , k ), waarbij r x y \ = ' .)/ G1 · en b« ky = f / G2 · air fcv1 VlPHN 10984 10 In the stratified method, the phasing gradient fields are applied respectively before and after the 180 ° pulse T? 2. However, no magnetic field gradient is present during sampling of the core spin echo signal F2. During the preparation time t ^ a second gradient field G £ has now been applied, the gradient direction of which is oriented perpendicular to the gradient direction of the gradient field G ^. The signal samples obtained with this method were measured as a function of time and belong to an image frequency pair (k, k), where r x y \ = '.) / G1 · and b «ky = f / G2 · air fcv1 Vl
Door steeds de in figuur 5 getoonde meetcyclus te herhalen met andere paringen van (k , k ) wondt een 3-dimensionale matrix (k , k , t) met x y x y signaahononsters gevuld, die met een 3-D Eouriertransformatie in (x, y) 15 plaatsafhankelijke frequentiespectra (f) wordt omgezet.Repeatedly repeating the measurement cycle shown in Figure 5 with other pairings of (k, k) wound a 3-dimensional matrix (k, k, t) filled with xyxy signal samples, which with a 3-D Eourier transform in (x, y) 15 site dependent frequency spectra (f) are converted.
Uit voorgaande blijkt dat.de werkwijze volgens de uitvinding toepasbaar is bij het bepalen van kernmagnetisatie verdelingen in een deel van een lichaam. Voorbeelden van zulke verdelingen zijn de reeds genoemde kernspindichtheidsverdelingen, de frequentiespectraverdelingen, 20 enz.The foregoing shows that the method according to the invention is applicable in determining nuclear magnetization distributions in a part of a body. Examples of such distributions are the aforementioned core spin density distributions, the frequency spectra distributions, etc.
Opgemerkt dient te worden dat in een publicatie in "Magnetic Resonance Imaging", Vol, 1, pp 197-203, 1982, getiteld : "A Flow Velocity Zeugmatographic Interlace for NMR Imaging in. Humans" eveneens een werkwijze is beschreven, waarin een extra gradientveld wordt opgewekt, waar-25 van de invloed (op "stilstaande kemspins") door een in werking tegengestelde, daarna aan te leggen gradientveld weer te niet wordt gedaan, teneinde stroming of een stromingsverdeling van kemspins in een lichaam te bepalen. Deze werkwijze ligt buiten de werkwijze volgens de uitvinding, waarbij de door een niet ideale 180° cmkeerpuls opge-30 wekte artefacten worden gereduceerd.It should be noted that a publication in "Magnetic Resonance Imaging", Vol. 1, pp. 197-203, 1982 entitled "A Flow Velocity Zeugmatographic Interlace for NMR Imaging in. Humans" also describes a method in which an additional gradient field is generated, the influence of which (on "stationary core spins") is undone by an opposing gradient field which is then applied, in order to determine flow or a flow distribution of core spins in a body. This method is outside the method according to the invention, in which the artifacts generated by a non-ideal 180 ° reversal pulse are reduced.
Voor het kiezen/instellen van een bepaalde pulsfrequentie en van gradientveldsterkten met bijbehorende tijdsintervallen voor een meetcyclus wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van voorgeprogrammeerde computermiddelen. In een uitvoeringsvorm van de inrichting 15 (figuur 2) 35 omvatten de centrale besturingsmiddelen 45 een voorgeprogrammeerde computer 51 met een in- en uitgifte station 52 voor besturingsgegevens en een pulsprogrammagenerator 53 (zie figuur 6). Uitgangen 55 van de puls-programmagenerator 53 zijn via de bus 50 (zie figuur 2) verbonden met 84 0 o 9 o7 EHN 10984 11Pre-programmed computer means are preferably used to select / set a certain pulse frequency and gradient field strengths with associated time intervals for a measuring cycle. In an embodiment of the device 15 (figure 2) 35, the central control means 45 comprise a preprogrammed computer 51 with a control data input and output station 52 and a pulse program generator 53 (see figure 6). Outputs 55 of the pulse program generator 53 are connected via bus 50 (see figure 2) to 84 0 o 9 o7 EHN 10984 11
^ -a I^ -a I
de door de generator 53 te besturen, stroomgeneratoren 19 , 21, 23 en 25 voor de spoelen 3a, b, 5, 7 en 11. Uiteraard kunnen de uitgangen 55 ook rechtstreeks met de genoemde generatoren verbonden zijn. De comr puter (van het type Philips P857) is met het hierna als aanhangsel te geven 5 programma geprogrammeerd en stuurt met behulp van het progamma en via het station 52 in te geven besturingsgegevens de pulsprogrammagene-rator 53 (van het type Nicolet 293D). De in het programma gebruikte instructieset (derde kolcm in het programma) is de instructieset van de pulsprogrammagenerator 53 (net uitzondering van de instructie : JSA, 10 die een spronginstructie naar Iet startadres bewerkstelligt). De vierde kolom definiert steeds een tijd, gedurende de welke de uitgangssignalen op de uitgangen 55 van generator 53 aanwezig dienen te zijn. De vierde kolom van het programma geeft in hexadecimale code (met uitzondering van de letter S) de toestand van de uitgangen 55 van de generator 15 53 aan. De vijfde kolom geeft een adres- of geheugenplaats weer. Het symbool I in de zesde kolcm duidt op de aanwezigheid van een interrupt, die met een deel van de aan de ingangen 55 van de generator 53 te geven code, extra functies kunnen oproepen zoals : a de generator 25 ' "laden" met een nieuws golfvorm (voor 180° puls in plaats van 90° puls) , 20 b het ankeren van de fase van een excitatiepuls of c indicatie van het begin van een nieuwe pulssequentie. Bij het in het aanhangsel gegeven progranma wordt voor de 90° excitatiepulsen uitsluitend van + of - y pulsen en voor de 180° pulsen wordt uitsluitend van + x pulsen gebruikthe current generators 19, 21, 23 and 25 for the coils 3a, b, 5, 7 and 11 to be controlled by the generator 53. Naturally, the outputs 55 can also be directly connected to the said generators. The computer (of the Philips P857 type) is programmed with the program to be appended hereafter and controls the pulse program generator 53 (of the Nicolet 293D type) with the aid of the program and control data to be entered via the station 52. The instruction set used in the program (third column in the program) is the instruction set of the pulse program generator 53 (with the exception of the instruction: JSA, 10 which effects a jump instruction to the start address). The fourth column always defines a time during which the output signals must be present on the outputs 55 of generator 53. The fourth column of the program indicates in hexadecimal code (with the exception of the letter S) the state of the outputs 55 of the generator 53. The fifth column shows an address or memory location. The symbol I in the sixth column indicates the presence of an interrupt, which, with part of the code to be given to the inputs 55 of the generator 53, can call up additional functions such as: a "loading" the generator 25 with a news waveform (for 180 ° pulse instead of 90 ° pulse), 20 b anchoring the phase of an excitation pulse or c indicating the start of a new pulse sequence. The program given in the appendix uses only + or - y pulses for the 90 ° excitation pulses and only + x pulses are used for the 180 ° pulses
I II I
gemaakt.made.
25 In voorgaande voorbeelden is steeds de Fourierzeugmatografie- IIn previous examples, the Fourier zeugmatography is always I
techniek toegepast. Er wordt erop gewezen, dat de uitvinding eveneens toe te passen is bij de zogenaamde projectiereconstructiemethcde,die bijvoorbeeld in de Europese octrooiaanvrage EP-A 0.073.671 is beschreven.technique applied. It is pointed out that the invention can also be applied in the so-called projection reconstruction method, which is described, for example, in European patent application EP-A 0.073.671.
30 35 8400907 jPHN T0984 12 >RT PP0021 :iATE / / TIME 0QH-00M-49S-30 35 8400907 jPHN T0984 12> RT PP0021: iATE // TIME 0QH-00M-49S-
_ABEL “ NMR IMAGING DATE * 83 01 25 80M PACK NBR - 0040 'PPFILES_ABEL “NMR IMAGING DATE * 83 01 25 80M PACK NBR - 0040 'PPFILES
3000 PP0Q21 5 NAME OF PULSE PROGRAM3000 PP0Q21 5 NAME OF PULSE PROGRAM
3001 830519 : VERSION DATE OF PULSE PROGRAM3001 830519: VERSION DATE OF PULSE PROGRAM
3002 100 s BWELLTIME IN MICRO-SECONDS,3002 100s BWELLTIME IN MICRO SECONDS,
1003 O 8 START ADDRESS OF PULSE PROGRAM1003 O 8 START ADDRESS OR PULSE PROGRAM
3004 * O FOR RH0-T2 P 1 FOR RH0-T1 ? 2 FOR RH0-T2-T13004 * O FOR RH0-T2 P 1 FOR RH0-T1? 2 FOR RH0-T2-T1
3005 + « FREE3005 + «FREE
30063006
3007 256 P COUNTER 1 = NUMBER OF TIME-SAMPLES PER ECHO3007 256 P COUNTER 1 = NUMBER OF TIME SAMPLES PER ECHO
3008 1 ? COUNTER 2 = NUMBER OF ECHO'S3008 1? COUNTER 2 = NUMBER OF ECHO'S
3009 1 P COUNTER 3 = USED FOR RF ADJUSTING3009 1 P COUNTER 3 = USED FOR RF ADJUSTING
3010 98 ? 60 . P COUNTERS 4+5 FOR 180 DEGREES PULSE3010 98? 60. P COUNTERS 4 + 5 FOR 180 DEGREES PULSE
3011 78y .100 ? COUNTERS 6+7 FOR 90 DEGREES PULSE ”3011 78y .100? COUNTERS 6 + 7 FOR 90 DEGREES PULSE ”
3012 END P3012 END P
3013 3014 9GGM P DURATION 0 = TREP - 125MS - <C2 - 1>#52MS ” 3015 3M»10M»2.2M»10M 5 DURATIONS lr2?3 AND 4 ......3013 3014 9GGM P DURATION 0 = TREP - 125MS - <C2 - 1> # 52MS ”3015 3M» 10M »2.2M» 10M 5 DURATIONS lr2? 3 AND 4 ......
3016 6M*25M>3M»lGMr7.2M 9 DURATIONS 5?6?7r8 AND 9 "" 3017 367M ? DURATION 10 = T1-DELAY TIME - 33MS .........3016 6M * 25M> 3M »lGMr7.2M 9 DURATIONS 5? 6? 7r8 AND 9" "3017 367M? DURATION 10 = T1-DELAY TIME - 33MS .........
3018 25Ufr2ÖÖU»1ÖÖU ? DURATIONS Hr 12?13 AND 14 - - 3019 6Mr7M ? DURATIONS 15»16 ...........3018 25Ufr2ÖÖU »1ÖÖU? DURATIONS Hr 12? 13 AND 14 - - 3019 6Mr7M? DURATIONS 15 »16 ...........
3020 END r 3021 .....3020 END r 3021 .....
3022 O 3UC D2 S8900E 6 I ? START FOR RH0-T2 , RESET WAVEFORM GENERATOR " 3023 1 3UC D2 SS900E 29 I ? START FOR RH0-T1 t " 3024 2 3UC D2 SS9Q0E 53 I P START FOR RHÖ-T2-T1 r " 3025 3 3UC D2 589000 76 I ? START FOR ADJUSTMENT OF RF, ·.·. .......3022 O 3UC D2 S8900E 6 I? START FOR RH0-T2, RESET WAVEFORM GENERATOR "3023 1 3UC D2 SS900E 29 I? START FOR RH0-T1 t" 3024 2 3UC D2 SS9Q0E 53 IP START FOR RHÖ-T2-T1 r "3025 3 3UC D2 589000 76 I? START FOR ADJUSTMENT OF RF, ·. ·. .......
3026 4 DUG D2 SS900E 100 I 9 START FOR MEASURING RF PULSES.3026 4 DUG D2 SS900E 100 I 9 START FOR MEASURING RF PULSES.
3027 ..........ƒ 302S 6 NOP D5 S0010E ? SKIP 130 Ti PULSE '3027 .......... ƒ 302S 6 NOP D5 S0010E? SKIP 130 Ti PULSE '
3029 7 NOP Dó 500E0E P- SKIP GRADIENT WAVEFORMS3029 7 NOP Dó 500E0E P- SKIP GRADIENT WAVEFORMS
3030 8 LIU D4 S0013E Cl 9 90 DEGREES +/-Y RF PULSE r LOAD LOOP COUNTER3030 8 LIU D4 S0013E Cl 9 90 DEGREES +/- Y RF PULSE r LOAD LOOP COUNTER
3031 9 3UC Dl SOOEOE It 9 START/3TOP GRADIENTS "3031 9 3UC Dl SOOEOE It 9 START / 3TOP GRADIENTS "
3032 3.0 131 DU SOOOQE 12 ? NS/2 * TDWELL LOOP3032 3.0 131 DU SOOOQE 12? NS / 2 * TDWELL LOOP
3033 H 3UC Dll SOOOOE 10 ? ”3033 H 3UC Dll SOOOOE 10? ”
3034 1.2 LB2 D3 SOOEOE C2 · 9 START/STOP GRADIENTS r C2=NUMBER OF ECHO'S3034 1.2 LB2 D3 SOOEOE C29 START / STOP GRADIENTS r C2 = NUMBER OF ECHO'S
3035 1 3 LÜ1 .05 S001SE Cl ' P 180 DEGREES +X RF PULSE ? LOAD LOOP COUNTER'3035 1 3 LÜ1 .05 S001SE Cl 'P 180 DEGREES + X RF PULSE? LOAD LOOP COUNTER '
3036 14 NOP DS S02EÖA ? START/STOP GRADIENTS3036 14 NOP DS S02EÖA? START / STOP GRADIENTS
3037 15 3UC D13 S02E00 18 P START/STOP GRADIENTS ‘ '.........3037 15 3UC D13 S02E00 18 P START / STOP GRADIENTS ".........
3038" 16 131 Dll SOOOQO 20 P NS * TDWELL LOOP3038 "16 131 Dll SOOOQO 20 P NS * TDWELL LOOP
3039 17 NOP Dll 800000 ?3039 17 NOP Dll 800000?
3040' 18 NOP DU S00001 P ADC SAMPLE PULSE3040 '18 NOP DU S00001 P ADC SAMPLE PULSE
3041 19 3UC DU 800001 16 9 3042 20 132 D9 SOOEOC 23 P START/STOP GRADIENTS * ALL ECHO'S DONE ? 3043 21 NOF SQ100E f RESET WAVEFORM GENERATOR .......3041 19 3UC DU 800 001 16 9 3042 20 132 D9 SOOEOC 23 P START / STOP GRADIENTS * ALL ECHO'S DONE? 3043 21 NOF SQ100E f RESET WAVEFORM GENERATOR .......
3044 22 3UC D7 SOOEOE 13 P START/STOP GRADIENTS3044 22 3UC D7 SOOEOE 13 P START / STOP GRADIENTS
3045 23 NOP B1Ó S50Q0E I 9 PHASE ALTERNATE Y3045 23 NOP B1Ó S50Q0E I 9 PHASE ALTERNATE Y
3046 24 3UC DO SOOOOE O I ? RECYCLE3046 24 3UC DO SOOOOE O I? RECYCLE
30473047
3048 29 NOP D5 S0018E 9 ISO DEGREES INVERSION PULSE3048 29 NOP D5 S0018E 9 ISO DEGREES INVERSION PULSE
3049 30 NOP DIO SOOOOE 5 Tl DELAY TIME '3049 30 NOP DIO SOOOOE 5 Tl DELAY TIME '
3050 31 NOP D6 SOOEOE ? SKIP GRADIENT WAVEFORMS3050 31 NOP D6 SOOEOE? SKIP GRADIENT WAVEFORMS
3051 32 LD1 D4 S0013E Cl ? 90 DEGREES +/-Y RF PULSE r LOAD LOOP COUNTER3051 32 LD1 D4 S0013E Cl? 90 DEGREES +/- Y RF PULSE r LOAD LOOP COUNTER
3052 33 3UC Bi SOOEOE 35 ? START/STOP GRADIENTS3052 33 3UC Bi SOOEOE 35? START / STOP GRADIENTS
3053 34 131 Dll SOOOOE 36 9 NS/2 * TDWELL LOOP3053 34 131 Dll SOOOOE 36 9 NS / 2 * TDWELL LOOP
84009078400907
JTTuv tuytjq IJJTTuv tuytjq IJ
354 35 3UC Dli SöööOE 34 9354 35 3UC Dli SöööOE 34 9
155 36 LD2 B3 SOOEOE C2 ? START/STOP GRADIENTS r C2=NUMBER OF ECHOES155 36 LD2 B3 SOOEOE C2? START / STOP GRADIENTS r C2 = NUMBER OF ECHOES
356 37 LD1 05 SOOi.SE Cl ? ISO DEGREES +X RF PULSE » LOAD LOOP COUNTER356 37 LD1 05 SOOi.SE Cl? ISO DEGREES + X RF PULSE »LOAD LOOP COUNTER
357 33 NOP B3 S02E0A 9 START/STOP GRADIENTS357 33 NOP B3 S02E0A 9 START / STOP GRADIENTS
358 37 3UC D13 SQ2EQG 42 ï START/STOP GRADIENTS358 37 3UC D13 SQ2EQG 42 ï START / STOP GRADIENTS
359 40 131 M.1 SOOOOO 44 » NS * TBWELL LOOP359 40 131 M.1 SOOOOO 44 »NS * TBWELL LOOP
360 41 NOP Bil SOOOOO f360 41 NOP Bil SOOOOO f
361 42 NOP Bil S00001 ? ADC SAMPLE PÜLSE361 42 NOP Bil S00001? ADC SAMPLE PÜLSE
362 43 3UC Dli S000Ö1 40 9 363 44 132 B9 SOOEOC 47 9 START/STOP GRADIENTS , ALL ECHO1S DONE ?362 43 3UC Dli S000Ö1 40 9 363 44 132 B9 SOOEOC 47 9 START / STOP GRADIENTS, ALL ECHO1S DONE?
364 45 NOF SOlööE ? RESET WAVEFORM GENERATOR364 45 NOF SOlööE? RESET WAVEFORM GENERATOR
365 46 3UC D7 SOOEOE 37 ? START/STOP GRADIENTS365 46 3UC D7 SOOEOE 37? START / STOP GRADIENTS
366 47 NOP Dló 35000E I.f PHASE ALTERNATE Y366 47 NOP Dló 35000E I.f PHASE ALTERNATE Y
367 48 3SA DO SOOOOE I ? RECYCLE367 48 3NT DO SOOOOE I? RECYCLE
368368
369 S3 NOP D5 SOOiOE 9 SKIP 180 Ti PULSE369 S3 NOP D5 SOOiOE 9 SKIP 180 Ti PULSE
370 34 NOP D6 SOOEOE f SKIP GRADIENT WAVEFORMS370 34 NOP D6 SOOEOE f SKIP GRADIENT WAVEFORMS
371 55 LDI B4 S0Q13E Cl 9 90 DEGREES +/-Y RF PULSE y LOAD LOOP COUNTER371 55 LDI B4 S0Q13E Cl 9 90 DEGREES +/- Y RF PULSE y LOAD LOOP COUNTER
372 56 3ÜC Ö1 SOOEOE 53 ? START/STOP GRADIENTS372 56 3ÜC Ö1 SOOEOE 53? START / STOP GRADIENTS
373 57 131 Dll SOOOOE 59 9 M3/2 * TDWELL LOOP373 57 131 Dll SOOOOE 59 9 M3 / 2 * TDWELL LOOP
374 58 3ÜC Dll SOOOOE 57 ?374 58 3ÜC Dll SOOOOE 57?
375 59 LD2 B3 SOOEOE C2 ? START/STOP GRADIENTS * G2--NUMBER OF ECHO'S375 59 LD2 B3 SOOEOE C2? START / STOP GRADIENTS * G2 - NUMBER OF ECHO'S
376 60 LDI D5 S0018.E Ci f ISO DEGREES +X RF PULSE » LOAD LOOP COUNTER376 60 LDI D5 S0018.E Ci f ISO DEGREES + X RF PULSE »LOAD LOOP COUNTER
377 61 NOP D8 S02E.0A I START/STOP GRADIENTS377 61 NOP D8 S02E.0A I START / STOP GRADIENTS
378 62 3UC D13 S02EOO 65 5 START/STOP GRADIENTS378 62 3UC D13 S02EOO 65 5 START / STOP GRADIENTS
379 63 131 Dll SOOOOO 67 9 NS * TDWELL LOOP379 63 131 Dll SOOOOO 67 9 NS * TDWELL LOOP
380 64 NOP Dll SOOOOO 9380 64 NOP Dll SOOOOO 9
381 65 NOP Dll 800001 9 ADC SAMPLE PULSE381 65 NOP Dll 800 001 9 ADC SAMPLE PULSE
382 66 3UC DU S0C0C1 63 9 383 67 132 D9 SOOEOC 70 9 START/STOP GRADIENTS t ALL ECHO'S DONE ?382 66 3UC DU S0C0C1 63 9 383 67 132 D9 SOOEOC 70 9 START / STOP GRADIENTS t ALL ECHO'S DONE?
384 69 NOF SOiQOE 9 RESET WAVEFORM GENERATOR384 69 NOF SOiQOE 9 RESET WAVEFORM GENERATOR
385 69 3UC D7 SOOEOE 60 9 START/STOP GRADIENTS - .......385 69 3UC D7 SOOEOE 60 9 START / STOP GRADIENTS - .......
3S6 70 NOP DO SOOOOE 93S6 70 NOP DO SOOOOE 9
387 71 3UC B2 S0100E 1 9 GOTO RKC-Ti CYCLUS387 71 3UC B2 S0100E 1 9 GOTO RKC-Ti CYCLE
388388
389 76 LDI D14 S020Q0 C3 9 SCOPE TRIGGER389 76 LDI D14 S020Q0 C3 9 SCOPE TRIGGER
)90 77 3UC D14 302082 79 9 ABC TRIGGER) 90 77 3UC D14 302082 79 9 ABC TRIGGER
391 78 131 D14 SOOOSO 86 9 RF +X391 78 131 D14 SOOOSO 86 9 RF + X
392 79 NOP D14 S00081 9 RF *X392 79 NOP D14 S00081 9 RF * X
393 80 NOP Ii 14 S00020 9 RF +Y393 80 NOP Ii 14 S00020 9 RF + Y
394 Si NOP D14 S00021 ? RF +Y394 Si NOP D14 S00021? RF + Y
395 82 NOP D14 SQ0040 if RF -X395 82 NOP D14 SQ0040 if RF -X
396 83 NOP D14 SQ0D41 9 RF -X396 83 NOP D14 SQ0D41 9 RF -X
397 84 NOP B14 S00010 9 RF -Y397 84 NOP B14 S00010 9 RF -Y
398 85 3UC 014 SOOOU 78 5 RF -Y398 85 3UC 014 SOOOU 78 5 RF -Y
399" 86 3UC DO S10008 3 9 RECYCLE + SIGNAL BLANKING399 "86 3UC DO S10008 3 9 RECYCLE + SIGNAL BLANKING
LOOLOO
101' 100 LDI D13 S0200E C49 L02 10.1 3UC D13 S02004 104 9 103 102 131 Dli S00034 106 if L04 103 NOP DU S00034 9 L05 104 NOP Dll SQ0035 9 106 105 3UC DU S00035 102 9 107 106 LDI DU S00134 C5 9 " .08 107 3UC DU S00134 110 ? ’09 108 131 DU S00134 112 9 ......101 '100 LDI D13 S0200E C49 L02 10.1 3UC D13 S02004 104 9 103 102 131 Dli S00034 106 if L04 103 NOP DU S00034 9 L05 104 NOP Dll SQ0035 9 106 105 3UC DU S00035 102 9 107 106 LDI DU S00134 C5 9 ".08 107 3UC DU S00134 110? '09 108 131 DU S00134 112 9 ......
.10 109 NOP DU S00134 9 .11 110 NOP Dli S0Q135 9 .12 111 3UC DU S00135 108 9 .13 112 LDI DU S00Ö34 C4 9 8400907.10 109 NOP DU S00134 9 .11 110 NOP Dli S0Q135 9 .12 111 3UC DU S00135 108 9 .13 112 LDI DU S00Ö34 C4 9 8400907
JrnJN IUyö4 14 •ψ 0114 113 DUG Dll SQQ034 116 9 0115 114 131 Dll S00034 118 9 0116 115 NOP Ml SQÖQ34 ? 0117 116 NOP Ml 300035 ", 0118 117 3UC Dll S00035 114 ? 0119 118 LM Dó SOOGGE C6 5 0120 119 3UC D13 S02004 122 ? 0121 120 131 Dll S00034 124 ", 0122 121 NOP Ml S00034 ? 0123 122 NOP Ml S00035 5 0124 123 3UC Dll S00035 120 9JrnJN IUyö4 14 • ψ 0114 113 DUG Dll SQQ034 116 9 0115 114 131 Dll S00034 118 9 0116 115 NOP Ml SQÖQ34? 0117 116 NOP Ml 300035 ", 0118 117 3UC Dll S00035 114? 0119 118 LM DOG SOOGGE C6 5 0120 119 3UC D13 S02004 122? 0121 120 131 Dll S00034 124", 0122 121 NOP Ml S00034? 0123 122 NOP Ml S00035 5 0124 123 3UC Dll S00035 120 9
0125 124 LIU Ml S00134 C7 . S0125 124 LIU Ml S00134 C7. S
0126 125 3UC Dll S00134 128 ? 0127 126 131 Ml 300134 130 9 0128 127 NOP Ml 800134 9 0129 128 NOP Dll 300135 9 0130 129 3UC Ml S00135 126 ? 0131 130 LIU Dll S00Q34 06 9 0132 131 DUG Ml 300034 134 9 0133 132 131 Ml 300034 136 ? ' ~ 0134 133 NOP Ml S00034 9 0135 134 NOP Dll 300035 ", “ " 0136' 135 3UC Dll S00035 132 ?0126 125 3UC Dll S00134 128? 0127 126 131 Ml 300 134 130 9 0128 127 NOP Ml 800 134 9 0129 128 NOP Dll 300 135 9 0130 129 3UC Ml S00135 126? 0131 130 LIU Dll S00Q34 06 9 0132 131 DUG Ml 300 034 134 9 0133 132 131 Ml 300 034 136? '~ 0134 133 NOP Ml S00034 9 0135 134 NOP Dll 300035 "," "0136' 135 3UC Dll S00035 132?
0137' 136 NOP M6 S5000E I ", PHASE ALTERNATE Y0137 '136 NOP M6 S5000E I ", PHASE ALTERNATE Y
0138 137 3SA DO SQQOGE I Ï RECYCLE ------ 0139" ------------- 0140 END 9 ' 01410138 137 3SA DO SQQOGE I Ï RECYCLE ------ 0139 "------------- 0140 END 9 '0141
0142 * s FREE0142 * s FREE
0143 * S FREE ' ----------0143 * S FREE '----------
0144 * 8 FREE0144 * 8 FREE
0145 * a FREE =---— 0146 * 8 FREE ----- 0147 * s FREE - ----0145 * a FREE = ---— 0146 * 8 FREE ----- 0147 * s FREE - ----
0148 * £ FREE0148 * £ FREE
0149 * ï FREE ~ ~ 0130 # s. FREE ......0149 * ï FREE ~ ~ 0130 # s. FREE ......
0151 -X· S FREE --------------------0151 -XS FREE --------------------
0152 x S FREE0152 x S FREE
0.133 * s FREE “ -0.133 * s FREE “-
0134. * s. FREE0134. * s. FREE
0155 x s FREE0155 x s FREE
0156 * s FREE ' - 0157 x ï FREE ...........0156 * s FREE '- 0157 x ï FREE ...........
.: EOF.: EDF
84009078400907
Claims (7)
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8400907A NL8400907A (en) | 1984-03-22 | 1984-03-22 | Avoiding artifacts in NMR fourier zeugmatography - determining nuclear magnetisation distribution by applying inhomogeneous extra magnetic field before and after second HF EM pulse |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8400907 | 1984-03-22 | ||
NL8400907A NL8400907A (en) | 1984-03-22 | 1984-03-22 | Avoiding artifacts in NMR fourier zeugmatography - determining nuclear magnetisation distribution by applying inhomogeneous extra magnetic field before and after second HF EM pulse |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8400907A true NL8400907A (en) | 1985-10-16 |
Family
ID=19843687
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8400907A NL8400907A (en) | 1984-03-22 | 1984-03-22 | Avoiding artifacts in NMR fourier zeugmatography - determining nuclear magnetisation distribution by applying inhomogeneous extra magnetic field before and after second HF EM pulse |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL8400907A (en) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4714883A (en) * | 1984-06-21 | 1987-12-22 | Oxford Research Systems Limited | Method and apparatus for obtaining localized NMR spectra |
-
1984
- 1984-03-22 NL NL8400907A patent/NL8400907A/en not_active Application Discontinuation
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4714883A (en) * | 1984-06-21 | 1987-12-22 | Oxford Research Systems Limited | Method and apparatus for obtaining localized NMR spectra |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5402067A (en) | Apparatus and method for rare echo imaging using k-space spiral coverage | |
US4471306A (en) | Method of NMR imaging which overcomes T2 * effects in an inhomogeneous static magnetic field | |
US4536712A (en) | Method and apparatus for examination by nuclear magnetic resonance | |
CN1138156C (en) | Quick self-rotary echo-pulse series for diffusion weighted imaging | |
US5122747A (en) | Spiral three-dimensional fourier transform NMR scan | |
US5285158A (en) | NMR angiography using fast pulse sequences with preparatory pulses | |
US5652516A (en) | Spectroscopic magnetic resonance imaging using spiral trajectories | |
EP0537583B1 (en) | Inflow MR angiography with spatially variable flip angles | |
US4707660A (en) | Fast method and device for determining an NMR distribution in a region of a body | |
US5499629A (en) | Slice profile stabilization for segmented k-space magnetic resonance imaging | |
CA1254943A (en) | Method of reducing artefacts in images formed by means of fourier zeugmatography | |
US5578921A (en) | Magnetic resonance imaging using three-dimensional spectral-spatial excitation | |
US5957843A (en) | Partial flyback echo-planar imaging | |
US4760336A (en) | Variable rate magnetic resonance selective excitation for reducing rf power and specific absorption rate | |
US20020036500A1 (en) | Magnetic resonance signal acquiring method and apparatus, recording medium and magnetic resonance imaging apparatus | |
CA1246144A (en) | Magnetic resonance imaging method utilizing small excitation pulses | |
NL8402959A (en) | QUICK METHOD AND APPARATUS FOR DETERMINING A NUCLEAR MAGNETIZATION DISTRIBUTION IN PART OF A BODY. | |
US4706023A (en) | Method of reducing artefacts in images formed by means of Fourier zeugmatography | |
US4621235A (en) | Method of and device for determining a nuclear magnetization distribution in a region of a body | |
NL8400907A (en) | Avoiding artifacts in NMR fourier zeugmatography - determining nuclear magnetisation distribution by applying inhomogeneous extra magnetic field before and after second HF EM pulse | |
KR20220043892A (en) | Techniques for determining a nuclear magnetic resonance relaxation time and/or a nuclear magnetic resonance spectrum of a probe | |
US4775835A (en) | Magnetic resonance imaging apparatus including sequence controller | |
NL8302017A (en) | METHOD AND APPARATUS FOR DETERMINING A NUCLEAR MAGNETIZATION DISTRIBUTION IN PART OF A BODY. | |
NL8400991A (en) | Determining nuclear magnetisation distribution in region of body - providing NMR images with different contrasts or other intensity distributions | |
JPS6241649A (en) | Method and apparatus for measuring nuclear magnetizing distribution |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |