NL8304155A

NL8304155A - Zonne-energiesysteem.

Info

Publication number: NL8304155A
Application number: NL8304155A
Authority: NL
Original assignee: En Besparende Systemen B V
Priority date: 1983-12-02
Filing date: 1983-12-02
Publication date: 1985-07-01

Description

* i, .

4

X Sch/gn/2,EBS

-1-

Korte aanduiding: Zonne-energiesysteem

De uitvinding ligt op het terrein van zonne-energiesystemen en betreft in het bijzonder een behuizing voor een zonne-energiecollector.

Bekend is, dat voor een zo groot mogelijke ^ overdracht van zonnewarmte naar een collectorplaat deze collectorplaat zoveel als mogelijk loodrecht op de invallende straling gericht moet zijn. Daarom wordt wel gebruik gemaakt van verstelmiddelen voor het in een dergelijke juiste positie plaatsen van de collectorplaat.

1° De uitvinding beoogt nu, een behuizing zodanig uit te voeren, dat hij onder zeer uiteenlopende omstandigheden een zodanig stand van een zonne-energiecollector mogelijk maakt, dat een hoge opbrengst is gewaarborgd.

In het bijzonder beoogt de uitvinding de behuizing zodanig uit te voeren, dat hij geschikt is voor toepassing op nagenoeg alle breedtegraden, waarop een zonne-energiesysteem economisch rendabel is, d.w.z. tot een breedte van ongeveer 45*.

In het algemeen worden bovenstaande doelstellingen 20 verwezenlijkt met een behuizing, die volgens de uitvinding een bak met tenminste twee een hoek met elkaar insluitende vlakken omvat.

Vooral in een zeer eenvoudige uitvoering, die bijvoorbeeld twee verschillende hoekstanden mogelijk maakt met 25 twee vlakken, kunnen met voordeel die tenminste twee vlakken f ongelijke afmetingen bezitten in een richting, loodrecht op hun verbindingslijn.

Fraaier en meer universeel toepasbaar is die variant, waarin het aantal vlakken tenminste drie bedraagt en 30 de vlakken verschillende hoeken met elkaar insluiten.

8304155 -2-

Bijzonder elegant is die uitvoering, die is gekenmerkt door twee zich in langsrichting uitstrekkende randprofielen, die zijn ingericht voor het dragen van een afdekplaat en condensatie/afvoergoten vormen.

5 Tevens kan de behuizing de bijzonderheid vertonen dat de randprofielen zijn ingericht voor bevestiging van tenminste één collectorplaat.

Teneinde bij gebruik van in het bijzonder een behuizing van kunststof een voldoende mechanische stijfheid 10 en daarmee vormvastheid van de constructie te verzekeren is in een voorkeursuitvoering de behuizing gekenmerkt door bevestigingsmiddelen, die zijn ingericht voor het opnemen van trekspanningen in dwarsrichting, d.w.z. een richting loodrecht op de verbindingslijn(en) tussen de vlakken en in de Ί5 langsrichting schuifbaar zijn.

In dit geval kan gebruik worden gemaakt van een constructie waarbij profiel met met de of elke collectorplaat gekoppelde flenzen samenwerkende randen omvat.

Met voordeel kunnen de flenzen deel uitmaken van 20 met de of elke collectorplaat koppelbare koppeldelen.

In een uitvoering waarin elk koppeldeel tenminste één met de flenzen gekoppelde haak omvat, die kan samenwerken met een langsrand van de of elke collectorplaat wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van een opbouw, die is gekenmerkt 25 door twee in langsrichting versprongen geplaatste haken, die onderling gespiegeld zijn ten opzichte van het vlak van de of elke collectorplaat en kunnen samenwerken met corresponderende gaten in of aan de langsranden van de of elke collectorplaat, in welk geval de haken kunnen zijn uitgevoerd als 30 pennendragende blokken.

Teneinde thermische bruggen en daarmee rendements-f verlaging te voorkomen verdient die uitvoering de voorkeur, waarin de koppeldelen zijn uitgevoerd voor het thermisch isoleren van de of elke collectorplaat van de behuizing.

35 Een zonne-energiecollector volgens de uitvinding kan zijn uitgevoerd als een thermisch geleidende plaat, waarmee een leiding voor warmtetransportmedium thermisch gekoppeld is.

8304155 i -3-

Verrassenderwijze is gebleken, dat in dit geval gebruik kan worden gemaakt van die bijzonder eenvoudige uitvoering, waarin die leiding één recht kanaal is.

De vermelde collector kan zodanig zijn uitgevoerd, ^ dat de leiding met de plaat is gekoppeld door koud walsen voor vorming van een metallurgische verbinding.

Verder richt de uitvinding zich op de diverse onderdelen, die kennelijk zijn bestemd om te worden gebruikt in samenhang met een behuizing volgens de uitvinding, zoals 10 collectorplaten aan de randen waarvan gaten zijn aangebracht, haken, koppeldelen.

De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van de tekening van enkele willekeurige uitvoeringsvoorbeel-den, waartoe de uitvinding zich niet beperkt.

15 In de tekening tonen:

Figuren 1, 2 en 3 schematische perspectivische aanzichten van een behuizing voor een zonne-energiecollector in de drie mogelijke verschillende standen;

Fig. 4 een met fig. 3 corresponderend aanzicht van 20 een variant;

Fig. 5 een met de figuren 3 en 4 corresponderend aanzicht van een voorkeursuitvoeringsvoorbeeld; en

Fig. 6 een perspectivisch aanzicht van een koppeldeel voor toepassing in samenhang met de uitvoering 25 volgens fig. 5.

Fig. 1 toont een behuizing 1 voor een zonne-energiecollectorplaat 2, welke behuizing is uitgevoerd als een bak 3 met drie platte vlakken 4, 5, 6, waarbij de vlakken 4, 5 een hoek van 180* - 130* * 150* insluiten en de 30 vlakken 5, 6 een hoek van 180° - 45“ = 135* insluiten.

De vlakken 4 en 5 bezitten nagenoeg dezelfde afmetingen in dwarsrichting, terwijl de vlakken 5, 6 in die richting verschillende afmetingen vertonen, zodanig dat de vrije eindranden van resp. de vlakken 4 en 6 samen een vlak 35 begrenzen dat op zijn beurt een hoek van 15* met de horizontaal maakt.

Het zal hiermee duidelijk zijn, dat de met deze 4 8304155 -4-

V

zijranden evenwijdig lopende collectorplaat 2 in de in fig. 1 getoonde situatie ook een hoek van 15® met de horizontaal ofwel 75“ met de verticaal maakt, hetgeen een goede positie is voor gebruik in bijvoorbeeld tropische gebieden, d.w.z.

5 gebieden met een kleine breedtegraad.

Pig. 2 toont de positie van de behuizing 1, waarin niet het vlak 5, maar het vlak 6 als grondvlak dienst doet en de collectorplaat 2 een hoek van 30“ vormt met het horizontale vlak of 60“ met de verticaal.

10 Fig. 3 toont de positie van de behuizing 1, waarin de collectorplaat 2 een hoek van 45® met het horizontale vlak en de verticaal maakt.

Omgezette randen 7, 8 aan resp. de vlakken 4 en 6 dienen voor het fixeren van een transparante dekplaat 9, 15 waaronder zich de collectorplaat 2 bevindt, waaronder een laag thermisch isolerend materiaal 10 is aangebracht.

Fig. 4 toont een variant, die twee zich in langsrichting uitstrekkende randprofielen 11, 12 omvat, die condensatie/afvoergoten vormen en op de getekende wijze 20 tevens dienen voor het dragen van de afdekplaat 9.

In deze eenvoudige uitvoering wordt de collectorplaat 2 gedragen door kunststof draagblokken 13, 14, die een isolerende functie hebben en tevens de ophanging en fixering van de collectorplaat verzorgen.

25 Deze collectorplaat is uitgevoerd als een dunne . aluminiumplaat 15 waarmee door koud walsen voor vorming van een metallurgische verbinding een warmtetransportmediumlei-ding 16 van koper is gekoppeld.

Fig. 5 toont een voorkeursuitvoeringsvoorbeeld 30 van de behuizing volgens de uitvinding. Randprofielen 18, 19 omvatten resp. randen 20, 21 en 22, 23, die kunnen f samenwerken met flenzen 24 van koppeldelen 25, die zijn voorzien van blokken 26, die pennen 27 dragen. Deze pennen 27 dragende blokken 26 zijn versprongen, en onderling gespiegeld 35 geplaatst. De pennen 27 kunnen samenwerken met in de langsranden van de collectorplaat 2 aangebrachte gaten 28.

8304155 9 ψ -5-

Pig. 6 toont het koppeldeel 25 in detail. Dit koppeldeel is thermisch isolerend uitgevoerd in polycarhonaat; de pennen 27 zijn van metaal, maar kunnen in één spuitgietbewerking in polycarhonaat zijn gevormd.

5 In de in fig. 5 weergegeven stand dient de behuizing op dezelfde wijze als in fig. 3 aangegeven, te worden gesteund door een steunelement 17.

Zoals fig. 6 toont met een pijl 29 rond de hartlijn 30 van het koppeldeel 25, kunnen door rotatie de pennen 27 10 tot samenwerking met de gaten 28 gebracht worden. De plaat 2 is dan door middel van de flenzen 24 schuifbaar langs de randen 22, 23.

___ 4 8304155

Claims

1. Behuizing voor een zonne-energiecollector, met het kenmerk, dat de behuizing een bak met tenminste twee een hoek met elkaar insluitende vlakken omvat.

2. Behuizing volgens conclusie 1, met het kenmerk, 5 dat tenminste twee vlakken ongelijke afmetingen bezitten in een richting, loodrecht op hun verbindingslijn.

3. Behuizing volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het aantal vlakken tenminste drie bedraagt en de vlakken verschillende hoeken met elkaar insluiten.

4. Behuizing volgens één der voorgaande conclusies, gekenmerkt door, twee zich in langsrichting uitstrekkende randprofielen, die zijn ingericht voor het dragen van een afdekplaat en condensatie/afvoergoten vormen.

5. Behuizing volgens conclusie 4, met het kenmerk, 15 dat de randprofielen zijn ingericht voor bevestiging van tenminste één collectorplaat.

6. Behuizing volgens conclusie 5, gekenmerkt door bevestigingsmiddelen, die zijn ingericht voor het opnemen van trekspanningen in dwarsrichting, d.w.z. een richting 20 loodrecht op de verbindingslijn(en) tussen de vlakken en in de langsrichting schuifbaar zijn.

7. Behuizing volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat elk profiel met met de of elke collectorplaat gekoppelde flenzen samenwerkende randen omvat.

8. Behuizing volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de flenzen deel uitmaken van met de of elke collectorplaat koppelbare koppeldelen.

9. Behuizing volgens conclusie 8, met het kenmerk, at elk koppeldeel tenminste één met de flenzen gekoppelde 30 haak omvat, die kan samenwerken met een langsrand van de of elke collectorplaat. 8304155 -7- u V 10. .Behuizing volgens conclusie 9, gekenmerkt door twee in langsrichting versprongen geplaatste haken, die onderling gespiegeld zijn ten opzichte van het vlak van de of elke collectorplaat en kunnen samenwerken met corresponde- 5 rende gaten in of aan de langsranden van de of elke collectorplaat.

11. Behuizing volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat de haken zijn uitgevoerd als pennendragende blokken.

12. Behuizing volgens één der conclusies 8 t/m 11, met het kenmerk, de köppeldelen zijn uitgevoerd voor het thermisch isoleren van de of elke collectorplaat van de behuizing.

13. Zonne-energiecollector, omvattende een thermisch 15 geleidende plaat, waarmee een leiding voor warratetransport- medium thermisch gekoppeld is.

14. Zonne-energiecollector volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat die leiding één recht kanaal is.

15. Zonne-energiecollector volgens conclusie 14, met 20 het kenmerk, dat de leiding met de plaat is gekoppeld door koud walsen voor vorming van een metallurgische verbinding.

16. Onderdelen, kennelijk bestemd om te worden gebruikt in samenhang met een behuizing volgens één der voorgaande conclusies. 25 ♦ 8304155 __Λ