NL8301415A - CUTTING DEVICE FOR A BERM. - Google Patents

CUTTING DEVICE FOR A BERM. Download PDF

Info

Publication number
NL8301415A
NL8301415A NL8301415A NL8301415A NL8301415A NL 8301415 A NL8301415 A NL 8301415A NL 8301415 A NL8301415 A NL 8301415A NL 8301415 A NL8301415 A NL 8301415A NL 8301415 A NL8301415 A NL 8301415A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
inner arm
hydraulic cylinder
arm
mowing
axis
Prior art date
Application number
NL8301415A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL191008C (en
NL191008B (en
Original Assignee
Duecker Gerhard Landmasch
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Duecker Gerhard Landmasch filed Critical Duecker Gerhard Landmasch
Publication of NL8301415A publication Critical patent/NL8301415A/en
Publication of NL191008B publication Critical patent/NL191008B/en
Application granted granted Critical
Publication of NL191008C publication Critical patent/NL191008C/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D34/00Mowers; Mowing apparatus of harvesters
    • A01D34/835Mowers; Mowing apparatus of harvesters specially adapted for particular purposes
    • A01D34/86Mowers; Mowing apparatus of harvesters specially adapted for particular purposes for use on sloping ground, e.g. on embankments or in ditches

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Harvester Elements (AREA)

Description

* - 1 -1-* - 1 -1-

83.3040/Rey/vL83.3040 / Rey / vL

Korte aanduiding: Maai-inrichting voor een berm •Short designation: Mowing device for a verge •

De uitvinding heeft betrekking op een maai-inrichting voor een berm bestaande uit een aan de voor- of achterkant van een landbouwtrekker of dergelijk voertuig te verbinden aanbouwgestel, dat een hoofddrager omvat, die om een verticale as zwenk-5 baar met een vast aan de trekker bevestigd aansluitdeel van het gestel is verbonden, en via een steunwiel op de grond rust, een aan de hoofddrager van het aanbouwgestel bevestigde, om een • eerste horizontale evenwijdig aan de rijrichting lopende draai- s.The invention relates to a mowing device for a verge consisting of an attachment frame to be connected to the front or rear of an agricultural tractor or the like vehicle, which comprises a main carrier, which can pivot about a vertical axis with a The tractor-mounted connecting part of the frame is connected, and rests on the ground via a support wheel, a rotation of the first horizontal parallel to the direction of travel is attached to the main carrier of the extension frame.

as zwenkbare uithouder, die een om de eerste draaias -door mid-10 del van een eerste hydraulische cilinder zwenkbare binnenarm en een buitenarm omvat, die zwenkbaar is verbonden met de binnenarm om een evenwijdig aan de eerste draaias lopende tweede draaias door middel van een tweede hydraulische cilinder, en een scharnierend met het vrije uiteinde van de buitenarm om een 15 evenwijdig met de eerste draaias lopende derder draaias verbonden en door middel van een derde drukcilinder zwenkbaar maaiwerk-tuig.pivotable shaft, comprising an inner arm pivotable about the first pivot axis of a first hydraulic cylinder and an outer arm pivotally connected to the inner arm about a second pivot axis running parallel to the first pivot axis hydraulic cylinder, and a mower rig pivotally connected to the free end of the outer arm about a derder pivot axis running parallel to the first pivot axis and mowing tool pivotable by means of a third printing cylinder.

Bij een dergelijke bekende maai-inrichting is de binnenarm van de uithouder door middel van een de eerste draaias vormend 20 scharnier bevestigd aan een steun, die om een verticale as zwenkbaar op de hoofddrager van het aanbouwgestel is gelegerd. Moet de uithouder met zijn maaiwerktuig uit ëën werkstand, waarin de uithouder dwars op de rijrichting van het trekvoertuig staat, in een ruststand voor het transport worden overgebracht, wordt 25 de binnenarm van de uithouder omhooggezwenkt, het maaiwerk naar de buitenkant van de buitenarm geklapt en de buitenarm van de uithouder vervolgens tegen de binnenarm aan geklapt. In deze stand, waarbij der uithouder een scherphoekige, verticale V vormt en het maaiwerktuig een nagenoeg verticale stand heeft met naar 30 opzij gerichte maaiorganen, wordt vervolgens de steun verdraaid en de uit de uithouder en het maaiwerktuig bestaande bouweenheid over ongeveer 90° in een stand gebracht, waarin de armen van de uithouder in een nagenoeg evenwijdig met de rijrichting gelegen vlak liggen en het maaiwerktuig met zijn maaiorganen naar voren in de rijrichting of naar achteren is gericht. De hydraulische 8301415 4 -2- <Τ * cilinders zijn zo aangebracht, dat zij in de ruststand op de armen van de uithouder en het maaiwerktuig een deze ruststand veroorzakende en vasthoudend draaimoment uitoefenen.In such a known mowing device, the inner arm of the boom is attached to a support which is pivotable about a vertical axis on the main support of the attachment frame by means of a hinge forming the first pivot axis. If the jib with its cutting tool is to be moved from a working position, in which the jib is transverse to the direction of travel of the towing vehicle, in a rest position for transport, the inner arm of the jib is swung up, the mowing mechanism is folded out to the outside of the outer arm and the outer arm of the boom is then folded against the inner arm. In this position, in which the boom forms a sharp-angled, vertical V and the mowing tool has a substantially vertical position with sidewardly directed mowing members, the support is then rotated and the unit consisting of the boom and mowing tool is turned about 90 ° into a position in which the arms of the arm lie in a plane substantially parallel to the direction of travel and the mowing tool is directed forward or backward with its mowing members. The hydraulic 8301415 4 -2- <Τ * cylinders are mounted in such a way that, in the rest position on the arms of the boom and the mower, they exert a retaining torque which causes this rest position.

Een dergelijke inrichting belemmerd in zijn ruststand het 5 uitzicht en het overzicht van de bestuurder van het werkvoertuig, veroorzaakt een eenzijdige belasting van het aanbouwge-stel en via deze van het werkvoertuig en vereist dure beveili-gingsmiddelen voor het handhaven van de ruststand van het apparaat bij het transport.In its rest position, such a device impedes the view and overview of the driver of the working vehicle, causes a unilateral loading of the attachment frame and via this of the working vehicle and requires expensive security means for maintaining the rest position of the device during transport.

10 De uitvinding beoogt een inrichting van het hiervoor genoem de type te verschaffen, die met een eenvoudige constructie in een automatisch in zijn stand blijvende, de bestuurder een vrij uitzicht verschaffende en een in versterkte mate transportgevaar verlagende ruststand kan worden overgebracht.The object of the invention is to provide a device of the aforementioned type, which can be transferred with a simple construction into an automatic position which provides the driver with an unobstructed position, and which reduces the rest position which reduces the transport hazard to a greater extent.

15 Dit oogmerk wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de eerste draaias direct is aangebracht aan het nabij de inrichting gelegen uiteinde van de dwars op de rijrichting staande hoofddrager van het aanbouwgestel, de binnenarm van de uithouder L-vormig is uitgevoerd en de eerste drukcilinder enerzijds 20 ongeveer ter hoogte van de eerste draaias. scharnierend aan de hoofddrager van het aanbouwgestel en anderzijds ongeveer nabij de hoek van de.L scharnierend is bevestigd aan de binnenarm, en dat de uithouder en het maaiwerktuig in een ruststand in de rijrichting gezien tussen de uiteinden van de hoofddrager van 25 het aanbouwgestel kunnen worden gezwenkt, waarbij het lange been van de binnenarm een ongeveer evenwijdig aan de grond lopende stand onder de eerste draaias inneemt, de buitenarm een tegen de binnenarm aangeklapte stand hierboven inneemt en het maaiwerktuig een ongeveer horizontale stand met naar de grond 30 wijzende maaiorganen inneemt.According to the invention, this object is achieved in that the first pivot axis is arranged directly on the end of the main frame of the attachment frame which is located transversely to the direction of travel, the inner arm of the bracket is L-shaped and the first printing cylinder is on the one hand 20 approximately at the level of the first rotary axis. pivotally mounted to the main carrier of the attachment frame and, on the other hand, approximately hinged to the corner of the L is attached to the inner arm, and that the boom and the mowing implement can be seen in a rest position in the direction of travel between the ends of the main carrier of the extension frame pivoted, the long leg of the inner arm occupying a position approximately parallel to the ground below the first pivot axis, the outer arm occupying a position collapsed against the inner arm above, and the cutting tool occupying a substantially horizontal position with mowing members pointing to the ground.

Ten aanzien van belangrijke andere kenmerken wordt verwezen naar de conclusies 2 tot 15.With regard to important other features, reference is made to claims 2 to 15.

De inrichting volgens de uitvinding verschaft zonder enige beperking van zijn bruikbaarheid tijdens het bedrijf een trans-35 portmogelijkheid van de inrichting in een ruststand, waarbij de inrichting nagenoeg volledig binnen de omtrek van het aanbouwgestel en daarmee van het werkvoertuig is gelegen en daarbij zo 8301415 * .-* # % -3- laag is aangebracht, dat de bestuurder van het werkvoertuig naar alle kanten onbelemmerd uitzicht behoudt. In de ruststand zijn de maaiorganen even als in de werkstand naar de grond gekeerd zodat het gevaar voor het verwonden van personen wordt verkleind, 5 terwijl er. tegelijkertijd naar wordt gestreefd alle onderdelen, ook zonder vergrendelingsmiddelen op hun plaats in de ruststand bijeen te houden. Elk gevaar van een ongewenst uitklappen uit de ruststand bij het transportrijden of na het stopzetten van de inrichting is zodoende op betrouwbare wijze uitgesloten.The device according to the invention provides, without any restriction of its usefulness during operation, a transport option of the device in a rest position, wherein the device is situated almost completely within the circumference of the attachment frame and thus of the work vehicle, thereby 8301415 * .- * #% -3- layer is applied, which gives the driver of the working vehicle an unobstructed view in all directions. In the rest position, the cutting units are turned to the ground just as they are in the working position, so that the risk of injuring people is reduced, while 5. at the same time the aim is to keep all parts together, even without locking means, in their rest position. Any danger of undesired folding out of the rest position during transport or after stopping the device is thus reliably excluded.

10 Een groot aantal kenmerken en voordelen komen nog naar vo ren in de hierna volgende beschrijving van een uitvoeringsvoor-beeld van de uitvinding, die in de tekening op vereenvoudigde wijze is weergegeven. In de tekening tonen: fig. 1 een aanzicht van een aan de voorkant van een voer-15 tuig aangebrachte maai-inrichting voor een berm in zijn werkstand, fig. 2 een met fig. 1 overeenkomstig aanzicht van de maai-inrichting in zijn ruststand, fig. 3 een bovenaanzicht van de bermmaai-inrichting in zijn 20 ruststand volgens fig. 2, en fig. 4 een vereenvoudigd hydraulisch circuit voor de bediening van de hydraulische aandrijving van de bermmaai-inrichting.A large number of features and advantages are further apparent in the following description of an exemplary embodiment of the invention, which is shown in a simplified manner in the drawing. In the drawing: Fig. 1 shows a view of a mowing device mounted for the front of a vehicle for a berm in its working position, fig. 2 shows a view of the mowing device in its rest position corresponding to fig. 1 Fig. 3 shows a top view of the verge cutting device in its rest position according to Fig. 2, and Fig. 4 shows a simplified hydraulic circuit for operating the hydraulic drive of the verge cutting device.

De in de tekening weergegeven maai-inrichting voor een berm 25 bestaat uit een aan de voor- of achterkant van een landbouwtrekker of dergelijke voertuig 1 te verbinden aanbouwgestel 2, dat een zich dwars op de rijrichting 3 uitstrekkende, balkvormige hoofddrager 4 heeft, die om een verticale as 5 zwenkbaar is bevestigd aan een vast met de trekker verbonden aansluitdeel 6 van 30 het gestel 2 en via een steunwiel 7 op de grond rust. Dit steun-wiel 7 is nabij het aan de maaikant gelegen uiteinde van de hoofddrager 4 hieronder aangebracht en neemt in de werkstand van de bermmaai-inrichting een deel van de krachten op. Tezamen met de niet weergegeven omlaag te brengen poot kan de bermmaai-35 inrichting na het loskoppelen van het werkvoertuig 1 op de grond worden neergezet.The mowing device for a verge 25 shown in the drawing consists of an attachment frame 2 to be connected to the front or rear of an agricultural tractor or the like vehicle 1, which has a beam-shaped main support 4 extending transversely to the direction of travel 3, which a vertical shaft 5 is pivotally attached to a connecting part 6 of frame 2 fixedly connected to the tractor and resting on the ground via a support wheel 7. This support wheel 7 is arranged near the mowing end of the main carrier 4 below and absorbs part of the forces in the working position of the verge mower. Together with the leg, which is not shown to be lowered, the verge cutting device can be placed on the ground after the working vehicle 1 has been disconnected.

De maai-inrichting voor een berm omvat vervolgens een twee- 8301415 y -4- J ' * ledige uithouder 8,. met een binnenarm 9 én een buitenarm 10.The verge mowing device then includes a two-piece 8301415 y-4-J '* boom 8. with an inner arm 9 and an outer arm 10.

De binnenarm 9 is om een eerste evenwijdig aan de rijrichting gelegen horizontale draaias 11 direct draaibaar verbonden met de maai- resp. werktuigkant van de hoofddrager 4. De draaias 5 wordt bij het weergegeven voorbeeld gevormd door een horizontale scharnieras 12, die horizontaal uitsteekt vanaf het uiteinde van de hoofddrager 4 naar de van het werkvoertuig 1 afgekeerde zijde. Dienovereenkomstig heeft de uithouder 8 een op een afstand voor de hoofddrager 4 gelegen bewegingsvlak.The inner arm 9 is pivotally connected directly to the mowing and mowing axis about a first horizontal axis of rotation located parallel to the direction of travel. tool side of the main carrier 4. In the example shown, the axis of rotation 5 is formed by a horizontal pivot shaft 12, which projects horizontally from the end of the main carrier 4 to the side remote from the working vehicle 1. Accordingly, the bracket 8 has a plane of movement spaced from the main carrier 4.

10 De binnenam 9 van de uithouder 8 is nabij de eerste draai as 11 voorzien van een nagenoeg met een rechte hoek hierop staand deel en heeft dienovereenkomstig een kort been 13 en een lang been 14, waarbij het onder een hoek staande deel zodanig is uitgevoerd, dat in de werkstand van de bermmaai-inrichting 15 het korte been 13 een vanaf de eerste draaias 11 naar boven toe is gericht.The inner mandrel 9 of the bracket 8 is provided near the first rotary shaft 11 with a part substantially at right angles to it, and accordingly has a short leg 13 and a long leg 14, the angled part being so constructed, that in the working position of the verge mower 15 the short leg 13 is directed upwards from the first rotary axis 11.

Op zijn naar de buitenarm 10 toegekeerde zijde heeft het lange been 14 van de binnenarm 9 een onder een hoek hierop staand eindbeen 15, aan het uiteinde waarvan de buitenarm 10 20 om een tweede evenwijdig aan de eerste draaias 11 lopende draaias 16 is bevestigd. De bevestiging is door middel van van een niet nader weergegeven scharniertap zo uitgevoerd, dat de buitenarm 10 zich uitstrekt in het verlengde van de binnenarm 9, d.w.z. in hetzelfde bewegingsvlak als de binnenarm 9.On its side facing the outer arm 10, the long leg 14 of the inner arm 9 has an angled end leg 15, at the end of which the outer arm 10 is attached about a second pivot axis 16 running parallel to the first pivot axis 11. The fixing is by means of a hinge pin (not shown in more detail) such that the outer arm 10 extends in line with the inner arm 9, i.e. in the same plane of movement as the inner arm 9.

25 De buitenarm 10 heeft zijnerzijds een buitenste deel 17 dat met een naar het maaiwerktuig 19 gerichte knik staat op een binnenste deel 18. De hoek van deze knik is enerzijds zodanig op de hoek tussen het korte been 13 en het lange been 14 en anderzijds van het lange been 14 en het eindbeen 15 afgestemd dat 30 in de ruststand van de uithouder 8, die hierna nog in detail wordt beschreven, het buitenste deel 17 een nagenoeg evenwijdige stand ten opzichte van het lange been 14 inneemt. Bij voorkeur ligt de knikhoek evenals die van de knik tussen het lange been 14 en het eindbeen 15 in een gebied van ongeveer 120 tot 150°.The outer arm 10 has on its one side an outer part 17 which, with a bend directed towards the mowing tool 19, is positioned on an inner part 18. The angle of this bend is on the one hand at the angle between the short leg 13 and the long leg 14 and on the other hand the long leg 14 and the end leg 15 adjusted so that, in the rest position of the arm 8, which will be described in detail below, the outer part 17 occupies a substantially parallel position with respect to the long leg 14. Preferably, the kink angle as well as that of the kink between the long leg 14 and the end leg 15 is in a range of about 120 to 150 °.

35 Aan het buitenste uiteinde van de buitenarm 10 van uithou der 8 is het maaiwerktuig 19 scharnierend bevestigd om een derde draaias 20, waarbij de derde draaias 20 wordt gevormd door 8301415 * -5- een scharniertapas 21, die in dezelfde richting als de schar-nieras 12 horizontaal vanaf het uiteinde van de buitenarm 10 uitsteekt, zodat het maaiwerktuig 19 een stand voor het bewe-gingsvlak van de buitenarm 10 heeft.At the outer end of the outer arm 10 of bracket 8, the mowing tool 19 is hingedly mounted about a third pivot axis 20, the third pivot axis 20 being 8301415 * -5- a pivot pivot 21, which is oriented in the same direction as the hinge. kidney shaft 12 protrudes horizontally from the end of the outer arm 10, so that the mowing tool 19 has a position for the movement plane of the outer arm 10.

5 Voor het bedienen van de binnenarm 9 van de uithouder 8 is een eerste hydraulische cilinder 22 aangebracht die bij 23 ter hoogte van de eerste draaias 11 nabij het van de draaias 11 afgekeerde uiteinde van de hoofddrager 4 scharnierend hieraan is bevestigd en met zijn zuigerstang scharnierend is beves-10 tigd bij 24 waar de binnenarm 9 is geknikt.5 For operating the inner arm 9 of the bracket 8, a first hydraulic cylinder 22 is mounted which is hinged at 23 at the level of the first rotary axis 11 near the end of the main carrier 4 remote from the rotary axis 11 and hinged with its piston rod is mounted at 24 where the inner arm 9 is kinked.

Voor het doen zwenken van de buitenarm 10 is een tweede hydraulische cilinder 25 aangebracht, die enerzijds bij 26 draaibaar aan een steun 27 aan de onderkant van de lange arm 14 aangrijpt en anderzijds bij. 28 scharnierend is bevestigd aan 15 een steun 29 aan de onderkant van de buitenarm 10.A second hydraulic cylinder 25 is provided for pivoting the outer arm 10, which, on the one hand, rotates at 26 on a support 27 at the bottom of the long arm 14 and, on the other hand, at. 28 is hingedly attached to a support 29 at the bottom of the outer arm 10.

Om het maaiwerktuig 19 ten opzichte van de buitenste arm 10 te kunnen draaien is een derde hydraulische cilinder 30 aanwezig, die enerzijds bij 31 in het knikgebied van de buitenarm 10 is bevestigd en anderzijds bij 32 draaibaar met een hefboom 33 20 is verbonden, die loodrecht vanaf het maaiwerktuig 19 omhoog loopt.In order to be able to rotate the mowing tool 19 relative to the outer arm 10, a third hydraulic cylinder 30 is provided, which is mounted on the one hand at 31 in the kink area of the outer arm 10 and on the other hand is rotatably connected to a lever 33 20, which is perpendicularly from the cutting tool 19 upwards.

Fig. 1 toont met getrokken lijnen de bermmaai-inrichting in een werkstand op een maaioppervlak dat evenwijdig loopt met het rijoppervlak. Zoals het met streeplijnen weergegeven detail 25 van het buitenste gedeelte van de uithouder en van het maaiwerktuig toont, kan het maaiwerktuig 19 ook voor bermoppervlakken worden toegepast die zich onder het rijbaanoppervlak voor het werkvoertuig 1 of hierboven kunnen uitstrekken. Vervolgens kunnen dergelijke bermoppervlakken naar of van het werkvoertuig 1 30 zijn gericht.Fig. 1 shows the verge mower in solid working position on a cutting surface parallel to the driving surface. As the dashed detail 25 of the outer part of the boom and of the mowing tool shows, the mowing tool 19 can also be used for roadside surfaces which may extend below the roadway surface in front of the working vehicle 1 or above. Such roadside surfaces can then be directed towards or from the work vehicle 1.

Moet nu de maai-inrichting voor bermen vanuit zijn getrokken lijnen in fig. 1 weergegeven werkstand naar zijn ruststand volgens defig. 2 en 3 worden overgebracht, dan wordt eerst de hydraulische cilinder 22 bekrachtigd, die evenals de hydrauli-35 sche cilinders 25 en 30 tijdens bedrijf drukloos kan zijn geschakeld, wanneer het maaiwerktuig 19 zelf op de bodem rust. Door het bekrachtigen van de eerste hydraulische cilinder 22 8301415 -6- zodat zijn zuigerstang wordt ingetrokken, wordt de binnenarm 9 van de uithouder 8 omhooggedraaid, tot deze binnenarm 9 de in fig. 1 in gestreepte lijnen weergegeven tussenstand bereikt, waarin de aangrijppunten 23, 24 van de hydraulische cilinder 22 5 en de eerste draaias 11 in een gemeenschappelijk vlak liggen en de hydraulische cilinder 22 dienovereenkomstig een dode stand inneemt. In deze tussenstand van de binnenarm 9 hebben, bij de eveneens met streeplijnen weergegeven stand van de buitenarm 10 en van het maaiwerktuig 19, de uithouder 8 en het maaiwerk-10 tuig 19 een gemeenschappelijk zwaartepunt, dat in fig. 1 rechts van de eerste draaias 11 ligt. Wordt nu bij een door een gehandhaafde drukbekrachtiging van de eerste hydraulische cilinder 22 in zijn tussenstand verblijvende binnenarm 9, de buitenarm 10 van de uithouder 8 verder tegen de binnenarm 9 aangeklapt en 15 tegelijkertijd het maaiwerktuig 19 in fig. 1 in de richting van de klok met behulp van de derde hydraulische cilinder 30 in een stand gebracht, waarbij het maaiwerktuig 19 nagenoeg evenwijdig aan het buitenste deel 17 van de buitenarm 10 loopt, dan komen de buitenarm 10 en het maaiwerktuig 19 ten opzichte van de bin-20 nenarm 9 in een stand, die reeds overeenkomt met de ruststand van debuitenarm 10 en van het maaiwerktuig 19. In deze stand van de onderdelen hebben nu de uithouder 8 en het maaiwerktuig 19 een gemeenschappelijk zwaartepunt, dat zich in fig. 1 links van der eerste draaias 11, d.w.z. aan de kant van de trekker be-25 vindt, zodat nu de uithouder 8 en het maaiwerktuig 19 gemeenschappelijk een draaimoment om de eerste draaias 11 veroorzaken, waardoor de onderdelen neigen naar de ruststand te gaan.Now the verge mowing device from its working lines shown in Fig. 1 must be in its rest position according to fig. 2 and 3, the hydraulic cylinder 22 is first energized, which, like the hydraulic cylinders 25 and 30, can be depressurized during operation when the mowing tool 19 itself rests on the ground. By energizing the first hydraulic cylinder 22 8301415 -6- so that its piston rod is retracted, the inner arm 9 of the outrigger 8 is rotated upwards, until this inner arm 9 reaches the intermediate position shown in dashed lines in fig. 1, in which the engagement points 23, 24 of the hydraulic cylinder 22 and the first rotary shaft 11 lie in a common plane and the hydraulic cylinder 22 accordingly assumes a dead position. In this intermediate position of the inner arm 9, in the position of the outer arm 10 and of the mowing tool 19, also shown in broken lines, the jib 8 and the mowing tool 10 have a common center of gravity, which is shown in fig. 1 to the right of the first rotary axis 11. In the case of an inner arm 9 remaining in its intermediate position by a maintained pressure actuation of the first hydraulic cylinder 22, the outer arm 10 of the boom 8 is further folded against the inner arm 9 and at the same time the mowing tool 19 in Fig. 1 is turned clockwise. brought into position with the aid of the third hydraulic cylinder 30, in which the mowing tool 19 runs almost parallel to the outer part 17 of the outer arm 10, the outer arm 10 and the mowing tool 19 come into a position relative to the inner arm 9 position, which already corresponds to the rest position of the outer arm 10 and of the mowing tool 19. In this position of the parts, the jib 8 and the mowing tool 19 now have a common center of gravity, which is located in fig. 1 to the left of the first pivot axis 11, ie on the side of the tractor, so that now the jib 8 and the mowing tool 19 jointly cause a torque about the first rotary shaft 11, so that the parts tend to go to rest.

Wordt, nu de eerste hydraulische cilinder 22 ontlucht, dan . klapt de uit uithouder 8 en maaiwerktuig 19 bestaande eenheid 30 automatisch in de ruststand volgens fig. 2, waarbij in de rijrichting 3 gezien de uithouder 8 en het maaiwerktuig 19 een stand tussen de uiteinden van de hoofddrager 4 van het aanbouw-gestel 2 innemen, waarbij het lange been 14 van de binnenarm 9 een nagenoeg evenwijdig aan de grond lopende stand onder de 35 eerste draaias 11 heeft, de buitenarm 10 maximaal tegen de binnenarm 9 is aangeklapt en zich boven de binnenarm 9 bevindt, en waarbij het maaiwerktuig 19 nagenoeg horizontaal gericht is 8301415 * I c .Now that the first hydraulic cylinder 22 is bled, then. The unit 30 consisting of jib 8 and mowing tool 19 automatically folds into the rest position according to Fig. 2, in view of the jib 8 and the mowing tool 19 taking up a position between the ends of the main carrier 4 of the attachment frame 2 in the direction of travel 3, the long leg 14 of the inner arm 9 having a position substantially parallel to the ground below the first axis of rotation 11, the outer arm 10 being maximally folded against the inner arm 9 and located above the inner arm 9, and the mowing tool 19 being substantially horizontal 8301415 * I c.

+ .X+ .X

-7- met naar de grond wijzende maaiorganen.-7- with cutting units pointing to the ground.

In deze. stand ligt het eindbeen 15 van de binnenarm 9 op een aanslag 34 en alle onderdelen van. de bermmaai-inrichting hebben de neiging ook zonder hydraulische of mechanische ver-5 grendelingen deze ruststand te blijven.In this. position, the end leg 15 of the inner arm 9 rests on a stop 34 and all parts thereof. The verge mowing device tends to remain in this rest position even without hydraulic or mechanical locks.

Teneinde de bermmaai-inrichting vanuit de ruststand in de fig. 2 of 3 in zijn werkstand over te brengen worden door het bedienen van de tweede en van de derde drukcilinder 25 resp. 30 de buitenarm 10 van de uithouder 8 en het maaiwerktuig 19 in 10 hun met de ruststand overeenkomende standen ten opzichte van de binnenarm 9 resp. de buitenarm 10 vastgehouden, waarna dan de eerste hydraulische cilinder 22 die zich in een stand onder het dode punt bevindt, opnieuw bekrachtigt in de zin van het intrekken van zijn zuigerstang. Hierdoor wordt de binnenarm 9 15 tezamen met de buitenarm 10 en het maaiwerktuig 19 weer in de tussenstand teruggevoerd, waarin de uithouder 8 met het maaiwerktuig 19 een gemeenschappelijk zwaartepunt hebben, en door deze onderdelen de neiging hebben weer in een ruststand terug te keren. Bij voortgaande bekrachtiging van de eerste hydrauli-20 sche cilinder 22 voor het handhaven van de tussenstand wordt nu eerst de tweede hydraulische cilinder 25 bekrachtigd in de zin van een uitschuiven van zijn zuigerstang, waardoor de buitenarm 10 in de in fig. 1 met streeplijnen aangegeven stand komt. Hierna kan tevens de derde hydraulische cilinder 30 wor-25 den bekrachtigd, in de zin van het intrekken van zijn zuigerstang teneinde het maaiwerktuig 19 in de eveneens met streeplijnen in fig. 1 weergegeven stand te brengen. In deze stand van de onderdelen ligt het gezamenlijke zwaartepunt van de uithouder 8 en het maaiwerktuig 19 in fig. 1 aanzienlijk rechts van 30 de eerste draaias 11, zodat nu de eerste hydraulische cilinder 22 kan worden ontlucht. Hierdoor klapt de uithouder 8 nu in de richting naar zijn werkstand volgens fig. 1, waarbij door het verder bekrachtigen van de tweede hydraulische cilinder 25 de buitenarm 10 meer of minder ver van de binnenarm 9 kan wor-35 den gestrekt, overeenkomstig de betreffende behoefte. Vervolgens kan daarbij de derde hydraulische cilinder 30 worden ontlucht, zodat het maaiwerktuig 19 door de werking van de zwaarte- 8301415 •t 9 -8- kracht weer een evenwijdig met de grond gerichte stand inneemt.In order to transfer the verge mower from the rest position in Figs. 2 or 3 to its working position, the second and third printing cylinders 25 and 10 respectively are operated. 30 the outer arm 10 of the boom 8 and the mowing tool 19 in 10 their positions corresponding to the rest position relative to the inner arm 9 and 10 respectively. held the outer arm 10, after which the first hydraulic cylinder 22, which is in a position below the dead center, is again actuated in the sense of retracting its piston rod. As a result, the inner arm 9, together with the outer arm 10 and the mowing tool 19, is returned to the intermediate position, in which the arm 8 with the mowing tool 19 has a common center of gravity, and these parts tend to return to a rest position. With continued activation of the first hydraulic cylinder 22 to maintain the intermediate position, the second hydraulic cylinder 25 is now first energized in the sense of an extension of its piston rod, so that the outer arm 10 is indicated in dashed lines in FIG. 1. position. After this, the third hydraulic cylinder 30 can also be actuated, in the sense of retracting its piston rod in order to bring the mowing tool 19 into the position also shown by dashed lines in Fig. 1. In this position of the parts, the joint center of gravity of the jib 8 and the mowing tool 19 in Fig. 1 lies considerably to the right of the first rotary shaft 11, so that the first hydraulic cylinder 22 can now be bled. As a result, the boom 8 now folds in the direction to its working position according to Fig. 1, whereby the outer arm 10 can be extended more or less far from the inner arm 9, by further energizing the second hydraulic cylinder 25, according to the respective need. . The third hydraulic cylinder 30 can then be bled, so that the mowing tool 19 returns to a position parallel to the ground by the action of the gravitational force.

De weergegeven hoekige vorm van de binnenarm 9 verschaft in de ruststand een lage stand van de binnenarm 9 en een. overeenkomstig lage stand van de bermmaai-inrichting in zijn tota-5 liteit, terwijl de knik anderzijds in de werkstand voor de uithouder 9 een relatief grote vrije.ruimte tot de grond geeft, zodat ook deze over troittoirbanden of dergelijke delen zoals heggen kan grijpen. De lengte van het korte been 13 van de binnenarm 9 is zodanig bemeten, dat het lange been 14 in de rust-10 stand voor hetftransportrijden nog op voldoende afstand boven het rijoppervlak. ligt. Door de hoek. van het eindbeen 15 enerzijds en van het buitendeel 17 van de buitenarm 10 anderzijds behoudt het buitendeel 17 in de ruststand een stand die ongeveer evenwijdig is aan het lange been 14 van de binnenarm 9, 15 echter op een afstand., die ongeveer overeenkomt met de hoogte van het maaiwerktuig 19.The shown angular shape of the inner arm 9 in the rest position provides a low position of the inner arm 9 and a. correspondingly low position of the verge mower in its entirety, while the kink, on the other hand, in the working position for the boom 9 gives a relatively large free space to the ground, so that it can also grip over curb belts or similar parts such as hedges. The length of the short leg 13 of the inner arm 9 is dimensioned such that the long leg 14 in the rest position for transport driving is still at a sufficient distance above the driving surface. lies. Through the corner. of the end leg 15 on the one hand and of the outer part 17 of the outer arm 10 on the other hand, the outer part 17 in the rest position maintains a position which is approximately parallel to the long leg 14 of the inner arm 9, 15 at a distance, which approximately corresponds to the cutting tool height 19.

Zoals blijkt uit fig. 3, is de hoofddrager 4 met het aan de trekker bevestigde aansluitdeel 6 bovendien via de scharnier-verbinding met verticale as 5 verbonden met een vierde drukci-20 linder 35, die werkzaam is als overbelastingsbeveiliging en die · bij normale werkomstandigheden de hoofddrager 4 in zijn in fig.3 weergegeven stand houdt. Werken tijdens het bedrijf echter weerstanden op de bermmaai-inrichting, die in fig. 3 door pijl 36 zijn aangegeven, dan kan de hoofddrager 4 tezamen met de bermmaai-inrichting in de richting van de pijl 37 om verticale as 5 25 zwenken, teneinde beschadiging van de inrichting te vermijden. Zodra de weerstand wegvalt, kan de hoofddrager 4 tezamen met de overige onderdelen van de bermmaai-inrichting via de vierde hydraulische cilinder 35 weer in zijn in fig. 3 weergegeven stand ten opzichte van het aansluitdeel 5 van het aanbouwgestel 30 2 worden teruggebracht.As can be seen from Fig. 3, the main carrier 4 with the connecting part 6 attached to the tractor is additionally connected via the hinge connection with vertical shaft 5 to a fourth pressure cylinder 35, which acts as an overload protection and which under normal operating conditions maintains the main carrier 4 in its position shown in FIG. However, if resistances act on the verge mowing device during operation, which are indicated by arrow 36 in Fig. 3, the main carrier 4 can pivot together with the verge cutting device in the direction of the arrow 37 about vertical axis 5, in order to damage it. of the establishment. As soon as the resistance disappears, the main carrier 4, together with the other parts of the verge mowing device, can be returned via the fourth hydraulic cylinder 35 to its position shown in fig. 3 with respect to the connecting part 5 of the extension frame 2.

De vierde hydraulische cilinder 35 is bij voorkeur zodanig verbonden met de eerste hydraulische cilinder 22 dat bij een door de weerstand veroorzaakt draaien van hoofddrager 4 om de verticale as 5 en. een daarmee voortgaand uitschuiven van de zui-35 gerstang van de vierde hydraulische cilinder 35, de eerste hydraulische cilinder 22 zo wordt bekrachtigd dat deze omhoog 8301415 -9- draait.The fourth hydraulic cylinder 35 is preferably connected to the first hydraulic cylinder 22 in such a manner that the main carrier 4 rotates about the vertical axis 5 when the resistance is caused by rotation. a consequent extension of the piston rod of the fourth hydraulic cylinder 35, the first hydraulic cylinder 22 is actuated to rotate up 8301415-9.

Zoals nader blijkt uit fig. 4, is de eerste hydraulische cilinder 22 uitgevoerd als een tweezijdig bekrachtbare cilinder, en de^ bekrachtiging kan door middel van een eerste stuurinrich-5 ting 38 naar keuze worden omgeschakeld, en kan aan beide kanten worden ontlucht en ook hydraulisch worden vergrendeld.As will be further shown in Fig. 4, the first hydraulic cylinder 22 is designed as a two-sided actuator, and the actuation can be optionally switched by means of a first control device 38, and can be vented on both sides and also be locked hydraulically.

De tweede hydraulische cilinder 25 is zijnerzijds uitgevoerd als een dubbelzijdig bekrachtigbare cilinder en de bekrachtiging kan door middel van een tweede stuurinrichting 39 10 naar keuze worden omgeschakeld, en kan aan beide zijden worden ontlucht of eventueel hydraulisch worden vergrendeld.The second hydraulic cylinder 25 is designed as a cylinder which can be actuated on both sides and the actuation can optionally be switched by means of a second control device 39, and can be vented on both sides or optionally locked hydraulically.

De derde hydraulische cilinder 30 is uitgevoerd als een eenzijdig bekrachtigbare cilinder en door middel van een derde stuurinrichting 40 tussen bekrachtiging en ontluchting worden 15 omgeschakeld, bovendien indien gewenst ook worden omgezet in een hydraulische vergrendelstand.The third hydraulic cylinder 30 is designed as a cylinder that can be actuated on one side and can be switched between actuation and bleed by means of a third control device 40, moreover, if desired, can also be converted into a hydraulic locking position.

De vierde hydraulische cilinder 35 is via een vierde stuurinrichting 41 verbonden met de eerste hydraulische cilinder 22 en wel zodanig dat de drukkant 42 van de vierde hydraulische 20 cilinder 35 in verbinding staat met de drukkant 43 van de eerste hydraulische cilinder 22, waarbij de eerste hydraulische cilinder 22 wordt bekrachtigd in de zin van een inschuiven van zijn zuigerstang, d.w.z. het omhoogdraaien van de binnenarm 9 van de uithouder 8, Deze vierde stuurinrichting 41 omvat een regel-. 25 ventiel 44, een overdrukventiel 45 en een terugslagventiel 46, die steeds in evenwijdig aan elkaar lopende vertakkingsleidin-gen van de verbindingsleiding tussen de hydraulische cilinders 35 en 22 zijn aangebracht.The fourth hydraulic cylinder 35 is connected via a fourth control device 41 to the first hydraulic cylinder 22, such that the pressure side 42 of the fourth hydraulic cylinder 35 is in communication with the pressure side 43 of the first hydraulic cylinder 22, the first hydraulic cylinder cylinder 22 is actuated in the sense of retracting its piston rod, ie pivoting up the inner arm 9 of the boom 8. This fourth control device 41 comprises a control. Valve 44, a pressure relief valve 45 and a non-return valve 46, which are always arranged in parallel branching lines of the connecting line between the hydraulic cylinders 35 and 22.

Tenslotte kan nog een volgende hydraulische cilinder 47 30 in de vorm van een tweezijdig bekrachtigbare cilinder zijn aangebracht en door middel van een volgende stuurinrichting 48 worden bekrachtigd, om de hoogte van het steunwiel 7 ten opzichte van de hoofddrager 4 te kunnen veranderen.Finally, a further hydraulic cylinder 47 can be provided in the form of a cylinder which can be actuated on both sides and can be actuated by means of a further steering device 48, in order to be able to change the height of the support wheel 7 relative to the main carrier 4.

In plaats van de in fig. 4 weergegeven afzonderlijke stuur-35 inrichtingen kan ook een centrale stuurinrichting zijn aangebracht, die automatisch via een programma de stuurvolgorde voor de eerste, tweede en derde hydraulische cilinders 22, 25, 30 8301415 -10- bes tuurt, in het bijzonder de bewegingsvolgorde bij het indraaien van de onderdelen in de ruststand en bij het uitzwenken van de onderdelen in een werkstand.Instead of the separate steering devices shown in Fig. 4, a central steering device can also be provided, which automatically controls the steering sequence for the first, second and third hydraulic cylinders 22, 25, 8301415-10 through a program, in particular the sequence of movement when the parts are rotated in the rest position and when the parts are swung out into a working position.

83014158301415

Claims (15)

1. Bermmaai-inrichting, bestaand uit een met een landbouwtrekker of dergelijk werkvaertuig aan de voorkant of achterkant te verbinden aanbouwgestel, dat een hoofddrager omvat, die om een verticale as draaibaar met een vast aan de trekker beves-5 tigd aansluitdeel van het aanbouwgestel is verbonden en via een steunwiel op de grond rust, een aan de hoofddrager van het aanbouwgestel bevestigde om een eerste horizontale evenwijdig aan de rijrichting lopende draaias zwenkbare uithouder, die een om de eerste draaias door middel van een eerste hydraulische cilin-10 der zwenkbare binnenarm en een buitenarm omvat, die zwenkbaar is verbonden met' de binnenarm om een evenwijdig aan de eerste draaias lopende tweede draaias door middel van een tweede hydraulische cilinder, en een scharnierend met het vrije uiteinde terste raaias lopen- 15 de derde draaias verbonden en door middel van een derde drukcl-linder zwenkbaar maakwerktuig met het kenmerk dat de eerste draaias (11) direct is aangebracht aan het naar de inrichting toe gelegen einde van de dwars op de rijrichting (3) staande hoofddrager (4) van het aanbouwgestel (2), de binnen-20 arm (9) van de uithouder (8) L-vormig is uitgevoerd en de eerste drukcilinder (22) enerzijds ongeveer ter hoogte van de eerste draaias (11) scharnierend is verbonden met dehoofddrager (4) van het gestel (2) en anderzijds nagenoeg ter hoogte van de hoek aan de binnenarm (9), en dat de uithouder (8) en het maaiwerk-25 tuig (19) in een ruststand in de rijrichting (3) gezien tussen de uiteinden van de hoofddrager (4) van het aanbouwgestel (2) kunnen worden gezwenkt, waarbij het lange been (14) van de binnenarm (9) een ongeveer evenwijdig aan de grond gelegen stand onder de eerste draaias (11) inneemt, de buitenarm (10) een te-30 gen de binnenarm (9) aangeklapte stand hierboven inneemt en het maaiwerktuig (19) een nagenoeg horizontale stand inneemt met naar de grond gerichte maaiorganen.1. Verge mowing device, consisting of an attachment frame to be connected to an agricultural tractor or similar work vehicle at the front or rear, which comprises a main carrier, which is rotatable about a vertical axis with a connecting part of the attachment frame fixed to the tractor. connected and resting on the ground via a support wheel, a cantilever pivot mounted on the main carrier of the attachment frame about a first horizontal axis of rotation running parallel to the direction of travel, and which pivots about the first axis of rotation by means of a first hydraulic cylinder of the inner arm and an outer arm pivotally connected to the inner arm about a second pivot axis running parallel to the first pivot axis by means of a second hydraulic cylinder, and a third pivot axis pivotally connected to the free end pivot axis and connected by means of a third pressure cylinder pivoting tool, characterized in that the first axis of rotation (11) is arranged directly on the n the end of the main frame (4) of the extension frame (2), which is transverse to the direction of travel (3), which is located towards the device, the inner arm (9) of the bracket (8) is L-shaped and the first pressure cylinder (22) is hinged to the main support (4) of the frame (2) approximately at the level of the first pivot axis (11) and, on the other hand, substantially at the angle of the inner arm (9), and that the bracket ( 8) and the mower rig (19) can be pivoted in a rest position in the direction of travel (3) between the ends of the main carrier (4) of the attachment (2), with the long leg (14) of the inner arm (9) occupies a position approximately parallel to the ground below the first pivot axis (11), the outer arm (10) occupies a position collapsed against the inner arm (9) above, and the cutting tool (19) occupies a substantially horizontal position with ground-facing cutting units. 2. Inrichting volgens conclusie 1 met het kenmerk dat het korte been (13) van de binnenarm (9) van de uithouder 35 (8) met het lange been (14) een ongeveer 90° bedragende hoek insluit. 8301415 -12-Device according to claim 1, characterized in that the short leg (13) of the inner arm (9) of the boom 35 (8) encloses an angle of approximately 90 ° with the long leg (14). 8301415 -12- 3. Inrichting volgens conclusie lo£2 met het ken-m e.r k dat het lange been (14) van de binnenarm (9) op zijn naar de buitenarm (10) toegekeerde zijde in de ruststand van de uithouder (8) een naar boven toe gericht, schuin eindbeen 5 (15) heeft.Device as claimed in claim 10b 2, characterized in that the long leg (14) of the inner arm (9) is upwards on its side facing the outer arm (10) in the rest position of the boom (8) facing, oblique end leg 5 (15). 4. Inrichting volgens conclusie 3 met het kenmerk dat het lange been. (14) van de binnenarm (9) van de uithouder (8) met het eindbeen (15) een hoek van ongeveer 120 tot 150° insluit.Device according to claim 3, characterized in that the long leg. (14) of the inner arm (9) of the bracket (8) with the end leg (15) enclosing an angle of about 120 to 150 °. 5. Inrichting volgens één of meer der conclusies 1 tot 4 met het kenmerk dat de buitenarm (10) van de uithouder (8) een schuin naar het maaiwerktuig (19) toe lopend buitendeel (17) heeft.Device according to one or more of claims 1 to 4, characterized in that the outer arm (10) of the boom (8) has an outer part (17) running at an angle to the mowing tool (19). 6. Inrichting volgens conclusie 5 met het kenmerk 15 dat de hoek tussen het binnenste deel (18) en hetSbuitenste deel (17) van de buitenarm (10) zodanig is dat het buitenste deel een in de ruststand van de uithouder (8) ongeveer evenwijdig met^ de bodem lopende stand heeft op een afstand boven het lange been (14) van de binnenarm (9), welke afstand ongeveer overeen-20 komt met de hoogte van het maaiwerktuig (19).Device according to claim 5, characterized in that the angle between the inner part (18) and the outer part (17) of the outer arm (10) is such that the outer part is approximately parallel in the rest position of the bracket (8) with the bottom running position at a distance above the long leg (14) of the inner arm (9), which distance corresponds approximately to the height of the mowing tool (19). 7. Inrichting volgens één of meer der conclusies 1 tot 6 met het kenmerk dat de eerste hydraulische cilinder (22) in een dode stand van zijn aangrijppunten (23) , (24) aan de hoofddrager (4) van het aanbouwgestel (2) en aan de bin- 25 nenarm (9) van de uithouder (8) ten opzichte van de eerste draai-as (11) aan de binnenarm een nagenoeg verticaal naar boven gerichte tussenstand geeft.Device according to one or more of claims 1 to 6, characterized in that the first hydraulic cylinder (22) is in a dead position of its points of engagement (23), (24) on the main carrier (4) of the attachment frame (2) and on the inner arm (9) of the bracket (8) relative to the first rotary axis (11) gives the inner arm an almost vertically upwardly directed intermediate position. 8. Inrichting volgens conclusie 7 met het kenmerk dat in de tussenstand van de binnenarm (9) het gemeenschappe- 30 lijke zwaartepunt, van de uithouder (8) en het maaiwerktuig (19) bij een steeds ten opzichte van de ruststand van alle onderdelen onveranderlijke stand van de buitenarm (10) ten opzichte van de binnenarm en van het maaiwerktuig ten opzichte van de buitenarm ten opzichte van de eerste draaias (11) aan de kant 35 van de trekker ligt.Device according to claim 7, characterized in that in the intermediate position of the inner arm (9) the common center of gravity, of the boom (8) and the mowing tool (19), is always unchangeable with respect to the rest position of all parts position of the outer arm (10) with respect to the inner arm and of the mowing tool with respect to the outer arm with respect to the first rotary axis (11) on the side of the tractor. 9. Inrichting volgens conclusie 7met het kenmerk dat de eerste hydraulische cilinder (22) is uitgevoerd als een 8301415 ^ /* -13- op zich .bekende dubbelzijdige bekrachtigbare cilinder en de bekrachtiging door middel van een eerste stuurinrichting (38) naar keuze kan worden omgeschakeld, en aan beide kanten kan worden ontlucht of hydraulisch worden vergrendeld.Device according to claim 7, characterized in that the first hydraulic cylinder (22) is designed as a double-sided actuable cylinder which is known per se and the actuation can be selected by means of a first steering device (38). switched over, and can be vented or hydraulically locked on both sides. 10. Inrichting volgens één of meer der conclusies 1-9 met het kenmerk dat de tweede hydraulische cilinder (25) is uitgevoerd als een op zich bekende dubbelzijdige bekrachtigbare cilinder en de bekrachtiging door middel van een tweede stuurinrichting (39) naar keuze kan worden omgeschakeld, en 10 aan beide zijden kan worden ontlucht of hydraulisch worden vergrendeld .Device according to one or more of Claims 1 to 9, characterized in that the second hydraulic cylinder (25) is designed as a cylinder known per se which can be actuated per se and the actuation can be switched optionally by means of a second control device (39). , and 10 can be vented or hydraulically locked on both sides. 11. Inrichting volgens één of meer der conclusies 1-10 met het kenmerk dat de derde hydraulische cilinder (30) is uitgevoerd als een op zich bekende eenzijdig bekrachtigbare 15 cilinder en door middel van een derde stuurinrichting (40) tussen de bekrachtiging en ontluchting kan worden omgeschakeld.11. Device according to one or more of claims 1-10, characterized in that the third hydraulic cylinder (30) is designed as a cylinder, known per se, which can be actuated on one side and can be actuated between the actuation and ventilation by means of a third control device (40). be switched. 12. Inrichting volgens één of meer der conclusies 1-11 .met het kenmerk dat tussen de hoofddrager (4) en het aan-sluitdeel (6) van het aanbouwgestel (2) een eenzijdig bekrach- 20 tigbare vierde hydraulische cilinder (35) is aangebracht als overbelastingsbeveiliging.12. Device as claimed in one or more of the claims 1-11, characterized in that between the main carrier (4) and the connecting part (6) of the extension frame (2) there is a one-sided actuable fourth hydraulic cylinder (35). applied as overload protection. 13. Inrichting volgens conclusie 12 met het kenmerk dat de drukzijde (42) van de vierde hydraulische cilinder (35) via een vierde stuurinrichting (41) is verbonden met de de bin- 25 nenarm (9) van de uithouder (8) in een omhoogdraaiende stand bekrachtigbare drukzijde (43) van de eerste hydraulische cilinder (22) .Device according to claim 12, characterized in that the pressure side (42) of the fourth hydraulic cylinder (35) is connected via a fourth control device (41) to the inner arm (9) of the boom (8) in a upward position of the actuable pressure side (43) of the first hydraulic cylinder (22). 14. Inrichting volgens conclusie 13 met het kenmerk dat de stuurinrichting (41) in telkens evenwijdige verbindings- terug- 30 leidingen een regelventiel (44), een/slagventiel (46) en een overbelastingsventiel (45) omvat.Device according to claim 13, characterized in that the control device (41) comprises in each parallel connection return lines a control valve (44), a / stroke valve (46) and an overload valve (45). 15. Inrichting volgens één of meer der conclusies 1-14 gekenmerkt door een centrale stuurinrichting voor een automatische programmering van de stuurvolgorde voor de eerste, 35 tweede en derde hydraulische cilinders (22, 25, 30). 8301415Device according to one or more of claims 1 to 14, characterized by a central control device for automatic programming of the control sequence for the first, second and third hydraulic cylinders (22, 25, 30). 8301415
NL8301415A 1982-05-17 1983-04-22 Mowing device, especially for roadsides. NL191008C (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE3218525 1982-05-17
DE19823218525 DE3218525C2 (en) 1982-05-17 1982-05-17 Embankment mower

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8301415A true NL8301415A (en) 1983-12-16
NL191008B NL191008B (en) 1994-07-18
NL191008C NL191008C (en) 1994-12-16

Family

ID=6163828

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8301415A NL191008C (en) 1982-05-17 1983-04-22 Mowing device, especially for roadsides.

Country Status (3)

Country Link
DE (1) DE3218525C2 (en)
DK (1) DK154675C (en)
NL (1) NL191008C (en)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3419112A1 (en) * 1984-05-23 1986-05-15 Maschinenfabrik Bermatingen GmbH & Co, 7775 Bermatingen DEVICE FOR LATERALLY EXTENSIVE MOUNTING OF A WORK TOOL ON A VEHICLE
DE4139661C1 (en) * 1991-12-02 1993-02-25 Werner Wisser Landschaftspflege, 7834 Herbolzheim, De
DE4408750C1 (en) * 1994-03-15 1995-02-16 Schmidt Holding Europ Gmbh Mowing appliance mountable on the rear of a carrier vehicle
DE19501903C1 (en) * 1995-01-23 1996-07-25 Mulag Fahrzeug Woessner Mobile boom implement for maintenance work in the street area
FR2793647B1 (en) * 1999-05-20 2001-07-27 Kuhn Audureau Sa MOWING MACHINE WITH A HYDRAULICALLY MOVABLE TOOL ARM
FR2843680B1 (en) * 2002-08-23 2004-10-29 Rousseau Sa DEVICE FOR HYDRAULICALLY RECALLING THE GRINDING GROUP OF A BRUSHCUTTER
DK1762132T3 (en) * 2005-04-22 2009-02-23 Duecker Gerhard Gmbh & Co Kg Mowing and / or cutting apparatus
EP1716735B1 (en) * 2005-04-25 2014-11-19 MULAG Fahrzeugwerk Heinz Wössner GmbH & Co. KG Method and device for adjusting height
CN112930837B (en) * 2021-01-25 2022-03-25 江苏古淮河生态农业发展有限公司 Trimming means suitable for river levee lawn arrangement

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2413581A1 (en) * 1974-03-21 1975-10-02 Mulag Fahrzeug Woessner Mobile stamper mower for banking - has mowing mechanism housing supported by collapsible and extensible boom arms

Also Published As

Publication number Publication date
DE3218525C2 (en) 1986-01-16
DK210683D0 (en) 1983-05-11
DK154675C (en) 1989-05-08
NL191008C (en) 1994-12-16
NL191008B (en) 1994-07-18
DK154675B (en) 1988-12-12
DE3218525A1 (en) 1983-11-17
DK210683A (en) 1983-11-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4320805A (en) Wing fold implement and folding sequence control therefor
US5178328A (en) Folding boom for agricultural sprayers
AU2006208796B2 (en) Lawn mower provided with an improved folding and unfolding device
US4171726A (en) Multi-section folding tool bar for agricultural implements
NL8301415A (en) CUTTING DEVICE FOR A BERM.
US4207950A (en) Agricultural row marker
US6126227A (en) Covering structure of the driving place of operative machines
US3269567A (en) Vehicle loaders and reinforcing mechanism for vehicle bed plates
NL1032946C2 (en) Processing device.
US6865873B2 (en) Pull type V-shaped hay rake
US5595225A (en) Mechanism for rotating a tree-felling implement and tree-felling implement therewith
US2538505A (en) Power-operated shovel
US3722724A (en) Load carrying device with improved position control
EP3097771B1 (en) Forestry machine
US2671570A (en) Buck rake and stacking device
US5918451A (en) Dual lifting system for rotary hay raking machine
NL2017043B1 (en) An agricultural machine and a method for processing crop
NL1011989C2 (en) Hay construction machine.
NL8403920A (en) REVERSE MECHANISM FOR A TEAM.
JPH07509682A (en) Outer boom crane
NL2009889C2 (en) AGRICULTURAL ESTABLISHMENT, AND METHOD FOR PROCESSING CROP.
GB2104867A (en) Crane
KR102472819B1 (en) Automatic folding apparatus of the harrow for tractor
JP2002205898A (en) Boom structure for high-lift work device
NL8301282A (en) REVERSIBLE TEAM.

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 19971101