NL8202187A

NL8202187A - MAGNETIC DISK CASSETTE WITH REGISTRATION TRACK INDICATORS.

Info

Publication number: NL8202187A
Application number: NL8202187A
Authority: NL
Original assignee: Sony Corp
Priority date: 1981-06-05
Filing date: 1982-05-28
Publication date: 1983-01-03
Also published as: AT377632B; KR880003092Y1; IL66012A; FR2507370B1; SU1095886A3; PL236782A1; ES272883U; MX151677A; IT8221718A0; FI821933A0; ATA218182A; ZA823937B; IL66012A0; DE3221217A1; IT8222081V0; BE893410A; PT75019A; LU84181A1; NZ200806A; JPS57195686U

Description

ιρί*' '1 ' 'f'iifpr· . μ T/Tj/eh/1424 * ^ιρί * '' 1 '' f'iifpr ·. μ T / Tj / eh / 1424 * ^

Hagneetschijfcassette met registratiespoor-indicatiemiddelen.Magnet disc cassette with recording track indication means.

De uitvinding hee*ft betrekking op -een magneetschij f-cassette en meer in het bijzonder op een dergelijke cassette die gevormd wordt door een huls waarin een roteerbare magneetschi jf is opgenomen·,· waarbij deze cassette gebruikt wordt in 5 een opname/weergave-inrichting van een electronische camera voor stilstaande beelden en de huls voorzien is van een indicator voor het aangeven van het aantal reeds opgenomen stilstaande "beelden”.The invention relates to a magnetic disc cassette and more particularly to such a cassette which is formed by a sleeve in which a rotatable magnetic disc is incorporated, wherein this cassette is used in a recording / reproducing mode. device of an electronic camera for still images and the sleeve is provided with an indicator for indicating the number of still recorded "images".

Roteerbare magneetschijven zijn in verscheidene 10 soorten inrichtingen gebruikt voor het registreren van informa tie. Bijvoorbeeld bij computersystemen, tekstverwerkende machines en dergelijke zijn magneetschijven bekend als "diskettes" gebruikt voor het registreren van informatiesignalen. Deze diskettes zijn opgenomen in een huls die dient om de magne-15 tische informatieregistratie-oppervlakken van de magneet- schijf te beschermen en bovendien ora te voorkomen dat de mag-;neetschijf wordt gevouwen, gekreukeld of op andere wijze ernstig wordt beschadigd. Een dergelijke beschermende huls is voorzien van een venster waardoorheen een of meer magneetkop-20 pen kunnen worden gestoken voor het magnetisch in contact komen met het magnetische oppervlak van de schijf teneinde daarop signalen op te nemen of daarvan weer te geven. Deze informatiesignalen worden in een aantal cirkelvormige registratiesporen geregistreerd.Rotatable magnetic disks have been used in various types of devices to record information. For example, in computer systems, word processing machines, and the like, magnetic disks known as "floppy disks" have been used to record information signals. These floppy disks are contained in a sleeve that serves to protect the magnetic information recording surfaces of the magnetic disk and, in addition, to prevent the magnetic disk from being folded, wrinkled or otherwise seriously damaged. Such a protective sleeve is provided with a window through which one or more magnetic heads can be inserted to magnetically contact the magnetic surface of the disc to receive or display signals thereon. These information signals are recorded in a number of circular recording tracks.

25 In een magneetschijf van het hierboven genoemde type is geen indicatie op de huls of de de schijf opnemende inrichting aanwezig voor het aan de gebruiker aangeven van het aantal spo- 8202187 - 2 - * * \ ren waarop reeds informatiesignalen zijn opgenomen. Deze infor-matie wordt door de registratie-inrichting gegenereerd welke . inrichting bij kan houden welke sporen reeds gebruikt zijn en; welke sporen nog voor.registratie beschikbaar zijn. Bij de 5 meeste informatieregistratiesystemen is deze inforraatie betref-fende het aantal gebruikte sporen voor de gebruiker niet beschikbaar zodat hij niet op de hoogte is van de reeds ge-! bruikte of nog beschikbare registratiecapaciteit.In a magnetic disc of the above-mentioned type, there is no indication on the sleeve or the disc-recording device for indicating to the user the number of tracks on which information signals have already been recorded. This information is generated by the recording device. can keep track of which tracks have already been used and; which tracks are still available for registration. In most information recording systems, this information regarding the number of tracks used is not available to the user, so that he is not aware of the data already recorded! used or available recording capacity.

Het is derhalve een doel van de onderhavige uit-. 10 vinding een magneetschijfcassette te verschaffen met een in- . dicator daarop die direct aan een gebruiker de registratiecapaciteit van de magneetschijf die gebruikt is en/o'f die beschikbaar blijft voor verdere registratie, aangeeft.It is therefore an object of the present invention. 10 provide a magnetic disk cartridge with an insert. indicator thereon which directly indicates to a user the recording capacity of the magnetic disk which has been used and / or which remains available for further recording.

Een ander doel van de uitvinding is het verschaffen 15 van een magneetschijfcassette met een huls waarop de eerder genoemde indicator is aangebracht.Another object of the invention is to provide a magnetic disk cartridge with a sleeve on which the aforementioned indicator is mounted.

Weer een ander doel van de uitvinding is het verschaffen van een magneetschijfcassette met een huls die een indicator omvat welke indicator aan een gebruiker direct het 20 aantal sporen op de magneetschijf aangeeft waarop reeds signa-len zijn opgenomen.Yet another object of the invention is to provide a magnetic disk cartridge with a sleeve which includes an indicator which indicator directly indicates to a user the number of tracks on the magnetic disk on which signals have already been recorded.

Een extra doel van de uitvinding is het verschaffen van een magneetschijfcassette met een huls die een indicator omvat welke een relatief eenvoudige constructie heeft, 25 eenvoudig kan worden vervaardigd en op een eenvoudige manier werkt voor het aan een gebruiker tonen van het aantal sporen op de magneetschijf waar informatiesignalen op zijn opgenomen.An additional object of the invention is to provide a magnetic disk cartridge with a sleeve comprising an indicator which has a relatively simple construction, is easy to manufacture and operates in a simple manner for showing the number of tracks on the magnetic disk to a user where information signals are recorded.

Hiertoe verschaft de uitvinding een schijfcassette voor het daarin opnemen van een magneetschijf, welke schijf 30 van het type is dat een naaf omvat die een roteerbare aan-drijfas op kan nemen en daardoor de magneetschijf kan roteren zodat informatiesignalen in afzonderlijke cirkelvormige sporen opgenomen kunnen worden. De cassette wordt gevormd door een huls die de magneetschijf omgeeft en beschermt en welke 35 een opening omvat waardoorheen de eerder genoemde aandrijfas 82 0 2 1 8 7 ‘ i * · - 3 - s kan steken teneinde door de naaf van de magneetschijf opgenomen te worden. De huls is ook voorzien van een indicator die een directe indicatie geeft van het aantal sporen waarop reeds signalen zijn opgenomen. De indicatof verschaft dus een indi- - rj.To this end, the invention provides a disc cartridge for receiving a magnetic disc therein, which disc is of the type comprising a hub which can receive a rotatable drive shaft and thereby rotate the magnetic disc so that information signals can be recorded in separate circular tracks. The cassette is formed by a sleeve which surrounds and protects the magnetic disk and which comprises an opening through which the aforementioned drive shaft 82 0 2 1 8 7 '- 3 - s can protrude in order to be received by the hub of the magnetic disk. . The sleeve also features an indicator that provides a direct indication of the number of tracks on which signals have already been recorded. Thus, the indicator provides an ind.

5 catie van de registratiecapaciteitivan de schijf die gebruikt is of, anderzijds, die voor verdereregistratie beschikbaar is.5 recording capacity of the disk used or, on the other hand, available for further recording.

Volgens een aspect van de uitvinding bestaat de in-formatie-f-indicator uit een aanwijsinrichting en een schaal, welke schaal voorzien is van merktekens die het aantal sporen 10 van de magneetschijf aangeven. De aanwijsinrichting en de schaal zijn ten opzichte van elkaar beweegbaar; en de aanwijsinrichting omvat een wijzerdie successieve spoornummermerktekens op de schaal aan kan wijzen.According to an aspect of the invention, the information f-indicator consists of an indicating device and a scale, which scale is provided with markings indicating the number of tracks 10 of the magnetic disk. The indicating device and the scale are movable relative to each other; and the indicating device comprises a pointer which can indicate successive track number markings on the scale.

In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvin-15 ding is de aanwijsinrichting roteerbaar en omvat .deze een hit-sparing voor het opnemen van een bij de opneem- en/of -weer-geefinrichting waarin de magneetschijfcassette wordt gebruikt behorende aandrijfpen. Deze uitsparing dient niet alleen voor het roteren van de aanwijsinrichting wanneer de aandrijfpen 20 roteert maar dient bovendien als de eerder genoemde wijzer.In one embodiment of the present invention, the pointing device is rotatable and includes a hit recess for receiving a drive pin associated with the recording and / or reproducing device in which the magnetic disk cartridge is used. This recess not only serves to rotate the pointing device when the drive pin 20 rotates, but also serves as the aforementioned pointer.

In een speciale uitvoeringsvorm van de uitvinding is de aanwijsinrichting mechanisch gekoppeld met een tandwiel-orgaan en. kan tussen naast elkaar liggende tanden van het tand-wielorgaan een blokkeringsinrichting worden gestoken voor het 25 tijdelijk blokkeren van de aanwijsinrichting in een bepaalde dan heersende bookstand. De aanwijsinrichting wordt vrijge-laten wanneer deze roteerbaar wordt aangedreven zodat opeen-volgende tanden van het tandwielorgaan het blokkeringsorgaan kunnen passeren. Bij voorkeur heeft het losneembare blokke-30 ringsorgaan de vorm van een veerkrachtige pal die aan een bin-nenoppervlak van de huls is bevestigd.In a special embodiment of the invention, the indicating device is mechanically coupled to a gear member and. a blocking device can be inserted between adjacent teeth of the gear-wheel member for temporarily blocking the indicating device in a particular then prevailing book position. The indicating device is released when it is rotatably driven so that successive teeth of the gear member can pass the blocking member. Preferably, the releasable blocking member is in the form of a resilient detent attached to an inner surface of the sleeve.

Verscheidene andere doeleinden, kenmerken en voor-( '.delen van de onderhavige uitvinding zullen blijken uit de volgende gedetailleerde beschrijving aan de hand van de bij-35 gevoegde tekeningen.Various other objects, features and advantages of the present invention will become apparent from the following detailed description, with reference to the accompanying drawings.

, 8202187 - 4 -, 8202187 - 4 -

Fig. 1 is een gedeeltelijk weggebroken bovenaan-: zicht van de een buigzame magneetschijf bevattende huls of cassette, fig. 2 is een bovenaanzicht van de in fig. 1 ge-5 toonde huls of cassette, gezien van de andere zijde daarvan, fig. 3 is een vergrote doorsnede volgens de lijn 3-3' in fig. 1, fig. 4 is een vergroot gedeeltelijk bovenaanzicht van de huls waarbij de bovenwand is verwerkt, 10 fig. 5 is een vergrote doorsnede volgens de lijn 5-5' in fig. 4, fig. 6 is een vergroot gedeeltelijk bovenaanzicht van de huls, waarbij de bovenwand is verwijderd en waarbij een aandrijfpen voor de indicator in een opening daarvoor is 15 gestoken, fig. 7 is een vergrote doorsnede volgens de lijn 7-71 in fig. 6.Fig. 1 is a partially broken away top view of the sleeve or cassette containing a flexible magnetic disk, FIG. 2 is a plan view of the sleeve or cassette shown in FIG. 1, viewed from the other side thereof, FIG. 3 is an enlarged section taken on the line 3-3 'in fig. 1, fig. 4 is an enlarged partial top view of the sleeve with the top wall incorporated, fig. 5 is an enlarged section taken on the line 5-5' in fig. 4, FIG. 6 is an enlarged partial plan view of the sleeve with the top wall removed and a drive pin for the indicator inserted into an opening therefor; FIG. 7 is an enlarged section taken along line 7-71 in FIG. 6.

In de tekeningen, waarin telkens dezelfde verwij-zingscijfers worden gebruikt, en in het bijzonder in fig. 1, 20 2 en 3, wordt een cassette 1 getoond die bedoeld is om met een opneem- en/of -weergeefinrichting voor een buigzame schijf samen te werken vertoont, die een in hoofdzaak plat rechthoekige huls of huis 2 omvat dat van een geschikte kunst-stof gegoten of geperst of dergelijke kan zijn en welke huls 25 tegenover elkaar liggende wanden 2a en 2b heeft waartussen een buigzame schijf 3 van magnetisch materiaal vrij kan roteren.In the drawings, in which the same reference numerals are used in each case, and in particular in Figs. 1, 2 and 3, a cassette 1 is shown which is intended to be combined with a recording and / or reproducing device for a flexible disc which comprises a substantially flat rectangular sleeve or housing 2 which may be molded or pressed from a suitable plastic or the like and which sleeve 25 has opposed walls 2a and 2b between which a flexible disc 3 of magnetic material is exposed can rotate.

De schijf 3 heeft een geschikte kleine diameter, bijvoorbeeld niet meer dan ongeveer 50mm, zodat de huls 2 overeenkomstig klein van afmetingen kan zijn, en bijvoorbeeld 60mm bij 54mm 30 bij 3mm kan meten, zodat deze gemakkelijk gehanteerd, bewaard en bijvoorbeeld per luchtpost verzonden kan worden en zeer gemakkelijk gebruikt kan worden in een compacte opneem- en/of weergeefinrichting die bijvoorbeeld een onderdeel kan zijn van een camera voor stilstaande beelden die wezenlijk groter is 35 dan een conventionele een-ogige kleinbeeldspiegelreflexcamera.The disc 3 has a suitably small diameter, for example no more than about 50mm, so that the sleeve 2 can be correspondingly small in size, and can measure, for example, 60mm by 54mm, 30 by 3mm, so that it can be easily handled, stored and, for example, shipped by airmail and can be used very easily in a compact recording and / or reproducing device which may be, for example, a part of a still image camera that is substantially larger than a conventional one-eyed 35mm single-lens reflex camera.

r* 8202187 4 - 5 - \r * 8202187 4 - 5 - \

De tegenover elkaar liggende wanden 2a en 2b van de huls 2 hebben op een lijn liggende openingen of vensters 4 die zich in de radiale richting van de schijf 3 tenminste tot de ef-fectieve binnenste en buitenste grenzen van de cirkelvormige 5 registratiesporen van een registratie-oppervlak 3a op de schijf uitstrekken. Een schtiif 5 grijpt om de schijf 3 heen en is verschuifbaar langs een randgedeelte van de huls 2 waarbij gedeelten van de schuif 5 tegen het binnenoppervlak van de wanden 2a en 2b zijn aangebracht zodanig, dat deze in-10 richting van de pijl 5a in fig. 1 kunnen verschuiven vanuit de weergegeven gesloten stand tot in een geopende stand waar-in de schuif 5 de vensters 4 vrijlaat. Een trekveer 5b kan met de schuif 5 zijn verbonden om deze in de gesloten stand te dwingen, terwijl zich van de schuif 5 een uitsteeksel 5c 15 uitstrekt waarop een kracht uitgeoefend kan worden door een geschikt in de inrichting die de cassette 1 opneemt aangebracht orgaan, voor het openen van de schuif 5 bij het in de opneera- en/of -weergeefinrichting sfceken van de cassette 1. Wanneer de schuif 5 dus wordt geopend, kunnen een of meer 20 magneetkoppen door Sin van de vensters 4 worden gestoken voor het magnetisch registreren van informatiesignalen, die bijvoorbeeld een stilstaand beeld.weergeven, in een bepaald concentrisch cirkelvormig registratiespoor op het oppervlak 3a (fig. 3) van de schijf.The opposite walls 2a and 2b of the sleeve 2 have aligned openings or windows 4 extending in the radial direction of the disk 3 at least to the effective inner and outer limits of the circular recording tracks of a recording track. extend surface 3a on the disc. A sleeve 5 engages the disk 3 and is slidable along an edge portion of the sleeve 2 with portions of the slide 5 mounted against the inner surface of the walls 2a and 2b such that they point in the direction of the arrow 5a in FIG. 1 can slide from the shown closed position to an open position in which the slide 5 leaves the windows 4 free. A tension spring 5b can be connected to the slide 5 to force it into the closed position, while a projection 5c 15 extends from the slide 5, on which a force can be exerted by a suitable means arranged in the device receiving the cassette 1, for opening the slide 5 when scanning the cassette 1 in the recording and / or reproducing device. Thus, when the slide 5 is opened, one or more 20 magnetic heads can be inserted through Sin of the windows 4 for magnetic recording information signals, for example, displaying a still picture, in a particular concentric circular recording track on the surface 3a (Fig. 3) of the disc.

25 In het midden van de schijf 3 is een naaf 6 aan gebracht die een zich daardoorheen uitstrekkend gat 7 heeft voor het opnemen van een niet getoonde aandrijfas van de op-neem- en/of -weergeefinrichting. Het gat 7 is bij voorkeur niet-cirkelvormig teneinde een paar onderling een hoek staande 30 plaatsbepalingsoppervlakken 8 te bepalen die.de cirkelvormige omtrek van de aandrijfas tangentiaal aan kunnen grijpen voor het ten opzichte van de hartlijn van de aandrijfas centreren van de roterende schijf 3. Een veerkrachtig koordenelement 9 strekt zich over het gat 7 uit aan de zijde daarvan tegenover 35 de plaatsbepalingsoppervlakken 8. Dit koordenelement 9 wordt }"» .....In the center of the disc 3, a hub 6 is provided which has a hole 7 extending therethrough for receiving a drive shaft (not shown) of the recording and / or reproducing device. The hole 7 is preferably non-circular in order to define a pair of mutually angled locating surfaces 8 which can tangentially engage the circular circumference of the drive shaft to center the rotating disk 3 relative to the axis of the drive shaft. A resilient cord element 9 extends across the hole 7 on its side opposite the locating surfaces 8. This cord element 9 is called "...".

8202187 . i ( ·8202187. i (·

VV

- 6 - , gevolgd door een langwerpigegat 10 dat zich langs het element 9 uitstrekt aan de zijde daarvan tegenover het oppervlak 9a dat naar de plaatsbepalingsoppervlakken 8 toegekeerd is. De beschreven naaf 6 kan gemakkelijk gevormd worden van een ge-5 schikt kunststofmateriaal dat verder het veerkrachtige element 9 de gewenste elasticiteit verleent. Het gat 7 is zo gedimen-sioneerd dat, wanneer de aandrijfas daarin wordt gefctoken, het ;veerkrachtige element 9 door de as in de richting weg van de .plaatsbepalingsoppervlakken 8 wordt afgebogen, waardoor een lO.stevig contact van de oppervlakken 8 met de buitenomtrek van de aandrijfas wordt gehandhaafd.- 6 - followed by an elongated hole 10 which extends along the element 9 on its side opposite the surface 9a facing the locating surfaces 8. The described hub 6 can easily be formed from a suitable plastic material which further gives the resilient element 9 the desired elasticity. The hole 7 is dimensioned such that, when the drive shaft is inserted therein, the resilient element 9 is deflected by the shaft toward the locating surfaces 8, thereby ensuring firm contact of the surfaces 8 with the outer periphery of the drive shaft is maintained.

Verder wordt getoond dat de naaf 6 een ringvormig . magnetisch orgaan 11 heeft dat op geschikte wijze aan zijn onderoppervlak is gemonteerd. Een magnetische detectiepen 13 15 die gebruikt wordt bij het detecteren van de rotatiefase of positie van de schijf 3, en een niet-magnetische balanceerpen 14 met tenminste nagenoeg hetzelfde gewicht als de pen 13 zijn' op diametraal tegenover elkaar liggende plaatsen in de naaf 6 ingebed- In een uitvoeringsvorm strekken zich ten-20 minste drie steunen of voeten 16 van het onderoppervlak van de naaf 6 nit op op onderling gelijke hoekafstanden liggende plaatsen die radiaal buitenwaarts liggen ten opzichte van het ringvormige magnetische orgaan H. De bodemoppervlakken 16a van de steunen 16 steken enigsziris van de onderzijde van de 25 naaf 6 uit en bepalen een referentieniveau ten opzichte van het magnetische registratie-oppervlak 3a van de schijf 3.It is further shown that the hub 6 is annular. has magnetic member 11 suitably mounted on its bottom surface. A magnetic sensing pin 13 15 used in detecting the rotational phase or position of the disc 3, and a non-magnetic balancing pin 14 of substantially the same weight as the pin 13 are embedded in diametrically opposed locations in the hub 6 In one embodiment, at least three supports or feet 16 of the bottom surface of the hub 6 nit extend at equidistant angular positions radially outwardly relative to the annular magnetic member H. The bottom surfaces 16a of the supports 16 slightly protrude from the bottom of the hub 6 and determine a reference level relative to the magnetic recording surface 3a of the disc 3.

In een andere uitvoeringsvorm zijn de voeten 16 vervangen door een doorgaande ringvormige rand. De wanden 2a en 2b van de huls 2 hebben centrale openingen 17a en 17b waarin de naaf 30 6 vrij kan roteren.In another embodiment, the feet 16 are replaced by a continuous annular rim. The walls 2a and 2b of the sleeve 2 have central openings 17a and 17b in which the hub 30 can rotate freely.

Volgens de onderhavige uitvinding is de huls 2 van de cassette 1 voorzien van een indicator 20 die een indicatie kan geven van het gedeelte van de capaciteit van de schijf 3 dat gebruikt is of anderzijds het gedeelte van de capaciteit 35 van de schijf dat voor verdere registratie nog beschikbaar is.According to the present invention, the sleeve 2 of the cassette 1 is provided with an indicator 20 which can indicate the portion of the capacity of the disc 3 used or, on the other hand, the portion of the capacity 35 of the disc used for further recording. is still available.

8202187 A , c - 7 - *8202187 A, c - 7 - *

Meer in het bijzonder geeft de indicator 20 een indicatie van het aantal sporen waarop informatiesignalen op de schijf zijn opgenomen. In fig. 1 en 2 is te zien, dat de indicator een roteerbare aanwijsinrichting 21 en een cirkelvormig om 5 de aanwijsinrichting 21 aangebrachte schaal 28 omvat terwijl bij de aanwijsinrichting een wijzer behoort die een indicatie op de schaal, die het aantal sporen dat op de schijf 3 is : gebruikt, aangeeft.More specifically, the indicator 20 gives an indication of the number of tracks on which information signals are recorded on the disc. It can be seen from Figures 1 and 2 that the indicator comprises a rotatable indicator 21 and a scale 28 arranged circularly around the indicator 21, while the indicator includes a pointer indicating the number on the scale. disk 3 is: used, indicates.

In de weergegeven uitvoeringsvorm kan de aanwijs-10 ' inrichting 21 ten opzichte van de schaal 28 roteren. In een ; alternatieve uitvoeringsvorm kan de schaal aangebracht zijn op de roteerbare aanwijsinrichting en dus roteerbaar zijn ten opzichte van een wijzer die vast op de huls 2 is aange*-: bracht. Het zal daarom duidelijk zijn dat de aanwijsinrichting 15 21 en de schaal 28 ten opzichte van elkaar roteerbaar zijn.In the illustrated embodiment, the indicating 10 'device 21 can rotate relative to the scale 28. In a ; alternatively, the scale may be mounted on the rotatable indicating device and thus rotatable relative to a pointer fixedly mounted on the sleeve 2. It will therefore be clear that the indicating device 21 and the scale 28 are rotatable relative to each other.

De schaal 28 is bij voorkeur, zoals in fig. 1 is weergegeven, voorzien van merktekens of indicia die een numerieke indicatie geven van het aantal op de schijf gere-gistreerde sporen. De schijf 3 kan bijvoorbeeld een regis-20 tratiecapaciteit hebben ter grootte orde van 50 sporen. De schaal 28 is dus voorzien van numerieke indicaties van spoor 1 tot spoor 50. Geschikte merktekens of schaalverdelingen kunnen tussen de in fig. 1 aangegeven afzonderlijke nummers worden aangebracht. Deze merktekens kunnen elk spoor, om het 25 andere spoor of dergelijke aangeven.The scale 28 is preferably, as shown in Figure 1, provided with marks or indicia which provide a numerical indication of the number of tracks recorded on the disc. The disc 3 may, for example, have a recording capacity of the order of 50 tracks. The scale 28 is thus provided with numerical indications from track 1 to track 50. Suitable markings or scales can be placed between the individual numbers shown in Fig. 1. These marks can indicate any track, every other track or the like.

De huls 2 is verder voorzien van een opening 27 waardoorheen de aanwijsinrichting 21 bijvoorbeeld door een geschikt hieronder beschreven aandrij fmechahisme aangegeven kan worden. De aanwijsinrichting 21 is aangebracht in de 30 ruimte die bepaald wordt door de op een afstand van elkaar liggende boven- en onderwanden 2a en 2b en kan daarin roteren. De hieronder aan de hand van fig. 4 beschreven wijzer kan door de opening 27a in de bovenwand 2a worden gezien en de aanwijsinrichting zelf kan door een geschikte aandrijving aan-35 gedreven worden die de aanwijsinrichting door een opening 27b u 8202187 - 8 - , * Η • in de bodemwand 2b aangrijpt.The sleeve 2 is further provided with an opening 27 through which the indicating device 21 can be indicated, for example, by a suitable drive mechanism described below. The indicating device 21 is arranged in the space defined by the spaced apart top and bottom walls 2a and 2b and can rotate therein. The pointer described below with reference to Fig. 4 can be seen through the opening 27a in the top wall 2a and the indicating device itself can be driven by a suitable drive which drives the indicating device through an opening 27b. Η • engages in the bottom wall 2b.

Zoals het beste wordt getoond in fig. 4 en 5 is de aanwijsinrichting 21 mechanisch gekoppeld met een tandwiel-orgaan 24 dat aan zijn omtrek voorzien is van tanden. In de 5 voorkeursuitvoeringsvorm bestaan de aanwijsinrichting 21 en het tandwielorgaan 24 uit een geheel en zijn deze vervaardigd van een geschikte kunststof. Het tandwielorgaan 24 kan ook,· : bijvoorbeeld door een geschikte mechanische transmissie, met ; de aanwijsinrichting 21 zijn gekoppeld.As best shown in Figures 4 and 5, the indicating device 21 is mechanically coupled to a gear member 24 which is provided with teeth on its periphery. In the preferred embodiment, the indicating device 21 and the gear member 24 consist of one piece and are made of a suitable plastic. The gear member 24 can also, for example: by a suitable mechanical transmission, with; the indicating device 21 are coupled.

10 In een uitvoeringsvorm waarbij de aanwijsinrichting ; en het tandwielorgaan hun constructie in een geheel vormen is het tandwielorgaan symmetrisch uitgevoerd ten opzichte van de aanwijsinrichting zodat gelijke gedeelten van de aanwijsinrichting zich boven en onder het tandwielorgaan bevinden, 15 zoals in fig. 5 wordt getoond. De aanwijsinrichting kan ge-zien worden als de centrale naaf van het tandwielorgaan. In de in fig. 5 getoonde uitvoeringsvorm zijn de boven- en onder-oppervlakken van de aanwijsinrichting 21 respectievelijk ge-trapt zodat deze in openingen 27a en 27b van respectievelijk 20 de boven- en onderwanden 2a en 2b kunnen vallen. In een ande-re uitvoeringsvorm kunnen de getrapte gedeelten weggelaten worden waarbij het boven- en onderoppervlak van het tandwiel 24 op respectievelijk de binnenoppervlakken van de boven- en onderwanden van de huls 2 rusten,/b¥f ^e aanwijsinrichting 21 25 in de openingen 27a en 27b is geplaatst.In an embodiment wherein the pointing device; and the gear unit being integral, the gear unit is configured symmetrically with respect to the indicator so that equal parts of the indicator are above and below the gear, as shown in FIG. The indicating device can be seen as the central hub of the gear member. In the embodiment shown in Fig. 5, the top and bottom surfaces of the pointing device 21 are stepped, respectively, so that they can fall into openings 27a and 27b of the top and bottom walls 2a and 2b, respectively. In another embodiment, the stepped portions may be omitted with the top and bottom surfaces of the gear 24 resting on the inner surfaces of the top and bottom walls of the sleeve 2, respectively, in the openings. 27a and 27b are placed.

Een losneembare blokkeringsinrichting 25 werkt met het tandwielorgaan 24 samen voor het blokkeren van het tandwielorgaan en dus van de aanwijsinrichting 21 in de op een : bepaald moment heersende stand van de aanwijsinrichting. Zo-30 als nog zal worden beschreven kan de. aanwijsinrichting 21 ro-teerbaar worden aangedreven door een geschikt in de opneem-en/of -weergeefinrichting waarbij de magneetschijfcassette wordt gebruikt, aangebracht aandrijfmechanisme om de door de wijzer 23 verschafte indicatie te verstellen wanneer het aan-35 tal cirkelvormige sporen waarin reeds informatie is opgenomen 8202 1 87 f i “5· * - 9 - toeneemt. De aanwijsinrichting 21 wordt stapsgewijze gero-teerd; en de losneembare blokkeringsinrichting 25. dient om de aanwijsinrichting in de laatste stand te houden waarin deze is geroteerd. Hierdoor kan de magneetschijfcassette uit 5 de magnetische opneem- en/of rweergeefinrichting worden ! verwijderd terwijl deze de juiste indicatie van het laatste ; spoor waarin direct voorafgaande aan'het verwijderen van de . · , cassette is opgenomen, aan blijft geven. Dat wil zeggen, : de aanwijsinrichting 21 wordt geborgd tegen ongewenste ro-10 tatie wanneer de magneetschijfcassette wordt gehanteerd, be-waard of verzonden.A releasable blocking device 25 interacts with the gear 24 to lock the gear and thus the indicator 21 in the indicator position prevailing at a given time. As will be described later, the. indicating device 21 is rotatably driven by a drive mechanism arranged appropriately in the recording and / or reproducing device using the magnetic disk cartridge to adjust the indication provided by the pointer 23 when the number of circular tracks already containing information 8202 1 87 fi “5 * - 9 - increases. The indicating device 21 is rotated stepwise; and the releasable blocking device 25. serves to keep the indicating device in the last position in which it is rotated. As a result, the magnetic disc cassette from 5 can become the magnetic recording and / or reproducing device! removed while providing the correct indication of the latter; track in which immediately prior to the removal of the. · Tape has been recorded, continues to indicate. That is, the pointing device 21 is secured against undesired rotation when the magnetic disk cartridge is handled, stored or shipped.

In de weergegeven uitvoeringsvorm wordt de losneembare blokkeringsinrichting 25 gevormd door een veerkrachtige pal 25b die eindigt in een neus 25a welke tussen naast elkaar 15 liggende tanden van het tandwielorgaan 24 gestoken kunnen ‘ worden, De pal 25 vormt een geheel met een montageblok 25c.In the illustrated embodiment, the releasable blocking device 25 is formed by a resilient pawl 25b terminating in a nose 25a which can be inserted between adjacent teeth of the gear member 24. The pawl 25 is integral with a mounting block 25c.

Dit montageblok en de pal zijn van een geschikte kunststof gevormd. Zoals weergegeven steekt de pal 25 naar beneden uit van het montageblok 25c. Het montageblok kan op het binnen-20 oppervlak van bijvoorbeeld de bovenwand 2a van de huls worden aangebracht. Er kunnen geschikte montage-elementen, zoals ; schroeven 26, worden gebruikt. Ook kunnen montagepennen gen geheel vorraen met het binnenoppervlak van de bovenwand van de huls 2 eh kan het montageblok 25c geschikte openingen omvat-25 ten die met de2e montagepennen samenwerken, zodat het montageblok met een perspassing wordt gemonteerd.This mounting block and the catch are formed from a suitable plastic. As shown, pawl 25 protrudes downward from mounting block 25c. The mounting block can be mounted on the inner surface of, for example, the top wall 2a of the sleeve. Suitable mounting elements, such as; screws 26 are used. Also, mounting pins may form entirely with the inner surface of the top wall of the sleeve 2 eh, the mounting block 25c may include suitable apertures that cooperate with the 2nd mounting pins so that the mounting block is press fit.

De veerkrachtige pal 25b dwingt de neus 25a daar-van in aangrijping met de tanden van het tandwielorgaan 24. Wanneer het tandwielorgaan roteerbaar wordt aangedreven wordt 30 de pal 25 door de beweging van de tanden verbogen teneinde de neus 25a tijdelijk tussen de tanden uit te verwijderen. Zoals nog zal worden beschreven roteert de.aanwijsinrichting 21 op overeenkomstige wijze wanneer het tandwiel 25 met gen tand langs de neus 25a beweegt. Met deze passage van ggn tand 35 grijpt de neus 25a weer in tussen aangrenzende tanden van het 8202187 - 10 - tandwielorgaan 24. De aanwijsinrichting 21 wordt dus roteer-baar voortbewogen over een hoekafstand die gelijk is aan de ·' hoekafstand tussen aangrenzende tanden van het tandwielorgaan bij de registratie van een enkel cirkelvormig spoor op : 5 de schijf 3. Nadat het volgende spoor is opgenomen, wordt de aanwijsiniri'chting 21 weer aangedreven om het tandwielorgaan over deze afstand te verplaatsenj de wijzer 23 is ge-trapt teneinde het aantal sporen aan te geven waarop infor-matiesignalen zijn geregistreerd.The resilient pawl 25b urges the nose 25a into engagement with the teeth of the gear member 24. When the gear member is rotatably driven, the pawl 25 is bent by the movement of the teeth to temporarily remove the nose 25a between the teeth. . As will be described later, the indicator 21 rotates correspondingly when the gear 25 with the tooth moves along the nose 25a. With this passage of the tooth 35, the nose 25a engages again between adjacent teeth of the gear member 24. Thus, the indicating device 21 is rotatably advanced through an angular distance equal to the angular distance between adjacent teeth of the tooth. gear member when recording a single circular track on: the disc 3. After the next track has been recorded, the pointer 21 is driven again to move the gear member by this distance when the pointer 23 is stepped to increase the number of tracks indicate on which information signals are recorded.

10 Zoals in fig. 4 is weergegeven heeft de opening 22 van de aanwijsinrichting. 21 een sleutelgatvorm waarbij de wijzer 23 gevormd wordt door een uitsparing of langwerpig gedeelte van deze opening.. Dat wil zeggen de wijzer 23 wordt gevormd door een uitsteeksel van de opening 22 die hier uit-15 sparing wordt genoemd. Het doel van deze uitsparing zal het best worden begrepen aan de hand van de fig. 6 en 7.As shown in Fig. 4, the aperture 22 has the pointing device. 21 is a keyhole shape in which the pointer 23 is formed by a recess or elongated portion of this opening. That is, the pointer 23 is formed by a protrusion of the opening 22 referred to herein as a recess. The purpose of this recess will be best understood with reference to Figures 6 and 7.

Wanneer de magneetschijfcassette 1 in een niet ge-toonde geschikte houder wordt opgenomen van de magnetische opneem- en/of -weergeefinrichting wordt een aandrijfas 30 20 met een radiaal uitsteeksel 31 in de opening 22 gestoken. Zoals het beste wordt getoond in fig. 6 wordt het uitsteeksel 31 opgenomen door de uitsparing 23. De aandrijfas 30 wordt gedeeltelijk omgeven door een kraag of mantel 32. De aandrijfas 30 kan, tezamen met het uitsteeksel 31 in de axiale rich-25 ting daarvan, of in fig. 7 de verticale richting, bewegen.When the magnetic disk cartridge 1 is received in a suitable holder, not shown, of the magnetic recording and / or reproducing device, a drive shaft 30 with a radial projection 31 is inserted into the opening 22. As best shown in Fig. 6, the protrusion 31 is received by the recess 23. The drive shaft 30 is partially surrounded by a collar or jacket 32. The drive shaft 30, along with the protrusion 31, can move in its axial direction. , or move the vertical direction in fig. 7.

De aandrijfas 30 is dus ten opzichte van de kraag 32 beweeg-baar. Zoals nog uiteen zal worden gezet maakt deze axiale beweging van de aandrijfas het mogelijk dat het uitsteeksel 31 goed samenvalt met de uitsparing 23. Wanneer dit is be-30 reikt, wordt de opneem-/-weergeefinrichting ingeschakeld voor het doen roteren van de schijf 3 envhet daarop. door het venster 4 in een respectief spoor opnemen van informatie-signalen. De magneetkop van de opneem/weergeefinrichting is mechanisch verbonden met de aandrijfas 30. De positionering 35 van deze magneetkop op een bepaald spoor van de schijf 3 ge- 8202 1 87 - 11 - schiedt wanneer het uitsteeksel 31 in de uitsparing 23 wordt gestoken. Wanneer daarna de aandrijfas 30 roteert, dient de mechanische overbrenging naar de magneetkop om de positie van die kop radiaal te wijzigen' teneinde op een ander spoor van 5 de schijf op te nemen. Voor een juiste registratie moet het uitsteeksel 31 dus de uitsparing 23 aangrijpen.The drive shaft 30 is thus movable relative to the collar 32. As will be explained later, this axial movement of the drive shaft allows the projection 31 to coincide well with the recess 23. When this is reached, the recording / reproducing device is turned on to rotate the disc 3 envhet on it. recording information signals through the window 4 in a respective track. The magnetic head of the recording / reproducing device is mechanically connected to the drive shaft 30. The positioning 35 of this magnetic head on a specific track of the disc 3 occurs when the protrusion 31 is inserted into the recess 23. When the drive shaft 30 then rotates, the mechanical transmission to the magnetic head serves to radially change the position of that head in order to record on another track of the disc. Thus, for proper registration, the protrusion 31 must engage the recess 23.

In een opneem-/-weergeefinrichting waarbij de mag-; . neetschijfcassette wordt gebruikt wordt de aandrijfas nor-maal in een beginhoekstand gedwongen waarbij het uitsteeksel 10 31 zich over een H0,,-indicatie op de schaal 28 bevindt. Wan neer echter een of meer sporen van de in de magneetschijf-, cassette die in deze opneem-/-weergeefinrichting is opgenomen, is gebruikt, zal de uitsparing 23 bij de aanvang niet op §en lijn liggen met het uitsteeksel 31 en, wanneer de mag-15 neetschijfcassette in de inrichting wordt geplaatst zal het aanwijsorgaan 21 dus met het uitsteeksel 31 in contact komen teneinde de aandrijfas 30 in de kraag 32 te drukken. Dit in-drukken van de aandrijfas dient om een aandrijfmotor te acti-veren weardoor ds kraag 32 wordt aangedreven die de aandrijf-20 as 30 en het uitsteeksel 31 roteert en ook de magneetkop langs de schijf 3 van het ene spoor naar het volgende voort laat bewegen. Wanneer de aandrijfas 30 op geschikte wijze aangedreven is om het uitsteeksel 31 op een lijn te brengen met de uitsparing 23, kan door een opwaartse veerbelasting 25 op de aandrijfas het uitsteeksel in de uitsparing worden gestoken waardoor de eerder genoemde aandrij fmotor dus wordt uitgesehakeld. Het gevolg is dat het uitsteeksel 31 zich nu in een goed aandrijfcontact met de aanwijsinrichting 21 bevindt en dat bovendien de magneetkop tegenover het juiste 30 spoor op de schijf 3 is gepositioneerd. Op dit moment kan een registratiewerking aanvangen. Bij de voltooiing van die re-gistratiewerking wordt de kraag 32 door de eerder genoemde aandrijfmotor aangedreven teneinde de aandrijfas 30 en het uitsteeksel 31 te roteren waarbij de aanwijsinrichting 21 zo-35 danig wordt voortbewogen, dat de uitsparing 23 nu het nummer 8202187 - 12 - van het laatste spoor waarop is opgenomen aanwijst. De mag-neetkop wordt ook verplaatst om tegenover het volgende spoor op de magneetschijf 3 gepositioneerd te worden.In a recording / display device where the mag; . When the disc disk cassette is used, the drive shaft is normally forced into an initial angular position with the protrusion 31 being over an HO indication on the scale 28. However, if one or more traces of the magnetic disc cassette contained in this recording / reproducing device have been used, the recess 23 will not initially align with the projection 31 and, if the Therefore, if the magnetic disk cartridge is placed in the device, the indicator 21 will come into contact with the projection 31 in order to push the drive shaft 30 into the collar 32. This pressing of the drive shaft serves to activate a drive motor, which is driven by the collar 32 which rotates the drive shaft 30 and the projection 31 and also continues the magnetic head along the disc 3 from one track to the next. to move. When the drive shaft 30 is suitably driven to align the protrusion 31 with the recess 23, an upward spring load 25 on the drive shaft permits the protrusion to be inserted into the recess thus disengaging the aforementioned drive motor. The result is that the protrusion 31 is now in a good driving contact with the indicating device 21 and, moreover, that the magnetic head is positioned opposite the correct track on the disc 3. Registration operation may commence at this time. At the completion of that recording operation, the collar 32 is driven by the aforementioned drive motor to rotate the drive shaft 30 and the projection 31, advancing the indicator 21 so that the recess 23 is now numbered 8202187-12. of the last track to be recorded on. The magnetic head is also moved to be positioned opposite the next track on the magnetic disk 3.

Opgexnerkt raoet worden dat de kraag 32 over een hoek-5 afstand wordt aangedreven die overeenkomt met de hoekaf- stand tussen de naast elkaar liggende tanden van het tand-wiel 24. De aanwijsinrichting 21 wordt dus over een stap geroteerd nadat het betreffende spoor is gebruikt. Deze stap is bij voorkeur evenredig met de indicatie op de schaal 28 10 van Sin enkel spoor. Dat wil zeggen, de hoekafstand tussen de tanden van het tandwiel 24 is bij voorkeur evenredig met de hoekafstand tussen de indicaties op de schaal 28 waardoor een stapsgewijze toename van het aantal sporen dat gebruikt is, aangegeven wordt. . ,. ‘ .It should be noted that the collar 32 is driven an angular distance corresponding to the angular distance between the adjacent teeth of the gear wheel 24. Thus, the indicating device 21 is rotated by one step after the relevant track has been used . This step is preferably proportional to the Sin 10 trace on the scale 28 10. That is, the angular distance between the teeth of the gear 24 is preferably proportional to the angular distance between the indicia on the scale 28, indicating a stepwise increase in the number of tracks used. . ,. ".

15 Uit de voorgaande beschrijving zal het duidelijk zijn, dat de uitsparing 23 van de aanwijsinrichting 21 niet alleen dient voor het opnemen van het uitsteeksel 31 van de aandrijfas 30 maar ook om het aantal op de schijf 3 ge-bruikte sporen aan te geven. De aanwijsinrichting 21 roteert 20 stapsgewijze en telkens over een hoekafstand die overeenkomt met een tuSSenafstand op de schaal 28. Bovendien dient de overbrenging tussen de aandrijfas 30 en de magneetkop om registratle te verhinderen totdat het uitsteeksel 31 in aangrijping is met de uitsparing 23. Hierdoor wordt voor-25 komen dat op hetzelfde spoor nieuwe informatie wordt gere-gistreerd die de informatie die reeds eerder in dat spoor is opgenomen zou verstoren. Nadat een spoor is gebruikt wordt de aanwijsinrichting geroteerd zodat de uitsparing 23 zich tegenover de volgende indicatie op de schaal 28 bevindt. De 30 aanwijsinrichting en de schaal werken dus samen om een indicatie te geven van het aantal sporen waarop op de magneetschijf 3 is geregistreerd. Deze indicaties kunnen analoog zijn met de indicaties die normaal aangebracht zijn op foto-grafische film waardoor aan de gebruiker aangegeven wordt 35 hoeveel foto's hij genomen heeft of hoeveel foto's nog op * 1 κ .It will be clear from the foregoing description that the recess 23 of the pointing device 21 serves not only to receive the projection 31 of the drive shaft 30, but also to indicate the number of tracks used on the disc 3. The pointing device 21 rotates 20 stepwise and in each case through an angular distance corresponding to a spacing on the scale 28. In addition, the transmission between the drive shaft 30 and the magnetic head serves to prevent registration until the projection 31 engages the recess 23. As a result, Prevent new information from being recorded on the same track that would disturb the information previously recorded on that track. After a track has been used, the pointing device is rotated so that the recess 23 is opposite the next indication on the scale 28. Thus, the indicating device and the scale cooperate to give an indication of the number of tracks recorded on the magnetic disk 3. These indications may be analogous to the indications normally affixed to photo-graphic film, indicating to the user how many photos he has taken or how many photos still remain at * 1 κ.

- 13 - die film gemaakt kunnen worden. Anders gesteld, de uitsparing 23 werkt samen met de schaal 25 teneinde aan de gebriaiker de resterende capaciteit van de magneetschijf 3 aan te geven die nog beschikbaar is voor verdere registratie.- 13 - that film can be made. In other words, the recess 23 cooperates with the scale 25 to indicate to the user the remaining capacity of the magnetic disk 3 which is still available for further registration.

I ·» j i.I · j i.

82021878202187

Claims

1. Magnetic disc cartridge of the type with a sleeve for receiving a rotatable magnetic disc therein, each disc comprising a hub for receiving a driver to rotate the disc for recording circular tracks on the disc information, the cassette including an opening in the sleeve through which the hub is accessible, characterized by indicia means on the sleeve for indicating the number of tracks on which information has been recorded.

2. A magnetic disk cartridge according to claim 1, characterized in that the indicating means comprise a circular pointer disk, a pointer associated with the pointer disk, and a scale giving track number indicia, wherein the pointer disk and the scale are movable with respect to each other to be.

Magnetic disk cartridge according to claim 2, characterized in that the pointer disk is rotatably mounted in the sleeve and the sleeve is provided with a further opening for receiving means for rotating the pointer disk *

Magnetic disk cartridge according to claim 3, characterized in that the pointer disk is provided with a recess for receiving a protrusion at the means for rotating the pointer disk, such that the rotation of the protrusion rotates the pointer disk .

Magnetic disk cartridge according to claim 4, characterized in that the recess is the pointer.

6. Magnetic disc cassette according to claim 3, characterized in that the indication means further comprise detachable blocking means in the sleeve for releasably blocking the indicating disc in certain rotational positions. 8202187 - 15 -

Magnetic disk cartridge according to claim 6, characterized in that the indicating disk comprises a rotatable gear member with circumferential positions, and in that the detachable blocking means to be inserted between adjacent teeth comprise resilient ratchet means for locking the rotatable gear member. and the pointer in the dan; prevailing state.

Magnetic disc cassette according to claim 7, characterized in that the sleeve contains a space for the magnetic disc defining spaced top and bottom walls and further means for mounting on the inner surface of one of the walls. assembling the resilient ratchet means.

Magnetic disc cassette according to claim 8. characterized in that the resilient ratchet means has a spring. powerful arm with a nose piece to be inserted between adjacent teeth of the rotatable gear member.

Magnetic disk cartridge according to claim 9, characterized in that the means for mounting the resilient ratchet means comprise a mounting block mounted on the inner surface of one wall, the mounting block and the resilient arm being integral and the resilient arm extends downward from the mounting block.

Magnetic disk cartridge according to claim 8, characterized in that the indicator disk is formed on the rotatable gear member and is therefore integral.

12. Magnetic disk cartridge according to claim 11, characterized in that the gear member is arranged symmetrically with respect to the pointer disc, so that substantially equal parts of the pointer disc extend above and below the gear member.

Magnetic disc cartridge according to claim 7, characterized in that adjacent circumferential positions of the gear member are at mutual angular distances corresponding to the distance between adjacent tracks on the disc.

Magnetic disc cassette according to claim 13, characterized in that the track number indications are at mutual angular distances. which are a whole multiple of the angular distance between adjacent circumferential positions of the gear member. c 8202187