NL8201715A - PROCESS FOR GASIFICATION OF A SOLID CARBON-FUEL FUEL. - Google Patents
PROCESS FOR GASIFICATION OF A SOLID CARBON-FUEL FUEL. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8201715A NL8201715A NL8201715A NL8201715A NL8201715A NL 8201715 A NL8201715 A NL 8201715A NL 8201715 A NL8201715 A NL 8201715A NL 8201715 A NL8201715 A NL 8201715A NL 8201715 A NL8201715 A NL 8201715A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- gas
- synthesis gas
- fuel
- nitrogen
- temperature
- Prior art date
Links
Classifications
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C10—PETROLEUM, GAS OR COKE INDUSTRIES; TECHNICAL GASES CONTAINING CARBON MONOXIDE; FUELS; LUBRICANTS; PEAT
- C10J—PRODUCTION OF PRODUCER GAS, WATER-GAS, SYNTHESIS GAS FROM SOLID CARBONACEOUS MATERIAL, OR MIXTURES CONTAINING THESE GASES; CARBURETTING AIR OR OTHER GASES
- C10J3/00—Production of combustible gases containing carbon monoxide from solid carbonaceous fuels
- C10J3/46—Gasification of granular or pulverulent flues in suspension
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C10—PETROLEUM, GAS OR COKE INDUSTRIES; TECHNICAL GASES CONTAINING CARBON MONOXIDE; FUELS; LUBRICANTS; PEAT
- C10J—PRODUCTION OF PRODUCER GAS, WATER-GAS, SYNTHESIS GAS FROM SOLID CARBONACEOUS MATERIAL, OR MIXTURES CONTAINING THESE GASES; CARBURETTING AIR OR OTHER GASES
- C10J3/00—Production of combustible gases containing carbon monoxide from solid carbonaceous fuels
- C10J3/72—Other features
- C10J3/82—Gas withdrawal means
- C10J3/84—Gas withdrawal means with means for removing dust or tar from the gas
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C10—PETROLEUM, GAS OR COKE INDUSTRIES; TECHNICAL GASES CONTAINING CARBON MONOXIDE; FUELS; LUBRICANTS; PEAT
- C10J—PRODUCTION OF PRODUCER GAS, WATER-GAS, SYNTHESIS GAS FROM SOLID CARBONACEOUS MATERIAL, OR MIXTURES CONTAINING THESE GASES; CARBURETTING AIR OR OTHER GASES
- C10J2300/00—Details of gasification processes
- C10J2300/16—Integration of gasification processes with another plant or parts within the plant
- C10J2300/1678—Integration of gasification processes with another plant or parts within the plant with air separation
Landscapes
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Oil, Petroleum & Natural Gas (AREA)
- Organic Chemistry (AREA)
- Industrial Gases (AREA)
- Solid Fuels And Fuel-Associated Substances (AREA)
Description
- 1 - a- -¾- 1 - a- -¾
K 9324 NETK 9324 NET
WERKWIJZE VOOR HET VERGASSEN VAN EEN VASTE KOOLSTOFHOUDENDE BRANDSTOFPROCESS FOR GASIFICATION OF A SOLID CARBON-FUEL FUEL
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vergassen van een vaste koolstofhoudende brandstof, met het kenmerk, dat a) de brandstof wordt fijngemalen en gedroogd, 5b) de brandstof vervolgens partieel wordt verbrand tot synthesegas met behulp van zuurstof of van met zuurstof verrijkte lucht, welke zuurstof afkomstig is van een inrichting voor de scheiding van lucht, 10 c) het synthesegas wordt afgekoeld tot een temperatuur van 100-5Q0eC, en d) het afgekoelde synthesegas verder wordt gekoeld tot een temperatuur van 25-250°C door’middel van indirecte warmte-wisseling met een stikstofrijk gas dat afkomstig is van de 15 inrichting voor de scheiding van lucht.The invention relates to a process for gasifying a solid carbonaceous fuel, characterized in that a) the fuel is ground and dried, 5b) the fuel is subsequently partially burned to synthesis gas using oxygen or oxygen-enriched air which oxygen comes from an air separation apparatus, c) the synthesis gas is cooled to a temperature of 100-500C, and d) the cooled synthesis gas is further cooled to a temperature of 25-250 ° C by of indirect heat exchange with a nitrogen-rich gas from the air separation device.
Bij de vergassing (partiële verbranding) van een vaste koolstofhoudende brandstof wordt synthesegas gevormd dat voornamelijk bestaat uit koolmonoxide en waterstof. Geschikte vaste brandstoffen zijn steenkool, bruinkool, cokes, turf, hout e.d.During the gasification (partial combustion) of a solid carbonaceous fuel, synthesis gas is formed that mainly consists of carbon monoxide and hydrogen. Suitable solid fuels are coal, brown coal, coke, peat, wood, etc.
20 Een vaste brandstof is in het algemeen minder reactief dan een gasvormige of een vloeibare brandstof. Ten einde toch een snelle reactie te verkrijgen wordt de vaste brandstof fijngemalen. De fijngemalen brandstof wordt vervolgens naar een vergassingsreactor getransporteerd. Een brandstof die betrekkelijk veel water bevat, 25 kan tijdens het transport gaan klonteren en zo verstoppingen veroorzaken in de transportleiding. Om dit te voorkomen wordt de vaste brandstof gedroogd, alvorens naar de reactor te worden vervoerd. Na het drogen bedraagt het vochtgehalte van de brandstof bij voorkeur 0 tot 10 gew.%. De vaste brandstof wordt partieel 30 verbrand met zuurstof of met zuurstof verrijkte lucht daar de reactie hiermee sneller verloop dan met lucht. Voorts bevat het 8201715 •J v - 2 - gevormde synthesegas nu minder stikstof dan wanneer met lucht wordt vergast. Dat maakt de latere zuivering van het synthesegas eenvoudiger. Bovendien is met behulp van zuurstof bereide synthesegas beter geschikt voor bepaalde syntheses, bijv. die van methanol of 5 koolwaterstoffen.A solid fuel is generally less reactive than a gaseous or a liquid fuel. In order nevertheless to obtain a rapid reaction, the solid fuel is finely ground. The finely ground fuel is then transported to a gasification reactor. A fuel containing a relatively large amount of water can become lumpy during transport and thus cause blockages in the transport pipe. To prevent this, the solid fuel is dried before being transported to the reactor. After drying, the moisture content of the fuel is preferably 0 to 10% by weight. The solid fuel is partially burned with oxygen or oxygen-enriched air since the reaction proceeds faster than with air. Furthermore, the synthesis gas 8201715 • J v - 2 - now contains less nitrogen than when gasifying with air. This makes the subsequent purification of the synthesis gas easier. In addition, synthesis gas prepared with oxygen is more suitable for certain syntheses, eg those of methanol or hydrocarbons.
De zuurstof die nodig is als reactant, wordt bereid in een inrichting waar lucht wordt gescheiden in een zuurstofrijk en ten minste één stikstofrijk gas. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een cryogene destillatie.The oxygen required as a reactant is prepared in an installation where air is separated into an oxygen-rich and at least one nitrogen-rich gas. Cryogenic distillation is used for this.
10 Bij voorkeur vindt de partiële verbranding plaats in aanwezig heid van een moderator. De moderator heeft een matigende werking op de temperatuur in de reactor door endotherm te reageren met de reactanten en/of de produkten van de partiële oxidatie. Geschikte moderatoren zijn stoom en kooldioxide.Preferably the partial combustion takes place in the presence of a moderator. The moderator moderates the temperature in the reactor by reacting endothermally with the reactants and / or the partial oxidation products. Suitable moderators are steam and carbon dioxide.
15 Nadat de brandstof met de zuurstof heeft gereageerd verlaat het gevormde synthesegas de reactor met een temperatuur van 1200°C tot 1700°C. Het gas bevat behalve koolmonoxide en waterstof, o.a. ook kooldioxide, waterdamp, zwavelverbindingen, methaan en geringe hoeveelheden cyaanwaterstof en ammoniak. Bovendien voert het 20 slakdruppeltjes mee. De slakdruppeltjes kunnen problemen opleveren als zij afkoelen. Ze hebben nl. geen smeltpunt maar een smelt-traject dat honderden graden Celsius kan bedragen. Omdat zij in het smelttraject kleverig zijn, kunnen zij verstoppingen veroorzaken. Als steenkool wordt gebruikt als brandstof is de slak gewoonlijk 25 kleverig in het temperatuurtraject van 900-1500°C. Vaste slak is niet meer kleverig. Daarom wordt het hete gas bij voorkeur snel afgekoeld tot een temperatuur van 700-900°C door het injecteren van een koud gas of een koude vloeistof. Door de snelle afkoeling stollen de slakdruppeltjes snel tot vaste deeltjes. Geschikte 30 koelmiddelen zijn gerecirculeerd synthesegas, water en/of stoom. Vervolgens wordt het afgekoelde synthesegas verder afgekoeld tot 100-500°C bij voorkeur in een afvalwarmteketel waarbij nuttige hogedrukstoom wordt opgewekt. Hierna worden bij voorkeur de vaste slakdeeltjes uit het gas verwijderd.After the fuel has reacted with the oxygen, the synthesis gas generated leaves the reactor at a temperature of 1200 ° C to 1700 ° C. In addition to carbon monoxide and hydrogen, the gas also contains carbon dioxide, water vapor, sulfur compounds, methane and small amounts of hydrogen cyanide and ammonia. In addition, it carries 20 snail droplets. The snail droplets can cause problems when they cool down. They have no melting point, but a melting range that can be hundreds of degrees Celsius. Because they are tacky in the melting range, they can cause blockages. When coal is used as fuel, the slag is usually tacky in the temperature range of 900-1500 ° C. Solid snail is no longer sticky. Therefore, the hot gas is preferably rapidly cooled to a temperature of 700-900 ° C by injecting a cold gas or a cold liquid. Due to the rapid cooling, the snail droplets quickly solidify into solid particles. Suitable coolants are recycled synthesis gas, water and / or steam. The cooled synthesis gas is then further cooled to 100-500 ° C, preferably in a waste heat boiler, generating useful high-pressure steam. After this, the solid slag particles are preferably removed from the gas.
8201715 * " - 3 -8201715 * "- 3 -
Nadat de vaste slakdeeltjes van het gas zijn afgescheiden, wordt het synthesegas verder verwerkt. Bijvoorbeeld worden dan de andere verontreinigingen uit het synthesegas verwijderd. Het is hiertoe voordelig de temperatuur van het verontreinigde synthesegas 5 te verlagen tot 25-250°C. Dit gebeurde tot nu ‘toe door middel van lucht- of waterkoelers. De restwarmte van het synthesegas werd zo echter niet nuttig gebruikt.After the solid slag particles have been separated from the gas, the synthesis gas is further processed. For example, the other impurities are then removed from the synthesis gas. For this purpose it is advantageous to lower the temperature of the contaminated synthesis gas 5 to 25-250 ° C. This has hitherto been done by means of air or water coolers. However, the residual heat from the synthesis gas was not put to good use.
De cryogene destillatie van lucht levert een stikstofrijk gas dat in het algemeen wordt gespuid in de atmosfeer. Het is ook 10 mogelijk dat naast een zuurstofrijk gas zuivere of nagenoeg zuivere stiktstof en een stroom afvalstikstof wordt geleverd. De zuivere stikstof wordt bij voorkeur in het proces toegepast, bijvoorbeeld als draaggas voor de fijngemalen brandstof bij het transport naar 15 de reactor. Een andere toepassing is in de ammoniaksynthese. De afvalstikstofstroom, die nog enige procenten zuurstof bevat, wordt gewoonlijk gespuid. De temperatuur van het stikstofrijke gas dat gespuid wordt, wordt in het algemeen ongeveer 10°C lager dan de temperatuur van de omgevingslucht gekozen.The cryogenic distillation of air produces a nitrogen-rich gas that is generally vented into the atmosphere. It is also possible that, in addition to an oxygen-rich gas, pure or substantially pure nitrogen and a waste nitrogen stream are supplied. The pure nitrogen is preferably used in the process, for example as a carrier gas for the finely ground fuel during transport to the reactor. Another application is in the ammonia synthesis. The waste nitrogen stream, which still contains a few percent oxygen, is usually discharged. The temperature of the nitrogen-rich gas that is vented is generally chosen to be about 10 ° C lower than the temperature of the ambient air.
20 In de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding wordt de relatieve koude van het stikstofrijke gas ten nutte gemaakt. Het synthesegas wordt door middel van indirecte warmtewisseling met het stikstofrijke gas verder gekoeld tot een temperatuur van 25-250°C.In the process of the present invention, the relative cold of the nitrogen-rich gas is utilized. The synthesis gas is further cooled to a temperature of 25-250 ° C by indirect heat exchange with the nitrogen-rich gas.
De bovengenoemde indirecte warmtewisseling kan direct na de 25 doorvoer van het synthesegas door de afvalwarmteketel plaatsvinden.The above-mentioned indirect heat exchange can take place immediately after the passage of the synthesis gas through the waste heat boiler.
Bij voorkeur worden echter eerst de vaste slakdeeltjes uit het synthesegas ten minste voor een deel verwijderd. Dit geschiedt in een geschikte afscheidingsinrichting, zoals een cycloon, bochtaf-scheider, filter e.d. Nadat het gas in de. afscheidingsinrichting 30 althans ten dele van de vaste slakdeeltjes is ontdaan, vindt bij voorkeur de warmtewisseling tussen het synthesegas en het stikstofrijke gas plaats. Hoewel in de afscheidingsinrichting ten minste het merendeel van de vaste slakdeeltjes van het synthesegas is afgescheiden, kunnen vaste slakdeeltjes achterblijven in het gas 35 en deze resterende slakdeeltjes leveren gevaar voor vervuiling van de koeler op. Daarom wordt het synthesegas met nog meer voorkeur 8201715 - 4 -Preferably, however, the solid slag particles are first removed from the synthesis gas at least in part. This is done in a suitable separating device, such as a cyclone, bend separator, filter and the like. separator 30 is at least partly stripped of the solid slag particles, the heat exchange between the synthesis gas and the nitrogen-rich gas preferably takes place. Although in the separator at least most of the solid slag particles have been separated from the synthesis gas, solid slag particles may remain in the gas and these residual slag particles present a risk of contamination of the cooler. Therefore, the synthesis gas is even more preferably 8201715 - 4 -
V VV V
pas verder afgekoeld door middel van de indirecte warmtewisseling met het stikstofrijke gas na ten minste één maal met water te zijn gewassen. Bij het wassen verkrijgt men een waterige suspensie van vaste slakdeeltjes en synthesegas dat praktisch geheel van slak-5 deeltjes gezuiverd is. De waterige suspensie wordt afgescheiden van het synthesegas en met voordeel althans ten dele in het systeem teruggevoerd. Geschikte wasinrichtingen zijn venturi-wassers en gaswaskolommen waarin het gas en water in tegenstroom met elkaar in aanraking worden gebracht.only cooled further by indirect heat exchange with the nitrogen-rich gas after washing with water at least once. Upon washing, an aqueous suspension of solid slag particles and synthesis gas is obtained, which is purified practically entirely from slag particles. The aqueous suspension is separated from the synthesis gas and advantageously recycled at least partly back into the system. Suitable washing devices are venturi scrubbers and gas washing columns in which the gas and water are brought into contact with each other in countercurrent.
10 Tijdens het wassen koelt het synthesegas reeds af. Door middel van de indirecte warmtewisseling met het stikstofrijke gas wordt het synthesegas verder afgekoeld bij voorkeur tot een temperatuur van 40°C tot 140°C.10 The synthesis gas already cools during washing. By means of the indirect heat exchange with the nitrogen-rich gas, the synthesis gas is further cooled, preferably to a temperature of 40 ° C to 140 ° C.
Door het wassen bevat het synthesegas veel waterdamp. Het 15 verdient de voorkeur het gas te drogen. Het eenvoudigst geschiedt dit door het synthesegas tot onder het dauwpunt af te koelen, waardoor een deel van de waterdampt condenseert. Wanneer tot diep onder het dauwpunt wordt afgekoeld, condenseert het merendeel van de waterdamp. Hierna volgt de scheiding tussen het droge gas en het 20 condensaat. Bij voorkeur wordt het synthesegas tot diep onder het dauwpunt afgekoeld in een koeling die na de indirecte warmtewisseling met het stikstofrijke gas plaatsvindt. Met voordeel wordt het synthesegas in deze koeling afgekoeld tot een temperatuur van 10°C tot 75°C. De koeling kan zowel met lucht als met water 25 plaatsvinden. Omdat het synthesegas door middel van de indirecte warmtewisseling met het stikstofrijke gas reeds is afgekoeld tot 25-250°C kan met een betrekkelijk kleine koeler worden volstaan.The washing gas contains a lot of water vapor. It is preferable to dry the gas. The easiest way to do this is to cool the synthesis gas below dew point, so that part of the water vapor condenses. When cooled deep below the dew point, most of the water vapor condenses. The separation between the dry gas and the condensate follows. Preferably, the synthesis gas is cooled to well below the dew point in a cooling which takes place after the indirect heat exchange with the nitrogen-rich gas. The synthesis gas is advantageously cooled in this cooling to a temperature of 10 ° C to 75 ° C. The cooling can take place with both air and water. Since the synthesis gas has already cooled to 25-250 ° C by means of the indirect heat exchange with the nitrogen-rich gas, a relatively small cooler will suffice.
Het volgens de uitvinding verwarmde stikstofrijke gas wordt bij voorkeur nuttig gebruikt om de vaste brandstof te drogen. Het 30 drogen vindt plaats voordat de brandstof in de vergassingsreactor wordt gevoerd. Wanneer de vaste brandstof wordt aangevoerd als niet al te grove brokken, kan de droging plaatsvinden voordat hij naar de maalinrichting wordt gevoerd. Bestaat de brandstof uit grote klompen, dan is droging tijdens en/of na het malen doelmatiger. Als 35 de brandstof veel water bevat kan het warme stikstofrijke gas#al 8201715 - 5 - * ', dan niet na verdere verwarming, worden gebruikt om de brandstof geheel of ten dele te drogen. In het laatste geval geschiedt de droging tot het gewenste watergehalte later op een andere manier of met een ander warm gas. Er kunnen vele typen maalinrichtingen 5 worden toegepast. Afhankelijk van het type maalinrichting gebeurt het drogen tijdens of na het malen. Als bijvoorbeeld een kogelmolen of een molen met walsen wordt toegepast wordt het warme stikstofrijke gas in de molen gevoerd en oefent het al tijdens het malen zijn drogend effect uit. Daarna wordt het warme stikstofrijke 10 gas aangewend om de fijngemalen brandstof uit de maalinrichting te voeren en droogt het de brandstofdeeltjes tijdens het transport.The nitrogen-rich gas heated according to the invention is preferably used to dry the solid fuel. Drying takes place before the fuel is fed into the gasification reactor. When the solid fuel is supplied as not too coarse chunks, drying can take place before it is fed to the grinder. If the fuel consists of large clogs, drying during and / or after grinding is more efficient. If the fuel contains a lot of water, the warm nitrogen-rich gas can already be used, if not after further heating, to dry the fuel in whole or in part. In the latter case, the drying to the desired water content takes place later in another way or with another warm gas. Many types of grinders 5 can be used. Depending on the type of grinder, drying takes place during or after grinding. If, for example, a ball mill or a mill with rollers is used, the warm nitrogen-rich gas is fed into the mill and already exerts its drying effect during the grinding. Thereafter, the warm nitrogen-rich gas is used to discharge the finely ground fuel from the grinder and dries the fuel particles during transportation.
Voor het drogen van de vaste brandstof wordt het stikstofrijke gas verwarmd bij voorkeur tot een temperatuur die, afhankelijk van het watergehalte van de brandstof, ligt in het gebied van 50 tot 15 400°C. Voor het merendeel der brandstoffen is een temperatuur van 90°C tot 150°C geschikt. De onderste temperatuurgrens is zodanig dat er nog juist een drijvende kracht is om het aanwezige water uit de brandstof te verwijderen. De bovenste temperatuurgrens wordt bepaald door economische motieven. De warmte-inhoud van het 20 synthesegas is zodanig dat de 'benodigde hoeveelheid van het stikstofrijke gas kan worden verwarmd tot een temperatuur tot 400°C.For drying the solid fuel, the nitrogen-rich gas is preferably heated to a temperature which, depending on the water content of the fuel, ranges from 50 to 400 ° C. A temperature of 90 ° C to 150 ° C is suitable for the majority of fuels. The lower temperature limit is such that there is just a driving force to remove the water present from the fuel. The upper temperature limit is determined by economic motives. The heat content of the synthesis gas is such that the required amount of the nitrogen-rich gas can be heated to a temperature of up to 400 ° C.
Zoals reeds eerder is vermeld, is het stikstofrijke gas bij voorkeur de afvalstikstofstroom die wordt gevormd bij de cryogene 25 destillatie van lucht. Daartoe is de uitvinding niet beperkt. Elk stikstofrijk gas dat afkomstig is van de inrichting voor de scheiding van lucht kan worden toegepast. Als er een stikstofrijk gas met betrekkelijk veel zuurstof erin wordt gebruikt om de fijngemalen brandstof te drogen, bestaat er gevaar voor een 30 explosieve verbranding van de brandstof met de zuurstof. Daarom bevat het stikstofrijke gas bij voorkeur minder dan 12 vol.% zuurstof; met nog meer voorkeur minder dan 10 vol.%. Aan deze vereisten voldoet de afvalstikstofstroom.As mentioned previously, the nitrogen-rich gas is preferably the waste nitrogen stream generated in the cryogenic distillation of air. The invention is not limited thereto. Any nitrogen-rich gas from the air separation device can be used. If a nitrogen-rich gas with a relatively large amount of oxygen is used therein to dry the finely ground fuel, there is a risk of explosive combustion of the fuel with the oxygen. Therefore, the nitrogen-rich gas preferably contains less than 12% by volume of oxygen; even more preferably less than 10% by volume. The waste nitrogen stream meets these requirements.
De uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de 35 figuren waartoe de uitvinding overigens geenszins is beperkt.· In de 8201715The invention is now further elucidated on the basis of the figures to which the invention is in no way limited, however.
♦ V♦ Q
' - 6 - schematische figuren zijn hulpmiddelen zoals compressoren, pompen, afsluiters e.d. niet afgeheeld.- 6 - schematic figures are aids such as compressors, pumps, valves and the like.
In figuur 1 wordt een koolstofhoudende vaste brandstof via een leiding 1 in een maalinrichting 2 gevoerd. Via een leiding 3 wordt 5 een stroom warm stikstofrijk gas in de maalinrichting 2 gevoerd, waar het gas de fijngemalen brandstof droogt. Fijngemalen en gedroogde brandstof wordt met het gasmengsel van o.a. stikstof en waterdamp via een leiding 4 naar een afscheider 5 geleid. Geschikte afscheiders zijn bijvoorbeeld bochtafschelders, cyclonen, filters 10 e.d. In de afscheider 5 wordt de fijngemalen brandstof van het gas afgescheiden. Het gas, dat voornamelijk uit stikstof en waterdamp bestaat wordt via een leiding 7 gespuid. De afgescheiden brandstofdeeltjes worden via een leiding 6 naar een reactor 8 gevoerd. (Omdat de vergassingsreactor 8 bij voorkeur bij verhoogde 15 druk werkt, wordt de brandstof op de goede druk gebracht met behulp van compressoren, voorraadvaten, sluizen e.d., die niet in de figuur zijn afgeheeld). Een zuurstofrijk gas, afkomstig van een luchtscheidingsinrichting 10, wordt via een leiding 9 eveneens in de reactor 8 gevoerd. In de luchtscheidingsinrichting 10 wordt 20 lucht toegevoerd via een leiding 11. Daar wordt een zuurstofrijke gasstroom gevormd die via de leiding 9 naar de reactor 8 wordt geleid en een nagenoeg zuivere stikstofstroom, die althans ten dele kan worden gebruikt bij het transport van de brandstof naar de reactor 8 via de leiding 6. (Deze stroom is niet weergegeven in de 25 figuur). Ook produceert de inrichting 10 een afvalstikstofstroom die via een leiding 12 wordt afgevoerd. In de reactor 8 vindt de vergassing van de koolstofhoudende brandstof met de zuurstof en een moderator (stoom of C0^) die via een leiding 13 wordt toegevoerd, plaats. Het gevormde synthesegas dat beladen is met 30 slakdruppeltjes, wordt via een leiding 14 naar een koelzone 15 gevoerd waar het wordt afgekoeld door de injectie met een gekoeld en gezuiverd gerecirculeerd synthesegas dat via een leiding 16 wordt toegevoerd. In de koelzone 15 stollen alle slakdruppeltjes in het hete synthesegas. Via een leiding 17 wordt een mengsel van 35 synthesegas en vaste slakdeeltjes uit de koelzone 15 afgevoerd en 8201715 in een afvalwarmteketel 18 gebracht waar het indirect wordt gekoeld met water dat via een leiding 19 wordt toegevoerd en als stoom wordt afgevoerd via een leiding 20. Vanuit de afvalwarmteketel 18 wordt het nog warme mengsel van synthesegas en vaste slakdeeltjes 5 via een leiding 21 naar een venturi-buis 22 gevoerd. Daar wordt het in contact gebracht met een suspensie van vaste slakdeeltjes in water die via een leiding 23 naar de venturi-buis 22 wordt gebracht. In de venturi-buis 22 verdampt al het water van de suspensie en een mengsel van synthesegas, waterdamp en vaste 10 slakdeeltjes wordt via een leiding 24 naar een cycloon 25 geleid waar het merendeel van de vaste slakdeeltjes wordt afgescheiden van het gasmengsel en via een leiding 26 wordt afgevoerd uit de installatie. Het restant van de vaste slakdeeltjes wordt samen met het gasmengsel via een leiding 27 in een venturi-wasser 28 gevoerd 15 en hier in aanraking gebracht met een waterige suspensie van vaste slakdeeltjes die via een leiding 29 wordt toegevoerd. Het mengsel van synthesegas, waterdamp, waterdruppels en vaste slakdeeltjes dat in de venturi-wasser 28 wordt gevormd, wordt naar een afscheidingsinrichting 31 gebracht via een leiding 30. Hier wordt 20 een waterige suspensie van vaste slakdeeltjes afgescheiden van het gasmengsel en afgevoerd via de leiding 23. Via de leiding 23 wordt de waterige suspensie naar de venturi-buis 22 gebracht. Het mengsel van synthesegas en waterdamp dat nog een geringe hoeveelheid vaste slakdeeltjes bevat, wordt via een leiding 32 onderin een 25 gaswaskolom 33 gevoerd, waar het in tegenstroom in aanraking wordt gebracht met water dat via een leiding 35 bovenin de kolom 33 wordt toegevoerd. In de kolom 33 worden de laatste resten vaste slakdeeltjes uit het gasmengsel verwijderd waardoor een waterige suspensie van vaste slakdeeltjes wordt gevormd die via de leiding 30 29 uit de kolom 33 naar de venturi-wasser 28 wordt gevoerd. Het gasmengsel dat nu praktisch vrij is van vaste slakdeeltjes wordt via een leiding 34 naar een koeler 36 gebracht waar door indirecte warmtewisseling met de koude afvalstikstofstroom uit de leiding 12 het synthesegasmengsel verder wordt afgekoeld en de 35 afvalstikstofstroom wordt verwarmd. De resulterende warme stroom 8201715 - 8 - wordt via de leiding 3 afgevoerd van de koeler 36 en wordt toegevoerd naar de maalinrichting 2. Als er afkoeling van het synthesegasmengsel tot onder het dauwpunt plaatsvindt in de koeler 36 wordt een mengsel van synthesegas, waterdamp en water via een 5 leiding 37 naar een luchtkoeler 38 gebracht, waar lucht via een leiding 39 wordt aan- en via leiding 40 wordt afgevoerd. Hier vindt koeling tot diep onder het dauwpunt plaats, waardoor vrijwel al het water condenseert. Als in de koeler 36 tot een temperatuur boven >- het dauwpunt van het gasmengsel wordt gekoeld, bevat de leiding 37 10 uitsluitend synthesegas en waterdamp. Vanuit de koeler 38 voert men een mengsel van synthesegas, gecondenseerd water en een geringe hoeveelheid waterdamp naar een afscheider 42 via een leiding 41.In Figure 1, a carbonaceous solid fuel is fed through a conduit 1 into a grinder 2. Via a conduit 3, a stream of warm nitrogen-rich gas is fed into the grinder 2, where the gas dries the finely ground fuel. Finely ground and dried fuel is led via the pipe 4 to a separator 5 with the gas mixture of, inter alia, nitrogen and water vapor. Suitable separators are, for example, curve separators, cyclones, filters, etc. In separator 5, the finely ground fuel is separated from the gas. The gas, which mainly consists of nitrogen and water vapor, is vented through a pipe 7. The separated fuel particles are fed via line 6 to a reactor 8. (Since the gasification reactor 8 preferably operates at elevated pressure, the fuel is pressurized using compressors, storage vessels, locks, etc., not shown in the figure). An oxygen-rich gas, originating from an air separation device 10, is also fed into reactor 8 via a pipe 9. In the air separator 10, air is supplied via a pipe 11. There, an oxygen-rich gas stream is formed, which is passed via the pipe 9 to the reactor 8, and a substantially pure nitrogen stream, which can be used at least partly in the transport of the fuel to reactor 8 via line 6. (This flow is not shown in the figure). The device 10 also produces a waste nitrogen stream which is discharged via a line 12. In the reactor 8, the gasification of the carbonaceous fuel with the oxygen and a moderator (steam or CO2) which is supplied via a line 13 takes place. The generated synthesis gas, which is loaded with 30 slag droplets, is fed via a conduit 14 to a cooling zone 15 where it is cooled by injection with a cooled and purified recirculated synthesis gas which is supplied via a conduit 16. In the cooling zone 15, all slag droplets solidify in the hot synthesis gas. Via a line 17, a mixture of synthesis gas and solid slag particles is discharged from the cooling zone 15 and placed 8201715 in a waste heat boiler 18 where it is cooled indirectly with water supplied via a line 19 and discharged as steam via a line 20. From the waste heat boiler 18, the still warm mixture of synthesis gas and solid slag particles 5 is fed via a line 21 to a venturi tube 22. There it is contacted with a suspension of solid slag particles in water which is brought via a conduit 23 to the venturi tube 22. In the venturi tube 22, all the water of the slurry evaporates and a mixture of synthesis gas, water vapor and solid slag particles is passed through a conduit 24 to a cyclone 25 where the majority of the solid slag particles are separated from the gas mixture and through a conduit 26 is drained from the installation. The remainder of the solid slag particles, together with the gas mixture, is fed via a pipe 27 into a venturi scrubber 28 and contacted here with an aqueous suspension of solid slag particles which is supplied via a pipe 29. The mixture of synthesis gas, water vapor, water droplets and solid slag particles that is formed in the venturi scrubber 28 is brought to a separator 31 via a pipe 30. Here, an aqueous suspension of solid slag particles is separated from the gas mixture and discharged via the pipe 23. The aqueous suspension is brought to venturi tube 22 via line 23. The mixture of synthesis gas and water vapor, which still contains a small amount of solid slag particles, is fed via a conduit 32 at the bottom of a gas washing column 33, where it is contacted countercurrently with water which is supplied via a conduit 35 at the top of column 33. In the column 33, the last residues of solid slag particles are removed from the gas mixture to form an aqueous suspension of solid slag particles which is passed through the pipe 29 from the column 33 to the venturi scrubber 28. The gas mixture which is now practically free of solid slag particles is brought via a conduit 34 to a cooler 36 where the synthesis gas mixture is further cooled and the waste nitrogen stream is heated by indirect heat exchange with the cold waste nitrogen stream from the line 12. The resulting hot stream 8201715-8 - is discharged through line 3 from cooler 36 and is supplied to grinder 2. When the synthesis gas mixture is cooled below dew point in cooler 36, a mixture of synthesis gas, water vapor and water brought via a pipe 37 to an air cooler 38, where air is supplied via a pipe 39 and exhausted via pipe 40. Here cooling takes place deep below the dew point, so that almost all the water condenses. When cooling in the cooler 36 to a temperature above> dew point of the gas mixture, the pipe 37 contains only synthesis gas and water vapor. From the cooler 38, a mixture of synthesis gas, condensed water and a small amount of water vapor is supplied to a separator 42 via a pipe 41.
In de afscheider 42 wordt het mengsel gesplitst in condensaat dat via een leiding 43 wordt afgevoerd en een nagenoeg droog 15 synthesegas dat via een leiding 44 wordt afgevoerd. Een gedeelte van het condensaat wordt via de leiding 35 gerecirculeerd naar de kolom 33. Het resterende gedeelte wordt uit de installatie afgevoerd via een leiding 45. Een deel van het nagenoeg droge synthesegas wordt teruggevoerd naar de koelzone 15 via de leiding 20 16. Het resterende gedeelte synthesegas wordt als eindprodukt voor verdere verwerking uit de installatie afgevoerd via een leiding 46.In the separator 42 the mixture is split into condensate which is discharged via a pipe 43 and a substantially dry synthesis gas which is discharged via a pipe 44. Part of the condensate is recycled via line 35 to column 33. The remaining part is discharged from the installation through line 45. Part of the substantially dry synthesis gas is returned to cooling zone 15 via line 20 16. The remaining part of synthesis gas is discharged from the installation as a final product for further processing via a pipe 46.
Figuur 2 toont een andere uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding. Deze werkwijze is bij uitstek geschikt voor toepassing bij vaste brandstoffen die betrekkalijk veel water 25 bevatten. Direct nadat het synthesegas de afvalwarmteketel 18 heeft verlaten wordt het via de leiding 21 naar een warmtewisselaar 101 gevoerd, waar het wordt afgekoeld met behulp van een vóórverwarmde stroom stikstofrijk gas dat via een leiding 102 naar de warmtewisselaar 101 wordt aangevoerd en via een leiding 103 wordt afgevoerd 30 naar de maalinrichting 2. Het afgekoelde synthesegas wordt via een leiding 105 naar een venturi-buis 106 gevoerd. Daar wordt het in contact gebracht met een waterstroom via een leiding 107. Al het toegevoerde water verdampt in de venturibuis 106. Het gasmengsel wordt via een leiding 108 naar een zakfilter 109 gevoerd. Daar 35 vindt de afscheiding van vaste slakdeeltjes uit het gasmengsel 8201715 I — - 9 - plaats. De afgescheiden vaste slakdeeltjes worden uit de installatie afgevoerd via een leiding 110. Het gasmengsel wordt via een leiding 111 naar de koeler 36 en vandaar via de leiding 37 naar de koeler 38 gevoerd. In de koelers 36 en 38 condenseert waterdamp. Na 5 afscheiding van het gecondenseerde water uit het synthesegas in de afscheider 42 wordt een gedeelte van het water via de leiding 107 naar de venturi-buis 106 gevoerd. In de koeler 36 wordt de koude stikstofrijke gasstroom via de leiding 12 aangevoerd en na opwarming via de leiding 3 afgevoerd. De enigszins warme gasstroom 10 kan verder worden verwarmd door indirecte warmtewisseling met oververhitte stoom in een warmtewisselaar 104 waar de stoom wordt aangevoerd via een leiding 112 en afgevoerd via een leiding 113. Daarvoor kan bijv. stoom, verkregen in de leiding 20 worden gebruikt. Ook is het mogelijk in plaats van indirecte 15 warmtewisseling met stoom stoominjectie in de stikstofrijke gasstroom toe te passen om de temperatuur van de gasstroom te verhogen. De warme stikstofrijke gasstroom wordt naar de warmtewisselaar 101 geleid. Daar koelt hij het synthesegas verder af en wordt hij zelf verder verhit. De hete gasstroom wordt 20 vervolgens via de leiding 103 naar de maalinrichting 2 gevoerd om de brandstof te drogen.Figure 2 shows another embodiment of the method according to the invention. This method is ideally suited for use with solid fuels containing a relatively large amount of water. Immediately after the synthesis gas has left the waste heat boiler 18, it is fed via line 21 to a heat exchanger 101, where it is cooled using a pre-heated stream of nitrogen-rich gas which is supplied through a line 102 to the heat exchanger 101 and through a line 103 discharged to grinder 2. The cooled synthesis gas is fed via line 105 to venturi tube 106. There it is brought into contact with a water flow through a conduit 107. All the water supplied evaporates in the venturi tube 106. The gas mixture is fed via a conduit 108 to a bag filter 109. There, the solid slag particles are separated from the gas mixture 8201715 I-9. The separated solid slag particles are discharged from the installation via a line 110. The gas mixture is fed via a line 111 to the cooler 36 and from there via the line 37 to the cooler 38. Water vapor condenses in coolers 36 and 38. After separating the condensed water from the synthesis gas in the separator 42, part of the water is fed via the line 107 to the venturi tube 106. In the cooler 36, the cold nitrogen-rich gas stream is supplied via line 12 and, after heating, via line 3. The slightly warm gas stream 10 can be further heated by indirect heat exchange with superheated steam in a heat exchanger 104 where the steam is supplied through a line 112 and discharged through a line 113. For example, steam obtained in the line 20 can be used. It is also possible to use steam injection in the nitrogen-rich gas stream instead of indirect heat exchange with steam to increase the temperature of the gas stream. The warm nitrogen-rich gas flow is directed to the heat exchanger 101. There he cools the synthesis gas further and he heats it further. The hot gas stream is then fed via line 103 to the grinder 2 to dry the fuel.
VOORBEELD 1EXAMPLE 1
Volgens een werkwijze, zoals beschreven in figuur 1, wordt 45,8 ton per uur (t/u) steenkool van de volgende samenstelling naar 25 de molen 2 gevoerd: C 67,3 gew.% H 4,4 " N 1,5 " 0 5,9 "According to a method as described in Figure 1, 45.8 tons per hour (t / h) of coal of the following composition is fed to the mill 2: C 67.3 wt% H 4.4 "N 1.5 "0 5.9"
S 2,9 MS 2.9 M
as 12,0 " water 6,0 11shaft 12.0 "water 6.0 11
Daaraan wordt 123,3 t/u van een stikstofrijke gasstroom van 120°C toegevoegd. Het gas heeft de volgende samenstelling: 8201715 - 10 _ N2+Ar 95 mol.% 02 4 " h2o 1 "To this is added 123.3 t / h of a nitrogen-rich gas flow of 120 ° C. The gas has the following composition: 8201715 - 10 _ N2 + Ar 95 mol.% 02 4 "h2o 1"
In een filter 5 wordt de fijngemalen steenkool van het gas afgescheiden. Via de leiding 6 wordt 43,93 t/u steenkoolpoeder naar de reactor 8 gevoerd. Via de leiding 7 wordt 125,17 t/u van het stikstofrijke gas met waterdamp gespuid. Het gas heeft een 5 temperatuur van 70°C en de volgende samenstelling: N Ar 92,8 mol.% 02 3,9 · H20 3,3 "In a filter 5, the finely ground coal is separated from the gas. Coal powder is fed to reactor 8 via line 6, 43.93 t / h. 125.17 t / h of the nitrogen-rich gas is discharged with water vapor via line 7. The gas has a temperature of 70 ° C and the following composition: N Ar 92.8 mol% 02 3.9 · H2O 3.3 "
Het watergehalte in het steenkoolpoeder bedraagt nog 2,0 gew.%. De temperatuur van het in de reactor 8 gegenereerde synthesegas bedraagt in de leiding 21 360°C.The water content in the coal powder is still 2.0% by weight. The temperature of the synthesis gas generated in the reactor 8 in the line 21 is 360 ° C.
Na het wassen met water bedraagt hij nog 130°C. In de koeler 10 36 wordt 176,5 t/u synthesegas gekoeld met 123,3 t/u stikstofrijk gas van 10°C. De temperatuur van het nu gevormde mengsel van synthesegas, waterdamp en water bedraagt 122°C; het stikstofrijke gas wordt verwarmd tot 120°C. In de koeler 38 wordt via luchtkoeling de temperatuur van het synthesegas bevattende mengsel 15 verlaagd tot 50°C, waardoor in totaal 19,1 t/u waterdamp condenseert. Na de scheiding van het mengsel in de afscheider 42 wordt door de leiding 45 1,55 t/u water en door de leiding 46 84,5 t/u synthesegas van de volgende samenstelling uit de installatie afgevoerd: CO 62,2 mol.% H2 27,6 " C02 2,0 " h2s 1,0 " H20 0,6 " N2 5,6 -It is still 130 ° C after washing with water. In the cooler 10 36, 176.5 t / h synthesis gas is cooled with 123.3 t / h nitrogen-rich gas at 10 ° C. The temperature of the mixture of synthesis gas, water vapor and water now formed is 122 ° C; the nitrogen-rich gas is heated to 120 ° C. In the cooler 38, the temperature of the synthesis gas-containing mixture 15 is lowered to 50 ° C via air cooling, whereby a total of 19.1 t / h of water vapor condenses. After the separation of the mixture in the separator 42, 1.55 t / h water is passed through the line 45 and 84.5 t / h synthesis gas of the following composition is discharged from the installation through the line 46: CO 62.2 mol% H2 27.6 "CO2 2.0" h2s 1.0 "H20 0.6" N2 5.6 -
Ar 1,0 " 8201715 f ΐ· - 11 - VOORBEELD 2Ar 1.0 "8201715 f ΐ - - 11 - EXAMPLE 2
In een werkwijze, zoals beschreven in figuur 2, wordt 50 t/u bruinkool naar de molen 2 gevoerd. De bruinkool heeft de volgende samenstelling: C 39,6 gew.% H 3,0 " N 0,7 " 0 10,3 ” S 0,7 " as 10,8 " water 34,9 " 5 Via de leiding 103 wordt daarbij 135 t/u stikstofrijk gas van 370°C met de volgende samenstelling gevoegd: N^+Ar 95 mol.% °2 4 " h2o 1 "In a method, as described in figure 2, 50 t / h of brown coal is fed to the mill 2. The brown coal has the following composition: C 39.6 wt.% H 3.0 "N 0.7" 0 10.3 ”S 0.7" ash 10.8 "water 34.9" 5 Via line 103, added 135 t / h nitrogen-rich gas of 370 ° C with the following composition: N ^ + Ar 95 mol.% ° 2 4 "h2o 1"
Na afscheiding in filter 5 wordt 35,8 t/u bruinkoolpoeder via de leiding 6 naar de reactor 8 gevoerd en wordt via de leiding 7 149,2 t/u stikstofrijk gas met waterdamp gespuid. Het gespuide gas heeft 10 een temperatuur van 90°C en de volgende samenstelling: - N2+Ar 81,6 mol.% 02 3,4 " H20 15,0 "After separation in filter 5, 35.8 t / h of lignite powder is fed via line 6 to reactor 8 and 149.2 t / h nitrogen-rich gas is purged with water vapor via line 7. The blown gas has a temperature of 90 ° C and the following composition: - N2 + Ar 81.6 mol% 02 3.4 "H20 15.0"
Het watergehalte in het bruinkoolpoeder bedraagt nog 9 gew.%.The water content in the brown coal powder is still 9% by weight.
De temperatuur van het in de reactor 8 gegenereerde synthesegas bedraagt in de leiding 21 400°C. In de warmtewisselaar 101 wordt deze temperatuur verlaagd tot 220°C, waarbij het 15 stikstofrijke gas in de leiding 102 van 180°C wordt verwarmd tot gas van 370°C, wat via de leiding 103 naar de molen 2 wordt gevoerd. Het gas dat uit de zakfilter 109 komt heeft nog een temperatuur van 180°C. In de koeler 36 wordt 103,1 t/u synthesegas tot 98°C gekoeld met 135 t/u koud stikstofrijk gas van 10°C. Het 20 stikstofrijke gas wordt daarbij verwarmd tot 160°C. Dit gas wordt in de warmtewisselaar 104 met stoom verder verwarmd tot 180°C, waarna het via de leiding 102 naar de warmtewisselaar 101 wordt 8201715 ψ - 12 - gevoerd. Het in de koeler 36 gevormde mengsel van synthesegas, waterdamp en water wordt in de luchtkoeler 38 afgekoeld tot 50° C, waardoor in totaal 7,1 t/u waterdamp condenseert. Na de scheiding van het mengsel in de afscheiden 42 wordt door de leiding 45 5,4 5 t/u water en via de leiding 46 58,0 t/u synthesegas van de volgende samenstelling uit de installatie afgevoerd: CO 59,1 mol.%.The temperature of the synthesis gas generated in the reactor 8 in the line 21 is 400 ° C. In the heat exchanger 101 this temperature is lowered to 220 ° C, the nitrogen-rich gas in the line 102 of 180 ° C being heated to gas of 370 ° C, which is fed via the line 103 to the mill 2. The gas coming out of the bag filter 109 still has a temperature of 180 ° C. In the cooler 36, 103.1 t / h synthesis gas is cooled to 98 ° C with 135 t / h cold nitrogen-rich gas at 10 ° C. The nitrogen-rich gas is thereby heated to 160 ° C. This gas is further heated in steam heat exchanger 104 to 180 ° C, after which it is fed via line 102 to heat exchanger 101. The mixture of synthesis gas, water vapor and water formed in the cooler 36 is cooled in the air cooler 38 to 50 ° C, whereby a total of 7.1 t / h of water vapor condenses. After the separation of the mixture into the separator 42, 5.4 5 t / h water is discharged from the installation via line 45 and 58.0 t / h synthesis gas of the following composition is passed through line 46: CO 59.1 mol. %.
H2 28,1 " C02 6,1 " H2S 0,5 " H20 0,6 " N2 4,4 "H2 28.1 "CO2 6.1" H2S 0.5 "H20 0.6" N2 4.4 "
Ar 1,2 " 8201715Ar 1,2 "8201715
Claims (8)
Priority Applications (7)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8201715A NL8201715A (en) | 1982-04-26 | 1982-04-26 | PROCESS FOR GASIFICATION OF A SOLID CARBON-FUEL FUEL. |
EP83200434A EP0092856B1 (en) | 1982-04-26 | 1983-03-28 | A process for the gasification of a solid carbon-containing fuel |
DE8383200434T DE3371358D1 (en) | 1982-04-26 | 1983-03-28 | A process for the gasification of a solid carbon-containing fuel |
CA000425271A CA1221238A (en) | 1982-04-26 | 1983-04-06 | Process for the gasification of a solid carbon- containing fuel |
AU13867/83A AU550402B2 (en) | 1982-04-26 | 1983-04-22 | Gasification of a solid carbon-containing fuel |
ZA832885A ZA832885B (en) | 1982-04-26 | 1983-04-25 | A process for the gasification of a solid carbon-containing fuel |
JP58071566A JPS58194987A (en) | 1982-04-26 | 1983-04-25 | Gasification of solid carbon-containing fuel |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8201715A NL8201715A (en) | 1982-04-26 | 1982-04-26 | PROCESS FOR GASIFICATION OF A SOLID CARBON-FUEL FUEL. |
NL8201715 | 1982-04-26 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8201715A true NL8201715A (en) | 1983-11-16 |
Family
ID=19839653
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8201715A NL8201715A (en) | 1982-04-26 | 1982-04-26 | PROCESS FOR GASIFICATION OF A SOLID CARBON-FUEL FUEL. |
Country Status (7)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0092856B1 (en) |
JP (1) | JPS58194987A (en) |
AU (1) | AU550402B2 (en) |
CA (1) | CA1221238A (en) |
DE (1) | DE3371358D1 (en) |
NL (1) | NL8201715A (en) |
ZA (1) | ZA832885B (en) |
Families Citing this family (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE3446715A1 (en) * | 1984-12-21 | 1986-06-26 | Krupp Koppers GmbH, 4300 Essen | METHOD FOR COOLING PARTIAL OXIDATION GAS CONTAINING DUST-BASED IMPURITIES, INTENDED FOR USE IN A COMBINED GAS STEAM TURBINE POWER PLANT |
JPH0678531B2 (en) * | 1986-06-11 | 1994-10-05 | 株式会社日立製作所 | Coal gasification method and apparatus |
DE4103362C1 (en) * | 1991-02-05 | 1992-04-23 | Voest Alpine Ind Anlagen | |
KR20000015802A (en) * | 1996-05-20 | 2000-03-15 | 가나이 쓰도무 | Coal gasification apparatus, coal gasification method and integrated coal gasification combined cycle power generating system |
AUPO910097A0 (en) * | 1997-09-10 | 1997-10-02 | Generation Technology Research Pty Ltd | Power generation process and apparatus |
US7503947B2 (en) | 2005-12-19 | 2009-03-17 | Eastman Chemical Company | Process for humidifying synthesis gas |
EP2119668A3 (en) * | 2008-05-16 | 2012-04-18 | Haldor Topsoe A/S | Process for the preparation of synthesis gas from black liquor |
JP2010059383A (en) * | 2008-09-08 | 2010-03-18 | Mitsubishi Heavy Ind Ltd | Gasification furnace apparatus |
US8349036B2 (en) | 2010-01-06 | 2013-01-08 | General Electric Company | Systems and method for heating and drying solid feedstock in a gasification system |
EP2487439B1 (en) * | 2011-02-14 | 2019-05-08 | General Electric Technology GmbH | Method and system for milling a fuel for an oxy-fuel combustion burner |
CN102604685B (en) * | 2011-12-29 | 2014-11-26 | 武汉凯迪工程技术研究总院有限公司 | Biomass synthesis gas positive pressure purification process and system configuration for oil production |
Family Cites Families (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB1370410A (en) * | 1973-01-26 | 1974-10-16 | Texaco Development Corp | Multi-hydrotorting of coal |
US3976442A (en) * | 1974-12-18 | 1976-08-24 | Texaco Inc. | Synthesis gas from gaseous CO2 -solid carbonaceous fuel feeds |
DE2503193A1 (en) * | 1975-01-27 | 1976-07-29 | Linde Ag | PROCESS FOR PRODUCING A HEATING GAS BY PRESSURE GASIFICATION OF CARBON FUELS |
US4152122A (en) * | 1977-12-05 | 1979-05-01 | Syngas International, Ltd. | Apparatus for the production of methane containing gas by hydrogasification |
US4158948A (en) * | 1978-08-16 | 1979-06-26 | Texaco Inc. | Conversion of solid fuels into fluid fuels |
DD143712A3 (en) * | 1978-08-18 | 1980-09-10 | Manfred Schingnitz | PROCESS FOR PROVISION OF PROCESS STEAM IN INTEGRATED BROWN COATING PLANTS |
US4272256A (en) * | 1979-10-15 | 1981-06-09 | Koppers Company Inc. | Method for heating oxygen containing gas in conjunction with a gasification system |
-
1982
- 1982-04-26 NL NL8201715A patent/NL8201715A/en not_active Application Discontinuation
-
1983
- 1983-03-28 DE DE8383200434T patent/DE3371358D1/en not_active Expired
- 1983-03-28 EP EP83200434A patent/EP0092856B1/en not_active Expired
- 1983-04-06 CA CA000425271A patent/CA1221238A/en not_active Expired
- 1983-04-22 AU AU13867/83A patent/AU550402B2/en not_active Ceased
- 1983-04-25 JP JP58071566A patent/JPS58194987A/en active Pending
- 1983-04-25 ZA ZA832885A patent/ZA832885B/en unknown
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
AU550402B2 (en) | 1986-03-20 |
ZA832885B (en) | 1984-01-25 |
EP0092856B1 (en) | 1987-05-06 |
EP0092856A2 (en) | 1983-11-02 |
JPS58194987A (en) | 1983-11-14 |
DE3371358D1 (en) | 1987-06-11 |
EP0092856A3 (en) | 1984-07-04 |
CA1221238A (en) | 1987-05-05 |
AU1386783A (en) | 1983-11-03 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4260412A (en) | Method of producing direct reduced iron with fluid bed coal gasification | |
US4094650A (en) | Integrated catalytic gasification process | |
US8114176B2 (en) | Catalytic steam gasification of petroleum coke to methane | |
EP0639220B1 (en) | Integrated carbonaceous fuel drying and gasification process | |
US4459138A (en) | Recovery of alkali metal constituents from catalytic coal conversion residues | |
US4725337A (en) | Method for drying low rank coals | |
US4265868A (en) | Production of carbon monoxide by the gasification of carbonaceous materials | |
US4348487A (en) | Production of methanol via catalytic coal gasification | |
US4244706A (en) | Process for gasifying carbonaceous material from a recycled condensate slurry | |
US4514912A (en) | Process for drying of organic solid materials, particularly brown coals | |
EP0030841A2 (en) | Integrated coal drying and steam gasification process | |
US3963426A (en) | Process for gasifying carbonaceous matter | |
RU2513404C2 (en) | Method of fuel supply for fluidised gasification reactor from storage hopper | |
EP0123534A2 (en) | Process for the production of oxygenated organic compounds such as methanol | |
NL8201715A (en) | PROCESS FOR GASIFICATION OF A SOLID CARBON-FUEL FUEL. | |
US10435637B1 (en) | Hydromethanation of a carbonaceous feedstock with improved carbon utilization and power generation | |
US4443229A (en) | Gasification process for carbonaceous materials | |
US3944480A (en) | Production of oil and high Btu gas from coal | |
US4118201A (en) | Production of low sulfur fuels from coal | |
JPS62230604A (en) | Collection of sulfur from hydrogen sulfide equipped with washing column by high concentration oxygen and circulation process | |
JPS621784A (en) | Gasification of hydrocarbon fuel | |
US9556392B2 (en) | Gasification combined facility for carbon fuel including pneumatic conveying dryer | |
US5112586A (en) | Process for purification of synthesis gas | |
US4303415A (en) | Gasification of coal | |
KR100606385B1 (en) | Method for producing a mixture of iron carbide and granular, directly reduced iron |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
BV | The patent application has lapsed |