NL8201282A - Rotorgondeldeel van een deelbare gondel voor een windmolen. - Google Patents

Rotorgondeldeel van een deelbare gondel voor een windmolen. Download PDF

Info

Publication number
NL8201282A
NL8201282A NL8201282A NL8201282A NL8201282A NL 8201282 A NL8201282 A NL 8201282A NL 8201282 A NL8201282 A NL 8201282A NL 8201282 A NL8201282 A NL 8201282A NL 8201282 A NL8201282 A NL 8201282A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
rotor
nacelle
shaft
gondola
housing
Prior art date
Application number
NL8201282A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Fdo Techn Adviseurs
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Fdo Techn Adviseurs filed Critical Fdo Techn Adviseurs
Priority to NL8201282A priority Critical patent/NL8201282A/nl
Priority to EP83200409A priority patent/EP0093461A1/en
Publication of NL8201282A publication Critical patent/NL8201282A/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F03MACHINES OR ENGINES FOR LIQUIDS; WIND, SPRING, OR WEIGHT MOTORS; PRODUCING MECHANICAL POWER OR A REACTIVE PROPULSIVE THRUST, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F03DWIND MOTORS
    • F03D15/00Transmission of mechanical power
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F03MACHINES OR ENGINES FOR LIQUIDS; WIND, SPRING, OR WEIGHT MOTORS; PRODUCING MECHANICAL POWER OR A REACTIVE PROPULSIVE THRUST, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F03DWIND MOTORS
    • F03D15/00Transmission of mechanical power
    • F03D15/10Transmission of mechanical power using gearing not limited to rotary motion, e.g. with oscillating or reciprocating members
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02EREDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
    • Y02E10/00Energy generation through renewable energy sources
    • Y02E10/70Wind energy
    • Y02E10/72Wind turbines with rotation axis in wind direction

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Sustainable Development (AREA)
  • Sustainable Energy (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Wind Motors (AREA)

Description

P HP/JS/9
Rotorgondeldeel van een deelbare gondel voor een windmolen
De uitvinding betreft een rotorqondeldeel losneembaar uit een deelbare gondel voor een van een horizontale rotoras voorziene windmolen, in het bijzonder voor electriciteitsop-wekking, welk rotorqondeldeel behalve de rotoras omvat een 5 aan de rotoras gekoppeld tandwieldrijfwerk met uitgaande as voor de aandrijving van een generator, een op het tandwiel-drijfwerk aangesloten tornmotor en smeeroliepomp, en in geval van verstelbare rotorbladen een daarbij behorend bladverstel-mechanisme, alsmede regelingsmiddelen.
10 Het is bekend een dergelijk rotorgondeldeel als zelfdra gende constructie uit te voeren, waaraan dan de stoelen voor de lagering van de rotoras, de tandwielkast alsmede diverse andere mechanismen, apparatuur en leidingstelsels worden gemonteerd. Om een goede uitlijning te verkrijgen van in het 15 bijzonder rotoras met tandwielkast, moeten de bevestigings-vlakken nauwkeurig worden bewerkt, wat bij fabrikage extra kosten met zich brengt, terwijl tevens bij de montage groot vakmanschap is vereist en de montage tijdrovend is.
Verder is, omdat alle te monteren delen van rotoras la-20 qering en ook de tandwielkast zelf moeten voldoen aan eisen van sterkte en stijfheid en dit eveneens geldt voor de gon-delconstructie, het gewicht van de gondel met de daarin ondergebrachte mechanismen nog tamelijk groot.
De uitvinding heeft ten doel de tekortkomingen van de 25 bekende constructie op te heffen. Volgens de uitvinding wordt dit bereikt door in het zelfdragende rotorgondeldeel een behuizing van het tandwieldrijfwerk en de rotoras integraal in de constructie van het rotorqondeldeel op te nemen.
Het rotorgondeldeel is daarbij bij voorkeur uitgevoerd 30 als een afgeknotte, grotendeels holle keqel, die aan de basis is voorzien van een ringvormige flens en een wand, aan de top van een naar binnen gekeerd cylindrisch rotorlagerhuis, en inwendig van tenminste één dwarssteun, bijvoorbeeld dwars-schot, als deel van het geïntegreerde tandwieldrijfwerkhuis. 35 8201282 -2-
Een dergelijke constructie is licht en stijf en elimineert uitlijnproblemen bij de montage, dankzij de gefixeerde relatieve oriëntatie van het rotorlagerhuis en het tandwiel-drijfwerkhuis. Om montage van interne delen van de mechanis-5 men mogelijk te maken is het rotorgondeldeel bij voorkeur overlangs in twee delen gedeeld; beide delen zijn met op elkaar passende flenzen, gelegen in een vlak door de rotoras-lijn, middels bouten aan elkaar bevestigd.
Bij voorkeur is de conische wand van het rotorgondeldeel 1Ó aan de buitenzijde in langsrichting voorzien van verstij- vingsribben, die tevens als koelribben fungeren voor het koelen van de zich in het rotorgondeldeel bevindende smeerolie.
Bij voorkeur zijn uitwending op de wand, die de basis vormt van het afgeknotte kegelvormige rotorgondeldeel, de 15 tornmotor, de smeeroliepomp en de aandrijving voor het blad-verstelmechanisme aangebracht. Deze kleine delen zijn aldus van binnenuit de gondel goed toegankelijk voor inspektie en zonodig voor uitwisseling ter plaatse. Hierdoor wordt de frequentie van het losnemen van het rotorgondeldeel beperkt.
20 Genoemde en andere kenmerken van de uitvinding zullen in de hierna volgende beschrijving aan de hand van een tekening worden verduidelijkt.
In de tekening stellen voor: 25 8201282 -3-
Figuur 1 een zij-aanzicht van een windmolen volgens de uitvinding? figuur 2 op grotere schaal een gedeeltelijk weggebroken en geëxplodeerd zij-aanzicht van detail II uit figuur 1? 5 figuur 3 op grotere schaal een zij-aanzicht, gedeeltelijk doorgesneden van detail III uit figuur 1; figuur 4 een doorsnede over lijn IV-IV van figuur 3; figuur 5 een aanzicht volgens de pijlen V van figuur 3; figuur 6 een doorsnede over lijn VI-VI van figuur 3; 10 figuur 7 op grotere schaal een zij-aanzicht, gedeelte lijk in doorsnede van detail VII van figuur 3? en figuur 8 een met figuur 3 overeenkomend zij-aanzicht betreffende een variant van het in figuur 3 getekende mechanisme.
15 Een windmolenpark kan bestaan uit een reeks identieke windmolens (1) volgens de uitvinding, welke windmolens (1) van een horizontaal as-type zijn en een hefwerktuig dat langs deze windmolens verrijdbaar is.
Elke windmolen 1 (fig.1) heeft een molenschacht 5 en een 20 door de molenschacht 5 gedragen gondel 6.
De gondel 6 omvat een vast gondeldeel 7 en twee aan het vaste gondeldeel 7 aangebouwde gondeldelen 8 en 9.
Het vaste gondeldeel 7 heeft de vorm van een liggende cilinder 10 die met een cilindrisch bovenste molenschachtdeel 25 11 is verbonden en daaraan is vastgelast. Het vaste gondeldeel 7 is middels dit molenschachtdeel 11 en een draaikrans 12 draaibaar op een vaste molenschacht 13 van de molenschacht 5 opgesteld.
Voor het verdraaien van de gondel 6 is tenminste één 30 electromotor 15 aanwezig, die via een rondsel 16 en een tand-krans 17 de gondel 6 aandrijft voor het kruien ervan (figuur 2). Het vaste gondeldeel 7 heeft aan zijn onderzijde een mangat 14, zodat men zich van binnenuit de molenschacht 5 tot in de gondel 6 kan begeven.
35 8201282 -4-
Het gondeldeel 8 (fig.3), hierna rotorgondeldeel 8 genoemd, bevat een aantal mechanismen: namelijk een rotoras 18, een tandwieldrijfwerk 19 en een bladverstelmechanisme 20. Dit rotorgondeldeel 8 omvat: een kast 21, die opgebouwd is uit 5 een aan het vaste gondeldeel 7 aangebouwde wand 22, een naar een molenrotor 26 toegekeerd vrij einde 23 en een daartussen aangebrachte, divergerende mantel 24; een rotorlagerhuis 25 waarin een molenrotor 26 middels zijn rotoras 18 gelagerd is; en een tandwieldrijfwerkhuis 27 waarin het tandwieldrijfwerk 10 19 is gelagerd, dat door de rotoras 18 wordt aangedreven.
Het gondeldeel 9, hierna generatorbeschermkap 9 genoemd, heeft de vorm van een afgeknotte kegel en omgeeft een mechanisme dat een generator 28 omvat, die aan het vaste gondeldeel 7 is gelagerd.
15 Een in het vaste gondeldeel 7 aangebrachte tussenas 32 verbindt middels losmaakbare koppelingen 33 en 34 een van het tandwieldrijfwerk 19 uitgaande as 31 met een as 35 van de generator 28.
Het rotorgondeldeel 8 en door het rotorgondeldeel 8 met 20 de daarin aanwezige mechanismen 18,19 en 20 enerzijds en het vaste gondeldeel 7 anderzijds zijn middels uit bouten 29 bestaande bevestigingsmiddelen losmaakbaar met elkaar verbonden. De de generator 28 omgevende generatorbeschermkap 9 en de middels een schuifpassing in een draaggestel 100 aan het 25 vaste gondeldeel 7 gelagerde generator 28 enerzijds en het vaste gondeldeel 7 anderzijds zijn onderling losmaakbaar verbonden middels uit bouten 42, in geval van de generatorbeschermkap 9, en uit bouten 115, in geval van de generator 28, bestaande bevestigingsmiddelen.
30 Op een buitenvlak 36,37 van het rotorgondeldeel 8 en de generatorbeschermkap 9 en op een generatorhuis 38 van de generator 28 zijn door hijsogen 39 en 111 gevormde hijsbevestigingsmiddelen aangebracht. Een hijslijn van het hefwerktuig kan aan de hijsogen 39 of 111 bevestigd worden om het rotor-35 gondeldeel 8, de generatorbeschermkap 9 of de generator 28 van het vaste gondeldeel 7 te verwijderen.
8201282 -5-
De bouten 29 voor de bevestiging van het rotorgondeldeel 8 aan het vaste gondeldeel 7 zijn van binnenuit de gondel 6 bedienbaar en zijn via gaten 101, die in een centreerflens 102 van het vaste gondeldeel 7 zijn aangebracht, in schroef-5 gaten 30 van de wand 22 van het rotorgondeldeel 8 geschroefd.
Het rotorgondeldeel 8 en de door het rotorgondeldeel 8 omgeven mechanismen 18,19 en 20 kunnen tesamen in één keer met behulp van het hefwerktuig van het vaste gondeldeel 7 verwijderd worden, nadat achtereenvolgens de hijslijn van het iO hefwerktuig aan de hijsogen 39 van het rotorgondeldeel 8 is bevestigd, van binnenuit de gondel 6 de koppeling 33 is losgemaakt en van binnenuit de gondel 6 de het rotorgondeldeel 8 aan het vaste gondeldeel 7 bevestigende bouten 29 zijn losgeschroefd.
De bouten 42 voor de bevestiging van de generatorbe-schermkap 9 aan het vaste gondeldeel 7 zijn van binnenuit de gondel 6 bedienbaar en zijn via gaten 103, die in een flens 104 van het vaste gondeldeel 7 zijn aangebracht, in schroef-gaten 105 van een flens 106 van de generatorbeschermkap 9 20 geschroefd.
De generatorbeschermkap 9 kan van het vaste gondeldeel 7 verwijderd worden, nadat achtereenvolgens de hijslijn van het hefwerktuig aan het hijsoog 39 van de generatorbeschermkap 9 is bevestigd en van binnenuit de gondel 6 de de generatorbe-25 schermkap 9 aan het vaste gondeldeel 7 bevestigende bouten 42 zijn losgeschroefd.
De bouten 115 voor de bevestiging van de generator 28 aan het vaste gondeldeel 7 zijn via gaten 107, die in een centreerflensconstructie 117 van het draaggestel 100 van het 30 vaste gondeldeel 7 zijn aangebracht, in schroefgaten 108 van een flens 109 van de generator 28 ge schroefd.
Indien de generatorbeschermkap 9 van het vaste gondeldeel 7 verwijderd is, kan de generator 28 met behulp van het hefwerktuig van het vaste gondeldeel 7 verwijderd worden, 35 nadat achtereenvolgens de hijslijn van het hefwerktuig aan het hijsoog 111 van het generatorhuis 38 is bevestigd, van binnenuit de gondel 6 de koppeling 34 is losgemaakt, van binnenuit de gondel 6 de bouten 115 zijn losgeschroefd en de 8201282 -6- generator 28 uit het draaggestel 100, waarin hij middels een schuifpassing is opgenomen, is geschovenT’”””"
Het rotorgondeldeel 8 en de door het rotorgondeldeel 8 omgeven mechanismen 18,19 en 20 vormen tesamen een eenheid, die enerzijds en het vaste gondeldeel 7 anderzijds onderling losmaakbaar verbonden zijn. Daarentegen zijn de generatorkap 9 en het door de generatorkap 9 omgeven mechanisme 28 elk enerzijds en het vaste gondeldeel 7 anderzijds onderling losmaakbaar verbonden.
Het rotorgondeldeel 8 van de gondel 6 van de windmolen 1 omvat de kast 21, het rotorlagerhuis 25 en het tandwieldrijf-werkhuis 27. Het rotorlagerhuis 25 en het tandwieldrijfwerk-huis 27 zijn in de kast 21 opgenomen, waarbij de divergerende mantel 24 van de kast 21 een wand 24 van het tandwieldrijf-werkhuis 27 vormt (fig.3). In een door de rotoraslijn 41 begrensd langsvlak zijn delen van de divergerende mantel 24, . delen van het tandwieldrijfwerkhuis 27 en delen van het rotorlagerhuis 25 onderling onlosmakelijk verbonden en behoren zij tot één en hetzelfde monoliet 43. De kast 21, het rotorlagerhuis 25 en het tandwieldrijfwerkhuis 27 vormen een integrale eenheid. Deze integrale eenheid is in de richting van de rotoraslijn 41 in twee monolitische delen 44 en 45 deelbaar (fig. 4 en 5). De monolitische delen 44,45 worden met behulp van bouten 46 en moeren 47 omvattende bevestigingsmiddelen aan elkaar bevestigd.
Door middel van extra tandwielen 125 en uitgaande hulp-assen 48 zijn hulpmechanismen, bijvoorbeeld een tornmotor 49 en een smeeroliepomp 50, middels het tandwieldrijfwerk 19 met de rotoras 18 gekoppeld. Een gestel 51 voor de hulpmechanismen 49 en 50 is losmaakbaar aan de wand 22 van de kast 21 van het rotorgondeldeel 8 bevestigd. De smeeroliepomp 50 voorziet middels olieleidingen 52 de lagers 53-56 van smeerolie 57, die onderin de kast 21 wordt verzameld. Op het buitenvlak 36 van de divergerende mantel 24 zijn koelvinnen 58 aangebracht om de zich in de kast 21 bevindende smeerolie 57 te koelen.
De op het buitenvlak 36 van de divergerende mantel 24 aangebrachte koelvinnen 58 dienen tevens als verstijvingsvin-nen. De gondel 6 is zelfdragend en ontleent de benodigde stijfheid aan zijn vorm.
Het bladverstelmechanisme 20 voor het verstellen van 8201282 -7- rotorbladen 61 van de raolenrotor 26 die middels zijn rotoras 18 roteerbaar is gelagerd aan het rotorgondeldeel 8 van de gondel 6 van de windmolen 1, is door de holle rotoras 18 heen gevoerd. Het bladverstelmechanisme 20 omvat een door een 5 energiebron 62 gevoede rotatiemotor voor de aandrijving, bijvoorbeeld een electromotor 63, en een spindelas 64 omvattende verstelmiddelen die de electromotor 63 met de rotorbladen 61 koppelen.
De spindelas 64 is middels een lager 112 in de holle 10 rotoras 18 gelagerd en is aan één uiteinde vast verbonden aan de uitgaande as van een reductie tandwielkast 70 op de electromotor 63. Aan het andere uiteinde is de spindelas middels een schroefgang 71 in aangrijping met een axiaal in de holle rotoras 18 verschuifbaar en tegen rotatie geborgd drukstuk 68 15 dat verder via een stangenstelsel 69 is verbonden met de consoles 78 op de kraag 59 der draaibaar in de rotornaaf 121 gelagerde rotorbladen 61. Tussen spindelas 64 en rotoras 18 is een electromagnetische koppeling 65 aangebracht en op de as 67 van de aandrijfmotor 63 een electromagnetische rem 66. 20 Bladverstelling van de rotorbladen 61 vindt plaats wan neer de spindelas 64 een van de rotoras 18 afwijkende rota-tiesnelheid heeft en wel zodanig, dat wanneer de spindelas 64 in dezelfde rotatierichting sneller roteert dan de rotoras 18, de rotorbladen 61 van de vaanstand af worden versteld en 25 wanneer de spindelas 64 langzamer roteert verstelling naar de vaanstand toe plaats heeft. Wanneer bij een in bedrijf zijnde windmolen 1 geen bladverstelling behoeft plaats te vinden is de spindelas 64 middels de electromagnetische koppeling 65 vastgekoppeld aan de rotoras 18, is de electromagnetische rem 30 66 niet werkzaam en is de electromotor 63 onbekrachtigd.
Wanneer tijdens bedrijf de rotorbladen 61 moeten worden verstelddan is de electromagnetische koppeling 65 onwerkzaam evenals de electromagnetische rem 66 en wordt de electromotor 63 bekrachtigd, teneinde het voor de gewenste verstelling 35 benodigde toerental aan te nemen.
De electromotor 63 kan met tenminste twee snelheden worden aangedreven. Een hoge snelheid, waardoor de spindelas 64 een rotatiesnelheid aanneemt, die gelijk is aan die van de rotoras 18 bij het maximaal toelaatbare rotorbedrijfstoeren-40 tal, en een lage snelheid waardoor de spindelas 64 een rota- 8201282 -8- tiesnelheid aanneemt, die gelijk of kleiner is aan die van de rotoras 18 bij het minimum rotor-bedrijfstoerental. Voor het op bedrijfstoerental brengen van een windmolen 1 vanuit de ruststand, waarbij de rotorbladen 61 in vaanstand staan, zal 5 de electromotor 63 dus eerst met lage en daarna met hoge snelheid moeten worden aangedreven om een rotor-bedrijfs-toerental tussen minimum en maximum te bereiken. Om van het maximum bedrijfstoerental naar het minimum bedrijfstoerental te geraken moet de electromotor 63 op de lage snelheid worden 10 bedreven. Moet de windmolen 1 na het bereiken van het minimum bedrijfstoerental in ruststand worden gebracht dan wordt daarbij gehandeld zoals hierna is beschreven voor het uit bedrijf nemen bij het optreden van een noodtoestand.
Wanneer als gevolg van het optreden van een noodsituatie 15 de windmolen 1 zo snel mogelijk uit bedrijf moet worden genomen geschiedt dit bij het bladverstelmechanisme 20 volgens de uitvinding op de meest bedrijfszekere manier als volgt: de electromagnetische koppeling 65 wordt gelost door het afnemen van de electrische bekrachtiging en de electromagne-20 tische rem 66 wordt tot aangrijpen gebracht eveneens door het afnemen van de electrische bekrachtiging/ terwijl de electrische bekrachtiging van de electromotor 63 eveneens uitgeschakeld is. Hierdoor wordt de spindelasrotatie vertraagd ten opzichte van de rotorasrotatie en worden de rotorbladen 61 25 versteld naar de vaanstand toe, waardoor de molenrotor 26 aërodynamisch wordt afgeremd, terwijl voor deze verstelling geen inwendige energiebron behoeft te worden aangesproken.
In de holle rotoras 18 is de spindelas 64 middels een schroefgang 71 gekoppeld met het drukstuk 68 dat middels ge-30 leidestangen 72 geborgd tegen rotatie ten opzichte van de rotoras 18 verschuifbaar in de holle rotoras 18 is gelagerd. De rotoras 18 is voorzien van een ringvormig stootstuk 73 dat middels bouten 74 aan de rotoras 18 is bevestigd en waaraan de geleidestangen 72 zijn aangebracht. Het drukstuk 68 is 35 middels kogelscharnieren 75 met het stangenstelsel 69 gekoppeld. Het stangenstelsel 69 omvat stangen 76 die enerzijds middels kogelscharnieren 75 met het drukstuk 68 zijn verbonden en anderzijds middels kogelscharnieren 77 met consoles 78 zijn verbonden (fig.6). De console 78 is bevestigd op een 8201282 -9- kraag 59 van het rotorblad 61 dat middels een draaikrans 60 roteerbaar aan het vrije einde 42 van de rotoras 18 is gelagerd.
De electromagnetische lamellen koppeling 65 omvat een in 5 een bekrachtigingshuis 122 aangebrachte, ringvormige electro-magneet 79 die middels lagers 80 om een sterspiebus 81 is gelagerd (fig.7). Het bekrachtigingshuis 122 is geborgd tegen rotatie ten opzichte van de wand 22 van het rotorgondeldeel 8, daartoe is het bekrachtigingshuis 122 voorzien van tenmin-XO ste één uitsparing 123 voor een aan de wand 22 bevestigde nok 124. De sterspiebus 81 is om de rotoras 18 aangebracht en middels een spie 82 tegen rotatie ten opzichte van de rotoras 18 geborgd. Op de sterspiebus 81 zijn in axiale richting verschuifbare tegen rotatie ten opzichte van de sterspiebus 81 25 geborgde lamellen 83 aangebracht, die zich in radiale richting uitstrekken. De lamellen 83 worden omgeven door een sterspiehuis 84, dat op de spindelas 64 is aangebracht en middels een spie 85 tegen rotatie ten opzichte van de spindelas 64 is geborgd. Op het binnenvlak 86 van het sterspie-20 huis 84 zijn in axiale richting verschuifbare tegen rotatie ten opzichte van het sterspiehuis 84 geborgde lamellen 87 aangebracht, die zich in ruimten tussen de lamellen 83 en de ruimte tussen de lamellen 83 en het sterspiehuis 84 uitstrekken. Bij bekrachtiging van de electromagneet 79 zal door de 25 spoel 88 een magneetveld worden geïnduceerd, waardoor de lamellen 87 van het sterspiehuis 84 en de lamellen 83 van de sterspiebus 81 zich in een axiale richting tot aan een vast binnenvlak 86 van het sterspiehuis 84 toe verplaatsen, zodat de lamellen 87 en 83 op elkaar in aangrijping komen, waardoor 30 de spindelas 64 met de rotoras 18 wordt gekoppeld.
De electromotor 63 en de op de electromotoras 67 van de electromotor 63 inwerkende electromagnetische rem 66 zijn middels het reductietandwieldrijfwerkhuis 99 van het reduc-tietandwieldrijfwerk 70 aan een gestel 89 bevestigd. Het ge-35 stel 89 is losmaakbaar verbonden met de aangebouwde wand 22 van de kast 21 van het rotorgondeldeel 8.
In een regelsysteem voor de bediening van het bladver-stelmechanisme 20 zijn tasters 90 opgenomen die de rotatie-snelheid van de rotoras 18 bepalen, en welke middels bevesti-40 gingsmiddelen 91,92 met de wand 22 van de kast 21 van het rotorgondeldeel 8 verbonden zijn.
8201282 -10-
De voor het bladverstelmechanisme benodigde schakelsignalen zijn afkomstig van het regelsysteem, dat hier niet wordt besproken.
Afhankelijk van de signalen van het regelsysteem worden 5 bladen 61 middels het bladverstelmechanisme 20 naar de vaanstand toe respektievelijk van de vaanstand af versteld.
Bij het wegvallen van de electrische bekrachtigings-stroom als gevolg van een storing wordt de electromagnetische koppeling 65 gelost, waardoor de spindelas 64 van de rotoras 10 18 wordt ontkoppeld en wordt de electromagnetische rem 66 op de electromotoras 67 van de electromotor 63 tot aangrijpen gebracht, waardoor de rotatie van de spindelas 64 die middels het reductietandwieldrijfwerk 70 met de electromotoras 67 is gekoppeld, ten opzichte van de molenrotoras 18, wordt ver-15 traagd, zodat de rotorbladen 61 zonder gebruikmaking van de electromotor 63 de zin naar de vaanstand toe worden versteld en de molenrotor 26 tot stilstand komt.
De variant van het bladverstelmechanisme 20, getoond in figuur 8, is identiek met het bladverstelmechanisme 20 van 20 figuur 3, met dien verstande, dat de spindelas 64 via een kegeldrijfwerk 93 gekoppeld is met de rotorbladen 61.
Het rotoreindstuk 8 volgens de uitvinding, waarvan de kast 21, het rotorlagerhuis 25 en het tandwieldrijfwerkhuis 27 een integrale eenheid vormen, kan met de door het rotor-25 gondeldeel 8 omgeven mechanismen 18,19 en 20 in zijn geheel van het vaste gondeldeel 7 van de gondel 6 verwijderd worden. In geval van een windmolenpark kan het voor onderhouds- of reparatiewerkzaamheden te verwijderen rotorgondeldeel 8 uitgewisseld worden voor een reserve-rotorgondeldeel 8 en kunnen 30 onderhouds- en reparatiewerkzaamheden in een revisiewerk-plaats worden uitgevoerd.
Voor de generator 28 geldt hetzelfde als voor het rotorgondeldeel 8.
8201282

Claims (5)

1. Rotorgondeldeel (8), losneembaar van een gondel (6) voor een van een horizontale rotoras (18) voorziene windmolen (1), in het bijzonder voor electriciteitsopwekking, welk rotorgondeldeel (8) behalve de rotoras (18) omvat een aan de 5 rotoras (18) gekoppeld tandwieldrijfwerk (19) met uitgaande as (31) voor de aandrijving van een generator (28), een op het tandwieldrijfwerk (19) aangesloten tornmotor (49) en smeeroliepomp (50), en in het geval van verstelbare rotorbladen (61) een daarbij behorend bladverstelmechanisme (20), 10 alsmede regelingsmiddelen, met het kenmerk, dat in het zelfdragende rotorgondeldeel (8) een behuizing (27,25) van het tandwieldrijfwerk (19) en de rotoras (18) integraal in de constructie van het rotorgondeldeel (8) is opgenomen.
2. Rotorgondeldeel volgens conclusie. 1, met het kenmerk, 15 dat het rotorgondeldeel (8) is uitgevoerd als een afgeknotte, grotendeels holle kegel, die aan de basis is voorzien van een ringvormige flens (118) en een wand (22), aan de top van een naarbinnen gekeerd, cylindrisch rotorlagerhuis (25), en inwendig van tenminste een dwarssteun (27), bijvoorbeeld een 20 dwarsschot, als deel van het geïntegreerde tandwieldrijfwerk-huis (21).
3. Rotorgondeldeel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het rotorgondeldeel (8) overlangs is gedeeld in twee delen (44,45), die met op elkaar passende flenzen (119,120), 25 gelegen in een vlak door de rotoraslijn (41), middels bouten (46) aan elkaar zijn bevestigd.
4. Rotorgondeldeel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat een conische wand (24) aan de buitenzijde in langsrich-ting is voorzien van verstijvingsribben (58) die tevens als 30 koelribben (58) fungeren voor het koelen van de zich in het rotorgondeldeel (8) bevindende smeerolie (57).
5. Rotorgondeldeel volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat uitwendig op de wand (22) aan de basis van het afgeknot kegelvormig rotorgondeldeel (8) de tornmotor (49), de smeer- 35 oliepomp (50) en in geval van verstelbare rotorbladen (61) de aandrijving van het bladverstelmechanisme (20) is aangebracht. 8201282
NL8201282A 1982-03-26 1982-03-26 Rotorgondeldeel van een deelbare gondel voor een windmolen. NL8201282A (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8201282A NL8201282A (nl) 1982-03-26 1982-03-26 Rotorgondeldeel van een deelbare gondel voor een windmolen.
EP83200409A EP0093461A1 (en) 1982-03-26 1983-03-23 Rotor cabin part of a divisible nacelle for use in a windmill

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8201282A NL8201282A (nl) 1982-03-26 1982-03-26 Rotorgondeldeel van een deelbare gondel voor een windmolen.
NL8201282 1982-03-26

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8201282A true NL8201282A (nl) 1983-10-17

Family

ID=19839493

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8201282A NL8201282A (nl) 1982-03-26 1982-03-26 Rotorgondeldeel van een deelbare gondel voor een windmolen.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP0093461A1 (nl)
NL (1) NL8201282A (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AU3597095A (en) * 1994-10-07 1996-05-02 Gerald Hehenberger Planetary gear for wind turbines
DE29609794U1 (de) * 1996-06-03 1996-08-22 aerodyn GmbH, 24768 Rendsburg Getriebe-Generator-Kombination
DE10043593B4 (de) * 2000-09-01 2014-01-09 Renk Ag Getriebe für Windgeneratoren
DE102004046563B4 (de) * 2004-09-24 2008-01-03 Aerodyn Energiesysteme Gmbh Windenergieanlage mit vollintegriertem Maschinensatz
EP2184487B1 (en) * 2008-11-10 2011-07-20 Ecotecnia Energias Renovables, S.L. Wind turbine lubrication system
CN112879313B (zh) * 2021-01-22 2022-07-01 东北石油大学 一种机泵一体化的潜油离心泵

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2823525C2 (de) * 1978-05-30 1985-05-09 M.A.N. Maschinenfabrik Augsburg-Nuernberg Ag, 8000 Muenchen Windenergieanlage und Verfahren zu deren Errichten

Also Published As

Publication number Publication date
EP0093461A1 (en) 1983-11-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8201283A (nl) Deelbare gondel voor een windmolen.
US9309868B2 (en) Wind turbine power transmission system and method of installing a wind farm including same
US6232673B1 (en) Windmill
US8450871B2 (en) Positioning of a rotor of a wind power plant
EP1882854B1 (en) Apparatus for assembling rotary machines
EP2397691B1 (en) Gear set, wind turbine incorporating such a gear set and method of servicing a wind turbine
EP2143936B1 (en) Wind turbine comprising a main bearing and method for replacement of the main bearing
US20120181792A1 (en) Wind turbine
EP3084210A1 (en) Pitch actuator arrangement and method of installing a pitch actuator arrangement
CN104234928B (zh) 用于使风力涡轮机的转子转动的装置和方法
EP3660302B1 (en) Yaw system for a wind turbine
NL8204845A (nl) Bladverstelmechanisme voor de rotorbladen van een windmolen.
JP2005538305A (ja) 同心配置されたギア/発電機を有する風力発電装置
CN102575652A (zh) 结合转子轴的发电机传动设备
EP2541058A1 (de) Antriebssystem für eine Windkraftanlage
DE102011008029A1 (de) Windenergieanlage
NL8201282A (nl) Rotorgondeldeel van een deelbare gondel voor een windmolen.
EP2987999B1 (en) Device and method for turning a rotor of a wind turbine
EP3450749B1 (en) Hoistable induction and cooling unit for wind turbine maintenance
CN111801494A (zh) 用于风力涡轮的模块化齿轮箱
JP7288044B2 (ja) 工具チェーン、並びに変速機及び発電機の内部部品を同心円状に固定するとともに交換する方法
NL8201281A (nl) Bladverstelmechanisme voor de rotorbladen van een windmolen.
CN219242114U (zh) 风轮锁止装置、风轮和风力发电机组
JPS6354144B2 (nl)
JP2005008321A (ja) 電動ウインチ

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed