NL8200520A - Werkwijze voor een drie-traps-regeneratie van een katalysator. - Google Patents

Werkwijze voor een drie-traps-regeneratie van een katalysator. Download PDF

Info

Publication number
NL8200520A
NL8200520A NL8200520A NL8200520A NL8200520A NL 8200520 A NL8200520 A NL 8200520A NL 8200520 A NL8200520 A NL 8200520A NL 8200520 A NL8200520 A NL 8200520A NL 8200520 A NL8200520 A NL 8200520A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
zone
coke
catalyst
regeneration
free
Prior art date
Application number
NL8200520A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Chevron Res
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Chevron Res filed Critical Chevron Res
Priority to NL8200520A priority Critical patent/NL8200520A/nl
Publication of NL8200520A publication Critical patent/NL8200520A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01JCHEMICAL OR PHYSICAL PROCESSES, e.g. CATALYSIS OR COLLOID CHEMISTRY; THEIR RELEVANT APPARATUS
    • B01J29/00Catalysts comprising molecular sieves
    • B01J29/90Regeneration or reactivation
    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C10PETROLEUM, GAS OR COKE INDUSTRIES; TECHNICAL GASES CONTAINING CARBON MONOXIDE; FUELS; LUBRICANTS; PEAT
    • C10GCRACKING HYDROCARBON OILS; PRODUCTION OF LIQUID HYDROCARBON MIXTURES, e.g. BY DESTRUCTIVE HYDROGENATION, OLIGOMERISATION, POLYMERISATION; RECOVERY OF HYDROCARBON OILS FROM OIL-SHALE, OIL-SAND, OR GASES; REFINING MIXTURES MAINLY CONSISTING OF HYDROCARBONS; REFORMING OF NAPHTHA; MINERAL WAXES
    • C10G11/00Catalytic cracking, in the absence of hydrogen, of hydrocarbon oils
    • C10G11/14Catalytic cracking, in the absence of hydrogen, of hydrocarbon oils with preheated moving solid catalysts
    • C10G11/18Catalytic cracking, in the absence of hydrogen, of hydrocarbon oils with preheated moving solid catalysts according to the "fluidised-bed" technique
    • C10G11/182Regeneration

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Oil, Petroleum & Natural Gas (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Materials Engineering (AREA)
  • Production Of Liquid Hydrocarbon Mixture For Refining Petroleum (AREA)
  • Catalysts (AREA)

Description

V. οί N.O.. 30.858
Werkwijze voor een, drie-traps-regeneratie van een katalysator
De önderhavige uitvinding heeft betrekking op katalysator-•regeneratie. Meer in het bijzonder heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een werkwijze voor het afbranden van stikstof bevattende kooks van een kooks bevattende deeltjesvormige katalysator» 5 terwijl verontreiniging van verbrandingsgassen gevormd bij het verbranden van de kooks met stikstofoxiden vermeden wordt.
In katalytische kraaksystemen wordt een katalysator in een bewegend bed of in een gefluïdiseerd bed toegepast. Katalytische kraking wordt uitgevoerd bij afwezigheid van uitwendige toegevoerde 10 moleculaire waterstof» in tegenstelling tot kraken met waterstof, waarbij moleculaire zuurstof tijdens de kraaktrap wordt toegevoegd.
Bij katalytische kraking wordt een hoeveelheid deeltjesvormige katalysator continu in kringloop gebracht tussen een kraakreactor en een katalysator-regenerator. In een gefluïdiseerd katalytisch 15 kraaksysteem (FGG) wordt een koolwaterstoftoevoer met katalysator-deeltjes in een koolwaterstofkraakzone of reactor in contact gebracht bij een temperatuur van ongeveer l*25°C - 600°C, gewoonlijk M>0°C - 560°C. De reacties van koolwaterstoffen bij de verhoogde bedrijfstemperatuur resulteren in afzetting van kooks op de kata-20 lysatordeeltjes. De verkregen vloeiende produkten worden van de met kooks gedeactiveerde verbruikte katalysator afgescheiden en aan de reactor onttrokken. De verkookste katalysatordeeltjes worden van vluchtige bestanddelen gestript, gewoonlijk door middel van stoom en naar de katalysator-regeneratie-zone geleid. In de kata-25 lysator-regenerator wordt de verbruikte katalysator in contact gebracht met een vooraf bepaalde hoeveelheid moleculaire zuurstof.
Een gewenst deel van de kooks wordt van de katalysator afgöbrand , waarbij de katalysator-activiteit wordt hersteld en gelijktijdig de katalysator wordt verhit tot bijvoorbeeld 5kO°G - 815°C» ge-30 woonlijk 590°C - 730°C. Verbrandingsgassen, die bij de verbranding van kooks in de katalysator-regenerator worden gevormd,kunnen behandeld worden ter verwijdering van deeltjesvormige stoffen en voor de omzetting van koolstofmonoxide, waarna het verbrandingsgas gewoonlijk naar dé atmosfeer wordt afgevoerd.
35 In de meeste FCC eenheden wordt thans een zeoliet bevattende katalysator gebruikt met een grote activiteit en selectiviteit. Katalysatoren van het zeoliet-type hebben een bijzonder grote activiteit en selectiviteit wanneer de concentratie van kooks op de 8200520 2 t 'i katalysator na regeneratie relatief gering is* zodat het in het algemeen wenselijk is zoveel mogelijk kooks af te branden bij het regenereren van zeoliet bevattende katalysatoren· Het is eveneens veelal gewenst zoveel mogelijk van het koolstofmonoxide* gevormd 5 bij de verbranding van kooks binnen het katalysator-regeneratie-systeem te verbranden om warmte-energie in stand te houden· De in standhouding van warmte is bijzonder belangrijk* wanneer de concentratie van kooks ep de verbruikte kraakkatalysator relatief gering is als gevolg van een grote katalysator-selectiviteit· Onder de 10 methoden* die zijn voorgesteld om de hoeveelheid koolstof op geregenereerde katalysator te verlagen en om koolstofmonoxide op een wijze te verbranden* die proceswarmte levert* valt de uitvoering ’ van koolstofmonoxide-verbranding in een gefluldiseerd katalysator-bed met dichte fase in de katalysator-regenerator onder toepassing 15 van een actief* de verbranding van koolstofmonoxide bevorderend metaal* Metalen zijngebruikt hetzij als een integraal bestanddeel van de kraakkatalysatordeeltjes hetzij als een bestanddeel van een afzonderlijk deeltjesvormig toevoegsel* waarin het actieve metaal met een drager anders dan de katalysatordeeltjes verenigd is.
20 Verschillende methoden van toepassing van metalen* die in kraaksystemen de verbranding van koolstofmonoxide bevorderen* zijn voorgesteld· In het Amerikaanse octrooischrift 2.62*7*860 wordt voorgesteld 0,1-1 gew,# chroom(III)oxide aan een kraakkatalysator toe te voegen om de verbranding van koolstofmonoxide tot kool-25 stofdioxide te bevorderen en na-verbranding te voorkomen. In het Amerikaanse octrooischrift 3·8θ8.121 wordt voorgesteld in een ka-talysator-regenerator deeltjes met een relatief grote afmeting, die een metaal voor het bevorderen van de verbranding van koolstofmonoxide bevatten, in te voeren· De circulerende hoeveelheid 30 deeltjesvormige vaste stoffen, bestaande uit katalysatordeeltjes met relatief kleine afmeting, wordt in kringloop gebracht tussen de kraakreactor en de katalysator-regenerator, terwijl de deeltjes, die de verbranding bevorderen, in de regenerator blijven vanwege hun afmeting· Oxydatie bevorderende metalen zoals kobalt, koper, 33 nikkel, mangaan, koperchromiet, enz·, geïmpregneerd op een anorganisch oxide, zoals aluminiumoxide, worden beschreven· In het Belgische octrooischrift 820.181 wordt het gebruik van kraakkatalysa-tor-deeltjes voorgesteld, die platina, palladium, iridium, rodium, osmium, ruthenium of rhenium bevatten ter bevordering van de oxyda-2*0 tie van koolstofmonoxide in een katalysator-regenerator. Een hoe- 8200520 3 * 4 veelheid van het metaal tussen een spoor en 100 delen per miljoen dient aan het katalysator-deeltje te worden toegevoegd* hetzij tijdens de bereiding van de katalysator hetzij tijdens de kraak-bewerking, zoals door toevoeging van een verbinding van het de ver-5 branding bevorderende metaal aan de koolwaterstoftoevoer· Insluiting van het promotor metaal in het kraaksysteem wordt door de publikatie vermeld ter verlaging van de produkt-selectiviteit bij de kraaktrap door de kooks en waterstofvorming aanzienlijk te vergroten· Katalysatordeeltjes* die het promotor metaal bevatten, kun-10 nen alleen gebruikt worden of kunnen gecirculeerd worden in fysisch mengsel met katalysator-deeltjes* die vrij zijn van het de verbranding bevorderende metaal· In de Amerikaanse octrooischriften if.072.600 en if.093.535 wordt het gebruik beschreven van verbranding • .bevorderende metalen in kraakkatalysatoren in concentraties van 15 0,01 tot 50 dpm, betrokken op de totale hoeveelheid katalysator·
Een probleem, dat bij sommige kraakbewerkingen ontmoet wordt bij het gebruik van een regeneratie van het met metaal bevorderde volledige koolstofmonoxide verbrandingstype is de ontwikkeling geweest van ongewenste stikstofoxiden (NO ) in het verbrandingsgas, 20 dat door de verbranding van kooks wordt gevormd. De onderhavige uitvinding is ten dele gericht op het verschaffen van een katalysa-tor-regeneratie-systeem, dat een hoge mate van kooksverwijdering en een volledige koolstofmonoxide verbranding binnen een katalysa-tor-regeneratie-systeem tot stand brengt, terwijl de concentratie 25 van stikstofoxide aanwezig in verbrandingsgas, dat door de verbranding van kooks wordt gevormd, aanzienlijk wordt verminderd.
Representatief voor de octrooi-literatuur over katalysator-regeneratie zijn de volgende octrooischriften. In het Amerikaanse octrooischrift 3·909*392 wordt een schema beschreven voor het ver-30 beteren van de koolstofmonoxide-verbranding met thermische middelen, De katalysator wordt gebruikt om een warmteval van verdunde fase te verschaffen voor de toegenomen warmteproduktie. In het Britse octrooischrift 2.001.545 wordt een tweetrapssysteem beschreven voor een katalysator-regeneratie, waarbij een partiele kataly-35 sator-regeneratie in de eerste trap wordt uitgevoerd en voorts een meer volledige regeneratie in de tweede trap wordt üitgevoerd met een afzonderlijk regeneratiegas. In het Amerikaanse octrooischrift 3.767.566 wordt een tweetrapsregeneratieschema beschreven, waarin een partiele regeneratie plaats heeft in een meegesleept katalysa-40 torbed en de tweede, meer volledige regeneratie plaats heeft in een 8200520
It 'I * dicht gefluidiseerd katalysatorbed· Ben enigszins soortgelijke regeneratiebewerking wordt beschreven in het Amerikaanse octrooi-schrift 3.902.990» waarin het gebruik van verschillende regenera-tietrappen vermeld wordt» waarbij katalysatorbedden met verdunde 5 en dichte fase worden toegepast en waarbij veelvoudige stromen regeneratiegas worden gebruikt. In het Amerikaanse octrooischrift ’ 3.926.8if3 wordt een veéltraps-regeneratieschema beschreven, waarin kooksverbranding in verdunde fase en dichte fase wordt uitgevoerd. In het Britse octrooischrift 1 ·if99·682 wordt het gebruik beschre-10 ven van een verbranding bevorderend metaal voor het vergroten van de koolstofmonoxideverbranding. Geen van dè hiervoor vermelde qc-trooischriften geeft een werkwijze voor het vormen van een verbrandingsgas met lage concentraties aan zowel koolstofmonoxide als stikstofoxiden, terwijl een in hoofdzaak volledige verwijdering van 15 kooks van de katalysator wordt bewerkstelligd.
Gevonden werd dat stikstof bevattende kooks kan worden afgebrand van een kooks bevattende deeltjesvormige katalysator voor het verschaffen van een laag gehalte rest koolstof op de katalysator en een verbrandingsgas met zowel een lage concentratie aan kool-20 stofmonoxide als Ν0χ kan worden gevormd bij het verbranden van de kooks, door (a) in hoofdzaak alle kooks af te branden van een eerste deel van de kooks bevattende katalysator met een regeneratiegas, dat vrije zuurstof bevat in een eerste regeneratiezone en in hoofdzaak alle koolstofmonoxide gevormd in de eerste zone te ver-25 branden, waarbij voldoende vrije zuurstof in de eerste zone wordt ingevoerd om ten minste 1 vol.# achtergebleven vrije zuurstof in het regeneratiegas te verschaffen na de verbranding van de kooks en het koolstofmonoxide, waarbij stikstofoxiden in de eerste zone worden gevormd, (b) het regeneratiegas van de eerste zone in een 30 tweede zone te leiden, onder vorming van koolstofmonoxide en koolstofdioxide en een in hoofdzaak zuurstofvrije atmosfeer in de tweede zone op te wekken door het afbranden van kooks van een tweede deel van de kooks bevattende katalysator en koolstofmonoxide te verbranden met in hoofdzaak alle achtergebleven vrije zuurstof en 35 de hoeveelheid stikstofoxiden in het regeneratiegas te verlagen door reactie van ten minste een deel van de stikstofoxiden in de zuurstofvrije atmosfeer onder vorming van vrije stikstof en (c) het regeneratiegas van de tweede zone in een derde regeneratiezone te leiden, in hoofdzaak alle koolstofmonoxide ontwikkeld in de tweede ifO regeneratiezone met additionele vrije zuurstof in contact met in 8200520 £ ' 4, <r 5 hoofdzaak kooksvrije katalysator in de derde zone te verbranden· Volgens een andere uitvoeringsvorm heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een werkwijze voor het afbranden van stikstof bevattende kooks van een kooks bevattende deeltjesvormige kataly-5 sater» door (a) een overwegend deel van de kooks bevattende katalysator in te voeren in een eerste gefluïdiseerd bed» dat in hoofdzaak kooksvrije katalysator in een lagere zone in een zich vertikaal uitstrekkend regeneratie-reservoir bevat» (b) een regeneratie-gas, dat vrije zuurstof bevat» opwaarts door de lagere zone te 10 leiden» waarbij in hoofdzaak alle kooks wordt afgebrand van het overwegende deel van kooks bevattende katalysator in het eerste bed en in hoofdzaak alle koolstofmonoxide, gevormd in het eerste bed in de lagere zone te verbranden, waarbij voldoende vrije zuurstof in de lagere zone wordt ingevoerd om ten minste 1 vol·# ach-15 tergebleven vrije zuurstof te verschaffen in het regeneratiegas bij het bovenste einde van de lagere zone, waarbij stikstofoxiden in de lagere zone ontwikkeld worden, (c) een ondergeschikt gedeelte van de kooks bevattende katalysator in een tweede gefluïdiseerd bed van katalysator in te voeren in een vertikale tussenzone in het regene-20 ratie-reservoir, stikstofoxiden bevattend regeneratiegas uit de lagere zone opwaarts door de tussenzone te leiden, koolstofmonoxide en koolstofdioxide te vormen en een in hoofdzaak zuurstofvrije atmosfeer op te wekken in het tweede bed door reactie van in hoofdzaak alle achtergebleven vrije zuurstof met kooks en koolstofmonoxi-25 de in het tweede bed en verlaging van de hoeveelheid stikstofoxiden in het regeneratiegas door reactie van ten minste een deel van de stikstofoxiden in de tussenzone onder vorming van vrije stikstof en .
(d) koolstofmonoxide bevattend regeneratiegas uit de tussenzone opwaarts door een derde gefluïdiseerd bed te leiden, dat in hoofd-30 zaak kooksvrije katalysator in een bovenste zone in het regeneratie-reservoir bevat en in hoofdzaak alle koolstofmonoxide ingevoerd in de bovenste zone te verbranden met extra vrije zuurstof in contact met het derde bed·
De bijgevoegde tekening is een schematische voorstelling van 35 een voorkeursuityoeringsvorm van de onderhavige uitvinding.
In de tekening is een zich vertikaal uitstrekkend regeneratie-reservoir 1 voorgesteld· Katalysator met stikstof hevattende kooks daarop afgezet, wordt in het systeem gebracht door een leiding 3 en wordt in twee gedeelten verdeeld, die in twee leidingen 5 en 7 ko-kO men» De relatieve hoeveelheden verbruikte katalysator, die in deze 8200520 « 6 twee leidingen komen* worden geregeld door instelling van de kleppen 9 en 11· Sen overwegend gedeelte van de kooks bevattende katalysator stroomt door leiding 7 in een gefluxdiseerd bed met dichte fase 13 van een in hoofdzaak kooksvrije katalysator die in een 5 eerste lagere regeneratie-zone of sectie 15 in het reservoir 1 gehandhaafd wordt. Een stroom vrije zuurstof bevattend regeneratie-• gas wordt in het reservoir geleid door een leiding 17 en een gas-verdelingsinrichting 19· De regeneratie-gasstroom gaat opwaarts door een verdelingsrooster 21 en door het gefluïdiseerde bed 13* 10 waarvan hefc bovenste einde wordt aangegeven door een lijn bij 23·
In hoofdzaak alle kooks, die in de lagere zone 15 gevoerd wordt met het overwegende deel van de kooks bevattende katalysator wordt in het bed 13 verbrand· In hoofdzaak alle koolstofmonoxide, dat in de zone 15 wordt gevormd» wordt eveneens verbrand· Voldoende overmaat 15 vrije zuurstof wordt in de zone 15 in het regeneratiegas gebracht om ten minste 1 vol·# achtergebleven vrije zuurstof te verschaffen in het regeneratiegas bij het bovenste einde van de zone 15 na verbranding van kooks en koolstofmonoxide. Stikstofoxiden worden in het regeneratiegas gevormd door verbranding van de stikstof bevat-20 tende kooks in de oxyderende atmosfeer» die in de zone 15 aanwezig is. De regeneratiegasstroom, die achtergebleven vrije zuurstof en stikstofoxiden bevat, verlaat de lagere zone 15 door een gasverde-lingsrooster 25* Het ondergeschikte deel van de kooks bevattende katalysator stroomt door de leiding 15 in een gefluidiseerd bed 25 met dichte fase 27 van een ten dele geregenereerde katalysator in een tweede» vertikale tussen-regeneratiezone of sectie 29 in het reservoir 1. De bovenzijde van het bed met dichte fase 27 wordt op een niveau gehandhaafd, dat wordt aangegeven door een lijn bij 31· Partieel geregenereerde katalysator in het bed 27 gaat door een 30 overloopkoker 33 in de lagere sectie 15 net een voldoende snelheid om het gewenste niveau in het bed 27 te handhaven* De achtergebleven vrije zuurstof aanwezig in het regeneratiegas, dat de tussenzone binnentreedt, wordt volledig verbruikt in de tussenzone door verbranding van kooks en koolstofmonoxide in het bed 27» hetgeen 35 resulteert in een in hoofdzaak zuurstofvrije atmosfeer. Verbranding van kooks vormt koolstofdioxide en koolstofmonoxide. Stikstofoxiden aanwezig in het regeneratiegas worden omgezet voor het vormen van vrije stikstof in de zuurstofvrije atmosfeer in contact met het bed 27, zodat de hoeveelheid stikstofoxiden in het regeneratiegas aan-zienlijk wordt verminderd. Extra vrije zuurstof bevattend gas wordt 8200520 < .c 7 ingevoerd in de koolstofmonoxide bevattende regeneratiegasstroom in de bovenzijde van de tussensectie 29 boven bet bed met dichte fase 27 door middel van een leiding 35 en een verdeelinrichting 37* Het met vrije zuurstof verrijkte regeneratiegas treedt uit de tus-5 sensectie 29 door een verdelingsrooster 39* In hoofdzaak kooksvrije katalysator wordt uit het bed 13 in de lagere zone I5 verwijderd • door een leiding 1*1 met een snelheid» die geregeld wordt door een klep 43 en wordt in een stuwreservoir 45 geleid. Een deel van de t kooksvrije katalysator in het reservoir 45 wordt opwaarts meege-10 sleept met stoom, die wordt ingevoerd door een leiding 47* De stoom en meegesleepte katalysator worden door een stijgbuis 49 in een gefluxdiseerd bed met dichte fase 51 van kooksvrije katalysator geleid, die gehandhaafd wordt in een derde , bovenste regeneratie-zone of sectie 53 in het reservoir 1. De bovenzijde van het bed met 15 dichte fase 51 wordt op een niveau gehandhaafd, dat aangegeven wordt door een lijn bij 55* Verhitte katalysator in |iet bed 51 wordt door een overloopkoker 57 in de lagere sectie 15 geleid. Kooksvrije katalysator wordt ingevoerd in en verwijderd uit het bed 51 met een voldoende snelheid om het bed op een gewenste tempera-20 tuur te handhaven. Het regeneratiegas gaat van uit het verdelingsrooster 39 opwaarts door het bed met dichte fase 51· Koolstofmonoxide in het regeneratiegas wordt in hoofdzaak volledig verbrand met de toegevoegde vrije zuurstof in contact met de kooksvrije katalysator in het bed 51» zodat de katalysator in het bed 51 in hoofd-25 zaak alle verbrandingswarmte absorbeert. De verkregen koolstof- monoxidevrije verbrandingsgasstroom gaat opwaarts uit het bed 51 en in een cycloonscheider 59* Meer cyclonen of cycloontrappen kunnen vanzelfsprekend gebruikt worden. Eventuele in de verbrandingsgasstroom meegesleepte katalysator wordt in de cycloon afgescheiden 30 en naar^het bed.51 teruggeleid en het regeneratiegas (verbrandingsgas) wordt uit het reservoir 1 door een leiding 61 verwijderd. Teneinde de voorafgaande beschrijving te vereenvoudigen zijn verschillende noodzakelijke gebruikelijke elementen van de uitvoeringsvorm niet aangegeven of beschreven. Dergelijke elementen, bijvoorbeeld 35 regelingsinrichtingen, pompen en compressoren en dergelijke en hun gebruik en opstelling in de getekende uitvoeringsvorm zullen voor de deskundige duidelijk zijn.
Zoals hier gebruikt betekent de uitdrukking "oxyderende atmosfeer?! een atmosfeer, die ten minste 0,5 vol.# moleculaire zuurstof 40 en minder dan 0,1 vol·# koolstofmonoxide bevat.
8200520 4 'w 8
Zoals hier gebruikt betekent de uitdrukking "in hoofdzaak zuurstofvrije atmosfeer" een atmosfeer» die minder dan 0,5 vol.# vrije (moleculaire) zuurstof bevat.
Zoals hier gebruikt verwijst de uitdrukking "in hoofdtaak 5 kooksvrije katalysator" naar een katalysator» die een gemiddelde van 0,2 gew.# koolstof bevat.
Zoals hier gebruikt betekent de uitdrukking "gefluldiseerd bed met dichte fase" een gefluldiseerd bed van deeltjesvormige vaste stoffen met een dichtheid van 0,13 tot 0,2½ g/cm * afhanke-10 lijk van deeltjesdichtheid en de gassnelheid·
Katalysatoren,. die het best zijn aangepast voor de behandeling volgens de onderhavige uitvinding zijn die in <fc vorm van deeltjesvormige vaste stoffen. Bij voorkeur heeft de katalysator geschikte afmetingen voor katalytisch gebruik in een uitvoerings-15 vorm met een meegesleept bed of gefluldiseerd bed. Onder verwijzing naar katalytische omzettingssystemen, die thans technisch in gebruik zijn, is de onderhavige uitvinding in het bijzonder doelmatig voor het afbranden van kooks van verbruikte FCC katalysatoren; echter is het gebruik van het onderhavige regeneratiesysteem niet 20 beperkt tot FCC katalysatoren en kan gebruikt worden voor de behandeling van elke kooks bevattende deeltjesvormige katalysator, waarvoor een kooksafbranding gunstig is.
Een regeneratie volgens de uitvinding kan in een veelvoud reservoirs of kamers of in een enkel, zich vertikaal uitstrekkend 25 reservoir of een dergelijke kamer worden uitgevoerd, die op geschikte wijze in drie zones is verdeeld. De regenerator dient vanzelfsprekend in staat te zijn de regeneratiegassen en katalysator-deeltjes bij de temperaturen en drukken, die bij de uitvoering worden toegepast, te bevatten· Geschikte reservoirs zullen voor de 30 deskundige uit de beschrijving duidelijk zijn. Wanneer een enkelvoudig, zich vertikaal uitstrfikkend reservoir wordt toegepast, kan dit op geschikte wijze in drie regeneratiezones of secties op elke doelmatige wijze worden verdeeld, zoals bijvoorbeeld door het gebruik van gasverdelingsroosters, zeven of dergelijke, met een zo-35 danige afmeting dat de regeneratiegasstroaen .opwaarts door het reservoir kunnen stromen, terwijl een aanzienlijke stroom katalysator-deeltjes tussen de regeneratiezones voorkomen wordt, behalve voor de hierna te beschrijven gecontroleerde stroom katalysator.
Het toegepaste regeneratiegas dient een geschikt gehalte vrije zuurstof (moleculaire zuurstof) te bezitten. Gewoonlijk is lucht 8200520 9 Λ goed geschikt voor gebruik als toelevering van vrije zuurstof» maar het gebruik van lucht is niet essentieel. Bijvoorbeeld kan zuivere zuurstof of met zuurstof verrijkte lucht desgewenst eveneens gebruikt worden. Gebruikelijke gassen» die gebruikt worden bij 5 technische FCC uitvoeringen» zoals vrije stikstof (moleculaire stikstof), koolstofmonoxide, stoom en dergelijke zijn geschikt voor toepassing als fluidiserende en meeslepende gassen,
In het algemeen omvattende toegepaste regeneratie-omstandig-heden een combinatie van temperatuur en druk» voldoende om de ge-10 specificeerde mate van kooksverbranding, koolstofmonoxideverbran-ding en stikstofoxiden reactie te doen plaatshebben op de hierna te bespreken wijze. Temperaturen van 3b0°C tot 815°C zijn gewoonlijk goed geschikt· Temperaturen van 590°C tot 730°C verdienen de voorkeur, De stroomsnelheden van regeneratiegassen, meesleepgassen 15 en katalysatordeeltjes worden bij voorkeur op niveaus gehandhaafd, die een gefluxdiseerd bed van katalysator met dichte fase in elk van de drie regeneratiezones verschaffen, hoewel bewegende bedden of meegesleepte bedden van katalysator kunnen desgwenst eveneens gebruikt worden met geschikte, voor de hand liggende mechanische 20 verschillen van een uitvoering met een gefluïdiseerd bed, De voorkeursui t voer ings vorm met het gefluidiseerde bed kan op een gebruikelijke wijze worden uitgevoerd door opwaarts oppervlakte-gassnel-heden geschikt voor de afmeting en de dichtheid van katalysatordeeltjes, die regeneratie ondergaan, te handhaven en door geschik-25 te katalysator toevoer- en onttrekkingssnelheden te handhaven. De bedrijfsdruk is gewoonlijk niet bijzonder kritisch. Drukken van 100 tot 2000 kPa zijn in het algemeen goed geschikt. Drukken van 100 tot 500 kPa verdienen de voorkeur.
Het gebruik van een metaal voor het bevorderen van de ver-30 branding van koolstofmonoxide om bij te dragen in dè verbranding van koolstofmonoxide in het regeneratiegas verdient in hoge mate de voorkeur bij de uitvoering van de uitvinding. Metalen en metaalverbindingen, die vroeger zijn voorgesteld voor gebruik als promotors voor de verbranding van koolstofmonoxide, zoals vele over-35 gangsmetalen» kunnen gebruikt worden. Tot metalen, die voor toepassing bij de bevordering van de verbranding van koolstofmonoxide in het onderhavige systeem de voorkeur verdienen behoren platina, palladium, iridium, rodium, ruthenium, osmium, mangaan, koper en chroom. Het metaal wordt in een voldoende concentratie gebruikt om 40 de snelheid van koolstofmonoxide-verbranding tot de gewenste graad 8200520 10 te verhogen. Gewoonlijk wordt voldoende promotor voor de verbranding van koolstofmonoxide opgenomen om te zorgen voor een volledige verbranding van koolstofmonoxlde binnen het gefluïdiseerde bed met dichte fase. Bij technische FCC uitvoeringen is het gebruik van platina in verschil-5 lende vormen als metaal voor de bevordering van de verbranding van kool-stofmonoxide bekend. Een metaal voor het bevorderen van de koolstofmo-- noxideverbrandlng kan als· een bestanddeel van alle, of een overwegende of ondergeschikte fractie, van de katalysatordeeltjes in het systeem opgenomen zijn of kan als een bestanddeel van afzonderlijke, in hoofd-10 zaak katalytisch inerte deeltjes opgenomen zijn, die gemengd worden met de katalysatormassa en in kringloop gebracht worden in een fysisch mengsel met de katalysatordeeltjes. Een metaal, dat voor toepassing in afzonderlijke promotordeeltjes de voorkeur verdient, is platina.
Verontreiniging van het verbrandingsgas met zwaveloxiden, als ge-15 volg van de afbranding van zwavel bevattende kooks van de katalysator, kan doelmatig vermeden worden door toepassing van een vast reagens, of acceptor, als bestanddeel van de deeltjesvormige vaste stoffen, die aan regeneratie worden onderworpen. Zwaveloxiden in het verbrandingsgas reageren met, of adsorberen op, het reagens of de acceptor onder vorming 20 van zwavel bevattende vaste stoffen in de regenerator. Dit is in het bijzonder het geval in de zuurstofrijke atmosfeer, die in de eerste en derde regeneratiezones wordt verschaft, zoals hierna besproken. Op deze wijze kan het gehalte zwaveloxiden van het verbrandingsgas, dat de regenerator verlaat, aanzienlijk verminderd worden. Een vast reagens, dat 25 de voorkeur verdient, is aluminiumoxide, dat in de actieve vorm ervan met zwaveloxiden reageert onder vorming van een zwavel bevattende vaste stof. Het actieve aluminiumoxide, dat gebruikt wordt voor de reactie met zwaveloxiden, heeft een specifiek oppervlak van ten minste 50 m^/g· α-Aluminiumoxide is niet geschikt. Aluminiumoxide kan op geschikte wijze 30 worden opgenomen als een bestanddeel van alle of een deel van de kataly-satordeeltjes en kan opgenomen worden in afzonderlijke, in hoofdzaak katalytisch inactieve deeltjes, die fysisch gemengd zijn met de kataly-satordeeltjes. Wanneer afzonderlijke aluminiumoxide bevattende deeltjes gemengd worden met de katakysator wordt een voldoende hoeveelheid alu-35 miniumoxide bij voorkeur met de katalysator gemengd voor het verschaffen van een in hoofdzaak toenemende verwijdering van zwaveloxiden uit het regeneratiegas. Gewoonlijk kunnen goede resultaten bereikt worden, wanneer 0,1 tot 25 gew.Z aluminiumoxide met de katalysator wordt gemengd. Wanneer een aluminiumoxide bevattende katalysator wordt gebruikt, om- 8200520 11 - vat de katalysator bij voorkeur (op een zeolietvrije basis) minder dan 50 gew.# siliciumoxide en meer dan 25 gew.# aluminiumoxide.
Het zal voor de deskundige duidelijk zijn, dat de hoeveelheid kooks in de kooks bevattende katalysator, alsmede de concen-5 tratie van stikstof en zwavelverontreinigingen in de kooks, aanzienlijk zal variëren afhankelijk van factoren zoals de samenstelling en het kooktraject van de koolwaterstoftoevoer, die wordt omgezet onder toepassing van de katalysator, de samenstelling van de katalysator, het type koolwaterstofomzettingssysteem, waarin de 10 katalysator is gebruikt voorafgaande aan het afbranden van kooks (bijvoorbeeld bewegend bed, gefluxdiseerd bed, meegesleept bed), enz. De voordelen van de regeneratie volgens de uitvinding kunnen verkregen worden bij het afbranden van kooks van katalysatoren, die· een hoeveelheid kooks bevatten, die varieert binnen een ruim 15 traject en eveneens voor katalysatoren, die kooks bevatten met een stikstofgehalte, dat binnen een ruim traject kan variëren.
Volgens de uitvinding wordt een eerste gedeelte van de kooks bevattende katalysator ’in een eerste regeneratiezone gebracht. Ben vrije zuurstof bevattend regeneratiegas wordt door de katalysator 20 in de eerste regeneratiezone geleid· Ben eerste gedeelte van de kooks bevattende katalysator omvat ongeveer 60 # tot ongeveer 95 $ van de kooks bevattende katalysatordeeltjes. Bij voorkeur omvat het eerste gedeelte 80 # tot 90 # van de kooks bevattende katalysator.
De hoeveelheid vrije zuurstof (moleculaire zuurstof) die in de 25 eerste regeneratiezone wordt gebracht, is ten minste voldoende om stoechiometrisch te reageren met in hoofdzaak alle kooks koolstof, die aanwezig is in het overwegende gedeelte van de kooks bevattende katalysator en om te reageren met in hoofdzaak alle koolstofmonoxi-de, die in de eerste zone wordt ontwikkeld, met voldoende achter-30 blijvende vrije zuurstof, die wordt ingevoerd om ten minste 1 vol.# en bij voorkeur ten minste 3 vol.# vrije achterblijvende zuurstof te verschaffen in het regeneratiegas, dat aan de eerste zone wordt onttrokken. De samenstelling van het regeneratiegas verandert tijdens de passage ervan door de eerste regeneratiezone, van een sterk 35 oxyderende atmosfeer met een hoge zuurstofconcentratie en geen koolstofmonoxide bij toevoering, tot een minder oxyderende atmosfeer, bij voorkeur met een relatief lage achterblijvende vrije zuur-stofconcentratie, bij voorkeur minder dan 10 vol.#, bijzonder bij voorkeur minder dan 5 vol.#, wanneer het regeneratiegas wordt ont-40 trokken aan de eerste regeneratiezone na verbranding van de kooks 8200520 .12 en het koolstofmonoxide.
Vanwege de oxyderende atmosfeer* die in de eerste regeneratiezone wordt verschaft en de in hoofdzaak volledig uitgevoerde verbranding van kooks en koolstofmonoxide, resulteert de verbranding 5 van stikstof bevattende verbindingen in de kooks op de katalysator in de eerste regeneratiezone in de ontwikkeling van stikstofoxiden, in het bijzonder bij aanwezigheid van een metaal, dat de verbranding van koolstofmonoxide bevordert, zoals platina. Dientengevolge is het regeneratiegas verontreinigd met stikstofoxiden, wanneer 10 het uit de eerste regeneratiezone wordt verwijderd. Stikstofoxiden in het regeneratiegas worden omgezet of gereduceerd onder vorming van vrije stikstof (moleculaire stikstof) in een tweede regeneratiezone in een in hoofdzaak zuurstofvrije atmosfeer, die opgewekt wordt door verbranding van in hoofdzaak alle achtergebleven vrije 15 zuurstof met koolstofmonoxide en kooks op verbruikte en ten dele geregenereerde katalysator in de tweede regeneratiezone.
Volgens de uitvinding wordt een tweede gedeelte van de kooks bevattende katalysator, bij voorkeur 10 tot 20 # van de kooks bevattende katalysator in een tweede regeneratiezone ingevoerd. Het 20 stikstofoxide bevattende regeneratiegas, dat aan de eerste regeneratiezone wordt onttrokken, wordt door de katalysator in de tweede regeneratiezone geleid. Kooks bevattende katalysator wordt in dé tweede regeneratiezone ingevoerd in een hoeveelheid, die ten minste voldoende is om te reageren met in hoofdzaak alle achtergeble-25 ven zuurstof in het regeneratiegas onder vorming van koolstofmonoxide en koolstofdioxide en voor het opwekken van een in hoofdzaak zuurstofvrije atmosfeer in het regeneratiegas in contact met het katalysatorbed in de tweede regeneratiezone. De zuurstofvrije atmosfeer bevat bij voorkeur ten minste 0,5 vol.# koolstofmonoxide 30 en in het bijzonder bij voorkeur ten minste 2,0 vol·# koolstofmonoxide. Aangezien in hoofdzaak alle vrije zuurstof in het regeneratiegas verbruikt wordt bij het verbranden van kooks en koolstofmonoxide, wordt de concentratiejvrije zuurstof van het regeneratiegas in de tweede regeneratiezone verminderd tot minder dan 35 0,5 vol·# en bij voorkeur minder dan 0,1 vol·#. De aanwezigheid van een in hoofdzaak zuurstofvrije atmosfeer in het regeneratiegas laat de stikstofoxiden ten minste ten dele reageren onder vorming van vrije stikstof (moleculaire stikstof). De toevoersnelheid van verbruikte katalysator in de tweede regeneratiezone en de ont-40 trekkingssnelheid van katalysator worden bij voorkeur zodanig ge- 8200520 s> 13 regeld, dat katalysator, verwijderd uit de tweede zone» ten dele geregenereerd is, hetgeen gedefinieerd kan worden als katalysator met een koolstofgehalte van kooks, die minder is dan het koolstofgehalte van kooks van de oorspronkelijke kooks bevattende katalysa-5 tor en groter dan 0,2 gew.#· Bij voorkeur wordt de katalysator in de tweede regeneratiezone gehandhaafd als een gefluidiseerd bed met dichte fase van kooks bevattende, partieel geregenereerde katalysator. Bij voorkeur wordt de katalysator aan de tweede regeneratiezone onttrokken na partiele kooksverwijdering en naar de eer-10 ste regeneratiezone geleid teneinde een volledige kooksverwijdering te verschaffen.
Extra vrije zuurstof wordt in het zuurstofvrije, gewoonlijk koolstofmonoxide bevattende regeneratiegas geleid nadat stikstofoxiden gereageerd hebben onder vorming van· vrije stikstof in de 15 in hoofdzaak zuurstofvrije atmosfeer. De extra vrije zuurstof kan op geschikte wijze worden toegevoegd aan elk vrije zuurstof bevattend gas, zoals zuivere zuurstof, lucht of dergelijke. De hoeveelheid extra vrije zuurstof, die in het regeneratiegas wordt ingevoerd , is bij voorkeur ten minste voldoende om stoechiometrisch te 20 reageren met alle koolstofmonoxide in het regeneratiegas, dat de tweede regeneratiezone verlaat, voor de vorming van koolstofdioxide. Bijzonder bij voorkeur wordt voldoende vrije extra zuurstof in het regeneratiegas geleid voor het verschaffen van een achterblijvende vrije zuurstofconcentratie van ten minste 3 vol.$ in het re-25 generatiegas (verbrandingsgas) na verbranding van in hoofdzaak alle koolstofmonoxide in het regeneratiegas in een derde regeneratiezone. Het regeneratiegas wordt in de derde regeneratiezone ingeleid, hetzij vóór hetzij nadat de extra vrije zuurstof daarin is ingevoerd.
Verbranding van koolstofmonoxide aanwezig in het regeneratie-50 &as met de toegevoegde vrije zuurstof maakt een aanzienlijke hoeveelheid warmte vrij in het regeneratiegas in de derde regeneratiezone. Het is doelmatig deze warmte-energie uit het regeneratiegas terug te winnen, voordat verwijdering ervan uit het regeneratie-systeem plaats heeft. De bewaarde warmte-energie is vaak geschikt 55 voor de uitvoering van een ermee verband houdende katalytische om_ zettingsbewerking (bijvoorbeeld FCC omzetting) met de verkregen kooksvrije katalysator. Gewoonlijk hebben regeneratiegassen een geringe warmte-inhoud, zodat verbranding van koolstofmonoxide regeneratiegas kan verhitten tot een buitengewoon hoge temperatuur, wan-40 neer de verbranding plaats heeft waar het regeneratiegas niet in 8200520 contact is met een wezenlijke hoeveelheid katalysator» met een daaruit volgende mogelijkheid van temperatuurbeschadiging aan de apparatuur» die in contaót is met het verbrandingsgas» zoals cyclonen» leidingen» enz·· 5 Volgens de uitvinding wordt warmte-energie» ontwikkeld door de koolstofmonoxideverbranding in de derde regeneratiezone, geconserveerd door toepassing van een in hoofdzaak kooksvrije katalysator» die bij voorkeur geleverd wordt uit de eerste regeneratiezone» voor het verschaffen van een warmteval· Aangezien in hoofd-10 zaak kooksvrije katalysator» zoals geregenereerde katalysator teruggewonnen uit de eerste regeneratiezone, gebruikt wordt voor warmte-absorptie» wordt weinig óf geen verdere warmte uit de kooks-verbranding toegevoegd aan het regeneratiegas in de derde zone en worden weinig of geen verdere stikstofoxiden ontwikkeld. Dienten-15 gevolge bevat afvalgas, dat aan de derde regeneratiezone wordt onttrokken» weinig stikstofoxiden en koolstofmonoxide.
Bij voorkeur is de hoeveelheid in hoofdzaak kooksvrije katalysator, die in de derde regeneratiezone wordt gehandhaafd, voldoende om een gefluïdiseerd bed met dichte fase te verschaffen van 20 in hoofdzaak kooksvrije katalysator in contact met het regeneratiegas tijdens de verbranding van koolstofmonoxide en groot genoeg om absorptie van in hoofdzaak alle vrijgekomen warmte door de verbranding van koolstofmonoxide mogelijk te maken· Bijzonder bij voorkeur is de warmteval, die verschaft wordt door de kooksvrije katalysator, 25 effectief om elke temperatuurstijging in het regeneratiegas in de derde regeneratiezone tot minder dan 50°C boven de temperatuur van het regeneratiegas in de tweede regeneratiezone te beperken· De mate van toevoer van kooksvrije katalysator en verwijdering uit de derde zone wordt bij voorkeur geregeld om een eventuele toename in 30 temperatuur in het verbrandingsgas tot minder dan 50°C te beperken. De hoeveelheid kooksvrije katalysator» die in de derde regeneratiezone wordt gehandhaafd, is voldoende om de verbranding van ten minste een overwegend deel van het koolstofmonoxide in de regeneratie-gassen mogelijk te maken, terwijl het gas in contact is met het bed 35 van de kooksvrije katalysator. Bijzonder bij voorkeur zijn de snelheden van toevoeging van kooksvrije katalysator aan en onttrekking uit de derde regeneratiezone en de hoeveelheid kooksvrije katalysator, die in de derde regeneratiezone wordt gehandhaafd, voldoende om een in hoofdzaak volledige verbranding van alle koolstofmonoxide ^0 in het regeneratiegas mogelijk te maken, terwijl het regeneratie- 8200520 <*3 J> 15 gas in contact is met een gefluïdiseerd bed van dichte fase van kooksvrije katalysator·
De uitvinding kan het beste verder begrepen worden door opnieuw te verwijzen naar de specifieke voorkeursuitvoeringsvorm, 5 die in de bijgevoegde tekening is aangegeven·
Bij de uitvoering van een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt verbruikte FCC katalysator van het zeoliettype, dat bij voorkeur een aanzienlijke hoeveelheid aluminiumoxide bevat, dat in staat is met zwaveltrioxide te reageren ondér vorming van 10 een zwavel bevattende vaste stof, geregenereerd. In het systeem wordt een metaaltoevoegsel, dat de verbranding van koolstofmonoxide bevordert, toegepast, bij voorkeur in de vorm van aluminiumoxide-deeltjes, die 0,1 gew.# platina bevatten· De toevoegseldeeltjes worden bij voorkeur met de katalysatordeeltjes gemengd in een vol-15 doende hoeveelheid om verbranding van koolstofmonoxide in het ka-talysatorbed met dichte fase 13 te verbranden. De te regenereren verbruikte FCC katalysator bevat gewoonlijk ongeveer 0,3 - 2,0 gew·# kooks, waarvan gewoonlijk 0,01 - 1 gew.# stikstof en 0,25 - 5,0 gew·# zwavel is. Het zal voor de deskundige duidelijk zijn, 20 dat de hoeveelheid kooks aanwezig in een gebruikelijke verbruikte FCC katalysator en de hoeveelheden stikstof- en zwavelverbindingen in de kooks aanzienlijk zullen variëren, afhankelijk van de specifieke toevoer, de omzettingsomstandigheden en de toe gepaste katalysator· Het mengsel van verbruikte katalysator en toevoegsel voor 25 het bevorderen van de verbranding wordt in een gefluïdiseerd bed met dichte fase van geregenereerde, kooksvrije katalysator in de onderste sectie 15 van het regeneratiereservoir 1 door de leiding 3 Ingevoerd met een snelheid van ongeveer 2700 ton/uur. Verbruikte katalysator treedt het bed 13 binnen met een snelheid van ongeveer 30 2000 ton/uur. Zuurstof bevattend regeneratiegas, zoals lucht, wordt in het regeneratiereservoir ingevoerd door de verdelingsinrichting 19 met een voldoende snelheid om voldoende vrije zuurstof te verschaffen voor het in hoofdzaak verbranden van alle kooks op de katalysator en eventueel koolstofmonoxide, dat in het bed 13 is ont-35 wikkeld en om ten minste 3 vol·# achterblijvende vrije zuurstof te verschaffen na de volledige verbranding van kooks en koolstofmonoxide· Bij voorkeur wordt voldoende vrije zuurstof in het bed 13 ingevoerd om tussen ongeveer 3 en 5 vol·# vrije zuurstof in overmaat van de vrije zuurstof noodzakelijk voor stoechiometrische ver-ifO branding tot koolstofdioxide van in hoofdzaak alle koolstof van de 8200520 ~ . " 16 kooks in de katalysator in het bed 13 te leveren. Bij voorkeur worden in hoofdzaak alle kooks en koolstofmonoxide in het bed met dichte fase 13 verbrand. Stoom wordt indien noodzakelijk toegevoegd om de stromingssnelheid van het regeneratiegas en de opper-5 vlaktesnelheid op een geschikt niveau te houden om de katalysator-deeltjes in het bed 13 te fluïdiseren.
Kooks bevattende verbruikte katalysator wordt met een snelheid van ifOO ton/uur ingevoerd in het gefluïdiseerde bed met dich- . te fase 27 van partieel'geregenereerde katalysator, De katalysator 10 in het bed 27 heeft een kooksgehalte, dat kleiner is dan dat van de verbruikte katalysator en groter dan 0*2 gew·#· Koolstofmonoxi-de en koolstofdioxide worden gevormd en in hoofdzaak alle achtergebleven vrije zuurstof in het regeneratiegas wordt verbruikt door verbranding van kooks en koolstofmonoxide in het gefluïdiseerde 15 bed 27· Stikstofoxiden in het regeneratiegas worden omgezet in de verkregen zuurstofvrije atmosfeer onder vorming van vrije stikstof, De koolstofmonoxideconcentratie in het regeneratiegas, dat de bovenzijde 31 van het bed 27 verlaat, is bij voorkeur tussen ongeveer 1 en 15 vol.#. De temperatuur van het regeneratiegas, zoals dit de 20 bovenzijde 31 van het bed 27 passeert, ligt bij voorkeur in het traject van ongeveer 575 tot 750°C, bij voorbeeld ongeveer 670°C, Extra vrije zuurstof in een gas zoals lucht of lucht en stoom, wordt in de regeneratiegasstroom ingevoerd door middel van de ver-delingsinrichting 37» bij voorkeur in een hoeveelheid, die voldoen-25 de is om genoeg vrije zuurstof te verschaffen voor een in hoofdzaak volledige verbranding van alle koolstofmonoxide in het regeneratiegas en om ten minste 1 vol.# achterblijvende vrije zuurstof in het verbrandingsgas te verschaffen. Bijzonder bij voorkeur wordt voldoende extra vrije zuurstof in het regeneratiegas inge-30 voerd om een achterblijvende vrije zuurstofconcentratie te verschaffen van ten minste 30 vol.# in het verbrandingsgas, dat uit het regeneratiereservoir door de leiding 61 wordt verwijderd. De verbrandingsgasstroom boven de bovenzijde 55 van het kooksvrije katalysatorbed 51 in de bovenste zone 53 van het reservoir wordt 35 bij voorkeur op een temperatuur tussen 575°0 en 750°C, zoals bijvoorbeeld op ongeveer 660°C gehouden. De verbrandingsgasstroom bevat bij voorkeur minder dan 500 vol.dln per miljoen koolstofmonoxide.
8200520

Claims (8)

1. Werkwijze voor het afbranden van stikstof bevattende kooks van een kooks bevattende» deeltjesvormige katalysator» met het kenmerk» dat men 5 (a) in hoofdzaak alle kooks afbrandt van een eerste gedeelte van de kooks bevattende katalysator met een regeneratiegas, dat vrije zuurstof bevat» in een'eerste regeneratiezone en in hoofdzaak alle koolstofmonoxide» gevormd in deze eerste zone, verbrandt, waarbij voldoende vrije zuurstof in de eerste zone wordt ingevoerd voor het 10 verschaffen van ten minste 1 vol.# overblijvende vrije zuurstof in het regeneratiegas na de verbranding van de kooks en het koolstofmonoxide, waarbij stikstofoxiden in de eerste zone worden gevormd, (b) het regeneratiegas uit de eerste zone in een tweede zone leidt* koolstofmonoxide en koolstofdioxide vormt en een in hoofd-15 zaak zuurstofvrije atmosfeer in de tweede zone ontwikkelt door het afbranden^van*" een tweede gedeelte van de kooks bevattende katalysator en koolstofmonoxide verbrandt met in hoofdzaak alle overgebleven vrije zuurstof en de hoeveelheid stikstofoxiden in het regeneratiegas verlaagt door ten minste een gedeelte van de stikstof-20 oxiden in de zuurstofvrije atmosfeer te laten reageren onder vorming van vrije stikstof en Cc) het regeneratiegas uit de tweede zone in een derde regeneratiezone leidt, in hoofdzaak alle koolstofmonoxide, ontwikkeld in de tweede regeneratiezone, verbrandt met extra vrije zuurstof in 25 contact met in hoofdzaak kooksvrije katalysator in de derde zone.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het ken merk, dat men een gedeactiveerde katalysator toepast» waarvan de kooks een zwavelbestanddeel bevat, en de zwaveloxiden, die door de verbranding van de kooks worden gevormd, . omzet met een 30 vast reagens, dat in de deeltjesvormige katalysator iade eerste regeneratiezone is opgenomen, waarbij zwavel bevattende vaste stoffen worden gevormd.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat men een vast reagens toepast, dat aluminiumoxide be- 35 vat. 1*. Werkwijze volgens conclusies 1 tot 3» met het kenmerk, dat men de in hoofdzaak kooksvrije katalysator uit de eerste regeneratiezone in de derde regeneratiezone voert.
5. Werkwijze volgens conclusies 1 tot if, met het k0 kenmerk, dat men een voldoende hoeveelheid extra vrije zuur- 8200520 Λ 4» stof aan het reageneratiegas toevoegt om ten minste 1 vol.# vrije zuurstof in het regeneratiegas te verschaffen, dat aan de derde regeneratiezone wordt onttrokken na de verbranding van het koolstofmonoxide.
6. Werkwijze volgens conclusies 1 tot 5* met het kenmerk» dat men tevens een promotor voor de verbranding van koolstofmonoxide toepast in ten minste de eerste zone en de derde zone» 7» Werkwijze volgens conclusie 6, met het k e n -10 merk» dat men als promotor voor de verbranding van koolstof-monoxide ten minste een Tan de metalen platina, palladium, iridium, osmium, rodium» ruthenium, koper, chroom en mangaan toepast·
8. Werkwijze voor het afbranden van stikstof bevattende kooks van een kooks bevattende deeltjesvormige katalysator, met 15 het kenmerk, dat men (a) een overwegend gedeelte van de kooks bevattende katalysator invoert in een eerste gefluxdiseerd bed, dat in hoofdzaak kooks-vrije katalysator in een onderste zone in een zich vertikaal uitstrekkend regeneratie-reservofr bevat, 20 (b) een regeneratiegas, dat vrije zuurstof bevat, opwaarts door de onderste zone leidt, in hoofdzaak alle kooks afbrandt van het overwegende gedeelte van de kooks bevattende katalysator in het eerste bed en in hoofdzaak alle koolstofmonoxide, gevormd in het eerste bed, in de onderste zone verbrandt, waarbij voldoende vrije 25 zuurstof in de onderste zone wordt ingevoerd voor het verschaffen van ten minste 1 vol»# overblijvende vrije zuurstof in het regeneratiegas bij het boveneinde van de onderste zone, waarbij stikstofoxiden in de onderste zone worden ontwikkeld, (c) een ondergeschikte hoeveelheid van de kooks bevattende kata-30 lysator invoert in een tweede gefluxdiseerd bed van katalysator in een vertikale tussenzone in het regeneratie-reservoir, stikstofoxiden bevattend regeneratiegas uit de onderste zone opwaarts door de tussenzone leidt, koolstofmonoxide en koolstofdioxide vormt en een in hoofdzaak zuurstofvrije atmosfeer in het tweede bed ontwik-35 kelt door reactie van in hoofdzaak alle overgebleven vrije zuurstof met kooks en koolstofmonoxide in het tweede bed en de hoeveelheid stikstofoxiden in het regeneratiegas verlaagt door reactie van ten minste een deel van de stikstofoxiden in de tussenzone onder vorming van vrije stikstof en i*0 (d) koolstofmonoxide bevattend regeneratiegas uit de tussenzone 8200520 * ' 19 έκ - * ft opwaarts door een derde gefluxdiseerd bed leidt, dat in hoofdzaak kooksvrije katalysator in een bovenste zone in bet regeneratee-reservoir bevat en in hoofdzaak alle koolstofmonoxide, in de bovenste zone ingevoerd, met extra vrije zuurstof in contact met bet 5 derde bed verbrandt·
9. Werkwijze volgens conclusie 8, met bet k e n -• merk, dat men een kóoks bevattende katalysator toepast, waarbij de kooks een zwavelbestanddeel bevat, waarbij de zwaveloxiden, die gevormd worden door verbranding van kooks in de onderste en boven- 10 ste zones en de hoeveelheid zwaveloxiden in bet regeneratiegas worden verlaagd door reactie van de zwaveloxiden met een vast reagens, dat met de deeltjesvormige katalysator is opgenomen, onder vorming van zwavel bevattend vaste stoffen in de öndérste en bovenste zones· 15 10· Werkwijze volgens conclusie 9» met bet k e n - m e r k, dat men als vast reagens aluminiumoxide toepast·
11· Werkwijze volgens conclusies 1 tot 10, met bet kenmerk, dat men in· hoofdzaak kooksvrije katalysator uit de zone in de bovenste zone leidt· 20 12· Werkwijze volgens conclusies 8 tot 11, met bet kenmerk, dat men een voldoende hoeveelheid extra vrije zuurstof in de bovenste zone invoert om ten minste 1 vol.# vrije zuurstof in regeneratiegas te verschaffen, dat aan de bovenste zone wordt onttrokken. 25 131 Werkwijze volgens conclusies 8 tot 12, met bet kenmerk, dat tevens een promotor voor de verbranding van koolstofmonoxide in contact is met bet regeneratiegas en de katalysator in ten minste de onderste zone en de bovenste zone. 1Λ1 Werkwijze volgens conclusie 131 met bet ken- 30 merk, dat men als promotor voor de verbranding van koolstofmonoxide ten minste een van de metalen platina, palladium, iridium, osmium, rodium, ruthenium, koper, chroom en mangaan toepast· 8200520 1 1 1 1 1 1
NL8200520A 1982-02-11 1982-02-11 Werkwijze voor een drie-traps-regeneratie van een katalysator. NL8200520A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8200520A NL8200520A (nl) 1982-02-11 1982-02-11 Werkwijze voor een drie-traps-regeneratie van een katalysator.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8200520 1982-02-11
NL8200520A NL8200520A (nl) 1982-02-11 1982-02-11 Werkwijze voor een drie-traps-regeneratie van een katalysator.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8200520A true NL8200520A (nl) 1983-09-01

Family

ID=19839237

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8200520A NL8200520A (nl) 1982-02-11 1982-02-11 Werkwijze voor een drie-traps-regeneratie van een katalysator.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8200520A (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4325833A (en) Three-stage catalyst regeneration
US4313848A (en) Method for removing coke from particulate catalyst
US4309309A (en) Adding fuel in catalyst regeneration
US3844973A (en) Fluidized catalyst regeneration by oxidation in a dense phase bed and a dilute phase transport riser
CA2156464C (en) Reduction of emissions from fcc regenerators
US4035284A (en) Method and system for regenerating fluidizable catalyst particles
US4434147A (en) Simultaneous sulfur oxide and nitrogen oxide control in FCC units using cracking catalyst fines with ammonia injection
US4851374A (en) Apparatus and method for regenerating coked fluid cracking catalyst
AU706154B2 (en) Fcc regenerator in partial co burn with downstream air addition
US3919115A (en) Fluidized catalyst regeneration process
CA1302330C (en) Fluid catalytic cracking regeneration with spent catalyst separator
EP0490453A1 (en) Process and apparatus for removal of carbonaceous materials from particles containing such materials
GB2107205A (en) Method of removing coke from particulate catalyst
CA1152052A (en) Flue gas pollutants control in particulate catalyst regeneration
CA1261774A (en) Fluid catalytic cracking method and apparatus
NL8200520A (nl) Werkwijze voor een drie-traps-regeneratie van een katalysator.
EP0073665B1 (en) Reducing sulfur trioxide concentration in regeneration zone flue gas
CA1163981A (en) Three-stage catalyst regeneration
GB2113565A (en) Three-stage catalyst regeneration
CA1192379A (en) Method for the disposal of sulfur oxides from a catalytic cracking operation
NL8104651A (nl) Werkwijze voor de verwijdering van cokes uit een deeltjesvormige katalysator.
US7914666B1 (en) Low NOx FCC catalyst regeneration process
WO1993000674A1 (en) A process for stripping and regenerating fluidized catalytic cracking catalyst
JPH0214103B2 (nl)
EP0247836A1 (en) Removing sulfur oxides from flue gases of FCC units

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed