NL8200156A - Winch rope spooling mechanism - has rope angle detector controlling guide movement - Google Patents

Winch rope spooling mechanism - has rope angle detector controlling guide movement Download PDF

Info

Publication number
NL8200156A
NL8200156A NL8200156A NL8200156A NL8200156A NL 8200156 A NL8200156 A NL 8200156A NL 8200156 A NL8200156 A NL 8200156A NL 8200156 A NL8200156 A NL 8200156A NL 8200156 A NL8200156 A NL 8200156A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cable
guiding
drum
guide
winch
Prior art date
Application number
NL8200156A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Bezemer Dordrecht B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bezemer Dordrecht B V filed Critical Bezemer Dordrecht B V
Priority to NL8200156A priority Critical patent/NL8200156A/en
Publication of NL8200156A publication Critical patent/NL8200156A/en

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66DCAPSTANS; WINCHES; TACKLES, e.g. PULLEY BLOCKS; HOISTS
    • B66D1/00Rope, cable, or chain winding mechanisms; Capstans
    • B66D1/28Other constructional details
    • B66D1/36Guiding, or otherwise ensuring winding in an orderly manner, of ropes, cables, or chains
    • B66D1/38Guiding, or otherwise ensuring winding in an orderly manner, of ropes, cables, or chains by means of guides movable relative to drum or barrel

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Storing, Repeated Paying-Out, And Re-Storing Of Elongated Articles (AREA)

Abstract

The spooling mechanism for a winch rope comprises a guide moved by a drive along a track to and fro in front of the winch drum. A rope-angle detector (14) is provided for the section of rope (4) between the guide (3) and the drum (6), and regulates the drive so as to move the guide when this angle exceeds a preset value. The drive can comprise a screwed spindle driven by a separate motor, the latter being started, stopped and reversed by command signals from the detector, which can be mounted on the guide, travelling on a parallel track.

Description

>r- * 81.5140/M/Rdm/sme> r- * 81.5140 / M / Rdm / sme

Korte aanduiding: Leidinrichting voor een kabel.Short designation: Cable routing device.

Door Aanvraagster wordt als uitvinder genoemd: Johannes Pilaar teThe Applicant mentions as inventor: Johannes Pilaar te

Etten-Leur.Etten-Leur.

De uitvinding heeft betrekking op een leidinrichting voor een kabel te gebruiken bij een kabeltrommel van een lier of soortgelijke inrichting, omvattende een langs een leibaan met behulp van aandrijfmiddelen te verplaatsen leidorganen voor de kabel, welk 5 leidorgaan dwars voor een kabeltrommel te plaatsen is.The invention relates to a cable guiding device for use with a cable drum of a winch or similar device, comprising a guiding means for the cable to be moved along a guideway by means of drive means, which guiding element can be placed transversely in front of a cable drum.

Bij kabeltrommels is het zeer belangrijk, dat bij het opwikkelen van de kabel op de trommel de kabelwindingen nauwkeurig gericht naast elkaar op de trommel en op de voorafgaande laag van kabelwindingen komen te liggen, aangezien de kabel vooral wanneer 10 deze met grote spanning op de kabeltrommel wordt gewonden, zeer on-regelmatig wordt belast en beschadiging van de kabel als gevolg van ongeordend over elkaar heen lopende windingen cntstane dwarsklemming kan beschadigen. Wanneer de afstand tussen een geleidingspunt voor de kabel en de kabeltrommel groot is, zullen de windingen bij het 15 opwikkelen van een kabel zich automatisch ten opzichte van elkaar richten vooral wanneer de kern van de kabeltrommel van groeven overeenkomstig de windingen van een goed opgewikkelde kabel is voorzien.With cable drums, it is very important that when winding the cable on the drum, the cable windings are precisely aligned next to each other on the drum and on the previous layer of cable windings, since the cable especially when these are placed on the cable drum with great tension is wound, is subject to very irregular loads and damage to the cable as a result of disordered overlapping windings can damage any existing cross-clamp. When the distance between a guide point for the cable and the cable drum is large, the windings when winding a cable will automatically align with each other especially when the core of the cable drum is of grooves corresponding to the windings of a well wound cable to provide.

De daarop volgende windingen leggen zich nauwsluitend op de onderliggende laag aan als gevolg van de zijdelingse druk, die door de voor-20 afgaande winding op de op te wikkelen kabel wordt uitgeoefend. Wanneer echter de afstand tussen het geleidingspunt van de kabel en de liertrommel kort is, zijn extra voorzieningen noodzakelijk teneinde de kabel nauwkeurig in verscheidene lagen op de trommel te kunnen wikkelen. Vooral bij· deklieren van werkschepen voor olie- en gaswin-25 ning op zee treedt dit probleem op, omdat op dergelijke schepen aan dek als gevolg van de talloze installaties weinig plaats is en met zeer grote trekkrachten op de kabels van de lier wordt gewerkt. De afstand tot het geleidingspunt voor de kabel en de lier is dan meestal 82 0 0 1 5 6 * * - 2 - zeer kort. Er worden onder deze omstandigheden leidinrichtingen voor een kabel, te gebruiken bij een kabeltrommel, toegepast teneinde de windingen nauwkeurig aanliggend op elkaar te laten aansluiten. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een leidorgaan voor de kabel, dat op -trommel 5 een dwars voor de kabel/apgestelde leibaan verplaatsbaar is. De leibaan kan hierbij voor elke laag windingen onder een hoek ten opzichte van de as van de kabeltrommel worden geplaatst, zodat de door de reeds op de trommel aanwezige winding op het inlopende part van de kabel uitgeoefende zijdelingse druk, enigszins wordt gecompenseerd. 70 Bij een volgende teruglopende laag windingen moet de leibaan dan worden gekanteld, omdat dan de zijdelingse krachten, die door de laatste winding op het inlopende part worden uitgeoefend, in. tegen-gestelde richting werken. Wanneer echter de spanningen in de op te winden kabel zeer groot is, is een dergelijke leidinrichting niet 15 geschikt. Men heeft daarom een vaststaande evenwijdig aan de as van de trommel verlopende leibaan toegepast, waarlangs een leidorgaan voor de kabel beweegbaar is door middel van een schroefspil met een heen- en teruglopende schroefgang. De schroefspil heeft dus een tegengestelde spoedhoek en wordt ook wel "ruitschroefdraad" genoemd, om-20 dat de heen- en teruglopende schroefgangen elkaar kruisen. De schroefgangen moeten hierdoor ver van elkaar liggen, zodat de spoedhoek vrij groot is. Door middel van een tandwielstelsel is deze schroef-spil gekoppeld met de aandrijving van de kabeltrommel. Hoewel met zulk een inrichting de windingen van de kabel nauwkeurig op de kabel-25 trommel kunnen worden gelegd, zijn hierbij een aantal bezwaren aanwezig, waarbij vooral wanneer met zware kabels onder hoge spanningen wordt gewerkt, de slijtage van de inrichting een belangrijke rol speelt. Immers door de heen- en teruglopende schroefgangen, dus een schroefgang met dubbele tegengestelde spoedhoek, kan geen eenvoudig 30 gedreven orgaan van het moertype worden toegepast, omdat de teruglopende schroefgang dit onmogelijk maakt. Als gedreven orgaan wordt hierbij een bus toegepast voorzien van een zich zelf overeenkomstig 8200156The subsequent turns apply snugly to the underlying layer as a result of the lateral pressure exerted on the cable to be wound by the leading turn. However, when the distance between the guiding point of the cable and the winch drum is short, additional provisions are required in order to be able to wind the cable accurately in several layers on the drum. This problem arises particularly in the case of winches for work vessels for oil and gas extraction at sea, because such ships on deck have little space due to the numerous installations and very high tensile forces are applied to the winch cables. The distance to the guide point for the cable and the winch is usually 82 0 0 1 5 6 * * - 2 - very short. Under these conditions, cable guiding devices to be used with a cable drum are used to allow the windings to adjoin each other precisely. Use is made here of a cable guiding member which is movable on drum 5 a guideway arranged transversely in front of the cable. The guideway can be placed at an angle to the axis of the cable drum for each layer of windings, so that the lateral pressure exerted on the run-in part of the cable by the winding already present on the drum is somewhat compensated for. 70 The track must then be tilted with a further decreasing layer of windings, because the lateral forces exerted on the incoming part by the last winding will then be affected. work in opposite directions. However, if the stresses in the cable to be wound up are very great, such a guiding device is not suitable. A fixed guideway running parallel to the axis of the drum has therefore been used, along which a cable guiding member is movable by means of a screw spindle with a reciprocating screw thread. The screw spindle therefore has an opposite pitch angle and is also called "diamond screw thread", because the reciprocating and reverse screw threads intersect. The screw threads must therefore be far from each other, so that the pitch angle is quite large. This screw spindle is coupled to the drive of the cable drum by means of a gear system. Although the windings of the cable can be accurately laid on the cable drum with such a device, there are a number of drawbacks, in which the wear of the device plays an important role, especially when working with heavy cables under high stresses. After all, due to the forward and reverse screw threads, that is to say a screw thread with a double opposing pitch angle, a simple driven nut-type member cannot be used, because the reverse screw thread makes this impossible. As a driven member, a bush is used here provided with a self according to 8200156

V AV A

I » - - 3 - de spoedhoek van de schroefgang instellende nok. Een dergelijke enkelvoudige nek dient de totale belasting, die door de schroefspil en door de kabel wordt uitgeoefend, op te nemen en is dus aan zeer sterke slijtage onderhevig. Een ander bezwaar van deze inrichting 5 is dat de overbrengingsverhouding van de door de liertrommel aangedreven schroefspil, moet worden gewijzigd wanneer van een dikker op een dunner kabeltype of omgekeerd wordt overgegaan. Immers bij een dikke kabel zal de zijdelingse verplaatsing van de kabel langs de kabeltrommel groter zijn dan bij een dunnere kabel. Bij een dikke 70 kabel moet daarom de schrcrfspil sneller worden aangedreven dan bij een dunnere kabel. Dit betekent, dat bij een dergelijke leidinrich-ting meestal een aantal tandwielen bijgeleverd moet worden,..pm,.de overbrengingsverhouding te kunnen veranderen, wanneer op een ander kabeltype wordt overgegaan. Een volgend bezwaar is de zeer moeilijk 75 te vervaardigen en daardoor kostbare schroefspil met heen- en teruglopende schroefgangen. Door het koppelen van de aandrijving van de schroefspil met de aandrijving van de liertrommel, moet deze leid- als inrichting ook steeds/één geheel met de betreffende lierconstructie worden uitgevoerd. Bovendien is niet elke soort lier geschikt om 20 met een extra stel aandrijftandwielen voor een leidinrichting te worden uitgevoerd.I »- - 3 - cam setting the pitch angle of the screw thread. Such a single neck should absorb the total load exerted by the screw spindle and by the cable and is therefore subject to very heavy wear. Another drawback of this device 5 is that the gear ratio of the screw spindle driven by the winch drum must be changed when changing from a thicker to a thinner cable type or vice versa. After all, with a thick cable, the lateral displacement of the cable along the cable drum will be greater than with a thinner cable. With a thick 70 cable, the writing spindle must therefore be driven faster than with a thinner cable. This means that with such a guiding device usually a number of gears must be supplied, in order to be able to change the gear ratio when switching to a different cable type. A further drawback is the very difficult to manufacture and therefore expensive screw spindle with forward and backward turns. By coupling the drive of the screw spindle with the drive of the winch drum, this guiding device must also / always be designed integrally with the winch construction concerned. In addition, not every type of winch is suitable for carrying an additional set of drive gears for a guiding device.

De uitvinding heeft tot doel een leidinrichting voor een kabel te verschaffen, die bij elk type van een lier en onafhankelijk hiervan, kan worden toegepast en die geschikt is voor elke dikte 25 van kabel, zodat dezelfde leidinrichting voor elk type kabel dat op een kabeltrommel wordt gebruikt, kan worden toegepast.The object of the invention is to provide a cable guiding device, which can be used with any type of winch and independently of it, and which is suitable for any thickness of cable, so that the same guiding device for every type of cable that is mounted on a cable drum can be used.

Volgens de uitvinding wordt dit bereikt met een leidinrichting van de aan het begin beschreven soort, die daardoor is gekenmerkt, dat bij het tussen het leidorgaan en de kabeltrommel 30 te lopen part van de kabel een detectieorgaan voor de kabelhoek naar het leidorgaan is opgesteld, welk detectieorgaan de aandrijfmiddelen bestuurt voor het verplaatsen van het leidorgaan bij het overschrijden 8200156 — 4 · 4 * I l van een voorafbepaalde kabelhoek. Dit betekent, dat kleine kabel-hoeken bij de opeenvolgende windingen voor dunne kabels en grote ka-belhoeken bij de opeenvolgende windingen van dikke kabels mogelijk zijn, omdat de detectie-inrichting de steeds opeenvolgende kabelhoe-5 ken en afwijkingen daarvan een meer of mindere mate van aandrijving van de schroefspil kan besturen ongeacht de trekkrachten die in een op te wikkelen kabel optreden.According to the invention, this is achieved with a guiding device of the type described at the outset, characterized in that the part of the cable to be run between the guiding member and the cable drum 30 is provided with a cable angle detecting member to the guiding member. detecting member controls the driving means for moving the guide member when exceeding a predetermined cable angle 8200156-4 * 4 * 1. This means that small cable angles at the successive turns for thin cables and large cable angles at the successive turns of thick cables are possible, because the detection device has a more or less degree of the successive cable angles and deviations thereof. drive of the lead screw regardless of the tensile forces that occur in a cable to be wound.

Dit is mogelijk, doordat de inrichting volgens de uitvinding zodanig is uitgevoerd, dat de aandrijfmiddelen voor het leid-10 orgaan een schroefspil met enkelvoudige spoedhoek is, welke schroefspil van een afzonderlijke aandrijfmotor is voorzien, die in tegengestelde richtingen kan draaien en in- en uitschakelbaar is overeenkomstig een commando van het detectieorgaan. Grote krachten kunnen hierdoor worden opgenomen omdat van een normale enkelgangige schroef-' 15 spil met relatief kleine spoedhoek gebruik kan worden gemaakt onder toepassing van een volgorgaan van het moertype.This is possible because the device according to the invention is designed in such a way that the drive means for the guide member is a single-angle angle screw spindle, which screw spindle is provided with a separate drive motor, which can rotate in opposite directions and can be switched on and off. is in accordance with a command from the detector. Large forces can hereby be absorbed because a normal single-ended screw spindle with relatively small pitch angle can be used using a nut-type follower.

De leidinrichting kan als afzonderlijke eenheid worden uitgevoerd doordat het detectieorgaan op het leidorgaan is ondersteund en beweegbaar is in een evenwijdig aan de leibaan verlopend vlak.The guiding device can be designed as a separate unit in that the detection member is supported on the guiding member and is movable in a plane extending parallel to the guide track.

20 De leidinrichting kan hierdoor zowel op een lier dan wel onafhankelijk hiervan, bijvoorbeeld op het dek op een bok of zelfs op de verschansing van een schip, worden geplaatst in welk laatste geval bijzondere omleidrichtingen kunnen komen te vervallen. Deze omleid-richtingen worden bijvoorbeeld toegepast wanneer de deklieren dwars-25 scheeps zijn geplaatst, dus met de as van de trommel evenwijdig aan de lengterichting van het schip, terwijl de kabels buiten het schip eveneens ongeveer in de lengterichting van het schip verlopen. Dit betekent een bijzondere besparing doordat een kostbare omleidinrich-ting nu niet meer noodzakelijk is. Ais aandrijfmotor voor de schroef-30 spil kan een hydraulische motor worden toegepast, terwijl het detectieorgaan is gekoppeld met een hydraulische regelklep voor het besturen van het hydraulische medium voor de motor. Een pomp voor het 8200156 r * 5 * - 5 - hydraulische medium voor de motor van de schroefspil kan hierbij gekoppeld zijn met de aandrijving voor de liertrommel. Dit heeft bovendien het voordeel dat wanneer een pomp met constante opbrengst wordt toegepast, de aandrijfmotor voor de schroefspil ook sneller 5 zal draaien wanneer de opwindsnelheid van de liertrommel wordt vergroot en omgekeerd.The guiding device can hereby be placed either on a winch or independently of it, for instance on the deck on a trestle or even on the bulwark of a ship, in which latter case special diverting directions can be dispensed with. These diverting directions are used, for example, when the deck glands are placed transversely, that is, with the axis of the drum parallel to the longitudinal direction of the ship, while the cables outside the ship also run approximately in the longitudinal direction of the ship. This means a special saving because an expensive diversion device is no longer necessary. As a propeller motor for the screw-spindle, a hydraulic motor can be used, while the detector is coupled to a hydraulic control valve for controlling the hydraulic medium for the motor. A pump for the 8200156 r * 5 * - 5 - hydraulic medium for the screw spindle motor can be coupled to the winch drum drive. Moreover, this has the advantage that when a constant flow pump is used, the screw spindle drive motor will also rotate faster when the winch drum winding speed is increased and vice versa.

De uitvinding zal nu aan de hand van de bijgaande tekening nader worden toegelicht, waarin: fig. 1 een schematisch bovenaanzicht van een liertrommel 10 met een gedeeltelijk hierop gewikkelde kabel alsmede doorsneden van kabelwindingen van verschillende dikten; fig. 2 een bovenaanzicht van een gedeelte van een. deklier met hiervoor een leidinrichting volgens de uitvinding; fig. 3 een zijaanzicht van een gedeelte van een dubbele 15 deklier met hierop gemonteerd een leidinrichting volgens de uitvinding voor een bovenste liertrommel; fig. 4 een zijaanzicht van het resterende gedeelte van de in fig. 3 getekende deklier met afzonderlijk hiervoor een leidinrichting voor een kabel van een onderste liertrommel; 20 fig. 5 een aanzicht in perspektief van enkele onderdelen van een leidorgaan voor een kabel met een detectie-inrichting van de leidinrichting volgens de uitvinding; fig. 6 een aanzicht gedeeltelijk in doorsnede van een koppelstang van een detectie-inrichting met een hydraulische regel-25 klep; en fig. 7 een vereenvoudigd schema van de hydraulische aandrijving van een schroefspil van de leidinrichting volgens de uitvinding toont.The invention will now be explained in more detail with reference to the appended drawing, in which: Fig. 1 shows a schematic top view of a winch drum 10 with a cable wound partly on it and cross sections of cable windings of different thicknesses; fig. 2 shows a top view of a part of a. deck gland with a guiding device according to the invention for this purpose; Fig. 3 is a side view of a part of a double deck gland with a guide device according to the invention for a top winch drum mounted thereon; FIG. 4 is a side view of the remaining portion of the deck gland shown in FIG. 3, with a separate cable guiding device for a lower winch drum for this purpose; Fig. 5 is a perspective view of some parts of a cable guiding member with a detection device of the guiding device according to the invention; Fig. 6 is a partial cross-sectional view of a coupling rod of a detection device with a hydraulic control valve; and Fig. 7 shows a simplified diagram of the hydraulic drive of a screw spindle of the guiding device according to the invention.

In fig. 1 is schematisch in bovenaanzicht een liertrommel 30 met een kern 1 en twee flenzen 2 en 3 getoond tussen welke flenzen een kabel 4 wordt gewikkeld. Om een goed opwikkelen van de kabel met regelmatige wikkelingen mogelijk te maken, is aan de omvang van de 8200156 * » - 6 - kern 1 de kabel met het eind door een opening in de flens 2 geleid en met speciale bevestigingsorganen 5 aan de buitenzijde tegen de flens bevestigd» De kabel komt dan door de opening in de flens 2 op de buitenomvang van de kern en bij het draaien van de trommel zal 5 deze er worden opgewikkeld. Dit betekent dat de afzonderlijke windingen 6 van de kabel 4 niet volgens een regelmatige schroeflijn verlopen, maar dat telkens een sprong in deze windingen aanwezig is bij de plaats waar het kabeleind binnen de flens 2 op de kern 1 komt.Fig. 1 schematically shows a top view of a winch drum 30 with a core 1 and two flanges 2 and 3 between which flanges a cable 4 is wound. In order to allow proper winding of the cable with regular windings, the size of the cable 8200156 * »- 6 - core 1 has led the end of the cable through an opening in the flange 2 and with special fasteners 5 on the outside. the flange attached »The cable then passes through the opening in the flange 2 on the outer circumference of the core and when the drum is rotated it will be wound there. This means that the individual windings 6 of the cable 4 do not run on a regular helix, but that there is always a jump in these windings at the place where the cable end comes within the flange 2 on the core 1.

Deze sprong is voor de windingen 6 in fig. 1 aangegeven. Dit is niet 10 nadelig, omdat wanneer de windingen 6 de flens 3 hebben bereikt en een teruglopende laag van windingen op de eerste laag komt, een goede oriëntatie van de windingen hierdoor mogelijk wordt. Het zal. duidelijk zijn, dat bij het uitoefenen van een trekkracht op de kabel 4, zoals is aangegeven door de pijl 7, en het leidpunt van de kabel op 15 grote afstand van de trommel ligt, de kabel zich keurig met gelijke windingen 6 op de trommel zal wikkelen, doordat de voorafgaande * wikkeling een zijdelingse druk op de kabel 4 uitoefent, zodra deze op de omtrek van de kabeltrommel of op de omtrek van de voorgaande laag wikkelingen komt. Wanneer echter het leidpunt van de kabel dicht-20 bij de kabeltrommel ligt, zoals is aangegeven met het punt 8, zijn vooral aan de einden van de kern 1 bij de flenzen 2 de zijdelingse hoeken van de kabel zo groot, dat de kans bestaat dat de wikkelingen over elkaar heen schieten en de kabel zeer onregelmatig op de trommel wordt gewikkeld. Deze hoeken zijn voorgesteld door de streep-25 puntlijnen 9. Wanneer echter het punt 8 evenwijdig aan de as van de kabeltrommel wordt verlegd bij het voortschrijden van de wikkelingen op de trommel, zullen de problemen van het ongelijkmatig opwikkelen van de kabel niet optreden. Dit is nu mogelijk met de in fig. 2 getoonde leidinrichting voor een kabel 4 te gebruiken bij een 30 kabeltrommel van een lier 10 of soortgelijke inrichting omvattende een langs een leibaan 11 met behulp van aandrijfmiddelen 12 en 12a te verplaatsen leidorgaan 13 voor de kabel 4, welk leidorgaan dwars 8200153 ί » - 7 - voor een kabeltrommel te plaatsen is·This jump is indicated for the windings 6 in fig. 1. This is not disadvantageous, because when the windings 6 have reached the flange 3 and a retreating layer of turns comes on the first layer, this permits a good orientation of the turns. It will. it is clear that when a tensile force is exerted on the cable 4, as indicated by the arrow 7, and the guiding point of the cable is at a great distance from the drum, the cable will neatly with equal turns 6 on the drum winding, because the previous winding exerts a lateral pressure on the cable 4 as soon as it comes on the circumference of the cable drum or on the circumference of the previous layer of windings. However, when the lead point of the cable is close to the cable drum, as indicated by point 8, especially at the ends of the core 1 at the flanges 2, the lateral angles of the cable are so great that there is a chance that the windings overlap and the cable is wound very irregularly on the drum. These angles are represented by the dashed dot lines 9. However, if the tip 8 is moved parallel to the axis of the cable drum as the windings progress on the drum, the problems of uneven winding of the cable will not arise. This is now possible with the cable guiding device shown in fig. 2 to be used with a cable drum of a winch 10 or a similar device comprising a guiding member 13 for the cable 4 to be moved along a guide track 11 using drive means 12 and 12a. , which guide member can be placed transversely 8200153 ί »- 7 - in front of a cable drum ·

Volgens de uitvinding is bij het tussen het leidorgaan 13 en de kabeltrommel te lopen part van de kabel 4 een detectieorgaan 14 voor de kabelhoek naar het leidorgaan 13 opgesteld, welk detectie-5 orgaan de aandrijfmiddelen 12, 12a bestuurt voor het verplaatsen van het leidorgaan 13 bij het overschrijden van een voorafbepaalde kabelhoek. De aandrijfmiddelen voor het leidorgaan 13 is een schroef-spil 12 met enkelvoudige spoedhoek, welke schroefspil van een afzonderlijke aandrijfmotor 12a is voorzien, die in tegengestelde rich-10 tingen kan draaien en in- en uitschakelbaar is overeenkomstig een commando van het detectieorgaan 14. De leibaan 11 bestaat hierbij uit twee in eindschilden 15 gemonteerde leidstangen 16 waarop het leidorgaan 13 met bassen 17 kan schuiven. De schroefspil 12 loopt door een bus 18 die tenminste gedeeltelijk van inwendige schroef-15 draad is voorzien. De bussen 17 en 18 zijn bevestigd in twee gestel-platen 19, die een horizontale leidrol 20 en twee verticale leidrol-len 21, 22 dragen. Het detectieorgaan 14 is een scharnierbaar op het leidorgaan ondersteunde arm 23, 24 met op een afstand van zijn schar-nierassen 25, 26 (fig. 5) een orgaan voor het plaatselijk in de 20 dwarsrichting omvatten van de kabel. Dit orgaan is gevormd door een steunrol 27, die draaibaar is tussen twee vrije einden 28 van de arm 24. De vrije einden 28 bezitten omlaag gerichte delen 29, waartussen een dwarsas 30 is opgenomen. De steunrol 27 kan op de kabel rusten en de dwarsas 30 onder de kabel doorlopen, zodat wanneer aan de kabel 25 wordt gerukt, de steunrol 27 niet van de kabel kan wippen. Het detectieorgaan 14 is dus op het leidorgaan 13 ondersteund en beweegbaar in een evenwijdig aan de leibaan verlopend vlak, doordat de arm 23 om de as 25 scharnieren kan. De as 25 valt samen met de as van de leidrol 21. Het detectieorgaan is bovendien beweegbaar in een de 30 as van de kabeltrommel snijdend vlak omdat de arm 24 om de as 26 scharnierbaar is. Dit is noodzakelijk, omdat de kabel 4 bij het opwikkelen op de liertrommel steeds hoger komt te lopen als gevolg van 8200156 • - 8 - de lagen van wikkelingen. De laagste stand.van de kabel 4 is in fig. 3 met de streep-puntlijn 31 en de hoogste stand met de streep-puntlijn 32 aangegeven. De streep-puntlijn 31 geeft hierbij het vlak aan waarin de kabel zich beweegt bij de eerste gang van wikke-5 lingen op de kern van de kabeltrommel. De streep-puntlijn 32 geeft het vlak aan waarin de kabel 4 zich beweegt bij de laatste wikkeling op de geheel gevulde kabeltrommel. De omtrek van de flenzen 2 en 3 van de kabeltrommel is in fig. 3 met een streep-puntlijn 33 aangegeven. In fig. 3 maakt de leidinrichting volgens de uitvinding deel uit 10 van de lier 10 omdat deze met behulp van aan de schilden 15 bevestigde bokken 34 aan het gestel van de lier is gemonteerd. Bij het in fig. 4 getoonde gedeelte van de lier 10 is de leidinrichting. onafhankelijk van de lier opgesteld en wel met behulp van de bok 35. In deze fig. 4 is ook de op het schild 15 van de leidstangen 16 gemon-15 teerde aandrijfmotor 12a zichtbaar. Hierbij loopt de tussen de rollen 21, 22 doorgevoerde kabel naar de onderzijde van een kabeltrommel waarvan de omtrek van de flenzen in fig. 3 met de streep-puntlijn 36 is aangegeven. In dit geval geeft in de fig. 3 en 4 de streep-puntlijn 37 het vlak aan, waarin de kabel zich beweegt bij praktisch lege 20 trommel, terwijl de onderste streep-puntlijn 38 het vlak aangeeft bij geheel volle kabeltrommel. De aandrijfmotor 12a voor de schroef-spil 12 is een hydraulische motor en het detectieorgaan 14 is gekoppeld met een hydraulische regelklep 39 voor het besturen van het hydraulische medium voor de motor. De regelklep 39 is een exponen-25 tiële hydraulische klep voor het progressief toevoeren van het hydraulische medium van de motor van de schroefspil afhankelijk van de uitslag van het detectieorgaan 14 voor een doel, dat hierna nog zal worden toegelicht. Een pomp 40 (fig. 4) voor het hydraulische medium voor de motor 12a van de schroefspil 12 is gekoppeld met de 30 aandrijving van de liertrommels en wel op de as van het aandrijf-rondsel van de overbrenging 41. De aandrijfmotor van de lier 10 is hierbij schematisch met de lijn 42 aangegeven. Ook is in fig. 4 de 8200156 * i.According to the invention, at the part of the cable 4 to run between the guide member 13 and the cable drum, a cable angle detecting member 14 is arranged towards the guiding member 13, which detecting member controls the drive means 12, 12a for moving the guiding member 13 when exceeding a predetermined cable angle. The driving means for the guide member 13 is a screw spindle 12 with a single pitch angle, which screw spindle is provided with a separate drive motor 12a, which can rotate in opposite directions and can be switched on and off in accordance with a command from the detection member 14. The guideway 11 consists of two guide rods 16 mounted in end shields 15 on which guide element 13 with bases 17 can slide. The screw spindle 12 passes through a sleeve 18 which is at least partly provided with an internal screw thread. Bushings 17 and 18 are mounted in two frame plates 19, which support a horizontal guide roller 20 and two vertical guide rollers 21, 22. The detection member 14 is a pivotally supported arm 23, 24 on the guide member with a means for locally locating the cable in the transverse direction at a distance from its pivot axes 25, 26 (FIG. 5). This member is formed by a support roller 27 which is rotatable between two free ends 28 of the arm 24. The free ends 28 have downwardly directed parts 29, between which a transverse axis 30 is received. The support roller 27 can rest on the cable and run through the transverse shaft 30 under the cable, so that when the cable 25 is tugged on, the support roller 27 cannot swing off the cable. The detection member 14 is thus supported on the guide member 13 and is movable in a plane extending parallel to the guide track, because the arm 23 can pivot about the axis 25. The shaft 25 coincides with the axis of the guide roller 21. The detection member is moreover movable in a plane intersecting the axis of the cable drum because the arm 24 is pivotable about the axis 26. This is necessary because the cable 4 will wind higher and higher on the winch drum as a result of the layers of windings. The lowest position of the cable 4 is indicated in fig. 3 with the dash-dot line 31 and the highest position with the dash-dot line 32. The dashed-dot line 31 hereby indicates the plane in which the cable moves at the first pass of windings on the core of the cable drum. The dashed dot line 32 indicates the plane in which the cable 4 moves at the last winding on the fully filled cable drum. The circumference of the flanges 2 and 3 of the cable drum is indicated in Fig. 3 with a dash-dot line 33. In Fig. 3, the guiding device according to the invention forms part of 10 of the winch 10 because it is mounted on the frame of the winch by means of trestles 34 attached to the shields 15. At the part of the winch 10 shown in Fig. 4 is the guide device. arranged independently of the winch, with the aid of the trestle 35. In this figure 4 the drive motor 12a mounted on the shield 15 of the guide rods 16 is also visible. In this case, the cable passed between the rollers 21, 22 runs to the underside of a cable drum, the circumference of which of the flanges is indicated by the dotted line 36 in Fig. 3. In this case, in FIGS. 3 and 4, the dashed-dot line 37 indicates the plane in which the cable moves with the drum practically empty, while the bottom dash-dot line 38 indicates the plane with the cable drum completely full. The screw-spindle drive motor 12a 12 is a hydraulic motor and the detector 14 is coupled to a hydraulic control valve 39 for controlling the hydraulic medium for the motor. The control valve 39 is an exponential hydraulic valve for progressively feeding the hydraulic medium from the screw spindle motor depending on the deflection of the detector 14 for a purpose, which will be explained hereinafter. A hydraulic medium pump 40 (fig. 4) for the motor 12a of the screw spindle 12 is coupled to the drive of the winch drums on the shaft of the drive pinion of the transmission 41. The drive motor of the winch 10 is schematically indicated here by line 42. Also in Fig. 4 is the 8200156 * i.

- 9 - houder 43 voor het hydraulische medium alsmede de toe- en terugvoer-leidingen 44 resp. 45 van het hydraulische systeem aangegeven.- 9 - holder 43 for the hydraulic medium as well as the supply and return lines 44 and. 45 of the hydraulic system.

Het is duidelijk, dat het detectieorgaan 14 vooral bij enige zeegang aan door de kabel 4 uitgeoefende schokken onderhevig 5 kan zijn en deze schokken mogen niet op de relatief kwetsbare hydraulische regelklep 39 worden overgedragen. De koppeling tussen het detectieorgaan 14 en de regelklep 39 is daarom meegeefbaar uitgevoerd doordat een koppelstang 44 tussen het detectieorgaan 14 en de regelklep 39 in axiale richting door een veerinrichting 45 in een midden-10 stand staat, welke veerinrichting een uitslag van de detectie-inrich-ting toelaat bij het overschrijden van de veerdruk. Hiertoe is de veerinrichting opgesloten tussen twee in een huis 46 gemonteerde. . kraagstukken 47, die met behulp van moeren 48 op de koppelstang 44 zijn vastgezet. De kraagstukken 47 zijn schuifbaar om de koppelstang 15 44, zodat een axiale verplaatsing van de koppelstang 44 hetzij in de ene richting dan wel in de andere richting ten opzichte van het huis 46 mogelijk is. Het huis 46 is met behulp van een bus 48 schar-nierbaar om een op de arm 23 bevestigde tap. Met behulp van een scharnierstuk 49 is de koppelstang 44 op de bedieningshefboom 50 20 van de regelklep 39 bevestigd. Hierdoor is met behulp van de bedieningshefboom 50 de inrichting met de hand bedienbaar, bijvoorbeeld bij het inscheren van een nieuwe kabel. Een tevens als contragewicht dienende bedieningsstang 51 is bovendien aan de arm 24 bevestigd.It is clear that the detection member 14 can be subject to shocks exerted by the cable 4, especially during some sea passage, and these shocks must not be transferred to the relatively vulnerable hydraulic control valve 39. The coupling between the detecting member 14 and the control valve 39 is therefore designed to be compliant in that a coupling rod 44 between the detecting member 14 and the control valve 39 is in an axial direction by a spring device 45 in a central position, which spring device has a deflection of the detecting device. -ting allows when the spring pressure is exceeded. For this purpose, the spring device is enclosed between two mounted in a housing 46. . collar pieces 47, which are secured to the coupling rod 44 by means of nuts 48. The collar pieces 47 are slidable about the coupling rod 44, so that axial displacement of the coupling rod 44 is possible with respect to the housing 46 either in one direction or in the other. The housing 46 is pivotable about a stud mounted on the arm 23 by means of a sleeve 48. The coupling rod 44 is fixed on the operating lever 50 of the control valve 39 by means of a hinge piece 49. As a result, the device can be operated manually with the aid of the operating lever 50, for example when rewinding a new cable. An operating rod 51, which also serves as a counterweight, is moreover attached to the arm 24.

Zoals in fig. 1 is aangegeven, is de steek S van de opeen-25 volgende windingen bij een dikke kabel belangrijk groter dan de steek s van de opeenvolgende windingen bij een dunne kabel. Dit betekent, dat bij het op de kabeltrommel wikkelen van een dikke kabel de verplaatsingssnelheid van het leidorgaan 13 bij een gegeven rota-tiesnelheid van de kabeltrommel belangrijk groter moet zijn, dan bij 30 het opwikkelen van een dunne kabel. Na elke omwenteling van de kabel-trommel is bij een grote steek S de zijdelingse afwijking en daardoor de uitslag van het detectieorgaan 14 ook belangrijk groter dan bij 8200156 r t - 10 - het opwikkelen van een dunne kabel. Doordat de hydraulische regel-klep 39 een exponentiële klep is, zal deze klep dus met een grotere uitslag van zijn bedieningshefboom 50 worden bediend dan bij het opwikkelen van een dunne kabel. Dit betekent ook dat meer hydraulisch 5 medium naar de hydraulische motor 12a wordt toegevoegd, zodat de schroefspil 12 sneller draait en automatisch een goede aanpassing van de verplaatsingssnelheid van het leidorgaan 13 aan de gegeven kabeldikte wordt verkregen. Door verstelling van het aangrijpingspunt van het koppelorgaan 49 op de bedieninphefboom 50 van de regel-10 klep 39 kan een voorregeling bij het installeren van de leidinrich-ting tot stand worden gebracht.As shown in Fig. 1, the pitch S of the successive turns with a thick cable is significantly larger than the pitch s of the successive turns with a thin cable. This means that when winding a thick cable on the cable drum, the displacement speed of the guide member 13 at a given rotational speed of the cable drum must be considerably greater than when winding a thin cable. After every revolution of the cable drum, with a large pitch S, the lateral deviation and therefore the deflection of the detector 14 is also significantly greater than with 8200156 r t - 10 - winding up a thin cable. Therefore, because the hydraulic control valve 39 is an exponential valve, this valve will be operated with a greater deflection of its operating lever 50 than when winding a thin cable. This also means that more hydraulic medium is added to the hydraulic motor 12a, so that the screw spindle 12 rotates faster and a good adjustment of the displacement speed of the guide member 13 to the given cable thickness is automatically obtained. By adjusting the point of engagement of the coupling member 49 on the operating lever 50 of the control valve 39, a pre-adjustment can be effected when installing the guiding device.

Veel soorten kabellieren kunnen met verschillende snelheden, bijvoorbeeld drie snelheidstrappen werken. De pomp 40, die een eenvoudige pomp met per omwenteling een constante ombrengst kan 15 zijn, is gemonteerd op de as van het aandrijfrondsel van de overbrenging 41 * Het is dus duidelijk, dat wanneer de snelheid van de as van het aandrijfrondsel een groter toerental maakt, ook meer hydraulisch medium naar de motor 12a kan worden gevoerd. Dit betekent, dat de inrichting hierdoor een automatische aanpassing aan de ingestelde 20 werksnelheid van de lier verkrijgt, geheel afhankelijk van de ingeschakelde snelheidstrap.Many types of cable winches can operate at different speeds, for example three speed steps. The pump 40, which can be a simple pump with a constant revolution per revolution, is mounted on the shaft of the drive pinion of the transmission 41 * Thus, it is clear that when the speed of the shaft of the drive pinion makes a greater speed more hydraulic medium can also be fed to the motor 12a. This means that the device hereby obtains an automatic adjustment to the set operating speed of the winch, entirely depending on the speed stage switched on.

In fig. 7 is ter wille van de duidelijkheid een vereenvoudigd hydraulisch schema getoond, waarbij de pomp 40 door de motor 42 van een lier wordt aangedreven. Via een zuigleiding 51 wordt hierbij 25 hydraulisch medium vanuit de houder 43 aangezogen. Op de drukleiding 44 is op de bekende wijze een drukmeter 52 een drukregelklep 53 en een kortsluitklep 54 aangesloten. De drukleiding 44 loopt naar de regelklep 39. Van deze regelklep loopt de terugvoerleiding 45 via een filter 55 naar de houder 43. Vanaf de regelklep 39 lopen de werklei-30 dingen 56 naar de hydraulische motor 12a. Afhankelijk van de instelling van de klep is dan wel de ene of wel de andere van de beide leidingen 56 de drukleiding resp. retourleiding.In Fig. 7, for the sake of clarity, a simplified hydraulic diagram is shown in which the pump 40 is driven by the motor 42 of a winch. Hydraulic medium is sucked in from the holder 43 via a suction line 51. A pressure gauge 52, a pressure control valve 53 and a short-circuit valve 54 are connected to the pressure line 44 in the known manner. The pressure line 44 runs to the control valve 39. From this control valve, the return line 45 runs via a filter 55 to the container 43. From the control valve 39, the working lines 56 run to the hydraulic motor 12a. Depending on the setting of the valve, either one or the other of the two pipes 56 is the pressure pipe resp. return pipe.

82001568200156

• I• I

- π -- π -

Door het toepassen van een hydraulische aandrijving voor het leidorgaan 13 kan de leidinrichting volgens de uitvinding op een daarvoor geschikte plaats onafhankelijk van de kabellier worden opgesteld.By using a hydraulic drive for the guide member 13, the guide device according to the invention can be arranged in a suitable place independently of the cable winch.

82 Q 0 15682 Q 0 156

Claims (10)

1. Leidinrichting voor een kabel te gebruiken bij een kabel trommel van een lier of soortgelijke inrichting, omvattende een langs een leibaan met behulp van aandrijfmiddelen te verplaatsen leidorgaan voor de kabel, welk leidorgaan dwars voor een kabeltrommel te plaat-5 sen is, met het kenmerk, dat bij het tussen het leidorgaan en de kabeltrommel te lopen part van de kabel een detectieorgaan voor de kabelhoek naar het leidorgaan is opgesteld, welk detectieorgaan de aandrijfmiddelen bestuurt voor het verplaatsen van het leidorgaan bij het overschrijden van een vooraf bepaalde kabelhoek.1. Cable guiding device for use with a cable drum of a winch or similar device, comprising a cable guiding member movable along a guideway by means of drive means, which guiding member can be placed transversely in front of a cable drum, with the characterized in that at the part of the cable to be run between the guide member and the cable drum a detector is arranged for the cable angle to the guide member, which detection member controls the drive means for moving the guide member when a predetermined cable angle is exceeded. 2. Leidinrichting volgens conclusie 1,met het ken merk, dat de aandrijfmiddelen voor het leidorgaan een schroefspil met enkelvoudige spoedhoek is, welke schroefspil van een afzonderlijke aandrijfmotor is voorzien die in tegengestelde richtingen kan draaien en in- en uitschakelbaar is overeenkomstig een commando van 15 het detectieorgaan.Guide device according to claim 1, characterized in that the drive means for the guide member is a single-pitch angle screw spindle, which screw spindle is provided with a separate drive motor which can rotate in opposite directions and can be switched on and off in accordance with a command of 15. the detection body. 3. Leidinrichting volgens conclusies 1 en 2, met het kenmerk, dat het detectieorgaan op het leidorgaan is ondersteund en beweegbaar is in een evenwijdig aan de leibaan verlopend vlak.Guiding device according to claims 1 and 2, characterized in that the detection member is supported on the guiding member and is movable in a plane extending parallel to the guiding track. 4. Leidinrichting volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat het detectieorgaan beweegbaar is in een de as van de kabeltrommel snijdend vlak.Guiding device according to claims 1-3, characterized in that the detection member is movable in a plane intersecting the axis of the cable drum. 5. Leidinrichting volgens een of meer van de conclusies 1 - 4, met het kenmerk, dat het detectieorgaan een scharnierbaar 25 op het leidorgaan ondersteunde arm is met op een afstand van zijn scharnieras(sen) een orgaan voor het plaatselijk in de dwarsrichting 8200156 - 13 - omvatten van de kabel.Guiding device according to one or more of claims 1 to 4, characterized in that the detection member is an arm pivotally supported on the guiding member, with a member for local transverse direction 8200156 at a distance from its pivot axis (s). 13 - include the cable. 6. Leidinrichting volgens conclusies 1 en 2, m e t het kenmerk, dat de aandrijfmotor voor de schroef spil een hydraulische motor is en het detectieorgaan is gekoppeld met een hydrauli- 5 sche regelklep voor het besturen van het hydraulische medium voor de motor.6. A guiding device according to claims 1 and 2, characterized in that the screw spindle driving motor is a hydraulic motor and the detector is coupled to a hydraulic control valve for controlling the hydraulic medium for the motor. 7. Leidinrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de regelklep een exponentiële hydraulische klep is voor het progressief toevoeren van het hydraulische medium naar de motor 10 van de schroefspil afhankelijk van de uitslag van het detectieorgaan.Guiding device according to claim 6, characterized in that the control valve is an exponential hydraulic valve for progressively supplying the hydraulic medium to the screw spindle motor 10 depending on the deflection of the detector. 8. Leidinrichting volgens een of meer van de conclusies 1-7, met het kenmerk, dat een pomp voor het hydraulische medium voor de motor van de schroefspil is gekoppeld met de aandrijving voor de liertrommel.Guiding device according to one or more of claims 1 to 7, characterized in that a hydraulic medium pump for the screw spindle motor is coupled to the winch drum drive. 9. Leidinrichting volgens conclusies 6 en 7, m e t het kenmerk, dat de koppeling tussen het detectieorgaan en de regelklep meegeefbaar is uitgevoerd.9. A guiding device according to claims 6 and 7, characterized in that the coupling between the detection member and the control valve is designed to be flexible. 10. Leidinrichting volgens conclusie 9, met het ken merk, dat een koppelstang tussen het detectieorgaan en de regel-20 klep in axiale richting door een veerinrichting in een middenstand staat, welke veerinrichting een uitslag van de detectie-inrichting toelaat bij het overschrijden van de veerdruk. 8200156Guide device according to claim 9, characterized in that a coupling rod between the detection member and the control valve is in an axial direction in axial direction by a spring device, which spring device allows a deflection of the detection device when the detection device is exceeded. spring pressure. 8200156
NL8200156A 1982-01-15 1982-01-15 Winch rope spooling mechanism - has rope angle detector controlling guide movement NL8200156A (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8200156A NL8200156A (en) 1982-01-15 1982-01-15 Winch rope spooling mechanism - has rope angle detector controlling guide movement

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8200156A NL8200156A (en) 1982-01-15 1982-01-15 Winch rope spooling mechanism - has rope angle detector controlling guide movement
NL8200156 1982-01-15

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8200156A true NL8200156A (en) 1983-08-01

Family

ID=19839087

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8200156A NL8200156A (en) 1982-01-15 1982-01-15 Winch rope spooling mechanism - has rope angle detector controlling guide movement

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8200156A (en)

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0354320A1 (en) * 1988-08-10 1990-02-14 HATLAPA Uetersener Maschinenfabrik GmbH & Co. Level winding device for winches
CN102951569A (en) * 2012-09-03 2013-03-06 南阳二机石油装备(集团)有限公司 Automatic rope arrangement control device for roller
EP3819253A1 (en) * 2019-11-06 2021-05-12 Pisek - Vitli Krpan, d.o.o. An electro-hydraulic winder of a rope onto a drum of a winch and a winch with the said winder
US12312209B2 (en) * 2021-09-10 2025-05-27 Rotzler Holding Gmbh + Co. Kg Winding device

Cited By (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0354320A1 (en) * 1988-08-10 1990-02-14 HATLAPA Uetersener Maschinenfabrik GmbH & Co. Level winding device for winches
CN102951569A (en) * 2012-09-03 2013-03-06 南阳二机石油装备(集团)有限公司 Automatic rope arrangement control device for roller
CN102951569B (en) * 2012-09-03 2015-09-23 南阳二机石油装备(集团)有限公司 Automatic rope arrangement control device for roller
EP3819253A1 (en) * 2019-11-06 2021-05-12 Pisek - Vitli Krpan, d.o.o. An electro-hydraulic winder of a rope onto a drum of a winch and a winch with the said winder
US12312209B2 (en) * 2021-09-10 2025-05-27 Rotzler Holding Gmbh + Co. Kg Winding device

Similar Documents

Publication Publication Date Title
LU502627B1 (en) Adjustable single power source automatic device for winding and unwinding cables
CA3010297A1 (en) Cable winch arrangement
US20110042633A1 (en) Unified Remote Control Operation Of Yacht Winches
DE112015000333T5 (en) Device and method for detecting a disordered cable in a multi-layer winding on a drum
DE69202348T2 (en) Automated sailboat sailboat.
DE2349577C3 (en) Winding device for the production of cross-wound bobbins
DE2204159B2 (en) Pendulum grinding machine for grinding billets or the like
JP2009269683A (en) Rope winch for tugboat
SE527214C2 (en) Arrangement and method for hand setting at a conveyor
CN106429177A (en) Belt changing device of belt type conveyor
NL8200156A (en) Winch rope spooling mechanism - has rope angle detector controlling guide movement
DE2460463C2 (en) Winch drive, especially for construction cranes or similar hoists
DE3419799C2 (en)
US5655727A (en) Sludge collector method and drive with shared reel for taking up and paying out cables
CN110380360B (en) Subway tunnel construction railcar convenient to realize regular cable laying
US5321892A (en) Automatic paper-cutting device in plotter
SI25917A (en) An electro-hydraulic wire rope winder on the winch drum and a winch with said winder
CN1095041A (en) Rope guiding control device for rope hoist
GB2146969A (en) Feed device for guiding a rope onto a winding drum
US3170650A (en) Wire spooling apparatus and method
NO892838L (en) RULE FITTING FOR ROPE WINDS.
EP0148571A2 (en) Line spooling device
CN217230072U (en) Hydraulic combined mooring winch
JP2005096638A (en) Mooring device for ship
US3402412A (en) Conveyance loader

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed