NL8105720A

NL8105720A - Inlegkruisje.

Info

Publication number: NL8105720A
Application number: NL8105720A
Authority: NL
Original assignee: Kimberly Clark Co
Priority date: 1980-12-24
Filing date: 1981-12-18
Publication date: 1982-07-16
Also published as: US4357939A; DE3151199A1; JPS57168661A; FR2496456A1; GB2090533A; AU7832181A; ZA818596B; KR830007062A; BR8108328A; CA1157205A; IT1172179B; IT8149960A0

Description

« ï * * -1-

Inlegkruisje.

De uitvinding heeft betrekking op inlegkruisjes en betreft meer in het bijzonder een inlegkruisje met beter absorberend vermogen.

Inlegkruisjes bestaan in hoofdzaak uit tenminste 5 twee elementen, te weten een fluïdum absorberende plaat of laag en een voor fluidum ondoordringbaar schot voor het beschermen van de onderkleding van de gebruiker tegen lekkage en/of het weglopen van fluidum uit de absorberende plaat. Eén van de problemen die verband houden met het 10 ontwerp van het inlegkruisje is, dat een aanzienlijk gedeelte van het absorberende materiaal niet wordt gebruikt ten gevolge van de onmogelijkheid van het fluidum cm zich snel te verdelen door de absorberende matrix voorafgaande aan het volledig verzadigen van het absorberende materiaal. Ook kan gedurende 15 perioden van hoge stroomsnelheden het fluidum worden geleid langs de onoervlakte van het absorberende materiaal en/of een bedekkend materiaal dat op de absorberende component is geplaatst (het fluidum doorlatende dekmateriaal dat wordt gebruikt voor het handhaven van de integriteit van het 20 kruisje), waardoor zijdelingse lekkage optreedt langs de langsranden van het inlegkruisje. De problemen van plaatselijke verzadiging en zijdelingse lekkage zijn in het verleden onvoldoende onderkend.

De Amerikaanse octrooischriften 3.294.091 en 4.200.103 25 beschrijven het concept van het verlengen van het fluidum niet doorlatende schot tot aan zijden van de absorberende plaat en ever het bovenoppervlak van het inlegkruisje langs elk van de in lengterichting lopende randen daarvan. Hst verlengen van het schot naar het bovenoppervlak van de ab-30 sorberende component lijkt niet werkzaam te zijn voor het beletten van zijdelingse ^erbeteiigjaD lang een fluidum begrenzende afdichting tussen het schot en het dekmateriaal in stand 8105720 4 * -2-

O

wordt gehouden.

Bekende benaderingen voor het verbeteren van een meer gelijkmatige fluidumverdeling zijn gericht op indruk-patronen die zich in lengterichting uitstrekken langs de 5 lengte van het inlegkruisje. De theorie achter de in lengte richting lopende indrukpatronen is, dat het fluïdum de indrukpatroonlijnen zou volgen, hetgeen de neiging zou hebben om het gebied te gebruiken tussen het oppervlak van aanvankelijk flüidumcontact en de randen van het kruisje.

10 Een andere benadering voor de fluidumverdeling is beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 3.230.955 en deze levert ook een fluidumverdeling in de lengterichting, doch de verdeling wordt teweeg gebracht door het toepassen van cellulose watten materiaal dat is gelegd in de machine-15 richting, waardoor vezels worden geleverd die zich uitstrekken in de lengterichting. Het op een tissue gelijkende dekmateriaal vervult, indien het in de zogenaamde machinerichting is gelegd, hetzelfde doel als de in lengterichting lopende indruk-lijnen.

20 Men heeft het noodzakelijk geoordeeld om het fluïdum in lengterichting te geleiden voor het bereiken van een verhoogd absorptie rendemeithoewel het fluïdum de neiging heeft cm in alle richtingen gelijkmatig te stromen.

Een ander probleem dat verband houdt met het in 25 lengterichting richten van fluidum is, dat ten gevolge van de eigenschappen van bekend cellulose houdend absorberend materiaal dat in inlegkruisjes wordt gebruikt, zeer weinig van het bodemgedeelte van het absorberende materiaal wordt gebruikt. Dit is waar, omdat het bovengedeelte de neiging 30 heeft om verzadigd te worden en hierdoor te worden afgevoerd voordat het fluidum zich naar het bodemgedeelte van de absorberende plaat begeeft. Het inlegkruisje volgens de maatregelen van de uitvinding heeft een beter absorberend verroeren met betere fluidumverdeling terwijl zijdelingse ver-35 lering minimaal wordt gehouden.

8105720 -3-

Volgens de uitvinding wordt een inlegkruisj e geleverd met een fluidum niet doorlatend schot dat de bodem bedekt van een absorberende laag die zich uitstrekt langs de zijden van de absorberende laag en in lengterichting enigszins over het 5 oppervlak van het absorberende materiaal dat ligt tegenover de gebruiker, dat wil zeggen het bovenoppervlak.

Verder is het inlegkruisje volgens de uitvinding voorzien van een fluidumrichtmiddel over de breedte van de bovenzijde'van het inlegkruisje dat ligt boven het bovenopper-10 vlak van het absorberende materiaal.

In feite is het de bijzondere combinatie van maatregelen die een beter resultaat levert zowel uit het oogpunt van weerstand tegen lekkage als verhoogd absorberend vermogen. Noch het verlengde schot noch de fluidum richtings-15 middelen voor dwarsrichting alleen leveren de superieure resultaten die worden verkregen indien de dwarsgeleidings-middelen worden -toegepast.

Ben speciaal de voorkeur verdienende variatie van de uitvinding maakt gebruik van twee absorberende 20 lagen terwijl de strocmrichtingsmiddelen zich uitstrekken tussen de aangrenzende oppervlakken van deze lagen. Deze bijzondere configuratie levert een inlegkruisje met nog groter absorberend vermogen dan die met stroomrichtingsmiddelen en één absorberende laag.

25 De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een aantal uitvoeringsvormen van een inlegkruisje volgens de uitvinding is weergegeven. In de tekening toont:

Fig. 1 een schematisch bovenaanzicht, gedeeltelijk in 30 doorsnede van een van de uitvoeringsvormen van de uitvinding, fig. 2 een schematische dwarsdoorsnede van een tweede uitvoeringsvorm, en fig. 3 een derde uitvoeringsvorm van het uitgevonden inlegkruisje.

35 Zoals in de fig. 1 en 2 is weergegeven vrorden 8105720 -4- * in een Inlegkruisje afzonderlijke absorberende platen 11 en 12 gescheiden door in dwarsrichting lopende tissue watten 10 die de bovenste absorberende laag 11 geheel omringen en hechtend zijn verbonden bij overlapping 16. De 5 de voorkeur verdienende configuratie van de tissue watten is de gehele bedekking van het bodemoppervlak van de bovenste absorberende laag, hoewel een willekeurige bedekking van het bodemoppervlak het rendement zou verbeteren en het afdichten van de watten kan direct tot het bodemoppervlak 10 worden verkregen. Een fluïdum niet doorlatende plaat 13 strekt zich. uit langs en bedekt het bodemoppervlak van de tweede absorhererende laag 12 voor het vormen van een oppervlak 13 (c). en loopt continu naar boven langs de zijden van het inlegkruisje waarbij de zijden van de absorberende 15 platen en de zijden van de fluidumstrocm richtende laag 10 Bij 13 (b) worden omringd. De plaat strekt zich gedeeltelijk uit over het bovenoppervlak van het kruisje bij laag 13 (a).. De uitvoeringsvorm van fig. 2 gebruikt een dekmateriaal 14 dat bij voorkeur grote poriën heeft en dat aan het 20 keerplaatmateriaal is bevestigd aan het bovenzijvlak 13 (a). Het bevestigen is weergegeven door vastlassen met het dekmateriaal, dat thermoplastisch is, hoewel ook een hechtende bevestiging mogelijk is.

Fig. 3 toont een andere uitvoeringsvorm, die 25 identiek is aan fig. 2 In alle opzichten behalve dat het fluidum doorlatende dekmateriaal wordt gebruikt als een wikkel die de andere elementen van het kruisje geheel omringt. Een dergelijk materiaal wordt soms gebruikt voor doeleinden van comfort voor de gebruiker.

30 De uitvoeringsvorm van fig. 1 bezit geen afzonderlijk gescheiden dekmateriaal, doch indien slechts ëénrichtings-watten worcfen gebruikt als de stroomrichtingsmiddelen heeft het toevoegen van een gescheiden dekelement de voorkeur om redenen van betere productintegeriteït en -sterkte. Het is 35 uiteraard ook mogelijk cm de functies te combineren van het 8105720 -5- dekmateriaal en de stroomrichtingsmiddelen, zoals is weergegeven in de uitvoeringsvorm van fig. 1. In dit geval kan een dekmateriaal bij voorkeur bevochtigbaar zijn door een oppervlaktebehandeling die zich uitstrekt in stroken naar 5 buiten vanaf de breedte van het inlegkruisje.

Indien een afzonderlijk goedkoop stroomrichtingsmiddel, zoals ..in dwarsrichting lopende watten wordt gebruikt,heeft:'één van de uitvoeringsvormen van de fig. 2 en 3, de voorkeur..: .

Tengevolge van het verhoogde rendement van het inleg-1Q kruisje volgens de uitvinding, zijn kruisjes met kleinere afmeting die een hoger vermogen hébben, mogelijk. Deze voordelen hangen samen met het kruisje dat slechts een enkele absorberende laag heeft, doch tot een meer beperkte mate dan de tot nu toe de voorkeur verdienende uitvoeringsvormen 15 die twee absorberende lagen hebben. De drie in de tekening weergegeven uitvoeringsvorm kunnen uiteraard ook worden gemaakt met een enkelvoudige absorberende laag met de boven beschreven karakteristieken voor elk van deze uitvoeringsvormen die ook in die gevallen gelden.

2Q

j 8105720

Claims

1. Inlegkruisje, roet het kenmerk, dat hij bestaat uit de combinatie van: l a] een absorberende plaat, bl een fluidum niet doorlatend schot dat over de bodem 5 ligt, waarbij de zijden zich in lengterichting uitstrekken over een gedeelte van het bovenoppervlak van de plaat dat grenst aan de gebruiker, en c) een strocmrichtingsmiddel dat zich uit strekt over het bovenoppervlak van de plaat, langs de zijden van de plaat, 20 onder het schot en onder het bodemoppervlak van de plaat voor het richten van de fluidumstroom bij voorkeur over de breedte van het inlegkruisje.

2. Inlegkruisje, met het kenmerk, dat hij bestaat uit de combinatie van: 15 a). een absorberende component met een eerste plaat die grenst aan de gebruiker en een tweede absorberende plaat die grenst aan eerste plaat en op afstand is van de gebruiker, bï. een fluidum niet doorlatend schot dat ligt over het bodem-oppervlak van de tweede plaat, de zijden van de absorberende 20 component en in lengterichting zich . uitstrekkerd langs cmtrekssegmenten van het oppervlak van de eerste plaat grenzend aan de gebruiker, en cl een strocmrichtingsmiddel dat zich uitstrekt over het oppervlak van de eerste plaat grenzend aan de gebruiker, 25 onder de randen van de in lengterichting lopende segmenten van het schot, zich uitstrekkende naar beneden langs de zijden van de eerste plaat en tussen het bodemoppervlak van de eerste plaat en het aangrenzende oppervlak van de tweede plaat, welke middelen de stroom bij voorkeur richten 30 over de breedte van het inlegkruisje.

3. Inlegkruisje .volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het strocmrichtingsmiddel in hoofdzaak bestaat uit dwars-gericht neergelegde gecrepte watten.

4. Inlegkruisje volgens één. der conclusies 1-3, 35 8105720 <r -7- met het kenmerk, dat een fluidur1 doorlatende bedekking over de f luidumr idntnuddelea loopt.

5. Inlegkruisje volgens een der conclusies 1-3, met het kenmerk, dat een fluïdum doorlatende bedekking ligt 5 over de fluidunaricbtmiddelen en is vastgelast aan de in lengterichting zich uitstrekkende randen van het schot.

6. Inlegkruisje volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het stroomrichtingsmiddel in hoofdzaak bestaat uit crêpe watten. 10

.7. Inlegkruisje zoals weergegeven in de tekening en/of besproken aan de hand daarvan. 8105720