NL8104199A

NL8104199A - Trailer theft-prevention equipment - comprises casing fitting over coupling with locking pin engaging behind lever

Info

Publication number: NL8104199A
Application number: NL8104199A
Authority: NL
Original assignee: Cornelis Randewijk
Priority date: 1981-09-11
Filing date: 1981-09-11
Publication date: 1983-04-05

Abstract

The theft-prevention equipment is for a trailer having a towbar with a coupling at the end, there being a lever hinging on the coupling. It comprises a casing (1) open at one end and slid over the coupling (5), while a slot extends from the open end (3) to accommodate the lever (6). A stop in the casing limits the distance for which it can be slid, so that holes in it are then behind the portion of the lever attached to the coupling. A locking pin (4) inserted in these holes prevents removal of the casing. The stop can be formed by the casing end wall (2).

Description

i v- * t -1- 22043/CV/tli v- * t -1- 22043 / CV / tl

Korte Aanduiding: Beveiligingsinrichting voor een aanhangwagen.Brief Designation: Protection system for a trailer.

De uitvinding heeft betrekking op een. beveiligingsinrichting voor aan aanhangwagen,welke is voorzien van een trekarm met een aan het 5 uiteinde van de trekarm bevestigd aankoppelstuk,dat is voorzien van een scharnierend met het overige deel van het aankoppelstuk verbonden hef-boom.The invention relates to a. trailer safety device, which is fitted with a towing arm with a coupling piece attached to the end of the towing arm, which is provided with a lever hingedly connected to the rest of the coupling piece.

Aanhangwagensjzoals bijvoorbeeld caravans zijn veelal voorzien van een dergelijk aankoppelstuk,dat is uitgevoerd om te worden gekoppeld met 10 een aan een trekwagen bevestigde aankoppelingskogel. De vergrendeling tussen de aanhangwagen en de trekarm kan daarbij tot stand worden ge-bracht met behulp van de hefboom.Trailers such as, for example, caravans, are often provided with such a coupling piece, which is designed to be coupled with a coupling ball attached to a towing vehicle. The locking between the trailer and the towing arm can be effected by means of the lever.

Om een onbevoegd meenemen van een zo uitgeruste aanhangwagen te voorkomen worden wel min of meer kogelvormige lichamen toegepast,die 15 te vergrendelen zijn in dat gedeelte van het aankoppelstuk,dat bestemd is voor het opnemen van de aan een trekwagen bevestigde aankoppelingskogel. In de praktijk is echter gebleken,dat dit niet afdoende is,daar men in dergelijke gevallen er wel toe overgaat om het aankoppelstuk van de trekarm te verwijderen en een nieuw aankoppelstuk aan de trekarm te 20 bevestigen.In order to prevent unauthorized carrying of a trailer so equipped, more or less ball-shaped bodies are used, which can be locked in that part of the coupling piece, which is intended for receiving the coupling ball attached to a towing vehicle. In practice, however, it has been found that this is not sufficient, since in such cases it is decided to remove the coupling piece from the pulling arm and to attach a new coupling piece to the pulling arm.

Met de uitvinding wordt beoogd een beveiligingsinrichting van boven-genoemde soort te verkrijgen,die tevens zodanig is uitgevoerd,dat een verwijderen van het aankoppelstuk van de trekarm wordt voorkomen.The object of the invention is to obtain a safety device of the above-mentioned type, which is also designed such that removal of the coupling piece from the draw arm is prevented.

.Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt doordat de beveiligings-25 inrichting wordt gevormd door een kokervormige mantel,weIke aan een uiteinde open is en verder een zodanige doorsnede heeft,dat de mantel over het aankoppelstuk kan worden geschoven,waarbij in de mantel een zich vanaf het open einde uitstrekkend sleufgat is aangebracht voor het opnemen van de hdboom, terwijl de mantel is voorzien van een aanslag,welke de op-30 schuifbeweging begrenst in een eindstand waarin in de mantel aangebrachte gaten gezien vanaf het vrije uiteinde van de aankoppelstuk achter het op het aankoppelstuk aansluitende deel van de hefboom zijn gelegen,zodanig, dat een door deze gaten gestoken borgpen een afschuiven van de mantel zal verhinderen.According to the invention, this can be achieved in that the safety device is formed by a tubular jacket, which is open at one end and further has a cross-section such that the jacket can be slid over the coupling piece, wherein in the jacket a slotted hole extending from the open end is provided to receive the hd boom, while the jacket is provided with a stop limiting the upward movement in an end position in which holes provided in the jacket are seen from the free end of the coupling piece behind the part of the lever connecting to the coupling piece is located such that a locking pin inserted through these holes will prevent shearing of the jacket.

35 Door toepassing van de constructie volgens de uitvinding kan een een zeer eenvoudige opbouw bezittende beveiligingsinrichting worden ver- 8104199 * 'J* -2- 22043/CV/tl kregen,met behulp waarvan niet alleen een aankoppelen van de aanhangwa-gen kan worden vermeden,maar tevens een demonteren van het aankoppel-stuk van de trekarm wordt uitgesloten.By using the construction according to the invention, a safety device having a very simple construction can be obtained 8104199 * 'J * -2-22043 / CV / tl, by means of which not only coupling of the trailers can be avoided , but also disassembly of the coupling piece of the drawbar is excluded.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand • 5 van een in bijgaande figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de constructie volgens de uitvinding.The invention will be explained in more detail below with reference to an exemplary embodiment of the construction according to the invention shown in the accompanying figures.

Fig. 1 toont schematisch een zijaanzicht op een beveiligingsin-richting volgens de uitvinding en geschoven over een aankoppelstuk.Fig. 1 schematically shows a side view of a safety device according to the invention and slid over a coupling piece.

Fig. 2 toont een bovenaanzicht op de mantel van de beveiligingsin-10 richting.Fig. 2 shows a top view of the jacket of the security device.

Fig. 3 toont een aanzicht op een borgpen.Fig. 3 shows a view of a locking pin.

Fig. 4 toont een zijaanzicht op fig.3,gezien volgens de pijl IV in fig.3.Fig. 4 shows a side view of FIG. 3, seen according to the arrow IV in FIG. 3.

De in de fig.l en 2 weergegeven mantel 1 heeft een rechthoekige 15 doorsnede,terwijl de mantel gezien in fig.l aan het rechter einde open is en aan het linker einde is afgesloten door een zich loodrecht op de lengterichting van de mantel uitstrekkende wand 2. In de bovenwand van de mantel 1 is een sleufgat 3 aangebracht,welk sleufgat zich vanaf het open einde van de mantel over een zeker deel van de lengte van de mantel 20 in de lengterichting van de mantel uitstrekt. In de beide zijvlakken van de raantel,die zich haaks uitstrekken op het bovenvlak van de mantel > · waarin het sleufgat 3 is aangebracht zijn een tweetal in elkaars ver-lengde gelegen en een rechthoekige doorsnede bezittende gaten 4 aangebracht .The jacket 1 shown in Figs. 1 and 2 has a rectangular cross-section, while the jacket seen in Fig. 1 is open at the right end and closed at the left end by a wall extending perpendicular to the longitudinal direction of the jacket 2. A slotted hole 3 is provided in the top wall of the jacket 1, which slit hole extends from the open end of the jacket over a certain part of the length of the jacket 20 in the longitudinal direction of the jacket. In the two side surfaces of the rip, which extend at right angles to the top surface of the casing in which the slotted hole 3 is arranged, two holes 4 in each other are arranged in length and rectangular cross section.

25 De zo uitgevoerde mantel kan op de in fig.l weergegeven wijze wor den geschoven over een op zichzelf bekend aankoppelstuk 5,dat is beves-tigd aan het uiteinde van een trekarm 6 van een niet nader weergegeven aanhangwagen. De bevestiging van het aankoppelstuk 5 aan het uiteinde van de trekarm 6 geschied met behulp van niet nader weergegeven en· 30 door het aankoppelstuk 5jbn het uiteinde van de trekarm 6 gestoken bouten of dergelijke.The casing so designed can be slid in the manner shown in Fig. 1 over a coupling piece 5 known per se, which is attached to the end of a towing arm 6 of a trailer (not shown in more detail). The coupling of the coupling piece 5 to the end of the draw arm 6 is effected by means of bolts or the like, which are not shown in detail and which are inserted through the coupling piece 5 in the end of the draw arm 6.

Verder is het aankoppelstuk 5 op de gebruikelijke wijze voorzien van een hefboom 6, welke dient voor het vergrendelen van het aankoppelstuk op de koppelingskogel van een trekwagen.Furthermore, the coupling piece 5 is provided in the usual manner with a lever 6, which serves to lock the coupling piece to the coupling ball of a towing vehicle.

35 Uit de figuren zal het duidelijk zijn,dat bij hetopschuiven van de mantel 1 over het aankoppelstuk 5 de hefboom 6 in het sleufgat 3 komt te liggen.It will be clear from the figures that when the casing 1 is slid over the coupling piece 5, the lever 6 will lie in the slotted hole 3.

8104 199 -3- 22043/CV/tl8104 199 -3- 22043 / CV / tl

De gezien in fig.l naar rechts gerichte opschuifbeweging van de mantel wordt begrensd doordat de een aanslag vormende eindwand 2 van de mantel tegen het vrije uiteinde van het aankoppelstuk 5 komt te liggen.The sliding movement of the jacket, which is directed to the right in fig. 1, is limited by the fact that the end wall 2 of the jacket forming an abutment comes to lie against the free end of the coupling piece 5.

Zoals verder uit fig.l blijkt is de uitvoering zodanig getroffen, 5 dat indien de mantel over het aankoppelstuk is geschoven de gaten 4 gezien in de richting volgens pijl A waarin de mantel over het aankoppelstuk is geschoven ,achter het op het aankoppelstuk aansluitende deel van de hefboom 6 zijn gelegen.As can be seen further from fig. 1, the embodiment is such that, if the jacket has been slid over the coupling piece, the holes 4, viewed in the direction according to arrow A in which the jacket has been slid over the coupling piece, behind the part of the coupling piece connecting to the coupling piece. the lever 6 are located.

66Π66Π

In deze stand kan nu door de gaten 4 / in de fig.3 en 4 weergegeven 10 borgpen 7 worden gestoken,weIke borgpen is opgebouwd uit een een recht-hoekige doorsnede bezittende schacht 8 en een aan een uiteinde van de schacht 8 gelaste kop 9. De schacht 8 is door de in de tegenover elkaar gelegen wanden van de mantel 1 aangebrachte gaten 4 te steken ,waarbij de kop tegen een van deze wanden aan komt te liggen. In het van de kop 15 9 afgekeerde uiteinde van de schacht 8 is een zich door de schacht 8 uitstrekkend gat 10 aangebracht. Door dit gat is de beugel voor een hangslot of dergelijke te steken.In this position 10 locking pin 7 can now be inserted through the holes 4 / shown in fig. 3 and 4, each locking pin being composed of a shank 8 having a rectangular cross-section and a head 9 welded to one end of the shank 8 The shaft 8 can be inserted through the holes 4 arranged in the opposite walls of the jacket 1, the head coming to rest against one of these walls. In the end of the shaft 8 remote from the head 9, a hole 10 extending through the shaft 8 is arranged. The bracket for a padlock or the like can be inserted through this hole.

Het zal duidelijk zijn,dat indien de borgpen is aangebracht de mantel niet meer van het aankoppelstuk te verwijderen is en daarbij het 20 aankoppelstuk geheel door de mantel is omgeven, zodat noch een aankop-pelen van de aanhangwagen noch een verwijderen van het aankoppelstuk van de trekarm 6 mogelijk is. Doordat daarbij de een aanslag vormende wand 2 geheel gesloten is uitgevoerd is het inwendige van de mantel vanaf die zijde niet toegankelijk,hetgeen mede bijdraagt tot een goede beveiliging. 25 8104199It will be clear that when the locking pin is fitted, the jacket can no longer be removed from the coupling piece and the coupling piece is thereby completely surrounded by the jacket, so that neither the coupling of the trailer nor the coupling piece of the coupling piece is removed. pull arm 6 is possible. Because the wall 2 forming a stop is thereby completely closed, the interior of the jacket is not accessible from that side, which also contributes to good security. 25 8104199

Claims

1. Trailer protection device including a towing arm with a hitch attached to the end of the hitch arm, which lever is hingedly connected to the rest of the hitch, characterized in that the safety device is formed by a tubular jacket, which is open at one end and further has a cross-section such that the jacket can be slid over the coupling piece, wherein a slot hole extending from the open end is arranged in the jacket for accommodating the lever, while the jacket is provided with a stop 10 which limits the sliding movement in an end position in which holes arranged in the jacket, viewed from the free end of the coupling piece, are located behind the part of the lever connecting to the coupling piece, such that a locking pin inserted through these holes will prevent shearing of the jacket. 15

Security device according to claim 1, characterized in that the stop is formed by a wall closing one end of the jacket. 1 8104199 t