NL8020110A

NL8020110A - SYSTEM FOR CONTROLLING COKE OVEN VAPORS.

Info

Publication number: NL8020110A
Application number: NL8020110A
Authority: NL
Original assignee: Envirotech Corp
Priority date: 1979-03-12
Filing date: 1980-02-19
Publication date: 1981-01-30
Also published as: AU5586480A; AU537007B2; FR2451395A1; WO1980001921A1; FR2451395B1; GB2056659A; CA1157802A; GB2056659B

Description

80 2 0 11080 2 0 110

Stelsel voor het regelen van cokesovendampen.System for controlling coke vapor.

Achtergrond van de uitvinding.Background of the invention.

1. Gebied van de uitvinding.1. Field of the invention.

Deze uitvinding heeft betrekking op het regelen van verontreiniging, en in de eerste plaats op een gesloten opvangstelsel 5 voor het in bedwang houden van in de lucht aanwezige verontreinigingen, zoals die, voortgebracht gedurende een cokes-uitdrukhandeling in een oven van een cokesovenbatterij.This invention relates to contamination control, and primarily to a closed trap system for containing airborne contaminants, such as those produced during a coke oven operation of a coke oven battery.

2. Stand van de techniek.2. State of the art.

Vele industrieële handelingen, zoals cokes-uitdrukhande-10 lingen, brengen grote hoeveelheden verontreinigende dampen en stof voort. In een cokes-uitdrukhandeling, wordt cokes door een grote vijzel uit een gekozen oven van een cokesovenbatterij gedrukt door een ovendeuropening aan één zijde (de zogenoemde cokeszijde) van de oven, door een cokesgeleiding en in een opvangbak of transporteur, 15 bij wijze van illustratie een zogenoemde bluswagen of hete wagen.Many industrial operations, such as coke expressions, generate large amounts of polluting vapors and dust. In a coke-expressing operation, coke is pressed from a selected coke oven battery oven through a large mortar through an oven door opening on one side (the so-called coke side) of the oven, through a coke guide, and into a receptacle or conveyor, 15 by way of illustration a so-called fire truck or hot car.

De hete, gewoonlijk gloeiende cokes wordt in deze opvangbak of transporteur getransporteerd naar een blusstation, dat in de gedaante kan zijn van een blustoren of een blusbad, waarin de cokes wordt doorweekt of ondergedompeld.The hot, usually glowing coke is conveyed in this receptacle or conveyor to an extinguishing station, which may be in the form of an extinguishing tower or an extinguishing bath, in which the coke is soaked or immersed.

20 Verschillende stelsels voor het opvangen van verontreini gingen, voortgebracht gedurende het overbrengen van de cokes vanaf de oven naar het blusstation, zijn bekend. In bepaalde stelsels, zoals die, beschreven in de Amerikaanse octrooien 3.630.852 en 4.050.992, is de gehele cokeszijde van de batterij of een aanzienlijk gedeelte 25 daarvan helemaal tot aan de laad- en losplaats, waarop gebluste cokes 8020110 2 wordt gestort, omsloten in een loods. De gehele loods wordt onafgebroken of met tussenpozen geledigd, bij wijze van illustratie door een hoog aangebracht leidingstelsel, dat een enorm volume met verontreiniging beladen lucht uit het inwendige van de loods zuigt. Natuurlijk 5 moeten een eveneens enorme ventilator en een filterstelsel met een groot vermogen worden verschaft voor aanpassing aan het grote volume met verontreinigingen beladen lucht, verwijderd uit het inwendige van de loods.Various contaminant collection systems generated during the transfer of the coke from the oven to the quenching station are known. In certain systems, such as those described in U.S. Pat. Nos. 3,630,852 and 4,050,992, all or a substantial portion of the battery's coke side is all the way to the loading and unloading site, to which quenched coke 8020110 2 is poured, enclosed in a shed. The entire shed is emptied continuously or intermittently, by way of illustration through a high-mounted piping system, which draws an enormous volume of contaminated air from the interior of the shed. Of course, a likewise massive fan and high power filter system must be provided to accommodate the large volume of contaminated air removed from the interior of the shed.

De kosten van een dergelijk stelsel zijn duidelijk. Ten 10 eerste zijn cokesovenbatterijen gewoonlijk nogal groot. De loods zelf moet dus nogal groot zijn. Omdat er geen manier bestaat van het regelen van de verspreiding van verontreinigend stof en dampen in het inwendige van de loods, moet het ventilatiestelsel in staat zijn het gehele volume lucht in de loods over een voorafbepaald, betrekkelijk 15 korte spannetijds volledig te verwijderen. Bij de hoge kosten van het aan de cokeszijde van de batterij construeren van de grote loods, moet dus een ventilatiestelsel met een groot vermogen worden verschaft, welk stelsel gewoonlijk grote inlaadleidingen bevat, evenals grote ventilatoren en filtermechanismen met een groot vermogen (zoals neer-20 slaginrichtingen, gaswassers of zakhuizen).The costs of such a system are clear. First, coke oven batteries are usually quite large. The warehouse itself must therefore be quite large. Since there is no way of controlling the spread of pollutant and vapors in the interior of the shed, the ventilation system must be able to completely remove the entire volume of air in the shed over a predetermined, relatively short span of time. Thus, at the high cost of constructing the large shed on the coke side of the battery, a high power ventilation system must be provided, which usually includes large charge lines, as well as large fans and high power filter mechanisms (such as down-20s). impact devices, scrubbers or bag houses).

In andere alternatieve stelsels, zoals dat, afgebeeld in het Amerikaanse octrooi 4.029.551, is een grote kap, gedragen door een de cokesgeleiding dragende wagen door een buigzaam leidingstelsel van de algemene leiding- en- wagensoort, afgebeeld in het Amerikaanse 25 octrooi 4.069.108 voor een onafgebroken of intermiterend ledigen verbonden. In een stelsel van deze soort, moet de, de cokesgeleiding dragende wagen natuurlijk met de bluswagen naar het blusstation bewegen om te verzekeren, dat in de lucht aanwezige verontreinigingen, vrijgemaakt tussen het uitdrukken en het in het blusstation gaan van 30 de bluswagen, worden opgevangen.In other alternative systems, such as that shown in U.S. Patent 4,029,551, a large cap carried by a coke guide carriage through a flexible conduit system of the general line and cart type is shown in U.S. Patent 4,069. 108 connected for continuous or intermittent emptying. In a system of this type, the coke-guiding carriage must, of course, move with the extinguisher to the extinguishing station to ensure that airborne contaminants released between pushing out and entering the extinguishing station are collected. .

In een derde soort stelsel, afgebeeld in het Amerikaanse octrooi 3.675.400, draagt een afzonderlijke wagen, die op dezelfde rails loopt als de bluswagen, op vrijdragende wijze een kap, ontworpen voor het over de gehele lengte van de bluswagen heenliggen wan-35 neer de afzonderlijke wagen dicht bij de bluswagen is, en geleidelijk 8 0?: 0 1 10 3 minder van de bluswagen wanneer de afzonderlijke wagen van de blus-wagen weg beweegt. Natuurlijk moet de afzonderlijke wagen eveneens buigzaam zijn verbonden met een stelsel voor het onafgebroken of in-termiterend ledigen. Het op dezelfde sporen als de bluswagen plaatsen 5 van de wagen voor het dragen van het ventilatiestelsel, is uiterst lastig, omdat dit niet het door de wagen voor het dragen van het ventilatiestelsel passeren van de bluswagen toelaat.In a third type of system, shown in U.S. Pat. No. 3,675,400, a separate carriage running on the same rails as the fire extinguisher carries a cantilevered hood designed to lie over the entire length of the fire extinguisher. the individual car is close to the fire truck, and gradually decreases from the fire truck by 8 0 ?: 0 1 10 3 as the separate truck moves away from the fire truck. Of course, the individual carriage must also be flexibly connected to a continuous or intermittent emptying system. Placing the car on the same tracks as the fire truck for carrying the ventilation system is extremely difficult, because this does not allow the fire truck to pass through the car for carrying the ventilation system.

In een ander bekend stelsel, is boven de cokesgeleiding een kap gemonteerd. Een bluswagenkap is afzonderlijk gemonteerd voor 10 een beweging langs een paar vertikaal op onderlinge afstand liggende sporen, die boven en bij de bluswagensporen worden gedragen. De cokes-geleidingskap wordt gedragen voor een beweging langs de cokeszijde van de batterij vanaf een hoog aangebracht spoor, dat vertikaal boven de bewegingssporen ligt van de cokesgeleiding. Een onafgebroken geven-15 tileerde leiding- en- wageninrichting van de algemene soort, beschreven in het Amerikaanse octrooi 4.069.108, bevindt zich zijdelings langs de cokeszijde, waarbij de bewegingssporen voor de cokesgeleiding, het hoog aangebrachte spoort voor het dragen van de cokesgeleidingskap, de bluswagensporen en de sporen en het gestel voor het dragen van de 20 bluswagenkap zijn opgesteld tussen de cokeszijde van de batterij en de leiding- en- wageninrichting. Afzonderlijke leidingen verbinden de cokesgeleidingskap en de bluswagenkap met de wagen van de leiding-en-wageninrichting. De leiding, die de bluswagenkap verbindt met de wagen van de leiding- en-wageninrichting bevat een regeneratorwarmte-25 wisselaar.In another known system, a cap is mounted above the coke guide. A fire truck hood is mounted separately for movement along a pair of vertically spaced tracks carried above and near the fire truck tracks. The coke guide cap is worn for movement along the coke side of the battery from a high track that is vertically above the coke guide traces of movement. An uninterrupted, general-purpose, vented pipe and carriage arrangement, described in U.S. Pat. No. 4,069,108, is located laterally along the coke side, with the coke guidance motion tracks tracing the high-mounted bearing for the coke guide cap, the fire truck tracks and the tracks and the frame for carrying the fire truck hood are arranged between the coke side of the battery and the pipe and car device. Separate lines connect the coke guide hood and the fire engine hood to the trolley of the pipe-and-wagon assembly. The conduit connecting the fire extinguisher hood to the conduit-and-carriage device carriage includes a regenerator heat exchanger.

Gewoonlijk zijn de bluswagenkappen van cokesoveninstalla-ties vrij massief. Het zal dus worden besefd, dat voor het op een dergelijke vrijdragende wijze dragen van de bluswagenkap, de wielen aan de bluswagenkap, de vertikaal op onderlinge afstand liggende spo-30 ren, aangegrepen door dergelijke wielen, en het gestel, dat dergelijke sporen draagt, van een vrij zware en sterke constructie moe tel zijn. Bovendien is een afzonderlijk gestel, dat even stevig als het gestel, dat de bluswagenkap draagt, verschaft voor het dragen van de leiding van de leiding- en- wageninrichting ver boven de hoogte van de blus-35 wagensporen en buiten belemmering van de loshandeling uit de bluswagen 8020110 4 op de laad- en losplaats. Een stelsel van deze laatst beschreven soort wordt gezamenlijk aangeboden door Hartung, Kuhn & Co. Maschinenfabrik GmbH, Düsseldorf en de Firma Carl Still, Rechlinghausen, beide van West Duitsland.Usually, the quench hoods of coke oven plants are quite massive. It will thus be appreciated that for carrying the fire truck hood in such a cantilevered manner, the wheels on the fire truck hood, the vertically spaced tracks engaged by such wheels, and the frame bearing such tracks, of a fairly heavy and strong construction. In addition, a separate frame, which is as sturdy as the frame carrying the fire truck hood, is provided for carrying the conduit of the line and car assembly far above the height of the fire truck tracks and outside of obstruction to the release operation from the fire truck 8020110 4 at the loading and unloading site. A system of the latter type described is jointly offered by Hartung, Kuhn & Co. Maschinenfabrik GmbH, Düsseldorf and Carl Still, Rechlinghausen, both from West Germany.

^ Nog een ander soort stelsel wordt geïllustreerd door het^ Yet another kind of system is illustrated by the

Britse octrooischrift 1.310.980. In stelsels van deze soort, is een samenklapbare kap, die wordt uitgezet en ingetrokken door een fluïdum-motor, aangebracht rond de cokesgeleiding voor het opvangen van stof en dampen, voortgebracht gedurende het uitdrukken. Een leiding-en-wageninrichting wordt gebruikt voor het ledigen van de samenklapbare kap. In deze uitvoeringsvorm bevindt de wagen zich in de leiding, en wordt de leiding boven de cokesgeleidinglocomotief gedragen door een passend draaggestel. Een duidelijk zwak punt van de stelsels van deze soort is, dat geen afzonderlijk kapmechanisme is verschaft voor het 15 gesloten opvangen van verontreinigingen, vrijgemaakt uit hete cokes in de bluswagen na het uitdrukken. Voor het verzekeren van het opvangen van dergelijke verontreinigingen, moet de cokesgeleidingslocomotief derhalve de bluswagen altijd vergezellen. Verder moet de cokesgelei-dingskap voldoende lang zijn voor het bedekken van de gehele lengte 20 van de bluswagen. In zeer vele situaties maken dergelijke vereisten voor een passende ventilatie, installaties van deze soort veel te kostbaar.British Patent 1,310,980. In systems of this kind, a collapsible hood, which is expanded and retracted by a fluid motor, is arranged around the coke guide to collect dust and vapors during expression. A pipe-and-wagon device is used to empty the collapsible hood. In this embodiment, the carriage is in the line, and the line above the coke guide locomotive is carried by an appropriate support frame. A clear weakness of the systems of this type is that no separate hood mechanism is provided for closed collection of contaminants released from hot coke in the fire truck after expression. Therefore, to ensure collection of such contaminants, the coke guide locomotive must always accompany the fire truck. Furthermore, the coke guide cap must be long enough to cover the entire length of the fire truck. In very many situations, such requirements for adequate ventilation make installations of this kind much too expensive.

Samenvatting van de uitvinding.Summary of the invention.

Overeenkomstig de uitvinding bevat een verontreinigingen 25 opvangend stelsel voor een cokesoven-uitdrukhandeling zuigmiddelen, een leiding en middelen voor het koppelen van de zuigmiddelen met de leiding voor het zodoende ledigen daarvan. De leiding is van een soort, die een wandgedeelte bevat, gesloten door een buigzaam lijf, middelen, zoals een rooster, voor het dragen voor het lijf tegen in de leiding 20 klappen onder een dergelijk ledigen, en een wagen, die beweegbaar is aangebracht langs de leiding voor het omhoogbewegen van het lijf voor het koppelen van het inwendige van de wagen met het inwendige van de leiding. Middelen zijn aangebracht voor het langs de leiding geleiden van de wagen. De wagen bevat middelen, die samenwerken met de ge-25 leidingsmiddelen voor het dragen en geleiden van de wagen langs de 6020110 5 leiding, en een deur voor het verschaffen van toegang tot het inwendige van de wagen voor ingang in de leiding voor het inspecteren daarvan.In accordance with the invention, a contaminant-collecting system for a coke oven-expressing operation comprises suction means, a conduit and means for coupling the suction means to the conduit for emptying it. The conduit is of a type including a wall portion closed by a flexible body, means, such as a grid, for supporting the body against impacting in the conduit 20 under such emptying, and a carriage movably mounted along the pipe for raising the body for coupling the interior of the car with the interior of the pipe. Means are provided for guiding the carriage along the pipe. The carriage includes means which cooperate with the guide means for carrying and guiding the carriage along the 6020110 conduit, and a door for providing access to the interior of the carriage for entry into the conduit for inspection thereof .

Alternatief kan een tweede wagen zijn verschaft voor een 5 beweging langs de leiding, welke tweede wagen middelen bevat voor het omhoog bewegen van het lijf voor het koppelen van het inwendige van de tweede wagen met het inwendige van de leiding, en een deur voor het verschaffen van toegang tot het inwendige van de tweede wagen voor ingang in de leiding voor het inspecteren daarvan.Alternatively, a second carriage may be provided for movement along the conduit, the second carriage includes means for raising the web for coupling the interior of the second carriage to the interior of the conduit, and a door for providing of access to the interior of the second carriage for entry into the conduit for inspection.

10 Verder zijn overeenkomstig de uitvinding middelen verschaft voor het bewegen van de wagen langs de leiding naar een gekozen plaats. De bewegingsmiddelen bevatten een motor, een aandrijfwiel, middelen voor het aangrijpen van het aandrijfwiel, middelen voor het aan de wagen bevestigen van de middelen voor het aangrijpen van het aandrijf-15 wiel, middelen voor het monteren van het aandrijfwiel, en middelen voor het koppelen van de motor met het aandrijfwiel. De motor kan naar keuze in beweging worden gebracht voor het aandrijven van het aandrijfwiel voor het bewegen van de middelen voor het aangrijpen van het aandrijfwiel en dus de wagen langs de leiding.Furthermore, according to the invention, means are provided for moving the carriage along the line to a selected location. The moving means comprise a motor, a driving wheel, means for engaging the driving wheel, means for securing to the car the means for engaging the driving wheel, means for mounting the driving wheel, and means for coupling of the motor with the drive wheel. The motor can optionally be moved to drive the drive wheel to move the means for engaging the drive wheel and thus the carriage along the line.

20 Verder zijn overeenkomstig de uitvinding een beweegbare eerste kap en middelen voor het koppelen van de eerste kap met de wagen en voor het bewegen van de wagen voor het boven een gekozen gedeelte van een transporteur voor gloeiende cokes plaatsen van de eerste kap, aangebracht. Deze inrichting laat het in de eerste kapmiddelen 25 verwijderen toe van verontreinigingen, ontwikkeld tijdens het transporteren van de gloeiende cokes naar bijvoorbeeld een blusstation.Furthermore, in accordance with the invention, a movable first hood and means for coupling the first hood to the carriage and for moving the carriage for placing the first hood above a selected portion of a glowing coke conveyor are provided. This device allows the removal in the first capping means of contaminants developed during the transport of the glowing coke to, for example, a quenching station.

Het stelsel bevat verder een beweegbare tweede kap, gemonteerd aan de cokesgeleiding, door welke tweede kap de gloeiende cokes uit de oven wordt gedrukt. De beweegbare tweede kap is aangebracht voor het ver-30 wijderen van verontreinigingen, ontwikkeld tijdens het uit de oven drukken van de cokes naar de transporteur. De tweede kap bevat ven-tilatormiddelen, middelen voor het vormen van een luchtgordijn en voor het richten van het luchtgordijn voor het in bedwang houden en voorkomen van het ontsnappen van verontreinigingen, ontwikkeld gedurende 35 het uitdrukken, en middelen voor het verbinden van de middelen voor 8 0 2. 0 1 1 0 6 het vormen van het luchtgordijn met de ventilatormiddelen. De venti-latormiddelen bevatten middelen, die een zuiginlaat bepalen in de tweede kap, en filtermiddelen, aangebracht tussen de inlaat en de middelen voor het vormen van het luchtgordijn. Deze inrichting maakt 5 het filteren mogelijk van de ontwikkelde verontreinigingen uit de luchtstroom, verschaft door de ventilatormiddelen, zodat de gefilterde luchtstroom kan worden gebruikt voor het vormen van het luchtgordijn.The system further includes a movable second hood mounted to the coke guide, through which second cap the glowing coke is forced out of the oven. The movable second hood is provided to remove impurities developed during the pressing of the coke from the oven to the conveyor. The second hood contains fan means, air curtain forming means and air curtain alignment means for controlling and preventing the escape of contaminants developed during expression, and means for connecting the means for 8 0 2. 0 1 1 0 6 forming the air curtain with the fan means. The fan means includes means defining a suction inlet in the second cap and filter means disposed between the inlet and the air curtain forming means. This device allows filtering of the developed contaminants from the airflow provided by the fan means, so that the filtered airflow can be used to form the air curtain.

Bovendien kan overeenkomstig de uitvinding een tweede lei-10 ding zijn verschaft voor het koppelen van de tweede kap met de wagen. Op deze wijze worden verontreinigingen in het inwendige van de tweede kap in samenwerking geledigd door de ventilatorinlaat en de eerste leiding.In addition, according to the invention, a second conduit may be provided for coupling the second hood to the carriage. In this way, impurities in the interior of the second hood are emptied together by the fan inlet and the first conduit.

Overeenkomstig de uitvinding is voor een cokesgeleidings-15 middel, voorzien van twee tegenover elkaar liggende zijwanden, een staaf of plaat aangebracht, die zich uitstrekt tussen en is bevestigd aan de twee zijwanden op de hoogte, waarop de cokes uit de geleidings-middelen wordt afgevoerd. De cokes botst tegen de staaf of plaat en wordt tot brokken gebroken met een passende afmeting.According to the invention, for a coke guide means having two opposite side walls, a rod or plate is provided, which extends between and is attached to the two side walls at the height at which the coke is discharged from the guide means. . The coke collides with the rod or plate and is broken into chunks of an appropriate size.

20 Verder bevatten overeenkomstig de uitvinding de cokesge- leidingsmiddelen een omringende cokesgeleidingskap, en middelen voor het uitzetten en terugtrekken van de cokesgeleidingskap respectievelijk naar en weg van de wanden van een gekozen cokesoven. Alternatief of daarbij kunnen de middelen voor het uitzetten en terugtrekken zijn 25 verschaft voor het uitzetten en terugtrekken van de tweede kapmiddelen respectievelijk naar en weg van de beweegbare eerste kap.Further, according to the invention, the coke guide means includes a surrounding coke guide cap, and means for expanding and retracting the coke guide cap toward and away from the walls of a selected coke oven, respectively. Alternatively or additionally, the expansion and retraction means may be provided for expanding and retracting the second cap means toward and away from the movable first cap, respectively.

Verder bevat overeenkomstig de uitvinding de leiding een aantal leidingsecties, elk voorzien van althans één vrij einde, en middelen voor het dragen van elke leidingsectie. Het vrije einde van 30 elke leidingsectie grijpt een naburige leidingsectie aan voor het koppelen van alle leidingsecties aan de zuigmiddelen, waardoor thermisch opgewekte variaties in de lengte van elke leidingsectie mogelijk zijn. De leiding is voorzien van eerste spoormiddelen. Eerste wiel-middelen aan de wagen grijpen de eerste spoormiddelen aan. Tweede 35 spoortmiddelen strekken zich uit langs de leiding evenwijdig aan de 8 0 2 0 1 1 0 7 eerste spoormiddelen, De wagen is voorzien van tweede spooraangrijpende wielmiddelen voor het aangrijpen van het tweede spoor en het helpen bij het dragen van de kapmiddelen op een vrijdragende wijze vanaf de wagen boven de transporteur.Furthermore, according to the invention, the conduit comprises a number of conduit sections, each having at least one free end, and means for carrying each conduit section. The free end of each conduit section engages an adjacent conduit section for coupling all conduit sections to the suction means, allowing thermally generated variations in the length of each conduit section. The pipe is provided with first track means. First wheel means on the carriage engage the first track means. Second track means extend along the conduit parallel to the first track means. The carriage is provided with second track engaging wheel means for engaging the second track and assisting the cap means on a cantilever way from the carriage above the transporter.

5 Bovendien zijn middelen aangebracht voor het handhaven van een voorafbepaalde spanning op het lijf of de band niettegenstaande de thermisch opgewekte variaties in de lengtevan de leiding. De illustrative middelen voor het handhaven van de bandspanning bevatten middelen voor het koppelen van het buigzame lijf nabij een van zijn 10 einden met de leiding, en middelen nabij het andere einde van het buigzame lijf aan de leiding, welke middelen een onderlinge beweging mogelijk maken tussen dit andere einde van het lijf en de leiding.In addition, means are provided for maintaining a predetermined tension on the web or belt despite the thermally generated variations in the length of the conduit. The illustrative means of maintaining the tape tension include means for coupling the flexible body near one of its ends to the conduit, and means near the other end of the flexible body on the conduit, which means allow mutual movement between this other end of the body and the lead.

Een dergelijke onderlinge beweging vereffent verschillen tussen de thermisch opgewekte variaties in lengte van de leiding en het lijf.Such mutual movement compensates for differences between the thermally generated variations in length of the conduit and the body.

15 De illustrative middelen voor het mogelijk maken van een onderlinge beweging tussen dit andere eindevan het lijf en de leiding bevatten rolmiddelen, waar het lijf nabij het andere einde omheen is geslagen, en middelen voor het meegeefbaar weg van het ene einde van het lijf drukken van het andere einde van het lijf. De meegeefbare drukmiddelen 20 bevatten bijvoorbeeld een gewicht, en middelen voor het bevestigen van het gewicht aan het lijf nabij dit andere einde van het lijf.The illustrative means for enabling mutual movement between this other end of the body and the conduit includes rolling means with the body wrapped about it near the other end, and means for pushing it away from one end of the body in such a way that it can be moved the other end of the body. For example, the compliant compression means 20 includes a weight, and means for attaching the weight to the body near this other end of the body.

Verder zijn overeenkomstig de uitvinding klepmiddelen, zoals schuiven, verschaft voor het gekozen regelen van het ledigen van de tweede kapmiddelen. In de afgeheelde uitvoeringsvorm, zijn de klep-25 middelen gemonteerd in een derde leiding, verschaft in de eerste kapmiddelen.Furthermore, according to the invention, valve means, such as slides, are provided for the selected control of emptying the second hood means. In the gated embodiment, the valve means is mounted in a third conduit provided in the first cap means.

In de afgebeelde uitvoeringsvorm zijn afmeetgeleidingen aangebracht in de wagen en voorzien van gekozen te drijven schuiven. Deze onafhankelijke schuiven maken het gekozen sturen mogelijk van de 50 zuigkracht door alleen de tweede kapmiddelen of door zowel de tweede kapmiddelen als de eerste kapmiddelen.In the illustrated embodiment, measuring guides are arranged in the carriage and provided with selected slides to be floated. These independent sliders allow the selected control of the suction power by only the second cap means or by both the second cap means and the first cap means.

Verder zijn overeenkomstig de afgebeelde uitvoeringsvorm de eerste kapmiddelen, de bluswagenkap, verdeeld in een antal sectoren. Het verdelen van de bluswagenkap in sectoren en het onafhankelijk met 55 een klep of schuif sturen van elke sector of groepsectoren maakt het 6020110 8 gekozen tot stand brengen mogelijk van zuigkracht in verschillende gebieden van de bluswagenkap. In vele gevallen is dit zeer wenselijk, omdat de bluswagenkap bij tijden boven slechts een gedeelte van de bluswagen kan liggen of slechts een gedeelte van de bluswagen cokes 5 kan bevatten, waaruit gas ontsnapt en waarover een zuigkracht tot stand moet worden gebracht.Furthermore, in accordance with the illustrated embodiment, the first hood means, the fire truck hood, are divided into a number of sectors. Dividing the fire extinguisher hood into sectors and independently controlling each sector or group sectors with a valve or slide 55 allows the selected generation of suction power in different areas of the fire hood. In many cases this is highly desirable, because the extinguisher hood may at times lie above only part of the extinguisher or only part of the extinguisher may contain coke 5 from which gas escapes and over which a suction force must be established.

Verder is overeenkomstig de uitvinding een stelsel met een aantal wagens verschaft op de eerste leiding, bij wijze van illustratie één wagen voor elke twintig voet lengte van de eerste kapmiddelen. Een eerste voordeel van een stelsel met een aantal wagens is, dat het gewicht van de eerste kapmiddelen gezamenlijk kan worden gedragen, en de last van de eerste kapmiddelen over een aantal wagens kan worden verdeeld.Furthermore, in accordance with the invention, a multiple carriage system is provided on the first conduit, by way of illustration, one carriage for every twenty feet of length of the first cap means. A first advantage of a multiple car system is that the weight of the first hood means can be carried together, and the load of the first hood means can be distributed over a number of wagons.

Korte beschrijving van de tekening.Brief description of the drawing.

15 De uitvinding kan het best worden begrepen aan de hand van de volgende beschrijving en bijgaande tekening, die de uitvinding illustreren. In de tekening: is fig. 1 een gedeeltelijk fragmentarisch ruimtelijk aanzicht van een gebruikelijke cokesovenbatterijinstallatie, waarbij het 20 regelstelsel van de onderhavige uitvinding voor de gesloten opvang van verontreinigingen is geïnstalleerd, is fig. 2 een gedeeltelijk fragmentarisch eindaanzicht van de installtie van fig. 1, fig. 3 een fragmentarische doorsnede is van een detail van 25 de fig. 1-2, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 3-3 van fig. 2, is fig. 4 een fragmentarische doorsnede van een detail van het stelsel, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 4-4 van fig. 2, 50 is fig. 5 een doorsnede van een detail van het stelsel, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 5-5 van fig. 4, maar weergevende een alternatief voor de in fig. 4 afgebeeld constructies, tonen de fig. 6-10 een aantal aandrijfinrichtingen voor stelsels van de in de fig. 1-2 afgebeeld soort, 55 is fig. 11 een fragmentarisch ruimtelijk aanzicht van een detail van de installatie van de fig. 1-2, 8 0 2 ö 1 10 9 is fig. 12 een fragmentarische doorsnede, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 12-12 van fig. 11, is fig. 13 een fragmentarische doorsnede van een detail van de installatie, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 5 13-13 van fig. 12, is fig. 14 een fragmentarische doorsnede van een detail van de installatie, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 14-14 van fig. 11, is fig. 15 een fragmentarische doorsnede in hoofdzaak 10 genomen volgens de doorsnedelijnen 15-15 van fig. 14, is fig. 16 een gedeeltelijk fragmentarisch eindaanzicht van een detail van de installatie, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 16-16 van fig. 11, is fig. 17 een doorsnede van een detail, in hoofdzaak geno-15 men volgens de doorsnedelijnen 17-17 van fig. 11, is fig. 18 een doorsnede van een detail, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 18-18 van fig. 11, is. fig. 19 een fragmentarisch zijaanzicht van een detail van de afbeelding van de fig. 1-2, 20 is fig. 20 een fragmentarische doorsnede van een detail van fig. 19, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 20-20 van fig. 19, is fig. 21 een fragmentarische doorsnede van het in de fig. 19-20 afgebeelde detail in hoofdzaak genomen volgens de doorsnede-25 lijnen 21-21 van fig. 20, is fig. 22 een fragmentarische doorsnede van het detail van de fig. 19-20, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 22-22 van fig. 20, is fig. 23 een fragmentarische doorsnede van het detail 30 van fig. 19, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnedelijnen 23-23 van fig. 19, is fig. 24 een fragmentarisch zijaanzicht van een illus-trarief lijf-of bandspanmechanisme overeenkomstig de onderhavige uitvinding, 35 is fig. 25 een fragmentarisch bovenaanzicht van het band spanmechanisme van fig. 24, in hoofdzaak genomen volgens de doorsnede- 8 0 2 0 1 1 0 .10 lijnen 25-25 van fig. 24, is fig. 26 een fragmentarisch zijaanzicht van een detail van de installatie van de fig. 1-2 in werking, is fig. 27 een fragmentarisch ruimtelijk aanzicht van 5 een alternatief detail van de installatie van de fig. 1-2, is fig. 28 een fragmentarisch bovenaanzicht van een alternatief detail van de installatie van de fig. 1-2, is fig. 29 een fragmentarisch ruimtelijk aanzicht van een alternatief detail van de installatie van de fig. 1-2, 10 is fig. 30 een fragmentarisch ruimtelijk aanzicht van een alternatied detail van de installatie van de fig. 1-2,The invention can best be understood from the following description and the accompanying drawing, which illustrate the invention. In the drawing: Fig. 1 is a partial fragmentary spatial view of a conventional coke oven battery installation, with the control system of the present invention for closed impurity collection, Fig. 2 is a partial fragmentary end view of the installation of Fig. 1 FIG. 3 is a fragmentary sectional view of a detail of FIGS. 1-2, taken generally along sectional lines 3-3 of FIG. 2, FIG. 4 is a fragmentary sectional view of a detail of the system, substantially taken along sectional lines 4-4 of FIGS. 2, 50, FIG. 5 is a sectional view of a detail of the system taken substantially along sectional lines 5-5 of FIG. 4, but illustrating an alternative to those shown in FIG. 4 constructions shown, Figs. 6-10 show a number of drive devices for systems of the kind shown in Figs. 1-2, Fig. 11 is a fragmentary spatial view of a detail of the installation of FIGS. 1-2, 8 0 2 1 1 10 9, FIG. 12 is a fragmentary sectional view taken generally along sectional lines 12-12 of FIG. 11, FIG. 13 is a fragmentary sectional view of a detail of the installation , taken generally along sectional lines 5-13-13 of FIG. 12, FIG. 14 is a fragmentary sectional view of a detail of the installation, taken substantially along sectional lines 14-14 of FIG. 11, FIG. 15 is a fragmentary sectional view taken generally along sectional lines 15-15 of fig. 14, fig. 16 is a partial fragmentary end view of a detail of the installation, taken substantially along sectional lines 16-16 of fig. 11, fig. sectional view of a detail, generally taken along sectional lines 17-17 of FIG. 11, FIG. 18 is a sectional view of detail taken substantially along sectional lines 18-18 of FIG. 11. FIG. 19 is a fragmentary side elevational view of a detail of the view of FIGS. 1-2, 20; FIG. 20 is a fragmentary sectional view of a detail of FIG. 19, taken generally along section lines 20-20 of FIG. 19, FIG. 21 is a fragmentary sectional view of the detail shown in FIGS. 19-20 taken substantially along sectional lines 21-21 of FIG. 20, FIG. 22 is a fragmentary sectional view of the detail of FIG. 19 -20, taken generally along sectional lines 22-22 of FIG. 20, FIG. 23 is a fragmentary sectional view of detail 30 of FIG. 19, taken generally along sectional lines 23-23 of FIG. 19, FIG. 24 is a fragmentary side view of an illustrative belt or belt tensioning mechanism in accordance with the present invention; FIG. 25 is a fragmentary top view of the belt tensioning mechanism of FIG. 24, taken generally according to section view. 10 lines 25-25 of FIG. 24, FIG. 26 is a fragmentary view h side view of a detail of the installation of fig. 1-2 in operation, fig. 27 is a fragmentary spatial view of an alternative detail of the installation of fig. 1-2, fig. 28 is a fragmentary top view of an alternative detail of the installation of fig. 1-2, fig. 29 is a fragmentary spatial view of an alternative detail of the installation of fig. 1-2, 10 is fig. 30 is a fragmentary spatial view of an alternated detail of the installation of fig. 1-2,

Gedetailleerde beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm. Thans in het bijzonder verwijzende naar de fig. 1-2, 15 bestaat een cokesovenbatterij 10 uit verschillende parallellecokes-ovens 12. Elke oven 12 is aan zijn cokeszijdeinde 14 voorzien van een deur 16, en aan zijn uitdrukzijdeeinde (niet weergegeven) van een vijzel voor het door de oven drukken van cokes vanaf de vijzelzijde naar de cokeszijde 14 voor het legen van de oven. De oven 12 wordt 20 geleegd door zijn deuropening 18 en een cokesgeleiding 20 in een wachtende bluswagen 12. De cokesgeleiding 20 is beweegbaar langs een hoofdgaande rij 24 op spoorwegsoortrails 26 voor het in lijn plaatsen daarvan met een gekozen oven 12, die moet worden geleegd. Op soortgelijke wijze is de bluswagen 22 beweegbaar langs de cokeszijde 14 van 25 de ovenbatterij 10 voor het ontvangen van de door de geleiding 20 gedrukte cokes. De bluswagen 22 is beweegbaar op spoorwegsoortrails 28, die zich uitstrekken langs de cokeszijde en naar een blusstation 30, bij wijze van illustratie een blustoren. De middelen voor het bewegen van de cokesgeleiding 20 naar een gekozen oven 12 bestaan uit een 30 deurmachinelocomotief 32, beweegbaar op rails 26. Deze machine 32 verenigt de functie van het dragen en bewegen van de cokesgeleiding met de functie van het verwijderen van de deur 16 uit de gekozen oven 12 en het terugplaatsen van de deur nadat het uitdrukken is voltooid. De bluswagen 22 wordt bewogen door een locomotief 34, gemonteerd op 35 de rails 28.Detailed description of a preferred embodiment. Referring now particularly to Figures 1-2, 15, a coke oven battery 10 consists of several parallel coke ovens 12. Each oven 12 is provided with a door 16 at its coke side end 14, and a jack at its knockout end (not shown). for pushing coke through the oven from the mortar side to the coke side 14 for emptying the oven. The oven 12 is emptied through its doorway 18 and a coke guide 20 in a waiting quench car 12. The coke guide 20 is movable along a main row 24 on railroad tracks 26 for alignment with a selected oven 12 to be emptied. Similarly, the extinguisher trolley 22 is movable along the coke side 14 of the furnace battery 10 to receive the coke pressed through the guide 20. The fire truck 22 is movable on railway type rails 28, which extend along the coke side and to a fire station 30, by way of illustration an extinguishing tower. The means for moving the coke guide 20 to a selected furnace 12 consists of a door machine locomotive 32 movable on rails 26. This machine 32 combines the function of carrying and moving the coke guide with the function of removing the door 16 from the selected oven 12 and replacing the door after the expression is completed. The fire truck 22 is moved by a locomotive 34 mounted on rails 28.

8 0 2 0 1 1 0 118 0 2 0 1 1 0 11

Een loswerf 36 is aangebracht naast de rails 28 teneinde het mogelijk te maken gebluste cokes uit het station 30 te lossen door een deur 40 aan de bluswagen 22 en door zwaartekracht toe te voeren aan een doorlopende cokestransportband 42. De cokestransportband 42 brengt 5 de gerede cokes over naar een opslaggebied. De deur 40 is voorzien van gaten teneinde het, het voor het blussen van de cokes in de wagen 22 gebruikte water mogelijk te maken uit de wagen 22 weg te vloeien.A unloading yard 36 is arranged adjacent to the rails 28 to allow the discharge of quenched coke from station 30 through a door 40 to the extinguisher 22 and by gravity feeding to a continuous coke conveyor 42. The coke conveyor 42 conveys the finished coke over to a storage area. The door 40 is provided with holes to allow the water used to quench the coke in the carriage 22 to drain from the carriage 22.

De bluswagen 22 bevat ook verlengde zijwanden 44, die de vertikale hoogte van de bluswagen 22 vergroten tot aan de vertikale 10 hoogte van de bovenkant van de locomotief 34.The fire truck 22 also includes extended sidewalls 44, which increase the vertical height of the fire truck 22 to the vertical height of the top of the locomotive 34.

Het ventilatiestelsel of stelsel voor het verwijderen van verontreinigingen voor de uitdrukhandeling bevat een aantal in lengterichting op onderlinge afstanden liggende draagstijlen of kolommen 46, verankerd in de werf 36 naast de rails 28. Elke kolom 46 draagt een 15 in lengterichting zich uitstrekkende sectie 48 van een eerste leiding 50. Elke sectie 48 bevat zijn eigen draaggestel 52, dat samenwerkt met een betreffende kolom 46 voor het in het algemeen zelfdragend maken van elke sectie 48. Zoals hierna gedetailleerd besproken, is elke sectie 48 volgens een verschuifbare, in hoofdzaak luchtdichte afdicht-20 aangrijping gekoppeld met zijn aangrenzende leidingsecties 48. Deze sectieuitvoering maakt betrekkelijk onbelemmerde thermische variaties mogelijk in de lengte van elke sectie 48 zonder nadelig de totale lengte van de leiding 50 te beïnvloeden. Overgangs- en verbindingsleidings-secties 54 aan één einde van de eerste leiding 50 koppelen het inwen-25 dige van de leiding 50 door zuigmiddelen 56 aan een samenstel, zoals een zakhuis, dampwasser of scheider 58. Stof en dampen uit de hete cokes worden bij het station 58 gescheiden, en zuivere lucht wordt afgevoerd naar de atmosfeer.The venting or contaminant removal system for the squeezing operation includes a plurality of longitudinally spaced bearing posts or columns 46 anchored in the yard 36 adjacent to the rails 28. Each column 46 carries a longitudinally extending section 48 of a first conduit 50. Each section 48 includes its own support frame 52, which cooperates with a respective column 46 to make each section 48 generally self-supporting. As discussed in detail below, each section 48 is slidable, substantially airtight. Engagement coupled to its adjacent conduit sections 48. This section embodiment allows relatively unobstructed thermal variations in the length of each section 48 without adversely affecting the overall length of conduit 50. Transition and connection line sections 54 at one end of the first line 50 couple the interior of the line 50 through suction means 56 to an assembly, such as a bag house, vapor scrubber or separator 58. Dust and vapors from the hot coke are station 58 separated, and pure air is vented to the atmosphere.

De leiding 50 is in het algemeen rechthoekig in>(dwarsdoor-30 snede en bevat drie stijve wanden 51, die worden gedragen in het gestel 52, en een bovenste wandsectie, die is afgesloten door een buigzaam lijf of buigzame band 60. De vertikale bovenranden van de vertikaal zich uitstrekkende wand van de leiding 50 zijn voorzien van rails of sporen 62, die in hoofdzaak identieke, bandheffende eerste en tweede 35 wagens 64,66 dragen voor een beweging langs de leiding 50. De bediening 8 0 2. 0 1 1 0 12 van de wagens 64,66 op de leiding 50 is in het algemeen zoals beschreven in de Amerikaanse octrooien 2.923.227, 3.478.668, 3.481.265, 3.698.137, 3.705.545, 3.788.208 en 4.086.847, alsmede het hiervoor aangeduide Britse octrooischrift 1.310.980 en de Amerikaanse octrooi-5 en 4.029.551, 4.069. 108.The conduit 50 is generally rectangular in cross-section and includes three rigid walls 51 carried in the frame 52 and an upper wall section closed by a flexible web or band 60. The vertical top edges of the vertically extending wall of conduit 50 are provided with rails or tracks 62 which carry substantially identical belt lifting first and second 35 carriages 64,66 for movement along conduit 50. Operation 8 0 2. 0 1 1 12 of the carriages 64.66 on line 50 is generally as described in U.S. Patents 2,923,227, 3,478,668, 3,481,265, 3,698,137, 3,705,545, 3,788,208 and 4,086,847, as well as the aforementioned British Patent 1,310,980 and U.S. Patents 5 and 4,029,551, 4,069.

Zoals hierna gedetailleerd besproken, zijn vertikaal zich uitstrekkende dragers 70 zodanig bevestigd aan het gestel 52, dat zij de bweging van de wagens 64,66 langs de sporen 62 niet belemmeren.As discussed in detail below, vertically extending carriers 70 are attached to the frame 52 so as not to interfere with the movement of the carriages 64,66 along the tracks 62.

Elke wagen 64,66 bevat een paar bovenste wielen 72. De dragers 70 10 dragen een spoor 74, dat wordt aangegrepen door de wielen 72 van elke wagen. De dragers 70 dragen ook een hellend dak 76, dat de wielen 72, de sporen 74 en het lijf of de band 60 beschermd tegen het weer.Each carriage 64,66 includes a pair of upper wheels 72. The carriers 70 carry a track 74 which is engaged by the wheels 72 of each carriage. The carriers 70 also carry a sloping roof 76, which protects the wheels 72, the tracks 74 and the body or tire 60 from the weather.

Het stelsel voor het opvangen van verontreinigingen bevat een beweegbare kap 80, hierna gedetailleerd beschreven, gedragen door 15 wagens 64,66 voor een beweging langs de leiding 50 volgens een bovenliggend verband met een gekozen gedeelte van de bluswagen 22.The contaminant collection system includes a movable hood 80, described in detail below, carried by 15 carriages 64,66 for movement along line 50 in an overhead relationship with a selected portion of the extinguisher trolley 22.

Zoals het best afgebeeld in de fig. 3-5, is een draagmid-del 140 verschaft in de leiding 50 direkt onder het lijf 60. Het illustratieve lijfdraagmiddel 140 kan een rooster 142 zijn (fig.3) of in 20 dwarsrichting zich uitstrekkende latten 144 (fig.4-5)of andere passende middelen. Af en toe is het noodzakelijk of wenselijk het inwendige binnen te gaan van de leiding 50 voor inspectiedoeleinden, voor onderhoud of dergelijke. Voor het tot stand brengen hiervan kan het draagmiddel 140 een sectie 146 bevatten, door een scharnier 148 beves-25 tigd aan het omgevende draagmiddel 140 gedeelte (zie de fig. 4 en 5). Alternatief kan het lijfdraagmiddel 140 naburige draagmiddelsecties bevatten, die zijn gescheiden voor het bepalen van een toegangsruimte 150, zoals afgebeeld in fig. 4.As best illustrated in Figures 3-5, a carrier 140 is provided in conduit 50 directly below the body 60. The illustrative body carrier 140 may be a grid 142 (Figure 3) or transversely extending slats 144 (fig. 4-5) or other appropriate means. Occasionally, it is necessary or desirable to enter the interior of conduit 50 for inspection, maintenance or the like. To accomplish this, the support means 140 may include a section 146 attached by a hinge 148 to the surrounding support means 140 section (see FIGS. 4 and 5). Alternatively, the body support means 140 may include adjacent support means sections which are separated to define an access space 150, as shown in Fig. 4.

De wagen 66 (fig. 4) bevat toegangsdeuren 152. Een bewe-30 ging van de wagens 64,66 tot op een plaats, zodat de wagen 66 het lijf 60 van de sectie 146 of de toegangsruimte 150 opheft, gevolgd door het openen van de deuren 152, maakt het inspectie- en/of reparatie-personeel mogelijk de leiding 50 direkt binnen te gaan.The carriage 66 (FIG. 4) includes access doors 152. A movement of the carriages 64, 66 into one location so that the carriage 66 lifts the body 60 of section 146 or access space 150, followed by opening the doors 152, allow inspection and / or repair personnel to enter conduit 50 directly.

Zoals afgebeeld in fig. 4, heeft alternatief een afzonder-35 lijke en onafhankelijke beweegbare inspectiewagen 154 toegangsdeuren 8 0 2 0 1 10 13 152 en inwendige rollen voor het van het draagmiddel 140 opheffen van het lijf 60. De inspectiewagen 154 kan bij niet gebruik worden opgeborgen aan het einde van de leiding 50.As shown in Fig. 4, alternatively, a separate and independently movable inspection carriage 154 has access doors 8 0 2 0 1 10 13 152 and internal rollers for lifting the body 60 from the carrier 140. The inspection carriage 154 is non-operable. stored at the end of the pipe 50.

Thans kerende naar de fig. 6-10 zijn verschillende inrich-5 tingen voor het aandrijven van de wagens 54,66, alsmede de inspectiewagen 154 langs de leiding 50 weergegeven.Turning now to FIGS. 6-10, various devices for driving the carriages 54, 66 as well as the inspection carriage 154 along the line 50 are shown.

In fig. 6 zijn electrische verbindingen gemaakt met de wagen 64 vanaf bovenleidingen 170. Een electromotor 172 is gemonteerd aan een steun 174 aan het einde van de wagen 64. Een klein kettingwiel 10 176 is gemonteerd aan de uitgangsas van de motor 172. Een kettingwiel 178 is gemonteerd aan de as 180, waaraan de wielen 182 zijn gemonteerd voor het aangrijpen van het spoor 62. Het kettingwiel 178 is gemonteerd tussen de legers 184, waarmee de as 180 draaibaar is bevestigd aan de bak van de wagen 64. Een van de wielen 182 is ingesneden voor het ver-15 schaffen van rondselachtige tanden 186. Een van de sporen 62 is voorzien van in lengterichting zich uitstrekkende heugelachtige tanden 188. Het in werking stellen van de motor 172 kan met willekeurige passende middelen worden gedaan, zoals bijvoorbeeld het schakelen van energie naar de leidingén 170. Contact wordt tussen de leidingen 170 en de 20 motor 172 gehandhaafd door onder veerspanning staande contactborstels 190, gemonteerd boven op de wagen 64.In Fig. 6, electrical connections are made to the carriage 64 from overhead lines 170. An electric motor 172 is mounted on a support 174 at the end of the carriage 64. A small chain wheel 10 176 is mounted on the output shaft of the motor 172. A chain wheel 178 is mounted on the axle 180, to which the wheels 182 are mounted for engaging the track 62. The sprocket 178 is mounted between the bearings 184, with which the axle 180 is rotatably attached to the body of the carriage 64. One of the wheels 182 are cut to provide pinion-type teeth 186. One of the tracks 62 is provided with longitudinally extending rack-like teeth 188. Actuation of motor 172 can be done by any suitable means, such as, for example, switching energy to lines 170. Contact is maintained between lines 170 and motor 172 by spring-loaded contact brushes 190 mounted on top of d e car 64.

De kettingwielen 176,178 zijn gekoppeld door een rollen-ketting 192. De bewegingsrichting van de wagen 64 en derhalve de kap 80 langs de leiding 50 kan worden omgekeerd, bijvoorbeeld door het 25 omkeren van de polariteit van de potentiaal over de leidingen 170.The sprockets 176,178 are coupled by a roller chain 192. The direction of movement of the carriage 64 and therefore the hood 80 along the line 50 can be reversed, for example, by reversing the polarity of the potential across the lines 170.

In fig. 7 is het kettingwiel 178 vervangen door een rol-lenketting 194, die zich over de gehele bewegingslengte van de wagen 64 langs de leiding 50 uitstrekt. De eLectromotor 172 is zodanig geplaatst, dat het kettingwiel 176 uitsteekt buiten de zijwand van de 30 wagen 64 voor het aangrijpen van de rollenketting 194. Het draaien van de motor 172 in een eerste richting trekt de wagen 64 langs de leiding 50 in één richting. Het omkeren van de motor 172, bijvoorbeeld door het omkeren van de polariteit van de spanning op de leidingen 170, trekt de wagen 64 langs de leiding 50 in de tegengestelde rich-35 ting. Op deze wijze kunnen de wagens 64 en 66 en de kap 80 (zie fig.In Fig. 7, the sprocket wheel 178 has been replaced by a roller-chain sprocket 194, which extends the entire length of movement of the carriage 64 along the line 50. The electric motor 172 is positioned such that the sprocket wheel 176 projects beyond the side wall of the carriage 64 to engage the roller chain 194. Rotating the motor 172 in a first direction pulls the carriage 64 along the line 50 in one direction. Reversing the motor 172, for example, by reversing the polarity of the voltage on the lines 170, pulls the carriage 64 along the line 50 in the opposite direction. In this way the carriages 64 and 66 and the hood 80 (see fig.

8 0 2 0 1 1 0 14 1-2) langs de cokeszijde 14 van de batterij 10 naar wens worden geplaatst.8 0 2 0 1 1 0 14 1-2) along the coke side 14 of the battery 10 as desired.

Verwijzende naar fig. 8 zijn het spoor 62 en de bijbehorende wielen 182 vermeden. Inplaats daarvan is een van de bandricht- 5 rollen 200 voorzien van een ringvormige groef 202. Een kettingwiel 204 is in de groef zodanig geplaatst, dat de tanden van het kettingwiel 204 duidelijk beneden het bandraakoppervlak 206 van de rol 200 liggen. Een rollenketting 208 is geslagen rond het kettingwiel 176 van een electromotor 172 en rond het kettingwiel 204 in de groef 202. De ket- 10 ting 208 loopt door een sleuf 210 in de zijwand van de wagen 64. Het in werking stellen van de motor 172 in een eerste richting drijft de bandrol 200 aan voor het langs het lijf 60 trekken van de wagen 64 en de kap 80. In deze uitvoeringsvorm moet natuurlijk voldoende wrijving bestaan tussen het bandraakoppervlak 206 en het lijf 60 voor het 15 overwinnen van de traagheid van de kap 80 en bijbehorende onderdelen. De wagen 64 wordt langs het lijf 60 geleid door de leistroken 212, die aan weerszijden van de leiding 50 zijn geplaatst bij de vertikaal bovenste verlengingen van de zijwanden 51 van de leiding 50. Het zal duidelijk zijn, dat het gebied van de wagen 64 binnen tussen het ver- 20 tikale part 106 van het lijf 60 en de zijwand 214 van de wagen 64, in welke zijwand de sleuf 210 is voorzien, door het vertikale part 106 zelf wordt gescheiden van het geledigde volume van de wagen 64.Referring to FIG. 8, track 62 and associated wheels 182 are avoided. Instead, one of the belt straightening rollers 200 is provided with an annular groove 202. A sprocket 204 is positioned in the groove such that the teeth of the sprocket 204 are well below the belt contact surface 206 of the roller 200. A roller chain 208 is wrapped around the sprocket 176 of an electric motor 172 and around the sprocket 204 into the groove 202. The chain 208 passes through a slot 210 in the side wall of the carriage 64. Actuation of the motor 172 in a first direction, the belt roller 200 drives to pull the carriage 64 and the hood 80 along the web 60. In this embodiment, of course, there must be sufficient friction between the tire contact surface 206 and the web 60 to overcome the inertia of the hood 80 and associated parts. The carriage 64 is guided along the web 60 by the guide strips 212, which are placed on either side of the conduit 50 at the vertical top extensions of the side walls 51 of the conduit 50. It will be understood that the area of the carriage 64 is within between the vertical part 106 of the body 60 and the side wall 214 of the car 64, in which side wall the slot 210 is provided, the vertical part 106 itself is separated from the emptied volume of the car 64.

In de uitvoeringsvorm, afgebeeld in fig. 9, is de electromotor 172 bij één einde gemonteerd van de leiding 50 aan een monteer- 25 steun 220. Een aandrijfkettingwiel 222 is gemonteerd aan de as van de motor 172. Een leikettingwiel 224 is gemonteerd bij het andere einde van de leiding 50. De kettingwielen 222,224 zijn dus gemonteerd buiten de grenzen van de beweging van de wagen 64 langs de leiding 50 voor het voorkomen van het belemmeren van de beweging van de wagen 64 langs 30 de leiding 50. Een rollenkettinglengte 226 is aan een van zijn einden bevestigd aan de zijwand 214 van de wagen 64 en aan zijn andere einde bij 228 aan de zijwand 230 van de wagen 66. Kleine rolgeleidingen 232 zijn gemonteerd aan de zijwanden 234 van de wagens 64,66 om te helpen bij het dragen van het gewicht van de rollenketting 226 tussen de ket-35 tingwielen 222,224.In the embodiment shown in Fig. 9, the electric motor 172 is mounted at one end of the lead 50 on a mounting bracket 220. A drive sprocket 222 is mounted on the shaft of the motor 172. A guide sprocket 224 is mounted at the other end of the line 50. Thus, the sprockets 222,224 are mounted outside the limits of the movement of the carriage 64 along the line 50 to prevent interference with the movement of the carriage 64 along the line 50. A roller chain length 226 is attached at one end to the side wall 214 of the carriage 64 and at its other end at 228 to the side wall 230 of the carriage 66. Small roller guides 232 are mounted on the side walls 234 of the carriages 64, 66 to assist in supporting the weight of the roller chain 226 between the chain wheels 222,224.

6 0 2 0 1 10 156 0 2 0 1 10 15

In de uitvoeringsvorm van de uitvinding, afgebeeld in fig. 10, zijn door een motor 250 aangedreven lieren 252 gekoppeld met bevestigingspunten 254,256 van respectievelijk de wagens 64,66 via buigzame elementen, zoals koorden of kabels 258. De motoren 250 worden 5 synchroon aangedreven, een voor het vieren van de kabel 258 van zijn betreffende lier 252, en een voor het opnemen van de kabel 248 op zijn betreffende lier 252. Dit beweegt de wagens 64,66 langs de rails 62 aan de leiding 50 voor het naar keuze plaatsen van de kap 80. De lieren 252 kunnen natuurlijk door de motor 250 in tegengestelde richtingen 10 worden aangedreven met koppelingen, die de motoren loskoppelen van hun betreffende lieren 252 wanneer de kabel 258 is gevierd. In een dergelijke uitvoeringsvorm is het niet nodig de motoren 250 synchroon aan te drijven. In plaats daarvan zou op elk willekeurig moment slechts een motor 250 behoeven te worden aangedreven.In the embodiment of the invention shown in Fig. 10, winches 252 driven by a motor 250 are coupled to mounting points 254, 256 of the carriages 64, 66 respectively via flexible elements, such as cords or cables 258. The motors 250 are driven synchronously, one for celebrating cable 258 from its respective winch 252, and one for receiving cable 248 on its respective winch 252. This moves the carriages 64,66 along rails 62 on line 50 for optionally placing the hood 80. The winches 252 can, of course, be driven by the motor 250 in opposite directions 10 with couplings which decouple the motors from their respective winches 252 when the cable 258 is celebrated. In such an embodiment, it is not necessary to drive the motors 250 synchronously. Instead, only one motor 250 would need to be driven at any one time.

15 Kort terugkerende naar fig. 4 blijkt het, dat er twee verschillende soorten rollen zijn aangebracht in elke wagen 64,66.Returning briefly to Figure 4, it appears that two different types of rollers are provided in each carriage 64, 66.

De eerste rollen 200 zijn in hoofdzaak aangebracht voor het door de wagen leiden van het lijf of de band 60. Dat wil zeggen dat de rollen 200 het lijf 60 opheffen van en neerlaten naar het lijfdraagmiddel 20 140.The first rollers 200 are arranged primarily for guiding the body or belt 60 through the carriage. That is, the rollers 200 raise and lower the body 60 from the body support means 140.

Zoals afgebeeld in fig. 8, kunnen de rollen 200 het opheffen mogelijk maken van de afzonderlijke wagenwielen 182. Zoals is afgebeeld in fig. 7 kunnen alternatief de vertikaal onderste rollen 200 en de wagenwielen 182 aan dezelfde as zijn gemonteerd. Het is mogelijk, 25 de as, de wagenwielen 182 en de rollen 200 uit één stuk te construeren indien de werkzame diameters van de rollen 200 en van de wagenwielen 182 gelijk zijn.As shown in Fig. 8, the rollers 200 may permit lifting of the individual wagon wheels 182. As shown in Fig. 7, alternatively, the vertically lower rollers 200 and the wagon wheels 182 may be mounted on the same axle. It is possible to construct the axle, the carriage wheels 182 and the rollers 200 in one piece if the effective diameters of the rollers 200 and of the carriage wheels 182 are equal.

De tweede soort rol 450 in elk der wagens 64,66 is aangebracht boven en onder het horizontale part 108 van het lijf 60 in elke 30 wagen 64,66. De rollen 450 zijn draaibaar gemonteerd aan onder invloed van een veer 452 staande, schamierbaar gemonteerde armen 454 aan de zijwanden van de wagens 64,66. De rollen 450 dienen voor het geleiden en stabiliseren van het lijf 60 en voor het handhaven van spanning op het lijf.The second type of roll 450 in each of the carriages 64,66 is disposed above and below the horizontal portion 108 of the body 60 in each of the carriages 64,66. Rollers 450 are pivotally mounted on pivotally mounted arms 454 under the influence of a spring 452 on the side walls of carriages 64,66. The rollers 450 serve to guide and stabilize the body 60 and to maintain tension on the body.

35 Zoals is afgebeeld in fig. 11, bevat het stelsel voor het 80 2 0 1 1 0 16 opvangen van verontreinigingen een eerste beweegbare kap 80. De kap 80 is verdeeld door een centrale vertikale tussenwand 82. De kap 80 is verder verdeeld door twee tussenwanden 84,86, die zich langs de lengte van de kap uitstrekken, tot in zes sectoren 88.As shown in Fig. 11, the impurity collection system 80 includes a first movable hood 80. The hood 80 is divided by a central vertical partition 82. The hood 80 is further divided by two partitions 84,86, extending along the length of the hood, into six sectors 88.

5 Zoals hierna gedetailleerd beschreven, is een tweede be weegbare kap 90 (fig. 29)boven de cokesgeleiding 20 gemonteerd voor het in hoofdzaak omsluiten daarvan. De kap 90 is gekoppeld met een tweede leiding 92, die eindigt bij een flens 94 naast de kap 80. De kap 80 is voorzien van een bijpassende flens 96 (fig. 11,12). Een derde 10 leiding 98 is binnen de kap 80 aangebracht.As described in detail below, a second movable hood 90 (Fig. 29) is mounted above the coke guide 20 for substantially enclosing it. The cap 90 is coupled to a second conduit 92 terminating at a flange 94 adjacent to the cap 80. The cap 80 includes a matching flange 96 (FIG. 11,12). A third conduit 98 is disposed within the hood 80.

De kap 80 wordt gedragen door de wagens 64,66. De kap 80 wordt geledigd in de leiding 50 door openingen 100 in de wagens 64,66. Zoals het best weergegeven in fig. 16 bevat elke wagen 64,66 een inwendige, rechthoekige, elleboogleidingsectie 102 met inwendige afmeetge-15 leidingen of -schoepen 104. De leidingsectie 102 ligt tussen de vertikaal zich uitstrekkende parten 106 en onder het horizontaal zich uitstrekkende part 108 van de band 60 in elke wagen 64,66 (zie fig.The hood 80 is carried by the carriages 64,66. Hood 80 is emptied into conduit 50 through openings 100 in carriages 64, 66. As best shown in Fig. 16, each carriage 64,66 includes an internal, rectangular, elbow conduit section 102 with internal metering leads or vanes 104. The conduit section 102 is located between the vertically extending sections 106 and below the horizontally extending section 108 from the tire 60 in each car 64,66 (see fig.

18) .18).

De tussenwanden 84,86 lopen onder een hoek naar boven, zo-20 als is afgebeeld in de fig. 12 en 14. Nabij de wagens 64,66 strekken de tussenden 84,86 zich in het algemeen horizontaal uit om samen te passen met de vrij liggende randen van de afmeetgeleidingen 104 in de inwendige elleboogleidingsecties 102 van de wagens 64,66. Buigzame flappen 110 verzekeren een dichte afdichtaangrijping tussen de randen 25 van de tussenwanden 84,86 en de afmeetgeleidingen 104 in de wagens 64,66. De kap 80 is bij wijze van voorbeeld bevestigd aan de wagens 64,66 door bouten door de zijwanden van de wagens 64,66 en bijpassende flenzen 112 aan de kap 80 (fig. 12,14).Intermediate walls 84,86 are angled upward as shown in Figs. 12 and 14. Near carriages 64,66, spacings 84,86 generally extend horizontally to mate with the exposed edges of the metering guides 104 in the internal elbow conduit sections 102 of the carriages 64,66. Flexible flaps 110 ensure a tight sealing engagement between the edges 25 of the partition walls 84,86 and the metering guides 104 in the carriages 64,66. For example, the hood 80 is attached to the carriages 64,66 by bolts through the side walls of the carriages 64,66 and matching flanges 112 to the hood 80 (Fig. 12,14).

Het is zeer wenselijk om onder bepaalde omstandigheden in 30 staat te zijn een luchtstroming vanuit de verschillende sectoren 88, indien nodig, gedurende de verschillende cokesovenhandelingen te sturen. Hiervoor zijn vlinderklepschuiven aangebracht voor het regelen van de stroming uit de verschillende sectoren 88 in de wagens 64,66.It is highly desirable to be able, under certain circumstances, to direct air flow from the different sectors 88, if necessary, during the different coke oven operations. For this purpose, butterfly valve slides are provided for controlling the flow from the various sectors 88 in the carriages 64, 66.

In het bijzonder verwijzende naar de fig. 11-13, maakt een schuif 116, 35 geregeld door een handgreep 118, een gekozen regeling mogelijk van de 8 0 2 Cl 1 10 17 stroming in de onderste sector 88, die wordt geledigd door de wagen 64. Zoals het best afgebeeld in fig. 13, worden de bovenste en middelste sectoren 88, die lossen in de wagen 64, in deze uitvoeringsvorm niet door een schuif geregeld. Het moet echter duidelijk zijn, dat 5 schuiven naar wens kunnen worden toegevoegd voor het regelen van de stroming in deze sectoren.Referring in particular to Figs. 11-13, a slider 116, 35 controlled by a handle 118 allows for selected control of the flow in the lower sector 88 emptied by the carriage. 64. As best shown in Fig. 13, the upper and middle sectors 88 discharging into the carriage 64 are not slider controlled in this embodiment. It should be understood, however, that 5 slides can be added as desired to control flow in these sectors.

Aan de hand van fig. 11, 14 en 15, wordt de onderste sector 88, die wordt geledigd door de wagen 66, geregeld door een schuif 120, die gekozen in werking kan worden gesteld door een handgreep 122. 10 De middelste sector 88, die wordt geledigd door de wagens 66, wordt geregeld door een schuif 124, die gekozen in weirking kan worden gesteld door de handgreep 126. De bovenste sector 88 van de kap, die wordt geledigd door de wagen 66, wordt in de afgebeelde uitvoeringsvorm niet door een schuif geregeld. Het moet echter duidelijk zijn, 15 dat voor een dergelijke regeling een schuif kan worden aangebracht.Referring to Figures 11, 14 and 15, the lower sector 88, which is emptied by the carriage 66, is controlled by a slide 120, which may be selectively actuated by a handle 122. The middle sector 88, which is emptied by the carriages 66, is controlled by a slider 124, which can be selectively set by the handle 126. The top sector 88 of the hood, which is emptied by the carriage 66, is not shown in the illustrated embodiment. arranged a slide. However, it should be clear that a slide can be provided for such an adjustment.

Gewoonlijk is het gewicht van de kap 80 aanzienlijk.Usually the weight of the hood 80 is substantial.

Bekende middelen voor het dragen van een dergelijk gewicht hebben een afzonderlijk gestel bevat nabij de kap met de gesteldragende rails, en wielen aan de kap, beweegbaar in aangrijping met de rails. Een der-20 gelijk stelsel is het hiervoor beschreven Hartung, Kuhn-Carl Still stelsel. Een daarin geïllustreerd vrijdragend draagstelsel bevat de wielen 72, draaibaar gemonteerd aan de wagens 64,66 en in aangrijping met de rail 74, gemonteerd (70) aan de draagkolommen 46 van de leiding 50. Dit stelsel draagt de kap 80 door een eenvoudiger con-25 structie dan stelsels van de hiervoor beschreven soorten.Known means for carrying such a weight include a separate frame near the hood with the rack-supporting rails, and wheels on the hood movable in engagement with the rails. One such system is the previously described Hartung, Kuhn-Carl Still system. A cantilevered support system illustrated therein includes the wheels 72, rotatably mounted on the carriages 64,66 and in engagement with the rail 74, mounted (70) on the support columns 46 of the conduit 50. This system supports the cap 80 by a simpler configuration 25 then systems of the types described above.

De opwaartse verlengingen 44 aan de zijwanden van de bluswagen 22 maken het de locomotief 34 van de bluswagen mogelijk vrij onder de kap 80 door te gaan op zijn weg naar en vanaf de blus-toren 30.The upward extensions 44 on the side walls of the fire truck 22 allow the fire engine locomotive 34 to pass under the hood 80 on its way to and from the fire tower 30.

30 Teruggaande naar de fig. 11-13, bevatten tweede klepmid- delen voor het gekozen regelen van het ledigen van de tweede kap 90 door de leiding 98, een schuif 128, die kan worden geregeld door een handgreep 130. Zoals duidelijk zal zijn, maakt de enkele schuif 128 het sturen mogelijk van de luchtstroming door de leiding 98 vanuit de 35 kap 90. Met de afgebeelde schuifinrichting, kan de stroming uit de 80 2 0 1 1 0 18 kap 90 niet volledig worden stilgezet. Het moet echter duidelijk zijn, dat een aanvullende schuif kan worden toegevoegd aan de leiding 98 boven de inwendige tussenwand 132 voor het volledig stilzetten van de stroming/door de derde leiding 98 om te voldoen aan de behoeften van 5 een bepaalde toepassing.Returning to FIGS. 11-13, second valve means for selected control of emptying second hood 90 through conduit 98 includes a slider 128, which can be controlled by a handle 130. As will be appreciated, the single slider 128 allows the flow of air through the conduit 98 from the hood 90 to be controlled. With the slider shown, the flow from the 80 2 0 1 1 0 18 hood 90 cannot be completely stopped. It should be understood, however, that an additional slide can be added to line 98 above interior partition wall 132 to completely stop flow / through third line 98 to meet the needs of a particular application.

Het afgebeelde, gekozen in werking te stellen schuifstel-sel maakt een grote mate van soepelheid mogelijk in de regeling van de mate van ledigen van onder de kappen 80,90 uit.The illustrated chosen slidable actuation mechanism allows a great deal of flexibility in controlling the amount of emptying from under the caps 80, 90.

Het afgebeelde stelsel met een aantal wagens helpt bij het 10 verdelen van de last, vertegenwoordigt door het gewicht van de kap 80. Bij wijze van illustratie kan een wagen, zoals de wagen 64,66, zijn voorzien voor elke twintig voet (ongeveer 6,1 meter) van de lengte van de kap 80.The illustrated multiple carriage system aids in distributing the load, represented by the weight of the hood 80. By way of illustration, a carriage, such as the carriage 64,66, may be provided for every twenty feet (approximately 6, 1 meter) from the length of the hood 80.

Thans kerende naar de fig. 19-23 zal de wijze waarop elke 15 sectie 48 wordt gedragen en volgens een schuifaangrijping is gekoppeld met een naburige sectie 48 van de leiding 50, worden uiteengezet. Fig. 19 is een detail van een dergelijk verbindingspunt. Zoals weergegeven verschaft elke kolom 46 een horizontaal zich uitstrekkende drager 270, waarop de naburige einden rusten van naburige leidingsecties 48. In 20 het bijzonder aan de hand van fig. 20, zijn de drie stijve zijwanden 51 van de leiding 50 op hm verbindingspunten voorzien van rechthoekige dwarsdoorsnededelen 272. De delen 272 strekken zich in lengterichting van elke sectie 48 uit. Samen met de delen 274, die zich diagonaal over de wanden 51 uitstrekken, en delen 276, die zich verti-25 kaal over de wanden 51 uitstrekken, vormen de delen 272 het zelfdragende gestel 52 voor de leiding 50. Rails of sporen 62 worden verschaft door spoorsecties 278, gemonteerd aan de bovenkanten van de vertikaal bovenste horizontale delen 272. Een draagmiddelA40, zoals een rooster, strekt zich uit over elke leidingsectie 48 tussen de vertikaal boven-30 ste delen 272 voor het dragen van het buigzame lijf 60. Een aanvullend, horizontaal zich uitstrekkende, rechthoekig dwarsdoorsnede deel 280 is bijvoorbeeld door lassen bevestigd aan de zijde van de kolom 46 van het bovenste horizontale deel 272 grenzende aan elke kolom 46.Turning now to FIGS. 19-23, the manner in which each section 48 is supported and slidably engaged with an adjacent section 48 of conduit 50 will be explained. Fig. 19 is a detail of such a connection point. As shown, each column 46 provides a horizontally extending support 270 upon which the adjacent ends of adjacent conduit sections 48 rest. Referring in particular to FIG. 20, the three rigid sidewalls 51 of conduit 50 are provided at hm junctions. rectangular cross-sectional parts 272. The parts 272 extend in the longitudinal direction of each section 48. Together with the parts 274, which extend diagonally over the walls 51, and the parts 276, which extend vertically over the walls 51, the parts 272 form the self-supporting frame 52 for the pipe 50. Rails or tracks 62 are provided by track sections 278 mounted on the tops of the vertical upper horizontal members 272. A carrier A40, such as a grid, extends over each conduit section 48 between the vertical upper members 272 for supporting the flexible body 60. An additional horizontally extending, rectangular cross section portion 280 is, for example, welded to the side of the column 46 of the upper horizontal portion 272 adjacent to each column 46.

De illustratieve kolommen 46 en horizontale dragers 270 35 zijn I-balken, die respectievelijk bevestigingsflenzen 282,284 8 0 2 0 1 1 0 19 verschaffen bij de leidingsecties 48. Beseft moet worden, dat T-balken of andere passend gevormde balken, die bevestigingsflenzen verschaffen zoals de flenzen 282,284, ook zouden kunnen worden gebruikt.The illustrative columns 46 and horizontal supports 270 35 are I-beams, which provide mounting flanges 282, 284, 8 0 2 0 1 1 0 19 at the conduit sections 48, respectively. It should be appreciated that T-beams or other suitably shaped beams, providing mounting flanges such as the flanges 282,284, could also be used.

Een schuifbevestigingsslof 290 is door bouten 292 en 5 moeren 294 gemonteerd aan de flens 282. De doorgangen 296 in de slof 290, door welke doorgangen de bouten 292 zich uitstrekken, zijn in de lengterichting van de leiding 50 langwerpig en sleufachtig voor een van de naburige leidingsecties 48. Dit is weergegeven in fig. 21.A slide fastening shoe 290 is mounted to flange 282 by bolts 292 and 5 nuts 294. The passages 296 in the shoe 290, through which passages the bolts 292 extend, are elongated longitudinally of the conduit 50 for one of the adjacent conduit sections 48. This is shown in Figure 21.

In de draagslof 297 van de naburige leidingsectie, zijn de doorgangen 10 298, die de bouten 292 opnemen, cirkelvormig. Deze inrichting maakt een schuifbeweging mogelijk van de slof 290, voorzien van de sleufachtige doorgangen 296, ten opzichte van de flens 282. Een dergelijke schuifbeweging neemt thermische variaties op in de lengte van elke leidingsectie 48. Weerstand tegen een dergelijke schuifbeweging door 15 de slof 290 wordt tot een minimum beperkt door het plaatsen van een kussen antiwrijvingsmateriaal tussen de slof en de flens 282. Een dergelijk materiaal is PLUOROGOLE^ REFLON® materiaal met een glas-aggregaatvulmiddel. Dit materiaal is beschikbaar van de FLUOROCARBON COMPANY, 337 Change Bridge Road, Pine Brook, New Jersey 07058. Dit 20 materiaal is gewoonlijk gebonden aan een steunplaat van 10 maats kool-stofstaal.In the carrier shoe 297 of the adjacent conduit section, the passages 298 receiving the bolts 292 are circular. This device allows a sliding movement of the slipper 290, provided with the slit-like passages 296, relative to the flange 282. Such a sliding movement absorbs thermal variations in the length of each pipe section 48. Resistance to such sliding movement through the slipper 290 is minimized by placing a pad of anti-friction material between the slipper and the flange 282. One such material is PLUOROGOLE® REFLON® material with a glass aggregate filler. This material is available from FLUOROCARBON COMPANY, 337 Change Bridge Road, Pine Brook, New Jersey 07058. This material is usually bonded to a 10 gauge carbon steel support plate.

Zoals het best afgebeeld in de fig. 20 en 22, is een soortgelijke inrichting verschaft voor twee bevestigingssloffen 300, waarin de vertikaal onderste, horizontaal zich uitstrekkende gesteldelen 272 25 als in een wieg zijn opgenomen. De bevestigingssloffen 300 zijn door bouten 292 en moeren 294 bevestigd aan de bevestigingsflens 284 van de horizontale drager 270. Zoals het best is te zien in fig. 22, zijn de doorgangen 302, die de bouten 292 opnemen voor het bevestigen van een van de naburige leidingsecties 48 aan de flesn 284, in de lengterich-30 ting van de leiding 50 langwerpig en sleufachtig. De bevestigingssloffen 301 voor de andere aangrenzende leidingsectie 48 zijn voorzien van cirkelvormige dwarsdoorsnededoorgangen 304. Beseft moet worden, dat hoewel in de afgebeelde uitvoeringsvorm slechts een van de naburige leidingsecties 48 in lengterichting kan bewegen door de verbindings-35 techniek van de sloffen 290,300, het onder bepaalde omstandigheden 8 0 2 0 1 1 0 20 wenselijk kan zijn beide naburige leidingsecties 48 zo te laten bewegen.As best illustrated in FIGS. 20 and 22, a similar device is provided for two mounting shoes 300, in which the vertically lower, horizontally extending frame members 272 are contained as in a cradle. The mounting slippers 300 are attached to the mounting flange 284 of the horizontal carrier 270 by bolts 292 and nuts 294. As best seen in Figure 22, the passages 302 receiving the bolts 292 are for attaching one of the adjacent conduit sections 48 on the bottle 284, elongated and slit-like in the longitudinal direction of conduit 50. The mounting slippers 301 for the other adjacent conduit section 48 are provided with circular cross-sectional passages 304. It is to be appreciated that although in the illustrated embodiment only one of the adjacent conduit sections 48 can move longitudinally by the connecting technique of the skirts 290,300, it certain conditions 8 0 2 0 1 1 0 20 may be desirable to have both adjacent conduit sections 48 move in this manner.

Teneinde een in hoofdzaak luchtdichte afdichtaangrijping te handhaven tussen naburige leidingsecties 48, wordtde gedaante 5 van fig. 23 gebruikt. In fig. 23 is een verbindingshuls 306, voorzien van buitenafmetingen, die gelijk zijn aan de binnendwarsafmetingen van de leiding 50, bijvoorbeeld door lassen bij 308 bevestigd aan een van de naburige leidingsecties 48. De huls 306 is vrij verschuifbaar in de andere nabuirge leidingsectie 48. De huls 306 is in de lengte-10 richting van de leiding 50 voldoende lang voor het voorkomen van het in het "ernstigste geval" van thermisch krimp van leidingsecties 48 voorkomen van het losraken van naburige leidingsecties 48.In order to maintain a substantially airtight sealing engagement between adjacent conduit sections 48, the shape 5 of FIG. 23 is used. In Fig. 23, a connecting sleeve 306, provided with outer dimensions equal to the inner cross dimensions of the conduit 50, is attached, for example, by welding at 308 to one of the adjacent conduit sections 48. The sleeve 306 is freely slidable in the other adjacent conduit section 48 The sleeve 306 in the longitudinal direction of the conduit 50 is sufficiently long to prevent the "worst case" of thermal shrinkage of conduit sections 48 from detachment from adjacent conduit sections 48.

In het algemeen maakt de verscheidenheid aan materialen, beschikbaar voor de constructie van de leidingsecties 48 en voor het 15 buigzame lijf of de buigzame band 60 het kiezen mogelijk van materialen, die betrekkelijk nauwkeurig afgestemde thermische uitzettings-coëfficiënten hebben. Dit maakt het, het lijf 60 mogelijk betrekkelijk regelmatig in lengte met de leiding 60 uit te zetten. Dit voorkomt natuurlijk beschadiging van het lijf 60 of van de leiding 50, 20 hetgeen anders het gevolg zou kunnen zijn van een te groot verschil tussen de thermische uitzettingscoëfficiënten van de materialen van de leiding 50 en het buigzame lijf 60. Onder bepaalde omstandigheden is het echter niet mogelijk of praktisch de veranderingen in lengte als gevolg van thermische uitzetting van de materialen van de leiding 25 50 en van het lijf 60 dicht op elkaar af te stemmen. Onder deze om standigheden moeten middelen zijn aangebracht voor het opnemen van verschillende maten van thermische uitzetting, in het bijzonder over de lengte van een zeer lange leiding 50. Eéndergelijk middel voor het opnemen van deze variërende maten van thermische uitzetting is 30 afgebeeld in de fig. 24-25. Een dragend gestel 310 is gemonteerd bij één eindwand 312 van de leiding 50. Het lijf 60 strekt zich naar buiten uit over de eindwand 312, is geslagen rond een rol 314 en rond de rol 314 vastgeklemt door een bandklem 316. De klem 316 is verstelbaar langs de lengte van het lijf 60 voor het opnemen van rekken van het 35 lijf 60 gedurende lange tijdsduren, zoals het gevolg kan zijn van 8020110 21 spanning op het lijf, enz. Overmaat materiaal van het lijf 60 kan worden opgeslagen in windingen 318 in een doosachtige opvanghouder 320, verschaft door het gestel 310. De as 322 van de rol 314 rust op blokken 324. Riemschijven 326 zijn gemonteerd aan de einden van een as 328, 5 die wordt gedragen in legers 330 aan het einde van het gestel 310.Generally, the variety of materials available for the construction of the conduit sections 48 and for the flexible web or band 60 allows selection of materials that have relatively finely tuned thermal expansion coefficients. This makes it possible to expand the body 60 relatively regularly in length with the conduit 60. This, of course, prevents damage to the web 60 or the pipe 50, 20 which could otherwise result from too great a difference between the thermal expansion coefficients of the materials of the pipe 50 and the flexible web 60. However, under certain conditions it is not possible or practical to closely match the changes in length due to thermal expansion of the materials of the conduit 50 and of the web 60. Under these circumstances, means must be provided to accommodate different degrees of thermal expansion, especially along the length of a very long conduit 50. Such means for accommodating these varying degrees of thermal expansion are shown in FIG. 24-25. A supporting frame 310 is mounted at one end wall 312 of the conduit 50. The web 60 extends outwardly over the end wall 312, is wrapped around a roll 314, and clamped around the roll 314 by a band clamp 316. The clamp 316 is adjustable along the length of the web 60 to accommodate stretching of the web 60 for long periods of time, as may result from 8020110 21 stress on the web, etc. Excess material from the web 60 may be stored in windings 318 in a box-like receptacle 320 provided by the frame 310. The shaft 322 of the roller 314 rests on blocks 324. Pulleys 326 are mounted on the ends of a shaft 328,5 carried in bearings 330 at the end of the frame 310.

Kabels 332 zijn door jukken 334 bevestigd aan de einden van de as 322. De kabels 332 strekken zich uit over de riemschijven 326. De andere einden van de kabel 322 zijn bevestigd aan ogen 336, verschaft aan een gewicht 338. Het gewicht 338 hangt vrij aan het gestel 310 en hand-10 haaft spanning op het lijf 60. Kettingen 340 zijn eveneens verschaft tussen de ogen 336 en ogen 342, gemonteerd aan het gestel 310. De kettingen 340 voorkomen het uit de leiding 50 vallen van het gewicht 338 in het geval van breken van de kabels 332.Cables 332 are yoke 334 attached to the ends of the shaft 322. The cables 332 extend over the pulleys 326. The other ends of the cable 322 are attached to eyes 336, provided at a weight 338. The weight 338 hangs freely on frame 310 and hand 10 maintains tension on body 60. Chains 340 are also provided between eyes 336 and eyes 342 mounted on frame 310. Chains 340 prevent weight 338 from falling out of conduit 50 into the body. breakage of cables 332.

Zoals hiervoor besproken, bevat het stelsel voor het op-15 vangen van verontreinigingen een eerste beweegbare kap 80. Zoals is weergegeven in de fig. 26-30, is boven de cokesgeleiding 20 een tweede beweegbare kap 90 gemonteerd. De kap 90 is gekoppeld met een tweede leiding 92, die eindigt bij een flens 94 naast de kap 80. De kap 80 is voorzien van een bijpassende flens 96. Een derde verbindingsleiding 20 98 is in de kap 80 aangebracht. De kap 80 wordt gedragen door de wa gens 64,66. De kap 80 wordt geledigd in de leiding 50 door openingen in de wagens 64,66. De kap 90 wordt geledigd door de leidingen 92,98 en de wagen 64 in de leiding 50.As discussed above, the impurity collection system includes a first movable hood 80. As shown in Figs. 26-30, a second movable hood 90 is mounted above the coke guide 20. The cap 90 is coupled to a second conduit 92, which terminates at a flange 94 adjacent to the cap 80. The cap 80 is provided with a matching flange 96. A third connecting conduit 98 is provided in the cap 80. The hood 80 is carried by the carriages 64.66. The hood 80 is emptied into the conduit 50 through openings in the carriages 64, 66. The hood 90 is emptied by the conduits 92.98 and the carriage 64 in the conduit 50.

Fig. 26, een fragmentarisch eindaanzicht van de batterij 25 10 vanaf de cokeszijde 14 toont gedetailleerder naburige ovens 12, waarvan een gekozene (12') wordt geleegd. Voor dit doel is de deur 16 van de oven 12' verwijderd door de deurmachine 32, waardoor de deuropening 18 van de oven 12' is vrijgemaakt. De deurmachinelocomotief 32 is op de rails 26 bewogen voor het direct voor de opening 18 30 plaatsen van de cokesgeleiding 20.Fig. 26, a fragmentary end view of the battery 10 from the coke side 14 shows more detailed neighboring furnaces 12, of which a selected one (12 ') is emptied. For this purpose, the door 16 of the oven 12 'is removed by the door machine 32, thereby freeing the door opening 18 of the oven 12'. The door machine locomotive 32 is moved on the rails 26 to place the coke guide 20 directly in front of the opening 18.

Hier moet worden opgemerkt, dat de geleiding 20 van een soort kan zijn, die kan worden uitgezet of anderszins loodrecht op de lengteafmeting van de rails 26 kan worden bewogen. Alternatief kan de geleiding 20 van de soort zijn, die na plaatsing langs de rails 26 35 door de locomotief 32, niet uitsteekt naar de deuropening 18 van de 0020110 22 gekozen oven 12' tussen de stutten of vertikale dragers 350 van de ovenbatterij 10, welke dragers elke deuropening 18 steunen. Deze laatste soort geleiding 20 wordt in het algemeen aangeduid als een "stationaire" geleiding hoewel het duidelijk moet zijn, dat alle geleidingen 5 in lengterichting worden bewogen langs de cokeszijde 14 tot in lijn met de verschillende ovens 12.It should be noted here that the guide 20 may be of a type that can be expanded or otherwise moved perpendicular to the longitudinal dimension of the rails 26. Alternatively, the guide 20 may be of the type which, after being placed along rails 26 35 by locomotive 32, does not protrude to the door opening 18 of the oven 12 'selected between the struts or vertical supports 350 of the furnace battery 10, which carriers support each doorway 18. The latter type of guide 20 is generally referred to as a "stationary" guide although it should be understood that all guides 5 are longitudinally moved along the coke side 14 to align with the various ovens 12.

Fig. 26 toont een massa 352 van gloeiende cokes, die uit de deuropening 18 wordt gedrukt door de geleiding 20 naar de wachtende bluswagen 22 (fig. 1-2). Het ontwikkelde stof en de ontwikkelde dam-10 pen, opgevangen onder de kap 90, worden afgevoerd door de leiding 92, langs de flenzen 94,96, door de leiding 98 binnen de kap 80 en door het inwendige van de wagen 64 in de hoofleiding 50.Fig. 26 shows a mass 352 of glowing coke pushed out of the doorway 18 through the guide 20 to the waiting fire truck 22 (FIGS. 1-2). The developed dust and the developed vapors collected under the hood 90 are discharged through the conduit 92, along the flanges 94.96, through the conduit 98 within the hood 80 and through the interior of the carriage 64 in the main conduit 50.

In een alternatieve uitvoering, afgebeeld in fig. 27, ligt de kap 90 over de geleiding 20 heen, en koppelt een leiding 92 (niet 15 weergegeven) de kap 90 nog door de leiding 98 in de kap 80 met de wagen 64. In de in fig. 27 afgebeelde uitvoeringsvorm echter, is een kap 360 voor het opwekken van een luchtgordijn toegevoegd. De kap 360 ligt over de kap 90 heen. De kap 360 is voorzien van een ventilator 362 met een inlaatpoort 394, waardoor verse lucht in de kap 360 wordt 20 gezogen. De afgebeelde cokesgeleiding 20 is van een "latten" soort, voorzien van zijwanden 366 met openingen 368. Dit is een gebruikelijke soort geleiding 20.In an alternative embodiment, shown in Fig. 27, the cap 90 is over the guide 20, and a conduit 92 (not shown 15) still couples the cap 90 through the conduit 98 in the cap 80 with the carriage 64. In the however, in the embodiment depicted in FIG. 27, a hood 360 for generating an air curtain has been added. The hood 360 overlies the hood 90. The hood 360 is provided with a fan 362 with an inlet port 394 through which fresh air is drawn into the hood 360. The illustrated coke guide 20 is of a "slat" type, having side walls 366 with openings 368. This is a conventional type of guide 20.

Voor het voorkomen van het ontsnappen van verontreinigend stof en verontreinigende dampen, ontwikkeld gedurende het door de 25 openingen 368 uitdrukken, is de kap 360 voorzien van twee naar beneden gerichte, langwerpige, sleufvormige, luchtgordijn opwekkende mondstukken 370. De mondstukken 370 leiden lucht, verschaft door de ventilator 362 met een hoge snelheid door het inwendige van de kap 360 naar beneden over de zijwanden 366 van de geleiding 20. Dit ononderbroken lucht-30 gordijn voorkomt het ontsnappen van dergelijk verontreinigend stof en dergelijke verontreinigende dampen door de openingen 368.To prevent the escape of pollutant and pollutant vapors generated during the pushing out through the openings 368, the cap 360 is provided with two downwardly directed, elongated, slotted, air curtain generating nozzles 370. The nozzles 370 direct air, providing through the fan 362 at a high speed through the interior of the hood 360 down over the side walls 366 of the guide 20. This continuous air curtain prevents the escape of such pollutant and such pollutant vapors through the openings 368.

De afgebeeld geleiding 20 is van een "stationaire" soort, hetgeen betekent dat hij niet uitsteekt tussen de stutten 350 tot in aanraking met de zijwand van de oven 12 naast de deuropening 18 gedu-35 rende het uitdrukken. Dientengevolge is het wenselijk om zoveel mogelijk 8020110 23 te voorkomen, dat verontreinigende dampen en verontreinigend stof ontsnapt uit de ruimte tussen het cokeszijdeeinde 14 van de oven 12 en de naburige oppervlakken 372 van de kap 360. De oppervlakken 372 zijn dus eveneens voorzien van luchtgordijnopwekkende mondstukken 370, r'5 die zuivere lucht met hige snelheid en onder druk vanaf de ventilator 362 leiden naar het cokeszijdeeinde 14 van de oven 12 rond de bovenste afmeting van de deuropening 18. Het zodoende gevormde luchtgordijn beperkt samen met de zuigkracht, verschaft door de kap 90 door de leiding 92, de leiding 98, de wagen 64 en de leiding 50, de ontsnappende |0 verontreinigende dampen en het ontsnappende verontreinigende stof van tussen de oven en de luchtgordijngeneratorkap 360 uit, tot een minimum.The guide 20 shown is of a "stationary" type, which means that it does not protrude between the struts 350 until it contacts the side wall of the oven 12 next to the doorway 18 during pressing. As a result, it is desirable to prevent, as far as possible, 8020110 23, that pollutant vapors and pollutant from escaping from the space between the coke side end 14 of the furnace 12 and the adjacent surfaces 372 of the hood 360. Thus, the surfaces 372 are also provided with air curtain generating nozzles. 370, r'5 which direct clean air at high speed and under pressure from the fan 362 to the coke side end 14 of the furnace 12 around the top dimension of the door opening 18. The air curtain thus formed limits along with the suction provided by the hood 90 through line 92, line 98, carriage 64 and line 50, the escaping contaminant vapors and the escaping contaminant from between the furnace and the air curtain generator hood 360 to a minimum.

Het in fig. 28 afgebeelde alternatieve stelsel kan worden toegepast op althans twee verschillende manieren van werking. Boven de geleiding 20 is een hulpventilatiekap 374 gemonteerd. Onder de kap 15 374 is ruimte verschaft voor de kap 90 en de leiding 92 van de voor gaande uitvoeringsvormen. Het moet echter worden begrepen, dat de ven-tilatiekap 374 met of zonder de begeleidende constructie 90, 92, 94 9. kan worden gebruikt. De ventilatiekap 374 bevat inlaatpoorten 376 in oppervlakken '372 nabij het cokeszijdeeinde 14 van de oven 12. Een 20 inwendige mantelruimte 378 wordt tot stand gebracht tussen de kap 90 en de buitenwanden van de kap 374. Wanneer geen kap 90 wordt gebruikt, is het gehele inwendige van de kap 374 direkt blootgesteld aan de hete cokes, die beweegt door de geleiding 20. De kap 374 is voorzien van een ventilator 362. Een filtreerinrichting 380, zoals een stapel een-25 maal te gebruiken filterelementen, is in de inlaatpoort 364 geplaatst van de ventilator 362. De ventilator 362 is voorzien van een uitlaat-poort 382, geregeld door een schuif 384, en een uitlaatpoort 386, geregeld door een schuif 388. De schuiven 384, 388 zijn gelijktijdig te regelen, zodat wanneer een daarvan volledig open is, de andere 30 volledig is gesloten.The alternative system shown in Fig. 28 can be applied in at least two different modes of operation. An auxiliary ventilation hood 374 is mounted above the guide 20. Under the hood 15 374, space is provided for the hood 90 and the conduit 92 of the foregoing embodiments. It is to be understood, however, that the vent cap 374 can be used with or without the accompanying structure 90, 92, 94. The ventilation hood 374 includes inlet ports 376 in surfaces 372 near the coke side end 14 of the oven 12. An internal jacket space 378 is created between the hood 90 and the outer walls of the hood 374. When no hood 90 is used, the entire interior of the hood 374 directly exposed to the hot coke moving through the guide 20. The hood 374 includes a fan 362. A filtering device 380, such as a stack of filter elements to be used once, is placed in the inlet port 364. of the fan 362. The fan 362 includes an exhaust port 382 controlled by a slider 384 and an exhaust port 386 controlled by a slider 388. Sliders 384, 388 are simultaneously controllable so that when one is fully open the other 30 is completely closed.

Wanneer het stelsel van fig. 28 wordt toegepast in samenhang met de kap 90 wordt de uitlaatpoort 382 door een leiding 390 en de wand van de kap 90 gekoppeld met het inwendige van de kap. In deze uitvoeringsvorm bevat de kap 90 een inwendige keerplaat 392 boven de 35 hoogte van de cokesmassa, die door de geleiding 20 beweegt. De keer- 8 0 2 0 1 1 0 24 plaat 392 leidt lucht vanuit de poort 382 naar de leiding 92 voor ingang in de leiding 50 door de leiding 98 in de wagen 64. Zie fig. 2.When the system of Fig. 28 is used in conjunction with the hood 90, the outlet port 382 is coupled through a conduit 390 and the wall of the hood 90 to the interior of the hood. In this embodiment, the cap 90 includes an internal baffle plate 392 above the height of the coke mass moving through the guide 20. The baffle 8 0 2 0 1 1 0 24 plate 392 directs air from port 382 to conduit 92 for entry into conduit 50 through conduit 98 in carriage 64. See Figure 2.

In de beschreven uitvoering is de ventilator 362 dus werkzaam als een hulpventilatiestelsel voor de zuigmiddelen 56 (fig. 1).Thus, in the described embodiment, the fan 362 acts as an auxiliary ventilation system for the suction means 56 (Fig. 1).

5 In de andere wijze van werken van de inrichting van fig.In the other mode of operation of the device of FIG.

28, is de kap 90 weggelaten. Al het stof en alle dampen, ontwikkeld uit de massa cokes, die door de geleiding 20 beweegt, worden dus verwijderd door de filterstapel 380 voor het verwijderen van het stof en de danpen uit de stromende luchtstroom. In deze toestand is de schuif 10 388 geopend en de schuif 384 gesloten. De gefilterde lucht wordt direkt vanuit de ventilator 362 door de poort 386 afgevoerd naar de atmosfeer.28, the cap 90 is omitted. Thus, all the dust and vapors generated from the mass of coke moving through the guide 20 are removed by the filter stack 380 to remove the dust and the danpen from the flowing air stream. In this state, the slider 388 is opened and the slider 384 closed. The filtered air is exhausted directly from the fan 362 through the port 386 to the atmosphere.

In de in fig. 29 afgebeelde uitvoeringsvorm van de inrichting, wordt de cokesgeleiding 20 omgeven en afgesloten door de daar-15 overheen liggende kap 90, die door de leiding 92 is verbonden met de flens 94 voor het ledigen door de hoofdafvoerleiding 50 (fig. 1-2), de stationaire zijwand 394 en de beweegbare zijwandgedeelten 396,398.In the embodiment of the device shown in Fig. 29, the coke guide 20 is surrounded and closed by the cap 90 overlying it, which is connected by the conduit 92 to the flange 94 for emptying through the main discharge conduit 50 (Fig. 1-2), the stationary sidewall 394 and the movable sidewall portions 396,398.

De zijwandgedeelten 396,398 steken in het algemeen dwars op de bewegingsrichting van de deurlocomotief 32 op de rails 26 langs de cokes-20 zijde 14 van de batterij 10 uit. De zijwanden 396 zijn aan hun buitenranden 400 geprofileerd voor het nauwsluitend passen bij de zijwand-profielen van de kap 90 (zie fig. 2). Dit profiel 100 helpt bij het tot een minimum beperken van de ontsnappende verontreinigingen van een uitdrukhandeling.The sidewall portions 396,398 generally project transverse to the direction of movement of the door locomotive 32 on the rails 26 along the coke side 14 of the battery 10. The side walls 396 are profiled on their outer edges 400 for a snug fit with the side wall profiles of the hood 90 (see Fig. 2). This profile 100 helps minimize the escaping impurities from an expression operation.

25 De beweegbare zijwandgedeelten 398 en een bovenste verbin- dingsgedeelte 402 vormen in beginsel een verlenging van de kap 90.The movable sidewall portions 398 and an upper connecting portion 402 in principle extend the hood 90.

Deze verlenging kan worden uitgestoken tussen de stutten 350 van een bepaalde oven 12 en tot een op dichte afstand liggend, omgevend verband met de deuropening 18 van de oven 12 voor het voorkomen van het 30 tussen de kap 90 en het cokeszijdeeinde 14 van de oven 12 uit ontsnappen van verontreinigend stof en verontreinigende dampen. Het uitsteken van de zijwandgedeelten 396,398 wordt bereikt door het gebruik van pneumatische of hydraulische zuiger- en- cilinderinrichtingen 404, gemonteerd aan de stationaire zijwand 394. Het monteermechanisme voor 35 elke zuiger- en- cilinderinrichting 404 bevat een arm 406, bij 408 8 0 2 0 1 10 25 bevestigd aan beweegbare zijwandgedeelten 396 nabij de geprofileerde randen 400 daarvan, en bij 410 verschuifbaar en heen en weer beweegbaar gemonteerd aan de stationaire zijwanden 394 door middel van een langwerpige sleufopening in de arm 406 en een pen, gemonteerd aan de 5 zijwand 394 en uitstekende door de opening. De zuigerstang 412 van elke zuiger- en- cilinderinrichting 404 strekt zich uit door een leger-blok 414 aan het draaggestel, en is door middel van een verbindings-stang 416 bevestigd aan het beweegbare zijwandgedeelte 398.This extension can be protruded between the struts 350 of a given furnace 12 and to a close, ambient relationship with the door opening 18 of the furnace 12 to prevent the passage between the hood 90 and the coke side end 14 of the furnace 12 from escape of pollutant and pollutant vapors. The protrusion of the sidewall portions 396,398 is achieved through the use of pneumatic or hydraulic piston and cylinder devices 404 mounted on the stationary sidewall 394. The mounting mechanism for each piston and cylinder device 404 includes an arm 406, at 408 8 0 2 Attached to movable sidewall portions 396 near the profiled edges 400 thereof, and mounted at 410 slidably and reciprocally on the stationary sidewalls 394 by means of an elongated slot opening in the arm 406 and a pin mounted on the sidewall 394 and protruding through the opening. The piston rod 412 of each piston and cylinder device 404 extends through a bearing block 414 to the support frame, and is attached to the movable sidewall portion 398 by a connecting rod 416.

Het uitsteken en terugtrekken van de beweegbare zijwand-10 gedeelten 396,398 door het in werking stéllen van de dubbel werkende zuiger- en-cilinderinrichting 404 is dus "zelfcentrerend". Dat wil zeggen dat de zijwandgedeelten 396,398 worden voorzien van voldoende beweging, zodat zij positief aanliggen tegen de profielen van de kap 80 en van de cokeszijde van de oven 12. Zoals hiervoor vermeld, kan 15 de cokesgeleiding 20 zelf natuurlijk "stationair" zijn of kan hij in feite met de zijwandgedeelten 396,398 uitsteken naar het cokeszijde-einde 14 en de bluswagen 22 (zie de fig. 1-2).Thus, the projection and retraction of the movable sidewall portions 396,398 by actuation of the double-acting piston and cylinder device 404 is "self-centering". That is, the sidewall portions 396,398 are provided with sufficient movement so that they positively abut the profiles of the hood 80 and of the coke side of the furnace 12. As mentioned above, the coke guide 20 itself may of course be "stationary" or in fact, with the sidewall portions 396,398 projecting toward the coke side end 14 and the extinguisher trolley 22 (see FIGS. 1-2).

In de uitvoeringsvorm van fig. 30, is de luchtgordijnge-neratorkap 360 gemonteerd over de kap 90, de leiding 92 en de flens 20 94. De luchtgordijngeneratorkap 360 in de uitvoeringsvorm van fig. 30 is voorzien van mondstukken 370, die lucht naar beneden richten over de openingen 368 in de zijwanden 366 van de cokesgeleiding 20 voor het voorkomen van het door deze openingen 368 ontsnappen van verontreinigend stof en verontreinigende dampen. Aanvullende mondstukken 370 zijn -25 verschaft voor vertikaal de colledige hoogte van de deuropeningen 18. Deze mondstukken 370 richten een omringend en omsluitend gordijn lucht naar de omtrek van de deur 18 voor het voorkomen van het ontsnappen van stof en dampen tussen het aangrenzende oppervlak 372 van de kap 360 en de cokeszijde 14 van de oven 12 uit tussen de stutten 350. Een 30 ander stel luchtgordijngeneratormondstukken 370 voor de volle lengte is verschaft langs elk der geprofileerde randen 400 van de kap 360 voor het richten van een omringend en omsluitend luchtgordijn naar de kap 80 voor het voorkomen van het ontsnappen van verontreinigende dampen en verontreinigend stof tussen de geprofileerde oppervlakken van de 35 kap 80 en de geprofileerde randen 400 uit gedurende het uitdrukken.In the embodiment of FIG. 30, the air curtain generator hood 360 is mounted over the cap 90, the conduit 92, and the flange 94. The air curtain generator hood 360 in the embodiment of FIG. 30 includes nozzles 370 that direct air downwardly. over the openings 368 in the side walls 366 of the coke guide 20 to prevent pollutant and pollutant vapors from escaping through these openings 368. Additional nozzles 370 are provided for vertically the entire height of the doorways 18. These nozzles 370 direct a surrounding and enclosing curtain of air to the periphery of the door 18 to prevent the escape of dust and fumes between the adjacent surface 372 of the door. the hood 360 and the coke side 14 of the oven 12 between the struts 350. Another set of full length air curtain generator nozzles 370 is provided along each of the profiled edges 400 of the hood 360 for directing a surrounding and enclosing air curtain to the hood 80 for preventing the escape of pollutant vapors and pollutant between the profiled surfaces of the hood 80 and the profiled edges 400 during expression.

a oi o 1 ioa oi o 1 io

Claims

1. In a pollution control system, which system includes suction means, a conduit, means for coupling the suction means to the conduit for emptying, said conduit comprising a wall portion closed by a flexible body, said conduit further includes means for supporting the body against collapsing in the conduit under such emptying, and a carriage movably disposed along the conduit for raising the body for coupling the interior of the carriage to the interior of the carriage. conduit, means for guiding the carriage along the conduit, and means for connecting the interior of the carriage to an area containing contaminants to be discharged, said carriage containing means cooperating with the guiding means for carrying and guiding the carriage along the conduit, and a door for accessing the interior of the carriage for entry 30 into the conduit for inspection ie.

2. In an impurity control system, which system includes suction means, a conduit, means for coupling the suction means to the conduit for emptying, said conduit comprising a wall portion closed by a flexible body, said conduit further means for supporting the body 8020110 against collapsing in the conduit under such emptying includes a first carriage movably disposed along the conduit for moving the body upwardly for coupling the interior of the first carriage with the interior of the conduit, means for guiding the first carriage along the conduit, and means for connecting the interior of the first carriage to an area containing contaminants to be discharged, a second carriage movably mounted along the conduit, and means for guiding the second carriage along the conduit, the second carriage containing means for moving the body up or coupling the interior of the second carriage to the interior of the conduit, and a door in the second carriage to provide access to the interior of the second carriage for entry into the conduit for inspection.

3. A contamination control system comprising a system of suction means, a conduit, means for coupling the conduit to the suction means for emptying, the conduit comprising a wall portion closed by a flexible body, a carriage, which movably mounted along the conduit for raising the web for coupling the interior of the carriage 20 to the interior of the conduit, which carriage includes means for carrying and guiding the carriage along the conduit, and means for moving the carriage along the conduit to a selected location, which means include an engine, means for coupling the engine with the means for carrying and guiding the carriage along the carriage driving guide, which engine selected can be put into operation for passing along the pipe of the car.

4. A contamination collection system for a coke oven battery coke oven ejection operation, comprising guide means movable along the battery to conduct coke from a selected oven of the battery during the pressing out process, and conveyor means movable along the battery to receive the coke expressed by the guiding means and transport it to an extinguishing station containing suction means, a first conduit extending along the battery and coupled to the suction means thus emptying 8 0 2 0 1 1 0, which first conduit includes a wall portion closed by a flexible body, a carriage movably mounted on the first conduit for raising the body for coupling the interior of the carriage with the interior of the first conduit, movable first cap means, means for coupling the first cap means parts with the interior of the carriage and for moving the carriage to place the first hood means in an overlapping relationship with a selected portion of the conveyor means for sucking contaminants into the first hood means developed when hot coke is conveyed on the conveyor means, movable second hood means mounted on the guide means for sucking contaminants into the second hood means, developed when hot coke is pressed from the selected oven to the conveyor means, and a second conduit for coupling the second capping means with the first capping means and thus with the first conduit.

5. A contaminant collection system comprising suction means, a first conduit, means for coupling the first conduit to the suction means for emptying, the first conduit comprising a wall portion closed by a flexible body a carriage movably mounted along the first conduit for raising the body for coupling the interior of the carriage with the interior of the first conduit, movable first cap means for collecting contaminants developed in a first area, means for coupling the first hood means to the interior of the carriage and moving the carriage to place the first hood means adjacent to the first area for sucking contaminants into the first hood means developed in the first area movable second cap means for collecting contaminants developed in a second region, a second conduit for h coupling the second hood means to the first hood means and thus to the first conduit, which interior of the carriage contains metering guide means, which divide the interior of the carriage into a number of pipe sections, which means for coupling the first hood means to the interior 80 2 0 1 1 0 of the carriage includes a first conduit section of the plurality of conduit sections, the plurality of conduit sections further comprising a second conduit section coupled to the second conduit.

6. A system for collecting pollution, which system contains suction means, a line, means for coupling the line with the suction means for emptying in this way, which line comprises a wall section, closed by a flexible body, a first carriage, movably mounted along the body elevating conduit for coupling the interior of the first carriage with the interior of the conduit, movable cap means for removing contaminants from an area, means for coupling the cap means to the interior of the first carriage and for moving the first carriage to place the hood means near the area for drawing contaminants developed in that area into the hood means and a second carriage which is with the first carriage positioned for movement along the conduit for raising the web and coupling the interior of the second carriage to the interior e of the conduit, means for coupling the hood means to the second carriage and for moving the second carriage simultaneously with the first carriage when the hood means move to collect contaminants in the area, the second carriage cooperating with the first for collecting contaminants developed in that area.

7. A system for collecting pollution, which system contains suction means, a line, means for coupling the line with the suction means for emptying in this way, which line comprises a wall section, closed by a flexible body, a carriage, movable arranged along the conduit for raising the body for coupling the interior of the car to the interior of the conduit, said conduit comprising a plurality of conduit sections, and means for carrying each conduit section, each conduit section having at least one free end which free end of each conduit section engages a subsequent adjacent conduit section to couple all conduit sections to the suction means and allow thermally generated variations in the length of each 8020110 conduit section.

8. Contamination collection system for a coke oven battery operation for a coke oven battery with a coke side, provided with guide means, movable along the battery to guide coke from a selected oven of the battery during pressing and a conveyor means, movable along the battery to receive the coke, expressed by the guiding means and transporting it to an extinguishing station, which system contains suction means, a conduit extending along the battery, means for coupling the conduit to the suction means thus emptying, which conduit includes a wall portion closed by a flexible body, a carriage movably mounted on the conduit for raising the body for coupling the interior of the carriage with the interior of the conduit, cap -15 means movable with the carriage to a position above the conveyor means for the receptacle impurities generated from the coke on the conveyor means, said conduit comprising a plurality of conduit sections, and means for carrying each conduit section, each conduit section having at least one free end, said free end of each conduit section having a subsequent adjacent conduit section engaged to couple all conduit sections to the suction means and allow thermally generated variations in the length of each conduit section.

9. A contamination collection system for a coke oven battery operation for a coke oven battery with a coke side, comprising a coke guide, movable along the battery to guide coke from a selected oven of the battery during the printing out, and a conveying means movable along the battery to receive the coke, expressed by the conduction, and transport it to an extinguishing station, which system comprises movable hood means, mounted on the coke guide for sucking contaminants into the movable hood means, developed when hot coke from the selected furnace is pressed to the conveyor means, which includes movable hood means, fan means, air curtain forming means, and for directing the air curtain for containment of contaminants developed during printing, and means for connecting the air curtain Forming means with the fan means.

A contamination collection system for a coke oven battery coke oven expressing operation, comprising a coke guide movable along the battery for guiding coke from a selected oven of the battery during pressing, and a conveying means 10 movable along the battery to receive the coke, expressed by the conduction and transporting it to a quenching station, which system includes suction means, a conduit extending along the battery, and is coupled to the suction means for thus emptying which conduit includes a wall portion closed by a flexible body, a carriage movably disposed along the conduit for raising the body for coupling the interior of the carriage with the interior of the conduit, movable first cap means, means for coupling the first hood means to the carriage and for moving the carriage to superimpose the first capping means with a selected portion of the conveyor means for drawing contaminants into the first capping means developed when hot coke is conveyed on the conveying means, and movable second capping means mounted on the coke guide for the second capping means sucking contaminants developed when hot coke is pressed from the selected furnace to the conveyor means, the first capping means defining a coke guide door opening for alignment with the coke guide to allow the coke to pass through the first capping means. conveyor means, and which second cap means includes fan means, means for forming an air curtain and directing the air curtain to the coke guide doorway edges to contain the developed contaminants, and means for coupling parts of the air curtain forming means with the fan means.

11. For a coke-side coke oven battery, 8020110 provided with guide means movable along the battery for guiding coke from a selected oven of the battery during expression, and conveyor means movable along the battery for receiving the coke, expressed by the guiding means, which have two opposite side walls and impact means extending between the side walls at the height at which the coke is discharged from the conducting means, which coke hits the impact means for distributing the coke.

12. A contaminant collection system for a coke oven expressing operation for a coke oven coke oven battery, comprising guide means movable along the battery for guiding coke from a selected oven of the battery during the pressing out, and a conveying means movable along the battery to receive the coke, expressed by the guiding means and transporting it to an extinguishing station, which system includes suction means, a first conduit extending along the battery along the coke side and coupled to the suction means for emptying thus, the first conduit comprising a wall portion closed by a flexible body, a carriage movably mounted along the first conduit for raising the body for coupling the interior of the carriage with the interior of the first conduit, movable first cap means, means for coupling the first capping means with the carriage and for moving the carriage to place the first capping means according to an overlying relationship of the first capping means with a selected portion of the conveyor means to draw contaminants into the first capping means developed when hot coke is transported on the conveyor means, and movable second hood means, mounted on the impurities suction guide means 30, developed when the coke is pressed from the selected furnace to the conveyor means, a second conduit for connecting the second carriage hood means, and means in the second hood means for emptying them to assist in sucking contaminants along the guide means developed when hot coke is pressed from the oven selected.

13. A contamination collection system for a coke oven battery operation for a coke oven battery with a coke oven battery, comprising a coke guide movable along the battery for conducting coke from a selected oven of the battery during the printing operation, and a conveyor means movable along the battery for receiving the coke expressed by the guide and transporting it to an extinguishing station, which system comprises movable cap means mounted on the coke guide, suction means mounted on the movable cap means and in communicate with the interior of the movable hood means for sucking contaminants into the movable hood means developed when the coke is pushed from the selected furnace to the transport means, and means for filtering the contaminants which are in communication with the suction means and are mounted on d e movable cutting means.

14. A contamination collection system for a coke oven battery operation for a coke oven battery having a coke oven battery, comprising a coke guide movable along the battery for guiding coke from a selected oven of the battery during the printing operation, and a conveyor means movable along the battery to receive the coke, expressed by the conduction and transporting it to an extinguishing station, comprising a system of suction means, a conduit extending along the battery and coupled to the suction means for emptying thus which conduit includes a wall portion closed by a flexible body, a carriage movably disposed along the body elevation conduit for coupling the interior of the carriage to the interior of the conduit, movable first cap means means for coupling the first hood means to the first carriage and for moving placing the first hood means in an overlapping relationship with a selected portion of the transport means of the first hood means 35 for drawing contaminants into the first hood means, developed when hot coke is transported on the transport means, 80 2 0 1 And movable second capping means mounted on the coke guide for drawing contaminants into the second capping means developed when hot coke is pressed from the selected furnace to the conveying means, and means for expanding and withdrawing the coke guide to and from, respectively the walls of the selected furnace for guiding coke from the doorway of the selected furnace to the conveyor means, said first cap means defining a coke guide door opening for aligning with the coke guide to allow the coke to pass through the first capper. parts to the carrier means, and which The second cap means includes fan means, means for forming an air curtain and directing the air curtain to the coke guide door opening edges to contain the developed contaminants, and means for coupling the air curtain forming means to the fan means .

15. A pollution collection system for a coke oven battery coke oven expressing operation having a coke oven battery having a coke guide movable along the battery to conduct coke from a selected oven of the battery during the and a conveyor means movable along the battery for receiving the coke expressed by the conduction and transporting it to a quenching station, which system includes suction means, movable cap means mounted to the coke guide, means for coupling the Movable hood means with the suction means for sucking contaminants into the movable hood means developed when hot coke is pressed from the selected oven to the conveyor means, and means for expanding and retracting the movable hood means to and from the selected oven, respectively.

15 What is asked is:

A contamination collection system for a coke oven battery coke oven expressing operation, comprising a coke guide movable along the battery to conduct coke from a selected oven of the battery during the pressing out, and a conveying means movable along the battery for receiving the coke, expressed by 8020110 35 'guiding and transporting it to a quenching station, which system contains suction means, and movable cap means mounted on the coke guide, which means are mounted on the movable hood means in communication with the interior of the movable hood means for drawing contaminants into the movable hood means developed when hot coke is pressed from the selected oven to the conveyor means.

17. A contamination collection system comprising suction means, a conduit, means for coupling the conduit to the suction means for emptying therewith, said conduit comprising a wall portion closed by a flexible body, a first carriage movably mounted along the conduit for raising the body for coupling the interior of the first carriage to the interior of the conduit, first means for carrying and guiding the first carriage along the conduit, movable cap means, means for coupling the hood means to the first carriage and for moving the first carriage to place the hood means in an overlapping relationship with a selected area for sucking contaminants into the hood means developed in this selected area second track means extending along the conduit and second track engaging means mounted on the first wagon, w engaging the second track and the second track engaging means allows movement of the first carriage along the second track means, and the second track means assists in carrying the hood means.

18. A contamination collection system for a coke oven battery coke oven expressing operation, comprising guiding means movable along the battery for guiding coke from a selected oven of the battery during pressing out, and a conveying means movable along the battery to receive the coke expressed by the guiding means and transporting it to an extinguishing station, which system includes suction means, a conduit extending along the battery and coupled to the suction means 35 for emptying, which conduit includes a wall portion 8020110 closed by a flexible body, and first track means extending therealong, a first carriage movably disposed along the conduit for upward movement of the body for coupling the interior of the first carriage with the interior of the 5 line, which first car is first track contact includes means for carrying and guiding the first carriage along the movable hood means of the conduit, means for coupling the hood means to the first carriage and moving the first carriage to provide the hood means in an overlying relationship to be placed with a selected portion of the conveyor means for sucking contaminants into capillaries developed when hot coke is conveyed onto the conveyor means, second track means extending along the conduit and second track engaging means mounted on the first carriage, engagement of the second track and the second track engaging means allows movement of the first carriage along the second track means, and the second track means assists in carrying the hood means. 80 2 0 1 1 0