NL8004599A - SYSTEMS AND METHODS FOR MEASURING DRAWING IN A BOREHOLE. - Google Patents

SYSTEMS AND METHODS FOR MEASURING DRAWING IN A BOREHOLE. Download PDF

Info

Publication number
NL8004599A
NL8004599A NL8004599A NL8004599A NL8004599A NL 8004599 A NL8004599 A NL 8004599A NL 8004599 A NL8004599 A NL 8004599A NL 8004599 A NL8004599 A NL 8004599A NL 8004599 A NL8004599 A NL 8004599A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
valve
pressure
drilling
pulses
mud
Prior art date
Application number
NL8004599A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Scherbatskoy Serge Alexander
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Scherbatskoy Serge Alexander filed Critical Scherbatskoy Serge Alexander
Publication of NL8004599A publication Critical patent/NL8004599A/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B47/00Survey of boreholes or wells
    • E21B47/12Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling
    • E21B47/14Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling using acoustic waves
    • E21B47/18Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling using acoustic waves through the well fluid, e.g. mud pressure pulse telemetry
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B47/00Survey of boreholes or wells
    • E21B47/12Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling
    • E21B47/14Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling using acoustic waves
    • E21B47/18Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling using acoustic waves through the well fluid, e.g. mud pressure pulse telemetry
    • E21B47/22Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling using acoustic waves through the well fluid, e.g. mud pressure pulse telemetry by negative mud pulses using a pressure relieve valve between drill pipe and annulus
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B47/00Survey of boreholes or wells
    • E21B47/12Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling
    • E21B47/14Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling using acoustic waves
    • E21B47/18Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling using acoustic waves through the well fluid, e.g. mud pressure pulse telemetry
    • E21B47/24Means for transmitting measuring-signals or control signals from the well to the surface, or from the surface to the well, e.g. for logging while drilling using acoustic waves through the well fluid, e.g. mud pressure pulse telemetry by positive mud pulses using a flow restricting valve within the drill pipe

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Geology (AREA)
  • Remote Sensing (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Geophysics (AREA)
  • Acoustics & Sound (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Geochemistry & Mineralogy (AREA)
  • Earth Drilling (AREA)
  • Geophysics And Detection Of Objects (AREA)

Description

.>*.> *

Stelsels en werkwijzen voor het tijdens het boren meten in een boorgat.Systems and methods for measuring in a borehole during drilling.

De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op metingen tijdens het in de grond boren van een boorgat, en meer in het bijzonder op stelsels, inrichtingen en werkwijzen, waarbij gebruik wordt gemaakt van hydraulische schokgolven in de spoelingkolom voor het 5 naar het aardoppervlak overbrengen van signalen, die een of meer "downhole" parameters vertegenwoordigen. De uitvinding heeft eveneens betrekking op stelsels en werkwijzen voor het bij aanwezigheid van storende ruis waarnemen van deze signalen.The invention generally relates to measurements while drilling a borehole into the ground, and more particularly to systems, devices and methods using hydraulic shock waves in the mud column for transmitting signals to the earth's surface. , which represent one or more downhole parameters. The invention also relates to systems and methods for detecting these signals in the presence of disturbing noise.

De uitvinding heeft betrekking op stelsels voor het vanaf 10 de bodem van een putboring naar het oppervlak overbrengen van gegevens tijdens het boren van de put.The invention relates to systems for transferring data from the bottom of a well bore to the surface during well drilling.

Het is in de aardolieindustrie reeds lang onderkend, dat het "downhole" verkrijgen van gegevens gedurende het boren van een put, waardevolle informatie verschaft, die van belang kan zijn voor 15 de boormeester. Informatie, zoals het zuivere gewicht op de beitel, de helling en het verloop van het boorgat, het eindvlak van het gereedschap, de fluïdumdruk en de temperatuur bij de bodem van het gat, en de radioaktiviteit van stoffen, die de boorbeitel omgeven of door de boorbeitel worden aangetroffen, worden alle door van belang zijnde 20 grootheden verschaft aan de boormeester. Een aantal bekend voorstellen voor het meten van deze grootheden tijdens het boren, en het overbrengen van deze grootheden naar het grondoppervlak, is gedaan. Verschillende stelsels voor het overbrengen zijn in de stand van de techniek voorgesteld voor het uitvoeren hiervan. Voor een beschrijving 25 van de stand van de techniek wordt verwezen naar bijvoorbeeld de i 800 45 99 Λ* * 2It has long been recognized in the petroleum industry that downhole data acquisition during well drilling provides valuable information that may be of interest to the drill master. Information such as the pure weight on the bit, the slope and course of the borehole, the end face of the tool, the fluid pressure and temperature at the bottom of the hole, and the radioactivity of substances surrounding the drill bit or by the drill bit are found, all of the quantities of interest are provided to the drill master. A number of known proposals for measuring these quantities during drilling and transferring these quantities to the ground surface have been made. Various transfer systems have been proposed in the prior art to perform these. For a description of the prior art, reference is made, for example, to the i 800 45 99 Λ * * 2

Amerikaanse octrooischriften 2.787.795, 2.887.298, 4.078.620, 4.001.773, 3.964.556, 3.983.948 en 3.791.043. Wellicht de veelbelo-vendste in een praktische zin van deze bekende voorstellen is die van het seinen door drukimpulsen in de spoeling. Verschillende werk-5 wijzen zijn in de stand van de techniek voorgesteld voor het produceren van dergelijke spoelingimpulsen door een geregelde beperking van de spoelingstromingskringloop door een de stroming beperkende klep, die op een passende plaats is aangebracht in de hoofdspoelingstroom of door middel van een omloopklep, aangebracht tussen de binnenzijde 10 van de boorkolom (hoge druk zijde) en de ringruimte rond de boorkolom (lage drukzijde).U.S. Patents 2,787,795, 2,887,298, 4,078,620, 4,001,773, 3,964,556, 3,983,948, and 3,791,043. Perhaps the most promising in a practical sense of these known proposals is that of signaling by pressure pulses in the coil. Various methods have been proposed in the prior art to produce such flushing pulses by controlled restriction of the flushing flow cycle through a flow restricting valve, which is suitably located in the main flushing flow or by a bypass valve, fitted between the inside of the drill string (high pressure side) and the annulus around the drill string (low pressure side).

In de stand van de techniek is voorgesteld spoelingdrukim-pulsen te produceren door middel van kleppen, die de spoelingstroming in de boorkolom beperken of een gedeelte van de stroming omleiden naar 15 het lagedrukgebied in de ringruimte rond de boorkolom. Dergelijke kleppen zijn noodzakelijkerwijze traag, omdat bij gebruik daarvan in de boorkolom, de klep zeer grote spoelingvolumes moet regelen, en bij gebruik daarvan voor het regelen van een omloop de klep op grond van de zeer grote drukverschillen, noodzakelijkerwijze tevens 20 een trage motorisch bedienbare klep is. Een dergelijke motorisch bedienbare klep, die bijvoorbeeld tussen de binnenzijde van de boorkolom en de ringruimte is aangebracht, produceert in aanspreking pp een putmeting, trage verlagingen en trage verhogingen van de spoeling-druk. Deze worden vervolgens op het grondoppervlak waargenomen.It has been proposed in the prior art to produce mud pressure pulses by valves that limit mud flow in the drill string or divert a portion of the flow to the low pressure area in the annulus around the drill string. Such valves are necessarily slow, because when used in the drill string, the valve must control very large flushing volumes, and when used to control a circulation, the valve due to the very large pressure differences, necessarily also a slow motor-operated valve is. Such a motor-operated valve, which is arranged, for example, between the inside of the drilling column and the annular space, produces, in response pp, a well measurement, slow decreases and slow increases in the flushing pressure. These are then observed on the ground surface.

25 Teneinde de werking van een langzaam werkende, motorisch bedienbare klep, zoals voorgesteld in de stand van de techniek, beter te begrijpen, wordt verwezen naar fig. IA, die het openen en sluiten van een dergelijke klep als functie van de tijd weergeeft. Onder het thans meer in het bijzonder verwijzen naar fig. IA, vertegenwoordigt 30 de X-as daarin de tijd t, waarbij de Y-as de mate van openen vertegenwoordigt van de klep R.In order to better understand the operation of a slow-acting, motor-operated valve, as proposed in the prior art, reference is made to Figure 1A which illustrates the opening and closing of such a valve as a function of time. Referring now more particularly to FIG. 1A, the X axis therein represents time t, the Y axis representing the degree of opening of the valve R.

R = g— (1) o waarin Sq het totale gebied is van de opening, en S(t) het gebied is, 800 4 5 99 _ t. ( ' * p· 3 dat open is op het moment t gedurende het openen of sluiten van de klep. Wanneer dus R = 0 is de klep gesloten, waarbij wanneer R = 1 de klep volledig is geopend. De momenten met betrekking tot de bediening van de klep zijn alsvolgt: (v) 5 t = OA , het moment waarop de klep begint te openen, 5L Jl t^V^ = OB^, het moment waarop de klep volledig open is, - OCj, het moment waarop de klep begint te sluiten, en 10 t^ = OD^, het moment waarop de klep volledig is gesloten.R = g— (1) o where Sq is the total area of the opening, and S (t) is the area, 800 4 5 99 _ t. ('* p · 3 which is open at the moment t during the opening or closing of the valve. So when R = 0 the valve is closed, when when R = 1 the valve is fully opened. The moments related to the operation of the valve are as follows: (v) 5 t = OA, the moment when the valve starts to open, 5L Jl t ^ V ^ = OB ^, the moment when the valve is fully open, - OCj, the moment when the valve starts to close, and 10 t ^ = OD ^, when the valve is completely closed.

Het tijdsverloop: 15 T(V) = t/V) - t(v) = tjv) - t(v) (2) a o a d c (v) T& wordt aangeduid als het "moment van open of sluiten van de klep".The time course: 15 T (V) = t / V) - t (v) = tjv) - t (v) (2) a o a d c (v) T & is referred to as the "moment of opening or closing the valve".

Het tijdsverloop: 20 - «W - ,3, T^V) wordt aangeduid als het "moment van open stroming". De totale tijdsduur van de bediening van de klep is dus: ,e T<V) = 2T(V) + T™ (4) 25 tabThe time course: 20 - "W -, 3, T ^ V) is referred to as the" open flow moment ". The total duration of valve operation is therefore:, e T <V) = 2T (V) + T ™ (4) 25 tab

Bij de voorgaande voorstellen is = ls, = 2s, zodat a (v) derhalve de totale tijdsduur van de bediening van de klep T = 4 s.In the foregoing proposals, = 1s, = 2s, so that a (v) therefore the total time of valve actuation T = 4s.

Dit betrekkelijk traag openen en sluiten van de klep produceert dien-2q overeenkomstig trage verlagingen en verhogingen van de spoelingdruk aan het grondoppervlak (zie fig. 1B).This relatively slow opening and closing of the valve accordingly produces 2q slow decreases and increases in soil flushing pressure (see Fig. 1B).

Te zien is, dat de spoelingdruk afneemt van de gebruikelijke waarde van bijvoorbeeld 6,9 MPa (wanneer de klep is gesloten) tot de laagste waarde van 5,2 MPa (wanneer de klep is geopend). De op deze waargenomen drukveranderingen betrekking hebbende momenten 8004599 •Η- 4 zijn alsvolgt: (s) t^ = OE^, het moment waarop de spoelingdruk vanaf het gebruikelijke niveau van 6,9 MPa begint af te 5 nemen, (s) t„, = OF,, het moment waarop de spoelingdruk het laagste lb 1 niveau van 5,2 MPa bereikt, en op dit niveau (s) wordt gehouden tot aan het moment van t. =0G,, (s) 1C 1 t^c = OG^, het moment waarop de spoelingdruk begint toe 10 te nemen, en (s) tj^ = OH^, het moment waarop de spoelingdruk het gebruikelijke niveau van 6,9 MPa bereikt.It can be seen that the purge pressure decreases from the usual value of, for example, 6.9 MPa (when the valve is closed) to the lowest value of 5.2 MPa (when the valve is opened). The moments 8004599 • Η- 4 related to these observed pressure changes are as follows: (s) t ^ = OE ^, the moment when the flushing pressure begins to decrease from the usual level of 6.9 MPa, (s) t „ , = OR ,, the moment when the flushing pressure reaches the lowest lb 1 level of 5.2 MPa, and is held at this level (s) until the moment of t. = 0G ,, (s) 1C 1 t ^ c = OG ^, the moment when the flushing pressure starts to increase 10, and (s) tj ^ = OH ^, the moment when the flushing pressure is at the usual 6,9 MPa level reached.

(s) (g) (s)(s) (g) (s)

De druk neemt dus gedurende het tijdsverloop = t^ - t^a af, blijft dan gelijk gedurende het tijdsverloop (s) _ (s) (s) T2 Zlc " Clb 611 15 neemt dan toe vanaf de verlaagde waarde tot het gebruikelijke niveau (s) (s) (s) gedurende het tijdsverloop = t^ - t^ . De totale tijdsduur van de spoelingstroming door de omloopklep voor één enkele bediening van de klep is dus τω. t(s,+ t‘s)+ t's) (si 20 t 1 2 3Thus, the pressure decreases during the time course = t ^ - t ^ a, then remains the same during the time course (s) _ (s) (s) T2 Zlc "Clb 611 15 then increases from the reduced value to the usual level ( s) (s) (s) over the time course = t ^ - t ^. The total duration of the purge flow through the bypass valve for a single actuation of the valve is thus τω. t (s, + t's) + t's) (si 20 t 1 2 3

De grootheden in fig. IA zijn voorzien van het bovenschrift "v" om aan te geven dat deze grootheden betrekking hebben op de bediening van de klep, die zich beneden het oppervlak van de grond bevindt. Daarentegen zijn de grootheden in fig. 1B voorzien van het bovenschrift "s" om aan te geven, dat deze grootheden betrekking hebben op metingen aan het oppervlak van de grond. Dit onderscheid tussen de grootheden, voorzien van het bovenschrift "v" en die met het bovenschrift "s" is essentieel teneinde bepaalde van de bijzondere kenmerken van de uitvinding volledig te begrijpen. Het is in dit ver-2Q van essentieel onderscheid te maken tussen de oorzaak èn het gevolg of met andere woorden tussen de "downhole" optredende verschijnselen nabij de klep, en die bij de detector op het oppervlak van de grond.The quantities in Figure 1A are provided with the top letter "v" to indicate that these quantities refer to the operation of the valve located below the surface of the ground. In contrast, the magnitudes in FIG. 1B are provided with the top "s" to indicate that these magnitudes relate to measurements on the surface of the soil. This distinction between the quantities labeled "v" and those marked "s" is essential in order to fully understand some of the particular features of the invention. It is essential in this specification to distinguish between the cause and the effect or, in other words, between the "downhole" phenomena near the valve and those at the detector on the surface of the ground.

Een essentieel kenmerk van de reeds voorgestelde inrichting is gegrond op de betrekkingen: 35 800 4 5 99 5 t ί if- T(S)= T(V) (6) 1 Sl T,(s)= T<v) (7)An essential feature of the already proposed device is based on the relations: 35 800 4 5 99 5 t ί if- T (S) = T (V) (6) 1 Sl T, (s) = T <v) (7 )

Δ DΔ D

5 T<S,= T<V) (8) J d5 T <S, = T <V) (8) J d

Deze betrekkingen tonen aan, dat de tijdsduur van het afnemen of toenemen van de druk aan het oppervlak van de grond, dezelfde is als de bijbehorende tijdsduur van het openen en sluiten van de klep, 10 en dat de tijdsduur, gedurende welke de druk in hoofdzaak gelijkblijvend is (op een verlaagd niveau) dezelfde is als de tijdsduur, gedurende welke de klep volledig open is. Het afnemen en het daaropvolgend toeneiHi van de spoelingdruk aan het grondoppervlak is met andere woorden nauwkeurig in overeenstemming met het openen en sluiten van 15 de klep. Deze toestand, zoals uitgedrukt door de betrekkingen (6), (7) en (8) wordt in de beschrijving aangeduid als betrekking hebbende op een "regime van trage drukveranderingen".These relations show that the time of the decrease or increase of the pressure on the surface of the soil is the same as the corresponding time of the opening and closing of the valve, and that the time during which the pressure is essentially constant (at a reduced level) is the same as the length of time during which the valve is fully open. In other words, the decrease and subsequent increase of the flushing pressure at the ground surface is precisely in accordance with the opening and closing of the valve. This state, as expressed by relations (6), (7) and (8) is referred to in the description as relating to a "slow pressure change regime".

Het regime van trage drukverandering, zoals in de stand van de techniek voorgesteld, is niet geschikt voor afstandmeting 20 tijdens het boren, in het bijzonder niet wanneer een aantal "downhole" parameters wordt gemeten. Op het moment, dat een eerste parameter is gemeten, gecodeerd, naar het oppervlak overge-bracht en dan gedecodeerd, kan de putboring zijn verdiept, en de tweede parameter niet langer beschikbaar zijn voor het meten. Betrekkelijk lange tijdsver-25 lopen zijn nodig voor het omzetten van de gemeten gegevens in een vorm, die geschikt is voor het waarnemen en registreren. Het verkrijgen van een profiel van de put is in zijn geheel langdurig en tijdrovend. Verder produceren verschillende storende gevolgen, zoals impulsen als gevolg van de spoelingpomp en storing, samenhangende met 30 verschillende boorwerkzaamheden, bijkomende moeilijkheden. Een langzaam werkzame, motorische bedienbare klep, zoals voorgesteld in de stand van de techniek, wordt geacht onvoldoende te zijn voor het bevredigen van de tegenwoordige praktijkeisen.The slow pressure change regime, as proposed in the prior art, is not suitable for distance measurement during drilling, especially when measuring a number of "downhole" parameters. Once a first parameter has been measured, coded, transferred to the surface, and then decoded, the wellbore may be deepened, and the second parameter may no longer be available for measurement. Relatively long periods of time are required to convert the measured data into a form suitable for sensing and recording. Obtaining a profile of the well as a whole is lengthy and time consuming. Furthermore, various interfering effects, such as pulses from the mud pump and interference associated with different drilling operations, create additional difficulties. A slow-acting, motor-operated valve, as proposed in the prior art, is believed to be insufficient to meet present practice requirements.

Een gedeelte van de doeleinden van de uitvinding worden 35 tot stand gebracht door het toepassen van hydraulische schokgolven 80 0 4 5 99 6 * 2 Μ ~ voor het afstand meten van putprofielinformatie tijdens het boren. Deze schokgolven worden geproduceerd door een zeer snel werkzame (voor alle praktische doeleinden vrijwel ogenblikkelijk werkzame) omloopklep, aangebracht tussen de binnenzijde van de boorkolom en de 5 ringruimte rond de boorkolom. Wanneer de omloopklep plotseling opent, valt de druk in de direkt omgeving van de klep, welke druk dan vrijwel ogenblikkelijk terugkeert naar normaal, en wordt een sterke negatieve impuls opgewekt, waarbij wanneer de omloopklep plotseling sluit, omgekeerd een sterke positieve impuls wordt opgewekt. De 10 veerkracht van de spoelingkolom wordt gebruikt om te helpen bij het opwekken en overbrengen van dergelijke schokgolven. Het verschijnsel is analoog aan de algemeen bekende waterslag, reeds ondervonden in hydraulische overbrengingsstelsels. Zie bijvoorbeeld John Parmakian over "Water Hammer Analysis", Prentice Hall, Inc., New York, N.Y.Part of the objects of the invention are accomplished by using hydraulic shock waves 80 0 4 5 99 6 * 2 Μ ~ to measure well profile information remotely during drilling. These shock waves are produced by a very fast-acting (practically instantaneous for all practical purposes) bypass valve, placed between the inside of the drill string and the annulus around the drill string. When the bypass valve opens suddenly, the pressure falls in the immediate vicinity of the valve, which pressure then returns to normal almost instantly, and a strong negative impulse is generated, and when the bypass valve closes suddenly, a strong positive impulse is generated. The spring force of the wash column is used to assist in generating and transmitting such shock waves. The phenomenon is analogous to the well-known water hammer already experienced in hydraulic transmission systems. See, for example, John Parmakian on "Water Hammer Analysis", Prentice Hall, Inc., New York, N.Y.

15 1955 of V.L. Streeter en E.B. Wylie over "Hydraulic Transients"15 1955 or V.L. Streeter and E.B. Wylie on "Hydraulic Transients"

McGraw-Hill Book Co., New York, N.Y.).McGraw-Hill Book Co., New York, N.Y.).

Belangrijke kenmerken van de uitvinding, zoals het opwekken en waarnemen van hydraulische schokgolven, zijn schematisch weergegeven in fig. 2A en 2B. De grafiek in fig. 2A toont het openen 20 en sluiten van een snel werkzame, schokgolfproducerende klep, waarbij de grafiek van fig. 2B drukveranderingen weergeeft, waargenomen aan het grondoppervlak, welke drukveranderingen het gevolg zijn van de werking van de klep, zoals in fig. 2A. De symbolen in fig. 2AImportant features of the invention, such as generating and sensing hydraulic shock waves, are shown schematically in Figures 2A and 2B. The graph in Fig. 2A shows the opening and closing of a fast acting shock wave producing valve, the graph of Fig. 2B showing pressure changes observed at the ground surface, which pressure changes are due to the operation of the valve, as in Fig. 2A. The symbols in fig. 2A

hebben een soortgelijke betekenis als de overeenkomstige symbolen 25 in fig. IA. De tijdschalen in de fig. IA, IB, 2A en 2B zijn echter in aanzienlijke mate vervormd teneinde de beschrijving te vergemakkelijken en ten behoeve van de duidelijkheid van de uiteenzetting.have a similar meaning to the corresponding symbols in Fig. 1A. However, the time scales in Figures 1A, 1B, 2A and 2B have been significantly distorted to facilitate description and clarity of explanation.

Het eerste, dat moet worden opgemerkt bij het nauwkeurig bekijken van fig. 2A is, dat de tijden van het openen en sluiten van 30 de onderhavige klep met een aantal orden van grootten korter zijn dan de overeenkomstige tijden verkregen door middel van de motorisch bedienbare klep, zoals besproken in samenhang met fig. IA. In de (v) reeds voorgestelde constructie (zoals in fig. IA), is T = 1 s, a (v) waarbij overeenkomstig de uitvinding, zoals in fig. 2a, t =5 ms.The first thing to note when looking closely at FIG. 2A is that the opening and closing times of the present valve by a number of orders of magnitude are shorter than the corresponding times obtained by the motor-operated valve as discussed in conjunction with Figure 1A. In the (v) construction already proposed (as in Fig. 1A), T = 1 s, a (v) where according to the invention, as in Fig. 2a, t = 5 ms.

9.9.

35 Een soortgelijke toestand geldt voor het tijdsverloop gedurende welke 800 45 99 7 t *" & een klep open blijft. In de reeds voorgestelde constructie (zoals (v) (v) in fig. IA) is = 2 s, waarbij in fig. 2A, = 100 ms. Voor alle doeleinden kan het openen en sluiten van de klep in fig. 2A als ogenblikkelijk of nagenoeg ogenblikkelijk worden beschouwd.A similar situation applies for the time lapse during which 800 45 99 7 t * "& a valve remains open. In the construction already proposed (such as (v) (v) in fig. 1A) = 2 s, wherein in fig. 2A, = 100 ms For all purposes, the opening and closing of the valve in Figure 2A can be considered instantaneous or near instantaneous.

5 Het snel of nagenoeg ogenblikkelijk openen en sluiten van de klep heeft een belangrijke en ver reikende invloed op het gedrag van een afstandmetingsstelsels bij het meten gedurende het boren. De aan het grondoppervlak overeenkomstig de uitvinding (fig. 2B) waargenomen drukveranderingen vertonen geen enkele overeenkomst met de 10 drukveranderingen, verkregen door middel van een langzaam werkende klep (fig. iB). Er is reeds gewezen op de aanwezigheid van de vergelijkingen (6), (7) en (8), die betrekkingen weergeven tussen de in fig.5 The rapid or near instantaneous opening and closing of the valve has a significant and far-reaching impact on the behavior of distance measuring systems when measuring during drilling. The pressure changes observed on the soil surface according to the invention (fig. 2B) show no resemblance to the 10 pressure changes obtained by means of a slow-acting valve (fig. IB). Reference has already been made to the presence of equations (6), (7) and (8), which represent relations between those shown in FIG.

IA weergegeven gebeurtenissen, en die, welke zijn weergegeven in fig. 1B. Analogen betrekkingen bestaan niet tussen de gebeurtenissen 15 in de fig. 2A en 2B.1A shows events, and those shown in FIG. 1B. Analogous relations do not exist between the events 15 in Figures 2A and 2B.

Zoals is weergegeven in de fig. IA en 1B, produceert het openen van de klep een overeenkomstige verlaging van de spoelingdruk aan het grondoppervlak, waarbij omgekeerd het sluiten van de klep een overeenkomstige verhoging van de druk produceert.As shown in Figs. 1A and 1B, opening the valve produces a corresponding decrease in soil surface flushing pressure, conversely closing the valve produces a corresponding increase in pressure.

20 Ter benadrukking wordt herhaald, dat het openen van de klep in de stand van de techniek één enkele gebeurtenis produceert, te weten een vermindering van de druk, waarbij het daaropvolgend sluiten van de klep een andere enkele gebeurtenis produceert, te weten een toename van de druk. Volgens de uitvinding daarentegen 25 produceert het snel openen van de klep, zoals in fig. 2A, twee gebeurtenissen: een snel afnemen en vervolgens toenemen van de druk (negatieve impuls M, zoals in fig. 2B). Dit is in tegenstelling tot het in fig. IA en fig. lB weergegeven geval, waarbij het openen en het daaropvolgend sluiten van de klep nodig is voor het produceren 30 van een vermindering en een daaropvolgende verhoging van de druk.It is emphasized that the opening of the valve in the prior art produces a single event, viz. A reduction in pressure, the subsequent closing of the valve producing another single event, viz. An increase in the pressure. According to the invention, on the other hand, the rapid opening of the valve, as in Figure 2A, produces two events: a rapid decrease and then an increase in pressure (negative pulse M, as in Figure 2B). This is in contrast to the case shown in Figures 1A and 1B, where the opening and subsequent closing of the valve is required to produce a decrease and a subsequent increase in pressure.

Verder produceert het snel sluiten van de klep, zoals in fig. 2A, een verhoging en een daaropvolgende verlaging van de spoelingdruk (positieve impuls N, zoals in fig. 2B). Een dergelijke verhoging en daaropvolgende verlaging van de druk vindt niet plaats bij de in de 35 stand van de techniek voorgestelde inrichtingen. Volgens de uitvinding 800 4 5 99 8 * 1 τ worden twee schokgolven geproduceerd door één enkele bediening van de klep. Een golfvorm, zoals is weergegeven in fig. 2B, die zowel een negatieve als een positieve impuls omvat, wordt in de beschijving aangeduid als een "klepgolfje". Met een klepgolfje samenhangende 5 drukimpulsen hebben een aanvangssnelheid van enkele tientallen MPa/s en een korte tijdsduur.Furthermore, the rapid closing of the valve, as in Figure 2A, produces an increase and a subsequent decrease in the purge pressure (positive pulse N, as in Figure 2B). Such an increase and subsequent pressure drop does not occur with the devices proposed in the prior art. According to the invention 800 4 5 99 8 * 1 τ, two shock waves are produced by a single actuation of the valve. A waveform, as shown in Fig. 2B, which includes both a negative and a positive pulse, is referred to in the description as a "valve wave." Valve pulses associated with a valve wave have an initial velocity of a few tens of MPa / s and a short duration.

Het is van belang te wijzen op de snelheid van de verschijnselen, samenhangende met de waargenomen klepgolfjes. De op fig. 2BIt is important to note the speed of the phenomena associated with the observed valve waves. The one shown in Fig. 2B

betrekking hébbende momenten zijn alsvolgt: (s) 10 t^ = OK, het moment van het verschijnen van de negatieve impuls M, (s) t^ = OL, het moment waarop de negatieve impuls M vervalt, (g) t^ = OM, het moment van verschijnen van de positieve 15 impuls N, (s) t. = ON, het moment waarop de positieve impuls N vervalt.related moments are as follows: (s) 10 t ^ = OK, the moment the negative pulse M appears, (s) t ^ = OL, the moment the negative pulse M decays, (g) t ^ = OM , the moment of appearance of the positive pulse N, (s) t. = ON, the moment when the positive pulse N decays.

4 (s)4 (s)

Het tijdsverloop , dat de "lengte" vertegenwoordigt van de negatieve impuls M (of de positieve impuls N) is 100 ms, waarbij het tijds-(s) verloop vanaf het verschijnen van de negatieve impuls M tot het 20 verschijnen van de positieve impuls N, gelijk is aan 110 ms. De totale tijdsduur van de stroming, zoals is weergegeven in fig. 2B, dat wil zeggen: T(s)_ T(s)+ T(s) (9) u n m is dus 210 ms , waarbij de totale tijdsduur van de stroming, zoals (s) 25 is weergegeven in fig. 1B (zie vergelijking 5) , T = 4 s.The time course, which represents the "length" of the negative pulse M (or the positive pulse N) is 100 ms, the time (s) from the appearance of the negative pulse M to the appearance of the positive pulse N , equals 110 ms. The total duration of the flow, as shown in Fig. 2B, that is: T (s) _ T (s) + T (s) (9) unm is thus 210 ms, the total duration of the flow, as (s) 25 is shown in Fig. 1B (see equation 5), T = 4 s.

De grafieken in de fig. IA, IB, 2A en 2B zijn vereenvoudigd en geidealiseerd door het weglaten van rimpels en andere van buiten komende gevolgen. Ook moet worden opgemerkt (zie fig. 2b), dat de omloopklep althans gedeeltelijk open is gedurende het tijdsverloop (s) (s) 30 van t^ tot t^ . Gedurende dit tijdsverloop vindt een trage druk-afneming plaats, die op het waameempunt wordt opgeheven door een passende zeef. Een dergelijke drukafneming is in de grafiek van fig.The graphs in Figures 1A, 1B, 2A and 2B are simplified and idealized by eliminating wrinkles and other external effects. It should also be noted (see Fig. 2b) that the bypass valve is at least partially open during the time course (s) (s) from t ^ to t ^. During this period of time, a slow pressure drop takes place, which is lifted at the observation point by an appropriate screen. Such a pressure drop is shown in the graph of FIG.

2B niet weergegeven.2B not shown.

Ook moet worden opgemerkt, dat de aan de fig. 2A en 2B 35 taegekende numerieke waarden slechts als een voorbeeld zijn gegeven.It should also be noted that the numerical values calculated on FIGS. 2A and 2B are only given as an example.

800 45 99 9 τ *' if800 45 99 9 τ * 'if

Deze waarden mogen niet worden uitgelegd als een beperking van de uitvinding tot een bepaald gegeven voorbeeld.These values should not be construed as limiting the invention to any given example.

De werking, zoals uiteengezet in verband met de fig. 2A en 2B wordt aangeduid als betrekking hebbende op een "regime van hydrau-5 lische schokgolven". Een onderscheid wordt dus gemaakt tussen het regime van hydraulische schokgolven, zoals in de fig. 2A en 2B, en het regime van trage drukveranderingen, zoals in de fig. IA en 1B.The operation as set forth in connection with Figures 2A and 2B is indicated as relating to a "hydraulic shock wave regime". Thus, a distinction is made between the regime of hydraulic shock waves, such as in Figs. 2A and 2B, and the regime of slow pressure changes, such as in Figs. 1A and 1B.

Door het verschaffen van een regime van hydraulische schokgolven, wordt een afstandsmetingsstelsel verkregen, door middel waar-10 van grote hoeveelheden informatie per tijdseenheid kunnen worden overgebracht. Een dergelijk stelsel is aanzienlijk beter aangepast voor het bevredigen van de tegenwoordige praktijkeisen dan het stelsel, dat stoelt op het regime van trage drukveranderingen.By providing a regime of hydraulic shock waves, a distance measurement system is obtained, by means of which large amounts of information can be transferred per unit time. Such a system is considerably better adapted to satisfy the current practical requirements than the system, which is based on the regime of slow pressure changes.

De onderhavige klep wordt bediend door de uitgang van 15 een of meer waameemorganen voor het waarnemen van een of meer "downhole" parameters in de ondergrond nabij de boorbeitel. Een enkele meting van elke parameter wordt vertegenwoordigt door een opeenvolging van klepgolfjes. Elk klepgolfje komt overeen met een enkelvoudig openen en sluiten van de klep.The present valve is operated by the output of one or more sensing means for sensing one or more "downhole" parameters in the substrate near the drill bit. A single measurement of each parameter is represented by a sequence of valve waves. Each valve wave corresponds to a single opening and closing of the valve.

20 De opeenvolging van klepgolfjes (die het nuttige signaal vertegenwoordigt) is bij waarneming aan het grondoppervlak gewoonlijk gemengd met verschillende storende signalen, zoals de signalen, geproduceerd door de werking van de pomp en door andere boorwerkzaam-heden. In een gebruikelijke boorinrichting wordt een op het oppervlak 25 zich bevindende grote pomp gebruikt voor het door de boorkolom naar beneden , door de beitel en terug naar het oppervlak pompen van spoeling via de ringruimte tussen de boorkolom en de putboring. De storende gevolgen, die het gevolg zijn van de pomp, worden volgens de uitvinding opgeheven door een verwerking, waarbij rekening wordt 30 gehouden met het met tussenpozen optreden van deze gevolgen. Andere gevolgen, samenhangende met boorwerkzaamheden, verschijnen gewoonlijk als een ruissignaal, dat een betrekkelijk breed frequentiespectrum omvat. Dit ruissignaal is in bepaalde gevallen een witte ruis en wijkt in andere gevallen aanzienlijk af van witte ruis . Een 35 digitaal zeefstelsel, dat een gelijkmakende zeef of een impulsvormende 800 4 5 99 10 -» Λ.The sequence of valve waves (representing the useful signal) is usually mixed with various interfering signals, such as the signals produced by the operation of the pump and other drilling operations, when observed at the ground surface. In a conventional drilling rig, a large pump located on the surface 25 is used to pump mud through the drill string down through the bit and back to the surface through the annulus between the drill string and the well bore. According to the invention, the disturbing consequences resulting from the pump are eliminated by processing, taking into account the intermittent occurrence of these consequences. Other consequences associated with drilling operations usually appear as a noise signal, which includes a relatively wide frequency spectrum. In some cases, this noise signal is white noise and in other cases it deviates significantly from white noise. A 35 digital screen system, which has a leveling screen or an impulse forming 800 4 5 99 10 - »Λ.

* zeef of een tot zwijgen brengende zeef kan zijn, wordt gebruikt voor het verwijden van het ruissignaal. De gelijkmakende zeeg brengt de verhouding tussen het signaal en de ruis tot een maximum op het ontvangstpunt, waarbij een impulsvormende zeef het middelbare verschil 5 tussen een gewenste uitgang en de feitelijke uitgang tot een minimum beperkt, en een tot zwijgen brengende zeef het nuttige signaal transformeert door het samentrekken daarvan tot een signaal, dat voldoende sterk is, zodat het tegen een achtergrondruis kan worden onderscheiden. Een bijzondere techniek wordt toegepast voor het aan de doeleinden 10 van de uitvinding aanpassen van deze zeven. Een dergelijke techniek vereist het opslaan en het vervolgens het weergeven van twee verge-lijkingssignalen. Het eerste vergelijkingssignaal is een golfje, geproduceerd door het openen en sluiten van de klep, waarbij het tweede vergelijkingssignaal ruis vertegenwoordigt als gevolg van de 15 boorwerkzaamheden. Waarnemen en opslaan van het eerste vergelijkingssignaal wordt verkregen door het verwijderen van gewicht op de beitel en het stilzetten van het feitelijke boren (maar het in het gebruikelijke werking houden van de spoelingpompen). Een signaal wordt dus verkregen, dat vrij is van de omgevingsruis. Waarneming 20 en opslag van het tweede vergelijkingssignaal wordt verkregen tijdens het boren gedurende een tijdsduur, dat de klep gesloten is. Een aangepast digitaal rekenstelsel is uitgevoerd voor het ontvangen van de gegevens, die een van de of beide vergelijkingssignalen vertegenwoordigen, en leidt uit de gegevens een geheugenwerking af voor de 25 gelijkmakende zeef, voor de impulsvormende zeef· of voor de tot zwijgen brengende zeef.* sieve or a silent sieve may be used to widen the noise signal. The equalizing sieve maximizes the signal-to-noise ratio at the receiving point, with a pulse-forming sieve minimizing the mean difference between a desired output and the actual output, and a silent sieve transforming the useful signal by contracting it into a signal of sufficient magnitude to distinguish it against a background noise. A special technique is used for adapting these screens to the purposes of the invention. Such a technique requires storing and then displaying two comparison signals. The first comparison signal is a wavelet produced by opening and closing the valve, the second comparison signal representing noise due to the drilling operations. Observation and storage of the first comparison signal is obtained by removing weight on the bit and stopping the actual drilling (but keeping the mud pumps in normal operation). Thus, a signal is obtained which is free from the ambient noise. Observation and storage of the second comparison signal is obtained during drilling for a period of time that the valve is closed. An adapted digital computing system is configured to receive the data representing one or both of the comparison signals, and derives a memory operation from the data for the equalizing screen, for the pulse-forming screen or for the silent screen.

Eén aspect van de uitvinding heeft betrekking op verbeteringen in verband met de bi-stabiele werking van het klepsamenstel 40 van het bijzondere gereedschap 50 voor afstandmeting. Een ander 30 aspect van de uitvinding heeft betrekking op het verschaffen van een bijzondere, hydraulische bedienbare, mechanische inrichting, die met tussenpozen de klep 40 positief beweegt naar de gesloten stand. Bovendien is een elektrisch stelsel verschaft, dat de werking van de klep 40 uitsluit in het geval van een elektrische fout in de "downhole" 35 inrichting.One aspect of the invention relates to improvements in bi-stable operation of the valve assembly 40 of the special distance measuring tool 50. Another aspect of the invention relates to the provision of a special hydraulic actuable mechanical device which intermittently moves the valve 40 positively to the closed position. In addition, an electrical system is provided which excludes the operation of the valve 40 in the event of an electrical fault in the downhole device.

8 0 0 4 5 99 11 r. *8 0 0 4 5 99 11 r. *

<P<P

Verdere aspecten van de uitvinding hebben betrekking op verbeteringen in samenhang met de energiebron 95 en de energiebestu-ring 104 van het bijzondere gereedschap 50 voor afstandmeting. Deze verbeteringen dienen voor het in belangrijke mate vergroten van het 5 aantal bevredigende klepwerkingen, dat kan worden bereikt zonder het opnieuw laden of vervangen van een "downhole"batterij.Further aspects of the invention pertain to improvements in connection with the power source 95 and power control 104 of the special distance measurement tool 50. These improvements serve to significantly increase the number of satisfactory valve actions that can be achieved without recharging or replacing a downhole battery.

Een ander aspect van de uitvinding heeft betrekking op verbeteringen in impulstijdcodes, waarbij slechts korte impulsen met een in hoofdzaak gelijke tijdsduur worden overgebracht,en de tijds-10 verlopen tussen opeenvolgende impulsen de metingen zijn van de grootte van de betrokken parameter. Bovendien wordt een stelsel beschreven voor het verbeteren van de juistheid en de nauwkeurigheid bij het overbrengen en waarnemen van spoelingdrukimpulsen, opgewekt bij de "downhole"uitrusting, welk stelsel het bij de "downhole"uitrusting 15 opwekken omvat, evenals het overbrengen van een groep van althans drie op onderling ongelijke afstanden liggende spoelingdrukimpulsen voor elke informatiedragende enkele impuls, en het verschaffen van de juiste uitrusting op het oppervlak voor het waarnemen en vertalen van de overgebrachte impulsgroepen.Another aspect of the invention relates to improvements in pulse time codes, in which only short pulses of substantially equal duration are transmitted, and the time elapses between successive pulses are the measurements of the magnitude of the parameter concerned. In addition, a system is described for improving the accuracy and accuracy in transmitting and sensing flush pressure pulses generated in the "downhole" equipment, which system includes generating in the "downhole" equipment, as well as transmitting a group of at least three dissimilarly spaced flushing pressure pulses for each information carrying single impulse, and providing the appropriate equipment on the surface for sensing and translating the transmitted impulse groups.

20 De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: fig. IA schematisch de werking toont van een bekende langzaam werkende klep, fig. lB schematisch drukveranderingen toont, die op het 25 grondoppervlak worden waargenomen en het gevolg zijn van de werking van de in fig. IA weergegeven klep, fig. 2A schematisch de werking toont van de onderhavige snel werkzame klep, fig. 2B schematisch drukveranderingen toont, waargenomen 30 op het grondoppervlak en het gevolg van de werking van de in fig. 2A weergegeven klep, fig. 3 schematisch en in zijn algemeenheid een putboorstel-sel weergeeft, uitgerust voor het overeenkomstig bepaalde aspecten van de uitvinding gelijktijdig boren en uitvoeren van metingen, 35 fig. 4A schematisch een gedeelte toont van de putuitrusting, 800 45 99 12 -* l ï ‘ die het bijzondere onderhavige gereedschap bevat voor afstandmeting, fig. 4 schematisch een gedeelte toont van de uitrusting volgens fig. 4A, fig. 5 schematisch en gedetailleerder het electronische 5 verwerkingssamenstel toont, omvat door de onderbroken rechthoek in fig. 4A, fig. 5B schematisch een energiebron toont, die een inrichting bevat voor het laden en ontladen van een condensator voor het verschaffen van de vereiste energie voor het bedienen van de klep 10 van het bijzondere gereedschap voor afstandmeting, fig. 5C schematisch een electronische schakeling toont, die kan worden gebruikt voor het automatisch afsnijden van de energie-besturing voor de klep van het bijzondere gereedschap voor afstandmeting, 15 de fig. 5D en 5E grafieken zijn om te helpen bij het uit eenzetten van het automatisch afsnijden van de energiebesturing van de seinende klep, de fig. 6A, 6B en 6C schematisch de werking weergeven van het hydraulisch "automatisch sluiten" van de seinende klep, 20 fig. 6D de constructie toont van de in de fig. 6A, 6B en 6C weergegeven inrichting, fig. 6E schematisch een electronische "faalveilige" inrichting toont, die kan worden toegepast bij de seinende klep, fig. 7A schematisch de huisconstructie toont voor het 25 bijzondere gereedschap voor afstandmeting, fig. 7B schematisch de doorsnedegedaante toont van centreerorganen, die kunnen worden gebruikt met de constructie volgens fig. 7A, fig. 7C schematisch bijzondere verbindingsmiddelen toont, 30 die kunnen worden gebruikt voor het verbinden van de onderdelen van het huisgedeelte volgens fig. 7A, de fig. 8A-8E grafieken tonen, die drukveranderingen weergeven, zoals gemeten op het grondoppervlak en overeenkomende (v) (v) met verschillende waarden van T en van T, , a b 35 fig. 8F een nauwkeurige weergeving toont van het druksig- 800 4 5 99 13 r * * t naai, dat een klepgolfje weergeeft, zoals op het oppervlak ontvangen vanaf de diepte van 2940 meter in een in de praktijk geboorde aardolie-put.The invention is further elucidated with reference to the drawing, in which: Fig. 1A schematically shows the operation of a known slow-acting valve, Fig. 1B schematically shows pressure changes which are observed on the ground surface and which are the result of the operation of the valve shown in Figure 1A, Figure 2A schematically shows the operation of the present fast-acting valve, Figure 2B shows schematically pressure changes observed on the ground surface and the effect of the action of the valve shown in Figure 2A, Fig. 3 schematically and generally depicts a well drilling assembly equipped for simultaneously drilling and performing measurements in accordance with certain aspects of the invention, Fig. 4A schematically shows a portion of the well equipment, 800 45 99 12 - * 1 ï The particular present tool for distance measurement, Fig. 4 schematically shows part of the equipment of Fig. 4A, Fig. 5 schematically and in more detail. electronic 5 processing assembly comprised by the broken rectangle in FIG. 4A, FIG. 5B schematically shows an energy source including a device for charging and discharging a capacitor to provide the energy required to operate the valve 10 from the special distance measuring tool, Fig. 5C schematically shows an electronic circuit, which can be used to automatically cut off the power control for the valve of the special distance measuring tool, Fig. 5D and 5E are graphs to help when disabling the automatic cutting of the power control of the signaling valve, Figs. 6A, 6B and 6C schematically illustrate the operation of the hydraulic "automatic closing" of the signaling valve, Fig. 6D shows the construction of the 6A, 6B and 6C show apparatus, Fig. 6E schematically shows an electronic "fail-safe" apparatus which can be used with the signaling class ep, fig. 7A schematically shows the housing construction for the special distance measuring tool, fig. 7B schematically shows the cross-sectional shape of centering members which can be used with the construction according to fig. 7A, fig. 7C schematically shows special connecting means. are used to connect the parts of the housing part according to Fig. 7A, Fig. 8A-8E show graphs showing pressure changes, as measured on the ground surface and corresponding (v) (v) with different values of T and of T Fig. 8F shows an accurate representation of the pressure signal 800 4 5 99 13 r * * t sewing, which depicts a valve wave, as received on the surface from the depth of 2940 meters in a practice drilled petroleum product. pit.

fig. 9 schematisch een gebruikelijke bovengrondse uitrusting 5 toont, te gebruiken in samenhang met een "downhole"drukimpulsseinorgaan, welke uitrusting een gelijkmakende zeef omvat voor het opheffen van achtergrondruis wanneer deze wit is.Fig. 9 schematically shows a conventional overhead equipment 5 to be used in conjunction with a downhole pressure pulse signal device, which equipment includes a leveling screen for removing background noise when it is white.

fig. 10A drie grafieken bevat, die drie componenten weergeven van een aan de bovenkant van het boorgat waargenomen signaal, welke 10 componenten respectievelijk een informatiedragend signaal, pompruis of in het geval van een aantal in tandem toegepaste pompen, de ruis van de groeppompen, en achtergrondruis vertegenwoordigen, fig. 10B drie grafieken bevat, die respectievelijk het vertraagde informatiedragende signaal, de vertraagde pompruis en de 15 vertraagde achtergrondruis vertegenwoordigen, fig. IOC twee grafieken bevat, die respectievelijk de verschillen weergeven van de bijbehorende grafieken in de fig. 10A en 10B, fig. 10D een functie toont, die de uitgang vertegenwoor-20 digt van een digitale zeef of een orgaan voor het in wederkerige betrekking brengen, welke functie in hoofdzaak soortgelijk is aan die, welke het informatiedragende signaal weergeeft in fig. IOC, fig. 10E een functie weergeeft, soortgelijk aan die volgens fig. 10D, maar met een passend tijdsverloop in tijd vertraagt, 25 fig. 10F een functie toont, zoals die in fig. 10E, maar in tijd omgekeerd, fig. 10G het gevolg is van een vergelijking van de grafieken volgens de fig. 10D en 10F, en momenten weergeeft, die overeenkomen met impulsen, die in deze grafieken samenvallend optreden, 30 fig. 11 schematisch bepaalde werkingen toont, uitgevoerd door een digitale zeef, fig. 12 schematisch een inrichting toont voor het opslaan van een informatiedragend signaal of het opslaan van een ruissignaal, fig. 13 schematisch een gedeelte van de bovengronde uitrus-35 ting, die een correlator omvat voor het opheffen van ruis, 800 4 5 99 14 -* * i ' fig. 14 schematisch een gedeelte toont van de bovengrondse uitrusting, die een gelijkmakende zeef omvat voor het opheffen van ruis wanneer deze niet wit is, fig. 15 schematisch een gedeelte van de bovengrondse uit-5 rusting toont, die een impulsvormende zeef bevat, fig. 16 schematisch bepaalde werkingen toont, uitgevoerd door de impulsvormende zeef, fig. 17 schematisch een gedeelte toont van de bovengrondse uitrusting, die een scherpmakende zeef omvat, gebruikt voor het 10 transformeren van een dubbel golfje in een bijbehorend paar scherpe samentrekkingen, de fig. 18A—18F zes mogelijke keuzen tonen voor een samentrekkingsnaloop voor een paar samentrekkingen, zoals geproduceerd door middel van de inrichting volgens fig. 17, 15 fig. 19 schematisch een gedeelte toont van de bovengrondse uitrusting, die een samentrekkende zeef omvat, gebruikt voor het transformeren van één enkel klepgolfje in een bijbehorende enkele samentrekking, de fig. 20A—20F zes mogelijke keuzen tonen voor een samen-20 trekkingsnaloop voor één enkele samentrekking, zoals geproduceerd door middel van de inrichting volgens fig. 19, de fig. 2lA—21C schematisch bepaalde werkingen tonen, samenhangende met een samentrekkende zeef voor verschillende tijd-vertragingen, waarbij fig. 21A overeenkomt met een gewenste samentrek-25 king bij de tijdindex 0, fig. 21B met een gewenste samentrekking bij de tijdindex 1 en fig. 21C met een gewenste samentrekking bij de tijdindex 2, fig. 22 schematisch een inrichting toont voor het vaststellen van de werklngsparameter P van een samentrekkende zeef, 30 fig. 23 een grafiek is, die weergeeft op welke wijze de werking van de zeef P met samentrekkingsnaloop kan veranderen voor een zeef met een vaste tijdsduur, fig. 24 een grafiek is, die weergeeft op welke wijze de werkingsparameter P van een samentrekkende zeef kan veranderen met 35 de zeeflengte (of geheugentijdsduur) voor een vaste samentrekkings- 800 4 5 99 15 t * * ί naloop, fig. 25 grafieken bevat, die weergeven op welke wijze de werkingsparameter P van een samentrekkende zeef kunnen veranderen met dafeeeflengte en de zeefnalooptijd, 5 fig. 26A schematisch een bekend impulstijd-codeerstelsel weergeeft, fig. 26B schematisch het onderhavige impulstijd-cpdeer-stelsel weergeeft,waarbij de grootte van de parameter, die wordt overgebracht, wordt weergegeven door het tijdsverloop tussen opeen-10 volgende enkele korte impulsen met een in hoofdzaak gelijkblijvende tijdsduur,Fig. 10A contains three graphs showing three components of a signal sensed at the top of the borehole, the 10 components representing an information carrying signal, pump noise or, in the case of a number of pumps used in tandem, the noise of the group pumps, and represent background noise, Fig. 10B contains three graphs, which respectively represent the delayed information carrying signal, the delayed pump noise and the delayed background noise, Fig. 10C contains two graphs, respectively, showing the differences of the corresponding graphs in Figs. 10A and 10B FIG. 10D shows a function representing the output of a digital screen or reciprocal means, which function is substantially similar to that representing the information carrying signal in FIG. 10C, FIG. 10E depicts a function similar to that of FIG. 10D, but with an appropriate time lag in time Figure 10F shows a function like that in Figure 10E, but reversed in time, Figure 10G results from a comparison of the graphs of Figures 10D and 10F, and shows moments corresponding to impulses. , which coincide in these graphs, Fig. 11 schematically shows certain operations performed by a digital screen, Fig. 12 schematically shows a device for storing an information-carrying signal or storing a noise signal, Fig. 13 schematically a part of the overhead equipment, which includes a noise canceling correlator, 800 4 5 99 14 - * * i 'Fig. 14 schematically shows a portion of the overhead equipment, which includes a leveling noise canceling screen when it is not white, Fig. 15 schematically shows a portion of the overhead equipment containing an impulse-forming screen, Fig. 16 schematically shows certain operations performed by the impulse-forming screen, Fig. 17 schematically a portion of the overhead equipment, which includes a sharpening screen used to transform a double wavelet into an associated pair of sharp contractions, Figs. 18A-18F show six possible choices for a contraction overrun for a pair of contractions, as produced by means of the device of Fig. 17, Fig. 19 schematically shows a portion of the overhead equipment, which includes an astringent screen used to transform a single valve wave into an associated single contraction, Figs. 20A-20F six showing possible choices for a single-contraction contracting run, as produced by the apparatus of FIG. 19, FIGS. 21A-21C schematically show certain operations associated with an astringent screen for different time delays, FIG. 21A corresponds to a desired contraction at time index 0, FIG. 21B corresponds to a desired contraction at the time index 1 and FIG. 21C with a desired contraction at the time index 2, FIG. 22 schematically shows an apparatus for determining the operating parameter P of an astringent screen, FIG. 23 is a graph showing the manner in which the operation of the sieve P with contraction overrun can change for a sieve with a fixed duration, Fig. 24 is a graph showing how the operating parameter P of an astringent sieve can change by the sieve length (or memory duration) for a fixed contraction - 800 4 5 99 15 t * * ί trailing, Fig. 25 contains graphs showing how the operating parameter P of an astringent sieve can change with daffer length and the sieve follow-up time, Fig. 26A schematically shows a known pulse time coding system, Fig. 26B schematically illustrates the present pulse time coding system, the magnitude of the parameter being transferred being represented by the time lag between o peen-10 following a few short pulses with an essentially constant duration,

fig. 26C verder schematisch het stelsel volgens fig. 26BFig. 26C further schematically the system according to Fig. 26B

weergeeft, fig. 26D schematisch het impulstijd-codeerstelsel van de 15 door de fig. 26B en 26C weergegeven soort toont, waarbij "driegroeps"-impulsen worden gebruikt, fig. 27 schematisch een blokschema toont van een codever-taler, die kan worden gébruikt teneinde het een stelsel mogelijk te maken signalen te ontvangen, die in de "driegroeps"-impulstijd-code-20 vorm zijn, fig. 28A schematisch een blokschema toont van de schakeling van het keuzeorgaan volgens fig. 27, de fig. 28B, 28C, 28D en 28e grafieken zijn voor het helpen uiteenzetten en begrijpen van de werking van de schakeling 25 volgens fig. 28A, fig. 29 schematisch een blokschema toont van de "downhole" schakeling voor het opwekken van de in fig. 26D weergegeven "driegroeps"-impulsen, en fig. 30 schematisch een schema toont van de schakelingbe-30 ginselen, waarmee de onderhavige impuls-tijdcode tot stand kan worden gebracht.Fig. 26D schematically shows the pulse time coding system of the type shown in Figs. 26B and 26C using "three-group" pulses, Fig. 27 schematically shows a block diagram of a code translator which can be used in order to enable a system to receive signals which are in the "three group" pulse time code-20, FIG. 28A schematically shows a block diagram of the circuit of the selector of FIG. 27, FIG. 28B, 28C 28D and 28e are graphs to help explain and understand the operation of the circuit 25 of Fig. 28A, Fig. 29 schematically shows a block diagram of the "downhole" circuit for generating the "three-group" shown in Fig. 26D. pulses, and Fig. 30 schematically shows a diagram of the circuit principles with which the present pulse time code can be established.

Fig. 3 toont een gebruikelijk opstelschema van een stelsel, waarin de onderhavige beginselen zijn verwezenlijkt. Het verwij-zingscijfer 20 duidt een gebruikelijke aardolieputboortoren aan met 35 een draaitafel 21, een meeneemstang 22, een slang 23 en standpijp 24, 800 4 5 99 16Fig. 3 shows a conventional system layout scheme in which the present principles have been implemented. Reference numeral 20 denotes a conventional petroleum well derrick with a turntable 21, a take-up rod 22, a hose 23 and standpipe 24, 800 4 5 99 16

-> L-> L

* * een boorpi.jp 25 en zwaarstang 26. Een spoelingpomp of -ponpen 27 en grondbak 28 zijn op gebruikelijke wijze verbonden en verschaffen boorspoeling onder druk aan de standpijp. De hogedruk spoeling wordt door de boorkolom naar beneden gepompt door de boorpijp 25 en de 5 gebruikelijke zwaarstangen 26 en dan door het bijzondere gereedschap 50 voor afstandmeting en naar de boorbeitel 31. De boorbeitel 31 is voorzien van de gebruikelijke boorstraalorganen, schematisch weergegeven door 33. De diameters van de zwaarstangen 26 en van het gereedschap 50 voor afstandmeting zijn groot weergegeven en buiten 10 verhouding ten opzichte van die van de boorpijp 25 teneinde de mechanismen duidelijker te tonen. De boorspoeling circuleert naar beneden door de boorkolom, zoals is weergegeven door de pijlen, en dan naar boven door de ringruimte tussen de boorpijp en de wand van de putboring. Bij het bereiken van het oppervlak, wordt de 15 spoeling (door niet weergegeven pijpen) afgevoerd terug in de grondbak, waar boorgruis van gesteente en andere putafval kan uitzakken en verder wordt gefilterd voordat de spoeling weer wordt opgenomen en gehercirculeerd door de spoelingpomp.* a drill bit 25 and heavy rod 26. A flush pump or punch 27 and soil hopper 28 are conventionally connected and provide drilling fluid under pressure to the standpipe. The high pressure mud is pumped down the drill string through the drill pipe 25 and the usual heavy rods 26 and then through the special distance measuring tool 50 and to the drill bit 31. The drill bit 31 is provided with the usual drill jets, shown schematically by 33. The diameters of the weight rods 26 and of the distance measuring tool 50 are shown in large and out of proportion to those of the drill pipe 25 to show the mechanisms more clearly. The drilling mud circulates down through the drill string, as shown by the arrows, and then up through the annulus between the drill pipe and the well bore wall. Upon reaching the surface, the mud (through pipes not shown) is drained back into the soil bin, where rock debris and other well debris can settle and is further filtered before the mud is taken up and recirculated by the mud pump.

Tussen de beitel 33 en de zwaarstang 26 is het bijzondere 20 gereedschap 50 voor afstandmeting aangebracht. Dit bijzondere samenstel 50 voor het overbrengen van afstandmetingen bevat een huis 250, dat een klepsamenstel bevat of eenvoudig een klep 40, verder een electronisch behandelingssamenstel 96 en waameemorganen 101. De klep 40 is ontworpen voor het tijdelijk omleiden van een gedeelte van de 25 spoeling vanuit het inwendige van de zwaarstang in de ringruimte 60. Gewoonlijk (wanneer de klep 40 is gesloten) moet alle boorspoeling door de stralen 33 worden gedreven, zodat dus een aanzienlijke spoelingdruk (in de orde van 13,8 tot 20,7 MPa) aanwezig is bij de standpijp 24. Wanneer de klep 40 wordt geopend door de instructie van 30 een waarneemorgaan 101 en het electronische behandelingssamenstel 96, wordt een gedeelte van de spoeling omgeleid, de totale stromingsweer-stand tijdelijk verlaagd en kan een drukverandering worden waargenomen bij de standpijp 24. Het electronische behandelingssamenstel 96 wekt een gecodeerde reeks electrische impulsen op, welke reeks de 35 parameter vertegenwoordigt, die wordt gemeten door een gekozen 800 4 5 99 I 1 * '< 17 waarneemorgaan 101, waarbij het bijbehorende openen en sluiten van de klep 40 wordt geproduceerd met daaruit voortvloeiende bijbehorende drukimpulsen bij de standpijp 24.The special tool 50 for distance measurement is arranged between the chisel 33 and the heavy bar 26. This particular distance measurement transmission assembly 50 includes a housing 250, which includes a valve assembly or simply a valve 40, further an electronic treatment assembly 96 and sensing members 101. The valve 40 is designed to temporarily divert a portion of the flush from the interior of the heavy rod in the annulus 60. Usually (when valve 40 is closed) all drilling mud must be driven through jets 33 so that there is significant mud pressure (on the order of 13.8 to 20.7 MPa). at the standpipe 24. When the valve 40 is opened by the instruction of a sensing member 101 and the electronic treatment assembly 96, a portion of the mud is diverted, the total flow resistance is temporarily decreased, and a pressure change can be observed at the standpipe 24 The electronic treatment assembly 96 generates an encoded series of electrical pulses, which series represents the parameter gt, which is measured by a selected 800 4 5 99 I 1 * '<17 detector 101, producing the associated opening and closing of the valve 40 with consequent associated pressure pulses at the standpipe 24.

Het verwijzingsoijfer 51 duidt een drukoverdrager aan, 5 die een electrische spanning opwekt, die de drukveranderingen in de standpijp 24 vertegenwoordigt. Het signaal, dat deze drukveranderingen vertegenwoordigt, wordt door het electronische samenstel 53 behandeld, dat signalen opwekt, die kunnen worden geregistreerd op het regis-treertoestel 54 of een willekeurige andere weergeefinrichting. De 10 grafiek van het registreertoestel 54 wordt door algemeen bekende middelen (niet weergegeven) gestuurd door een stuursignaal, dat de diepte van de beitel vertegenwoordigt.Reference numeral 51 designates a pressure transducer 5 which generates an electrical voltage representing the pressure changes in the standpipe 24. The signal representing these pressure changes is processed by the electronic assembly 53, which generates signals which can be recorded on the recording device 54 or any other display device. The graph of the recorder 54 is controlled by well known means (not shown) by a control signal representing the depth of the bit.

Fig. 4A toont bepaalde details van de bijzondere afstand-metingoverbrenger 50. Omdat fig. 4A schematisch van aard is, is in een 15 werkelijk gereedschap het huis 250, dat de klep 40, het electronische behandelingssamenstel 96 en de qaarneemorganen 101 bevat, verdeeld in twee gedeelten 250a en 250 b. Het bovenste gedeelte 250a (boven de onderbroken lijn 249) bevat het klepsamenstel 40 en bijbehorende mechanismen, en heeft, zoals hierna wordt beschreven, een aanzien-20 lijk grotere diameter dan het gedeelte 250b. Het onderste gedeelte 250b (beneden de ondebroken lijn 249) bevat het electronische behande-lingssamenstel 96, de waarneemorganen 101 en bijbehorende mechanismen, en heeft, zoals hierna wordt uiteengezet, een aanzienlijk kleinere diameter dan het bovenste gedeelte 250a. Zoals is weergegeven in 25 fig. 4a circuleert de boorspoeling langs het bijzondere gereedschap 250a, 250b naar beneden (zoals is weergegeven door de pijlen 65) door het beitelmondstuk 33 en dan terug (zoals is weergegeven door de pijlen 66) naar het oppervlak in de ringruimte 60 en naar de grond-bak 28 door niet weergegeven pijpmiddelen. Het klepsamenstel 40 30 omvat een klepsteel 68 en een klepzitting 69. De klepsteel en -zitting zijn zodanig uitgevoerd, dat het dwarsdoorsnedegebied van de afsluiting A iets groter is dan het dwarsdoorsnedegebied B van de vereffe-ningszuiger 70. Wanneer dus de druk in de kamer 77 groter is dan die in de kamer 78, wordt de klepsteel 68 naar beneden gedrukt, en neigt 35 de klep 40 tot steviger‘sluiten omdat een verhoogd drukverschil wordt 800 4 5 99 18Fig. 4A shows certain details of the particular distance measurement transmitter 50. Since FIG. 4A is schematic in nature, in a real tool, the housing 250 containing the valve 40, the electronic handling assembly 96, and the sensing members 101 is divided into two sections. 250a and 250 b. The top portion 250a (above the broken line 249) contains the valve assembly 40 and associated mechanisms, and, as described below, has a significantly larger diameter than the portion 250b. The lower portion 250b (below the broken line 249) contains the electronic treatment assembly 96, the sensing members 101 and associated mechanisms, and, as explained below, has a considerably smaller diameter than the upper portion 250a. As shown in Fig. 4a, the drilling fluid circulates along the special tool 250a, 250b downward (as shown by arrows 65) through the bit nozzle 33 and then back (as shown by arrows 66) to the surface in the ring space 60 and to the bottom tray 28 by pipe means (not shown). The valve assembly 40 includes a valve stem 68 and a valve seat 69. The valve stem and seat are configured so that the cross-sectional area of the seal A is slightly larger than the cross-sectional area B of the equalizing piston 70. Thus, when the pressure in the chamber 77 is larger than that in the chamber 78, the valve stem 68 is pressed downward, and the valve 40 tends to close more securely because an increased differential pressure becomes 800 4 5 99 18

X IX I

X τ uitgeoefend.X τ exercised.

De fluïdum (spoeling)druk in de kamer 77 is te allen tijde in hoofdzaak gelijk aan de fluïdum(spoeling)druk in de zwaar-stang, aangeduid als 26 in fig. 23 en 50 in fig. 4A, op grond van de 5 opening 77a in de wand van het samenstel 250. Een fluïdumfilter 77b is aangébracht in de doorgang 77a teneinde het in de kamer 77 komen te voorkomen van vaste deeltjes en afval. Wanneer de klep 40 is gesloten, is de fluïdum(spoeling) druk in de kamer 78 gelijk aan de fluïdum(spoeling)druk in de ringruimte 60. Wanneer de klep 40 open 10 is en de pompen lopen, vindt een spoelingsstroming plaats vanuit de kamer 77 naar de kamer 78 en door de opening 81 naar de ringruimte 60 met bijbehorende drukvallen.The fluid (flush) pressure in the chamber 77 is at all times substantially equal to the fluid (flush) pressure in the heavy rod, designated 26 in FIG. 23 and 50 in FIG. 4A, due to the orifice 77a in the wall of the assembly 250. A fluid filter 77b is disposed in the passage 77a to prevent the entry into the chamber 77 of solid particles and debris. When the valve 40 is closed, the fluid (flush) pressure in the chamber 78 is equal to the fluid (flush) pressure in the annulus 60. When the valve 40 is open 10 and the pumps are running, a flush flow occurs from the chamber 77 to the chamber 78 and through the opening 81 to the annulus 60 with associated pressure drops.

Een dubbelwerkende electromagnetische solenoïde 79 is aangebracht voor het openen en sluiten van de klep 40 in aanspeking 15 op een electrische stroom, geleverd door electrische draadleidingen 90.A double acting electromagnetic solenoid 79 is provided for opening and closing the valve 40 in response 15 to an electrical current supplied by electrical wire leads 90.

Aangenomen wordt, dat Pcn de spoelingdruk aangeeft in deIt is assumed that Pcn indicates the flushing pressure in the

oUoU

ringruimte 60, P _ de druk in de kamer 77 en P de druk in de kamer / / 7 o 78. Wanneer dan de klep 40 wordt gesloten: P 0 = P . Wanneer de 20 pompen 27 lopen en de klep 40 is "gesloten" of nagenoeg gesloten en pjq' wordt de klepsteel 68 naar de klepzitting 69 gedrukt. Wanneer de klep 40 zich in de "open" toestand bevindt (dat wil zeggen naar boven bewogen in de tekening) is het gevolg daarvan een stroming van spoeling vanuit de kamer 77 naar de ringruimte 60, waarbij op 25 grond van de stromingsweerstand van de opening C (fig. 4B), het verband bestaat van P__> P—^' pm· kamers 83 en 84 zijn gevuld met 7 / ' /o 60 een olie met een zeer lage viscositeit.(bij voorkeur een viscositeit -2 2 van 5 x 10 m /s of minder) en onderling verbonden door een doorgang 86. Een vrijbeweegbare zuiger 82 doet de druk Pgg in de met olie 30 gevulde kamer 83 te allen tijde gelijk zijn aan P . Op alle momentenring space 60, P _ the pressure in the chamber 77 and P the pressure in the chamber / / 7 o 78. When the valve 40 is then closed: P 0 = P. When the pumps 27 are running and the valve 40 is "closed" or substantially closed and the valve stem 68 is pressed toward the valve seat 69. When valve 40 is in the "open" position (ie, moved upward in the drawing), the result is a flow of mud from chamber 77 to annulus 60, due to the flow resistance of the orifice C (Fig. 4B), the relationship consists of P>> P ^ pm pm kamers chambers 83 and 84 are filled with 7/6060 an oil of very low viscosity (preferably a viscosity -2 of 5 x 10 m / s or less) and interconnected by a passage 86. A freely movable piston 82 makes the pressure Pgg in the oil-filled chamber 83 equal to P at all times. At all times

/O/O

is dus P__ = PQ, = P . Wanneer derhalve de klep 40 "open" is, wordt de klep 40, omdat P^g = Pg^ en ρηη'7 pg^/ naar de "open" stand gedrukt door een kracht F = (gebied B) (P - P_.). De klep 40 kan derhalve 77 Ö4 bi-stabiel worden genoemd, dat wil zeggen dat wanneer de klep "open" 35 is deze neigt naar het "open" blijven en dat wanneer de klep is 800 4 5 99 19 r rso is P__ = PQ, = P. Therefore, when the valve 40 is "open", since P ^ g = Pg ^ and ρηη'7 pg ^ /, the valve 40 is pushed to the "open" position by a force F = (area B) (P - P_. ). The valve 40 can therefore be called 77 Ö4 bi-stable, that is, when the valve is "open" 35 it tends to remain "open" and that when the valve is 800 4 5 99 19 r r

1 I1 I

"gesloten" deze neigt tot het "gesloten" blijven. Verder neigt de klep, wanneer deze nagenoeg open is, tot het bewegen naar de open toestand, en wanneer deze nagenoeg gesloten is, tot het bewegen naar de gesloten toestand. De klep 40 kan derhalve vanuit één toestand 5 naar de andere met betrekkelijk weinig energie wordt "gewipt". De klepwerking kan het mechanisme equivalent worden geacht van de op het gebied van de electronica algemeen bekende electrische bi-stabiele wips chakelaar."closed" it tends to remain "closed". Furthermore, when the valve is substantially open, it tends to move to the open position, and when it is substantially closed, to move to the closed position. Therefore, valve 40 can be "popped" from one state to another with relatively little energy. The valve action can be considered the mechanism equivalent to the electric bi-stable rocker switch well known in the electronics field.

Fig. 4B toont de klep 40 in de open toestand, waarbij de 10 klep in fig. 4A is gesloten.Fig. 4B shows the valve 40 in the open position, the valve in FIG. 4A being closed.

Onder het weer verwijzen naar fig. 4A, duidt het verwij-zingscijfer 91 een electrische "drukschakelaar" aan, die electrisch geleidend is, wanneer p7?> P^g (pomp loopt), en electrisch niet-gelei- dend wanneer P _ = P (pompen uitgeschakeld, niet lopend). Een draad 7 / 7o 15 92, die loopt vanaf de drukschakelaar 91 naar een energiebron 93, kan derhalve de energie in en uit schakelen. Door middel van een electronische teller 94 en een electromagnetische programmaschakelaar 95 kan tevens een van de vier waameemorganen 101 werkzaam worden verbonden met het electronische behandelingssamenstel 96 door het 20 in volgorde stilzetten en laten lopen van de spoelingpompen 27 of door het stilzetten en dan doen lopen van de pompen overeenkomstig een voorafbepaalde code, die door de schakeling in het element 94 kan worden geïnterpreteerd.Referring again to FIG. 4A, reference numeral 91 designates an electrical "pressure switch" that is electrically conductive when p7?> P ^ g (pump is running), and electrically non-conductive when P_ = P (pumps stopped, not running). A wire 7/92 92, which runs from the pressure switch 91 to a power source 93, can therefore switch the energy on and off. Also, by means of an electronic counter 94 and an electromagnetic program switch 95, one of the four sensing members 101 can be operatively connected to the electronic treatment assembly 96 by stopping and running the purge pumps 27 in sequence or by stopping and then running the pumps according to a predetermined code, which can be interpreted by the circuit in element 94.

Tot nu toe is de werking beschreven van de bi-stabiele 25 klep 40 en de programmaschakelaar 95, die de gekozen electrische verbinding tot stand brengt van de verschillende waameemorganen 101 met het electronische behandelingssamenstel 96.Heretofore, the operation of the bi-stable valve 40 and the program switch 95 which establishes the selected electrical connection of the various sensing members 101 to the electronic treatment assembly 96 has been described.

Voor verdere details van het electronische behandelingssamenstel 96 wordt verwezen naar fig. 5A, waar gelijke verwijzings-30 cijfers gelijke onderdelen aanduiden als in fig. 4A.For further details of the electronic treatment assembly 96, reference is made to Figure 5A, where like reference numerals designate like parts as in Figure 4A.

Verschillende soorten waameemorganen, die electrische signalen opwekken, die een "downhole" parameter vertegenwoordigen, zijn algemeen bekend. Voorbeelden zijn gammastraalwaameemorganen, teraperatuurwaameemorganen, drukwaarneemorganen, gasgehaltewaameem-35 organen, magnetische kompassen, hellingmeters met rekstrookje, magne- 800 45 99 * i * * 20 tometers, girokompassen en vele andere. Voor het In fig. 5A weergegeven voorbeeld, is een gammastraalwaameemorgaan gekozen, zoals een ionisatiekamer of geigerteller of scintillatieteller (met passende electronische schakeling). Deze kunnen alle zijn uitgevoerd door het 5 opwekken van een gelijkstroomspanning, evenredig aan de gammastraal-flux, die door het waameemorgaan wordt onderschept.Various types of sensing devices that generate electrical signals representing a downhole parameter are well known. Examples include gamma ray sensing means, teraperature sensing means, pressure sensing means, gas content sensing means, magnetic compasses, strain gauge inclinometers, magnetic meters, giro compasses, and many others. For the example shown in Figure 5A, a gamma ray sensing means such as an ionization chamber or geiger counter or scintillation counter (with appropriate electronic circuitry) has been selected. All of these can be done by generating a direct current voltage proportional to the gamma ray flux intercepted by the sensing means.

Het ligt voor de hand, dat het schakelen van één soort waameemorgaan naar een ander, zoals tot stand gebracht door het schakelmechanisme 95 van fig. 4A, binnen het bereik van een deskundige 10 ligt (electronisch schakelen in plaats van de weergegeven mechanische schakeling verdient in de meeste gevallen de voorkeur). Duidelijkheidshalve is derhalve in fig. 5A slechts één enkel waameemorgaan 101 weergegeven. De energiebron 93 en de door spoelingdruk bedienbare schakelaar 91 van fig. 4A zijn eveneens niet weergegeven in fig. 5A.Obviously, switching from one type of sensing means to another, as accomplished by the switching mechanism 95 of FIG. 4A, is within the reach of one skilled in the art (electronic switching rather than the mechanical circuit shown is to be most cases preferred). For the sake of clarity, therefore, only one single sensing member 101 is shown in FIG. 5A. The power source 93 and the purge pressure-operated switch 91 of FIG. 4A are also not shown in FIG. 5A.

15 In fig. 5A is het waameemorgaan 101 in serie geschakeld met een A/D omzetter 101, een processor 103 en een energiebesturing 104. De energiebesturing 104 is verbonden met wikkelingen 105 en 106 van de dubbelwerkende solenoïde 79. De werking is alsvolgt. Het waameemorgaan 101 wekt een electrisch analoog uitgangssignaal op, 20 zoals vertegenwoordigt door de kromme 101a, weergegeven in de grafiek direkt boven de waameemorgaanrechthoek 101. De kromme toont de waameemorgaanuitgang als een functie van de diepte van de afstand-meter 50 iii het boorgat. De A/D omzetter zet het analoge signaal van 101 om in digitale vorm door het in volgorde meten van de grootte 25 van een groot aantal ordinaten van de kromme 101a en het vertalen van elke afzonderlijke ordinaat in een binair getal, vertegenwoordigt door een binair woord. Deze behandeling is op dit gebied algemeen bekend en behoeft geen uiteenzetting. Het is echter van belang te realiseren, dat hoewel de grafiek 101a in uren de verandering kan 30 weergeven van het signaal vanaf de overdrager, de grafiek 102a een enkele ordinaat vertegenwoordigt (bijvoorbeeld A/B van de kromme 101by. De tijdschaal van de X-as van de grafiek 102a is dus in seconde, waarbij de hele grafiek 102a een binair word van twaalf bit vertegenwoordigt, en in feite het decimale getal 2649. Elk woord 35 van 12 bit op de grafiek 102a vertegenwoordigt dus een enkele ordinaat, zoals de ordinaat AB op de grafiek 101a. Het gebruikelijke binair 8 0 0 4 5 99 t * * it 21 coderen omvat tijdrustpozen tussen elk binair woord. Na de rustpoze wordt een aanzet- of voorloopimpuls overgebracht om het begin aan te geven van het tijdsverloop, toegewezen voor het binaire woord.In Fig. 5A, the sensing member 101 is connected in series with an A / D converter 101, a processor 103 and an energy controller 104. The energy controller 104 is connected to windings 105 and 106 of the double-acting solenoid 79. The operation is as follows. The sensing means 101 generates an electrical analog output signal, as represented by the curve 101a, shown in the graph directly above the sensing means rectangle 101. The curve shows the sensing means output as a function of the depth of the distance meter 50 iii of the borehole. The A / D converter converts the analog signal of 101 into digital form by sequentially measuring the magnitude of many ordinates of the curve 101a and translating each individual ordinate into a binary number, represented by a binary word . This treatment is well known in the art and requires no explanation. It is important to realize, however, that while graph 101a can represent the change in signal from the transmitter in hours, graph 102a represents a single ordinate (eg, A / B of curve 101by. The time scale of the X- axis of graph 102a is thus in seconds, the whole graph 102a representing a twelve bit binary word, and in fact the decimal number 2649. Thus, each 12 bit word on graph 102a represents a single ordinate, such as the ordinate AB on graph 101a The usual binary 8 0 0 4 5 99 t * * it 21 encloses time delays between each binary word.After the rest time, a trigger or leading pulse is transmitted to indicate the beginning of the time course, assigned for the binary word.

Deze voorloopimpuls maakt geen deel uit van het binaire woord, maar 5 dient om aan te geven, dat een binair woord op het punt staat te beginnen. Het binaire woord wordt dan overgebracht, hetgeen een aanwijzing is van de waarde van een ordinaat op de grafiek 101a, dan een rustpoos, gevolgd door het volgende binaire woord, dat de grootte vertegenwoordigt van de volgende ordinaat, enzovoorts, volgens een 10 snelle opeenvolging. De doorlopende kromme van de grafiek 101a wordt dus vertegenwoordigd door een reeks binaire getallen of woorden, welke getallen of woorden één enkel punt of de grafiek 101a vertegenwoordigen. Het is hierbij van belang te begrijpen, dat tussen elk binair woord er altijd een rustpoos is. Deze rustpoos, (gedurende welke geen 15 signalen worden overgebracht) is veelal enkele binaire woorden lang, waarbij de rustpoos wordt gebruikt voor een belangrijk doel, dat hierna wordt beschreven. Teneinde het aan het oppervlak decoderen mogelijk te maken, moet de klok nr. 1 streng gelijk blijven (en in synchronisatie met de bijbehorende klok 212 of 309, die zich aan het 20 oppervlak bevindt), waarbij de klok een reeks op onderling gelijk gestuurde afstanden liggende impulsen opwekt op een op het gebied van de electronica algemeen bekende wijze.This leading pulse is not part of the binary word, but serves to indicate that a binary word is about to begin. The binary word is then transferred, which is an indication of the value of an ordinate on graph 101a, then a rest period, followed by the next binary word, representing the magnitude of the next ordinate, and so on, in a rapid sequence. Thus, the continuous curve of graph 101a is represented by a series of binary numbers or words, which numbers or words represent a single point or graph 101a. It is important to understand that there is always a rest between each binary word. This rest period (during which no signals are transmitted) is often several binary words long, the rest period being used for an important purpose, which is described below. In order to allow surface decoding, the clock No. 1 must remain strictly the same (and in synchronization with the associated clock 212 or 309, which is located on the surface), the clock being a series of mutually equal distances generates impulses in a manner well known in the electronics field.

De grafiek 103a vertegenwoordigt een enkel bit van het binaire woord 102a, waarbij de X-as hierbij weer totaal verschillend 25 is van de voorgaande grafieken. De tijd op de grafiek 103a is uitgedrukt in ms omdat de grafiek slechts één enkel bit vertegenwoordigt.The graph 103a represents a single bit of the binary word 102a, the X axis again being completely different from the previous graphs. The time on graph 103a is expressed in ms because the graph represents only a single bit.

Elk enkelvoudig bit wordt vertaald in twee electrische inpulsen, elk met de tijdsduur van t^ en gescheiden door een tijdsverloop t^. De grafiek 104a is een kopie van 103a, die zeer sterk is versterkt door 30 de energiebesturing 104. De electrische impuls 104b wordt gelegd aan de solenoidewikkeling 105 (hetgeen de wikkeling is voor het "open" zijn van de klep), waarbij de electrische impuls 104c wordt gelegd aan de solenoide wikkeling 106 (hetgeen de wikkeling is voor het "gesloten" zijn van de klep). De klep 40 van fig. 4A wordt zodoende 35 geopend door de inpuls 104b en gesloten door de impuls 104c, zodat de klep 40 dus in de "open" toestand blijft gedurende ongeveer de 800 4 5 99 22 * i ï r tijd t^. De tijden worden ingesteld om juist te zijn voor een passend bedienen van de solenolde wikkelingen, waarbij de tijd t is bemeten voor het openen van de klep 40 gedurende de juiste tijd-lengte. Deze beide tijden worden bepaald en geregeld door de klok 5 102.Each single bit is translated into two electrical pulses, each with the duration of t ^ and separated by a time course t ^. The graph 104a is a copy of 103a, which is very strongly amplified by the energy controller 104. The electrical impulse 104b is applied to the solenoid winding 105 (which is the winding for the valve to be "open"), with the electrical impulse 104c is applied to the solenoid winding 106 (which is the winding for the valve to be "closed"). The valve 40 of Fig. 4A is thus opened by the pulse 104b and closed by the pulse 104c, so that the valve 40 remains in the "open" position for about 800 hours. The times are set to be correct for appropriate operation of the solenoid windings, the time t being measured for opening the valve 40 for the correct length of time. Both these times are determined and controlled by the clock 5 102.

Bij het overbrengen van informatie vanaf waameemorgaan naar het grondoppervlak, worden passende tustpozen verschaft tussen het overbrengen van opeenvolgende binaire woorden. Op grond van deze rustpozen is het mogelijk om in een passend electronisch geheugen 10 bij de oppervlakteuitrusting, de ruis op te slaan, veroorzaakt door alleen het boren (zonder het golfje). De benodigde inrichtingen en handelingen voor het tot stand brengen hiervan worden hierna beschreven.When transferring information from sensing means to the ground surface, appropriate gaps are provided between transferring consecutive binary words. Due to these rest periods, it is possible to store the noise caused by drilling only (without the wavelet) in an appropriate electronic memory 10 with the surface equipment. The devices and operations required to accomplish this are described below.

Zoals reeds opgemerkt, moet de klep 40 van fig. 4A zeer 15 snel werkzaam zijn, waarbij het snel sturen daarvan een aanzienlijke energie vereist. Als gevolg van een op juiste wijze beproeven is vastgesteld, dat een dergelijke klep ongeveer 0,37 tot 0,56 kW nodig heeft voor het met de vereiste snelheid werkzaam zijn.As already noted, the valve 40 of FIG. 4A must be very fast acting, its rapid actuation requiring significant energy. As a result of proper testing, it has been found that such a valve requires about 0.37 to 0.56 kW to operate at the required speed.

Hoewel deze energie zeer aanzienlijk is, wordt deze 20 slechts zeer kortstondig aangelegd, en vereist deze derhalve slechts weinig energie per bediening.Although this energy is very considerable, it is applied only for a very short time, and therefore requires only little energy per operation.

Bij de feitelijke werking gedurende proeven bleek, dat 0,37 kW, aangelegd gedurende ongeveer 40 ms, de vereiste energie verschafte voor het produceren van een bevredigende enkelvoudige 25 klepbediening. Deze energie kan worden berekend op ongeveer 15 J.Actual operation during tests showed that 0.37 kW applied for about 40 ms provided the energy required to produce a satisfactory single valve actuation. This energy can be calculated at about 15 J.

Een batterijpak, dat voldoende klein is om te worden opgenomen in het huis 250b van fig. 7A kan ongeveer 4 MJ verschaffen zonder dat opnieuw laden of vervangen nodig is. Het stelsel kan derhalve 130.000 volledige klepbedieningen opwekken (openen plus sluiten).A battery pack sufficiently small to be received in the housing 250b of Fig. 7A can provide about 4 MJ without the need for recharging or replacement. The system can therefore generate 130,000 full valve actuations (open plus close).

30 In werkelijkheid is het energieverbruik minder dan 15 J per bediening. De inductantie, de Q en de bewegingsimpedantie van de solenolde wikkeling maken de stroomopbouw betrekkelijk traag en volgens een gekromde stijging, zoals is weergegeven in de kromme 272A van fig.30 In reality, the energy consumption is less than 15 J per operation. The inductance, Q and motion impedance of the solenoid winding make the current build relatively slow and according to a curved rise, as shown in curve 272A of FIG.

5C, en 300, 301 van fig. 6E. De totale energie per impuls is dus 35 aanzienlijk minder dan 15J, en is gemeten op 9J, waardoor dus een 800 45 99 \ 1 23 mogelijkheid wordt verschaft van 216.000 volledige klepbedieningen.5C, and 300, 301 of Figure 6E. Thus, the total energy per pulse is significantly less than 15J, and is measured at 9J, thus providing an 800 45 99 \ 1 23 capability of 216,000 full valve controls.

Een nog grotere mogelijkheid wordt bereikt door het gebruik van de hierna in samenhang met fig. 5C te beschrijven schakeling. Uit het voorgaande is het duidelijk, dat het verschaffen van de benodigde 5 "downhole"energie uit batterijen zeer goed mogelijk is voor een praktisch afstandmetinggereedschap. Het verschaffen van de benodigde zeer hoge energie (0,37 kW) geeft echter zware moeilijkheden.An even greater possibility is achieved by using the circuit described below in conjunction with Fig. 5C. From the foregoing, it is clear that providing the required "downhole" energy from batteries is quite possible for a practical distance measuring tool. However, providing the required very high energy (0.37 kW) presents serious difficulties.

Het is duidelijk, dat de oplossing van een dergelijke moeilijkheid, het opslaan omvat van energie in een mechanisme, dat 10 kan worden gedwongen deze plotseling vrij te geven (in een korte tijd) en dus de noodzakelijke korte stoten hoge energie te verschaffen. Een dergelijk mechanisme is "hamerslagwerking", dat is gebruikt maar soms onvoldoende bleek. Andere reeds beschouwde mechanismen zijn het gebruik van perslucht, persveren en andere. Condensator-15 energieopslagstelsels vereisen hoge capaciteitswaarden. De in een condensator opgeslagen energie is als de eerste macht van de capaciteit veranderlijk en als het quadraat van de opgeslagen spanning, waarbij aangezien solenoïde stuurwikkelingen nodig zijn met een lage inductantie en een snelle werking, de noodzaak voor lage span-20 ningsorganen duidelijk wordt, en een eerste berekening heeft aangetoond, dat bovenmatig grote condensatoren nodig zouden zijn.Obviously, the solution to such a difficulty involves storing energy in a mechanism which can be forced to release it suddenly (in a short time) and thus provide the necessary short bursts of high energy. One such mechanism is "hammer impact", which has been used but has sometimes proved inadequate. Other mechanisms already considered are the use of compressed air, compression springs and others. Capacitor-15 energy storage systems require high capacitance values. The energy stored in a capacitor is variable as the first power of the capacitance and as the square of the stored voltage, since since solenoid drive windings with low inductance and fast operation are needed, the need for low voltage devices becomes apparent, and a first calculation has shown that excessively large capacitors would be needed.

Na verder onderzoek is gebleken,dat een werkzaam stelsel mogelijk zou kunnen zijn. Door een mathematische analyse en door onderzoekingen en proeven is vastgesteld, dat een stel optimale 25 ketenparameters alsvolgt moet zijn: 1. Inductantie van de solenoide wikkeling: 0,1 H in de bediende stand, en 0,07 H in de niet bediende stand (dat wil zeggen een solenoide met een taps anker).After further investigation it has become apparent that an effective system could be possible. It has been determined by a mathematical analysis and by investigations and tests that a set of optimum 25 chain parameters must be as follows: 1. Inductance of the solenoid winding: 0.1 H in the actuated position, and 0.07 H in the non-actuated position ( i.e. a solenoid with a tapered anchor).

30 2. Weerstand van de solenoide wikkeling: 4,5 Ω.30 2. Resistance of the solenoid winding: 4.5 Ω.

3. Spanning waaronder energie is opgeslagen: 50 V.3. Voltage under which energy is stored: 50 V.

4. Grootte van de opslagcondensator: 10 F.4. Size of the storage capacitor: 10 F.

5. Stroomvermogen van de energiebesturing: 10 Amp.5. Power output of the energy controller: 10 Amp.

Vastgesteld is dat voor het hebben van een snelle sole- 35 noide werking, wikkelingen met een lage inductantie gewenst zijn.It has been determined that to have a fast solenoid operation, low inductance windings are desirable.

800 4 5 99 * i t * 24800 4 5 99 * i t * 24

Ook is vastgesteld, dat stroomvermogens van electronische stuurketens tot ver voorbij 10 Amp kunnen worden vergroot·. Een lage spanning vereist echter bovenmatig grote capaciteitswaarden.It has also been determined that current powers of electronic control circuits can be increased far beyond 10 Amps. However, a low voltage requires excessively large capacitance values.

Recente verbeteringen in zogenoemde gesmolten zoutbatte-5 rijen hebben energiebronnen geproduceerd met een zeer goede gedrongenheid. Dezelfde recente technologie heeft eveneens condensatoren ontwikkeld met buitengewoon hoge waarden, 10 F in een ruimte van niet meer dan 15,6 cnf*. Deze zijn onaanvaardbaar op grond van het vereiste verwamen tot een hoge temperatuur (500°C) hetgeen onpraktisch wordt 10 geacht, waarbij de kosten veel te hoog zijn. Dientengevolge waren nog verdere inspanningen nodig. Na een grondig en langdurig onderzoek werd tenslotte gevonden, dat een condensator met een stuk tanta-lium, vervaardigd overeenkomstig de laatste ontwikkelingen, voldoet aan de voorschriften indien de andere parameters en factoren, zoals 15 hiervoor geschetst, tot een optimum worden gebracht voor aanpassing aan de eigenschappen van dergelijke condensatoren.Recent improvements in so-called molten salt batts have produced energy sources with very good squat. The same recent technology has also developed capacitors with extraordinarily high values, 10 F in a space of no more than 15.6 cnf *. These are unacceptable due to the requirement to heat to a high temperature (500 ° C) which is considered impractical, the costs being far too high. As a result, further efforts were needed. After a thorough and lengthy investigation, it was finally found that a capacitor with a piece of tantalum, manufactured according to the latest developments, meets the requirements if the other parameters and factors, as outlined above, are brought to an optimum for adaptation to the properties of such capacitors.

Uit het voorgaande is het duidelijk, dat althans 216.000 volledige klepbedieningen kunnen worden gerealiseerd van één batterij-lading. Aannemende, dat het afstandmeetstelsel voldoende doorlopende 20 gegevens kan verschaffen door het overbrengen van 5 impulsen per minuut, kan het stelsel doorlopeid in een boorgat werkzaam zijn gedurende een tijdvak van 440 uur. Opgemerkt moet echter worden, dat een doorlopende werking veelal niet nodig is. Het gereedschap kan alleen met tussenpozen worden gebruikt bij instructie door de schakeling, 25 geregeld door de schakelaar 91 en de elementen 94 en 95 van fig. 4A.From the foregoing, it is clear that at least 216,000 full valve operations can be realized from one battery charge. Assuming that the distance measuring system can provide sufficient continuous data by transmitting 5 pulses per minute, the system can operate continuously in a borehole for a period of 440 hours. It should be noted, however, that continuous operation is often not necessary. The tool can only be used intermittently when instructed by the circuit, controlled by the switch 91 and elements 94 and 95 of Fig. 4A.

Wanneer verder, zoals hierna wordt uiteengezet voordeel wordt genomen van de verbeterde schakeling van fig. 5C, kan een nog groter aantal klepbedieningen worden bereikt. Een bediening met een snelheid van één impuls per seconde wordt praktisch geacht.Furthermore, when taking advantage of the improved circuitry of Fig. 5C as explained below, an even greater number of valve actuations can be achieved. An operation with a speed of one pulse per second is considered practical.

30 Er is een andere te bepalen parameter: het op juiste wijze weer laden van de condensator na het ontladen. De condensator kan worden geladen door een weerstand, verbonden met de batterij (of een andere energiebron), maar dit blijkt soms te traag omdat wanneer de condensator gedeeltelijk geladen raakt, de stroom door de weerstand 35 afneemt, waarbij de laadstroom aan het einde van de laadkringloop, 80 0 4 5 9930 There is another parameter to be determined: the correct charging of the capacitor after discharge. The capacitor can be charged by a resistor connected to the battery (or other energy source), but this sometimes proves too slow because when the capacitor becomes partially charged, the current through the resistor 35 decreases, with the charging current at the end of the loading cycle, 80 0 4 5 99

Jt * * i 25 nul nadert. Indien de ohmse klep van de weerstand klein wordt gemaakt, moeten de batterijen een bovenmatige momentele stroom dragen, omdat de eerste stroomstoot gedurende de laadkringloop, de waarde overschrijdt voor een maximum batterijlevensduur. De beste werkwijze 5 bestaat uit het laden van de condensator door een orgaan met een gelijkblijvende stroom. De condensator wordt dan bij een optimale laadstroom geladen, overeenkomende met de optimale ontlaadstroom voor de bepaalde soort batterij voor een maximum energieopslag.Jt * * i 25 zero approaches. If the resistive ohmic valve is made small, the batteries must carry an excessive instantaneous current, because the first current surge during the charging cycle exceeds the value for maximum battery life. The best method 5 consists of charging the capacitor through an organ with a constant current. The capacitor is then charged at an optimum charging current, corresponding to the optimum discharge current for the particular type of battery for maximum energy storage.

Bij het op juiste wijze vaststellen van de laadstroom, kan een aan-10 zienlijke vergroting (soms een factor 2 of 3) van de hoeveelheid energie, die beschikbaar is van een bepaalde batterijsoort, worden bereikt. Organen met een gelijkblijvende stroom zijn algemeen bekende en gemakkelijk beschikbare elctronische, geïntegreerde ketens, en zijn beschikbaar voor een wijd bereik van stroomwaarden.By correctly determining the charging current, a significant increase (sometimes a factor of 2 or 3) in the amount of energy available from a particular battery type can be achieved. Steady current organs are well known and readily available electronic integrated circuits, and are available for a wide range of current values.

15 Fog. 5 toont schematisch een energiebron, die kan zijn opgenomen in de energiebesturing 104 van fig. 4A, welke een inrichting bevat voor het laden en ontladen van de condensator voor het verschaffen van de vereiste energie voor de wikkelingen van de solenolden 79. In fig. 5B duidt 450 een batterij of turbogenerator 20 aan of een andere bron met een electrische gelijkstroompotentiaal, 451 het orgaan met de gelijkblijvende stroom en 452 de condensator.15 Fog. 5 schematically shows an energy source, which may be included in the energy controller 104 of FIG. 4A, which includes a capacitor charging and discharging device for providing the required energy for the windings of the solenoids 79. In FIG. 5B 450 designates a battery or turbo generator 20 or other source with a DC electric potential, 451 the constant current means and 452 the capacitor.

De condensator wordt geladen door het orgaan 451 met de gelijkblijvende stroom en ontladen via de leiding 453. De leiding 454 verschaft de regelmatige, gelijkblijvende energie, nodig voor de rest van de 25 electronische "downhole" uitrusting.The capacitor is charged by constant current member 451 and discharged through line 453. Line 454 provides the regular, constant energy required for the rest of the electronic downhole equipment.

Ook wordt een inrichting verschaft, die werkzaam is in het geval van een foute werking, die kan optreden wanneer de klep in een open stand gedurende een lange tijdsduur "vastzit". Een inrichting voor het automatisch sluiten van de klep in het geval 30 van een dergelijke foute werking (aangeduid door het verwijzings-cijfer 269 in fig. 4A) is schematisch weergegeven in samenhang met de fig. 6A, 6B en 6C.Also provided is a device operative in the event of a malfunction which can occur when the valve is "stuck" in an open position for a long period of time. A device for automatically closing the valve in the event of such an erroneous operation (indicated by reference numeral 269 in Fig. 4A) is shown schematically in conjunction with Figs. 6A, 6B and 6C.

Zoals reeds eerder in de beschrijving is opgemerkt, is de klep ontworpen om een hydraulische arreteer-of bi-stabiele werking 35 te hebben, dat wil zeggen na het openen daarvan door een impuls vanaf 800 45 99 I 1 t * 26 de solenoide wikkeling 105, neigt de klep tot het openblijven, en later bij het gesloten zijn door een impuls vanaf de solenoide wikkeling 106, neigt de klep tot het gesloten blijven. Het is mogelijk, dat als gevolg van een electrische of mechanische foute werking, 5 de klep in de open stand blijft "klemmen". Op te merken is, dat indien een dergelijke foute werking plaatsvindt, het boren verder kan gaan. Enige slijtage zal plaatsvinden bij de opening 81 van fig. 4A.De verstoring van de hydraulica van het speolingstelsel door het gedurende lange tijdsduren open hebben van de klep, is echter 10 niet gewenst, waarbij hoewel het boren kan doorgaan, het zeer voordelig is de klep gedurende het merendeel van de tijd gesloten te hébben en alleen geopend te hebben voor het produceren van de korte impulsen, nodig voor het opwekken van de hydraulische schokgolf.As noted earlier in the description, the valve is designed to have a hydraulic detent or bi-stable action 35, that is, after opening it by an impulse from 800 45 99 I 1 t * 26 the solenoid winding 105 , the valve tends to remain open, and later when closed by an impulse from the solenoid winding 106, the valve tends to remain closed. It is possible that, due to an electrical or mechanical malfunction, the valve will "jam" in the open position. It is to be noted that if such an incorrect operation takes place, drilling can continue. Some wear will occur at the opening 81 of Fig. 4A. However, disturbing the hydraulics of the spool system by having the valve open for long periods of time is not desirable, although although drilling can continue, it is very advantageous to Have the valve closed for most of the time and have it open only to produce the short pulses needed to generate the hydraulic shock wave.

In de schematische fig. 6A, 6B en 6C wordt de stang 100 15 gebruikt voor het gesloten drukken van de klep door het uitoefenen van een kracht naar beneden op de stang 80 van fig. 4B (de as van het solenoide anker).In the schematic Figs. 6A, 6B and 6C, the rod 100 is used to press the valve closed by applying a force downward on the rod 80 of Fig. 4B (the axis of the solenoid armature).

Onder het thans verwijzen naar de fig. 6A, 6B, 6C en 6D, is het bovenste einde van het mechanisme blootgesteld aan "boorpijp-20 spoeling", dat wil zeggen speoling onder de hydrostatische druk plus het drukverschil over de beitel, dat wil zeggen het drukverschil tussen het inwendige van het gereedschap 50 en de ringruimte 60. Wanneer de ponpen niet werken, is de druk bij het gebied 111 alleen hydrostatisch, waarbij wanneer de ponpen werken, de druk hydrostatisch 25 is plus drukverschil. Omdat het drukverschil in de orde van 6,9 tot 13,8 MPa is,vindt een grote drukverandering plaats bij het gebied 111 wanneer de ponpen worden aangezet (dat wil zeggen een verhoging van 6.9 tot 13,8 MPa). Wanneer in fig. 6A de pompen niet werken, bevinden de gebieden 112, 113 zich op ringruimtedruk omdat de buis 114 is ver- 30 bonden met de kamer 84, die olie bevat onder ringruimtedruk (zie fig. 4A) en omdat de opening 115 de gebieden 112 en 113 verbindt.Referring now to Figures 6A, 6B, 6C, and 6D, the upper end of the mechanism is exposed to "drill pipe mud", that is, spooling under the hydrostatic pressure plus the differential pressure across the bit, i.e. the pressure difference between the interior of the tool 50 and the annulus 60. When the punches are not operating, the pressure at the region 111 is hydrostatic only, where when the punches are operating, the pressure is hydrostatic plus differential pressure. Since the pressure differential is on the order of 6.9 to 13.8 MPa, a large pressure change occurs at the region 111 when the punches are turned on (i.e., an increase from 6.9 to 13.8 MPa). In Fig. 6A, when the pumps are not operating, the regions 112, 113 are on ring space pressure because the tube 114 is connected to the chamber 84, which contains oil under ring space pressure (see Fig. 4A) and because the opening 115 is areas 112 and 113.

Thans wordt aangenomen dat de pompen worden aangezet. De druk in het gebied 111 neemt dan aanzienlijk toe (dat wil zeggen met 6.9 tot 13,8 MPa), de zuiger 116 wordt naar beneden gedrukt,waardoor 35 de veer 107 wordt samengedrukt (niet weergegeven in fig. 6B), en de 800 4 5 99 I » 27 olie onder hoge druk in het gebied 112 drukt de zuiger 108 naar beneden en drukt de veer 110 samen (niet weergegeven). Wanneer dus de pompen worden aangezet, veranderen de onderdelen van fig, 6A naar de opstelling van fig. 6B, waarbij beide zuigers 116 en 108 zich 5 in de neerwaartse stand bevinden, en de stang 100 naar beneden is uitgedrukt, zoals is weergegeven.It is now believed that the pumps are turned on. The pressure in the region 111 then increases significantly (ie, from 6.9 to 13.8 MPa), the piston 116 is pushed down, compressing the spring 107 (not shown in Fig. 6B), and the 800 High pressure oil in region 112 presses piston 108 down and compresses spring 110 (not shown). Thus, when the pumps are turned on, the components of FIG. 6A change to the arrangement of FIG. 6B, with both pistons 116 and 108 being in the down position, and the rod 100 being depressed as shown.

Op grond van de opening 115 en de werking van de veer 110, wordt dan de zuiger 68 naar boven gedrukt met een snelheid, bepaald door de afmeting van de opening 115, de veerconstante van de veer 10 110 en de viscositeit van de olie in de gebieden 112,113. Deze snel heid kan gemakkelijk worden geregeld en gelijk gemaakt aan een willekeurige gewenste waarde, zoals bijvoorbeeld een zodanige snelheid, dat de zuiger 108 naar de oorspronkelijke opwaartse plaats daarvan in ongeveer 1 minuut terugkeert. Derhalve neemt na één minuut, de inrich-15 ting de opstelling van fig. 6C aan. Wanneer de pomp is stilgezet, doen om dezelfde redenen de werking van de veer 107 en de opening 115 de zuiger 116 terugstijgen naar de oorspronkelijke toestand van fig. 6A.Due to the opening 115 and the action of the spring 110, the piston 68 is then pushed upward at a speed determined by the size of the opening 115, the spring constant of the spring 110, and the viscosity of the oil in the areas 112,113. This speed can be easily controlled and made equal to any desired value, such as, for example, such a speed that the piston 108 returns to its original up position in about 1 minute. Therefore, after one minute, the device assumes the arrangement of Figure 6C. When the pump is stopped, for the same reasons, the operation of the spring 107 and the opening 115 causes the piston 116 to return to the original state of Fig. 6A.

Het is derhalve duidelijk, dat telkens wanneer de spoeling-pomp wordt aangezet, de stang 100 naar beneden beweegt over de afstand 20 d, zoals is weergegeven in fig. 6B, en dan terugkeert naar de gebruikelijke ingetrokken stand. Omdat bij het gebruikelijke boren de pomp wordt stilgezet telkens wanneer een boorpijp (gewoonlijk 9 meter lang) wordt toegevoegd, maakt de stang 100 één enkele neerwaartse uitslag en keert dan terug naar de oorspronkelijke opwaartse stand.It is therefore understood that each time the rinse pump is turned on, the rod 100 moves down the distance 20d, as shown in Fig. 6B, and then returns to the usual retracted position. Since in conventional drilling the pump is stopped every time a drill pipe (usually 9 meters long) is added, the rod 100 makes a single downward stroke and then returns to the original upward position.

25 Zoals reeds opgemerkt, is de stang 100 zodanig aange bracht, dat wanneer hij naar beneden is uitgedrukt, hij de solenoïde ankeras 80 van fig. 4A naar beneden drukt en de klep sluit. Het orgaan van fig. 6A, 6B, 6C en 6D is dus een "veiligheids"orgaan, dat wil zeggen dat indien de klep blijft steken in de open stand als 30 gevolg van een electrische of mechanische foute werking, de klep gedwongen wordt gesloten na een maximum van 9 meter boren.As already noted, the rod 100 is mounted so that when it is downwardly depressed it depresses the solenoid armature shaft 80 of FIG. 4A and closes the valve. Thus, the member of FIGS. 6A, 6B, 6C, and 6D is a "safety" member, that is, if the valve gets stuck in the open position due to an electrical or mechanical malfunction, the valve is forced to close after drill a maximum of 9 meters.

Pig. 6D toont de constructie van het orgaan, dat schematisch is weergegeven in de fig. 6A, 6B en 6C. In het feitelijke gereedschap, wordt het in fig. 6D weergegeven orgaan aangebracht op de 35 plaats 269 van fig. 4A. Soortgelijke verwijzingscijfers in fig. 6DPig. 6D shows the construction of the member schematically shown in FIGS. 6A, 6B and 6C. In the actual tool, the member shown in Fig. 6D is placed in position 269 of Fig. 4A. Similar reference numerals in Fig. 6D

800 4 5 99 28 t t l 1 vertegenwoordigen soortgelijke elementen in de fig. 6A, 6B, 6C en 4A.800 4 5 99 28 t t 1 1 represent similar elements in Figs. 6A, 6B, 6C and 4A.

Het in samenhang met de fig. 6A, 6B, 6C en 6D beschreven, hydraulische "automatisch sluitende" stelsel sluit de klep automatisch telkens wanneer de spoelingpompen worden stilgezet en weer aangezet, 5 zodat dus een mechanisch vastzitten van de klep kan worden opgeheven. Er is echter een geval, dat verdere aandacht behoeft. Indien de electrische "sluit"schakeling 103, 109 van fig. 5A om een of andere reden zou falen (bijvoorbeeld een doorgebrande solenoïde wikkeling), zou de klep electrisch weer openen korte tijd nadat het hydraulische 10 "automatisch sluitende"orgaan de klep had gesloten.The hydraulic "auto-closing" system described in conjunction with FIGS. 6A, 6B, 6C, and 6D automatically closes the valve every time the purge pumps are stopped and turned on again, so that a mechanical jamming of the valve can thus be eliminated. However, there is a case that needs further attention. If the electrical "close" circuit 103, 109 of FIG. 5A failed for some reason (eg, a burned out solenoid winding), the valve would reopen electrically shortly after the hydraulic "auto-close" member closed the valve .

Fig. 6E toont een electrisch stelsel, dat de bediening van de klep voorkomt in het geval van een electrisch falen in de "downhole" inrichting. duidt de wikkeling aan van de solenoïde, die de klep "sluit", en de wikkeling van de solenoïde, die de 15 klep "opent". De weerstand R^ is in serie geschakeld met het gedeelte van de solenoïde besturing 104, welk gedeelte de "open" solenoïde wikkeling S2 bediend. Deze weerstanden hebben een zeer lage ohmse waarde (ongeveer 0,05 tot 0,2 Ω). Hte is duidelijk, dat de werking van het gedetailleerd met betrekking tot fig. 5A beschreven stelsel 20 als volgt is. De electrische "open" stroomimpuls wordt eerst opgewekt en is schematisch weergegeven in fig. 6E als de impuls 300, waarbij de electrische "sluit" stroomimpuls later wordt opgewekt (na een tijd t ) en schematisch is weergegeven als 301 in fig. 6E. Opgemerkt moet worden, dat deze electrische impulsen 300 en 301 de 25 stroom vertegenwoordigen, die wordt getrokken door de solenoïdewikke-lingen en niet de aangelegde spanning (de weerstanden Rj en Ej wekken spanningvallen R^i^ en waarkij i^/ i2 de stromen aanduiden door de betrokken solenoïdewikkelingen), zodat dus indien een van de wikkeleingen S en S is doorgebrand of opengeschakeld, geen stroom 1 2 30 loopt en geen bijbehorende inpuls wordt geproduceerd ( op soortgelijke wijze maakt een willekeurige andere electrische fout dat geen stroom door een of beide weerstanden R^, R2 gaat).Fig. 6E shows an electrical system that prevents valve operation in the event of an electrical failure in the downhole device. indicates the winding of the solenoid "closing" the valve, and the winding of the solenoid "opening" the valve. The resistor Rc is connected in series with the portion of the solenoid controller 104, which portion operates the "open" solenoid winding S2. These resistors have a very low ohmic value (about 0.05 to 0.2 Ω). It is clear that the operation of the system 20 described in detail with respect to Fig. 5A is as follows. The electrical "open" current pulse is generated first and is schematically shown in FIG. 6E as the pulse 300, the electrical "closed" current pulse being generated later (after a time t) and schematically shown as 301 in FIG. 6E. It should be noted that these electrical pulses 300 and 301 represent the current drawn by the solenoid windings and not the applied voltage (the resistors Rj and Ej generate voltage drops Rl and where the currents indicate due to the solenoid windings involved), so that if one of the winding lines S and S is burned out or opened, no current 1 2 30 is running and no associated pulse is produced (similarly, any other electrical error makes no current through one or both resistors R1, R2 goes).

De grootte van de tijd t^ van fig. 6E en de lengte van de tijd t is in samenhang met fig. 5A reeds uiteengezet en bepaald.The magnitude of the time t ^ of Fig. 6E and the length of the time t has already been explained and determined in connection with Fig. 5A.

35 · De vertraging van het vertragingselement 302 is gelijk 800 4 5 99 4 ' Ί 29 aan t^. Het blok 302 produceert aan de uitgang daarvan met andere woorden een impuls, gelijk aan de ingangsimpuls maar vertraagd met de tijd t . Dergelijke vertragingsstelsels zijn algemeen bekend en behoeven thans geen beschrijving.The delay of the delay element 302 is equal to 800 4 5 99 4 'Ί 29 to t ^. In other words, the block 302 produces an impulse at its output, equal to the input impulse but delayed with time t. Such delay systems are well known and need no description at present.

5 Omdat de vertraging van het element 302 gelijk is aan ty, is de impuls, zoals is weergegeven door 303, in tijd samenvallend met de inpuls 301.Since the delay of the element 302 is equal to ty, the pulse, as represented by 303, is time coincident with the pulse 301.

304 is een het samenvallen tegengaande keten (ook bekend als een OP-poort) en produceert aan zijn uitgang 305 alleen een 10 electrisch signaal, wanneer een van de impulsen 301, 303 daarop is gedrukt, maar produceert geen uitgang wanneer beide impulsen 301 en 303 aanwezig zijn. 306 is een relais, bediend door het signaal op de leiding 305, en uitgevoerd voor het verbreken van de verbinding van de energie naar het "downhole"gereedschap. Indien dus alleen een 15 "sluit"impuls aanwezig is (zonder de "open" impuls) of indien alleen een "open" impuls aanwezig (zonder de "sluit" impuls) wordt de energie naar de "downhole" energiebesturing uitgeschakeldfen de klep mechanisch gesloten door het in samenhang met fig. 6D beschreven "automatisch sluitende" hydraulische stelsels.304 is a coincident circuit (also known as an OP gate) and produces an electrical signal at its output 305 only when one of pulses 301, 303 is pressed thereon, but produces no output when both pulses 301 and 303 present. 306 is a relay operated by the signal on line 305 and configured to disconnect the energy from the downhole tool. So if only a "close" impulse is present (without the "open" impulse) or if only an "open" impulse is present (without the "close" impulse), the energy is switched off to the "downhole" control and the valve is closed mechanically by the "automatically closing" hydraulic systems described in conjunction with FIG. 6D.

20 Als een andere uitvoering in fig. 6E, kan het relais 306 (dat natuurlijk een electronische schakelaar kan zijn, die transis-toren omvat), zijn uitgevoerd voor het uitschakelen van de energie naar alleen de schakeling voor de "openende" solenoide. Dit heeft bepaalde voordelen, omdat de "sluitende'? schakeling verder werkzaam 25 blijft, en een van de doeleinden het verzekeren is van het"sluiten" van de klep. Verder kan een electronische teller 314 zijn aangebracht tussen de OF-keten en de relaisketen 306, zodat een enkele electri-sche foute werking de energie niet uitschakelt. De enargie wordt dan alleen uitgeschakeld na bijvoorbeeld 2,4 of 8 opeenvolgende foute 30 werkingen.As another embodiment in Fig. 6E, relay 306 (which may, of course, be an electronic switch comprising transistors), may be configured to turn off the power to only the "opening" solenoid circuit. This has certain advantages because the "closing" circuit continues to operate, and one of the purposes is to ensure the "closing" of the valve. Furthermore, an electronic counter 314 may be provided between the OR circuit and the relay circuit 306, so that a single electrical fault operation does not turn off the energy, the enargy is then only turned off after, for example, 2.4 or 8 consecutive false operations.

Zoals reeds is opgemerkt, is een zeer snelle werking van de klep 40 van fig. 4A belangrijk. De vereiste schokgolf wordt niet geproduceerd indien de klepwerking traag is. Omdat de klep en zijn aandrijfmechanisme een aanzienlijke massa bevatten, is een aanzienlij-35 ke hoeveelheid energie nodig voor het openen en sluiten van de klep 800 45 99 30 1 1 X * in de tijd, die wenselijk wordt geacht. Deze energie is in de orde van 0,37 tot 0,56 kW en kan worden verschaft door een energiebron, die hiervoor is beschreven. Zoals bij alle ontwerpen van deze aard, is een energiemarge nodig om zeker te zijn, dat de klep bij instruc-5 tie altijd opent en sluit. De verschillende electronische "logische ketens" en "energiébesturingsketens", weergegeven in fig. 5A, zijn ontworpen voor het verschaffen van rechthoekige spanningsimpulsen 104b en 104c , die een tijdsduur hebben van ongeveer 40 tot 50 ms om te verzekeren, dat de solenoide wikkelingen 105 en 106 gedurende een 10 voldoende lange tijd worden bekrachtigd voor het verzekeren van de bediening van de klep. Fig. 5E toont de spanningsimpuls 104b van fig. 5A gedetailleerder. Op het moment 0 wordt de spanning plotseling aangelegd door de energiebesturing 104, welke spanning vrijwel ogenblikkelijk stijgt tot de waarde, weergegeven door het verwijzings-15 cijfer 270, op deze spanningswaarde gedurende 50ms blijft, en dan wordt uitgeschakeld en valt (weer vrijwel ogenblikkelijk) naar de waarde nul. Het is zeer informatief de beweging van de klep te bestuderen door het doen van metingen aan de electrische stroom in de solenoide stuurwikkeling, en het maken van een grafiek (zie fig. 5D). 20 üit een dergelijke grafiek kan het gedrag van de klep quantitatief worden bestudeerd. Fig. 5D toont een dergelijke grafiek in de vorm van een oscillogram van de stroom tegen de tijd. Deze stroom wordt bijvoorbeeld gemeten door de spanning over de weerstand of R2 van fig. 6Ξ.As already noted, very fast operation of the valve 40 of Figure 4A is important. The required shock wave is not produced if the valve action is slow. Since the valve and its actuating mechanism contain a substantial mass, a considerable amount of energy is required to open and close the valve 800 45 99 30 1 1 X * in time which is considered desirable. This energy is on the order of 0.37 to 0.56 kW and can be provided by an energy source described above. As with all designs of this nature, an energy margin is required to ensure that the valve always opens and closes on instruction. The various electronic "logic circuits" and "power control circuits" shown in FIG. 5A are designed to provide rectangular voltage pulses 104b and 104c, which have a duration of about 40 to 50 ms to ensure that the solenoid windings 105 and 106 are energized for a sufficiently long time to ensure operation of the valve. Fig. 5E shows the voltage pulse 104b of FIG. 5A in more detail. At the instant 0, the voltage is applied suddenly by the power controller 104, which voltage rises almost instantaneously to the value, represented by the reference numeral 270, remains at this voltage value for 50ms, and then turns off and falls (again almost instantaneously) to the value zero. It is very informative to study the movement of the valve by taking measurements of the electrical current in the solenoid control winding and making a graph (see fig. 5D). From such a graph, the behavior of the valve can be studied quantitatively. Fig. 5D shows such a graph in the form of an oscillogram of the current versus time. This current is measured, for example, by the voltage across the resistor or R2 of Figure 6Ξ.

25 Het is van belang te begrijpen, dat het de stroom door de solenoide wikkeling is, die de kracht bepaald op de klepsteel 68 van fig. 4A, omdat ampere-wikkelingen de electromagnetische trek bepalen. Omdat de wikkelingen van de solenoide inductantie hebben, wordt de stroom niet ogenblikkelijk opgebouwd wanneer een plotselinge 30 spanning wordt aangelegd, zoals in fig. 5E. Indien de solenoide zou bestaan uit een eenvoudige smoorspoel, zou de stroom worden opgebouwd overeenkomstig de eenvoudige exponentiële kromme 271 van fig. 5D, zoals is weergegeven door de onderbroken kromme. In werkelijkheid vindt iets totaal anders plaats. Wanneer de klep wordt bediend, 35 (geopend of gesloten) vindt er een plotselinge beweging plaats van 80 0 4 5 99 1 ► * "l 31 het anker van de solenoide 79 van fig. 4B, waarbij een tegen-electro-motorische kracht wordt ontwikkeld. Deze tegen-electromotorische kracht wordt veroorzaakt door de snelheid van het anker, dat snel de induc-tantie van de betrokken wikkeling van de solenoide 79 veranderd 5 (vergroot). In fig. 5D toont 271 de benaderde stroom tegen tijdkrom-me in de solenoide wikkeling wanneer het anker van de solenoide 79 en de klepsteel 68 in de "open" of "gesloten" toestand zijn "geblokkeerd".It is important to understand that it is the current through the solenoid winding that determines the force on the valve stem 68 of FIG. 4A because ampere windings determine the electromagnetic draft. Since the windings have the solenoid inductance, the current is not built up instantaneously when a sudden voltage is applied, as in Fig. 5E. If the solenoid were a simple choke, the current would be built up according to the simple exponential curve 271 of FIG. 5D, as shown by the broken curve. In reality, something completely different takes place. When the valve is actuated, 35 (open or closed), a sudden movement of 80 0 4 5 99 1 ► * "l 31 the armature of the solenoid 79 of FIG. 4B takes place, turning a counter-electro-motor force This counter-electromotive force is caused by the speed of the armature, which rapidly changes (increases) the inductance of the involved winding of the solenoid 79. In Fig. 5D, 271 shows the approximate current against time curve. the solenoid winding when the armature of the solenoid 79 and valve stem 68 are "blocked" in the "open" or "closed" state.

De getrokken kromme272 in fig. 5D toont het feitelijk op-10 bouwen van stroom wanneer de klep niet is geblokkeerd, dat wil zeggen in de feitelijke werktoestand (openend of sluitend). De krommen 272 voor het openen en sluiten lijken veel op elkaar. Te zien is, dat de krommen 272 na het aanleggen van de spanning geleidelijk stijgt (omdat de betrokken solenoide wikkeling 105, 106 inductantie heeft) totdat 15 deze bij het weergegeven voorbeeld de waarde bereikt van 4 Amp op het moment T, hetgeen 20 ms is. Dan vindt er een plotselinge val van de stroom plaats, die de onderste waarde van 2,2 Amp bereikt op het moment , hetgeen 25 ms is. Na de T^ = 25 ms, neemt de stroom weer toe overeenkomstig de gebruikelijke "exponentiëel" totdat de stroom 20 asymphtotisch de waarde bereikt van ongeveer 10 Amp op het moment van ongeveer 60 ms (deze waarde wordt bepaald door de weerstand van de solenoide wikkeling, die bij het gegeven voorbeeld ongeveer 4,7 Ω is).The drawn curve 272 in Fig. 5D shows the actual build-up of current when the valve is not blocked, that is, in the actual operating state (opening or closing). The opening and closing curves 272 are very similar. It can be seen that the curves 272 gradually rise after application of the voltage (because the solenoid winding 105, 106 has inductance) until it reaches the value of 4 Amp at the instant T in the example shown, which is 20 ms. . Then there is a sudden drop in the current, reaching the lower value of 2.2 Amp at the time, which is 25 ms. After the T ^ = 25 ms, the current increases again according to the usual "exponential" until the current 20 asymphototically reaches the value of about 10 Amp at the time of about 60 ms (this value is determined by the resistance of the solenoid winding , which in the example given is about 4.7 Ω).

Uit een bestudering van de kromme 272 in fig. 5D wordt 25 duidelijk, dat de klep 40 begint te openen of te sluiten op het moment Tq = 20 ms en de beweging voltooid op het moment = 25 ms.An examination of the curve 272 in Figure 5D shows that the valve 40 begins to open or close at the time Tq = 20 ms and the movement completed at the time = 25 ms.

Zoals reeds opgemerkt, vindt een vrijwel gelijke toestand plaats gedurende het "openen" of het "sluiten" van de klep, waarbij de kromme 272 aangeeft, dat op het moment T^ = 20 ms, de klep zijn 30 beweging begint, en op het moment = 25 ms, de beweging is voltooid.As already noted, a substantially similar condition occurs during the "opening" or "closing" of the valve, the curve 272 indicating that at the instant T ^ = 20 ms, the valve starts its movement, and at the moment = 25 ms, the movement is completed.

Het is van belang op te merken, dat het moment = 25 ms in fig. 5D is gegeven als een gebrukkelijk voorbeeld, waarbij van een aantal factoren afhankelijk is. Bij grote drukverschillen is Tj dus groter dan 25 ms, en kan oplopen tot 30, 35 of 40 ms. Voldoende 35 is te zeggen, dat het moment in fig. 5D het moment aangeeft, waarop 800 4 5 99 32It is important to note that the moment = 25 ms in Figure 5D is given as a useful example, which depends on a number of factors. Therefore, at large pressure differences, Tj is greater than 25 ms, and can be as high as 30, 35 or 40 ms. Suffice it to say that the moment in Fig. 5D indicates the moment at which 800 4 5 99 32

4 X4 X

τ. 1 het bedienen van de klep is voltooid, waarbij de stroom tussen de momenten en 50 ms, in feite "verloren" gaat, omdat de bediening van de klep reeds is voltooid. Deze extra tijd is een "veiligheids-factor" om te verzekeren, dat zelfs onder de zwaarste omstandigheden, 5 de klep altijd wordt bediend wanneer de spanningsimpuls wordt aangelegd.τ. 1 operation of the valve is completed, with the current between the moments and 50 ms actually being "lost" because the operation of the valve has already been completed. This extra time is a "safety factor" to ensure that even under the harshest conditions, the valve is always operated when the voltage pulse is applied.

Overeenkomstig de uitvinding wordt gebruik gemaakt van het signaal op het moment voor het uitschakelen van verdere stroom naar de solenoïde 79. Dientengevolge wordt alle stroom tussen het 10 moment en 50 ms gespaard (waardoor dus de totale hoeveelheid energie, nodig voor het bedienen van de klep 40 zeer aanzienlijk wordt verminderd). Opgemerkt moet worden, dat de volle, hiervoor aangeduide, "veiligheidsfactor" wordt gehandhaafd, waarbij de stroom aangelegd blijft totdat de klep zijn werking (openen of sluiten) heeft voltooid. 15 De electronische schakeling, die wordt gebruikt voor het tot stand brengen van het voorgaande doeleinde , is weergegeven door fig. 5C, waarin 104 de energiebesturing aanduidt van fig. 4A. Tussen de energiebesturing 104 en aarde is een weerstand(R^ of R^) aangebracht met een lage waarde (in vergelijking met de weerstand van de 20 solenoïde), bijvoorbeeld 0,2 Ω. De spanning over deze weerstand is derhalve evenredig aan de stroom, toegevoerd aan de bepaalde solenoïde wikkeling 104,106. Twee ketens, zoals is weergegeven in fig. 5C, zijn nodig, te weten een voor het openen van de solenoïde energiebesturing en een tweede voor het sluiten van de solenoïde energiebestu-25 ring, waarbij echter ter vereenvoudiging slechts een keten is weergegeven in fig. 5C. 273 is een gebruikelijke versterker, waarbij aan zijn uitgang de spanningskromme 272a van fig. 5C een kopie is van de kromme 272 in fig. 5D. 274 is een afleidorgaan (algemeen bekend op het gebied van de electronica), dat een uitgangsspanning opwekt, 30 evenredig aan de eerste tijd afgeleide van zijn ingangsspanning.In accordance with the invention, use is made of the signal at the time to turn off further power to the solenoid 79. As a result, all power is saved between the 10 moment and 50 ms (thus the total amount of energy required to operate the valve 40 is greatly reduced). It should be noted that the full "safety factor" indicated above is maintained, with the current applied until the valve has completed its operation (opening or closing). The electronic circuitry used to accomplish the foregoing purpose is shown in Fig. 5C, where 104 indicates the power control of Fig. 4A. A resistor (R ^ or R ^) with a low value (compared to the resistance of the 20 solenoid), for example 0.2 Ω, is provided between the energy controller 104 and ground. The voltage across this resistor is therefore proportional to the current supplied to the determined solenoid winding 104.106. Two circuits, as shown in Fig. 5C, are needed, namely one for opening the solenoid power controller and a second for closing the solenoid power controller, however only one circuit is shown for simplification. 5C. 273 is a conventional amplifier, at its output the voltage curve 272a of FIG. 5C is a copy of the curve 272 of FIG. 5D. 274 is a diverter (well known in the electronics field) that generates an output voltage proportional to the first time derivative of its input voltage.

De kromme 275 toont deze afgeleide spanning. Door het beschouwen van de kromme 272 of 272a is te zien, dat de afgeleide (helling) van de kromme altijd positief is, behalve gedurende de tijden tussen T^en T^, gedurende welke tijd de helling (afgeleide) negatief is.Curve 275 shows this derivative voltage. By considering the curve 272 or 272a, it can be seen that the derivative (slope) of the curve is always positive, except during the times between T ^ and T ^, during which time the slope (derivative) is negative.

35 Op de kromme 275 is alleen de impuls 276 negatief. 277 is een 800 4 5 99 33 r * i j gebruikelijke gelijkrichter, uitgevoerd voor het alleen doorlaten van de impuls 276, zoals is weergegeven in de grafiek 278. 279 is een electronische vertragingsketen (eveneens algemeen bekend op dit gebied), die een uitgangsimpuls 276b opwekt, die een kopie is van de 5 ingangsimpuls maar vertraagt met de tijd - T^. De impuls 276b, zoals is weergegeven in de grafiek 280, treedt dus iets later op dan het moment T^. Deze impuls 276b wordt gelegd aan een electronische schakelaar 281, die is uitgevoerd voor het uitschakelen van de energie naar de energiebesturing 104, waardoor de electrische stroom 10 vrijwel onmiddellijk wordt stilgezet nadat de klep 40 zijn werking heeft voltooid (geopend of gesloten). De electronische schakelaar 281 is uitgevoerd voor het herstellen van de werking van de energiebesturing 104 na een passend tijdsverloop. De werking wordt herhaald wanneer de volgende impuls 104a (of 104b) optreedt.On the curve 275, only the pulse 276 is negative. 277 is a 800 4 5 99 33 * conventional rectifier configured to pass pulse 276 only, as shown in graph 278. 279 is an electronic delay circuit (also well known in the art), which has an output pulse 276b which is a copy of the 5 input pulse but slows down with time - T ^. Thus, the pulse 276b, as shown in graph 280, occurs a little later than the instant T ^. This impulse 276b is applied to an electronic switch 281 configured to turn off the power to the power controller 104, causing the electric current 10 to be stopped almost immediately after the valve 40 has completed (opened or closed) its operation. The electronic switch 281 is configured to restore the operation of the power controller 104 after an appropriate period of time. The operation is repeated when the next pulse 104a (or 104b) occurs.

15 Het is van belang op te merken, dat de besparing op energie, die kan worden bereikt door toepassing van dit aspect van de uitvinding, zeer aanzienlijk kan zijn. Omdat zeer grote hoeveelheden energie nodig zijn voor het bedienen van de klepni40 met de vereiste hoge snelheid, is deze besparing zeer aanzienlijk, en kan 20 deze bij het weergegeven voorbeeld de batterijlevensduur verlengen met wel 5 maal.It is important to note that the energy savings that can be achieved by applying this aspect of the invention can be very substantial. Since very large amounts of energy are required to operate the valve ni40 at the required high speed, this saving is very significant, and in the example shown it can extend the battery life by up to 5 times.

Een belangrijke eigenschap van de onderhavige inrichting voor het meten tijdens het boren is het praktische daarvan, dat wil zeggen het voordeel en het gemak van de aanpasbaarheid aan 25 bestaande aardolieputboorinrichtingen en gereedschappen, en boor-kolommen. Bij bekende pogingen zijn grote, bijzondere stalen huizen met een lengte van 9 meter of meer en een diameter van 20 cm nodig voor het opnemen van de ingewikkelde instrumentatie, waarbij het transport daarvan van plaats tot plaats bijzonder geconstrueerde 30 voertuigen vereist. Omdat er in de onderhavige inrichting geen klepmechanisme is aangebracht in de hoofdspoelingstroming, is het mogelijk, het zware, zeer lange, kostbare, bijzonder huis (ongeveer 9 meter lang) te elimineren, waarbij slechts een kort stuk zwaarstang ('overgangsstuk" genoemd) nodig is. Bij de praktische uitvoeringsvorm 35 van de uitvinding, is dit overgangsstuk slechts 90 centimeter lang en 800 4 5 99 34An important feature of the present apparatus for measuring during drilling is its practicality, ie the advantage and ease of adaptability to existing petroleum well drills and tools, and drill columns. In known attempts, large, special steel houses with a length of 9 meters or more and a diameter of 20 cm are required to accommodate the complicated instrumentation, the transport of which from place to place requires specially constructed vehicles. Since there is no valve mechanism in the main rinse flow in the present apparatus, it is possible to eliminate the heavy, very long, expensive, special housing (about 9 meters long), requiring only a short piece of heavy rod (called "transition piece") In the practical embodiment of the invention, this transition piece is only 90 centimeters long and 800 4 5 99 34

A TA T

* p 16,9 centimeter in diameter (in plaats van de 9 meter, die voorheen vereist was).* p 16.9 centimeters in diameter (instead of the 9 meters previously required).

Een van de belangrijkste kenmerken van de uitvinding is derhalve, dat geen zware, lange, bijzondere huizen nodig zijn. Dit 5 is voordelig, in het bijzonder wanneer magnetische "downhole" metingen moeten worden uitgevoerd, zoals konpasaanwij zingen (bijvoorbeeld het sturen van het boren van een afwijkend gat), welke metingen het gebruik vereisen van niet-magnetische zwaarstangen. Niet-magnetische zwaarstangen zijn niet alleen zwaar (2-3 ton) maar ok zeer kostbaar, 10 omdat zij moeten worden vervaardigd van echt niet-magnetisch materiaal, zoals een metaal legering, die in hoofdzaak nikkel en koper bevat. Bij de constructie van de onderhavige inrichting worden genormaliseerde API-zwaarstangen met uitwendige diameters van 15 centimeter tot 22,5 centimeter (hetgeen de gebruikelijkste afmetingen zijn) 15 gebruikt. Alle genormaliseerde API-zwaarstangen hebben een binnen-diameter van 7,14 centimeter + 1,6 mm - Omm. De eenvoud, de kleine afmeting en de coaxiale constructie van het onderhavige klepstelsel met de bijbehorende onderdelen maken het verschaffen mogelijk van een bijzonder kenmerk. De gehele van belang zijnde energiebesturing 20 en bijbehorende uitrusting kan zich bevinden in een drukbestendige buis, die in diameter voldoende klein is om hem in de binnenboring (7,14 centimeter) te steken van een genormaliseerde API-zwaarstang zonder de spoelingstroom bovenmatig te belemmeren. Bepaalde waarneem-organen moeten zo dicht mogelijk bij de boorbeitel worden geplaatst.Therefore, one of the main features of the invention is that no heavy, tall, special houses are required. This is advantageous, especially when magnetic "downhole" measurements are to be performed, such as congestion indicia (for example, directing a different hole drilling), which measurements require the use of non-magnetic rods. Non-magnetic heavy bars are not only heavy (2-3 tons) but also very expensive, because they must be made of genuine non-magnetic material, such as a metal alloy, which mainly contains nickel and copper. Standardized API heavy bars with external diameters from 15 centimeters to 22.5 centimeters (which are the most common dimensions) are used in the construction of the present device. All normalized API heavy bars have an inner diameter of 7.14 centimeters + 1.6 mm - Omm. The simplicity, the small size and the coaxial construction of the present valve system with the associated components make it possible to provide a special feature. The entire energy controller 20 and associated equipment of interest may be contained in a pressure-resistant tube sufficiently small in diameter to insert it into the inner bore (7.14 centimeters) of a normalized API-weight rod without unduly obstructing the purge flow. Certain detectors should be placed as close to the drill bit as possible.

25 In het bijzonder een "downhole" gammastraalwaarneemorgaan moet het in een bepaalde lithologische formatie dringen van de beitel kunnen waarnemen zodra dit plaatsvindt. Verder vereisen bepaalde waameem-organen, zoals een "downhole" kompas-hellingsmeter, het nauwkeurig plaatsen met betrekking tot het "gereedschapseindvlak", gebruikt bij 30 het gericht boren. Bovendien moet een kompas-hellingsmeter op een aanzienlijke afstand worden geplaatst van magnetisch of paramagnetisch materiaal. Wanneer verder een kompas-hellingsmeter wordt toegepast, moeten de huizen 250a en 250b in fig. 7A nauwkeurig onder een hoek worden geplaatst met betrekking tot het overgangsstuk 253, dat op 35 zijn beurt is geplaatst met betrekking tot het "gebogen overgangsstuk", 800 4 5 99 1 * * > 35 gebruikt bij het gericht boren.In particular, a "downhole" gamma ray detector must be able to detect penetration of the bit into a particular lithological formation as soon as it occurs. Furthermore, certain sensing means, such as a "downhole" compass inclinometer, require accurate positioning with respect to the "tool end face" used in directional drilling. In addition, a compass inclinometer must be placed at a considerable distance from magnetic or paramagnetic material. Further, when using a compass tilt gauge, the housings 250a and 250b in Fig. 7A must be precisely angled with respect to the transition piece 253, which in turn is positioned with respect to the "bent transition piece", 800 4 5 99 1 * *> 35 used for directional drilling.

Het "gebogen overgangsstuk" is uitgerust met een plaatsings-markering 253a, waarbij de hoek van deze plaatsingsmarkering een gelijkblijvend en gemeten hoekverband moet hebben met de plaatsings-5 markering 254a, die is aangebracht op het overgangsstuk 254. Deze bekend hoek (die de hoek vertegenwoordigt tussen de plaatsingsmarke-ringen 253a en 254a), wordt dan in de berekening gebracht voor het bepalen van de richting en de hoek met betrekking tot een vertikaal vlak van het "gebogen overgangsstuk".The "bent transition piece" is equipped with a placement mark 253a, the angle of this placement mark must have a constant and measured angular relationship with the placement mark 254a, which is applied to the transition piece 254. This known angle (representing the angle between the placement marks 253a and 254a) is then calculated to determine the direction and angle with respect to a vertical plane of the "bent transition piece".

10 Fig. 7A toont schematisch het bijzondere afstandmetings- gereedschap 50, waarbij de uitvoering is weergegeven, waarbij het "bijzonder lange gereedschap" is geëlimineerd, en alleen een kort stuk zwaarstangovergangsstuk nodig is, zoals hiervoor gesteld. In fig. 7A bestaat een huis 250 uit een bovenste gedeelte 250a en een 15 onderste gedeelte 250b, zoals hiervoor beschreven aan de hand van fig. 4A. Het bovenste gedeelte 250a is opgenomen in een kort overgangsstuk 254 (dat slechts ongeveer 90 centimeter lang is). Dit korte overgangsstuk is in het bijzonder uitgevoerd voor het verschaffen van een binnendiameter (bijvoorbeeld 11,4 cm), die voldoende is voor 20 het opnemen van het klepsamenstel 40 en tevens voor het toelaten van een onbelemmerde stroming van boorspoeling langs het bovenste gedeelte 250a door de doorgangen 61, die in fig. 4A eveneens zijn aangeduid door het verwijzingscijfer 61. Het huis 250a heeft een kleine diameter, bij voorkeur een uitwendige diameter van 6,83 cm of minder. Een zwaar-25 stand 255, verschaft door de gebruiker (de aardoliemaatschappij of de aannemer van grondboringen) is gewoonlijk 9 m lang met een groot gewicht en hoge kosten. De binnendiameter van een genormaliseerde API-zwaarstand, zoals reeds opgemerkt, is 7,14 cm - 0 cm + 1,6 mm. Centreerdelen 256 zijn voorzien voor het onderste huis 250b. Deze 30 zijn in diameter iets kleiner dan de binnendiameter van de genormaliseerde API-zwaarstang, bijvoorbeeld met een buitendiameter van 6,99 cm. Een kleine speling is zeer belangrijk voor het voorkomen van "trillen" wanneer het gereedschap tijdens het boren wordt getrild.FIG. 7A schematically shows the special spacing measuring tool 50, showing the embodiment with the "particularly long tool" eliminated, and only a short length of heavy bar transition piece required as previously stated. In Fig. 7A, a housing 250 consists of an upper portion 250a and a lower portion 250b, as described above with reference to Fig. 4A. The top portion 250a is contained in a short transition piece 254 (which is only about 90 centimeters long). This short transition is particularly designed to provide an inner diameter (eg 11.4 cm) sufficient to accommodate the valve assembly 40 and also to allow unobstructed flow of drilling fluid along the top portion 250a through the passages 61, which are also indicated by reference numeral 61 in Fig. 4A. The housing 250a has a small diameter, preferably an outside diameter of 6.83 cm or less. A heavy-duty 255, provided by the user (the petroleum company or the borehole contractor) is usually 9 m long with a high weight and cost. The inner diameter of a normalized API heavy position, as already noted, is 7.14 cm - 0 cm + 1.6 mm. Centering members 256 are provided for the lower housing 250b. These 30 are slightly smaller in diameter than the inner diameter of the normalized API heavy bar, for example with an outer diameter of 6.99 cm. A small play is very important to prevent "vibration" when the tool is vibrated during drilling.

Een afvoerdoorgang 85 is dezelfde als weergegeven in fig. 4A. Het 35 huis 250b is in het overgangsstuk 254 opgehangen door niet-weergegeven vastzetmiddelen. De doorsnedegedaante van de centreerdelen 256, 800 4 5 99 36 1 i t » zoals aangegeven in fig. 7B , is zodanig, dat deze sleuven of doorgangen 258 verschaffen voor het mogelijk maken van de vrije stroming van de boorspoeling.A drain passage 85 is the same as shown in Fig. 4A. The housing 250b is suspended in the transition piece 254 by securing means (not shown). The cross-sectional shape of the center members 256, 800 4 5 99 36 1 shown in Fig. 7B is such that they provide slots or passages 258 to allow free flow of the drilling fluid.

Het onderste huisgedeelte 250b bestaat in feite uit een 5 aantal tussengedeelten, die met elkaar zijn verbonden door bijzondere verbindingsmiddelen, weergegeven in fig. 7C. Zoals weergegeven in fig. 7C, is elk tussengedeelte aan zijn bovenste einde voorzien van een sleuf 260, en aan zijn onderste einde van een uitsteeksel of tand 261. Een uitsteeksel 261 van één tussengedeelte grijpt samenpas-10 send aan in een sleuf 260 van het aangrenzende tussengedeelte. De aangrenzende tussengedeelten worden vastgehouden door een verbindings-huls 262, die samenpassend wordt opgenomen door de eindgedeelten van de tussengedeelten. Cirkelvormige openingen 263 in de tussengedeelten liggen in lijn met bijbehorende schroefopeningen 264 in de verbindings-15 huls 262, waarbij de onderdelen worden vastgezet door schroeven 265.The lower housing part 250b actually consists of a number of intermediate parts, which are connected to each other by special connecting means, shown in Fig. 7C. As shown in Fig. 7C, each intermediate portion is provided at its upper end with a slot 260, and at its lower end with a projection or tooth 261. A projection 261 of one intermediate portion co-operates in a slot 260 of the adjacent intermediate section. The adjacent intermediate portions are held by a connecting sleeve 262, which is received together by the end portions of the intermediate portions. Circular openings 263 in the intermediate portions are aligned with associated screw openings 264 in the connecting sleeve 262, the parts being secured by screws 265.

De bijzonder verbindingsmiddelen van fig. 7C verschaffen een nauwkeurig plaatsen onder een hoek wanneer het overgangsstuk 253 een "gebogen overgangsstuk" is.The particular connecting means of Fig. 7C provide precise angular positioning when the transition piece 253 is a "curved transition piece".

Zoals reeds opgemerkt, moet de hoek tussen de plaatsings-20 markeringen 253a en 254a bekend zijn voor het berekenen van de hoek met betrekking tot de vertikaal van het "gebogen overgangsstuk". Het is eveneens nodig, dat de hoekverplaatsing tussen de hartlijnen van een magnetometer-hellingsmeter en de markering 254a bekend en onveranderlijk is gedurende het boren (het verdient de voorkeur, hoewel 25 niet noodzakelijk, dat de hoek tussen één van de horizontale hartlijnen van de magnetometer-hellingsmeter en de plaatsingsmarkering 254a gelijk is aan nul). Voor dit doel is het gedeelte 250b uitgerust met een hoekplaatsingstand 261, zoals is weergegeven in fig. 7C en 7A.As already noted, the angle between the placement marks 253a and 254a must be known to calculate the angle with respect to the vertical of the "bent transition piece". It is also necessary that the angular displacement between the axes of a magnetometer inclinometer and the mark 254a be known and unchangeable during drilling (it is preferred, although not necessarily, that the angle between one of the horizontal axes of the magnetometer inclinometer and the placement mark 254a equals zero). For this purpose, the portion 250b is equipped with a corner placement position 261, as shown in Figs. 7C and 7A.

30 Teneinde een doeltreffend afstandsmetingsstelsel te ontwer pen, moeten twee voorwaarden in overweging worden genomen. Een van deze heeft betrekking op optimale omstandigheden voor het verkrijgen van het regime van hydraulische schokgolven. De andere voorwaarde heeft betrekking op het verkrijgen van schokgolven met voldoende 35 sterkte voor het overheersen van vreemde ruisgevolgen.30 In order to design an effective distance measuring system, two conditions have to be considered. One of these relates to optimal conditions for obtaining the hydraulic shock wave regime. The other condition relates to obtaining shock waves of sufficient strength to dominate foreign noise effects.

800 45 99 37 i * * i800 45 99 37 i * * i

Teneinde de optimale omstandigheden voor het regime van hvdralische schokgolven vast te stellen, is een reeks onderzoekingen uitgevoerd.A series of investigations has been conducted to determine the optimal conditions for the high-shock wave regime.

Het optreden van een hydraulische schokgolf is analoog 5 aan dat van de waterslagwerking. Door het plotseling stilzetten van de stroming in een plaatselijk gebied in de stromingslijn, wordt de druk in dat gebied plotseling verhoogd. Deze in eerste instantie plaatselijke drukverhoging plant zich voort volgens de stromingslijn als "waterslag". Het is algemeen bekend, dat een plotselinge en 10 plaatselijke verandering (afneming of toeneming) in snelheid een bijbehorende plaatselijke verandering produceert (toeneming of afneming) van de druk, en dat omgekeerd een plotselinge en plaatselijke verandering in druk een plotselinge en plaatselijke verandering in snelheid produceert. Op grond van de veerkracht en de traagheid van 15 het fluïdum, wordt de verandering verder overgebracht vanaf het volume-element, waar deze ontstond, naar naburige volume-elementen met een snelheid, die de voortplantingssnelheid is van drukgolven.The occurrence of a hydraulic shock wave is analogous to that of the water hammer action. Suddenly stopping the flow in a local area in the flow line suddenly increases the pressure in that area. This initially local pressure increase propagates along the flow line as a "water hammer". It is well known that a sudden and local change (decrease or increase) in speed produces an associated local change (increase or decrease) in pressure, and conversely, a sudden and local change in pressure produces a sudden and local change in speed produces. Due to the resilience and inertia of the fluid, the change is further transferred from the volume element where it originated to neighboring volume elements at a velocity which is the propagation velocity of pressure waves.

Het vraagstuk van het voortplanten van schokgolven is uiterst ingewikkeld. Teneinde aan praktische eisen te voldoen, moet een parameter 20 worden vastgesteld, die het duidelijkst vertegenwoordigend is vanuit het gezichtspunt van het verkrijgen van een duidelijk bepaalde schokgolf. Twee parameters worden beschouwd, die worden aangeduid als parameter en parameter l·^. Wanneer een van deze parameters een passende waarde overschrijdt, wordt een duidelijk bepaalde schokgolf 25 geproduceerd.The problem of propagating shock waves is extremely complex. In order to meet practical requirements, a parameter 20 must be established, which is most clearly representative from the viewpoint of obtaining a clearly defined shock wave. Two parameters are considered, which are referred to as parameter and parameter l ^. When one of these parameters exceeds an appropriate value, a clearly defined shock wave 25 is produced.

De parameter is de gemiddelde veranderingssnelheid van de snelheid van de spoelingstroming door de omloopklep gedurende de tijdsduur van het openen (of sluiten) van de klep.The parameter is the average rate of change of the velocity of the purge flow through the bypass valve over the time of valve opening (or closing).

Aangenomen wordt, dat V(t) de snelheid is van de spoeling-30 stroming door de omloopklep, zoals deze met de tijd veranderlijk is (in cm/s). Op het moment t = 0, wanneer de klep begint te openen, is de snelheid 0, dat wil zeggen V(0) = 0. Op het moment t = T^, 9.It is assumed that V (t) is the velocity of the purge flow through the bypass valve as it changes over time (in cm / s). At the time t = 0, when the valve starts to open, the speed is 0, i.e. V (0) = 0. At the time t = T ^, 9.

wanneer de klep volledig open is, bereikt de snelheid van de klep een bepaalde waarde Vf, die de omloopsnelheid is gedurende de tijdsduur 35 van volle stroming.when the valve is fully open, the speed of the valve reaches a certain value Vf, which is the circulation speed during the period of full flow.

800 45 99 (v) 4 l 38800 45 99 (v) 4 l 38

Dus: v or ') = v (ίο)So: v or ') = v (ίο)

cl Xcl X

Dienovereenkomstig is de parameter K , die de gemiddelde veranderings-Accordingly, the parameter K, which is the mean change

* / V* / V

5 snelheid is van de snelheid gedurende de tijdsduur Τ' : 3.5 speed is of the speed during the period Τ ': 3.

κ = vf (IDκ = vf (ID

τ(ν) a , 2 10 wordt gemeten in cm/s .τ (ν) a, 2 10 is measured in cm / s.

Aangenomen wordt, dat wanneer een passende drempel- waarde overschrijdt, dat wil zeggen wanneer Κχ M1 (12) 15 een duidelijk bepaalde schokgolf wordt verkregen. Bij de uitgevoerde onderzoekingen is vastgesteld, dat: M = 2 x 105 cm/s2 (13)It is believed that when an appropriate threshold value exceeds, that is, when Κχ M1 (12) 15 a clearly defined shock wave is obtained. The investigations carried out established that: M = 2 x 105 cm / s2 (13)

De parameter vertegenwoordigt de gemiddelde verandaingssnelheid van het gebied van de opening van de klep gedurende de tijdsduur 20 T(V).The parameter represents the average scraping speed of the area of the valve opening over the time 20 T (V).

a S(t) is reeds bepaald (zie vergelijking (1)) als het gebied van de klep, welk gebied open is op het moment t. Bij t = 0, is dus S(0) =0 en bij t = is (v) ^ s(rVJ)=s0 (14) 25 waarin de totale opening is van de klep. De parameter K2 is: S0 2 K2 = --- cm/s (15)a S (t) has already been determined (see equation (1)) as the area of the valve, which area is open at time t. So at t = 0, S (0) = 0 and at t = (v) ^ s (rVJ) = s0 (14) is 25 where the total opening of the valve is. The parameter K2 is: S0 2 K2 = --- cm / s (15)

TT

aa

Aangenomen wordt, dat wanneer een passende drempelwaarde overschrijdt, dat wil zeggen wanneer K2 M2 (16) een duidelijk bepaalde schokgolfd wordt verkregen. Bij de uitgevoerde 2 onderzoekingen is vastgesteld, dat M - 100 cm /s.It is believed that when an appropriate threshold value exceeds, i.e. when K2 M2 (16) a clearly defined shock wave is obtained. In the 2 investigations carried out it was established that M - 100 cm / s.

Algemeen gesproken is evenredig aan K2> De parameter K2 is wellicht nuttiger, omdat deze direkt de wijze aangeeft voor het ontwerpen en bedienen van de klep.Generally speaking, it is proportional to K2> The parameter K2 may be more useful, because it directly indicates the method of valve design and operation.

800 4 5 99 * < 39800 4 5 99 * <39

Er is ook een parameter (zie B , C., fig. 2A), die D 11 moet worden beschouwd bij de bespreking van de fig. 8A tot 8E. Elk dezer figuren komt overeen met een stel numerieke waarden van en T<v) of K en T<v). b 2 b 5 De fig. 8A tot 8E tonen het gevolg van het veranderen van K. en of K. en T, bij het tot stand brengen van de over- 1 b 2 b gang van het regime van een trage drukverandering naar het regime van hydraulische schokgolven. Meer in het bijzonder toont elk dezer figuren de wijze aan waarop de waargenomen druk en het grondopper- 10 vlak (ordinaat) met de tijd t (X-as) veranderlijk is. De afmeting 2 van de opening was bij deze onderzoekingen 0,5 cm . Experimentele gegevens werden bij een aantal putten verkregen. Bovendien werden enkele van de proeven uitgevoerd bij een "experimentele put", die uitsluitend werd geboord voor het uitvoeren van afstandsmetingonder-15 zoekingen.There is also a parameter (see B, C., Fig. 2A), that D11 is to be considered when discussing Figs. 8A to 8E. Each of these figures corresponds to a set of numerical values of and T <v) or K and T <v). b 2 b 5 Figs. 8A to 8E show the consequence of changing K. and or K. and T, in the transition of the regime from a slow pressure change to the regime of hydraulic shock waves. More specifically, each of these figures shows the manner in which the perceived pressure and the ground surface (ordinate) are variable with time t (X axis). The size of the opening in these studies was 0.5 cm. Experimental data was obtained from a number of wells. In addition, some of the experiments were performed on an "experimental well", which was drilled exclusively to perform distance measurement studies.

Bij het uitvoeren van de voorgaande onderzoekingen, werd rekening gehouden met de grote verscheidenheid aan bestaande spoeling-pompinstallaties en aan verschillende storende gevolgen. Er bestaan vele soorten spoelingpompen: enkelvoudig tweedelig, dubbel tweedelig, 20 enkelvoudig driedelig, dubbel driedelig, waarbij de pompdrukverande-ringen voor een bepaalde gemiddelde spoelingdruk in sterke mate veranderlijk zijn van installatie tot installatie. Het opheffen van de sterke storende spoelingdruksignalen is ingewikkeld. De pompdruksigna-len van een enkelvoudig tweedlig stelsel kunnen tien of zelfs 25 twintig maal groter zijn dan die van een nauwkeurig ingestelde dubbele driedelige. Voor het vaststellen van de optimale waarden van K„ (of f \ ** ) en van ' , werd het boren stilgezet en een zeer goede (gelijkmatige) driedelige pomp gebruikt. De grafieken in de fig. 8A tot 8E zijn dus niet representatief voor een gébruikelijke toestand, maar 30 vertegenwoordigen een toestand, waarbij de verschillende soorten tuis (van de ponpen en andere bronnen) tot een minimum waren beperkt en vervolgens uitgemiddeld door berekening en ontwerpen teneinde optimale waarden te verkrijgen voor de parameters (of K^) en .In the conduct of the previous investigations, the wide variety of existing flushing pump installations and various disturbing consequences were taken into account. There are many types of flushing pumps: single two-piece, double two-piece, 20 single three-piece, double three-piece, where the pump pressure changes for a given average flushing pressure are highly variable from installation to installation. Eliminating the strong interfering rinse pressure signals is complicated. The pump pressure signals of a single two-member system can be ten or even twenty times greater than that of a precisely adjusted double three-part. To determine the optimal values of K ((or f \ **) and of ', drilling was stopped and a very good (uniform) three-part pump was used. Thus, the graphs in Figs. 8A to 8E are not representative of a typical state, but represent a state where the various types of tuis (from the ponps and other sources) were minimized and then averaged by calculation and design to obtain optimal values for the parameters (or K ^) and.

De bijbehorende waarden van (of K^) en voor elk der fig. 8AThe corresponding values of (or K ^) and for each of Fig. 8A

35 tot 8E zijn gegeven in de volgende tabel.35 to 8E are given in the following table.

800 4 5 99 r * 40800 4 5 99 r * 40

TABELTABLE

K„ (in cm2/s) ( in s.)K „(in cm2 / s) (in s.)

2 D2 D

5 Fig. 8A 0,5 2FIG. 8A 0.5 2

Fig. 8B 2,5 1Fig. 8B 2.5 1

Fig. 8C 8,5 0,5Fig. 8C 8.5 0.5

Fig. 8D 2,5 0,25Fig. 8D 2.5 0.25

Fig. 8E 100 0,1 10Fig. 8E 100 0.1 10

De grafieken van de fig. 8A tot 8E vertegenwoordigen gemiddelde getallen, verkregen in een groot aantal proeven. Bij deze proeven was de gebruikelijke standpijpdruk gelijk aan 20,7 MPa, waarbij drukveranderingen in het bereik waren van 0,7 MPa. De voor-15 gaande proeven werden uitgevoerd onder gebruikmaking van verschillende soorten kleppen: motorisch gedreven, draaibare, steelkleppen, enz.The graphs of Figures 8A to 8E represent average numbers obtained in a large number of experiments. In these tests, the usual standpipe pressure was equal to 20.7 MPa, with pressure changes in the range of 0.7 MPa. The preliminary tests were performed using different types of valves: motor driven, rotary, stem valves, etc.

Fig. 8F is een nauwkeurige kopie van de registratietoestelgrafiek van de standpijpdruk, verkregen bij proeven, uitgevoerd op 2940 meter met een standpijpdruk van 19,3 MPa, en uitgevoerd bij het in de praktijk 20 boren van een aardolieput.Fig. 8F is an accurate copy of the standpipe pressure recorder graph obtained from tests, performed at 2940 meters with a standpipe pressure of 19.3 MPa, and performed in practice drilling a petroleum well.

De grafiek in fig. 8A werd verkregen onder toepassing van een traag werkende klep. De numera&e waarden van de belangrijke parameters in fig. 8A zijn = 0,5 cm /s en = 2 s, dat wil zeggen dat deze soortgelijk waren aan die, voorgesteld in de stand 25 van de techniek, zoals in de fig. IA en lB. Dientengevolge vertegenwoordigen zowel fig. 8A als fig. 1B het regime van trage drukimpulsen. Daarentegen werd fig. 8E verkregen onder gebruikmaking van een snelwerkende klep, waarvoor K„ = 100 cm^/s en = 10 * s. Dientenge- 2 b volge vertegenwoordigt fig. 8E het regime van hydraulische schokgol-30 ven, waarbij het klepgolfje in fig. 8Ξ zeer veel lijkt op het klep-golfje in fig. 2B.The graph in Figure 8A was obtained using a slow acting valve. The number values of the important parameters in Fig. 8A are = 0.5 cm / s and = 2 s, that is, they were similar to those proposed in the prior art, as in Fig. 1A and 1B. As a result, both Fig. 8A and Fig. 1B represent the regime of slow pressure pulses. In contrast, Figure 8E was obtained using a fast acting valve, for which K 1 = 100 cm / s and = 10 * s. As a result, Figure 8E represents the regime of hydraulic shock waves, the valve wave in Figure 8Ξ being very similar to the valve wave in Figure 2B.

De fig. 8B, 8C en 8D, zoals in de voorgaande tabel bepaald, tonen de overgang van het regime van trage veranderingen van de druk naar het regime van hydraulische schokgolven.Figures 8B, 8C and 8D, as determined in the previous table, show the transition from the slow pressure change regime to the hydraulic shock wave regime.

35 Bij de in de fig. 8B, 8C en 8D weergegeven proeven, werden 800 45 99 41 f ï < * de omstandigheden zoveel mogelijk gelijk gehouden. Het gereedschap bevond zich nabij de bodem van boorgaten met een diepte van ongeveer 2400 meter, waarbij de spoelingviscositeit ongeveer 40 funnel was en het gewicht 1,4 kg per liter. De klep had in de "open" toestand een 2 5 werkzaam open gebied van 0,7 cm . De gebruikelijke standpijpdruk was 20,7 MPa, waarbij de in deze proeven gebruikte klep soortgelijk was aan de klep 40, hoewel gewijzigd voor het mogelijk maken van een tragere werking (zonder de bi-stabiele werking), dat wil zeggen dat de klep een eenvoudige drukontlaste klep was, waarbij de stromings-10 snelheid werd geregeld door een smoring bij de inlaatdoorgang. Opgemerkt moet worden, dat de klepwerking, die verantwoordelijk is voor fig. 8B, betrekkelijk snel was, maar niet het gewenste regime van hydraulische schokgolven produceerde. De scherpe aanvangen gaven echter aan, dat een snellere werking gewenst is. De afvoersnelheid 2 15 was in de orde van 19 1/s .In the tests shown in Figures 8B, 8C and 8D, the conditions were kept the same as much as possible. The tool was located near the bottom of boreholes with a depth of about 2400 meters, with the mud viscosity about 40 funnel and weight 1.4 kg per liter. In the "open" position, the valve had a working open area of 0.7 cm. The usual standpipe pressure was 20.7 MPa, with the valve used in these tests being similar to valve 40, although modified to allow slower operation (without bi-stable operation), i.e. the valve has a simple pressure relief valve, the flow rate being controlled by a throttle at the inlet passage. It should be noted that the valve action responsible for Fig. 8B was relatively fast, but did not produce the desired hydraulic shock wave regime. However, the sharp onsets indicated that faster action is desired. The discharge rate 2 was on the order of 19 l / s.

Door het aanpassen van de inlaatsmoring en de uitlaatsmo- ring, en de electrische nergie, geleverd aan de stuursolenoïden, werden verschillende klepwerkingssnelheden bereikt.By adjusting the inlet throttle and exhaust nut, and the electrical energy supplied to the steering solenoids, different valve operating speeds were achieved.

Uit het voorgaande is het duidelijk, dat geen schokgolven 2 20 worden geproduceerd wanneer K„ =0,5 cm /s, en een vrijwel ideale Δ 2 schokgolf wordt geproduceerd wanneer = 100 cm /s.From the foregoing, it is clear that no shock waves 2 are produced when K 2 = 0.5 cm / s, and a near-ideal Δ 2 shock wave is produced when = 100 cm / s.

Thans wordt een andere parameter ingevoerd, die een voorwaarde uitdrukt met betrekking tot de sterkte van de schokgolf.Another parameter is now introduced, which expresses a condition regarding the strength of the shock wave.

Twee verschillende benaderingen worden beschouwd. Een van deze stoelt 25 op een parameter KL, die de hoeveelheid spoeling vertegenwoordigtTwo different approaches are considered. One of these is based on a parameter KL, which represents the amount of rinse

3 J3 J

(gemeten in cm of in 1), die door de klep gaat gedurende de tijdsuudr T^. (Deze hoeveelheid staat bekend als "vloeiing), engels fluence.(measured in cm or in 1) passing through the valve during the time period T ^. (This amount is known as "flow"), English fluence.

clcl

De ander benadering stoelt op een parameter K^, die de gemiddelde stroming vertegenwoordigt van de spoelingstroom gedurende de tijdsduur (v) 30 · DuS' (v) K = k°eveellleid spoeling gedurende T^ 4- aThe other approach is based on a parameter K ^, which represents the average flow of the purge current over time (v) 30 · DuS '(v) K = k ° variable purge during T ^ 4- a

De tijdsduur van het openen van de klep, dat wil zeggen de tijdsduur T^ wordt beschouwd. Ter vereenvoudiging van het vraag-a 35 stuk, wordt aangenomen, dat de mate van verhoging van de snelheid (v) van de stroming gedurende de tijdsduur T gelijkblijvend is en d 800 45 99 42 X ι * ‘ gelijk is aan K^. Dus, V (t) = t in cm/s. (18)The duration of the opening of the valve, i.e. the duration T ^ is considered. To simplify the question, it is assumed that the rate of increase of the velocity (v) of the flow during the time T is constant and d 800 45 99 42 X is equal to K ^. So, V (t) = t in cm / s. (18)

Ook wordt aangenomen, dat de mate van toeneming van de opening van de klep gelijkblijvend is en gelijk is aan K„. Dus, 2 1 5 S(t) = in cm /s. (19)It is also assumed that the rate of increase of the valve opening is constant and equal to K 1. So, 2 1 5 S (t) = in cm / s. (19)

Dientengevolge is het volume, dat door de klep gaat gedurende de (v) tijd T gelijk aan: a T(v) /a , (K K T (v) 3 3 K = /K K t2dt = ...........2 a }- Cm (20) J 0 W 3 10 3Consequently, the volume that passes through the valve during the (v) time T is equal to: a T (v) / a, (KKT (v) 3 3 K = / KK t2dt = ......... ..2 a} - Cm (20) J 0 W 3 10 3

De parameter K, is dus de hoeveelheid in cm van het fluïdum, dat 6 (v) door de klep gaat gedurende de tijdsduur T . Dit is de mate van vloeiing voor de tijdsduur van één enkelvoudig openen en sluiten van de klep. Een andere mogelijkheid is om inplaats van de parameter 15 K, een parameter K. te nemen, die de stroming vertegenwoordigt gedu- ó 4 (v) rende de tijdsduur T , dat wil zeggen 3.Thus, the parameter K, is the amount in cm of the fluid that 6 (v) passes through the valve during the time T. This is the amount of flow for the duration of one single opening and closing of the valve. Another possibility is to take a parameter K instead of the parameter 15 K, which represents the flow during 4 (v) during the time T, i.e. 3.

K4 * “JJTt) (21) a 2q Thans wordt de algemene handelwijze beschouwd voor het decoderen van signalen vanaf de drukoverdrager 51. Fig. 9 toont de inrichtingsconstructie, waarbij de fig. 10A tot 10G bepaalde golf-vormen en impulsen tonen, die betrekking hebben op het decoderen van signalen door middel van de constructie volgens fig. 9.K4 * “JJTt) (21) a 2q Now the general procedure for decoding signals from the pressure transmitter 51 is considered. 9 shows the device construction, with FIGS. 10A to 10G showing certain waveforms and pulses related to the decoding of signals by the construction of FIG. 9.

22 Het van de drukoverdrager 51 verkregen signaal omvat een nuttige informatiedragend signaal samen met verstorende signalen, die neigen tot het vervagen of maskeren van het nuttige signaal.The signal obtained from the pressure transducer 51 includes a useful information carrying signal along with interfering signals, which tend to blur or mask the useful signal.

Het nuttige informatiedragende signaal vertegenwoordigt de gecodeerde boodschap, verkregen door middel van de klep 40 in aanspreking qp 2Q een waameemorgaan. Er zijn verschillende verstorende signalen. Een hiervan, geproduceerd door de pomp 27, bevat een sterke, gelijkblijvende component van de spoelingdruk, geproduceerd door de pomp. Deze component is verantwoordelijk voor de circulatie van de spoeling door de booxpijp en terug door de ringruimte tussen de boorpijp en de „ wand van het boorgat. Daarop gesuperponeerd is een afwisselendeThe useful information carrying signal represents the coded message obtained by means of the valve 40 in response qp 2Q a sensing means. There are several disruptive signals. One of these, produced by the pump 27, contains a strong, constant component of the flushing pressure produced by the pump. This component is responsible for the circulation of the mud through the boox pipe and back through the annulus between the drill pipe and the borehole wall. It is superimposed on this

ODOD

800 4 5 99 43 t 1 ' > component, geproduceerd door de periodieke beweging van de heen en weer gaande zuigers in de pomp.800 4 5 99 43 t 1 '> component, produced by the periodic movement of the reciprocating pistons in the pump.

Voor het verbeteren van de ontvangst is het gewenst de gelijkblijvende component in de door de pomp 27 opgewekte druk te 5 verwijderen van de uitgang van de overdrager 51. Dienovereenkomstig is een frequentieselectieve zeef 140 verbonden met de overdrager 51 voor het overbrengen van frequenties in een bereik van 0,1 tot 10 Hz, en het dempen van frequenties buiten dit bereik. De in de gelijkblijvende drukcomponent vervatte frequenties liggen beneden 0,1 Hz.To improve reception, it is desirable to remove the constant component in the pressure generated by the pump 27 from the output of the transmitter 51. Accordingly, a frequency selective screen 140 is connected to the transmitter 51 to transmit frequencies in a range from 0.1 to 10 Hz, and attenuation of frequencies outside this range. The frequencies contained in the constant pressure component are below 0.1 Hz.

10 In de voor de aanvrager gebruikte terminologie wordt een onderscheid gemaakt tussen de uitdrukking "zeef" , zoals gebruikt voor de frequentieselectieve zeef 150, en de uitdrukking "digitale zeef", die hierna in de beschrijving wordt gebruikt. In een "zeef", zoals de zeef 150, wordt een gebruikelijk zeven uitgevoerd door middel van 15 analoge electronische schakelingen, waarvan het gedrag gewoonlijk wordt behandeld in het frequentiegebied. De uitdrukking "zeef" kan worden gebruikt voor het aanduiden van wat wordt genoemd een "golf-zeef", een "Shea-zeef" (zie bijvoorbeeld "Transmission Networks and Wave Filters", door T,E. Shea, D. VanNostrand Co., New York, N.Y. 1929) 20 en andere zeven, zoals Tchebyshev en Butterworth zeven. Een digitale zeef daarentegen, zoals een gelijkmakende zeef, een impulsvormende zeef of een samentrekkende zeef, kan vruchtbaarder worden behandeld in het tijdgebied. De uitgang van een digitale zeef wordt verkregen door het verwerken van het digitale ingangsspoor met de weegcoëffi-25 ciënten van de zeef. Een digitale zeef is een computer.In the terminology used for the applicant, a distinction is made between the term "screen", as used for the frequency selective screen 150, and the term "digital screen", which is used hereinafter in the description. In a "sieve", such as the sieve 150, a conventional sieving is performed by means of 15 analog electronic circuits, the behavior of which is usually treated in the frequency range. The term "sieve" can be used to designate what is called a "wave sieve", a "Shea sieve" (see, for example, "Transmission Networks and Wave Filters", by T. Shea, D. VanNostrand Co ., New York, NY 1929) 20 and other seven, such as Tchebyshev and Butterworth seven. A digital sieve, on the other hand, such as an equalizing sieve, an impulse-forming sieve or an astringent sieve, can be treated more fruitfully in the time region. The output of a digital screen is obtained by processing the digital input track with the weighting coefficients of the screen. A digital sieve is a computer.

Het aan de uitgangsaansluiting 151 van de zeef 150 geproduceerde signaal wordt uitgedrukt door een functie F(t) alsvolgt: F (t) — B (t) +P(t) + U(t) (22) waarin B(t) het nuttige informatiedragende signaal is, P(t) het versto-30 rende signaal is, veroorzaakt door de met tussenpozen optredende drukverandering van de pomp (porapruis), en U(t) achtergrondruis vertegenwoordigt. De achtergrondruis wordt geproduceerd door verschillende gevolgen, zoals de werking van tanden van een snijdende beitel (zoals een getande kernbeitel) gedurende het boren, door de tandwie-35 len in de mechanische boorkolom en door andere organen, betrekking 800 4 5 99 * X 1 ‘ 44 hebbende op roterieboorwerkingen. In bepaalde gevallen benadert U(t) witte ruis, hoewel de afwijking van U(t) van witte ruis in andere gevallen aanzienlijk kan zijn.The signal produced at the output terminal 151 of the screen 150 is expressed by a function F (t) as follows: F (t) - B (t) + P (t) + U (t) (22) where B (t) is the useful information carrying signal is, P (t) is the disturbing signal caused by the intermittent pressure change of the pump (pore noise), and represents U (t) background noise. The background noise is produced by various effects, such as the action of teeth of a cutting bit (such as a serrated core bit) during drilling, by the gears in the mechanical drill string and by other organs, related 800 4 5 99 * X 1 '44 having on rotary drilling operations. In some cases, U (t) approaches white noise, although the deviation of U (t) from white noise may be significant in other cases.

Het gecodeerde bericht, uitgedrukt door het informatiedra-5 gende signaal B(t) is een reeks binaire woorden, welke woorden elk een opeenvolging van bits bevatten. Een enkel bit in een binair woord wordt geproduceerd door één enkele "bediening" (dat wil zeggen door één enkelmalig openen en sluiten) van de klep 40. Een dergelijke enkelvoudige bediening wekt een hydraulische schokgolf op, die zich 10 aan het oppervlak van de grond vertoont als een enkel klepgolfje, zoals het klepgolfje in fig. 2B. Dientengevolge is het door B(t) uitgedrukte bericht in de vorm van een gecodeerde opeenvolging van klep-golfjes, waarbij elk der klepgolfjes van de in fig. 2B weergegeven soort is. De fig. 10A tot 10G tonen verschillende stappen, die tot 15 stand moeten worden gebracht voor het scheiden van het informatie- dragende signaal B(t) van de verstorende signalen. Voor het vergemakkelijken van de uiteenzetting is B(t) in fig. 10A uitgedrukt door één enkel klepgolfje in plaats van door een gecodeerde opeenvolging van klepgolfjes. Het klepgolfje in fig. 10A is dus van dezelfde soort 20 als één enkel klepgolfje in fig. 2B. Er is echter een kleine verandering in aanduiding. In fig. 10A is het bovenschrift "s" weggelaten, dat aanwezig is in fig. 2B. In de fig. 10A tot 10G zijn dus de verschillende tijden aangeduid als t^, ..........t^, t^g zonder boven schrift "s". De verschillende grafieken in de fig. 10A tot 10G zijn 25 pp passende wijze voorzien van een aanduiding in deze figuren. Duidelijkheidshalve en voor het vergemakkelijken van de uiteenzetting, zijn de tijdschalen, overeenkomende met deze grafieken, vervormd.The encoded message expressed by the information carrying signal B (t) is a series of binary words, each of which contains a sequence of bits. A single bit in a binary word is produced by a single "actuation" (ie by a single opening and closing) of the valve 40. Such a single actuation generates a hydraulic shock wave which extends at the surface of the ground as a single valve wave, such as the valve wave in Fig. 2B. Consequently, the message expressed by B (t) is in the form of an encoded sequence of valve waves, each of the valve waves being of the type shown in Fig. 2B. Figs. 10A to 10G show various steps to be accomplished to separate the information carrying signal B (t) from the interfering signals. To facilitate explanation, B (t) in Fig. 10A is expressed by a single valve wave rather than an encoded sequence of valve waves. Thus, the valve wave in Figure 10A is of the same type as a single valve wave in Figure 2B. However, there is a slight change in designation. In FIG. 10A, the top "s" omitted in FIG. 2B is omitted. Thus, in Figs. 10A to 10G, the different times are denoted as t ^, .......... t ^, t ^ g without "s" above. The various graphs in FIGS. 10A to 10G are appropriately labeled in these figures. For the sake of clarity and to facilitate explanation, the time scales corresponding to these graphs have been distorted.

Voor het opheffen van de verstorende ruissignalen (pomp-ruis en achtergrondruis) en voor het produceren van een signaal, dat 30 het gecodeerde bericht vertegenwoordigt, zijn drie opeenvolgende behandelingsstappen verschaft, die alsvolgt kunnen worden geïdentificeerd.To eliminate the disturbing noise signals (pump noise and background noise) and to produce a signal representing the encoded message, three consecutive treatment steps are provided, which can be identified as follows.

In stap 1 wordt een signaal, voorzien van drie componenten, zoals is weergegeven in fig. 10A, getransformeerd in een signaal, 35 voorzien van twee componenten, zoals is weergegeven in fig. IOC. Het 800 4 5 99 45 s ‘ * l doel van deze stap is het opheffen van de pompruis P(t). Als gevolg van deze stap wordt een "klepgolfje" van de in fig. 10A weergegeven soort, getransformeerd in een "dubbel golfje". Een dergelijk dubbel golfje is weergegeven in fig. IOC.In step 1, a three component signal as shown in Fig. 10A is transformed into a two component signal as shown in Fig. 10C. The 800 4 5 99 45 s "* l goal of this step is to eliminate the pump noise P (t). As a result of this step, a "valve wave" of the type shown in FIG. 10A is transformed into a "double wave". Such a double wave is shown in Fig. IOC.

5 Het doel van de stap 2 is het opheffen van het achter grondruissignaal .5 The purpose of step 2 is to cancel the rear ground noise signal.

In stap 3 wordt elk dubbel golfje, zoals is weergegeven in fig. 10D, getransformeerd in één enkele impuls, zoals is weergegeven in fig. 10G. Dientengevolge wordt een gecodeerde opeenvolging 10 van enkelvoudige impulsen verkregen, hetgeen in digitaal formaat de parameter vertegnwoordigt, gemeten door het waameemorgaan 101 op een passende diepte in het boorgat.In step 3, each double wave, as shown in Fig. 10D, is transformed into a single pulse, as shown in Fig. 10G. As a result, a coded sequence 10 of single pulses is obtained, which in digital format represents the parameter measured by the sensing means 101 at an appropriate depth in the borehole.

Thans wordt fig. 10A beschouwd. Deze figuur toont de drie componenten van het signaal F(t), zoals uitgedrukt door de vergelij-15 king (22). Deze zijn: het klepgolfje B(t), de pompruis P (t) en de achtergrondruis U(t). Zoals reeds opgemerkt, is het signaal F(t) verkregen door middel van de zeef 150. Deze zeef is verbonden met een vertragingselement 152, dat werkzaam is voor het vertragen van het ingangssignaal F(t) in de mate van T , hetgeen één periode isFig. 10A is now considered. This figure shows the three components of the signal F (t), as expressed by the equation (22). These are: valve wave B (t), pump noise P (t) and background noise U (t). As already noted, the signal F (t) is obtained by the sieve 150. This sieve is connected to a delay element 152, which acts to delay the input signal F (t) by the amount of T, which is one period is

PP

20 in de oscillatie, geproduceerd door de pomp 27. Het aan de uitgangs- leiding 153 van het vertragingselement 152 verkregen signaal kan dus worden uitgedrukt als F(t) - T . De drie componenten van het signaal20 in the oscillation produced by the pump 27. The signal obtained at the output line 153 of the delay element 152 can thus be expressed as F (t) -T. The three components of the signal

PP

F(t - T ) zijn weergegeven in fig. 10B. Deze zijn: het vertraagde PF (t - T) are shown in Fig. 10B. These are: the delayed P

klepgolfje B(t - T ), de vertraagde pompruis P(t - T ) en de P Pvalve wave B (t - T), the delayed pump noise P (t - T) and the P P

25 vertraagde achtergrondruis U(t-T ). Het tijdsverloop T is afhanke-25 delayed background noise U (t-T). The time course T is dependent on

P PP P

lijk van de draaisnelheid van de pomp, waarbij omdat de draaisnelheid van de pomp niet gelijkblijvend is, de vertraging T een veranderlijkeof the rotational speed of the pump, where because the rotational speed of the pump is not constant, the deceleration T has a variable

PP

vertraging is. Een passende regeling voor het vertragingselement 152 moet dus worden aangebracht in aanspreking op de draaisnelheid 30 van de pomp 27. Dienovereenkomstig is het vertragingselement 52 uitgevoerd voor het door de leiding 154 ontvangen van stuurimpulsen, verkregen van een impulsgenerator 155, die mechanisch wordt aangedreven door de pomp voor het produceren van een passend aantal impulsen per omwenteling van de pomp. Een kettingdrijfwerk 156 is voor dit 35 doel verschaft.delay. Thus, appropriate control for the delay element 152 must be made in response to the rotational speed 30 of the pump 27. Accordingly, the delay element 52 is configured to receive control pulses from line 154 obtained from a pulse generator 155 which is driven mechanically by the pump to produce an appropriate number of pulses per revolution of the pump. A chain drive 156 is provided for this purpose.

800 45 99 46 * l t800 45 99 46 * l t

Aangenomen wordt, dat de pomp 27 slagen per seconde produceert. Dus is T = 1/N^. De impulsgenerator 155 produceert stuurimpulsen met een betrekkelijk hoge snelheid N^/ die een veelvoud is van N^. Dus is = KN^, waarin K een constante is, die 5 is gekozen op 512. Indien dus de slagen van de pomp bestaan uit een per seconde, vereist dit dat de signaalgenerator 512 impulsen per seconde produceert. Het is duidelijk, dat de snelheid van stoten van de spoelingpomp 27 met de tijd veranderlijk is, waarbij dienovereenkomstig veranderlijk is voor het zodoende verzekeren, dat de door 10 het vertragingselement 152 geproduceerde vertraging altijd gelijk is aan één periode van de spoelingdrukoscillaties, geproduceerd door de spoelingpomp 27.The pump is believed to produce 27 strokes per second. So T = 1 / N ^. The pulse generator 155 produces control pulses at a relatively high speed N ^ which is a multiple of N ^. So = KN ^, where K is a constant, which is chosen 5 to 512. Thus, if the pump's strokes consist of one per second, this requires the signal generator to produce 512 pulses per second. It is understood that the rate of impact of the rinse pump 27 is variable with time, and is accordingly variable to ensure that the delay produced by the delay element 152 is always equal to one period of the rinse pressure oscillations produced by the flushing pump 27.

Het signaal F(t-T^), verkregen van het vertragingselement 152, wordt gelegd aan een ingangsleiding 153 van een aftrekorgaan 160.The signal F (t-T ^) obtained from the delay element 152 is applied to an input line 153 of the subtractor 160.

15 Het aftrekorgaan 160 ontvangt op zijn ingangsleiding 161 ook het signaal F(t), verkregen van de zeef 150, en produceert aan zijn uit- gangsleiding 162 een signaalverschil, dat gelijk is aan: x (t) = F(t) - F (t-T )The subtractor 160 also receives on its input line 161 the signal F (t) obtained from the screen 150, and produces a signal difference on its output line 162 equal to: x (t) = F (t) - F (tT)

PP

= B (t)-B (t-T )+P(t)-P(t-'Tj+U(t)-U(t-T ) (23) p b p 20 Omdat P(t) periodiek is en een periode heeft van T , is: P(t) - P(t - T ) =0 (24)= B (t) -B (tT) + P (t) -P (t-'Tj + U (t) -U (tT) (23) pbp 20 Because P (t) is periodic and has a period of T , is: P (t) - P (t - T) = 0 (24)

PP

Op grond van het periodiek zijn van door de spoelingpomp 27 geproduceerde stoten, is dus de ruis als gevolg van de pomp opgeheven, waarbij het aan de uitgangsleiding 162 van het aftrekorgaan 160 25 verkregen signaal thans kan worden uitgedrukt: x(t) = b(t) + u(t) (25) waarin: b(t) = B(t) - B (t - T ) (26)Hence, due to the periodicity of pulses produced by the rinse pump 27, the noise from the pump is eliminated, the signal obtained at the output line 162 of the subtractor 160 now being able to be expressed: x (t) = b ( t) + u (t) (25) where: b (t) = B (t) - B (t - T) (26)

PP

het informatiedragende signaal is, en 30 u(t) = U(t) - U(t - T ) (27)the information carrying signal is, and 30 u (t) = U (t) - U (t - T) (27)

PP

een achtergrondruissignaal is.is a background noise signal.

Zowel het informatiedragende signaal b(t) als het ruissignaal u(t) zijn weergegeven in fig. 10C. Thans is te zien, dat door het uitvoeren van de stap 1, zoals hiervoor geschetst, het in-35 formatiedragende signaal B(t), zoals is weergegeven in fig. 10A en 800 4 5 99 r » 47 met de vorm van een klepgolfje, is getransformeerd in een ander in-formatiedragen signaal bit), zoals is weergegeven in fig. 10c. Het signaal b(t) wordt aangeduid als een "dubbel golfje" in tegenstelling tot het signaal B(t), dat een "klepgolfje" vertegenwoordigt. Een 5 dubbel golfje omvat twee klepgolfjes, zoals de klepgolfjes A en B in fig. IOC. Deze klepgolfjes zijn van elkaar gescheiden door het tijdsverloop T . Het klepgolje A is soortgelijk aan dat van fig. 10A,Both the information carrying signal b (t) and the noise signal u (t) are shown in Fig. 10C. It can now be seen that by performing step 1, as outlined above, the in formation bearing signal B (t), as shown in Fig. 10A and 800 4 5 99 r »47 in the form of a valve wave , is transformed into another information carrier signal bit), as shown in Fig. 10c. The signal b (t) is referred to as a "double wave" as opposed to the signal B (t), which represents a "valve wave." A double wave comprises two valve waves, such as valve waves A and B in fig. IOC. These valve waves are separated from each other by the time course T. The valve ball A is similar to that of Fig. 10A,

PP

waarbij het klepgolfje B de geïnverteerde vorm vertegenwoordigt van het klepgolfje A.wherein valve wave B represents the inverted shape of valve wave A.

10 Het signaal x(t), vergelijking (25)m wordt verder gelegd aan de ingangsleiding 162 van een analoog-naar-digitaal (A/D) omzetter 163, die wordt geregeld door een klok 178. Aan de uitgangsleiding 164 van de A/D omzetter wordt een signaal verkregen, uitgedrukt als: x = b + u (28) t t t 15 waarin overeenkomstig de gebruikte symbolgen x^_, b^_ en u^ digitale versies zijn van respectievelijk de analoge signalen x(t), b(t) en u(t). De signalen xfc en u^ zijn in de vorm van tijdreeksen, zoals respectievelijk: xt = (. . . x_2, x_1 xQ, x1? . . ., xg, . . .) (29) 20 en u — (· · · u 2/ u j, u^, / · · · r , . . .) (30) waarbij, het signaal bt een golfje is met een eindige lengte: bt = (V bl' b2' ' " V (31)The signal x (t), equation (25) m is further applied to the input line 162 of an analog-to-digital (A / D) converter 163, which is controlled by a clock 178. To the output line 164 of the A / D converter, a signal is obtained, expressed as: x = b + u (28) ttt 15 in which according to the symbol gen used x ^ _, b ^ _ and u ^ are digital versions of the analog signals x (t), b respectively (t) and u (t). The signals xfc and u ^ are in the form of time series, such as: xt = (... X_2, x_1 xQ, x1?..., Xg,...) (29) 20 and u - (· · · u 2 / uj, u ^, / · · · r, ...) (30) where, the signal bt is a wave of finite length: bt = (V bl 'b2' '"V (31)

De menging van een dubbel golfje bfc en het ruissignaal 25 u^wordt dan gelegd aan een digitale zeef 170 met een lengte van (n + 1), voorzien van een geheugenwerking: a. = (a_, a., a , . . . ., a ) (32) t 0 1 2 nThe mixing of a double wave bfc and the noise signal 25 µl is then applied to a digital sieve 170 with a length of (n + 1), provided with a memory operation: a. = (A_, a., A,... ., a) (32) t 0 1 2 n

In deze uitvoeringsvorm wordt een digitale zeef gekozen, bekend als een gelijkmakende zeef, waarbij de geheugenwerking afc wordt gekozen 30 voor het optimaal maken van de werking van de zeef. Optimale omstandigheden worden bereikt wanneer de verhouding van het signaal tot de ruis aan de uitgang van de zeef 170 zij maximum waarde heeft.In this embodiment, a digital screen is selected, known as an equalizing screen, with the memory operation afc selected to optimize the operation of the screen. Optimal conditions are achieved when the ratio of the signal to the noise at the output of the screen 170 has its maximum value.

Zie voor een beschrijving van gelijkmakende zeven bijvoorbeeld een publicatie door Sven Treitel en E.A. Robinson over "Optimum 35 Digital Filters for Signal-to-Noise Ratio Enhancement", Geophysical 8004599 48For a description of equalizing sieves, see, for example, a publication by Sven Treitel and E.A. Robinson on "Optimum 35 Digital Filters for Signal-to-Noise Ratio Enhancement", Geophysical 8004599 48

Prospecting Vol. 17, No. 3, 1969, pp. 248-293, of een publicatie door E.A. Robinson over "Statustucal Communication and Detection with Special Reference to Digital Data Processing of Radar and Seismic Signals", Hafner Publishing Company, New York, N.Y. 1967, biz. 250-269). 5 De geheugenwerking afc van de gelijkmakende zeef 170 is uitgevoerd om te kunnen worden geregeld voor het zodoende te allen tijde gedurende de meethandelingen kunnen verzekeren van de optimale omstandigheden in de werking van de zeef. De regeling van de zeef wordt tot stand gebracht door middel van een computer 172, die op 10 een hierna te beschrijven wijze passende gegevens ontvangt van een opslag- en terugroepelement 173.Prospecting Vol. 17, no. 3, 1969, pp. 248-293, or a publication by E.A. Robinson on "Statustucal Communication and Detection with Special Reference to Digital Data Processing of Radar and Seismic Signals", Hafner Publishing Company, New York, N.Y. 1967, biz. 250-269). The memory operation afc of the equalizing screen 170 is arranged to be adjustable so as to ensure optimal conditions in the operation of the screen at all times during the measurement operations. The control of the screen is accomplished by means of a computer 172 which receives appropriate data from a storage and recall element 173 in a manner to be described below.

Een signaal y verkregen aan de uitgangsleiding 174 van de gelijkmakende zeef 1'70 kan worden uitgedrukt als een menging van de ingangswerking xfc en de geheugenwerking afc. Dus: 15 yt + xt\ = aQxt + + — + Vt-„ (33) waarin het sterretje een menging aanduidt. Door substitutie in (33) van x + b + u wordt verkregen: . t t t yt = ct + \ (34) waarin: 20 c = b * a (35) t t t de zeefaanspreking is op een zuivere signaalingang, en v = u * a (36) y t t de ruisuitgang is. Een blokschema, dat deze betrekkingen aangeeft, is weergegeven in fig. 11.A signal y obtained at the output line 174 of the equalizing screen 1'70 can be expressed as a mixture of the input operation xfc and the memory operation afc. So: 15 yt + xt \ = aQxt + + - + Vt- „(33) in which the asterisk indicates a mixture. By substitution in (33) of x + b + u:. t t t yt = ct + \ (34) where: 20 c = b * a (35) t t t is the sieve response on a pure signal input, and v = u * a (36) y t t is the noise output. A block diagram indicating these relationships is shown in Figure 11.

25 Teneinde de optimale omstandigheden te verzekeren in de werking van de gelijkmakende zeef 170, wordt een bepaald moment, bijvoorbeeld het moment t = t^ gekozen, waarbij het nodig is, dat de momentele energie in de zeefuitgang, die een signaal bevat op het moment t = t^, zo groot mogelijk is met betrekking tot de gemiddelde 30 energie in de gezeefde ruis op dat moment. Teneinde derhalve het signaal c in de gezeefde uitgang ufc waar te nemen, wordt gebruik gemaakt van de verhouding van het signaal tot de ruis, zoals bepaald door: 2 ^ _ (Waarde van het signaal op het moment t^) (37)In order to ensure the optimal conditions in the operation of the equalizing screen 170, a certain moment, for example the moment t = t ^, is selected, in which it is necessary that the instantaneous energy in the screen output, which contains a signal at the moment t = t ^, is as large as possible with respect to the average energy in the screened noise at that time. Therefore, in order to detect the signal c in the screened output ufc, the ratio of the signal to the noise is used, as determined by: 2 ^ _ (Value of the signal at time t ^) (37)

Energie van gezeefde ruis.Screened noise energy.

800 4 5 99 49 indien het signaal (b0, b,, ...... b ) met de lengte (n + 1) wordt 0 1 n gemengd met de zeef met de lengte (n + 1) wordt een uitgangsreeks (c_, c,,.....c ,....., c„ ., c„ ) met een lengte van (2n + 1) ver- U 1 η 2n-1 2n kregen, waarin Cn de middenwaarde is van deze uitgangsreeks. Op het 5 moment t. = t , wordt dus: 3 On 2 2 c (anb + a.b . + ... + a b.) u . n . ° n 1 _n ° (38) {Ev^} E{v^} 2 η n waarin E {v } de gemiddelde waarde is van de ruisuitgangsenergie. n800 4 5 99 49 if the signal (b0, b ,, ...... b) with the length (n + 1), 0 1 n is mixed with the sieve with the length (n + 1), an output series ( c_, c ,, ..... c, ....., c „., c„) with a length of (2n + 1) ver U 1 η 2n-1 2n, where Cn is the mean value of this output sequence. At the 5 moment t. = t, therefore becomes: 3 On 2 2 c (anb + a.b. + ... + a b.) u. n. ° n 1 _n ° (38) {Ev ^} E {v ^} 2 η n where E {v} is the mean value of the noise output energy. n

Hierbij wordt aangenomen, dat de achtergrondruis ufc witte ruis is. Dan kan worden aangetoond (zie bijvoorbeeld een publikatie door Sven Treitel en E.A. Robinson "Optimum Digital Filters forIt is hereby assumed that the background noise is ufc white noise. Then it can be demonstrated (see, for example, a publication by Sven Treitel and E.A. Robinson "Optimum Digital Filters for

Signal to Noise Ratio Enhancement”, Geoph. Prosp., Vol. XVII, Nr. 3, 1969, biz. 240-293), dat de maximum waarde van de verhouding μ van 1 ζ signaal tot ruis kan worden verkregen wanneer: (a_, a., . ··, a ) = (kb , kb ., ·.·, kb-) (39) 0 1 η η η-1 u waarin k op een is gekozen. Bij aanwezigheid van een in ruis gedompeld signaal, ktinnen dus, wanneer de ruis wit is, de optimale omstandigheden worden verkregen wanneer het geheugen van de zeef wordt 20 gegeven door het geïnverteerde signaal, te weten door de coëfficiënt- reeks (b , b b_).Signal to Noise Ratio Enhancement ”, Geoph. Prosp., Vol. XVII, No. 3, 1969, biz. 240-293), that the maximum value of the μ ratio of 1 ζ signal to noise can be obtained when: (a_, a.,. ··, a) = (kb, kb., ·. ·, Kb-) (39) 0 1 η η η-1 u in which k is chosen on one. In the presence of a noise-dipped signal, thus, when the noise is white, the optimum conditions are obtained when the screen of the sieve is given by the inverted signal, namely by the coefficient series (b, b b_) .

n n-l un n-l u

Het geheugen van de zeef 170 wordt te allen tijde bepaald door middel van het geheugen 172, dat door een kanaal 175 is verbonden met de zeef. De uitdrukking "kanaal" heeft betrekking op passende 25 geleiders, verbindingen of overbrengingsmiddelen, zoals voor een bepaald geval nodig kan zijn. Een opslag- en terugroepelement 173 is verschaft voor het opslaan van de functie b^ voor een opvolgend overbrengen van b^ door het kanaal 176 naar de computer 172. De werking van de computer bestaat uit het inverteren van de ingangs-30 gegevens, uitgedrukt door een reeks (b^, b^, ..., bn) voor het zodoende aan zijn uitgangskanaal 175 verschaffen van een reeks 0t>n, _____ feg), die op zijn beurt wordt gelegd aan de gelijkmakende zeef via het kanaal 175 en daarin wordt opgeslagen als een geheugen van de zeef overeenkomstig de vergelijking (39).The memory of the sieve 170 is always determined by means of the memory 172, which is connected to the sieve by a channel 175. The term "channel" refers to appropriate conductors, connectors or transfer means, as may be necessary in a particular case. A storage and recall element 173 is provided for storing the function b ^ for a subsequent transfer of b ^ through the channel 176 to the computer 172. The operation of the computer consists of inverting the input data expressed by a sequence (b ^, b ^, ..., bn) for providing a sequence 0t> n, _____ feg) to its output channel 175, which in turn is applied to the equalizing screen through channel 175 and therein is stored as a memory of the sieve according to the equation (39).

35 De gezeefde uitgang y^, verkregen aan de uitgangsleiding 800 4 5 99 κ τ 50 174 van de gelijkmakende zeef 170 wordt verder gelegd aan een digi-taal-naar-analoog (D/A) omzetter 181. Omdat y een signaal vertegenwoordigt in gedigitaliseerde vorm, wordt de bijbehorende analoge functie, verkregen aan de uitgangsleiding 182 van de D/A omzetter 5 181, overeenkomstig de gebruikte symbolen uitgedrukt als y(t).The screened output y ^, obtained at the output line 800 4 5 99 κ τ 50 174 of the equalizing screen 170 is passed to a digital-to-analog (D / A) converter 181. Because y represents a signal in digitized form, the corresponding analog function, obtained at the output line 182 of the D / A converter 5 181, is expressed as y (t) according to the symbols used.

Opgemerkt moet worden, dat het tot een maximum opvoeren van de verhouding van het signaal tot de ruis in de gezeefde uitgang y equivalent is aan het tot een minimum beperken van het ruissignaal v (of de analoge equivalent v(t) daarvan) bij vergelij-10 king met het informatiedragende signahl c (of de analoge equivalent c(t) daarvan). Dus: v(t) ζζ c(t) (40) en y(t) sy, c(t) ,—<· b(t) (41) 15 De uitgangsfunctie y(t) van de gelijkmakende zeef, zoals is weergegeven in fig. 10D, lijkt dus sterk op de functie b(t), weergegeven in fig. IOC.It should be noted that maximizing the ratio of the signal to the noise in the screened output y is equivalent to minimizing the noise signal v (or its analog equivalent v (t)) at comparison. 10 with the information carrying signahl c (or its analog equivalent c (t)). So: v (t) ζζ c (t) (40) and y (t) sy, c (t), - <b (t) (41) 15 The output function y (t) of the equalizing sieve, as is thus shown in Fig. 10D is very similar to the function b (t) shown in Fig. 10C.

Een belangrijk kenmerk van de uitvinding omvat het opslaan (voor een daaropvolgend weergeven) van de functie b door middel van 20 het opslag- en terugroepelement 173. De vereiste handeling voor het opslaan van b wordt thans besproken in samenhang met fig. 12. De handeling bestaat uit een aantal stappen.An important feature of the invention includes storing (for a subsequent displaying) the function b by the storage and recall element 173. The required operation for storing b is now discussed in connection with Fig. 12. The operation consists of a number of steps.

Stap (a). Het boren wordt stilgezet, dat wil zeggen de beitel 31 wordt over een korte afstand boven de bodem opgetild, de 25 roteriekraan wordt onbelast gehouden en de draaitafel 21 wordt stilgezet.Step (a). Drilling is stopped, ie the bit 31 is lifted a short distance above the bottom, the rotary valve is kept unloaded and the turntable 21 is stopped.

Stap (b). De pomp 27 blijft werken zoals gedurende het gebruikelijke boren, dat wil zeggen met een regelmatige pompsnelheid en een pompdruk, die representatief zijn voor die, gebruikt 30 gedurende het feitelijke meten tijdens het boren. Alle andere storings-bronnen, zoals electrische wisselstroomopneming van generatoren, de bediening van kranen, enz., worden stilgezet. "Zware" en andere bronnen van ruis worden in het geval van buitengaatse werkzaamheden zoveel mogelijk opgeheven (bijvoorbeeld door het kiezen van een 35 mistige dag).Step (b). The pump 27 continues to operate as during conventional drilling, ie, at a regular pumping speed and pumping pressure, representative of those used during actual measurement during drilling. All other sources of interference, such as electric alternating current consumption of generators, operation of cranes, etc., are stopped. "Heavy" and other sources of noise are eliminated as much as possible in the case of offshore activities (for example, by choosing a foggy day).

800 4 5 99 'ï * 51 l.800 4 5 99 '* 51 l.

Stap (c). Zoals reeds beschreven en weergegeven in samenhang met fig. 5A, wordt het ondergronds coderen bepaald door een "klok”, die in absolute synchronisatie is met de "kolk" bij de oppervlakteuitrusting. Dientengevolge is het aan het oppervlak moge-5 lijk een bepaling te maken van het moment, dat één enkele impuls wordt opgewekt in de ondergrond, bijvoorbeeld de voorloperimpuls, en door het weten van de overbrengingssnelheid door de spoelingkolom ook het nauwkeurige moment te weten, waarop de hydraulische impuls aan het oppervlak wordt ontvangen. Het is dus mogelijk een enkel"golfje" 10 aan het oppervlak te ontvangen en vantevoren te weten wanneer het golfje op tijd verschijnt, hoewel het door ruis kan zijn vervaagd.Step (c). As already described and shown in connection with Fig. 5A, the underground coding is determined by a "clock", which is in absolute synchronization with the "whirl" in the surface equipment, therefore, it is possible to determine the surface. making the moment that a single impulse is generated in the subsurface, for example the precursor impulse, and by knowing the transmission speed through the purge column also knowing the exact moment at which the hydraulic impulse is received at the surface, so it is possible receive a single "wave" 10 at the surface and know in advance when the wave will appear in time, although it may be blurred by noise.

In vele gevallen springt het enkele golfje uit boven de ruis, zodat het visueel waarnemen op een oscilloscoop praktisch is. De momentele hydraulische toestand, opgewekt door de klep 40, wordt dus door de 15 overdrager 51 op een bekend moment ontvangen.In many cases, the single wave jumps out above the noise, making visual observation on an oscilloscope practical. Thus, the current hydraulic condition generated by valve 40 is received by transducer 51 at a known time.

Stap (d). Het signaal, verkregen door de overdrager 51, wordt door de zeef 150 overgebracht voor het selectief overbrengen van frequenties in het bereik van 0,1 tot 10 Hz. Omdat het boren is stilgezet (zoals geschetst in de stap (a) hiervoor), is de achter-20 grondmis U(t) verwaarloosbaar, als gevolg waarvan het signaal, verkregen aan de uitgang van de zeef 150 in de vorm is van F(t) = B (t) + P(t).Step (d). The signal, obtained by the transducer 51, is transferred through the screen 150 to selectively transmit frequencies in the range of 0.1 to 10 Hz. Since the drilling is stopped (as outlined in step (a) above), the back ground U (t) is negligible, as a result of which the signal obtained at the output of the sieve 150 is in the form of F ( t) = B (t) + P (t).

Stap (e). Het signaal F(t), verkregen van de zeef 150, wordt geleid door het vertragingselement 152, het aftrekorgaan 160 en de 25 A/D-omzetter 163 op de hiervoor uiteengezette wijze. Tijdens het boren is het signaal, verkregen aan de uitgang van de A/D-omzetter 163 gewoonlijk in de vorm van x^ = + u^, waarin u^ verantwoorde lijk is voor de ruis, die het gevolg is van het boren. Omdat ook hier weer het boren is stilgezet, is het achtergrondruissignaal ufc 30 verwaarloosbaar. Onder deze omstandigheden is . Het signaal xfc vertegenwoordigt zoveel als praktisch mogelijk is een "ruisloos signaal", dat overeenkomt met een golfje, dat het in^ormatiedragende signaal vertegenwoordigt.Step (e). The signal F (t), obtained from the screen 150, is passed through the delay element 152, the subtractor 160 and the A / D converter 163 in the manner set forth above. During drilling, the signal obtained at the output of the A / D converter 163 is usually in the form of x ^ = + u ^, where u ^ is responsible for the noise resulting from the drilling. Since the drilling is again stopped here, the background noise signal ufc 30 is negligible. Under these circumstances. The signal xfc represents as much as practicable a "noiseless signal" corresponding to a wave representing the information-carrying signal.

Stap (f). De functie x. ^b^ wordt opgeslagen.Step (f). The function x. ^ b ^ is saved.

t t 35 De handelingsstappen (a), (b), (c), (d), (e), en (f), 800 45 99 52 * * J ( zoals hiervoor geschetst, worden uitgevoerd door middel van de bedieningsinrichting, zoals is weergegeven in fig. 12. In deze inrichting wordt de uitgang van de A/D-omzetter 163 gelegd aan de ingang van het opslag- en terugroepelement 173, voor het registreren 5 van x.rs/b .tt 35 The steps (a), (b), (c), (d), (e), and (f), 800 45 99 52 * * J (as outlined above) are performed using the control device, such as is shown in Fig. 12. In this arrangement, the output of the A / D converter 163 is applied to the input of the storage and recall element 173, for recording x.rs/b.

t tt t

Opgemerkt moet worden, dat in het frequentiegebied de geheugenfunctie van de gelijkmakende zeef 170 kan worden uitgedrukt als: A(f) = e “2irvfn B*(f) (42) 10 waarin f de frequentie is en B (f) de complex-geconjugeerde is van de Fourier-transformering van het signaal bfc.It should be noted that in the frequency range the memory function of the equalizing screen 170 can be expressed as: A (f) = e “2irvfn B * (f) (42) 10 where f is the frequency and B (f) is the complex- is conjugated from the Fourier transform of the signal bfc.

Het opheffen van achtergrondruis wanneer de ruis wit is kan in bepaalde gevallen tot stand worden gebracht door middel van een automatisch werkzaam correleerorgaan in plaats van door middel 15 van een gelijkmakende zeef, zoals de gelijkmakende zeef 170 in fig.Background noise elimination when the noise is white can in some cases be accomplished by an automatic correlator rather than by an equalizing screen, such as the equalizing screen 170 in FIG.

9. Voor het tot stand brengen hiervan moet het schema van fig. 9 worden gewijzigd door het verwijderen van de gelijkmakende zeef 174, de computer 172 en het opslag- en terugroepelement 173. Inplaats daarvan wordt een automatisch werkzaam correleerorgaan gebruikt. De 20 ingangsaansluitingen van het automatisch werkzame correleerorgaan worden verbonden met de uitgangsleidingen 164 van de A/D-omzetter 163. Tegelijkertijd worden de uitgangsleidingen van het automatisch werkzame correleerorgaan verbonden met de ingangsleidingen 174 van de D/A-omzetter 181. De uitgang van de D/A-omzetter kan worden behan-25 deld door middel van het vertragingselement 190, het de polaritiet omkerende element 192, de EN-poort 193, enz, zoals is weergegeven in fig. 9. In bepaalde gevallen kan de uitgang van de D/A-omzetter echter direkt worden gelegd aan een registreertoestel.9. To accomplish this, the scheme of FIG. 9 must be modified by removing the equalizing screen 174, the computer 172, and the storage and recall element 173. An automatic correlator is used instead. The input terminals of the automatic correlator are connected to the output lines 164 of the A / D converter 163. At the same time, the output lines of the automatic correlator are connected to the input lines 174 of the D / A converter 181. The output of the D / A converter can be treated by means of delay element 190, polarity reversal element 192, AND gate 193, etc., as shown in FIG. 9. In some cases, the output of D / A converter, however, should be placed directly on a recorder.

Verwezen wordt weer naar de bedieningsinrichting van 30 fig. 9. Thans is aan de uitgangsleiding 182 van de D/A-omzetter 181 een signaal verkregen, vertegenwoordigt door een functie y(t), die is weergegeven in fig. 10D, en die een gedaante heeft, die gelijk is aan die van het dubbele golfje b(t), dat wil zeggen y(t)yb(t).Reference is again made to the operating device of FIG. 9. Now, a signal is represented at the output line 182 of the D / A converter 181, represented by a function y (t) shown in FIG. 10D, which shape which is equal to that of the double wave b (t), i.e. y (t) yb (t).

De functie y(t)>^b(t) vertegenwoordigt één enkel bit in 35 het gedigitaliseerde signaal, welk bit de klep 40 bedient. Het is 800 4 5 99 53 ΐ * * i duidelijk, dat een dergelijke functie niet erg gemakkelijk is voor het weergeven van een zeer kort tijdsverloop, overeenkomende met een enkelvoudig openen en sluiten van de klep 40. Het is derhalve, zoals in stap nr. 3 uiteengezet, nodig een dubbel golfje te transfor-5 meren in een enkele korte impuls, samenvallende met de bediening van de klep. Dit doeleinde wordt tot stand gebracht door middel van een vertragingselement 190, geregeld door een klok 191 in samenhang met het de polariteit omkerende element 192 en de EN-poort 193 (samen-vallingsschakeling), opgesteld zoals is weergegeven in fig. 9.The function y (t)> ^ b (t) represents a single bit in the digitized signal, which bit operates the valve 40. It is clear that such a function is not very easy to display a very short time lapse, corresponding to a single opening and closing of the valve 40. It is therefore, as in step no. 3 set out, needed to transform a double wave in a single short impulse coinciding with the actuation of the valve. This purpose is accomplished by means of a delay element 190 controlled by a clock 191 in conjunction with the polarity reversing element 192 and the AND gate 193 (coincidence circuit) arranged as shown in FIG. 9.

10 Het vertragingselement ontvangt via de leiding 182 het signaal y(t) van de D/A-omzetter 181. Dit vertragingselement wordt geregeld door de klok 191 voor het zodoende aan de uitgangsleiding 195 verkrijgen van een vertraging, die gelijk is aan het tijdsverloop T^. De vertraagde functie b(t - T ) zoals is weergegeven in fig. 10E, wordt m 15 verder gelegd via de leiding 195 aan het de polariteit omkerende element 192 voor het aan de uitgangsleiding 197 van het element 192 produceren van een geïnverteerd, vertraagd, dubbel golfje, uitgedrukt als -b(t - T ), en weergegeven in fig. 10F. mThe delay element receives the signal y (t) from the D / A converter 181 via the line 182. This delay element is controlled by the clock 191 so as to obtain a delay equal to the time course T on the output line 195. ^. The delayed function b (t - T), as shown in Fig. 10E, m 15 is continued through line 195 to polarity reversing element 192 to produce an inverted, delayed at output line 197 of element 192, double wave, expressed as -b (t - T), and shown in Fig. 10F. m

Het signaal -b(t - T ) wordt via de leiding 197 gelegd aan 20 de EN-poort 193. Tegelijkertijd wordt het signaal b(t) verkregen van de D/A-omzetter 181, door de leidingen 182 en 200 gelegd aan de EN-poort 193. Elk der signaln b(t) en -b(t - T ) bevat impulsen, die een positief en negatief gaande polariteit hebben. Door het vergelijken van het signaal b(t), zoals in fig. 10D, met het signaal -b(t -T ), m 25 zoals in fig. 10F, is te zien, dat er slechts één impuls is in fig.The signal -b (t - T) is applied to the AND gate 193 via line 197. At the same time, the signal b (t) is obtained from the D / A converter 181, through the lines 182 and 200 to the AND gate 193. Each of the signals b (t) and -b (t - T) contains pulses which have a positive and negative polarity. By comparing the signal b (t), as in Fig. 10D, with the signal -b (t -T), m 25 as in Fig. 10F, it can be seen that there is only one pulse in Fig.

10D, die in tijd samenvalt met de impuls in fig. 10F. Deze impuls treedt op in het tijdsverloop van tg tot t4 in fig. 10D en van tg tot tjg in fig. 1ÖF. Op te merken is, dat de momenten tg en tg samenvallen omdat t_ = t, + T en t_ = t, + T . Op soortgelijke 3 l m alm10D, which coincides in time with the pulse in FIG. 10F. This pulse occurs in the time course from tg to t4 in Fig. 10D and from tg to tjg in Fig. 10F. It should be noted that the moments tg and tg coincide because t_ = t, + T and t_ = t, + T. At similar 3 l m alm

30 wijze vallen de momenten t^ en t^ samen, omdat t^ = t^ + Tn + TIn this way the moments t ^ and t ^ coincide, because t ^ = t ^ + Tn + T

en t,n = t, + T + T . Dientengevolge wordt één enkele samenvallende 10 1 n m impuls verkregen uit het dubbele golfje b(t), weergegeven in fig.and t, n = t, + T + T. As a result, a single coincident 10 1 n m impulse is obtained from the double wave b (t) shown in FIG.

10G. Dienovereenkomstig wekt de EN-poort 193, die aan zijn ingangs-leidingen 200 en 197 signalen ontvangt, die respectievelijk de 35 functie b(t) en -b(t - T^) vertegenwoordigen, aan zijn uitgangsleiding 800 4 5 9910G. Accordingly, AND gate 193, which receives signals at its input lines 200 and 197, representing functions b (t) and -b (t - T ^), respectively, generates at its output line 800 4 5 99

i. Ii. I

54 210 één enkele impuls op, zoals is weergegeven in fig. 10G.54 210 a single pulse as shown in Fig. 10G.

Er wordt aan herinnerd, dat in deze uitvoeringsvorm eenvoudigheidshalve een enkele impuls is weergegeven, die wordt geproduceerd en in hoofdzaak samenvallend is met een enkelvoudig 5 openen en sluiten van de klep. In gedachte moet worden gehouden, dat bij het feitelijke boren en het gelijktijdig meten, aan de uit-gangsleiding 210 een gecodeerde opeenvolging wordt verkregen van enkelvoudige impulsen, welke opeenvolging een meting vertegenwoordigt, uitgevoerd door een gekozen waameemorgaan van een gekozen 10 parameter.It is recalled that for the sake of simplicity, in this embodiment, a single pulse is shown, which is produced and substantially coincides with a single opening and closing of the valve. It should be borne in mind that in the actual drilling and simultaneous measurement, an encoded sequence of single pulses is obtained on the output line 210, which sequence represents a measurement performed by a selected sensing means of a selected parameter.

De gecodeerde opeenvolging van enkele impulsen, verkregen aan de uitgangsleiding 210 van de EN-poort 193 wordt gelegd aan een D/A-omzetter 211, die wordt geregeld door een klok 212. Aan de uitgangsleiding 214 van de D/A-omzetter 211 wordt in analoge vorm een 15 signaal verkregen, dat de meting van de gekozen parameter vertegen^ woordigt. Dit signaal wordt geregistreerd door middel van het regis-treertoestel 54.The coded sequence of single pulses obtained at the output line 210 of the AND gate 193 is applied to a D / A converter 211, which is controlled by a clock 212. At the output line 214 of the D / A converter 211, obtained in analog form a signal representing the measurement of the selected parameter. This signal is recorded by means of the recording device 54.

Bij een andere uitvoeringsvorm kan een kruiscorreleerorgaan worden gebruikt inplaats van een gelijkmakende zeef voor het 20 opheffen van ruis. Er bestaat een sterke analogie tussen het mengen van twee functies, zoals is weergegeven door middel van de vergelijking (20a) en het kruiscorreleren. Het kruiscorreleren van één functie met een andere produceert hetzelfde resultaat als zou worden geproduceerd van één functie met een andere produceert hetzelfde re-25 sultaat als zou worden geproduceerd door het leiden van de eerste functie door een zeef (gelijkmakende zeef), waarvan de geheugenwerking het omgekeerde is van de tweede functie.(Zie bijvoorbeeld een publikatie door N.A. Anstey, "Correlation Techniques —A Review", Geoph. Prosp. Vol. 12, 1964, biz. 355-382, of een publikatie door 30 Y.W. Lee over "Statistical Theory of Communucation ," John Wiley and Sons., New York, N.Y. 1960, biz. 45.).In another embodiment, a cross-correlator may be used in place of an equalizing sieve to eliminate noise. There is a strong analogy between mixing two functions, as shown by equation (20a) and cross-correlation. Cross-correlating one function with another produces the same result as would be produced from one function with another produces the same result as would be produced by passing the first function through a sieve (equalizing sieve), the memory operation of which is the reverse of the second function. (See, for example, a publication by NA Anstey, "Correlation Techniques —A Review," Geoph. Prosp. Vol. 12, 1964, biz. 355-382, or a publication by 30 YW Lee on "Statistical Theory of Communucation, "John Wiley and Sons., New York, NY 1960, biz. 45.).

In fig. 13 is weergegeven op welke wijze de handelingen, die kunnen worden uitgevoerd door een gelijkmakende zeef, eveneens kunnen worden uitgevoerd door een kruiscorreleerorgaan 200. Het 35 kruiscorreleerorgaan 200 is voorzien van twee ingangsaansluitingen 800 4 5 99 55 f 4.Fig. 13 shows how the operations, which can be performed by a leveling screen, can also be performed by a cross-correlator 200. The cross-correlator 200 is provided with two input connections 800 4 5 99 55 f 4.

i 1 201 en 202, en van een aangangsaansluiting 203. Het signaal x^, verkregen van de A/D-omzetter 163, wordt gelegd aan de ingangsaansluiting 201, waarbij het signaal b^, verkregen van het opslag- en terugroep-element 173, wordt gelegd aan de ingangsaansluiting 202. Zodoende 5 wordt dus een signaal, dat de kruiscorrelatie vertegenwoordigt van en b^ verkregen aan de uitgangsleiding 203. Het is gemakkelijk duidelijk, dat het kruiscorrelatiesignaal, verkregen aan de uitgangsleiding 203, gelijk is aan het mengingssignaal y^, zoals uitgedrukt door de vergelijking (33) en in fig. 9 geproduceerd door de gelijkma-^ kende zeef 170. Het kruiscorrelatiesignaal wordt verder behandeld, zoals is weergegeven in fig. 13, op dezelfde wijze als het signaal, verkregen door middel van de gelijkmakende zeef 170 werd behandeld in de inrichting van fig. 9.1 201 and 202, and from an input terminal 203. The signal x ^, obtained from the A / D converter 163, is applied to the input terminal 201, the signal b ^, obtained from the storage and recall element 173 is applied to the input terminal 202. Thus, a signal representing the cross-correlation of and b ^ is obtained at the output line 203. It is readily apparent that the cross-correlation signal obtained at the output line 203 is equal to the mix signal y as expressed by equation (33) and produced in FIG. 9 by the equalizing screen 170. The cross-correlation signal is further processed as shown in FIG. 13 in the same manner as the signal obtained by the leveling screen 170 was treated in the apparatus of Fig. 9.

Wanneer de achtergrondruis witte ruis is, is de automatische 1 ζ 13 correlatie q van de ruisfunctie gelijk aan nul voor t φ 0. Thans wordt het geval beschouwd, dat de ongewenste ruis u een bekende automatisch correlerende functie q^ heeft, waarin de coëfficiënten t q niet noodzakelijkerwijze nul zijn voor t φ 0. Dit is het geval van "automatisch gecorreleerde ruis" in tegenstelling tot zuivere 20 witte ruis, waarvan de enige niet verdwijnende automatische corre- latiecoëfficiënt qQ is. Een passende vorm van een gelijkmakende zeef met bijbehorende onderdelen is weergegeven in fig. 14. In dit geval is het nodig niet alleen het informatiedragende signaal bfc op te slaan (bijvoorbeeld door middel van het element 173) maar ook het 25 ruissignaal u^. Dienovereenkomstig bevat de inrichting van fig. 14 twee opslag- en terugroepelementen 173 en 224. Het opslag- en terugroepelement 173 voert een werking uit, die gelijk is aan die van het element, dat door hetzelfde verwijzingscijfer is aangeduid in de fig. 9 en 12. Het dient voor het opslaan en vervolgens opwekken 30 van de functie b^. Daarentegen bestaat de werking van het opslag- en terugroepelement 224 uit het opslaan en vervolgens weergeven van de ruisfunctie u^. De gegevens, die de functies b^ en ufc vertegenwoordigen, verkregen uit respectievelijk de opslagelementen 173 en 224, worden door de respectievelijke kanalen 225 en 226 gelegd aan een 35 computer 228. De werking van de computer 228 is het transformeren finn k5 99When the background noise is white noise, the automatic 1 ζ 13 correlation q of the noise function is equal to zero for t φ 0. Now, it is considered that the unwanted noise u has a known automatically correlating function q ^, where the coefficients tq not necessarily be zero for t φ 0. This is the case of "auto-correlated noise" as opposed to pure white noise, the only one of which disappears auto-correlation coefficient qQ. A suitable form of an equalizing screen with associated parts is shown in Fig. 14. In this case, it is necessary to store not only the information-carrying signal bfc (for example by means of the element 173) but also the noise signal ^. Accordingly, the arrangement of FIG. 14 includes two storage and recall elements 173 and 224. The storage and recall element 173 performs an operation similar to that of the element denoted by the same reference numerals in FIGS. 9 and 12. It serves to store and then generate function b ^. On the other hand, the operation of the storage and recall element 224 consists of storing and subsequently reproducing the noise function u ^. The data, representing the functions b ^ and ufc, obtained from the storage elements 173 and 224, respectively, is applied through a respective channel 225 and 226 to a computer 228. The operation of the computer 228 is transforming finn k5 99

* J* J

56 van de ingang, ontvangen van de ingangskanalen 225 en 226, in gegevens, nodig voor het bepalen van de geheugenwerking van de gelijkmakende zeef 220. Deze laatste gegevens worden gelegd aan de gelijkmakende zeef 220 via het kanaal 230.56 of the input, received from the input channels 225 and 226, in data necessary to determine the memory operation of the equalizing screen 220. The latter data is applied to the equalizing screen 220 through channel 230.

5 De aanduiding is dezelfde als hiervoor, behalve dat in gedachte moet worden gehouden, dat de ruis u^_ niet langer witte ruis is. De gelijkmakende zeven, die hier worden besproken, zijn onbepaald in de zin van een willekeurige versterkingsfactor k, die gemakshalve gelijk aan eenheid wordt ingesteld.5 The designation is the same as before, except that it should be borne in mind that the noise is no longer white noise. The equalizing sieves discussed here are indeterminate in the sense of an arbitrary gain factor k, which is conveniently set to unity.

10 Dezelfde definitie μ van de verhouding van signaal tot ruis wordt gebruikt. Dus: 2 c μ --V (43)10 The same μ definition of the signal-to-noise ratio is used. So: 2 c μ --V (43)

Eiv } nEgg} n

Het is gewenst μ tot een maximum op te voeren onder aanneming, dat de ingangsruis u^ van de automatisch gecorreleerde soort is. Het is gemakkelijk op dit punt een matrixaanduiding in te voeren. Laat a = (a , a , ..., a ) (44) ui η 2Q de (η + 1) rij vector aanduiden, die het geheugen kenmerkt van de gelijkmakende zeef 220. Laat verder, b = (b , b ..., bj (45) n n-1 0 de (n + 1) rij vector zijn, die de tijdomgekeerde bepaald van het signaal bfc en laat 25 p0 * ’ * qn • · • · q = • · • * q · · . ςτΛ _/n ^o_ de (n + 1) bij (n + 1) automatische correlatiematrix zijn van de ruis. Dan kan worden geschreven: 30 (ab*) (ba') μ=- (46) aqa' waarin het accent de matrixoverbrenging aanduidt.It is desirable to increase μ to a maximum assuming that the input noise u ^ is of the automatically correlated type. It is easy to enter a matrix designation at this point. Let a = (a, a, ..., a) (44) ui η 2Q denote the (η + 1) row vector, which characterizes the memory of the equalizing screen 220. Let further, b = (b, b. .., bj (45) n n-1 0 are the (n + 1) row vector, which determine the time inverse of the signal bfc and let 25 p0 * '* qn • • • q = • • • * q · ·. ΣτΛ _ / n ^ o_ are the (n + 1) at (n + 1) automatic correlation matrix of the noise. Then it can be written: 30 (ab *) (ba ') μ = - (46) aqa' where the accent denotes the matrix transmission.

Voor het tot een maximum opvoeren van een μ moet de groot-35 heid (46) wordt gedifferentieerd met betrekking tot de zeefvector a, 800 4 5 99 * ' 1 57 waarbij het resultaat wordt ingesteld gelijk aan nul.To maximize a μ, the quantity (46) must be differentiated with respect to the sieve vector a, 800 4 5 99 * 1 57 with the result set to zero.

Een verband wordt verkregen: qa' = b' (47) dat kan worden uitgeschreven in de vorm: 5 p0 · · · ζ- ^o" Ά ~ h Vi . = . (48) • · · 10 q qn ; bn hi *0 n ! 0A relationship is obtained: qa '= b' (47) which can be written out in the form: 5 p0 · · · ζ- ^ o "Ά ~ h Vi. =. (48) • · · 10 q qn; bn hi * 0 n! 0

_ „J L J L J_ "J L J L J

Dit is de matrixformule van een stel van (n + 1) lineaire gelijktijdige vergelijking in de (n + 1) onbekende zeefcoëfficiënten (a , a,,..., a ). De oplossing hiervan geeft de gewenste optimaal 15 ü 1 n gelijkgemaakte zeef bij aanwezigheid van automatisch gecorreleerde ruis. De vergelijking (48) kan worden opgelost door de Wiener-Levinson repeteertechniek (zie N. Levinson "Thë Wiener RMS error criterion in Filter Design and Prediction," Jour. of Mat. and Phys., 1947, vol. 25, blz. 261-278 en S. Treitel en E_.A. Robinson, "Seismic Wave 20This is the array formula of a set of (n + 1) linear simultaneous equation in the (n + 1) unknown sieve coefficients (a, a ,, ..., a). The solution of this gives the desired optimally 15 µl equalized sieve in the presence of automatically correlated noise. The equation (48) can be solved by the Wiener-Levinson repetition technique (see N. Levinson "Thë Wiener RMS error criterion in Filter Design and Prediction," Jour. Of Mat. And Phys., 1947, vol. 25, p. 261. -278 and S. Treitel and E-A. Robinson, "Seismic Wave 20

Propagation in Terms of Communication Theory", Geophysics, 1966,Propagation in Terms of Communication Theory ", Geophysics, 1966,

Vol. 31, blz. 17-32). Deze repeteerwerkwijze is zeer doelmatig, zodat het dus mogelijk is gelijkmakende zeven te berekenen met een grote lengte door middel van de computer 228. De bekende grootheden in deze berekening zijn de automatische correlatiematrix van de ruis q 25 en de tijdomgekeerde van het signaalgolfje b^ waarbij de onbekende grootheden de zeefcoëfficiënten a^_ zijn. Deze zeefgrootheden vertegenwoordigen de geheugenwerking van de gelijkmakende zeef 220. De berekeningen, die nodig zijn om de geheugenwerking te bepalen van de gelijkmakende zeef 220 worden uitgevoerd door de computer 228. De 30 computer ontvangt van de opslag- en terugroepelementen 173 en 224, gegevens met betrekking tot respectievelijk de functies b^ en u^.Full. 31, pp. 17-32). This repetition method is very efficient, so that it is thus possible to calculate equalizing sieves of great length by means of the computer 228. The known quantities in this calculation are the automatic correlation matrix of the noise q 25 and the time inverse of the signal wave b ^ the unknown quantities are the sieve coefficients a ^ _. These sieve quantities represent the memory operation of the equalizing sieve 220. The calculations required to determine the memory operation of the equalizing sieve 220 are performed by the computer 228. The computer receives data from the storage and recall elements 173 and 224 with regarding functions b ^ and u ^, respectively.

Bij ontvangst van q. wordt de automatische correlatiematrix van de t ruis berekend, waarbij bij ontvangst van b^, de tijdomgekeerde van dit sognaal wordt bepaald. Vervolgens worden de onbekende zeefcoëffi-35 ciënten afc berekend en dan via het uitgangskanaal 230 overgebracht 800 4 5 99 58 * Λ Τ ν naar de gelijkmakende zeef 220.Upon receipt of q. the automatic correlation matrix of the noise is calculated, the time inverse of this signal being determined upon receipt of b ^. Then the unknown sieve coefficients afc are calculated and then transferred via the output channel 230 800 4 5 99 58 * Λ Τ ν to the equalizing sieve 220.

De uitgang van de zeef 220 wordt gelegd aan de D/A-omzet-ter 181 en verder op dezelfde wijze behandeld zoals de uitgang van de gelijkmakende zeef 170 werd behandeld in de - inrichting van fig. 59. In het frequentiegebied, kan de geheugenwerking van de gelijkmakende zeef 220 worden uitgedrukt als A(f) = e -2ïïfn -—(49) Q(f) waarin B (f) de Fourier transformering is van de tijdomgekeerde van het signaal b = (b^, b^, ..., b^) en Q(f) het energiespectrum van de ruis in het tijdsverloop (f + df). De physische betekenis van de uitdrukking (49) is eenvoudig. Hoe groter het amplitudespec-trum |B(f)| van het signaal is en hoe kleiner het energiedichtheids-spectrum Q(f) van de ruis in het tijdsverloop (f, f + df) is, hoe meer de gelijkmakende zeef frequenties in dat tijdsverloop overbrengt. Indien dus de energiespectrumdichtheid Q(f) van de ruis klein is in een tijdsverloop van de frequentieband, ingenomen door het signaal, is de gelijkmakende zeef in hoofdzaak doorlatend (dempt 2Q zeer weinig) in dit tijdsverloop.The output of the screen 220 is applied to the D / A converter 181 and further treated in the same manner as the output of the equalizing screen 170 was treated in the device of Fig. 59. In the frequency range, the memory operation of the equalizing sieve 220 are expressed as A (f) = e -2 ï ï n n n (49 (49) Q (f) where B (f) is the Fourier transform of the time inverse of the signal b = (b ^, b ^,. .., b ^) and Q (f) the energy spectrum of the noise over time (f + df). The physical meaning of the expression (49) is simple. The larger the amplitude spectrum | B (f) | of the signal and the smaller the energy density spectrum Q (f) of the time course noise (f, f + df), the more the equalizing screen transmits frequencies in that time course. Thus, if the energy spectrum density Q (f) of the noise is small in a time course of the frequency band occupied by the signal, the equalizing screen is substantially transmissive (attenuates 2Q very little) in this time course.

Thans worden de signaalopslag- en terugroepelementen 173 en 224 beschouwd. De handelingen, nodig voor het opslaan van het signaal b^ door middel van het element 173 zijn hiervoor beschreven in samenhang met de stappen (a) tot (f), zoals uitgevoerd door mid-del van de inrichting van fig. 12.Signal storage and recall elements 173 and 224 are now considered. The operations required to store the signal b by means of the element 173 have been previously described in connection with steps (a) to (f) as performed by the arrangement of Fig. 12.

Een andere benadering is nodig voor het opslaan van het ruissignaal u^_ door middel van het element 224. Zoals hiervoor opgemerkt in samenhang met fig. 12, is het mogelijk een "ruisloos signaal" te ontvangen en op te slaan. Op grond van de synchronisatie tussen de ondergrondse en oppervlakte "klokken" is het op soortgelijke wijze mogelijk "signaalloze ruis" te ontvangen en op te slaan, dat wil zeggen het signaal, ontvangen door de overdrager 51 gedurende het gebruikelijke boren (welk signaal alle soorten met dit boren samenvallende ruis bevat, maar geen informatiedragend signaal). In 35 dit geval kan de inrichting van fig. 12 ook worden gebruikt voor het verduidelijken van de vereiste handelingen. De stappen voor het 800 4 5 99 59 * * * l verkrijgen van een registratie van de functie u(t) kunnen alsvolgt worden gesteld.Another approach is needed to store the noise signal ^ by means of element 224. As noted above in connection with Fig. 12, it is possible to receive and store a "noiseless signal". Due to the synchronization between the subterranean and surface "clocks", it is similarly possible to receive and store "signalless noise", i.e. the signal received by the transducer 51 during the usual drilling (which signal all types noise coincident with this drilling, but no information carrying signal). In this case, the device of Fig. 12 can also be used to clarify the required operations. The steps for obtaining a registration of the function u (t) 800 4 5 99 59 * * * l can be set as follows.

Stap (a). Gewicht wordt op de beitel geplaatst en het gebruikelijke boren wordt uitgevoerd.Step (a). Weight is placed on the chisel and the usual drilling is performed.

5 Stap (g). Een moment wordt gekozen wanneer geen informa- tiedragend signaal aanwezig is, dat wil zeggen een rustpoos tussen binaire woorden.5 Step (g). A moment is chosen when no information carrying signal is present, i.e. a rest between binary words.

Stap (γ). Aan de overdrager 51 wordt een signaal verkregen, dat een drukverandering vertegenwoordigt van de boorspoeling. Dit 10 signaal wordt door de zeef 150 over gebracht. Als gevolg van het in de voorgaande stap (β) gekozen moment, is het signaal b(t) niet bestaand, zodat dus het van de uitgang van de zeef 150 verkregen signaal de vorm F(t) = P(t) + U(t) heeft.Step (γ). A signal is obtained at the transducer 51, which represents a pressure change of the drilling fluid. This signal is transmitted through the sieve 150. Due to the moment selected in the previous step (β), the signal b (t) does not exist, so that the signal obtained from the output of the screen 150 is in the form F (t) = P (t) + U ( t).

Stap (5). Pompruissignaal P(t) wordt geëlimineerd. Dit 15 wordt tot stand gebracht door middel van het vertragingselement 152 en het aftrekorgaan 160. Dan wordt het verkregen signaal gelegd aan de A/D-omzetter 163. Omdat geen informatiedragend signaal aanwezig is, bt = 0, en heeft dientengevolge het van de uitgang van de A/D-omzetter 163 verkregen signaal de vorm = ufc.Step (5). Pump noise signal P (t) is eliminated. This is accomplished by means of the delay element 152 and the subtractor 160. Then the obtained signal is applied to the A / D converter 163. Since no information carrying signal is present, bt = 0, and consequently it has the output. signal obtained from the A / D converter 163 has the form = ufc.

20 Stap (ε). Een registratie van de functie x = ufc wordt verkregen door het gebruikmaken van het opslag- en terugroepelement 224 aan de uitgang van de A/D-omzetter 163, zoals is weergegeven in fig. 12.20 Step (ε). A recording of the function x = ufc is obtained by using the storage and recall element 224 at the output of the A / D converter 163, as shown in Fig. 12.

Het hiervoor vermelde samenvattende, is het duidelijk, 25 dat indien de ruis wit is, de gelijkmakende zeef 170 en samenhangende onderdelen, zoals is weergegeven in fig. 9, dan de optimale waarde garanderen van de verhouding μ van signaal tot ruis. Indien de ruis niet wit is maar een bekende automatische correleerwerking heeft, garanderen de gelijkmakende zeef 220 en bijbehorende onderdelen, 30 zoals is weergegeven in fig. 14, dan de optimum waarde van μ.Summarizing the above, it is clear that if the noise is white, the equalizing screen 170 and related parts, as shown in Fig. 9, then guarantee the optimal value of the μ signal to noise ratio. If the noise is not white but has a known automatic correlation effect, the equalizing screen 220 and associated components, as shown in Fig. 14, then guarantee the optimum value of μ.

Fig. 15 toont een gedeelte van de oppervlakteufrusting, die een zeef omvat, die werkzaam is op een beginsel, dat verschilt van dat van de gelijkmakende zeef van fig. 9 of in fig. 14. De gelijkmakende zeef in fig. 9 of fig. 14 is optimaal in de zin, dat 35 het een lineaire zeef is, die de verhouding van signaal tot ruis 8004599 » * 60 optimaal maakt. Aan de andere kant is de zeef 240 in fig. 15, aangeduid als een impulsvormende zeef of Wiener-zeef, optimaal in de zin, dat het een lineaire zeef is, die het middelbare verschil tussen een gewenste uitgang en een feitelijke uitgang tot een mini-5 mum berperkt. Zie voor een beschrijving van een dergelijke zeef bijvoorbeeld de publikatie door E.A. Robinson en Sven Treitel over "Principals of Digital Wiener Filtering", Geophysical Prospecting 15, 1967, biz. 312-333 of een publikatie foor Sven Treitel en E.A. Robinson over "The Design of High-Resolution Digital Filters", 10 IEEE Transactions on Geoscience Electronics, Vol. GE-4, Nr. 1, 1966, biz. 25-38.Fig. 15 shows a portion of the surface equipment including a screen operating on a principle different from that of the leveling screen of FIG. 9 or in FIG. 14. The leveling screen in FIG. 9 or FIG. 14 is optimal in the sense that it is a linear screen which optimizes the signal to noise ratio 8004599 * 60. On the other hand, the sieve 240 in Fig. 15, referred to as an impulse sieve or Wiener sieve, is optimal in that it is a linear sieve, making the mean difference between a desired output and an actual output to a miniature -5 mum limited. For a description of such a sieve, see, for example, the publication by E.A. Robinson and Sven Treitel on "Principals of Digital Wiener Filtering", Geophysical Prospecting 15, 1967, biz. 312-333 or a publication by Sven Treitel and E.A. Robinson on "The Design of High-Resolution Digital Filters", 10 IEEE Transactions on Geoscience Electronics, Vol. GE-4, No. 1, 1966, biz. 25-38.

De impulsvormende zeef 240 in fig. 15 ontvangt via zijn ingangskanaal gegevens met betrekking tot de functie xfc = b^ + ufc, verkregen van de A/D-omzetter 163. De impulsvormende zeef is een zeef 15 met een (m + 1) lengte, voorzien van een geheugen: f = (f , f,, ..., f ) (50) t o i m die de (n + 1) lengteingang - (x^, x^, ..., xn) in de energiezin van de kleinste foutomzet in een (m + n + 1) lengteuitgang z = (z„. z,, ..., z ). Een model voor een dergelijke zeef is weer- t 01 m+n 20 gegeven in fig. 16. In dit model zijn drie signalen aanwezig, te weten (1) het ingangssignaal xfc, (2) het feitelijke uitgangssignaal z en (3) het gewenste uitgangssignaal b . Het signaal b is een dubbel golfje, zoals in fig. 10C.The pulse-forming screen 240 in Fig. 15 receives data via its input channel regarding the function xfc = b ^ + ufc obtained from the A / D converter 163. The pulse-forming screen is a screen 15 of (m + 1) length , provided with a memory: f = (f, f ,, ..., f) (50) toim representing the (n + 1) length input - (x ^, x ^, ..., xn) in the energy sense of the smallest error turnover in a (m + n + 1) length output z = (z „. z ,, ..., z). A model for such a screen is shown in fig. 16. In this model three signals are present, namely (1) the input signal xfc, (2) the actual output signal z and (3) the desired output signal b. The signal b is a double wave, as in Fig. 10C.

Het uitgangssignaal z^ is een menging van de zeefgeheugen-25 functie ft met de ingangsfunctie xfc, dat wil zeggen: zt ft * xt (51)The output signal z ^ is a mixture of the screen memory-25 function ft with the input function xfc, that is: zt ft * xt (51)

De moeilijkheid is de geheugenfunctie f^ zodanig te bepalen,dat de feitelijke uitgang z^_ (in de energiezin van de kleinste fout) zo dicht mogelijk bij de gewenste uitgang b^_ is. Voor het 30 kiezen van de geheugenfunctie wordt de volgende grootheid tot een minimum beperkt: I = som van de quadraten van de fouten tussen de gewenste uitgang en het gezeefde signaalgolfje + μ (energie van de gezeefde ruis), 35 waarin y een voorafbepaalde weegparameter is.The difficulty is to determine the memory function f ^ such that the actual output z ^ _ (in the energy sense of the smallest error) is as close as possible to the desired output b ^ _. To select the memory function, the following quantity is minimized: I = sum of the squares of the errors between the desired output and the sieved signal wave + μ (energy of the sieved noise), 35 where y is a predetermined weighing parameter .

De berekeningen, die nodig zijn voor het tot een minimum 800 45 99 61 1 · ' t beperken van I worden uitgevoerd door de computer 245, die is voorzien van respectievelijk drie ingangskanalen 246, 247 en 248. Een opslag- en terugroepelement 173 brengt door het kanaal 246 naar de computer 245 gegevens over met betrekking tot de functie b^. Op 5 soortgelijke wijze brengt het opslag- en terugroepelement 224 door het kanaal 247 naar de computer 245 gegevens over, die betrekking hebben op de functie u^. Het kanaal 248 wordt gebruikt voor het naar de computer 245 overbrengen van gegevens met betrekking tot de functie x^, welke gegevens ook worden gelegd aan de ingangsleiding 10 241 van de inpulsvormende zeef 240.The calculations required to limit I to a minimum of 800 45 99 61 1 are performed by computer 245, which is provided with three input channels 246, 247 and 248, respectively. A storage and recall element 173 transmits channel 246 to computer 245 has data related to function b ^. Similarly, the storage and recall element 224 through the channel 247 transmits to the computer 245 data relating to the function u ^. The channel 248 is used to transmit to the computer 245 data relating to the function x ^, which data is also applied to the input line 241 of the pulse-forming screen 240.

Bij ontvangst van de ingangssignalen bfc, u^_ en x^_, die respectievelijk door de kanalen 246, 247 en 248 zijn aangelegd, kan de computer 245 bepaalde berekeningen, die hierna worden beschreven, uitvoeren en door het uitgangskanaal 251 naar de impuls-15 vormende zeef 249 de vereiste gegevens met betrekking tot de geheugenfunctie van de zeef 240 overbrengen. De feitelijke zeefuitgang z^ is dus in de energiezin van de kleinste fout zo dicht mogelijk bij de gewenste uitgang b^. Met andere woorden: 8t bt (52) 20 zoals is weergegeven in fig. 10D.Upon receiving the input signals bfc, u ^ _ and x ^ _, which are applied through channels 246, 247 and 248, respectively, the computer 245 can perform certain calculations described below and through the output channel 251 to the pulse The forming screen 249 transmits the required data regarding the memory function of the screen 240. The actual sieve output z ^ is therefore as close as possible to the desired output b ^ in the energy sense of the smallest error. In other words, 8t bt (52) 20 as shown in Fig. 10D.

Thans worden gedetailleerder de handelingen beschouwd, die worden uitgevoerd door middel van de computer 245. In symbolen is de grootheid I, die tot een minimum moet worden beperkt, gelijk aan: 25 m + n I = y (bfc - zt>2 + v E{v2} (53) t = o waarin de notatie E {} het samenstel gemiddelde aanduidt, en m _ 30 Tt =4rr Vs de gezeefde ruis vertegenwoordigt. Door het vereenvoudigen van de uitdrukking voor I, wordt verkregen: β Λ Λ L c no 35 1 ' » 62Now, in more detail, the operations performed by means of the computer 245 are considered. In symbols, the quantity I, which must be kept to a minimum, is equal to: 25 m + n I = y (bfc - zt> 2 + v E {v2} (53) t = o in which the notation E {} denotes the assembly mean, and m _ 30 Tt = 4rr Vs represents the screened noise. By simplifying the expression for I, we obtain: β Λ Λ L c no 35 1 '»62

Jfcfcn-. , m v 2 m m 1V ibt -/. fsxt-s) +v T_ y fsqt-sft (54> t=Q s-0 / s5> èöJfcfcn-. , m v 2 m m 1V ibt - /. fsxt-s) + v T_ y fsqt-sft (54> t = Q s-0 / s5> èö

Hierin 5 q = E {u u } (55) 3 t-s τ-s τ-t waarin τ een schijntijdindex is, en q de automatische correlatieWhere 5 q = E {u u} (55) 3 t-s τ-s τ-t where τ is an apparent time index, and q is the automatic correlation

w Sw S

is van de ontvangen ruis. Het differentiëren van de uitdrukking voor I met betrekking tot elk der zeefcoëfficiënten en het gelijk aan nul stellen van de afgeleiden, heeft een stel gelijktijdige vergelijkin-10 gen, die —JB— \ f r, + v q. = g. (56) /_ s t-s t-s 3t s=0 zijn voor t = 1,2,..., m. In de voorgaande vergelijkingen, zijn de 15 grootheden r , q en g bekend, waarbij de grootheden f onbekendis of the received noise. Differentiating the expression for I with respect to each of the sieving coefficients and setting the derivatives equal to zero has a set of simultaneous equations, which are -JB-f r + v q. = g. (56) / _ s t-s t-s 3t s = 0 are for t = 1,2, ..., m. In the previous equations, the 15 quantities r, q and g are known, the quantities f unknown

t*" S u St * "S u S

zijn. Berekeningen, uitgevoerd door de computer 245, dienen voor het bepalen van de parameters r , q en g van de ingangsfuncties, * t S u S w gelegd aan respectievelijk de kanalen 248, 247 en 246, en het dan oplossen van de vergelijkingen (56) voor de onbekende grootheden 20 f · De parameters r , q, , v , en g worden alsvolgt bepaald.to be. Calculations performed by computer 245 serve to determine the parameters r, q and g of the input functions, * t S u S w applied to channels 248, 247 and 246, respectively, and then solve the equations (56 ) for the unknown quantities 20 f · The parameters r, q,, v, and g are determined as follows.

S t** S u™ S tS t ** S u ™ S t

De parameter r, is de automatische correlatie van het ingangssig-t-s naai xfc, dat door het kanaal 248 aan de computer 245 wordt gelegd.The parameter r1 is the automatic correlation of the input sig-t-s sew xfc, which is applied by the channel 248 to the computer 245.

De parameter q is de automatische correlatie van het ruissignaal u> * sThe parameter q is the automatic correlation of the noise signal u> * s

Uj_, dat door het kanaal 247 wordt gelegd aan de computer 245. De 25 parameters gfc worden bepaald als de dwarsproduktcoëfficiënten tussen de gewenste uitgang b en de ingang x . Dus, g. = / b x (57) 3t f_ s s-t s=0 30 voor t = 0, 1, 2, m. In de uitdrukking voor gfc, wordt de gewenste uitgang b door het kanaal 246 gelegd aan de computer 245, 5 waarbij de ingang x^ door het kanaal 248 wordt aangelegd. De parameter v is een weegparameter, waaraan een passende waarde is toegemeten, zoals hierna besproken.Uj_, which is applied to the computer 245 through the channel 247. The parameters gfc are determined as the cross product coefficients between the desired output b and the input x. So, g. = / bx (57) 3t f_ s st s = 0 30 for t = 0, 1, 2, m. In the expression for gfc, the desired output b is applied through channel 246 to computer 245, 5 where the input x ^ is applied through channel 248. The parameter v is a weight parameter, to which an appropriate value is assigned, as discussed below.

35 De parameters r^ g, qt_g en gfc worden dus bepaald door 800 45 99 63The parameters r ^ g, qt_g and gfc are thus determined by 800 45 99 63

t It I

( ( de computer 245, waarna de computer de vergelijkingen oplost voor het zodoende aan het uitgangssignaal 251 produceren van de grootheden f . Deze grootheden worden gelegd aan het geheugen van de impulsvor-mende zeef 240. De feitelijke uitgang z^ van de zeef 240 is in de 5 energiezin van de kleinste fout zo dicht mogelijk bij de gewenste uitgang b^.((the computer 245, after which the computer solves the equations to produce the quantities f) at the output signal 251. These quantities are applied to the memory of the pulse-forming screen 240. The actual output z of the screen 240 is in the 5 energy sense of the smallest error as close as possible to the desired output b ^.

Omdat de matrix van de vergelijking, te weten de matrix fr, + vq^ 1 in de vorm is van een automatische correlatiematrix,Because the matrix of the equation, namely the matrix fr, + vq ^ 1, is in the form of an automatic correlation matrix,

t t-s ^t-sJt t-s ^ t-sJ

kunnen deze vergelijkingen doeltreffend worden opgelost door de 10 repeteerwerkwijze. Deze repeteerwerkwijze is beschreven in de volgende twee publikaties: N. Levinson, "The Wiener RMS (root mean square criterion) in Filter Design and Prediction", Appendix B van N. Wiener, "Extrapolation, Interpolation, and Smoothing of Stationary Time Series", John Wiley, New York, N.Y. 1949, en Enders A. Robinson 15 over "Statistical Communication en Detection with Special Reference on Digital Data Processing of Radar and Seismic Signals", biz. 274-279, Hafner Publishing Company, New York, N.Y. 1967.these equations can be effectively solved by the repeating method. This repetition method is described in the following two publications: N. Levinson, "The Wiener RMS (root mean square criterion) in Filter Design and Prediction", Appendix B of N. Wiener, "Extrapolation, Interpolation, and Smoothing of Stationary Time Series" , John Wiley, New York, NY 1949, and Enders A. Robinson 15 on "Statistical Communication and Detection with Special Reference on Digital Data Processing of Radar and Seismic Signals", biz. 274-279, Hafner Publishing Company, New York, N.Y. 1967.

Opgemerkt moet worden, dat detijd, die de inrichting nodig heeft voor het oplossen van de voorgaande gelijktijdige 20 vergelijkingen voor een zeef met m-coëfficiënten evenredig is aan 2 3 m voor de repeteerwerkwijze in vergelijking met m voor de gebruikelijke werkwijze van het oplossen van gelijktijdige vergelijkingen.It should be noted that the time it takes for the apparatus to solve the foregoing simultaneous equations for a sieve with m coefficients is proportional to 2.3 m for the repeat method compared to m for the conventional method of solving simultaneous comparisons.

Een ander voordeel van het gebruiken van deze repeteerwerkwijze is, dat het slechts een computeropslagruimte vereist, die evenredig is 2 25 aan m inplaats van aan m , zoals in het geval van gebruikelijke werkwijzen.Another advantage of using this repeating method is that it requires only one computer storage space which is proportional to m instead of m, as in the case of conventional methods.

Bij het ontwerpen van een impulsvormende zeef moeten twee voorwaarden worden beschouwd, te wetem (a) de functie zfc zo dicht mogelijk in de gewenste 30 functie b^_ te vormen, en (b) zo weinig mogelijke uitgangsenergie te produceren wanneer de niet gewenste vaste ruis de enige ingang daarvan is.Two conditions must be considered when designing an impulse-forming screen, namely (a) to form the function zfc as close as possible into the desired function b ^ _, and (b) to produce as little output energy as possible when the undesired solid noise is the only input to that.

In vele praktijkomstandigheden is een zeef nodig voor het gelijktijdig uitvoeren van beide voornoemde voorwaarden, zo dat 35 het vraagstuk aanwezig is van het vinden van een of ander passend ennlς Q9 64 * 1 I * compromis tussen deze twee voorwaarden. Derhalve wordt een passende waarde gekozen voor de parameter v, die het onderling wegen tussen deze twee voorwaarden bepaalt.In many practical circumstances, a screen is required to perform both of the aforementioned conditions simultaneously, so that the problem of finding some suitable ennlς Q9 64 * 1 * compromise between these two conditions is present. Therefore, an appropriate value is chosen for the parameter v, which determines the mutual weighing between these two conditions.

Er zijn omstandigheden, waarbij de waarde nul wordt toege-5 wezen aan v. In een dergelijk geval krijgt de uitdrukking (53) een eenvoudiger vorm, te weten m+n I 0>t-zt)2 (58) t=0 10 waarbij de computer 245 de gegevens, die u^_ vertegenwoordigen, niet behoeft. In een dergelijk geval wordt het opslag- en terugroepele-ment 224, waargegeven in fig. 15, verwijderd, zodat de computer 245 dus is voorzien van slechts twee ingangskanalen, te weten het kanaal 246 en het kanaal 248.There are circumstances where the value zero is assigned to v. In such a case, the expression (53) takes on a simpler form, namely m + n I 0> t-zt) 2 (58) t = 0 10 wherein the computer 245 does not need the data that you represent. In such a case, the storage and recall element 224 shown in Fig. 15 is removed, so that the computer 245 has only two input channels, namely channel 246 and channel 248.

15 Thans moet worden opgemerkt, dat de werking van een impulsvormende zeef en die van een gelijkmakende zeef niet precies gelijk zijn, dat wil zeggen dat de uitgangen van deze zeven voor een bepaalde ingang niet gelijk zijn. De uitdrukking die geldt voor een gelijkmakende zeef, is hiervoor gebruikt om aan te 20 geven, dat het signaal, uitgedrukt door y (hetgeen de uitgang weergeeft van een gelijkmakende zeef) dicht het dubbele golfje b^_ benadert. Dienovereenkomstig is opgemerkt, dat dezelfde grafiek in fig. 10D de functies y(t) alsmede de functies b(t) vertegenwoordigt. Ook moet worden opgemerkt, dat de uitdrukking z^/v-* b^, die geldt 25 voor een impulsvormende zeef, hiervoor is gebruikt om aan te geven, dat het signaal, uitgedrukt door zfc (hetgeen de uitgang vertegenwoordigt van een impulsvormende zeef) dicht het dubbele golfje b^ benadert. Dienovereenkomstig is opgemerkt, dat dezelfde grafiek in fig. 10D de functie z(t) alsmede de functie b(t) vertegenwoordigt.It should now be noted that the operation of an impulse-forming screen and that of a leveling screen are not exactly the same, that is, the outputs of these screens are not the same for a given input. The expression that applies to a leveling screen has been used above to indicate that the signal expressed by y (representing the output of a leveling screen) is close to the double wave b. Accordingly, it has been noted that the same graph in Fig. 10D represents the functions y (t) as well as the functions b (t). It should also be noted that the expression z ^ / v- * b ^, which applies to an impulse-forming screen, has been used above to indicate that the signal expressed by zfc (representing the output of an impulse-forming screen) close to the double wave b ^. Accordingly, it has been noted that the same graph in Fig. 10D represents the function z (t) as well as the function b (t).

30 Strikt genomen zou dezelfde grafiek in fig. 10D niet mogen worden gebruikt voor het vertegenwoordigen van de functies b(t), y(t) en z(t). Omdat echter zowel y(t) als z(t) dicht b(t) benadert, wordt het voor de uiteenzetting juist geacht dezelfde grafiek van fig.Strictly speaking, the same graph in Fig. 10D should not be used to represent functions b (t), y (t) and z (t). However, since both y (t) and z (t) are close to b (t), it is considered correct for the explanation to be the same graph of FIG.

10D te gébruiken voor het bespreken van de werking van een gelijkma-35 kende zeef en die van een impulsvormende zeef.10D to discuss the operation of a similar sieve and that of an impulse-forming sieve.

800 4 5 99 1 7 l 65800 4 5 99 1 7 l 65

Thans wordt de werkingsinrichting, weergegeven in fig. 17, beschouwd. Aan de uitgangsleiding 162 van het aftrekorgaan 160 zijn zowel het informatiedragende signaal b(t) als het ruissignaal u(t) verkregen. Het signaal b(t) is het dubbele golfje, zoals is weerge-5 geven in fig. IOC. De menging van de signalen b(t) en u(t) wordt gelegd aan de A/D-omzetter 163, waardoor aan de uitgangsleiding 164 van de omzetter gedigitaliseerde signalen bfc en ufc worden geproduceerd, welke signalen overeenkomen met respectievelijk de analoge signalen bfc en u^. De menging van deze twee signalen bfc en u^ wordt op zijn 10 beurt gelegd aan de ingangsleiding 300 van een samentrekkingszeef 351.The operating device shown in Fig. 17 will now be considered. Both the information carrying signal b (t) and the noise signal u (t) are obtained at the output line 162 of the subtractor 160. The signal b (t) is the double wave, as shown in Fig. 10C. The mixing of the signals b (t) and u (t) is applied to the A / D converter 163, producing digitized signals bfc and ufc on the output line 164 of the converter, which signals correspond to the analog signals bfc, respectively. and you ^. The mixing of these two signals bfc and uj is in turn applied to the input line 300 of a contraction sieve 351.

De samentrekkingszeef is een bijzonder geval van een Wiener impuls-vormende zeef, waarbij de gewenste vorm eenvoudig een samentrekking is. Zie voor een beschrijving van een samentrekkingszeef bijvoorbeeld de publikatie door S. Treiel en E.A. Robinson over "The Design of 15 High-Resolution Digital Filter", IEEE Transactions on Geoscience Electrnics, Vol. ¢$-4, No. 1, 1966 blz. 25-38.The contraction sieve is a special case of a Wiener impulse-forming sieve where the desired shape is simply a contraction. For a description of a contraction sieve, see, for example, the publication by S. Treiel and E.A. Robinson on "The Design of 15 High-Resolution Digital Filter", IEEE Transactions on Geoscience Electrnics, Vol. ¢ $ -4, no. 1, 1966 pp. 25-38.

Thans moet er-aan worden herinnerd, dat een dubbel golfje b(t) zoals weergegeven in fig. IOC, bestaat uit twee klepgolfjes, dat wil zeggen een klepgolfje A en een klepgolfje B. Het klepgolfje 20 B volgt het klepgolfje A na een tijd T . De werking van de samen-It should now be remembered that a double wave b (t) as shown in Fig. IOC consists of two valve waves, ie a valve wave A and a valve wave B. The valve wave 20 B follows the valve wave A after a time T. The functioning of the

PP

trekkingszeef, die moet worden gebruikt bij de uitvoeringsvorm van fig. 17, bestaat uit het transformeren van het klepgolfje A alsmede het klepgolfje B in een bijbehorende, duidelijk opgeloste samentrekking. Een dubbel klepgolfje bfc wordt dus door middel van de samen-25 trekkingszeef 351 omgezet in een paar samentrekkingen.drawing screen to be used in the embodiment of Fig. 17 consists of transforming valve wave A as well as valve wave B into an associated clearly resolved contraction. Thus, a double valve wave bfc is converted into a pair of contractions by means of the compression screen 351.

De fig. 18A tot 18F tonen respectievelijk zes mogelijke plaatsen van een paar samentrekkingen (zoals en N^) met betrekking tot het dubbele golfje, gelegd aan de ingangsaansluiting 300 van de samentrekkingszeef 351. Aangenomen wordt, dat T het tijds-18A to 18F show six possible locations of a pair of contractions (such as and N ^) with respect to the double wavelet, respectively, applied to the input terminal 300 of the contraction screen 351. It is assumed that T is the time

JCJC

30 verloop is tussen de samentekkingen en , welk tijdsverloop gelijk is in alle figuren 18A tot 18F. Aangenomen wordt, dat H^ het snijpunt is van de samentrekking met de X-as (uitgedrukt in ms). De afstand OH^ (in ms) vertegenwoordigt dus de tijdsvertraging van de samentrekkingen met betrekking tot het dubbele golfje. Dien-35 overeenkomstig geldt voor de tijdsvertraging in fig. 18A dat OH^ = 0, 800 4 5 99 66 t ί l ' dat wil zeggen dat de eerste samentrekking bij het allereerste begin van het dubbele golfje is geplaatst. De vijf in de fig. 18B tot 18F weergegeven gevallen komen overeen met toenemende waarden van de tijdsvertraging OH^. Een van deze figuren vertegenwoordigt 5 de optimale waarde van de tijdsvertraging, waarvoor de oplossing van de samentrekkingszeef het hoogst is. Voor een dergelijke optimale tijdsvertraging, is het uitgangssignaal, verkregen van de samen-trekkingszeef, opmerkelijk scherper dan voor een willekeurige andere tijdsvertraging. Een manier voor het verkrijgen van de optimale 10 waarde van de tijdsvertraging, de optimale lengte van het geheugen van de zeef en de optimale waarde van het tijdsverloop T^, wordt hierna beschreven.30 is between the contractions and, which time course is the same in all Figures 18A to 18F. It is assumed that H ^ is the intersection of the X axis contraction (expressed in ms). Thus, the distance OH ^ (in ms) represents the time delay of the double wave contractions. Accordingly, for the time delay in FIG. 18A, OH ^ = 800, 5, 99, 66 t, i.e., that the first contraction is placed at the very beginning of the double wave. The five cases shown in Figures 18B to 18F correspond to increasing values of the time delay OH ^. One of these figures represents the optimal value of the time delay, for which the contraction sieve solution is highest. For such an optimal time delay, the output signal obtained from the contraction screen is remarkably sharper than for any other time delay. One way of obtaining the optimum value of the time delay, the optimal length of the sieve memory and the optimal value of the time course T ^ is described below.

Een dubbele samentrekking, verkregen aan de uitgangsaan-sluiting van de samentrekkingszeef 351, vertegenwoordigt één enkel 15 bit in het gedigitaliseerde signaal, dat de klep 40 bedient. Het is, zoals opgemerkt in samenhang met fig. 9 gewenst een dubbel samentrekking te transformeren in een enkele samentrekking of inpuls. Hierbij wordt een behandelingsstelsel toegepast, soortgelijk aan dat in fig. 9. Dienovereenkomstig is een vertragingselement 303 verschaft, 20 geregeld door een klok 304 in samenhang met een de polariteit omkerend element 306 en een EN-poort (samenvallingsschakeling) 307. Deze zijn op een soortgelijke wijze aangebracht als weergegeven in fig. 9. De mate van vertraging in fig. 17 verschilt echter in die van fig. 9.A double contraction, obtained at the output terminal of the contraction sieve 351, represents a single 15 bit in the digitized signal operating the valve 40. As noted in conjunction with Fig. 9, it is desirable to transform a double contraction into a single contraction or pulse. Here, a treatment system similar to that in Fig. 9. is applied. Accordingly, a delay element 303 is provided, controlled by a clock 304 in conjunction with a polarity reversal element 306 and an AND gate (coincidence circuit) 307. These are on a arranged similarly as shown in Fig. 9. However, the amount of delay in Fig. 17 differs from that of Fig. 9.

Met name moet het vertragingselement 303 in fig. 17 een uitgangssignaal 25 produceren, dat in de mate van is vertraagd met betrekking tot het ingangssignaal, waarbij in fig. 9 de door het overeenkomstige vertragingselement 193 geproduceerde vertraging T bedraagt.Specifically, the delay element 303 in FIG. 17 must produce an output 25 which is delayed to the extent with respect to the input signal, in FIG. 9 being the delay T produced by the corresponding delay element 193.

Een gecodeerde opeenvolging van enkelvoudige impulsen, verkregen aan de uitgangsleiding van de EN-poort 307, wordt gelegd 30 aan een D/A-omzetter 308, geregeld door een klok 309. Aan de uit-gangsleiding van de D/A-omzetter 308 wordt in analoge vorm een signaal verkregen, dat de meting vertegenwoordigt van een gekozen parameter in het boorgat. Dit signaal wordt geregistreerd door middel van het registratietoestel 54.An encoded sequence of single pulses, obtained at the output line of AND gate 307, is applied to a D / A converter 308, controlled by a clock 309. At the output line of the D / A converter 308, obtained in analog form a signal representing the measurement of a selected parameter in the borehole. This signal is recorded by means of the recording device 54.

35 Opgemerkt moet worden, dat in bepaalde gevallen in afhan- 800 4 5 99 * t 67 kelijkheid van de bepaalde electronische schakeling, gekozen voor de verschillende in fig. 17 weergegeven blokken, het de polariteit omkerende element 306 niet nodig behoeft te zijn omdat de werking daarvan kan worden uitgevoerd door een passend ontwerp van de EN -5 poort.It should be noted that in certain cases depending on the particular electronic circuit selected for the various blocks shown in FIG. 17, the polarity reversing element 306 may not be necessary because the operation thereof can be performed by an appropriate design of the EN -5 gate.

Fig. 19 toont een andere uitvoering voor het opheffen van ruis door middel van een samentrekkingszeef. In fig. 17 is een bijzonder middel verschaft voor het opheffen van de pompruis (dat wil zeggen het vertragingselement 152 in samenhang met het aftrekorgaan 10 160). In fig. 19 daarentegen is de behandeling voor het opheffen van ruis vereenvoudigd. Het signaal behandelen onder gebruikmaking van een vertragingselement 152 en een aftrekorgaan 160 is dus opgeheven. Dienovereenkomstig wordt het in fig. 19 aan de uitgangsaansluiting 151 van de zeef 150 verkregen signaal F (t) gedigitaliseerd door 15 middel van een A/D-omzetter 350 en dan gelegd aan een samentrekkingszeef 351a. De samentrekkingszeef 351a is anders ontworpen dan de samentrekkingszeef 351 van fig. 17. In fig. 17 is de samentrekkingszeef 351 ontworpen voor het omzetten van een dubbel golfje, zoals is weergegeven in de fig. ISA tot 18F, in een paar samentrekkingen, 20 van elkaar gescheiden door een tijdsverloop T^. Daarentegen is de samentrekkingszeef 351a in fig. 19 ontworpen voor het omzetten van één enkel klepgolfje in één enkele samentrekking. Verschillende plaatsen van één enkele samentrekking met betrekking tot êën enkel klepgolfje zijn weergegeven in de fig. 20A tot 2OP.Fig. 19 shows another embodiment for eliminating noise by means of a contraction screen. In Fig. 17, a special means is provided for eliminating the pump noise (i.e. the retarding element 152 in conjunction with the subtractor 160). In Figure 19, on the other hand, the noise cancellation treatment is simplified. Thus, the signal processing using a delay element 152 and a subtractor 160 is canceled. Accordingly, the signal F (t) obtained at the output terminal 151 of the screen 150 in FIG. 19 is digitized by means of an A / D converter 350 and then applied to a contraction screen 351a. The contraction sieve 351a is designed differently from the contraction sieve 351 of Fig. 17. In Fig. 17, the contraction sieve 351 is designed to convert a double wave, as shown in Figs. ISA to 18F, in a pair of contractions, 20 of separated by a time course T ^. In contrast, the contraction sieve 351a in Fig. 19 is designed to convert a single valve wave into a single contraction. Different locations of a single contraction with respect to a single valve wave are shown in Figs. 20A to 2OP.

25 Thans moet in herinnering worden gebracht, dat elk enkel voudig klepgolfje, gelegd aan de ingangsaansluiting van de zeef 351a en elke enkelvoudige samentrekking, verkregen van de uitgangsaansluiting van de zeef 351a, één enkel bit vertegenwoordigt in de gedigitaliseerde signalen, die de klep 40 bedienen. De gecodeerde opeenvol-30 ging van de samentrekkingen in het gedigitaliseerde formaat, verkregen van de uitgangsaansluiting van de samentrekkingszeef 351a, wordt dan gelegd aan een D/A-omzetter 352, waar deze wordt getransformeerd in een gecodeerde opeenvolging van samentrekkingen, waarbij elke samentrekking een enkel bit vertegenwoordigt van de informatie, die 35 bij de ondergrondse meetinstrumenten is gecodeerd. De opeenvolging 800 4 5 99 68 t t t * van deze bits vertegenwoordigt in een digitaal formaat de meting van de gekozen parameter. Het is echter ten behoeve van registreer- en/ of weergeefdoeleinden nodig deze meting in een analoge vorm te vertegenwoordigen. Dienovereenkomstig wordt het van de D/A-omzetter 352 5 verkregen signaal gelegd aan een D/A-omzetter 362 voor het aan de uitgang van de omzetter 362 produceren van een signaal, voorzien van een grootte,die de meting vertegenwoordigt van de gekozen parameter. Dit signaal wordt geregistreerd door middel van het registreertoes-tel 54.It should now be recalled that each single valve wave applied to the input terminal of the screen 351a and each single contraction obtained from the output terminal of the screen 351a represents a single bit in the digitized signals operating the valve 40 . The coded sequence of the contractions in the digitized format, obtained from the output terminal of the contraction screen 351a, is then applied to a D / A converter 352, where it is transformed into a coded sequence of contractions, each contracting a represents only bit of the information encoded with the underground measuring instruments. The sequence 800 4 5 99 68 t t t * of these bits represents in a digital format the measurement of the selected parameter. However, it is necessary for recording and / or reproducing purposes to represent this measurement in an analog form. Accordingly, the signal obtained from D / A converter 352 is applied to a D / A converter 362 to produce a signal at the output of converter 362 having a magnitude representing the measurement of the selected parameter . This signal is recorded by means of the registration key 54.

10 Opgemerkt moet worden, dat het omzetten van een dubbel golfje in twee samentrekkingen door middel van de samentrekkingszeef 351, zoals in fig. 17, of het omzetten van één enkel klepgolfje in één enkele samentrekking door middel van de samentrekkingszeef 351a, zoals in fig. 19, slechts kan worden benaderd. Een zuivere samen-15 trekking, dat wil zeggen een deltafunctie, kan niet worden verkregen. Het doeleinde van de uitvinding is echter het verhogen van de oplossing, dat wil zeggen een uitgangssignaal te verkrijgen, dat aanzienlijk scherper is dan het ingangssignaal.It should be noted that converting a double wave into two contractions by means of the contraction sieve 351, as in Fig. 17, or converting a single valve wave into a single contraction by means of the contraction sieve 351a, as in Fig. 17. 19, can only be accessed. A pure contraction, ie a delta function, cannot be obtained. However, the object of the invention is to increase the solution, i.e. to obtain an output signal which is considerably sharper than the input signal.

Thans wordt de wijze beschouwd waarop een samentrekkings-20 zeef moet worden ontworpen. In theorie kan dit doel nauwkeurig worden bereikt, indien een zeef zou kunnen worden gebruikt, waarvan de geheugenfunctie oneindig lang kan worden. Voor een nauwkeurige zeef-werking is het in het algemeen eveneens nodig de gewenste samentrekkingen te vertragen met een oneindige hoeveelheid tijd met betrekking 25 tot het ingangsgolfje. Zie de publikatie door J.C. Claerbout en E.A. Robinson over "The Error in Least Squares Inverse Filtering", Geophysics, Vol. 29, 1964, blz. 118-120. In de praktijk is het nodig een digitale zeef te ontwerpen, waarvan de geheugenfunctie een eindige duur heeft, zodat dus op zijn best het doeleinde slechts bij benade-30 ring kan worden bereikt.The manner in which a contraction sieve must be designed is now considered. In theory, this object can be accurately achieved if a screen could be used whose memory function can be infinitely long. Generally, for accurate sieving action, it is also necessary to delay the desired contractions by an infinite amount of time with respect to the input wave. See the publication by J.C. Claerbout and E.A. Robinson on "The Error in Least Squares Inverse Filtering", Geophysics, Vol. 29, 1964, pp. 118-120. In practice it is necessary to design a digital screen, the memory function of which has a finite duration, so that at best the purpose can only be achieved by approximation.

Verondersteld wordt, dat het om praktische redenen gewenst is een zeef te overwegen, die een geheugenfunctie heeft in de orde van de tijdsduur van een ingangsgolfje. Aangenomen wordt, dat de gewenste samentrekking vrij op een willekeurige te kiezen plaats 35 kan worden geplaatst. De fig. 18A tot en met 18F tonen bijvoorbeeld 800 4 5 99 * t 69 zes mogelijke plaatsen van samentrekkingen voor een samentrekkings-zeef 301 van fig. 17. Op soortgelijke wijze tonen de fig. 20A tot en met 20F zes mogelijke plaatsen van samentrekkingen voor de samen-trekkingszeef 351 van fig. 19. De optimale plaats van samentrekkingen 5 is voor elk dezer gevallen bepaald. Opgemerkt moet worden, dat de plaats van de samentrekking een belangrijke factor is, die de getrouwheid beheerst waarmee de feitelijke uitgang lijkt op de gewenste samentrekking.It is believed that for practical reasons it is desirable to consider a screen having a memory function on the order of the duration of an input wave. It is believed that the desired contraction can be freely positioned at any location 35. For example, FIGS. 18A through 18F show six possible locations of contractions for a contraction sieve 301 of FIG. 17. Similarly, FIGS. 20A through 20F show six possible locations of contractions. for the compression screen 351 of Fig. 19. The optimal location of contractions 5 has been determined for each of these cases. It should be noted that the location of the contraction is an important factor controlling the fidelity with which the actual output resembles the desired contraction.

Een samentrekkingszeef is een bijzonder geval van een 10 Wiener impulsvormende zeef, zoals hiervoor beschreven. Dientengevolge zijn de vereiste handelingen voor het ontwerpen van een dergelijke zeef analoog aan die, welke hiervoor zijn beschreven. Van belang is de bepaling van de kleinste foutenergie voor een zeef, waarvan de uitgang een samentrekking is.A contraction sieve is a special case of a Wiener impulse-forming sieve, as described above. As a result, the operations required to design such a screen are analogous to those described above. It is important to determine the least error energy for a sieve, the output of which is a contraction.

15 Teneinde de optimale waarde te bepalen van de tijdsver traging en de optimale lengte van de geheugenfunctie voor de samentrekkingszeef 301 in fig. 17 is het nodig een registratie te verkrijgen van een dubbel golfje b^ ( hetgeen een digitale versie van b(t)). De noodzakelijke stappen voor het verkrijgen van een derge-20 lijke registratie, dat wil zeggen de stappen (a), (b), (c), (d), (e) en (f) zijn reeds beschreven aan de hand van fig. 12. Registratie ban bfc wordt dus opgeslagen in het element 173 in de inrichting van fig. 12. Teneinde de optimale waarde vast te stellen van de tijdsvertraging en de optimale lengte van de geheugenfunctie voor de 25 samentrekkingszeef 351a is het op soortgelijke wijze nodig een registratie te verkrijgen van êén enkel klepgolfje (hetgeen een digital versie van B(t) is).In order to determine the optimal value of the time delay and the optimal length of the memory function for the contraction sieve 301 in Fig. 17, it is necessary to obtain a registration of a double wave b ^ (which is a digital version of b (t)) . The necessary steps for obtaining such a registration, ie steps (a), (b), (c), (d), (e) and (f) have already been described with reference to fig. 12. Recording ban bfc is thus stored in the element 173 in the device of Fig. 12. In order to determine the optimal value of the time delay and the optimal length of the memory function for the contraction sieve 351a, it is similarly necessary to obtain registration of a single valve wave (which is a digital version of B (t)).

Thans wordt de samentrekkingszeef 351a in fig. 19 beschouwd. Verschillende plaatsen van een samentrekking, overeenkomende 30 met verschillende vertragingen (fig. 20A tot 20F) kunnen worden uitgedrukt als (1,0,0,......0,0) : Samentrekking op tijdindex nul of samentrekkings zeef met nulvertraging.The contraction sieve 351a is now considered in Fig. 19. Different locations of a contraction corresponding to different delays (Fig. 20A to 20F) can be expressed as (1.0.0, ...... 0.0): Zero index contraction or zero delay contraction sieve.

(0,1,0,......1,0) : Samentrekking op tijdindex (m+n-1) of samentrek- 35 kingszeef met (m+n-1)vertraging.(0,1,0, ...... 1,0): Contraction on time index (m + n-1) or contraction sieve with (m + n-1) delay.

«nfU599 > ’ · 70 (0,0,.........0,1) : Samentrekking op tijdindex ( m + n) of samen- trekkingszeef met (m + n) vertraging.«NfU599>" 70 (0.0, ......... 0.1): Contraction on time index (m + n) or contraction sieve with (m + n) delay.

De werking van een samentrekkingszeef, overeenkomende met de verschillende vertragingen, is schematisch weergegeven in de fig. 21A, 21B en 5 21C. In al deze figuren is het ingangsgolfje hetzelfde, dat wil zeggen het klepgolfje Bt, dat op de hiervoor uiteengezette wijze is geregistreerd en opgeslagen. De gewenste uitgang in fig. 21A is een samentrekking (1,0,0,) dat wil zeggen een samentrekking met een nul-vertraging. De overeenkomstige geheugenfunctie voor een samentrek-10 kingszeef met nulvertraging is F° = F°, F°, F°, .......F°) waarbij de feitelijke uitgang is „o /r,o „o o.The operation of a contraction sieve, corresponding to the different delays, is schematically shown in Figs. 21A, 21B and 21C. In all these figures, the input wave is the same, i.e. the valve wave Bt, which has been recorded and stored in the manner set out above. The desired output in Fig. 21A is a contraction (1,0,0,) that is, a contraction with a zero delay. The corresponding memory function for a zero delay contraction sieve is F ° = F °, F °, F °, ....... F °) where the actual output is „o / r, o„ o o.

t 1 2 nt 1 2 n

Een soortgelijke notatie, die toepasbaar is voor de fig. 21B en 21C, is in deze figuren weergegeven. Met elke plaats van de samentrekking komt een energiefout E overeen. De genormaliseerde minimale energie-fout E vertegenwoordigt een zeer gemakkelijke manier voor het meten van de werking van een Wiener impulsvormende zeef, en meer in het bijzonder van een samentrekkingszeef. Wanneer de zeef volkomen werkzaam is, is E = 0, hetgeen betekent, dat de gewenste en feitelijke zeefuitgangen voor alle waarden van de tijd, overeenkomen. Daarem- 20 tegen komt het geval E = 1 overeen met het slechtst mogelijke geval, dat wil zeggen dat er absoluut geen overeenkomst is tussen de gewenste en feitelijke uitgangen. Inplaats van de grootheid E is het gewenst het complement van E ten opzichte van 1 te beschouwen, hetgeen de zeefwerkingsparameter P wordt genoemd.A similar notation applicable to Figures 21B and 21C is shown in these Figures. An energy error E corresponds to each place of the contraction. The normalized minimum energy error E represents a very convenient way of measuring the performance of a Wiener pulse-forming screen, and more particularly of a contraction screen. When the screen is fully operational, E = 0, which means that the desired and actual screen outputs for all values of time match. On the other hand, the case E = 1 corresponds to the worst case, ie there is absolutely no agreement between the desired and actual outputs. Instead of the quantity E, it is desirable to consider the complement of E to 1, which is called the sieving parameter P.

25 P = 1 - E (46)25 P = 1 - E (46)

Een volkomen zeefwerking vindt plaats wanneer P = 1, waarbij de slechtst mogelijke toestand ontstaat wanneer P = 0.Perfect sieving occurs when P = 1, the worst possible condition occurs when P = 0.

Fig, 22 toont schematisch de werkwijze voor het meten van de werkingsparameter P. Een computer 400 is voorzien van drie 30 ingangskanalen 401, 402 en 404. Het ingangskanaal 4ol ontvangt van het opslag- en terugroepelement 403, gegevens, die een klepgolfje vertegenwoordigen, waarbij het ingangskanaal 402 van de tijdvertra-gingsregeling 405, gegevens ontvangt met betrekking tot samentrekkingen voor verschillende tijdsvertragingen, en het ingangskanaal 35 404 gegevens ontvangt van de geheugenduurregeling 406 met betrekking 800 4 5 99 t t 71 tot samentrekkingen voor verschillende geheugenduren. De uitgang bij 410 van de computer 400 verschaft door middel van een meter 411 een meting van de werkingsparameter P.Fig. 22 schematically shows the method for measuring the operating parameter P. A computer 400 includes three input channels 401, 402 and 404. The input channel 4ol receives from the storage and recall element 403 data representing a valve wave, wherein the input channel 402 of the time delay control 405, receives data regarding contractions for different time delays, and the input channel 404 receives data from the memory duration control 406 regarding 800 4 5 99 tt 71 to contractions for different memory durations. The output at 410 of the computer 400 provides a measurement of the operating parameter P by means of a meter 411.

Voor een gelijkblijvende zeefduur zou kunnen worden ver-5 wacht, dat er althans één waarde van de vertragingstijd aanwezig zou moeten zijn, waarbij P zo groot mogelijk is. In fig. 23 is een grafiek van P weergegeven, uitgezet tegen de vertragingstijd van uitgangssamentrekkingen voor een familie zeven met een vaste tijdsduur. Waar te nemen is, dat het hoogste punt van de kromme (punt M^) 10 overeenkomt met een tijdsvertraging ON^, waarbij de keuze van deze tijd naar een zeef leidt met een optimale tijdsvertraging. Heg moet in herinnering worden gebracht, dat de kromme in fig. 23 betrekking heeft op een zeef met een vaste duur.For a constant sieving time it could be expected that at least one value of the delay time should be present, P being as large as possible. In Fig. 23, a graph of P is plotted versus the delay time of starting contractions for a family of seven of a fixed duration. It can be observed that the highest point of the curve (point M ^) 10 corresponds to a time delay ON ^, the choice of this time leading to a screen with an optimal time delay. It must be remembered that the curve in Figure 23 refers to a screen with a fixed duration.

Ook is te zien wat gebeurt wanneer de zeefgeheugenduur 15 bij een gelijkblijvende tijdsvertraging, wordt verlengd. Fig. 24 toont een grafiek van P uitgezet tegen de zeeflengte voor een gewenste en een vaste samentrekkingstijdsvertraging. Waar te nemen is, dat deze kromme monotoon is, en asymptotisch de grootste waarde van P nadert wanneer de zeeflengte steeds groter wordt. De grafieken, 20 zoals is weergegeven in de fig. 23 en 24 worden verkregen door middel van de schematisch in fig. 22 weergegeven inrichting.It also shows what happens when the screen memory duration 15 is extended with a constant time delay. Fig. 24 shows a graph of P plotted against the screen length for a desired and a fixed contraction time delay. It can be observed that this curve is monotone, and asymptotically approaches the greatest value of P as the sieve length increases. The graphs 20 as shown in FIGS. 23 and 24 are obtained by the schematic shown in FIG. 22.

De twee belangrijke ontwerpcriteria, die zijn besproken, zijn de zeeftijdsvertraging en de zeefgeheugenduur. De werking kan altijd worden verbeterd door het verlengen van de geheugenfunctie-25 duur, waarbij echter fysische overwegingen het oneindig lang maken van deze duur voorkomen. Aan de andere kant kan worden gezocht naar de gewenste uitgangstijdsvertraging, die voert naar de hoogste P-waarde voor een gegeven gekozen zeefduur. Deze tijdsvertraging in de zeefuitgang benadeelt de zeefuitgang op geen enkele wijze en kan 30 deze drastisch verbeteren.The two main design criteria discussed are screen time delay and screen memory duration. Operation can always be improved by extending the memory function duration, however, physical considerations prevent making this duration indefinitely long. On the other hand, the desired exit time delay can be searched, leading to the highest P value for a given selected sieve duration. This time delay in the screen output does not in any way impair the screen output and can drastically improve it.

De zeefwerkingsparameter P als een functie van de tijdsvertraging en een gelijkblijvende duur (fig. 23) of de parameter P als een functie van de geheugenduur van de zeef voor een gelijkblijvende tijdsvertraging (fig. 24) zijn nuttig maar vertellen niet 35 het gehele verhaal. In het ideale geval zou de afhankelijkheid van 800 4 5 99 72 ·* Λ i ' Ρ moeten worden onderzocht van de tijdsvertraging en de geheugen-duur voor alle fysisch redelijke waarden van deze veranderlijken.The sieving parameter P as a function of the time delay and constant duration (Fig. 23) or the parameter P as a function of the sieve memory duration for a constant time delay (Fig. 24) are useful but do not tell the whole story. Ideally, the dependence of 800 4 5 99 72 · * Λ i 'Ρ should be explored on the time delay and memory duration for all physically reasonable values of these variables.

Een manier om dit te doen is het uitzetten van P door het als ordinaten nemen van de zeeftijdsvertraging en als X-as de zeefgeheugen-5 duur. De reeks P-waarden kan dan worden voorzien van hoogtelijnen, zodat het met één oogopslag mogelijk is te zien welke combinatie van tijdsvertraging en geheugenduur een optimale zeefwerking geeft. Een dergelijke hoogtelijnenkaart is weergegeven in fig. 25. De kaart toont alleen de hoogtelijn voor P^, P^ en P^. Natuurlijk wordt het 10 meeste belang gesteld in de grotere P-waarden, omdat het in dat gebied is, dat de beste zeefwerking wordt verkregen. Deze weergeving maakt het door onderzoek mogelijk de beste combinatie te kiezen van zeeftijdsvertraging en geheugenduur.One way to do this is to plot P by taking the sieve delay as ordinates and the sieve memory duration as X axis. The series of P values can then be provided with contour lines, so that it is possible to see at a glance which combination of time delay and memory duration gives an optimal sieving effect. Such a contour line map is shown in Fig. 25. The map only shows the contour for P ^, P ^ and P ^. Of course, the greatest interest is in the larger P values, because it is in that range that the best sieving effect is obtained. This representation allows research to choose the best combination of screen time delay and memory duration.

Hoewel bij de weergegeven voorbeelden, afstandmetingsstel-15 seis zijn beschreven, waarbij gebruik wordt gemaakt van een binair codestelsel, zijn andere coden soms geschikter. Voor een gammastraal-waameemorgaan of een electronische kompas-hellingsmeter, kan bijvoorbeeld een inpuls-tijdcode de voorkeur verdienen. In bepaalde gevallen, in het bijzonder wanneer het opeenvolgend overbrengen nodig 20 is van een aantal getallen, heeft een impuls-tijdcode voordelen.Although in the examples shown, distance measurement set 15 has been described using a binary code system, other codes are sometimes more suitable. For example, for a gamma ray sensing means or an electronic compass inclinometer, an impulse time code may be preferred. In certain cases, especially when sequential transfer of a plurality of numbers is required, an impulse time code has advantages.

Voor bepaalde inrichtingen van een electronisch kompas is het nodig opeenvolgend vijf getallen over te brengen teneinde de magnetische strekking te meten. Doot het toepassen van een afstandmetingsstelsel, dat stoelt op een impuls-tijdcode, kan een aanzienlijke besparing 25 worden bereikt in zowel de energie, nodig van de batterij, als de tijd, nodig voor het overbrengen van de gegevens.For certain electronic compass devices, it is necessary to transmit five numbers sequentially in order to measure magnetic stretch. By using a distance measuring system based on an impulse time code, significant savings can be achieved in both the energy required by the battery and the time required to transfer the data.

Een gebruikelijk stelsel voor het overbrengen van een impuls-tijdcode, is weergegeven in fig. 26A (bijvoorbeeld voor het overbrengen van de waarden van drie parameters). Een reeks spanning-30 impulsen wordt overgedragen, waarbij de tijdsduur (t , t , t ) van 1 « j elke impuls a, b, c, representatief (bijvoorbeeld evenredig of omgekeerd evenredig) voor de grootte van de parameter, die wordt overgebracht. Opgemerkt wordt, dat tussen elke impuls een rustpoos nodig is voor het scheiden van het einde van één impuls ten opzichte 35 van het begin van het volgende. In fig. 26A zijn de impulsen a, b, c 800 4 5 99 73 ί * *» * dus enigszins analoog aan drie binaire "woorden", elk gescheiden van de volgende door een tijdsverloop T . Deze rustpozen zijn natuurlijk een nadeel voor het snel overbrengen van gegevens, omdat de rustpoos zelf geen informatie draagt. Verder zijn impulsen met een 5 lange tijdsduur strijdig met het onderhavige afstandmetingstelsel.A conventional impulse time code transmission system is shown in Fig. 26A (for example, to transfer the values of three parameters). A series of voltage-30 pulses are transmitted, the duration (t, t, t) of 1 j each pulse a, b, c representative (e.g. proportional or inversely proportional) for the size of the parameter being transmitted. It should be noted that a rest period is required between each pulse to separate the end of one pulse from the beginning of the next. Thus, in Fig. 26A, the pulses a, b, c 800 4 5 99 73 * * * »* are somewhat analogous to three binary" words ", each separated from the next by a time course T. These rest periods are of course a disadvantage for the fast transfer of data, because the rest period itself carries no information. Furthermore, pulses of long duration conflict with the present distance measuring system.

Voorgesteld wordt de impuls-tijdcode, zoals is weergegeven in fig. 26B. In dit stelsel is het niet de duur van de impuls, die een maat is voor de parameter, maar de tijd tussen opeenvolgende zeer korte impulsen. In plaats van het overbrengen van lange impulsen met 10 een veranderlijke duur, worden alleen korte impulsen met in hoofdzaak een gelijkblijvende duur (in het onderhavige afstandmetingstelsel impulsen, die enkele ms duren) overgebracht, waarbij de tijd tussen de impulsen de maat is voor de grootte van de parameter. Er is dus geen tijd nodig voor het scheiden van één tijdsverloop (dat een para-15 meter weergeeft) van het volgende. In fig. 26B wordt de parameter Nr. 1 vertegenwoordigd door de tijd (t^) tussen de impuls PQ en de impuls P^. De aparameter Nr. 2 wordt vertegenwoordigd door de tijd (t^) tussen de impuls P^en de impuls P^ en de parameter Nr. 3 door de tijd (t3) tussen de impuls P^ en de impuls P^. Te zien is, dat in het 20 voorgaande voorbeeld de impuls P^ het einde vertegenwoordigt van het tijdsverloop t^ en ook het begin van het tijdsverloop t^r en de impuls P3 het einde van het tijdsverloop t^ vertegenwoordigt en ook het begin van het tijdsverloop t^, enz. Er gaat dus geen tijd verloren tussen elk significant tijdsverloop (dat wil zeggen T: van fig. 26A is 25 nul).The pulse time code is shown as shown in Fig. 26B. In this system, it is not the duration of the pulse, which is a measure of the parameter, but the time between successive very short pulses. Instead of transmitting long pulses of variable duration, only short pulses of substantially constant duration (in the present distance measuring system, pulses lasting several ms) are transmitted, the time between the pulses being the measure of magnitude of the parameter. Thus, no time is required to separate one time course (representing a para-15 meters) from the next. In Fig. 26B, parameter No. 1 represented by the time (t ^) between the pulse PQ and the pulse P ^. The parameter No. 2 is represented by the time (t ^) between pulse P ^ and pulse P ^ and parameter No. 3 by the time (t3) between the pulse P ^ and the pulse P ^. It can be seen that in the previous example the pulse P ^ represents the end of the time course t ^ and also the beginning of the time course t ^ r and the pulse P3 represents the end of the time course t ^ and also the start of the time course t ^ r. time lapse t1, etc. Thus, no time is lost between any significant time lapse (ie T: of Fig. 26A is zero).

Het is duidelijk, dat door het toepassen van de impulsen P , P2/ ?3 voor zowel het aangeven van het einde van één tijdsverloop alsmede het begin van het volgende tijdsverloop, de verloren tijd (niet gebruikte tijd) nul is, waarbij alle tijd, gebruikt voor 30 het overbrengen van gegevens (dat wil zeggen identificatie van de tijdsverlopen t^, t^, t^) nuttige tijd is. Uitgedrukt in een binaire code, wordt elk "woord" (dat een getal identificeert) direkt gevolgd door het volgen* "woord", enz. Slechts aan het einde van een reeks overbrengingen is een rustpoos T aanwezig, waarna de reeks wordt 35 herhaald. In de volgend reeks zijn de tijdsverlopen tussen Pq, P^, P^t 800 4 5 99 1 · 74 P3 gewoonlijk natuurlijk enigszins anders, omdat de gegevens, weergegeven door de tijden t^, t^, t^ gewoonlijk met de tijd veranderlijk zijn, waarbij elke nieuwe overgebrachte lading gegevens bijvoorbeeld een nieuwe toestand in het boorgat vertegenwoordigt.It is clear that by applying the pulses P, P2 /? 3 for both indicating the end of one time lapse and the start of the next time lapse, the lost time (unused time) is zero, with all time, used for data transfer (ie identification of the time courses t ^, t ^, t ^) is useful time. Expressed in a binary code, each "word" (identifying a number) is followed immediately by the following * "word", etc. Only at the end of a series of transmissions is a rest T, and the sequence is repeated. In the following series, the time courses between Pq, P ^, P ^ t 800 4 5 99 1 · 74 P3 are, of course, slightly different, because the data represented by times t ^, t ^, t ^ is usually variable with time with each new transferred data load representing, for example, a new state in the borehole.

5 Pig. 30 toont de beginselen van de schakeling, die de onderhavige impuks-tijdcode tot stand kan brengen. In het in de praktijk toegepaste boorgatgereedschap worden natuurlijk moderne electronische geïntegreerde ketens gebruikt (zie eveneens fig. 29).Pig. 30 shows the principles of circuitry which the present impuks time code can accomplish. Naturally, modern electronic integrated circuits are used in the borehole tool used in practice (see also fig. 29).

Ter vereenvoudiging wordt een eenvoudige mechanische stapschakelaar 10 en een eenvoudig mechanisch relais beschreven, zodat de beginselen van de logica van het stelsel eenvoudig kunnen worden verduidelijkt.For simplicity, a simple mechanical step switch 10 and a simple mechanical relay are described so that the principles of system logic can be easily clarified.

In fig. 30 zijn waarneemorganen verbonden met de aansluitingen 1, 2, 3 van de stapschakelaar 285, die een electromagnetische stuurwikkeling 286 heeft, zoals weergegeven. Aangenomen wordt, dat de 15 reeks wordt begonnen met de stapschakelaar in de stand "0", zoals is weergegeven in fig. 30. De batterij 288 wekt een gelijkstroomver-gelijkingsspanning op. Deze gelijkstroomspanning verschijnt over de weerstand 289 en laat de condensator 290 met een voorafbepaalde snelheid, bepaald door de waarde van de weerstand 289, de afmeting van de 20 condensator 290 en de spanning van de batterij 288. 291 is een trekker-keten, die één enkele scherpre electrische inpuls opwekt wanneer de aan zijn ingang gelegde spanning een voorafbepaalde waarde overschrijdt (trekkerspanning). De uitgang van de trekkerketen 291 aktiveert de wikkeling 286, waarbij de arm 287 van de stapschakelaar 285 beweegt 25 naar het volgende contact (nr. 1 in dit geval). Gelijktijdig bedient de trekkerketen 291 momenteel het relais 292, dat de condensator 290 ontlaadt naar aarde.In Fig. 30, sensors are connected to terminals 1, 2, 3 of the step switch 285, which has an electromagnetic control winding 286, as shown. It is assumed that the sequence is started with the step switch in the "0" position, as shown in FIG. 30. The battery 288 generates a DC comparison voltage. This DC voltage appears across the resistor 289 and leaves the capacitor 290 at a predetermined speed, determined by the value of the resistor 289, the size of the capacitor 290, and the voltage of the battery 288.291 is a trigger circuit, which is one generates some sharp electrical pulse when the voltage applied to its input exceeds a predetermined value (trigger voltage). The output of the trigger circuit 291 activates the winding 286, the arm 287 of the step switch 285 moving to the next contact (No. 1 in this case). Simultaneously, the trigger circuit 291 currently operates the relay 292, which discharges capacitor 290 to ground.

Wanneer de arm 287 wordt bewogen van de stand "0" naar de stand "1" worden de handelingen herhaald, behalve dat de spannings- 30 uitgang van het waameemorgaan nr. 1 met de keten is verbonden in plaats van de vergelijkingsspaning van de batterij 288, waarbij de impuls wordt opgewekt op het moment, dat de condensator weer de trekkerspanning bereikt van de trekkerketen 291. Dit moment is even-When the arm 287 is moved from the "0" position to the "1" position, the operations are repeated except that the voltage output of the sensing member No. 1 is connected to the circuit instead of the comparative voltage of the battery 288 the pulse being generated the moment the capacitor returns to the trigger voltage of the trigger circuit 291. This moment is also

RCRC

redig aan de waarde ( — ) waarin R dè ohmse waarde is van de weer- s 35 stand 289, C de capaciteit van de condensator 290 en Vg de uitgangs- 800 4 5 99 '75 i >relative to the value (-) where R is the ohmic value of the resistor 289, C the capacitance of the capacitor 290 and Vg the output 800 4 5 99 '75 i>

» II

spanning van het waarneemorgaan. De tijd is dus omgekeerd evenredig aai de uitgangsspanning van het waarneemorgaan.voltage of the observer. Thus, the time is inversely proportional to the output voltage of the detector.

Na het activeren van de trekkerketen 291 door de spanning van het waarneemorgaan nr. 1, wordt de werking herhaald, waarbij weer 5 wanneer de spanning op de condensator 290 de trekkerspanning bereikt, de trekkerketen 291 een scherpe inpuls opwekt, die het relais 292 bediend, de condensator 290 ontlaad en de stapschakelaar 285 bekrachtigd en de arm 287 beweegt naar het volgend contact.After activation of the trigger circuit 291 by the voltage of the detector No. 1, the operation is repeated, again with the voltage on the capacitor 290 reaching the trigger voltage again, the trigger circuit 291 generates a sharp pulse which actuates the relay 292, the capacitor 290 discharges and the step switch 285 is energized and the arm 287 moves to the next contact.

De stapschakelaar 285 stapt dus in volgorde en verbindt 10 de waameemorganen 1, 2, 3 achterelkaar met de weerstand 289. De impuls, opgewekt door de trekkerketen 291 wanneer de arm 287 zich in de stand "0" bevindt, komt overeen met de imouls P^ (van fig. 26B), waarbij de inpulsen, opgewekt door de trekkerketen wanneer de arm 287 zich in de betrokken standen "1", "2", "3" bevindt, overeenkomen 15 met de betrokken inpulsen P^, en P3 (van fig. 26B). De overeenkomstige tijdverlopen t^, tg zijn representatief (omgekeerd evenredig) aan de spanningsuitgangen van de waameemorganen nr. 1, nr. 2, nr. 3.Thus, the step switch 285 steps in sequence and connects the sensing members 1, 2, 3 one after the other to the resistor 289. The impulse generated by the trigger circuit 291 when the arm 287 is in the "0" position corresponds to the imouls P ^ (of Fig. 26B), wherein the pulses generated by the trigger chain when the arm 287 is in the respective positions "1", "2", "3" correspond to the respective pulses P ^, and P3 ( of Fig. 26B). The corresponding time courses t ^, tg are representative (inversely proportional) to the voltage outputs of the sensing means No. 1, No. 2, No. 3.

De voorgaande alinea's beschrijven het beginsel van het 20 inpuls-tijdcodeerorgaan, dat kan worden toegepast in de "downhole" uitrusting in plaats van de A/D omzetter 102 in fig. 4A. Het aan het oppervlak decoderen kan tot stand worden gebracht door een gebruikelijke inpuls-tijddecodeerschakeling en behoeft hier niet gedetailleerd te worden besproken.The foregoing paragraphs describe the principle of the pulse time encoder that can be used in the downhole equipment in place of the A / D converter 102 in Figure 4A. Surface decoding can be accomplished by a conventional pulse time decoding circuit and need not be discussed in detail here.

25 In fig. 26C vertegenwoordigen TPQ, TP^ TP2, TPg enz, °P~ eenvolgende inpulsen, ontvangen aan het waarneenpunt aan het oppervlak.In Fig. 26C, TPQ, TP ^ TP2, TPg etc, ° P ~ represent subsequent pulses received at the surface serving point.

Deze inpulsen vinden respectievelijk plaats op de tijden T^, ,These pulses take place at times T ^,,

Tg, enz. In de impuls-tijdcode, zoals beschreven in samenhang met fig. 26B wordt de tijd tussen opeenvolgende inpulsen gebruikt voor 30 het aan ge ven van de grootte van een parameter. Indien dus drie parameters op afstand moeten worden gemeten, kan de code zijn zoals weergegeven in fig. 26c, waarbij - Tq een tijdsverloop is, dat de parameter nr. 1 vertegenwoordigt.Tg, etc. In the pulse time code, as described in connection with Fig. 26B, the time between successive pulses is used to indicate the size of a parameter. Thus, if three parameters are to be measured remotely, the code may be as shown in Fig. 26c, where - Tq is a time course representing parameter No. 1.

35 800 4 5 99 76 Τ2 ~ T1 een dsverloop is, dat de parameter nr. 2 vertegenwoordigt, T3 - een tijdsverloop is, dat de parameter nr. 3 vertegenwoordigt.35 800 4 5 99 76 Τ2 ~ T1 is a time course representing the parameter No. 2, T3 - is a time course representing the parameter No. 3.

5 Bij het meten van impulsen in de spoeling tijdens het boren is in het bepaalde gevallen nodig, dat de metingen met grote nauwkeurigheid worden uitgevoerd. Omdat de geluidssnelheden in de spoelingkolom niet altijd gelijk zijn, en ruis- en denpingsomstandig-heden veranderlijk zijn, is het tijdsverloop tussen impuls, ontvangen 10 aan het oppervlak, niet altijd nauwkeurig in overeenstemming met het tijdsverloop tussen de overeenkomstige inpulsen, opgewekt bij de "downhole" uitrusting. Er is met andere woorden aan het oppervlak veelal onzekerheid voor wat betreft het nauwkeurige moment, waarop een bepaalde inpuls aankomt.5 When measuring pulses in the mud during drilling, it is in certain cases necessary that the measurements are carried out with great accuracy. Since the sound velocities in the purge column are not always equal, and noise and thawing conditions are variable, the time course between impulse received at the surface is not always accurate in accordance with the time course between the corresponding pulses generated at the " downhole equipment. In other words, there is often uncertainty on the surface as to the exact moment when a certain impulse arrives.

15 Aangenomen wordt, dat de absolute onzekerheid van de aankomsttijd van elke inpuls plus of min 0,2 s is, of een totaal van 0,4 s. Voor het bereiken van een nauwkeurigheid van + 1% voor met een totale absolute fout van 0,4 s, moet de tijd tussen inpulsen althans 0,4 x 100 of 40 s zijn. Omdat verder de inrichting soms kan 20 falen bij het ontwikkelen van een duidelijke scherpe inpuls, zijn althans twee waarneem(tijdbases) nodig. Indien beide tijdbases hetzelfde antwoord geven, zijn de gegevens (geverifieërd). Voor het bereiken van de gewenste nauwkeurigheid en zekerheid (voor een praktisch geval een nauwkeurigheid van + 1%) zijn derhalve ongeveer 80 tot 25 120 s nodig per gemeten parameter (dat wil zeggen ongeveer 2 min. per parameter).It is assumed that the absolute uncertainty of the arrival time of each pulse is plus or minus 0.2 s, or a total of 0.4 s. To achieve an accuracy of + 1% for with a total absolute error of 0.4 s, the time between pulses should be at least 0.4 x 100 or 40 s. Furthermore, because the device can sometimes fail to develop a clear, sharp pulse, at least two observations (time bases) are required. If both time bases give the same answer, the data is (verified). Therefore, to achieve the desired accuracy and certainty (+ 1% accuracy in a practical case), approximately 80 to 120 s are required per measured parameter (i.e., about 2 min per parameter).

In de verbeterde inpuls-tijdcode wordt een toevoeging voorgesteld, die in vele gevallen een veel grotere nauwkeurigheid tot gevolg kan hebben, Voorgesteld wordt om voor elke overgebrachte im-30 puls Ρ^, P^, $2' P3 niet één enkel spoelingdrukinpuls te gebruiken maar een groep van althans drie op onderling ongelijke afstand liggende spoelingdrukinpulsen, zoals is weergegeven in fig. 26D (hierna aangeduid als een drieledige groep).In the improved pulse time code, an addition is proposed, which in many cases can result in much greater accuracy. It is proposed not to use a single flush pressure pulse for each im-30 pulse Ρ ^, P ^, $ 2 'P3 transmitted but a group of at least three mutually unevenly spaced flush pressure pulses, as shown in Fig. 26D (hereinafter referred to as a three-prong group).

De tijdafstanden in elke drieledige groep zijn gesteld op 35 De tijd vanaf de eerste impuls naar de tweede = t^.The time distances in each tripartite group are set at 35 The time from the first impulse to the second = t ^.

800 4 5 99 1 ' * 77800 4 5 99 1 '* 77

De tijd vanaf de tweede impuls naar de derde = t^.The time from the second impulse to the third = t ^.

De tijd vanaf de eerste impuls naar de derde = t^.The time from the first impulse to the third = t ^.

In deze toestand vertegenwoordigt weer de aankomsttijd van de drieledige groep TP^, de aankomsttijd van de drieledige 5 groep TP^, de aankomsttijd van de drieledige groep TP2, en T3 aankomsttijd van de drieledige groep waarbij - Tq een tijdsverloop is, dat de parameter nr. 1 vertegenwoordigt.In this state, again the arrival time of the three-member group TP ^, the arrival time of the three-member group TP ^, the arrival time of the three-member group TP2, and T3 arrival time of the three-member group where - Tq is a time course, that the parameter no. 1 represents.

T2 - T1 een tijdsverloop is, dat de parameter nr. 2 10 vertegenwoordigt, en een tijdsverloop is, dat de parameter nr. 3. vertegenwoordigt.T2 - T1 is a time course representing the parameter No. 2 10 and a time course representing the parameter No. 3.

Het voordeel van dit stelsel is, dat in het geval van een momenteel falen, waardoor één impuls in de groep niet wordt ontvangen, 15 het falen onmiddëllijk kan worden onderkend, omdat een drieledige groep twee impulsen bevat in plaats van drie. Omdat verder de tijden t^, , t^ ongelijk en bekend zijn, kan worden vastgesteld welke impuls in de groep mist, en omdat verder ook nog t^, t2, t^ bekend zijn, de juiste correctie kan worden uitgevoerd en de tijden - T^, 20 - T2, T2 - kunnen worden bepaald met dezelfde nauwkeurigheid als in het geval, waarin alle impulsen aanwezig zijn in de drieledige groep. Het stelsel met drieledige groepen heeft een verder voordeel.The advantage of this system is that in the case of a current failure, as a result of which one pulse in the group is not received, the failure can be immediately recognized, because a tripartite group contains two pulses instead of three. Furthermore, because the times t ^,, t ^ are uneven and known, it is possible to determine which impulse is missing in the group, and because t ^, t2, t ^ are also known, the correct correction can be made and the times - T ^, 20 - T2, T2 - can be determined with the same accuracy as in the case where all pulses are present in the three-prong group. The tripartite system has a further advantage.

Omdat het moeilijk is de nauwkeurige aankomsttijd van een bepaalde impuls vast te stellen, maakt de drieledige groep een aanzienlijk 25 nauwkeuriger vaststelling mogelijk van de aankomsttijd. Bijvoorbeeld kan het rekenkundig gemiddelde worden genomen van de aankomsttijden van elke impuls in de drieledige groep of kan door het gebruik van moderne computertechnieken een nog grotere nauwkeurigheid worden verkregen van de aankomsttijd.Because it is difficult to determine the accurate arrival time of a given impulse, the three-pronged group allows considerably more accurate determination of the arrival time. For example, the arithmetic average of the arrival times of each impulse in the three-prong group can be obtained or even greater accuracy of the arrival time can be obtained using modern computer techniques.

30 Fig. 29 toont een blokschema van een electronisch "downhole" logisch stelsel, dat de in fig. 26D weergegeven drieledige groepimpulsen opwekt.FIG. 29 shows a block diagram of an electronic downhole logic system generating the three-prong group pulses shown in FIG. 26D.

Het verwijzingscijfer 101 is een waameemorgaan (zie fig.Reference numeral 101 is a sensing means (see FIG.

4A), dat een electrische spanning opwekt, die een aanwijzing vormt 35 voor de grootte van een "downhole" parameter. 601, 602 en 603 zijn 800 4 5 99 % I “ 78 respectievelijk een in spanning geregelde oscillator, een schaalor-gaan en een trekkerketen, die op een algemeen bekende wijze een reeks electrische impulsen opwekt, gescheiden door tijdsverlopen, die een aanwijzing vormen voor de grootte van de spanningsuitgang 5 van het waameemorgaan 101 en derhalve van de "downhole" parameter, die wordt gemeten. Het tijdverloop tussen de impulsen en , zoals is weergegeven in fig. 26B, is derhalve een maat van één parameter, gemeten door een van de waameemorganen 101 van fig. 4A.4A), which generates an electrical voltage indicative of the size of a "downhole" parameter. 601, 602 and 603 are 800 4 5 99% I 78, respectively, a voltage controlled oscillator, a scale member and a trigger circuit which generates in a well known manner a series of electrical pulses separated by time courses indicative of the magnitude of the voltage output 5 of the sensing means 101 and hence of the "downhole" parameter being measured. The time course between the pulses and, as shown in Fig. 26B, is therefore a measure of one parameter measured by one of the sensing members 101 of Fig. 4A.

Het gedeelte van fig. 29, dat is omsloten in de onderbro-10 ken rechthoek toont de details van de schakeling voor het opwekken van de hiervoor aangeduide drieledige groepinpulsen. 607, 608 en 609 zijn electronische "eenstoot" univibratoren, die in aanspreking op de impuls van de trekkerketen 603 elk een enkele uitgangsimpuls produceren met respectievelijk een duur van D^, D^, D^, zoals is weergegeven 15 in fig. 29. De blokken 610 zijn electronische afleidorganen, dat wil zeggen dat zij elk aan de uitgang een signaal produceren, dat evenredig is aan de eerste tijdafgeleide van het ingangssignaal (dergelijke electronische organen zijn algemeen bekend in de techniek).The portion of Figure 29 enclosed in the broken rectangle shows the circuit details for generating the aforementioned three-prong group pulses. 607, 608 and 609 are electronic "one-shot" univibrators, which, in response to the pulse of the trigger circuit 603, each produce a single output pulse of durations of D1, D1, D1, respectively, as shown in FIG. 29. Blocks 610 are electronic diverters, that is to say they each produce at the output a signal proportional to the first time derivative of the input signal (such electronic devices are well known in the art).

De uitgangen daarvan zijn dus, zoals is weergegeven in fig. 29 als 20 G, Η, I, dat wil zeggen twee inpulsen met tegengestelde polariteit, gescheiden door de betrokken tijdsverlopen D^, D^ en D^. De blokken 611 zijn gelijkrichters en brengen alleen de positieve inpulsen over, die verschijnen aan de uitgangen van de afleidorganen 610. De uitgangen van de gelijkrichters 611 zijn bij 612 parallel geschakeld en 25 produceren het signaal J, hetgeen het gewenste signaal is (eveneens weergegeven in fig. 26D). Elke eenvoudige inpuls, opgewekt door de trekkerketen 603, wekt derhalve drie inpulsen op, gescheiden door békende en ongelijke tijdsverlopen (drieledige groep), zoals is weergegeven door J. In de praktijk is het tijdsverloop zeer klein 30 uitgevoerd in vergelijking met D^ en D^, en slechts enkele ms, waarbij D^ en D^ tijdsverlopen zijn van enkele ms tot enkele honderden ms. Bij de analyse van de werking kan derhalve worden aangenomen, dat D. = 0.The outputs thereof are thus, as shown in Fig. 29, as 20 G, Η, I, i.e. two pulses of opposite polarity, separated by the respective time courses D 1, D 1 and D 1. The blocks 611 are rectifiers and transmit only the positive pulses appearing at the outputs of the diverters 610. The outputs of the rectifiers 611 are connected in parallel at 612 and produce the signal J, which is the desired signal (also shown in Fig. 26D). Thus, each simple pulse generated by the trigger circuit 603 generates three pulses separated by known and uneven time courses (three-prong group), as shown by J. In practice, the time course is very small compared to D1 and D ^, and only a few ms, where D ^ and D ^ are time courses from a few ms to several hundred ms. It can therefore be assumed in the analysis of the effect that D. = 0.

In de als J in fig. 29 weergegeven uitgang, duidt dus de 35 impuls het einde aan van de uitgangsimpuls van 607 ( die, zoals 800 4 5 99 * l 79 hiervoor opgemerkt, voor alle praktische doeleinden tevens het begin is van de uitgangsimpuls, omdat de lengte daarvan wordt aangenomen nul te zijn), is de impuls p2 het einde van de uitgangsimpuls van 608 en is de impuls p^ het einde van de uitgangsimpuls van 609.Thus, in the output shown as J in Fig. 29, the pulse indicates the end of the output pulse of 607 (which, as noted above, is also the beginning of the output pulse for all practical purposes, because its length is assumed to be zero), the pulse p2 is the end of the output pulse of 608 and the pulse p2 is the end of the output pulse of 609.

5 Derhalve (omdat van D^ is aangenomen, dat deze nul is) is het tijdsverloop t1 = d2' het tijdsverloop t^ = en het tijdsverloop t2 = D^ -D2· Het gedeelte van fig. 29 binnen de onderbroken rechthoek wekt dus de drieledige groep aan zijn uitgang bij 612 op (weergegeven als J in fig. 29) in aanspreking op één enkelvoudige impuls, gedrukt op 10 zijn ingang.Therefore (since D ^ is assumed to be zero), the time course t1 = d2 'is the time course t ^ = and the time course t2 = D ^ -D2 · Thus, the portion of Fig. 29 within the broken rectangle creates the three-prong group at its output at 612 on (shown as J in Fig. 29) in response to one single pulse, pressed at its input.

De in fig. 29 weergegeven schakeling kan in fig. 4A zijn aan gebracht tussen een gekozen waameemorgaan 101 en de energiebe-sturing 104. Wanneer met andere woorden het impuls-tijdcodestelsel van fig. 29 wordt toegepast, worden de A/D omzetter 102 en de processor 15 103 geëlimineerd (omdat zij zijn aangepast voor het binair coderen), waarbij de energiebesturing 104 direkt wordt gestuurd door de uitgang van de versterker 613 van fig. 29.The circuit shown in FIG. 29 may be arranged in FIG. 4A between a selected sensing means 101 and the power controller 104. In other words, when the impulse time code system of FIG. 29 is employed, the A / D converter 102 and eliminated processor 15 (because they are adapted for binary coding), power control 104 being controlled directly by the output of amplifier 613 of FIG. 29.

Wanneer de drieledige groepimpuls-tij dcode wordt gebruikt in plaats van de binaire code, is het nodig de drieledige groepsigna-20 len aan het oppervlak te decoderen. In de fig. 9, 12, 13, 17 en 19, wordt van de signalen, die de "downhole" parameter vertegenwoordigen, aangenomen, dat zij in binaire codevorm zijn. Voor het veranderen van het stelsel voor het ontvangen van signalen in de drieledige-groepimpuls-tijdcodevorm, zoals beschreven in samenhang met de fig.When the three-part group pulse time code is used in place of the binary code, it is necessary to decode the three-part group signals at the surface. In Figs. 9, 12, 13, 17 and 19, the signals representing the downhole parameter are assumed to be in binary code form. To change the system for receiving signals in the three-prong group pulse time code form, as described in connection with FIG.

25 29 en 26D, is het nodig tussen de zeef 150 en de daaropvolgende in richting aan het oppervlak een bijzondere codevertaalorgaan aan te brengen, zoals is weergegeven in fig. 27. Voor dit doel wordt de draad 151 in de fig. 9, 12, 13, 17 en 19 onderbroken en wordt het codevertaalorgaan daartussen geplaatst. In bepaalde gevallen is het 30 wenselijker het codevertaalorgaan aan te brengen tussen het aftrek-orgaan 160 en de A/D-omzetter 163 bij de leiding 162 van de fig. 9, 12, 13, 17, waarbij de voorkeursplaats voor het aanbrengen voor deskundigen duidelijk is.29 and 26D, it is necessary to provide a special code translation means between the sieve 150 and the subsequent surface direction, as shown in FIG. 27. For this purpose, the wire 151 in FIGS. 9, 12, 13, 17 and 19 are interrupted and the code translation means is placed therebetween. In some instances, it is more desirable to arrange the code translation means between the subtractor 160 and the A / D converter 163 at the lead 162 of FIGS. 9, 12, 13, 17, the preferred location for those skilled in the art is clear.

Onder verwijzing naar fig. 27, is 316 een keuzeorgaan, 35 dat is ontworpen voor het opwekken van één enkele uitgangsimpuls 800 4 5 99 80Referring to Fig. 27, 316 is a selector 35 designed to generate a single output pulse 800 4 5 99 80

i Ii I

t It I

in aanspreking op de drieledige groep, beschreven in samenhang met fig. 29. Het verwijzingscijfer 317 duidt een tijd-naar-amplitudeom-zetter aan, dat wil zeggen een electronische keten, die een gelijk-stroomspanningsuitgang opwekt aan de draad 319, welke uitgang een 5 voorafbepaalde functie is van de tijd tussen twee ingangsimpulsen, gedrukt op zijn ingang door de draad 318. Dergelijke organen zijn algemeen bekend op het gebied van de electronica en behoeven hier niet gedetailleerd te worden beschreven. 320 is een analoog-naar-digi-taal omzetter en is eveneens algemeen bekend.in response to the three-prong group, described in conjunction with Fig. 29. Reference numeral 317 designates a time-to-amplitude converter, that is, an electronic circuit which generates a DC voltage output on wire 319, which output a 5 is predetermined function of the time between two input pulses pressed on its input by wire 318. Such devices are well known in the electronics field and need not be described in detail here. 320 is an analog-to-digital converter and is also well known.

10 Fig. 28A toont het keuzeorgaan 316 gedetailleerder. 321, 322, 323 zijn eenstootunivibratoren, ontworpen voor het opwekken van één enkele uitgangsimpuls met een gekozen voorafbepaalde tijdsduur in aanspreking op een ingangsimpuls. 321 wekt een lange inpuls op met een tijdsduur 1^, waarbij 322 een kortere inpuls met een tijdsduur 15 I2 opwekt en 323 een nog kortere uitgangsimpuls met een tijdsduur van 1^, zoals is weergegeven boven elk blok 321, 322 en 323. De blokken 324 zijn afleidorganen, dat wil zeggen electronische ketens, die een uitgang opwekken evenredig aan de eerste tijdsafgeleide van een signaal, gedrukt op de ingang. Dergelijke eenheden zijn eveneens 20 algemeen bekend en wekken uitgangssignalen op, zoals is weergegeven door de kromme boven elk afleidorgaanblok. De blokken 325 zijn in-verteerorganen, dat wil zeggen dat zij een uitgangssignaal opwekken, dat een kopie is van het ingangssignaal maar in teken geïnverteerd, zoals weergegeven door de kromme direkt boven elk inverteerorgaan.FIG. 28A shows selector 316 in more detail. 321, 322, 323 are one-shot vibrators designed to generate a single output pulse with a selected predetermined period of time responsive to an input pulse. 321 generates a long pulse with a duration of 1 ^, 322 generating a shorter pulse with a duration of 15 I2 and 323 an even shorter output pulse with a duration of 1 ^, as shown above each block 321, 322 and 323. The blocks 324 are deflectors, i.e. electronic circuits, which generate an output proportional to the first time derivative of a signal printed on the input. Such units are also well known and generate output signals, as shown by the curve above each diverter block. The blocks 325 are inverters, that is, they generate an output signal which is a copy of the input signal but inverted in sign, as shown by the curve directly above each inverter.

25 De blokken 326 bevatten elk een gelijkrichter en wekken aan de uitgang één enkele positieve electrische impuls op, 326a, 326b, 326c, zoals weergegeven. De blokken 327 zijn samenvallingsketens of EN-poorten, algemeen bekend. Elk blok 327 produceert een uitgangsimpuls aan zijn aansluiting c alleen wanneer er een impuls aan de 30 ingang a is, en een impuls aan de ingang b, welke inpulsen in tijd samenvallen. De uitgangen van alle drie samenvallingsketens 327 zijn bij de draad 329 parallel geschakeld en worden gelegd aan de ingang van de tijd-naar-amplitude omzetter 317. De tijd-naar-amplitude omzetter 317 produceert een gelijkspanningsuitgang, die een vooraf-35 bepaalde functie is van de tijd tussen twee opeenvolgende ingangs- 800 45 99 81 ί ι ' » impulsen. De uitgang van de tijd-naar-amplitude omzetter 317 is verbonden met de A/D-omzetter 320, die de gelijkstroomsingang dan vertaald in binair gecodeerde impulsen op een in de techniek algemeen bekende wijze.The blocks 326 each contain a rectifier and generate a single positive electrical pulse at the output, 326a, 326b, 326c, as shown. The blocks 327 are coincidence chains or AND gates, generally known. Each block 327 produces an output pulse at its terminal c only when there is a pulse at input a, and a pulse at input b, which pulses coincide in time. The outputs of all three coincidence circuits 327 are connected in parallel at wire 329 and are applied to the input of the time-to-amplitude converter 317. The time-to-amplitude converter 317 produces a DC output, which is a predetermined function of the time between two successive inputs 800 45 99 81 ί ι '»impulses. The output of the time-to-amplitude converter 317 is connected to the A / D converter 320, which then translates the DC input into binary coded pulses in a manner well known in the art.

5 De schakeling volgens de fig. 27 en 28A bestaat uit ge bruikelijke electronische geïntegreerde ketenonderdelen, die algemeen bekeidzijn. De algemene werking van het keuzeorgaan behoeft een gedetailleerdere beschrijving.The circuit of FIGS. 27 and 28A consists of conventional electronic integrated circuit components which are generally coated. The general operation of the selector needs a more detailed description.

De impulsen P^, P^, Py opgewekt door de versterker 613 10 van fig. 29 worden gedrukt op de energiebesturing 104 van fig. 4A. en worden naar het oppervlak overgebracht als spoelingdrukimpulsen door de klep 40. Aan het oppervlak worden deze spoelingdrukimpulsen opgenomen door bijvoorbeeld de elementen van fig. 9, die de overdrager 51, de zeef 150, het vertragingselement 152 en het aftrekorgaan 160 15 omvatten. De impulsen, die verschijnen op de leiding 162 van fig. 9 (of fig. 12, fig. 13 of fig. 17) worden aangeduid als TP^, TP^ e*1 (en komen overeen met de impulsen P^, P£ en P^, opgewekt door de "downhole" schakeling van fig. 29.The pulses P ^, P ^, Py generated by the amplifier 613 10 of Figure 29 are pressed on the power controller 104 of Figure 4A. and are transmitted to the surface as rinse pressure pulses by the valve 40. At the surface, these rinse pressure pulses are taken up, for example, by the elements of Fig. 9, which comprise the transducer 51, the screen 150, the retarding element 152, and the subtractor 160. The pulses appearing on lead 162 of Figure 9 (or Figure 12, Figure 13 or Figure 17) are referred to as TP ^, TP ^ e * 1 (and correspond to pulses P ^, P £ and P ^ generated by the "downhole" circuit of FIG. 29.

De fig. 28b, 28C, 28D, 28E tonen het aanspreken van de 20 keten van fig. 28 op de impulsen TP^, TP^/ TP^. Wanneer de impuls TP^ aankomt en wordt gedrukt op de draad 152 (of de draad 162) van fig. 28A, worden alle drie eenstoontunivibratoren 321, 322, en 323 geactiveerd, waarbij zij elk een betrokken uitgangsimpuls opwekken, voorzien van zijn eigen karakteristiek en voorafbepaalde en vaste 25 lengte van respectievelijk 1^, ^ en 1^. Wanneer dus de impuls TP^ de univibratoren activeert, wekken deze de uitgangsspanningen (impulsen) Aj, B^, op, zoals is weergegeven in fig. 28B.Figs. 28b, 28C, 28D, 28E show the response of the circuit of Fig. 28 to the pulses TP ^, TP ^ / TP ^. When the pulse TP ^ arrives and is pressed on the wire 152 (or wire 162) of Fig. 28A, all three one-tone vibrators 321, 322, and 323 are activated, each generating a related output pulse, each with its own characteristic and predetermined and fixed lengths of 1 ^, ^ and 1 ^, respectively. Thus, when the pulse TP ^ activates the univibrators, they generate the output voltages (pulses) Aj, B ^, as shown in Fig. 28B.

Wanneer de impuls TP^ aankomt, kan deze de univibrator 321 niet acti-veren, omdat deze zich al in de IN toestand bevindt.When the pulse TP ^ arrives, it cannot activate the univibrator 321 because it is already in the ON state.

30 De impuls TP^ activeert echter wel de univibratoren 322 en 323, omdat deze zijn teruggekeerd naar de ÜIT toestand waarbij zij uit-gangsimpulsen B^ en opwekken, zoals is weergegeven in fig. 28B.However, the pulse TP ^ activates the univibrators 322 and 323 because they have returned to the OFF state generating output pulses B1 and as shown in FIG. 28B.

Wanneer de impuls TP^ aankomt, kan deze de univibrator 321 of 322 niet activeren, omdat deze reeds in de IN toestand is. De impuls TP3 35 activeert echter wel de univibrator 323, omdat deze is teruggekeerd 80 0 4 5 99 * 1 1 82 naar de UIT toestand, waarbij deze een uitgangsimpuls opwekt, zoals is weergegeven in fig. 28B.When the pulse TP ^ arrives, it cannot activate the univibrator 321 or 322 because it is already in the ON state. However, the pulse TP3 35 activates the univibrator 323 because it has returned 80 0 4 5 99 * 1 1 82 to the OFF state, generating an output pulse, as shown in Fig. 28B.

De tijdsverlopen 1^, ^ en 1^ van de univibratoren 321, 322 en 323 in fig. 28A, zijn zodanig bemeten, dat zij overeenkomen met 5 de tijdsvertragingen, veroorzaakt door de werking van de univibratoren 609, 608, 607 van fig. 29, zodat dus de einden van de groep uni-vibratorimpulsen van fig. 28B samenvallen en de EN poorten van fig.The time courses 1 ^, ^ and 1 ^ of the univibrators 321, 322 and 323 in Fig. 28A are sized to correspond to the time delays caused by the operation of the Univibrators 609, 608, 607 of Fig. 29 so that the ends of the group of uni-vibrator pulses of FIG. 28B coincide and the AND gates of FIG.

28A activeren.Activate 28A.

Fig. 28B toont de bedieningstoestanden wanneer alle im-1 n pulsen TP^, TP^/ aanwezig zijn.Fig. 28B shows the operating states when all im-1 n pulses TP ^, TP ^ / are present.

Fig. 28C toont dezelfde toestanden als in fig. 28B, waarbij echter een van de impulsen (bijvoorbeeld TP^) mist.Fig. 28C shows the same states as in Fig. 28B, but one of the pulses (e.g. TP ^) is missing.

Fig. 28D toont dezelfde toestanden met echter één impuls TP2 missende, waarbij fig. 28E de toestanden toont wanneer de impuls ^ TP3 mist. Opgemerkt moet worden, dat ongeacht welke impuls (TP^, TP^ of TP^) mist, twee univibratoruitgangsimpulsen altijd eindigen op het moment T. Deze eigenschap van de keten van fig. 28A wordt gebruikt voor het altijd opwekken van althans twee in tijd samenvallende impulsen op het moment T ongeacht welke impuls TP^, TP^ of TP^ 20 mist. Zolang er althans twee van de groep impulsen worden waargenomen, is het moment van optreden van de ui tgangs impuls bij 329 van fig. 28A hetzelfde. De enkele impuls 328a in fig. 28A wordt opgewekt wanneer een groep impulsen is ontvangen door de inrichting aan het oppervlak, waarbij de impuls 328a aanwezig is, wanneer twee willekeurige impul-25 sen in de groep aan het oppervlak worden waargenomen.Fig. 28D shows the same states with one pulse missing TP2, FIG. 28E showing the states when the pulse ^ TP3 is missing. It should be noted that no matter which pulse (TP ^, TP ^ or TP ^) is missing, two univibrator output pulses always terminate at time T. This property of the circuit of Fig. 28A is used to always generate at least two coincident in time. pulses at the moment T miss whatever pulse TP ^, TP ^ or TP ^ 20. As long as at least two of the group of pulses are observed, the moment of occurrence of the output pulse at 329 of Fig. 28A is the same. The single pulse 328a in Fig. 28A is generated when a group of pulses has been received by the surface device, the pulse 328a being present when any two pulses in the group on the surface are sensed.

Onder het weer verwijzen naar fig. 28A, is het blok 317 een gebruikelijke tijd-naar-amplitude omzetter, die een gelijkspannings-uitgang opwekt, die een voorafbepaald functieverband heeft met de tijd tussen opeenvolgende impulsen 328 a. 320 is een gebruikelijke 30 A/D-omzetter, en vertaalt de grootte van deze gelijkstroomspannings-uitgang in een binair woord. De binaire woorden volgen in snelle opeenvolging achterelkaar, zoals bepaald door de eigenschappen van 320 en zijn bijbehorende klok.Referring again to FIG. 28A, block 317 is a conventional time-to-amplitude converter that generates a DC output which has a predetermined function relationship with the time between successive pulses 328 a. 320 is a typical 30 Ω. D converter, and translates the size of this DC voltage output into a binary word. The binary words follow in rapid succession, as determined by the properties of 320 and its corresponding clock.

Het is derhalve duidelijk, dat de inrichting van fig. 28A 35 de impuls-tijdcode vertaalt onder gebruikmaking van de drieledige 800 45 99 ' ' r 83 groep tot in een binaire code, waarbij de op de inrichting volgens de draad 151 of 162 van de fig. 9, 12, 13 en 17 op nauwkeurig dezelfde wijze werkzaam is alsof de gegevens in eerste instantie in binaire codevorm vanuit de ondergrond waren overgebracht.It is therefore evident that the device of Fig. 28A 35 translates the pulse time code using the three-prong 800 45 99 '' 83 group into a binary code, with the device shown on wires 151 or 162 of the Figures 9, 12, 13 and 17 operate in exactly the same manner as if the data had initially been transferred from the subsurface in binary code form.

5 Teneinde de eerder in de beschrijving besproken schokgol ven te verkrijgen, zijn er bepaalde grenzen gesteld aan K. (gemid- 1 (v) delde veranderingssnelheid van het openen van de klep)en een (het moment van open stroming). Onderzoekingen hebben aangetoond, 2 dat K2 althans 5 cm /s moet zijn en bij voorkeur binnen het bereik 10 moet liggen van 20 cm^/s en 150 cm^/s. mag ten hoogste 500 ms zijn en ligt bij voorkeur in het bereik van 50 ms tot 150 ms.In order to obtain the shock waves discussed earlier in the description, certain limits have been set on K. (mean 1 (v) mean rate of change of valve opening) and a (moment of open flow). Investigations have shown that K2 should be at least 5 cm / s and preferably should be in the range of 20 cm / s and 150 cm / s. may not exceed 500 ms and is preferably in the range of 50 ms to 150 ms.

Opgemerkt moet worden, dat hoewel de synchronisatie-impul-sen (klok 155) in de weergegeven voorbeelden worden opgewekt door de met de pompas verbonden generator of door een in fase gegrendelde 15 lus, andere middelen kunnen worden aangebracht voor het verschaffen van de klokfrequentie, die zich synchroon is met de pompwerking. De algemeen bekende pompslagteller, die gewoonlijk wordt gebruikt op de verbindingsstang van de pomp, kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het opwekken van één electrische impuls per pompslag. De tijds-20 duur tussen elk van dergelijke opeenvolgende inpulsen kan worden verdeeld in een passend getal (bijvoorbeeld 512 of 1024) met gelijke tijdsverlopen door een microprocessor of door een in fase gegrendelde lus of door andere op het gebied van computers en de electronica algemeen bekende middelen. In een dergelijke inrichting is geen toe-25 gang nodig tot de pompdrijfas, waaarbij de klokfrequentie, gelijk aan die van de generator 155, kan worden opgewekt door de microprocessor en de pompslagtellerschakelaar.It should be noted that while the synchronization pulses (clock 155) in the examples shown are generated by the generator connected to the pump shaft or by a phase-locked loop, other means may be provided to provide the clock frequency, which is synchronous with the pumping action. For example, the well known pump stroke counter commonly used on the pump connecting rod can be used to generate one electrical impulse per pump stroke. The time between each of such successive pulses can be divided into an appropriate number (eg 512 or 1024) with equal time courses by a microprocessor or by a phase locked loop or by others well known in the field of computers and electronics resources. In such an arrangement, no access is required to the pump drive shaft, the clock frequency, equal to that of the generator 155, being generated by the microprocessor and the pump stroke counter.

In het eerste deel van de onderhavige beschijving zijn gedetailleerd de omstandigheden beschreven voor het optreden van 30 hydraulische schokgolven en bijbehorende klepgolfjes. Op bepaalde diepten, bijvoorbeeld kleine diepte, kunnen omstandigheden optreden dat het klepgolfje, zoals hiervoor beschreven, niet goed wordt gevormd.The first part of the present description describes in detail the conditions for the occurrence of hydraulic shock waves and associated valve waves. At certain depths, for example shallow depth, conditions may occur that the valve wave, as described above, is not properly formed.

Voor een dergelijk klepgolfje is het nodig, dat een voldoende volume spoeling in de boorpijp stroomt, en dat voldoende hydrostatische druk 35 aanwezig is aan het gereedschapseinde. Er wordt met nadruk op gewezen, 800 4 5 99 84Such a valve wave requires a sufficient volume of mud to flow into the drill pipe and sufficient hydrostatic pressure to be present at the tool end. It is emphasized, 800 4 5 99 84

« I«I

l * dat de uitvinding niet beperkt is tot het bepaalde weergegeven golfje en kan worden toegepast bij andere vormen van drukimpulsen, die aan het oppervlak van de grond kunnen worden waargenomen als gevolg van de bediening van de klep 40.1 * that the invention is not limited to the particular wave shown and may be applied to other forms of pressure pulses which can be observed at the surface of the soil as a result of the operation of the valve 40.

5 Verschillende digitale zeven, zoals gelijkmakende zeven, impulsvormende zeven en samentrekkingszeven zijn hiervoor gedetailleerd beschreven. In het bijzonder is de werking van elke digitale zeef duidelijk uiteengzet door het verschaffen van een gedetailleerde volgorde van handelingen, die moet worden uitgevoerd. Deze handelingen 10 zijn uiteengezet en gespecifiveerd door passende mathematische formules. Het is duidelijk, dat door het toepassen van moderne computertechnieken, een deskundige de noodzakelijke programma's kan verschaffen op grond van de in de beschrijving verschafte leer, waarbij de in samenhang met de fig. 9, 12, 13, 14, 16, 17, 19, 21 beschreven 15 handelingen door een passende software kunnen worden uitgevoerd.Various digital sieves, such as equalizing sieves, pulse-forming sieves and contraction sieves have been described in detail above. In particular, the operation of each digital screen is clearly explained by providing a detailed sequence of operations to be performed. These operations 10 are set out and specified by appropriate mathematical formulas. It is clear that by applying modern computer techniques, one skilled in the art can provide the necessary programs on the basis of the teachings provided in the description, wherein in connection with FIGS. 9, 12, 13, 14, 16, 17, 19 , 21 described operations can be performed by an appropriate software.

Verschillende digitale zeven, zoals beschreven, kunnen ook worden toegepast bij andere vormen van het overbrengen van metingen door spoelingimpulsen door andere middelen dan de omloopklep van de beschreven soort. Deze andere vormen kunnen de werkwijze be-20 vatten op grond van een geregelde beperking van de speolingsstroom-kringloop door een de stroming beperkende klep, die op een juiste plaats is aangebracht in de hoofdspeolingsstroom, zoals beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 2.787.795. In het algemeen kunnen de beschreven digitale zeefstelsels worden toegepast bij willekeurige 25 vormen van een afstandmetingsstelsel bij het meten tijdens het boren en andere vormen van meten, waarbij de booruitrusting is verwijderd teneinde de meetuitrusting in het boorgat neer te laten. De zeefstelsels kunnen worden toegepast bij afstandmetingstelsels waarbij gebruik wordt gemaakt van impulsen, die willekeurige vormen van 30 energie vertegenwoordigen, zoals electrische, electromagnetische, acoustische en andere impulsen.Various digital screens, as described, can also be used in other forms of transferring measurements by flushing pulses by means other than the bypass valve of the type described. These other forms may include the process by virtue of a controlled restriction of the purge flow cycle through a flow-limiting valve properly located in the main purge flow, as described in U.S. Pat. No. 2,787,795. Generally, the disclosed digital sieve systems can be used in any of the forms of a distance measuring system in measuring during drilling and other forms of measuring, with the drilling equipment removed to lower the measuring equipment into the borehole. The sieve systems can be used in distance measuring systems using pulses representing arbitrary forms of energy, such as electric, electromagnetic, acoustic and other impulses.

De impuls-tijdcode, waarbij gebruik wordt gemaakt van de drieledige impulsgroep, zoals hiervoor beschreven, kan ook worden toegepast bij het acoustisch meten in putten teneinde het behandelen 35 te vergemakkelijken van acoustische putmeetsignalen, en een zeer 800 4 5 99 I' , 85 doeltreffende werkwijze te verkrijgen, die het automatisch corrigeren mogelijk maakt van fouten als gevolg van het overslaan van impulsen bij het meten van de doorgangstijd van acoustische golven. Acousti-sche putmeetwerkwijzen en inrichtingen zijn gewoonlijk ontworpen voor 5 het meten van de doorgangstijd van een acoustische golf tussen een eerste en een tweede impuls. In het Amerikaanse octrooischrift 3.900.824 is voorgesteld het overspringen van een impuls te voorkomen door de meting, uitgevoerd gedurende een volgorde N-l, opgeslagen in een hulpgeheugen en het vergelijken van deze meting met de volgende 10 meting (volgorde N). De andere onderhavige voorgestelde werkwijze, stoelende op de impuls-tijdcode is op een doeltreffender en betrouwbaarder wijze werkzaam voor het corrigeren van meetfouten als gevolg van het overslaan van een kringloop.The impulse time code, using the three-prong impulse group as described above, can also be used in acoustic well measurement to facilitate the handling of acoustic well measurement signals, and a very 800 effective 5, 85 effective method which allows automatic correction of errors due to pulse skipping when measuring the transit time of acoustic waves. Well acoustic measuring methods and devices are usually designed to measure the transit time of an acoustic wave between a first and a second pulse. In U.S. Pat. No. 3,900,824, it has been proposed to prevent a pulse skip by the measurement performed during a sequence N-1 stored in an auxiliary memory and comparing this measurement with the next measurement (sequence N). The other present method proposed based on the impulse time code is more effective and reliable in correcting measurement errors due to cycle skip.

De drieledige impulsgroep-tijdcode heeft een zeer breed 15 veld toepassingen buiten het meten tijdens het boren. Deze code kan in een willekeurig communicatiestelsel worden gebruikt voor het overbrengen van berichten vanaf een zendstation naar een ontvangstation, alsmede bij verschillende soorten putmetingen (niet noodzakelijkerwijze bij het meten tijdens het boren), zoals acoustische me-20 tingen.The three-part impulse group timecode has a very wide field of applications beyond measuring while drilling. This code can be used in any communication system for transferring messages from a sending station to a receiving station, as well as for various types of well measurements (not necessarily when measuring during drilling), such as acoustic measurements.

Het is duidelijk, dat voor het vangen en opslaan van een golfje voor later gebruik in de digitale, beschreven zeven, ter plaatse bepaalde stappen moeten worden ondernomen, zoals beschreven, Het is soms gewenst een enkel golfje te vangen,(inplaats van een dubbel 25 golfje), zoals nodig is bij de uitvoeringsvorm van fig. 19, die de samentrekkingszeef 351 A omvat. Voor het vangen van een enkel golfje is het voordelig het opwekken van het signaal, geproduceerd door de ondergrondse uitrusting te synchroniseren met de waameemuitrusting op het oppervlak. Dit kan worden gedaan door het vervangen van een 30 van de waameemorganen 1, 2, 3 en 4 bij de ondergrondse uitrusting in fig. 4A door een orgaan, zoals een klok of door een op een gelijkblijvende tijd geregelde signaalgenerator, die op onderling in tijd regelmatige afstanden liggende bedieningen tot stand brengt van de klep 40 van fig. 4A. De bediening is als volgt: 35 (a) Door het stilzetten en aanzetten van de speolingpompen op het oppervlak volgens een passende volgorde, kan de schakelaar 91 800 4 5 99 86 * * » ( γ van fig. 4A worden gedwongen het gewijzigde waameemorgaan (dat wil zeggen de generator van op onderling regelmatige afstanden liggende impulsen) te verbinden. Zodoende wordt een volgorde impulsen opgewekt door de klep op bekende momenten, (correctie van de baan moet 5 worden aangebracht voor de reistijd van de impuls vanaf de ondergrond naar het oppervlak, hetgeen door algemeen bekende werkwijzen voorafis bepaald).Obviously, in order to capture and store a wavelet for later use in the digital seven described, on-site steps must be taken, as described. It is sometimes desirable to capture a single wavelet (instead of a double 25). wavelet), as required in the embodiment of Fig. 19, which includes the contraction sieve 351A. For the capture of a single wave, it is advantageous to generate the signal produced by synchronizing the underground equipment with the observation equipment on the surface. This can be done by replacing one of the sensing members 1, 2, 3 and 4 in the underground equipment in Fig. 4A with one, such as a clock or a signal generator controlled at a constant time, which is mutually establishes regularly spaced actuations of the valve 40 of FIG. 4A. Operation is as follows: 35 (a) By stopping and turning on the speoling pumps on the surface in an appropriate order, the switch 91 800 4 5 99 86 * * »(γ of fig. 4A can be forced to change the sensing device ( that is to say, the generator of pulses spaced at regular intervals), so that a sequence of pulses is generated by the valve at known moments, (correction of the path must be made for the travel time of the impulse from the substrate to the surface which is predetermined by well known methods).

(b) De oppervlakteuitrusting wordt geregeld door zijn eigen klok, die in tijd en in fase in synchronisatie is met de ondergrondse 10 signaalzender.(b) The surface equipment is controlled by its own clock, which is synchronized in time and phase with the underground signal transmitter.

(c) Door het op passende wijze schakeüm op het oppervlak, kan het vangen en opslaan van het dubbele golfje worden onderbroken, zodat de opslagketen alleen is verbonden gedurende de tijd van één golfje, en automatisch wordt uitgeschakeld gedurende het optreden 15 van het tweede golfje.(c) Due to the appropriate switchum on the surface, the capture and storage of the double wave can be interrupted, so that the storage chain is connected only during the time of one wave, and is automatically turned off during the occurrence of the second wave. .

Natuurlijk kan dezelfde handeling met de hand worden gedaan (door de boormeester). Dit kan gemakkelijk worden gedaan wanneer het golfje duidelijk is en duidelijk de ruis overheerst. Wanneer het golfje in ruis is gedompeld, wordt het automatisch werkzame stelsel, 20 zoals beschreven, gebruikt.Of course, the same operation can be done by hand (by the drill master). This can be easily done when the wavelet is clear and the noise clearly dominates. When the wavelet is immersed in noise, the automatically operating system, 20 as described, is used.

Er zijn twee verstorende ruissignalen, die neigen tot het vervagen van de ontvangst van het nuttige signaal B(t) (zie vergelijking 22). Een van deze vertegenwoordigt de pompruis P(t), waarbij de andere de ruis U(t) vertegenwoordigt, die samenhangt met ver-25 schillende boorwerkzaamheden anders dan de werking van de pomp. Teneinde deze verstorende signalen te elimineren, zijn volgens de aanvrage drie zeefstelsels verschaft, aangeduid als zeefstels nr. 1, nr. 2 en nr. 3.There are two disturbing noise signals, which tend to blur the reception of the useful signal B (t) (see equation 22). One of these represents the pump noise P (t), the other representing the noise U (t) associated with various drilling operations other than the operation of the pump. In order to eliminate these interfering signals, according to the application, three sieve systems are designated, sieve systems No. 1, No. 2 and No. 3.

Zeefstelsel nr. 1 is de analoge zeef 150. Het doel van deze 30 zeef is het onderdrukken van de gelijkblijvende component van de overdrageruitgang, welke component de druk vertegenwoordigt, opgewekt door de pomp 27 en andere frequenties buiten het van belang zijnde bereik.Screen system No. 1 is the analog screen 150. The purpose of this screen is to suppress the constant component of the transducer output, which component represents the pressure generated by the pump 27 and other frequencies outside the range of interest.

Zeefstelsel nr. 2 omvat het vertraglngselement 152 en het 35 aftrekorgaan 160. Het doel van dit stelsel is het onderdrukken of elimineren van de pompruis P(t).Screen system No. 2 includes the retarding element 152 and the pull-off member 160. The purpose of this system is to suppress or eliminate the pump noise P (t).

800 45 99 87 i* » t800 45 99 87 i * t

Het zeefstelsel nr. 3 omvat een correleerorgaan of een digitale zeef, die kan bestaan uit een gelijkmakende zeef, een impuls-vormende zeef of een samentrekkingszeef, en ook verschillende samenhangende elementen omvat, zoals opslag- en terugroepelementen, en 5 computers voor het bepalen van de optimale waarden van de geheugen-elementen voor de bijbehorende digitale zeven (zie fig. 9, 12, 13, 14 en 15). Het doel van het stelsel nr. 3 is het opheffen of onderdrukken van de ruis U(t).Screen No. 3 includes a correlator or a digital screen, which may consist of an equalizing screen, an impulse-forming screen or a contraction screen, and also includes various related elements, such as storage and recall elements, and 5 computers for determining the optimal values of the memory elements for the associated digital sieves (see fig. 9, 12, 13, 14 and 15). The purpose of system No. 3 is to eliminate or suppress the noise U (t).

De zeefstelsels nr. 1, nr. 2 en nr. 3 zijn in serie ver-10 bonden. Bij de hiervoor beschreven uitvoeringsvormen is het zeefstelsel nr. 1 verbonden met de drukoverdrager 51, is het stelsel nr.2 verbonden met de uitgangsleiding 151 en het stelsel nr. 3 met de uitgangsleiding 164 van het stels nr. 2.The screening systems No. 1, No. 2 and No. 3 are connected in series. In the above-described embodiments, the screening system No. 1 is connected to the pressure transmitter 51, the system No. 2 is connected to the output conduit 151 and the system No. 3 to the output conduit 164 of the system No. 2.

Elk der voorgaande zeefstelsels is een lineair stelsel.Each of the previous sieve systems is a linear system.

15 De werking van deze stelsels kan derhalve onderling worden verwisseld of omgekeerd. Eerst kan met het zeefstelsel nr. 1 worden gewerkt, waarna de volgorde van de zeefstelsels nr. 2 en nr. 3 wordt omgekeerd.The operation of these systems can therefore be interchanged or vice versa. First the sieve system No. 1 can be used, after which the order of the sieve systems No. 2 and No. 3 is reversed.

Ook kan het in bepaalde gevallen niet noodzakelijk zijn alle drie zeefstelsels te gebruiken. Twee willekeurige kunnen voldoende zijn, 20 en in bepaalde gevallen slechts een. Ook kan het stelsel tussen de draad 182 en de draad 210 soms worden weggelaten, en kan de D/A -omzetter 211 zijn uitgevoerd voor het ontvangen van dubbele golfjes.Also, in certain cases it may not be necessary to use all three screening systems. Any two may suffice, 20 and in some cases only one. Also, the system between wire 182 and wire 210 may sometimes be omitted, and D / A converter 211 may be configured to receive double waves.

Wanneer het door de in de stappen (a) tot (f) beschreven werkwijze geproduceerde signaal wordt gevangen en opgeslagen, kan 25 het worden gecorreleerd met het ruwe signaal, zoals opgewekt door de overdrager 51 of met het voorgeconditioneerde signaal aan de draad 162 van de fig. 9-19. In het geval van het kruiscorreleren met het ruwe signaal bij de overdrager 51, moet het tweede golfje in het dubbele golfje worden geëlimineerd door passende middelen, die in de 30 techniek algemeen bekend zijn teneinde zodoende het kruiscorreleren mogelijk te maken met het enkele golfje aan de uitgang van de overdrager 51.When the signal produced by the method described in steps (a) to (f) is captured and stored, it can be correlated with the raw signal generated by the transducer 51 or with the preconditioned signal on the wire 162 of the fig. 9-19. In the case of cross-correlation with the raw signal at the transducer 51, the second wave in the double wave must be eliminated by appropriate means well known in the art so as to allow cross-correlation with the single wave at the transfer of the transferor 51.

800 45 99800 45 99

Claims (50)

1. Werkwijze voor het uitvoeren van meetwerkzaamheden in een boorgat gelijktijdig met de werkzaamheden van het boren van het gat, welke meetwerkzaamheden worden uitgevoerd door het waarnemen 5 van een gekozen parameter op een passende diepte in het gat, en de stap omvatten van het door een overbrengkanaal naar de bovenkant van het boorgat overbrengen van een waardevol meetgevolg, voorzien van althans twee kenmerken, waarvan de eerste een aanduiding is van de waarde van de parameter, en de tweede onafhankelijk is van de waarde 10 van de parameter, gekenmerkt door het produceren van een eerste signaal, dat een superponeren vertegenwoordigt van het waardevolle meetgevolg en een storend meetgevolg, dat in het kanaal wordt opgewekt en samenhangt met althans bepaalde boorwerkzaamheden, verder het produceren van een tweede signaal, dat de tweede eigenschap of het 15 storende meetgevolg vertegenwoordigt, en het gebruiken van dit tweede signaal voor het uit het eerste signaal afleiden van een daaruit voortvloeiend signaal, dat het waardevolle meetgevolg vertegenwoordigt.1. Method for performing measuring work in a borehole simultaneously with the work of drilling the hole, which measuring work is carried out by observing a selected parameter at an appropriate depth in the hole, and comprising the step of passing through a transmission channel to the top of the borehole transmitting a valuable measurement consequence having at least two features, the first of which is an indication of the value of the parameter, and the second is independent of the value of the parameter, characterized by producing a first signal representing a superimposing of the valuable measurement consequence and a disturbing measurement consequence generated in the channel and associated with at least certain drilling operations further producing a second signal representing the second property or the interfering measurement consequence, and using this second signal to derive a d from the first signal resulting signal, which represents the valuable measurement consequence. 2. Werkwijze voor het uitvoeren van meetwerkzaamheden in 20 een boorgat gelijktijdig met de werkzaamheden van het boren van het gat, welke meetwerkzaamheden worden uitgevoerd door het waarnemen van een gekozen parameter op een passende diepte in het gat, en de stap omvatten van het door een overbrengkanaal naar de bovenkant van het boorgat overbrengen van een waardevol meetgevolg voor het 25 zodoende in het kanaal produceren van een superponeren van het waardevolle meetgevolg en een storend meetgevolg, welk storende meetgevolg samenhangt met althans bepaalde boorwerkzaamheden, gekenmerkt door het produceren van een eerste signaal, dat het superponeren vertegenwoordigt van het waardevolle meetgevolg en het storende meet-30 gevolg, welk storende meetgevolg samenhangt met althans bepaalde boorwerkzaamheden, verder het produceren van een tweede signaal, dat het storende gevolg vertegenwoordigt, en het toepassen van het tweede signaal voor het uit het eerste signaal afleiden van een daaruit voortvloeiend signaal, dat het waardevolle meetgevolg ver-35 tegenwoordigt. 800 45 99 k > 4 *2. Method for performing measuring work in a borehole simultaneously with the work of drilling the hole, which measuring work is performed by observing a selected parameter at an appropriate depth in the hole, and comprising the step of passing through a transmission channel to the top of the borehole transmitting a valuable measurement consequence for thus producing in the channel a superimposing of the valuable measurement consequence and a disturbing measurement consequence, which disturbing measurement consequence is associated with at least certain drilling operations, characterized by producing a first signal, that represents the superimposing of the valuable measurement consequence and the interfering measurement effect, which interfering measurement consequence is associated with at least certain drilling operations, further producing a second signal representing the interfering effect, and applying the second signal to it from the derive first signal from an erui The resulting signal that represents the valuable measurement consequence. 800 45 99 k> 4 * 3. Werkwijze voor het uitvoeren van meetwerkzaamheden in een boorgat gelijktijdig met de werkzaamheden voor het boren van het gat, welke meetwerkzaamheden worden uitgevoerd door het waarnemen van een gekozen parameter op een passende diepte in het gat, en de 5 stap omvatten van het door een overbrengkanaal naar de bovenkant van het boorgat overbrengen van een waardevol meetgevolg, voorzien van althans twee eigenschappen, waarvan de eerste aanduiding is van de waarde van de parameter, en de tweede onafhankelijk is van de waarde van de parameter, gekenmerkt door het produceren van een eerste 10 signaal, dat een superponeren vertegenwoordigt van het waardevolle meetgevolg en een storend meetgevolg, dat in het kanaal wordt opgewekt en samenhangt met althans bepaalde boorwerkzaamheden, verder het produceren van het tweede signaal, dat de tweede eigenschap vertegenwoordigt, en het gebruiken van het tweede signaal voor het uit 15 het eerste signaal afleiden van een daaruit voortvloeiend signaal, dat het waardevolle meetgevolg vertegenwoordigt.3. Method for performing measurement work in a borehole simultaneously with the work for drilling the hole, which measurement work is performed by observing a selected parameter at an appropriate depth in the hole, and comprising the step of passing through a transmission channel to the top of the borehole transmitting a valuable measuring consequence having at least two properties, the first of which is indicative of the value of the parameter, and the second of which is independent of the value of the parameter, characterized by producing a first 10 signal representing a superimposing of the valuable measurement consequence and a disturbing measurement consequence generated in the channel and associated with at least certain drilling operations, further producing the second signal representing the second property and using the second signal for deriving a resultant signal from the first signal already, that it represents valuable measurement consequence. 4. Werkwijze voor het uitvoeren van boorwerkzaamheden in een boorgat door middel van een spoelingcirculatiestelsel gelijktijdig met het uitvoeren van metingen in het gat door het op gekozen 20 momenten waarnemen van parameters op verschillende diepten in het gat, en het in het stelsel op de gekozen momenten opwekken van schommelingen van de spoelingdruk als aanduiding van de grootten van de parameters, gekenmerkt door het produceren van eerste signalen op momenten dat de boorwerkzaamheden samenvallen met het uitvoeren van metingen 25 in het gat, welke eerste signalen een superponeren vertegenwoordigen van de schommelingen van de spoelingdruk en storende druksdhomme-lingen, die het gevolg zijn van althans bepaalde boorwerkzaamheden, verder het met tussenpozen, die de gekozen momenten niet bevatten, produceren van tweede signalen, die de storende drukschommelingen 30 vertegenwoordigen, en het gebruiken van de tweede signalen voor het uit de eerste signalen afleiden van daaruit voortvloeiende signalen, die aanduidingen zijn van de grootten van de parameters.4. Method for performing drilling operations in a borehole by means of a mud circulating system simultaneously with performing measurements in the hole by observing parameters at different depths in the hole at selected moments and in the system at the selected moments generating mud pressure fluctuations to indicate the magnitudes of the parameters, characterized by producing first signals at times when the drilling operations coincide with measurements in the hole, which first signals superimpose the mud pressure fluctuations and disturbing pressure shocks resulting from at least certain drilling operations, further producing second signals, which represent the disturbing pressure fluctuations, at intervals which do not contain the selected moments, and using the second signals to output from the derive first signals from the result and the signals, which are indicative of the sizes of the parameters. 5. Werkwijze voor het uitvoeren van boorwerkzaamheden in een boorgat door middel van een spoelingcirculatiestelsel gelijktij- 35 dig met het uitvoeren van metingen in het gat door het waarnemen van 800 4 5 99 Γ ' 1 een gekozen parameter op een passende diepte in het gat en het in het stelsel opwekken van een schommeling van de spoelingdruk, welke schommeling twee eigenschappen heeft, waarvan de eerste een aanduiding is van de waarde van de parameter, en de tweede onafhankelijk is van de 5 waarde van de parameter, gekenmerkt door het produceren van een eerste signaal, dat een superponeren vertegenwoordigt van de schommeling van de spoelingdruk en van storende veranderingen van de spoelingdruk, welke storende veranderingen samenhangen met althans bepaalde boor-werkzaamheden, verder het produceren van een tweede signaal, dat de 10 tweede eigenschap vertegenwoordigt, en het gebruiken van het tweede signaal voor het uit het eerste signaal afleiden van een daaruit voortvloeiend signaal, dat een aanduiding is van de grootte van de parameter.5. A method for performing drilling operations in a borehole by means of a mud circulation system simultaneously with performing measurements in the hole by observing 800 4 5 99 Γ '1 a selected parameter at an appropriate depth in the hole and generating a wobble pressure fluctuation in the system, said wobble having two properties, the first of which is an indication of the value of the parameter, and the second of which is independent of the value of the parameter, characterized by producing a first signal, which represents a superimposing of the fluctuation of the mud pressure and of disturbing changes of the mud pressure, which disturbing changes are associated with at least certain drilling operations, further producing a second signal representing the second property, and using from the second signal for deriving a resultant signal from the first signal, d at is an indication of the size of the parameter. 6. Werkwijze voor het uitvoeren van boorwerkzaamheden in 15 een boorgat door middel van een spoelingcirculatiestelsel gelijktijdig met het uitvoeren van metingen in het gat door het waarnemen van gekozen parameters op verschillende diepten in het gat en het in het stelsel op gekozen momenten opwekken van een volgorde drukimpulsen in overeenkomst met een patroon, dat een aanduiding is van de waarden 20 van de parameters, gekenmerkt door het produceren van eerste signalen op momenten dat de boorwerkzaamheden samenvallen met de meetwerkzaam-heden, welke eerste signalen een superponeren vertegenwoordigen van de volgorde drukimpulsen en storende druks choramelingen die het gevolg zijn van althans bepaalde boorwerkzaamheden, verder het met tussen-25 pozen, die de gekozen momenten niet bevatten, produceren van tweede signalen, die de storende drukschommelingen vertegenwoordigen, en het gebruiken van de tweede signalen voor het uit de eerste signalen afleiden van daaruit voortvloeiende signalen, die een aanduiding zijn van de grootten van de parameters.6. Method for performing drilling operations in a borehole by means of a mud circulation system simultaneously with measurements in the hole by observing selected parameters at different depths in the hole and generating a sequence in the system at selected moments pressure pulses in accordance with a pattern, which indicates the values of the parameters, characterized by producing first signals at times when the drilling operations coincide with the measuring work, which first signals represent a superimposition of the sequence of pressure pulses and disturbing pressure churns resulting from at least certain drilling operations, further producing second signals, which do not contain the chosen moments, representing the disturbing pressure fluctuations, and using the second signals to extract from the first signals to derive the resulting signal n, which are an indication of the sizes of the parameters. 7. Werkwijze voor het uitvoeren van boorwerkzaamheden in een boorgat door middel van een spoelingcirculatiestelsel gelijktijdig met het uitvoeren van metingen in het gat door het waarnemen van gekozen parameters op verschillende diepten in het gat en het in het stelsel opwekken van een volgorde drukimpulsen, voorzien van een pa-35 troon, dat een aanduiding is van de grootten van de parameters, 800 4 5 99 * t 91 gekenmerkt door het op momenten dat de boorwerkzaamheden samenvallen met de meetwerkzaamheden in het gat, produceren van een eerste signaal, dat een superponeren vertegenwoordigt van de volgorde impulsen en vein storende drukschommelingen die het gevolg zijn van althans bepaalde 5 boorwerkzaamheden, verder het produceren van een tweede signal, dat althans een van de drukimpulsen vertegenwoordigt, en het gebruiken van het tweede signaal voor het uit het eerste signaal afleiden van daaruit voortvloeiende signalen, die de grootten aanduiden van de parameters.A method of performing well drilling in a borehole by means of a mud circulating system simultaneously with performing measurements in the hole by observing selected parameters at different depths in the hole and generating a sequence of pressure pulses in the system with a pattern indicative of the magnitudes of the parameters, 800 4 5 99 * t 91 characterized by producing a first signal representing a superimposing when the drilling operations coincide with the hole measurement operations of the sequence pulses and disruptive pressure fluctuations resulting from at least certain drilling operations, further producing a second signal representing at least one of the pressure pulses, and using the second signal to derive from the first signal resulting signals indicating the magnitudes of the parameters. 8. Werkwijze voor het uitvoeren van meetwerkzaamheden gelijktijdig met boorwerkzaamheden, waarbij de boorwerkzaamheden worden uitgevoerd door toepassing van een boorsamenstel, dat een boorkolom omvat, voorzien van een spoelingdoorgang, verder een pomp voor het door de doorgang persen van boorspoeling, en een boorbeitel 15 voor het vergruizen van gesteente in het boorgat, waarbij drukschommelingen worden geproduceerd in de boorspoeling als gevolg van de werkzaamheden van het boorsamenstel, en de meetwerkzaamheden worden uitgevoerd door het waarnemen van downhole parameters nabij de onderkant van de kolom en het opwekken van een volgorde drukimpulsen over-20 eenkomstig een patroon, dat de grootten vertegenwoordigt van de parameters, gekenmerkt door het produceren van eerste signalen op momenten dat de boorwerkzaamheden samenvallen met de meetwerkzaamheden, welke eerste signalen een superponeren vertegenwoordigen van de volgorde drukimpulsen en de drukschommelingen, het met gekozen tussenpozen 25 onderbreken van althans bepaalde boorwerkzaamheden, het met de gekozen tussenpozen produceren van tweede signalen, die althans een van de drukimpulsen vertegenwoordigen, en het combineren van de eerste signalen met de tweede signalen voor het verkrijgen van daaruit voortvloeiende signalen, die de volgorde drukimpulsen vertegenwoordigen.8. Method for performing measurement work simultaneously with drilling work, wherein the drilling work is carried out by using a drilling assembly comprising a drill string having a mud passage, further a pump for drilling mud through the passage, and a drill bit 15 for crushing rock in the borehole, producing pressure fluctuations in the drilling mud due to the work of the drilling assembly, and measuring operations are performed by observing downhole parameters near the bottom of the column and generating a sequence of pressure pulses. 20 according to a pattern representing the magnitudes of the parameters, characterized by producing first signals at times when the drilling operations coincide with the measurement operations, the first signals representing a superimposition of the sequence of pressure pulses and the pressure fluctuations, with the selected between interrupting at least certain drilling operations at intervals, producing second signals at selected intervals representing at least one of the pressure pulses, and combining the first signals with the second signals to obtain resulting signals representing the sequence of pressure pulses . 9. Werkwijze voor het uitvoeren van meetwerkzaamheden gelijktijdig met boorwerkzaamheden, welke boorwerkzaamheden worden uitgevoerd door middel van een boorkolom, voorzien van een spoelingdoorgang, een pomp voor het door de doorgang persen van spoeling en terug naar het oppervlak door een ringruimte, waardoor een aanzien-35 lijke spoelingdrukval wordt geproduceerd tussen het inwendige van de 800 4 5 99 -1 i kolom en de ringruimte, en een boorbeitel voor het vergruizen van gesteente in het boorgat, waarbij de meetwerkzaamheden het op gekozen momenten waarnemen omvatten van downhole parameters nabij de onderkant van de kolom en het opwekken van volgorden electrische impulsen, 5 welke volgorden de grootten vertegenwoordigen van de parameters, gekenmerkt door de stappen van het omleiden van een gedeelte van de spoeling vanuit het inwendige van de kolom naar de ringruimte in aanspreking op de electrische impulsen voor het zodoende op de gekozen momenten produceren van volgorden spoelingdrukimpulsen, die de groot-10 ten vertegenwoordigen van de parameters, verder het produceren van eerste signalen op momenten dat de boorwerkzaamheden samenvallen met de meetwerkzaamheden, welke eerste signalen een superponeren vertegenwoordigen van de volgorden spoelingdrukimpulsen en van storende druk-schommelingen die het gevolg zijn van althans bepaalde boorwerkzaam-15 heden, het met tussenpozen, die de gekozen momenten niet bevatten, produceren van tweede signalen, die een storende drukschommeling vertegenwoordigen, en het combineren van eerste signalen met de tweede signalen voor het verkrijgen van daaruit voortvloeiende signalen, die de volgorden spoelingdrukimpulsen vertegenwoordigen. 209. Method for performing measurement work simultaneously with drilling work, which drilling work is performed by means of a drill string, comprising a mud passage, a pump for forcing mud through the passage and back to the surface through an annular space, thereby creating a substantial A mud flush pressure drop is produced between the interior of the 800 4 5 99 -1 i column and the annulus, and a drill bit for crushing rock in the borehole, the measurement work including detecting downhole parameters near the bottom of selected holes at selected times. the column and generating sequences of electrical pulses, which sequences represent the magnitudes of the parameters, characterized by the steps of diverting a portion of the flush from the interior of the column to the annulus in response to the electrical pulses for thus producing sequences at the chosen moments pressure pulses, which represent the magnitudes of the parameters, further produce first signals at times when the drilling operations coincide with the measurement operations, which first signals represent a superimposition of the sequences of mud pressure pulses and of disturbing pressure fluctuations resulting from at least certain drilling operations, producing second signals intermittently, which do not include the selected moments, representing a disturbing pressure fluctuation, and combining first signals with the second signals to obtain resulting signals of the order represent purge pressure pulses. 20 10.Werkwijze voor het uitvoeren van meetwerkzaamheden gelijktijdig met boorwerkzaamheden, welke boorwerkzaamheden worden uitgevoerd door middel van een boorkolom, voorzien van een spoeling-doorgang, een pomp voor het door de doorgang persen van spoeling en terug naar het oppervlak door een ringruimte, waardoor een aanzien-25 lijke speolingdrukval wordt geproduceerd tussen het inwendige van de kolom en de ringruimte, en een boorbeitel voor het vergruizen van gesteente in het boorgat, waarbij de meetwerkzaamheden het waarnemen omvatten van downhole parameters nabij de onderkant van de kolom en het opwekken van volgorden electrische impulsen, welke volgorden de 30 grootten vertegenwoordigen van de parameters, gekenmerkt door het omleiden van een gedeelte van de spoeling vanuit het inwendige van de kolom naar de ringruimte in aanspreking op de electrische impulsen voor het zodoende produceren van volgorden spoelingdrukimpulsen, die de grootten vertegenwoordigen van de parameters, verder het produceren 35 van eerste signalen, die een superponeren vertegenwoordigen van de volgorden spoelingdrukimpulsen en van storende drukschommelingen die 800 4 5 99 k » het gevolg zijn van althans bepaalde boorwerkzaamheden, het produceren van tweede signalen, die althans een van de drukimpulsen vertegenwoordigen, en het combineren van de eerste signalen met de tweede signalen voor het verkrijgen van daaruit voortvloeiende signalen, 5 die de opeenvolging impulsen vertegenwoordigen.10. Method for performing measurement work simultaneously with drilling work, which drilling work is carried out by means of a drill string, comprising a mud passage, a pump for forcing mud through the passage and back to the surface through an annular space, thereby significant spooling pressure drop is produced between the interior of the column and the annulus, and a drill bit for crushing rock in the borehole, the measurement work comprising sensing downhole parameters near the bottom of the column and generating electrical sequences pulses, which represent the magnitudes of the parameters, characterized by diverting a portion of the mud from the interior of the column to the annulus in response to the electrical pulses, thus producing sequences of mud pressure pulses, representing the magnitudes of the parameters, further h producing first signals representing a superimposing of the sequences flushing pressure pulses and disturbing pressure fluctuations resulting from at least certain drilling operations, producing second signals representing at least one of the pressure pulses, and combining the first signals with the second signals to obtain resulting signals representing the sequence of pulses. 11. Werkwijze voor het uitvoeren van meetwerkzaamheden gelijktijdig met boorwerkzaamheden, welke boorwerkzaamheden worden uitgevoerd door middel van een boorkolom, voorzien van een spoeling-doorgang, een pomp voor het door de doorgang persen van spoeling en 10 terug naar het oppervlak door een ringruimte, waardoor een aanzienlijke spoelingdrukval wordt geproduceerd tussen het inwendige van de kolom en de ringruimte, en een boorbeitel voor het vergruizen van gesteente in het boorgat, waarbij de meetwerkzaamheden het waarnemen omvatten van downhole parameters nabij de onderkant van de kolom en 15 het opwekken van volgorden electrische impulsen, welke volgorden de grootten vertegenwoordigen van de parameters, gekenmerkt door het omleiden van een gedeelte van de spoeling vanuit het inwendige van de kolom naar de ringruimte in aanspreking op de electrische impulsen voor het zodoende produceren van volgorden spoelingdrukimpulsen, die 20 de grootten vertegenwoordigen van de parameters, verder het produceren van eerste signalen op momenten dat de boorwerkzaamheden samenvallen met de meetwerkzaamheden, welke eerste signalen een superponeren vertegenwoordigen van de volgorden spoelingdrukimpulsen en van storende drukschommelingen die het gevolg zijn van althans bepaalde boorwerk-25 zaamheden, het met gekozen tussenpozen onderbreken van althans bepaalde boorwerkzaamheden, het met deze tussenpozen produceren van tweede signalen, die althans een van de drukimpulsen vertegenwoordigen, en het combineren van de eerste signalen met de tweede signalen voor het verkrijgen van daaruit voortvloeiende signalen, die de volg-30 orden spoelingdrukimpulsen vertegenwoordigen.11. Method for performing measurement work simultaneously with drilling work, which drilling work is carried out by means of a drill string, comprising a mud passage, a pump for forcing mud through the passage and back to the surface through an annular space, whereby a significant mud pressure drop is produced between the interior of the column and the annulus, and a drill bit for crushing rock in the borehole, the measurement operations including sensing downhole parameters near the bottom of the column and generating sequences of electrical impulses which represent the magnitude of the parameters characterized by diverting a portion of the mud from the interior of the column to the annulus in response to the electrical pulses to thereby produce mud pressure pulses representing the magnitudes of the parameters, further producing first signals at times when the drilling operations coincide with the measuring operations, the first signals representing a superimposition of the sequences of mud pressure pulses and of disturbing pressure fluctuations resulting from at least certain drilling operations, interrupting at least certain drilling operations at selected intervals , producing second signals, representing at least one of the pressure pulses, at these intervals, and combining the first signals with the second signals to obtain resultant signals, which represent the next flush pressure pulses. 12. Stelsel voor het uitvoeren van meetwerkzaamheden gelijktijdig met boorwerkzaamheden, welke boorwerkzaamheden worden uitgevoerd door middel van een boorsamenstel, dat een boorkolom omvat, voorzien van een spoelingdoorgang, waardoor boorspoeling wordt 35 gedwongen naar beneden te stromen in een spoelingcirculatiestelsel, 80045 99 » 1 en een boorbeitel voor het vergruizen van gesteente in het boorgat, waarbij de meetwerkzaamheden worden uitgevoerd door middel van een meetsamenstel, dat een taster omvat, aangebracht nabij de onderkant van de kolom voor het opwekken van electrische signalen, die de 5 grootte vertegenwoordigen van downhole parameters, een te regelen middel voor het produceren van drukveranderingen in het spoelingcir-culatiestelsel, en een regelelement dat aanspreekt op de electrische signalen voor het aan het te regelen middel leggen van een opeenvolging bekrachtigende impulsen overeenkomstig een volgorde, die de 10 grootte vertegenwoordigt van de parameters voor het zodoende in het circulatiestelsel aan de bovenkant van het boorgat produceren van een opeenvolging drukimpulsen, overeenkomende met de bekrachtigende impulsen, waarbij de volgorde drukimpulsen de waarden vertegenwoordigt van de parameters, met het kenmerk, dat een eerste middel is verschaft 15 voor het produceren van eerste signalen, die een superponeren vertegenwoordigen van de drukimpulsen en van storende drukschommelingen die het gevolg zijn van althans bepaalde boorwerkzaamheden, evenals een tweede middel voor het produceren van tweede signalen, die althans een van de drukimpulsen vertegenwoordigen, en een derde middel voor het 20 combineren van de eerste en tweede signalen voor hét produceren van derde signalen, die de opeenvolging drukimpulsen vertegenwoordigen.12. System for carrying out measurement work simultaneously with drilling work, which drilling work is carried out by means of a drilling assembly comprising a drill string, comprising a mud passage, forcing drill mud to flow down into a mud circulation system, 80045 99 1 and a drill bit for the crushing of rock in the borehole, the measuring work being carried out by means of a measuring assembly, comprising a probe, arranged near the bottom of the column for generating electrical signals, representing the magnitude of downhole parameters, a controllable means for producing pressure changes in the purge circulation system, and a control element which responds to the electrical signals for applying a sequence of energizing pulses to the controllable means in accordance with an order representing the magnitude of the parameters for it thus in the circulation system at the top of the borehole producing a sequence of pressure pulses corresponding to the energizing pulses, the sequence of pressure pulses representing the values of the parameters, characterized in that a first means is provided for producing first signals representing a superimposing of the pressure pulses and of disturbing pressure fluctuations resulting from at least certain drilling operations, as well as a second means of producing second signals, representing at least one of the pressure pulses, and a third means of combining the first and second signals to produce third signals representing the sequence of pressure pulses. 13. Stelsel volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het derde middel een correlator is, waarbij het combineren van de eerste en tweede signalen het correleren betekent van deze signalen.System according to claim 12, characterized in that the third means is a correlator, wherein combining the first and second signals means correlating these signals. 14. Stelsel volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het derde middel een zeef is met een regelbare selectiviteit, welke selectiviteit wordt geregeld door de tweede signalen.System according to claim 12, characterized in that the third means is a screen with an adjustable selectivity, which selectivity is controlled by the second signals. 15. Stelsel volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de zeef bestaat uit een impulsvormende zeef.System according to claim 13, characterized in that the screen consists of an impulse-forming screen. 16. Stelsel voor het uitvoeren van meetwerkzaamheden gelijktijdig met boorwerkzaamheden, welke boorwerkzaamheden worden uitgevoerd door middel van een boorsamenstel, dat een boorkolom omvat, voorzien van een spoelingdoorgang, door welke doorgang boorspoeling naar beneden wordt gedwongen te stromen in een spoelingcirculatie-35 stelsel, en een boorbeitel voor het vergruizen van gesteente in het 800 45 99 r boorgat, waarbij de meetwerkzaamheden worden uitgevoerd door middel van een meetsamenstel, dat een taster omvat, aangebracht nabij de onderkant van de kolom voor het opwekken van electrische signalen, die de grootte vertegenwoordigen van downhole parameters, een te re-5 gelen middel voor het produceren van drukveranderingen in het spoeling-circulatiestelsel, en een regelelement, aansprekende op de electrische signalen voor het aan het te regelen middel leggen van een opeenvolging bekrachtigende impulsen overeenkomstig een volgorde, die de grootte vertegenwoordigt van de parameters voor het zodoende in het 10 circulatiestelsel aan de bovenkant van het boorgat produceren van een opeenvolging drukimpulsen met een korte tijdsduur, overeenkomende met de bekrachtigende impulsen, waarbij de volgorde drukimpulsen de waarde vertegenwoordigt van de parameter, met het kenmerk, dat een eerste middel is verschaft voor het produceren van eerste signalen, 15 die een superponeren vertegenwoordigen van de drukimpulsen met de korte tijdsduur en storende drukschommelingen, evenals een piekvormende zeef voor het van het eerste signaal aftrekken van de drukimpulsen met korte tijdsduur.A system for performing measurement operations simultaneously with drilling operations, which drilling operations are performed by a drilling assembly comprising a drill string having a mud passage, through which mud drilling is forced to flow downward in a mud circulation system, and a drill bit for crushing rock in the 800 45 99 r borehole, the measuring work being carried out by means of a measuring assembly, comprising a probe, arranged near the bottom of the column for generating electrical signals, representing the magnitude of downhole parameters, a controllable means for producing pressure changes in the flush circulation system, and a control element responsive to the electrical signals for applying a sequence of energizing pulses to the controllable according to an order of magnitude represents the parameters v thus producing in the circulation system at the top of the borehole a succession of pulses of pressure with a short duration corresponding to the energizing pulses, the sequence of pulses of pressure representing the value of the parameter, characterized in that a first means is provided to produce first signals representing a superimposing of the short time pressure pulses and disturbing pressure fluctuations, as well as a peak-forming screen for subtracting the short time pressure pulses from the first signal. 17. Werkwijze voor het uitvoeren van metingen in een boor-20 gat gedurende het boren onder toepassing van een boorkolom, voorzien van een spoelingdoorgang, waardoor boorspoeling wordt gedwongen onder druk naar beneden te stromen, en een vernauwing, die een drukval veroorzaakt, waarin de stroming wordt gesmoord voor het produceren van een drukval en als gevolg daarvan opwekken van een hoge druk gebied en 25 een lage druk gebied met een daaruit voortvloeiend drukverschil daartussen, waarbij tussen deze gebieden een klep is aangebracht voor het produceren en regelen van een stroming van de boorspoeling vanuit het hoge druk gebied naar het lage druk gebied, welke werkwijze de stappen omvat van het waarnemen van een downhole parameter 30 nabij de bodem van de kolom, en het geregeld bedienen van de klep voor het geregeld verhogen en verlagen van de stroming overeenkomstig een patroon, dat de grootte vertegenwoordigt van de parameter, met het kenmerk, dat de mate van elke verhoging van de stroming is ingesteld voor het overschrijden van een passende waarde voor het 35 zodoende aan de bovenkant van het boorgat produceren van een verlaging 800 4 5 99 i l I * en een daaropvolgende verhoging van de druk volgende op de verhoging van de stromingsnelheid, waarbij de mate van elke verlaging van de stroming is ingesteld voor het overschrijden van een passende waarde voor het zodoende aan de bovenkant van het boorgat produceren van 5 een verhoging en een daaropvolgende verlaging van de druk volgende op de verlaging van de stromingssnelheid.17. A method of taking measurements in a drill hole during drilling using a drill string, comprising a mud passage, forcing drill mud to flow down under pressure, and a constriction causing a pressure drop in which the flow is throttled to produce a pressure drop and consequently generate a high pressure area and a low pressure area with a resulting pressure difference therebetween, a valve being provided between these areas to produce and control a flow of the drilling mud from the high pressure area to the low pressure area, the method comprising the steps of sensing a downhole parameter 30 near the bottom of the column, and controlling the valve to control increasing and decreasing the flow in accordance with a pattern, representing the size of the parameter, characterized in that the degree of each increment of str is set to exceed an appropriate value for producing a drop 800 4 5 99 µl * and a subsequent increase in pressure following the increase in flow rate at the top of the borehole, thereby increasing the rate of each decrease in flow is set to exceed an appropriate value to produce an increase at the top of the borehole and a subsequent decrease in pressure following the decrease in flow rate. 18. Werkwijze voor het uitvoeren van metingen in een boorgat gedurende het boren onder toepassing van een boorkolom, voorzien van een spoelingdoorgang, waardoor boorspoeling wordt gedwongen onder 10 druk naar beneden te stromen,en een vernauwing, die een drukval veroorzaakt, waarin de stroming wordt gesmoord voor het produceren van een drukval en als gevolg daarvan opwekken van een hoge druk gebied en een lage druk gebied met een daaruit voortvloeiend drukverschil daartussen, waarbij tussen deze gebieden een klep is aangebracht voor het 15 produceren en regelen van een stroming van de boorspoeling vanuit het hoge druk gebied naar het lage druk gebied, welke werkwijze de stappen omvat van het waarnemen van een downhole parameter nabij de onderkant van de kolom, en het geregeld bedienen van de klep teneinde de stroming geregeld te verhogen en te verlagen overeenkomstig een 20 patroon, dat de grootte vertegenwoordigt van de parameter, met het kenmerk, dat de mate van elke verhoging alsmede de mate van elke verlaging van de stroming is ingesteld voor het in absolute grootte overschrijden van een passende waarde waardoor een schokgolf wordt geproduceerd nabij de onderkant van de kolom voor elke verhoging 25 van de stroming en een schokgolf wordt geproduceerd voor elke verlaging van de stroming, waarbij aan het oppervlak van de grond opeenvolgende schokgolven, geproduceerd door de geregelde verhogingen en verlagingen van de stroming, worden waargenomen.18. Method for taking measurements in a borehole during drilling using a drill string, comprising a mud passage, forcing drilling mud to flow down under pressure, and a constriction causing a pressure drop into which the flow is throttled to produce a pressure drop and consequently generate a high pressure area and a low pressure area with a resulting pressure difference therebetween, a valve being provided between these areas to produce and control a flow of the drilling fluid from the high pressure area to the low pressure area, the method comprising the steps of sensing a downhole parameter near the bottom of the column, and regularly operating the valve to regularly increase and decrease the flow according to a pattern, that represents the size of the parameter, characterized in that the magnitude of each increment also the degree of each decrease in flow is set to exceed an absolute magnitude of an appropriate value thereby producing a shock wave near the bottom of the column for each increase in flow and a shock wave is produced for each decrease in flow , observing successive shock waves produced by the controlled increases and decreases in flow at the surface of the soil. 19. Werkwijze voor het uitvoeren van metingen in een boor-30 gat gedurende het boren onder toepassing van een boorkolom, voorzien van een spoelingdoorgang, waardoor boorspoeling wordt gedwongen onder druk naar beneden te stromen, en een vernauwing, die een drukval veroorzaakt, waarin de stroming wordt gesmoord voor het produceren van een drukval en als gevolg daarvan opwekken van een hoge druk gebied 35 en een lage druk gebied met een daaruit voortvloeiend drukverschil 800 4 5 99 ‘ ' 1 97 daartussen, waarbij tussen deze gebieden een klep is aangebracht voor het produceren en regelen van een stroming van de boorspoeling vanuit het hoge druk gebied naar het lage druk gebied, welke werkwijze de stappen omvat van het waarnemen van een downhole parameter 5 nabij de onderkant van de kolom, en het geregeld bedienen van de klep teneinde de stroming geregeld te verhogen en te verlagen overeenkomstig een patroon, dat de grootte vertegenwoordigt van de parameter, met het kenmerk, dat de mate van elke verhoging alsmede de mate van elke verlaging van de stroming is ingesteld voor het in absolute 5 2 10 grootte overschrijden van 2 x 10 cm/s .19. A method of taking measurements in a borehole during drilling using a drill string, comprising a mud passage, forcing drill mud to flow down under pressure, and a constriction causing a pressure drop, in which the flow is throttled to produce a pressure drop and consequently generate a high pressure area 35 and a low pressure area with a resultant pressure difference 800 4 5 99 '' 1 97 between them, a valve being provided between these areas producing and controlling a flow of the drilling fluid from the high pressure area to the low pressure area, the method comprising the steps of sensing a downhole parameter 5 near the bottom of the column, and controlling the valve regularly to control the flow increase and decrease regularly according to a pattern representing the size of the parameter, characterized in that the degree of each increase as well as the extent of each decrease in flow is set to exceed 2 x 10 cm / s in absolute size. 20.Spoelingcirculatiestelsel bij het uitvoeren van metingen tijdens het boren, waarbij spoelingdrukimpulsen worden opgewekt door het openen en sluiten van een klep, gekenmerkt door een taster voor het waarnemen van de waarde van een parameter in een boorgat, 15 verder door een eerste middel voor het binnen betrekkelijk lange tijdsduren in een open of in een gesloten toestand houden van de klep, en door een tweede middel, dat aanspreekt op de taster voor het geregeld openen van de klep binnen een betrekkelijk korte tijdsduur en sluiten van de klep binnen een betrekkelijk korte tijdsduur voor 20 het zodoende produceren van sterke drukimpulsen in een volgorde, die de waarde vertegenwoordigt van de parameter.20. Flush circulation system when performing measurements during drilling, generating flush pressure pulses by opening and closing a valve, characterized by a sensor for sensing the value of a parameter in a borehole, further by a first means for measuring holding the valve in an open or closed condition within relatively long periods of time, and by a second means which is responsive to the valve for regularly opening the valve within a relatively short period of time and closing the valve within a relatively short period of time thus producing strong pressure pulses in an order representing the value of the parameter. 21. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de mate K van elk openen van de klep, alsmede de mate K van elk sluiten 2 (v) van de klep de waarde overschrijdt van 100 cm/s, waarbij K = S T , O 3, 25. het gebied is van de opening van de klep in de volldig open toe-o 2 stand, uitgedruk in cm , en T de tijdsduur is van het openen of 3 het sluiten van de klep, uitgedruk in sec.System according to claim 20, characterized in that the degree K of each opening of the valve, as well as the degree K of each closing 2 (v) of the valve, exceeds the value of 100 cm / s, where K = ST, O 3, 25. is the area of the valve opening in the fully open position, expressed in cm, and T is the time of opening or closing the valve, expressed in sec. 22. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat het eerste middel is uitgevoerd voor het in een open of gesloten toe- 30 stand handhaven van de stabiliteit van de klep.System according to claim 20, characterized in that the first means is designed for maintaining the stability of the valve in an open or closed condition. 23. Stelsel volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat de klep een electrisch regelbare klep is, waarbij het tweede middel een middel is voor het opwekken van een electrische stroom en het produceren van korte stroomimpulsen voor het openen en sluiten van de klep.System according to claim 22, characterized in that the valve is an electrically controllable valve, the second means being a means for generating an electric current and producing short current pulses for opening and closing the valve. 24. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de tijd van het openen van de klep voldoende kort is voor het aan de 800 4 5 99 4 1 r ' bovenkant van het boorgat produceren van een verlaging en daaropvolgende verhoging van de druk volgende op het openen van de klep, waarbij de tijd van het sluiten van de klep voldoende kort is voor het aan de bovenkant van het boorgat produceren van een verhoging en 5 daaropvolgende verlaging van de druk volgende op het sluiten van de klep.System according to claim 20, characterized in that the time of opening the valve is sufficiently short to produce a decrease and subsequent increase in pressure at the 800 4 5 99 4 1 'top of the borehole. on opening the valve, the time of closing the valve being short enough to produce an increase at the top of the borehole and subsequent reduction in pressure following valve closure. 25. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de tijd van het openen van de klep of de tijd van het sluiten van de klep voldoende kort is voor het in het spoelingcirculatiestelsel pro- 10 duceren van een hydraulische schokgolf volgende op het openen van de klep, en een hydraulische schokgolf volgende op het sluiten van de klep.25. System according to claim 20, characterized in that the time of opening the valve or the time of closing the valve is sufficiently short for producing a hydraulic shock wave in the rinse circulation system following opening of the valve. the valve, and a hydraulic shock wave following the closing of the valve. 26. Stelsel volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat de tijd van het openen van de klep voldoende kort is voor het aan de 15 bovenkant van het boorgat prpduceren van een verlaging en een daaropvolgende verhoging van de druk volgende op het opnene van de klep, waarbij de tijd van het sluiten van de klep voldoende kort is voor het aan de bovenkant van het boorgat produceren van een verhoging en daaropvolgende verlaging van de druk volgende op het sluiten van de 20 klep.26. System according to claim 21, characterized in that the time of opening the valve is short enough to produce a decrease at the top of the borehole and a subsequent increase in pressure following the opening of the valve wherein the time of closing the valve is sufficiently short to produce an increase at the top of the borehole and subsequent decrease in pressure following the closing of the valve. 27. Stelsel volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat de tijd van het openen van de klep of de tijd van het sluiten van de klep voldoende kort is voor het in het spoelingcirculatiestelsel produceren van een hydraulische schokgolf volgende op het openen van 25 de klep, en een hydraulische schokgolf volgende op het sluiten van de klep.27. System according to claim 21, characterized in that the time of opening the valve or the time of closing the valve is short enough to produce a hydraulic shock wave in the mud circulation system following the opening of the valve , and a hydraulic shock wave following the closing of the valve. 28. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de snelheid van het openen van de klep alsmede de snelheid van het sluiten van de klep is ingesteld voor het in het spoelingcirculatie- 30 stelsel produceren van een mate van verhoging of een mate van verla- 5 2 ging van de spoelingstroming, die in absolute grootte 2 x 10 cm/s overschrijdt.28. System according to claim 20, characterized in that the speed of opening the valve as well as the speed of closing the valve is set to produce an increase or a decrease in the flushing circulation system. - 5 2 went from the purge flow, which in absolute size exceeds 2 x 10 cm / s. 29. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de (v) / betrekkelijk korte tijdsduur T = 20 ms. ctSystem according to claim 20, characterized in that the (v) / relatively short duration T = 20 ms. ct 30. Werkwijze volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de 800 4 5 99 (v) ✓ betrekkelijk korte tijdsduur T ·== = 5 ms. clA method according to claim 20, characterized in that the 800 4 5 99 (v) ✓ relatively short duration T = 5 = 5 ms. cl 31. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de (v) y betrekkelijk lange tijdsduur = 0,25 s.System according to claim 20, characterized in that the (v) y relatively long duration = 0.25 s. 32. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de (v) y 5 betrekkelijk lange tijdsduur - 0,1 s.System according to claim 20, characterized in that the (v) y 5 has a relatively long duration - 0.1 s. 33. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de totale tijdsduur van de bediening van de klep T - 270 ms.System according to claim 20, characterized in that the total time of actuation of the valve T - 270 ms. 34. Stelsel volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de totale tijdsduur van de bediening van de klep ^' = 110 ms.34. System according to claim 20, characterized in that the total duration of actuation of the valve = 110 ms. 35. Stelsel voor het uitvoeren van metingen in een boorgat gedurende het boren onder toepassing van een boorkolom, voorzien van een spoelingdoorgang, waardoor boorspoeling wordt gedwongen onder druk naar beneden te stromen, en een vernauwing, die een drukval veroorzaakt, waarin de stroming wordt gesmoord voor het produceren van een 15 drukval en als gevolg daarvan opwekken van een hoge druk gebied en een lage druk gebied met een daaruit voortvloeiend drukverschil daartussen, waarbij tussen deze gebieden een klep is aangebracht voor het produceren en regelen van een stroming van de boorspoeling vanuit het hoge druk gebied naar het lage druk gebied, eerste middelen voor het 20 opwekken van een kracht voor het openen van de klep, middelen voor het opwekken van een kracht voor het in de open toestand houden van de klep, tweede middelen voor het opwekken van een kracht voor het sluiten van de klep, middelen voor het opwekken van een kracht voor het in de gesloten toestand houden van de klep, en middelen voor het waarnemen 25 van een downhole parameter nabij de onderkant van de kolom en het geregeld bedienen van de klep teneinde de stroming geregeld te verhogen en te verlagen overeenkomstig een patroon, dat de grootte vertegenwoordigt van de parameter, gekenmerkt door het aanbrengen van hulpmiddelen voor het uitoefenen van een kracht in de sluitrichting van de 30 klep voor het zodoende naar de gesloten toestand drukken van de klep ondanks een falen van de tweede middelen.35. System for taking measurements in a borehole during drilling using a drill string, comprising a mud passage, forcing drilling mud to flow down under pressure, and a constriction causing a pressure drop in which the flow is throttled for producing a pressure drop and consequently generating a high pressure area and a low pressure area with a resultant pressure difference therebetween, a valve arranged between these areas for producing and controlling a flow of the drilling fluid from the high pressure area to the low pressure area, first means for generating a force to open the valve, means for generating a force for holding the valve in the open position, second means for generating a force for closing the valve, means for generating a force for holding the valve in the closed position valve, and means for sensing a downhole parameter near the bottom of the column and regularly operating the valve to regularly increase and decrease flow according to a pattern representing the size of the parameter, characterized by applying means for applying a force in the closing direction of the valve to thereby push the valve towards the closed position despite failure of the second means. 36. Stelsel voor het uitvoeren van metingen in een boorgat gedurende het boren onder toepsssing van een boorkolom, voorzien van een spoelingdoorgang, waardoor boorspoeling wordt gedwongen onder 35 druk naar beneden te stromen, en een vernauwing, die een drukval 800 4 5 99 t X - J ) veroorzaakt, waarin de stroming wordt gesmoord voor het produceren van een drukval en als gevolg daarvan opwekken van een hoge druk gebied en een lage druk gebied met een daaruit voortvloeiend drukverschil daartussen, waarbij tussen de gebieden een klep is aange-5 bracht voor het produceren en regelen van een stroming van de boor-spoeling vanuit het hoge druk gebied naar het lage druk gebied, en middelen voor het waarnemen van een downhole parameter nabij de onderkant van de kolom, gekenmerkt door middelen voor het opwekken van een volgorde electrische signalen met een onderlinge tussenpoos, 10 die de grootte vertegenwoordigt van de parameter, en het overeenkomstig deze signalen bedienen van de klep.36. System for performing measurements in a borehole during drilling using a drill string, comprising a mud passage, forcing drill mud to flow down under pressure, and a constriction, which causes a pressure drop of 800 4 5 99 t X J) in which the flow is throttled to produce a pressure drop and consequently generate a high pressure area and a low pressure area with a resultant pressure difference therebetween, with a valve arranged between the areas for producing and controlling a flow of the drilling mud from the high pressure region to the low pressure region, and means for sensing a downhole parameter near the bottom of the column, characterized by means for generating an order of electrical signals at an interval, representing the magnitude of the parameter, and actuating the valve according to these signals. 37. Stelsel voor het uitvoeren van metingen in een boorgat gedurende het boren onder toepassing van een boorkolom, voorzien van een spoelingdoorgang, waardoor boorspoeling wordt gedwongen onder 15 druk naar beneden te stromen, en een vernauwing, die een drukval veroorzaakt, waarin de stroming wordt gesmoord voor het produceren van een drukval en als gevolg daarvan opwekken van een hoge druk gebied en een lage druk gebied met een daaruit voortvloeiend drukverschil daartussen, waarbij tussen de gebieden een klep is aangebracht voor 20 het produceren en regelen van een stroming van de boorspoeling vanuit het hoge druk gebied naar het lage druk gebied, en middelen voor het waarnemen van een aantal downhole parameters nabij de onderkant van de kolom, gekenmerkt door middelen voor het opwekken van een volgorde electrische signalen met onderlinge tussenpozen, die elk de grootte 25 vertegenwoordigen van een van de parameters, en het overeenkomstig deze signalen bedienen van de klep.37. System for performing measurements in a borehole during drilling using a drill string, comprising a mud passage, forcing drilling mud to flow down under pressure, and a constriction causing a pressure drop into which the flow is throttled to produce a pressure drop and consequently generate a high pressure area and a low pressure area with a resultant pressure difference therebetween, with a valve arranged between the areas to produce and control a flow of the drilling fluid from the high pressure area to the low pressure area, and means for sensing a number of downhole parameters near the bottom of the column, characterized by means for generating an order of electrical signals at intervals, each representing the magnitude of a parameters, and operating the valve according to these signals. 38. Stelsel voor afstandmeting, waarbij gebruik wordt gemaakt van een reeks afzonderlijke impulsen, op passende wijze gecodeerd voor het overbrengen van gegevens vanaf een zendstation naar 30 een ontvangststation, gekenmerkt door het in het zendstation vertalen van elke afzonderlijke impuls in een groep van drie componentimpulsen op onderling ongelijke tijdsafstanden, verder het als drie verschillende getallen uitdrukken van de tijdsafstanden van de componentimpulsen in elke groep, het naar het ontvangststation overbrengen 35 van de groepen, overeenkomende met de afzonderlijke impulsen, het in 800 4 5 99 1 ι * ί het ontvangststation waarnemen van groepen impulsen, overeenkomende met elk der overgebrachte groepen, die elk componentimpulsen omvatten op passende onderlinge tijdsafstanden, het uitdrukken van de tijdsafstanden van de componentimpulsen in de waargenomen groepen als ge-5 tallen, en het vergelijken van de getallen, overeenkomende met de waargenomen groepen, met de getallen, overeenkomende met de overgebrachte groepen voor het zodoende verbeteren van de werking van het stelsel voor afstandmeting.38. Distance measurement system using a series of discrete pulses, appropriately encoded for transferring data from a transmitting station to a receiving station, characterized by translating each individual pulse into a group of three component pulses at the transmitting station at mutually unequal time distances, further expressing the time distances of the component pulses in each group as three different numbers, transmitting the groups to the receiving station, corresponding to the individual pulses, and transmitting them to the receiving station in 800 4 5 99 1 sensing groups of pulses, corresponding to each of the transferred groups, each comprising component pulses at appropriate time intervals, expressing the time distances of the component pulses in the sensed groups as numbers, and comparing the numbers, corresponding to the sensed groups, with the numbers corresponding to the transferred groups to thereby improve the operation of the distance measuring system. 39. Werkwijze voor het tijdens het in de grond boren van 10 een put uitvoeren van metingen, gekenmerkt door het door een boorkolom pompen van boorspoeling met een pomp, die drukschommelingen produceert in de boorspoeling, verder het nabij de onderkant van de kolom waarnemen van een downhole parameter en het opwekken van signalen, die de grootte van deze parameter vertegenwoordigen, het produceren van drukveranderingimpulsen in de boorspoeling overeenkomstig een 15 programma, dat een voorafbepaald verband heeft met de signalen, welke drukveranderingimpulsen worden gesuperponeerd op de drukschommelingen, het aan het oppervlak van de grond produceren van eerste electrische signalen, die de gesuperponeerde drukschommelingen en drukveranderingimpulsen vertegenwoordigen, en een signaal omvatten, 20 dat nuttige informatie draagt, en verschillende storende signalen, die een component met een gelijkblijvende sterkte bevatten van de spoelingdruk, veroorzaakt door de pomp, verder een afwisselende component, geproduceerd door de terugkerende beweging van onderdelen van de pomp, en willekeurige ruis, het leggen van het eerste signaal 25 aan de ingang van een passende frequentieselective zeef voor het uit het eerste signaal verwijderen van de component met gelijkblijvende sterkte en het aan de uitgang van de zeef produceren van het tweede signaal, dat het signaal bevat, dat de nuttige informatie draagt, verder de afwisselende component en de willekeurige ruis, het leggen 30 van het tweede signaal aan een vertragingselement voor het aan de uitgang van het vertragingselement produceren van een derde signaal, dat gelijk is aan het tweede signaal maar vertraagd met een tijd, die gelijk is aan één tijdsduur van de afwisselende component, het leggen * van de tweede en derde signalen aan een aftrekorgaan voor het uit het 35 800 4 5 99 s I 1 ' I derde signaal verwijderen van de afwisselende component en het aan de uitgang van het aftrekorgaan produceren van een vierde signaal, dat het signaal voor het dragen van informatie bevat en de willekeurige ruis, het leggen van het vierde signaal aan een analoog-naar-5 digitaal omzetter voor het verkrijgen van een vijfde signaal, dat de digitale vorm is van het vierde signaal, het leggen van het vijfde signaal als een ingang aan een aangepaste zeef, voorzien van een geheugenwerking met regelmiddelen daarvoor, die computermiddelen omvatten, ingericht voor het ontvangen van gegevens van een opslag- en 10 terugroepelement, het produceren en in het opslag- en terugroepelement opslaan van een "ruisloos signaal", dat wordt verkregen door het bedienen van de pomp wanneer de boorwerkzaamheden alsmede andere bronnen van storing zijn stilgezet, en een gedeelte vertegenwoordigt van het signaal voor het dragen van informatie, geproduceerd door één enkele 15 drukveranderingimpuls, en het aan de uitgang van de aangepaste zeef verkrijgen van een zesde signaal, dat overheersend het informatiedra-gende signaal is, waarbij de willekeurige ruis in hoofdzaak is opgeheven.39. A method of performing measurements while drilling a well in the ground, characterized by pumping drilling fluid through a drill string with a pump producing pressure fluctuations in the drilling mud, further detecting a near the bottom of the column downhole parameter and generating signals representing the magnitude of this parameter, producing pressure change pulses in the drilling mud according to a program having a predetermined relationship with the signals, which pressure change pulses are superimposed on the pressure fluctuations, on the surface of producing the ground of first electrical signals, representing the superimposed pressure fluctuations and pressure change pulses, and comprising a signal carrying useful information, and various interfering signals containing a component of constant strength of the flushing pressure caused by the pump, further a varied The component, produced by the return movement of parts of the pump, and random noise, applying the first signal 25 to the input of an appropriate frequency selective screen to remove the component of constant strength from the first signal and feeding it to the output of the screen producing the second signal containing the signal carrying the useful information, further the alternating component and the random noise, applying the second signal to a delay element to produce at the output of the delay element a third signal, equal to the second signal, but delayed by a time equal to one time duration of the alternating component, applying the second and third signals to a subtractor for extracting the I 1 'I remove third signal from the alternating component and produce a fourth signal at the output of the subtractor t contains the information carrying signal and the random noise, applying the fourth signal to an analog-to-5 digital converter to obtain a fifth signal, which is the digital form of the fourth signal, the fifth signal as an input on a modified screen, provided with a memory operation with control means therefor, comprising computer means adapted to receive data from a storage and recall element, produce and store in the storage and recall element a " noiseless signal ", which is obtained by operating the pump when the drilling operations as well as other sources of interference are stopped, and represents a portion of the signal carrying information produced by a single pressure change pulse, and output it from obtain the matched screen of a sixth signal predominantly the information carrying signal, the random The noise has essentially been eliminated. 40. Stelsel voor het uitvoeren van metingen in een put, 20 die in de grond wordt geboord, gekenmerkt door een in het boorgat opgehangen boorkolom, verder door een met het bovenste einde van de kolom verbonden spoelingpomp voor het daardoorheen doen circuleren van boorspoeling, door een stromingsvemauwingsmiddel, dat zich nabij de onderkant van de kolom bevindt en een drukval veroorzaakt 25 en als gevolg daarvan een hoge druk gebied en een lage druk gebied opwekt met een daaruit voortvloeiend drukverschil daartussen, door tastermiddelen nabij de onderkant van de kolom voor het opwekken van electrische signalen, die de grootte vertegenwoordigen van een downhole parameter, door stotermiddelen voor het produceren van 30 drukimpulsschommelingen in de boorspoeling-in aanspreking op de electrische signalen, en door een bijzonder overgangsstuk met een betrekkelijk korte lengte, opgenomen in de boorkolom, welke overgangsstuk een huis draagt, dat de stotermiddelen bevat, welk huis middelen bevat voor het naar beneden hangend dragen van een buisvor-35 mig deel, dat de tastermiddelen bevat, evenals instrumentatiemiddelen 800 4 5 99 < 4 , 103 en krach tbronmiddelen, welk buisvormige deel is voorzien van een buitendiameter, bemeten voor het mogelijk maken van het aanbrengen in een gebruikele zwaarstang zonder waarneembaar de gebruikelijke spoelingstroming te beïnvloeden.40. System for performing measurements in a well drilled in the ground, characterized by a drill string suspended in the borehole, further by a mud pump connected to the top end of the column for circulating drilling mud therethrough, by a flow restrictor, which is located near the bottom of the column and causes a pressure drop and as a result generates a high pressure area and a low pressure area with a resultant pressure difference therebetween, by sensing means near the bottom of the column to generate electrical signals, representing the magnitude of a downhole parameter, by ramming means for producing pressure pulse fluctuations in the drilling fluid in response to the electrical signals, and by a particular transition piece of relatively short length included in the drill string, which transition piece housing which contains the ram means, which housing includes means for downwardly suspending a tubular member containing the sensing means, as well as instrumentation means 800 4 5 99 <4, 103 and power source means, said tubular member having an outer diameter sized to permit mounting in a conventional heavy-duty rod without noticeably affecting the usual flushing flow. 41. Stelsel volgens conclusie 40, met het kenmerk, dat het buisvormige deel is voorzien van centreemiddelen voor het voorkomen van een zijdelingse beweging van het buisvormige deel ten opzichte van de zwaarstang.41. System as claimed in claim 40, characterized in that the tubular part is provided with center means for preventing lateral movement of the tubular part relative to the heavy bar. 42. Stelsel voor het uitvoeren van metingen in een put, 10 die in de grond wordt geboord, gekenmerkt door een in het boorgat opgehangen boorkolom, door een met het bovenste einde van de kolom verbonden spoelingpomp voor het daardoorheen doen circuleren van boorspoeling, door een stromingsvemauwingsmiddel, dat zich bevindt nabij de onderkant van de kolom en een drukval veroorzaakt en als 15 gevolg daarvan een hoge druk gebied en een lage druk gebied opwekt met een daaruit voortvloeiend drukverschil daartussen, door een electrisch bedienbare klep, die zich bevindt tussen de gebieden en geregeld de spoelingstroming tussen deze gebieden kan toelaten en stilzetten, door middelen voor het uitoefenen en handhaven van een 20 overheersende kracht met een voorafbepaalde grootte in de "open" richting wanneer de klep zich binnen het gebied van nagenoeg open tot volledig open bevindt, door middelen voor het uitoefenen en handhaven van een overheersende kracht met een voorafbepaalde grootte in de "sluif'richting wanneer de klep zich binnen het gebied van 25 nagenoeg gesloten tot volledig gesloten bevindt, door tastermiddelen nabij de onderkant van de kolom voor het opwekken van electrische signalen, die de grootte vertegenwoordigen van een downhole parameter, door electrische middelen voor het bedienen van de klep in aanspreking op de electrische signalen, welke electrisch bedienbare klep 30 is voorzien van een "open" solenoïde wikkeling en een "sluit" sole-noïde wikkeling, waarbij de electrische middelen voor het bedienen van de klep middelen omvatten voor het aan de "open" of de "sluit" solenoïde wikkeling leggen van een bedieningspanning, door middelen voor het verkrijgen van een regelimpuls uit het optreden van een 35 tijdelijke vermindering van de stroom, getrokken door de betrokken 800 45 99 * ' Jl < * r solenoxde wikkeling en direct volgende op het voltooien van een bediening van de klep, en door middelen, die aanspreken op het aanleggen van de regelimpuls voor het uitschakelen van de toevoer van energie aan de betrokken solenoide wikkeling.42. System for performing measurements in a well, which is drilled in the ground, characterized by a drilling column suspended in the borehole, by a mud pump connected to the upper end of the column for circulating drilling mud through it, by a flow restrictor, which is located near the bottom of the column and causes a pressure drop and, as a result, generates a high pressure area and a low pressure area with a resultant pressure difference therebetween, through an electrically operated valve located between the areas and can periodically allow and freeze the purge flow between these areas, by means for applying and maintaining a predominant magnitude of a predetermined magnitude in the "open" direction when the valve is within the range of substantially open to fully open, by means for exerting and maintaining a predominant force of a predetermined magnitude in the "s shutter direction when the valve is within the range of substantially closed to fully closed, by probe means near the bottom of the column for generating electrical signals representing the magnitude of a downhole parameter, by electrical means for operating the valve responsive to the electrical signals, the electrically operable valve 30 including an "open" solenoid winding and a "closing" sole-winding, the electrical means for actuating the valve including means for applying the " open "or the" close "solenoid winding applying an operating voltage, by means for obtaining a control pulse from the occurrence of a temporary reduction in the current drawn by the affected 800 45 99% solenoid winding and immediately following completion of actuation of the valve, and by means responsive to the application of the control pulse for the off switching the supply of energy to the relevant solenoid winding. 43. Spoelingcirculatiestelsel bij het uitvoeren van me tingen tijdens het boren, waarbij spoelingdrukimpulsen worden opgewekt door het terugkerend bedienen van een klep, welk stelsel een taster omvat voor het waarnemen van een waarde van een parameter in een boorgat, en middelen die aanspreken op de taster voor het le-10 veren van een electrische stroom voor het bedienen van de klep, gekenmerkt,door middelen voor het regelen van de stroom door aanspreken op de beweging van de klep, die het gevolg is van de bediening.43. Flush circulation system when performing measurements during drilling, with flush pressure pulses generated by the return actuation of a valve, which system includes a sensor for sensing a value of a parameter in a borehole, and means that address the sensor. for providing an electric current for operating the valve, characterized by means for controlling the current by addressing the movement of the valve resulting from the operation. 44. Stelsel voor het uitvoeren van metingen in een put, die in de grond wordt geboord, gekenmerkt door een boorkolom, opge-15 hangen in het boorgat, verder door een met het bovenste einde van de kolom verbonden spoelingpomp voor het daardoorheen doen circuleren van boorspoeling, door een stromingsvemauwingsffiiddel, dat zich nabij de onderkant van de kolom bevindt en een drukval veroorzaakt en als gevolg daarvan een hoge druk gebied en een lage druk gebied 20 opwekt met een daaruit voortvloeiend drukverschil daartussen, door een electrisch te bedienen klep, aangebracht tussen deze gebieden en uitgevoerd voor het opeenvolgend toelaten of stilzetten van een spoelingstroming tussen de gebieden, door middelen voor het uitoefenen en handhaven van een overheersende kracht met een voorafbepaalde 25 grootte in de "open" richting wanneer de klep zich binnen het gebied van nagenoeg open tot volledig open bevindt, door middelen voor het uitoefenen en handhaven van een overheersende kracht met een voorafbepaalde grootte in de "sluit" richting wanneer de klep zich bevindt in het gebied van nagenoeg gesloten tot volledig gesloten, door 30 hydraulisch bedienbare middelen, die beweegbaar zijn in aanspreking op elk inschakelen van de spoelingpomp voor het uitoefenen van een tijdelijke mechanische kracht op de klep voor het doen sluiten daarvan, door tastermiddelen nabij de onderkant van de kolom voor het / opwekken van electrische signalen, die de grootte vertegenwoordigen 35 van een downhole parameter, en door electrische middelen voor het 800 4 5 99 ' * ‘ , ’ bedienen van de klep in aanspreking op de electrische signalen.44. System for performing measurements in a well being drilled in the ground, characterized by a drill string suspended in the borehole, further by a mud pump connected to the top end of the string for circulating through it drilling mud, by a flow constriction fluid, which is located near the bottom of the column and causes a pressure drop and as a result generates a high pressure area and a low pressure area 20 with a resulting pressure difference therebetween, by an electrically operated valve, arranged between these areas and configured to sequentially allow or stop a flush flow between the areas by means for applying and maintaining a predominant magnitude in the "open" direction when the valve is within the range of substantially open to fully open, by means of applying and maintaining a dominant force with a predetermined size in the "close" direction when the valve is in the range from substantially closed to fully closed, by hydraulically actuable means movable in response to each switching on of the rinse pump to apply a temporary mechanical force to the valve for closing it, by sensing means near the bottom of the column for generating electrical signals representing the magnitude of a downhole parameter, and by electrical means for actuating 800 4 5 99 '*'. the valve in response to the electrical signals. 45. Stelsel volgens conclusie 44, met het kenmerk, dat de hydraulisch bedienbare middelen worden gevormd door een eerste cilinder, die een vrije zuiger bevat, die op zijn buitenvlak is 5 blootgesteld aan boorspoelingdruk en onder veerspanning staat naar een ruststand wanneer hij alleen onder statische boorspoelingdruk staat wanneer de spoelingpompen niet lopen, en snel naar binnen beweegbaar is tegen de veerkracht naar een tweede stand in aanspreking op een verhoging van de boorspoelingdruk als gevolg van het inschakelen 10 van de spoelingpompen teneinde in deze tweede stand te blijven totdat de spoelingpompen zijn stilgezet, op welk moment de vrije zuiger wordt teruggebracht door de veerkracht naar de ruststand, door een tweede cilinder, die een tweede zuiger bevat, die op zijn buitenvlak is blootgesteld aan de vrije stroming van hydraulisch fluïdum vanuit 15 de eerste cilinder en gewoonlijk door veerkracht naar een ruststand wordt gedrukt maar wordt gedwongen naar binnen te bewegen naar een tweede stand in aanspreking op een snelle binnenwaartse beweging van de vrije zuiger, door eerste doorstroomopeningsmiddelen in de tweede zuiger, die het terugkeren daarvan mogelijk maken on öfer de 20 veerkracht naar zijn ruststand nadat de vrije zuiger zijn tweede stand heeft bereikt, door tweede doorstroomopeningsmiddelen in verbinding vanaf het binnenwaartse eindgedeelte van de tweede cilinder met een in volume regelbare hydraulische fluïdumbron, die op de spoelingdruk in de ringruimte wordt gehouden, en door mechanische 25 middelen, verbonden met de tweede zuiger voor het uitoefenen van de tijdelijke mechanische kracht op de klep voor het gesloten doen zijn daarvan wanneer de tweede zuiger vanuit zijn ruststand beweegt naar zijn tweede stand.45. System according to claim 44, characterized in that the hydraulically actuable means are constituted by a first cylinder, comprising a free piston, which on its outer surface is exposed to drilling mud pressure and is under spring tension to a rest position when it is only under static drilling mud pressure when the mud pumps are not running, and is rapidly movable inwardly against the spring force to a second position, is indicative of an increase in drilling mud pressure as a result of turning on the mud pumps to remain in this second position until the mud pumps are stopped , at which time the free piston is returned by the spring force to the rest position, by a second cylinder, which contains a second piston, which on its outer surface is exposed to the free flow of hydraulic fluid from the first cylinder and usually by spring force to a rest position is pressed but forced to move in n A second position in response to a rapid inward movement of the free piston, by first flow-opening means in the second piston, which enable its return to resume before its resilience to its rest position after the free piston has reached its second position, by second flow through means in communication from the inward end portion of the second cylinder with a volume controllable hydraulic fluid source, which is maintained at the annulus flushing pressure, and by mechanical means, connected to the second piston to apply the temporary mechanical force to the closing valve thereof when the second piston moves from its rest position to its second position. 46. Stelsel voor het uitvoeren van metingen in een put, 30 die in de grond wordt geboord, gekenmerkt door een in het boorgat opgehangen boorkolom, door een met het bovenste einde van de kolom verbonden speolingpompivoor het daardoorheen doen circuleren van boorspoeling, door een stromingsvemauwingsmiddel, dat zich nabij de onderkant van de kolom bevindt en een drukval veroorzaakt en als 35 gevolg daarvan een hoge druk gebied en een lage druk gebied opwekt 800 45 99 . ·· , < a ' met een daaruit voortvloeiend drukverschil daartussen, door een electrisch bedienbare klep, aangebracht tussen deze gebieden en uitgevoerd voor het opeenvolgend mogelijk maken en stilzetten van de spoelingstroming tussen de gebieden, door middelen voor het uitoefenen 5 en handhaven van een overheersende kracht met een voorafbepaalde grootte in de "open" richting wanneer de klep zich in het gebied van nagenoeg open tot volledig open bevindt, door middelen voor het uitoefenen en handhaven van een overheersende kracht met een voorafbepaalde grootte in de "sluit" richting wanneer de klep zich be-10 vindt in het gebied van nagenoeg gesloten tot volledig gesloten, door tastermiddelen nabij de onderkant van de kolom voor het opwekken van electrische signalen, die de grootte vertegenwoordigen van een downhole parameter, door electrische middelen voor het bedienen van de klep in aanspreking op de electrische signalen, welke electrisch 15 bedienbare klep een "open" solenoïde wikkeling en een "sluit" sole-noide wikkeling heeft, door middelen voor het opwekken van een eerste impuls in aanspreking op het bekrachtigen van de "open" solenoïde wikkeling, door middelen voor het opwekken van een tweede impuls in aanspreking op het bekrachtigen van de "sluit" solenoïde wikkeling, 20 door middelen voor het vertragen van de eerste impuls, zodat deze in tijd samenvallend is met de tweede impuls, door middelen voor het leggen van de vertraagde eerste impuls aan de ingangen van een het samenvallen tegengaand of OF-poortorgaan, en door schakelmiddelen, die werkzaam zijn in aanspreking op een uitgangssignaal van het 25 OF-poortorgaan voor het onderbreken van de toevoer van energie aan de "open" solenoïde wikkeling, zodat de klep niet wordt bediend naar de open stand wanneer er een electrische foute werking is qpgetreden zoals bewezen door de afwezigheid van samenvallende impulsen aan de ingangen naar het OF-poortorgaan. 3046. System for performing measurements in a well being drilled in the ground, characterized by a drill string suspended in the borehole, by a mud pump connected to the top end of the column for circulating drilling mud through it, by a flow constriction means which is located near the bottom of the column and causes a pressure drop and as a result generates a high pressure area and a low pressure area 800 45 99. ··, <a 'with a resulting differential pressure therebetween, by an electrically actuated valve, disposed between these regions and configured to sequentially enable and shutdown the purge flow between the regions, by means for applying and maintaining a predominant force of a predetermined size in the "open" direction when the valve is in the region of substantially open to fully open, by means for applying and maintaining a predominant magnitude in the "close" direction when the valve is located in the range from substantially closed to fully closed, by probe means near the bottom of the column for generating electrical signals representing the size of a downhole parameter, by electrical means for actuating the valve in response to the electrical signals, which electrically operated valve has an "open" solenoid coil ng and has a "close" sole-no winding, by means for generating a first pulse responsive to energizing the "open" solenoid winding, by means for generating a second pulse responsive to energizing the "close" solenoid winding, 20 by means for delaying the first pulse so that it coincides with the second pulse in time, by means for applying the delayed first pulse to the inputs of a coincident or OR gate member and by switching means acting in response to an output from the OR gate to interrupt the supply of energy to the "open" solenoid winding so that the valve is not operated to the open position when an electrical fault operation has occurred as evidenced by the absence of coinciding pulses at the inputs to the OR gate. 30 47.Stelsel volgens conclusie 46, met het kenmerk, dat de schakelmiddelen eveneens werkzaam zijn voor het onderbreken van de toevoer van energie aan de "sluit" solenoïde wikkeling.System according to claim 46, characterized in that the switching means are also effective for interrupting the supply of energy to the "closing" solenoid winding. 48. Stelsel volgens conclusie 46 of 47, met het kenmerk, dat een electronisch telorgaan is aangebracht tussen de uitgang van 35 het OF-poortorgaan en de schakelmiddelen, zodat de schakelmiddelen 800 45 99 *· * * 4 · alleen werkzaam zijn wanneer een voorafbepaald aantal opeenvolgende electrische foute werkingen is opgetreden.48. System as claimed in claim 46 or 47, characterized in that an electronic counter is arranged between the output of the OR gate member and the switching means, so that the switching means 800 45 99 * * * 4 * only operate when a predetermined number of consecutive electrical faults has occurred. 49. Spoelingcirculatiestelsel bij het uitvoeren van metingen tijdens het boren, waarbij spoelingdrukimpulsen worden opge- 5 wekt door het openen en sluiten van een kiep, gekenmerkt door een taster voor het meten van de waarde van een parameter in een boorgat, verder door solenoide middelen voor het bedienen van de klep, door een regelbaar tweede middel, dat condensatormiddelen omvat, een energiebron voor het opwekken van een electrische stroom voor het laden 10 van de condensatormiddelen en weerstandsmiddelen, aangebracht tussen de bron en de condensatormiddelen, welke weerstandsmiddelen zijn uitgevoerd voor het op een in hoofdzaak gelijkblijvende waarde houden van de stroom gedurende het laden van de condensatormiddelen, door een derde middel, dat aanspreekt op de taster voor het regelen van 15 de tweede middelen voor het tot stand brengen van geregelde ontladingen van de condensatormiddelen en het leggen van stroomimpulsen, die het gevolg zijn van deze ontladingen, aan de eerste middelen voor het geregeld bedienen van de klep voor het zodoende produceren van drukimpulsen met een volgorde, die de waarde vertegenwoordigt van de 20 parameter.49. Flush circulation system when performing measurements during drilling, generating flush pressure pulses by opening and closing a tilt, characterized by a probe for measuring the value of a parameter in a borehole, further by solenoid means for operating the valve, by an adjustable second means, comprising capacitor means, an energy source for generating an electric current for charging the capacitor means and resistive means disposed between the source and the capacitor means, which resistive means are designed to maintain a substantially constant value of the current during the charging of the capacitor means, by a third means, which is responsive to the sensor for controlling the second means for effecting controlled discharges of the capacitor means and applying current pulses , which are the result of these discharges, at the first mid parts for regularly operating the valve to thereby produce pressure pulses in an order representing the value of the parameter. 50. Stelsel volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat het eerste middel is ingericht voor het in een open of in een gesloten toestand handhaven van de stabiliteit van de klep. 800 4 5 99System according to claim 21, characterized in that the first means is adapted to maintain the stability of the valve in an open or closed condition. 800 4 5 99
NL8004599A 1979-08-21 1980-08-14 SYSTEMS AND METHODS FOR MEASURING DRAWING IN A BOREHOLE. NL8004599A (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US6852679A 1979-08-21 1979-08-21
US6852679 1979-08-21

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8004599A true NL8004599A (en) 1981-02-24

Family

ID=22083136

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8004599A NL8004599A (en) 1979-08-21 1980-08-14 SYSTEMS AND METHODS FOR MEASURING DRAWING IN A BOREHOLE.

Country Status (9)

Country Link
AU (2) AU544112B2 (en)
BR (1) BR8005132A (en)
CA (1) CA1177948A (en)
DE (1) DE3031599A1 (en)
FR (1) FR2475111B1 (en)
GB (1) GB2066989B (en)
MX (1) MX150151A (en)
NL (1) NL8004599A (en)
NO (1) NO162687C (en)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3028813C2 (en) * 1980-07-30 1983-09-08 Christensen, Inc., 84115 Salt Lake City, Utah Method and device for the remote transmission of information
GB8506833D0 (en) * 1985-03-15 1985-04-17 Gearhart Geodata Services Ltd Hydraulic power supply
GB8916459D0 (en) * 1989-07-19 1989-09-06 Forex Neptune Serv Tech Sa Method of monitoring the drilling of a borehole
US8013756B2 (en) * 2006-06-16 2011-09-06 Baker Hughes Incorporated Estimation of properties of mud
CN110661580B (en) * 2019-11-04 2022-03-01 中国石油集团川庆钻探工程有限公司 Slurry pulse data coding method and transmission method

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2787795A (en) * 1953-06-26 1957-04-09 George E Snodgrass Boat propelling pole
US2887298A (en) * 1958-02-26 1959-05-19 Harry D Hampton Well bore inclinometer
US3791043A (en) * 1971-06-09 1974-02-12 Scient Drilling Controls Indicating instruments
US4001773A (en) * 1973-09-12 1977-01-04 American Petroscience Corporation Acoustic telemetry system for oil wells utilizing self generated noise
US3983948A (en) * 1974-07-01 1976-10-05 Texas Dynamatics, Inc. Method and apparatus for indicating the orientation of a down hole drilling assembly
US3964556A (en) * 1974-07-10 1976-06-22 Gearhart-Owen Industries, Inc. Downhole signaling system
US4078620A (en) * 1975-03-10 1978-03-14 Westlake John H Method of and apparatus for telemetering information from a point in a well borehole to the earth's surface
CA1124228A (en) * 1977-12-05 1982-05-25 Serge A. Scherbatskoy Systems, apparatus and methods for measuring while drilling

Also Published As

Publication number Publication date
NO162687C (en) 1990-01-31
CA1177948A (en) 1984-11-13
FR2475111B1 (en) 1985-09-06
DE3031599A1 (en) 1981-03-26
DE3031599C2 (en) 1991-07-04
MX150151A (en) 1984-03-26
GB2066989A (en) 1981-07-15
NO162687B (en) 1989-10-23
BR8005132A (en) 1981-02-24
AU544112B2 (en) 1985-05-16
GB2066989B (en) 1984-01-11
NO802466L (en) 1981-02-23
AU4616985A (en) 1985-12-05
AU6112080A (en) 1981-02-26
FR2475111A1 (en) 1981-08-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5113379A (en) Method and apparatus for communicating between spaced locations in a borehole
US5182730A (en) Method and apparatus for transmitting information in a borehole employing signal discrimination
US4866680A (en) Method and apparatus for transmitting information in a borehole employing signal discrimination
US3186222A (en) Well signaling system
US9638030B2 (en) Receiver for an acoustic telemetry system
US5150333A (en) Method and apparatus for providing improved pressure pulse characteristics for measuring while drilling
US5390153A (en) Measuring while drilling employing cascaded transmission systems
CN103988096A (en) Methods and apparatus having borehole seismic waveform compression
DE112016003528T5 (en) Telluric homing to improve electromagnetic telemetry
US4692911A (en) Methods and apparatus for reducing interfering effects in measurement while drilling operations
ARMENTROUT et al. Patterns of foraminiferal abundance and diversity: implications for sequence stratigraphic analysis
US11016219B2 (en) Delta encoding of downhole images of petrophysical rock properties
NL8004599A (en) SYSTEMS AND METHODS FOR MEASURING DRAWING IN A BOREHOLE.
Kabannik et al. Can we trust the diversion pressure as a decision-making tool: Novel technique reveals the truth
US4995058A (en) Wireline transmission method and apparatus
Cooper et al. New mud-pulse telemetry system delivers improved drilling dynamics and formation evaluation data
Fertl et al. Studies in abnormal pressures
Montaron et al. Improvements in MWD telemetry:" the right data at the right time"
GB2160565A (en) Making measurements in wellbores
GB2120431A (en) Well logging
GB2120433A (en) Measuring while drilling
GB2120432A (en) Measuring-while-drilling
CA1194205A (en) Borehole measurement while drilling systems and methods
Eaton Fracture gradient prediction and application
Srikampha et al. Robust Saturation Computation for Three-Phase Fluid Reservoir Determination: A Service Company's First Successful Disposition of 3D Reservoir Monitoring Memory Logging on Slickline Deployment, Peninsular Malaysia

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BT A notification was added to the application dossier and made available to the public
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed