NL7908996A - Hulpstuk voor een schroevedraaier. - Google Patents

Hulpstuk voor een schroevedraaier. Download PDF

Info

Publication number
NL7908996A
NL7908996A NL7908996A NL7908996A NL7908996A NL 7908996 A NL7908996 A NL 7908996A NL 7908996 A NL7908996 A NL 7908996A NL 7908996 A NL7908996 A NL 7908996A NL 7908996 A NL7908996 A NL 7908996A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
sleeve
screw
stem
screwdriver
tubular member
Prior art date
Application number
NL7908996A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Amerace Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Amerace Corp filed Critical Amerace Corp
Publication of NL7908996A publication Critical patent/NL7908996A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B25HAND TOOLS; PORTABLE POWER-DRIVEN TOOLS; MANIPULATORS
    • B25BTOOLS OR BENCH DEVICES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, FOR FASTENING, CONNECTING, DISENGAGING OR HOLDING
    • B25B23/00Details of, or accessories for, spanners, wrenches, screwdrivers
    • B25B23/02Arrangements for handling screws or nuts
    • B25B23/08Arrangements for handling screws or nuts for holding or positioning screw or nut prior to or during its rotation
    • B25B23/10Arrangements for handling screws or nuts for holding or positioning screw or nut prior to or during its rotation using mechanical gripping means
    • B25B23/101Arrangements for handling screws or nuts for holding or positioning screw or nut prior to or during its rotation using mechanical gripping means for hand-driven screw-drivers

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Details Of Spanners, Wrenches, And Screw Drivers And Accessories (AREA)

Description

4’ P & c : ' W 5013-18 Ned .,, ^
Hulpstuk voor een schroevedraaier
De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op handgereedschap-pen zoals schroevedraaiers en in het bijzonder op een hulpstuk voor een schroevedraaier als hulp voor een gebruiker bij het vasthouden, besturen, het begin van het aandraaien en het vastdraaien van schroeven, of bij het 5 uitdraaien van schroeven in resp. uit een werkstuk.
Het hoofddoel van de uitvinding is het verschaffen van een dergelijk schroevedraaierhulpstuk dat eenvoudig bedienbaar en goedkoop te fabriceren is.
Dit wordt volgens de uitvinding bereikt doordat het hulpstuk 10 bestaat uit een langwerpige bus of buisvormig element dat coaxiaal wordt aangebracht om de schacht van een schroevedraaier, waarbij de bus een axiaal buigzaam deel heeft tussen zijn beide einden waardoor een axiale verkorting van de bus wordt vergemakkelijkt wanneer de schroevedraaier wordt gebruikt voor het draaien van een schroef waarvan de kop is opgenomen 15 in het open einde van de bus nabij het mes van de schroevedraaier. Door deze axiale verkorting van de bus komt automatisch het mes van de schroevedraaier in de sleuf in de kop van de schroef wanneer de wrijving tussen de schroefdraad van de schroef en de bijbehorende schroefdraad in het gat in het werkstuk, waarin de schroef wordt geschroefd, de vaste passing over-20 wint tussen het vrije einde van de bus en de kop van de schroef.
De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin een uitvoeringsvoorbeeld van het hulpstuk volgens de uitvinding is weergegeven.
Fig. 1 toont schematisch en in doorsnede een voorkeurs vorm van het 25 hulpstuk.
Fig. 2 toont op grotere schaal een deel van het schroevedraaierhulpstuk volgens fig. 1 met daarin opgenomen een schroef.
Fig. 3 komt overeen met fig. 2 maar toont het hulpstuk in axiaal verkorte toestand.
30 Fig. 4 is een eindaanzicht volgens 4-4 van fig. 3.
De voorkeursvorm van het hulpstuk volgens de uitvinding is weergegeven in fig. 1 en bestaat uit een buigzame bus of buisvormig element 10, te gebruiken tezamen met de schacht 18 van een bekende schroevedraaier 12 als hulp voor de gebruiker van de schroevedraaier bij het veilig en gemak-35 kelijk vasthouden, sturen, het begin van het indraaien en het aandraaien ofwel uitdraaien van schroeven 14 in of uit een gat met schroefdraad in een werkstuk, waarbij de schroef 14 bijvoorbeeld een steel 15 met schroefdraad en een ronde kop met een rechte sleuf of zaagsnede 16 heeft (fig. 2).
7508996 • I f -2-
De schroevedraaier 12 heeft een langwerpige steel 18 die aan één einde eindigt in een handgreep 20 en aan het andere einde in een plat mesgedeelte of punt 22 van de 'schroevedraaier. Natuurlijk kan het hulpstuk 10 volgens de uitvinding worden gebruikt bij andere soorten schroeve-5 draaiers, bijvoorbeeld een kruiskopschroevedraaier of schroevedraaiers voor schroeven met vertanding of zogenaamde inbusbouten.
In zijn voorkeursvorm is de bus 10 vervaardigd van een doorschijnend, veerkrachtig, thermoplastisch materiaal zoals een vinylkunststof. De bus 10 heeft een grotere lengte dan de steel 18 met de punt 22 en heeft een 10 binnendiameter van geschikte grootte zodat de volle lengte van de bus coaxiaal kan worden geplaatst om de steel 18 en de punt 22, volgens fig. 1..
De binnendiameter van de bus 10 is tevens zodanig dat een vaste passing ontstaat tussen het einde 30 van de bus 10 en een ringvormige kraag 32 aan een einde van de schacht 18, grenzend aan en aanliggend tegen de handgreep 15 20. De verkregen vaste passing moet voldoende zijn om de bus 10 positief vast te houden op de ringvormige kraag 32 wanneer de bus 10 wordt onderworpen aan een torsiekracht of een langskracht (in axiale richting) zoals hieronder nader worden beschreven. Wanneer de schroevedraaier 12 hetzij niet is voorzien van een ringvormige kraag 32 of deze niet een zodanige 20 diameter heeft dat de bus 10 daarop wordt vastgehouden met de genoemde vaste passing kan volgens de uitvinding een ring van geschikte afmetingen worden aangebracht op de steel 18, bijvoorbeeld door eenvoudig omwikkelen van de steel ter plaatse met bekend wrijvingsband totdat dit gedeelte voldoende dikker is geworden en de ringvormige schouder 32 is gevormd die een 25 vaste passing kan geven met de bus 10 van voldoende vasthoudkracht. De binnendiameter van de bus 10 is ook zodanig gekozen dat aan zijn andere of vrije einde 28 de boring 26 van de bus een geringe vaste passing vormt met een bepaalde maat van schroefkoppen.
Volgens fig. 2-4 is een deel van de bus 10 tussen de einden 28 en 30 30 voorzien van een aantal, over de omtrek verdeelde, openingen of sleuven 34, bij voorkeur tenminste drie (hoewel in de voorkeursuitvoeringsvorm er vier zijn weergegeven) en bij voorkeur aangebracht op gelijke afstanden in de omtreksrichting van de bus. Hoewel de openingen 34 op een willekeurige plaats tussen de einden 28 en 30 kunnen zijn aangebracht, zijn zij bij 35 voorkeur gelegen nabij het einde 28 zoals is weergegeven. Elke opening 34 kan een willekeurige vorm hebben, zoals een ruit, een ovaal of een rechthoek, maar heeft bij voorkeur de vorm van een smalle sleuf die evenwijdig loopt aan de langshartlijn van de bus en die gemakkelijk kan worden gevormd met een scheermes of ander scherp snij instrument. De sleuven 34 begrenzen een 7908996 * «·' -3- aantal over de omtrek verdeelde, vrij smalle stroken 36 van de bus 10. Telkens wordt een strook 36 begrensd door twee aangrenzende sleuven 34.
Zoals is gezegd heeft het einde 28 van de bus een deel 38 dat uitsteekt voorbij het einde van de punt 22 van de schroevedraaier en een binnen-5 diameter heeft die een vaste passing vormt met een schroefkop 16. Daardoor kan het buseinde 28 worden gebracht om een schroefkop 16, deze opnemen en vasthouden, wanneer het deel 38 van de bus wordt gedrukt over de kop 17 van de schroef 14. Door de verende eigenschappen van de kunststof, waarvan de bus 10 is gevormd en door de maat van de binnendiameter van de bus, is de 10 greep van deze vaste passing voldoende sterk om het busdeel 38 gemakkelijk de schroef 14 te doen opnemen en vasthouden binnen de boring 26 van het busdeel 38, zodat de gebruiker gemakkelijk een opgenomen schroef 14 kan transporteren tussen verschillende punten, bijvoorbeeld van een bekende schroevenbak met sleuven naar een opening met schroefdraad, en ook voldoende 15 sterk om de gebruiker een koppel te doen uitoefenen op de schroef 14 en een begin van indraaien van de schroef mogelijk te maken.
Een losse of vrije schroef 14, die niet is geplaatst in een schroevenbak, waardoor de schroef aan zijn kop 17 kan worden opgenomen door de bus 10 en dus door de schroevedraaier 12, kan worden opgenomen door met de 20 hand de schroefkop 17 in de boring 26 van het deel 38 te drukken. Wanneer de losse schroef 14 rechtop staat in de genoemde schroevenbak of zich in een schroevenopneeminrichting bevindt kan de schroef worden opgenomen aan zijn kop 17 door het uitoefenen van een. in de langsrichting of axiaal gerichte kracht op de bus 10 via de handgreep 20 van de schroevedraaier, waardoor 25 het busdeel 38 wordt gedrukt over en rond de schroefkop 17. Deze kracht —- —--wordt gewoonlijk rechtstreeks uitgeoefend op de handgreep 20 totdat de punt 22 van de schroevedraaier komt aan te liggen tegen een deel van het buitenvlak van de schroefkop 17 of totdat de schroevedraaierpunt 22 komt te liggen in de schroefsleuf 16, hoewel dit niet noodzakelijk is daar de kracht van de 30 passing van het einde 28 voldoende sterk is voor het transporteren van de opgenomen schroef en het begin van het indraaien daarvan zodra, de kop van de schroef is opgenomen in de boring 26 van het deel 38 van de bus. Hierdoor bevinden zich de schroevedraaierpunt 22 en de sleuf 16 vaak op enige afstand van elkaar en zijn vaak willekeurig gericht ten opzichte van elkaar op het 35 tijdstip waarop zij met elkaar worden verbonden, zie fig. 2, waarbij de schroevedraaierpunt 22 niet op één lijn ligt met de sleuf 16.
Ten gevolge van de sleuven 34 wordt bij het uitoefenen van een vrij kleine langskracht op de bus 10 elke strook 36 uitgebogen of samengedrukt terwijl tegelijk elke sleuf 34 uitzet of opent. De mate waarin elke 7908996 -4- *· I · sleuf 34 opent en elke strook wordt samengedrukt zijn evenredig met de grootte van de steeds toenemende uitgeoefende kracht. Hierdoor wordt de diameter van. de bus 10 groter, alleen in het gebied waar de stroken tot uitgebogen delen 42 worden gevormd en de sleuven 34 zijn geopend, waardoor 5 de bus 10 axiaal korter wordt in dit gebied en zich samen trekt ten opzichte van de steel 18 van de schroevedraaier 12., zoals blijkt uit fig. 3. Wanneer dus de. bus 10 axiaal wordt samengedrukt, wordt het deel 38 van de bus teruggetrokken van zijn buiten de punt van de schroevedraaier uitstekende stand naar een tweede stand dichter bij de vouwen 42 van de stroken 36. Opgemerkt 10 wordt verder dat terwijl de stroken 36 en de sleuven 34 worden gevormd resp. zich openen, de delen 44 en 38 van de bus, gelegen aan weerszijden van het samentrekkende gebied, vrijwel onvervormd blijven, d.w.z. dat de diameters van deze delen niet groter worden wanneer de axiale kracht wordt uitgeoefend. Hierdoor blijven de vaste passingen aan de einden 28, 30 hun 15 functie uitoefenen.
Het is duidelijk dat wanneer eenmaal de bus 10 is geplaatst over een schroefkop 17 de schroevedraaierpunt 22 in de sleuf '16 wordt gebracht door eenvoudig een langskracht uit te oefenen op de schroevedraaierhand-greep 20 resp. de schroef 14 totdat het busdeel 38 voldoende ver axiaal 20 is verplaatst ten opzichte van de steel 18 door de uitgeoefende druk dat de punt 22 komt te liggen in de sleuf 16. Wanneer de schroef 14 en de bus 10 zodanig met elkaar zijn verbonden dat de sleuf 16 en de punt 22 niet ten opzichte van elkaar zijn uitgelijnd wordt eenvoudig een koppel uitgeoefend op de schroevedraaier, waardoor de punt 22 draait totdat deze op 25 één lijn ligt en de sleuf 16 kan binnengaan.
Het indraaien van een gevangen schroef 14 in een opening met schroefdraad wordt begonnen door het uitoefenen van een koppel op de handgreep 20, waardoor de eraan bevestigde bus 10 wordt geroteerd in de richting van de koppelkracht. De vaste passing tussen de ringvormige schouder 32 en 30 het buseinde 30 is voldoende sterk om de bus 10 met de steel 18 tezamen te kunnen roteren zonder dat de bus 10 slipt in de omtreksrichting of losraakt van de schroevedraaier· Evenzo is de passing aan het buseinde 28 voldoende sterk om de schroefdraad van de schroef 14 te doen ingrijpen in de bijbehorende schroefdraad van de opening en om de schroef gedeeltelijk daarin 35 te draaien zonder dat de schroefkop 16 in de omtreksrichting gaat draaien in de boring 26 van het deel 38, zelfs als de schroefkop 16 zich op een afstand bevindt van de schroevedraaier 22 en niet daarmee op één lijn ligt.
Voor het voltooien van de montage van de schroef 14 en deze voldoende vast in de opening te kunnen draaien, moet de punt 22 op één lijn 7908996 -5- liggen met en in de sleuf 16 wanneer de wrijvingskracht, veroorzaakt door de opening met schroefdraad, zoveel groter wordt dan de wrijvingskracht van de vaste passing aan het einde 28 dat de schroef 14 niet langer vooruit kan worden gedraaid. De gewenste uitlijning wordt verkregen door eenvoudig 5 voort te gaan met het uitoefenen van het koppel op de handgreep 20 of dit koppel iets te vergroten, totdat de punt 22 van de schroevedraaier zoveel is verdraaid dat deze in de sleuf 16 kan worden géstoken. Als gevolg van het uitgeoefende koppel zal het deel van de bus 10, dat de sleuven 34 en de stroken 36 bevat, iets torderen in de richting van het uitgeoefende 10 koppel, waardoor de steel 18 van de schroevedraaier wordt verdraaid terwijl de overige delen van de bus 10 buiten het deel met de sleuven en de stroken, d.w.z. de delen 44 en 38, blijven stilstaan en niet worden getordeerd. Zoals hierboven reeds is gezegd blijven hierdoor de beide vaste passingen aan de einden 28 en 30 hun vasthoudfunctie uitoefenen terwijl de punt 22 15 wordt verdraaid ten opzichte van de sleuf 16. Bij het bereiken van de juiste uitlijning tussen de punt 22 en de sleuf 16 doet een voortgaande of iets vergrote langskracht op de handgreep 20 automatisch de punt 22 de sleuf 16 binnengaan. De montage van de schroef 14 wordt nu voltooid door zowel de langskracht als de koppelkracht te blijven uitoefenen totdat de schroef 14 20 voldoende vast in zijn opening is geschroefd.
Opgemerkt wordt dat wanneer een langskracht en een koppel worden uitgeoefend op de steel van een opgenomen schroef 14 voor het verkrijgen van de juiste uitlijning tussen de punt 22 en de sleuf 16, de bus 10 ongeveer gelijk reageert als wanneer deze krachten worden uitgeoefend op de handgreep 25 20. Evenzo werkt bij het uitdraaien van de schroef 14 uit bijvoorbeeld een gat met schroefdraad'de bus 10 op gelijke wijze als bij het indraaien, behalve dat de volgorde van de handelingen nu omgekeerd is.
Bij een uitgevoerde toepassing van de uitvinding werd een buis van vinylkunststof met een lengte van 108 mm en een binnendiameter van 9,55 30 mm en een wanddikte van 1,6 mm vast bevestigd rondom dé steel van een schroevedraaier merk Stanley Handyman model 3007-4. De steel van de schroevedraaier nabij de handgreep werd opgebouwd door het omwikkelen met afplakband en een einde van de buis werd met een vaste passing gedrukt over het opgebouwde deel totdat de buis aanlag tegen de handgreep van de schroevè-35 draaier. Het vrije einde van de buis of bus stak over ongeveer 6,35 mm buiten de punt van de steel van de schroevedraaier uit. Vóór het vastzetten van de bus om de steel werden vier gelijk over de omtrek verdeelde sleuven in de bus gesneden van--een punt op ongeveer 19mm van het vrije einde van de bus over een lengte van ongeveer 39 mm, waardoor het gedeelte met grotere 79 0 8 9 8 6 * -6- axiale buigzaamheid werd verkregen. De verkregen schroevedraaier met hulpstuk werden dan met succes gebruikt voor het opnemen van schroeven met kop (no. 1043 met een kopdiameter van 9/8 mm) van een opneembak met sleuven, het begin van het indraaien van de schroeven in gaten met schroef-5 draad in de klemmen van een elektrisch klemmenblok, merk Buchanan model B106, en het aandraaien van de schroeven totdat de koppen aanlagen tegen een elektrische geleider. Het aanvankelijk indraaien van de schroeven werd verkregen slechts met de vaste passing tussen het vrije einde van de bus en de schroefkop. Daarna werd een lichte langsdruk uitgeoefend in de axiale 10 richting van de schroef, terwijl het koppel werd voortgezet, waardoor de buis axiaal korter werd door zijn buigzame tussendeel en waardoor de punt van de schroevedraaier automatisch terechtkwam in de sleuf van de schroef-kop, waardoor geheel vastdraaien van elke schroef kon worden verkregen in het bijbehorende schroefgat in het klemmenblok.
15 Verschillende wijzigingen in de beschreven uitvoeringsvorm kunnen worden aangebracht binnen het kader van de uitvinding. Bijvoorbeeld kan de handgreep 10 worden voorzien van een éénrichtingskoppeling van een soort zoals deze is beschreven bijvoorbeeld in het Amerikaanse octrooischrift 3.887.981, waarnaar hier wordt verwezen. Het valt dus binnen de uitvinding 20 de handgreep 20 te voorzien van een dergelijke éénrichtingskoppeling voor vergroting van het. uitgeoefende koppel, waardoor de schroeven 14 sneller kunnen worden aangebracht.
« 7908996

Claims (10)

1. Hulpstuk voor een schroevedraaier gekenmerkt door a) een buisvormig element of bus ingericht om coaxiaal te worden aangebracht om de steel van een schroevedraaier, welke bus een grotere lengte heeft dan de steel en daardoor uitsteekt voorbij de punt aan de 5 steel, welke bus een eerste einde en een tweede einde heeft, welk tweede einde op een afstand van het eerste einde is gelegen; b) doordat het eerste einde van de bus is ingericht voor het opnemen en losneembaar vasthouden van een schroef uitsluitend door een eerste vaste passing, gevormd tussen het eerste einde en de schroef; en 10 c) doordat het tweede einde van de bus is ingericht om vast te worden bevestigd aan de steel door een tweede vaste passing, gevormd tussen de steel en het tweede buseinde wanneer de bus is aangebracht om de steel.
2. Hulpstuk volgens conclusie 1, met het kenmerk dat buigzame organen aanwezig zijn tussen het eerste en het tweede einde van de bus, 15 welke buigzame organen zijn ingericht voor een axiale verkorting van de bus ten opzichte van de steel bij het uitoefenen van een langskracht op de bus.
3. Hulpstuk volgens conclusie 2, met het kenmerk dat de buigzame organen zijn ingericht om te torderen als gevolg van een op de bus uitge- 20 oef end koppel, waarbij door dit torderen van de buigzame organen het eerste einde van de bus in rust blijft, waardoor de eerste vaste passing de schroef positief blijft vasthouden, terwijl de steel door rotatie op één lijn wordt gebracht met een steel opnemende sleuf in de schroef ten gevolge van het koppel.
4. Hulpstuk volgens conclusie T, 'nret het kenmerk dat de buigzame _________ organen bestaan uit een aantal over de omtrek verdeelde langwerpige stroken, gelegen tussen het eerste en het tweede einde van de bus.
5. Hulpstuk volgens conclusie 4, met het kenmerk dat elke strook de vorm aanneemt van een over de omtrek uitstekende vouw en elke sleuf 30 in dwarsrichting opent wanneer de bus wordt onderworpen aan de langskracht, waarbij door het ontstaan van deze vouwen en het openen van de sleuven een deel van de bus, begrensd door het eerste einde ervan, wordt verplaatst van een eerste stand waarin dit deel uitsteekt voorbij de punt van de steel, naar een tweede stand in de richting van deze vouwen, terwijl vrijwel alle 35 delen van de bus, gelegen tussen de sleuven en de stroken en het tweede pindp in rust blijven tijdens het ontstaan van de vouwen, waardoor de tweede vaste passing blijft bestaan die positief de bus op de steel vasthoudt.
6. Hulpstuk volgens conclusie 5, met het kenmerk dat de langskracht 79 0 8 9 9 5 -8- en de koppelkracht op de bus worden overgebracht hetzij door de schroeve-draaiefhandgreep of door de opgenomen en vastgehouden schroef.
7. Hulpstuk volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de schroef een schroef is met een kop met zaagsnede.
8. Hulpstuk volgens conclusie 7, met het kenmerk dat de greep van de eerste vaste passing voldoende sterk is om het begin te kunnen uitvoeren van het inschroeven van de schroef in een bijbehorende opening met schroefdraad zonder dat de vastgehouden schroef slipt of loskomt van het hulpstuk, totdat de wrijving van de schroef in zijn schroefdraadopening de 10 schroef doet roteren ten opzichte van de bus, waardoor automatisch de punt van de steel in de sleuf van de kop van de schroef komt.
9. Werkwijze voor het helpen van de gebruiker van een schroeve-draaier, gekenmerkt door a) het plaatsen van een buisvormig onderdeel met een grotere lengte 15 dan de lengte van de steel van de schroevedraaier om de schroevedraaier-steel zodanig dat het andere vrije einde van het buisvormige onderdeel uitsteekt voorbij de punt van de schroevedraaiersteel; b) het bevestigen van een einde van het buisvormige onderdeel aan de steel met een eerste vaste passing; 20 c) het aanpassen van het andere vrije einde van het buisvormige onderdeel voor het opnemen en vasthouden van een schroef draarin met een · tweede vaste passing; en d) het voorzien van een deel van het buisvormige onderdeel, tussen het eerste en het tweede einde, van uitzetraiddelen welke zijn ingericht om 25 uit te zetten als gevolg van een eerste kracht, uitgeoefend op het eerste of het tweede einde van'het buisvormige onderdeel, waarbij door het uitzetten van de uitzetorganen het tweede einde van het buisvormige onderdeel zich kan samentrekken zodanig dat de steel aankomt tegen de schroef en kan worden gebruikt voor het inbrengen van de schroef in een voorwerp voor 30 het opnemen van de schroef.
10. Werkwijze volgens conclusie 9, gekenmerkt:door het inrichten , van de uitzetorganen zodanig dat zij .torderen als gevolg van een tweede kracht, uitgeoefend op het eerste of het tweede einde van het buisvormige onderdeel, waarbij door het torderen van de uitzetorganen het tweede einde 35 van het buisvormige onderdeel vrijwel blijft stilstaan, waardoor dit positief de schroef daarin blijft vasthouden, terwijl de steel van de schroevedraaier wordt geroteerd tot uitlijning met en opnemen in een opneem-sleuf in de schroef. 7908996
NL7908996A 1978-12-28 1979-12-13 Hulpstuk voor een schroevedraaier. NL7908996A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US05/974,086 US4221249A (en) 1978-12-28 1978-12-28 Screwdriver attachment
US97408678 1978-12-28

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7908996A true NL7908996A (nl) 1980-07-01

Family

ID=25521571

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7908996A NL7908996A (nl) 1978-12-28 1979-12-13 Hulpstuk voor een schroevedraaier.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US4221249A (nl)
JP (1) JPS5590277A (nl)
BE (1) BE880717A (nl)
DE (1) DE2951713A1 (nl)
FR (1) FR2445197A1 (nl)
GB (1) GB2038683A (nl)
NL (1) NL7908996A (nl)
SE (1) SE7910136L (nl)

Families Citing this family (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH651814A5 (de) * 1981-06-12 1985-10-15 Maag Zahnraeder & Maschinen Ag Greifer eines hebezeuges.
US4461194A (en) * 1982-04-28 1984-07-24 Cardio-Pace Medical, Inc. Tool for sealing and attaching a lead to a body implantable device
JPS61109681U (nl) * 1984-12-25 1986-07-11
US4581963A (en) * 1985-07-03 1986-04-15 Kim Han K Screw holding device for screwdrivers
US4719828A (en) * 1987-01-05 1988-01-19 Corsetti John A Screw starter devices
US5056386A (en) * 1989-11-22 1991-10-15 Black & Decker Inc. Screwdriver bit and finder system
US5129292A (en) * 1991-02-06 1992-07-14 Ocean Shore Toys Disposable holder for starting screws
US5309799A (en) * 1993-08-05 1994-05-10 Jore Matthew B Transparent-sleeve screw holding and driving tool
US6138538A (en) * 1997-03-31 2000-10-31 Neijndorff; Eduard Finish-protective tool pieces and finish-protective collars
GB2350078B (en) * 1999-05-19 2003-07-23 Marcus Andrew Winch Shrouded screwdriver
AU2002326317A1 (en) 2001-06-25 2003-02-17 Toolovation, Llc Battery powered screwdriver and screw starting device
FR2881485B1 (fr) * 2005-02-01 2007-03-02 Schneider Electric Ind Sas Dispositif de montage secable a vis pour un appareillage electrique
WO2007000595A1 (en) * 2005-06-29 2007-01-04 Aquamark Holdings (Proprietary) Limited Screw driver
US20070059121A1 (en) * 2005-09-13 2007-03-15 Chien Chuan H Fastener having disengageable head
US7287452B1 (en) * 2006-07-17 2007-10-30 Allen Tsai Screw fastener assembly
US20110174117A1 (en) * 2010-01-04 2011-07-21 Franco Louis J Fastener holder for starting a threaded fastner into a difficult-to-access hole
EP2724682A1 (en) * 2012-10-23 2014-04-30 Nexus Spinal, LLC Fastener retention system
US9415491B1 (en) 2014-06-26 2016-08-16 Rda Werks, Llc Apparatus for rapid installation of threaded fasteners
US10870188B2 (en) 2017-08-14 2020-12-22 Ideal Industries, Inc. Screwdriver with force applying member
US11325231B2 (en) 2019-11-22 2022-05-10 DePuy Synthes Products, Inc. Self-retaining screwdriver with engaging tip feature
DE102019133615A1 (de) * 2019-12-10 2021-06-10 Bayerische Motoren Werke Aktiengesellschaft Schutzelement für ein Schraubwerkzeug, Verwendung eines solchen Schutzelements sowie Schraubvorrichtung

Family Cites Families (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE318300C (nl) *
NL37722C (nl) *
DE1071007B (de) * 1959-12-10 Kassel Curt Starck Schraubenzieher mit federnder Greif-, Halte- und Führungshülse
US1360500A (en) * 1919-06-16 1920-11-30 Coll Michael Screw-holding attachment for screwdrivers
FR1019020A (fr) * 1950-05-24 1953-01-15 Perfectionnements aux tournevis
US2723694A (en) * 1953-01-23 1955-11-15 James P Ross Screw driver attachment
US2985208A (en) * 1954-07-23 1961-05-23 Rowland G Hibbard Device for holding screws, bolts and the like
GB846337A (en) * 1958-01-17 1960-08-31 Leslie Stuart Hill Improvements relating to screw drivers, hand drills or the like
US3245446A (en) * 1962-09-23 1966-04-12 Morifuji Haguruma Seisakusho K Screw driver with a screw holding device
FR1405902A (fr) * 1964-05-21 1965-07-16 Douille adaptable à un tournevis pour former tournevis d'approche
US3452373A (en) * 1967-08-30 1969-07-01 James T Vosbikian Combined screwdriver and socket wrench
US3517714A (en) * 1967-11-03 1970-06-30 Edward W Desbarats Screwdriver
CH567910A5 (en) * 1974-02-05 1975-10-15 Buettner Franz Tubular guide for screwdriver blade - is plastics tube held on screwdriver for enclosing screw

Also Published As

Publication number Publication date
GB2038683A (en) 1980-07-30
JPS5590277A (en) 1980-07-08
SE7910136L (sv) 1980-06-29
BE880717A (fr) 1980-06-19
US4221249A (en) 1980-09-09
DE2951713A1 (de) 1980-07-24
FR2445197A1 (fr) 1980-07-25

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL7908996A (nl) Hulpstuk voor een schroevedraaier.
US2863351A (en) Expanding fastener having threads of opposite hand to maintain the parts in engagement
US5758768A (en) Supporting deflective screwstrip
US20030066392A1 (en) Retractable/folding collapsible wrench
US5664467A (en) Adjustable socket
US2406952A (en) Safety screw driver
KR19980702843A (ko) 뼈 나사
US5310294A (en) Wire-puller apparatus
US5279187A (en) Expandable jaw broken bolt extractor
US5281059A (en) Tool for repairing damaged threads in a blind hole
US2914330A (en) Pipe-turning mandrels
US4943253A (en) Axial immobile fastener-receiving member
ES2013062A6 (es) Sistema de sujecion y sujetador para contenedores de ttansporte y similares.
US4581963A (en) Screw holding device for screwdrivers
IE862695L (en) Fixing a handle on a tool
US4011648A (en) Bearing puller device
US3933019A (en) Riveting device
US4732180A (en) Wire tie apparatus
EP0216980B1 (en) Blind fastener with cap nut and method of installing same
US5214854A (en) Spring-biased nipper
JP6447764B1 (ja) ガイド冶具
US4195401A (en) Conductor unwrapping bit
US8752456B1 (en) Device for deployment of alternate tool heads
US2513792A (en) Tool for inserting and extracting wire coil inserts in and from tapped holes
US5214832A (en) Hand tool for applying a ferrule to a safety cable

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed