NL7907369A

NL7907369A - Lubricants for styrene! copolymer resins - are long chain carboxylic acids, esp. stearic acid

Info

Publication number: NL7907369A
Application number: NL7907369A
Authority: NL
Original assignee: Stamicarbon
Priority date: 1979-10-04
Filing date: 1979-10-04
Publication date: 1981-04-07

Abstract

Polymer compsns. comprise one or more copolymers of styrene or alpha-methylstyrene and a lubricant comprising a 8-22C carboxylic acid (I). A pref. compsn. comprises (A) 85-99.9 wt.% of (i) 30-100 wt.% of a graft copolymer made by (a) polymerising a monomer mixt. of 5-75 wt.% (meth)acrylonitrile and 25-95 wt.% styrene or alpha-methyl-styrene in the presence of (b) a rubbery polymer, using a wt. ratio monomers:rubbery polymer of 1:10 to 10:1 and (ii) 0-70 wt.% of one or more copolymers made by polymerisation of 5-75 wt.% (meth)acrylonitrile and 25-95 styrene and/or alpha-methyl styrene; (B) 0.1-5 wt.% esp. 0.1-2 wt.% (I) and (C) 0-10 wt.% other additives, such as processing aids, pigments, antistatics, fillers, flame retardants, etc. (I) are good lubricants in styrene polymers, esp. HIPS and cause less oxidative deterioration and discolouration of the prod. at elevated temps. than known metal stearate lubricants.

Description

A * STAMICARBON B.V. 3134A * STAMICARBON B.V. 3134

Uitvinders: Joseph A.J.M. VINCENT te Beek (L.)Inventors: Joseph A.J.M. VINCENT in Beek (L.)

Johannes G. HOEN te SittardJohannes G. HOEN in Sittard

S TYREENPOLYMEERCOMPOSITIES TYPE POLYMER COMPOSITION

De uitvinding heeft betrekking op een polymeerconpositie bestaande uit een of meer copolymeren van styreen en/of cc-me thyls tyreen, en een glijmiddel.The invention relates to a polymer composition consisting of one or more copolymers of styrene and / or cc-methyl tyrene, and a lubricant.

Het is bekend om bij de verwerking van copolymeren op basis 5 van styreen en/of cc-methyls tyreen, zoals styreen-acrylonitrilcopolymeren en ABS, als glijmiddel metaaistearaten toe te passen. Met name de steara-ten van tweewaardige metalen worden veel toegepast. Voorbeelden hiervan zijn calciumstearaat, bariumstearaat en zinkstearaat.It is known to use metal stearates as a lubricant in the processing of styrene-based and / or cc-methylstyrene-based copolymers, such as styrene-acrylonitrile copolymers and ABS. The stearates of divalent metals in particular are widely used. Examples of this are calcium stearate, barium stearate and zinc stearate.

Deze verbindingen hebben echter het nadeel, dat zij bij ver-10 hoogde temperatuur,·, en met name bij de verwerkings temperatuur van de polymeren, de oxidatie van het polymeer versnellen. Dit kan leiden tot verkleuring van het produkt, maar ook, in het geval van met rubber gemodificeerde styreenpolymeren zoals ABS, tot afbraak van de rubberfase.However, these compounds have the drawback that they accelerate the oxidation of the polymer at an elevated temperature, and in particular at the processing temperature of the polymers. This can lead to discoloration of the product, but also, in the case of rubber-modified styrene polymers such as ABS, degradation of the rubber phase.

Dit laatste heeft een negatieve invloed op de slagvastheid van het eind-15 produkt.The latter has a negative influence on the impact strength of the final product.

Het doel van de uitvinding is derhalve een polymeercompositie bestaande uit een of meer copolymeren van styreen en/of ot-methylstyreen, en een glijmiddel te verschaffen waarbij de oxidatie van het polymeer onder verwerkingsomstandigheden in belangrijke mate verminderd is.The object of the invention is therefore to provide a polymer composition consisting of one or more copolymers of styrene and / or ot-methylstyrene, and a lubricant in which the oxidation of the polymer is significantly reduced under processing conditions.

20 Volgens de uitvinding wordt dit bereikt als het glijmiddel een carbonzuur met 8-22 C-atomen bevat.According to the invention this is achieved when the lubricant contains a carboxylic acid with 8-22 C atoms.

Bij voorkeur bestaat een polymeercompositie volgens de uitvinding uit 85 - 99,9 gew.-% van een of meer copolymeren van styreen en/of 25 Ofmethylstyreen 0,1 - 5 gew.-% carbonzuur met 8-22 C-atomen 0 - 10 gew.-% gebruikelijke additieven.A polymer composition according to the invention preferably consists of 85 - 99.9 wt.% Of one or more copolymers of styrene and / or 25 of methyl styrene 0.1 - 5 wt.% Carboxylic acid with 8 - 22 carbon atoms 0 - 10 wt% conventional additives.

Als copolymeer van styreen en/of α-me thyls ty reen kan men de diverse bekende copolymeren toepassen, maar de voorkeur wordt gegeven 30 aan copolymeren met acrylonitril, acrylaten, maleinezuuranhydride, e.d.As copolymer of styrene and / or alpha-methyl tyrene, the various known copolymers can be used, but preference is given to copolymers with acrylonitrile, acrylates, maleic anhydride, etc.

Meer in het bijzonder past men als copolymeer van styreen en/of a-methyl-styreen een met rubber gemodificeerd styreen-acrylonitril-copolymeer toe,^ zoals de entcopolymeren van styreen en acrylonitril op een rubber of mengsels van een dergelijk copolymeer met een rubber, waaraan eventueel 7Qn73fi9 * · « 2 een of meer copolymeren van styreen en acrylonitril en/of copolymeren van oc-methyls tyreen en acrylonitril zijn toegevoegd.More in particular, as a copolymer of styrene and / or α-methyl-styrene, a rubber-modified styrene-acrylonitrile copolymer is used, such as the graft copolymers of styrene and acrylonitrile on a rubber or mixtures of such a copolymer with a rubber, to which optionally one or more copolymers of styrene and acrylonitrile and / or copolymers of oc-methylstyrene and acrylonitrile have been added.

Als rubber komen verschillende synthetische rubbers in aanmerking zoals polybutadieen-, styreen-butadieenrubber, acrylaatrubber, nitril-5 rubber, rubbers op basis van etheen-propeen co- of terpolymeren, en dergelijke.Suitable synthetic rubbers are various synthetic rubbers, such as polybutadiene, styrene-butadiene rubber, acrylate rubber, nitrile-5 rubber, rubbers based on ethylene-propylene copolymers or terpolymers, and the like.

De voorkeur wordt echter gegeven aan een of meer rubbers op basis van butadieen en/of acrylaten.Preference is, however, given to one or more rubbers based on butadiene and / or acrylates.

Een voorkeursuitvoering van de polymeercompositie volgens de 10 uitvinding bestaat uit: A 85-99,9 gew.-% van A-l 30-100 gew.-% entcopolymeren verkregen door A-l-1 een monomerenmengsel bestaande uit 5-75 gew.-% acrylonitril en/of methacrylonitril en 25-95 gew.-% styreen en/of 15 ot-methylstyreen te polymeriseren in aanwezigheid van A-l-2 een rubberachtig polymeer, waarbij de gew.-verhouding tussen monomeren en rubberachtig polymeer tussen 1 : 10 en 10 : 1 ligt, en A-2 0-70 gew.-% van een of meer copolymeren verkregen door 20 polymerisatie van 5-75 gew.-% acrylonitril en/of metha crylonitril en 25-95 gew.-% styreen en/of α-methyls tyreen B 0,1-5 gew.-% carbonzuur met 8-22 C-atomen C 0-10 gew.-% additieven.A preferred embodiment of the polymer composition according to the invention consists of: A 85-99.9 wt.% Of Al 30-100 wt.% Graft copolymers obtained by Al-1 a monomer mixture consisting of 5-75 wt.% Acrylonitrile and / or methacrylonitrile and 25-95 wt% styrene and / or 15 ot-methylstyrene to polymerize in the presence of Al-2 a rubbery polymer, the weight ratio of monomers to rubbery polymer being between 1:10 and 10: 1 and A-2 is 0-70 wt% of one or more copolymers obtained by polymerization of 5-75 wt% acrylonitrile and / or metha crylonitrile and 25-95 wt% styrene and / or α- methyls tyrene B 0.1-5 wt% carboxylic acid with 8-22 C atoms C 0-10 wt% additives.

Het rubbergehalte van component A ligt bij voorkeur tussen 25 5 en 75 gew,-%, meer in het bijzonder tussen 5 en 25gew.-%.The rubber content of component A is preferably between 5 and 75% by weight, more particularly between 5 and 25% by weight.

Het glijmiddel dat volgens de uitvinding toegepast wordt bestaat in hoofdzaak uit een of meer carbonzuren met 8-22 C-atomen. De voorkeur wordt gegeven aan het mengsel van carbonzuren dat als stearinezuur in de handel is, en voor een belangrijk deel bestaat uit stearinezuur. Ande-30 re componenten van dit mengsel zijn vooral carbonzuren met 12, 14, 16 en 20 C-atomen. Meer in het bijzonder past men een mengsel van carbonzuren.The lubricant used according to the invention mainly consists of one or more carboxylic acids with 8-22 C atoms. Preference is given to the mixture of carboxylic acids which is commercially available as stearic acid and which consists to a large extent of stearic acid. Other components of this mixture are mainly carboxylic acids with 12, 14, 16 and 20 carbon atoms. More particularly, a mixture of carboxylic acids is used.

toe met een zuurgetal groter dan 150 resp. gelegen tussen 180 en 210 en o een smeltpunt gelegen tussen 50 en 65 C. In de praktijk wordt dit mengsel veelal verkregen door het hydrogeneren van natuurlijke vetten.with an acid number greater than 150 resp. situated between 180 and 210 and o a melting point situated between 50 and 65 C. In practice, this mixture is often obtained by hydrogenating natural fats.

35 De voorkeur wordt gegeven aan een mengsel van carbonzuren waar in tenminste 25 gew.-%, meer in het bijzonder 40 tot 70 gèw.-% stearinezuur aanwezig is. De andere componenten zijn hoofdzakelijk carbonzuren met 16 C-atomen, terwijl carbonzuur met 8-14 resp. 20-22 C-atomen in 7907369 ί1 * 3 beduidend geringere hoeveelheid aanwezig kunnen zijn. Een typisch voorbeeld van een dergelijk mengsel heeft een smeltpunt dat ligt tussen 50 en 65 °C, een verzepingsgetal en een zuurgetal tussen 180 en 210 en een joodgetal kleiner dan 6, terwijl het gemiddelde molecuulgewicht tussen 5 250 en 300 ligt.Preference is given to a mixture of carboxylic acids in which at least 25% by weight, more in particular 40 to 70% by weight of stearic acid is present. The other components are mainly carboxylic acids with 16 C atoms, while carboxylic acid with 8-14 resp. 20-22 C atoms in 7907369 ί1 * 3 may contain significantly less amount. A typical example of such a mixture has a melting point between 50 and 65 ° C, a saponification number and an acid number between 180 and 210 and an iodine number less than 6, while the average molecular weight is between 250 and 300.

Voor het beschermen van de bovenbeschreven polymeer-compositie tegen de invloed van zuurstof bij verhoogde temperatuur of tegen de invloed van licht bij aanwezigheid van zuurstof past men een of meer stabi-lisatiemiddelen toe, zoals thermische stabilisatoren (b.v. fenol-verbin-10 dingen, fosforverbindingen en thio-verbindingen), en UV-stabilisatoren (b.v. benzofenonen, benztriazolen, Ni-chelaten en piperidinederivaten).To protect the above-described polymer composition against the influence of oxygen at elevated temperature or against the influence of light in the presence of oxygen, one or more stabilizing agents are used, such as thermal stabilizers (eg phenol compounds, phosphorus compounds and thio compounds), and UV stabilizers (eg, benzophenones, benztriazoles, Ni chelates and piperidine derivatives).

Met name geeft men voor polymeercomposities die aan een relatief zware thermische belasting onderworpen moeten worden de voorkeur aan een stabi-liseermiddel bestaande uit een mengsel van een gesubstitueerd éénwaardig 15 fenol of een gesubstitueerd difenol en een vetalcoholester van thiodipro-pionzuur. Een voorbeeld van een dergelijk mengsel vormt 2,6-di-tert.-butyl p-cresol en dilaurylthiodipropionaat in een gewichtsverhouding tussen 1 : 10 en 10 : 1.In particular, for polymer compositions to be subjected to a relatively heavy thermal load, a stabilizing agent consisting of a mixture of a substituted monovalent phenol or a substituted diphenol and a fatty alcohol ester of thiodipropionic acid is preferred. An example of such a mixture is 2,6-di-tert-butyl p-cresol and dilauryl thiodipropionate in a weight ratio between 1:10 and 10: 1.

Naast de reeds genoemde toevoegingen kan de polymeercompositie 20 nog andere toevoegingen bevatten, zoals extra glijmiddel, andere ver-werkingshulpmiddelen, pigmenten, antistatics, al of niet versterkende, vulstoffen, vlamdovers en dergelijke.In addition to the aforementioned additives, the polymer composition 20 may also contain other additives, such as additional lubricant, other processing aids, pigments, antistatics, whether or not reinforcing, fillers, flame extinguishers and the like.

Als in de polymeercompositie als copolymeer van styreen en/of cc -methylstyreen een entcopolymeer van styreen en/of ct-methylstyreen, 25 en acrylonitril op een rubber, eventueel gemengd met een of meer copoly-meren van styreen en/of ot-methylstyreen en acrylonitril, toegepast wordt, kan men uitgaan van de hierna aangegeven bereidingswijze.As in the polymer composition as a copolymer of styrene and / or cc-methylstyrene a graft copolymer of styrene and / or ct-methylstyrene, and acrylonitrile on a rubber, optionally mixed with one or more copolymers of styrene and / or ot-methylstyrene and Acrylonitrile is used, it is possible to start from the preparation method indicated below.

Het copolymeer van styreen en/of ct-methylstyreen en acrylonitril wordt bereid door polymerisatie van de monomeren in een waterige 30 emulsie of suspensie. De gebruikelijke hoeveelheden water, emulgeer- of suspensiemiddelen, regulatoren, polymerisatiekatalysatoren, middelen voor het regelen van de pH en andere toevoegsels kunnen bij deze bereiding worden gebruikt. De monomerenconcentratie bij de polymerisatie bedraagt bijvoorbeeld 20 tot 50 gew.-%, dat wil zeggen dat 400 tot 100 gew.-dln.The copolymer of styrene and / or ct-methylstyrene and acrylonitrile is prepared by polymerizing the monomers in an aqueous emulsion or suspension. The usual amounts of water, emulsifying or suspending agents, regulators, polymerization catalysts, pH control agents and other additives can be used in this preparation. The monomer concentration in the polymerization is, for example, 20 to 50% by weight, i.e. 400 to 100% by weight.

35 water per 100 gew.-dln. monomeren worden gebruikt.Water per 100 parts by weight. monomers are used.

Als voorbeelden van geschikte emulgeermiddelen kunnen de volgende worden genoemd: natriumzouten, kaliumzouten en ammoniumzouten van vetzuren met een keten met 10 tot 20 koolstofatomen, alkylsulfaten met 7 0 0 7 3 0 3- >' 4 10 tot 20 koolstofatomen, alkylsulfonaten met 10 tot 20 koolstofatomen, alkylarylsulfonaten met 10 tot 20 koolstofatomen en harszuren (bijvoorbeeld derivaten van abiëtinezuur).As examples of suitable emulsifying agents, the following can be mentioned: sodium salts, potassium salts and ammonium salts of fatty acids with a chain of 10 to 20 carbon atoms, alkyl sulfates with 7 0 0 7 3 0 3-> 4 10 to 20 carbon atoms, alkyl sulfonates with 10 to 20 carbon atoms, alkylaryl sulfonates of 10 to 20 carbon atoms, and resin acids (e.g., derivatives of abietic acid).

Voor het instellen van het molecuulgewicht op de gewenste 5 waarde kunnen stoffen die als regulatoren fungeren worden gebruikt, bijvoorbeeld mercaptanen met een lange keten, zoals dodecylmercaptaan.To adjust the molecular weight to the desired value, substances that act as regulators can be used, for example, long chain mercaptans, such as dodecyl mercaptan.

Als polymerisatie-initiatoren kunnen anorganische of organische perverbindingen of azoverbindingen worden gebruikt, zoals kalium- of ammoniumpersulfaat, tert.butylhydroperoxide, cumeenhydroperoxide of 10 azodiisobutyronitril. Eveneens kunnen redoxsystemen van de genoemde perverbindingen en reductiemiddelen worden gebruikt, in het bijzonder zuren van zwavel met een lage valentietrap, zoals formaldehydesulfoxy-laat, en basen, zoals triëthanolamine.Inorganic or organic per compounds or azo compounds, such as potassium or ammonium persulfate, tert-butyl hydroperoxide, cumene hydroperoxide or azodiisobutyronitrile, may be used as polymerization initiators. Redox systems of the aforementioned per compounds and reducing agents can also be used, in particular acids of low valency sulfur, such as formaldehyde sulfoxylate, and bases, such as triethanolamine.

Als middelen voor het regelen van de pH kunnen bijvoorbeeld 15 zouten van orthofosforzuur of pyrofosforzuur worden toegevoegd, De polymerisatie kan worden üitgevoerd bij een pH van 2 tot 11, maar wordt bij voorkeur uitgevoerd bij een pH van 7 tot ll.As pH control agents, for example, 15 salts of orthophosphoric acid or pyrophosphoric acid can be added. The polymerization can be carried out at a pH of 2 to 11, but is preferably carried out at a pH of 7 to 11.

Daarnaast kan ook (al.dan niet continu) een massa- of oplossings-polymerisatie worden toegepast.In addition, a mass or solution polymerization can be used (whether or not continuously).

o 20 De polymerisatietemperatuur kan 20 tot 120 C, bij voorkeur o 40 tot 90 C, bedragen.o The polymerization temperature can be from 20 to 120 ° C, preferably from 40 to 90 ° C.

Het entcopolymeer kan op bekende wijze door emulsie-, suspensie-, massa-suspensie-, emulsie-suspensie-, of massa-polymerisattë van de betreffende monomeren worden bereid.The graft copolymer can be prepared in known manner by emulsion, suspension, mass suspension, emulsion suspension, or mass polymerization of the respective monomers.

25 De bereidingswijze is in principe dezelfde als wordt toegepast voor de bereiding van het copolymeer. De polymerisatie van de te enten monomeren (styreen en acrylonitril) kan worden uitgevoerd in aanwezigheid van de latex van de rubber (bijvoorbeeld polybutadiëen) die als entsub-straat wordt gebruikt. Het entsubstraat kan een 1.3-alkadiëenpolymeer zijn, 30 bij voorkeur een butadiëenhomopolymeer-latex of butadiëencopolymeer-latex, die tenminste 90 gew.-% 1,3-alkadiëen in het polymeer bevat, dat op op zichzelf bekende wijze door emulsiepolymerisatie van de monomeren wordt bereid. In principe kunnen de emulgeermiddelen, regulatoren, katalysatoren en elektrolieten, zoals beschreven voor de bereiding van entcopolymeren, 35 ook in dit geval worden gebruikt binnen de hiervoor aangegeven grenzen.The method of preparation is basically the same as that used for the preparation of the copolymer. The polymerization of the monomers to be grafted (styrene and acrylonitrile) can be carried out in the presence of the latex of the rubber (e.g. polybutadiene) used as the graft substrate. The graft substrate may be a 1,3-alkadiene polymer, preferably a butadiene homopolymer latex or butadiene copolymer latex, containing at least 90 wt% 1,3-alkadiene in the polymer, which is known per se by emulsion polymerization of the monomers prepared. In principle, the emulsifying agents, regulators, catalysts and electrolytes, as described for the preparation of graft copolymers, can also be used in this case within the aforementioned limits.

De toevoeging van het stabiliseermiddel en/of het glijmiddel aan het copolymeer en het entcopolymeer kan bijvoorbeeld volgens verschillende methoden worden uitgevoerd: 7907369 S* -r 5For example, the addition of the stabilizer and / or the lubricant to the copolymer and the graft copolymer can be carried out by various methods: 7907369 S * -r 5

De stabiliseermiddelen en glijmiddelen eventueel tezamen met de pigmenten en andere toevoegsels kunnen worden gemengd met tevoren gedroogde poeders van de polymeren, bijvoorbeeld met behulp van een snelmenger. Indien deze methode wordt toegepast, moet men afzien van de ' 5 aanwezigheid van het stabiliseermiddel tijdens het drogen.The stabilizers and glidants, optionally together with the pigments and other additives, can be mixed with previously dried powders of the polymers, for example using a rapid mixer. If this method is used, the presence of the stabilizer during drying must be dispensed with.

Het stabiliseermiddel kan met behulp van geschikte menginrich-tingen, zoals enkele o± dubbele wormextrusiemachines, rollenwalsen of Banbury-menginrichtingen, in het droge poeder van het copolymerenmengsel worden opgenomen, waarbij tegelijkertijd bij voorkeur pigmenten en andere 10 glijmiddelen worden toegevoegd.The stabilizer can be incorporated into the dry powder of the copolymer mixture using suitable mixers, such as single or double screw extruders, roller rollers or Banbury mixers, preferably adding pigments and other lubricants at the same time.

Volgens een derde uitvoeringsvorm worden de afzonderlijke componenten van het stabiliseermiddel in de vorm van een waterige emulsie gemengd met het mengsel van de latices de polymeren, hetgeen bij kamertemperatuur of verhoogde temperatuur plaats kan vinden, waarna dit 15 mengsel op bekende wijze wordt gecoaguleerd en gedroogd. De carbonzuur wordt pas op een later stadium bij het verwerken onder toepassing van een menginrichting van het bovenvermelde type toegevoegd.According to a third embodiment, the individual components of the stabilizer in the form of an aqueous emulsion are mixed with the mixture of the latices and the polymers, which can take place at room temperature or elevated temperature, after which this mixture is coagulated and dried in a known manner. The carboxylic acid is added at a later stage in the processing using a mixer of the above-mentioned type.

Tenslotte kunnen de afzonderlijke bestanddelen van het stabiliseermiddel en het carbonzuur in de vorm van waterige emulsies gemengd 20 met het mengsel van de latices van de polymeren, waarna dit mengsel op bekende wijze wordt gecoaguleerd.Finally, the individual components of the stabilizer and the carboxylic acid in the form of aqueous emulsions can be mixed with the mixture of the latices of the polymers, after which this mixture is coagulated in a known manner.

Het coaguleren van de mengsels kan in principe volgens bekende methoden worden uitgevoerd, waarbij elektrolyten, in het bijzonder zouten of zuren, bij het latexmengsel worden gevoegd, waarbij het mengsel des-25 gewenst kan worden verwarmd. Het te gebruiken type coaguleermiddel is afhankelijk van de emulgeermiddelen die in het mengsel aanwezig zijn. In het geval van emulgeermiddelen die zowel in het zure als in het alkalische gebied werkzaam zijn (alkylsulfaten en alkylsulfonaten) worden meestal elektrolieten zoals oalcivmchloride of magnesiumsulfaat of aluminiumsul-30 faat gebruikt. In het geval van een emulgeermiddel dat in het zure gebied geen emulgerend effect bezit is de toevoeging van een zuur, bijvoorbeeld ' azijnzuur of zwavelzuur, voldoende om de coagulatie teweeg te brengen.The coagulation of the mixtures can in principle be carried out according to known methods, in which electrolytes, in particular salts or acids, are added to the latex mixture, whereby the mixture can be heated if desired. The type of coagulant to be used depends on the emulsifiers present in the mixture. In the case of emulsifiers active in both the acidic and the alkaline region (alkyl sulfates and alkyl sulfonates), electrolytes such as calcium chloride or magnesium sulfate or aluminum sulfate are usually used. In the case of an emulsifying agent which has no emulsifying effect in the acidic region, the addition of an acid, for example acetic acid or sulfuric acid, is sufficient to effect the coagulation.

De coagulatie kan eveneens teweeg worden gebracht door het mengsel af te koelen tot een temperatuur beneden 0 °C (1uitvriezen’).Coagulation can also be brought about by cooling the mixture to a temperature below 0 ° C (1 freezing ").

35 De coagulatieprodukten worden opgewerkt volgens methoden die analoog zijn aan de bekende methoden voor het opwerken van coagulatieprodukten van copolymerenmengsels, dat wil zeggen, dat de coagulatieprodukten worden afgescheiden, gewassen, totdat zij vrij van elektrolietThe coagulation products are worked up according to methods analogous to the known methods of working up coagulation products of copolymer mixtures, that is, the coagulation products are separated, washed until they are free of electrolyte

70A7UO70A7UO

6 ' o zijn en neutraal reageren, en gedroogd bij een temperatuur beneden 100 C, bij voorkeur in vacuo.6 'and react neutral, and dried at a temperature below 100 ° C, preferably in vacuo.

Het gedroogde materiaal wordt vervolgens gecompacteerd en gehomogeniseerd met behulp van een geschikte inrichting, zoals een rollen-5 wals, bij een temperatuur van 130 tot 180 °C, waarna het desgewenst wordt gegranuleerd. De verkregen verdichte vormmassa's, die stabiel ten opzichte van de invloeden van warmte en licht zijn, kunnen dan worden gevormd onder toepassing van de gebruikelijke vormmachines, zoals spuitgietmachi-nes of extrusiemachines, terwijl zij eveneens een andere methode voor het 10 vormen kunnen worden onderworpen.The dried material is then compacted and homogenized using a suitable device, such as a roller-roller, at a temperature of 130 to 180 ° C, after which it is granulated if desired. The resulting compacted molding compositions which are stable to the effects of heat and light can then be molded using conventional molding machines, such as injection molding machines or extruders, while also being subjected to another molding method.

De vormmassa's die volgens de uitvinding wordt bereid onderscheiden zich door het feit, dat zij behalve goede mechanische eigenschappen eveneens een zeer goede stabiliteit bezitten ten opzichte van de invloed van 0. en licht. Dit is des te verrassender, daar van het Δ 15 carbonzuur op chemische gronden niet verwacht kan worden dat het een stabiliserende werking heeft.The molding compositions prepared according to the invention are distinguished by the fact that, besides good mechanical properties, they also have very good stability with respect to the influence of 0. and light. This is all the more surprising, since the Δ 15 carboxylic acid cannot be expected to have a stabilizing effect on chemical grounds.

De uitvinding wordt nu toegelicht aan de hand van een figuur.The invention is now elucidated with reference to a figure.

Deze figuur geeft in een grafiek voor een aantal polymeercomposities op basis van ABS en gelijke hoeveelheden van verschillende glijmiddelen 20 de opgenomen hoeveelheid zuurstof bij 130 °C als functie van de tijd.This figure graphs for a number of polymer compositions based on ABS and equal amounts of different lubricants the amount of oxygen absorbed at 130 ° C as a function of time.

De opgenomen hoeveelheid zuurstof is een maat voor de oxidatie van het polymeer.The amount of oxygen absorbed is a measure of the oxidation of the polymer.

De diverse lijnen hebben de volgende betekenis: A - geen glijmiddel , 25 B - Bariums tearaat C - Calciumstearaat D - Magnesiumstearaat E - Zinkstearaat F - Stearinezuur 30 Uit deze grafiek en de navolgende voorbeelden blijkt duidelijk, dat toepassing van stearinezuur inplaats van metaalstearaten een onverwachte verbetering van de stabiliteit van de polymeercompositie ten gevolge heeft. Zoals blijkt heeft stearinezuur zelfs een positief effect ten opzichte van ABS zonder toevoegingen.The various lines have the following meanings: A - no lubricant, 25 B - Barium tearate C - Calcium stearate D - Magnesium stearate E - Zinc stearate F - Stearic acid 30 From this graph and the following examples it is clear that the use of stearic acid instead of metal stearates is an unexpected improves the stability of the polymer composition. As it turns out, stearic acid even has a positive effect over ABS without additives.

35 Vergelijkend Voorbeeld 1-5 en Voorbeeld 6Comparative Example 1-5 and Example 6

Een mengsel van een copolymeer van styreen en acrylonitril en eenentcopolymeer van styreen en acrylonitril op een butadiëenrubber werden met de additieven in een Henschel poedermenger gemengd, geëxtru- 790 73 69 Λν 7 deerd, tot granulaat en gemalen tot poeder. Alle mengsels bevatten gelijke hoeveelheden glijmiddel (m.u.v. voorbeeld 1).A mixture of a copolymer of styrene and acrylonitrile and a graft copolymer of styrene and acrylonitrile on a butadiene rubber were mixed with the additives in a Henschel powder mixer, extruded to granulate and ground to powder. All blends contain equal amounts of lubricant (except Example 1).

Van deze mengsels werd m.b.v. DSC (Differential ScanningOf these mixtures, using DSC (Differential Scanning

Calorimetrie) de temperatuur bepaald waarbij oxidatie begint op te o treden. Daarnaast werd de zuurstofopname bij 130 C gemeten.Calorimetry) determines the temperature at which oxidation starts to occur. In addition, oxygen uptake was measured at 130 ° C.

Resultaten; voorbeeld stearaat DSC 0 opname bij 130 C (ml/g) (°C) na 30 uur na 50 uur 1 - 179 12 36 2 Ba 158 46 64 3 Ca 164 50 59 4 Mg 166 44 70 5 Zn 158 35 54 6 Stearinezuur 211 9 19 7807369Results; example stearate DSC 0 uptake at 130 C (ml / g) (° C) after 30 hours after 50 hours 1 - 179 12 36 2 Ba 158 46 64 3 Ca 164 50 59 4 Mg 166 44 70 5 Zn 158 35 54 6 Stearic acid 211 9 19 7807369

Claims

Polymer composition consisting of one or more copolymers of styrene and / or α-methylstyrene, and a lubricant, characterized in that the lubricant contains a carboxylic acid with 8-22 C atoms.

2. Polymer composition according to claim 1, characterized in that the composition consists of 85 - 99.9 wt. % of one or more copolymers of styrene and / or α-methylstyrene 0.1-5 wt.% carboxylic acid with 8-22 carbon atoms 0-10 wt.% additives.

Polymer composition according to claim 1, characterized in that the composition consists of A 85-99.9 wt.% Of Al 30-100 wt.% Graft copolymer obtained by Al-1 a monomer mixture consisting of 5-75 wt. To polymerize% 15 acrylonitrile and / or methacrylonitrile and 25-95% by weight styrene and / or α-methylstyrene in the presence of Al-2 a rubbery polymer, the weight ratio between monomers and rubbery polymer being between 20 1: 10 and 10: 1, and A-2 0-70 wt. -% of one or more copolymers obtained by polymerization of 5-75% by weight of acrylonitrile and / or methacrylonitrile and 25-95% by weight of styrene and / or methyl ethylene:

25 B 0.1-5 wt.% Carboxylic acid with 8-22 C atoms C 0-10 wt.% Additives.

Polymer composition according to any one of claims 1-3, characterized in that 0.1-2 wt.% Carboxylic acid with 8-22 C atoms is used.

Polymer composition according to one or more of claims 1-4, characterized in that the lubricant consists of a mixture of carboxylic acids.

Polymer composition according to one or more of claims 1 to 5, characterized in that the lubricant consists of at least 25% by weight, more in particular 40-70% by weight, of stearic acid. .

Polymer composition according to any one of claims 1-6, characterized in that one or more thermal and / or UV stabilizers are used as additives. 790 73 69

Polymer composition according to claim 7, characterized in that one or more compounds from the group of thio compounds, phenolic compounds or phosphites are used as the thermal stabilizer.

Polymer composition according to claim 1, substantially as described and elucidated on the basis of the example and / or the figures.

Molded article in whole or in part consisting of a polymer composition according to one or more of claims 1-9. 790 73 69