NL7905696A - Zeilboot. - Google Patents

Description

79326 vA/mm * -»- 4

Aanvrager/: Jean-Fr an9ois Dubois, 19 rue Gaston Darley Uitvinder F 771^-0 Nemours, Frankrijk.

Titel : Zeilboot".

De uitvinding heeft betrekking op de zeilsport en betreft meer in het bijzonder een zeilboot, waarbij het zeil aan een mast is bevestigd die tijdens de bediening van het zeil vrij kan worden georiënteerd.

5 Vrij oriënteerbare masten worden reeds toegepast bij wat men momenteel zeilplanken noemt. Zij zijn niet verenigbaar met gebruikelijke bootrompen, terwijl men door de aanbrenging daarvan op platte planken een zekere mate van stabiliteit en manouvreerbaarheid heeft kunnen bereiken.

TO De draaiing van de mastvoet in zijn uitsparing maakt mogelijk om het zeil ten opzichte van de wind te oriënteren.

Het meer of minder naar voren of naar achteren kantelen van de mast en de gewichtsverplaatsing van de gebruiker maken mogelijk om de boot zonder roer te sturen. De plank heeft 15 echter niet veel stabiliteit en is zeer gevoelig voor 'golven.

De boot volgens de uitvinding maakt mogelijk om deze bezwaren op te heffen. Ten opzichte van zeilplanken heeft hij een vergrote stabiliteit, maakt mogelijk om de snelheid te vergroten en voldoet toch aan dezelfde grondbeginselen 20 van de bediening van het zeiltuig.

De zeilboot volgens de uitvinding omvat twee drijvers in de vorm van langwerpige rompen die verbonden zijn door een stijf dek dat zich normaal boven de waterlijn bevindt, en een zeil dat aan een rand langs een mast is bevestigd die 25 met zijn voet zodanig in het dek is aangebracht, dat de mast tijdens de bediening van het zeil vrij kan worden georiënteerd.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht'aan de hand van de bijgaande tekening van een uitvoeringsvoorbeeld 30 van de uitvinding.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van de complete zeilboot.

Figuur 2 toont een achteraanzicht van de rompen en het dek.

25 Figuur 3 toont op vergrote schaal een detail van de wijze van bevestiging van de mastvoet.

7905696 y - 2 -

Volgens de uitvinding omvat de zeilboot twee drijvers 1 en 2, in de vorm van langwerpige rompen. Evenals de rompen van een katamaran zijn deze drijvers onderling verbonden door een stijf dek 3> maar dit dek verschilt sterk van de 5 bekende dekken doordat het niet op het water rust. Terwijl de drijvers t en 2 gedeeltelijk onder water steken is het dek 3, dat zoals de figuren 1 en 2 tonen een gebogen vorm heeft, normaal boven de waterlijn geplaatst. De boot is onder de waterlijn voorzien van de overlangse scheggen k 10 respectievelijk 5 die elk onder één van de drijvers aan de achterzijde van de boot is aangebracht. Deze scheggen vergemakkelijken de besturing. Nabij de voorzijde kunnen de drijvers veel langer zijn dan: het dek 3> zoals figuur 1 toont.

Het samenstel van drijvers en dek is doelmatig uit een enkel 15 stuk vervaardigd, zoals door vormen van kunststof.

In de as van het dek 3> maar in het voorgedeelte daarvan, is een uitsparing 5 aangebracht voor het opnemen van de voet van een mast 6. De bevestiging is zodanig uitgevoerd, dat de mast vrij door een gebruiker kan worden gericht ten-20 einde het zeil van de boot te bedienen. Dit zeil 8 is soortgelijk aan dat van een zeilplank. Het is een driehoekig zeil dat aan een rand langs de mast 6 is bevestigd en gespannen wordt gehouden door een giek 9> die door middel van koorden aan het éne einde is bevestigd aan een punt van de mast 6 25 en aan het andere einde met de tegenoverliggende punt van het zeil 8. Behalve deze functie van het spannen van het zeil vervult de giek 9 de functie van bedieningsorgaan, De giek 9 vormt twee gebogen armen die zich elk aan een zijde van het zeil bevinden. De gebruiker houdt één van beide armen vast 30 naar gelang de zijde waaraan het zeil zich ten opzichte van hen bevindt en gebruikt de giek om het zeil meer of minder schuin te plaatsen ten opzichte van de as naar gelang de gevolgde koers, voor het oriënteren van de mast, in het bijzonder om deze meer of minder ver naar voren of naar achte-35 ren te kantelen teneinde de gevolgde koers te wijzigen, en eveneens om door de wind te gaan en het zeil van het éne boord naar het andere te brengen.

Figuur 3 toont een stelsel voor de montage van de mastvoet dat kan worden gebruikt bij de bepaalde, beschreven 40 uitvoeringsvorm. In een cilindrische holte 10 van de mast- 7905696

Claims (4)

15 Vanzelfsprekend vormt dit stelsel, dat bij wijze van voorbeeld werd beschreven, geen enkele beperking voor de uitvinding, evenals de andere uitvoeringsdetails. De uitvinding omvat alle varianten daarvan.

1. Zeilboot, met het kenmerk, dat deze is voorzien van twee drijvers in de vorm van langwerpige rompen welke verbonden zijn door een stijf dek dat zich normaal boven de waterlijn bevindt, waarbij een zeil aan een rand is bevestigd langs een mast die met zijn voet zodanig in het dek is beves-25tigd, dat de mast tijdens de bediening van het zeil vrij kan worden georiënteerd.

2. Zeilboot volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elke drijver onder de waterlijn is voorzien van een over-langse scheg.

3. Zeilboot volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de mastvoet roteerbaar en kantelbaar ten opzichte van het dek is bevestigd.

4. Zeilboot volgens conclusie 1, 2 of 3> met het kenmerk, dat de drijvers en het dek uit een enkel stuk zijn 35"vervaardigd, uit gevormde kunststof. 790 5 6 9 6